6.4. Praktische-opdracht door een scholier 3621 woorden 22 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer. Huidige drugsbeleid van Nederland:

Transcriptie

1 Praktische-opdracht door een scholier 3621 woorden 22 juni keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Huidige drugsbeleid van Nederland: Er zijn drie ministeries gezamenlijk verantwoordelijk voor het drugsbeleid. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) coördineert. Het ministerie van Justitie is verantwoordelijk voor de handhaving, d.w.z. opsporing en vervolging, VWS voor het preventie- en hulpverleningsbeleid en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in verantwoordelijk voor aangelegenheden op het gebied van lokaal bestuur (gemeente) en politie. De uitgangspunten zijn: De onderscheidende kenmerken van het Nederlandse drugsbeleid - In het Nederlandse beleid en in de wetgeving wordt een verschil gemaakt tussen harddrugs en softdrugs. Dit onderscheid is gebaseerd op de gezondheidsrisico s voor de gebruiker. Op grond hiervan geldt het bezit van softdrugs voor eigen gebruik (tot 30 gram) niet als misdrijf maar als overtreding. - De verkoop van softdrugs in coffeeshops wordt onder strikte voorwaarden niet vervolgd. Doel van dit beleid is te voorkomen dat sofdrugsgebruikers worden gemarginaliseerd of dat zij in aanraking komen met andere, gevaarlijker drugs. Drugs zijn in Nederland niet gelegaliseerd. De volgende handelingen met betrekking tot zowel softdrugs als harddrugs zijn in Nederland strafbaar: - Handel (import/export) - Verkoop - Productie - Bezit Het gebruik van drugs in niet strafbaar. In Nederland wordt onderscheid gemaakt naar het gezondheidsrisico van het gebruik: - Harddrugs zijn middelen met een onaanvaardbaar gezondheidsrisico, bijv. heroïne, cocaïne en synthetische drugs zoals XTC; - Softdrugs zijn middelen die aanzienlijk minder gezondheidsproblemen veroorzaken; dit zijn cannabisproducten (afkomstig van de hennepplant), te weten marihuana en hasjiesj Het gebruik van drugs is in Nederland niet strafbaar. Het Nederlandse beleid is gericht op het voorkomen en beperken van individuele en algemene risico s van drugsgebruik. In dit kader wordt aan harddrugsverslaafden hulp geboden bij het ontwennen van het gebruik en het verbeteren van hun fysieke, geestelijke en sociale situatie. Doordat drugsgebruikers geen strafvervolging en geen (stigmatiserend) Pagina 1 van 9

2 strafblad hoeven te vrezen uitsluitend wegens h et gebruik, ligt de drempel naar hulpverlening laag. Door het softdrugsbeleid wordt het overstappen van softdrugs naar harddrugs niet vergemakkelijkt. Slechts een klein percentage sofdrugsgebruikers in Nederland gaat over tot gebruik van harddrugs. Het aantal verslaafden aan opiaten (zoals heroïne, morfine en synthetische methadon) in Nederland is relatief laag, is al jaren niet toegestaan en ligt zeer ver onder het aantal cannabisgebruikers. Er is geen enkele aanwijzing dat het gebruik van harddrugs wordt aangewakkerd door softdrugsbeleid. Maar het XTC-gebruik is wel gestegen. Uit de vergelijkbare toename van het gebruik in andere landen blijkt dat er geen verband is tussen deze stijging in het Nederlandse drugsbeleid. De opkomst van XTC en andere synthetische drugs hangt veeleer samen met een veranderde uitgaanscultuur onder jongeren sinds het begin van de jaren 90. De Nederlandse wet inzake verdovende middelen is in overeenstemming met de internationale verdragen waarbij Nederland partij is. Nederland is partij bij de verdragen van de Verenigde Naties van 1961, 1971 en 1988 en verschillende andere multilaterale en bilaterale verdragen die betrekking hebben op drugsbeleid. Wetshandhaving: De kenmerken van het Nederlandse opsporings- en vervolginsbeleid. Van essentieel belang is het opportuniteitsbeginsel. Dit houdt in dat op gronden van ontleend aan het algemeen belang van vervolging van een strafbaar feit kan worden afgezien. De hoogste prioriteit bij de opsporing en vervolging geldt de grootschalige handel in drugs, zowel harddrugs als softdrugs. Ook de verkoop van harddrugs wordt intensief bestreden. Veel lagere prioriteit wordt toegekend aan de opsporing van verkoop en bezit van softdrugs voor persoonlijk gebruik. Het verkoop van drugs is niet legaal. De verkoop van zowel harddrugs als softdrugs is strafbaar. - E verkoop van ongeacht welke hoeveelheid harddrugs heeft hoge prioriteiten in het opsporings-en vervolgingsbeleid en wordt zwaar gestraft. - Bij softdrugs speelt de hoeveelheid een rol. Verkoop van maximaal 5 gram in gedoogde coffeeshops wordt niet actief opgespoord. Verkoop van grotere hoeveelheden kenmerkend voor export wordt hard aangepakt. Verkoop in andere horecagelegenheden, op straat of in woningen wordt actief opgespoord. Bezit van zowel softdrugs als harddrugs is strafbaar. Bezit van handelshoeveelheden heeft hoge prioriteit in de opsporing en de vervolging. Zo is het bezit van meer dan 0,5 gram harddrugs een misdrijf waartegen actief wordt opgetreden. Ook bezit van meer softdrugs dan een kleine hoeveelheid voor eigen gebruik wordt vervolgd. Bezit van een kleine hoeveelheid voor eigen gebruik: - Minder dan 0,5 gram harddrugs: geldt als misdrijf, maar heeft een lage opsporingsprioriteit - Minder dan 30 gram softdrugs: geldt als overtreding en heeft een lage opsporingsprioriteit. De OMrichtlijn is strenger ten aanzien van verkoop dan van bezit van kleine hoeveelheden. Synthetische drugs zijn harddrugs. Hoge prioriteit wordt dan ook toegekend aan de opsporing en vervolging van productie en handel in synthetische drugs. Het gaat vaak om georganiseerde criminaliteit, waarbij volgens het Nederlandse strafrecht een hogere strafmaat kan worden geëist en dan het voor het misdrijf in kwestie geldende strafmaximum. Nederland neemt actief deel aan internationale samenwerking gericht op het signaleren van gevaarlijke nieuwe middelen en aan internationale opsporingsactiviteiten. Pagina 2 van 9

3 De teelt van hennep is in Nederland verboden. De regelgeving op dit gebied is in 1999 aangescherpt. De maximumstraf voor beroeps- of bedrijfsmatige hennepteelt is verhoogd van 2 jaar vrijheidsstraf of NLG tot 4 jaar of NLG Aan beroeps- of bedrijfsmatige teelt wordt hoge prioriteit gegeven. Hennepteelt is alleen nog toegestaan in de open lucht en in de volle grond voor de productie van vezelhennep. Harddrugsverslaafden die strafbare feiten plegen, worden niet anders behandeld dan andere criminelen, want verslaving is geen verzachtende omstandigheid. Wel kunnen verslaafden die een strafbaar feit plegen, voor de keus worden gesteld tussen behandeling, kan de opgelegde straf door de rechter tijdelijk of definitief worden geschorst. Verslaafden die voor behandeling kiezen, moeten een aantal voorwaarden naleven. Doen zij dit niet, dan wordt de straf als nog uitgevoerd. Wat doet Nederland tegen drugstoerisme? - Ten aanzien van illigaal in Nederland verblijvende harddrugsverslaafden die strafbare feiten plegen, wordt een actief uitzettingsbeleid gevoerd; gerichte opsporing, vervolging en berechting en eventuele overdracht van strafvervolging vinden plaats. - Om de export van softdrugs door drugstoeristen tegen te gaan, is de hoeveelheid softdrugs waarvan de verkoop in coffeeshops niet wordt vervolgd, beperkt tot slechts 5 gram. Export van alle drugs, dus ook kleine hoeveelheden softdrugs, is altijd strafbaar. Er is verschil in de uitvoering van het drugsbeleid in verschillende gemeenten. In de steden wordt het beleid gecoördineerd in het driehoeksoverleg tussen burgemeester, hoofdofficier van justitie en korpshef van politie. In de driehoek wordt onder andere het coffeeshopbeleid bepaald binnen de kaders van de OMrichtlijn. Om problemen rond overlast van op straat zwervend harddrugsverslaafden tegen te gaan, zijn in enkele steden gebruiksruimten gecreëerd. Hier kunnen verslaafden hun gebruikersdosis drugs nemen. Er zijn hulpverleners aanwezig. Verkoop of vertrekking is niet toegestaan. Buurtbewoners steunen het initiatief en nemen deel aan overleg hierover. Coffeeshops Een coffeeshop is een alcoholvrije horecagelegenheid waar onder bepaalde voorwaarde softdrugs worden verkocht. Hoewel de verkoop van softdrugs strafbaar is, wordt de verkoop van kleine hoeveelheden softdrugs in coffeeshops, maar dan moeten ze wel aan de volgende punten houden: - Er mag niet meer dan 5 gram per keer per persoon worden verkocht - Er mogen geen harddrugs verkocht worden (dus ook geen XTC) - Er mag geen reclame voor drugs worden gemaakt - Er mag geen overlast voor de omgeving worden veroorzaakt - Er maag geen verkoop aan minderjarigen (tot 18 jaar) plaatsvinden en minderjarigen mogen niet in de coffeeshops worden toegelaten. Met het toelaten van gecontroleerde verkooppunten voor softdrugs word een scheiding van markten nagestreefd, om te voorkomen dat softdrugsgebruikers in aanraking komen met de milieus waarin harddrugs worden gebruikt. Voorts worden softdrugsgebruikers, onder wie jongeren die met softdrugs experimenteren, hierdoor afgeschermd van het criminele circuit van de handel in harddrugs. De levering van softdrugs aan coffeeshops wordt vervolgd. OM en de politie treden op met inachtneming Pagina 3 van 9

4 van de Opiumwet, de OM-richtlijn en het opportuniteitsbeginsel. De opsporing en vervolging van de grootschalige handel in zowel soft- als harddrugs, vaak gedreven door de georganiseerde criminaliteit, heeft de hoogste prioriteit. Dit geldt ook voor de levering van softdrugs aan coffeeshops. Het aantal coffeeshops is teruggedronken, omdat bij een kleiner aantal coffeeshops kan strikter toezicht worden gehouden op de naleving van de eerder genoemde punten. In de grensregio s, waar buitenlands drugstoeristen softdrugs komen kopen, veroorzaakten coffeeshops nogal eens overlast. Hiertegen wordt gericht opgetreden, waardoor de overlast de laatste jaren is teruggedrongen. De burgemeester kan beslissen ongewenste coffeeshops te sluiten, ook wanneer er geen sprake is van overlast. De sluiting dient te passen binnen het lokale drugsbeleid dat in het driehoeksoverleg is overeengekomen. Preventie en hulpverlening De preventie van drugsgebruik begint bij de jeugd. In het onderwijs wordt aandacht besteed aan de risico s van drugs, alcohol, tabak en gokken. Er is een landelijk project ontwikkeld genaamd De gezonde school en genotmiddelen om scholen hierbij te ondersteunen. In dit project wordt de voorlichting over een bepaald genotmiddel gegeven als jongeren de leeftijd hebben bereikt waarop zij met dat genotmiddel in aanraking kunnen komen. De preventie is ook gericht op synthetische drugs. Er wordt in Nederland veel voorlichting gegeven, gericht op voorkoming van het gebruik. Niettemin gebruiken jongeren op houseparty s en in discotheken deze drugs, met name XTC. Gebruikkers kunnen pillen laten testen om een indicatie te krijgen van de samenstelling en de mogelijke gevolgen voor de gezondheid. Dit gebeurt bij testbureaus en soms op grote party s. Hierbij wordt consequent gewezen op de gevaren voor de gezondheid van het gebruik van XTC en andere pillen. Als blijkt dat er pillen met ernstige gezondheidsrisico s circuleren, wordt onmiddellijk actie genomen. Er wordt hulp verleend aan harddrugsverslaafden die niet in staat of bereid zijn te stoppen, omdat ontwenning meestal een kwestie van lange termijn is. Als blijkt dat totale ontwenning niet haalbaar is, is het niettemin belangrijk te werken aan het stabiliseren van de verslaving. Het streven is te voorkomen dat de harddrugsverslaving leidt tot toenemende gezondheidsproblemen, verloedering, verspreiding van ziekten o.a. via gebruiken naalden, overlast voor de omgeving en criminaliteit. Programma s voorverstrekking en omruil van spuiten vinden plaats in het kader van de HIV-/AIDSpreventie. AIDS wordt veroorzaakt door het HIV-virus, dat onder meer via gebruikte injectienaalden wordt overgedragen. Ook besmetting met hepatitis kan langs deze weg plaats vinden. Door laagdrempelige hulpverlening en persoonlijke begeleiding en voorlichting is het hergebruik van heroïnespuiten in Nederland de laatste jaren sterk afgenomen. Het aantal gebruikers/verslaafden dat besmet is met het HIV-virus is relatief laag. Methadon is een synthetische stof opiaat (opiumhoudend middel) da tin verschillende landen aan harddrugsverslaafden wordt verstrekt als vervangingsmiddel voor heroïne. Deze verstrekking speelt een rol in de verbetering van het sociaal functioneren en het verminderen van de verwervingscriminaliteit. Methadon wordt alleen verstrekt aan mensen die reeds ernstig verslaafd zijn aan harddrugs, als onderdeel van een ontwenningstherapie of een behandeling gericht op het stabiliseren van de verslaving. De resultaten van methadonverstrekking: - Een relatief hoog percentage verslaafden heeft contact mat hulpverlening (in tegenstelling tot landen Pagina 4 van 9

5 met weinig of geen verstrekking) - Een aanmerkelijk kleinere kans op overdosis; relatief lage mortaliteit; - Verlaging van de frequentie van het drugsgebruik; er worden dus minder illegale drugs gebruikt; - Een (beperkte) vermindering van criminaliteit; - Een verbetering in de sociaal-medische toestand van verslaafden. In 1998 is een wetenschappelijke onderzoek gestart naar de effecten van medisch voorgeschreven heroïne in combinatie met methadon voor chronische heroïneverslaafden. Het onderzoek is gericht op langdurig verslaafden, bij wie bestaande behandelingen geen of weinig effect hebben gehad en die in een zwakke fysieke en psychosociale toestand verkeren. Onderzocht wordt of hun toestand verbetert als zij een behandeling krijgen van methadon gecombineerd met heroïne in plaats van een behandeling met alleen methadon. De overheid draagt bij aan het verbeteren van de kwaliteit van de bestaande verslaafdenzorg. Dit houdt in dat zij ook bijdraagt aan onderzoek naar nieuwe behandelmethoden voor mensen die tot nu toe niet of onvoldoende geholpen kunnen worden. De opzet van het onderzoek is voorgelegd aan een brede groep internationale onderzoekers. Ook de International Narcotics Control Board (INCB) van de VN en de Wereld Gezondheidsorganisatie zijn vooraf uitvoerig geïnformeerd. In de voorbereiding werd onder meer gebruik gemaakt van de ervaringen die in Zwitserland zijn opgedaan met experimentele heroïneverstrekking. De criteria voor deelnamen aan het heroïne-methadon-onderzoek: het gaat om langdurig heroïneverslaafden van minimaal 25 jaar die al geruime tijd deelnemen aan methadonprogramma s, bij wie bestaande behandelingen weinig of geen effect hebben gehad en die in een zwakke fysieke en psychosociale toestand verkeren. Deelnemers moeten de Nederlands nationaliteit hebben dan wel legaal in Nederland verblijven, en ten minste drie jaar inwoner zijn van de gemeente waar de behandeling plaatsvindt. Zij moeten onder andere bereid zijn mee te werken aan onderzoeksmetingen. De heroïne moet in het behandelcentrum worden gebruikt, om te voorkomen dat de verstrekte middelen in de handel komen. Wat willen de partijen veranderen aan het drugsbeleid? SP: Verslaving: Bij verslaving hebben mensen een deel van de controle over zichzelf verloren. De overheid kan dus de verantwoordelijkheid niet zomaar naar deze mensen toeschuiven. Bovendien blijkt uit onderzoek dat een verslaving vaak een relatie heeft met sociaal economische situatie, je economische status is mede van invloed op je verslaafd raken of van de verslaving af komt. Daarnaast is de overheid verantwoordelijk voor de bescherming van de volksgezondheid. De overheid zal een stevig beleid moeten voeren om het gebruik van (teveel) genotsmiddelen te bestrijden, zeker bij jongeren. Overal waar belangen tegenstrijdig zijn zoals op het gebied van alcohol en tabak moet een duidelijke keuze gemaakt worden voor de volksgezondheid. De overheid zal ook voldoende ondersteuning moeten geven aan mensen die van de verslaving willen afkomen, dus geen wachtlijsten in de verslavingszorg en het opnemen van middelen die effectief blijken bij afkicken in het ziekenfondspakket (bijv. nicotinemiddelen). Pagina 5 van 9

6 Drugs: Er moet nadrukkelijk onderscheid gemaakt worden tussen harddrugs en softdrugs. Bij het gebruik van harddrugs is er een groot risico op verslaving en schade voor de gezondheid. Bij het gebruik van soft drugs zijn deze gevaren kleiner. Softdrugs: SP is voorstander van het legaliseren van softdrugs. De gevaren voor de gezondheid rechtvaardigen een sterk en krachtig ontmoedigingsbeleid maar geen verbod. Legalisatie sluit beter aan bij de realiteit van de honderdduizenden softdrugsgebruikers en het feit dat dit product minder schade berokkent dan de legale alcohol en tabak. Decriminaliseren van softdrugs (handel) heeft als bijkomend voordeel dat de politie en justitie veel tijd bespaart die nu wordt besteed aan opsporing en vervolging van handel in softdrugs. Het maakt een einde aan de dubbelzinnige gedoogsituatie. Harddrugs: De handel in harddrugs moet strafbaar blijven. Justitie en politie moeten bij grote handelaren ook alle middelen inzetten om de aantrekkelijkheid van gedoogruimte voor gebruik van drugs kan per afzonderlijke ruimte geoordeeld worden. In bepaalde situaties kan zo n ruimte voorkomen dat er in een aantal stadswijken een onleefbare situatie ontstaat. Bestrijden van verslaving: De verslaving van drugs moet in de eerste plaats bij de bron worden aangepakt. Wie verslaving wil bestrijden moet sociale onrust bestrijden. In de hulpverlening aan verslaafden moet daarom naast afkicken, het perspectief bieden door bijvoorbeeld scholing of werk, centraal staan. Aan de wachtlijsten voor afkickcentra moet onmiddellijk een einde komen. Heroïneverstrekking: Op dit moment lopen heroïne-verstrekkingsexperimenten. Behalve het verstrekken van heroïne op medische basis of tijdelijk in een programma gericht afkicken, is het verstrekken aan groepen niet juist omdat: het geen oplossing is voor het (verslavings)probleem van deze mensen, ze worden in feite opgegeven ; het honeren van verkeerd gedrag is; het vermeende positieve effect op de gezondheid van de verslaafden niet bewezen is of het leidt tot minder overlast is ook maar zeer de vraag omdat vele gebruikers naast heroïne ook andere middelen gebruiken. Bovendien is overlast geen argument om te verstrekken. CU: Verslaving: In de achter ons liggende jaren is het softdruggebruik gestegen en de leeftijd waarop jongeren kennis maken met softdrugs gedaald. Het aantal verslaafden aan harddrugs blijft stabiel. Het drugsbeleid van Nederland is toe aan een grondige revisie. Het gedoogbeleid heeft softdrugs uit de sfeer van de Pagina 6 van 9

7 criminaliteit gehaald, maar druggebruikers en burgers die overlast ervaren in de kou laten staan. Het gedoogbeleid komt de overheid goed uit, maar ondermijnt de gemeenschap. De overheid dient zich sterker te manifesteren als de hoeder van het welzijn en de gezondheid van mensen. Door softdrugs te gedogen maakt de overheid zich medeverantwoordelijk voor een gebruikerscultuur waarvan de zwakken de dupe zijn. De ontluistering van de mens welke gespaard gaat met verslaving aan harddrugs mag niet geduld worden. Een duidelijk afsprakenkader met gemeenten, scherpere vervolging en intensivering van verplichte afkickprogramma s is geboden. Het drugsbeleid verdraagt niet langer dubbele boodschappen. Drugs: Het gedoogbeleid ten aanzien van softdrugverkoop is via coffeeshops is tweeslachtig en dient te worden beëindigd. Gemeenten behoren een nuloptie gestalte te kunnen geven. De teelt van en handel in cannabis en ecodrugs mag niet worden gedoogd en behoort een hogere prioriteit te krijgen bij de opsporing. Er is geen aanleiding om voor kleinschalige (huis)teelt een uitzondering te maken. Aangezien het overgrote deel van de georganiseerde criminaliteit in ons land bestaat uit (soft)drugshandel, moet de strafmaat voor grootschalige drugshandel worden verhoogd. XTC is een harddrugs en behoort als zodanig te worden behandeld; dit betekent o.a. een consequente opsporing en vervolging van de verkoop en het bezit van XTC op en bij houseparty s. Een toereikende en kwalitatief hoogwaardige verslavingszorg is een onmisbaar onderdeel van het drugsbeleid. Daartoe worden ook gerekend projecten in de sfeer van arbeidsrehabilitatie en reïntegratie en experimenten met verplicht afkicken. Terugdringing van de bestaande wachttijden voor opvang na de afkickperiode is van het grootste belang. De zorg is ook bij methadonprogramma s gericht op afkicken. Het gratis verstrekken ven heroïne is daarbij niet acceptabel. CDA: De regulering van aanvoer van softdrugs naar de coffeeshops De CDA-fractie vindt dat regulering van het aanvoer van softdrugs naar coffeeshops dat dat zal leiden tot een oncontroleerbare markt, waarin geen grens te trekken is tussen legale en illegale teelt en legale en illegale aanvoer. Er zal een illegaal drugscircuit blijven bestaan. Het probleem van de beheersbaarheid zal slecht verplaatsen. Daarbij is, zoals al eerder genoemd, de Nederwiet zo sterk, dat deze soms het karakter van harddrug krijgt. Gezien de grote principiële en praktische bezwaren tegen regulering moet de inconsistentie tussen de voordeur en de achterdeur niet worden opgeheven door de achterdeur verder open te zetten, maar door de voordeur dicht te doen. Daarbij is de stelling dat de criminaliteit door regulering van de aanvoer of zelfs de algehele legalisering van drugs zal afnemen ongefundeerd. De voorstanders van legalisering houden er onvoldoende rekening mee dat de criminaliteit zich door legalisering naar andere inkomstenbronnen zal verplaatsen, zoals de vrouwenhandel of de illegale handel in afval. Pagina 7 van 9

8 Behandelgevangenis Een behandelgevangenis met 120 cellen voor verslaafden te exploiteren in publieke-private samenwerking. In deze drugsvrije gevangenis komen gedetineerde verslaafden met een strafmaat van 3 tot 18 maanden aan het eind van hun detentieperiode vrijwillig, om vervolgens met een zekere drang of te kicken. Voor de CDA-fractie staat voorop dat in beginsel elke gevangenis drugsvrij zou moeten zijn. Een behandelgevangenis kan alleen succesvol zijn indien de behandeling die binnen de muren wordt aangegeven gevolgd wordt door nabehandeling buiten de inrichting. Voor het beheer van een dergelijke inrichting zou aansluiting worden gezocht bij de wijze van beheer van de TBS inrichtingen. Die worden door een stichting gebouwd en vervolgens door Justitie geëxploiteerd. De verstrekking van harddrugs aan verslaafden De CDA-fractie is van oordeel dat voorop moet worden gesteld dat een op de verslaafde gericht programma altijd primair tot doel moet hebben het beëindigen van de verslaving. In het verlengde hiervan wordt verstrekking van heroïne, enkel ter instandhouding van de verslaving, als niet humaan van de hand gewezen. De verslavingszorg dient uitzicht op afkicken te blijven bieden. Enkel in dat kader kan verstrekking van harddrugs aan de orde zijn. Het dient dan als start van een programma dat tot doel heeft de verslaving te beëindigen. Het CDA steunt een eventueel experiment om harddrugs te verstrekken, mits de verstrekking op medische indicatie intramuraal plaats vindt en als doel heeft de verslaving te beëindigen. D 66: Harddrugs: Illegaal. Steng in vervolging en opsporing. Menselijk in opvang verslaafden. Op den duur bezien welke (internationale) mogelijkheden er zijn om de harddrugsproblematiek effectiever aan te pakken dan door illegaliteit en vervolging. Geld dat nu wordt besteed aan bestrijding kan dan worden ingezet voor verbeterde zorg aan verslaafden. Heroïne experimenten: D 66 is voorstander van de huidige experimenten met gratis verstrekking van heroïne aan problematische gebruikers die langdurig verslaafd zijn. Nu experimenten positief geëvalueerd zijn, is D 66 voor uitbreiding ervan. XTC: XTC is een harddrug en er geldt daarom in principe hetzelfde voor als wat geldt voor andere harddrugs: het is vooralsnog illegaal en vervolging en opsporing moet plaatsvinden. D 66 wil dat handelaars worden aangepakt, niet gebruikers. D 66 is voorstander van het testen van XTC op houseparty s en andere evenementen. Tets kunnen helpen voorkomen dat er slachtoffers vallen door het gebruik van vergiftigde of te hoof gedoseerde pillen. VVD, CDA zijn hier tegen. Softdrugs: Pagina 8 van 9

9 D 66 is voorstander van het huidige gedoogbeleid en wil dat er regelgeving komt om het pad naar de achterdeur van de coffeeshop te reguleren. Zo kan de handel in softdrugs beter worden gemonitored en zijn coffeeshops op lokaal niveau beter te controleren. Conclusie: De SP softdrugs wil legaliseren en een ontmoedigingsbeleid wil voeren. Ze vinden dat de handel in harddrugs strafbaar moet blijven. Voor de bestrijding vinden ze dat ze die bij de bron moeten aanpakken, ze willen daarom in de hulpverlening een perspectief bieden. En ze vinden dat aan de wachtlijsten voor de afkickcentra een einde moet komen. Ze vinden dat het verstrekken van heroïne geen oplossing van het probleem is. De CU vindt dat het drugsbeleid van Nederland toe is aan verandering. Ze vinden dat het verkoop van softdrugs in coffeeshops moet afgeschaft worden. Ze vinden dat de teelt en handel in cannabis en ecodrugs strafbaar is. Ze vinden ook dat de strafmaat voor grootschalige drugshandel verhoogd moet worden. Ze vinden dat er verslavingszorg moet zijn, omdat dat onmisbaar is in een drugsbeleid. Ze vinden ook dat er wat aan de wachttijden van de afkickcentra gedaan moet worden. Ze vinden het gratis verstrekken van heroïne niet goed. Het CDA vindt dat aanvoer van softdrugs naar coffeeshops gereguleerd moet worden. Ze denken dat een behandelgevangenis succesvol kan zijn bij het afkicken. Ze vinden het verstrekken van harddrugs aan verslaafden een goed idee, maar dan moet het wel het doel hebben dat de verslaving wordt beëindigd. De D 66 vindt dat het drugsbeleid streng moet zijn in vervolging en opsporing. Ze vinden dat geld dat nu wordt besteed aan verslaving dat dat beter kan worden gebruikt in de zorg aan verslaafden. Ze zijn een voorstander van de heroïne experimenten en willen die bij een goed resultaat gaan uitbreiden. Ze vinden dat de handelaren in harddrugs moeten worden aangepakt en niet de gebruikers ervan. D 66 is voorstander van het huidige drugsbeleid, ze willen de toevoer van softdrugs vervoer naar coffeeshops reguleren. Pagina 9 van 9