Natuurtoets vismonitoring Eems

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Natuurtoets vismonitoring Eems"

Transcriptie

1 Natuurtoets vismonitoring Eems Natuurtoets voor Waddenvereniging-onderzoek Vismonitoring in 2019 Versie :59 Z. Jager B. Koolstra

2 Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 2

3 Inhoudsopgave 1 INLEIDING VOORGENOMEN PROJECT VAN DE WADDENVERENIGING RELEVANTIE VAN DE VISMONITORING VOOR BELEID EN BEHEER VRAAGSTELLING MET BETREKKING TOT DE NATUURTOETS BESCHRIJVING VAN DE BEOOGDE ACTIVITEIT VISMONITORING MET DE ANKERKUIL VISMONITORING MET DE STAANDE KUIL NATURA 2000-GEBIED WADDENZEE BESCHERMDE SOORTEN EN HABITATTYPEN EEMS-ESTUARIUM ALS ONDERDEEL VAN NATURA 2000-GEBIED WADDENZEE VOORTOETS VISMONITORING EEMS HABITATS EN SOORTEN DIE GÉÉN HINDER ONDERVINDEN AFBAKENING VAN DE NATUURTOETS EFFECTEN OP HABITATS EN SOORTEN ONTTREKKING VAN VISSEN EFFECT OP STAPELVOEDSEL VAN VOGELS EN ZEEZOOGDIEREN VERSTORING VAN ZEEZOOGDIEREN VERMESTING DOOR STIKSTOFDEPOSITIE CONCLUSIE EFFECTEN WADDENZEE (EEMS-DOLLARD) SOORTENBESCHERMING RELEVANTE BESCHERMDE SOORTEN VOGELRICHTLIJNSOORTEN HABITATRICHTLIJNSOORTEN ANDERE SOORTEN EFFECTEN EN BEOORDELING HOUTING EN STEUR (HR BIJLAGE IV) BRUINVIS (HR BIJLAGE IV) ZEEHOND (NATIONAAL BESCHERMDE SOORT) CONCLUSIE SOORTENBESCHERMING LITERATUUR Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 3

4 1 Inleiding 1.1 Voorgenomen project van de Waddenvereniging Het Eems estuarium is het laatste natuurlijk functionerende estuarium in de Nederlandse Waddenzee. Alleen hier treft het zoete rivierwater nog geleidelijk het zoute Waddenzeewater, met unieke omstandigheden voor het onderwaterleven. De gradiënten in saliniteit, de voedselrijkdom en de verbinding naar het zoete binnenwater maakt dat een estuarium een grote aantrekkende werking heeft voor vis. Trekvissen zoeken het estuarium op om zich voort te planten en voor vele andere vissoorten heeft het voedselrijke estuarium een belangrijke functie als opgroeigebied. Het Eems estuarium verkeert echter in een ecologisch slechte staat. Door de aanleg van dijken en stuwen is het systeem ingesnoerd. Daarnaast worden vaargeulen veelvuldig gebaggerd en is er sprake van sterke vertroebeling. De natuurwaarden van het estuarium staan hierdoor onder druk en het gebied kent sinds kort een herstelopgave vanuit de Europese Habitatrichtlijn. De maatregelen, onder de vlag van Eems-Dollard 2050 (hierna ED2050), zijn er op gericht om de overdaad aan dit vrij bewegende slib uit het systeem te halen en de productiviteit te verhogen. De Waddenvereniging wil de de seizoensvariatie van de visstand beter in beeld krijgen. Dit om meer kennis te vergaren, bewustzijn van deze variatie te creëren bij het brede publiek en de overheid, om zo bijvoorbeeld de effectiviteit van deze maatregelen voor het systeem te volgen door de visstand in het systeem intensiever te gaan monitoren. De abundantie en diversiteit aan vis in het systeem is een mogelijke graadmeter om te zien hoe gezond het systeem is en hoe het watersysteem op termijn reageert op de herstelmaatregelen. Het project behelst een vismonitoringsprogramma met een looptijd van een jaar met een ongeveer maandelijkse frequentie van bevissing op een vislocatie in het centrale deel van de Eems-Dollard, met twee vistuigen: a. een ankerkuil (aansluitend bij de huidige KRW-vismonitoring) en b. een staande kuil (als vergelijkende methode). Onderstaande afbeelding toont (indicatief) de locatie waar de bevissing plaats zal vinden (Figuur 1). Aangezien de ankerkuilmethode kostbaar is, wordt de staande kuil methode, uitgevoerd door lokale vissers, parallel uitgevoerd zodat de methodes kunnen worden vergeleken. De vislocatie bevindt zich binnen het beschermde Natura 2000-gebied Waddenzee. De Wet natuurbescherming (Wnb) regelt de bescherming van gebieden (Natura 2000) (Hoofdstuk 2, artikel 2.1 t/m 2.11) en de bescherming van in het wild voorkomende dier- en plantensoorten (Hoofdstuk 3, artikel 3.1 t/m 3.41). In het kader van de gebiedsbescherming dient een beoordeling plaats te vinden van eventuele negatieve effecten van plannen of projecten die een effect kunnen hebben op habitats of op populaties van soorten waarvoor instandhoudingsdoelen zijn opgesteld. Wanneer effecten niet kunnen worden uitgesloten, of effecten alleen kunnen worden uitgesloten als specifieke mitigerende maatregelen worden toegepast, is een vergunning Wnb noodzakelijk om het project uit te mogen voeren. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 4

5 In het kader van de soortenbescherming dient te worden onderzocht of de verbodsbepalingen van artikel 3.1, 3.5 en 3.10 mogelijk worden overtreden. Wanneer verbodsbepalingen ten aanzien van beschermde soorten worden overtreden is een ontheffing van de Wnb noodzakelijk om het project uit te mogen voeren. Figuur 1. Locatie van de bevissingen (indicatief, rode stip). De bevissing vind plaats tegen de zuidelijke geulrand van de Eems, ongeveer 500 meter ten oosten van de Pier dan Oterdum. 1.2 Relevantie van de vismonitoring voor beleid en beheer De huidige monitoring van de visstand wordt jaarlijks gedaan vanuit de Kaderrichtlijn Water (KRW) opgaven voor het watersysteem. De opzet van deze monitoring is echter uiterst summier en doet onvoldoende recht aan de estuariumfunctie van het systeem voor vissen. Deze constatering doet ook de Waddenacademie in hun position paper (Baptist & Philippart, 2015) welke zij in opdracht van Groninger Seaports en Ecologie & Economie in Balans opstelden. Nu de eerste schoppen van het ED-2050 programma de grond in gaan is het bijzonder waardevol om een volledige basismeting (T0-meting) van de visstand te hebben. Met een proefopzet die maimaal aansluit bij het lopende KRW-programma wordt het tevens mogelijk om door middel van een eenvoudige trendanalyse op de KRW-metingen de langjarige ontwikkelingen binnen de visstand van het estuarium beter in beeld te brengen. Aanvullend wordt een vergelijkende vismonitoring uitgevoerd met de staande kuil, een methode die naar verwachting eenvoudiger uit te voeren is en tegen minder hoge kosten dan de ankerkuil. Dit met het oog op het ontwikkelen van een toekomstbestendige en haalbare monitoringmethode om de visstand in de toekomst beter te kunnen volgen. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 5

6 De huidige vismonitoring is te summier om een compleet beeld te schetsen van de visstand van het Eems estuarium. Er is een algemene behoefte naar meer kennis over de visstand in het Eems estuarium, maar ook in de Waddenzee. In het gebied zijn veel projecten die verbetering van het systeem beogen. Monitoring van vis is binnen deze projecten nog niet meegenomen waardoor een goede T0 meting (referentiemeting) ontbreekt. Het projectvoorstel van de Waddenvereniging wil deze omissie wegnemen en wil verzekeren dat er een goede referentiemeting in het Eems estuarium is. Het project bouwt verder op de huidige KRW-monitoring en breidt deze uit met meerdere metingen in een jaar en een aanvullende vismethode (staande kuil), waardoor de KRW opzet wordt versterkt. Daarbij levert deze eenjarige monitoring veel nuttige informatie op over de hoeveelheid vis die jaarrond in het estuarium rondzwemt en wordt een leemte in kennis opgevuld. Door maandelijks te meten kan de basisinformatie worden opgehaald (meten is weten) en wordt een goede T0 meting verkregen voor bijvoorbeeld het ED2050 programma. Ook bedrijven kunnen baat hebben bij een goede basismeting om de effecten van hun activiteiten (koelwaterinname omgeving Eemshaven en visinzuiging door de energiecentrales) te kunnen relateren aan de vispopulaties in het estuarium. Binnen het project werkt de Waddenvereniging samen met de Rijksuniversiteit Groningen, ZiltWater Advies/BioConsult/Fa. Zeeck en de Vissers van de Kust. Daarnaast zijn verschillende partijen betrokken: Stichting het Groninger Landschap, Waterschap Hunze en Aa's en Van Hall Larenstein. 1.3 Vraagstelling met betrekking tot de natuurtoets De voorliggende natuurtoets is uitgevoerd voor twee projectonderdelen: a. bevissingen met de ankerkuil, b. bevissingen met de staande kuil. De bevissingen met beide vismethoden vinden plaats in het Eems estuarium ter plaatse van Oterdum, net buiten (500 m ten oosten van) de havenpieren van Delfzijl (Figuur 1). De bevissingen worden gedurende een jaar ongeveer maandelijks uitgevoerd, er vinden maimaal 10 bevissingen met de ankerkuil plaats en maimaal 10 bevissingen met de staande kuil. De activiteit wordt beschreven in Hoofdstuk 2. In de toets gebiedsbescherming (Deel A) wordt onderzocht of de voorgenomen vismonitoring van de Waddenvereniging (significant) verstorende of verslechterende effecten kan hebben op de populaties van soorten waarvoor instandhoudingsdoelen zijn opgesteld, of op de omvang en kwaliteit van habitats waarvoor dergelijke doelen zijn opgesteld. Deze beoordeling wordt uiteengezet in Hoofdstuk 4 en Hoofdstuk 5, met conclusies in Hoofdstuk 6. In de toets soortenbescherming (Deel B) wordt onderzocht of de beschreven vismonitoring van de Waddenvereniging kan leiden tot een overtreding van de verbodsbepaling ten aanzien van beschermde soorten. Deze beoordeling wordt uiteengezet in Hoofdstuk 8 en Hoofdstuk 9, met conclusies in Hoofdstuk 10. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 6

7 2 Beschrijving van de beoogde activiteit 2.1 Vismonitoring met de ankerkuil Bij het vissen met een ankerkuil gaat het schip voor anker aan de rand van de geul, het fijnmazige net (maimale opening ca m) wordt uitgehangen aan visbomen en de getijstroom spoelt er enkele uren doorheen terwijl het schip voor anker ligt. Door de grote verticale netopening wordt een groot deel van de verticale waterkolom bevist. De vislocatie is overeenkomstig de vislocatie Oterdum van de KRW-vismonitoring. De bevissingen worden uitgevoerd met behulp van de kotter Ostetal van de Firma Zeeck, Cuhaven (D). Fa. Zeeck beschikt over een visserijvergunning. Per meting komt het schip van Cuhaven naar de Eems gevaren en pikt de onderzoekers op in de haven van Delfzijl of Eemshaven, om door te varen naar de gekozen onderzoekslocatie nabij Oterdum en daar te ankeren en de netten uit te zetten. Per meetdag wordt een getij (een aansluitende vloed- en ebperiode) bemonsterd, de meting is grotendeels overdag. Afhankelijk van omstandigheden van wind en getij kan de lengte van de vistrek variëren, maar een trek beslaat altijd meerdere uren. De netten worden uitgezet en opgehaald tijdens de momenten van kentering van het getij. De vangst wordt aan boord uitgestort en direct verwerkt: de vangst wordt gesorteerd en per vissoort worden gewicht, aantal en lengtesamenstelling bepaald. De vis wordt na meting teruggezet in het watersysteem. De data worden ter plekke ingevoerd in een databestand. Het Niedersächsischer Landesbetrieb für Wasserwirtschaft, Küsten- und Naturschutz (NLWKN) heeft in de voorbereiding voor dit project verzocht om tegelijkertijd 'marine litter' te verzamelen. Dat heeft geen consequenties voor de Natuurtoets. 2.2 Vismonitoring met de staande kuil Bij het vissen met de staande kuil worden drie spudpalen (metalen buizen) in de grond gedrukt, die het frame vormen waaraan de kuilnetten worden bevestigd. Er wordt gewerkt met twee van een keerwant voorziene kuilnetten van elk 53 m netopening en een maaswijdte van 16 mm in de staart ( spieringkuil ). De netten worden paarsgewijs opgesteld, zodanig dat het ene net vist over de vloed en het andere over de eb. De opstelling is vergelijkbaar met de vismethode zoals beschreven in Kleef & Jager (2002). De netten worden opgesteld oostelijk van de pier van Oterdum, op ca. 500 m afstand van de pier. De plaatselijke diepte bij laagwater bedraagt ca. 4 m. De werkwijze tijdens de bevissing is als volgt: een schip (motorvermogen 125 pk) vaart met twee vissers vanuit de haven van Termunterzijl naar de vislocatie (vaarduur ca. 20 minuten). Op dag 1 maken de vissers de netten vast rond LW in de ochtend (dit kost per keer enkele uren) en varen terug naar de haven. Op dag 2 keren de vissers s ochtends terug en halen de netten leeg. De netten blijven staan om nogmaals een etmaal te vissen en worden op dag 3 wederom leeggehaald en vervolgens van het frame losgemaakt en meegenomen. De Vissers van de Kust zijn in het bezit van een visserijvergunning. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 7

8 De vangst wordt (zoveel mogelijk aan boord) gesorteerd, geteld, gemeten en geregistreerd. Zeldzame soorten, rode lijst soorten en/of soorten met goede overlevingskansen worden, zoveel als mogelijk, aan boord met voorrang geregistreerd en daarna direct teruggezet. Daarna vindt de analyse van de overige vangst plaats aan boord of indien er hele grote hoeveelheden zijn aan de wal (dit laatste geldt voor de staande kuil). Niet alle vissen worden na de verwerking van de vangst teruggezet in het watersysteem. Een representatief deel (ma. 30 individuen per soort per bemonstering) van de vissen wordt gebruikt voor onderzoek, met name voedselwebanalyse. Het gaat om niet beschermde soorten zoals de driedoornige stekelbaars en spiering. Daarvan zal de maaginhoud geanalyseerd worden door studenten van de RUG. De bemonsteringen vinden ongeveer maandelijks plaats gedurende een jaar, vanaf een te bepalen datum begin 2019, waarschijnlijk februari of maart Het vangmateriaal zal in overleg met de opdrachtgever worden opgeruimd en/of de sessies worden beëindigd bij omstandigheden zoals dreigende ijsgang en een teveel aan debris in de rivierafvoer (blokkeert het net, beïnvloedt de vangst en leidt tot schade aan materiaal). Gedragsregels die Waddenvereniging in acht neemt De vaarroutes lopen via de betonde vaargeulen. Effecten van verstoring op beschermde soorten worden zoveel mogelijk vermeden. Zo worden concentraties van vogels gemeden. De vangsten worden aan boord uitgezocht en de (beschermde) vissoorten worden zo snel als mogelijk teruggezet in het watersysteem. Er wordt voldoende afstand gehouden van rustende zeehonden. De verlichting van het schip wordt beperkt tot de noodzakelijke verlichting om veilig te navigeren en om de werkzaamheden aan dek te kunnen uitvoeren. De werkzaamheden vinden hoofdzakelijk overdag plaats, maar in de winterperiode worden werkzaamheden deels in het donker uitgevoerd vanwege de korte daglengte. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 8

9 Deel A Gebiedsbescherming Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 9

10 3 Natura 2000-gebied Waddenzee 3.1 Beschermde soorten en habitattypen Het Eems-estuarium is integraal onderdeel van de Waddenzee en is aangewezen als Natura 2000-gebied. De aanwijzing geldt voor een aantal soorten en habitats waarvoor instandhoudingsdoelstellingen zijn geformuleerd. De volledige lijst met instandhoudingsdoelen is opgenomen als bijlage A bij dit rapport. Daarin is ook per habitat en soort aangegeven of deze relevant is voor onderhavige natuurtoets. De bevissing vindt plaats in de Eems op de geulrand en niet in of direct nabij grote droogvallende delen. Dat betekent dat alle terrestrische habitats, en soorten die op land en op droogvallende platen voorkomen en die niet in de permanent overstroomde delen van de Eems foerageren, voor deze studie niet relevant zijn. De habitats en soorten van Bijlage A die relevant zijn, zijn opgenomen in onderstaande Tabel 1. Tabel 1. Overzicht van habitats en soorten met een instandhoudingsdoelstelling die relevant zijn voor deze natuurtoets. In de tabel is tevens aangegeven of de soort een viseter is. Instandhoudingsdoel Habitattypen Doelstelling Viseter H1130 Estuaria = = n.v.t. Habitatrichtlijnsoorten H1095 Zeeprik = = > n.v.t. H1099 Rivierprik = = > n.v.t. H1103 Fint = = > n.v.t. H1351 Bruinvis Niet bepaald Ja H1364 Grijze zeehond = = = Ja H1365 Gewone zeehond = = > Ja Broedvogels A063 Eider Nee A183 Kleine mantelmeeuw Ja A191 Grote stern Ja A193 Visdief Ja A194 Noordse stern Ja Niet-broedvogels A005 Fuut 310 Ja A017 Aalscholver Ja A062 Topper Nee A063 Eider mid Nee A067 Brilduiker 100 Ja A069 Middelste zaagbek 150 Ja A070 Grote zaagbek 70 Ja Voor alle instandhoudingsdoelen binnen Natura 2000 (soorten en habitats) is een document opgesteld, het zogenaamde profielendocument, dat de kenmerken van een goed functionerend habitattype beschrijft. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 10

11 3.2 Eems-estuarium als onderdeel van Natura 2000-gebied Waddenzee In het Eems-estuarium is H1130 Estuaria het meest omvattende habitattype. Het profielendocument van H1130 stelt het volgende over vissen: Estuaria, zoals de Westerschelde en het Eems-Dollard gebied, worden dan ook beschouwd als belangrijke opgroeigebieden voor jonge zeevissen (kinderkamerfunctie, bijv. voor mariene juveniele soorten zoals bot, tong, zeebaars) aangezien hun groei en overleving er groter zijn dan in de open zee. Het habitattype herbergt ook estuarien residente soorten, zoals de brakwatergrondels, die permanent in het overgangswater verblijven en seizoensgasten (ansjovis, snotolf). Vanwege de open verbinding tussen de zee en de rivier zijn estuaria belangrijk voor de migratie van zogenaamde diadrome vissoorten (trekvissen) die het estuarium gebruiken als trekroute tussen paaien opgroeigebied. Bekende voorbeelden zijn paling en bot (katadrome soorten: paaien in zee en groeien op in zoet water), en zalm, fint, zeeprik, rivierprik en steur (anadrome soorten: paaien in zoetwater en groeien op in zee). Diadrome vissoorten stellen hoge eisen aan zoet - zout overgangen aangezien zij ongehinderde doorgang van zoet naar zout water moeten kunnen overbruggen om hun levenscyclus te voltooien. Deze passage vindt één of meerdere keren in de levenscyclus plaats. De stroomopwaartse migratie waarbij de barrière van zee naar rivier moet worden overwonnen is hierbij de lastigste omdat tegen de stroom in moet worden gezwommen. Als typische soorten van H1130 worden genoemd (Tabel 2): Tabel 2. Kwaliteitsbepalende soorten voor het habitattype H1130 (Profielendocument, 2016). In de laatste kolom vindt een trechtering plaats op grond van relevantie. Soort Categorie 1) Relevant? Vissen Bot Cab ja Harnasmannetje Ca ja Wijting Ca ja Zeedonderpad Ca ja Haring Cab ja Schar Cab ja Slakdolf Cab ja Spiering Cab ja Schol Cab ja Tong Cab ja Ansjovis Ca ja Botervis Cab ja Puitaal Ca ja Weekdieren Nonnetje Cab nee Strandgaper Cab nee Wadslakje Cab nee Opgezwollen brakwaterhoorntje Cab nee Mossel Cab nee Kokkel Cab nee Kreeftachtigen Slijkgarnaal Cab nee Borstelwormen Zeeduizendpoot Ca nee Rode draadworm Ca nee Zandkokerworm Cab nee Vaatplanten Groot zeegras Cab nee Klein zeegras Cab nee 1) Ca = constante soort met indicatie voor goede abiotische toestand; Cab = constante soort met indicatie voor goede abiotische toestand en goede biotische structuur Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 11

12 In aanvulling op bovenstaande soorten vormen de spiering (Osmerus eperlanus) en haringachtigen (Clupea harengus, Sprattus sprattus) belangrijke voedselorganismen voor vogels en zeezoogdieren. Naast vis is de garnaal (Crangon crangon) een belangrijke component van het estuariene voedselweb, die echter niet genoemd wordt als typische soort voor H1130. Garnaal wordt bijgevangen in de vismonitoring. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 12

13 4 Voortoets vismonitoring Eems De vismonitoring met ankerkuil en staande kuil kan via verschillende routes effecten veroorzaken op de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Waddenzee (incl. Eems estuarium). Voor het bepalen van de effecten van de activiteit op kwalificerende habitatsoorten (vissen, zeezoogdieren) en kwalificerende vogelsoorten gaat het om mogelijke effecten van verstoring of indirecte effecten op de draagkracht van het gebied voor deze soorten. Voor de habitattypen moet de invloed worden onderzocht op de aanwezigheid en abundantie van typische soorten en op overige kenmerken van een goede structuur en functie van de betreffende habitat-typen. In Tabel 3 worden de relevante aspecten van de activiteit vismonitoring (met ankerkuil en staande kuil) geïnventariseerd. Tabel 3. Relevantie van mogelijke effecten van mechanische pierenwinning op habitats en soorten; ja: het effect wordt nader onderzocht; nee: het effect is 0 of verwaarloosbaar en wordt niet nader onderzocht. Effecten van activiteit Effect op habitattypen/soorten Relevantie Bodemberoering nvt nee: ankerkuil heeft geen bodemberoering, nee: staande kuil slechts zeer beperkt bodemcontact (3 palen) Onttrekking van bodemdieren nvt nee: geen bodemberoering Onttrekking van vissen Kwaliteit H1130 ja: vissoorten, genoemd in Profielendocument H1130 Onttrekking van vissen Vissen direct effect (vangst) ja: zeeprik, rivierprik, fint Onttrekking van vissen Verstoring Gewone zeehond, grijze zeehond, visetende vogels indirect effect (voedsel) Beschermde vogelsoorten direct effect ja: effect op voedselbeschikbaarheid nee: de vaarroute voor de ankerkuilmonitoring is via de vaargeul waarin veel scheepvaart plaatsvindt. De bevissing leidt niet tot additionele verstoring. nee: de vaarroute voor de staande kuil is eveneens via de betonde vaargeul en over een zeer korte afstand van Termunten naar Oterdum. De bevissing leidt niet tot additionele verstoring. Verstoring Gewone zeehond direct effect ja: vanwege de talrijkheid van zeehonden in dit gebied wordt dit aspect nader beschouwd Vermesting door stikstofdepositie Kwaliteit habitattypen en leefgebieden van soorten ja: toetsing in het kader van de PAS Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 13

14 4.1 Habitats en soorten die géén hinder ondervinden Bij de bevissingen met de ankerkuil gaat het schip voor anker en hangt het net aan een visboom naast het schip. De bodem wordt door de ankerkuil niet beroerd. In het Eems estuarium is alleen sprake van het habitattype H1130 estuarium; de habitattypen H1110 en H1140 vormen in de Eems een onderdeel van H1130. Er is geen effect op de omvang of kwaliteit van het habitattype H1130. Bij de bevissingen met de staande kuil worden drie buizen in de grond gedrukt, die vervolgens gedurende een jaar op die positie blijven staan. De doorsnee van de buizen is dermate gering dat geen effect op de bodem of het bodemleven van de vislocatie op zal treden. Er is geen effect op de omvang of kwaliteit van het habitattype H1130. De bevissing vindt plaats in de waterkolom, er worden geen bodemdieren of schelpdieren onttrokken. Wel enkele vissoorten gevangen die genoemd worden als kwaliteitsbepalend element. Deze vissoorten worden nader beschouwd. Voor de bodemdieren, schelpdieren of hogere planten (zeegrassen) is er geen aantasting van de kwaliteitsbepalende soorten voor het betreffende habitat H1130. Indirecte beïnvloeding van het voedsel van schelpenetende vogels of wormenetende vogels is niet aan de orde. Het vaarverkeer dat nodig is om op de plek van bevissing te komen vindt plaats via de (betonde) vaargeulen. De frequentie van bemonstering is dusdanig beperkt dat het etra vaarverkeer ten behoeve van deze monitoring verwaarloosbaar is ten opzichte van het reguliere scheepvaartverkeer dat plaatsvindt in het Eems-estuarium. Daardoor vindt naar verwachting geen verstoring door geluid plaats van zeezoogdieren of beschermde vogelsoorten. De meeste wadvogels bevinden zich bij laagwater op de droogvallende platen en tijdens hoog water op de hoogwatervluchtplaatsen (HVP). Daarnaast zijn er eenden en meeuwensoorten die zich kunnen ophouden op open water. Aangezien het vaarverkeer via de vaargeul plaatsvindt wordt geen (visuele) verstoring van vogels verwacht. Evenmin wordt verstoring van broedvogels verwacht, aangezien de bevissing op voldoende afstand van de oevers met de mogelijke broedbiotopen wordt uitgevoerd. 4.2 Afbakening van de natuurtoets In het volgende hoofdstuk zullen we toetsen of er effecten worden verwacht van de als relevant aangemerkte aspecten in bovenstaande tabel. Dit betreft de onttrekking van vissen: effect op de habitatsoorten fint, zeeprik, rivierprik (paragraaf 0), effecten op kwaliteitsbepalende vissoorten (paragraaf 0), indirecte effecten door onttrekking van voedsel op zeezoogdieren en visetende vogels (paragraaf 5.2); de effecten van verstoring op zeezoogdieren (paragraaf 5.3), de effecten van stikstofdepositie op de kwaliteit van habitattypen (paragraaf 5.4). Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 14

15 5 Effecten op habitats en soorten 5.1 Onttrekking van vissen De onttrekking van vissen kan invloed hebben op de habitatsoorten fint, rivierprik en zeeprik. Daarnaast kan de onttrekking invloed hebben op de beschreven kwaliteitsbepalende elementen van habitattype H1130 Estuarium. Ten derde kan er een indirect effect zijn van de onttrekking van vissen op de voedselbeschikbaarheid voor visetende vogels en zeezoogdieren; dit is besproken in paragraaf 5.2. Onttrekking van habitatsoorten (fint, rivierprik en zeeprik) Fint wordt in de reguliere KRW-ankerkuilmonitoring elk jaar gevangen op de locaties Spijk en Oterdum, in lage aantallen (in 2017 tot 5 individuen per uur per 80 m 2 netopening in het voorjaar en minder dan 1 ind per uur per 80 m 2 ). In het voorjaar is er enige migratie van volwassen finten die zich stroomopwaarts op de Eems willen voortplanten, maar waarbij de waterkwaliteit en het ontbreken van habitats aldaar geen succesvolle voortplanting toelaten (Bos et al., 2012). In de nazomer worden doorgaans jonge fintjes aangetroffen in het estuarium, met jaarlijks fluctuerende aantallen(kleef & Jager, 2002). De onttrekking van fint in de ankerkuilmonitoring is dermate laag dat geen effect op de fintpopulatie in het Eems estuarium wordt verwacht. Voor de staande kuil geldt hetzelfde. Rivierprik wordt ieder jaar in de KRW-ankerkuilmonitoring aangetroffen in lage concentraties van minder dan 1 rivierprik per uur per 80 m 2, in de najaarsmonitoring (september) en met de hoogste concentraties bij de stroomopwaartse locatie Terborg. De trekperiode van rivierprik is in het najaar, de paaigebieden liggen in het binnenwater (bijvoorbeeld Drentse Aa) of stroomopwaarts op de Eems. In het voorjaar migreren sporadisch jonge rivierprikken terug naar zee. De rivierprik is een sterke vissoort die levend teruggezet kan worden. Met dat gegeven, in combinatie met de lage aantallen, is er geen effect te verwachten van de monitoring met staande kuil of ankerkuil op de populatie van rivierprik in het Eems estuarium. Zeeprik is in de KRW-ankerkuilmonitoring sinds 2007 niet aangetroffen op station Oterdum. De kans om een eemplaar van deze soort te vangen bestaat voornamelijk in de trekperiode in het voorjaar (mei), maar is uiterst klein. De zeeprik is een sterke vissoort die levend teruggezet kan worden. Daarmee is er geen effect op de populatie zeeprik van de monitoring met staande kuil of ankerkuil op locatie Oterdum. Conclusie: de voorgenomen monitoring met ankerkuil en staande kuil zal geen effect hebben op de populaties noch op de instandhoudingsdoelen van de habitatsoorten fint, rivierprik en zeeprik in de Waddenzee of in het Eems estuarium. Onttrekking van kwaliteitsbepalende vissoorten voor H1130 estuarium Van de kwaliteitsbepalende vissoorten voor H1130 zijn de meeste, maar niet alle, vissoorten aangetroffen in de KRW-vismonitoring (ankerkuil) in het Eems-estuarium. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 15

16 Ter illustratie wordt verwezen naar gegevens van de KRW-vismonitoring 2017 (Tabel 4, BioConsult, 2017), waar de botervis (Pholis gunnellus), harnasmannetje (Agonus cataphractus) en puitaal (Zoarces viviparus) niet zijn aangetroffen bij Oterdum. Tabel 4. Soortendiversiteit in voorjaar (spring) en najaar (autumn) 2017 op de bemonsterde stations Spijk (S), Oterdum (O) en Terborg (T). BioConsult, Table 3: Species diversity in spring and autumn 2017 at the sampled stations Spijk (S), Oterdum (O) and Terborg (T). spring autumn total Fish species S O T S O T S O T guild Blicca bjoerkna X X limnic (freshwater) Gymnocephalus cernua X X Leuciscus idus X X Perca fluviatilis X X X Sander lucioperca X X n=5 Alosa falla X X X X X X diadromous Anguilla anguilla X X X X X Gasterosteus aculeatus X X X X X X X Lampetra fluviatilis X X X X X X X Liza ramada X X X X X X n=7 Osmerus eperlanus X X X X X X X X X Salmo trutta X X Agonus cataphractus X X estuarine Ammodytes tobianus X X Aphia minuta X X Liparis liparis X X X X X X Myoocephalus scorpius X X X X X n= 11 Platichthys flesus X X X X X X X X X Pomatoschistus microps X X X X X Pomatoschistus minutus X X X X X X X X X Syngnathus acus X X Syngnathus rostellatus X X X X X X X X Zoarces viviparus X X Chelidonichthys lucerna X X X X marine-juvenile Clupea harengus X X X X X X X X X Dicentrarchus labra X X X X Limanda limanda X X X X X X n= 10 Merlangius merlangus X X X X X X Pleuronectes platessa X X X X X X Scophthalmus maimus X X X X X X Scophthalmus rhombus X X Solea solea X X X X X X X X X Trisopterus luscus X X X X X Belone belone X X X X marine-seasonal Ciliata mustela X X X X Engraulis encrasicolus X X Eutrigla gurnardus X X n= 5 Sprattus sprattus X X X X X X X X X Mullus surmuletus X X marine, Trachurus trachurus X X n=2 total number of species Van de vissoorten die worden gevangen met de staande kuil zijn geen recente gegevens bekend. Als referentie kan worden gekeken naar Kleef & Jager (2002), waar jaarrond is gemonitord met een staande kuilopstelling, ook bij locatie Oterdum. Onderstaande tabel (Tabel 5) geeft een indicatie van de mate van voorkomen van verschillende vissoorten in Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 16

17 Tabel 5. Voorkomen van vissoorten in de jaarrond vismonitoring met staande kuil bij station Oterdum (O) en in de Dollard (D). Bron: Kleef & Jager, categorie algemeen vrij algemeen zeldzaam zeer zeldzaam locatie locatie spiering dunlipharder zeeforel O zeeprik D bot griet ansjovis O kleine pieterman D 3d. stekelbaars harnasmannetje blauwe wijting O koolvis D paling 5dr. meun botervis O pollak O rivierprik puitaal geep O tongschar D fint rode poon glasgrondel D grondel schar horsmakreel O+D haring sprot schurftvis O+D kabeljauw zandspiering snotolf O schol zeebaars tarbot O+D slakdolf steenbolk tong wijting zeedonderpad De voorgenomen vismonitoring heeft geen effect op de kwaliteit van het habitat dat nodig is om de genoemde vissoorten (in Tabel 2) te herbergen. De kwaliteitsbepalende vissoorten zullen, afhankelijk van het seizoen, in meer of mindere mate worden gevangen in de ankerkuil en staande kuil. Zoals blijkt uit diverse rapportages over de vismonitoring in de Eems (o.a. BioConsult, 2017) worden de vissoorten met een bodemgebonden leefwijze doorgaans in lage concentraties gevangen in de ankerkuil (en vergelijkbaar in de staande kuil), waarbij de vangst afhankelijk is van de actieve verplaatsing van de vissen binnen het gebied. De meest talrijke soort in dit type monitoring is de haring, die deel uitmaakt van de omvangrijke Noordzee haringpopulatie. De onttrekking van haring door de voorgenomen monitoring is, gerelateerd aan de omvang van de haringpopulatie, uiterst gering en zal hierop geen meetbaar effect kunnen hebben. Het estuarium is bovendien een open watersysteem, waarbij vissoorten vrij in en uit kunnen migreren en plaatselijk onttrokken individuen vanuit Waddenzee en Noordzee kunnen worden aangevuld. De bevissing heeft geen gevolgen voor het voorkomen van typische vissoorten en de geschiktheid van het Eemsestuarium voor deze soorten. 5.2 Effect op stapelvoedsel van vogels en zeezoogdieren De gemiddelde visconcentratie in 2017 in de KRW-vismonitoring bij Oterdum was in het voorjaar 422 vissen per uur per 80 m 2 (netopening) en in het najaar vissen per uur per 80 m 2. Haring was de dominante soort in de vangsten, met een aandeel van 60-98% (BioConsult, 2017). De totale vistijd per bemonstering bedraagt maimaal ca. 10 uur (ankerkuil). De gevangen vissen worden grotendeels teruggezet en dus niet volledig aan het systeem onttrokken. Uit de staande kuil, waarvoor een vergunning vanuit de Wet Natuurbescherming en vanuit de Visserijwet aanwezig is, worden vissen onttrokken voor een voedselweb analyse. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 17

18 De overleving, na het vangen en sorteren, van met name haringachtigen en spiering is heel laag. Met name deze soorten worden voor de voedselwebanalyse gebruikt. Beschermde soorten, zoals finten en prikken, worden na meting en registratie direct teruggezet. Ten opzichte van het totale visbestand wordt in de bemonsteringen echter een verwaarloosbaar deel gevangen. Het merendeel van de gevangen vissen wordt direct na de bevissing terug gezet; het deel van de vis dat dit niet overleeft zal voor een groot deel gegeten worden door meeuwen en andere visetende vogels. Het netto effect op de voedselbeschikbaarheid is daarmee verwaarloosbaar. 5.3 Verstoring van zeezoogdieren Van de kwalificerende zeezoogdiersoorten komt alleen de gewone zeehond in relevante aantallen in de Eems voor. De grijze zeehond en bruinvis (zie voor bruinvis ook Deel B, soortenbescherming) komen slechts incidenteel voor. De meest dichtbij gelegen rustplaatsen van zeehonden liggen in de Dollard en op het noordelijk deel van de Hond en Paap, op een afstand van respectievelijk 4,5 en 11 km van de locatie van de bevissing. De verstoringsafstand van de zeehond, waarvan in het Natura 2000-beheerplan wordt uitgegaan, bedraagt meter. Onderstaande afbeelding (Figuur 2) laat zien dat de locatie van de bevissing daar ruimschoots buiten valt. De vaarbewegingen van en naar de locatie van de bevissing vinden plaats via de vaargeulen die ook door overige scheepvaart worden gebruikt. De scheepvaart ten behoeve van de bevissing is verwaarloosbaar ten opzichte van de al aanwezige scheepvaart en leidt niet tot significante verstoring. Figuur 2. Ligging van de rustplaatsen van zeehonden (zoals opgenomen in het Natura 2000beheerplan Waddenzee) ten opzichte van de locatie van de bevissing. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 18

19 5.4 Vermesting door stikstofdepositie De motoren van de schepen die ten behoeve van de bevissing worden gebruikt, stoten stikstofverbindingen uit die in de vorm van stikstofdepositie neerslaan op het omliggende gebied. Om vast te stellen wat de omvang van de stikstofdepositie is, is een berekening uitgevoerd met het depositiemodel Aerius (versie 2016L, de meest recente versie op moment van schrijven). De emissie van de vaarbewegingen ten behoeve van de bevissing met de staande kuil is berekend zoals weergegeven in onderstaande Tabel 6. Omdat de vlet die wordt gebruikt bij de bevissing met de staande kuil niet als bron in Aerius kan worden gekozen, is de stikstofemissie worst case bepaald en ingevoerd als mobiel werktuig in Aerius. Tabel 6. Stikstofemissie vaarbewegingen staande kuil. Gram NO/kWh Belasting emissie [kg NO/jr] Activiteit Bouwjaar Draai-uren KW TAF fact. Varen van en naar staande kuil t.b.v. plaatsen palen , , ,2 Stilliggen bij staande kuil t.b.v.plaatsen palen ,5 10 1,1 63,8 Varen naar haven termunterzijl , , ,2 Varen naar staande kuil ronde , , ,0 Stilliggen bij staande kuil t.b.v.visbemonstering ,5 10 1,1 425,0 Varen naar haven Termunterzijl , , Varen van en naar staande kuil t.b.v. plaatsen palen , , ,2 Stilliggen bij staande kuil t.b.v.plaatsen palen ,5 10 1,1 63,8 Varen naar haven termunterzijl , , ,2 Totale stikstofemissie varen 772,8 Totale stikstofemissie stil liggen 552,2 De emissie van de vaarbewegingen ten behoeve van de ankerkuil, waarbij een kleine visserskotter wordt gebruikt, is wel in Aerius bepaald, omdat dit scheepstype wel in Aerius kan worden gekozen. De stikstofemissie ten gevolge van de bevissing met de ankerkuil bedraagt 1650,7 kg tijdens het varen en 550,0 kg tijdens het stil liggen. De standaardberekening in Aerius geeft geen resultaat (zie rapport in Bijlage C). De bevissing is in dit geval ingevoerd als tijdelijk project met de duur van 1 jaar. Dat Aerius geen resultaat geeft, wil zeggen dat de berekende depositie overal minder dan 0,05 mol N/ha/jaar bedraagt. Om de feitelijke depositie te bepalen is daarom een tweede berekening uitgevoerd, waarbij is gerekend voor vaste rekenpunten. Daarop geeft Aerius ook een uitkomst wanneer de depositie lager is dan 0,05 mol. Het resultaat van deze tweede berekening is ook opgenomen in Bijlage C. Daarbij is het project niet als tijdelijk project ingevoerd, zodat de uitkomst door Aerius niet door 6 wordt gedeeld om te middelen voor de gehele PAS periode van 6 jaar, maar de feitelijke depositie wordt berekend. De op deze wijze berekende depositie is weergegeven in Tabel 7. Tabel 7. Stikstofdepositie ten gevolge van de bevissing met staande kuil en ankerkuil. De ligging van de rekenpunten is te vinden in de Aeriusrapportage in bijlage C. Nr. Gebied Depositie (mol N/ha/jr) a Borkum 0,01 b Rottumerplaat 0,00 c Hond en Paap 0,02 d Punt van Reide 0,06 e Krummhörn 0,20 f Rheiderland 0,01 Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 19

20 Nederlandse gebieden De depositie op de Punt van Reide bedraagt eenmalig 0,06 mol N/ha/jaar. Dit gebied is niet overbelast (de achtergronddepositie is lager dan de kritische depositiewaarde) wat betekent dat deze depositie niet zal leiden tot enig effect. Dit geldt ook voor de Hond en Paap. Voor verder weg gelegen gebieden, zoals Rottumerplaat, is de depositie overal 0,00 mol N/ha/jaar. Duitse gebieden In Duitsland wordt een toetsings- en beoordelingsmethode gebruikt die uit twee stappen bestaat. Als eerste wordt het onderzoeksgebied begrensd waarna binnen het onderzoeksgebied de cumulatieve stikstofdepositie wordt beoordeeld. Begrenzing onderzoeksgebied Het onderzoeksgebied wordt begrensd op basis van de door het project (zonder cumulatie) veroorzaakte stikstofdepositie. De depositiewaarde waarop het gebied wordt begrensd, wordt het Abschneidekriterium genoemd. Op basis van een uitspraak van het Bundesverwaltungsgericht (BVerwG 9 A 5.08, 14 april 2010), de hoogste federale administratieve rechtbank, wordt daarvoor een grenswaarde van 100 gram stikstof (7,14 mol) per hectare per jaar aangehouden. In andere studies wordt in Duitsland ook wel een waarde van 300 gram (21,43 mol) aangehouden. Een recente uitspraak van een Duitse Rechtbank lijkt het Abschneidekriterium echter op 50 gram (3,57 mol) te hebben gesteld. Dat betekent dat er in Duitsland drie verschillende grenswaarden gehanteerd worden voor het afgrenzen van het onderzoeksgebied. Beoordeling depositie binnen onderzoeksgebied De stikstofdepositie wordt binnen het vastgestelde onderzoeksgebied vervolgens getoetst aan een drempelwaarde (Irrelevanzschwelle). Deze waarde bedraagt 3% van de kritische depositiewaarde van het meest gevoelige habitattype in het betreffende Natura 2000-gebied. Bij deze beoordeling dient de gecumuleerde depositie in beschouwing te worden genomen. De laagste kritische depositie waarde, die van het habitattype hoogveen, bedraagt 400 mol N/ha/jaar. Dat betekent dat de laagst denkbare drempelwaarde 12 mol N/ha/jaar bedraagt. Beoordeling stikstofdepositie bevissing De depositie als gevolg van de bevissing is met maimaal 0,20 mol vele malen lager dan de grenswaarde van 50, 100 of 300 gram. Nader onderzoek naar effecten op Duitse gebieden is om die reden niet aan de orde. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 20

21 6 Conclusie effecten Waddenzee (Eems-Dollard) Op basis van voorgaande effectbepaling en toetsing wordt geconcludeerd dat de effecten op soorten en habitats van het Natura 2000-gebied Waddenzee als gevolg van de activiteiten van de voorgenomen monitoring geen significante gevolgen zullen hebben. De activiteiten vertonen ruimtelijk of temporeel geen overlap met diverse habitats of individuen van soorten. Tevens is de onrust die de vaarbewegingen en het plaatsen of leeghalen van de netten teweegbrengen zeer tijdelijk, vindt niet of zeer beperkt plaats in (gesloten) rustgebieden en de vogels kunnen ruimschoots elders terecht. Er treedt geen sterfte op van vogels of zeezoogdieren in de toegepaste visnetten. De hoeveelheid vis die wordt gevangen is verwaarloosbaar in termen van effecten op de populaties van kwaliteitsbepalende soorten voor het habitattype H1130 estuaria. De hoeveelheid vis die maimaal sterft als gevolg van de monitoring is verwaarloosbaar in termen van voedsel voor vogels en zeezoogdieren waarvoor instandhoudingsdoelen gesteld zijn. Bijna alle gevangen vissen, behoudens het deel dat voor voedselwebanalyse wordt onttrokken, worden direct na vangstverwerking teruggezet in het watersysteem. Daarmee blijft de vis, levend of dood, beschikbaar als voedsel voor vogels en zeezoogdieren. De stikstofdepositie op vermestingsgevoelige habitats is verwaarloosbaar laag of afwezig. Negatieve effecten van de activiteit op de instandhoudingsdoelen voor het N2000- gebied Waddenzee zijn uitgesloten. Op basis van voorgaande toetsing en effectbepaling kan geconcludeerd worden dat de effecten op de beschermde soorten en habitats van het Natura 2000-gebied als gevolg van de activiteiten van de voorgenomen vismonitoring, met ankerkuil en staande kuil, verwaarloosbaar zijn. Omdat er geen effecten optreden als gevolg van de monitoring, cumuleert deze activiteit ook geen effecten. Er is dus geen sprake van verstoring of verslechtering van individuen of leefgebieden van de relevante soorten in de Eems-Dollard als onderdeel van de Waddenzee. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 21

22 Deel B Soortenbescherming Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 22

23 7 Soortenbescherming De wettelijke basis van de toets wordt gevormd door de artikelen 3.1 t/m 3.10 van de Wnb. In onderstaande toets is met name de verbodsbepaling van artikel 3.5 van de Wnb relevant. Beschermingskader Vogelrichtlijnsoorten Alle van nature in Nederland in het wild levende vogelsoorten zijn beschermd op grond van artikel 3.1 Wet natuurbescherming. Op grond van artikel 3.1 Wnb is het verboden in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn te doden of te vangen, is verboden opzettelijk nesten, rustplaatsen en eieren van vogels als bedoeld in het eerste lid te vernielen of te beschadigen, of nesten van vogels weg te nemen. Ook wordt het opzettelijk storen van vogels verboden, tenzij de storing niet van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort. Dit beschermingskader geldt voor alle in het projectgebied voorkomende vogels, tenzij sprake is van eoten, of verwilderde gedomesticeerde vogels. Beschermingskader Habitatrichtlijnsoorten In artikel 3.5 Wnb wordt het opzettelijk doden, vangen, verstoren, vernielen van eieren van dieren genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, in hun natuurlijk verspreidingsgebied, verboden. Daarnaast is het verboden een rust- of voortplantingsplaats te beschadigen, of vernielen. In het vijfde lid van dit artikel wordt bepaald dat het is verboden planten van soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel b, bij de Habitatrichtlijn of bijlage I bij het Verdrag van Bern, in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te plukken en te verzamelen, af te snijden, te ontwortelen of te vernielen. Zo geldt op grond van artikel 3.5 van de Wnb een strikte vorm van bescherming voor de Atlantische steur en de houting. Een overzicht van alle soorten die onder de bescherming van artikel 3.5 vallen is opgenomen als bijlage B. Beschermingskader andere soorten In artikel 3.10 Wnb wordt het opzettelijk doden en vangen van andere bij wet genoemde beschermde diersoorten verboden, beschermde planten te plukken, uit te graven of op andere wijze te beschadigen. Ook is het verboden voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van beschermde soorten te vernielen of te beschadigen. In bijlage B is een lijst opgenomen van alle onder artikel 3.10 van de Wnb beschermde soorten. Zorgplicht Tot slot kent de Wet natuurbescherming via artikel 1.11 een algemene zorgplicht voor alle in het wild levende dieren. Deze zorgplicht houdt in dat eenieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige effecten kunnen optreden, dit handelen achterwege laat of minimaliseert, om zo de negatieve gevolgen te beperken. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 23

24 8 Relevante beschermde soorten 8.1 Vogelrichtlijnsoorten Voor vogelsoorten geldt dat er nooit eerder vogels zijn (bij)gevangen in de voorgenomen monitoring, niet met de ankerkuil en niet met de staande kuil. Voor zover het onderzoek zal leiden tot verstoring van vogels dan geldt dat deze verstoring met zekerheid niet van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoorten. Daarvoor is de verstoring te kortdurend en lokaal. 8.2 Habitatrichtlijnsoorten De voorliggende toets betreft enkele specifieke vissoorten, zoals vermeld in de Habitatrichtlijn, te weten de steur Acipenser sturio en de houting Coregonus oyrhinchus. En daarnaast de bruinvis (Phocoena phocoena), zijnde een zeezoogdier. Houting Houting (Coregonus oyrhinchus) is één van de riviertrekvissen, naast Europese steur, Atlantische zalm en elft, die in de loop van de 20ste eeuw is uitgestorven in de Nederlandse stroomgebieden en na 1940 niet meer werd aangetroffen. Nadat er in 1992 een grootschalig herintroductieprogramma van houting werd gestart in de Duitse Rijn op basis van de laatste houting populatie in de Deense Waddenzee zijn houtingen weer in toenemende mate aangetroffen in de Nederlandse grote rivieren en het IJsselmeergebied (Winter, 2017). Hierbij is er discussie over de vraag: Behoren de houtingen die nu in Nederland worden aangetroffen tot de ernstig bedreigde soort Coregonus oyrinchus, of is de houting die vanuit de Deense Waddenzee in de Rijn is uitgezet binnen een herintroductie programma een andere soort? Deense houtingen zijn sinds de jaren 90 van de vorige eeuw ook opgekweekt in gevangenschap en gebruikt voor herintroductie-programma s in rivieren in Noord- Duitsland en de Duitse Rijn en Lippe net over de Nederlandse grens. Houting heeft zich ook na het stoppen van de uitzettingen gehandhaafd en vormt in het beneden-stroomgebied van de Rijn en met name ook op het IJsselmeer en IJssel inmiddels een zichzelf in stand houdende populatie (diverse bronnen, geciteerd in Winter, 2017). Op dit moment is de mate van uitwisseling en verwantschap tussen de oorspronkelijke Noordzee houting populatie van de Rijn, Maas en Schelde en de huidige Noordzee houting populatie in de Deense Waddenzee onbekend (Winter, 2017). Het ligt voor de hand om, bij gebrek aan bewijs voor een aparte soortstatus voor de verdwenen Rijn- delta houting, om de houtingen in de Deense Waddenzee nog steeds als dezelfde soort C. oyrinchus te beschouwen of op z n minst de houting in het Waddenzee gebied te beschouwen als een zelfstandige evolutionairy significant unit (ESU). De unieke eigenschappen van die ESU zijn een lange puntige snuit en tolerantie voor 33 zeewater. Dit zou dan betekenen dat de geïntroduceerde houting vanuit de Deense Waddenzee ook valt onder de Habitatrichtlijn (Winter, 2017). Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 24

25 Volgens bovenstaand verspreidingskaartje wordt de houting in een beperkt aantal atlasblokken aangetroffen, onder andere in het IJsselmeer bij de sluizen van Kornwerderzand. In de Eems-Dollard is houting in de afgelopen dertig jaren niet in vismonitoring aangetroffen. Atlantische steur De Atlantische steur wordt in Nederland beschouwd als zijnde uitgestorven (Bos et al., 2018). Onbedoelde bijvangst in de ankerkuil of staande kuil monitoring is daarom vrijwel uitgesloten. Bij eventuele vangst van deze soort wordt de steur onverwijld levend teruggezet. Bruinvis Bruinvissen worden incidenteel waargenomen in het Eems-estuarium en in de haven van Delfzijl. De bruinvis wordt niet verstoord door het vissersschip dat voor anker ligt te vissen. De staande kuil opstelling aan de rand van de geul vormt geen probleem Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 25

26 aangezien de bruinvissen zich via de geulen verplaatsen en de staande kuil is voorzien van een keerwant. 8.3 Andere soorten De gewone zeehond komt voor nabij de bevissingslocatie. In paragraaf 5.3 is geoordeeld dat deze verstoring van zeer beperkte aard is. Gezien de wijze van werken, waarbij onnodig verstoren wordt voorkomen, is er geen sprake van opzettelijk verstoren van de gewone zeehond. Ook sterfte wordt voorkomen doordat de staande kuil is voorzien van een keerwant. Geen van de overige onder artikel 3.10 beschermde dier- en plantensoorten (zie opsomming in Bijlage B) komt voor nabij de bevissingslocatie. Effecten op andere soorten zijn om die reden uitgesloten. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 26

27 9 Effecten en beoordeling 9.1 Houting en steur (HR Bijlage IV) De houting en steur genieten op grond van Artikel IV van de Habitatrichtlijn de meest strikte bescherming in de Wnb. Deze vissoorten mogen in hun natuurlijke verspreidingsgebied niet opzettelijk worden gevangen, gedood of verstoord. Daarnaast mogen de rust- en voortplantingsplaatsen van deze dieren niet worden beschadigd of vernield. Bij deze soorten is het huidige voorkomen in Nederland sterk beïnvloed door meerjarige uitzettingsprogramma s in Duitsland. De aantallen die voorkomen in de Waddenzee zijn uiterst laag en in de Eems-Dollard worden deze soorten eigenlijk niet aangetroffen. Deze soorten worden in de voorgenomen vismonitoring niet opzettelijk gevangen, gedood of verstoord. De rust- en voortplantingsplaatsen van deze soorten liggen buiten de Waddenzee en in het algemeen buiten de Nederlandse landsgrenzen. In de KRW-vismonitoring in de Eems met de ankerkuil zijn de steur en houting nooit gevangen in de periode De kans dat ze in de voorgenomen vismonitoring worden gevangen is daarmee vrijwel afwezig. Mochten ze toch incidenteel worden gevangen dan zullen ze onverwijld worden teruggezet in het watersysteem. 9.2 Bruinvis (HR Bijlage IV) In de vismonitoring in de Eems is sinds 2007 in de ankerkuilmonitoring geen bijvangst van bruinvissen vastgesteld. In de staande kuilmonitoring (Kleef & Jager, 2002) is evenmin bruinvis bijgevangen. De kans dat bruinvis in de voorgenomen vismonitoring wordt gevangen is bij beide vismethoden uiterst gering, temeer omdat de staande kuil is voorzien van een keerwant. 9.3 Zeehond (nationaal beschermde soort) In de vismonitoring Eems is sinds 2007 in de ankerkuilmonitoring geen bijvangst van zeehonden vastgesteld. In de staande kuilmonitoring (Kleef & Jager, 2002) is evenmin zeehond bijgevangen. De kans dat een zeehond in de voorgenomen vismonitoring wordt gevangen is bij beide vismethoden uiterst gering, temeer omdat de staande kuil is voorzien van een keerwant. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 27

28 10 Conclusie soortenbescherming Voor geen van de beschermde soorten, die voorkomen in de omgeving van de locatie waar de bevissingen plaatsvinden, worden verbodsbepalingen overtreden. Er zijn geen etra maatregelen nodig om overtredingen te voorkomen. Een ontheffing van de Wet natuurbescherming is dan ook niet aan de orde. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 28

29 11 Literatuur Baptist, M.J. & C.J.M. Philippart, Monitoring the Ems estuary; towards a bilateral integrated monitoring programme. Waddenacademie, Position Paper BioConsult, Stow net fishery Ems Fish fauna study within the framework of water status monitoring in accordance with the WFD. BioConsult Report BM Bos, D., Büttger, H., Esselink, P., Jager, Z., de Jonge, V., Kruckenberg, H., van Maren, B., & B. Schuchardt, De ecologische toestand van het Eems-estuarium en mogelijkheden voor herstel. A&W rapport Programma Naar Een Rijke Waddenzee/Altenburg & Wymenga, Leeuwarden/Veenwouden. Bos, O.G., A.B. Griffioen, O. A. van Keeken, D.J. Gerla, H.V. Winter, Toestand van vis en visserij in de zoete Rijkswateren Deel I: trends. Wageningen University & Research rapport C033/18. Kleef, H.L. & Jager, Z Het diadrome visbestand in het Eems-Dollard estuarium in de periode Rapport RIKZ/ Winter, H.V., Taonomische status van houting in Nederlandse wateren. Wageningen University & Research Rapport C Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 29

30 Bijlage A Instandhoudingsdoelen Waddenzee Instandhoudingsdoel Doelstelling Relevant Habitattypen Oppervlakte/kwaliteit H1110A Permanent overstroomde zandbanken (getijdengebied) =/> Nee H1130 Estuaria =/= Ja H1140A Slik- en zandplaten (getijdengebied) =/> Nee H1310A Zilte pionierbegroeiingen (zeekraal) =/= Nee H1310B Zilte pionierbegroeiingen (zeevetmuur) =/= Nee H1320 Slijkgrasvelden =/= Nee H1330A Schorren en zilte graslanden (buitendijks) =/> Nee H1330B Schorren en zilte graslanden (binnendijks) =/= Nee H2110 Embryonale duinen =/= Nee H2120 Witte duinen =/= Nee H2130A Grijze duinen (kalkrijk) =/= Nee H2130B Grijze duinen (kalkarm) =/> Nee H2160 Duindoornstruwelen =/= Nee H2170 kruipwilgstruwelen Niet bepaald Nee H2190B Vochtige duinvalleien (kalkrijk) =/= Nee Habitatrichtlijnsoorten Oppervlakte/kwaliteit/populatie H1014 Nauwe korfslak =/=/= Nee H1095 Zeeprik =/=/> Ja H1099 Rivierprik =/=/> Ja H1103 Fint =/=/> Ja H1340 Noordse woelmuis Niet/bepaald Nee H1351 Bruinvis Niet/bepaald Ja H1364 Grijze zeehond =/=/= Ja H1365 Gewone zeehond =/=/> Ja H1903 Groenknolorchis Niet bepaald Nee Broedvogels Aantal broedparen A034 Lepelaar 430 Nee A063 Eider Ja A081 Bruine kiekendief 30 Nee A082 Blauwe kiekendief 3 Nee A132 Kluut Nee A137 Bontbekplevier 60 Nee A138 Strandplevier 50 Nee A183 Kleine mantelmeeuw Ja A191 Grote stern Ja A193 Visdief Ja A194 Noordse stern Ja A195 Dwergstern 200 Nee A222 Velduil 5 Nee Niet-broedvogels Seisoensgemiddelde, wanneer het seizoensmaimum genoemd is, is dit aangegeven met ma A005 Fuut 310 Ja A017 Aalscholver Ja A034 Lepelaar 520 Ja A037 Kleine zwaan ma Nee A039b Toendrarietgans =/= Nee Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 30

31 A043 Grauwe gans Nee A045 Brandgans Nee A046 Rotgans Nee A048 Bergeend Nee A050 Smient Nee A051 Krakeend 320 Nee A052 Wintertaling Nee A053 Wilde eend Nee A054 Pijlstaart Nee A056 Slobeend 750 Nee A062 Topper Ja A063 Eider mid Ja A067 Brilduiker 100 Ja A069 Middelste zaagbek 150 Ja A070 Grote zaagbek 70 Ja A103 Slechtvalk 40 ma Nee A130 Scholekster Nee A132 Kluut Nee A137 Bontbekplevier Nee A140 Goudplevier Nee A141 Zilverplevier Nee A142 Kievit Nee A143 Kanoet Nee A144 Drieteenstrandloper Nee A147 Krombekstrandloper ma Nee A149 Bonte strandloper Nee A156 Grutto Nee A157 Rosse grutto Nee A160 Wulp Nee A161 Zwarte ruiter Nee A162 Tureluur Nee A164 Groenpootruiter Nee A169 Steenloper Nee A197 Zwarte stern ma Ja 1 Enige afname in relatie tot herstel van scheldierbanken is aanvaardbaar. Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 31

32 Bijlage B Beschermde soorten Wet natuurbescherming Habitatrichtlijn, Bijlage IV Conventie van Bern, Anne I, II Conventie van Bonn, Anne I Habitatrichtlijn, Bijlage IV Conventie van Bern, Anne I, II Conventie van Bonn, Anne I Zoogdieren (overig) Bever Hamster Vale vleermuis Watervleermuis Zoogdieren (marien) Hazelmuis Lyn Bruinvis Bultrug Noordse woelmuis Dwergpotvis Otter Gestreepte dolfijn Wilde kat Gewone dolfijn Zoogdieren (vleermuizen) Gewone spitsdolfijn Baardvleermuis Bechstein's vleermuis Bosvleermuis Brandt's vleermuis Dwergvleermuis Franjestaart Grijze grootoorvleermuis Grootoorvleermuis Grote hoefijzerneus Grote rosse vleermuis Ingekorven vleermuis Kleine dwergvleermuis Kleine hoefijzerneus Laatvlieger Meervleermuis Mopsvleermuis Noordse vleermuis Rosse vleermuis Gewone vinvis Griend Grijze dolfijn Kleine zwaardwalvis Narwal Noordse vinvis Orka Potvis Tuimelaar Walrus Witflankdolfijn Witsnuitdolfijn Amfibieën Boomkikker Geelbuikvuurpad Heikikker Kamsalamander Knoflookpad Ruige dwergvleermuis Poelkikker Tweekleurige vleermuis Rugstreeppad Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 32

33 Habitatrichtlijn, Bijlage IV Conventie van Bern, Anne I, II Conventie van Bonn, Anne I Habitatrichtlijn, Bijlage IV Conventie van Bern, Anne I, II Conventie van Bonn, Anne I Vroedmeesterpad Noordse winterjuffer Vuursalamander Reptielen Oostelijke witsnuitlibel Rivierrombout Gladde slang Muurhagedis Zandhagedis Reptielen (schildpadden) Dikkopschildpad Kemp's zeeschildpad Lederschildpad Soepschildpad Sierlijke witsnuitlibel Kevers Brede geelrandwaterroofkever Gestreepte waterroofkever Heldenbok Juchtleerkever Vermiljoenkever Insecten (overig) Vissen Oeveraas Houting Mollusken Steur Vlinders Bataafse stroommossel Platte schijfhoren Apollovlinder Boszandoog Planten Drijvende waterweegbree Donker pimpernelblauwtje Geel schorpioenmos Grote vuurvlinder Groenknolorchis Moerasparelmoervlinder Kleine vlotvaren Pimpernelblauwtje Kruipend moerasscherm Teunisbloempijlstaart Liggende raket Tijmblauwtje Tonghaarmuts Zilverstreephooibeestje Zomerschroeforchis Libellen en waterjuffers Bronslibel Gaffellibel Gevlekte witsnuitlibel Groene glazenmaker Mercuurwaterjuffer Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 33

34 Art Wnb Zoogdieren (overig) Aardmuis Boommarter Bosmuis Bunzing Damhert Das Dwergmuis Dwergspitsmuis Edelhert Eekhoorn Egel Eikelmuis Gewone bosspitsmuis Grote bosmuis Haas Hermelijn Huisspitsmuis Konijn Molmuis Ondergrondse woelmuis Ree Rosse woelmuis Steenmarter Tweekleurige bosspitsmuis Veldmuis Veldspitsmuis Vos Waterspitsmuis Wezel Wild zwijn Woelrat Zoogdieren (marien) Gewone zeehond Grijze zeehond Amfibieën Alpenwatersalamander Bruine kikker Gewone pad Kleine watersalamander Meerkikker Middelste groene kikker Vinpootsalamander Vuursalamander Reptielen Adder Hazelworm Levendbarende hagedis Ringslang Vissen Beekdonderpad Beekprik Elrits Europese rivierkreeft Gestippelde alver Grote modderkruiper Kwabaal Vlinders Aardbeivlinder Bosparelmoervlinder Bruin dikkopje Bruine eikenpage Duinparelmoervlinder Gentiaanblauwtje Grote parelmoervlinder Grote vos Grote weerschijnvlinder Iepenpage Kleine heivlinder Kleine ijsvogelvlinder Kommavlinder Sleedoornpage Spiegeldikkopje Veenbesblauwtje Veenbesparelmoervlinder Veenhooibeestje Veldparelmoervlinder Zilveren maan Libellen en waterjuffers Beekrombout Bosbeekjuffer Donkere waterjuffer Gevlekte glanslibel Gewone bronlibel Hoogveenglanslibel Kempense heidelibel Speerwaterjuffer Kevers Vliegend hert Planten Akkerboterbloem Akkerdoornzaad Akkerogentroost Beklierde ogentroost Berggamander Bergnachtorchis Blaasvaren Blauw guichelheil Bokkenorchis Bosboterbloem Bosdravik Brave hendrik Brede wolfsmelk Breed wollegras Bruinrode wespenorchis Dennenorchis Dreps Echte gamander Franjegentiaan Geelgroene wespenorchis Geplooide vrouwenmantel Getande veldsla Gevlekt zonneroosje Glad biggenkruid Gladde zegge Groene nachtorchis Groensteel Groot spiegelklokje Grote bosaardbei Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 34

35 Grote leeuwenklauw Honingorchis Kalkboterbloem Kalketrip Karthuizeranjer Karwijselie Kleine ereprijs Kleine schorseneer Kleine wolfsmelk Kluwenklokje Knollathyrus Knolspirea Korensla Kranskarwij Kruiptijm Lange zonnedauw Liggende ereprijs Moerasgamander Muurbloem Naakte lathyrus Naaldenkervel Pijlscheefkalk Roggelelie Rood peperboompje Rozenkransje Ruw parelzaad Scherpkruid Schubvaren Schubzegge Smalle raai Spits havikskruid Steenbraam Stijve wolfsmelk Stofzaad Tengere distel Tengere veldmuur Trosgamander Veenbloembies Vliegenorchis Vroege ereprijs Wilde averuit Wilde ridderspoor Wilde weit Wolfskers Zandwolfsmelk Zinkviooltje Zweedse kornoelje Natuurtoets Vismonitoring Eems met ankerkuil en staande kuil 35

36 Bijlage C Aerius-rapportages Standaard Aerius berekening: RmjnWYCVJuJA (29 oktober 2018) Aerius berekening met rekenpunten: ReAHuAqfDdoH (29 oktober 2018)

37 Dit document bevat resultaten van een stikstofdepositieberekening met AERIUS Calculator. U dient dit document te gebruiken ter onderbouwing van een vergunningaanvraag in het kader van de Wet natuurbescherming. De resultaten geven de stikstofeffecten van deze activiteit weer voor Natura gebieden. AERIUS Calculator maakt enkel voor de PAS-gebieden inzichtelijk welke stikstofgevoelige habitattypen er voor komen en op welke hiervan een effect is. Op basis hiervan is aangegeven voor hoeveel hectares ontwikkelingsruimte benodigd is. De berekening op basis van stikstofemissies gaat uit van de componenten ammoniak (NH3) en stikstofoide (NO), of één van beide. Hiermee is de depositie van de activiteit berekend en uitgewerkt. Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Berekening Bevissing Kenmerken Samenvatting emissies Depositieresultaten Gedetailleerde emissiegegevens Verdere toelichting over deze PDF kunt u vinden in een bijbehorende leeswijzer. Deze leeswijzer en overige documentatie is te raadplegen via: en pas.natura2000.nl. RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 1/6

38 Benodigde ontwikkelingsruimte Contact Rechtspersoon Inrichtingslocatie Waddenvereniging Eems 500 meter oostelijk Pier van Oterdum, 0000AA Nabij Termunterzijl Activiteit Omschrijving AERIUS kenmerk Visbemonstering Eems 2019 RcL3sYoEhCh4 Datum berekening Rekenjaar Rekeninstellingen 31 oktober 2018, 11: Berekend voor Wnb. Tijdelijk project, startjaar Duur in jaren Totale emissie Situatie 1 NO 3.018,57 kg/j NH3 - Resultaten Hectare met hoogste bijdrage (mol/ha/j) Natuurgebied - - Bijdrage Toelichting * Uitzetten palen t.b.v. staande kuil * 10 maal visbemonstering staande kuil * Verwijderen palen t.b.v. staade kuil * Verplaatsing middels motorsloep 125 PK t.b.v. staande kuil * Vaarbewegingen viskotter t.b.v. ankerkuil * Bevissing ankerkuil Benodigde ontwikkelingsruimte Bevissing RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 2/6

39 Benodigde ontwikkelingsruimte Locatie Bevissing Emissie Bevissing Bron Sector Emissie NH3 Emissie NO Varen naar en van staande kuil Mobiele werktuigen Bouw en Industrie - 775,00 kg/j Stilliggen bij staande kuil Mobiele werktuigen Bouw en Industrie - 550,00 kg/j Varen naar en van ankerkuil Scheepvaart Zeescheepvaart: Binnengaats route ,72 kg/j Stilliggen bij ankerkuil Scheepvaart Zeescheepvaart: Aanlegplaats - 42,86 kg/j Benodigde ontwikkelingsruimte Bevissing RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 3/6

40 Benodigde ontwikkelingsruimte Emissie (per bron) Bevissing Naam Varen naar en van staande kuil Locatie (X,Y) , NO 775,00 kg/j Voertuig Omschrijving Brandstof verbruik (l/j) Uitstoot hoogte (m) Spreiding (m) Warmte inhoud (MW) Stof Emissie AFW Sloep 125 PK 1,0 0,0 0,0 NO 775,00 kg/j Naam Stilliggen bij staande kuil Locatie (X,Y) , NO 550,00 kg/j Voertuig Omschrijving Brandstof verbruik (l/j) Uitstoot hoogte (m) Spreiding (m) Warmte inhoud (MW) Stof Emissie AFW Sloep 125 PK met stationaire motor 1,0 0,0 0,0 NO 550,00 kg/j Naam Varen naar en van ankerkuil Locatie (X,Y) , NO 1.650,72 kg/j Scheepstype Omschrijving Aantal bezoeken (/j) Stof Emissie Koelschepen en Vissersschepen GT: Kotter 20 NO 1.650,72 kg/j Benodigde ontwikkelingsruimte Bevissing RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 4/6

41 Benodigde ontwikkelingsruimte Naam Stilliggen bij ankerkuil Locatie (X,Y) , NO 42,86 kg/j Scheepstype Omschrijving Aantal bezoeken (/j) Verblijftijd (u/bezoek) Stof Emissie Koelschepen en Vissersschepen GT: Kotter 10 8 NO 42,86 kg/j Vaarroute binnengaats Scheepstype Aantal bezoeken (/j) A Koelschepen en Vissersschepen GT: Benodigde ontwikkelingsruimte Bevissing RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 5/6

42 Benodigde ontwikkelingsruimte Disclaimer Rekenbasis Hoewel verstrekte gegevens kunnen dienen ter onderbouwing van een vergunningaanvraag, kunnen er geen rechten aan worden verleend. De eigenaar van AERIUS aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de inhoud van de door de gebruiker aangeboden informatie. Bovenstaande gegevens zijn enkel bruikbaar tot er een nieuwe versie van AERIUS beschikbaar is. AERIUS is een geregistreerd handelsmerk in Europa. Alle rechten die niet epliciet worden verleend, zijn voorbehouden. Deze berekening is tot stand gekomen op basis van: AERIUS Database versie 2016L_ _2a474e88d4 versie 2016L_ _c3f058f00f Voor meer informatie over de gebruikte methodiek en data zie: Benodigde ontwikkelingsruimte Bevissing RcL3sYoEhCh4 (31 oktober 2018) pagina 6/6

43 Dit document bevat resultaten van een stikstofdepositieberekening met AERIUS Calculator. U kan dit document gebruiken voor de onderbouwing van depositie onder de drempelwaarde (0.05 mol/ha/j) in het kader van de Wet natuurbescherming, afhankelijk van de door u gekozen rekeninstellingen. De berekening op basis van stikstofemissies gaat uit van de componenten ammoniak (NH3) en stikstofoide (NO), of één van beide. Hiermee is de depositie van de activiteit berekend en uitgewerkt. Op basis van de gekozen rekeninstellingen zijn de resultaten op Natura 2000-gebieden inzichtelijk gemaakt. Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Voor meer toelichting verwijzen we u naar de websites pas.bij12.nl, en pas.natura2000.nl. Berekening Bevissing Kenmerken Samenvatting emissies Depositiekaart Depositieresultaten Gedetailleerde emissiegegevens Verdere toelichting over deze PDF kunt u vinden in een bijbehorende leeswijzer. Deze leeswijzer en overige documentatie is te raadplegen via: en pas.natura2000.nl. RtNv57mmqFsk (31 oktober 2018) pagina 1/8

44 Berekening voor eigen gebruik Contact Rechtspersoon Inrichtingslocatie Waddenvereniging Eems 500 meter oostelijk Pier van Oterdum, 0000AA Nabij Termunterzijl Activiteit Omschrijving AERIUS kenmerk Visbemonstering Eems 2019 RtNv57mmqFsk Datum berekening Rekenjaar Rekeninstellingen 31 oktober 2018, 11: Berekend met eigen rekenpunten. Totale emissie Situatie 1 NO 3.018,57 kg/j NH3 - Resultaten Hectare met hoogste bijdrage (mol/ha/j) Natuurgebied - - Bijdrage Toelichting * Uitzetten palen t.b.v. staande kuil * 10 maal visbemonstering staande kuil * Verwijderen palen t.b.v. staade kuil * Verplaatsing middels motorsloep 125 PK t.b.v. staande kuil * Vaarbewegingen viskotter t.b.v. ankerkuil * Bevissing ankerkuil Berekening voor eigen gebruik Bevissing RtNv57mmqFsk (31 oktober 2018) pagina 2/8

45 Berekening voor eigen gebruik Locatie Bevissing Emissie Bevissing Bron Sector Emissie NH3 Emissie NO Varen naar en van staande kuil Mobiele werktuigen Bouw en Industrie - 775,00 kg/j Stilliggen bij staande kuil Mobiele werktuigen Bouw en Industrie - 550,00 kg/j Varen naar en van ankerkuil Scheepvaart Zeescheepvaart: Binnengaats route ,72 kg/j Stilliggen bij ankerkuil Scheepvaart Zeescheepvaart: Aanlegplaats - 42,86 kg/j Berekening voor eigen gebruik Bevissing RtNv57mmqFsk (31 oktober 2018) pagina 3/8

46 Berekening voor eigen gebruik Depositie natuurgebieden Hoogste projectbijdrage Hoogste projectbijdrage per natuurgebied Habitatrichtlijn Vogelrichtlijn Habitatrichtlijn, Vogelrichtlijn Berekening voor eigen gebruik Bevissing RtNv57mmqFsk (31 oktober 2018) pagina 4/8

Dr. G.W.N.M. van Moorsel Postbus AC Doorn. Project nummer: Handtekening:

Dr. G.W.N.M. van Moorsel Postbus AC Doorn. Project nummer: Handtekening: Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV Postbus 68 Postbus 77 97 AB IJmuiden AB Yerseke Tel.: 55 5666 Tel.: 5778 Fax.: 55 566 Fax.: 5777 Internet:postkamer@rivo.dlo.nl RIVO Rapport Nummer:

Nadere informatie

Trekvissen in Natura2000 gebieden. Vissennetwerk 11 maart 2010 Martin Kroes

Trekvissen in Natura2000 gebieden. Vissennetwerk 11 maart 2010 Martin Kroes Trekvissen in Natura2000 gebieden Vissennetwerk 11 maart 2010 Martin Kroes martin.kroes@tauw.nl Inhoud Achtergrond Natura2000 Bijlage IV HR Relatie met Flora- en Faunawet Bijlage V HR Relatie met Visserijwet

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport P.C. Goudswaard & M. van Asch Rapport C165/13

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport P.C. Goudswaard & M. van Asch Rapport C165/13 Kuilen op de Westerschelde Data rapport 2013 P.C. Goudswaard & M. van Asch Rapport C165/13 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat - Waterdienst T. a. v. Dhr. P. Bot Postbus 17 8200 AA Lelystad

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat - Waterdienst T. a. v. Dhr. P. Bot Postbus 17 8200 AA Lelystad Vismonitoring 29, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer P.C. Goudswaard & I.J. de Boois Rapport C13B/9 IMARES Wageningen UR (IMARES - institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport Kees Goudswaard & Margriet van Asch. Rapport nummer C145/15

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport Kees Goudswaard & Margriet van Asch. Rapport nummer C145/15 Kuilen op de Westerschelde Data rapport 2015 Kees Goudswaard & Margriet van Asch Rapport nummer C145/15 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever:

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport P.C. Goudswaard & M. van Asch. Rapport C129/14

IMARES Wageningen UR. Kuilen op de Westerschelde. Data rapport P.C. Goudswaard & M. van Asch. Rapport C129/14 Kuilen op de Westerschelde Data rapport 2014 P.C. Goudswaard & M. van Asch Rapport C129/14 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Visstand Haringvliet en Voordelta - heden -

Visstand Haringvliet en Voordelta - heden - Visstand Haringvliet en Voordelta - heden - Johan van Giels Bijeenkomst Vissennetwerk 19 mei 2016, Haringvliet Inhoudsopgave Inleiding/achtergrond Materiaal en Methode Soortensamenstelling Omvang visbestand

Nadere informatie

Intercalibratie NL KRW-vismaatlat voor overgangswateren

Intercalibratie NL KRW-vismaatlat voor overgangswateren Intercalibratie NL KRW-vismaatlat voor overgangswateren Vissennetwerk, 7 oktober 2010 Zwanette Jager [ZiltWater Advies] Mede namens RWS - Waterdienst EuropeseKaderrichtlijnWater(2000) Stroomgebieden: Rijn,

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR

IMARES Wageningen UR Kuilen op de Westerschelde data rapport 2012 P.C. Goudswaard & M. van Asch Rapport C107/12 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: Waterdienst

Nadere informatie

Masterplan Vis. samenvatting

Masterplan Vis. samenvatting Masterplan Vis samenvatting Het internationaal Scheldestroomgebiedsdistrict, met een oppervlakte van 36.416 km², strekt zich uit over 5 regio s (drie landen). De Schelde ontspringt in de regio Artois-Picardië

Nadere informatie

Vis en Kaderrichtlijn Water in Zeeland

Vis en Kaderrichtlijn Water in Zeeland Vis en Kaderrichtlijn Water in Zeeland St. Zeeschelp M. Dubbeldam Waterschap Zeeuwse Eilanden W. Quist Inhoudsopgave Waterschap Zeeuwse Eilanden Beleidskader (kort) Huidige situatie Gewenste beeld Maatregelen

Nadere informatie

Maatlat vissen in estuaria KRW watertype O2

Maatlat vissen in estuaria KRW watertype O2 Maatlat vissen in estuaria; KRW watertype O2 Maatlat vissen in estuaria KRW watertype O2 juni 2008 Projectnummer P2008-86 Jan Kranenbarg (RAVON) & Zwanette Jager (RWS Waterdienst) 1 Reptielen Amfibieën

Nadere informatie

Vis in de Waddenzee wat vertelt de monitoring ons (en wat niet)? 6 april, Ingrid Tulp & Loes Bolle

Vis in de Waddenzee wat vertelt de monitoring ons (en wat niet)? 6 april, Ingrid Tulp & Loes Bolle Vis in de Waddenzee wat vertelt de monitoring ons (en wat niet)? 6 april, Ingrid Tulp & Loes Bolle Waddenzee als opgroeigebied Residente (standvis)soorten: hele levenscyclus in Waddenzee Trekvis: op doortrek

Nadere informatie

Vismonitoring 2008, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer.

Vismonitoring 2008, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer. Vismonitoring, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer. P.C. Goudswaard & I.J. de Boois Rapport C3b/ Vestiging Yerseke Opdrachtgever: Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18096623 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming...

Nadere informatie

Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie

Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie Doelgroep: medewerkers provincie en omgevingsdiensten Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken Najaar 2016,

Nadere informatie

Actuele toestand van de Habitatrichtlijnvissen in de Schelde (B): met speciale aandacht voor enkele diadrome soorten

Actuele toestand van de Habitatrichtlijnvissen in de Schelde (B): met speciale aandacht voor enkele diadrome soorten Actuele toestand van de Habitatrichtlijnvissen in de Schelde (B): met speciale aandacht voor enkele diadrome soorten David BUYSSE Instituut voor natuur- en bosonderzoek Inhoud Natura 2000 & Habitatrichtlijnsoorten

Nadere informatie

Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Wnb; wijziging vergunning onderhoudsbaggerwerk in de haven van Delfzijl; Waddenzee Directoraat-generaal Agro en Behandeld door Datum 20 december 2017 Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB / 17206945

Nadere informatie

Internationale Scheldecommissie (ISC) Arnould Lefébure

Internationale Scheldecommissie (ISC) Arnould Lefébure Internationale Scheldecommissie (ISC) Arnould Lefébure Inhoud van het Master Plan (1/2) Hfstk.1: Context (hydrografisch, historisch, wettelijk en bestuurlijk) Hfstk.2: Aanwezigheid trekvissen in het Scheldedistrict

Nadere informatie

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017 Directie Natuur en Biodiversiteit 1 Directoraat-Generaal Agro en Natuur Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Natuurbeschermingswet 1998 Het delen, durven, doen festival Directie Natuur en

Nadere informatie

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN Broedvogels & vleermuizen Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 14-2-2017 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Gemeente Voorschoten Contactpersoon: R. Pitlo Adres: Leidseweg

Nadere informatie

Vissen in het IJsselmeer. Romke Kats

Vissen in het IJsselmeer. Romke Kats Vissen in het IJsselmeer Romke Kats Functies IJsselmeer Water Transport Recreatie Visserij Natuur Vissen in het IJsselmeer Historie Ecologie Voedselketen IJsselmeer algen, vissen, mosselen, waterplanten,

Nadere informatie

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/ Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/6 Afbeelding 2. Impressie plangebied met mogelijk te kappen bomen. 1.2 Wijzigingen toetsingskader Het project wordt uitgevoerd in 2017. Op 1 januari 2017

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Inhoudelijke overwegingen Directoraat-generaal Agro en Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk 17102956 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet

Nadere informatie

edna en monitoring van trek- en estuariene vissen in het NZK Bas van den Boogaard & Martijn Dorenbosch

edna en monitoring van trek- en estuariene vissen in het NZK Bas van den Boogaard & Martijn Dorenbosch edna en monitoring van trek- en estuariene vissen in het NZK Bas van den Boogaard & Martijn Dorenbosch Opbouw presentatie Visgemeenschap in het NZK: (Bas van den Boogaard) - monitoring en visserijtechnieken,

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 NATUUR EN MILIEU LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam

Nadere informatie

Ankerkuilmonitoring Westerschelde: resultaten Auteurs: I.J. de Boois, M. van Asch, A.S. Couperus. Wageningen Marine Research Rapport C113/16

Ankerkuilmonitoring Westerschelde: resultaten Auteurs: I.J. de Boois, M. van Asch, A.S. Couperus. Wageningen Marine Research Rapport C113/16 Ankerkuilmonitoring Westerschelde: resultaten 2016 Auteurs: I.J. de Boois, M. van Asch, A.S. Couperus Wageningen Marine Research Rapport C113/16 Ankerkuilmonitoring Westerschelde: resultaten 2016 Auteur(s):

Nadere informatie

Werkprotocol visbemonsteringen FF-wet

Werkprotocol visbemonsteringen FF-wet Visserij Service Nederland sterk in viswerk Werkprotocol visbemonsteringen FF-wet Bemonstering, vaststellen ecologisch effect, aanvragen ontheffing Opgesteld: Januari 2012 Update februari 2014 Visserij

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Data rapportage najaar 2013 fuik monitoring Kornwerderzand t.b.v. de VismigratieRivier. A.B. Griffioen Rapportnummer C034/14

IMARES Wageningen UR. Data rapportage najaar 2013 fuik monitoring Kornwerderzand t.b.v. de VismigratieRivier. A.B. Griffioen Rapportnummer C034/14 Data rapportage najaar 2013 fuik monitoring Kornwerderzand t.b.v. de VismigratieRivier A.B. Griffioen Rapportnummer C034/14 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Nadere informatie

NATUURATLAS ZAANSTAD VISSEN

NATUURATLAS ZAANSTAD VISSEN NATUURATLAS ZAANSTAD VISSEN Opdrachtgever Stichting Natuur & Milieu Educatie Zaanstreek Postbus 223 1500 EE Zaandam Telefoon: 075-6312020 Fax: 075-6312468 E-mail: info@nme-zaanstreek.nl Samenstelling Natuuratlas

Nadere informatie

Wnb; overwegingen vergunning; Bochtafsnijding vloedgeul vaarverbinding Holwerd Ameland; Waddenzee

Wnb; overwegingen vergunning; Bochtafsnijding vloedgeul vaarverbinding Holwerd Ameland; Waddenzee Wnb; overwegingen vergunning; Bochtafsnijding vloedgeul vaarverbinding Holwerd Ameland; Waddenzee Directie en Biodiversiteit Behandeld door Datum 25 september 2018 Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB

Nadere informatie

Het diadrome visbestand in het Eems-Dollard estuarium in de periode 1999 tot 2001

Het diadrome visbestand in het Eems-Dollard estuarium in de periode 1999 tot 2001 Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ Het diadrome visbestand in het Eems-Dollard estuarium in de periode 1999 tot 2001 22 november 2002 Rapport RIKZ/2002.060

Nadere informatie

Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Weerribben.

Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Weerribben. Directoraat-generaal, Visserij en Landelijk Gebied Behandeld door Wnb; overwegingen vergunning; seismisch onderzoek Lemsterland; Rottige Meenthe & Brandemeer en Datum 5 december 2018 Bijlage nummer 1 Horend

Nadere informatie

Migratiemogelijkheden voor trekvissen

Migratiemogelijkheden voor trekvissen Indicator 15 juli 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Trekvissen kunnen slechts weinig

Nadere informatie

Toelichting Stroomschema soortbescherming Wet Natuurbescherming

Toelichting Stroomschema soortbescherming Wet Natuurbescherming Ecologica BV Rondven 22 6026 PX Maarheeze 0495-46 20 70 0495-46 20 79 info@ecologica.eu www.ecologica.eu Toelichting Stroomschema soortbescherming Wet Natuurbescherming Deze toelichting hoort bij het door

Nadere informatie

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO November 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding en doel 3 1.2 Werkwijze 3 1.3 Leeswijzer 4 2 Wettelijk kader Flora- en faunawet 5 3 Aanwezige natuurwaarden 7 3.1 Inleiding

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 21 Mei 2014 Rapportnummer 031 Projectnummer 012 opdrachtgever Fam. Ten Dam Kolenbranderweg

Nadere informatie

Nationaal natuurbeleid voor vissen: signalering, stimulerend beleid en wettelijke bescherming

Nationaal natuurbeleid voor vissen: signalering, stimulerend beleid en wettelijke bescherming Nationaal natuurbeleid voor vissen: signalering, stimulerend beleid en wettelijke bescherming Dick Bal, Ministerie van LNV (senior beleidsmedewerker Natuur, Directie Kennis) 1 Nationaal natuurbeleid voor

Nadere informatie

Voortoets Natura Melkveebedrijf De Bieshorst Dwarsdijk 2 te Halle

Voortoets Natura Melkveebedrijf De Bieshorst Dwarsdijk 2 te Halle Voortoets Natura 2000 Melkveebedrijf De Bieshorst Dwarsdijk 2 te Halle Aanleiding Voor het perceel gelegen aan de Dwarsdijk 2 te Halle is een vergroting van de rundveestalling voorzien, evenals een vergroting

Nadere informatie

Voordelta Een bijzondere zee

Voordelta Een bijzondere zee Voordelta Een bijzondere zee Voordelta Een bijzondere zee Wist je dat de Voordelta, de zee voor de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden, een bijzonder natuurgebied is? Terwijl je geniet op het strand, gaan

Nadere informatie

Soortenlijst zoete wateren en FAME-indeling voor gilden

Soortenlijst zoete wateren en FAME-indeling voor gilden BIJLAGE Soortenlijst zoete wateren en FAME-indeling voor gilden Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Stromingsgilde Aal Anguilla anguilla EURY Alver Alburnus alburnus EURY Baars Perca fluviatilis EURY

Nadere informatie

memo Actualisatie Flora- en faunaonderzoek in verband met nieuwe Wet natuurbescherming.

memo Actualisatie Flora- en faunaonderzoek in verband met nieuwe Wet natuurbescherming. memo aan: van: ons kenmerk: Gemeente Haaren SAB FRAN/VERK/100799.03 datum: 27 februari 2017 betreft: Actualisatie Flora- en faunaonderzoek in verband met nieuwe Wet natuurbescherming. INLEIDING In Esch

Nadere informatie

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis 3 april 2014 Zoon ecologie Colofon Titel Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 3 april

Nadere informatie

v a n b r o n t o t m o n d i n g

v a n b r o n t o t m o n d i n g V i s m i g r a t i e... v a n b r o n t o t m o n d i n g vrije vismigratie van bron tot monding De Noordzee werd ooit geroemd vanwege zijn rijke visstand. Steden werden gesticht en de visserij floreerde.

Nadere informatie

4.5 Riviervis. Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO

4.5 Riviervis. Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO 4.5 Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO (erwin.winter@wur.nl) De toestand van veel riviervissen is verbeterd sinds het dieptepunt in de jaren zeventig, maar de visstand is nog ver verwijderd van de situatie

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

OpenIJ EPC v.o.f. J. Blokland Korenmolenlaan GG Woerden. Datum 29 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

OpenIJ EPC v.o.f. J. Blokland Korenmolenlaan GG Woerden. Datum 29 januari 2016 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle OpenIJ EPC v.o.f. J. Blokland Korenmolenlaan 2 3447 GG Woerden Postbus 40225 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Toekenning ontheffing

Nadere informatie

Inhoud OVERWEGINGEN ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 3

Inhoud OVERWEGINGEN ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 3 Behandeld door Overwegingen bij Wnbvergunning Ensisvisserij 2019-2023 Datum 10-01-2019 Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGNVLG-NB / 18316616 Datum 10-01-2019 Contactpersoon Inhoud OVERWEGINGEN... 2

Nadere informatie

Notitie Quickscan flora en fauna

Notitie Quickscan flora en fauna Notitie Quickscan flora en fauna De Uithof/ Kromhout te Utrecht Projectnummer: 5755.9 Datum: 5-5-2017 Projectleider: Opgesteld: Opdrachtgever: Universiteit Utrecht Universiteit Utrecht laat jaarlijks bomen

Nadere informatie

Wageningen. Vismonitoring 2008, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer. P.C. Goudswaard & I.J. de Boois.

Wageningen. Vismonitoring 2008, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer. P.C. Goudswaard & I.J. de Boois. Vismonitoring 2008, Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse meer. P.C. Goudswaard & I.J. de Boois Rapport C 083b/08 Institute for Marine Resources and Ecosystem Studies Wageningen Vestiging

Nadere informatie

Ecologie van zoet-zoutovergangen

Ecologie van zoet-zoutovergangen Ecologie van zoet-zoutovergangen Tim van Oijen Foto: www.hollandgroen.nl Opzet De Waddenacademie Paleogeografie waddengebied Typen zoet-zoutovergangen Abiotiek estuaria Ecologische waarde estuaria (habitat,

Nadere informatie

RSG DE BORGEN. Anders varen. Informatie voor de leerlingen. Inhoud. 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling

RSG DE BORGEN. Anders varen. Informatie voor de leerlingen. Inhoud. 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling RSG DE BORGEN Anders varen Informatie voor de leerlingen Inhoud 1 De opdracht 2 Uitwerking opdracht 3 Het beroep 4 Organisatie 5 Beoordeling [1] RSG de BORGEN Anders varen [Technasium] mei 2017 1 DE OPDRACHT

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

Natuurtoets. 1. Wet- en regelgeving. Permanente openstelling A12 Woerden Gouda

Natuurtoets. 1. Wet- en regelgeving. Permanente openstelling A12 Woerden Gouda Natuurtoets Permanente openstelling A12 Woerden Gouda 1. Wet- en regelgeving Flora- en faunawet (Ffw) De Ffw is gericht op de bescherming van inheemse dier- en plantensoorten in hun natuurlijke leefgebied.

Nadere informatie

Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS)

Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS) Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS) Even opwarmen: Wat is natuur? Natuur volgens bevoegde gezagen Aspect Gezichtspunt bodem Wat is natuur? Definitie

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Inhoudelijke overwegingen Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB / 17203395 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen

Nadere informatie

Rode Lijst Zoetwatervissen 2010: veranderingen ten opzichte van Frank Spikmans 42 ste bijeenkomst vissennetwerk Zwolle, 5 juni 2014

Rode Lijst Zoetwatervissen 2010: veranderingen ten opzichte van Frank Spikmans 42 ste bijeenkomst vissennetwerk Zwolle, 5 juni 2014 Rode Lijst Zoetwatervissen 2010: veranderingen ten opzichte van 1998 Frank Spikmans 42 ste bijeenkomst vissennetwerk Zwolle, 5 juni 2014 Inhoud Historie Rode Lijst Zoetwatervissen Aanpak Rode Lijst analyses

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

Notitie. Voortoets Spoorallee Zevenaar

Notitie. Voortoets Spoorallee Zevenaar Notitie Contactpersoon Marike Aalbers en Elles van Drunen Datum 12 juni 2014 Kenmerk N005-1222424XMA-baw-V02-NL Aanleiding Voor het terrein aan de Spoorallee te Zevenaar wordt een nieuw bestemmingsplan

Nadere informatie

Quickscan flora en fauna Grasveld Venneperweg 827 Nieuw-Vennep

Quickscan flora en fauna Grasveld Venneperweg 827 Nieuw-Vennep Quickscan flora en fauna Grasveld Venneperweg 827 Nieuw-Vennep Een verkenning naar de ecologische waarden Cluster Ruimtelijke Ontwikkeling Team BVRM Datum 15 februari 2017 HOOFDSTUK 1: Inleiding Per 1

Nadere informatie

Lesbrief. biologie NATUUR EN MILIEU OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

Lesbrief. biologie NATUUR EN MILIEU OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VWO NATUUR EN MILIEU De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam binnen.

Nadere informatie

Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist

Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist Aan Van Contact Tel: 06 137 84 381 p.minken@zeist.nl Datum 19-01-2018 Afschriften aan Betreft Inleiding Fons van den Heuvel Huib Groeneveld en Paul

Nadere informatie

resultaten voor 2003 Joachim Maes Bram Geysen Maarten Stevens Frans Ollevier

resultaten voor 2003 Joachim Maes Bram Geysen Maarten Stevens Frans Ollevier Katholieke Universiteit Leuven Faculteit Wetenschappen Laboratorium voor Aquatische Ecologie Opvolging van het visbestand van de Zeeschelde resultaten voor 3 Joachim Maes Bram Geysen Maarten Stevens Frans

Nadere informatie

Overwegingen; Snelheidsverhoging traject Naarden- Bussum; Naardermeer 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER...

Overwegingen; Snelheidsverhoging traject Naarden- Bussum; Naardermeer 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... Overwegingen; Snelheidsverhoging traject Naarden- Bussum; Naardermeer Directoraat-generaal Agro en Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18017991 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2

Nadere informatie

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming Harm Dotinga (harm.dotinga@vogelbescherming.nl / 15 juni 2016 Flora- en faunawet (Ffw): toetsingskader voor windparken

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Wageningen Marine Research (voorheen IMARES)

Samenvatting. 1. Wageningen Marine Research (voorheen IMARES) Vergunningsaanvraag Natuurbeschermingswet voor monitoring in de Noordzeekustzone in het kader van het onderzoeksprogramma Ecologisch Gericht Suppleren (EGS) Samenvatting Dit document geeft informatie over

Nadere informatie

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 Contactpersonen IRIS BAIJENS Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland 2 INHOUDSOPGAVE ONDERBOUWING

Nadere informatie

HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR. Broedvogels & vleermuizen

HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR. Broedvogels & vleermuizen HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR Broedvogels & vleermuizen Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 18-5-2017 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Gemeente Wassenaar Contactpersoon:

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Hoofdstuk 3, ontheffing soorten Artikel 3.3 lid 1 (Vogelrichtlijnsoorten), artikel 3.8 lid 1 (Habitatrichtlijnsoorten en Verdragen

Nadere informatie

Berekenen van ecologische kwaliteit van de Nieuwe Waterweg en Haringvliet met Belgische visindices

Berekenen van ecologische kwaliteit van de Nieuwe Waterweg en Haringvliet met Belgische visindices Berekenen van ecologische kwaliteit van de Nieuwe Waterweg en Haringvliet met Belgische visindices Viscampagnes 2006-2011 Jan Breine en Zwanette Jager INBO.R.2013.47 D/2013/3241/263 Inhoudstafel 1 Inleiding...

Nadere informatie

VAN AAL TOT ZALM TUSSEN ZOUT EN ZOET

VAN AAL TOT ZALM TUSSEN ZOUT EN ZOET VAN AAL TOT ZALM TUSSEN ZOUT EN ZOET EEN BESCHOUWING OVER DE VISSTAND IN HARINGVLIET, HOLLANDS DIEP EN GOEREESCHE GAT TUSSEN 1870-1970 Vissennetwerk 19 mei 2016 J. Quak Opbouw Inleiding Bronnen Data en

Nadere informatie

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet. Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en

Nadere informatie

Lesbrief. biologie NATUUR EN MILIEU OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

Lesbrief. biologie NATUUR EN MILIEU OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VMBO NATUUR EN MILIEU De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam binnen.

Nadere informatie

Migratiemogelijkheden voor trekvissen, 2018

Migratiemogelijkheden voor trekvissen, 2018 Indicator 19 april 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Trekvissen kunnen vanuit zee of

Nadere informatie

AANPAK NATUURONDERZOEK NATUURHAVEN MUIDEN 20 MEI 2017

AANPAK NATUURONDERZOEK NATUURHAVEN MUIDEN 20 MEI 2017 AANPAK NATUURONDERZOEK NATUURHAVEN MUIDEN 20 MEI 2017 Contactpersonen REINOUD KLEIJBERG T +31627061585 M +31627061585 E Reinoud.Kleijberg@arcadis.com Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland

Nadere informatie

Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. John Mulder

Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. John Mulder Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst John Mulder Colofon Mulder,J.(2018): Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. Ecologisch Adviesbureau Mulder, Beemte Broekland. Opdrachtgever: dhr. H. Visscher. Status

Nadere informatie

memo Voortoets vermesting en verzuring uitbreiding manege Rijksweg Noord 123, Elst

memo Voortoets vermesting en verzuring uitbreiding manege Rijksweg Noord 123, Elst memo aan: van: Gemeente Overbetuwe SAB: Johan van der Burg, Nicol Hesselink-Lodewick datum: 21 mei 2013 betreft: Voortoets vermesting en verzuring uitbreiding manege Rijksweg Noord 123, Elst project: 80917.18

Nadere informatie

Aanvraag Ontheffing Soortenbescherming

Aanvraag Ontheffing Soortenbescherming Aanvraag Ontheffing Soortenbescherming Let op! Dit onderdeel van het aanvraagformulier wordt regelmatig als gevolg van gewijzigde inzichten aangepast; raadpleeg voor de meest recente versie daarom op:

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: ( Naast) Elststraat 2, te Rosmalen Gemeente s-hertogenbosch Opdrachtgever: De heer P. van Hooft Projectnummer: PS.2016.618 Datum: 9 augustus 2016 Pasmaat

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE OPDRACHTEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 NATUUR EN MILIEU LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 NATUUR EN MILIEU LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - HAVO - BIOLOGIE De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam

Nadere informatie

Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 40 tot en met 52. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.

Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 40 tot en met 52. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken. De Waddenzee Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 40 tot en met 52. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken. 2p 40 In de informatie worden biotische en

Nadere informatie

Besluit. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Datum Wnb; goedkeuring gewijzigde uitvoering project Zandwinning Prins Hendrik Zanddijk Texel

Besluit. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Datum Wnb; goedkeuring gewijzigde uitvoering project Zandwinning Prins Hendrik Zanddijk Texel > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Datum Betreft Wnb; goedkeuring gewijzigde

Nadere informatie

Documentnummer AMMD ( )

Documentnummer AMMD ( ) Bijlagenboek 8.4 MEMO Kopie aan x Van x Onderwerp Telgegevens niet-broedvogels Documentnummer AMMD-002853 (17.117038) Datum 6-7-2017 Methoden voor het bepalen van de aantallen watervogels langs de dijk

Nadere informatie

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert MEMO Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert Datum : 24 juli 2017 Projectnummer : 17-0194 Opdrachtgever : A van Schijndel beheer Opgesteld door : Ir. E.J.F. Claassen Aanleiding Opdrachtgever is voornemens

Nadere informatie

Ontwerp-Aanvullingsbesluit natuur Omgevingswet, voorhangversie

Ontwerp-Aanvullingsbesluit natuur Omgevingswet, voorhangversie Besluit van tot wijziging van het Besluit activiteiten leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de overgang van de Wet natuurbescherming naar de Omgevingswet

Nadere informatie

Fint in rivieren en IJsselmeer

Fint in rivieren en IJsselmeer Indicator 9 mei 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De fint is een trekvis die in de

Nadere informatie

Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat

Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat Overwegingen bij besluit vergunning Wet natuurbescherming project TO-meting monitoring pilotsuppletie Amelander Zeegat Directie en Biodiversiteit Behandeld door T 070 379 7976 F 088 223 3334 Datum 24 juli

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie

inbo Visbestandopnames op het Boudewijnkanaal (2006) Gerlinde Van Thuyne en Jan Breine INBO.R

inbo Visbestandopnames op het Boudewijnkanaal (2006) Gerlinde Van Thuyne en Jan Breine INBO.R inbo Instituut voor natuur- en bosonderzoek Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek - Duboislaan 14 - B-1560 Groenendaal - T.: 32 (0)2 658 04 10 - F.: 32 (0)2 657 96 82 - info@inbo.be - www.inbo.be Visbestandopnames

Nadere informatie

Transitie naar Wet natuurbescherming Platform Natuur in de Gemeente - sessie Marieke Kaajan

Transitie naar Wet natuurbescherming Platform Natuur in de Gemeente - sessie Marieke Kaajan Transitie naar Wet natuurbescherming Platform Natuur in de Gemeente - sessie Marieke Kaajan Inleiding 1. Gebiedsbescherming: vergunningplicht en uitzonderingen; 2. Soortenbescherming: ontheffingsplicht

Nadere informatie

De Kier, opening van de Haringvlietdam een belangrijke verbetering voor de ecologische status van de Rijn. André Breukelaar.

De Kier, opening van de Haringvlietdam een belangrijke verbetering voor de ecologische status van de Rijn. André Breukelaar. De Kier, opening van de Haringvlietdam een belangrijke verbetering voor de ecologische status van de Rijn André Breukelaar RWS Kierbesluit juni 2000 Haringvlietsluizen -bij voldoende Rijnafvoerook bij

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE OPDRACHTEN

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE OPDRACHTEN NATUUR EN MILIEU LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam

Nadere informatie

Wet natuurbescherming. Niels Jeurink

Wet natuurbescherming. Niels Jeurink Wet natuurbescherming Niels Jeurink Inhoud Gebiedenbescherming: Natura 2000, beschermde natuurmonumenten, NNN Soortenbescherming: om welke soorten gaat het? soorten die beschermd zijn en dat ook blijven

Nadere informatie

Natura 2000 Vlakte van de Raan

Natura 2000 Vlakte van de Raan Samenvatting maart 2016 Natura 2000 Vlakte van de Raan Beheerplan Leeswijzer In maart 2011 is de Vlakte van de Raan aangewezen als Natura 2000-gebied. Om de zeenatuur in de Vlakte van de Raan te kunnen

Nadere informatie

Vismigratie Afsluitdijk

Vismigratie Afsluitdijk Vismigratie Afsluitdijk Ben Griffioen Erwin Winter, Olvin van Keeken, Betty van Os, Marco Lohman, Tjerk en Marinus van Malsen (WON 1),Tomasz Zawadovski, Svenja Schönlau Diadrome vis intrek via afsluitdijk

Nadere informatie

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet BEM1605644 gemeente Steenbergen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 28-11-2016 ZK16004958 Beleidsmedewerker Publiekszaken / vergunningen Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora-

Nadere informatie

Vismonitoring Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse Meer en Grevelingen

Vismonitoring Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse Meer en Grevelingen Vismonitoring Overgangswater: Westerschelde en Zoute Meren: Veerse Meer en Grevelingen P.C. Goudswaard & I. J. de Boois Rapport C18/7 Vestiging Yerseke Opdrachtgever: Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Nadere informatie

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 7 augustus

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 7 augustus Postbus 55 8200 AB Lelystad Muiderzand B.V. Mevrouw IJmeerdijk 4 1361 AA ALMERE Telefoon (0320)-265265 Fax (0320)-265260 E-mail provincie@flevoland.nl Website www.flevoland.nl ** Verzenddatum Bijlagen

Nadere informatie