HET VERBOD OP HET GEZAMENLIJK AANBOD: NOODZAKELIJK? (ZOALS GOEDGEKEURD DOOR DE FACULTEITSRAAD)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HET VERBOD OP HET GEZAMENLIJK AANBOD: NOODZAKELIJK? (ZOALS GOEDGEKEURD DOOR DE FACULTEITSRAAD)"

Transcriptie

1 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar HET VERBOD OP HET GEZAMENLIJK AANBOD: NOODZAKELIJK? (ZOALS GOEDGEKEURD DOOR DE FACULTEITSRAAD) Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Van Goethem Leen (studentennr ) (major: sociaal en economisch recht) Promotor: Prof. dr. C. Van Acker Commissaris: D. Goens

2 Inhoudsopgave Voorwoord... 1 Inleiding... 2 Hoofdstuk 1: De praktijk van het gezamenlijk aanbod... 3 Afdeling 1: Cadeausystemen Soorten cadeausystemen Doelstellingen... 4 Afdeling 2: Koppelverkoop of bundling Definities Strategieën Vormen Keuze tussen vormen en strategieën... 7 a. Drijfveer... 7 b. Factoren die de keuze beïnvloeden... 8 Afdeling 3: Tussentijdse conclusie Hoofdstuk 2: Het voormalig Belgisch verbod op het gezamenlijk aanbod Afdeling 1: Vindplaats Afdeling 2: Historiek en doelstellingen Afdeling 3: Het verbod van naderbij bekeken Het principieel verbod a. Een aanbod b. Producten en diensten, alle andere voordelen of titels waarmee men die kan verwerven. 15 b.1. Producten en diensten b.2. Alle andere voordelen b.3. Titels waarmee men die kan verwerven c. Aan een consument gericht d. Door een verkoper verricht I -

3 e. De al dan niet kosteloze verkrijging is gebonden aan de verkrijging van een andere producten of diensten De uitzonderingen a. Eerste categorie: het gezamenlijk aanbod aan een totale prijs a.1. Totale prijs a.2. Producten of diensten die een geheel vormen a.3. Gelijke producten of diensten b. Tweede categorie: de gratis toegiften b.1. Toebehoren b.2. Verpakkingen recipiënten b.3. Kleine producten en diensten b.4. Monsters b.5. Chromo s, vignetten en andere beelden met geringe handelswaarde b.6. Titels tot deelneming aan toegelaten loterijen b.7. Voorwerpen met reclameopschrift c. Derde categorie: de titels c.1. Titels die recht geven op een gelijk product of dienst c.2. Titels waarmee één van de voordelen genoemd in artikel 56, 5 en 6 WHPC kan worden verkregen c.3. Kortingtitels c.4. Titels bestaande uit documenten die recht geven op een gratis aanbod of een prijsvermindering Toepassing op de financiële diensten a. Wet op het hypothecair krediet (WHK) a.1. Artikel 18 WHK a.2. Artikel 19 WHK a.3. Toepassing op het verstrekken van een hypothecair krediet a.4. Toepassing op het verstrekken van interestvoetvoordelen b. Wet op het consumentenkrediet (WCK) c. Wet op de landverzekeringsovereenkomst (WLVO) Afdeling 4: De handhaving De vordering tot staking II -

4 2. Waarschuwingsprocedure Strafsancties Hoofdstuk 3: Het Belgisch verbod onder vuur Afdeling 1: Kritiek in eigen land De eerste strekking: de afschaffing van het verbod op het gezamenlijk aanbod a. Geen rechtvaardiging a.1. Bescherming van de consument a.2. Bescherming van de concurrentie b. Ontoereikende uitzonderingen c. Afschaffing in de andere EU-lidstaten d. Niet naleving e. Strijdigheid met de Europese regelgeving De tweede strekking: een versoepeld verbod op het gezamenlijk aanbod a. Geen volledige liberalisering b. Een toelating van het gezamenlijk aanbod onder voorwaarden Afdeling 2: Het verbod in de Europese vuurlinie Het eerste contact met het Europees Hof van Justitie Het tweede contact met het Europees Hof van Justitie a. De prejudiciële vraag gesteld door de Rechtbank van Koophandel b. Het advies van de Advocaat-Generaal b.1. De toetsing aan de Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken b.1.1. Ratione materiae b.1.2. Verenigbaarheid Belgische regeling en Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken b.2. De toetsing aan artikel 49 EG-Verdrag b.2.1. Ratione materiae b.2.2. Vrij verkeer van goederen b.2.3. Vrij verkeer van diensten c. Het antwoord op de prejudiciële vraag door het Europees Hof van Justitie d. Gevolgen III -

5 Hoofdstuk 4: De nieuwe Wet betreffende de marktpraktijken en consumentenbescherming Afdeling 1: Het ingrijpen door de wetgever Afdeling 2: Enkele belangrijke wijzigingen in het toepassingsgebied Onderneming Consument Producten Gezamenlijk aanbod Afdeling 3: De gedeeltelijke afschaffing van het verbod op het gezamenlijk aanbod De principiële toelating van het gezamenlijk aanbod: artikel 71 WMPC De uitzondering voor financiële diensten a. Artikel 72 WMPC b. Gevolgen b.1. Wisselwerking met de WCK, WHK en WLVO b.2. Wetsontwerp tot wijziging van de Wet op het consumentenkrediet De titels Afdeling 4: Tussentijdse conclusie Hoofdstuk 5: De bescherming van de mededinging Afdeling 1: Rechtseconomisch perspectief Concurrentiebeperkende werking Decision theory Toepassing van de decision theory op de koppelverkoop in het algemeen De rechtseconomische theorie specifiek toegepast op bundled discounts a. Predatory bundling b. Nood aan een andere standaard voor bundled discounts? b.1. Hypothese 1: Monopolie op één van beide complementaire producten b.2. Hypothese 2: Monopolie op een niet-complementair product c. Een nieuwe standaard voor bundled discounts De rechtseconomische theorie specifiek toegepast op technologische integratie IV -

6 Afdeling 2: Het Europees mededingingsbeleid Grondslagen van het concurrentiebeleid Bescherming van de mededinging: Artikel 82 EG-Verdrag a. Algemeen verbod b. Niet-exhaustieve lijst c. Actiemogelijkheden d. Ratio legis Het optreden van de Commissie a. Van een vormgebaseerde naar een meer effectengebaseerde aanpak b. De huidige aanpak van de Commissie b.1. Algemene werkwijze (a) Marktmacht (b) Anticompetitieve uitsluiting (c) Rechtvaardigingsgronden b.2. Werkwijze ten aanzien van koppelverkoop (a) Verschillende producten (b) Marktmacht (c) Gevaar voor anticompetitieve uitsluiting (d) Rechtvaardigingsgronden c. Straffen d. Evaluatie Afdeling 3: De bescherming van de mededinging in België De Belgische Mededingingwet (WBEM) a. Verbod van machtsmisbruik (a) Eén of meer ondernemingen (b) Machtspositie (c) Misbruik van machtspositie b. De betrokken Belgische markt of een wezenlijk deel daarvan De wisselwerking van de Europese en de nationale mededingingsregels a. De Raad voor de Mededinging V -

7 b. De hoven en rechtbanken Source Belgium SA v. IMS Health Belgium SA Afdeling 4: De bescherming van de concurrentie in de nieuwe WMPC Vindplaats Oneerlijke marktpraktijken Misleidende reclame Verkoop met verlies Actiemogelijkheden Afdeling 5: Tussentijdse conclusie Hoofdstuk 6: De bescherming van de consument Afdeling 1: Rechtseconomisch perspectief Afdeling 2: Het Europees consumentenbeschermingsbeleid De ratio van het wetgevend optreden van de EU De Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken a. Toepassingsgebied en werking b. Omzetting in Belgisch recht Afdeling 3: De bescherming van de consument in de nieuwe WMPC Informatie van de markt a. Algemene verplichting tot informatie van de consument b. Prijsaanduiding Handelspraktijken a. Toepassingsgebied b. Toetsingsgronden c. Toepassing op het gezamenlijk aanbod c.1. Agressieve handelspraktijken c.2. Misleidende handelspraktijken c.3. Oneerlijke handelspraktijken d. Controle VI -

8 3. Actiemogelijkheden Afdeling 4: Tussentijdse conclusie Hoofdstuk 7: Rechtsvergelijkend perspectief Afdeling 1: Het beschermen van de consument tegen een free offer in het Verenigd Koninkrijk De Consumer Protection Act Het gebruik van gedragscodes Evaluatie Afdeling 2: Het beschermen van de consument tegen cadeaus in Nederland en Duitsland Principieel verbod Uitzonderingen De afschaffing Evaluatie Afdeling 3: De bescherming tegen de concurrentieverstorende koppelverkoop in de Verenigde Staten Mededingingsbescherming a. Federale antitrustwetgeving b. Actiemiddelen De behandeling van het gezamenlijk aanbod a. Toepassing van de Sherman Act b. Per se illegaliteit (a) Pure bundling (b) Aparte producten (c) Bedrijf met marktmacht (d) Substantieel deel van de handel c. Rule of reason (e) Gevaar tot het verwerven van marktmacht m.b.t. een tied product (f) Plausibele consumentenvoordelen wegen niet op tegen de potentiële schade aan de concurrentie Evaluatie VII -

9 Conclusie Bibliografie... i Rechtspraak... i Europa... i België...ii Verenigde Staten... iii Rechtsleer... iv Boeken... iv Artikels... v Adviezen... ix Commissie... x Wetgeving... x Europa... x België... xi Verenigd Koninkrijk... xii Nederland... xii Duitsland... xii Verenigde Staten... xii - VIII -

10 Voorwoord Omwille van mijn interesse in het economisch recht, was de keuze om in dit opleidingsonderdeel mijn masterproef te schrijven, snel gemaakt. Professor Van Acker reikte mij de mogelijkheid aan om mijn onderzoek te voeren over het verbod op het gezamenlijk aanbod. Na enige verkennende literatuur werd mijn interesse in het onderwerp alsmaar groter. Het gezamenlijk aanbod bleek een uitstekende basis om zowel het Belgisch economisch recht, met nadruk op het mededingings- en consumentenrecht, als het Europees wetgevend ingrijpen en het Europese economisch beleid van dichterbij te bekijken. Ook leende het onderwerp zich uitstekend voor een rechtseconomisch en rechtsvergelijkend onderzoek. Ten slotte was het gezamenlijk aanbod razend actueel met het arrest van het Europees Hof van Justitie en het ingrijpen van de Belgische wetgever. Vooraleer over te gaan tot de theoretische uiteenzetting van de resultaten van mijn onderzoek, bedank ik dan ook graag Professor Van Acker voor het aanreiken van een uiterst boeiend thema en het ondersteunen van een werkzaamheid die het laatste jaar van mijn rechtenstudie grotendeels beheerste

11 Inleiding 1. België kende bijna tachtig jaar lang een principieel verbod op het gezamenlijk aanbod. Als rechtvaardigingsgrond voor een dergelijk ingrijpend overheidsoptreden, werd de bescherming van de mededinging en de consument opgeworpen. De vraag stelt zich of een dergelijk verbod noodzakelijk, dan wel doeltreffend was en kon bijdragen tot het behalen van de vooropgestelde doelstellingen. Naargelang de tijd vorderde en de marktomstandigheden wijzigden, werd deze vraag des te prangender. Nu het verbod op het gezamenlijk aanbod grotendeels werd afgeschaft, dient men zich bovendien af te vragen of en op welke wijze de consument en de mededinging voldoende worden beschermd tegen de koppelverkooppraktijken, die talrijk op onze markt voorkomen. 2. Om deze vragen te kunnen beantwoorden ging ik eerst over tot het analyseren van de praktijk die het gezamenlijk aanbod uitmaakt (Hoofdstuk 1). Het is noodzakelijk een notie te hebben van de vormen die het gezamenlijk aanbod kan aannemen en van de beweegredenen die een onderneming ertoe aanzetten om een gezamenlijk aanbod te lanceren. Is een gezamenlijk aanbod wel zo schadelijk als de wet laat uitschijnen? Vervolgens komt een studie van de voormalige Belgische regeling aan bod (Hoofdstuk 2). Gevolgd door de kritieken, waaraan deze regeling reeds enige tijd onderhevig was en een bespreking van het arrest van het Europees Hof van Justitie, dat rechtstreeks leidde tot het gedeeltelijk afschaffen van het Belgische verbod (Hoofdstuk 3). Na een korte uiteenzetting over de nieuwe wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (Hoofdstuk 4), wordt ingegaan op de bescherming van de consument en de mededinging (Hoofdstuk 5 & 6). De bescherming van beide is sterk verbonden, maar wordt in deze studie apart behandeld. Vanuit de rechtseconomie wordt gekeken naar de wenselijkheid van wetgevend ingrijpen. Vervolgens worden de huidige regelingen die tegen het gezamenlijk aanbod kunnen beschermen bekeken en geëvalueerd naar hun doeltreffendheid. Ten slotte wordt een blik geworpen op de maatregelen die ter handhaving van het gezamenlijk aanbod werden genomen in een aantal andere Europese lidstaten en de Verenigde Staten (Hoofdstuk 7)

12 Hoofdstuk 1: De praktijk van het gezamenlijk aanbod Afdeling 1: Cadeausystemen 3. In de rechtsvergelijking worden de verschillende systemen, die de consument ertoe bewegen een bepaald goed of bepaalde dienst te kopen, omdat aan die aankoop de mogelijkheid is verbonden een ander goed of dienst gratis of tegen anderszins gunstige voorwaarden te verkrijgen, onder de noemer cadeausystemen gebracht. Koppelverkoop is een synoniem voor het gezamenlijk aanbod en zal in deze studie dan ook als dusdanig worden gebruikt. 1. Soorten cadeausystemen 4. Binnen de categorie van de cadeausystemen worden twee soorten systemen onderscheiden: de abstracte en de accessoire systemen. Bij abstracte cadeausystemen is het doel van het geschenk in eerste instantie het maken van reclame. Het tot aankoop trachten te bewegen is bijzaak. Het gaat hier met ander woorden over cadeaus die kunnen worden verkregen zonder het kopen van een product of dienst. 1 Deze cadeausystemen nemen we hier niet onder de loep. Dergelijke acties waren immers toegelaten onder het Belgisch verbod van het gezamenlijk aanbod (zie infra rnr. 47). Bij accessoire cadeausystemen daarentegen is het doel van het geschenk in eerste instantie het aanzetten tot aankoop. Verschillende soorten systemen kunnen in deze categorie worden onderscheiden. Ten eerste de cadeaustelsels waarbij de consument een gratis goed of dienst verkrijgt bij aankoop van een bepaald goed of dienst. Ten tweede de koppelverkoop waarbij twee of meer producten samen worden aangeboden voor een gezamenlijke prijs. Ten derde de bijbetalingsacties waarbij de consument het geschenk niet door de aankoop alleen verkrijgt, maar waarbij hij eveneens een geldbedrag zal moeten betalen. Ten slotte bestaan er zegelacties. Hier krijgt de consument zegels bij aankoop van een bepaald goed of dienst. Tegen inlevering van een bepaald aantal zegels krijgt hij zijn geschenk. 2 1 R.B.M. KEURENTJES, Agressieve verkoopspraktijken, Deventer, Kluwer, 1986, R.B.M. KEURENTJES, Agressieve verkoopspraktijken, Deventer, Kluwer, 1986,

13 Waar het bij de eerste drie accessoire cadeausystemen het doel is om de consument aan te zetten meer en/of anders te gaan kopen, dan hij zonder de actie zou hebben gedaan, is het bij de laatste systeem vooral het doel om aan klantenbinding te doen. 3 Een combinatie van verschillende bovenstaande systemen is natuurlijk ook steeds mogelijk. Zo komen zegelacties waarbij een bijbetaling moet geschieden vaak voor. Maar ook de combinatie van een abstract en een accessoir cadeausysteem is mogelijk. We denken hierbij aan het responsiesysteem. Het gaat hier om een systeem waarbij een cadeau wordt verkregen wanneer een product wordt aangevraagd zonder aankoopverplichting. Ook wanneer niet tot een aankoop wordt overgegaan, zal de consument het geschenk mogen behouden De veelheid van mogelijke accessoire cadeausystemen wordt onder de noemer koppelverkoop gebracht. Het Belgisch verbod behelsde alle vier de soorten systemen die onder de accessoire cadeausystemen vallen. Ook in de uitzonderingen vonden we de systemen terug. Het verkrijgen van gratis goederen of diensten bij aankoop van een goed of dienst worden behandeld in artikel 56 WHPC. Het gezamenlijk aanbieden van twee of meer producten en diensten voor een gezamenlijke prijs is te vinden in artikel 55, 2 WHPC. De zegelacties zijn ondergebracht onder artikel 57 WHPC. 2. Doelstellingen 6. In de landen waar koppelverkoop verboden is of was, werden dezelfde argumenten aangehaald om het verbod te rechtvaardigen. Enerzijds de bescherming van de concurrentie, anderzijds de bescherming van de consument tegen prijsversluiering. 5 Afdeling 2: Koppelverkoop of bundling 7. In de rechtsvergelijking wordt daarnaast ook veel aandacht besteed aan de verschillende soorten van koppelverkoop. Ook in de rechtseconomie vinden we deze onderverdelingen terug. Omwille van het internationaal karakter van de rechtsvergelijking en de rechtseconomie, wordt de term bundling gebruikt als synoniem voor koppelverkoop. 3 R.B.M. KEURENTJES, Agressieve verkoopspraktijken, Deventer, Kluwer, 1986, R.B.M. KEURENTJES, Agressieve verkoopspraktijken, Deventer, Kluwer, 1986, R.B.M. KEURENTJES, Agressieve verkoopspraktijken, Deventer, Kluwer, 1986,

14 1. Definities 8. Onder bundling of koppelverkoop wordt de verkoop van twee of meer aparte producten in een pakket verstaan. Bij deze definitie zijn twee elementen van cruciaal belang. Ten eerste verstaan we onder producten zowel goederen als diensten en dit in de brede zin van het woord. Ten tweede heeft de praktijk betrekking op aparte producten. Dit zijn producten waarvoor een aparte vraag bestaat, omdat ten minste een paar consumenten het goed apart en niet als een deel van de bundel willen verwerven. 6 Bundling kan dus zowel uit verschillende goederen in één pakket, als uit verschillende dezelfde goederen in één pakket bestaan. 7 Het verkopen van een paar schoenen zal dus bijvoorbeeld niet als bundling worden aanzien. Er is geen markt voor het apart kopen van één schoen. Het verkopen van twee broeken in een bundel, zal daarentegen wel onder de definitie van bundling vallen. Er zijn immers tenminste een paar consumenten die een broek apart willen aanschaffen. 9. Wanneer we te maken krijgen met koppelverkoop, is er steeds sprake van een tying product en een tied product. Het tying product is het product dat je moet verwerven om het tied product te kunnen verkrijgen. Bij de koppelverkoop van twee dezelfde producten zal het verschil tussen het tying en het tied product minder duidelijk en van geen belang zijn. In België worden deze twee begrippen ook wel als hoofdaanbod en bijkomend aanbod omschreven. 2. Strategieën 10. Bij bundling kunnen drie mogelijke strategieën worden gehanteerd. 8 6 S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, 12; B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, 5. 7 B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, 14; B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, 5; T. OLDEROG en B. SKIERA, The benefits of bundling strategies, ssrn, id , 2000,

15 Ten eerste kan men kiezen voor price bundling of een bundled discount. Hierbij worden twee of meer aparte producten in een pakket verkocht met een korting, zonder dat de producten zijn geïntegreerd. Een korting is wenselijk, omdat het louter samen verkopen van twee producten geen voordeel inhoudt voor de consument. Om de consument aan te zetten om de bundel te kopen, zal hem dan ook een korting moeten worden verschaft. De verkoper zal de prijs hier zetten naar de reservatieprijs van de bundel. Dit is de prijs die de consument maximum bereid is te betalen. Deze reservatieprijs zal hier gelijk zijn aan de conditionele reservatieprijs van de onderdelen van de bundel. Het gaat hier om de som van de prijzen die de consument maximum bereid zal zijn te betalen onder de conditie dat hij ook een ander product koopt. 9 Ten tweede kan men kiezen voor product bundling of technologische integratie. Hierbij is er een integratie van twee of meer aparte producten. De integratie van beide producten zorgt ervoor dat ten minste aan sommige consumenten een extra waarde wordt verschaft. Het voordeel dat hier aan de consument verschaft wordt, kan bijvoorbeeld compactheid, verbeterde prestatie of het gemak van een geïntegreerde rekening zijn. Een korting zal aan de consument niet meer moeten worden toegekend. In tegendeel, de reservatieprijs van deze bundel zal vaak hoger zijn dan de reservatieprijs bij price bundling. 10 Ten derde kan een onderneming beslissen om niet over te gaan tot bundling. Dit noemt men unbundling Vormen 11. Naast een keuze van strategie, zal men bovendien dienen te kiezen uit de twee mogelijke vormen van bundling. Ofwel kiest men voor mixed bundling, waarbij de onderneming zowel de bundel als de 9 S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002,

16 producten apart verkoopt. Ofwel kiest men voor pure bundling, ook wel tying genoemd, waarbij de onderneming alleen de bundel verkoopt en niet de producten apart Keuze tussen vormen en strategieën 12. Omwille van de keuze van een strategie enerzijds en een vorm anderzijds, ontstaan verschillende combinaties: pure price bundling, mixed price bundling, pure product bundling en mixed product bundling. 13. Ondernemingen kunnen omwille van een veelvoud van redenen overgaan tot het aanbieden van een bepaalde vorm van koppelverkoop. a. Drijfveer 14. Alle acties waartoe een onderneming overgaat, worden genomen vanuit één overweging: de concurrentie. Het mechanisme concurrentie komt in deze studie regelmatig aan bod. Dit mechanisme is namelijk essentieel voor innovatie en dynamiek in markten. Een tegenspeler houdt een concurrent scherp en stimuleert het bedenken van een betere oplossing voor de behoeften van afnemers. Dit proces wordt ook wel creative destruction genoemd. Concurrerende ondernemers zoeken permanent naar nieuwe ontwikkelingen om bestaande producten, diensten of productieprocessen te overtroeven Het is bijgevolg steeds deze concurrentie die bepaalt hoe een onderneming zich zal gedragen. Ten eerste zal een onderneming proberen te ontsnappen aan te hevige concurrentie, omdat deze als negatief wordt ervaren. Zo zal deze onderneming bijvoorbeeld overgaan tot prijsafspraken, door middel van overnames marktmacht proberen te verwerven of proberen om nieuwe concurrenten te belemmeren om klantenbindingssystemen op te zetten B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, 3-6; S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, E. WAARTS, Competition: an inspirational marketing tool, ssrn, id , 2004, E. WAARTS, Competition: an inspirational marketing tool, ssrn, id , 2004,

17 Ten tweede is het de taak van de onderneming en in het bijzonder van een marketeer, om telkens een nieuw aanbod te creëren en zo de concurrentie te snel af te zijn of te volgen. Hij zal moeten overgaan tot het nauwkeurig onderzoeken van klantenbehoeften en dit onderzoek vertalen naar een optimaal sluitend aanbod. Omwille van nieuwe technologieën, veranderende marktomstandigheden en nieuwe consumenten met nieuwe consumentenbehoeften zal de marketeer het aanbod telkens moeten wijzigen Niet elke vorm van concurrentie is echter even voordelig. Er wordt dan ook een onderscheid gemaakt tussen constructieve en destructieve concurrentie. De eerste vorm van concurrentie zorgt ervoor dat er in een markt eerlijke kansen zijn voor nieuwe ondernemers. Deze mogelijkheid voor nieuwe ondernemers om de markt te betreden zorgt ervoor dat er steeds betere producten en diensten kunnen worden aangeboden. Dit is uiteraard in het voordeel van de consument. Wanneer echter het verslaan en/of het beschadigen van concurrenten een doel op zich wordt, hebben we te maken met destructieve concurrentie Het bestaan van destructieve concurrentie deed het mededingingsrecht en onrechtstreeks ook het consumentenbeschermingsrecht ontstaan. Internationale en nationale concurrentieregels werden opgesteld en controleorganen opgericht, om te vermijden dat er te veel schadelijke gevolgen uit maatregelen, genomen door ondernemingen, zouden voortvloeien. Deze controleorganen zullen optreden tegen concurrentiebeperkende afspraken en gedragingen en misbruik van machtsposities. Een consumentenbescherming werd ontwikkeld om de consument te beschermen tegen nadelige acties uitgaand van een onderneming. b. Factoren die de keuze beïnvloeden 18. Wanneer een onderneming vanuit concurrentiële motieven actie wil ondernemen, zal zij een keuze voor bundling overwegen. Of zij wel dan niet zal overgaan tot bundling en welke strategie en vorm zij zal verkiezen, zal worden beïnvloed door verschillende factoren E. WAARTS, Competition: an inspirational marketing tool, ssrn, id , 2004, E. WAARTS, Competition: an inspirational marketing tool, ssrn, id , 2004, S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, 7-8; B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust - 8 -

18 19. De belangrijkste factoren worden hieronder besproken. Ten eerste zijn aan koppelverkoop een veelvoud van voordelen verbonden. De praktijk maakt het mogelijk om een korting te geven aan de consument. Het kan de markttoegang voor een nieuwe speler vergemakkelijken. Het vermindert transactie- en informatiekosten die voortvloeien uit aankoop, distributie en verkoop van goederen en diensten, daar het mogelijk wordt om schaal- en/of gebiedsvergroting te realiseren of omdat men geïntegreerde of compatibele producten kan aanbieden. Ten slotte kan koppelverkoop bijdragen tot meer efficiëntie. Ten tweede zal men vaak tot bundling overgaan als er sprake is van een asymmetrische prijswaardering door verschillende groepen van consumenten. Als voorbeeld nemen we hier een hypothese waarbij een marktspeler een monopolie heeft op twee complementaire producten. Bovendien zijn er twee groepen consumenten. Groep A waardeert product a hoog ( 4) en product b laag ( 3). Groep B waardeert product a laag ( 2) en product b hoog ( 5). Omdat de monopolist geen onderscheid kan maken tussen deze groepen van consumenten, zal hij de prijs van beide producten afzonderlijk zo hoog mogelijk zetten (a: 4 en b: 5). Bijgevolg zal hij twee producten verkopen, product a aan groep A en product b aan groep B. Op deze wijze behaalt hij een hoge winst, maar is er een verlies voor de maatschappij. Groep A zal namelijk niet de mogelijkheid hebben om product b aan te kopen, terwijl groep B niet overgaat tot de aankoop van product b. Dit verlies noemt men een deadweight loss. De monopolist kan deze deadweight loss echter wegwerken door middel van koppelverkoop. Door de bundel te verkopen aan 7 zullen zowel groep A als groep B overgaan tot de aankoop van de bundel. De monopolist behaalt weliswaar meer winst daar hij meer eenheden verkoopt, maar hij behaalt niet meer winst dan in een competitieve situatie zou zijn behaald. Bovendien is de bundel efficiënt vanuit een maatschappelijk standpunt. De output en de welvaart worden namelijk verhoogd. 18 Ten derde zal men gaan kijken naar de doelstellingen van een bedrijf. Wil het bedrijf bijvoorbeeld overgaan tot een maximalisatie van de marktpenetratie, dan zal bij nieuwe producten vaak worden overgegaan tot price bundling met een bestaand product. Een snelle marktpenetratie geeft de onderneming hier een enorme voorsprong. De consument kent het product en zal niet snel meer overschakelen op een product van een andere producent. Het behalen van winst zal hier dan ook law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, 2-4; D. EVANS en M. SALINGER, Why do firms bundle and tie? Evidence from competitive markets and implications for tying law, ssrn, id , 2004, J. DILLBARY, Predatory bundling and the exclusionary standard, ssrn, id , 2009,

19 minder belangrijk worden. Zichtbaarheid en de testmogelijkheid door de consument zijn hier het allerbelangrijkst. Ten vierde zal men gaan kijken naar de concurrenten op de markt. Zijn er meerdere spelers op de markt, dan gaat men best niet over tot pure bundling. De consument die het product liever apart verwerft zal dan nog voldoende keuze hebben om de goederen van een andere onderneming te kopen. Bovendien moet men er ook steeds rekening mee houden dat een bundlingpromotie kan resulteren in een reactie van een concurrent, waarbij deze hetzelfde gaat doen of overgaat tot agressieve prijszetting. Ten vijfde zal men uiteraard overgaan tot het analyseren van de kosten. Bundling kan enerzijds een vermindering van de kosten met zich meebrengen, vooral wat betreft verpakking en distributie, maar zal anderzijds ook een aantal kosten genereren, in het bijzonder bij het ontwikkelen van de promotie. Welke kosten het ontwikkelen van een promotie met zich meebrengt, zal ook bepalen voor welke periode een bundlingcampagne wordt gelanceerd. Bij price bundling bijvoorbeeld zal alleen de marketingafdeling belast zijn met de opdracht tot het opstellen van een koppelverkoop, zal men snel op de markt kunnen inspelen en kan de actie voor een korte termijn worden doorgevoerd. Bij product bundling is een samenwerking nodig van de marketingafdeling met de ontwikkelings- en onderzoeksdienst en de productieafdeling. Bij goederen spreken we over het ontwikkelen van een nieuw design en het veranderen van de productie, met eventueel nieuwe machines of productielijnen. Bij diensten zal er nood zijn aan het herdefiniëren van de diensten, het op elkaar aftstemmen van de diensten en het herontwerpen van het dienstverleningsproces. Door de hoge kost van de integratie gaat het hier over een traag proces en zal de bundel voor lange termijn op de markt worden gebracht. 19 Ten slotte zal ook de legaliteit van de praktijk een zeer belangrijke factor bij de strategiekeuze gaan uitmaken. Het is namelijk zo dat - zelfs wanneer de onderneming niet wordt veroordeeld na een aanklacht - een rechtszaak een enorme kost met zich zal meebrengen. We denken hier aan de tijd van managers, gerechtskosten, een dalende beurswaarde en de aantasting van het imago van de onderneming. We mogen daarbij niet vergeten dat een rechtszaak lange tijd kan aanslepen. Daarenboven zal de onderneming bij een veroordeling een schadevergoeding moeten betalen en zal zij gedwongen organisatorische veranderingen moeten doorvoeren. 19 S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002,

20 De onderneming heeft er dan ook belang bij een bundlingstrategie te kiezen die de argwaan van de controlerende organen niet wekt. De controlerende organen zijn alvast zeer gevoelig voor bundlingstrategieën. Zo is bijvoorbeeld het Department of Justice in de Verenigde Staten heel wat zaken gaan vervolgen voor inbreuken op de antitrustwetgeving. Zo behandelde men tussen 1996 en 1999 het dubbele van het aantal zaken dat werd behandeld tussen 1890 en Afdeling 3: Tussentijdse conclusie 20. Koppelverkoop is een veel voorkomende praktijk. Het is een ideaal werkinstrument voor de ondernemer die de consument wil bereiken en brengt een hele resem voordelen met zich mee, niet alleen voor de verkoper, maar ook voor de consument. Bovendien is koppelverkoop toegankelijk voor alle spelers op de markt en dit naargelang hun eigen mogelijkheden. Daarbij maakt het niet uit of het hier nu gaat over kleinhandel, groothandel, bedrijven met een grote variëteit aan producten, nieuwe deelnemers, gevestigde spelers, dominante spelers of spelers met veel concurrentie In de literatuur is men het er terecht over eens dat een verbod van elke vorm van koppelverkoop onwenselijk is. Het aantal gunstige vormen van koppelverkoop is nog steeds overheersend. Het zou een vermindering van de welvaart met zich meebrengen om ook al deze vormen te verbieden. 22. Het grote vraagstuk blijft bijgevolg welke vormen van koppelverkoop dan wel als legaal, dan wel als illegaal zijn te beschouwen. De geoorloofdheid van deze praktijk zal grotendeels gaan afhangen van de doelstellingen die ermee worden nagestreefd, de wijze waarop het gezamenlijk aanbod is opgesteld en de resultaten die ermee worden behaald. Eerst bekijken we echter het voormalige Belgische verbod op het gezamenlijk aanbod. 20 S. STREMERSCH en G. TELLIS, Strategic bundling of products and prices: A new syntheses for marketing, ssrn, id , 2002, B. KOBAYASHI, Two tales of bundling: implications for the application of antitrust law to bundled discounts, ssrn, id , 2001, 3-4; P. AREEDA en L. KAPLOW, Antitrust analysis: problems, texts and cases, New York, Aspen Law & Business, 1997,

21 Hoofdstuk 2: Het voormalig Belgisch verbod op het gezamenlijk aanbod Afdeling 1: Vindplaats 23. Het gezamenlijk aanbod werd geregeld in de artikelen 54 tot en met 62 WHPC 22. Sinds 12 mei 2010 is de WHPC opgeheven en vervangen door de WMPC (zie infra hoofdstuk 4). De regeling die in dit hoofdstuk wordt besproken is dus niet meer van toepassing. 24. Artikel 54 WHPC bevat een definitie van het begrip gezamenlijk aanbod en formuleert een principieel verbod. Elk gezamenlijk aanbod van producten of diensten aan de consument, verricht door een verkoper of door verscheidene verkopers die handelen met een gemeenschappelijke bedoeling, is verboden. In de artikelen 55, 56 en 57 WHPC zijn een hele reeks uitzonderingen op het principieel verbod terug te vinden. Het gaat hier om drie categorieën van uitzonderingen, respectievelijk het gezamenlijk aanbod tegen een globale prijs, de gratis toegiften en de titels. Afdeling 2: Historiek en doelstellingen 25. In de periode die het verbod op koppelverkoop voorafging diende de consument zich te beroepen op het Decreet D Allarde in combinatie met artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek. 26. Een eerste principieel verbod werd in 1935 ingevoerd door het KB houdende de verkoop met premie. 23 Een premie stond voor de voorwerpen of diensten die kosteloos of tegen een geringe vergoeding aangeboden werden bij de aankoop van een hoofdproduct of -dienst. De wet werd omzeild door het aanbieden van twee producten en door het verstrekken van premiezegels Wet 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, BS 9 augustus 1991 (hierna verkort: WHPC). 23 KB nr. 61, 13 januari 1935, BS 17 januari J. STUYCK, Beginselen van Belgisch privaatrecht. 13: Handels- en economisch recht. 2: Mededingingsrecht. A: Handelspraktijken, Gent, Story-Scientia, 2004,

22 27. In 1971 werd de regeling opgenomen in de WHP 25. Pas op dit ogenblik werd het gezamenlijk aanbod zoals we het nu kennen verboden. De regeling werd verstrengd om de bestaande omzeilingen te verhinderen. De WHP werd in 1991 met enkele aanpassingen omgezet in de WHPC. 28. Alle regelingen werden op dezelfde manier opgebouwd en bestonden uit een algemeen verbod en een reeks uitzonderingen. Ook de argumenten die aan de basis lagen van het verbod bleven dezelfde: de bescherming van de consument en de mededinging. De bekommernis voor de consument vloeit voort uit de overtuiging dat de consument zich zou laten aantrekken door het gratis geschenk of door een aangeboden prijsvermindering en daarom hoofdproducten of diensten zou aankopen die hij eigenlijk niet nodig heeft. Daarnaast zouden gezamenlijke aanbiedingen de aandacht van de consument afleiden van de essentiële kenmerken van de producten en diensten. Dit leidt tot prijsversluiering, wat het moeilijk maakt voor de consument om een voordelige consumentenkeuze te maken. Ten slotte vreest men ervoor dat de kost van het bijkomend aanbod in het hoofdproduct zal verrekend worden. De consument is dan het slachtoffer van een prijsverhoging. 26 Het eerste argument, waarbij men de consument wilde beschermen tegen nutteloze aankopen, werd echter wel verlaten bij het uitwerken van de WHPC. 27 Wat de concurrentie betreft, heeft de wetgever opgetreden met het oog op de kleine spelers die, in tegenstelling tot grotere ondernemingen, niet over voldoende financiële middelen beschikken om gezamenlijke aanbiedingen te voeren. Daarnaast wil men vermijden dat de ondernemingen, die als hoofdproduct of -dienst verkopen wat een andere onderneming gratis weggeeft, worden geschaad De volledige WHPC volgt dezelfde dubbele doelstelling. Enerzijds het waarborgen van eerlijkheid in de mededinging, anderzijds de bescherming van de consument die voldoende en adequate informatie dient te krijgen. Deze dubbele doelstelling is terug te vinden in elk van de wetsbepalingen 25 Wet 14 juli 1971 betreffende de handelspraktijken, BS 29 augustus 1971 (hierna verkort: WHP). 26 T. HEREMANS, Loopt het Belgisch verbod om gezamenlijke aanbiedingen te doen op zijn laatste benen?, Jaarboek Handelspraktijken 2000, ; G.L. BALLON, Het begrip en de doelstellingen van het verbod van gezamenlijk aanbod in art. 54 Handelspraktijkenwet, R.Cass. 1998, 205; I. VERNIMME en T. HEREMANS, Het gezamenlijk aanbod sinds de wet handelspraktijken en de voorlichting en de bescherming van de consument van 14 juli 1991,DAOR 1994, afl. 32, Memorie van Toelichting, Gedr.St. Senaat, , nr. 947/1, T. HEREMANS, Loopt het Belgisch verbod om gezamenlijke aanbiedingen te doen op zijn laatste benen?, Jaarboek Handelspraktijken 2000, 313; I. VERNIMME en T. HEREMANS, Het gezamenlijk aanbod sinds de wet handelspraktijken en de voorlichting en de bescherming van de consument van 14 juli 1991,DAOR 1994, afl. 32,

23 en dus ook in de bepalingen met betrekking tot koppelverkoop. Bij het interpreteren van de WHPC zal men dan ook steeds rekening moeten houden met de dubbele bekommernis van de wetgever om de hele draagwijdte en betekenis van deze wetgeving te begrijpen. 29 Afdeling 3: Het verbod van naderbij bekeken 1. Het principieel verbod 30. Het gezamenlijk aanbod van producten en diensten aan de consument door een verkoper of door verscheidene verkopers die handelen met een gemeenschappelijke bedoeling is principieel verboden. 30 Er is sprake van een gezamenlijk aanbod wanneer de al dan niet kosteloze verkrijging van producten, diensten, alle andere voordelen, of titels waarmee men die kan verwerven, gebonden is aan de verkrijging van andere zelfs gelijke producten of diensten Het verbod is bijgevolg gericht op een hoofdaanbod en een bijkomend aanbod. Deze twee aanbiedingen zijn dermate met elkaar verbonden, dat de realisatie van het bijkomend aanbod afhankelijk is van de aanvaarding van het hoofdaanbod. Wil de consument het bijkomend aanbod verwerven, dan moet hij de verschillende producten of diensten samen aankopen. Om aldus dit verbod beter te begrijpen, is een onderzoek van de verschillende onderdelen noodzakelijk. a. Een aanbod 32. De wetgeving heeft betrekking op een gezamenlijk aanbod waarbij er een aanbod wordt gedaan door een verkoper aan een consument. 33. De figuur van het aanbod kennen we uit het klassiek burgerlijk recht. Het aanbod bij de koppelverkoop moet hier echter van worden onderscheiden. 32 Waar we bij een traditioneel aanbod spreken van een vast en duidelijk voorstel dat enkel nog aanvaard dient te worden opdat de overeenkomst zou ontstaan, spreken we bij het gezamenlijk aanbod van elke aankondiging die de Art. 54, 2 e lid WHPC. 31 Art. 54, 1 e lid WHPC. 32 Cass. 20 oktober 1989, RW ,

24 bevordering van een product of een dienst beoogt, waarbij het niet noodzakelijk is dat het aanbod een precieze omschrijving van voorwerp en prijs bevat. 33 Voor de bepaling van de inhoud van het aanbod is het bepalend hoe de modale consument het aanbod ervaart Daarenboven werd door het Hof van Cassatie bevestigd dat er slechts sprake kan zijn van een gezamenlijk aanbod, wanneer de mededeling die het aanbod omvat een publiek karakter heeft. 35 Het aanbod moet de individuele onderhandelingsfase tussen verkoper en consument overstijgen. Het verbod doet dus geen afbreuk aan de vrijheid van onderhandelen tussen de partijen. 36 Bij het gezamenlijk aanbod bevinden we ons aldus in de promotionele fase. Het aanbod wordt kenbaar gemaakt aan de consumenten vooraleer enige onderhandeling heeft plaatsgevonden. 37 Ten slotte moet worden opgemerkt dat voordelen die pas ná de contractsluiting aan de consument worden bekendgemaakt, evenmin een gezamenlijk aanbod uitmaken. 38 We bevinden ons hier immers niet in de promotionele fase. De consument heeft besloten om het contract te sluiten en werd hier niet toe verleid door een gezamenlijk aanbod. b. Producten en diensten, alle andere voordelen of titels waarmee men die kan verwerven b.1. Producten en diensten 35. De begrippen product en dienst worden gedefinieerd in artikel 1 WHPC. 33 M. LENS, Het verbod van gezamenlijk aanbod van de W.H.P.C. en het financieel recht, T. Fin. R. 2002, afl. 3, ; E. DE BATSELIER, Gratis luchthavenvervoer bij het boeken van een reis: niets nieuws richting zon?, Jaarboek Handelspraktijken 2003, E. DE BATSELIER, Gratis luchthavenvervoer bij het boeken van een reis: niets nieuws richting zon?, Jaarboek Handelspraktijken 2003, Cass. 30 maart 2001, Bank. Fin. 2001, G. STRAETMANS, Verbod van gezamenlijk aanbod. Start van een zwanenzang?, Bank. Fin. 2001, 263; G. STRAETMANS, Recente tendensen in handelspraktijken, in CBR Jaarboek , Antwerpen, Maklu, 1999, STRAETMANS, G., Preciseringen aan het verbod van gezamenlijk aanbod. Individuele onderhandelingen als reële uitzondering?, DCCR 1999, P. DE VROEDE, Het verstrekken van een voordeel is niet steeds verboden, Jaarboek Handelspraktijken 1989,

25 Het gaat om alle lichamelijke roerende zaken enerzijds en alle prestaties die een handelsdaad of een ambachtsactiviteit uitmaken anderzijds. De verkoop van een onroerend goed valt bijgevolg niet onder de toepassing van artikel 1 WHPC. De immobiliënsector is echter niet volledig aan de WHPC onttrokken. Prestaties betreffende onroerende goederen zijn namelijk wel aan de wet onderworpen wanneer zij als een dienst beschouwd kunnen worden. We denken hier bijvoorbeeld aan prestaties die geleverd worden door vastgoedmakelaars of aan het leveren en oprichten van een veranda Er kan sprake zijn van een gezamenlijk aanbod van twee of meer producten, van twee of meer diensten of van één of meer producten en één of meer diensten. Wanneer er slechts sprake is van één product of dienst, is er uiteraard geen sprake van een gezamenlijk aanbod. Dit kan leiden tot bizarre onderscheiden. Zo zal een pakketreis waarin vervoer naar de luchthaven vervat zit, één enkele dienst uitmaken en bijgevolg niet onder het verbod vallen. Wanneer men echter gratis vervoer naar de luchthaven aanbiedt bij het boeken van een reis, hebben we wel te maken met een gezamenlijk aanbod. 40 b.2. Alle andere voordelen 37. De regeling met betrekking tot het gezamenlijk aanbod werd niet beperkt tot het aanbieden van goederen en diensten. Ook wanneer het hoofdaanbod van een goed of dienst gecombineerd wordt met een voordeel als bijkomend aanbod, maakt dit een gezamenlijk aanbod uit. Zo werd bijvoorbeeld geoordeeld dat een operator van mobiele telefonie een voordeel verstrekte, wanneer hij de consument de mogelijkheid bood een gebruikte GSM in te ruilen voor een nieuwe GSM, op voorwaarde dat hij bij die operator een abonnement onderschreef. Volgens de rechter lag het voordeel hier in het feit dat de consument eenvoudig zijn GSM kon inwisselen voor een nieuwe, daar waar hij anders een opkoper van tweedehandstoestellen diende op te zoeken R. STEENNOT, Kroniek Handelspraktijken ( ), RW , afl. 14, E. DE BATSELIER, Gratis luchthavenvervoer bij het boeken van een reis: niets nieuws richting zon?, Jaarboek Handelspraktijken 2003, Brussel 29 januari 2002, Jaarboek Handelspraktijken 2002,

26 38. Indien er twijfel rijst over het bestaan van een voordeel voor de consument, zal men het aanbod moeten bekijken. Stelt dit aanbod zich voor als een voordeel en dit met het oog op het lokken van cliënteel, dan zal tot een bestaand voordeel moeten worden beslist. 42 b.3. Titels waarmee men die kan verwerven 39. Ook wanneer een consument niet onmiddellijk zijn voordeel ontvangt, kan er sprake zijn van een gezamenlijk aanbod. Zo is het principieel verboden om een titel samen met een product of dienst aan te bieden. Deze titels laten toe om in de toekomst een bepaald voordeel, product of dienst te verwerven. Men spreekt hier ook wel eens van een uitgesteld gezamenlijk aanbod. 40. Een titel is elk voorwerp dat recht geeft op een product, een dienst of een ander voordeel en dat samen wordt aangeboden met de hoofdaanbieding. Het kan hier dus gaan over een etiket, een deksel, een bon, een kasticket, een verpakking, enzovoort. 43 Titels moeten worden onderscheiden van waardebonnen. Een waardebon wordt gratis verspreid en wordt niet verkregen omwille van het aankopen van een product of dienst. Waardebonnen die recht geven op een korting in geld worden geregeld door artikelen 63 tot 68 WHPC. Waardebonnen die recht geven op een gratis product zonder aankoopverplichting worden niet gereglementeerd. 41. In sommige uitzonderingsgevallen (zie infra rnr. 81 e.v.) is het uitgeven van titels evenwel toegestaan. In dat geval zijn de uitgevers van deze titels wel onderworpen aan drie verplichtingen. Ten eerste zijn alle uitgevers verplicht om de titels te honoreren. 44 Van uitgevers van kortingtitels kan bovendien bij de stopzetting of een wijziging in de lopende uitgifte, gedurende één jaar vanaf de bekendmaking, de terugbetaling in geld worden geëist, ongeacht het totaalbedrag van hun nominale waarde. 45 Ten tweede dient elke uitgever van titels houder zijn van een inschrijving afgegeven door de minister of door de door hem aangewezen ambtenaar. 46 Bij stopzetting van de uitgifte en in een aantal andere in de wet aangeduide gevallen moet de uitgever onmiddellijk zijn schrapping aanvragen. 47 Deze verplichting geldt niet voor de getrouwheidskaarten. 48 Ten derde zijn er een 42 Brussel 29 januari 2002, Jaarboek Handelspraktijken 2002, I. VERNIMME, Het uitgesteld gezamenlijk aanbod en de vereiste van gelijkaardigheid, AJT , Art. 58, 1 e lid WHPC. 45 Art. 58, 2 e lid WHPC. 46 Art. 59 WHPC. 47 Art. 61 WHPC

27 aantal bijkomende verplichtingen inzake de titels zelf. Zo moet het inschrijvingsnummer van de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die ze uitgeeft, de naam, de benaming en het adres van de houder, alsook de inruilings- of terugbetalingsvoorwaarden, duidelijk zichtbaar op het verzamelboekje van de titels, op de titels en in iedere reclame die betrekking heeft op deze titels, voorkomen. Deze verplichtingen gelden niet voor de getrouwheidskaarten Op grond van artikel 62 WHPC kan de Koning een aantal uitvoeringsmaatregelen treffen. Deze kunnen we vinden in het KB van 14 april c. Aan een consument gericht 43. Het gezamenlijk aanbod is enkel verboden wanneer het aan de consument is gericht. Een consument is iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die, uitsluitend voor niet-beroepsmatige doeleinden, op de markt gebrachte producten of diensten verwerft of gebruikt. 51 Om te bepalen wie als consument kan worden beschouwd, zal men dus gebruik dienen te maken van het bestemmingscriterium. Het is niet de hoedanigheid van de consument, maar de doeleinden waarvoor de verwerving geschiedt, die doorslaggevend zijn. Men treedt slechts op als een consument, wanneer men een goed of dienst voor uitsluitend niet-beroepsmatige doeleinden verwerft Een gezamenlijk aanbod dat uitsluitend gericht is aan niet-consumenten is bijgevolg toegestaan. 53 De rechtspraak is hierbij wel bijzonder streng. Zowel het gebruikte medium 54, als de verklaringen van de verkoper in het aanbod 55 moeten aanduiden dat het aanbod alleen gericht is tot niet- 48 Art. 59 WHPC. 49 Art. 60 WHPC. 50 KB 14 april 1975 inzake de titels bedoeld in artikel 38, 1 tot 3, van de wet van 14 juli 1971 betreffende de handelspraktijken, BS 19 juni Art. 1, 7 WHPC. 52 R. STEENNOT, Kroniek Handelspraktijken ( ), RW , afl. 14, E. DE BATSELIER, Gratis luchthavenvervoer bij het boeken van een reis: niets nieuws richting zon?, Jaarboek Handelspraktijken 2003, J. STUYCK, Beginselen van Belgisch privaatrecht. 13: Handels- en economisch recht. 2: Mededingingsrecht. A: Handelspraktijken, Gent, Story-Scientia, 2004, 390; J. STUYCK, 'The medium is the message': over het gezamenlijk aanbod aan 'professionele gebruikers', Jaarboek Handelspraktijken 1996, Antwerpen 24 juni 2004, Jaarboek Handelspraktijken 2004,

28 consumenten. Het feit dat het hoofdproduct vervaardigd is voor een professioneel gebruik, is niet voldoende om te bewijzen dat het aanbod niet gericht is tot consumenten. Niets verhindert namelijk dat een consument deze goederen aankoopt en in zijn privésfeer gebruikt. Er zal dan ook moeten worden bewezen dat het product niet verworven kan worden door een consument. 56 d. Door een verkoper verricht 45. De definitie van een verkoper vinden we in artikel 1, 6 WHPC. In principe gaat het hier niet over de beoefenaars van vrije beroepen. Alleen wanneer de vrije beroeper producten verkoopt of wanneer de door hem verstrekte prestaties als diensten - lees handels- of ambachtsdaden - kunnen worden beschouwd, kan hij worden gezien als een verkoper. Denk hier bijvoorbeeld aan de apotheker, de immobiliënmakelaar of de boekhouder Ook het aanbod door verscheidene verkopers die handelen met een gemeenschappelijke bedoeling wordt verboden door de WHPC. Er is sprake van een gemeenschappelijke bedoeling wanneer er tussen de verkopers een eenheid van opzet bestaat om de consument te lokken door hem door het verlenen van voordelen tot aankoop aan te zetten. Het is niet voldoende dat er gemeenschappelijk overleg met het oog op een gemeenschappelijke actie is geweest. 58 Bij het aanbod door verscheidene verkopers denken we bijvoorbeeld aan de praktijk waarbij de aanvaarding door de consument van een hoofdproduct bij een verkoper, hem het recht geeft een bijkomend product of voordeel te verwerven bij een andere verkoper of hem verplicht bij een andere verkoper een bijkomend product of dienst te verwerven. Beide verkopers moeten hier dan wel met een gemeenschappelijke bedoeling handelen Brussel 25 maart 2003, Jaarboek Handelspraktijken 2003, 379; I. BUELENS, Commentaar bij art Wet 14 juli 1991, OHRA 2004, afl. 27, R. STEENNOT, Kroniek Handelspraktijken ( ), RW , afl. 14, Brussel 14 mei 1999, Jaarboek Handelspraktijken 1999, 313; I. BEULENS, Commentaar bij artikel 54 Wet 14 juli 1991 in Artikelsgewijze Commentaar Handels- en Economisch Recht, Kluwer, losbl.. 59 J. STUYCK, Beginselen van Belgisch privaatrecht. 13: Handels- en economisch recht. 2: Mededingingsrecht. A: Handelspraktijken, Gent, Story-Scientia, 2004,

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be NOTA Koningsstraat 148 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2012-13 HET GEZAMENLIJK AANBOD: VOORTAAN TOEGELATEN: EEN EMPIRISCH ONDERZOEK (ZOALS GOEDGEKEURD DOOR DE FACULTEITSRAAD) Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016 Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging 10 Maart 2016 Agenda Overzicht enkele bepalingen marktpraktijken Analyse mogelijke relatie mededinging Overzicht 0. Algemeen 1. Prijsaanduiding 2.

Nadere informatie

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Consumentenrecht Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken Doelstelling van de wet Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Bescherming van de eerlijke

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5 INHOUD Voorwoord............................................................ v Inleiding.............................................................. 1 Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (Boek VI WER) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

MASTER CLASS - UBA. 18 juni 2009

MASTER CLASS - UBA. 18 juni 2009 MASTER CLASS - UBA 18 juni 2009 Can we? Verkoopsbevorderende technieken In België De WHPC De beperkingen in de huidige Belgische wetgeving De Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken van 11 mei 2005 Het

Nadere informatie

ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN EN HANDHAVING VAN CONSUMENTENBESCHERMING IN DE FINANCIËLE SECTOR. Preadvies voor de Vereniging voor Effectenrecht 2010

ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN EN HANDHAVING VAN CONSUMENTENBESCHERMING IN DE FINANCIËLE SECTOR. Preadvies voor de Vereniging voor Effectenrecht 2010 ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN EN HANDHAVING VAN CONSUMENTENBESCHERMING IN DE FINANCIËLE SECTOR Preadvies voor de Vereniging voor Effectenrecht 2010 DEEL 1 Oneerlijke handelspraktijken en handhaving van

Nadere informatie

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Art. 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van

Nadere informatie

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Hoofdstuk I. Totstandkoming en doelstellingen van de wet marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) en haar verhouding tot het mededingingsrecht............................

Nadere informatie

Zaak T-155/04. SELEX Sistemi Integrati SpA tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-155/04. SELEX Sistemi Integrati SpA tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-155/04 SELEX Sistemi Integrati SpA tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Mededinging Misbruik van machtspositie Begrip.onderneming' Klacht Afwijzing" Arrest van het Gerecht (Tweede kamer)

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (WER Boek VI) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

PC Advocaten Nieuwsbrief mei juni 10

PC Advocaten Nieuwsbrief mei juni 10 PC Advocaten Nieuwsbrief mei juni 10 HANDELSPRAKTIJKEN WORDEN MARKTPRAKTIJKEN INLEIDING De nieuwe Wet Marktpraktijken en Consumentenbescherming (WMPC) in werking getreden op 15.05.10 vervangt de oude Wet

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC)

FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) 1. Wanneer starten de solden onder de WMPC? De bestaande soldenperiodes werden onder de nieuwe wet niet gewijzigd.

Nadere informatie

Onrechtmatige contractuele bedingen

Onrechtmatige contractuele bedingen Nieuwe regels in b2b-relaties: verboden bedingen, misbruik van de economische afhankelijkheid van een onderneming en oneerlijke marktpraktijken Op 21 maart 2019 keurde het Parlement een wet goed die in

Nadere informatie

1.1. De wet verlaat het begrip verkoper van de WHPC ten voordele van het begrip onderneming

1.1. De wet verlaat het begrip verkoper van de WHPC ten voordele van het begrip onderneming De nieuwe wet marktpraktijken in een notendop. Inleiding Op 12 april 2010 werd de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad 1

Nadere informatie

Marktpraktijken. anno 2010

Marktpraktijken. anno 2010 Marktpraktijken anno 2010 Herman DE BAUW Advocaat, Eubelius 1 De wet marktpraktijken en consumentenbescherming 6. Vordering tot staking 1. Definities en algemene principes 2. Informatie van de markt 3.

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (WER Boek VI) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-228/97 Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Artikel 86 EG-Verdrag (thans artikel 82 EG) Machtspositie en collectieve machtspositie Misbruik Geldboete" Arrest van het Gerecht

Nadere informatie

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T Rolnummers 5197, 5198 en 5199 Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 2, 1 en 2, en 3, 2, van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s)

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV (art. 1649bis tot 1649octies) ingevoegd bij art. 3 W. 1 september 2004 (B.S., 21 september 2004), met

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (Boek VI WER) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier De wet op de marktpraktijken Procedure en sancties TALLON Advocaat larcier VII De Bibliotheek Handelsrecht Voorwoord bij de Reeks Mededinging, Handelspraktijken en Intellectuele Rechten Voor- en DEEL I.

Nadere informatie

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Monografieen BW B49a Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Mr. D.W.F. Verkade Advocaat-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden Kluwer - Deventer - 2009 Inhoud WOORD VOORAF V ENIGE AFKORTINGEN

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE GESELECTEERDE BIBLIOGRAFIE...

INHOUDSOPGAVE GESELECTEERDE BIBLIOGRAFIE... INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF... GESELECTEERDE BIBLIOGRAFIE... xi xiii HOOFDSTUK 1 HISTORIEK EN TOEPASSINGSGEBIED VAN DE RICHTLIJN CONSUMENTENKOOP EN VAN DE OMZETTINGSWET PROF. DR. JULES STUYCK... 1 Inleiding...

Nadere informatie

Universiteit Gent. Faculteit Rechtsgeleerdheid

Universiteit Gent. Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2009-2010 Verbod op koppelverkoop in verzekeringen Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Rechten Ingediend door:

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK

RAAD VOOR HET VERBRUIK RvV 489 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot opheffing van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1972 betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud-

Nadere informatie

Handelspraktijken. Knipperlichten 2009-2010

Handelspraktijken. Knipperlichten 2009-2010 Handelspraktijken Knipperlichten 2009-2010 Contrast Seminars 25 februari 2010 Peter Wytinck Advocaat 1/6/2011 3:50:25 PM DEEL 1. Arrest Hof van Justitie 23 april 2009 VTB-VAB/Total gezamenlijk aanbod 1.

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 28.11.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0824/2008, ingediend door Kroum Kroumov (Bulgaarse nationaliteit), gesteund door zestien

Nadere informatie

Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame

Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame MONOGRAFIEËN BW Misleidende (B2B) reclame rgelij kende reclame Mr. D.W.F. Verkade Advocaat-generaal i.b.d. bij de Hoge Raad der Nederlanden Bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam (Bregstein-leerstoel)

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK II. HORIZONTALE OVEREENKOMSTEN RELATIES MET CONCURRENTEN JULES STUYCK...47

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK II. HORIZONTALE OVEREENKOMSTEN RELATIES MET CONCURRENTEN JULES STUYCK...47 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v HOOFDSTUK I. MEDEDINGINGSREGELS VOOR ONDERNEMINGEN NAAR EUROPEES EN BELGISCH RECHT. ACHTERGROND EN RECHTSVERGELIJKEND OVERZICHT ANNE-MARIE VAN DEN BOSSCHE... 1 1. Inleiding...

Nadere informatie

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting

Nadere informatie

HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT

HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT Béatrice Ponet Gert Straetmans (eds.) Antwerpen Cambridge Het vrij beroep na het Wetboek van Economisch

Nadere informatie

(B.S., 14 november 1998)

(B.S., 14 november 1998) Wet 31 augustus 1998 houdende omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn van 11 maart 1996 betreffende de rechtsbescherming van databanken (B.S., 14 november 1998) HOOFDSTUK I. Voorafgaande

Nadere informatie

Gevoegde zaken C-18 0/98 C-184/98. P. Pavlov e.a. tegen Stichting Pensioenfonds Medische Specialisten

Gevoegde zaken C-18 0/98 C-184/98. P. Pavlov e.a. tegen Stichting Pensioenfonds Medische Specialisten Gevoegde zaken C-18 0/98 C-184/98 P. Pavlov e.a. tegen Stichting Pensioenfonds Medische Specialisten (verzoek van het Kantongerecht te Nijmegen om een prejudiciële beslissing) Verplichte deelneming in

Nadere informatie

WET MARKTPRAKTIJKEN (WET 6 APRIL 2010 BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING (W.M.P.C.))

WET MARKTPRAKTIJKEN (WET 6 APRIL 2010 BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING (W.M.P.C.)) WET MARKTPRAKTIJKEN (WET 6 APRIL 2010 BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING (W.M.P.C.)) I. SITUERING Op 12 mei 2010 werd de wet van 6 april 2010 betreffende de marktpraktijken en consumentenbescherming

Nadere informatie

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet COLLECTIE BEDRIJFSRECHT De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet Annick De Boeck (ed.) Yves Montangie (ed.) Bart R. Goossens Marie-Christine Janssens Reinhard Steennot VANDEN BROELE INHOUDSTAFEL

Nadere informatie

Jurisdictie: Nederlandstalige Kamer van Beroep Datum: 21/07/2011 beslissing: op tegenspraak beslissingsnr.: KvB 679

Jurisdictie: Nederlandstalige Kamer van Beroep Datum: 21/07/2011 beslissing: op tegenspraak beslissingsnr.: KvB 679 Jurisdictie: Nederlandstalige Kamer van Beroep Datum: 21/07/2011 beslissing: op tegenspraak beslissingsnr.: KvB 679 De tenlasteleggingen die het voorwerp uitmaken van het tuchtonderzoek hebben betrekking

Nadere informatie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur FOD Economie Historiek van het project Denktank «modernisering economisch recht» (2007) Poltiieke steun en colloquia (2008) Verkennend ontwerp (2009),

Nadere informatie

Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen?

Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen? Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen? Het Europees Hof van Justitie heeft in een arrest van 10 juli 2014 geoordeeld dat de artikelen 20, 21 en 29 van de wet van 6 april 2010

Nadere informatie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie historiek van het project 1. ronde tafel modernisering economisch recht (2006-2009) 2. tweehonderd jaar Wetboek van Koophandel (2007)

Nadere informatie

No.W /II 's-gravenhage, 5 november 2012

No.W /II 's-gravenhage, 5 november 2012 ... No.W03.12.0390/II 's-gravenhage, 5 november 2012 Bij Kabinetsmissive van 28 september 2012, no.12.002275, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, mede namens

Nadere informatie

Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is

Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is Art. 1. Dit Verdrag is van toepassing op personen die inwoner zijn van een of van beide verdragsluitende Staten. 2 larcier

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017

Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Datum van inontvangstneming : 07/07/2017 Vertaling C-330/17-1 Zaak C-330/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 2 juni 2017 Verwijzende rechter: Bundesgerichtshof (Duitsland) Datum

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v HOOFDSTUK 1. DISCRIMINATIE OP DE WERKVLOER EN DE WETTEN VAN 10 MEI 2007... 1

INHOUD. VOORWOORD... v HOOFDSTUK 1. DISCRIMINATIE OP DE WERKVLOER EN DE WETTEN VAN 10 MEI 2007... 1 INHOUD VOORWOORD....................................................... v HOOFDSTUK 1. DISCRIMINATIE OP DE WERKVLOER EN DE WETTEN VAN 10 MEI 2007........................................ 1 I. Inleiding

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling The Bright Side Newsletter n 23 Bright Advocaten www.b-right.be Onderwerp Verbod op verkoop met verlies in strijd met het Europees recht Datum 22 april 2013 Copyright and disclaimer De inhoud

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Hervorming WHPC A04 Brussel, 20.03 2008 MH/SL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET EVALUATIEVERSLAG OVER DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE HANDELSPRAKTIJKEN

Nadere informatie

Zaak C-475/99. Firma Ambulanz Glöckner tegen Landkreis Südwestpfalz

Zaak C-475/99. Firma Ambulanz Glöckner tegen Landkreis Südwestpfalz Zaak C-475/99 Firma Ambulanz Glöckner tegen Landkreis Südwestpfalz (verzoek van het Oberverwaltungsgericht Rheinland-Pfalz om een prejudiciële beslissing) Artikelen 85, 86 en 90 EG-Verdrag (thans artikelen

Nadere informatie

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors North Gate III 6 e verdieping Koning Albert II laan 16 1000 Brussel Tel. 02/277.64.11 Fax 02/201.66.19 E-mail : CSPEHREB@skynet.be Internet : www.cspe-hreb.be Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp

Nadere informatie

De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie

De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie Economische afhankelijkheid (art. I.6, 4 WER) positie van onderworpenheid van een onderneming ten aanzien van één of meerdere andere ondernemingen

Nadere informatie

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA TUSSEN DE ONDERGETEKENDEN, De Vrije Universiteit Brussel met zetel te 1050 Brussel, Pleinlaan 2, die rechtspersoonlijkheid geniet bij wet van 28 mei 1970

Nadere informatie

N Solden A2 Bruxelles, 16 mei 2017 MH/SL/JP ADVIES. betreffende VERSCHILLENDE VRAGEN MET BETREKKING TOT DE SOLDEN

N Solden A2 Bruxelles, 16 mei 2017 MH/SL/JP ADVIES. betreffende VERSCHILLENDE VRAGEN MET BETREKKING TOT DE SOLDEN N Solden A2 Bruxelles, 16 mei 2017 MH/SL/JP 758-2017 ADVIES betreffende VERSCHILLENDE VRAGEN MET BETREKKING TOT DE SOLDEN (goedgekeurd door het bureau op 21 februari 2017, bekrachtigd door de algemene

Nadere informatie

Euronext Brussels SA / NV, Rue du Marquis, 1 b.1, Markiesstraat Brussels Belgium

Euronext Brussels SA / NV, Rue du Marquis, 1 b.1, Markiesstraat Brussels Belgium Euronext Rule Book BOOK II: SPECIFIEKE REGELS VOOR EURONEXT BRUSSELS UITGIFTEDATUM: 27 FEBRUARI 2017 DATUM VAN INWERKINGTREDING: 06 MAART 2017 Euronext Brussels SA / NV, Rue du Marquis, 1 b.1, Markiesstraat

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code 1 Samenwerkingsprotocol tussen de Consumentenautoriteit en de Stichting Reclame Code Partijen: 1. De Staatssecretaris van Economische

Nadere informatie

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU Prof. dr. Diederik BRULOOT Bemiddelaars inzake hypothecair krediet SITUERING 1 RICHTLIJN 2014/17/EU (MCD) Dubbel doel 1. Hoog niveau van

Nadere informatie

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: Koninklijk besluit van 30 januari 2003 tot vaststelling van de criteria, de voorwaarden en de nadere regels voor de toekenning van de toelage tot ondersteuning van acties die betrekking hebben op de bevordering

Nadere informatie

Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma

Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma Algemene voorwaarden mybpost-portaal en mybpost bizz-programma Deze algemene voorwaarden en de privacy policy stellen de voorwaarden vast voor de toegang tot en het gebruik van het mybpost-portaal en het

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau enz. enz. enz. Wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, in verband met de omzetting van Richtlijn 2014/104/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 november

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV:

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV: Vrij beroep 1/ België Wet van 15 mei 2014 houdende invoeging van Boek XIV "Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende de beoefenaars van een vrij beroep" in het Wetboek van economisch recht

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Issue

Auteur. Onderwerp. Issue Auteur Stibbe Nieuwsflash handelspraktijken en consumentenrecht www.stibbe.be Onderwerp Het Hof van Justitie luidt de doodsklokken over het verbod op gezamenlijke aanbiedingen Issue 23 April 2009 Copyright

Nadere informatie

Staatssteun nr. N 14/2002 - België Belgische federale steunregeling ten behoeve van hernieuwbare energiebronnen

Staatssteun nr. N 14/2002 - België Belgische federale steunregeling ten behoeve van hernieuwbare energiebronnen EUROPESE COMMISSIE Brussel, 02.08.2002 C(2002)2904 fin. Betreft: Staatssteun nr. N 14/2002 - België Belgische federale steunregeling ten behoeve van hernieuwbare energiebronnen Excellentie, Bij schrijven

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Kruispuntbank voertuigen A04 Brussel, 29 september 2010 MH/MG/AS ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET WETSONTWERP HOUDENDE DE OPRICHTING VAN DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

Wet betreffende bescherming van bedrijfsgeheimen

Wet betreffende bescherming van bedrijfsgeheimen Wet betreffende bescherming van bedrijfsgeheimen FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be Problematiek en inleiding

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 108 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enkele andere wetten in verband met de implementatie van Verordening (EU) nr. 2017/1129

Nadere informatie

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Een innovatief economisch model, een opportuniteit voor ondernemers en consumenten Opdracht van de FOD Economie In een steeds veranderende Belgische

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Handelspraktijken Voorv. Prod. A03 Brussel, 23.09.2008 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OMZETTING VAN DE RICHTLIJN 2007/45/EG

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

Date de réception : 27/12/2011

Date de réception : 27/12/2011 Date de réception : 27/12/2011 Resumé C-577/11-1 Zaak C-577/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen

Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/94 betreffende het vrijstellingsmechanisme in de internationale belastingverdragen Samenvatting : Deze circulaire beschrijft het mechanisme dat de woonstaat hanteert

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. wijziging van de Mededingingswet in verband met wijziging van de bepalingen over markt en overheid en wijzigingen in het concentratietoezicht, en wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV-513 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

RICHTSNOEREN AANWIJZING AANMERKELIJKE MACHT OP DE MARKT

RICHTSNOEREN AANWIJZING AANMERKELIJKE MACHT OP DE MARKT RICHTSNOEREN AANWIJZING AANMERKELIJKE MACHT OP DE MARKT I Inleiding 1. Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) publiceert hierbij richtsnoeren die aangeven

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord... vii De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord.......................................................

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.262/1 van 16 november 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE

MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE VRAGEN OVER MEDEDINGING CONTACT INFORMATIE: Telefoon: 402080 of 402339 tst. 1080 Fax: 404834 E-mail: juridischezaken@yahoo.com Paramaribo, december 2011 Ministerie van

Nadere informatie

ADVIES Nr 04 / 2003 van 10 februari 2003

ADVIES Nr 04 / 2003 van 10 februari 2003 ADVIES Nr 04 / 2003 van 10 februari 2003 O. Ref. : 10 / A / 2002 / 046 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit tot bepaling van de bijzondere aanwervingsvoorwaarden van het statutaire en het contractuele

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 januari 2019 ADVIES 2019-13 met betrekking tot het verkrijgen van toegang tot documenten met

Nadere informatie

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving:

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Afdeling I: De oorspronkelijke wet van 5 juli 1998 en de diverse wetswijzigingen: Bij wet van 5 juli 1998 2 werd een titel IV toegevoegd aan het Gerechtelijk

Nadere informatie

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 24 MEI 1994. - Wet tot oprichting van een wachtregister voor vreemdelingen die zich vluchteling verklaren of die vragen om als vluchteling te worden erkend. ALBERT ll,

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

B2B-wet : Misbruik van economische afhankelijkheid. Lunch-Forum Mededinging 26/04/2019

B2B-wet : Misbruik van economische afhankelijkheid. Lunch-Forum Mededinging 26/04/2019 B2B-wet : Misbruik van economische afhankelijkheid Julie Léonard Adviseur Dienst voor de Mededinging AD Economische reglementering Lunch-Forum Mededinging 26/04/2019 Context Oorspronkelijke vaststelling

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

België-Brussel: Software voor documentenbeheer 2015/S 113-204388. Aankondiging van een opdracht. Leveringen

België-Brussel: Software voor documentenbeheer 2015/S 113-204388. Aankondiging van een opdracht. Leveringen 1/5 Deze aankondiging op de TED-website: http://ted.europa.eu/udl?uri=ted:notice:204388-2015:text:nl:html België-Brussel: Software voor documentenbeheer 2015/S 113-204388 Aankondiging van een opdracht

Nadere informatie

UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE

UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v BEKNOPTE INHOUDSOPGAVE...vii AFKORTINGEN... xi EERSTE TRANCHE HET DOMEIN... 1 HOOFDSTUK 1 OPENBAAR DOMEIN... 3 Afdeling 1. Historiek... 3 Afdeling 2. Relevantie,

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, 18.05.2005 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN TWEE EUROPESE RICHTLIJNEN INZAKE FINANCIËLE DIENSTEN OP AFSTAND (bekrachtigd door

Nadere informatie

Conceptnota nieuwe regelgeving taaldecreet Commissie Werk en Economie Vlaams Parlement

Conceptnota nieuwe regelgeving taaldecreet Commissie Werk en Economie Vlaams Parlement Conceptnota nieuwe regelgeving taaldecreet Commissie Werk en Economie Vlaams Parlement Enkele beschouwingen vanuit de werking van de Europese interne markt en het Belgisch economisch recht Jules Stuyck

Nadere informatie

BELGISCHE MEDEDINGINGSAUTORITEIT. Auditoraat. Beslissing nr. BMA-2015-I/O-02-AUD van 17 februari 2015

BELGISCHE MEDEDINGINGSAUTORITEIT. Auditoraat. Beslissing nr. BMA-2015-I/O-02-AUD van 17 februari 2015 BELGISCHE MEDEDINGINGSAUTORITEIT Auditoraat Beslissing nr. BMA-2015-I/O-02-AUD van 17 februari 2015 Zaak MEDE-I/O-10/0009 A : Vrachtafhandeling op de luchthaven van Brussel Nationaal (Zaventem) I. Procedure

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2003 COM(2003) 114 definitief 2003/0050 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt

Nadere informatie

Inhoud. 1. Correcte informatie en misleidende reclame 11. 2. Vergelijkende reclame 31

Inhoud. 1. Correcte informatie en misleidende reclame 11. 2. Vergelijkende reclame 31 Inhoud 1. Correcte informatie en misleidende reclame 11 1. Moet een reclameboodschap altijd 100% correct zijn en zo niet, waar ligt dan de grens? 11 2. Als reclame 100% correct is, kan zij dan toch nog

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017

Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Datum van inontvangstneming : 22/06/2017 Vertaling C-264/17-1 Zaak C-264/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 17 mei 2017 Verwijzende rechter: Finanzgericht Münster (Duitsland)

Nadere informatie

Toepassing van financiële consumentenbescherming op beleggingsvastgoed?

Toepassing van financiële consumentenbescherming op beleggingsvastgoed? Real Estate & Banking and Finance 8 januari 2015 Toepassing van financiële consumentenbescherming op beleggingsvastgoed? Verduidelijking standpunt FSMA De financiële regelgeving bevat heel wat regels ter

Nadere informatie

Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht

Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht 87 HOOFDSTUK 1 Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht AFDELING 1 Het fiscale stelsel opgelegd door de Europese fiscale fusierichtlijn van 23 juli 1990 (veelvuldig gewijzigd) 1. Toepassingsgebied

Nadere informatie

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS 788-2018 ADVIES betreffende DE AFBAKENING VAN DE RISICOSECTOREN VOOR DE VERPLICHTE LIMOSA-AANGIFTE VOOR ZELFSTANDIGEN (goedgekeurd door het bureau op 19

Nadere informatie

Financial Law Institute

Financial Law Institute Financial Law Institute Working Paper Series WP 2011-05 Reinhard STEENNOT Michel TISON De Nieuwe Wet Marktpraktijken Challenging the Prudential Supervisor: liability versus (regulatory) immunity September

Nadere informatie