j.e.u.g.d. en de clustering van diensten

Transcriptie

1 j.e.u.g.d. en de clustering van diensten VVJ Vlaams-Brabant 6 februari 2018

2

3 Wat wil je graag voorleggen aan je collega s? Situatieschets Hoe gaat het er elders aan toe? Voorbeelden van structuren? Voorbeelden van samenwerking buiten vrije tijd? Bv milieu, openbare ruimte Een kritische blik op clustering Valkuilen en kansen? Voor- en nadelen? Bv is het moeilijker om eigen initiatieven te organiseren? Wat betekent het voor de doelgroep, en de burger in het algemeen? Door kruisbestuiving een breder aanbod voor de burger? Heeft de plaatselijke jeugd en het jeugdwerk er baat bij dat een jeugdconsulent zo vaak met samenwerking met andere diensten bezig is?

4 Wat wil je graag voorleggen aan je collega s? Wat betekent het voor je manier van werken? Hoe werk maken van (jeugd)beleidswerk in een vrijetijdsdienst? Moet een vrijetijdsdienst letterlijk onder één dak zitten? Kan er niet gewoon als vrijetijdsdienst samengewerkt worden vanop de verschillende eilanden aan bepaalde projecten/thema s zonder dat je daarom letterlijk je bureau moet verhuizen? Hoe zorg je ervoor dat je laagdrempelig en bereikbaar blijft voor de jeugd die gewoon eens wil langskomen om hun hart te luchten als je samen met alle diensten onder één dak zit? Wat betekent het voor het lokale jeugdbeleid? Hoe bewaak je het deeltje jeugdbeleid in een groter vrijetijdsbeleid?

5 SITUATIESCHETS De plaats van jeugd in het organogram van de gemeente? Welke gevoelens overheersen bij jou? Wie zet de bril op van kinderen en jongeren, wie niet?

6

7 Wat is de plaats van jeugd in het organogram van de gemeente? Onder de gemeentesecretaris (1) In een cluster: Cluster welzijns- en burgerzaken Cluster vrije tijd met clusterhoofd > jeugd(dienst) evt ook met diensthoofd Cluster welzijn (maar misschien verhuizen we naar vrije tijd ) Cluster mens > vrijetijdshuis > jeugddienst Directie mens > dienst publiekswerking Vrije tijd > cultuur > jeugdcultuur

8 Is die plaats veranderd? Plaats is (nog) niet veranderd positief / negatief? Voordeel van fysiek aparte dienst: lage drempel Nadeel diensten in aparte gebouwen: kent elkaar(s werking) niet Officieel geen clustering, wel gedeelde bureau = In verandering: Meer en meer samenwerking (onder vrijetijdsdiensten) Van vzw naar stadsdienst, evolutie naar dienst vrije tijd Ja, plaats is veranderd: Clusterhoofd vrije tijd aangesteld Van jeugddienst met +/- 12 jeugdwerkers naar dienst publiekswerking met 4 jeugdwerkers

9 Welke gevoelens overheersen bij jou als je kijkt naar hoe jullie nu werken? Frustratie, vrees: Elk in zijn vakje, er wordt niet snel samengewerkt tussen de diensten. Verandering en modernisering is nodig Vrees: steeds minder beleid en steeds meer programmatie in takenpakket Vlak organogram weinig kruisbestuiving tussen vrijetijdsdiensten Wel teamoverleg met de diensthoofden, maar nog geen werking rond vrijetijdsthema s. Elk organiseert voor eigen sector. Vastgeroeste diensten. Kijken naar jeugd vanuit praktische kant, geen echte openheid naar jeugd. Soms duurt het lang voor een beslissing in daden kan worden omgezet of voordat beslist wordt.

10 Welke gevoelens overheersen bij jou als je kijkt naar hoe jullie nu werken? Moeilijk om zeggen Nog heel wat vragen Taak jeugdconsulent gaat veel meer over geïntegreerde samenwerking met andere diensten. Pure jeugdthema s vormen een kleiner onderdeel van het takenpakket Programma jeugd vs adviserende rol jeugdwerker (?)

11 Welke gevoelens overheersen bij jou als je kijkt naar hoe jullie nu werken? Tevredenheid, met aandachtspunten: Goeie stap voorwaarts moeten nog meer gaan samenwerken. Blij dat diensten op zich blijven bestaan, voor de eigenheid. Wegvallen administratie zal werk een stuk verlichten Goede manier van werken gevonden, maar evolutie is nodig Positieve evolutie als enige werkkracht in kleine gemeente, maar takenpakket vrijetijdspunt verder te specifiëren naar de kwaliteiten van het personeel. Doel: grenzen tussen jeugd/sport/cultuur vervagen zoveel mogelijk Betere samenwerking dan vroeger waardoor we meer kansen creëren Potentieel in de samenwerking van diensten maar waakzaam zijn om het jeugdig karakter te kunnen behouden

12 iets van jeugd in takenpakket

13 iets van jeugd in takenpakket de jeugd genegen

14 iets van jeugd in takenpakket de jeugd genegen geen voeling, weerstand

15

16 Categoriale jeugdreflex is een interne horizontale kwaliteitsdynamiek die streeft naar een goed en geïntegreerd lokaal (jeugd)beleid brengt leefwereldperspectief in het beleidsdiscours en richt zich breed naar alle levenssferen van kinderen en jongeren. is meer dan een eenzijdige doelgroepenbenadering plaatst kinderen en jongeren in een bredere samenlevingscontext

17 3 sleutelvragen

18 Voorbeelden wat in beeld brengen - vragen 1. Werken we wel VANUIT en VOOR kinderen en jongeren? 2. Wat is een kwalitatieve dienstverlening voor kinderen en jongeren (in de brede levenssferen)? 3. Wie heeft KENNIS over en wie heeft VOELING met de leefwereld van kinderen en jongeren? Wie beheert dit netwerk? Wat gebeurd met die info?

19 Uitgediept met wat meer vragen wordt dit.

20 1. Werken we wel VANUIT en VOOR kinderen en jongeren? -Benoem acties/diensten/ die een jeugdbril dragen! -Benoem kinderen en jeugdacties die een andere bril dragen! -Benoem levenssferen die belangrijk zijn voor kinderen en jongeren die geen aandacht krijgen in het bestuur? -Wat/wie zijn in uw bestuur de ingangspoorten voor kinderen in de brede levenssfeer? -Welke instrumenten en competenties zijn er nodig om dit als ingangspoort te verspreiden? -Welke kinderen jongerennoden moeten het afleggen tov welke noden? -Welke noden van kinderen en jongeren winnen het van andere noden? - Hoe komen we dit alles te weten?

21 2. Wat is een kwalitatieve dienstverlening voor kinderen en jongeren in de brede levenssfeer? - Wat is een kwalitatieve dienstverlening voor kinderen en jongeren in de brede levenssfeer? - Welke levenssferen hebben een dienstverlening voor kinderen en jongeren? - Wie zou er moeten hebben? - Wat zijn kenmerken van goede dienstverlening voor kinderen en jongeren? - Wat is er voor nodig om deze goede kenmerken voor jouw deeltje te weten te komen? - Waar /wie bewaakt dit in de structuur van de gemeente? -Hoe kan je dit planmatig in het MJP vinden/stoppen? - Hoe komen we dit alles te weten?

22 Hoe houden we voeling met én hebben we kennis over, de leefwereld van kinderen en jongeren? -Wie weet wat van kinderen en jongeren? Weet je dit eigenlijk? Hoe kom je dit dan te weten? Als je het weet. Hoe hou je dit bij en up to date? Wie beheert deze schat aan info? Om wat mee te doen? -Wie heeft voeling met de leefwereld? - Is er verschil tussen kennis over en voeling met de doelgroep? -Hoe/waar zie je leefwereldperspectief van kinderen en jongeren in het denken van de gemeente? (filosofie?) Idem voor in het doen van de gemeente? -Hoe kom je dit te weten? Hoe breng je dit in beeld?