Dreiging en aandachtsbias

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dreiging en aandachtsbias"

Transcriptie

1 Dreiging en aandachtsbias De invloed van etniciteit als dreigingssignaal op selectieve aandacht 11 Universiteit van Amsterdam Faculteit Maatschappij- en Gedragswetenschappen Programmagroep Sociale Psychologie Masterscriptie Naam : Afraïsa Texel Student nr. : Begeleider : Juliane Degner Datum : Augustus 2010

2 Abstract Het doel van deze studie was om te onderzoeken of individuen aandachtsbias hebben naar relevante emotionele gezichtsuitdrukkingen van etnische groepen: foto's van Marokkaanse en Nederlandse mannen met een boze uitdrukking (een dreigingssignaal), een blije en een neutrale uitdrukking (geen dreigingssignalen). Daarnaast werd gekeken of de individuele mate van bevooroordeeldheid een rol speelt in de aanzet tot selectieve aandacht. In dit onderzoek werd gebruik gemaakt van dezelfde Dot Probe Taak als in het experiment van Mogg & Bradley (2002) waarin een fotopaar kort werd getoond. Vervolgens werden deze vervangen door een probe op de positie die voorheen door de foto s werd ingenomen. In tegenstelling tot het onderzoek van Mogg en Bradley (2002) werd in dit onderzoek gebruik gemaakt van foto's van Marokkanen en Nederlanders als gezichtsstimuli. Uit het resultaat kon worden opgemaakt dat de deelnemers over het algemeen aandachtsbias hadden naar Marokkaanse gezichten dan naar Nederlandse gezichten. Het effect bleek het grootst wanneer een Marokkaans gezicht met een boze uitdrukking in combinatie met een Nederlands gezicht met een blije uitdrukking werd aangeboden. Daarentegen bleek er geen verband te zijn tussen de mate van individuele impliciete bevooroordeeldheid en het verschil in responstijd na waarneming van een Nederlands of Marokkaans gezicht. 2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Methode Resultaat Discussie Literatuur

4 1. Inleiding Tegenwoordig kan men er niet meer om heen. Het is al een geruime tijd duidelijk dat Nederland last heeft van groepen jongeren die in verschillende steden voor veel overlast zorgen (Trouw, 22 oktober 2008). De kranten staan vol van incidenten gepleegd door groepen jongeren. Maar niet alleen Nederland heeft last van dit soort jongeren, ook Frankrijk en België kampen met hetzelfde probleem. De vele incidenten hebben ertoe geleid dat een grote groep mensen in Nederland zich niet meer veilig voelen. De jongeren die deze incidenten begaan blijken in de meeste gevallen van Marokkaanse afkomst te zijn (NRC Handelsblad, 25 mei 2009). Wanneer er een misdrijf heeft plaatsgevonden zal men eerder geneigd zijn om Marokkaanse individuen als potentiële daders te verdenken dan autochtone Nederlandse individuen. Dit omdat een kleine groep Marokkanen voor veel overlast zorgen lijkt het erop dat alle Marokkanen worden geassocieerd met geweld en agressie. Hierdoor zal men eerder geneigd zijn de aandacht te oriënteren naar deze groep mensen. Door deze selectieve aandacht, ook wel aandachtsbias genoemd, heerst er een negatief vooroordeel over Marokkanen. Dit heeft als gevolg dat Marokkanen vandaag de dag worden gezien als lastige individuen, wat als gevolg kan hebben dat de interactie met deze groep wordt vermeden. Dit vooroordeel heeft er toe geleid dat sommige Marokkanen de toegang werd ontzegt in onder andere bioscopen, winkelcentra of discotheken (De Volkskrant, 19 januari 2009). Op basis van deze gebeurtenissen is het niet vreemd om aan te nemen dat mensen op hun hoede zullen zijn wanneer men wordt geconfronteerd met een Marokkaan, ongeacht zijn gezichtsuitdrukking, blij of boos. Wanneer de aandacht wordt gevestigd op gezichten, is het redelijk om te veronderstellen dat de aandacht naar gezichten ook afhangt van verschillende gezichtskenmerken zoals bijvoorbeeld emotionele uitdrukkingen. In deze studie willen we daarom kijken of individuen aandachstbias vertonen aangaande emotionele 4

5 gezichtsuitdrukkingen van Marokkaanse en Nederlandse mannen. Daarnaast wordt gekeken of de individuele mate van bevooroordeeldheid van invloed is op de selectieve aandacht naar Nederlandse of Marokkaanse gezichten. Voordat er dieper op het onderzoek wordt ingegaan is het belangrijk om te weten wat het begrip selectieve aandacht precies inhoudt. Selectieve aandacht verwijst naar het vermogen om voorrang te geven aan belangrijke informatie en onbelangrijke informatie te negeren (Bögels & Van Oppen, 1999). Denk bijvoorbeeld aan een saai gesprek met een collega. Tijdens het gesprek ben je aan het chatten met je moeder via je mobiele telefoon over haar nieuwe heup wat je belangrijker vindt dan het gesprek met je collega. Hier wordt de voorrang gegeven aan de moeder en wordt alle overige informatie dat aan bod komt, het gespreksstof van je collega als minder belangrijk waargenomen. Een manier om vast te stellen of er sprake is van selectieve aandacht, is door gebruik te maken van spatiële cueing taken. Spatiële cueing taken onderzoeken op welke locatie de aandacht gericht is op een specifiek tijdstip. Eén van de meest gebruikte spatiële cueing taak is de Dot Probe taak (Macleod, Mathews & Tata, 1986). Tijdens deze taak krijgen de deelnemers voor een korte tijd stimuli aangeboden op twee verschillende locaties op het beeldscherm. De stimuli bestaat uit dreigende en niet-dreigende stimuli. Nadat de stimuli is aangeboden, verschijnt er een 'probe' op de locatie van de dreigende stimulus of op de locatie van de niet-dreigende stimulus. De probe bestaat vaak uit een vierkantje of een puntje. Hierbij is het de bedoeling dat de deelnemers na het zien van de probe, zo snel mogelijk de locatie van de probe aangeven door te reageren op twee voorgeselecteerde toetsen op het toetsenbord. De aandachtsverplaatsing werd gemeten door de benodigde tijd vast te stellen die nodig was voor de reactie op de probes. In de afgelopen jaren is er veel onderzoek gedaan naar selectieve aandacht op verschillende soorten gezichtsstimuli. Uit eerder onderzoek van Von Grünau en Anston 5

6 (1995) werd met behulp van de Dot probe taak onderzocht of individuen aandachtsbias hebben naar gezichten met een recht vooruit starende blik of gezichten met een links of rechts afgewende blik. Uit het resultaat bleek dat de deelnemers hun aandacht eerder oriënteerden naar een starende blik dan naar een afgewende blik. In het onderzoek van Bradley, Mogg & Millar (2000) werd eveneens aan de hand van een Probe taak, de Eye Movement direction en angstvragenlijsten de selectieve aandacht gemeten naar verschillende gezichtsuitdrukkingen. In dit onderzoek werden vier typen gezichtsuitdrukkingen (boos, verdrietig, blij en neutraal) gebruikt om de specificiteit van de aandachtsbias te meten. Uit het onderzoek bleek dat angstige deelnemers hun aandacht eerder oriënteerden naar probes die voorheen door een boos gezicht werden ingenomen dan wanneer de probes verschenen na een gezicht met een neutrale, blije en verdrietige uitdrukking. Dus hoe angstiger men was, des te sterker men geneigd was de ogen, en dus de aandacht te richten naar gezichten met een boze uitdrukking. In tegenstelling tot Von Grünau en Anston (1995) en Bradley en zijn collega's (2000) werd in het onderzoek van Richeson & Trawalter (2008) gekeken of de externe motivatie om niet bevooroordeeld te zijn naar zwarte mensen een rol speelt in selectieve aandacht. Net als in het eerder besproken onderzoek van Bradley en zijn collega's (2000) werd in deze studie ook gebruik gemaakt van de Dot Probe Taak en vragenlijsten. Witte deelnemers met een hoge en lage mate van externe motivatie tot bevooroordeeldheid naar zwarte mensen, kregen een gezichtspaar gepresenteerd na de probes bestaande uit een zwart of wit gezicht met een neutrale of blije gezichtsuitdrukking. Uit het resultaat kwam naar voren dat hoog angstige deelnemers eerder aandachtsbias hadden naar zwarte gezichten met een neutrale uitdrukking dan naar zwarte gezichten met een blije uitdrukking en witte gezichten met zowel een blije of neutrale gezichtsuitdrukking. Dit effect werd versterkt naar mate het angstniveau en de mate van externe motivatie om niet 6

7 bevooroordeeld te zijn naar zwarte mensen hoog was. Dus hoe angstiger men was en hoe hoger de externe motivatie om niet bevooroordeeld te zijn naar zwarte mensen, des te eerder er sprake was van aandachtsbias naar zwarte gezichten met een neutrale uitdrukking. Het opmerkelijke aan het onderzoek van Richeson en Trawalter (2008) is dat de deelnemers aandachtsbias hebben naar zwarte gezichten met een neutrale uitdrukking en niet naar blije gezichtsuitdrukkingen van zwarte gezichten. Deze bevinding kan mogelijk worden verklaard door het feit dat de onderzoekers in hun experiment gebruik hebben gemaakt van gezichten die geen of een milde vorm van een dreiging uiten, namelijk een neutraal en een blij gezicht. Andere onderzoeken naar selectieve aandacht op gezichtsuitdrukkingen tonen aan dat als er naast een neutraal en blij gezicht ook een boos gezicht wordt aangeboden, dat de aandacht eerder zal worden geleid naar een gezicht met een boze uitdrukking dan naar een gezicht met een blije of neutrale uitdrukking (Öhman, Flykt & Esteves, 2001; Wilson, 2003; Fox, Lester, Russo, Bowles, Pichler & Dutton, 2000; Bradley, Mogg & Millar, 2000). Uit de besproken onderzoeken kan worden opgemaakt dat verschillende gezichtskenmerken, als blikken en emotionele expressies van groot belang zijn wanneer het gaat om het oriënteren van aandacht naar een gezicht. Zoals in bovenstaande onderzoeken naar voren is gekomen, blijkt het effect van de aandachtsoriëntatie versterkt te worden wanneer individuele eigenschappen als angst of externe motivatie werden meegewogen. Later in dit hoofdstuk wordt verder ingegaan op de rol van individuele eigenschappen. Nu duidelijk naar voren is gekomen dat men eerder aandachtsbias heeft naar gezichten met een boze, dan met een blije of neutrale uitdrukking, is het de vraag waarom de aandacht eerder naar een boos gezicht wordt geleid dan naar een blij of neutraal gezicht. Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat een boos gezicht wordt waargenomen als een dreigingssignaal (Öhman, 1986). Een boos gezicht zou geconditioneerd zijn met angst 7

8 omdat een boos gezicht vaak gecombineerd wordt met aversieve stimuli als straf, pijn of andere negatieve gevolgen. Dus wanneer men wordt geconfronteerd met een boos gezicht, roept deze confrontatie een automatische angstreactie op (Öhman en Dimberg, 1978; Mathews & Mackintosh, 1998). Bij een dreiging wordt de aandacht dus eerder geleid naar een dreigend gezicht, dan naar een niet-dreigende stimuli zoals een blij of neutraal gezicht. Een ander mogelijke verklaring voor de aandachtsbias naar een boos gezicht zou te maken hebben met de overlevingswaarde. Door voorrang te geven aan onmiddellijk dreigende stimuli, zoals een boos gezicht of een slang, zou de overlevingswaarde sneller kunnen worden ingeschat dan bij niet dreigende stimuli, zoals een boek. De overlevingswaarde zou functioneren als een oud fylogenetisch mechanisme die iedereen bezit (Mogg & Bradley, 1998, Mathews & Mackintosh, 1998). Het zou dan ook meer dan logisch dat men zich eerder zou oriënteren op dreigingssignalen. Om te kunnen overleven is het daarom van groot belang dat er een onderscheid gemaakt kan worden tussen stimuli die een directe dreiging vormen en stimuli die geen directe dreiging vormen. De rol van individuele eigenschappen op selectieve aandacht Uit de besproken onderzoeken kan worden aangenomen dat een relevante dreigingssignaal leidt tot aandachtsbias naar deze stimuli. Individuele eigenschappen van de observant spelen hierbij ook een belangrijke rol bij het oriënteren van de aandacht naar dreigende stimuli. Zoals uit het onderzoek van Bradley et al. (2002) duidelijk werd, bleek een individuele eigenschap als de mate van angst ook een belangrijke voorspeller te zijn naar selectieve aandacht. Eerder onderzoek naar selectieve aandacht wees uit dat niet alleen de mate van angst of externe motivatie de aandachstbias kan versterken. In het onderzoek van Hugenberg & Bodenhausen (2003) voorspelde de mate van individuele 8

9 bevooroordeeldheid van het individu, de bereidheid om boosheid waar te nemen in gezichten. In dit onderzoek werd gebruik gemaakt van Poser 4 software om korte filmpjes te maken waarin wit of zwart gekleurde gezichten veranderden van gezichtsuitdrukking gedurende 16 seconden. Daarnaast werd gebruik gemaakt van de Implicit Association Test (IAT) om de mate van bevooroordeeldheid te meten bij Europees- Amerikaanse proefpersonen. De taak van de proefpersoon was om zo snel mogelijk te reageren wanneer de gezichtsuitdrukking bij een Europees-Amerikaans of Afro-Amerikaans gezicht was verandert naar van een neutraal naar een boos gezicht. Uit het resultaat bleek dat hoog bevooroordeelde deelnemers eerder dreiging waarnamen bij Afro-Amerikaanse gezichten dan bij Europees-Amerikaanse gezichten wanneer het gezicht veranderde van neutraal naar boos. Dus hoe hoger de mate van bevooroordeeldheid over Afro-Amerikanen, en hoe dreigender de gezichtsuitdrukking, des te eerder de aandacht werd geleid naar Afro- Amerikaanse gezichten dan naar Europees-Amerikaanse gezichten. Uit dit onderzoek is gebleken dat de mate van bevooroordeeldheid ook een belangrijke rol speelt in de aandachtsoriëntatie. Uit een ander onderzoek met zwarte en blanke mannen als dreigingsstimuli met stereotype gedachten als moderator bleek een vergelijkbaar resultaat (Donders, Correl en Wittenbrink, 2008). Op basis van de besproken onderzoeken kunnen de volgende drie hypothesen worden opgesteld: 1. Wanneer er sprake is van een aandachtsbias voor een relevante dreigingssignaal zal de aandacht eerder worden georiënteerd naar gezichten van de outgroup dan naar gezichten van de ingroup. 2. Deze aandachtsbias wordt verwacht te worden gemedieerd door de individuele mate van bevooroordeeldheid. Dit houdt in dat hoog bevooroordeelde individuen hun aandacht 9

10 eerder zullen oriënteren naar de outgroup in vergelijking tot laag bevooroordeelde individuen waarbij geen verschil in aandachstoriëntatie zal optreden. 3. Ten slotte wordt verwacht dat hoog bevooroordeelde individuen hun aandacht eerder zullen oriënteren naar de outgroup met een dreigende gezichtsuitdrukking dan naar de ingroup met een dreigende gezichtsuitdrukking. Bij laag bevooroordeelde individuen zal er geen verschil zijn in de aandachtsoriëntatie naar dreigende en niet-dreigende gezichtsuitdrukkingen. Het huidige onderzoek In de boven beschreven onderzoeken naar aandachstbias werd merendeels gebruik gemaakt van zwarte (Afro-Amerikaan) en witte (Europees-Amerikaan) gezichten als gezichtsstimuli. Er is echter nog nooit onderzoek gedaan naar aandachtbias met Marokkaanse en Nederlandse gezichten als gezichtsstimuli. Doordat Marokkanen in de afgelopen jaren vaak negatief in het nieuws zijn gekomen met betrekking tot geweld, heeft dat ertoe geleid dat een grote groep Nederlanders een negatief beeld hebben gevormd over Marokkanen (De Volkskrant, 10 maart 2010). Hierdoor zou men eerder geneigd zijn tot waakzaamheid bij confrontatie met een Marokkaan. Is het dan zover gekomen dat een Marokkaan eerder als een dreiging wordt ervaren in tegenstelling tot een autochtone Nederlander? In dit onderzoek wordt geprobeerd erachter te komen of Nederlanders aandachtsbias hebben aangaande Marokkaanse gezichten in vergelijking tot Nederlandse gezichten. Om deze vraag te beantwoorden werd in dit onderzoek gebruik gemaakt van dezelfde Dot Probe taak als in het experiment van Mogg & Bradley (2002) waarin een fotopaar kort werd getoond. Vervolgens werden deze vervangen door een probe op de positie die voorheen door de foto s werd ingenomen. Met de Dot Probe Taak werd de selectieve aandacht 10

11 bepaald door het meten van de reactietijd op de probes op de locatie van een van de gezichten. Als de aandacht eerder zal worden georiënteerd op een relevant dreigingssignaal, wordt verwacht dat de individuen sneller zullen reageren op probes die voorheen door een Marokkaans gezicht werden ingenomen dan door Nederlandse gezichten. Dit houdt in dat wanneer de probe verschijnt na een Marokkaans gezicht met een neutrale uitdrukking en een Nederlands gezicht met een neutrale uitdrukking dat de aandacht eerder wordt geleid naar het Marokkaanse gezicht. Dit omdat een Marokkaans gezicht eerder aandacht zou trekken dan een Nederlands gezicht. Bij een fotopaar van een Marokkaans gezicht met een neutrale uitdrukking en een Nederlands gezicht met een boze of blije uitdrukking zal de aandacht eerder worden geleid naar de probe die voorheen werd ingenomen door een Marokkaans gezicht. Dit omdat een boze of blije gezichtsuitdrukking bij een Nederlander minder als een dreiging zal worden ervaren. Bij een fotopaar van een Marokkaans en Nederlands gezicht met een boze uitdrukking wordt verwacht dat er geen aandachtsbias op treedt naar een Marokkaans noch Nederlands omdat beide gezichten een dreigingssignaal uiten en etniciteit niet direct een rol zal spelen. Bij een Marokkaans gezicht met een boze uitdrukking en een Nederlands gezicht met een neutrale uitdrukking zal de aandacht eerder worden geleid naar de probe die voorheen door een Marokkaans gezicht wordt ingenomen. Dit om dezelfde reden dat een Marokkaans gezicht eerder als een dreiging zou worden waargenomen in vergelijking met een Nederlands gezicht. Bij een fotopaar van Marokkaans gezicht met een boze uitdrukking en een Nederlands gezicht met een blije uitdrukking zal de aandacht eerder worden geleid naar de probe die voorheen door een Marokkaans gezicht werd ingenomen. Dit omdat een Nederlands gezicht met een blije uitdrukking in vergelijking tot een Marokkaans gezicht niet als een dreigingssignaal wordt waargenomen. Dit heeft als gevolg dat de reactietijd in deze 11

12 conditie het grootst zal zijn dan in de overige condities. Bij een fotopaar van een Marokkaans gezicht met een blije uitdrukking en een Nederlands gezicht met een neutrale uitdrukking zal de aandacht eerder worden georiënteerd naar de probe die voorheen door een Marokkaans gezicht werd ingenomen. Dit omdat zoals al werd gesteld dat een Nederlands gezicht met een neutrale uitdrukking niet wordt waargenomen als een dreigingssignaal in vergelijking tot een Marokkaans gezicht met een blije uitdrukking. Bij een blij Marokkaans gezicht en een blij of boos Nederlands gezicht zal de aandacht eerder worden georiënteerd naar de probe die voorheen door een Marokkaans gezicht werd ingenomen. Ondanks dat het hier een Marokkaans gezicht betreft met een vriendelijke uitstraling, zou de aandacht toch eerder naar een Marokkaans gezicht worden geleid omdat een Marokkaans gezicht alsnog als een dreiging zou worden waargenomen in vergelijking met een Nederlands gezicht met een boze of blije uitdrukking. Een blij of boos Nederlands gezicht zal in deze conditie minder worden ervaren als een dreiging. Deze verwachtingen zijn met name van toepassing als de mate van bevooroordeeldheid een rol speelt. Dit betekent dat hoog bevooroordeelde deelnemers eerder aandachtsbias vertonen naar Marokkaanse gezichten in vergelijking tot laag bevooroordeelde deelnemers. Voor laag bevooroordeelde deelnemers wordt dan ook geen verschil verwacht in responstijd na een Marokkaans en Nederlandse gezichten. Methode Proefpersonen Aan dit onderzoek namen 20 studenten deel aan de Universiteit van Amsterdam (14 vrouwen en 6 mannen) variërend in de leeftijd van 18 en 25 jaar. Deelname aan het experiment geschiedde door online een afspraak te maken en door vrije inloop. De proefpersonen kregen voor dit experiment één proefpersoonpunt toegewezen. 12

13 Materialen Voor deelname aan het experiment moesten de deelnemers een toestemmingsverklaring ondertekenen waarin zij vrijwillig toestemmen met het gebruik van hun (onderzoek-) gegevens. Daarna konden de deelnemers de twee computertaken verrichtten. De selectieve aandacht werd gemeten aan de hand van de Dot Probe Taak. Anders dan het onderzoek van Mogg & Bradley (1999) was de probe een pijl dat naar boven ( ) of naar beneden ( ) wees. Er waren in totaal 60 gezichten met een boze, blije en een neutrale gezichtsuitdrukking, die ieder aan elkaar werden gepaard waardoor er een gelijke distributie ontstond van alle mogelijke emotie paren. De positie van de foto s en de positie van de pijl werden gelijkmatig verdeeld over de trials zodat iedere pijl en foto's even vaak verscheen op beide locaties. Er waren in totaal 120 experimentele trials. Tijdens deze trials werd elk van de 60 gezichtsparen twee keer getoond, een keer met het emotionele gezicht aan de linker kant van het scherm, en een keer aan de rechterkant. De Implicit Association Test (IAT) werd gebruikt om de automatische activatie van impliciete vooroordelen te meten. De test bestond in totaal uit vijf blokken. In het eerste blok werd gevraagd om de afbeeldingen van de neutrale gezichten in groepen te classificeren. De afbeeldingen verscheen links- en rechtsboven van het beeldscherm. Tijdens dit blok is het de bedoeling dat er zo snel mogelijk gereageerd dient te worden en tegelijkertijd zo min mogelijk fouten te maken. In het tweede blok werd gevraagd om woorden te classificeren tot positieve (bijvoorbeeld 'lach', 'vrede', 'liefde') of negatieve (bijvoorbeeld 'pijn', 'mislukking', 'dood') woorden. Net als in het eerste blok was het in dit blok ook de bedoeling dat men zo snel mogelijk reageerde op de aangeboden woorden en tegelijkertijd zo min mogelijk fouten te maken. Hierbij werd ook gebruikt gemaakt van dezelfde responstoetsen als in het eerste blok. 13

14 In het derde blok verschenen de vier aparte categorieën nu gezamenlijk tot twee groepen. In dit blok werden neutrale gezichten van één van de etnische groepen in combinatie met negatieve woorden getoond en de andere etnische groep met positieve woorden (incongruente conditie). Elk aangeboden woord behoorde tot één van de twee groepen. Hierbij was het wederom de taak om zo snel mogelijk te reageren op de aangeboden groepen en tegelijkertijd zo min mogelijk fouten te maken. In het vierde blok zijn twee categorieën, de afbeeldingen van de Nederlandse en Marokkaanse gezichten, verwisseld van plek ten opzichte van de eerste en het derde blok. In dit blok was het de taak om te oefenen met deze nieuwe instelling en de gezichten in groepen zo snel mogelijk te classificeren als in het eerste blok. In het vijfde en laatste blok verschenen de vier categorieën tezamen tot twee groepen. In dit blok werd een negatief of positief woord aangeboden in combinatie met de twee etnische gezichten. Elk aangeboden woord behoorde tot één van de twee etnische groepen. De woorden waren hetzelfde als in het tweede blok. Hierbij werd ook gebruikt gemaakt van dezelfde responstoetsen als in het eerste blok. De afbeeldingen van de gezichten zijn in dit blok verwisseld waardoor voor de twee groepen op het tegenovergestelde toets moest worden gedrukt. Hierbij was het wederom de taak om zo snel mogelijk te reageren op de aangeboden stimuli en tegelijkertijd zo min mogelijk fouten te maken. Procedure De deelnemers werden bij binnenkomst verwelkomd en namen plaats achter één van de computers. Vervolgens kregen de deelnemers een toestemmingsverklaring overhandigt die zij mochten ondertekenen bij instemming van het gebruik van hun onderzoeksgegevens. Vervolgens vertelde de proefleider dat het onderzoek uit twee delen bestond en dat die onderdelen apart diende worden opgestart door de proefleider zelf. 14

15 Daarnaast werden zij verzocht de proefleider te roepen als ze klaar waren met het eerste deel waarna de proefleider het tweede deel van het experiment kon opstarten. De deelnemers werden verzocht om de instructies op het scherm goed te lezen alvorens men aan het experiment begon. Daarna werd de Dot Probe Taak opgestart en konden de deelnemers beginnen aan het onderzoek. De Dot Probe taak bestond uit 30 oefen- en 120 experimentele trials, die vervolgens voor elke deelnemer in een nieuwe willekeurige volgorde werd gepresenteerd. De deelnemers zaten ongeveer 100 cm van het scherm af. De eerste 30 trials waren oefentrials om de deelnemers te laten wennen aan de taak. Daarna namen de deelnemers deel aan 120 experimentele trials. Elke trial begon met een fixatiekruis in het midden van het scherm met een duur van 500 ms waar de deelnemers werden geïnstrueerd naar te kijken. Elk gezicht was 45 x 70 mm groot, met een afstand van 115 mm tussen het midden en werden getoond op een zwarte achtergrond. De afstand van de pijl naar het fixatiekruis was 50 mm. De duur van de blootstelling van de fotopaar bedroeg 17 ms. De duur van de blootstelling van de tweede stimuli, de pijl bedroeg 68 ms. De pijl verscheen aan de linkerkant of rechterkant van het scherm op de locatie die voorheen door de foto werd ingenomen en bleef op het scherm staan totdat er werd gereageerd. De deelnemers werden verzocht om de richting van de pijl zo snel mogelijk aan te geven en tegelijkertijd zo min mogelijk fouten te maken door te drukken op een van de twee toetsen ( of ). Daarna begon een nieuwe trial met een fixatiekruis in het midden van het scherm gedurende 500 ms. De duur van de taak bedroeg ongeveer vijf minuten. Wanneer men de taak had volbracht gaven de deelnemers aan dat ze klaar waren met het eerste deel van het onderzoek en werd de Implicit Association Test (IAT) voor hun opgestart. Nadat de Implicit Association Test was opgestart werden de deelnemers wederom geïnstrueerd om de instructies op het scherm goed te lezen alvorens men aan de test begon. 15

16 In deze test werd gebruik gemaakt van dezelfde neutrale gezichtsuitdrukkingen als in de Dot Probe taak. De test begon met een oefenblok waarin de deelnemers afbeeldingen van neutrale Marokkaanse (rechtsboven) en Nederlandse gezichten (linksboven) in groepen moest classificeren. Dit gebeurde door voor een Marokkaans gezicht te drukken op de 'C' toets en op de 'M' toets voor een Nederlands gezicht. In het tweede blok classificeerden de deelnemers de positieve en negatieve woorden door voor positieve woorden te drukken op de 'C' toets en op de 'M' toets voor negatieve woorden. In het derde blok verschenen de vier categorieën tot twee groepen, Marokkaans positief woord; Nederlander negatief woord (incongruente conditie). Elk aangeboden woord behoorde tot één van de twee groepen. De deelnemers drukten op de 'C' toets bij een positief woord in combinatie met een Marokkaans gezicht en op de 'M' toets bij een negatief woord in combinatie met een Nederlands gezicht. In het vierde blok zijn de afbeeldingen van Marokkaanse en Nederlandse gezichten verwisseld van plek ten opzichte van het eerste en derde blok. Dit blok diende als oefening in het classificeren van de verwisselde gezichten. De deelnemers drukten op de 'C' toets voor een Nederlands gezicht en op de 'M' toets voor een Marokkaans gezicht. In het vijfde en laatste blok werden de twee groepen met elkaar verwisseld (Marokkaan negatief woord; Nederlander positief woord) wat als congruente conditie diende. De deelnemers drukten op de 'M' toets bij aanbod van een negatief woord in combinatie met een Marokkaans gezicht en op de 'C' toets bij aanbod van een positief woord in combinatie met een Nederlands gezicht. De duur van de Implicit Association Test bedroeg in totaal ongeveer 7 minuten. Nadat de IAT was afgerond kregen de deelnemers hun studiepunt toegewezen. Het hele onderzoek nam ongeveer een kwartier in beslag. 16

17 Resultaten Doordat de power van de analyses zeer beperkt is (N = 20) geeft het resultaat geen betrouwbaar beeld. Impliciete Bevooroordeeldheid De afhankelijke variabele in de Implicit Association Test was de gemiddelde responstijd (RT) op stimuli in de congruente en incongruente blokken. Om te bepalen of de deelnemers verschillen in responstijd in de congruente en incongruente conditie, werd als eerst de centrale waarden van de associatie test berekend door de gemiddelde responstijd van elk proefpersoon voor de congruente conditie (Nederlander-positief/Marokkaan-negatief) af te trekken van de gemiddelde responstijd van de incongruente conditie (Nederlander-negatief/Marokkaan-positief). Vervolgens bleek uit een eenweg-variantieanalyse, met congruentie (Congruent vs Incongruent) als herhaalde meting factor, dat er een significant effect is gevonden op de reactietijd, F(1,19) = 13.55, p =.002. De bevooroordeelde deelnemers reageerden aanvankelijk sneller in de congruente conditie (M = 636 ms, SD = 125.5) dan in de incongruente conditie (M = 759 ms, SD = 146.2). Uit het resultaat kan worden geconcludeerd dat er sprake is van een automatische activatie van impliciete vooroordelen. Selectieve aandacht Om na te gaan of er sprake is van selectieve aandacht naar dreigende stimuli, werd als eerst de gemiddelde responstijd berekend van alle emoties na blootstelling aan een Nederlands en Marokkaans gezicht. Vervolgens werd het verschil tussen de twee gemiddelden berekend. Daarna werd gekeken of de gemiddelde responstijd van alle emoties na een Nederlands of Marokkaans gezicht significant van elkaar verschillen. Uit de T-toets kwam naar voren dat de gemiddelden significant van elkaar 17

18 verschillen, p <.05. Wanneer de probe verscheen na een Nederlands gezicht was de responstijd significant langer (M = 469 ms, SE = 11.54) dan wanneer de probe verscheen na een Marokkaans gezicht, ongeacht de emotionele expressie (M = 460 ms, SE = 11.01, t(19) = 2.14, p <.05, d =.48). Uit een correlatie-analyse bleken de variabelen bevooroordeeldheid en het verschil in responstijd na een Marokkaans of Nederlands gezicht niet met elkaar te correleren, r(20) =.03, p >.05. De gemiddelde verschil-scores van de responstijd op de gezichten met wordt weergegeven in Tabel 1. Een positieve score geeft aan dat de deelnemers trager reageerden wanneer de probe verscheen na een Nederlands gezicht. Een negatieve score geeft aan dat de deelnemers sneller reageerden wanneer de probe verscheen na een Marokkaans gezicht. Verder werd een 3 x 3 herhaalde meting analyse uitgevoerd over de verschil-scores met Marokkaan-emotie en Nederlander-emotie als within subjects factoren. Uit de analyse bleek dat er geen significante effecten zijn gevonden op de verschil-scores in de Marokkaanemotie, F(2,38) =.88, p =. 430 en de Nederlander-emotie conditie, F(2,38) = 1.04, p =.370. Tabel 1. Gemiddelde verschil-scores (en standaarddeviatie) van de Dot Probe responstijden voor Marokkaan-emotie en Nederlander-emotie condities. Nederlander- Neutraal Nederlander -Boos Nederlander -Blij Marokkaan Neutraal 20 (46) -26 (78) -22 (55) Marokkaan Boos -26 (78) 2 (48) -37 (66) Marokkaan Blij -12 (71) -5 (86) 12 (78) Er werd wel een significant interactie-effect gevonden op de verschil-scores tussen Marokkaan-emotie en Nederlander-emotie, F(4,76) = 4.37, p =.014. Het verschil tussen de gemiddelde verschil-scores van Marokkaan-emotie en Nederlander-emotie bleek het hoogst 18

19 in de Marokkaan-boos/Nederlander-blij conditie. In de Marokkaan-boos/Nederlander-Blij conditie hadden de deelnemers de grootste neiging tot aandachtsbias dan in de overige condities. In de Marokkaan-boos / Nederlander-boos conditie bleek dat de deelnemers niet geneigd waren tot aandachtsbias naar een Marokkaans boos gezicht noch naar een Nederlands boos gezicht waardoor de gemiddelde verschil-score relatief gelijk was. Het interactief-effect van Marokkaan-emotie en Nederlander-emotie staat weergegeven in Figuur 1. In tegenstelling tot de verwachting bleek dat in de Marokkaanneutraal/Nederland-neutraal conditie een tegengesteld effect heeft plaatsgevonden. De deelnemers hadden in deze conditie de grootste neiging tot aandachtsbias naar een Nederlands-neutraal gezicht dan naar een Marokkaans-neutraal gezicht. In de Marokkaanblij/Nederlander-blij conditie bleek tenslotte dat de deelnemers hun aandacht eerder oriënteerden naar een Nederlands gezicht met een blije uitdrukking dan naar een Marokkaans gezicht met dezelfde uitdrukking. Fig. 1. Lijndiagram van het interactie-effect op Marokkaan-emotie en Nederlander-Emotie Nederlander_Emotie NL_Neutraal NL_Boos NL_Blij MA _Neutraal MA _Boos MA _Blij Marokkaan - Emotie Tot slot werd onderzocht of de verschil-score in de Marokkaan-neutraal/ Nederlanderneutraal, Marokkaan-boos/Nederlander-blij en Marokkaan-blij/Nederlander-blij condities 19

20 significant afweek van 0. Dit bleek het geval te zijn voor de Marokkaan-boos /Nederlanderblij conditie, t(19)=.19, p =.023). Omdat de voorspellingen tweezijdig zijn getoetst kan de p-waarde voor de Marokkaan-neutraal/Nederlander-neutraal conditie kan de p-waarde door twee worden gedeeld waardoor deze conditie significant afwijkt van 0, t(19) = 1,90, p =. 037). Discussie In dit onderzoek werd gekeken of individuen aandachtsbias hebben aangaande emotionele gezichtsuitdrukkingen van twee etnische groepen, Marokkaanse en Nederlandse mannen. Hierbij is gekeken of de individuele mate van bevooroordeeldheid een rol speelt in het faciliteren van selectieve aandacht naar de gezichten. Uit het resultaat kwam naar voren dat men eerder geneigd was tot aandachtsbias naar Marokkaanse gezichten in vergelijking tot Nederlandse gezichten zoals werd verwacht. Wanneer een boos Marokkaans gezicht en een blij Nederlands gezicht werd aangeboden, had men de grootste neiging tot selectieve aandacht naar het Marokkaanse gezicht met een boze uitdrukking dan in de overige condities. Deze bevindingen ondersteunen de theorie waarin wordt gesteld dat een gezicht van de outgroup in vergelijking tot de ingroup, eerder wordt waargenomen als een relevant dreigingssignaal (Richeson & Trawalter, 2008), met name wanneer het gezicht een boze uitdrukking vertoond (Donders et al. 2008). Uit het resultaat bleek overigens dat de mate van bevooroordeeldheid en de responstijd na aanbod van een Marokkaans of Nederlands gezicht niet met elkaar samenhingen. Naast deze resultaten zijn er ook opvallende onverwachte effecten gevonden. Bij aanbod van een Nederlands en Marokkaans gezicht met beiden een neutrale, boze of blije uitdrukking bleek men eerder geneigd tot aandachtsbias naar het Nederlandse gezicht. De aandachtsbias naar de Nederlandse gezichten met een boze blije en een neutrale uitdrukking 20

21 kan moeilijk worden verklaard. Wellicht kan dit effect worden verklaard doordat er twee van dezelfde emoties op een zwarte achtergrond werden vertoond. Doordat de Marokkaanse gezichten vrij donker zijn in vergelijking tot een Nederlands gezicht, kan het zijn dat de Marokkaanse gezichten in combinatie met de zwarte achtergrond niet direct opvallend was. Doordat de Nederlandse gezichten vrij licht waren en in contrast stonden met de achtergrondkleur, kan het zijn dat een Nederlands gezicht eerder opviel bij een fotopaar waar dezelfde emoties werden uitgedrukt. Hierdoor kan de aandachtsbias naar Nederlandse gezichten mogelijk worden verklaard. Vervolgonderzoek zou moeten uitwijzen of een lichte achtergrond kleur, bijvoorbeeld beige, naast de emoties daadwerkelijk van invloed is op selectieve aandacht bij een fotopaar met twee dezelfde emotie uitdrukkingen. Overigens werd er geen verband gevonden tussen de mate van bevooroordeeldheid en de responstijd op een probe na een Marokkaans of Nederlands gezicht. Een mogelijke verklaring voor dit effect kan liggen aan het aantal proefpersonen. Doordat slechts twintig proefpersonen hadden deelgenomen aan dit onderzoek, kan het zijn dat de samenhang tussen de responstijd na een Marokkaans of Nederlands gezicht en bevooroordeeldheid ver onder de maat is uitgevallen. Dit effect had mogelijk voorkomen kunnen worden door een grotere steekproef aan het onderzoek deel te laten nemen waardoor de betrouwbaarheid van de resultaten een stuk hoger kon zijn. Tot slot kan er een kanttekening worden gezet bij het gebruik van de Implicit Association Test als instrument voor het meten bevooroordeeldheid. Deze test wordt namelijk gebruikt voor het meten van associaties die men heeft bij en bepaald persoon of object. Het meten van impliciete vooroordelen blijkt hierdoor nogal moeilijk te zijn (SparkNotes editors, 2007). Een mogelijk reden voor het moeilijk meten van de mate van bevooroordeeldheid zou kunnen liggen aan het feit dat mensen eenmaal verschillen in de mate en type vooroordeel dat men koestert. Men kan bijvoorbeeld erg bekrompen zijn. Maar 21

22 men kan ook intolerant zijn naar overtuigingen die anders zijn dan zijn of haar overtuigingen wanneer het bijvoorbeeld gaat over ras of geloof wanneer iemand een gemene opmerking maakt naar een persoon dat deel uitmaakt van een etnische groep. Hier komt ook nog eens bij kijken dat mensen vaak niet willen toegeven dat men vooroordelen heeft en het meten van expliciete vooroordelen ook geen directe oplossing bied. Wellicht dat de Implicit Association Test niet echt geschikt is voor het meten van bevooroordeeldheid maar slechts een indicatie geeft over de attitudes die men heeft over een bepaalde groep of object. In deze studie waren er echter enkele beperkingen. Zoals hierboven al werd beschreven bleek dat het aantal deelnemers die aan deze studie hebben deelgenomen niet voldoende was. Doordat er in totaal maar twintig personen hebben deelgenomen aan het onderzoek kunnen de resultaten van het gehele onderzoek niet betrouwbaar zijn. Uit de berekening van de poweranalyse is gebleken dat de minimaal effectgrootte van de steekproef 64 moet zijn om de klinische relevantie te verhogen. Dit zou betekenen dat de betrouwbaarheid en het effect van de resultaten ook groter zou zijn geweest. Een vervolgonderzoek zou moeten uitwijzen of het effect van de resultaten groter en dus meer betrouwbaarder zou zijn als meerdere proefpersonen aan het onderzoek zouden deelnemen. Een andere beperking van het onderzoek is de generaliseerbaarheid. Doordat alleen jonge studenten aan dit onderzoek hebben deelgenomen, kan het zijn dat het resultaat van dit onderzoek bij ouderen wellicht anders zou zijn uitgevallen. Gezien oudere mensen over het algemeen minder roekeloos en vaak angstiger zijn dan jongere mensen, kan het zijn dat zij anders zouden hebben gereageerd op de aangeboden stimuli. In een vervolgonderzoek zou de populatie van de deelnemers meer divers moeten zijn qua leeftijd om zo een efficiënter en realistisch resultaat te boeken. Door de lage betrouwbaarheid van de resultaten, is dit onderzoek binnen de onderzoekslijn niet betekeniswaardig. De mate van bevooroordeeldheid op aandachtsbias 22

23 zou wellicht een prominentere rol hebben gespeeld naarmate de steekproef groter was geweest en de mate van bevooroordeeldheid middels een ander meetinstrument werd gemeten. Toch geven de resultaten weer dat men eerder aandacht heeft voor dreigende stimuli dan voor niet dreigende stimuli. Het huidige onderzoek heeft laten zien dat Marokkaanse mannen over het algemeen als een dreiging worden ervaren. Dit resultaat komt niet geheel overeen met de gedachtegoed van de Nederlander, namelijk dat iedereen gelijk is en zodoende ook zo behandelt dient te worden. Het vooroordeel dat Marokkanen gewelddadig en agressief zijn kan ertoe leiden dat deze mensen op basis van deze vooroordeel bijvoorbeeld meer moeite moeten doen om kans te maken op een baan, of in een horecagelegenheid een drankje te bestellen. Deze acties kunnen ertoe leiden dat de Marokkanen zich gefrustreerd kunnen voelen en overgaan in agressief gedrag naar mensen toe. Dit effect wordt ook wel het self-fulfilling prophecy genoemd. Daarom is het belangrijk dat er onderzoek wordt gedaan naar dit effect en er een oplossing kan worden gevonden voor dit sociaal probleem. 23

24 Literatuur Bradley, B. P., Mogg, K., & Millar, N. H. (2000). Covert and overt orienting of attention to emotional faces in anxiety. Cognition and Emotion, 14, Bögels, S. M., & Van Oppen, P. (1999). Cognitieve Therapie. Theorie en praktijk. Bohn. Houten: Stafleu Van Loghum. Donders, N. C., Correl, J., & Wittenbrink, B. (2008). Danger stereotypes predict racially based attentional allocation. Journal of Experimental Social Psychology, 44, Fox, E., Lester, V., Russo, R., Bowles, R. J., Pichler, A., & Dutton, K. (2000). Facial expressions of emotion: Are angry faces detected more efficiently? Cognition & Emotion, 14, Hugenberg, K., & Bodenhausen, G.V. (2003). Facing Prejudice: Implicit Prejudice and the Perception of Facial Threat, Psychological Science,14, MacLeod, C., Mathews, A., & Tata, P. (1986). Attentional bias in emotional disorders. Journal of Abnormal Psychology, 95, Mathews, A., & Mackintosh, B. (1998). A cognitive model of selective processing in anxiety. Cognitive Therapy and Research, 22, Mogg, K., & Bradley, B. P. (1998). A cognitive-motivational analysis of anxiety. Behaviour Research and Therapy, 36, Mogg, K., & Bradley, B. P. (2002). Selective orienting of attention to masked threat faces in social anxiety. Behaviour Research and Therapy, 40, Öhman, A., & Dimberg, U. (1978). Facial expressions as conditioned stimuli for electrodermal responses: A case of "preparedness"? Journal of Personality and Social sychology, 36,

25 Öhman, A. (1986). Face the beast and fear the face: Animal and social fears as prototypes for evolutionary analyses of emotion. Psychophysiology. 23, Öhman, A., Flykt, A.,Lundqvist, D., & Esteves, F. (2001). The Face in the Crowd Revisited: A Threat Advantage With Schematic Stimuli. Journal of Personality and Social Psychology, 80, Richeson, J. A. & Trawalter, S.(2008). The Threat of Appearing Prejudiced and Race-Based Attentional Biases. Psychological Science,19, SparkNotes editors (2007). Social Psychology (SparkNotes Psychology Guide Series). Spark Publishing. New York: Barnes en Noble. Von Grünau, M., & Anston, C. (1995). The detection of gaze direction: A stare-in-thecrowd effect. Perception, 24, Wilson, E., & MacLeod, C. (2003). Contrasting Two Accounts of Anxiety-Linked Attentional Bias: Selective Attention to Varying Levels of Stimulus Threat Intensity. Journal of Abnormal Psychology, 112, Krantenartikelen: Meeste overlast in discotheken door Marokkanen. De Volkskrant, 19 januari Andersson Toussaint, P: Er zijn niet slechts een paar criminele Marokkanen. NRC Handelsblad, 25 mei Extra rechercheurs voor overlast Marokkanen Gouda. Trouw, 22 oktober Perspectief van een Marokkaan. De Volkskrant, 10 maart

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

De rol van stereotiepe verwachtingen in emotieherkenning. Gijsbert Bijlstra, Rob W. Holland, & Daniel H. J. Wigboldus. Radboud Universiteit Nijmegen,

De rol van stereotiepe verwachtingen in emotieherkenning. Gijsbert Bijlstra, Rob W. Holland, & Daniel H. J. Wigboldus. Radboud Universiteit Nijmegen, Running Head: STEREOTYPE VERWACHTINGEN IN EMOTIEHERKENNING 1 De rol van stereotiepe verwachtingen in emotieherkenning Gijsbert Bijlstra, Rob W. Holland, & Daniel H. J. Wigboldus Radboud Universiteit Nijmegen,

Nadere informatie

Informatie over de deelnemers

Informatie over de deelnemers Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Always look on the bright side of life

Always look on the bright side of life Always look on the bright side of life Training van een positieve aandachtbias: effect op angst, depressie en zelfvertrouwen Leone de Voogd E.L.deVoogd@uva.nl Elske Salemink Reinout Wiers Pier Prins Universiteit

Nadere informatie

Context Effecten op Interculturele Emotie Perceptie

Context Effecten op Interculturele Emotie Perceptie Bachelorthese Sociale Psychologie Context Effecten op Interculturele Emotie Perceptie Esther T.F. Martens Bachelorthese Sociale Psychologie 23-06-2013 Studentnummer 10007709 Begeleider: P. Kommattam 8033

Nadere informatie

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte Samenvatting Audiovisuele aandacht in de ruimte Theoretisch kader Tijdens het uitvoeren van een visuele taak, zoals het lezen van een boek, kan onze aandacht getrokken worden naar de locatie van een onverwacht

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in dutch)

Samenvatting. (Summary in dutch) Samenvatting (Summary in dutch) 74 Samenvatting Soms kom je van die stelletjes tegen die alleen nog maar oog hebben voor elkaar. Ze bestellen hetzelfde ijsje, maken elkaars zinnen af en spiegelen elkaar

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een

Nadere informatie

Samenvatting. Spatiële affectieve Simon benadering

Samenvatting. Spatiële affectieve Simon benadering Samenvatting In de loop van de laatste decennia zijn steeds meer wetenschappers ervan overtuigd geraakt dat angst een belangrijke cognitieve component omvat. Ze menen dat structurele afwijkingen in de

Nadere informatie

Selecteren zonder vooroordelen. Elsa van de Loo

Selecteren zonder vooroordelen. Elsa van de Loo Selecteren zonder vooroordelen Elsa van de Loo Onderwerpen Wat zijn stereotypen? Hoe zit het met onze eigen stereotypen? Hoe werkt het activeren van stereotypen? In hoeverre kunnen stereotypen worden veranderd

Nadere informatie

Nederlandse verkorte weergave: Verborgen littekens in recidiverende depressies?

Nederlandse verkorte weergave: Verborgen littekens in recidiverende depressies? Oorspronkelijk artikel: Elgersma, H. J., Glashouwer, K.A., Bockting, C.L.H., Penninx, B.W.J.H.Penninx, de Jong, P.J. (2013). Hidden scars in depression? Implicit and explicit self-associations following

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting. Samenvatting

Nederlandse Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Toenaderen of vermijden. Neurobiologische mechanismen in sociale angst Het doel van dit proefschrift was om meer inzicht te krijgen in de psychobiologische mechanismen die een rol spelen bij

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Onze voorouders hebben moeten leren overleven in omgevingen waarin ze continu geconfronteerd konden worden met onverwachte situaties. Van cruciaal belang voor hun overleving werd

Nadere informatie

Alcoholgebruik, misbruik & afhankelijkheid

Alcoholgebruik, misbruik & afhankelijkheid ALCOHOLGEBRUIK: BEWUST OVERWOGEN OF ONBEWUST OVERKOMEN? Impliciete en expliciete processen bij alcoholgebruik en implicaties voor interventies Katrijn Houben k.houben@maastrichtuniversity.nl Alcoholgebruik,

Nadere informatie

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić Rode wangen, zweethanden en coy-smiles: De rol van emotionele en socio-cognitieve

Nadere informatie

Chapter. Samenvatting

Chapter. Samenvatting Chapter 9 9 Samenvatting Samenvatting Patiënten met chronische pijn die veel catastroferende gedachten (d.w.z. rampdenken) hebben over pijn ervaren een verminderd fysiek en psychologisch welbevinden. Het

Nadere informatie

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots?

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Behavioural Science Institute Afdeling Sociale en Cultuurpsychologie Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Terugkoppeling onderzoeksresultaten mei-juni 2016 Sari Nijssen, promovenda

Nadere informatie

Exposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E.

Exposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E. Exposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E. Aktar Summary 1 Summary in Dutch (Samenvatting) Summary

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting 10 Samenvatting Samenvatting Hoe snel word je boos als iemand je provoceert? Het traditionele antwoord op deze vraag is dat het afhangt van je individuele neiging om boos te worden. Als je

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25829 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Nunspeet, Félice van Title: Neural correlates of the motivation to be moral Issue

Nadere informatie

De rol van Selectieve Aandachtsbias bij angstige kinderen

De rol van Selectieve Aandachtsbias bij angstige kinderen De rol van Selectieve Aandachtsbias bij angstige kinderen Vak: Bachelorthese Naam: Carina Veldkamp Studentnummer: 0119814 Begeleidster: Elske Salemink Universiteit van Amsterdam 1 Inhoud: H 1: Introductie...3

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

De rol van de aandachtsbias in sociale fobie

De rol van de aandachtsbias in sociale fobie De rol van de aandachtsbias in sociale fobie Marloes Bersma Studentnummer: 10175466 Universiteit van Amsterdam Begeleid door: Eva de Ruiter Aantal woorden abstract: 120 Aantal woorden literatuuronderzoek:

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Effectiviteit van baclofen bij alcoholverslaving

Effectiviteit van baclofen bij alcoholverslaving Effectiviteit van baclofen bij alcoholverslaving MSc Esther Beraha Dr. Elske Salemink Dr. Anneke Goudriaan Dr. Bram Bakker Prof. Dr. Wim van den Brink Prof. Dr. Reinout Wiers Academisch Medisch Centrum

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

Sociolinguïstiek en sociale psychologie:

Sociolinguïstiek en sociale psychologie: Sociolinguïstiek en sociale psychologie: Nieuwe methodes voor attitudemeting Laura Rosseel, Dirk Geeraerts, Dirk Speelman OG Kwantitatieve Lexicologie en Variatielinguïstiek Inleiding sinds de jaren 1960

Nadere informatie

Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz

Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz Mensen die als afwijkend worden gezien zijn vaak het slachtoffer van vooroordelen, sociale uitsluiting, en discriminatie.

Nadere informatie

Samenvatting Docentenhandleiding

Samenvatting Docentenhandleiding Samenvatting Docentenhandleiding Cursus Selecteren zonder vooroordelen: Voor de beste match! Module 1 Discriminatie in relatie tot stereotypen Dit opleidingsaanbod is tot stand gekomen met financiële steun

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

Believing is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten

Believing is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten VGCT najaarscongres 2011 Believing is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten Elske Salemink, Universiteit van Amsterdam In samenwerking met Reinout Wiers (Universiteit van

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek. Samenvatting In september 2003 publiceerde TNO de resultaten van een onderzoek naar de effecten op het welbevinden en op cognitieve functies van blootstelling van proefpersonen onder gecontroleerde omstandigheden

Nadere informatie

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In

Nadere informatie

Cognitive Bias Modification (CBM): "Computerspelletjes" tegen Angst, Depressie en Verslaving

Cognitive Bias Modification (CBM): Computerspelletjes tegen Angst, Depressie en Verslaving Cognitive Bias Modification (CBM): "Computerspelletjes" tegen Angst, Depressie en Verslaving Mike Rinck Radboud Universiteit Nijmegen Cognitieve Vertekeningen bij Stoornissen "Cognitive Biases" Patiënten

Nadere informatie

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager FinQ 2018 Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager 14-1-2019 Projectnummer B3433 Achtergrond van de FinQ monitor Nederlanders in staat

Nadere informatie

Dingen zien die er niet zijn bij psychotische stoornissen. Even voorstellen.. Inhoudsopgave. Introductie. Doel onderzoek.

Dingen zien die er niet zijn bij psychotische stoornissen. Even voorstellen.. Inhoudsopgave. Introductie. Doel onderzoek. Dingen zien die er niet zijn bij psychotische stoornissen Even voorstellen.. Marouska van Ommen Promotie-onderzoek tijdens studie Geneeskunde Onderzoek bij afdelingen Neurologie en Psychiatrie, UMC Groningen

Nadere informatie

Mathilde Descheemaeker Adriaan Spruyt Dirk Hermans

Mathilde Descheemaeker Adriaan Spruyt Dirk Hermans Mathilde Descheemaeker Adriaan Spruyt Dirk Hermans Experimentele psychopathologie Op zoek naar de psychologische processen die een rol spelen bij het ontstaan, in stand houden en terugval van psychopathologie

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen 5.1 Gemiddelde, variantie, standaardafwijking: De variantie is als het ware de gemiddelde gekwadrateerde afwijking van het gemiddelde. Hoe groter de variantie

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Samenvatting. Tabel 8.1. Een olifant is groter dan een koe Een koe is groter dan een muis Een olifant is groter dan een muis

Samenvatting. Tabel 8.1. Een olifant is groter dan een koe Een koe is groter dan een muis Een olifant is groter dan een muis 149 150 Ongeveer negentien procent van de Nederlandse bevolking krijgt in zijn leven een angststoornis. Mensen die lijden aan een angststoornis ervaren intense angsten die van invloed zijn op het dagelijks

Nadere informatie

Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen

Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen Florien M. Cramwinckel 1, Kees van den Bos 1, Eric van Dijk 2, Anneke Bruin 1, Simone

Nadere informatie

Korte uitleg van twee veelvoorkomende statistische toetsen Veel wetenschappelijke hypothesen kunnen statistisch worden getoetst. Aan de hand van een

Korte uitleg van twee veelvoorkomende statistische toetsen Veel wetenschappelijke hypothesen kunnen statistisch worden getoetst. Aan de hand van een Korte uitleg van twee veelvoorkomende statistische toetsen Veel wetenschappelijke hypothesen kunnen statistisch worden getoetst. Aan de hand van een statistische toets beslis je of een hypothese waar is.

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De nadelige gezondheidsrisico s/gevolgen van roken en van depressie en angststoornissen zijn goed gedocumenteerd, en deze aandoeningen doen zich vaak tegelijkertijd voor. Het doel

Nadere informatie

Zichtbaar reinigen en beleving

Zichtbaar reinigen en beleving Zichtbaar reinigen en beleving Het verwijderen van zwerfaval door straatreinigers vindt op dit moment vaak plaats op momenten dat er weinig burgers op straat zijn (bijvoorbeeld in de vroege ochtend). Onderzoek

Nadere informatie

Aandachtsbias bij Wiskundeangst

Aandachtsbias bij Wiskundeangst Aandachtsbias bij Wiskundeangst Eva Oele Universiteit van Amsterdam Naam: Eva Oele Studentnummer: 10764348 Begeleider: Eva Schmitz Datum: 10-05-2017 Aantal Woorden Abstract: 116 Aantal Woorden: 4999 Abstract

Nadere informatie

Sociale angst. Faalangst. Project Pasta. Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten. Risicofactoren. Interventies. Sociale Angst bij Jongeren

Sociale angst. Faalangst. Project Pasta. Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten. Risicofactoren. Interventies. Sociale Angst bij Jongeren Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten Sociale angst Risicofactoren Interventies Angst voor het oordeel van anderen Voor gek staan Uitgelachen te worden In verlegenheid gebracht te worden In de belangstelling

Nadere informatie

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Test-taker Attitudes of Job Applicants: Test Anxiety and Belief in Tests as Antecedents of

Nadere informatie

De invloed van een aandachtsbias op de ontwikkeling van een angststoornis

De invloed van een aandachtsbias op de ontwikkeling van een angststoornis De invloed van een aandachtsbias op de ontwikkeling van een angststoornis Naam: Anne van Leeuwen Studentennummer: 5883474 Vak: Bachelorthesis Docent: L. de Voogd Aantal woorden: 5343 Inhoudsopgave Abstract

Nadere informatie

Masterproject Sociale Psychologie: Thesis & Stageverslag

Masterproject Sociale Psychologie: Thesis & Stageverslag Masterproject Sociale Psychologie: Thesis & Stageverslag Koen Verschoor (0425435) Begeleider: Harm Veling Universiteit Utrecht, 3 juli 2009 Motivatie door agressie: De onbewuste koppeling van agressieve

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Het emotionele Stroopeffect van beledigingen en complimenten

Het emotionele Stroopeffect van beledigingen en complimenten [Geef tekst op] Het emotionele Stroopeffect van beledigingen en complimenten Een onderzoek naar de invloed van angstigheid op de verwerking van beledigingen en complimenten bij mannen. Samenvatting: Vanaf

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen:

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Kritische bespreking en klinische implicaties Lien Van Eylen VCKJPP 22 september 2011 Overzicht Neuropsychologische taken o Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Kathleen De Cuyper, Guido Pieters, Laurence Claes & Dirk Hermans Katholieke Universiteit Leuven, België

Kathleen De Cuyper, Guido Pieters, Laurence Claes & Dirk Hermans Katholieke Universiteit Leuven, België Kathleen De Cuyper, Guido Pieters, Laurence Claes & Dirk Hermans Katholieke Universiteit Leuven, België Perfectionisme multi-dimensioneel concept Multidimensional Perfectionism Scale van Frost (MPS-F;

Nadere informatie

Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n. 10 ( x ) ,16

Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n. 10 ( x ) ,16 modulus strepen: uitkomst > 0 Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n 10 ttest ( x ) 105 101 3,16 n-1 4 t test > t kritisch want 3,16 >,6, dus 105 valt buiten het BI. De cola bevat niet significant

Nadere informatie

Fort van de Democratie

Fort van de Democratie Fort van de Democratie Stichting Vredeseducatie / peace education projects Het Fort van de Democratie WERKT! Samenvatting van een onderzoek door de Universiteit van Amsterdam naar de effecten van de interactieve

Nadere informatie

DE INTEGRATIE VAN VISUELE EN TACTIELE STIMULI

DE INTEGRATIE VAN VISUELE EN TACTIELE STIMULI DE INTEGRATIE VAN VISUELE EN TACTIELE STIMULI Vision and touch are automatically integrated for the perception of sequences of events Bresciani, J. P., Dammeier, F. & Ernst, M. O. (2006) Opbouw Inleiding

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch)

Samenvatting (Dutch) Samenvatting (Dutch) 162 Hier zal een korte samenvatting gegeven worden van de resultaten van het onderzoek gepresenteerd in dit proefschrift. Affect, Gemoedstoestand en Informatieverwerking Om te overleven

Nadere informatie

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Nederlandse samenvatting Uit een recente rapportage van KWF Kankerbestrijding blijkt dat 64% van de (ex-) patiënten met kanker zorgen ervaart over psychosociale

Nadere informatie

Gebruiken mensen informatie uit hun omgeving? Onthullingen met behulp van de eyetracker

Gebruiken mensen informatie uit hun omgeving? Onthullingen met behulp van de eyetracker Gebruiken mensen informatie uit hun omgeving? Onthullingen met behulp van de eyetracker Bachelorproject Nienke van Tellingen, 1162926 Begeleiders: Prof. dr. Niels Taatgen & MSc Jelmer Borst Samenvatting:

Nadere informatie

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1 Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer Stigmatization of Patients with Lung Cancer: The Role of

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Keulen in de media Een onderzoek naar de berichtgeving over de gebeurtenissen in Keulen in Nederlandse dagbladen

Keulen in de media Een onderzoek naar de berichtgeving over de gebeurtenissen in Keulen in Nederlandse dagbladen Keulen in de media Een onderzoek naar de berichtgeving over de gebeurtenissen in Keulen in Nederlandse dagbladen Internet: www.nieuwsmonitor.org Onderzoekers Nel Ruigrok nelruigrok@nieuwsmonitor.org +

Nadere informatie

Werken dialoogbijeenkomsten tegen discriminatie?

Werken dialoogbijeenkomsten tegen discriminatie? Werken dialoogbijeenkomsten tegen discriminatie? NOVEMBER 2016 DIALOOGBIJEENKOMSTEN KUNNEN VOOROORDELEN EN STEREOTYPERING VERMINDEREN De bestrijding van discriminatie staat in Nederland hoog op de agenda.

Nadere informatie

KLEURRIJKE EMOTIES psychologie en kleur

KLEURRIJKE EMOTIES psychologie en kleur KLEURRIJKE EMOTIES psychologie en kleur Iedere ouder zal het volgende herkennen: de blauwe en rode potloden uit de kleurdozen van kinderen zijn altijd het eerst op. Geel roept aanvankelijk ook warme gevoelens

Nadere informatie

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting Perseverative cognition: The impact of worry on health Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Perseveratieve cognitie: de invloed van piekeren op gezondheid Iedereen maakt zich wel eens zorgen.

Nadere informatie

Universiteit Utrecht Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS. Jij blij, ik blij!

Universiteit Utrecht Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS. Jij blij, ik blij! 1 Universiteit Utrecht Master psychologie, Sociale Psychologie THESIS Jij blij, ik blij! De rol van zelf-causatie bij het overnemen van andermans emoties. Rosalie Leliefeld - 3055124 17-12-2009 Onder begeleiding

Nadere informatie

De invloed van aanspreekvorm en verbale vloeiendheid op de Emotionele Strooptaak in zinsverband

De invloed van aanspreekvorm en verbale vloeiendheid op de Emotionele Strooptaak in zinsverband De invloed van aanspreekvorm en verbale vloeiendheid op de Emotionele Strooptaak in zinsverband Emma de Graaf 3701891 Universiteit Utrecht Abstract De Emotionele Strooptaak in zinsverband is in dit onderzoek

Nadere informatie

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl.

Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. In het kader van het project Innovatieve Dienstverlening doet kenniscentrum ICOON onderzoek naar de omstandigheden

Nadere informatie

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons

Nadere informatie

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste Samenvatting Mensen zijn in het algemeen geneigd om consensus voor hun eigen gedrag waar te nemen. Met andere woorden, mensen denken dat hun eigen gedrag relatief vaak voorkomt. Dit verschijnsel staat

Nadere informatie

Universiteit Utrecht. Master Psychologie, Sociale Psychologie THESIS

Universiteit Utrecht. Master Psychologie, Sociale Psychologie THESIS Zelf-causatie over de Emoties van Anderen 1 Universiteit Utrecht Master Psychologie, Sociale Psychologie THESIS Zelf-causatie over de Emoties van Anderen: De Invloed van Congruentie en Sociale Context.

Nadere informatie

Samenvatting Dutch summary

Samenvatting Dutch summary Samenvatting Dutch summary SAMENVATTING INTRODUCTIE De afgelopen jaren zijn er in Nederland verschillende moordzaken geweest die vanaf de aanvang van het opsporingsonderzoek verkeerd werden geïnterpreteerd

Nadere informatie

Tijdschrift voor Seksuologie (2009) 33, 280-286 www.tijdschriftvoorseksuologie.nl Het sex-in-the-crowd effect: Over het opvallen van seksuele stimuli Aileen Kennedy, Hanneke Buis, Mark Spiering Universiteit

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

FACTSHEET. Buurtveiligheidsonderzoek AmsterdamPinkPanel

FACTSHEET. Buurtveiligheidsonderzoek AmsterdamPinkPanel Resultaten LHBT-Veiligheidsmonitor 2015: Kwart maakte afgelopen jaar een onveilige situatie mee; veiligheidsgevoel onder transgenders blijft iets achter. De resultaten van het jaarlijkse buurtveiligheidsonderzoek

Nadere informatie

Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl)

Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl) Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl) Inleiding Je handtekening zetten speelt een belangrijke rol in je leven. Als consument

Nadere informatie

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Door: Joshi Verschuren, Universiteit Utrecht Vele basisscholen besteden tegenwoordig aandacht aan de mindset van

Nadere informatie

SUMMARY IN DUTCH. Summary in Dutch

SUMMARY IN DUTCH. Summary in Dutch SUMMARY IN DUTCH Summary in Dutch Summary in Dutch Introductie Dit proefschrift richt zich met name op het voorspellen van de behandeluitkomst bij kinderen met angststoornissen. Een selectie aan variabelen

Nadere informatie

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 Dankbaarheid in Relatie tot Intrinsieke Levensdoelen: Het mediërende Effect van Psychologische Basisbehoeften Karin Nijssen Open Universiteit

Nadere informatie

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM 7--3 Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen met een auditieve/ communicatieve beperking Emotieherkenning bij kinderen en kinderen met Rosanne van der Zee Meinou de Vries Lizet Ketelaar Rosanne van

Nadere informatie

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment

Nadere informatie

Psychologie Faculteit der Sociale Wetenschappen

Psychologie Faculteit der Sociale Wetenschappen Psychologie Faculteit der Sociale Wetenschappen De invloed van emoties op de motivatie om te presteren: de effecten van affectieve valentie, actiebereidheid en context. Interne onderzoeksstage en thesis

Nadere informatie

De mogelijkheden van N=1 onderzoek

De mogelijkheden van N=1 onderzoek De mogelijkheden van N=1 onderzoek Workshop Inspiratiedag Pluryn Intermetzo 2018 Floor van Santvoort, Senior onderzoeker R&D Anne-lena de Vletter, Junior onderzoeker R&D - psycholoog Mindfit Wat is N=1

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Klantonderzoek: statistiek!

Klantonderzoek: statistiek! Klantonderzoek: statistiek! Statistiek bij klantonderzoek Om de resultaten van klantonderzoek juist te interpreteren is het belangrijk de juiste analyses uit te voeren. Vaak worden de mogelijkheden van

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

Samenvatting. Coparenting en Angst van het Kind

Samenvatting. Coparenting en Angst van het Kind Samenvatting Coparenting en Angst van het Kind In dit proefschrift worden verschillende associaties tussen coparenting en angst binnen het gezin getoetst, zoals voorgesteld in het model van Majdandžić,

Nadere informatie

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden?

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Auteur: Ruben Brondeel i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Tijdens het proces van een echtscheiding

Nadere informatie

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting Inleiding Depressie en angst zijn veel voorkomende psychische stoornissen. Het ontstaan van deze stoornissen is gerelateerd aan een breed scala van risicofactoren, zoals genetische kwetsbaarheid, neurofysiologisch

Nadere informatie

Effectevaluatie van Discussiëren Kun Je Leren (DKJL)

Effectevaluatie van Discussiëren Kun Je Leren (DKJL) Effectevaluatie van Discussiëren Kun Je Leren (DKJL) 18-04-2018 Dr. Tobias Stark European Research Centre on Migration and Ethnic Relations (ERCOMER) Algemene Sociale Wetenschap Universiteit Utrecht Samenvatting

Nadere informatie

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014

De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014 1 De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen Pascal van Vliet ANR: 888951 Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij Datum: 13 februari 2014 Docent: Dhr. R. M. A. Nelissen Universiteit van Tilburg

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

Rumineren na de dood van een dierbare: vermijding of confrontatie?

Rumineren na de dood van een dierbare: vermijding of confrontatie? Rumineren na de dood van een dierbare: vermijding of confrontatie? Maarten Eisma, Henk Schut, Margaret Stroebe, Wolfgang Stroebe, Jan van den Bout en Paul Boelen Hoofdlijnen Achtergrond project Centrale

Nadere informatie

De Rol van Impliciete Associaties in het Seksueel Functioneren. van Vrouwen met en Zonder Seksuele Problemen

De Rol van Impliciete Associaties in het Seksueel Functioneren. van Vrouwen met en Zonder Seksuele Problemen De Rol van Impliciete Associaties in het Seksueel Functioneren van Vrouwen met en Zonder Seksuele Problemen The Role of Implicit Associations in Sexual Functioning in Women with and Without Sexual Problems

Nadere informatie

HTS Report STAXI-2. Vragenlijst over boosheid. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

HTS Report STAXI-2. Vragenlijst over boosheid. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam STAXI-2 Vragenlijst over boosheid HTS Report ID 15890-3155 Datum 18.07.2017 Zelfrapportage INLEIDING STAXI-2 2/9 Inleiding De STAXI-2 is een vragenlijst waarmee op basis van zelfrapportage diverse aspecten

Nadere informatie