1. Perslucht, inleiding en theorie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1. Perslucht, inleiding en theorie"

Transcriptie

1 1. Perslucht, inleiding en theorie 1.1. Inleiding Al rond 2500 jaar voor Christus vindt men de eerste toepassing van perslucht in de vorm van blaasbalgen. De behoefte aan blaasbalgen nam toe om het vuur aan te wakkeren, nodig om een voldoende hoge temperatuur te bereiken om ijzer uit ijzererts te smelten. De blaasbalg bleef lang de compressor voor het opwekken van perslucht, bijvoorbeeld in de smederij om het smidsvuur aan te wakkeren (Afb. 1.1) en ook in de orgelbouw. Maar ook in de traditionele koekoeksklok zit een balgje dat de perslucht opwekt om de koekoek de tijd te laten roepen. In 1868 kwam de Amerikaans tandarts George F. Green met een pneumatische tandartsboor waarbij de perslucht werd opgewekt met pedaal aangedreven blaasbalgen. Afb. 1.1 Blaasbalg in een smederij Vanaf het midden van de 19e eeuw werd perslucht systematisch in de techniek ingezet. Perslucht aangedreven gereedschappen, boorhamers, buizenpostinstallaties, locomotieven en andere hulpwerktuigen zijn voorbeelden van de steeds verdere uitbreiding van het toepassingsgebied. De echte opmars begon in de periode van mechanisering en automatisering rond het midden van de 20e eeuw: mechanisering is het vervangen van menselijke spierkracht door een door de mens bediende machine en automatisering is het vervangen van de menselijke spierkracht en hersenen door machines en besturingstechniek. Binnen de productieautomatisering neemt de pneumatische aandrijftechniek een belangrijke plaats in, met name in de voedingsmiddelen- en verpakkingsindustrie, de elektronica- en automotive industrie. Daarbij wordt niet alleen gebruik gemaakt van perslucht maar ook van vacuümtechniek, bijvoorbeeld om met zuignappen producten op te pakken. Afhankelijk van de toepassing kan vacuüm worden gecreëerd met perslucht en een ejector. Het woord pneumatiek is afgeleid van het Griekse woord pneuma dat adem betekent. Perslucht wordt gebruikt om motoren, machines en gereedschappen aan te drijven, onderdelen schoon te blazen, banden op te pompen, of als ademlucht voor de brandweer en in de duiksport door duikers. Ook in de medische wereld wordt gebruik gemaakt van perslucht, zogenaamde Medische perslucht van Farmacopee kwaliteit. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 1 van 12

2 1.2. Afbakening Deze Technische leergang behandelt de zogenaamde dynamische en verdringer luchtcompressoren met de volgende afbakening: drukbereik: 3 tot 13 bar; te comprimeren medium: lucht. De natuurkundige begrippen die in dit hoofdstuk worden behandeld dienen als basis om de verschillende praktische aspecten die bij het comprimeren van lucht van belang zijn, uit te leggen en te begrijpen De samenstelling van lucht De lucht in de atmosfeer van de aarde is een natuurlijk gasmengsel. Lucht is onzichtbaar, reuk- en smaakloos mits het zuivere droge lucht is. Door comprimeren en koeling kan lucht vloeibaar worden gemaakt. Het heeft een kookpunt van -194 C. De atmosferische lucht is een mengsel van zuivere lucht (O2 en N2), waterdamp, diverse gassen en verontreinigingen zoals stofdeeltjes en roet. Gemiddeld heeft het gasmengsel lucht de volgende samenstelling (volumeprocent): stikstof N2: 78,03%; zuurstof O2: 20,90%; argon Ar: 0,94%; koolstofdioxide CO2: 0,03%; edelgassen waterstof, helium, neon, krypton, xenon in zeer kleine percentages. Afb. 1.2 Lucht is een gasmengsel en bestaat voor het grootste deel uit stikstof en zuurstof en circa 1% uit overige gassen Deze waarden gelden voor luchtlagen direct boven de zeespiegel; in industriegebieden kan de samenstelling aanzienlijk afwijken. De atmosferische lucht heeft meestal een hoog waterdampgehalte en wordt daarom vochtige lucht genoemd, dit in tegenstelling tot droge lucht Atomen en moleculen Materie is opgebouwd uit atomen en moleculen. Het allerkleinste deeltje dat nog alle eigenschappen van een materiaal bezit, heet een atoom. Het is de bouwsteen van het element: een element is een zuivere stof. Een atoom is opgebouwd uit een kern met positief geladen protonen en in het algemeen evenveel neutrale deeltjes, de neutronen. De protonen en neutronen in de kern geven het atoom massa. Deze massa wordt uitgedrukt in de atomaire massa-eenheid u: 1 u 1, kg. Om de kern draaien negatief geladen elektronen in zogenaamde schillen. Het aantal elektronen is gelijk aan het aantal protonen in de kern: het atoom is dus qua lading neutraal. Bevat de kern van een atoom 6 protonen en 6 neutronen dan bedraagt de atomaire massa-eenheid 12 u. De massa van elektronen (9,10938x10-31 kg) is verwaarloosbaar ten opzichten van die van de protonen en neutronen (Afb. 1.3). Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 2 van 12

3 Afb. 1.3 Koolstofatoom (C): de atoomkern bevat 6 protonen en 6 neutronen. De atoomkern geeft het atoom massa (m = 12 u). De 6 negatief geladen elektronen draaien in banen om de atoomkern Atomen van hetzelfde element of van verschillende elementen kunnen zich aan elkaar binden en vormen dan moleculen. Het woord molecuul is afgeleid van het Latijnse molecula ofwel kleine massa. De afmetingen van moleculen liggen in de orde van nanometers. (1 nm = m, één miljoenste millimeter ofwel 0, m). Een stikstofatoom is opgebouwd uit een kern met 7 protonen en 7 neutronen met daar omheen twee schillen waarin 7 negatief geladen elektronen draaien De atoom massa wordt bepaald door de 7 protonen en 7 neutronen: in dit geval een atoommassa van m =14 u. Losse atomen van dit element zijn zeer reactief en verbinden zich direct met andere stikstofatomen. Hierbij wordt meestal di-stikstof gevormd, N2 of moleculaire stikstof, wat de gangbare verschijningsvorm van stikstof is (Afb. 1.4). Een zuurstofatoom is opgebouwd uit een kern met 8 protonen en 8 neutronen met daar omheen twee schillen waarin 8 negatief geladen elektronen draaien De atoom massa m =16 u. Losse atomen van dit element zijn net als stikstof zeer reactief en verbinden zich direct met andere zuurstofatomen. Hierbij wordt meestal di-zuurstof gevormd, O2 of moleculaire zuurstof, wat de gangbare verschijningsvorm van zuurstof is (Afb. 1.4). Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 3 van 12

4 Afb. 1.4 Losse atomen stikstof en zuurstof vormen moleculen N2 en O2, de gebruikelijke verschijningsvorm in lucht Enkele eigenschappen van moleculen: tussen de moleculen van een stof bevinden zich ruimten: de intermoleculaire ruimten; moleculen trekken elkaar aan: de aantrekkingskracht tussen moleculen van dezelfde stof heet cohesie en tussen moleculen van verschillende stoffen adhesie; moleculen zijn voortdurend in beweging. Ze botsen tegen elkaar. Door deze botsingen kunnen moleculen van verschillende gassen of vloeistoffen, maar ook die van gassen en vloeistoffen zich met elkaar vermengen. Dit verschijnsel noemen we diffusie; bij stijging van de temperatuur neemt de gemiddelde snelheid van de moleculen (kinetische energie) toe; de moleculen botsen tegen de wand van een gesloten vat en dat veroorzaakt druk. Bij temperatuurverhoging neemt de botsingssnelheid van de moleculen toe en daarmee de druk. Door het volume van het vat te verkleinen of meer lucht in het vat te persen worden de botsingen heftiger en neemt de druk toe. Lucht is een mengsel van gassen. In een gas zijn de onderlinge afstanden tussen de moleculen zo groot, dat ze bijna geen kracht meer op elkaar uitoefenen. Ze kunnen vrij door de ruimte bewegen en worden in hun beweging alleen belemmerd door de botsingen tegen elkaar en tegen de wand van de ruimte waarin zij zich bevinden. Ze verspreiden zich dus in deze ruimte. Een gas heeft daarom geen vast volume. Omdat de intermoleculaire ruimte zo groot is, is een gas, en dus lucht, goed samendrukbaar. De wanden van vaten en apparaten die lucht bevatten, ondergaan een intense beschieting met luchtmoleculen. In lucht van 0 C (273K) en circa 1 bar wordt iedere cm 2 van een voorwerp getroffen door stoten per seconde. De druk van de lucht op de wanden van een voorwerp is het resultaat van alle moleculaire botsingen op deze wanden. Bij 0 C (273K) en circa 1 bar bevat 1 cm 3 lucht ongeveer (27 triljoen) moleculen. Hun snelheid bedraagt gemiddeld 500 m/s en deze snelheid neemt toe met de druk en de temperatuur. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 4 van 12

5 1.5. Atmosferische druk De aarde trekt alles naar zich toe wat zich in haar omgeving bevindt (= zwaartekracht). Ieder voorwerp op aarde, dus ook lucht, heeft door deze zwaartekracht een bepaald gewicht en oefent een kracht uit op het oppervlak waarop het rust. Deze zogenaamde luchtdruk ontstaat dus door het eigen gewicht van de lucht. De luchtdruk schommelt van dag tot dag en de verschillen in luchtdruk hangen nauw samen met de bewegingen van luchtmassa s. De druk van de lucht breidt zich in alle richtingen gelijkmatig uit. De gemiddelde normale luchtdruk van de vrije atmosfeer bedraagt op zeeniveau 760 mm Hg (kwikkolom), wat overeen komt met ongeveer 1,014 bar. De luchtdruk geven we soms ook aan met de hoogte van een kolom water. Sinds 1 januari 1978 zijn voor druk de volgende drukeenheden toegestaan: pascal (Pa); bar (bar). 1 Pa = 1 N/m 2 = 10-5 bar 1 bar = Pa = 100 kpa = 0,1 Mpa 1 mbar = 100 Pa = 1 hpa = 100 N/m 2 De bar is geen SI-eenheid van druk, maar is wel een blijvend erkende eenheid die in de industrie en het dagelijkse leven veel gebruikt wordt. De SI-eenheid voor druk is de pascal (Pa). Eerder werd in de meteorologie de luchtdruk uitgedrukt in millibar (mbar); tegenwoordig wordt daar de eenheid hectopascal (hpa) voor gebruikt, die precies dezelfde waarde vertegenwoordigt. Zo wordt de druk in een autoband (bandenspanning) vaak uitgedrukt in kpa maar ook wel in bar, bijvoorbeeld 220 kpa of 2,2 bar. In de pneumatiek en hydrauliek wordt overwegend gewerkt met de eenheid bar. Manometers met de druk in Pa of MPa zijn in die branche zeldzaam. In de praktijk worden veel manometers toegepast met een schaalverdeling in bar en wordt teven de druk in de Angelsaksische eenheid psi, pound per square inch, aangegeven (Afb. 1.5) waarbij 1 bar =14,5 psi (zie ook omrekentabel tabel 1) Afb. 1.5 Manometer met een drukbereik tot 16 bar (buitenste schaalverdeling). De binnenste schaalverdeling geeft de druk in psi waarbij 1 bar = 14,5 psi Druk p N/m 2 (Pa) bar psi (lb/in 2 ) N/m 2 (Pa) , bar ,5 psi (lb/in 2 ) 6, , Tabel 1.1 verband tussen de verschillende drukeenheden Manometers geven de druk aan ten opzichte van de buitenluchtdruk. Als de druk in een vat gelijk is aan de buitenluchtdruk staat de manometer meter op 0 bar. Zodra de druk in het vat hoger wordt dan de buitenluchtdruk geeft de meter dat aan. Als de manometer 3 bar aangeeft is dat dus een overdruk van 3 bar: 3 bar meer dan de buitenluchtdruk (Afb. 1.6). Bij een atmosferische luchtdruk van 1 bar komt de 3 bar(o) die door de meter wordt aangegeven overeen met een absolute druk van 4 bar(a). In de praktijk wordt gewerkt met de waarde die de manometer aangeeft: de overdruk. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 5 van 12

6 In de persluchttechniek wordt het onderscheid tussen absolute druk en overdruk tot uitdrukking gebracht door een letter toe te voegen aan de eenheid. De absolute druk wordt dan aangegeven door bijvoorbeeld bar(a), en de overdruk door bar(o) of bar(g) (bar gauge). Als een manometer de waarde nul aangeeft, dan is dat nul bar(o). Afb. 1.6 Manometers geven de druk ten opzichte van de op dat moment heersende atmosferische druk. Om de absolute druk te bepalen moet de omgevingsdruk bij de druk op de manometer worden opgeteld. In de persluchttechniek geeft men dat in de eenheid aan door het toevoegen van een a of een o 1.6. Vochtige lucht De atmosferische- of buitenlucht bevat altijd een bepaalde hoeveelheid waterdamp. Des te hoger de temperatuur des te meer waterdamp kan de lucht opnemen. Vocht speelt een grote rol bij het comprimeren van lucht. Om hier inzicht in te krijgen wordt een aantal belangrijke begrippen behandeld. Absolute vochtigheidsgraad. Bij iedere temperatuur kan lucht, onafhankelijk van de luchtdruk, een vaste maximale hoeveelheid (g/m 3 ) waterdamp bevatten (tabel 1.2). Men noemt dat de absolute vochtigheidsgraad. Zo kan atmosferische lucht van 23 C maximaal 20 g waterdamp per m 3 bevatten. De absolute vochtigheidsgraad is dan 20 g/m 3. Dauwpunt De temperatuur waarbij de maximale hoeveelheid waterdamp wordt bereikt noemt men het verzadigingspunt of dauwpunt en men spreekt van verzadigde lucht. Heeft atmosferische lucht van 23 C een absolute vochtigheidsgraad van 20 g/m 3, het maximaal mogelijke, dan zal er bij verdere temperatuurdaling vocht condenseren. Het dauwpunt van deze lucht bedraagt dan 23 C. Relatieve vochtigheidsgraad De relatieve vochtigheidsgraad RV is bij het dauwpunt 100%. Zit er bij een bepaalde temperatuur minder waterdamp in de lucht dan het maximaal mogelijke, dan spreekt men over onverzadigde vochtige lucht. Daarbij ligt de relatieve vochtigheidsgraad RV onder de 100%. De relatieve vochtigheidsgraad geeft dus aan hoeveel waterdamp aanwezig is ten opzichte van het maximaal haalbare: bij stijgende temperatuur kan de lucht meer vocht opnemen; daardoor daalt de relatieve vochtigheid; bij dalende temperatuur stijgt de relatieve vochtigheid omdat de lucht minder vocht kan bevatten of opnemen. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 6 van 12

7 Bovenstaande begrippen worden uitgelegd aan de hand van enkele voorbeelden. Hoeveelheid waterdamp in verzadigde lucht (RV = 100%) T ( C) Waterdamp (g/m 3 ) -20 0,9-10 2,1 0 4,9 10 9, , Tabel 1.2 Hoeveelheid waterdamp in verzadigde lucht (g/m 3 ); de maximale hoeveelheid waterdamp hangt af van de temperatuur en is onafhankelijk van de druk. Voorbeeld 1 Uit tabel 1.2 blijkt dat bij 23 C 1 m 3 verzadigde lucht/perslucht (RV=100%) ongeveer 20 g waterdamp bevat. Bij 10 C kan 1 m 3 verzadigde lucht/perslucht (RV=100%) ongeveer 9,4 g waterdamp bevatten. Dus als 1 m 3 verzadigde lucht van 23 C afkoelt tot 10 C condenseert er 20 gram 9,4 gram =10,6 gram waterdamp tot water (Afb. 1.7). Afb. 1.7 Voorbeeld 1 en 2. Links: maximaal 20 gram waterdamp in 1 m 3 lucht van 23 ºC. Rechts: na afkoeling tot 10 ºC kan de lucht van 10 ºC nog maar 9,4 gram waterdamp bevatten in plaats van 20 gram 10,6 gram waterdamp condenseert tot water Voorbeeld 2 De relatieve vochtigheidsgraad RV geeft aan hoeveel waterdamp aanwezig is ten opzichte van het maximaal haalbare. Als het aandeel waterdamp in het volume lucht van 1 m 3 en 23 C in Afb. 1.7 links 16 gram bedraagt is de relatieve vochtigheidsgraad: RV =16 gram/20 gram = 0,8 = 80%. Als deze lucht afkoelt tot 20 C treedt geen condensatie op. Bij 20 C kan de lucht namelijk 17,2 gram waterdamp bevatten en er zit maar 16 gram waterdamp in geen condensatie. Bij 20 C is de relatieve vochtigheid wel opgelopen namelijk tot RV =16 gram/17,2 gram = 0,93 = 93%. Pas als de luchttemperatuur gedaald is tot 19 C wordt het dauwpunt bereikt (Afb RV=100%) en zal bij verdere daling van de temperatuur condensatie optreden. Voorbeeld 3 Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 7 van 12

8 Bij 23 C kan verzadigde lucht/perslucht ongeveer 20 g/m 3 waterdamp bevatten. Als een volume verzadigde lucht van 1 m 3 met een druk van 100 kpa (1 bar absoluut) en een relatieve vochtigheidsgraad van 100% wordt gecomprimeerd tot 200 kpa (2 bar absoluut = 1 bar overdruk) halveert bij dezelfde temperatuur het volume en daarmee ook de maximale hoeveelheid oplosbare waterdamp. Er zal dus de helft van 20 g ofwel 10 g waterdamp condenseren (Afb. 1.8). Afb. 1.8 Voorbeeld 3. Links: maximaal 20 gram waterdamp in 1 m 3 lucht van 23 ºC. Rechts: na compressie tot het halve volume kan de lucht van 23 ºC nog maar 10 gram waterdamp bevatten in plaats van 20 gram 10 gram waterdamp condenseert tot water Drukdauwpunt Zoals al eerder aangegeven, bedraagt de RV bij het dauwpunt 100%. Het dauwpunt heeft betrekking op atmosferische lucht (atmosferische luchtdruk). De temperatuur waarbij de maximale hoeveelheid waterdamp wordt bereikt noemt men ook wel het drukdauwpunt. Dit wordt uitgelegd aan de hand van Afb.1.9. In beide situaties van Afb.1.9 gaat het om 1 m 3 lucht met een RV van 100%. Het linker vat bevat atmosferische lucht (1 bar(a)) en het middelste vat lucht van 8 bar(a). De maximale hoeveelheid waterdamp hangt alleen maar af van de temperatuur en omdat deze in beide gevallen 23 C bedraagt bevat elk vat bij RV =100% 20 gram waterdamp. Het dauwpunt van het linker vat met atmosferische lucht is dus 23 C. Het drukdauwpunt van het middelste vat bedraagt dus ook 23 C. Afkoeling van beide vaten zal leiden tot condensatie van waterdamp. Waarom dan een onderscheid tussen dauwpunt en drukdauwpunt? Bij het middelste vat is het drukdauwpunt van 23 C gegeven bij een druk van 8 bar(a) en niet bij atmosferische druk. Daarom moet dit worden aangegeven als drukdauwpunt bij 8 bar(a). Laat men de lucht in het middelste vat bij constante temperatuur expanderen tot een volume van 2 m 3 (rechter vat) dan wordt de lucht droger: de 20 gram water wordt dan verdeeld over 2 m 3 ofwel 20/2 = 10 g/m 3 bij een druk van 4 bar(a). Dat komt overeen met een RV = 10/20 = 0,5 =50% en een drukdauwpunt van 11 C bij 4 bar. Bij een expansie tot 4 m 3 wordt dit 20/4 = 5 g/m 3 en een drukdauwpunt van 4 C bij 2 bar(a). Bij een expansie tot 8 m 3 wordt de lucht geëxpandeerd tot atmosferische druk en wordt de absolute vochtigheid 20/8 = 2,5 g/m 3, de RV = 2,5/20 = 0,125 =12,5% en een dauwpunt van -8 C bij atmosferische druk. Het dauwpunt van luchtdrogers wordt vaak als drukdauwpunt opgegeven. Daarom is het belangrijk bij het drukdauwpunt ook de bijbehorende druk aan te geven zodat er geen misverstand ontstaat ten aanzien van de aangegeven waardes. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 8 van 12

9 Afb.1.9 In het linker vat is het dauwpunt 23 C. In het middelste vat is het drukdauwpunt 23 C bij 8 bar(a). Expandeert de lucht uit het middelste vat tot een volume van 2 m 3 (situatie rechter vat) dan wordt de lucht droger en bedraagt het drukdauwpunt 11 C bij 4 bar(a) Relatieve vochtigheid in de praktijk In de praktijk is vooral de relatieve vochtigheid RV belangrijk, omdat deze een idee geeft of de lucht bij de gegeven temperatuur droog of vochtig is. De gemiddelde relatieve vochtigheid van de atmosferische lucht bedraagt in Nederland tussen 73 en 89% en hangt af van de temperatuur. Bij het oplopen van de temperatuur kan de lucht meer vocht opnemen en daalt de relatieve vochtigheid RV; Bij het afnemen van de temperatuur kan de lucht minder vocht opnemen en stijgt de relatieve vochtigheid RV. Afb Verband tussen temperatuur, watergehalte en relatieve vochtigheidsgraad Op een droge winterdag met een RV=40% bevat de lucht bij -0 C 40% van 4,9 g/m 3 (tabel 1.2) = 2,0 g waterdamp per kubieke meter. Op een zwoele zomerdag met een RV=80% bevat de lucht bij 30 C 80% van 30 g/m 3 = 24 g waterdamp per kubieke meter. Het dauwpunt ligt in dat geval op 26 C waardoor het door de meeste mensen ervaren wordt als een klammerige benauwde atmosfeer. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 9 van 12

10 Afb geeft het verband tussen temperatuur, watergehalte en relatieve vochtigheidsgraad. De groene verticale lijn geeft weer hoe lucht van 40 C en een relatieve vochtigheidsgraad van 60% afkoelt tot 20 C. Bij 30 C begint er damp te condenseren en uiteindelijk zal er bij 20 C 30,00 g 17,15 g = 12,85 g water gecondenseerd zijn. De principes van condensatie spelen een grote rol bij het comprimeren en conditioneren van perslucht Comprimeren van lucht Als een volume gas wordt gecomprimeerd nemen de druk en temperatuur toe. Het verband tussen volume V, druk p en temperatuur T wordt gegeven door de algemene gaswet, de Wet van Boyle Gay- Lussac. Deze wet luidt: p1 V1 T1 p2 V2 T2 Waarbij: p1 = absolute begindruk (bar(a)) V1 = beginvolume (l) T1 = absolute begintemperatuur (K) P2 = absolute einddruk (bar(a)) V2 = eindvolume (l) T2 = absolute eindtemperatuur (K) Absolute temperatuur Onder de absolute temperatuur verstaat men de temperatuur in K (kelvin). Het absolute nulpunt is het punt waarbij er geen beweging van de moleculen meer optreedt en dat punt wordt aangeduid met T = 0 K. Dit komt overeen met een temperatuur van 273 C. Een kamertemperatuur van 20 C komt dus overeen met =293 K. Bij berekeningen met de Wet van Boyle Gay-Lussac wordt gerekend met de absolute temperatuur. Voorbeeld Een persluchtfles met een inhoud van 12 l wordt gevuld met lucht van 200 bar. De aangezogen lucht heeft een temperatuur van 15 C. Door het comprimeren is de luchttemperatuur opgelopen tot 55 C (Afb. 1.11). Afb Links: de beginsituatie van de omgevingslucht, rechts de eindsituatie na het vullen van de fles. De aangegeven drukken zijn absolute drukken. Een manometer op de fles zou 199 bar aangeven. Gevraagd: hoeveel liter omgevingslucht van 1 bar is er gecomprimeerd tot 200 bar absoluut (=199 bar overdruk)? Oplossing: Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 10 van 12

11 p1 V1 T1 p2 V2 T2 1bar V1 200 bar l2 liter 288 K 328 K 200 bar12 liter 288 K V K 1bar 2107,3 liter 1.8. Dichtheid van lucht De dichtheid of soortelijke massa ρ van atmosferische lucht met een druk van 1,013 bar, bij een temperatuur van 0 C en een relatieve vochtigheid van 85% bedraagt 1,27 kg/m³ = 0,00127 g/cm³. De dichtheid heeft geen constante waarde maar hangt af van de druk p, de temperatuur T en voor een deel ook van het vochtgehalte van de lucht. Tabel 1.3 geeft de dichtheid bij verschillende temperaturen van droge lucht op atmosferische druk (1,013 bar). Temperatuur ( C) Dichtheid ρ (kg/m 3 ) -10 C 1,342-5 C 1,316 0 C 1,293 5 C 1, C 1, C 1, C 1, C 1, C 1,165 Tabel 1.3 Dichtheid ρ van droge lucht bij een atmosferische druk van 1,013 bar (zeeniveau) Voorbeeld: als een compressor q v=12 m 3 /min lucht 1 aanzuigt van 10 C (ρ = 1,247 kg/m 3 ) en 1,013 bar dan komt dat overeen met een massastroom q m (kg/min): q 3 3 m q v 12 m /min 1,247 kg/m 14,96 kg/min [1] Als diezelfde compressor 12 m 3 /min lucht van 30 C aanzuigt (ρ = 1,165 kg/m 3 ) komt dat overeen met een massastroom van: q 3 3 m q v 12 m /min 1,165 kg/m 13,98 kg/min [2] Waarbij: qm = massastroom (kg/min) qv = volumestroom (m 3 /min) ρ = dichtheid of soortelijke massa (kg/m 3 ) In situatie [2] zal de compressor dus meer volume lucht in het drukvat moeten pompen om dezelfde massa (kg) lucht in het vat te krijgen dan in situatie [1]. Voor perslucht en gassen gaat het niet zozeer om de productie en levering van een massastroom q m (kg/min) maar om volumestroom, bijvoorbeeld q v= 12 m 3 /min. Bij voorkeur volumes die steeds dezelfde druk, temperatuur en vochtgehalte hebben. Daarom is de normaal kubieke meter ingevoerd De capaciteit van een compressor Uit het voorgaande blijkt dat de opgegeven capaciteit (m 3 /min) van een compressor sterk afhangt van de omgevingstemperatuur en druk. Om de capaciteit van compressoren onderling te kunnen vergelijken, moet deze worden gemeten onder identieke gespecificeerde omstandigheden. Om die reden is de normaal kubieke meter Nm 3 ingevoerd. Normaal kubieke meter Nm 3 1 De officiële SI-eenheid voor volumestroom qv: m 3 /s, voor massastroom qm: kg/s. De hier gebruikte afwijkende eenheden worden in de praktijk gehanteerd Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 11 van 12

12 De normaal kubieke meter (Nm 3 ) is de eenheid waarin het volume van gassen, dus ook het volume van perslucht wordt uitgedrukt. Hiervoor zijn verschillende standaarden. In de compressorindustrie komt men nog wel tegen: DIN 1343: p N=1,013 bar (101,3 kpa of 1013 mbar), T N= 0 C (273 K) en RV= 0% ISO 2533: p N=1,013 bar (101,3 kpa of 1013 mbar), T N= 15 C (288 K) en RV= 0% De norm waarmee in Europa gewerkt wordt en die ook in deze Technische Leergang wordt aangehouden is: ISO 1217: p N=1,000 bar (1000 kpa of 1000 mbar), T N= 20 C (293 K) en RV= 0% bij een absolute druk aan de persaansluiting van 7 bar(a). FAD Een aan het bovenstaande gerelateerd begrip is FAD ofwel Free Air Delivery. Dit is de opbrengst van de compressor, teruggerekend naar de inlaatomstandigheden conform ISO In de documentatie van compressorleveranciers wordt de compressorcapaciteit dan ook aangeduid met FAD, in het metrische stelsel uitgedrukt in kubieke meter per minuut (m 3 /min) en in het imperiale stelsel in cubic feet per minute (CFM). Alleen op deze manier zijn de prestaties van systemen onderling te vergelijken en is er geen discussie over wat een systeem moet leveren. Levert een compressor 15 Nm 3 /min volgens ISO 1217 dan wordt dat als volgt aangegeven: q v is 15 m 3 /min 293K1,000bar en dit is dus de FAD van deze compressor. Voorbeeld: Een compressor zuigt lucht aan van 35 C (308 K) bij een buitenluchtdruk van 1,020 bar. De compressor heeft een FAD = 20 m 3 /min (=Nm 3 /min293k1,000bar conform ISO 1217). Hoeveel m 3 lucht moet er onder die omstandigheden worden gecomprimeerd om 1 Nm 3 te krijgen? Oplossing: pn VN TN p2 V2 T2 1,000 bar 1m 3 V 1,020 bar K 308 K V 2 1,000 bar 1m K 293 K 1,020 bar 1,0306 m 3 Om een FAD van 20 m 3 /min te leveren moet er dus 1,0306 x 20 m 3 /min = 20,6 m 3 /min worden aangezogen en gecomprimeerd. Dit komt overeen met 3,06 % meer. Benodigde capaciteit Als men het maximale luchtverbruik heeft uitgerekend kan een compressor worden geselecteerd. Een vuistregel is om de FAD 20% groter te kiezen zodat ook op een benauwde, vochtige zomerse dag de compressor de benodigde hoeveelheid perslucht nog kan leveren. Persluchtcompressoren Hst_1 V3.0 pagina 12 van 12

I. Oefenvragen met het omrekenen van drukken. 1. Reken om van Pa naar hpa/kpa (rond af op één decimaal).

I. Oefenvragen met het omrekenen van drukken. 1. Reken om van Pa naar hpa/kpa (rond af op één decimaal). Oefenmateriaal I. Oefenvragen met het omrekenen van drukken 1. Reken om van Pa naar hpa/kpa (rond af op één a) 101.000 Pa = kpa f) 8.999 Pa = kpa b) 103.500 Pa = kpa g) 5.750 Pa = kpa c) 99.850 Pa = kpa

Nadere informatie

Bereken de luchtdruk in bar op 3000 m hoogte in de Franse Alpen. De soortelijke massa van lucht is 1,2 kg/m³. De druk op zeeniveau bedraagt 1 bar.

Bereken de luchtdruk in bar op 3000 m hoogte in de Franse Alpen. De soortelijke massa van lucht is 1,2 kg/m³. De druk op zeeniveau bedraagt 1 bar. 7. Gaswetten Opgave 1 Opgave 2 Opgave 3 Opgave 4 Opgave 5 Opgave 6 Opgave 7 Bereken de luchtdruk in bar op 3000 m hoogte in de Franse Alpen. De soortelijke massa van lucht is 1,2 kg/m³. De druk op zeeniveau

Nadere informatie

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte.

10 Materie en warmte. Onderwerpen. 3.2 Temperatuur en warmte. 1 Materie en warmte Onderwerpen - Temperatuur en warmte. - Verschillende temperatuurschalen - Berekening hoeveelheid warmte t.o.v. bepaalde temperatuur. - Thermische geleidbaarheid van een stof. - Warmteweerstand

Nadere informatie

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden.

Opgave 1 Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Uitwerkingen Een ideaal gas is een gas waarvan de moleculen elkaar niet aantrekken en bovendien als puntmassa s opgevat kunnen worden. Opmerking: in een ideaal gas hebben de moleculen wel een massa. Alleen

Nadere informatie

Exact Periode 7 Radioactiviteit Druk

Exact Periode 7 Radioactiviteit Druk Exact Periode 7 Radioactiviteit Druk Exact periode 7 Radioactiviteit Druk Exact Periode 7 2 Natuurlijke radioactiviteit Met natuurlijke radioactiviteit wordt bedoeld: radioactiviteit die niet kunstmatig

Nadere informatie

Naam: Klas: Versie A REPETITIE GASSEN EN DAMPEN 3 VWO

Naam: Klas: Versie A REPETITIE GASSEN EN DAMPEN 3 VWO Naam: Klas: Versie A REPETITIE GASSEN EN DAMPEN 3 VWO Bij deze toets hoort een blad met enige gegevens van stoffen. OPGAVE 1 Twee Maagdenburger halve bollen zijn tegen elkaar gezet en de lucht tussen de

Nadere informatie

7.1 Het deeltjesmodel

7.1 Het deeltjesmodel Samenvatting door Mira 1711 woorden 24 juni 2017 10 3 keer beoordeeld Vak NaSk 7.1 Het deeltjesmodel Een model van een stof Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen. Aangezien je niet kunt zien hoe een

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (2)

Klimaatbeheersing (2) Klimaatbeheersing (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) Uitgave 2016 1 Natuurkundige begrippen 1.1 Warmte () Warmte is een vorm van energie welke tussen twee lichamen met een verschillende temperatuur

Nadere informatie

p V T Een ruimte van 24 ºC heeft een dauwpuntstemperatuur van 19 ºC. Bereken de absolute vochtigheid.

p V T Een ruimte van 24 ºC heeft een dauwpuntstemperatuur van 19 ºC. Bereken de absolute vochtigheid. 8. Luchtvochtigheid relatieve vochtigheid p e 100 % p absolute vochtigheid = dichtheid van waterdamp dauwpuntstemperatuur T d = de temperatuur waarbij de heersende waterdampdruk de maximale dampdruk is.

Nadere informatie

Exact periode Youdenplot Krachten Druk

Exact periode Youdenplot Krachten Druk Exact periode 10.2 Youdenplot Krachten Druk Youdenplot. De Youdenplot wordt uitgelegd aan de hand van een presentatie. Exact Periode 10.2 2 Krachten. Een kracht kan een voorwerp versnellen of vervormen.

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (2)

Klimaatbeheersing (2) Klimaatbeheersing (2) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) 1 Natuurkundige begrippen 1.1 Warmte () Warmte is een vorm van energie welke tussen twee lichamen met een verschillende temperatuur kan worden

Nadere informatie

Noorderpoort Beroepsonderwijs Stadskanaal. Reader. reader periode 2 leerjaar 1. J. Kuiper. Transfer Database

Noorderpoort Beroepsonderwijs Stadskanaal. Reader. reader periode 2 leerjaar 1. J. Kuiper. Transfer Database Noorderpoort Beroepsonderwijs Stadskanaal Reader reader periode 2 leerjaar 1 J. Kuiper Transfer Database ThiemeMeulenhoff ontwikkelt leermiddelen voor Primair Onderwijs, Algemeen Voortgezet Onderwijs,

Nadere informatie

Definitie. In deze workshop kijken we naar 3 begrippen. Massa, Volume en Mol. Laten we eerst eens kijken wat deze begrippen nu precies inhouden.

Definitie. In deze workshop kijken we naar 3 begrippen. Massa, Volume en Mol. Laten we eerst eens kijken wat deze begrippen nu precies inhouden. Definitie In deze workshop kijken we naar 3 begrippen. Massa, Volume en Mol. Laten we eerst eens kijken wat deze begrippen nu precies inhouden. Massa In je tabellenboek vindt je dat de SI eenheid van massa

Nadere informatie

Voorbeeld EXAMEN Thermodynamica OPEP Niveau 4. Vraag 1: Van een ideaal gas is gegeven dat de dichtheid bij 0 C en 1 bara, 1,5 kg/m 3 bedraagt.

Voorbeeld EXAMEN Thermodynamica OPEP Niveau 4. Vraag 1: Van een ideaal gas is gegeven dat de dichtheid bij 0 C en 1 bara, 1,5 kg/m 3 bedraagt. Voorbeeld EXAMEN Thermodynamica OPEP Niveau 4 Vraag : Van een ideaal gas is gegeven dat de dichtheid bij 0 C en bara,,5 kg/m bedraagt. Bereken: (0) a. De specifieke gasconstante R s. (0) b. De druk die

Nadere informatie

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H3 Door: Immanuel Bendahan

Samenvatting Scheikunde H3 Door: Immanuel Bendahan Samenvatting Scheikunde H3 Door: Immanuel Bendahan Inhoudsopgave 1 Atoommodel... 1 Moleculen... 1 De ontwikkeling van het atoommodel... 1 Atoommodel van Bohr... 2 Indicatoren van atomen... 3 2 Periodiek

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door J. 1535 woorden 7 maart 2015 6,9 8 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 scheiden en reageren 1.2 zuivere stoffen en

Nadere informatie

Samenvatting natuurkunde Recht evenredig verband =als de ene grootheid 2x zo groot wordt, is dat met de andere grootheid ook zo.

Samenvatting natuurkunde Recht evenredig verband =als de ene grootheid 2x zo groot wordt, is dat met de andere grootheid ook zo. Samenvatting door K. 577 woorden 10 december 2012 7,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nieuwe natuurkunde Samenvatting natuurkunde 1.1-1.7 1.1 Weersgrootheden Recht evenredig verband =als de ene

Nadere informatie

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4)

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4) Het Weer (hoofdstuk 4) Luchtdruk Om te begrijpen wat voor weer het is en ook wat voor weer er komt zijn een paar dingen belangrijk Luchtdruk windsnelheid en windrichting temperatuur luchtvochtigheid dec

Nadere informatie

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal Antwoorden deel 1 Scheikunde Chemie overal Huiswerk 2. a. Zuivere berglucht is scheikundig gezien geen zuivere stof omdat er in lucht verschillende moleculen zitten (zuurstof, stikstof enz.) b. Niet vervuild

Nadere informatie

H7+8 kort les.notebook June 05, 2018

H7+8 kort les.notebook June 05, 2018 H78 kort les.notebook June 05, 2018 Hoofdstuk 7 en Materie We gaan eens goed naar die stoffen kijken. We gaan steeds een niveau dieper. Stoffen bijv. limonade (mengsel) Hoofdstuk 8 Straling Moleculen water

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen

Nadere informatie

Wat is pneumatiek? A B C. Tip Zie de woordenlijst voor een verklaring van de gebruikte uitdrukkingen.

Wat is pneumatiek? A B C. Tip Zie de woordenlijst voor een verklaring van de gebruikte uitdrukkingen. Wat is pneumatiek? Wat betekent het woord pneumatiek? Het Nederlandse woord pneumatiek komt van het Grieks woord pneumatikos, dat van de wind komend betekent Tegenwoordig duiden we met het woord pneumatiek

Nadere informatie

NEVAC examen Middelbare Vacuümtechniek Vrijdag 11 april 2003, 14:00-16:30 uur. Vraagstuk 1 (MV-03-1) (15 punten)

NEVAC examen Middelbare Vacuümtechniek Vrijdag 11 april 2003, 14:00-16:30 uur. Vraagstuk 1 (MV-03-1) (15 punten) NEVAC examen Middelbare Vacuümtechniek Vrijdag 11 april 2003, 14:00-16:30 uur Dit examen bestaat uit 4 vraagstukken en 5 pagina s Vraagstuk 1 (MV-03-1) (15 punten) Uitstoken en lekkage a) Na enige uren

Nadere informatie

De diverse somsoorten bij Fysica

De diverse somsoorten bij Fysica De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:

Nadere informatie

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING Elementen - Elementen kunnen op 3 manieren voorkomen: - Vast - Vloeibaar - Gasvormig Water & Warmte - Warmte overdracht op 3 manieren - Geleiding direct contact / toepassing

Nadere informatie

Luchtvochtigheid. maximale luchtvochtigheid; relatieve luchtvochtigheid; vochtdeficit. Absolute luchtvochtigheid (AV)

Luchtvochtigheid. maximale luchtvochtigheid; relatieve luchtvochtigheid; vochtdeficit. Absolute luchtvochtigheid (AV) Luchtvochtigheid Luchtvochtigheid is belangrijk voor de groei. Een te hoge luchtvochtigheid betekent geringe verdampingsmogelijkheden voor de plant. De plant neemt dan niet zoveel water op en dus ook minder

Nadere informatie

1ste ronde van de 19de Vlaamse Fysica Olympiade 1. = kx. = mgh. E k F A. l A. ρ water = 1,00.10 3 kg/m 3 ( θ = 4 C ) c water = 4,19.10 3 J/(kg.

1ste ronde van de 19de Vlaamse Fysica Olympiade 1. = kx. = mgh. E k F A. l A. ρ water = 1,00.10 3 kg/m 3 ( θ = 4 C ) c water = 4,19.10 3 J/(kg. ste ronde van de 9de Vlaamse Fysica Olympiade Formules ste onde Vlaamse Fysica Olympiade 7 9de Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde De eerste ronde van deze Vlaamse Fysica Olympiade bestaat uit 5 vragen

Nadere informatie

ADN-VRAGENCATALOGUS 2011 Gas

ADN-VRAGENCATALOGUS 2011 Gas CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART CCNR-ZKR/ADN/WG/CQ/2011/12 definitief 27 januari 2012 Or. DUITS ADN-VRAGENCATALOGUS 2011 Gas De ADN-vragencatalogus 2011 is op 27-01-2012 in de onderhavige versie aangenomen

Nadere informatie

De diverse somsoorten bij Fysica

De diverse somsoorten bij Fysica De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:

Nadere informatie

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal Antwoorden deel 1 Scheikunde Chemie overal Huiswerk 2. a. Zuivere berglucht is scheikundig gezien geen zuivere stof omdat er in lucht verschillende moleculen zitten (zuurstof, stikstof enz.) b. Niet vervuild

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 918 woorden 13 januari 2005 6,3 193 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 1.2: De bouw van een atoom.

Nadere informatie

Luchtvochtigheid en temperatuur

Luchtvochtigheid en temperatuur Luchtvochtigheid en temperatuur Een plant moet groeien. Voor die groei heeft de plant onder meer voedingszouten en water nodig uit de bodem of het substraat. De opname van voedingszouten en water gebeurt

Nadere informatie

VAN OMGEVINGSLUCHT NAAR MEDICINALE ZUURSTOF. Denise Daems Verpleegkundig specialiste ventilatie Pneumologie

VAN OMGEVINGSLUCHT NAAR MEDICINALE ZUURSTOF. Denise Daems Verpleegkundig specialiste ventilatie Pneumologie VAN OMGEVINGSLUCHT NAAR MEDICINALE ZUURSTOF Denise Daems Verpleegkundig specialiste ventilatie Pneumologie Gas Lucht Zuurstof Inhoud 1. Algemeenheden 2. Fysische en chemische eigenschappen 3. Toepassingen

Nadere informatie

Cursus Vacuümtechniek. Kenniscentrum Mechatronica Eindhoven

Cursus Vacuümtechniek. Kenniscentrum Mechatronica Eindhoven Cursus Vacuümtechniek Kenniscentrum Mechatronica Eindhoven Naslagwerken Vacuümtechniek L.Wolterbeek Muller: Vacuümtechniek, beginselen en toepassingen, ISBN 90-2012203-7, Uitg.: Kluwer Technische Boeken

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Gaswetten

Hoofdstuk 5: Gaswetten Hoofdstuk 5: Gaswetten 5.1 Toestandsfactoren van een gas Vloeistoffen en vaste stoffen zijn weinig samendrukbaar: hun volume verandert weinig bij veranderende druk of temperatuur. Gassen zijn goed samendrukbaar:

Nadere informatie

Afmetingen werden vroeger vergeleken met het menselijke lichaam (el, duim, voet)

Afmetingen werden vroeger vergeleken met het menselijke lichaam (el, duim, voet) Samenvatting door een scholier 669 woorden 2 november 2003 6 117 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Hoofdstuk 1: Druk 1.1 Druk = ergens tegen duwen Verband = grootheid die met andere

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting door een scholier 1193 woorden 30 oktober 2012 5,8 23 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Samenvatting Scheikunde

Nadere informatie

Drogers en eliminatie vochtproblemen

Drogers en eliminatie vochtproblemen SMC Training Drogers en eliminatie Training drogers / eliminatie Onderwerpen Vocht in persluchtsystemen main line niveau Begrippen vochtigheid en dauwpunt Noodzaak drogers Soorten drogers Vocht in persluchtsystemen

Nadere informatie

2 Van 1 liter vloeistof wordt door koken 1000 liter damp gemaakt.

2 Van 1 liter vloeistof wordt door koken 1000 liter damp gemaakt. Domein D: Warmteleer Subdomein: Gas en vloeistof 1 niet expliciet genoemd in eindtermen, moet er een groep vragen gemaakt worden waarin die algemene zaken zijn vervat? zie ook mededelingen voor eindexamendocenten.

Nadere informatie

Later heeft men ook nog een ongeladen deeltje met praktisch dezelfde massa als een proton ontdekt (1932). Dit deeltje heeft de naam neutron gekregen.

Later heeft men ook nog een ongeladen deeltje met praktisch dezelfde massa als een proton ontdekt (1932). Dit deeltje heeft de naam neutron gekregen. Atoombouw 1.1 onderwerpen: Elektrische structuur van de materie Atoommodel van Rutherford Elementaire deeltjes Massagetal en atoomnummer Ionen Lading Twee (met een metalen laagje bedekte) balletjes,, die

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be

toelatingsexamen-geneeskunde.be Fysica juli 2009 Laatste update: 31/07/2009. Vragen gebaseerd op het ingangsexamen juli 2009. Vraag 1 Een landingsbaan is 500 lang. Een vliegtuig heeft de volledige lengte van de startbaan nodig om op

Nadere informatie

Thermodynamica. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven

Thermodynamica. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven Thermodynamica Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven Academiejaar 2009-2010 Inhoudsopgave Eerste hoofdwet - deel 1 3 Oefening 1.1......................................

Nadere informatie

Exact periode Gepaarde t-test. Krachten. Druk

Exact periode Gepaarde t-test. Krachten. Druk Exact periode 10.2 Gepaarde t-test Krachten Druk 1 Exact periode 6. De gepaarde t-test De gepaarde t-test gebruik je als er door twee analisten ( of met twee methodes) aan een serie verschillende monsters

Nadere informatie

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig. 4180 4 Het symbool staat voor verandering.

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig. 4180 4 Het symbool staat voor verandering. 1 Warmteleer. 1 De soortelijke warmte is de warmte die je moet toevoeren om 1 kg van een stof 1 0 C op te warmen. Deze warmte moet je ook weer afvoeren om 1 kg van die stof 1 0 C af te koelen. 2 Om 2 kg

Nadere informatie

Atoommodel van Rutherford

Atoommodel van Rutherford Samenvatting scheikunde havo 4 hoofdstuk 2 bouwstenen van stoffen 2.2 de bouw van een atoom Atoommodel val Een atoom is een massief bolletje. Elk atoomsoort heeft zijn eigen Dalton afmetingen Ook gaf hij

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door W. 1173 woorden 23 juni 2016 6,9 16 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Scheikunde Samenvatting H1 1 t/m 7 1 Atoombouw: Atoom: Opgebouwd uit

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3 Materialen

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3 Materialen Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3 Materi Samenvatting door een scholier 1210 woorden 6 april 2015 6,9 35 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Hoofdstuk 3: Materi Eigenschappen van moleculen: -Ze verschillen

Nadere informatie

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam.

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Inleiding. In het project Over gewicht worden gewichtige zaken op allerlei manieren belicht. In de wiskundeles heb je aandacht besteed

Nadere informatie

Elementen; atomen en moleculen

Elementen; atomen en moleculen Elementen; atomen en moleculen In de natuur komen veel stoffen voor die we niet meer kunnen splitsen in andere stoffen. Ze zijn dus te beschouwen als de grondstoffen. Deze stoffen worden elementen genoemd.

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door C. 2009 woorden 16 januari 2014 7,2 6 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Hoofdstuk 1 Elektriciteit 1.1 Er bestaan twee soorten elektrische lading

Nadere informatie

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Opgave 1.2 Opgave 1.3 Opgave 1.4 Stofeigenschappen en zintuigen Noem 4 stofeigenschappen die je met je zintuigen kunt waarnemen? Fysische constanten a. Methaan

Nadere informatie

SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE

SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE SEPTEMBERCURSUS CHEMIE HOOFDSTUK 3: STOICHIOMETRIE 1 OVERZICHT 1. Basisgrootheden en eenheden 2. Berekening van het aantal mol 3. Berekening in niet-normale omstandigheden 4. Oplossingen 5. Berekeningen

Nadere informatie

H7 werken met stoffen

H7 werken met stoffen H7 werken met stoffen Stofeigenschappen Faseovergangen Veilig werken met stoffen Chemische reacties Stoffen Zuivere stoffen mengsels legeringen één soort moleculen opgebouwd uit een aantal verschillende

Nadere informatie

Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5

Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Vraag 1 Een hoeveelheid ideaal gas is opgesloten in een vat van 1 liter bij 10 C en bij een druk van 3 bar. We vergroten het volume tot 10 liter bij 100 C. De einddruk van het gas is dan gelijk aan: a.

Nadere informatie

Van der Waals en Wilson. N.G. Schultheiss

Van der Waals en Wilson. N.G. Schultheiss 1 Van der Waals en Wilson N.G. Schultheiss 1 Inleiding Deze module bespreekt de werking van nevel- en bellenkamers. Dat zijn detectoren waarmee kleine deeltjes, zoals stof of kosmische straling, kunnen

Nadere informatie

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 1 Stoffen bladzijde 1

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 1 Stoffen bladzijde 1 Hoofdstuk 1 Stoffen bladzijde 1 Opgave 1 Hoe groot zijn de smelt- en kookpunten van onderstaande stoffen (zoek op)? smeltpunt kookpunt (sublimatiepunt) a 195 K (-78 O C); 240 K (-33 O C) b 159 K (-114

Nadere informatie

Welke van de drie onderstaande. figuren stellen een isobare toestandsverandering van een ideaal gas voor?

Welke van de drie onderstaande. figuren stellen een isobare toestandsverandering van een ideaal gas voor? jaar: 1989 nummer: 01 Welke van de drie onderstaande. figuren stellen een isobare toestandsverandering van een ideaal gas voor? o a. 1 o b. 1 en 2 o c. 1 en 3 o d. 1, 2 en 3 jaar: 1989 nummer: 02 De volumeuitzetting

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 4 Samenvatting door Syb 1176 woorden 4 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Scheikunde Methode Chemie overal Scheikunde H1/H2/H3 Samenvatting PARAGRAAF 1.1 Een stof

Nadere informatie

Cursus Vacuümtechniek Week 8 Rotatiepompen

Cursus Vacuümtechniek Week 8 Rotatiepompen Cursus Vacuümtechniek Week 8 Rotatiepompen Cursus Vacuümtechniek 1 Voorbeeld vacuümopstelling (vacuümoven) Cursus Vacuümtechniek 2 Principe van een pomp V,m,S,q p P p v p a " p a Vermogen pomp Cursus Vacuümtechniek

Nadere informatie

Q l = 23ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 23ste Vlaamse Fysica Olympiade 1

Q l = 23ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 23ste Vlaamse Fysica Olympiade 1 Eerste ronde - 3ste Vlaamse Fysica Olympiade 3ste Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde. De eerste ronde van deze Vlaamse Fysica Olympiade bestaat uit 5 vragen met vier mogelijke antwoorden. Er is telkens

Nadere informatie

7,8. Samenvatting door een scholier 1815 woorden 30 november keer beoordeeld

7,8. Samenvatting door een scholier 1815 woorden 30 november keer beoordeeld Samenvatting door een scholier 1815 woorden 30 november 2016 7,8 90 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Hoofdstuk 3 Paragraaf 1 Water komt voor als: - vaste stof (ijs) - vloeistof (vloeibaar water) -

Nadere informatie

QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht Blz. 1

QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht Blz. 1 QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht Blz. 1 THEMA 1: elektrische kracht Elektriciteit Elektrische lading Lading van een voorwerp Fenomeen: Sommige voorwerpen krijgen een lading door wrijving. Je kan aan

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door T. 1440 woorden 1 oktober 2014 4,7 4 keer beoordeeld Vak Scheikunde Hoofdstuk 1 1.2 Zuivere stoffen en mengsels Er bestaan tientallen miljoenen

Nadere informatie

GASSEN EN DAMPEN. 1 Ideale gassen 2 Onverzadigde en verzadigde damp 3 Verzadigingsdruk 4 Kokende vloeistoffen 5 Kritische temperatuur van een stof

GASSEN EN DAMPEN. 1 Ideale gassen 2 Onverzadigde en verzadigde damp 3 Verzadigingsdruk 4 Kokende vloeistoffen 5 Kritische temperatuur van een stof GASSEN EN DAMPEN 1 Ideale gassen 2 Onverzadigde en verzadigde damp 3 Verzadigingsdruk 4 Kokende vloeistoffen 5 Kritische temperatuur van een stof 1 Ideale gassen Verschil tussen een gas en een damp Zuurstof

Nadere informatie

Inhoud. 1 Inleiding 13. 1 energie 19

Inhoud. 1 Inleiding 13. 1 energie 19 Inhoud 1 Inleiding 13 1 onderzoeken van de natuur 13 Natuurwetenschappen 13 Onderzoeken 13 Ontwerpen 15 2 grootheden en eenheden 15 SI-stelsel 15 Voorvoegsels 15 3 meten 16 Meetinstrumenten 16 Nauwkeurigheid

Nadere informatie

Scheikunde Samenvatting H4+H5

Scheikunde Samenvatting H4+H5 Scheikunde Samenvatting H4+H5 Hoofdstuk 4 4.2 Stoffen worden ingedeeld op grond van hun eigenschappen. Er zijn niet-ontleedbare stoffen en ontleedbare stoffen. De niet-ontleedbare stoffen zijn verdeeld

Nadere informatie

Sterrenkunde Ruimte en tijd (3)

Sterrenkunde Ruimte en tijd (3) Sterrenkunde Ruimte en tijd (3) Zoals we in het vorige artikel konden lezen, concludeerde Hubble in 1929 tot de theorie van het uitdijende heelal. Dit uitdijen geschiedt met een snelheid die evenredig

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT. Figuur 4.1: Smelten zuivere stof

Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT. Figuur 4.1: Smelten zuivere stof Hoofdstuk 4: Dampen 4.1 AGGREGATIETOESTANDEN 4.1.1 SMELTEN EN STOLLEN SMELTPUNT Wanneer we een zuivere vaste stof (figuur 4.1) verwarmen zal de temperatuur ervan stijgen. Na enige tijd wordt de vaste stof

Nadere informatie

Samenvatting NaSk H3 water en lucht + H4 warmte

Samenvatting NaSk H3 water en lucht + H4 warmte Samenvatting NaSk H3 war en lucht + H4 warm Samenvatting door een scholier 1059 woorden 30 mei 2017 9,6 2 keer beoordeeld Vak NaSk H3 war en lucht + H4 warm H3 1. Fasen en faseovergangen De faseovergangen

Nadere informatie

Water? Hoezo water? Water! Hoezo water? Donderdag 24 mei 2018 WILDLANDS Adventure Zoo Emmen

Water? Hoezo water? Water! Hoezo water? Donderdag 24 mei 2018 WILDLANDS Adventure Zoo Emmen Hoezo water? Disclosure Relatie Organisatie Financiële bijdrage : Geen Raden van Advies : Geen Overige : Geen 2 Inhoud Water? Algemene eigenschappen Chemische eigenschappen Fysische eigenschappen Water?

Nadere informatie

LEERWERKBOEK IMPULS 2. L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters. Plantyn

LEERWERKBOEK IMPULS 2. L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters. Plantyn LEERWERKBOEK IMPULS 2 L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters 1u Plantyn Ten geleide Impuls 2 leerwerkboek 1 u is bedoeld voor het tweede jaar van de tweede graad ASO met 1 wekelijkse lestijd. Het

Nadere informatie

MES - Drukdauwpunt. Voorblad. 1 Algemeen. 2 Absolute en Relatieve vochtigheid

MES - Drukdauwpunt. Voorblad. 1 Algemeen. 2 Absolute en Relatieve vochtigheid Voorblad MES - Drukdauwpunt 1 Algemeen Atmosferische lucht bevat verscheidene verontreinigingen zoals roet, pollen, stof, organische verbindingen maar vooral waterdamp. Gezien een compressor atmosferische

Nadere informatie

Thema 2 Materiaal uit de natuur

Thema 2 Materiaal uit de natuur Naut samenvatting groep 6 Mijn Malmberg Thema 2 Materiaal uit de natuur Samenvatting Drie maal water Water kan veranderen van ijs in waterdamp. En waterdamp en ijs kunnen weer veranderen in water. Water

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.

Nadere informatie

FYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op en op pmi.smartschool.be

FYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op  en op pmi.smartschool.be FYSICA voor 4 ST & 4 TW Deze cursus fysica vind je op www.hetwarmewater.tk en op pmi.smartschool.be Fysica - Fysica in 3ST en 3TW! 1 / 1 Fysica in 3 ST & 3 TW Fysica is een wetenschap. Wat is een fysisch

Nadere informatie

Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen

Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen Scheikunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen Fossiele brandstof Koolwaterstof Onvolledige verbranding Broeikaseffect Brandstof ontstaan door het afsterven van levende organismen,

Nadere informatie

ONDERKOELING-OVERVERHITTING. Rudy Beulens

ONDERKOELING-OVERVERHITTING. Rudy Beulens ONDERKOELING-OVERVERHITTING Rudy Beulens UNIE DER BELGISCHE FRIGORISTEN AIR CONDITIONING ASSOCIATION Water bij 1 bar absoluut of 0 bar relatief IJsblok van -20 C smelten tot 0 C : latente warmte Opwarmen

Nadere informatie

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden 6. Luchtvochtigheid 6.1 inleiding Vocht heeft een grote invloed op het weer zoals wij dat ervaren. Zaken als zicht, luchtvochtigheid, bewolking en neerslag worden er direct door bepaald. Afkoeling kan

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (1)

Klimaatbeheersing (1) Klimaatbeheersing (1) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) Uitgave 2016 1 Introductie klimaatbeheersing Verwarming en koeling als klimaatbeheersing zijn zaken die te maken hebben met het behaaglijkeidsgevoel

Nadere informatie

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 Extra oefenopgaven Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 1. Geef van de volgende stoffen de chemische formule; geef ook aan tot welke categorie

Nadere informatie

Klimaatbeheersing (3)

Klimaatbeheersing (3) Klimaatbeheersing (3) E. Gernaat (ISBN 978-90-808907-6-3) 1 Het airco-koelproces als kringloopproces 1.1 Het ph-diagram Het koelproces zoals in de auto-airco plaatsvindt maakt gebruik van de toestandsverandering

Nadere informatie

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom? Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt

Nadere informatie

Het atoom. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/95481

Het atoom. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/95481 Auteur P.J. Dreef Laatst gewijzigd 07 februari 2017 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/95481 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

Fasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen.

Fasen: de die toestanden waarin je water (en veel andere stoffen) kunt tegenkomen. Samenvatting door een scholier 873 woorden 2 maart 2016 7,6 37 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Nova Hoofdstuk 3 1. fasen en fase-overgangen Water komt voor als: - vaste stof (ijs) - vloeistof (vloeibaar

Nadere informatie

Tabel 1 Aanbevolen procedure voor vacumeren

Tabel 1 Aanbevolen procedure voor vacumeren Wijbenga info sheet 12: Vacumeren Inleiding Deze keer geen luchtig onderwerp. Na de bouw van een koelinstallatie zal deze in bedrijf genomen moeten worden. Deze inbedrijfstelling bestaat uit een aantal

Nadere informatie

LEERWERKBOEK IMPULS 2. L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters. Plantyn

LEERWERKBOEK IMPULS 2. L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters. Plantyn LEERWERKBOEK IMPULS 2 L. De Valck J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters 2u Plantyn Ten geleide Impuls 2 leerwerkboek 2 u is bedoeld voor het tweede jaar van de tweede graad ASO met 2 wekelijkse lestijden.

Nadere informatie

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ...

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk. 5.1.1 Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:... ... ... Deel 5: Druk 5.1 Het begrip druk 5.1.1 Druk in het dagelijks leven We kennen druk uit het dagelijks leven:............................................................. Deel 5: Druk 5-1 5.1.2 Proef a) Werkwijze:

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Kracht

Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 7 Stoffen en materialen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 7.1 Fasen en dichtheid Een stukje scheikunde 1. Intermoleculaire ruimte 2. Hogere temperatuur, hogere snelheid 3.

Nadere informatie

Opgave 2. Voor vloeibaar water bij 298.15K en 1 atm zijn de volgende gegevens beschikbaar:

Opgave 2. Voor vloeibaar water bij 298.15K en 1 atm zijn de volgende gegevens beschikbaar: Oefenopgaven Thermodynamica 2 (29-9-2010) Opgave 1. Een stuk ijs van -20 C en 1 atm wordt langzaam opgewarmd tot 110 C. De druk blijft hierbij constant. Schets hiervoor in een grafiek het verloop van de

Nadere informatie

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties Paragrafen 4.1 Kenmerken van een reactie 4.2 Reactievergelijkingen 4.3 Rekenen aan reacties Practica Exp. 1 Waarnemen Exp.

Nadere informatie

Thermodynamica - A - PROEFTOETS- AT01 - OPGAVEN.doc 1/7

Thermodynamica - A - PROEFTOETS- AT01 - OPGAVEN.doc 1/7 VAK: Thermodynamica A Set Proeftoets AT01 Thermodynamica - A - PROEFTOETS- AT01 - OPGAVEN.doc 1/7 DIT EERST LEZEN EN VOORZIEN VAN NAAM EN LEERLINGNUMMER! Beschikbare tijd: 100 minuten Uw naam:... Klas:...

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting door F. 1622 woorden 22 mei 2015 6,1 40 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Gloeien, smelten en verdampen Als je

Nadere informatie

Alles om je heen is opgebouwd uit atomen. En elk atoom is weer bestaat uit protonen, elektronen en neutronen.

Alles om je heen is opgebouwd uit atomen. En elk atoom is weer bestaat uit protonen, elektronen en neutronen. 2 ELEKTRICITEITSLEER 2.1. Inleiding Je hebt al geleerd dat elektriciteit kan worden opgewekt door allerlei energievormen om te zetten in elektrische energie. Maar hoe kan elektriciteit ontstaan? En waarom

Nadere informatie

Engineeren van vacuümsystemen in machines

Engineeren van vacuümsystemen in machines Engineeren van vacuümsystemen in machines Jos Caarls Busch B.V. Busch Worldwide 4 productielocaties, 50 vestigingen, 2100 medewerkers wereldwijd Ontwerp van een systeem Proces p leiding Pomp Welke pomp

Nadere informatie

Unificatie. Zwakke Kracht. electro-zwakke kracht. Electriciteit. Maxwell theorie. Magnetisme. Optica. Sterke Kracht. Speciale Relativiteitstheorie

Unificatie. Zwakke Kracht. electro-zwakke kracht. Electriciteit. Maxwell theorie. Magnetisme. Optica. Sterke Kracht. Speciale Relativiteitstheorie Electriciteit Magnetisme Unificatie Maxwell theorie Zwakke Kracht electro-zwakke kracht Optica Statistische Mechanica Speciale Relativiteitstheorie quantumveldentheorie Sterke Kracht Klassieke Mechanica

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Warmteleer en gaswetten. 25 juli 2015. dr. Brenda Casteleyn

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Warmteleer en gaswetten. 25 juli 2015. dr. Brenda Casteleyn Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Warmteleer en gaswetten 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm),

Nadere informatie