Landschappen met toekomstwaarde. Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Landschappen met toekomstwaarde. Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen"

Transcriptie

1 Landschappen met toekomstwaarde Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen

2 Landschappen met toekomstwaarde Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen

3

4 Voorwoord Met de vaststelling van de Nota Ruimte door de Tweede Kamer heeft Nederland er twintig nationale landschappen bij. Stuk voor stuk landschappen, waarvan we allemaal al lang weten dat ze bijzonder zijn, maar die nu ook als zodanig erkend zijn. Die erkenning is meer dan alleen een eervolle vermelding. Het is ook een opdracht aan alle betrokkenen. Het beleid voor de nationale landschappen is er op gericht de landschappelijke kwaliteiten te behouden, duurzaam te beheren en waar mogelijk te versterken, zonder de ontwikkelingskansen uit het oog te verliezen. Het gaat immers ook om het bereiken van een vitaal en leefbaar platteland. De provincies staan nu voor de taak om het beleid voor deze gebieden verder uit te werken. Het Rijk stelt hiervoor middelen beschikbaar in het kader van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). Binnen het ILG worden afzonderlijke middelen opgenomen, die bedoeld zijn om een cultuurimpuls te geven aan de nationale landschappen. Daarnaast stelt het Rijk kennis beschikbaar voor het gebiedsgericht beleid. Deze brochure maakt daar deel van uit. De cultuurhistorische betekenis heeft zwaar meegewogen bij de selectie van de nationale landschappen. De streekeigen geschiedenis heeft in ieder gebied tot een ander landschap geleid en daarmee bijgedragen aan de grote verscheidenheid van ons land. Deze brochure schetst een beeld van de belangrijkste cultuurhistorische ontwikkelingen en benoemt de dragers van het landschap. De provincies zijn nu aan zet om deze informatie te benutten als een kans voor de ruimtelijke ontwikkeling. De Raad voor het Landelijk Gebied merkte in zijn brief over de Nota Ruimte onlangs op: Het is van groot belang dat het landschap als erfgoed nu ook op de waarde wordt geschat die het economisch heeft, voor Nederland als toeristisch land en als vestigingsplaats voor internationale ondernemingen, maar ook voor het kennen en beleven van de eigen identiteit en geschiedenis door 16 miljoen Nederlanders. Het landschap verdient een wervend beleid, dat niet alleen regels stelt aan hoe om te gaan met het landschap, maar vooral inspireert en kansen biedt om nieuwe ontwikkelingen op een harmonische wijze in verband te brengen met het verleden. Met deze brochure wordt een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van landschappen waarin het goed wonen, werken en recreëren is en waarin de historische en ruimtelijke verscheidenheid tot in lengte van jaren gewaarborgd is. Deze brochure heet Landschappen met toekomstwaarde, het is aan ons allen om dat waar te maken! Frank Strolenberg Projectleider Belvedere Belvedere is een initiatief van de ministeries van VROM, LNV, V&W en OCW. 3

5 Inhoud I Inleiding 5 II Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen 9 1 Groene Hart 10 2 Middag-Humsterland 18 3 Noordelijke Wouden 21 4 Zuidwest-Friesland 24 5 Drentse Aa 28 6 IJsseldelta 32 7 Noordoost-Twente 35 8 Graafschap 38 9 Achterhoek Gelderse Poort Veluwe Rivierengebied Arkemheen-Eemland Noord-Hollands Midden Hoeksche Waard Zuidwest-Zeeland Groene Woud Heuvelland Nieuwe Hollandse Waterlinie Stelling van Amsterdam 86 III Behoud door ontwikkeling; Inspiratie voor ruimtelijke opgaven 89 4

6 Inleiding In de Nota Ruimte zijn twintig gebieden in Nederland aangewezen als nationaal landschap. De Nota Ruimte geeft van deze gebieden slechts een globale begrenzing en een korte karakterisering van de kernkwaliteiten, en vraagt de provincies deze nader uit te werken. Deze brochure wil daaraan een bijdrage leveren. Van alle nationale landschappen is een cultuurhistorische karakteristiek opgenomen, plus een beschrijving van de belangrijkste fysieke dragers van het landschap. Daarmee wordt een beeld geschetst van de ruimtelijke diversiteit en historische gelaagdheid van de nationale landschappen en wordt een onderbouwing gegeven van de (inter)nationale betekenis van deze gebieden. De informatie kan worden gebruikt als hulpmiddel bij het concreet begrenzen van de nationale landschappen in de streekplannen, bij het uitwerken van de kernkwaliteiten en bij het ontwikkelen van integrale uitvoeringsprogramma s. Nationale landschappen zijn gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten, en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. De cultuurhistorische kwaliteit en betekenis van het landschap is een onlosmakelijk onderdeel van de landschappelijke kwaliteit als geheel. Niet voor niets vallen negentien van de twintig nationale landschappen geheel of ten dele samen met Belvederegebieden; alleen voor de Hoeksche Waard geldt dat niet. Laatstgenoemd gebied is in deze brochure opgenomen, hoewel de Tweede Kamer bij het ter perse gaan nog geen uitspraak heeft gedaan over de definitieve status van de Hoeksche Waard. Het beleid voor de nationale landschappen, die deel uitmaken van de ruimtelijke hoofdstructuur, is gericht op het behouden, duurzaam beheren en waar mogelijk versterken van de landschappelijke kwaliteit en de daarmee verbonden waarden. Behoud door ontwikkeling is het uitgangspunt van het beleid voor de nationale landschappen. De gebieden gaan dus allesbehalve op slot ; het beleid biedt ruimte voor ontwikkeling, waaronder de opvang van de eigen bevolkingsgroei. Behoud van het niet-stedelijke karakter en een ontwikkeling die zich richt op de versterking van de specifieke kwaliteiten van het gebied staan echter voorop. Behoud door ontwikkeling is sinds 1999 ook het uitgangspunt van het beleid dat is vastgelegd in de Nota Belvedere. Met dit beleid stimuleert het rijk het realiseren van ruimtelijke kwaliteit en identiteit door het beter benutten van de cultuurhistorie bij de planvorming, het ontwerp en de uitvoering van ruimtelijke plannen. Daarbij gaat het er om de ontstaansgeschiedenis van dorpen, steden en landschappen leesbaar te houden en gelijktijdig de kansen te benutten om een nieuwe tijdslaag aan het landschap foto s: Wim van der Ende en Dré van Marrewijk 5

7 6 toe te voegen. Cultuurhistorische waarden spelen immers een belangrijke rol bij de identiteitsbepaling en de belevingswaarde van plaatsen en landschappen, en vormen tevens een basis voor sociaal-economische ontwikkeling. Cultuurhistorie is in de Belvederebenadering daarom geen sta-in-de-weg, maar een conditie en kans voor een kwalitatieve en gebiedsspecifieke ontwikkeling. Om het Belvederebeleid tot een succes te maken, staan een aantal middelen ter beschikking: het initiëren van voorbeeldprojecten zoals het nationaal project Nieuwe Hollandse Waterlinie en het Limesproject; het faciliteren van de planvorming door het beschikbaar stellen van cultuurhistorische informatie en toepassingskennis via de Kennisinfrastructuur Cultuurhistorie (KICH) en de Belvedere-website; en de subsidieregeling Belvedere. Daarnaast stelt het rijk Belvederemiddelen beschikbaar via de investeringsbudgetten ISV en ILG. Voor de opstelling en uitvoering van de uitvoeringsprogramma s voor de nationale landschappen wordt vanaf 2005 jaarlijks 2,25 miljoen euro uit de Belvederemiddelen beschikbaar gesteld voor ILG, teneinde de provincies in staat te stellen het Belvederebeleid te realiseren. Ook door de provincies zijn in de afgelopen jaren vele initiatieven ontplooid om het ontwikkelingsgericht benutten van de cultuurhistorie in het ruimtelijke beleid vorm te geven. In vrijwel alle provincies zijn uitgebreide inventarisaties uitgevoerd, is provinciaal cultuurhistorisch beleid ontwikkeld, heeft de vertaling plaatsgevonden van het cultuurhistorisch beleid in het streekplan en zijn handvatten ontwikkeld om de uitvoering van het beleid te faciliteren. Ook zijn vele concrete plannen ontwikkeld of reeds in uitvoering gebracht om de kwaliteit van de ruimte verder te verbeteren door het expliciet benutten van cultuurhistorische waarden. Daarnaast heeft ook een institutionele versterking plaatsgevonden door de instelling van erfgoedhuizen. De nieuwe opgave om het beleid voor de nationale landschappen nader uit te werken kan derhalve een vliegende start maken, doordat gebruik kan worden gemaakt van een solide organisatorische en kennisinfrastructuur en van ervaring in concrete projectsituaties. Deze brochure loopt niet vooruit op de invulling van de uitvoeringsprogramma s die voor de nationale landschappen worden opgesteld. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij de provincies en zal in samenwerking met onder andere gemeenten, waterschappen en private, uitvoerende partijen gestalte krijgen. Iedere provincie kent daarbij zijn eigen karakteristieke ruimtelijke problemen en kansen, en het past geheel in de lijn van het Belvederebeleid dat daarvoor regiospecifieke oplossingen gevonden worden. Dat neemt niet weg dat er ruimtelijke vraagstukken zijn die op meerdere plaatsen spelen; vraagstukken die betrekking hebben op de economische revitalisering van het landelijke gebied, de uitbreiding van kleine kernen, het vasthouden en

8 bergen van overtollig oppervlaktewater, het aanleggen van ecologische verbindingen, het beheer van landschapselementen of het versterken van de recreatieve potenties. Over dergelijke ruimtelijke opgaven en de bijdrage die daaraan vanuit cultuurhistorisch perspectief kan worden geboden, zijn in de afgelopen jaren verspreid door het land studies verricht en plannen gemaakt met een financiële bijdrage van de subsidieregeling Belvedere. De werkwijze en resultaten van deze projecten zijn vaak in meerdere situaties toepasbaar, of kunnen als bron van inspiratie dienen bij ruimtelijke opgaven elders in het land. Om de resultaten van deze voorbeeldige projecten voor een ieder beschikbaar te stellen, is de Belvedere-website ingericht, toegankelijk via Aan het eind van deze brochure treft u hierover meer informatie aan. Leeswijzer De opbouw van de gebiedsbeschrijving van de nationale landschappen is steeds als volgt: _ de Introductie is, inclusief de opsomming onder het kopje kernkwaliteiten, overgenomen uit de Nota Ruimte (p.k.b. deel 3 (kabinetsstandpunt), hoofdstuk 3) en in enkele gevallen enigszins aangepast of aangevuld. Voor de Hoeksche Waard is een nieuwe beschrijving gemaakt de cultuurhistorische karakteristiek is een bewerking, actualisering en/of aanvulling van de gebiedsbeschrijving uit de Nota Belvedere (bijlage Gebieden), datzelfde geldt voor de Fysieke dragers waarin de meest karakteristieke cultuurhistorische gebiedskenmerken samengevat worden. In enkele gevallen waarin het nationaal landschap niet of in mindere mate samenvalt met Belvederegebieden is de tekst geheel nieuw. De teksten zijn afgestemd met de beleidsmedewerkers cultuurhistorie van de provincies. De informatie in deze brochure biedt een handvat bij de uitwerking van het provinciaal ruimtelijk beleid. Om de brochure in omvang beperkt te kunnen houden, is afgezien van een lijst van verklarende termen. In plaats daarvan wordt verwezen naar het Glossarium Nederlandse landschap op: home.htm De precieze definitie van de gehanteerde indeling in archeologische perioden is te vinden op Gebruikte Literatuur Brief van de Raad voor het Landelijk Gebied (nr. RLG 04706) aan de Vaste Commissie voor VROM met vijf boodschappen over de kamerbehandeling Nota Ruimte, 23 november Ministeries van VROM, LNV, VenW en EZ, 2004: Nota Ruimte. Ruimte voor Ontwikkeling. p.k.b. deel 3 (kabinetsstandpunt). Ministeries van OCW, VROM, LNV en VenW, Belvedere, beleidsnota over de relatie cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. Inclusief bijlage Gebieden. 7

9 Groene Hart 2 Middag-Humsterland 3 Noordelijke Wouden 4 Zuidwest-Friesland 5 Drentse Aa 6 IJsseldelta 7 Noordoost-Twente 8 Graafschap 9 Achterhoek 10 Gelderse Poort 11 Veluwe 12 Rivierengebied 13 Arkemheen-Eemland 14 Noord-Hollands Midden 15 Hoeksche Waard 16 Zuidwest-Zeeland 17 Groene Woud 18 Heuvelland 19 Nieuwe Hollandse Waterlinie 20 Stelling van Amsterdam

10 Cultuurhistorische karakteristiek van de nationale landschappen 9

11 1 Groene Hart foto: Pandion; Peter van Bolhuis Kernkwaliteiten Hollands-Utrechts veenweidegebied π grote mate van openheid π strokenverkaveling met hoog percentage water : land π veenweidekarakter Plassengebied π besloten oeverwal met vele buitenplaatsen π open veenplassen π veenweidekarakter De Waarden π verkavelingspatroon π groen karakter door beplante dijken en kades π grote mate van openheid Veenweidelandschap bij Bodegraven. 10

12 Introductie Het nationaal landschap Groene Hart bestaat uit drie met elkaar samenhangende delen: het Hollands-Utrechts veenweidegebied, het gebied van de Waarden en het Plassengebied, met elk hun eigen, gedeeltelijk gemeenschappelijke, gedeeltelijk gebiedsspecifieke kwaliteiten. Het Groene Hart wordt doorsneden door grotere en kleinere rivieren die de deelgebieden in afzonderlijke eenheden verdelen. Deze worden gevormd door een configuratie van polders waarbinnen het langgerekte smalle weideperceel veelal de landschappelijke basismodule is. De open ruimtes van de polders worden omzoomd door vaak met opgaande beplanting begroeide dijken en kaden en de bijbehorende lintdorpen en waterlopen. Het landschap is op veel plaatsen open en groots. Water is in het Groene Hart dominant aanwezig in de talloze sloten, vaarten, weteringen, kanalen, meren en plassen. In het noordelijk en oostelijk deel van het gebied liggen belangrijke cultuurhistorische waarden behorend bij respectievelijk de Stelling van Amsterdam (opgenomen op de UNESCO-lijst van werelderfgoed) en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Beide zijn als nationaal landschap 19 en 20 afzonderlijk in deze brochure beschreven. Cultuurhistorische karakteristiek Hollands-Utrechts veenweidegebied Het Groene Hart behoort grotendeels tot het landschap van de veenontginingen, in mindere mate tot de droogmakerijen. Dit veengebied wordt doorsneden door de Utrechtse Vecht, de Oude Rijn, de Hollandse IJssel, de Lek en de Waal. Het overgrote deel van het gebied is ná ca AD in cultuur gebracht, in een golf van georganiseerde, systematische ontginningen. Initiatiefnemers van deze omvangrijke ontginningen waren de graaf van Holland en de bisschop van Utrecht. De ontginningen werden uitgezet vanaf een natuurlijke (rivier, veenstroompje) of kunstmatige ontginningsbasis (weg, wetering). Min of meer haaks daarop werden sloten gegraven om het veen te ontwateren en de kavels te begrenzen. De boerderijen werden gesitueerd op de kop van de kavels bij de ontginningsbasis. Op deze wijze ontstonden lange boerderijlinten met daarbinnen soms komvorming bij de kerk. In verdichte vorm zijn deze polderlinten nog altijd sterk bepalend voor het nederzettingspatroon van het Groene Hart. Bij de ontginningen werd veel gebruik gemaakt van een standaardcontract tussen landsheer en ontginner, de zogeheten cope, die uitging van vaste maten (95/115m x 1250m of de dubbele lengte). Omdat de ontginningen tegen het afstromend water uit naburige gebieden aan de zij- en achterkanten van kaden werden voorzien, ontstonden in de copegebieden (nu nog te traceren aan plaatsnamen als Oukoop, Nieuwkoop, Teckop) regelmatige ontginningsblokken. Waar met minder vaste maten werd ontgonnen kwamen onregelmatiger blokken tot stand. Als de ontginning werd uitgezet vanuit een kronkelend riviertje konden gerende verkavelingspatronen het gevolg zijn. Nog in de Middeleeuwen kwamen uit de ontginningsblokken als waterstaatkundige eenheden de polders tot stand en daarmee was de hoofdlijn van de huidige landschappelijke structuur een feit. Het landschap van het Groene Hart heeft een bijzonder kenmerkende opbouw: de basismodule is het langgerekte weideperceel, soms direct teruggaand op de middeleeuwse ontginning (of bestaand uit samengevoegde oorspronkelijke percelen), begrensd door sloten. De afwateringseenheid is de daarop volgende laag: de polder omgeven door dijken en kaden. In en aan de rand van de polders liggen de van oorsprong agrarische nederzettingen. Op knooppunten van land- en waterwegen zijn stadjes en steden ontstaan. In contrast met het open polderland hebben de dorpen een vrij besloten karakter door erfen wegbeplantingen. Het silhouet van de bebouwing - met als markant punt de dorpskerk - en de beplanting begrenst vaak de open ruimtes van de polders. De boezemwateren liggen vaak hoger dan het omringende land dat door inklinking sterk is gedaald. Buitengewoon kenmerkend is daarmee het (zichtbaar) gedifferentieerde waterpeil in het gebied, variërend van het laagste polderpeil tot het peil waarop het overtollig water in het gebied geloosd wordt op de rivier. Binnen dit gemeenschappelijke stramien zijn verbijzonderingen te onderscheiden: enerzijds deelgebieden met een gedeeltelijk afwijkende karakteristiek, anderzijds deelgebieden waarin de genoemde kenmerken in bijzonder hoge mate voorkomen. Afwijkend is bijvoorbeeld het gebied rond de Kagerplassen dat pas vanaf de 13de eeuw werd ontgonnen. Dit lage en moerassige gebied werd doorsneden door kronkelende veenstromen als (Oude) Ade, Warmonderleede en Zijl. Het patroon 11

13 12 foto: Wim van der Ende Tiendweg in de polder Heeswijk. foto: Wim van der Ende Polsbroek; wetering met aan weerszijden bebouwing. van de verkavelingen is mede daardoor nogal onregelmatig. De Kagerplassen bestaan uit natuurlijke meren - een zeldzaam gegeven in het Groen Hart - die dateren van vóór de ontginning en uit meren die door oeverafslag en erosie van oude veenstromen zijn ontstaan. Opvallend is de zuidwestnoordoost oriëntatie van de plassen, die voortvloeit uit de overheersende windrichting. In het gebied komt de hoogste concentratie voor van poldermolens in relatie met kleinschalige polders van West- Nederland. Een deelgebied waar de karakteristieken van de Hollands-Utrechtse veenontginningen zeer compleet voorkomen is Zoeterwoude-Weipoort, met goed bewaarde boerderijlinten, een uitwaaierende veenverkaveling en enkele droogmakerijen. Bijzondere elementen in dit geheel zijn twee kerkepaden en de landscheiding, de grens tussen twee hoogheemraadschappen. Het gebied van Nieuwkoop-Harmelen is een veenontginningslandschap van Europese betekenis. Het is een schoolvoorbeeld van de 12de en 13de eeuwse cope-ontginningen en tegelijk ook het grootste aaneengesloten voorbeeld daarvan in Nederland. Daar komt bij dat de omgeving van Nieuwkoop een compleet overzicht biedt van de landschappelijke successie van de veenontginningen: in de Middeleeuwen ontgonnen en verkaveld land, half en geheel verveend gebied (Nieuwkoopse Plassen) en het uiteindelijke stadium van de droogmakerijen. Bebouwing komt in het gebied bijna uitsluitend voor in de vorm van lintbebouwing waarvan de structuur duidelijk wordt bepaald door de agrarische verkaveling. Buiten de dorpen, de boerderijerven en een aantal beplante kades en wegen is het landschap zeer open. In de Meijepolder zijn de eeuwenoude kaden beplant met hakhout (essen, knotwilgen). Kasteel de Haar vormt met het bijbehorende dorp Haarzuilens een bijzondere landgoedenclave in deze omgeving. De archeologische waarden binnen het veengebied liggen vooral in de (laat-)middeleeuwse ontginningsassen waaraan ophogingen/terpen liggen, die een waardevol bodemarchief vormen. Diep onder het veenpakket bevindt zich het pleistocene dekzand waarop zich bewoningssporen uit de Mesolithische en Neolithische perioden kunnen

14 bevinden. Dankzij de afdekkende veenpakketten zijn deze resten over het algemeen goed geconserveerd, maar tegelijkertijd moeilijk detecteerbaar. Langs de Oude Rijn liggen oeverwallen die tot de eerste permanent bewoonde gebieden van Zuid- Holland behoren. De bewoning gaat tenminste terug tot in de IJzertijd. In de Romeinse Tijd volgde de grens van het Romeinse Rijk (Limes) de Oude Rijn. Romeinse versterkingen lagen bij Vleuten, Woerden, Zwammerdam, mogelijk bij Bodegraven, Alphen en Leiden. Vaak gingen deze castella vergezeld van burgerlijke nederzettingen, waar handel plaatsvond tussen de lokale bevolking en de soldaten in de garnizoenen. Recente vondsten van Romeinse schepen en de Romeinse grensweg in onder meer Leidsche Rijn en Woerden getuigen van de transportfunctie over en langs de (Oude) Rijn. Diezelfde Oude Rijn, met name tussen Alphen en Leiden, heeft in de laatste twee eeuwen een belangrijke transportfunctie gekregen voor verschillende vormen van industriële bedrijvigheid langs de oevers van de rivier. Plassengebied Het gebied aan weerszijden van de Vecht wordt gekenmerkt door een divers landschapspatroon: de Vecht met oeverwallen, het direct daaraan grenzende veenweidegebied en daarachter plaatselijk droogmakerijen. In het oosten begrenst de stuwwalzoom van de Utrechtse Heuvelrug dit deel van het nationaal landschap. Vanaf de 9de eeuw werden de uitgestrekte venen aan weerszijden van de Vecht ontgonnen. In eerste instantie werd het gebied benut voor akkerbouw; later, toen de grond daarvoor te sterk was ingeklonken, kwam veeteelt op. Vanaf de 16de eeuw begon men, na winning aan de oppervlakte, veen weg te graven van onder de waterspiegel. De winning was bedoeld voor de brandstofvoorziening (turf) voor de sterk groeiende stedelijke bevolking. Door het vergraven ontstonden grote plassen als de Vinkeveense en Loosdrechtse Plassen. Karakteristieke landschapselementen zijn hier de legakkers, petgaten, ontginningsassen met een gespaard randje bovenland en waaiervormige verkavelingspatronen. Na de vervening zijn ook weer plassen drooggemalen. De resulterende droogmakerijen, zoals de Polder Béthune, zijn te herkennen aan de lage ligging en de rationele indeling met rechte wegen en een gelijkmatig verkavelingspatroon. foto: Wim van der Ende Opgraving Romeins schip in Woerden. foto: Wim van der Ende Molen de Blauwe Wip aan de Oostvaart, een boezem die op de Oude Rijn loost. 13

15 foto: Wim van der Ende 17de en 18de eeuw werden deze omgevormd tot buitenplaatsen toen rijke Amsterdamse kooplieden van Weesp tot Utrecht buitenplaatsen aanlegden met prachtige tuinen en parken. Ook rond s-graveland ontstond in de 17de eeuw een complex van buitenplaatsen. Hier vonden eerst ontzandingen plaats ten behoeve van de stadsuitleg van Amsterdam. Aan het oostelijk eind van de percelen is daardoor een hoogteverschil ontstaan, oplopend tot zo n drie à vier meter. Tegen het einde van de 18de eeuw zijn veel buitens in verval geraakt en omgezet in weiland. Langs de Vecht ligt een reeks gave dorpen zoals Oud-Zuilen, Loenen en Nigtevecht. Ter hoogte van Abcoude - Nigtevecht sluit de Nieuwe Hollandse Waterlinie (gebied 19) aan op de Stelling van Amsterdam (gebied 20). 14 Breukelen, Huize Rupelmonde aan de Vecht. De zone langs de Vecht en rond s-graveland herbergt een concentratie aan landgoederen en buitenplaatsen van Europese cultuurhistorische en landschappelijke betekenis, met waardevolle oude tuinen, parkbossen en soms ook overtuinen. In die gevallen beschikten de landgoederen over servituten (erfdienstbaarheden, een last waarmee een stuk grond (erf) is belast ten gebruike en ten nutte van een erf dat aan iemand anders toebehoort) die het vrije zicht op de overzijde van de rivier beschermden. Reeds in de Middeleeuwen werden langs de Vecht kastelen en ridderhofsteden gebouwd. In de Archeologisch is het gebied interessant omdat op de oeverwallen en stroomruggen, bewoningsresten uit de IJzertijd en later liggen. De vestigingskeuze werd bepaald door de relatief hoge ligging van deze rivierafzettingen en door de bevaarbare rivier zelf. De aanwezigheid van vroeg-middeleeuws materiaal duidt op de aanvang van de ontginning van het aanliggende veengebied, geïnitieerd vanuit de stad Utrecht. De Waarden Lopikerwaard en Krimpenerwaard De Krimpener- en Lopikerwaard vormen wat landschapsbeeld en schaal betreft een duidelijk begrensde landschappelijke eenheid. Beide waarden, die voornamelijk uit veen bestaan, worden begrensd door de Hollandse IJssel en de Lek. De Krimpenerwaard ligt ten westen, de Lopikerwaard ten oosten van de Vlist. Beide waarden vormen met elkaar het grootst aaneengesloten veenweidegebied van Nederland.

16 De karakteristieke lange en smalle kavels van beide waarden zijn typerend voor de middeleeuwse veenontginningen, waaronder de cope-ontginningen (zie hierboven), met het bijbehorende nederzettingspatroon. De wat hoger gelegen, stevigere grond langs de Hollandsche IJssel diende in eerste instantie als uitgangspunt voor de lange kavels en het slotenstelsel, dat loodrecht op de rivier lag en het veenmoeras ontwaterde. Ook de oevers van de andere rivieren en de later gegraven weteringen dienden als basis voor ontginningen. In de Krimpenerwaard is sprake van meerdere bewoningslinten en een verkavelingspatroon in meerdere richtingen (met Vlist als beschermd dorpsgezicht). Een afwijkende morfologie heeft Bergambacht dat gebouwd is op een donk. Ten zuiden ervan ligt een tweede donk, waarop rond 1250 een slot werd gebouwd. Na een brand verrees hier de boerderij t Slot. In de Lopikerwaard liggen slechts enkele, zeer langgerekte bewoningslinten, langs de Benschopperwetering en de Lopikervaart. Afgezien van de stedelijke gebieden van Montfoort en IJsselstein is het bewoningspatroon daardoor in oost - west richting gelegen, de bijbehorende agrarische verkaveling is steeds noord - zuid gericht. Het centrale deel van de waarden werd het laatst ontgonnen. Omdat het veen te kleiïg was om geëxploiteerd te worden, heeft vervening nauwelijks plaatsgevonden. Bijzonder voor de Waarden zijn de lange, rechte tiendwegen. Vermoedelijk zijn deze kades aangelegd om een deel van het land in het voorjaar eerder droog (en dus bruikbaar) te maken. Een tweede typerende element zijn de achtergrenzen van de ontginningen, de zogeheten landscheidingskaden. De archeologische component van de laat-middeleeuwse ontginning bestaat vooral uit reeksen huisterpen die voor een groot deel aan de lintbebouwing gekoppeld zijn, maar ook als verlaten nederzettingen (o.a aan De Loet) aanwezig zijn. Resten van prehistorische bewoning zijn hier aanwezig of te verwachten op donken (pleistocene rivierduinen), die deels geheel door het veen zijn afgedekt, ten dele echter net boven het veen uitsteken. Ook fossiele, door veen en klei afgedekte riviersystemen herbergen zeer goed bewaarde resten uit Neolithicum en Bronstijd. De feitelijke kennis van dit bodemarchief is door de relatief diepe ligging nog beperkt. Alblasserwaard en Vijfheerenlanden Ook het open landschap van de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden heeft de typische kenmerken van de West-Nederlandse veenontginningen. Het gebied wordt in ongeveer oost-westrichting doorsneden door zeer lange lintvormige ontginningsassen. Het beloop is veelal bochtig, omdat ze zijn ontstaan langs oude veenstromen. Voorbeelden zijn Oud Alblas-Bleskensgraaf en Giessenburg- Muisbroek-Hoornaar. Kenmerkend voor deze polderlinten is de dubbele bewoningsstructuur met de veenstroom of vaart in het centrum. Vaak ligt aan weerszijden, direct achter de lintbebouwing, nog een voorwetering. Min of meer loodrecht op de ontginningsassen liggen de lange smalle percelen, aan de achterkant begrensd door een (achter)- wetering en/of kade. Het gebied wordt aan de noorden zuidzijde begrensd door de dijken en lintbebouwing langs de Lek en de Merwede. De laatmiddeleeuwse dorpsstructuren zijn herkenbaar aan de reeksen huisterpen; in de linten staan waardevolle boerderijen. Aan de noordwestkant van de Alblasserwaard ligt Kinderdijk, nog steeds het belangrijkste uitwateringspunt van de waard. Het uitwaterings- foto: Dré van Marrewijk Merkstenen in Ottoland. 15

17 16 foto: Wim van der Ende Lakenvelder runderen in de polder Lakerveld. foto: Wim van der Ende Krimpenerwaard; omgeving van Stolwijk complex bestaat uit molens (gebouwd tussen 1740 en 1882), boezems, kades, sluizen en andere elementen. Principe van het systeem is het opmalen door de molens van water van de lage naar de hoge boezem en vervolgens naar de Lek. De molens zijn nu buiten gebruik, maar de hoge boezems hebben nog steeds een bergingsfunctie. Kinderdijk is als Werelderfgoed aangewezen door de UNESCO. In de Vijfheerenlanden, een overgangszone van het veenweidelandschap van de Zuidhollandse waarden naar het Gelderse rivierenlandschap, liggen meer grote stroomruggen en zandige oeverwallen dan in de Alblasserwaard. Het landschap is minder weids en open dan in de andere waarden. Het hart van de Vijfheerenlanden laat een sterke landschappelijke eenheid zien door een strakke indeling met zeer rechte langgerekte ontginningsdorpen. Het noordelijke deel heeft een tamelijk besloten karakter door grienden, populierenbossen, houtsingels, boomgaarden en beplante kaden. Het zuidelijk gedeelte grenst aan het Lingegebied (zie gebied 12) en maakt deel uit van de Nieuwe Hollandse Waterlinie (gebied 19). De oudste sporen van bewoning in het gebied dateren uit het Mesolithicum en zijn aangetroffen op de donken die zeker tot het eind van het Neolithicum bewoond bleven. Voor de bewoningsmogelijkheden waren ook de toenmalige, nu verlaten en door veen afgedekte riviersystemen van groot belang. Meer naar het westen dateert de bewoning voor zover bekend vooral uit het Laat Neolithicum. In het westelijk deel van de Alblasserwaard ligt bovendien een kreekruggensysteem dat vóór de Romeinse Tijd is ontstaan en vele resten van nederzettingen uit die periode herbergt. Op de meer oostelijke oeverwallen en stroomruggen loopt de bewoning op veel meer plekken door tot in de Romeinse Tijd en de Vroege Middeleeuwen.

18 Fysieke dragers Hollands-Utrechts veenweidegebied het veenpolderlandschap met kenmerkende strokenverkaveling, openheid en weidsheid, oude veenstromen, hoog gelegen boezemwateren en laaggelegen weteringen en sloten, de hoofdstructuur van de (cope-)ontginningen, dat wil zeggen de ontginningsassen met de boerderij- en dorpslinten, de perceelsrichtingen en -vormen en het verschil tussen voor-, zijen achterkant van de ontginning, de kenmerkende polderindeling met een groot aantal dijken en kades, de dorpslinten, vaak bestaande uit reeksen huisterpen, met een besloten karakter door aanwezige erf- en wegbeplantingen, de vele molens en historische boerderijen, veenontginningen met grillige blokverkaveling in de omgeving van de Kagerplassen, enkele gave droogmakerijen als de Zoetermeerse Meerpolder, bijzondere elementen als kerkepaden, tiendwegen, gerende en knikkende percelen, (huis)terpjes, eendenkooien en smalle polderwegen omzoomd door knotwilgen, het landgoed en kasteel de Haar met het bijbehorende dorp Haarzuilens, bij Nieuwkoop de complete successie van het veenlandschap, met veenontginningen, veenstromen, legakkers en petgaten, uitgeveende plassen en droogmakerijen, de oeverwallen van de Oude Rijn met bewoningsresten uit de IJzertijd tot de Vroege Middeleeuwen, maar ook de complete en goed-geconserveerde infrastructuur van de Romeinse Limes, het kreekruggenlandschap bij Weipoort waarop bewoningsresten vanaf de IJzertijd (kunnen) voorkomen, de industriële bebouwing, in het bijzonder langs de Oude Rijn tussen Alphen en Leiden. Plassengebied de Vecht met aangrenzende oeverwallen: - het gedeeltelijk besloten en parkachtige karakter van de oeverwallen en stroomruggen van de Vecht, - de cultuurhistorisch en landschappelijk waardevolle oude buitenplaatsen, - de structuur en het karakter van de diverse beschermde stadsen dorpsgezichten, - de gedeeltelijk waardevolle bebouwing: boerderijen, molens, gemalen, sluizen, bruggen, fabrieken, dorpsbebouwing, - bewoningsresten en sporen vanaf de IJzertijd, - de diverse middeleeuwse kasteelterreinen. s-graveland: - de cultuurhistorisch en landschappelijk waardevolle oude buitenplaatsen, de ontzandingen, wasserijen, kleine bebouwing en karakteristieke dorpsgezichten. het veenweidelandschap: - de zeer lange opstrekkende verkavelingen, soms in waaiervorm en de karakteristieke lintbebouwing langs ontginningsassen (Loosdrecht, Westbroek) met waardevolle boerderijen, - de cultuurhistorisch waardevolle verveningsrestanten, plassen en petgaten, - de restanten van eendenkooien, jaagpaden, kaden en weteringen, de verschillende onderdelen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De Waarden het veenweidelandschap met als specifieke kenmerken: - de visuele openheid en weidsheid, - de landschappelijke opbouw van intensief gebruikte voorkanten van de ontginning (de ontginningsassen) en minder intensief gebruikte achterkanten, - de veelal tweezijdige lintbebouwing langs de weteringen en de Vlist met onder meer reeksen van huisterpen en waardevolle boerderijen, - de lange, smalle graslandpercelen, - het stelsel van evenwijdige sloten en (kruisende) weteringen met bijbehorende sluizen, bruggen, gemalen, molens en fossiele molengangen, - reeksen huisterpen die een overblijfsel vormen van de middeleeuwse nederzettingsstructuur, - kenmerkende elementen als tiendwegen, kaden, dijken en eendenkooien, het rivierdijklandschap met rivierdijken, karakteristieke bewoningslinten waaronder specifieke dijkbebouwing, dijkmagazijnen, sluizen, verhoefslagingspaaltjes, e.d., de beschermde gezichten van Gouda, Vlist en Schoonhoven, de Alblasserwaard met: - de langgerekte dubbele bebouwingslinten met een oude veenstroom of wetering in het centrum en waardevolle boerderijen, - Kinderdijk: het molencomplex met negentien molens (oorspronkelijk twintig) met ronde stenen grondzeilers, achtkantige houten grondzeilers en een houten wipmolen en het gehele bijbehorende watersysteem met boezemwateren, kaden en dergelijke, - fraaie stads- en dorpsgezichten van Kinderdijk, Nieuwpoort, Ameide en Noordeloos, - het kreekruggensysteem in het westen van de Alblasserwaard met bewoningsresten uit de Romeinse Tijd, de Vijfheerenlanden met: - het overgangslandschap van een veenweidegebied naar het Gelderse rivierengebied, - de langgerekte ontginningsdorpen met waardevolle boerderijen en (in het noordelijk deel zeer regelmatige) strokenverkaveling met vele beplantingselementen en eendenkooien, de Diefdijk met twee forten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, donken en met latere afzettingen afgedekte riviersystemen als dragers van bewoning uit het Neolithicum tot en met de Bronstijd, de oeverwallen van de riviersystemen met bewoning van Neolithicum tot Vroege Middeleeuwen. 17

19 2 Middag-Humsterland foto: Paul Paris Kernkwaliteiten π het reliëf, gevormd door terpen, kwelderruggen en dijken π het onregelmatige blokverkavelingspatroon π de grote mate van openheid Terpdorp Ezinge met het Reitdiep. 18

20 Introductie Dit buitengewoon open, oude wierdelandschap is zeer typerend voor de ontstaansgeschiedenis van het noordelijke zeekleigebied. Door de aanwezigheid in gave staat van elementen als terpen, kwelderruggen en voormalige geulen en de onregelmatige blokverkaveling op basis van het stelsel van voormalige wadgeulen zijn de ontginnings- en gebruiksgeschiedenis van Middag- Humsterland aan het huidige landschap goed af te lezen. Niet alleen binnen Nederland, maar ook internationaal gezien is het gebied daardoor zeldzaam. Cultuurhistorische karakteristiek Het terpen- of wierdengebied behoort in historisch-geografisch opzicht geheel tot het noordelijk zeekleilandschap dat ruim 25 eeuwen continue bewoningsgeschiedenis herbergt. Het wierdengebied is daarmee een van de oudste, doorlopend bewoonde cultuurlandschappen van Europa. Binnen het wierdengebied neemt Middag- Humsterland een bijzondere plaats in; zowel het beeld als de structuur van het landschapstype zijn hier gaaf bewaard gebleven. Het gebied, een combinatie van twee voormalige kweldereilanden (Middag en Humsterland), doorsneden door geulen (Reitdiep, Kommerzijlsterdiep) en prielen en de voormalige boezem van de Lauwerszee, bevat daarmee een schat aan (pre)historische informatie. Vanwege de cultuurhistorische waarde van het landschap is Middag-Humsterland door Nederland op de voorlopige lijst van Werelderfgoed geplaatst. De landschappelijke kenmerken zijn tot op heden gebaseerd op de geomorfologie van het natuurlandschap dat aan het (huidige) cultuurlandschap voorafgaat: op kwelders, prielen en geulen. Daaraan herinneren het stelsel van hoofdwaterlopen (grotendeels vroegere geulen), een onregelmatige kleinschalige blokverkaveling (op enkele plaatsen ook een radiale verkaveling) met bijbehorend karakteristiek slotenpatroon (gedeeltelijk vroegere prielen), bebouwing op terpen en veelal grillige wegen. De wierden met hun beplanting liggen als eilanden in de open ruimte. Veel dorpsterpen gaan terug tot in de IJzertijd en bevatten daardoor een schat aan archeologische gegevens. Ze geven een zeer compleet beeld van de culturele, sociaal-economische en ecologische ontwikkeling van de gemeenschap die hier geleefd heeft. Nederzettingen uit de IJzertijd en Romeinse Tijd die niet zijn uitgegroeid tot terpen kunnen goed bewaard zijn gebleven in de ondergrond, afgedekt door zeeklei. De oudste wierdenreeks, Oostum - Garnwerd - Feerwerd - Ezinge - Saaksum, duidt nog altijd de toenmalige kustlijn aan. Rond het jaar 1000 begon men actief in te grijpen in de waterstaatkundige situatie met de aanleg van dijken. Het eerst werden Middag en Humsterland bedijkt, twee eilanden ontstaan door inbraken vanuit de Lauwerszee. Aan de resten van de ringdijk rond Humsterland (ca. 20 km) is nog goed te zien dat het gebied rond Niehove en Oldenhove ooit een eiland was. In 1192 vestigden de Cisterciënzers zich in Aduard. Zij hebben een groot stempel op het gebied gedrukt met hun ontginningsactiviteiten, gepaard gaande met de aanleg van voorwerken, inpolderingen en ingrepen in de waterhuishouding. In de periode na 1945 is een aanzienlijk deel van het historisch dijkenpatroon afgegraven. 19

21 Fysieke dragers de wierden, met een schat aan archeologische waarden, als afspiegeling van het leven in een periodiek overstroomd kustlandschap, goed bewaard in relatie tot elkaar en in relatie tot het omringende landschap, met daarbinnen de wierdenreeks Oostum - Garnwerd - Feerwerd - Ezinge - Saaksum, die nog altijd de toenmalige kustlijn aanduidt, de dorpswierden met hun historische bebouwing; Ezinge, Garnwerd, Saaksum, Niehove en Oostum als beschermde gezichten, buiten de dorpen gelegen historisch waardevolle boerderijen, vaak op eenmansterpen gelegen, het bochtige patroon van wegen en water gebaseerd op de geomorfologie van kwelders, prielen en geulen, de verkaveling, bestaande uit onregelmatig blokvormige percelen, het overgebleven dijkenpatroon, waarop vooral het klooster van Aduard zijn stempel heeft gedrukt, het sluizencomplex bij Aduarderzijl. foto: Wim van der Ende Kerkje van Oostum. foto: Wim van der Ende Kronkelweg over kreekruggen van een voormalige maar (wadgeul). 20

22 3 Noordelijke Wouden Kernkwaliteiten π strokenverkaveling met een lengtebreedteverhouding van 3 : 1 tot 5 : 1 π grote mate van kleinschaligheid π reliëf in de vorm van pingoruïnes en dijkwallen foto: Paul Paris Drachtstercompagnie. 21

23 Introductie Het zeer kleinschalige veenontginningslandschap van de Noordelijke Wouden is voor Nederland uitermate bijzonder. De strokenverkaveling met een kenmerkende verhouding tussen lengte en breedte, gecombineerd met de aanwezigheid van elzensingels of houtwallen op de perceelsgrenzen, resulteert in een zeer fijnmazige verzameling van kleine groene ruimtes. Daarin ligt een aantal pingoruïnes, een zeldzaam aardkundig verschijnsel uit de ijstijden. Cultuurhistorische karakteristiek Dit zand- en (voormalig) veengebied ligt op de noordwesthelling van het Drents Plateau, op de overgang van de in noordelijke richting afhellende keileemgronden naar het aangrenzende laagveen. Vanaf de hogere keileem werd het gebied in lange smalle stroken ontgonnen. Voor de zone van Damwoude tot aan Roderwolde is het dichte patroon van houtwallen en singels, dat nergens anders in Nederland nog zo gaaf aanwezig is, buitengewoon kenmerkend. Aan deze lineaire beplantingen zijn de verschillende ontginnings- en verkavelingsrichtingen goed af te lezen. Het kerngebied met houtwallen ligt in de streek Oostermeer-Twijzel-Buitenpost, daarbuiten komen voornamelijk houtsingels voor. Het kerngebied valt in zijn geheel in het nationaal landschap Noordelijke Wouden; het gebied met een hoge dichtheid aan houtsingels valt gedeeltelijk buiten de indicatieve begrenzing van het nationaal landschap, maar hoort wel bij het Belvederegebied Westerkwartier. foto: Paul Paris Bij Twijzel, Eestrum en Drogeham worden de langgerekte smalle percelen geaccentueerd door een dicht patroon van houtwallen (dijkswallen). Naar de lager gelegen randen toe gaat de beplanting over in elzensingels. In de laagst gelegen venige delen van het gebied liggen geen singels of houtwallen. Rond Oostermeer is het houtwallenpatroon wat onregelmatiger van karakter. Daar, en ook in het dorp Eestrum, is een stervormige esdorpenstructuur te herkennen met enkele kleine essen. Twijzel en Drogeham hebben een lintstructuur die de hoogste delen van de aanwezige zandrug volgt. Het gebied van Drachtstercompagnie wordt naast het dichte patroon van elzensingels gekenmerkt door het unieke stelsel van lange evenwijdige en dicht naast elkaar liggende wijken die getuigen van het veenkoloniale verleden. Dit type wijkensysteem komt nergens anders voor in de hoogveenontginningen in Nederland. Opende. 22

24 Het gebied Houtigehage-Harkema is een heideontginning; karakteristiek zijn hier de singels langs meer blokvormige percelen en een verspreide bebouwing van keuterboerderijen uit eind 19de, begin 20ste eeuw. Aan de noordzijde van het gebied van Twijzel ligt het beschermde dorpsgezicht van Veenklooster met bijbehorende buitenplaats. Naar het noorden toe gaan de lage, venige gebiedsdelen over in het veel meer open kleilandschap van het Fries-Groningse terpengebied. In de Wouden is een schat aan archeologische informatie te vinden over met name de Steentijdbewoning. Ruim zevenhonderd vuursteenvindplaatsen zijn aangetoond. Daaronder zijn goed geconserveerde basis- en jachtkampen. Voor de landschappelijke ligging van deze nederzettingen was de aanwezigheid van open water van groot belang. Vooral de zandruggen langs de riviertjes en de hoge oevers van de pingoruïnes waren daarom in trek. Een pingo is een heuvel die ontstaat bij oppersing van grond door een ijslens die aanvankelijk dicht onder de oppervlakte ligt. De ijslens wordt geleidelijk groter, maar kan vanwege de permanent bevroren ondergrond alleen naar boven groeien. Daarbij wordt de bovenliggende toplaag opgeduwd; ijsklomp en bovenlaag gaan een heuvel vormen. Op een gegeven ogenblik gaat de aanwezige toplaag naar beneden glijden, waardoor rond de ijskern een lage wal ontstaat. In warmere perioden smolten de pingo s: na het verdwijnen van de ijskern bleef een omwalde laagte over, vaak gevuld met water. Deze omwalde laagte wordt pingoruïne genoemd. De vorming van de pingo s en het afsmelten tot pingoruïne vond tussen de en jaar geleden plaats. Verspreid over de Noordelijke Wouden komen deze pingoruïnes voor, waaronder een grote concentratie in het gebied tussen Marum en Surhuisterveen. Fysieke dragers het dichte en gave patroon van houtwallen en elzensingels, de lange strokenverkaveling in grote delen van het gebied, met een specifieke lengte : breedte-verhouding van 3 : 1 tot 5 : 1, de meer onregelmatige verkaveling van Oostermeer en het gebied van Houtigehage-Harkema, het lintvormige bebouwingspatroon van Drogeham, Twijzel en Buitenpost, de verspreide bebouwing in het gebied Houtigehage-Harkema, de esdorpen Oostermeer en Eestrum met radiale wegenstructuur, concentrische bebouwing en kleine essen met gewelfd oppervlak tegen het dorp aan, de veenkolonie Drachtstercompagnie met lintvormige bebouwing met loodrecht daarop een gaaf en dicht patroon van evenwijdige wijken en elzensingels, het beschermd gezicht Veenklooster en de buitenplaats Fogelsangstate, de zandruggen en pingoruïnes, die als vestigingsplaatsen dienden voor (tijdelijke) bewoning in de Steentijd. foto s: Hans Sas Houtsingels en houtwallen. 23

25 4 Zuidwest-Friesland foto: Pandion; Peter van Bolhuis Kernkwaliteiten π schaalcontrast van zeer open naar besloten π middeleeuwse verkaveling, waterlopen en meren π reliëf in de vorm van stuwwallen en terpen Het dorp Sandfirden in het Friese Merengebied. 24

26 Introductie De grote schaalverschillen van het hoger liggende, besloten stuwwallandschap van Gaasterland met de vlakke openheid van het veenweidelandschap geven Zuidwest-Friesland een bijzonder karakter. Het lage, zeer open landschap wordt gekenmerkt door meren en verspreide bebouwing, waarvan een deel op terpen ligt. De verkaveling en de waterlopen in het veengebied zijn ontstaan in de Middeleeuwen en internationaal zeldzaam. Cultuurhistorische karakteristiek Zuidwest-Friesland behoort historisch-geografisch in hoofdzaak tot het veenweidelandschap met enkele droogmakerijen (De Hemmen, gebied Friese Meren); een kleiner deel behoort bij het landschap van de kampontginningen met plaatselijk essen (Gaasterland). Daarmee heeft het gebied als geheel een complexe occupatiegeschiedenis. In De Hemmen en het Merengebied, inclusief de droogmakerijen, zijn openheid en water de kernbegrippen voor de identiteit van het landschap; in Gaasterland reliëf en beslotenheid. De Hemmen/Friese Meren De Hemmen en het Merengebied zijn waterrijke veenweidegebieden met een onregelmatige blokverkaveling. Beide gebiedsdelen onderscheiden zich door deze kenmerkende verkaveling van andere veenweidegebieden, waar een regelmatige strokenverkaveling overheerst. In het Merengebied is de wel zeer grote oppervlakte water uiteraard een buitengewone karakteristiek. In De Hemmen breidde de bewoning in de Middeleeuwen zich van de Middelzeerand uit in zuidelijke richting naar het klei-op-veengebied. De zandrug Sandfirden kwam door inversie tevoorschijn en werd voor bewoning in gebruik genomen. In het landschap zijn nog steeds kenmerkende overgangen aanwezig tussen klei en klei-op-veen. De Hemdijken zijn als laat-middeleeuwse binnendijken karakteristiek voor het toenmalige bedijkingsproces. Deze dijken zijn gelegen langs de zuidkant van de oorspronkelijke Middelzee en de Boorne. In zowel De Hemmen als het Merengebied is de oriëntatie van landelijke en stedelijke structuren op het water een belangrijk gegeven. Bij De Hemmen is daarbij van verschuiving sprake; eerst was het gebied georiënteerd op de Middelzee, later op de binnenwateren. De brekken, meren en poelen dateren al uit de Late Middeleeuwen. De typerende oriëntatie op het water blijkt eruit dat alle grotere dorpen aan (voormalig) vaarwater liggen en door een stelsel van meren, trekvaarten en miedvaarten met elkaar zijn verbonden. Deze structuur is nog grotendeels intact. Een enkele vaarweg is gedempt en vervangen door een rijweg (van Gaastmeer naar West Indiën). foto: Hans Renes Luchtwachttoren nabij Oudemirdum; cultureel erfgoed uit de Koude Oorlog. 25

27 foto: Paul Paris Gaastmeer. foto: Dré van Marrewijk Het gebied van De Hemmen en de Meren was al bewoond in de IJzertijd, voordat de randen van de Middelzee aantrekkelijk werden voor bewoning. Het bodemarchief bevat overslibde nederzettingen, terpen, huisterpen, veenterpen en resten van states en stinsen. Onder veen en klei komen op het pleistocene dekzand mesolithische resten voor. Gaasterland Kenmerkend voor Gaasterland is de aanwezigheid van pleistocene heuvels, door het landijs overreden stuwwallen die met keileem zijn bedekt. Aan de relatief laaggelegen noordrand daarvan vonden in de Middeleeuwen ontginningen plaats. Er werd een strokenverkaveling toegepast waarbij streekdorpen ontstonden (o.a. Harich). Op de hogere delen van de keileemheuvels ontstonden essen en esdorpen als Sondel en Oudemirdum. De strook langs de Zuiderzee werd merendeels als grasland in gebruik genomen. Heide besloeg een groot deel van Gaasterland tot vanaf eind 17de eeuw de bebossing ter hand werd genomen. Vooral in de 18de eeuw werd veel land bebost, waarmee het huidige, goeddeels besloten karakter van het gebied zijn beslag kreeg. Waar de keileemruggen de zuidkust bereiken komt een aantal kliffen voor: het Rode, Mirnster- en Oudemirdumer klif. Het laatstgenoemde klif is nog gedeeltelijk onbegroeid, de andere zijn begroeid met gras. Ook het bodemarchief van Gaasterland bevat mesolithische sporen. Daarnaast is het Neolithicum goed in Gaasterland vertegenwoordigd. Bij Rijs is in 1849 een steenkist (neolithische grafplaats) aangetroffen; de plek is gemarkeerd. 26 Gaasterland.

28 Fysieke dragers foto: Paul Paris De Hemmen/Friese Meren uitgestrekte laat-middeleeuwse waterpartijen als brekken, meren en poelen, onregelmatige opstrekkende ontginningen met karakteristieke Hemdijken als laat-middeleeuwse binnendijken, het stelsel van vaarwegen, oriëntatie van dorpen en steden op het water met een aantal beschermde dorpsgezichten (IJlst, Heeg, Balk, Sloten en Woudsend) en twee stadsgezichten (Hindelopen, Workum), de overslibde nederzettingen, terpen en andere archeologische monumenten, enkele droogmakerijen (zuidkant Fluessen). Palenrij, een restant van vroegere dijkwerken. Gaasterland zeer karakteristiek reliëf door de keileemruggen, kliffen aan de voormalige Zuiderzeekust, esdorpen met restanten van essen in de nabijheid, besloten karakter door de aanwezige bossen, bodemarchief met mesolithische en neolithische resten. foto: Paul Paris Rijsterbos. 27

29 5 Drentse Aa foto: Pandion; Peter van Bolhuis Kernkwaliteiten π grote mate van kleinschaligheid π vrij meanderende beken π samenhangend complex van essen, bossen, heides en moderne ontginningen π landgoederen op de beekdalflanken langs de benedenloop van de Drentse Aa Anlooërdiep bij Anloo; beekdal met landschappelijk verdichte randen en hoger gelegen ontginningen. 28

30 Introductie Dit zeer kleinschalige (laagland)beekdal- en esdorpenlandschap wordt gekarakteriseerd door een stelsel van grotendeels vrij meanderende beken. De bijbehorende beekdalen kenmerken zich door vaak met wallen en singels omzoomde weiden en hooilanden en een grote landschappelijke variatie. Op de hogere gronden bevinden zich de essen en de dorpen, omgeven door jongere heideontginningen (bossen en bouwlanden). Hier en daar zijn restanten van de woeste gronden in de vorm van heidevelden overgebleven. De bewoningsen agrarische geschiedenis zijn goed te herkennen in dit landschap door de samenhang tussen de verschillende elementen. Zeer bijzonder zijn de opvallend lineair gegroepeerde grafheuvels langs prehistorische wegen. Aan de noordkant van het gebied ligt aan weerszijden van de Drentse Aa de landgoederenzone Eelde-Paterswolde. Cultuurhistorische karakteristiek Drentse Aa-Hondsrug Het esdorpenlandschap van het Drentse Aagebied behoort tot de meest gave zandlandschappen van de gehele noordwesteuropese laagvlakte. Centraal in het gebied ligt de Drentse Aa, de hoofdstroom van een beekstelsel in Noord- en Midden- Drenthe, met een van de laatste gave beekdalen van Nederland. De beken meanderen hier nog vrij door het landschap. De historisch samenhangende onderdelen van het esdorpenlandschap zijn nog bijzonder goed in het landschap herkenbaar: de essen en esdorpen, de beekdalen (groenlanden) en de woeste gronden (heiden), dan wel de latere heideontginningen en heidebebossingen. Buiten de dorpen, die een historische kern met fraaie boerderijen rondom een brink hebben die teruggaat tot tenminste de Middeleeuwen, is er relatief weinig bebouwing. Wel hebben alle oude dorpen op de Hondsrug hun satellietdorp in het veen: Annen en Annerveen, Eext en Eexterveen, Gieten en Gieterveen etc. De fraaie steile overgang van de veelal beboste Hondsrug naar het veel lager gelegen open en uitgestrekte gebied van het Hunzedal en de Gronings-Drentse Veenkoloniën is een van de meest markante kenmerken van het gebied. Aan de rand van de Hondsrug bevindt zich een lint van bebouwing, de lage weg, met iets hoger op de rug, evenwijdig eraan een tweede weg, de hoge weg. Aan de rand van het Hunzedal bevinden zich opstrekkende percelen dwars op de Hondsrug met op enkele plaatsen een dicht patroon van houtwallen die het dal in steken. In het gebied ligt ook een aantal landgoederen. De ongeveer 3550 bekende archeologische monumenten dateren van het Paleolithicum tot aan de Late Middeleeuwen. Ze zijn in relatie tot elkaar en in relatie tot het landschap goed bewaard gebleven. In het algemeen vormen de esdekken een belangrijke conserverende factor voor het bodemarchief in het gebied. Bijzonder is de aanwezigheid van zichtbare archeologische monumenten zoals grafheuvels, hunebedden en celtic fields, die het landschap een foto: Wim van der Ende Met de komst van het prikkeldraad verloren houtwallen hun functie en kreeg het hout de kans om door te schieten. 29

12. Verkaveling haaks op hoofdstructuur

12. Verkaveling haaks op hoofdstructuur Bijlagen Landschapstypen I Het bekengebied / de Zuidwesthoek II Gaasterland III Kleigebied / voormalige Middelzee IV Laagveen V Merengebied VI Noordelijke wouden 113 12. Verkaveling haaks op hoofdstructuur

Nadere informatie

Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN

Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN Paleogeografie van Nederland Zeespiegelstijging Tussen

Nadere informatie

Nationaal Landschap Noardlike Fryske Wâlden

Nationaal Landschap Noardlike Fryske Wâlden Indicator 19 maart 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In het meest kleinschalige landschap

Nadere informatie

T o e l i c h t i n g A r e n a d e b a t v i s i e l a n d e l i j k g e b i e d I J s s e l s t e i n 1 8 f e b r u a r i

T o e l i c h t i n g A r e n a d e b a t v i s i e l a n d e l i j k g e b i e d I J s s e l s t e i n 1 8 f e b r u a r i T o e l i c h t i n g A r e n a d e b a t v i s i e l a n d e l i j k g e b i e d I J s s e l s t e i n 1 8 f e b r u a r i 2 0 1 6 Zoals u bekend is, vindt op dinsdag 9 oktober 2018 om 20.00 uur het tweede

Nadere informatie

12 landschapsaspecten

12 landschapsaspecten 12 landschapsaspecten Voor de analyse van een landschap zijn onderstaande aspecten van belang. Ze geven een nadere invulling aan de kernkwaliteiten. 12 landschapsaspecten... 1 1. Opbouw landschap... 1

Nadere informatie

Bijlage 1: Ambitie en kader

Bijlage 1: Ambitie en kader BIJLAGEN Bijlage 1: Ambitie en kader Provincie Fryslân In de provinciale Verordening Romte is aangegeven dat bij een ruimtelijk plan voor het landelijk gebied rekening moet worden gehouden met de herkenbaarheid

Nadere informatie

Analyse landschappelijke inpassing Recreatiecentrum Zandpol

Analyse landschappelijke inpassing Recreatiecentrum Zandpol Analyse landschappelijke inpassing Recreatiecentrum Zandpol Drs. Ing. L.M. Scholtens in opdracht van: Gemeente Emmen, Dienst Beleid Afdeling Fysiek Ruimtelijke Ontwikkeling December 2009 Het landschap

Nadere informatie

Oud cultuurland. Beplanting begeleidt wegen

Oud cultuurland. Beplanting begeleidt wegen Oud cultuurland Daar waar het IJssellandschap overgaat in het dekzandlandschap ligt op de lijn Hengelo-Keijenborg-Zelhem een groot essencomplex. Aan de randen van het complex komen eenmansessen; kampen

Nadere informatie

Zuidlaren (gemeente Tynaarlo) (Bron:

Zuidlaren (gemeente Tynaarlo) (Bron: Zuidlaren (gemeente Tynaarlo) (Bron: www.eropuit.nl) Introductie Zuidlaren maakt deel uit van de Drentse gemeente Tynaarlo, en is daarvan met 10.000 inwoners de op een na grootste kern. Zuidlaren is gesitueerd

Nadere informatie

Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen

Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen Bijlage 3 bij Nota van Uitgangspunten Strijpsche Kampen Definitief Gemeente Oirschot Grontmij Nederland bv Eindhoven, 11 mei 2007 Verantwoording Titel :

Nadere informatie

Het rivierklei-landschap

Het rivierklei-landschap Het rivierklei-landschap Kaart rivierlandschap in Het huidige rivierengebied omvat de stroomgebieden van de Maas en de Rijn. De Rijn vertakt vrijwel direct na binnenkomst in ons land bij Lobith in een

Nadere informatie

Stichting Landschapsbeheer Gelderland

Stichting Landschapsbeheer Gelderland Rosendael 2a 6891 DA Rozendaal www.landschapsbeheergelderland.nl HET PROJECT Programma: 19:30 Opening door Vereniging Landschap en Milieu Hattem Welkom Wethouder Carla Broekhuis 19:40 Presentatie streekeigen

Nadere informatie

Esperenweg / Langereyt De Maneschijn / Driehoek. Oostelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen.

Esperenweg / Langereyt De Maneschijn / Driehoek. Oostelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen. LEGENDA grens onderzoeksgebied agrarisch bedrijf Ruimtelijke elementen Esperenweg/ Langereyt bebouwing bebouwing - storend dorpsrand - hard lint De Maneschijn/ Driehoek bebouwingsconcentratie opgaande

Nadere informatie

T&L onderzoeksopdracht Door Elka Vuteva en Irma van Riel

T&L onderzoeksopdracht Door Elka Vuteva en Irma van Riel T&L onderzoeksopdracht 2009-2010 Door Elka Vuteva en Irma van Riel Inhoudsopgave Dijk+ 1. Inleiding 2. Onderzoeksvraag 3. Fenomeen dijk 4. Keuze type dijk - slaperdijk 5. Locatiekeuze 6. Uitleg korrelbenadering

Nadere informatie

Tastbare Tijd, Bilthoven

Tastbare Tijd, Bilthoven Tastbare Tijd, Bilthoven WERKBLAD Tijdlaag tot 1000 Op de grens van droog en nat a. Welke dorpen en kernen liggen er allemaal in deze gemeente? b. Aan welke gemeenten grenst de gemeente de Bilt? c. Wat

Nadere informatie

Herstel boerenerven. Boerenerven Valthe

Herstel boerenerven. Boerenerven Valthe Herstel boerenerven Boerenerven Valthe 1 Colofon Titel Boerenerven Valthe Opdrachtgever Opdrachtnemer Contactpersonen Bert Dijkstra Status Conceptvoorstel Datum 09-11-16 2 3 Inhoudsopgave 1. Inleiding

Nadere informatie

Aanleiding / Problematiek / Doel

Aanleiding / Problematiek / Doel Dorpsranden een onderzoek naar dorpsranden in het landschap door Lea van Liere, Katarina Noteberg en Maike Warmerdam Aanleiding / Problematiek / Doel Aanleiding rivierverruimende maatregelen langs de IJssel

Nadere informatie

Quickscan Inleiding Resultaten quickscan

Quickscan Inleiding Resultaten quickscan Quickscan Kenmerk Betreft 1 Inleiding Provincie Noord-Holland heeft het voornemen om de provinciale weg N244 tussen de A7 bij Purmerend en de N247 bij Edam-Volendam op te waarderen tot een regionale weg.

Nadere informatie

Publieksversie. Landschapsbeleidsplan Gemeente Midden-Drenthe Publieksversie. Landschapsbeleidsplan 2012 publieksversie

Publieksversie. Landschapsbeleidsplan Gemeente Midden-Drenthe Publieksversie. Landschapsbeleidsplan 2012 publieksversie Publieksversie Landschapsbeleidsplan 2012 1 Gemeente Midden-Drenthe Publieksversie 2 Inhoudsopgave Samenvatting 4 Ontstaansgeschiedenis 6 Kansen en knelpunten 8 Visie en uitvoeringsprogramma 9 Voorbeeld

Nadere informatie

Landschapskwaliteiten Veenweiden Reeuwijk Aanvulling

Landschapskwaliteiten Veenweiden Reeuwijk Aanvulling Landschapskwaliteiten Veenweiden Reeuwijk Aanvulling November 2008 Landschapskwaliteiten Veenweiden Reeuwijk Aanvulling Colofon Opdrachtgever Gemeente Reeuwijk Dhr. W. Nomen Planvorming Watersnip Advies

Nadere informatie

LANDSCHAPSPLAN KLEIWEG 27A, BAAMBRUGGE 8 januari 2016

LANDSCHAPSPLAN KLEIWEG 27A, BAAMBRUGGE 8 januari 2016 LANDSCHAPSPLAN KLEIWEG 27A, BAAMBRUGGE 8 januari 2016 LANDSCHAPSPLAN KLEIWEG 27A, BAAMBRUGGE 8 januari 2016 opdrachtgever gemeente De Ronde Venen documentstatus definitief documentversie 2 datum 8 januari

Nadere informatie

IJstijden. Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd

IJstijden. Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd IJstijden Blauw = tussenijstijd Rose = ijstijd IJstijden Glaciaal tijdens het pleistoceen 2.500.000-100.000 jaar geleden 1. ijs duwt de bodem naast en voor zich om hoog en zo ontstonden stuwwalen. 2. ijs

Nadere informatie

Beknopte geschiedenis van Reeuwijk en Driebruggen

Beknopte geschiedenis van Reeuwijk en Driebruggen Beknopte geschiedenis van Reeuwijk en Driebruggen De huidige gemeente Reeuwijk bestaat uit verschillende oude ambachtsheerlijkheden en gemeenten. In 1855 werd de oorspronkelijke kleine agrarische gemeente

Nadere informatie

Vragen over landschappen die we gaan behandelen

Vragen over landschappen die we gaan behandelen Landschappen Vragen over landschappen die we gaan behandelen Wat zijn landschappen? Waar komen ze voor? Hoe zien ze er uit? Welke informatie geven ze? Hoe zijn ze ontstaan? Wat is landschap? Dit? Kerk

Nadere informatie

Het Zuid-Limburgse Heuvelland is een uniek stuk Nederland. Uniek door de hoge geologische ouderdom, het reliëf van plateaus en dalen en een

Het Zuid-Limburgse Heuvelland is een uniek stuk Nederland. Uniek door de hoge geologische ouderdom, het reliëf van plateaus en dalen en een andschapsisie Zuidimburg Het Zuid-Limburgse Heuvelland is een uniek stuk Nederland. Uniek door de hoge geologische ouderdom, het reliëf van plateaus en dalen en een bijzondere flora en fauna. Uniek ook

Nadere informatie

Naar een koers duurzaam Middag Humsterland Ruimtelijk scenario onderzoek duurzame energie opwekking. tbv informerende raadspresentatie 14 juni 2017

Naar een koers duurzaam Middag Humsterland Ruimtelijk scenario onderzoek duurzame energie opwekking. tbv informerende raadspresentatie 14 juni 2017 Naar een koers duurzaam Middag Humsterland Ruimtelijk scenario onderzoek duurzame energie opwekking tbv informerende raadspresentatie 14 juni 2017 INLEIDING SCENARIO ONDERZOEK BOERDERIJEN DORPSOMGEVING

Nadere informatie

Deel 1 Toen en nu 13

Deel 1 Toen en nu 13 Deel 1 Toen en nu 13 14 Historie Het huidige typisch Nederlandse landschap met polders en dijken kent een lange historie. Na de laatste grote ijstijd, ongeveer 10.000 jaar geleden, werd door een stijgende

Nadere informatie

BIJLAGE 1. Landschappelijke eenheden

BIJLAGE 1. Landschappelijke eenheden BIJLAGE 1 Landschappelijke eenheden Oeverlanden langs Meppelerdiep Slagenlandschap Olde Maten Open Slagenlandschap Houtsingelgebied van de Streek Hoge, halfopen zandontginningenlandschap Staphorster Bos

Nadere informatie

Kenmerken en kwaliteiten landschap

Kenmerken en kwaliteiten landschap h o o f d s t u k 1 Kenmerken en kwaliteiten landschap Oude Rijnzone (N11) De Oude Rijnzone maakt deel uit van het Hollandse veenweidegebied en wordt gekenmerkt door de Oude Rijn met rijke lintbebouwing

Nadere informatie

Tynaarlo. Bron:

Tynaarlo. Bron: Tynaarlo Bron: www.tynaarlobouwt.nl Introductie Tynaarlo is een klein dorp in de gelijknamige Drentse gemeente waarvan o.a. ook Eelde en Zuidlaren deel uitmaken. Er wonen ongeveer 1800 inwoners. In deze

Nadere informatie

Eemnes. De Eempolder ( Bron:

Eemnes. De Eempolder ( Bron: Eemnes De Eempolder ( Bron: www.eemvallei.nl) Introductie Eemnes is een kleine, zelfstandige gemeente in de provincie Utrecht, zeer centraal gelegen in het hart van Nederland. Onderzoek uit 2011 wees uit

Nadere informatie

NOTITIE HATTEM BERG EN BOS STEDEN- BOUWKUNDIGE STRUCTUUR

NOTITIE HATTEM BERG EN BOS STEDEN- BOUWKUNDIGE STRUCTUUR NOTITIE HATTEM BERG EN BOS STEDEN- BOUWKUNDIGE STRUCTUUR Notitie Hattem Berg en Bos stedenbouwkundige structuur Code 1016302.01 / 13 november 2012 GEMEENTE HATTEM 1016302.01 / 13 NOVEMBER 2012 NOTITIE

Nadere informatie

Neereind Middelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen. Kwaliteiten. grens onderzoeksgebied. agrarisch bedrijf.

Neereind Middelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen. Kwaliteiten. grens onderzoeksgebied. agrarisch bedrijf. LEGENDA grens onderzoeksgebied agrarisch bedrijf Ruimtelijke elementen Hoogdijk / Steenfortseweg Neereind bebouwing dorpsrand - hard opgaande beplanting - lijn opgaande beplanting - blok Kwaliteiten gave

Nadere informatie

Ruimtelijke kwaliteit van het Suikerunieterrein en omgeving

Ruimtelijke kwaliteit van het Suikerunieterrein en omgeving Ruimtelijke kwaliteit van het Suikerunieterrein en omgeving Analyse en aanbevelingen - Gemaakt als onderdeel van het beoordelingskader voor ontwikkelingsrichtingen voor het Suikerunieterrein - 6 mei 2010

Nadere informatie

LANDSCHAPSANALYSE. 3: Landschapsvormen Hoog-Nederland. Sabine Geerlings Academie van Bouwkunst - 27 aprii. 27 september 2013 Academie van Bouwkunst

LANDSCHAPSANALYSE. 3: Landschapsvormen Hoog-Nederland. Sabine Geerlings Academie van Bouwkunst - 27 aprii. 27 september 2013 Academie van Bouwkunst LANDSCHAPSANALYSE 3: Landschapsvormen Hoog-Nederland 27 september 2013 Academie van Bouwkunst Sabine Geerlings Academie van Bouwkunst - 27 aprii Onderwerpen 1. Rivierenlandschap 2. Zandlandschap 3. Krijt-

Nadere informatie

Ballooërveld. Inrichtings- en beheerplan. Strootman Landschapsarchitecten i.s.m. Jeroen Zomer, Theo Spek (R.U.G.) en Hans Elerie

Ballooërveld. Inrichtings- en beheerplan. Strootman Landschapsarchitecten i.s.m. Jeroen Zomer, Theo Spek (R.U.G.) en Hans Elerie Ballooërveld Inrichtings- en beheerplan Strootman Landschapsarchitecten i.s.m. Jeroen Zomer, Theo Spek (R.U.G.) en Hans Elerie Ballooërveld: landschap met vele tijdlagen IJstijden-museum Prehistorische

Nadere informatie

Ontwikkeling zandwinning Lingemeer

Ontwikkeling zandwinning Lingemeer Ontwikkeling zandwinning Lingemeer visie voor uitbreiding en inpassing van de zandwinlocatie ten oosten van Tiel met multifunctionele waarden voor landschap, recreatie, wonen en natuur Ontwikkeling zandwinning

Nadere informatie

TASTBARE TIJD, LEIDSCHE RIJN

TASTBARE TIJD, LEIDSCHE RIJN TASTBARE TIJD, LEIDSCHE RIJN WERKBLAD Tijdlaag tot 1000 Thema: verdwenen rivieren en de Limes 1. Ligt landgoed De Haar binnen het projectgebied? o ja o nee 2. Wat is zavel? 3. Zet de woorden zand, zavel

Nadere informatie

Kernkwaliteiten van de Nationale landschappen

Kernkwaliteiten van de Nationale landschappen Kernkwaliteiten van de Nationale landschappen Groene Hart Middag Humsterland Noordelijke wouden Zuidwest Friesland Drentse Aa Ijsseldelta Noordoost Twente Graafschap Achterhoek Gelderse Poort Veluwe Rivierengebied

Nadere informatie

Landschappen van Maas en Peel; geschiedenis, kenmerken en waarden van het cultuurlandschap van Noord- en Midden- Limburg

Landschappen van Maas en Peel; geschiedenis, kenmerken en waarden van het cultuurlandschap van Noord- en Midden- Limburg Landschappen van Maas en Peel; geschiedenis, kenmerken en waarden van het cultuurlandschap van Noord en Midden Limburg Typen en mate van verandering van de kernen ^(uuuu)?.3) e «* J. Renes Rapport 9.3

Nadere informatie

Westergo. Deelgebied/Culturele entiteit:

Westergo. Deelgebied/Culturele entiteit: Deelgebied/Culturele entiteit: Westergo 1. Geomorfologie Het IJsselmeer en de Waddenzee begrenzen het deelgebied Westergo in het westen en het noorden. Het dijkenstelsel van Middelzee en Marne en een aantal

Nadere informatie

Omgevingsvisie De Fryske Marren Onderdeel waarden

Omgevingsvisie De Fryske Marren Onderdeel waarden Omgevingsvisie De Fryske Marren Onderdeel waarden WAARDEN DIE ZIJN INGEBRACHT BASIS VOOR AFWEGING PLANINITIATIEVEN UITGEWERKT IN ID KAART ID kaart JOURE LANGWEER OUDEHASKE ST. JOHANNESGA BALK BAKHUIZEN

Nadere informatie

Empese en Tondense Heide

Empese en Tondense Heide Quick scan cultuurhistorie Empese en Tondense Heide Gemeente Brummen Datum: 16 november 2017 Projectnummer: 170420 INHOUD TOELICHTING 1 Aanleiding en methode 3 2 Gebiedsbeschrijving en planomschrijving

Nadere informatie

LEKKERKERK Vrije kavels aan de Tiendweg Oost

LEKKERKERK Vrije kavels aan de Tiendweg Oost LEKKERKERK Vrije kavels aan de Tiendweg Oost 3 vrije kavels die mogelijkheid bieden tot het bouwen van een zeer royale vrijstaande woning met bijgebouw. Ook het beoefenen van een huisgebonden beroep behoort

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Toelichting landschappelijke inpassing. Uiterdijk 33 Zoelen

GEMEENTE BUREN. Toelichting landschappelijke inpassing. Uiterdijk 33 Zoelen GEMEENTE BUREN Toelichting landschappelijke inpassing Uiterdijk 33 Zoelen Toelichting landschappelijke inpassing Projectnr.061-083 / november 2016 INHOUD 1. INLEIDING... 2 1.1. Aanleiding... 2 1.2. Planlocatie...

Nadere informatie

18 Landschap 6: Laagveengebied

18 Landschap 6: Laagveengebied 18 Landschap 6: Laagveengebied Het veenweidelandschap van Gerverscop (Utrecht). 18.1 Inleiding Dit landschapstype komt voor in de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht, Friesland, Drenthe, Gelderland

Nadere informatie

Cultuurhistorisch onderzoek Sportpark Van den Wildenberg

Cultuurhistorisch onderzoek Sportpark Van den Wildenberg Cultuurhistorisch onderzoek Sportpark Van den Wildenberg projectnr.3398-196264 definitief december 2009 Auteur(s) Véronique Maronier Opdrachtgever Afdeling Ontwikkeling Postbus 17 5050 AA Goirle datum

Nadere informatie

Midden-Delfland. advies m.b.t. aanvraag status Provinciaal Landschap. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Midden-Delfland. advies m.b.t. aanvraag status Provinciaal Landschap. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Midden-Delfland advies m.b.t. aanvraag status Provinciaal Landschap provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland Midden-Delfland advies m.b.t. aanvraag status Provinciaal Landschap HV-PAZH-01

Nadere informatie

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum:

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum: HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum: 14-4-2009 Huidige situatie De locatie maakt deel uit van het ontwikkelingsgebied Heerenveen Noordoost; een langgerekt gebied tussen grofweg de

Nadere informatie

LIGGING. topografische kaart. ligging in het veld

LIGGING. topografische kaart. ligging in het veld LIGGING Recreatiebedrijf Landgoed Moerslag 32 is gesitueerd ten zuiden van de kern Moerslag. Zie de markering in de topografische kaart hieronder en de luchtfoto rechts. topografische kaart ligging in

Nadere informatie

In dit boekje vindt u de elf mooiste wandelroutes in de Utrechtse Venen en de Lopikerwaard.

In dit boekje vindt u de elf mooiste wandelroutes in de Utrechtse Venen en de Lopikerwaard. In dit boekje vindt u de elf mooiste wandelroutes in de Utrechtse Venen en de Lopikerwaard. Recreatie Midden-Nederland neemt u graag mee op deze wandelingen. Voor de Utrechtse Recreatieschappen en de andere

Nadere informatie

Onderwerp : cultuurhistorische waardestelling pand Rijksstraatweg 11

Onderwerp : cultuurhistorische waardestelling pand Rijksstraatweg 11 libau adviesorganisatie voor ruimtelijke kwaliteit hoge der a 5 9712 ac groningen t 050 3126545 f 050 3123362 Onderwerp : cultuurhistorische waardestelling pand Rijksstraatweg 11 Aanleiding In het kader

Nadere informatie

3.9 Zwartebroek. Eendrachtstraat: oude ontginningsas. Slagenlandschap benadrukt door elzen. 122 Kwaliteit door diversiteit

3.9 Zwartebroek. Eendrachtstraat: oude ontginningsas. Slagenlandschap benadrukt door elzen. 122 Kwaliteit door diversiteit 3.9 Zwartebroek Beeld in Zwartebroek herinnert aan het verleden Oude, karakteristieke boerderij 3.9.1 Dorpskarakteristiek Zwartebroek dankt zijn ontstaan aan de aanwezigheid van veen. Door de natte omstandigheden

Nadere informatie

LEZEN. Terpentijd - 1500

LEZEN. Terpentijd - 1500 1 LEZEN Terpentijd - 1500 Friesland bestaat eigenlijk uit drie delen: de klei, het veen en het zand. De eerste boeren woonden op het zand (De Wouden en Gaasterland). Hun aardewerk in de vorm van trechters

Nadere informatie

3.2.1 Dorpskarakteristiek

3.2.1 Dorpskarakteristiek 3.2 De Glind Wegbeplanting en bosjes in het kampenlandschap Recreatieve voorzieningen in de kern Oorspronkelijk bestond de Glind uit een verzameling boerderijen Beperkte nieuwbouw vindt plaats waarbij

Nadere informatie

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek Planvoornemen In opdracht van de gemeente Delfzijl, vertegenwoordigd door mevr. E. van Joolen, is een cultuurhistorisch

Nadere informatie

Topografie Merwedezone (bron: Ontwerp Transformatievisie Merwedezone, 2007)

Topografie Merwedezone (bron: Ontwerp Transformatievisie Merwedezone, 2007) Sliedrecht Sliedrecht Sliedrecht is een zelfstandige gemeente in de provincie Zuid-Holland. Het dorp telt 24.000 inwoners en vormt met de plaatsen Alblasserdam, Papendrecht, Hardinxveld-Giessendam en Gorinchem

Nadere informatie

Drie aardkundige monumenten

Drie aardkundige monumenten 10 Drie aardkundige monumenten Aardkundige monumenten geven iets weer van de ontstaansgeschiedenis van ons landschap. Een geschiedenis die ons honderden, duizenden of zelfs miljoenen jaren terugvoert in

Nadere informatie

Verkavelingspatroon Regelmatige blokverkaveling (door houtwallen omgeven)

Verkavelingspatroon Regelmatige blokverkaveling (door houtwallen omgeven) 4.5 Landduinen Landschapskenmerken Reliëfvorm Mozaïek van hogere zandduinen meestal bebost en lager en vlakker gelegen vennen en schrale graslanden Water Lage grondwaterstanden Bodem Zandgronden Wegenpatroon

Nadere informatie

Het gebied Begrenzing

Het gebied Begrenzing Cursus Reitdiep Het gebied Begrenzing -In het Oosten: de lijn Westerdijkshorn Wolddijk - Noorderhogebrug -In het Westen: de lijn Zuurdijk Lammerburen - Balmahuizen -In het Noorden: de lijn Onderwierum

Nadere informatie

Landschappelijke inpassing kleine windmolens in de veenkoloniën en het noordelijk zeekleigebied Piet Ziel Landschapsarchitect Bnt.

Landschappelijke inpassing kleine windmolens in de veenkoloniën en het noordelijk zeekleigebied Piet Ziel Landschapsarchitect Bnt. Landschappelijke inpassing kleine windmolens in de veenkoloniën en het noordelijk zeekleigebied Piet Ziel Landschapsarchitect Bnt. 10 Maart 2015 De veenkoloniën en het noordelijk zeekleigebied zijn volgens

Nadere informatie

Project Pelle, Schoolkaterdijk Landschappelijke onderbouwing Rood voor Rood en Nieuw Landgoed. Bijkerk c.s. tuin- en landschaparchitecten

Project Pelle, Schoolkaterdijk Landschappelijke onderbouwing Rood voor Rood en Nieuw Landgoed. Bijkerk c.s. tuin- en landschaparchitecten Project Pelle, Schoolkaterdijk Landschappelijke onderbouwing Rood voor Rood en Nieuw Landgoed Bijkerk c.s. tuin- en landschaparchitecten Colofon Bijkerk c.s. tuin- landschapsarchitecten Hengelosestraat

Nadere informatie

Transformatie Bunniklocatie Nieuwerbrug

Transformatie Bunniklocatie Nieuwerbrug Transformatie Bunniklocatie Nieuwerbrug 1 oktober 2014 Inhoudsopgave 1. Opgave 3. 2. Analyse 4. Provinciale en gemeentelijke ambities; Knelpunten plangebied; Kwaliteiten; Kansen. 3. Ontwikkelstrategie

Nadere informatie

Op zoek naar het (verborgen) erfgoed van de Goudse Hout en omgeving. Een verhaal van kennis, kansen & keuzes. Sophie Visser

Op zoek naar het (verborgen) erfgoed van de Goudse Hout en omgeving. Een verhaal van kennis, kansen & keuzes. Sophie Visser Op zoek naar het (verborgen) erfgoed van de Goudse Hout en omgeving Een verhaal van kennis, kansen & keuzes Sophie Visser Donateursavond St. Vrienden Goudse Hout 8 november 2010 Programma I. Landschapsgeschiedenis

Nadere informatie

Cultuurhistorie in Beekdalen

Cultuurhistorie in Beekdalen Cultuurhistorie in Beekdalen Presentatie Natuur Cultuur Wat is cultuurhistorie Landschapsherstelplan Anloerdiepje Natuur Cultuur Wat is cultuurhistorie Van Dale Geschiedenis van de beschaving CH

Nadere informatie

Erfadvies Middendijk 85, Nijbroek Gemeente Voorst

Erfadvies Middendijk 85, Nijbroek Gemeente Voorst Erfadvies Middendijk 85, Nijbroek Gemeente Voorst 2012 Erfadvies Middendijk 85, Nijbroek Gemeente Voorst COLOFON In opdracht van: Gemeente Voorst, Stijn Braakman Initiatiefnemer: Dhr. Nikkels Adviseur:

Nadere informatie

Groenvisie Provinciale Weg N283

Groenvisie Provinciale Weg N283 Groenvisie Provinciale Weg N283 Projectnr: PNB019 Rapportnr: 05-031-3 Datum: 05 09 2005 Kragten Landschapsarchitectuur Provincie Noord Brabant 2005 Kragten Niets uit dit rapport mag worden verveelvoudigd

Nadere informatie

In welk landschap horen windmolens thuis? Het verhaal onder en achter de landschappen in de gemeente Enschede Dick Schlüter

In welk landschap horen windmolens thuis? Het verhaal onder en achter de landschappen in de gemeente Enschede Dick Schlüter In welk landschap horen windmolens thuis? Het verhaal onder en achter de landschappen in de gemeente Enschede Dick Schlüter Van IJstijden naar ons huidige Holoceen; ongeveer 10.800 jaar geleden. Het klimaat

Nadere informatie

memo Inleiding Kader Historische wordingsgeschiedenis B.V. Stichts Beheer datum: 30 oktober 2015 cultuurhistorische memo plan Castor Veenendaal

memo Inleiding Kader Historische wordingsgeschiedenis B.V. Stichts Beheer datum: 30 oktober 2015 cultuurhistorische memo plan Castor Veenendaal memo aan: t.a.v.: kenmerk: B.V. Stichts Beheer Gerard Heuvelman DETE/80108.03 datum: 30 oktober 2015 betreft: cultuurhistorische memo plan Castor Veenendaal Inleiding Het plan Castor betreft een woningbouwontwikkeling

Nadere informatie

Provincie Noord-Brabant

Provincie Noord-Brabant Provincie Noord-Brabant Legenda Provinciegrens Gemeentegrenzen Monumentale bomen Overige bouwkunst Zichtrelaties (lijn) Zichtrelaties (vlak) Eendenkooi Molenbiotoop Schootsveld Historische geografie (lijn)

Nadere informatie

Bedrijvenlandschap Houten concept voorlopig ontwerp

Bedrijvenlandschap Houten concept voorlopig ontwerp Bedrijvenlandschap Houten concept voorlopig ontwerp januari 2001 Landscape Architects for SALE Amsterdam Zitty Architecten Amsterdam in opdracht van De Waal Ontwikkeling Houten Bedrijvenlandschap Houten

Nadere informatie

Nationaal Landschap Winterswijk

Nationaal Landschap Winterswijk Indicator 19 maart 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het coulissenlandschap rond Winterswijk

Nadere informatie

ge Hoogbouw in gelderland Nieuwe buitenplaatsen in landschapspark Gelderland

ge Hoogbouw in gelderland Nieuwe buitenplaatsen in landschapspark Gelderland ge Hoogbouw in gelderland Nieuwe buitenplaatsen in landschapspark Gelderland rivierenlandschap - vlak - open - lange lijnen - grote schaal - nat - fruitteelt - uiterwaarden - steenfabrieken - kastelen

Nadere informatie

Historisch-geografisch landschap van de Groote Waard voor 1421

Historisch-geografisch landschap van de Groote Waard voor 1421 Historisch-geografisch landschap van de Groote Waard voor 1421 3.1 Methode en bronnen Bij het van het cultuurlandschap van de Groote Waard voor 1421 is enerzijds gemaakt van historische gegevens, maar

Nadere informatie

Heukelum. Zicht op de Linge

Heukelum. Zicht op de Linge Heukelum Zicht op de Linge Het stadje Heukelum is een van de vijf kernen van de gemeente Lingewaal. Heukelum ligt in de Tielerwaard, aan de zuidoever van de rivier de Linge, in een van de meest westelijke

Nadere informatie

ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL

ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL De ontwikkeling van het landschap Het perceel ligt ten oosten van Enschede aan de voet van de stuwwal waarop de stad is gevestigd. De voet

Nadere informatie

Windenergie Drenthe in de gemeenten Emmen en Coevorden. Buro Schöne

Windenergie Drenthe in de gemeenten Emmen en Coevorden. Buro Schöne Windenergie Drenthe in de gemeenten Emmen en Coevorden Buro Schöne Windenergie Drenthe in de gemeenten Emmen en Coevorden In opdracht van de provincie Drenthe en de gemeenten Emmen en Coevorden 01-06-2012

Nadere informatie

Molenpaal 3 Onstwedde. Landschaps - en inrichtingsplan.

Molenpaal 3 Onstwedde. Landschaps - en inrichtingsplan. Molenpaal 3 Onstwedde Landschaps - en inrichtingsplan. oktober 2011 september 2012 gew. 02-2013 1 Landschaps - en inrichtingsplan. Molenpaal 3 Onstwedde Locatie De locatie aan de Molenpaal 3 in Onstwedde,

Nadere informatie

Karakteristieke ensembles van bebouwing, groenstructuren, openbare en private ruimten in Schipborg

Karakteristieke ensembles van bebouwing, groenstructuren, openbare en private ruimten in Schipborg Karakteristieke ensembles van bebouwing, groenstructuren, openbare en private ruimten in Schipborg Schipborg is een esdorp op de Hondsrug en ligt in het Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa.

Nadere informatie

41 BADHOEVEDORP OBSERVATIES

41 BADHOEVEDORP OBSERVATIES 04. observaties. "De stedenbouwkundige structuur wordt gedragen door een aaneengesloten netwerk van bomenlanen, singels, plantsoenen en vijvers. Deze landschappelijke karakteristiek van het dorp is een

Nadere informatie

Toespraak ter gelegenheid van het symposium Kracht van Gelderland op 21 maart 2018

Toespraak ter gelegenheid van het symposium Kracht van Gelderland op 21 maart 2018 1 Toespraak ter gelegenheid van het symposium Kracht van Gelderland op 21 maart 2018 Dames en Heren, Geologische krachten hebben eeuwen geleden in Nederland huisgehouden. IJs, wind, zand en water hebben

Nadere informatie

Beplantingsplan/inrichtingsplan in het kader van Landschappelijke inpassing Klaverdijk 5 opdrachtgever: De heer J. Roes

Beplantingsplan/inrichtingsplan in het kader van Landschappelijke inpassing Klaverdijk 5 opdrachtgever: De heer J. Roes Beplantingsplan/inrichtingsplan in het kader van Landschappelijke inpassing Klaverdijk 5 opdrachtgever: De heer J. Roes Datum: 04-04-2016 Getekend door ing. J.Collou 1 Aanleiding De familie Roes heeft

Nadere informatie

BEOORDELINGSCRITERIA BOMENERFGOEDLIJST EN LANDSCHAPPELIJKE BEPLANTINGSLIJST

BEOORDELINGSCRITERIA BOMENERFGOEDLIJST EN LANDSCHAPPELIJKE BEPLANTINGSLIJST BEOORDELINGSCRITERIA BOMENERFGOEDLIJST EN LANDSCHAPPELIJKE BEPLANTINGSLIJST INLEIDING Bomen in de gemeente Voerendaal vervullen een belangrijke rol. Ze verfraaien de buitenruimte, brengen natuur in de

Nadere informatie

Landschapsontwikkelingsplan Zwolle-Zwartewaterland-Kampen. Wat is het en waarvoor is het bedoeld?

Landschapsontwikkelingsplan Zwolle-Zwartewaterland-Kampen. Wat is het en waarvoor is het bedoeld? Landschapsontwikkelingsplan Zwolle-Zwartewaterland-Kampen Wat is het en waarvoor is het bedoeld? Het plangebied Wat is het en waarvoor is het bedoeld? Het landschapsontwikkelingsplan Status Vastgesteld

Nadere informatie

RMB NOTITIE Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg. Inleiding

RMB NOTITIE Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg. Inleiding RMB NOTITIE 1015 Quickscan archeologie Uden Eikenheuvelweg/Munterweg Inleiding De gemeente Uden heeft als bevoegde overheid het RMB gevraagd een advies uit te brengen over de een plangebied aan de Eikenheuvelweg

Nadere informatie

Erfadvies Hogeveldseweg Echteld Gemeente Neder-Betuwe. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2016

Erfadvies Hogeveldseweg Echteld Gemeente Neder-Betuwe. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2016 Erfadvies Hogeveldseweg Echteld Gemeente Neder-Betuwe Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2016 Erfadvies Hogeveldseweg Echteld Gemeente Neder-Betuwe COLOFON In opdracht van: Laurent van Manen Behandelend

Nadere informatie

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN Onderzoek naar cultuurhistorische structuren, landschappen en panden Aansluitend op Belvedere- (Behoud door ontwikkeling) en het MoMo-beleid (Modernisering

Nadere informatie

Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen

Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen Conclusie De variatie tussen de 20 Nationale Landschappen is groot, zoals blijkt uit de nulmeting van de kernkwaliteiten. Hoofdfiguur Figuur 1. Nationale

Nadere informatie

FRIESE VEENWEIDEGEBIED HISTORIE EN VEENWEIDEVISIE

FRIESE VEENWEIDEGEBIED HISTORIE EN VEENWEIDEVISIE FRIESE VEENWEIDEGEBIED HISTORIE EN VEENWEIDEVISIE 30-3-2015 1 INTRODUCTIE Andrea Suilen Planvormer bij Wetterskip Fryslân o.a. betrokken bij; Uitvoeringsplan Veenweidevisie Waterbeheersingsprojecten veenweidegebied

Nadere informatie

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1).

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). Afbeelding I.1. Vorming stuwwal Nijmegen en stuwwal Reichswald Zandige

Nadere informatie

De ontginning van het woeste land

De ontginning van het woeste land De ontginning van het woeste land In een tijdsbestek van 2000 jaar is het onland van het huidige Nederlandse grondgebied door mensenhanden in cultuur gebracht. De serie kaarten toont de ontginning van

Nadere informatie

Erftransformatie Ottenweg 45 Oldebroek Gemeente Oldebroek. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2011

Erftransformatie Ottenweg 45 Oldebroek Gemeente Oldebroek. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2011 Erftransformatie Ottenweg 45 Oldebroek Gemeente Oldebroek Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden 2011 Erftransformatie Ottenweg 45, Oldebroek Gemeente Oldebroek COLOFON In opdracht van gemeente Oldebroek,

Nadere informatie

ONTWERP Regioprofielen Cultuurhistorie Zuid-Holland

ONTWERP Regioprofielen Cultuurhistorie Zuid-Holland ONTWERP Regioprofielen Cultuurhistorie Zuid-Holland Richtlijnen voor topgebieden cultureel erfgoed, archeologie en molens in Zuid-Holland Uitwerking van het provinciaal belang cultuurhistorie in de Provinciale

Nadere informatie

Beeldanalyse Nieuwkoop

Beeldanalyse Nieuwkoop Droogmakerij Nieuwkoop Noorden Beeldanalyse Nieuwkoop Gemeente Nieuwkoop Woerdense Verlaat Lint De natte polder 1 Beeldanalyse Nieuwkoop 2 Voorwoord In het ruimtelijk beleid is de laatste jaren de aandacht

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 Gebiedsanalyse

HOOFDSTUK 2 Gebiedsanalyse HOOFDSTUK 2 Gebiedsanalyse 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk zijn achtereenvolgens de ruimtelijke structuur en de functionele structuur van het plangebied uiteengezet. De ruimtelijke structuur is beschreven

Nadere informatie

Effectbeoordeling landschap, alternatieven overnachtingshaven Lobith. Projectteam Overnachtingshaven Lobith

Effectbeoordeling landschap, alternatieven overnachtingshaven Lobith. Projectteam Overnachtingshaven Lobith Memo Onderwerp: Project: Opgesteld door: Bestemd voor: Effectbeoordeling landschap, alternatieven overnachtingshaven Lobith 13M3011 Lisette Dam Projectteam Overnachtingshaven Lobith Documentcode: Status:

Nadere informatie

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015)

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015) Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015) 4.2 Natuur en landschap in Gelderland De provincie en haar partners streven samen naar een compact en hoogwaardig stelsel van onderling verbonden natuurgebieden

Nadere informatie

Landschapspark De Danenberg. Landschapsvisie De Danenberg Landschapspark De Danenberg

Landschapspark De Danenberg. Landschapsvisie De Danenberg Landschapspark De Danenberg Landschapsvisie De Danenberg presentatie dorpsraad Slijk-Ewijk 12-12-2017 V.o.f. De Brouwerij Partners: Inhoudsopgave Historie Gebied Het plan Beheer en onderhoud Boerderij De Danenberg Historie 2002:

Nadere informatie

Erftransformatie Oostendorperstraatweg 22A Oostendorp Gemeente Elburg. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden Februari 2011

Erftransformatie Oostendorperstraatweg 22A Oostendorp Gemeente Elburg. Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden Februari 2011 Erftransformatie Oostendorperstraatweg 22A Oostendorp Gemeente Elburg Notitie Uitgangspunten en Randvoorwaarden Februari 2011 Erftransformatie Oostendorperstraatweg 22A Oostendorp Gemeente Elburg COLOFON

Nadere informatie

RUIMTELIJKE KWALITEITSPLAN ZONNEPARK LUTTEN

RUIMTELIJKE KWALITEITSPLAN ZONNEPARK LUTTEN RUIMTELIJKE KWALITEITSPLAN ZONNEPARK LUTTEN 1. Wat is de aanleiding Werkgroep Lutten Leeft is voornemens om een zonnepark te ontwikkelen binnen Gemeente Hardenberg op grond van het bedrijf Wildkamp. Het

Nadere informatie