Bescherming tegen onbekendheid met het faillissement

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bescherming tegen onbekendheid met het faillissement"

Transcriptie

1 Bescherming tegen onbekendheid met het faillissement Mr. S.A.H.J. Warringa In dit artikel zal ik de periode die intreedt direct nadat een schuldenaar in staat van faillissement is verklaard nader bekijken. Loopt een derde die zonder dat hij dat weet gedurende deze periode handelt met een failliet een risico? Vaak zal de schuldenaar zelf wel direct op de hoogte zijn van het faillissement. Voor derden ligt dat veelal anders. Welke partij verifieert voordat zij in zee gaat met een andere partij de status van deze laatstgenoemde partij en welke informatie blijkt direct na het uitspreken van een faillissement uit de registers? Wordt de wederpartij van een failliet beschermd tegen de onbekendheid van het faillissement en tot wanneer geldt deze bescherming? Door de huidige communicatiemiddelen is vrijwel alle informatie overal en altijd inzichtelijk en kenbaar. Tot halverwege de jaren 90 kon formele bekendheid met een faillissement slechts plaatsvinden door kennisname via openbaarmaking in een dagblad (met invoering van art. 19a Fw is dit vereiste van openbaarmaking komen te vervallen) of in de Staatscourant (zie art. 14 lid 3 Fw), dan wel via raadpleging van het register van art. 19 Fw. Door de opkomst van internet gedurende de tweede helft van de jaren 90 en de mogelijkheden die dat medium biedt, is uiteindelijk op 1 december 2005 het Centraal Insolventieregister (waarvan de inhoud aan de hand van de gegevens van de respectieve registers van art. 19 Fw wordt gevoed) ingevoerd, in welk register alle na 1 januari 2005 gepubliceerde insolventiegegevens tot een half jaar na beëindiging van de insolventie raadpleegbaar zijn. 1 Hier werd al lang de noodzaak toe gevoeld. 2 Zelfs in het huidige tijdsgewricht gaat er enige tijd overheen voordat een uitgesproken faillissement kenbaar kan zijn voor de buitenwereld. Telefonisch worden inlichtingen omtrent uitgesproken faillissementen slechts sporadisch door rechtbanken verstrekt. De afhankelijkheid van met name het Centraal Insolventieregister is dan een feit. Een openbaarmaking van een faillissement door publicatie in de Staatscourant vindt in de regel plaats binnen 3 tot 8 dagen na een faillissementsuitspraak. Inschrijving in het Centraal Insolventieregister vindt in de regel plaats bin- 1 Zie 2 Zie bijvoorbeeld J.J. van Hees, Levering van registergoederen en aandelen tijdens faillissement: curator en notaris in een lastig parket, in: De curator, een octopus, Deventer: W.E.J. Tjeenk Willink 1996, p nen 2 tot 7 dagen na de faillissementsuitspraak. Een real time registratie en de mogelijkheid hierdoor direct kennis te nemen van uitgesproken faillissementen is dan ook helaas nog geen realiteit. De vraag of een partij wordt beschermd tegen de onbekendheid met het faillissement van zijn contractspartij is dan ook nog steeds van belang, al is de mogelijke periode van onbekendheid in de afgelopen 35 jaar aanzienlijk ingekort. Kent de wet een uniforme regel ter zake van bescherming tegen onbekendheid met een faillissement van een derde te goeder trouw en zo nee, zou er een uniforme regel moeten zijn? Wijk en Aalburg, 16 juni 1976 De standaarduitspraak over bescherming van derden te goeder trouw is dertig jaar geleden gewezen door de Hoge Raad. 3 Op 16 juni 1976 wordt de heer Maas onder aanstelling van mr. Emmerich tot curator, in staat van faillissement verklaard. De publicatie van het faillissement laat enige tijd op zich wachten. Op 29 juni 1976, bijna twee weken na de uitspraak van het faillissement, publiceert het Brabants Dagblad het faillissement van de heer Maas. Een week later, op 6 juli 1976, wordt het faillissement van Maas gepubliceerd in de Staatscourant. Vóór publicatie van zijn faillissement, op 22 juni 1976, voldoet Maas aan de Aalburgse Bandencentrale BV (ABC) een tweetal facturen van 10 mei 1976 respectievelijk 22 juni 1976 van in totaal ƒ ,40 uit het tot het faillissement behorende vermogen. De curator nam daar kennis van en nam overigens nog voordat 3 Hoge Raad 11 januari 1980, NJ 1980, 563, m.nt. BW. TIJDSCHRIFT FINANCIERING, ZEKERHEDEN EN INSOLVENTIERECHTPRAKTIJK nummer 7, november 2010 / SDU uitgevers 193

2 het faillissement was gepubliceerd het standpunt in jegens ABC dat zij het betreffende bedrag aan de boedel diende af te dragen. ABC meende dat het verzoek van de curator niet aan haar kon worden tegengeworpen. ABC voerde Loopt een derde die zonder dat hij weet van het faillissement handelt met een failliet een risico? daartoe onder meer aan dat zij te goeder trouw was, nu de betalingen aan haar door Maas vóór de publicatie van het faillissement hadden plaatsgevonden. Uiteindelijk oordeelt in 1980 de Hoge Raad over deze zaak. De Hoge Raad schoof de weren van ABC terzijde. Hij oordeelde dat derden te goeder trouw niet worden beschermd door hun onbekendheid met het faillissement. De Hoge Raad overwoog: Voor verbintenissen van een gefailleerde, welke voortvloeien uit door hem op of na de dag van zijn faillietverklaring gesloten overeenkomsten, is de boedel ingevolge de artt. 23 en 24 FW niet aansprakelijk dan voor zover deze tengevolge daarvan is gebaat. Dergelijke verbintenissen gelden in zoverre niet ten opzichte van de curator en deze kan, indien zij niettemin ten laste van de boedel zijn gekweten, het betaalde als onverschuldigd terugvorderen. Onjuist is de stelling dat een algemeen beginsel van bescherming van derden te goeder trouw zou meebrengen dat op evenbedoelde regels een uitzondering valt te maken ten gunste van hem die, onbekend met het faillissement, met de gefailleerde heeft gecontracteerd voordat de in art. 14 derde lid Fw voorziene publicatie van het faillissement heeft plaatsgevonden. De tekst van de art. 23 en 24 geeft voor het maken van een uitzondering uit hoofde van een zodanig beginsel geen grond. De geschiedenis van de totstandkoming van de Faillissementswet biedt daartoe evenmin steun; zij pleit veeleer ervoor te aanvaarden dat de wetgever ervan is uitgegaan dat derden door het ter openbare terechtzitting uitspreken van de faillietverklaring en door haar inschrijving in het in art. 19 bedoelde register met het faillissement bekend kunnen zijn, en zo tot de regel is gekomen dat het faillissement tegenover hen met ingang van de dag waarop het werd uitgesproken zijn voormelde werking kan hebben. In de noot onder dit arrest werd de crux van het arrest in één zin aangehaald: de beslissing van de Hoge Raad biedt geen of nauwelijks ruimte voor bescherming van de derde te goeder trouw na het uitspreken van het vonnis van faillietverklaring (en de inschrijving daarvan cfm art. 19 Fw). Hier past een nuancering op: de Hoge Raad gaat niet zover om een algemeen beginsel van bescherming van derden te goeder trouw aan te nemen. 4 Wanneer het echter om een specifieke bepaling van derden te goeder trouw gaat, zoals opgenomen in de art. 3:86 BW, 3:238 BW, 52 Fw en dat acht ik verdedigbaar 3:23 jo. 3:24 BW, kan de derde zich wel beroepen op de goede trouw en bescherming ontlenen aan de onbekendheid met het faillissement (waarmee een 4 Zie ook J.B. Huizink, Insolventie, Deventer: Kluwer 2009, p. 30 e.v. beroep door de curator op de nietigheid van betreffende verbintenissen kan worden voorkomen en de derde wordt beschermd tegen de werking van de art. 23 en 24 Fw). Dit blijkt onder meer uit de memorie van toelichting over de invoering van art. 19a Fw (Centraal Insolventieregister). Daarin staat vermeld: 5 De invoering van het centrale register is niet van invloed op de wijze waarop derden worden beschermd tegen het verlies van de beschikking en het beheer door de schuldenaar over zijn tot het faillissement behorend vermogen. Kort gezegd worden op grond van het bestaande recht derden, onbekend met het faillissement, net zo min vóór als na de publicatie van het faillissement beschermd. Een uitzondering geldt op grond van artikel 35, derde lid Fw, jo. artikel 86 van Boek 3 Burgerlijk Wetboek (BW) ten aanzien van de verkrijger van roerende zaken die geen registergoederen zijn. De invoering van het centrale faillissementsregister brengt geen verandering in deze regel. De invoering van het centrale register is evenmin van invloed op de regel, vervat in artikel 52, betreffende betaling aan de gefailleerde na de faillietverklaring, maar vóór de bekendmaking daarvan. Het opnemen in het centrale faillissementsregister geldt niet als «bekendmaking» als bedoeld in artikel 52, eerste lid, noch als «wettelijke aankondiging» als bedoeld in artikel 52, tweede lid. De bepalingen van art. 35 lid 3 Fw, 52 Fw en 3:24 BW kennen echter elk andere momenten tot wanneer een derde zich op bescherming kan beroepen, waarmee de rechtszekerheid niet is gediend. Ik zal in dit artikel er dan ook voor pleiten om de wetsartikelen meer in één lijn met elkaar te brengen. 6 Hierna ga ik in op de betreffende wetsartikelen. Artikel 35 lid 3 Fw Art. 35 Fw heeft betrekking op de onvoltooide levering door een schuldenaar. Hoofdregel zoals die in lid 1 van art. 35 Fw is weergegeven, is dat wanneer op de dag van een faillietverklaring nog niet alle leveringshandelingen hebben plaatsgevonden, levering door de schuldenaar niet meer rechtsgeldig kan geschieden. De failliet verliest immers op grond van art. 23 Fw door de faillietverklaring van rechtswege de beschikking en het beheer over zijn tot het faillissement behorend vermogen. Vanaf 00:00 uur van de dag dat het faillissement wordt uitgesproken, is de failliet zodoende beschikkingsonbevoegd. Op grond van art. 35 lid 3 Fw geniet een derde in geval van levering van een roerende zaak of vestiging van een pandrecht echter bescherming tegen de onbekendheid van een uitgesproken faillissement tot openbaarmaking daarvan in de zin van art. 14 lid 3 Fw (publicatie in de Nederlandse Staatcourant). De bescherming tegen beschikkingsonbevoegdheid 5 MvT, Kamerstukken II , , nr. 3, p Ook in art. 212b lid 3 Fw is een bepaling opgenomen ter bescherming van derden tegen onbekendheid met het faillissement. Deze bepaling is relevant in geval van een faillissement van een instelling als genoemd in art. 212a sub a Fw en zal gezien het specifieke karakter van deze bepaling niet behandeld worden in dit artikel. Vanwege hun afwijkende karakter, wordt in dit artikel ook niet ingegaan op de baat bepalingen van art. 24 en 52 lid 3 Fw. 194 SDU uitgevers / nummer 7, november 2010 TIJDSCHRIFT FINANCIERING, ZEKERHEDEN EN INSOLVENTIERECHTPRAKTIJK

3 Bescherming tegen onbekendheid met het faillissement van de vervreemder/pandgever in geval van overdracht van een roerende zaak (art. 3:84 jo. art. 3:86 BW) respectievelijk vestiging van een pandrecht (art. 3:237 jo. 3:238 BW) behoudt zodoende haar werking in geval van faillissement: de curator kan zich niet op nietigheid beroepen. De verkrijger wordt geacht te goeder trouw te zijn bij verkrijging van of vestiging door de failliet tot het moment van bekendmaking van het faillissement in de zin van art. 14 lid 3 Fw. Zelfs wanneer de faillietverklaring gepubliceerd is in het register van art. 19 Fw of dat van art. 19a Fw, kan de verkrijger zich zodoende beroepen op onbekendheid met het faillissement en is de eigendomsverkrijging of verpanding onaantastbaar door de curator. De wetgever heeft hierbij bewust een uitzondering willen maken op het ontbreken van enige bescherming na openbaarmaking van de faillietverklaring in het register van art. 19 Fw. Daartoe heeft de wetgever in de memorie van toelichting bepaald: De verkrijger van goederen als bedoeld in de artikelen a [thans: art. 3:86 BW, SAHJW] en a [thans: art. 3:238 BW, SAH- JW], die zich in de macht van de gefailleerde bevinden, dient niet reeds op grond van de enkele openbaarmaking van de faillietverklaring in het register van artikel 19 F. zijn beroep op goede trouw te verliezen, nu in verband met de aard van deze goederen publicatie in een register geheel buiten zijn gezichtsveld zal liggen. 7 8 Als onderbouwing van dat standpunt wordt in de memorie van toelichting verwezen naar een arrest van de Hoge Raad uit In dit arrest van 18 april 1947 overwoog de Hoge Raad onder meer dat, volgens de bepalingen van de F.W. en van het B.W., de curator een tot den faillieten boedel behoorende zaak, welke de gefailleerde buiten zijn voorkennis heeft verpand, van den pandhouder, die deze zaak na de openbaarmaking van het vonnis van faillietverklaring in pand heeft genomen, steeds kan terugvorderen, zonder tot eenige vergoeding gebonden te zijn, en dat (een derde)... ten gevolge van de openbaarmaking der faillietverklaring, evenmin als een andere pandhouder, wat betreft de teruggave zelve, op goede trouw beroep kan doen. In de literatuur en in de memorie van toelichting lijkt aangenomen te worden dat uit dit arrest valt af te leiden dat in geval van een beroep op een specifieke wettelijke beschermingsbepaling goede trouw niet verloren gaat door publicatie van het faillissement in het register van art. 19 Fw, maar wel door openbaarmaking van een faillietverklaring in de zin van art. 14 lid 3 Fw. In het kader van bescherming tegen onbekendheid met een faillissement, lijkt er zodoende door de Hoge Raad een onderscheid gemaakt te worden tussen een beroep op een al- 7 PG NBW, Invoering boeken 3, 5 en 6 BW [...], Deventer: Kluwer 1992, p Zie ook B. Wessels, Gevolgen van faillietverklaring (I), Deventer: Kluwer 2009, p. 179, en de daar aangehaalde bronnen. 9 Hoge Raad 18 april 1947, NJ 1948, Zie M. Polak, Faillissement en surséance van betaling, Groningen: Tjeenk Willink 1972, p Zie noot 2, p gemeen beginsel van goede trouw 12 en een specifiek door de wet geboden beroep op goede trouw, als thans opgenomen in art. 35 lid 3 Fw. Een beroep op goede trouw in de zin van art. 3:11 BW komt aan iemand te ontvallen, wanneer die persoon de feiten of het recht dat hem wordt tegengeworpen kende of behoorde te kennen. Daarbij bepaalt de wet dat onmogelijkheid van onderzoek reden kan vormen dat iemand te goeder trouw is, tenzij iemand goede reden tot twijfel had. In lijn daarmee stelt Van Buchem-Spapens 13 in het kader van verkrijging dat een verkrijger dient aan te tonen dat hij te goeder trouw was ten tijde van de verkrijging van de roerende zaak of de vestiging van het pandrecht ná de faillietverklaring van zijn contractspartij, maar voor de publicatie ex art. 14 lid 3 Fw. De verkrijger zal dan moeten aantonen dat hij niet wist van het faillissement, en dit ook niet hoefde te weten. Maar wat betekent dat, hoe toon je aan dat je iets niet weet of hoefde te weten? Wat is het gevolg voor de goede trouw op moment dat het faillissement wel reeds gepubliceerd was in het Centraal Insolventieregister (en/of het register van art. 19 Fw)? Publicatie zal in de praktijk veel eerder plaatsvinden in het Centraal Insolventieregister, dan openbaarmaking in de Staatscourant. Het is de vraag of de onbekendheid met het faillissement waardoor een beroep op goede trouw openstaat wel zo afhankelijk gesteld mag worden van openbaarmaking in de Staatscourant. Veelal zal de Staatscourant de laatste bron zijn voor kennisneming van een Overtuigende gronden voor een onderscheid tussen diverse situaties voor bescherming van derden werkt rechtsonzekerheid in de hand. uitgesproken faillissement. Tegen de achtergrond van de huidige publicatie van faillissementen in het Centraal Insolventieregister, acht ik het dan ook verdedigbaar dat een beroep op goede trouw in het kader van art. 35 lid 3 Fw niet openstaat voor de verkrijger vanaf het moment van vermelding van het gewraakte faillissement in het register van art. 19 Fw en/of het Centraal Insolventieregister van art. 19a Fw, ook al blijkt uit de Parlementaire Geschiedenis dat de wetgever in het vergaderjaar daar destijds (bewust) niet voor heeft gekozen, 14 dan wel wanneer de verkrijger op andere wijze eerder kennis heeft genomen van het faillissement (bewijslast ligt in dat laatste geval bij de curator). Ik pleit er dan ook voor om art. 35 lid 3 Fw in die zin aan te passen dat een beroep op art. 3:86 en 3:238 BW nog slechts openstaat, wanneer publicatie van het faillissement nog niet heeft plaatsgevonden in de registers van art. 19 en/ of 19a Fw. 12 Zie de uitspraak onder noot A.M.J. van Buchem-Spapens en Th.A. Pouw, Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Deventer: Kluwer 2008, p MvT, Kamerstukken II , , nummer 3, p. 9. TIJDSCHRIFT FINANCIERING, ZEKERHEDEN EN INSOLVENTIERECHTPRAKTIJK nummer 7, november 2010 / SDU uitgevers 195

4 Levering en bezwaring van registergoederen Art. 3:24 BW omvat een bepaling die voorziet in bescherming van een derde tegen de onvolledigheid van de registers van art. 3:16 lid 2 BW. Deze registers betreffen op grond van art. 8 lid 1 Kadasterwet de registers van inschrijving van feiten die betrekking hebben op onroerende zaken, schepen en luchtvaartuigen en op de rechten waaraan die onderworpen zijn en een register van voorlopige aantekeningen waarin de aanbieding van stukken waarvan de inschrijving door de bewaarder ingevolge art. 3:20 BW is geweigerd. In samenhang met art. 3:23 BW volgt uit art. 3:24 lid 1 BW dat eenieder die de registers niet raadpleegt, daar zelf de gevolgen van draagt. Er staat in een dergelijk geval geen beroep open op goede trouw ten aanzien van onbekendheid met informatie die wel kenbaar was ten tijde van de verkrijging uit de openbare registers. Tegen niet uit deze registers blijkende feiten, die wel in de registers hadden kunnen worden opgenomen, wordt wel bescherming verleend. 15 Een faillietverklaring kan ook worden ingeschreven in de registers van art. 8 lid 1 Kadasterwet. Wanneer een faillissement niet zou zijn ingeschreven in de registers van art. 8 lid 1 Kadasterwet, zou een verkrijger zich kunnen beroepen op onbekendheid met het faillissement van de vervreemder en hieraan bescherming kunnen ontlenen. Daar steekt art. 3:24 lid 2 sub c BW echter een stokje voor. Uit art. 3:24 lid 2 sub c BW volgt namelijk dat wanneer een faillissement is ingeschreven in het register van art. 19 (en mogelijk ook in het register van art. 19a Fw, op dat punt is de wet niet geheel duidelijk), de verkrijger geen rechten kan ontlenen aan de bepaling van art. 3:24 lid 1 BW. Dit in tegenstelling tot de verkrijger van een roerende zaak (zie hiervoor) die zich nog op goede trouw kan beroepen, zelfs wanneer een faillissement in de registers van art. 19 en 19a Fw is vermeld, maar nog niet openbaar gemaakt is in de zin van art. 14 lid 3 Fw. De logica van dit onderscheid ligt erin dat door de wetgever 16 van de verkrijger van een registergoed wordt verwacht dat deze de registers raadpleegt, waaronder het register van art. 19 Fw én zo lijkt voor de hand te liggen het Centraal Insolventieregister van art. 19a Fw. Een verkrijger van een registergoed wordt dan ook slechts tegen onbekendheid met het faillissement beschermd ingeval op het moment van de levering van het registergoed registratie van het faillissement (in de faillissementsregisters van art 19 en zo neem ik aan 19a Fw) nog niet heeft plaatsgevonden. Zodoende zal er voor de beoordeling of het faillissement van de vervreemder aan de verkrijger kan worden tegengeworpen in het kader van de verkrijging van het registergoed, getoetst moeten worden of ten tijde van de levering (respectievelijk bezwaring) van het registergoed het faillissement reeds was ingeschreven in de registers van art. 19 en 19a Fw. Ten aanzien van het tijdstip van de levering van het regis- 15 TM, Parlementaire Geschiedenis van Boek 3, p Zie noot 7. tergoed is dit geen probleem, nu in de leveringsakte het exacte tijdstip van levering is vermeld. Wanneer registratie in de registers van art. 19 en 19a Fw exact heeft plaatsgevonden, is echter niet vast te stellen. Mij is niet bekend of in het register van art. 19 Fw een tijdstip van registratie wordt vermeld. Bij registratie in het register van art. 19a Fw wordt echter slechts een datum vermeld van bekendmaking van het faillissement. Bekendmakingen door de ene rechtbank verschijnen reeds een dag na uitspraak in het Centraal Insolventieregister, bekendmakingen van andere rechtbanken soms wel acht dagen na uitspraak. In literatuur 17 wordt aangenomen dat de bewijslast ter zake van het moment van inschrijving op de curator rust. Van Hees 18 vraagt zich af of publicatie van een faillissement in de zin van art. 14 lid 3 Fw voor inschrijving van het faillissement in de registers van art. 19 Fw (art. 19a Fw bestond nog niet) een beroep op art. 3:24 BW per definitie in de weg staat. Met hem ben ik van mening dat dit het geval is. Dit volgt mijns inziens logischerwijs uit het arrest van de Hoge Raad van 11 januari In afwijking hiervan is Wessels 20 de mening toegedaan dat art. 24 Fw een rechtsgeldige levering of bezwaring van een registergoed ná 00:00 uur van de dag dat een faillissement is uitgesproken in de weg staat. Hij overweegt daartoe: De meest verdedigbare opvatting is dat derdenbescherming ontbreekt direct vanaf uur van de dag van de faillietverklaring van de vervreemder van het registergoed. Bij registergoederen kan een rechtsgeldige overdracht alleen tegen de boedel worden ingeroepen indien de notariële akte vóór de dag van faillietverklaring in de daartoe bestemde registers is ingeschreven. Wanneer de argumentatie van Wessels zou kloppen, zou de bepaling van art. 3:24 lid 2 sub c BW een loze letter zijn. Alleen al om die reden acht ik zijn argumentatie niet verdedigbaar. Ik acht het uitgangspunt van art. 3:24 BW, dat een derde wordt beschermd tegen onbekendheid met een faillissement, zijn grenzen kent wanneer het faillissement is gepubliceerd in de registers van art. 19 en/of 19a Fw juist. Wanneer wordt aangetoond dat de derde al eerder kennis droeg van het faillissement, of wanneer openbaarmaking in de Staatscourant eerder heeft plaatsgevonden dan publicatie in de registers van 19 en/of 19a Fw, dan kan de derde zich niet meer op bescherming beroepen. Artikel 52 Fw Ook art. 52 Fw 21 kent een bepaling ter bescherming van 17 Zie noot 2, p. 131 en A. van Hees, NbBW 1995/11, p. 118 e.v. 18 Zie noot 2, p. 131 e.v. 19 Zie noot B. Wessels, Gevolgen van faillietverklaring (I), Deventer: Kluwer 2009, p. 179 en B. Wessels, VrA 2008, p Zie ook Hoge Raad 28 april 2006, NJ 2006, 503 en «JOR» 2006/223 met (kritische) noot NEDF (Huijzer q.q./rabobank) en bijvoorbeeld B.A. Schuijling en R.J. van der Weijden, Girale betaling en het faillissement van de rekeninghouder, FIP 2010, p. 25 e.v. 196 SDU uitgevers / nummer 7, november 2010 TIJDSCHRIFT FINANCIERING, ZEKERHEDEN EN INSOLVENTIERECHTPRAKTIJK

5 Bescherming tegen onbekendheid met het faillissement een derde tegen onbekendheid van een derde met het faillissement en heeft betrekking op voldoening door een derde aan de gefailleerde ter zake van de nakoming van een verbintenis die voor de faillietverklaring is ontstaan. De bescherming van de betalende derde wordt in art. 52 lid 1 Fw aangenomen wanneer de derde de failliet voldoet vóór de bekendmaking van het faillissement. Zodoende kan een derde met een beroep op art. 52 lid 1 Fw voorkomen dat hij op grond van art. 23 Fw (nogmaals) aan de curator zal dienen te betalen. Art. 52 lid 2 Fw biedt een derde bescherming tegen betaling aan de failliet ter zake van de nakoming van een verbintenis die voor de faillietverklaring is ontstaan, ná bekendmaking van de faillietverklaring, wanneer de betalende derde aantoont dat de faillietverklaring in zijn woonplaats nog niet bekend kon zijn: de curator heeft de mogelijkheid tot tegenbewijs. Met bekendmaking in de zin van art. 52 Fw wordt publicatie van het faillissement in de Staatscourant (art. 14 lid 3 Fw) bedoeld. Het is aan de curator te bewijzen dat de derde bekend was met het faillissement. In het arrest Huijzer q.q./rabobank 22 heeft de Hoge Raad bepaald dat wanneer een betalingsopdracht vóór de dag van faillietverklaring aan de bank is verstrekt, de bank zich kan beroepen op art. 52 lid 1 Fw mits aan de overige voorwaarden van dit artikel ook is voldaan. Gevolg daarvan is 23 dat de bank bescherming toekomt op het moment dat een betalingsopdracht aan een failliet wordt verricht vóór datum faillissement maar niet wanneer deze betalingsopdracht wordt gegeven na datum faillissement. De maatstaf die uit de leden 1 en 2 van art. 52 Fw naar voren komt, wijkt af van die van art. 3:24 BW en 35 lid 3 Fw. Derden kunnen rechten ontlenen aan de bescherming van art. 52 Fw leden 1 en 2, wanneer er nog geen openbaarmaking van het faillissement heeft plaatsgevonden (in de zin van art. 14 lid 3 Fw), behoudens tegenbewijs door de curator met de bekendheid, of wanneer het faillissement wel openbaar is gemaakt als de derde bewijst dat de faillietverklaring in zijn woonplaats via de weg der wettelijke aankondiging nog niet bekend kon zijn. In literatuur 24 wordt terecht bepleit dat wanneer een faillissement is gepubliceerd in het Centraal Insolventieregister (art. 19a Fw), een derde met het faillissement bekend had kunnen zijn. Vanuit het oogpunt van rechtszekerheid is het verdedigbaar om de grenzen van de bescherming van art. 52 Fw leden 1 en 2 in te perken: de bekendheid met het faillissement staat vast vanaf het moment dat publicatie van een faillissement heeft plaatsgevonden in het Centraal Insolventieregister. Daarbij is het uiteraard van belang dat het raadplegen van het Centraal Insolventieregister voor vrijwel een ieder aanzienlijk eenvoudiger is en sneller kan plaatsvinden dan raadpleging van de Staatscourant. Conclusie Derden worden als hoofdregel, ondanks goede trouw, niet beschermd tegen onbekendheid met een faillissement. In de art. 3:24 BW, 35 lid 3 en 52 Fw wordt een uitzondering op deze regel gemaakt. 25 Tot wanneer (bijvoorbeeld tot openbaarmaking faillissement ex art. 14 lid 3 Fw of publicatie van het faillissement in registers) een derde zich beschermd weet, is in alle hiervoor genoemde wetsartikelen anders geregeld door de wetgever, op basis van een niet geheel te doorgronden argumentatie. Overtuigende gronden voor dit onderscheid ontbreken en werkt rechtsonzekerheid in de hand. Ik acht het zinvol om één lijn te trekken met betrekking tot het tijdstip waarop een derde zich kan beroepen op onbekendheid met het faillissement in de zin van de art. 3:24 BW, 35 lid 3 Fw en 52 Fw, namelijk tot het moment dat een faillissement is ingeschreven in de registers van art. 19 en/of 19a Fw. Met andere woorden: wordt verkregen van een (beschikkingsonbevoegde) failliet, dan kan deze beschikkingsonbevoegdheid aan de verkrijger door de curator slechts worden tegengeworpen wanneer de curator bewijst dat het faillissement gepubliceerd was in het register van art. 19 of 19a Fw (of wanneer de curator aantoont dat de verkrijger uit anderen hoofde met het uitgesproken faillissement bekend was). Over de auteur Mr. S.A.H.J. Warringa is advocaat en partner bij Ploum Lodder Princen te Rotterdam. 22 Voor vindplaats, zie noot B.A. Schuijling en R.J. van der Weijden, t.a.p. 24 Zie noot 23 en SDU Commentaar Insolventierecht 2010/2011, Den Haag: Sdu Uitgevers 2010, commentaar A.J. Verdaas bij art. 52 Fw onder C.2.2., p Zie ook het niet in dit artikel behandelde art. 212b Fw. TIJDSCHRIFT FINANCIERING, ZEKERHEDEN EN INSOLVENTIERECHTPRAKTIJK nummer 7, november 2010 / SDU uitgevers 197

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed. Korte handleiding bijeenkomst 5. Overdracht van goederen. 3:83 en volgende BW Definitie overdracht: rechtsovergang van het ene rechtssubject naar het andere op basis van een een levering. Overdracht is

Nadere informatie

http://portal.rechtsorde.nl/pages/rosedocumentexportandprint.aspx?savebutton=true&...

http://portal.rechtsorde.nl/pages/rosedocumentexportandprint.aspx?savebutton=true&... pagina 1 van 5 Jutd 2012/09 Girale betalingen door de gefailleerde op of na datum faillissement Jutd 2012/09 d.d. 03 05 2012 Auteur(s): Mr. F.F.A. Smetsers, Van Iersel Luchtman NV, Breda. In de praktijk

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken nr. INHOUDSOPGAVE Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Hoofdstuk 1 Inleiding /1 1. Introductie / 1 2. Hoofdregels verhaal; gehele vermogen van de schuldenaar en gelijkheid van schuldeisers

Nadere informatie

Monografieen Nieuw BW. Prof. mr. W.H.M. REEHUIS Hoogleraar privaatrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Derde geheel herschreven druk

Monografieen Nieuw BW. Prof. mr. W.H.M. REEHUIS Hoogleraar privaatrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Derde geheel herschreven druk Monografieen Nieuw BW B6b Levering Prof. mr. W.H.M. REEHUIS Hoogleraar privaatrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen Derde geheel herschreven druk Kluwer - Deventer - 2004 Inhoud VOORWOORD IX LUST VAN

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/37023

Nadere informatie

a n n o t a t i e s Mr. Huijzer q.q./rabobank West-Kennemerland (Far Beheer BV)

a n n o t a t i e s Mr. Huijzer q.q./rabobank West-Kennemerland (Far Beheer BV) Annotaties Onder de zorg van prof.mr. W.H. van Boom, prof.mr. M.J. Borgers, prof.mr. L.J.A. Damen, prof.mr. Ch. Gielen, prof.mr. T. Hartlief, prof.mr. G.J.J. Heerma van Voss, prof.dr. E.M.H. Hirsch Ballin,

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/37027

Nadere informatie

Girale betaling en het faillisse - ment van de rekeninghouder

Girale betaling en het faillisse - ment van de rekeninghouder Girale betaling en het faillisse - ment van de rekeninghouder Mr. B.A. Schuijling en mr. R.J. van der Weijden Na een uiteenzetting van de stand van zaken met betrekking tot rondom de faillissementsdatum

Nadere informatie

Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld?

Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld? Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld? 1. Inleiding en vraagstelling. Sinds 1 september 1982 bestaat de mogelijkheid

Nadere informatie

8. Vormerkung definitie

8. Vormerkung definitie 8. Vormerkung 8.1. definitie Vormerkung houdt in dat de koper van een woning (althans zijn notaris) zijn uit de koopovereenkomst voortvloeiende recht om de woning te kopen, kan laten inschrijven in de

Nadere informatie

Partijen zullen hierna de curator en de gemeente genoemd worden.

Partijen zullen hierna de curator en de gemeente genoemd worden. 6 FAX +31302233198 RECHTBANK UTRECHT ROLADM vonnis RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht zitting houdend te Utrecht zaaknummer/rolnummer: C/16/324379 / HA ZA 12-764 Vonnis van 3 april 2013 in

Nadere informatie

Over publicatie en registratie van insolventiebeschikkingen

Over publicatie en registratie van insolventiebeschikkingen B. Wessels, te publiceren in Maandblad voor Vermogensrecht, mei of juni 2009. +++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Over publicatie en registratie van insolventiebeschikkingen

Nadere informatie

2013: Het overwaardearrangement na ASR/Achmea en FCF/Schreurs en Brouns q.q. Houdbaarheidsdatum overschreden?

2013: Het overwaardearrangement na ASR/Achmea en FCF/Schreurs en Brouns q.q. Houdbaarheidsdatum overschreden? 2013: Het overwaardearrangement na ASR/Achmea en FCF/Schreurs en Brouns q.q. Houdbaarheidsdatum overschreden? 2015: De Hoge Raad heeft gesproken: DLL/Van Logtestijn 16 oktober 2015 en Ingwersen/ING 16

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Dit artikel is gepubliceerd in het tijdschrift Juridisch up to Date, september 2008 Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Mr. dr. S. Parijs, CMS Derks Star Busmann

Nadere informatie

Girale betaling in en rond datum faillissement

Girale betaling in en rond datum faillissement Girale betaling in en rond datum faillissement 3 situaties 1. Creditering bankrekening 2. Debitering bankrekening 3. Automatische incasso en stornering Creditering bij debetsaldo Bank Rekeninghouder Overboekingsopdracht

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/38073

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden.

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden. vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 320582 / HA ZA 08-3222 Vonnis van in de zaak van [Eiser], wonende te [woonplaats], eiser, advocaat mr. M.A. Koot, tegen [Gedaagde],

Nadere informatie

Executie van het retentierecht

Executie van het retentierecht Executie van het retentierecht mr. Jacob Henriquez mr. Teije van Dijk AKD Aangeboden door WEKAbouw Kennisbank Contracteren in de bouw www.weka-bouw.nl @2011 Weka Uitgeverij B.V. - 1 - Inleiding Het retentierecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 70 Wet van 25 februari 2008, houdende regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 478 Besluit van 15 juli 1998, houdende nadere regels omtrent vorm en inhoud van het register in de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen

Nadere informatie

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit

Nadere informatie

Het besturen van een vereniging en stichting

Het besturen van een vereniging en stichting Het besturen van een vereniging en stichting Roland van Mourik notaris Cursus Goed Bestuur Nijmegen 6 oktober 2009 Roland van Mourik 37 jaar 1990-1991 propaedeuse rechten te Leiden 1991-1996 notarieel

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 654 Uitvoering van de verordening (EG) nr. 1346/2000 van de Raad van de Europese Unie van 29 mei 2000 betreffende insolventieprocedures (PbEG

Nadere informatie

De termijnstelling van art. 58 Fw

De termijnstelling van art. 58 Fw Mr. D. Winkel en Mr. S.A.H.J. WArringA Over de termijnstelling van art. 58 lid 1 Fw is de afgelopen jaren relatief veel gepubliceerd. 1 Belanghebbenden procederen vaker dan voorheen omtrent art. 58 Fw

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1

Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1 INHOUDSOPGAVE Uitgebreide inhoudsopgave Enige Afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Hoofdstuk 1 - Vermogensrechten 1 1 Vermogensrechten in het algemeen 1 Hoofdstuk 2 - Onderscheidingen van vermogensrechten

Nadere informatie

Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening

Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening Dit artikel uit is gepubliceerd door Boom Juridische uitgevers en is bestemd voor anonieme bezoeker Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening Inleiding De kwaliteitsrekening is voorwerp geweest

Nadere informatie

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten.

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Situaties: 1. Overdracht onder voorwaarde 2. Overdracht onder eigendomsvoorbehoud 3. Overdracht toekomstige goederen 4. Overdracht onder tijdsbepaling

Nadere informatie

pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBDHA:2014:1019 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29012014 Datum publicatie 12022014 Zaaknummer C09445041 HA ZA 13691 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

FIERET VASTGOED B.V.

FIERET VASTGOED B.V. FIERET VASTGOED B.V. FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 3 Datum: 24 maart 2016 Gegevens onderneming : Fieret Vastgoed B.V. Stephensonstraat 1 te 3817 JA Amersfoort KvK : 57585962 Faillissementsnummer : C/16/15/633

Nadere informatie

Is de gekozen lijn door de Hoge Raad in de arresten Huijzer q.q./rabobank en ING/Manning q.q. juist?

Is de gekozen lijn door de Hoge Raad in de arresten Huijzer q.q./rabobank en ING/Manning q.q. juist? Is de gekozen lijn door de Hoge Raad in de arresten Huijzer q.q./rabobank en ING/Manning q.q. juist? Naam: W.F.W. van Loon Anr: s531387 Studierichting: master Rechtsgeleerdheid, accent privaatrecht Examencommissie:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2011 Datum publicatie 10-02-2011 Zaaknummer 332164 / HA ZA 09-1605 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Wanneer iemand door verjaring eigenaar wordt van een stuk grond, spreken we van verkrijgende verjaring.

Wanneer iemand door verjaring eigenaar wordt van een stuk grond, spreken we van verkrijgende verjaring. Bijlage 3 JURIDISCHE ASPECTEN VAN VERJARING Wanneer iemand door verjaring eigenaar wordt van een stuk grond, spreken we van verkrijgende verjaring. Het Burgerlijk Wetboek kent twee vormen van verkrijgende

Nadere informatie

Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal antwoorden meegenomen in de beoordeling.

Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal antwoorden meegenomen in de beoordeling. SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel INLEIDING RECHT DONDERDAG 6 OKTOBER 2016 9.00-11.00 UUR Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal

Nadere informatie

Civiele Procespraktijk

Civiele Procespraktijk Civiele Procespraktijk Nr. 11 maart 2010 De volgende onderwerpen worden behandeld: Schorsing na faillissement en terugverwijzing naar een lagere rechter Alternatieve causaliteit Lastgeving Tussentijds

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 21 155 Wijziging van de regeling van de overdracht van aandelen op naam in naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid.

Nadere informatie

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet Nummer: 5 Datum: 28 december 2011 Gegevens onderneming : Peter Beurskens Digital B.V. Datum uitspraak : 9 november 2010 Curator : mr. S.V. Hardonk Rechter-commissaris

Nadere informatie

HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN

HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN heeft het volgende overwogen en beslist omtrent de klacht van: 1. A, in zijn hoedanigheid van hoofdinspecteur voor de geestelijke Gezondheidszorg

Nadere informatie

Kluwer Online Research

Kluwer Online Research Land- en Tuinbouwbulletin De een is failliet en de ander niet Kluwer Online Research Auteur: Mr. M.J. Tolsma[1] Regelmatig vraagt de ondernemer zich af of hij vermogen op naam van zijn/haar echtgenoot

Nadere informatie

VASTSTELLING ADMINISTRATIEVOORWAARDEN (RET N.V.)

VASTSTELLING ADMINISTRATIEVOORWAARDEN (RET N.V.) 1 HJP/cm/5125039/40036078 2623783-v6 VASTSTELLING ADMINISTRATIEVOORWAARDEN (RET N.V.) Op tweeduizend acht zijn voor mij, mr. Hendrikus Johannes Portengen, notaris met plaats van vestiging Rotterdam, verschenen:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 974 Wijziging van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek en de Kadasterwet in verband met de inschrijving in de openbare registers van netwerken

Nadere informatie

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet

Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet Openbaar verslag ex artikel 73a Faillissementswet Nummer: 4 Datum: 15 september 2011 Gegevens onderneming : Peter Beurskens Digital B.V. Datum uitspraak : 9 november 2010 Curator : mr. S.V. Hardonk Rechter-commissaris

Nadere informatie

N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting' Woord vooraf Lijst van afkortingen

N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting' Woord vooraf Lijst van afkortingen Inhoudsopgave Woord vooraf Lijst van afkortingen v xv Hoofdstuk 1 Inleiding op het onderwerp, presentatie van de onderzoeksvraag 1 1.1 Inleiding 1 1.2 De mogelijkheden 2 1.3 De vraag 4 1.4 De methode 5

Nadere informatie

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer 11 februari 2016 Mr. L.A. (Leonie) Dutmer Overzicht retentierecht van de aannemer Elementen retentierecht Feitelijke macht en kenbaarheid Retentierecht

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

http://asdrm01/transformservice/transform.aspx?xsl=kluwer\kluwer.xsl&xml=http...

http://asdrm01/transformservice/transform.aspx?xsl=kluwer\kluwer.xsl&xml=http... Page 1 of 5 Knowledge Portal TvI 2011/26 Aflevering TvI 2011, afl. 5 Publicatiedatum 04-10-2011 Auteur Mr. J.E.P.A. van Hooff Titel Enige procedurele opmerkingen over de afkoop van levensverzekeringen

Nadere informatie

Beleidsregel krediethypotheek en pandrecht

Beleidsregel krediethypotheek en pandrecht Beleidsregel krediethypotheek en pandrecht Vaststelling: College van B&W 3 november 2008 Bekendmaking: De Trompetter 11 november 2008 Inwerkingtreding: 1 januari 2009 Beleidsregel krediethypotheek en pandrecht

Nadere informatie

Correctiemodel. SPD Bedrijfsadministratie RECHT MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 7

Correctiemodel. SPD Bedrijfsadministratie RECHT MAANDAG 5 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 7 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel RECHT MAANDAG 5 OKTOBER 2015 13.10-15.30 UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 7 2015 Nederlandse Associatie voor voor Praktijkexamens B / 7 Opgave 1 (20 punten) Nee

Nadere informatie

Wijzigingen: AB 2009 no. 75; AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) ====================================================================== Artikel 1

Wijzigingen: AB 2009 no. 75; AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) ====================================================================== Artikel 1 Intitulé : Landsverordening op stichtingen Citeertitel: Landsverordening op stichtingen Vindplaats : AB 1999 no. GT 3 Wijzigingen: AB 2009 no. 75; AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) Artikel 1 1. Een

Nadere informatie

Tijdschrift voor Insolventierecht, Bankgaranties voor leegstandschade: bankier Iet op uw zaak!

Tijdschrift voor Insolventierecht, Bankgaranties voor leegstandschade: bankier Iet op uw zaak! Page 1 of 5 Tijdschrift voor Insolventierecht, Bankgaranties voor leegstandschade: bankier Iet op uw zaak! Vindplaats: Tvl 2014/17 Bijgewerkt tot: 08-05-2014 Auteur: Remco Rosbeeku Bankgaranties voor leegstandschade:

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. Van: Albij administratieve dienstverlening Iroko PM Dordrecht KvKnr hierna te noemen de opdrachtnemer.

ALGEMENE VOORWAARDEN. Van: Albij administratieve dienstverlening Iroko PM Dordrecht KvKnr hierna te noemen de opdrachtnemer. ALGEMENE VOORWAARDEN Van: Albij administratieve dienstverlening Iroko 97 3315 PM Dordrecht KvKnr. 51657023 hierna te noemen de opdrachtnemer. Artikel 1. Toepasselijkheid 1. Deze algemene voorwaarden zijn,

Nadere informatie

faillissement 18 Rechtspraak 28

faillissement 18 Rechtspraak 28 28 - De looptijd van de schuldsaneringsregeling na voorafgaand faillissement Eva Timmermans Rechtbank Den Haag 27 mei 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:7671 1. Inleiding In de wet staat dat de termijn van de schuldsaneringsregeling

Nadere informatie

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen:

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen: Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M Geven eerbiedig te kennen: 1. mr. Ronald Wilhelmus Franciscus Heijmeriks, wonende te s-gravenhage,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 15 Wet van 22 december 2005 tot uitvoering van Richtlijn nr. 2002/47/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 juni

Nadere informatie

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Monografieen Privaatrecht Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Mr. A.M.J. van Buchem-Spapens Mr. Th.A. Pouw Achtste druk Kluwer - Deventer - 2008 Inhoud Lijst van afkortingen XI I. INLEIDING

Nadere informatie

AKTE VAN VESTIGING HYPOTHEEK EN PANDRECHTEN

AKTE VAN VESTIGING HYPOTHEEK EN PANDRECHTEN 1 AKTE VAN VESTIGING HYPOTHEEK EN PANDRECHTEN Heden, +, verschenen voor mij, mr. Jan Wim Weggemans, notaris in de gemeente Bellingwedde: HYPOTHEEKGEVER 1. de heer KOENO NOMDEN, wonende te 9566 PK Veelerveen,

Nadere informatie

Indien een contractuele wederpartij vreest dat

Indien een contractuele wederpartij vreest dat PROF. MR. B.WESSELS Afkoelingsperiode en rechten van derden HR 16 oktober 1998, NJ 1998, 896; JOR 1999, 17 Indien een contractuele wederpartij vreest dat haar debiteur in omstandigheden verkeert die haar

Nadere informatie

Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken?

Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken? Het criterium van de redelijk handelend verzekeraar. Nu5g hulpmiddel of belemmering bij verzwijgingszaken? K. Engel, LLM, BA ACIS Symposium 20 maart 2015 Inleiding (1/2) Inleiding verzwijging. Oud recht:

Nadere informatie

1. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder opdrachtgever: de wederpartij van V&V Visumdienst

1. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder opdrachtgever: de wederpartij van V&V Visumdienst ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DIENSTVERLENING van: V&V Visumdienst Breda b.v. gevestigd en kantoorhoudende te 4851 BD Ulvenhout, Weversdries 5 ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Breda onder Nº 020-57197

Nadere informatie

Deze definities betreffen het gebruik ervan in de Licentieovereenkomst.

Deze definities betreffen het gebruik ervan in de Licentieovereenkomst. Deventer, 21-06-2018 Foticoon Smedenstraat 30 7411 RD Deventer Contact@foticoon.nl +31 6 42 75 29 02 Algemene voorwaarden Deze Algemene Voorwaarden zijn van de eenmanszaak Foticoon, gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

- OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning

- OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning - OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning DE ONDERGETEKENDEN De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid B.V., statutair gevestigd te en kantoorhoudende aan de, te (.), te dezer zake

Nadere informatie

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring Inhoud I 1 2 3 4 5 5a II 6 7 8 9 10 12 13 14 15 16 Algemeen Drie procedures Het faillissement De surseance van betaling De schuldsanering natuurlijke personen Commissie Insolventierecht Herijking van het

Nadere informatie

Verpanding van merken

Verpanding van merken Verpanding van merken M.W. Wiegerinck 1 1. Inleiding Tijdens mijn studie was ik student-assistent van Wim Reehuis. Ik assisteerde hem bij de herziening van het boek Goederenrecht ten behoeve van de twaalfde

Nadere informatie

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht In deze bijdrage wordt ingegaan op de problematiek van een levering van juridische eigendom van een woning

Nadere informatie

VIERDE GECONSOLIDEERDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN DE FAILLISSEMENTEN VAN:

VIERDE GECONSOLIDEERDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN DE FAILLISSEMENTEN VAN: VIERDE GECONSOLIDEERDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN DE FAILLISSEMENTEN VAN: 1. J.FA. DE VEER BEHEER B.V. en 2. ACI PRINTING COMPANY B.V. Gegevens onderneming en Faillissementsnummer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2

ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2 ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2 Onderstaande puntenverdeling per vraag is een indicatie. Bij concrete toekenning van punten is mede bepalend in hoeverre een juiste, logisch weergegeven formulering

Nadere informatie

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr...

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr... pagina 1 van 5 JOR 2013/87 Gerechtshof Arnhem, 18-12-2012, 200.099.939, LJN BY7149 Processuele gevolgen faillietverklaring voor aanhangige rechtsvorderingen, Schorsing van geding in conventie ex art. 29

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN ALLROUND BACKOFFICE

ALGEMENE VOORWAARDEN ALLROUND BACKOFFICE Artikel 1 Definities 1. In deze voorwaarden wordt verstaan onder: Allround Backoffice: de gebruiker van deze algemene voorwaarden, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:2561

ECLI:NL:RBROT:2017:2561 ECLI:NL:RBROT:2017:2561 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer C/10/510679 / FT EA 16/2324 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Faillissement, Faillissementsakkoord en gerechtelijk akkoord - Gevolgen (personen, goederen, verbintenissen) - Verbintenissen - Schuldvordering - Aangifte Gevolg -

Nadere informatie

X X X Eerste Amsterdamse Onroerend Goed Veiling

X X X Eerste Amsterdamse Onroerend Goed Veiling X X X Eerste Amsterdamse Onroerend Goed Veiling Frans van Mierisstraat 59, 1071 RL AMSTERDAM Tel. 020-6733322/ fax 020-6733325 Email: info@mva-makelaars.nl Aan: MR H.W.J.M. POLDERMANS FORMULIER S.V.P.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 878 Wijziging van artikel 94 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het mededelingsvereiste C NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Nadere informatie

NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :.

NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :. NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :. gehouden op : 201 te : PRESENTIELIJST AANDEELHOUDERS/ OVERIGE VERGADERGERECHTIGDEN / BESTUURDERS

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2015 P.14.1276.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1276.N E R H C, beklaagde, eiser, tegen C V D C, burgerlijke partij, verweerder. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 876 Regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten, aandelen en giraal

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/74062

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG ex artikel 73a Fw verslagnummer 3

FAILLISSEMENTSVERSLAG ex artikel 73a Fw verslagnummer 3 FAILLISSEMENTSVERSLAG ex artikel 73a Fw verslagnummer 3 De inhoud van de aan de rechtbank toegezonden papieren versie van dit verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. Indien dit verslag

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BY6108

ECLI:NL:HR:2013:BY6108 ECLI:NL:HR:2013:BY6108 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 19-04-2013 Datum publicatie 19-04-2013 Zaaknummer 12/00081 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2012:BY6108,

Nadere informatie

13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering

13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering 13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering M.B. de Boer 1 INLEIDENDE OPMERKINGEN De schuldenaar die in de toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen, kan, hetzij op

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE 1-1-2010 Bij deze algemene voorwaarden horen: - Koopovereenkomst Grond voor eengezinshuizen, versie 1-1-2010 Definities

Nadere informatie

OPENBAAR FAILLISSEMENTSVERSLAG (ex artikel 73a Faillissementswet)

OPENBAAR FAILLISSEMENTSVERSLAG (ex artikel 73a Faillissementswet) OPENBAAR FAILLISSEMENTSVERSLAG (ex artikel 73a Faillissementswet) Nummer: 2 Datum: 7 januari 2015 Gegevens onderneming KvK-nummer 32068863 Faillissements-/ surseancenummer Datum uitspraak : 25 augustus

Nadere informatie

Karmerood Coaching Doelgericht onderweg naar morgen. Algemene voorwaarden. Artikel 1. Definities.

Karmerood Coaching Doelgericht onderweg naar morgen. Algemene voorwaarden. Artikel 1. Definities. Algemene voorwaarden Artikel 1. Definities. 1. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder; gebruiker : Karmerood Coaching, gevestigd te Bussum en ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Hilversum,onder

Nadere informatie

Administratiekantoor Bouw-Mouw

Administratiekantoor Bouw-Mouw ALGEMENE VOORWAARDEN Administratiekantoor Bouw-Mouw Zoomweg 55 8071 EH Nunspeet Inschrijvingsnummer Kamer van Koophandel 08147387 Artikel 1. Toepasselijkheid van deze voorwaarden 1. Deze voorwaarden gelden

Nadere informatie

Algemene voorwaarden voor levering diensten door 3 Ster Advies

Algemene voorwaarden voor levering diensten door 3 Ster Advies Algemene voorwaarden voor levering diensten door Van: gevestigd en kantoorhoudende te 7827 RG, Emmen, Drieteenspecht 4, hierna te noemen: Artikel 1: Definities 1. In deze algemene voorwaarden wordt verstaan

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 Instantie Datum uitspraak 28-12-2016 Datum publicatie 17-01-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer C/15/245613 / FA RK 16-4085 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841

ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841 ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 25-09-2006 Datum publicatie 26-09-2006 Zaaknummer 58445 - KG ZA 06-182 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 11 januari 2013

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 11 januari 2013 De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 1 Datum: 11 januari 2013 Gegevens onderneming Naam Fokuswonen B.V. Adres Revital B.V.

Nadere informatie

Fotograaf: de gebruiker van de Algemene Voorwaarden in de zin van art. 6:231 BW.

Fotograaf: de gebruiker van de Algemene Voorwaarden in de zin van art. 6:231 BW. Foticoon J. Sinthenstraat 29 7412 EB Deventer Contact@foticoon.nl +31 6 42 75 29 02 Algemene Voorwaarden Deze Algemene Voorwaarden zijn van de eenmanszaak Foticoon, gevestigd en kantoorhoudende in Deventer,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd ECLI:NL:HR:2017:1064 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-06-2017 Datum publicatie 09-06-2017 Zaaknummer 16/04866 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410,

Nadere informatie

Hof van Cassatie 14/11/ Nr. C N

Hof van Cassatie 14/11/ Nr. C N Hof van Cassatie 14/11/2008 - Nr. C.07.0417.N (bron: http://jure.juridat.just.fgov.be/ ) H. A., eiser, vertegenwoordigd door mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 334 Wet van 6 juli 2004, houdende regeling van het conflictenrecht met betrekking tot het geregistreerd partnerschap (Wet conflictenrecht geregistreerd

Nadere informatie

RBC Failliet, wat gebeurt er met het veld? Nationaal Sportvelden Congres 24 november 2011 Ralf van der Pas advocaat / curator

RBC Failliet, wat gebeurt er met het veld? Nationaal Sportvelden Congres 24 november 2011 Ralf van der Pas advocaat / curator RBC Failliet, wat gebeurt er met het veld? Nationaal Sportvelden Congres 24 november 2011 Ralf van der Pas advocaat / curator Wat is een faillissement? Art. 20 Faillissementswet (FW): 2 Het faillissement

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBNHO:2015:6063 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 26-08-2015 Rechtbank Noord-Holland

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie