Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie)"

Transcriptie

1 Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie) De inhoud van deze conceptrichtlijnherzieningen van gedeelten van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie) staat onder embargo. Aan de inhoud van deze conceptrichtlijnherzieningen kunnen geen rechten of plichten worden ontleend Copyright. Alle rechten voorbehouden.

2 Het Trimbos-instituut is het landelijk kennisinstituut voor de geestelijke gezondheidszorg, de verslavingszorg en de maatschappelijke zorg. Het Trimbos-instituut bevordert de kwaliteit van leven door het ontwikkelen en toepassen van kennis over geestelijke gezondheid, verslaving en lichamelijke ziektes die daarmee samenhangen. Het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO heeft tot doel individuele beroepsbeoefenaren, hun beroepsverenigingen en zorginstellingen te ondersteunen bij het verbeteren van de patiëntenzorg. Het CBO biedt via programma s en projecten ondersteuning en begeleiding bij systematisch en gestructureerd meten, verbeteren en borgen van kwaliteit van de patiëntenzorg. Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) is de wetenschappelijke vereniging van huisartsen. De missie van het NHG is het bevorderen van de wetenschappelijk onderbouwde beroepsuitoefening onder meer door kennis uit onderzoek toepasbaar te maken in de huisartsenpraktijk. Voor dit doel ontwikkelt het NHG: standaarden, standpunten, samenwerkingsafspraken en richtlijnen. Daarnaast ontwikkelt het NHG scholings- en accrediteringsprogramma s. Het NHG participeert ook in samenwerkingsinitiatieven zoals Steunpunt diabeteszorg, het platform voor informatie-uitwisseling over diabeteszorg en Netwerk Eerstelijns Organisaties, samenwerkingsverband van eerstelijns beroepsorganisaties voor de afstemming en samenwerking van het kwaliteitsbeleid in de eerste lijn. Het Landelijk Expertisecentrum voor Verpleging & Verzorging (LEVV) is een onafhankelijk kenniscentrum dat zich richt op kwaliteitsverbetering van de zorg door de beroepsuitoefening van verpleegkundigen en verzorgenden te versterken. Daartoe verzamelt het LEVV kennis uit wetenschap en praktijk en maakt die toepasbaar in het dagelijks werk. Hiermee wil het LEVV bijdragen aan een efficiëntere en betere zorg voor de patiënt. Pagina 2 van 100

3 Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie) De inhoud van deze conceptrichtlijnherzieningen van gedeelten van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie) staat onder embargo. Aan de inhoud van deze conceptrichtlijnherzieningen kunnen geen rechten of plichten worden ontleend Copyright. Alle rechten voorbehouden. Pagina 3 van 100

4 Initiatief Richtlijnconsortium Nederland Projectgroep Mw. drs. J.A.C. Meeuwissen, projectleider, Trimbos-instituut Mw. drs. E. Fischer, adviseur, Trimbos-instituut Mw. drs. A. Hagemeijer, adviseur, Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO Dr. H.C.A.M. van Rijswijk, adviseur-huisartsen, Nederlands Huisartsen Genootschap Drs. H. in den Bosch, adviseur-verpleegkundigen, Landelijk Expertisecentrum voor Verpleging & Verzorging In samenwerking met Angst Dwang en Fobie stichting Depressie centrum van het Fonds psychische gezondheid Commissie Cliëntenparticipatie in de GGZ Federatie Vaktherapeutische Beroepen Federatie Verpleegkunde in de Geestelijke Gezondheidszorg Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie Nederlandse Vereniging voor Psychomotorische Therapie Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Nederlands Huisartsen Genootschap Nederlands Instituut van Psychologen Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk werkers Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers Phorza, beroepsorganisatie voor professionals in de sociaal-pedagogische hulpverlening Verplegenden & Verzorgenden Nederland Met ondersteuning van Trimbos-instituut Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO NHG LEVV Financiering Deze conceptrichtlijnherzieningen zijn tot stand gekomen met financiële steun van ZonMw in het kader van het programma KKCZ. Colofon Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie bij volwassenen (in revisie) 2008 Copyright. Alle rechten voorbehouden. Pagina 4 van 100

5 Samenstelling van de Kerngroep Prof. dr. T. van Balkom, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie (voorzitter) Mw. drs. J.A.C. Meeuwissen, psycholoog, Trimbos-instituut (secretaris) Mw. dr. C.L.H. Bockting, klinisch psycholoog-psychotherapeut, Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Prof. dr. P. Emmelkamp, psychotherapeut, Nederlands Instituut van Psychologen Dr. P. Kop, psycholoog, Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen Dr. H.W.J. van Marwijk, huisarts, Nederlands Huisartsen Genootschap Dr. J. Spijker, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie Dr. B. Terluin, huisarts, Nederlands Huisartsen Genootschap Mw. dr. I.M. van Vliet, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie Samenstelling van de Werkgroep Prof. dr. T. van Balkom, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie (voorzitter) Mw. drs. J.A.C. Meeuwissen, psycholoog, Trimbos-instituut (secretaris) Mw. dr. C.L.H. Bockting, klinisch psycholoog-psychotherapeut, Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Dr. R.J. Bosscher, psychomotorisch therapeut, Nederlandse Vereniging voor Psychomotorische Therapie Dr. P. Brock, verzekeringsarts, Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde Dr. D.J. Bruinvels, bedrijfsarts, Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde Prof. dr. P. Emmelkamp, psychotherapeut, Nederlands Instituut van Psychologen Mw. drs. A. Van Geleuken, Depressiecentrum/Fonds Psych. Gezondheid Dhr. O. Glas, Federatie Vaktherapeutische Beroepen Mw. J. van Hamersveld, Angst Dwang en Fobie stichting Mw. B. Hoitzing, Federatie Verpleegkunde in de Geestelijke Gezondheidszorg Dr. J. Huijser, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie Dr. P. Kop, psycholoog, Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen Dhr. I. Keuchenius, Angst Dwang en Fobie stichting Dr. H.W.J. van Marwijk, huisarts, Nederlands Huisartsen Genootschap Mw. E.M.A.A. Rozenbroek, ziekenhuisapotheker, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers Dr. J. Spijker, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie Mw. S. Stevens, Federatie Verpleegkunde in de Geestelijke Gezondheidszorg Dr. B. Terluin, huisarts, Nederlands Huisartsen Genootschap Prof. dr. S. Visser, klinisch psycholoog-psychotherapeut Nederlands Instituut van Psychologen Mw. dr. I.M. van Vliet, psychiater, Nederlandse Vereniging van Psychiatrie Mw. S.J.W. Wessels-Basten, ziekenhuisapotheker, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers Pagina 5 van 100

6 Pagina 6 van 100

7 Inhoudsopgave p. Algemene inleiding 8 Update: Basisinterventies 14 Update: Psychofarmaca 21 Update: Psychologische/psychotherapeutische interventies 48 Update: Simultane combinatiebehandeling 66 Gender 72 Update: Verpleegkundige interventies 76 Ervaringen van patiënten met depressie 83 Algoritmes depressie 85 Appendix 1: Systematische literatuursearch 98 Pagina 7 van 100

8 Algemene inleiding De Multidisciplinaire richtlijn Depressie is in revisie. Met de voorliggende conceptrichtlijnherzieningen worden betreffende tekstgedeelten in de huidige richtlijn geactualiseerd en aangevuld. De beoogde richtlijnherzieningen zullen worden geïntegreerd in de huidige Multidisciplinaire richtlijn Depressie (in revisie). Richtlijn depressie is aan revisie toe Om van praktische waarde te zijn dienen klinische richtlijnen regelmatig te worden beoordeeld op actualiteit. De vraag daarbij is of de huidige richtlijnaanbevelingen nog geldig zijn en of er nieuwe kwesties zijn die aandacht verdienen. De huidige multidisciplinaire richtlijn voor de diagnostiek en behandeling van volwassen cliënten met een depressie is gebaseerd op de wetenschappelijke literatuur tot 2001 en mist in de onderbouwing een aantal belangrijke recente studies op het gebied van farmacotherapeutische behandeling en gesprekstherapie. Nieuwe gezichtspunten en ontwikkelingen in het veld rechtvaardigen de revisie van de Multidisciplinaire richtlijn voor Depressie. Levende richtlijnen Het up-to-date houden van richtlijnen op continue basis duiden we aan met het begrip levende richtlijnen. Goedbeschouwd is het meer dan dat. Beoogd wordt dat richtlijnen 'leven' bij professionals, dat kennis uit richtlijnen gebruikt wordt door behandelaars, dat er terugkoppeling plaatsvindt over toepasbaarheid in de dagelijkse praktijk en dat de richtlijnen op grond hiervan op continue basis worden herzien, zodat er voor professionals en patiënten een steeds actueel, hanteerbaar en werkzaam beslissingsondersteunend instrument voorhanden is. Met de onderhavige richtlijnrevisie willen de Projectgroep en de Kerngroep de aanzet geven voor levende richtlijnen. Methodiek van richtlijnontwikkeling en herziening Een richtlijn berust op resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aansluitende meningsvorming door beroepsbeoefenaren en patiënten, gericht op het uitdrukkelijk omschrijven van goed handelen. Bij deze gedeeltelijke richtlijnherziening wordt de EBROmethode van evidence-based richtlijnontwikkeling gevolgd en zijn de uitgangspunten van de Landelijke Stuurgroep Multidisciplinaire Richtlijnontwikkeling in de GGZ nagevolgd. Ook wordt het Appraisal of Guidelines for Research & Evaluation (AGREE) instrument gehanteerd. Dit instrument is in Europees verband opgesteld om de kwaliteit van richtlijnen te kunnen beoordelen. Multidisciplinaire richtlijnontwikkeling GGZ Om de kwaliteit van de gezondheidszorg te verbeteren wordt meer en meer gewerkt volgens richtlijnen. In Nederland werd na een landelijke werkconferentie in 1999 de Landelijke Stuurgroep Richtlijnontwikkeling GGZ geïnstalleerd en sindsdien wordt op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) samengewerkt om te komen tot betere richtlijnen in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ). Hierbij zijn vele beroepsgroepen betrokken en vanzelfsprekend ook cliënten- en familieorganisaties. In 2005 is de Pagina 8 van 100

9 Multidisciplinaire richtlijn Depressie tot stand gekomen, onder auspiciën van de Landelijke Stuurgroep Multidisciplinaire Richtlijnontwikkeling in de GGZ. Het Trimbos-instituut en het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO, als leden van het Richtlijnconsortium Nederland, startten in opdracht van ZonMw het project Herziening en doorontwikkeling van de Multidisciplinaire Richtlijnen Angststoornissen en Depressie. Het project wordt samen met het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en het Landelijk Expertisecentrum voor Verpleging & Verzorging (LEVV) uitgevoerd binnen de tweede fase van het programma Kennisbeleid, Kwaliteit Curatieve Zorg (KKCZ) en is een van drie pilotprojecten over ontwikkeling, toepassing en evaluatie van innovatieve elementen binnen multidisciplinaire richtlijnontwikkeling van het Richtlijnconsortium Nederland, waarin onder andere Trimbosinstituut, CBO, NHG, LEVV, NVvP, V&VN, NVTAG en KWAZO zijn vertegenwoordigd. Dit pilotproject sluit aan bij het streven van ZonMw en het Richtlijnconsortium Nederland naar vernieuwde multidisciplinaire richtlijnontwikkeling. Doel van richtlijnontwikkeling Het ontwikkelen van richtlijnen is geen doel op zich, maar dient op de eerste en de laatste plaats de kwaliteit van zorg. De patiënt moet er beter van worden en de behandelaar moet er daadwerkelijk advies aan kunnen ontlenen bij beslissingen in het behandelbeleid. Een multidisciplinaire richtlijn is een leidraad met aanbevelingen en handelingsinstructies ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. Dit uitgangspunt wordt geregeld met evaluatieonderzoek getoetst. De Multidisciplinaire richtlijn Depressie (in revisie) is te zien als een moederrichtlijn : een multidisciplinair basisdocument. Op basis hiervan zal een vertaling kunnen plaatsvinden naar monodisciplinaire richtlijnen van de afzonderlijke beroepsgroepen. De richtlijn biedt ook aanknopingspunten voor transmurale afspraken of lokale protocollen, hetgeen de implementatie van de aanbevelingen zal bevorderen. Fasen in het zorgproces De Multidisciplinaire richtlijn Depressie (in revisie) beschrijft de samenhang en interactie tussen de verschillende beroepsgroepen en tussen opeenvolgende fasen in het zorgproces. De richtlijn is bedoeld voor de diagnostiek en behandeling van volwassen patiënten met een depressie. Er worden verschillende fasen onderscheiden in het zorgproces. Deze fasen lopen van herkenning tot nazorg en kunnen in de eerste, tweede en derde lijn plaatsvinden. Dit betekent dat verschillende disciplines in deze fasen betrokken kunnen zijn bij het zorgproces. Toepassing van de richtlijn Het toepassingsgebied van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie (in revisie) is de diagnostiek en behandeling van volwassen patiënten met een depressieve stoornis (depressie). Indien aanbevelingen uit de richtlijn in de concrete praktijksituatie niet aansluiten bij de wensen of behoeften van de patiënt of de mening van de behandelaar kan beredeneerd worden afgeweken van de richtlijn. Deze conceptrichtlijnherzieningen bevatten aanbevelingen die op een transparante manier gebaseerd zijn op bewijs in combinatie met ervaring en opinie. De aanbevelingen zijn geldig voor de in de aanbeveling besproken patiëntengroep en zijn geldig voor zoveel mogelijk zorgverleners en settingen. Uiteraard vallen beslissingen over de daadwerkelijk toe te passen zorg onder de verantwoordelijkheid Pagina 9 van 100

10 van de individuele zorgverlener in overleg met de individuele zorgvrager, toegespitst op diens unieke situatie. Patiëntenperspectief Bijzonder aandachtspunt bij deze richtlijnrevisie is het patiëntenperspectief vanuit de inbreng van patiëntenvertegenwoordigers. Een geïntegreerde richtlijn is uitdrukkelijk ook een beslissingsondersteunend instrument voor de patiënt, als medebeslisser in de behandeling. De Multidisciplinaire richtlijn Depressie (in revisie) beoogt de patiënt in staat te stellen een actieve rol te vervullen in de behandeling. Hiervoor kunnen patiëntversies van de richtlijn worden gebruikt. Juridische betekenis van richtlijnen Richtlijnen zijn geen wettelijke voorschriften, maar onderbouwde aanbevelingen om kwalitatief goede zorg te verlenen. De aanbevelingen in een richtlijn zijn gericht op het verlenen van optimale zorg zoals die voor ongeveer 80% van de relevante categorie patiënten van toepassing zou kunnen zijn. Zorgverleners kunnen op basis van hun professionele autonomie zo nodig afwijken van een richtlijn. Als de situatie van de patiënt dat vereist, is afwijken van richtlijnen noodzakelijk. Als van de richtlijn wordt afgeweken, moet dit wel beargumenteerd en gedocumenteerd worden. Knelpunten Bij deze gedeeltelijke herzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn Depressie is uitgegaan van knelpunten in de zorg en knelpunten in de bruikbaarheid van de aanbevelingen. Deze knelpunten resulteerden in uitgangsvragen die gebruikt worden bij de revisie van de richtlijn. De knelpunten zijn geïnventariseerd op basis van veldraadpleging over de huidige richtlijn, praktijkervaringen in de Doorbraak-implementatieprojecten en prioriteiten die werden aangeven door ZonMw. Op basis van de volgende rubricering zijn knelpunten geïnventariseerd: 1. Bewezen effectiviteit van farmacotherapie/psychotherapie/ combinatiebehandeling 2. Culturele diversiteit 3. Gender (sexe-specificiteit) 4. Stepped care 5. Chroniciteit 6. Taakdelegatie en consultatie 7. Co-morbiditeit 8. Crisis (suïcide, psychose) 9. Diagnostiek 10. Arbeid en functioneren Geprioriteerd voor de huidige ronde van richtlijnherziening zijn de eerste vier knelpunten, waarbij culturele diversiteit wordt uitgewerkt voor angststoornissen en gender voor depressie. Nadat hiervoor extra financiering werd verworven is hieraan het knelpunt rondom arbeid en functioneren toegevoegd en deelproject Arbeid en functioneren is thans in uitvoering. Conceptrichtlijnherzieningen op het gebied van knelpunten in arbeid en functioneren worden in een later stadium ter becommentariëring voorgelegd. Pagina 10 van 100

11 Uitgangsvragen Voor het opstellen van deze conceptrichtlijnherzieningen zijn uitgangsvragen geformuleerd. Deze uitgangsvragen zijn naar de mening van de Projectgroep en de Kerngroep een zo goed mogelijke weergave van de geprioriteerde huidige knelpunten binnen de zorg voor patiënten met een depressieve stoornis. Ad 1. Bewezen effectiviteit van farmacotherapie/psychotherapie/combinatiebehandeling van farmacotherapie en psychotherapie en ad 4. Stepped care: Op welke wijze dienen interventies (minimale interventies, psychofarmaca, psychotherapie, combinatiebehandeling) ingezet te worden voor de behandeling van een patiënt met een depressieve stoornis (niet-psychotisch, unipolair), rekening houdend met aard, ernst en beloop (eerste episode, recidiverend) van de problematiek? Ad 2. Gender Op welke wijze dient de hulpverlener rekening te houden met gender bij behandeling van patiënten met een depressie? Samenstelling Kerngroep, Werkgroep en Klankbordgroep De Werkgroep is multidisciplinair samengesteld: naast psychiaters, psychotherapeuten, (eerstelijns)psychologen, huisartsen en verpleegkundigen in de GGZ nemen ook patiënten, maatschappelijk werkers, bedrijfsartsen, verzekeringsartsen, ziekenhuisapothekers, sociaal pedagogisch hulpverleners en vaktherapeuten deel. Onderdeel van de Werkgroep is de Kerngroep, samengesteld uit twee psychiaters, twee psychotherapeuten, een eerstelijnspsycholoog, twee huisartsen, een voorzitter (psychiater) en secretaris (psycholoog). De voorzitter van deze Kerngroep is tevens voorzitter van de voltallige Werkgroep. Daarnaast is een breed samengestelde Klankbordgroep ingesteld. Bij het samenstellen van de Werkgroep en de Kerngroep is rekening gehouden met de geprioriteerde uitgangsvragen in deze ronde van richtlijnherziening. Ook is zoveel mogelijk rekening gehouden met de geografische spreiding van Werkgroepleden en met een evenredige vertegenwoordiging van de verschillende verenigingen, scholen en academische achtergronden. De Werkgroepleden handelen onafhankelijk en zijn gemandateerd door hun vereniging. De Werkgroepleden hebben geen relevante binding met (farmaceutische) industrieën, producten of diensten, noch met enige andere relevante derde partij. Werkwijze Kerngroep, (voltallige) Werkgroep en Projectgroep De Kerngroep werkte gedurende 10 maanden aan de totstandkoming van deze conceptrichtlijnherzieningen en tevens aan de conceptrichtlijnherzieningen voor de Multidisicplinaire richtlijn Angststoornissen. De Kerngroepleden werken aan de feitelijke revisie van de richtlijn door de betreffende uitgangsvragen te prioriteren en vervolgens te beantwoorden. De Kerngroepleden, ondersteund door de Projectgroep, droegen zoektermen voor de literatuursearches en literatuur aan, selecteren, beoordelen en wegen de literatuur op inhoud en betrouwbaarheid van de resultaten naar mate van bewijs en beoordelen en wegen praktijkkennis uitmondend in wetenschappelijke onderbouwing voor concrete conclusies en aanbevelingen. De Kerngroepleden, ondersteund door de Projectgroep, schrijven conceptrichtlijnteksten, met inbegrip van de formulering van overige overwegingen en van aanbevelingen, en redigeren de conceptrichtlijnherzieningen teneinde deze gereed te Pagina 11 van 100

12 maken voor commentaar van de voltallige Werkgroep, de Klankbordgroep en anderen. De voltallige Werkgroep is actief betrokken bij het proces van richtlijnherziening door gevraagd en ongevraagd advies te geven, met name in de startfase en commentaarfase van het traject. De Werkgroepleden worden hierin ondersteund door de adviseurs. De adviseurs in de Projectgroep adviseren de Kerngroep en voltallige Werkgroep bij de richtlijnherzieningen, wat betreft zowel proces als inhoud, en geven methodologische en organisatorische ondersteuning volgens het format voor richtlijnherziening in het werkplan. De adviseurs ordenen commentaar op de conceptrichtlijnherzieningen en leggen dit voor aan de Kerngroep. De adviseurs schrijven mee met de Kerngroep aan de conceptrichtlijnteksten en redigeren de conceptrichtlijnherzieningen volgens het format voor richtlijnherziening in het werkplan. Samenvatting van de literatuur De richtlijn is voor zover mogelijk gebaseerd op bewijs uit gepubliceerd wetenschappelijk onderzoek. Relevante artikelen werden gezocht door het verrichten van systematische zoekacties. Er werd gezocht naar vanaf 2001 gepubliceerde artikelen in PsychINFO, Medline, Cochrane, Embase en databases. De zoekacties werden gesloten per juni Voor de gehanteerde zoekstrategie wordt verwezen naar appendix 1. Daarnaast werden artikelen uit referentielijsten van opgevraagde literatuur gehaald. Ook werden andere (buitenlandse) richtlijnen aangaande depressie geraadpleegd. De geselecteerde artikelen zijn door de Kerngroepleden beoordeeld op kwaliteit van het onderzoek en gegradeerd naar mate van bewijskracht (zie tabel 1.1). De beoordeling van de verschillende artikelen is in de verschillende teksten terug te vinden onder het kopje samenvatting van de literatuur. Het wetenschappelijke bewijs is vervolgens kort samengevat in een conclusie, met daarbij een niveau van bewijs (zie tabel 1.1). Om te komen tot een aanbeveling zijn er naast het wetenschappelijk bewijs nog andere aspecten van belang, zoals patiëntenvoorkeuren, kosten, beschikbaarheid (in verschillende echelons) of organisatorische aspecten. Deze aspecten worden vermeld onder het kopje overige overwegingen. De aanbeveling is het resultaat van het beschikbare bewijs en de overige overwegingen. Het volgen van deze procedure verhoogt de transparantie van de richtlijn. Het biedt ruimte voor een efficiënte discussie in de Werkgroep en vergroot bovendien de helderheid voor de gebruiker van de richtlijn. Pagina 12 van 100

13 Tabel 1.1 Indeling van de literatuur naar de mate van bewijskracht Indeling van methodologische kwaliteit van individuele studies Interventie Diagnostisch accuratesse onderzoek Schade of bijwerkingen, etiologie, prognose* A1 Systematische review van tenminste twee onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van A2-niveau A2 Gerandomiseerd dubbelblind vergelijkend klinisch onderzoek van goede kwaliteit van voldoende omvang Onderzoek ten opzichte van een referentietest (een gouden standaard ) met tevoren gedefinieerde afkapwaarden en onafhankelijke beoordeling van de resultaten van test en gouden standaard, betreffende een voldoende grote serie van opeenvolgende patiënten die allen de index- en referentietest hebben gehad Prospectief cohort onderzoek van voldoende omvang en follow-up, waarbij adequaat gecontroleerd is voor confounding en selectieve follow-up voldoende is uitgesloten. B C Vergelijkend onderzoek, maar niet met alle kenmerken als genoemd onder A2 (hieronder valt ook patiëntcontrole onderzoek, cohortonderzoek) Niet-vergelijkend onderzoek Onderzoek ten opzichte van een referentietest, maar niet met alle kenmerken die onder A2 zijn genoemd Prospectief cohort onderzoek, maar niet met alle kenmerken als genoemd onder A2 of retrospectief cohort onderzoek of patiëntcontrole onderzoek D Mening van deskundigen * Deze classificatie is alleen van toepassing in situaties waarin om ethische of andere redenen gecontroleerde trials niet mogelijk zijn. Zijn die wel mogelijk dan geldt de classificatie voor interventies. Niveau van conclusie Conclusie gebaseerd op 1 2 Onderzoek van niveau A1 of tenminste 2 onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau A2 1 onderzoek van niveau A2 of tenminste 2 onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau B 3 1 onderzoek van niveau B of C 4 Mening van deskundigen Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO Handleiding voor werkgroepleden, januari 2006 Pagina 13 van 100

14 Update: Basisinterventies Uitgangsvraag Op welke wijze dienen basis (niet-specifieke) interventies ingezet te worden voor de behandeling van een patiënt met een depressieve stoornis (niet-psychotisch, unipolair), rekening houdend met aard, ernst en beloop (eerste episode, recidiverend) van de problematiek? Inleiding Onder (niet specifieke) basisinterventies wordt verstaan a) psycho-educatie, b) activerende begeleiding, c) exposure bij (co-morbide) depressie, en d) zelfmanagement, al of niet met begeleiding. Bij de lichtste depressieve stoornissen ligt de nadruk erop de patiënt vooral de klachten onder ogen te laten zien zodat die diens levensproblemen aan gaat pakken. Voor een patiënt met een depressieve stoornis begint het hulpverleningstraject meestal bij de huisarts of de eerstelijnspsycholoog. De rol van de huisarts is in eerste instantie meestal het beoordelen van de a priori lage waarschijnlijkheid dat de depressieve klachten een somatische achtergrond hebben, dan wel of dat valt uit te sluiten (van Marwijk et al, NHG-Standaard Depressieve stoornis, 2003). De afgelopen deccenia is er veel gediscussieerd over mogelijke onderdiagnostiek en onderbehandeling van depressies in de huisartspraktijk. Sinds enige jaren wordt gewaarschuwd voor overdiagnostiek en overbehandeling. Het is belangrijk om mogelijke levensproblemen (behorend tot de normale ervaringen), overspanning, aanpassingsstoornissen en rouwproblemen goed te onderscheiden van depressieve stoornissen. De begeleiding van de depressieve patiënt berust daarna bij huisarts of eerstelijnspsycholoog nog onvoldoende uitgekristalliseerd die we verder (depressie)zorgmanager noemen. De meeste depressieve patiënten hebben overigens in eerste instantie vooral behoefte aan generieke gesprekken (van Schaik, 2003). De zorgmanager zorgt voor een functionele werkrelatie met de depressieve patiënt. De zorgmanager exploreert eerst de aard van de emotionele klachten, en de ideeën die de patiënt heeft over de achtergronden of de betekenis ervan. Daarna bespreekt de zorgmanager de effecten van de klachten op het functioneren, en de verwachtingen die de patiënt heeft ten aanzien van de zorg (Stewart, 2003). Het kan behulpzaam zijn om om klachten wijzend op een depressieve stoornis op te sporen en te kwantificeren (met bijvoorbeeld de Patient Health Questionnaire (PHQ) of de Vier Dimensionele Klachtenlijst (4DKL) (Terluin et al 2006). Daarna benoemt de zorgmanager de klachten als depressief, rekening houdend met bijvoorbeeld nonverbale signalen van de patiënt. De vraag is dan of de patient deze werkhypothese herkent. Is de patiënt het eens met de werkhypothese/diagnose depressie, dan krijgt deze uitleg met NHG-patiëntenbrief en het verzoek het materiaal thuis te bespreken. Daarna volgt ten minste Pagina 14 van 100

15 een aanbod voor een vervolggesprek met de zorgmanager binnen vier weken. De zorgmanager bespreekt nu het concrete behandeldoel: het betekenisvol verminderen van de klachten. Daarna bespreekt de zorgmanager welke opties haar daarvoor open staan (zie onder). Als de patiënt de klachten niet als depressief herkent, volgt in ieder geval een aanbod voor controle na 2-4 weken. De zorgmanager geeft de patiënt in ieder geval ook een patiënt informatiebrief mee over depressieve klachten en stoornissen (NHG) om thuis na te lezen en te bespreken met anderen. Bij (lichte) depressie kan de patiënt de klachten bagatelliseren, deels vanuit de anhedonie. Het is van belang dat de zorgmanager hierin niet te veel mee gaat in dit vaker voorkomende patroon bij depressieve patiënten. Er is een behandelcontract: de patiënt gaf aan snel van de klachten af te willen. De zorgmanager legt uit dat de patiënt toestemming geeft om alles in het werk te zetten om te zorgen dat deze het behandeldoel haalt (tijdscontingente klachtreductie). Dat houdt bijvoorbeeld in dat gebeld wordt waar de patiënt blijft als hij of zij niet verschijnt op controleafspraken of de antidepressiva niet ophaalt bij de apotheek (Gensichen, J, Case management, 2003). Het behandelcontract houdt bovendien in dat de zorgmanager de patiënt steunt om de praktische problemen op bijvoorbeeld het werk ( te druk ) of in diens relatie, op te lossen. De zorgmanager versterkt daarbij vooral goede (nietdepressogene) keuzes die een patiënt maakt om te herstellen en complimenteert zo veel mogelijk. De patiënt heeft dan allerlei opties die eventueel gecombineerd kunnen worden. Algoritme behandeling depressieve stoornis (eerste stappen) 1. Bespreking/bepaling ernst depressie; matig ernstig, ernstig 2. Is er een behandelcontract? Ja: zie stoornis. Nee: vervolgconsult aanbieden. 3. Bij co-morbide angststoornis: volg algoritme angststoornissen Matig ernstige depressie: 1. Psycho-educatie in eerste gesprekken met zorgmanager of in meer therapeutisch vorm (zie onder) 2. Activity scheduling (idem): activering, leuke dingen doen (Cuijpers, 2007) 3. (Guided) self help: zelf-management (zie bibliotherapie hieronder), via internet, of met ander materiaal, met of zonder begeleiding 4. Problem solving treatment (zormanager/praktijkondersteuner GGZ/SPV) 5. Running/lichamelijke activiteit (idem, bijvoorbeeld onder begeleiding fysiotherapie) 6. Afwachten/herbeoordelen met ten minste twee klachtgerichte controles na 4 en 8 weken (Spijker, 2003) 7. Antidepressiva door huisarts. 8. Verwijzing naar psycholoog (bijvoorbeeld als er een patroon in de levenslijn zit), maatschappelijk werkende (als sociale problemen meer op de voorgrond staan) of psychiater (bij onvoldoend herstel). Indien een matige ernstige depressie langer dan half jaar duurt dan over op algoritme: Ernstige depressie 1. Keuze psychotherapie of medicamenteus Pagina 15 van 100

16 2. Als er sprake is van suicidaliteit is sowieso meestal intensievere begeleiding (en verwijzing) nodig. 3. Bij keuze psychotherapie: CGT of ITP (problem solving therapy ipv problem solving treament) 4. Bij keuze medicamenteus: TCA of SSRI Bibliotherapie/zelfhulp, psycho-educatie en Problem Solving Treatment Inleiding Bibliotherapie/zelfhulp is een vorm van een gestandaardiseerde behandeling waarbij geen of slechts minimale begeleiding wordt gegeven door een professional. De behandeling staat op schrift, of op geluidsband/videoband of iets dergelijks en de patiënt werkt deze zelfstandig door. Er is ook een meer formele vorm van psycho-educatie (cursus in de put, uit de put ; cursus omgaan met depressie ). Dat is een sterk gestructureerde behandeling waarbij de begeleiding meestal in cursusvorm plaatsvindt, of binnen een ondersteuningsstructuur (groepsgewijze of individueel). Naast deze twee is ook nog Problem Solving Treatment beschikbaar, een op cognitief gedragstherapeutische principe gebaseerde interventie die patiënten zelfstandig leert problemen op te lossen. Bibliotherapie en psycho-educatie zijn niet altijd goed van elkaar te scheiden. Vaak zijn de interventies in de onderzoeken niet duidelijk omschreven en als dat wel zo is, dan bevatten ze vaak overlappende activiteiten. Hieronder worden de twee interventies los van elkaar besproken, voor zover het onderscheid te maken was. In de conclusie worden ze weer samengenomen. Samenvatting van de literatuur Bibliotherapie Er zijn afgelopen jaren verschillende meta-analyses gepubliceerd over bibliotherapie (Scogin e.a., 1990 (40 onderzoeken); Gould & Clum, 1993 (40 onderzoeken); Marss, 1995 (5 onderzoeken); Cuijpers, 1997 (6 onderzoeken)). Hierbij zijn onderzoeken beoordeeld waarin bibliotherapie de belangrijkste interventie was. Vaak vond bibliotherapie plaats met een minimale ondersteuning, bijvoorbeeld een wekelijks kort contact over de voortgang (hier gaat het al meer op psycho-educatie lijken). In de meeste onderzoeken vonden vergelijkingen plaats met therapeutische behandelingen en met controlegroepen. Na 1997 zijn er nog 5 onderzoeken verricht over bibliotherapie bij depressie (Bowman e.a., 1995; Jamison & Scogin, 1995; Landreville & Bissonnette, 1996; Holdsworth e.a., 1997; Ackerson e.a., 1998). De uitkomsten van deze onderzoeken wijken niet af van de eerdere meta-analyses. Ook literatuuronderzoek van den Boer, e.a. (2004) wijst uit dat bibliotherapie effectiever is dan wachtlijst behandeling, maar de effecten op zich zelf zijn niet erg groot, de gemiddelde effect size voor zelfhulp (vooral bibliotherapie) vs. controle condities was 0,84 (95% BI: 0,59 0,96). De auteur benadrukt de rol die paraprofessionals kunnen spelen bij het verbeteren van de effectiviteit van self help programma s. Christensen en haar medewerkers (Christensen, e.a., 2004a; Christensen, e.a., 2004b; Christensen, e.a., 2006a; Christensen, e.a., 2006b; Griffiths, e.a., 2004) ontwikkelden een online programma voor depressie op Pagina 16 van 100

17 internet en vonden dat de toevoeging van dit programma aan een individuele of groepsbehandeling met CGT een gunstig effect had, maar het programma op zich, zonder CGT hadden ze echter een beperkt effect. Uit de onderzoeken blijkt ten minste dat internet programma s kunnen worden ontwikkeld die de positieve resultaten van een gangbare behandeling kunnen versterken. De werkgroep acht het de moeite waard om zulke programma s ook voor het Nederlandse taalgebied beschikbaar te maken. Conclusies Niveau 2 Het is aannemelijk dat bibliotherapie (zelfhulp), effectief is, eventueel met minimale ondersteuning, bij unipolaire depressies, vaak net zo effectief als individuele of groepstherapie. Voor zover in de verschillende studies ook ander dan geschreven materiaal is beoordeeld, dan gold ook daarvoor dat ze minstens zulke positieve effecten hadden als geschreven materiaal. Over de interpretatie van de effecten bestaan twijfels die vooral te maken hebben met de wijze van selecteren van respondenten. Vaak melden mensen zichzelf aan, waardoor een zekere motivatie aanwezig is; vaak ook beoordelen mensen zelf of ze depressief zijn aan de hand van een ingevulde lijst. De uitkomsten van deze zelfdiagnose instrumenten is niet zondermeer betrouwbaar. Internet programma s hebben een positief effect op individuele of groepstherapieën. Over de effecten van Internet therapieën op zich, als monotherapie, zijn de meningen niet eensluidend. A2 Christensen H. et al 2006c Psychoeducatie Cuijpers heeft een meta-analyse (bestaande uit 20 onderzoeken) verricht naar het effect van een omgaan-met-depressie-cursus bij unipolaire depressies (Cuijpers, 1998). De cursus is sterk gestructureerd en het leren van vaardigheden staat centraal. De cursusleider heeft meer de rol van docent dan van therapeut. De meta-analyse laat zien dat de cursus effectief is bij depressies, hoewel er ook hier weer twijfels zijn over de betrouwbaarheid van onder meer de diagnose. De meeste bestudeerde onderzoeken stellen de DSM-criteria niet als maat. Rokke e.a. (2000) hebben twee soorten groepspsycho-educatie vergeleken: mondelinge overdracht van theoretische informatie plus interactie, en informatie gericht op zelfmanagement plus interactie. Onder invloed van beide interventies verbeterde de depressie significant meer dan bij de controlegroep. Tussen de beide benaderingen was geen significant verschil. Wegens de kleine onderzoeksgroepen is de generaliseerbaarheid van de uitkomsten beperkt. Problem Solving Therapy Pagina 17 van 100

18 Van een inhoudelijk tot in detail uitgewerkt gespreksmodel dat oplossingsvaardigheden van patiënten met een depressie vergroot, de Problem Solving Therapy (PST), is de werkzaamheid ruim voldoende aangetoond (Barrett ; Dowrick e.a. 2000; Mynors-Wallis ; Unutzer e.a. 2002; Wilkinson e.a. 1994; Williams e.a. 2000). De effectiviteit van deze op concreet gedrag gebaseerde kortdurende PST is voor de Nederlandse eerste lijn veelbelovend. PST is gemakkelijk te leren, vergt vijf gesprekken en valt ook goed in een stepped-care-model te combineren met andere vormen van behandeling. Conclusies Niveau 1 Niveau 3 Niveau 3 Het is aangetoond dat Problem Solving Treatment (PST) werkt bij depressie. PST is een inhoudelijk tot in detail uitgewerkt gespreksmodel voor de eerste lijn dat de oplossingsvaardigheden van patiënten met een lichte depressie vergroot. PST is ook goed in een stepped-care-model te combineren met andere vormen van behandeling. Het is waarschijnlijk dat bibliotherapie/zelfhulp, op schrift dan wel audiovisueel aangeboden, en psychoeducatie zinvolle interventies zijn bij mensen met een depressieve stoornis. Het is waarschijnlijk dat internet zelfhulp programma s op zich een gering effect hebben maar zijn wel nuttig als ondersteuning van individuele en groepstherapie en kunnen het aantal benodigde sessies reduceren. A2 Christensen, H, et al (2006) Overige overwegingen In ieder geval kan gesteld worden dat in het kader van de WGBO het noodzakelijk is dat mensen dusdanig geïnformeerd zijn over hun aandoening dat zij weloverwogen beslissingen kunnen nemen over/in kunnen stemmen met de aanpak ervan. Dit maakt een vorm van psycho-educatie in alle gevallen noodzakelijk. Aanbevelingen Het is de mening van de werkgroep dat het zinvol is om met (eventueel groepsgewijze) bibliotherapie/ psychoeducatie te starten, als mensen zich bij de hulpverlening aanmelden met een depressie. Het is de mening van de werkgroep dat een andere behandelvorm overwogen moet worden als na een periode van 6 weken geen, of onvoldoende effect van de interventie blijkt. Pagina 18 van 100

19 Het de mening van de werkgroep dat het verstandig is bibliotherapie/ psychoeducatie te ondersteunen door een lichte vorm van, al dan niet groepsgewijze, begeleiding. De werkgroep beveelt ontwikkeling van ondersteunende therapieprogramma s op internet aan. Het is de mening van de werkgroep dat het zinvol is om over te stappen op een andere vorm van behandelen, te weten cognitieve gedragstherapie en/of medicatie als mensen eerder bibliotherapie/ psycho-educatie ontvingen met onvoldoende resultaat. Het is de mening van de werkgroep dat dit ook het geval is bij patiënten die niet speciaal gemotiveerd of te motiveren zijn voor bibliotherapie / psychoeducatie. De werkzaamheid van de op concreet gedrag gebaseerde kortdurende Problem Solving Therapy (PST) is aangetoond. Dit is een inhoudelijk tot in detail uitgewerkt gespreksmodel dat oplossingsvaardigheden van patiënten met een depressie vergroot. De effectiviteit voor de Nederlandse eerste lijn is veelbelovend. De PST valt ook goed in een stepped-care-model te combineren met andere vormen van behandeling. Literatuur Ackerson, J., Scogin, F., McKendree-Smith, N., e.a. (1998). Cognitive bibliotherapy for mild and moderate adolescent depressive symptomatology. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 66, Barrett, J.E., e.a. (2001). Treatment of dysthymia and minor depression in primary care: a randomized trial in patients aged 18 to 59 years. Journal of Family Practice, 50, Barrett, J.E., Williams, J.W. Jr., Oxman, T.E., e.a. (1999). The treatment effectiveness project. A comparison of the effectiveness of paroxetine, problem-solving therapy, and placebo in the treatment of minor depression and dysthymia in primary care patients: background and research plan. Gen Hosp Psychiatry 1999;21: Boer, P.C.A.M. den, Wiersma, D., Bosch, R.J. van den (2004). Why is self-help neglected in the treatment of emotional disorders? A meta-analysis. Psychological Medicine,, 34, Bowman, D., Scogin, F., & Lyrene, (1995). The efficacy of self-examination therapy and cognitive bibliotherapy in the treatment of mild to moderate depression. Psychotherapy Research, 5, Christensen, H.,Griffiths, K.M., Britliffe, A.E., Groves, C. (2004). A comparison of changes in anxiety and depression symptoms of spontaneous users and trial participants of a cognitive behaviour website. Journal of medical Internet Reseearch,6,e46.doi: /jmir.6.4.e46. Christensen, H., Griffiths, K.,Groves, C.,Korten, A. (2006a) Free range users and hit wonders: community users of an internet-based cognitive behavour therapy program. Australian and New Zealand Journal of Psychiatry,40, Christensen, H.,Leach, L.S.,Barney,L.,Mackinnon, A.J., Griffiths, K.M. ((2006b). The effect of web based depression interventions on self reported help seeking: a randomized controil trial. BMC Psychiatry,6, 13. Christensen, H., Griffiths, K.M., Mackinnon, A.J., Brittliffe, K. (2006c). Online randomized controltrial of brief and full cognitive behaviour therapy for depression. Psychological Medicine, 36, Cuijpers, P. (1997). Bibliotherapy in unipolar depression. J. Behav Ther Exp Psychiatry, 28, Cuijpers, P. (1998). A psycho-educational approach to the treatment of depression; a meta-analysis of Lewinsohn s Coping with Depression course. Behavourial Therapy, 29, Cuijpers, P. (2000). In de put, uit de put; effecten en effectpredictoren van een cursus omgaan met depressie. Huisarts en Wetenschap, 43, Cuijpers, P., Tiemens, B., & Willemse, G. (2001). Minimal contact psychotherapy for depression (Protocol for a Pagina 19 van 100

20 Cochrane Review). Cochrane Library, 2. Oxford: Oxford Update Software. Gould, R.A., & Clum, G.A. (1993). A meta-analysis of self-help treatment approaches. Clinical Psychology Review, 133, Dowrick, e.a. (2000). Problem solving treatment and group psychoeducation for depression: multicentre randomised controlled trial. British Medical Journal, 321, Griffiths, K.M., Christensen, H., Jorm, A.F.,Evans, K., Groves, C. (2004). Effetc of web-based depression literacy and cognitive behaviour therapy interventions on stigmatising attitudes to depression. British Journal of Psychiatry, 185, Holdsworth, N., Paxton, R. Seidel S., e.a. (1996). Parallel evaluations of new guidance materials for anxiety and depression in primary care. Journal of Mental Health UK, 5, Jamison, C., & Scogin, F. (1995). The outcome of cognitive bibliotherapy with depressed adults. Journal of Consulting and Clinicsl Psychology, 63, Landreville, P., & Bissonnette, L. (1997). Effects of Cognitive Bibliotherapy for Depressed Older Adults with a Disability. Clinical Gerontologist, 17, Marss, R.W. (1995). A meta-analysis of bibliotherapy studies. American Journal of Community Psychology, 23, Mynors-Wallis, L.M. (1996). Problem Solving Treatment: evidence for effectiveness and feasibility in primary care. Int J Psychiatry in Medicine, 26, Mynors-Wallis, L.M., Gath, D.H., Day, A., e.a. (2000). Randomised controlled trial of problem solving treatment, antidepressant medication, and combined treatment for major depression in primary care. British Medical Journal, 320, Mynors-Wallis, L.M., Gath, D.H., Lloyd-Thomas, A.R., e.a. (1995). Randomised controlled trial comparing problem solving treatment with amitriptyline and placebo for major depression in primary care. British Medical Journal, 310, Rokke, P.D., J.A. Tomhave, J.A., & Jocic, Z. (2000). Self-Management Therapy and Educational Group Therapy for Depressed Elders. Cognitive Therapy and Research, 24, Scogin, F., Bynum, J., Stephens, G., e.a. (1990). Efficacy of self-administered treatment programs: meta-analytic review. Professional Psychology, Research and Practice, 21, Schaik, D.J.F. van, van Marwijk, H.W.J., van der Windt, D.A.W.M, e.a. (2002). De effectiviteit van psychotherapie toegepast bij patiënten met een depressieve stoornis in de eerste lijn. Tijdschrift voor Psychiatrie, 44, Terluin B, van Marwijk HW, Ader HJ, de Vet HC, Penninx BW, Hermens ML et al. The Four-Dimensional Symptom Questionnaire (4DSQ): a validation study of a multidimensional self-report questionnaire to assess distress, depression, anxiety and somatization. BMC Psychiatry 2006; 6:34. Unutzer, J., Katon, W., Callahan, C.M., e.a. (2002). Collaborative care management of late-life depression in the primary care setting: a randomized controlled trial. JAMA, 288, Wilkinson, P., & Mynors-Wallis, L.M. (1994). Problem-Solving Therapy in the treatment of unexplained physical symptoms in primary care; a preliminary study. Journal of Psychosomatic Research, 38, Williams, J.W. Jr., Barrett, J., Oxman, T., e.a. (2000). Treatment of dysthymia and minor depression in primary care: A randomized controlled trial in older adults. JAMA, 284, Pagina 20 van 100

21 Update: Psychofarmaca Uitgangsvraag Op welke wijze dient psychofarmaca ingezet te worden voor de behandeling van een patiënt met een depressieve stoornis (niet-psychotisch, unipolair), rekening houdend met aard, ernst en beloop (eerste episode, recidiverend) van de problematiek? Indicatie voor behandeling met antidepressiva Samenvatting van de literatuur Alle in Nederland geregistreerde antidepressiva zijn werkzaam bij de depressieve stoornis, zij het dat de werkzaamheid ten opzichte van placebo beperkt is (Bijl & Verhoeven, 2002). Globaal leiden antidepressiva bij 50-55% van alle patiënten met een depressieve stoornis tot respons (een vermindering van de ernst van de depressie van ten minste 50%, gemeten met een depressieschaal, en binnen 4-6 weken), vergeleken met een respons op placebo bij 30-35%. Deze percentages gelden zowel voor patiënten die in de GGZ behandeld worden als voor patiënten in de eerste lijn (Williams e.a., 2000). Antidepressiva zijn vooral effectiever dan placebo bij patiënten met meer ernstige vormen van de depressieve stoornis, zoals de depressieve stoornis met melancholische kenmerken (Peselow e.a., 1992; Moleman, 1998) en de depressieve stoornis met psychotische kenmerken (zie Biologische behandelingsmogelijkheden bij een psychotische depressie). Tevens zijn enkele antidepressiva werkzaam gebleken bij de dysthyme stoornis (zie Antidepressiva bij de behandeling van de dysthyme stoornis). Bij de depressieve stoornis kan overigens ook verbetering verwacht worden van andere therapievormen, zoals begeleidende gesprekken, psychotherapie, lichttherapie, running therapie en elektroconvulsietherapie. De uitkomsten van de Sequenced Treatment Alternatives to Relieve Depression (STAR*D) Study maken duidelijk dat de remissiepercentages bij depressiebehandeling in een naturalistische setting teleurstellend zijn. Van de 2876 patiënten in STAR*D werd 38% in de eerstelijn en 62% in de tweedelijn behandeld en bijna 80% had een chronische of recidiverende depressieve stoornis. De behandeling in de eerste stap van STAR*D met citalopram leverde remissie op (gemeten via de HDRS) van 28% (Trivedi e.a., 2006). Een beperking bij het beoordelen van de effectiviteit van antidepressiva is dat slechts een deel van de studies gepubliceerd wordt. Doordat studies die een superieur effect vinden van antidepressiva ten opzichte van een controleconditie meer kans maken te worden gepubliceerd (publicatiebias), is een te positief beeld ontstaan van de effectiviteit van deze medicamenten bij de depressieve stoornis. Slechts een beperkt deel van de studies met een negatief resultaat of onduidelijke uitkomst wordt gepubliceerd. Uit een recente publicatie in de New England Journal of Medicine blijkt dat, als ook niet gepubliceerde trials meegenomen worden in een meta analyse, de effect grootte van antidepressiva met gemiddeld 32% afneemt (range 11-69%). Het optreden van publicatiebias is niet specifiek voor studies naar de effectiviteit van antidepressiva. Omdat wetenschappelijke tijdschriften eerder geneigd zijn Pagina 21 van 100

22 studies te publiceren waarin een positief effect wordt gevonden voor een bepaalde behandeling, geldt dit probleem vermoedelijk ook voor andere geneesmiddelen en psychotherapeutische interventies. Conclusie Niveau 1 Het is aangetoond dat antidepressiva zijn werkzaam bij de depressieve stoornis. A1 Trivedi e.a., 2006 Aanbevelingen Antidepressiva zijn geïndiceerd bij patiënten met een ernstige episode van de depressieve stoornis, vooral de depressieve stoornis met melancholische of psychotische kenmerken. Aanbevolen wordt om in de eerste maanden na het begin van een eerste, lichte depressieve stoornis te overwegen niet meteen tot een behandeling over te gaan. Dit geldt zowel voor behandeling met antidepressiva als voor psychotherapie. Er moet dan wel voorlichting (en eventueel bibliotherapie) worden gegeven en de werkgroep acht regelmatige controle van de patiënt aangewezen. (zie ook Indicatie voor behandeling en Eerste-stap-behandelingen) Wanneer een lichte (of ook meer ernstige) episode van de depressieve stoornis daarentegen drie of meer maanden bestaat, wordt in elk geval een behandeling aanbevolen: een antidepressivum of psychotherapie. (zie ook Indicatie voor behandeling en Eerste-stapbehandelingen). Wanneer bij patiënten met een depressieve stoornis primair voor een (of meer) andere therapievorm(en) dan een behandeling met een antidepressivum is gekozen en deze niet binnen drie maanden effectief is (zijn), acht de werkgroep een (aanvullende) behandeling met een antidepressivum geïndiceerd. (zie ook Indicatie voor behandeling en Eerste-stapbehandelingen) Bij een behandeling met een antidepressivum hoort een adequate voorlichting en een frequente controle, in het begin zeker om de week. Literatuur Bijl, D., & Verhoeven, W.M.A. (2002). Antidepressiva bij depressie: een kritische beschouwing. Geneesmiddelenbulletin, 36, Moleman, P. (1998). Praktische psychofarmacologie. Houten/Diegem: Bohn Stafleu van Loghum. (A1) Peselow, E.D., Sanfilipo, M.P., Difiglia, C., e.a. (1992). Melancholic/endogenous depression and response to somatic treatment and placebo. American Journal of Psychiatry, 149, Trivedi, M.H., Rush, A.J., Wisniewski, S.R. e.a. (2006). Evaluation of outcomes with citalopram for depression using measurement-based care in STAR*D: implications for clinical practice. Am J Psychiatry, 163, (A2). Turner EH, Matthews AM, Linardatos E, Tell RA, Rosenthal R. Selective publication of antidepressant trials and its influence on apparent efficacy. New England Journal of Medicine Jan 17;358(3): Pagina 22 van 100

23 Williams, J.W., Mulrow, C.D., Chiquette, E., e.a. (2000). A systematic review of newer pharmacotherapies for depression in adults: evidence report summary. Annals of Internal Medicine, 132, (A1) Eerstekeuzemiddelen Bij deze vraag spelen diverse factoren mee: naast eventuele verschillen tussen antidepressiva in effectiviteit en in tolerantie, ook verschillen in mogelijkheden om adequaat te behandelen. De antidepressiva kunnen worden onderscheiden in de (klassieke) tricyclische antidepressiva (TCA's), de niet-tricyclische antidepressiva (niet-tca's) en de mono-amineoxidase-(mao)-remmers. Tot de TCA's behoren imipramine en amitriptyline (die de heropname remmen van zowel serotonine als noradrenaline - ofwel gemengde heropnameremmers), clomipramine (dat vooral de heropname remt van serotonine) en nortriptyline (dat selectief de heropname van noradrenaline remt). De belangrijkste representanten van de niet-tca's zijn de selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI's; citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline), venlafaxine (dat in lage dosering vooral een SSRI is, maar in hoge dosering een gemengde heropnameremmer), mirtazapine (een presynaptische alfa-2-antagonist en serotonine-2-antagonist) en ook trazodon (een serotonineheropnameremmer en serotonine-2-antagonist). De MAO-remmers omvatten de reversibele, selectieve MAO-A-remmer (RIMA) moclobemide en de irreversibele, niet selectieve (klassieke) MAO-remmers tranylcypromine en fenelzine. Deze laatste twee zijn niet in Nederland geregistreerd, maar wel voor te schrijven als orphan drug'. Nieuw verschenen antidepressiva zijn escitalopram (een selectieve serotonineheropnameremmer) en duloxetine (een serotonine en norepinefrine heropname remmer). Recent is ook bupropion (een norepinefrine en dopamine heropnameremmer) voor de nederlandse markt geregistreerd als antidepressivum. De verschillen in werkzaamheid (en effectiviteit) tussen de diverse antidepressiva zijn doorgaans klein. Om statistisch significante verschillen te kunnen aantonen zijn mede daarom in onderzoek aantallen nodig van 500 of meer patiënten. Dergelijke aantallen zijn in geen enkel onderzoek haalbaar. Vragen over verschillen in werkzaamheid zijn daarom alleen te beantwoorden via meta-analyses of systematische reviews van alle gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT's) met de betreffende antidepressiva. Samenvatting van de literatuur Diverse meta-analyses werden gevonden, waarvan er uiteindelijk 5 werden geselecteerd (Geddes e.a., 2000; Anderson, 2000; Williams e.a., 2000; Anderson, 2001; MacGillivray e.a., 2003). De andere meta-analyses werden terzijde gelegd, omdat deze eerdere publicaties betroffen van dezelfde auteurs van wie later gepubliceerde meta-analyses waren geselecteerd, omdat de meta-analyse ook ongepubliceerde onderzoeken betrof (o.a. Thase e.a., 2001; Smith e.a., 2002; Stahl e.a., 2002), en/of omdat de auteurs financiële banden hadden met de producent van het antidepressivum dat in de meta-analyse werd besproken. Pagina 23 van 100

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie?

Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Depressie bij ouderen Herstel als voorwaarde voor rehabilitatie? Rob Kok, psychiater, epidemioloog Parnassia Bavo Groep Den Haag Waarom rehabilitatie? Eerherstel van wie? Over welke ouderen hebben we het

Nadere informatie

DEPRESSIE (eerste revisie)

DEPRESSIE (eerste revisie) Conceptrichtlijnherziening van de Multidisciplinaire richtlijn DEPRESSIE (eerste revisie) Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen patiënten met een depressieve stoornis

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote

Nadere informatie

DEPRESSIE (eerste revisie)

DEPRESSIE (eerste revisie) Richtlijnherziening van de Multidisciplinaire richtlijn DEPRESSIE (eerste revisie) Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen patiënten met een depressieve stoornis Copyright

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (TWEEDE REVISIE) Versie 1.0

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (TWEEDE REVISIE) Versie 1.0 MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (TWEEDE REVISIE) Versie 1.0 Datum Goedkeuring 16-03-2011 Verantwoording Trimbos-instituut Inhoudsopgave Multidisciplinaire Richtlijn Depressie (tweede revisie)...1

Nadere informatie

UPDATE ANGSTSTOORNISSEN (eerste revisie)

UPDATE ANGSTSTOORNISSEN (eerste revisie) Richtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn UPDATE ANGSTSTOORNISSEN (eerste revisie) Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen patiënten met een angststoornis

Nadere informatie

ANGSTSTOORNISSEN: Paniekstoornis en PTSS (eerste revisie)

ANGSTSTOORNISSEN: Paniekstoornis en PTSS (eerste revisie) Conceptrichtlijnherzieningen van de Multidisciplinaire richtlijn ANGSTSTOORNISSEN: Paniekstoornis en PTSS (eerste revisie) Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen patiënten

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 Datum Goedkeuring 01-08-2013 Verantwoording Trimbos-instituut Inhoudsopgave Auteurs en Colofon...1 Voorwoord Wat is herzien (versie

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 Datum Goedkeuring 01-08-2013 Verantwoording Trimbos-instituut Inhoudsopgave Auteurs en Colofon...1 Voorwoord: wat is herzien

Nadere informatie

Een hoogwaardige GGz in de vaart der volkeren

Een hoogwaardige GGz in de vaart der volkeren Een hoogwaardige GGz in de vaart der volkeren Aart Schene Hoogleraar Psychiatrie Radboud umc, Nijmegen Artikelen Neurowetenschappen - 1973-2012 - 2010 2000 1990 Translational Research Basic Animal Research

Nadere informatie

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit

Nadere informatie

Inhoud. Nieuw in de NHG Standaard Angst. Vraag 2. Vraag 1. Vraag 3. Nieuw in de NHG standaard in beleid. Nieuw?! Diagnose en beleid RCT Implementatie

Inhoud. Nieuw in de NHG Standaard Angst. Vraag 2. Vraag 1. Vraag 3. Nieuw in de NHG standaard in beleid. Nieuw?! Diagnose en beleid RCT Implementatie Inhoud Nieuw in de NHG Standaard Angst Christine van Boeijen PAO H 2012 Nieuw?! Diagnose en beleid RCT Implementatie En verder Wat hebt u geleerd? Vraag 1 Waarmee presenteert een patient met een angststoornis

Nadere informatie

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Kwalitatief goede zorg tegen aanvaardbare kosten Door Sebastiaan Baan Korte uitleg animatie: https://youtu.be/dl6n5hix2d Y 2 NETWERK KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Landelijk Platform

Nadere informatie

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH) Samenvatting (summary in Dutch) Samenvatting In hoofdstuk 1 wordt de algemene introductie van dit proefschrift beschreven. De nadruk in dit proefschrift lag op patiënten met hoofd-halskanker (HHK) en

Nadere informatie

Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie,

Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie, Depressief syndroom Persoonlijke Psychiatrie, 21-6-2017 Jan Spijker, psychiater, hoogleraar Chronische Depressie, Radboud Universiteit Nijmegen hoofd programma depressie Pro Persona, Nijmegen Indeling

Nadere informatie

Effectiviteit van antidepressiva; implicaties van twee meta-analysen voor de klinische praktijk

Effectiviteit van antidepressiva; implicaties van twee meta-analysen voor de klinische praktijk k o r t e b i j d r a g e Effectiviteit van antidepressiva; implicaties van twee meta-analysen voor de klinische praktijk s. t h i o, a. j. l. m. v a n b a l k o m achtergrond Regelmatig ontstaat er in

Nadere informatie

De revisie van de richtlijn angststoornissen

De revisie van de richtlijn angststoornissen De revisie van de richtlijn angststoornissen Ton van Balkom VU-MC/GGZ ingeest Amsterdam Dagelijkse behandeling angststoornis (Young et al, Arch Gen Psychiatry 2001) Depressie Angst Angst + Depressie

Nadere informatie

EVIDENCE BASED WERKEN MET E-HEALTH: BIJ ELKE CLIËNT? PROF. DR. ANNEMIEKE VAN STRATEN

EVIDENCE BASED WERKEN MET E-HEALTH: BIJ ELKE CLIËNT? PROF. DR. ANNEMIEKE VAN STRATEN EVIDENCE BASED WERKEN MET E-HEALTH: BIJ ELKE CLIËNT? PROF. DR. ANNEMIEKE VAN STRATEN 2 Hoogleraar Klinische Psychologie VU POH- GGZ in huisartsenpraktijk 3 E-health Wat bedoel ik daarmee? 4 Uitgangspunt:

Nadere informatie

Totstandkoming en methoden. NHG-Standaard Overspanning en burn-out (M110)

Totstandkoming en methoden. NHG-Standaard Overspanning en burn-out (M110) Totstandkoming en methoden NHG-Standaard Overspanning en burn-out (M110) Utrecht, November 2018 Inhoudsopgave 1 Samenstelling werkgroep 3 2 Inleiding 4 Doel van de standaard 4 Afbakening van het onderwerp

Nadere informatie

Patient met angststoornis(sen) Video - casus

Patient met angststoornis(sen) Video - casus Behandeling van angststoornissen in de eerstelijnszorg; effectiviteit en toepasbaarheid van Begeleide Zelfhulp Christine van Boeijen Symposium Geen paniek 2010 Voorstellen Christine van Boeijen, psychiater

Nadere informatie

De toepassing van de multidisciplinaire richtlijn voor depressie in de 2 e lijn

De toepassing van de multidisciplinaire richtlijn voor depressie in de 2 e lijn De toepassing van de multidisciplinaire richtlijn voor depressie in de 2 e lijn Frans Poolen, Altrecht A. van Schaik, B. Penninx & T. van Balkom VGCt, najaarscongres 2012 Vraagstelling In hoeverre worden

Nadere informatie

PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN

PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN PLAATS VAN ANTIDEPRESSIVA IN DE AANPAK IN DE EERSTE LIJN VAN DEPRESSIE BIJ VOLWASSENEN In dit artikel wordt de plaats van antidepressiva in de aanpak van depressie in de eerste lijn bij volwassenen besproken.

Nadere informatie

Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische Farmacoepidemiologie Universiteit Utrecht

Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische Farmacoepidemiologie Universiteit Utrecht Hoe vertaal ik resultaten uit de medische literatuur en richtlijnen naar de dagelijkse praktijk? Interpretatie van resultaten van geneesmiddelenonderzoek Rob Heerdink Universitair Hoofddocent Klinische

Nadere informatie

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift 153 SAMENVATTING Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift Angst en depressie zijn de meest voorkomende psychische stoornissen, de ziektelast is hoog en deze aandoeningen brengen hoge kosten met

Nadere informatie

Behandeling van ouderen in de eerste lijn

Behandeling van ouderen in de eerste lijn Behandeling van ouderen in de eerste lijn Lucinda Meihuizen, GZ psycholoog Bestuurslid sectie ouderenpsychologen NIP Zorgpartners Midden-Holland en Samenwerkende psychologen Alphen a/d Rijn Agenda workshop

Nadere informatie

De Multidisciplinaire richtlijn Depressie

De Multidisciplinaire richtlijn Depressie k o r t e b i j d r a g e De Multidisciplinaire richtlijn Depressie Een commentaar j. s p i j k e r, j. h u y s e r, m. b. j. b l o m samenvatting De Multidisciplinaire richtlijn Depressie is een belangrijke

Nadere informatie

Consensus based methodiek

Consensus based methodiek Bijlage 9 Methode ontwikkeling Bij elke module staat aangegeven volgens welke methodiek deze is uitgewerkt: Consensus based methodiek Evidence based methodiek (EBRO) Evidence based methodiek (GRADE) Consensus

Nadere informatie

Totstandkoming en methoden NHG-Standaard Depressie (M44)

Totstandkoming en methoden NHG-Standaard Depressie (M44) NHG symposium Xxxxxxxxx Totstandkoming en methoden NHG-Standaard Depressie (M44) April 2019 Nederlands Huisartsen Genootschap, afdeling richtlijnontwikkeling en wetenschap Inhoud 1 Samenstelling werkgroep

Nadere informatie

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten

Nadere informatie

Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz. Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan

Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz. Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ Sebastiaan Baan Netwerk LPGGz NIP NVvP Nederlands Huisartsen

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 9. Samenstelling van de werkgroep 11

Inhoud. Voorwoord 9. Samenstelling van de werkgroep 11 Inhoud Voorwoord 9 Samenstelling van de werkgroep 11 Samenvatting 13 Samenvatting van de aanbevelingen 13 Symptomen van het PD 13 Criteria voor PD 14 Risicofactoren 14 Meetinstrumenten 14 Patiëntenperspectief

Nadere informatie

Kennislacunes NHG-Standaard Depressie

Kennislacunes NHG-Standaard Depressie Kennislacunes Kennislacunes 1. Het nut van screening naar depressie bij mensen met een chronische somatische aandoening in de (noot 15-16). 2. De 4DKL als instrument om het verloop van de (ernst van de)

Nadere informatie

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 2015041635, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis 5 Consultatiedocument Farmacotherapeutisch Kompas voor registratiehouders Graag reactie voor 30 november 2017 van de registratiehouders die

Nadere informatie

De behandeling van chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie)

De behandeling van chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie) Improving Mental Health by Sharing Knowledge De behandeling van chronische angst en depressie (resultaten van de ZemCAD studie) Jan Spijker, Annemein Kemps, Henny Sinnema VGCT najaarscongres 2013 INHOUD

Nadere informatie

Richtlijn elektroconvulsietherapie

Richtlijn elektroconvulsietherapie Richtlijn elektroconvulsietherapie Tweede, herziene versie, 2010 W.W. van den Broek, T.K. Birkenhäger, D. de Boer, J.P. Burggraaf, B. van Gemert, T.H.N. Groenland, K.H. Kho, M.L. Stek, B. Verwey, I.M.

Nadere informatie

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI 10.1007/978-90-368-1003-6, 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media 50 neem de regie over je depressie Bijlage 1 Beloopstabel

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,

Nadere informatie

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology Relaties met een farmaceutisch bedrijf of sponsor Geen Antidepressivum, antipsychoticum

Nadere informatie

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010)

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) AH 740 2010Z13219 Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) 1 Bent u bekend met nieuw onderzoek van Michigan State University

Nadere informatie

Wat doen zelfhulp en vroeghulp aan verslaving?

Wat doen zelfhulp en vroeghulp aan verslaving? Wat doen zelfhulp en vroeghulp aan verslaving? Dag van de verslaving 12 oktober 2007 Gerard M. Schippers Academisch Medisch Centrum Universiteit van Amsterdam Tijdschrift sinds 2005 Bohn Stafleu Van Loghum

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN DEPRESSIE (3E REVISIE, 2013) Versie 1.0 Datum Goedkeuring 01-08-2013 Verantwoording Trimbos-instituut Inhoudsopgave Auteurs en Colofon...1 Voorwoord Wat is herzien (versie

Nadere informatie

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015 Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk Lies Braam, verpleegkundig specialist neurologie 26 maart 2015 V &VN neurocongres Definitie EBP Bij EBP gaat het om klinische beslissingen op basis van

Nadere informatie

DE STAND VAN DE WETENSCHAP: BEWEZEN EFFECTIEF

DE STAND VAN DE WETENSCHAP: BEWEZEN EFFECTIEF 'KLEUR JE LEVEN' DE STAND VAN DE WETENSCHAP: BEWEZEN EFFECTIEF Contactgegevens Mentalshare Telefoon: +31 (0)302971198 E-mail: kleurjeleven@mentalshare.nl Website: www.mentalshare.nl In samenwerking met:

Nadere informatie

Arbokennis ontsloten

Arbokennis ontsloten Arbokennis ontsloten Kennis voor en door(?) arboprofessionals NVvA symposium maart 2012 Door: Huib Arts Kennisbronnen (1) Tekst communicatie: De wetenschappelijke wereld / Kennisinstituten Handboeken en

Nadere informatie

GGz in de huisartsenpraktijk. Christina Van der Feltz-Cornelis Symposium: Huisarts en POH GGz: samen sterker! Nieuwegein 22 januari 2015

GGz in de huisartsenpraktijk. Christina Van der Feltz-Cornelis Symposium: Huisarts en POH GGz: samen sterker! Nieuwegein 22 januari 2015 GGz in de huisartsenpraktijk Christina Van der Feltz-Cornelis Symposium: Huisarts en POH GGz: samen sterker! Nieuwegein 22 januari 2015 MODEL BASISGGZ Model BasisGGz-Generalistische GGz-Specialistische

Nadere informatie

Behandeling informatie.

Behandeling informatie. Behandeling informatie. Bij een wachttijd langer dan een maand wordt de mogelijkheid geboden om door te verwijzen naar een andere GBGGZ- aanbieder. Psychologenpraktijk NK heeft nauwe contacten met een

Nadere informatie

Stepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn

Stepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn Stepped care bij Angst & Depressie: van eerste tot tweede lijn Het SAD-project Een onderzoek naar de behandeling van angst- en stemmingsklachten. Informatie voor deelnemers Drs. L. Kool Dr. A. van Straten

Nadere informatie

100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD

100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD 100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD ONLINE COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE 2 100% Online CGT E-BOOMING? 3 100% Online CGT MIND THE GAP! 4 100% Online CGT EFFECTEN ONLINE

Nadere informatie

Zoeken naar evidence

Zoeken naar evidence Zoeken naar evidence Faridi van Etten-Jamaludin Clinical librarian Medische Bibliotheek AMC 2 december 2008 Evidence Based Practice? Bij EBP worden klinische beslissingen genomen op basis van het best

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Kwalitatief goede zorg tegen aanvaardbare kosten Door Sebastiaan Baan Korte uitleg animatie: https://youtu.be/dl6n5hix2dy 2 NETWERK KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Landelijk Platform

Nadere informatie

Verzekeringsgeneeskunde en Wetenschap

Verzekeringsgeneeskunde en Wetenschap Verzekeringsgeneeskunde en Wetenschap hoop voor de toekomst! Em. Prof. Dr. Haije Wind, verzekeringsarts Amsterdam, 14 maart 2019 Amsterdam UMC locatie AMC, Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid,

Nadere informatie

Richtlijn consultatieve psychiatrie

Richtlijn consultatieve psychiatrie Richtlijn consultatieve psychiatrie A.F.G. Leentjens, A.D. Boenink, J.J. van Croonenborg, J.J.E. van Everdingen, C.M. van der Feltz-Cornelis, N.C. van der Laan, H. van Marwijk, T.W.D.P. van Os, H.N. Sno

Nadere informatie

Voorstellen. Belangenverstrengeling. Indeling workshop

Voorstellen. Belangenverstrengeling. Indeling workshop Workshop Durf te leren, om daarna te leren durven RCT en begeleide zelfhulp Christine van Boeijen Voorstellen Christine van Boeijen, psychiater GGNet Apeldoorn-Zutphen en plaatsvervangend opleider GGNet

Nadere informatie

SAMENVATTING Veel voorkomende psychiatrische stoornissen zoals depressieve- en angststoornissen, ook wel common mental disorders genoemd (CMDs), hebben een hoge prevalentie en dragen substantieel bij aan

Nadere informatie

PSYCHOFARMACA. Gert- Jan Hendriks, psychiater Directeur Centrum voor Angststoornissen Overwaal Hoofd Zorgprogramma Angststoornissen Pro Persona

PSYCHOFARMACA. Gert- Jan Hendriks, psychiater Directeur Centrum voor Angststoornissen Overwaal Hoofd Zorgprogramma Angststoornissen Pro Persona Shared decisison making en Empowerment Gert- Jan Hendriks, psychiater Directeur Centrum voor Angststoornissen Overwaal Hoofd Zorgprogramma Angststoornissen Pro Persona PSYCHOFARMACA Shared decision making

Nadere informatie

FORMULIER IV voor het beoordelen van een PATIËNT-CONTROLEONDERZOEK Versie oktober 2002, geldig t/m december 2005 Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier IV: beoordeling patiënt-controleonderzoek

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN WERK EN ERNSTIGE PSYCHISCHE AANDOENINGEN. Versie 0.0

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN WERK EN ERNSTIGE PSYCHISCHE AANDOENINGEN. Versie 0.0 MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN WERK EN ERNSTIGE PSYCHISCHE AANDOENINGEN Versie 0.0 Datum Goedkeuring 21-04-2011 Methodiek Evidence based Verantwoording Trimbos-instituut Inhoudsopgave Multidisciplinaire

Nadere informatie

Landelijke dag VMDB 18 maart Ontwikkelen en implementeren van Zorgstandaarden

Landelijke dag VMDB 18 maart Ontwikkelen en implementeren van Zorgstandaarden Landelijke dag VMDB 18 maart 2017 Ontwikkelen en implementeren van Zorgstandaarden Bestuurlijk akkoord Netwerk Kwaliteitsontwikkeling Het Netwerk Het netwerk is een samenwerkingsverband waarin partijen

Nadere informatie

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE Drs. Willemke Stilma Docent verpleegkunde HvA Mede met dank aan dr. Anne Eskes 1 INHOUD 5 stappen EBP Formuleren van een klinische vraagstelling PICO Zoekstrategie

Nadere informatie

Doen bij Depressie. Module 3 Fase 4 - Behandelen. Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen.

Doen bij Depressie. Module 3 Fase 4 - Behandelen. Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen. Doen bij Depressie Module 3 Fase 4 - Behandelen Module 3 Medicamenteuze behandeling Bijlage 8 Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen Protocol gebaseerd op het Addendum

Nadere informatie

Ons kenmerk SV/AL/06/ Datum 30 maart 2006

Ons kenmerk SV/AL/06/ Datum 30 maart 2006 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA 's-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

een overzicht Ralph Kupka Hoogleraar Bipolaire Stoornissen, VU Medisch Centrum, Amsterdam GGZ ingeest, Amsterdam / Hoofddorp; Altrecht, Utrecht

een overzicht Ralph Kupka Hoogleraar Bipolaire Stoornissen, VU Medisch Centrum, Amsterdam GGZ ingeest, Amsterdam / Hoofddorp; Altrecht, Utrecht een overzicht Ralph Kupka Hoogleraar Bipolaire Stoornissen, VU Medisch Centrum, Amsterdam GGZ ingeest, Amsterdam / Hoofddorp; Altrecht, Utrecht Disclosure belangen spreker: Disclosure belangen spreker

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Depressie, doen we wat we weten? Weten we wat we doen?

Depressie, doen we wat we weten? Weten we wat we doen? Depressie, doen we wat we weten? Weten we wat we doen? Yvonne Stikkelbroek Klinisch Psycholoog Y.Stikkelbroek@uu.nl 1 Inhoud. Wat gaat goed wat kan beter? Richtlijnen Opzet van de richtlijn Knelpunten

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Evidence-based Medicine (EBM) in de verzekeringsgeneeskunde

Evidence-based Medicine (EBM) in de verzekeringsgeneeskunde Evidence-based Medicine (EBM) in de verzekeringsgeneeskunde Muntendam symposium, 13-12-2010 Rob Kok, Jan Hoving, Jos Verbeek, Paul Smits, Frederieke Schaafsma, Sarah Ketelaar en Frank van Dijk Evidence

Nadere informatie

Leidraad beoordelingen behandelingen tot verzekerde pakket door Kenniscentrum GGZ van Zorgverzekeraars Nederland

Leidraad beoordelingen behandelingen tot verzekerde pakket door Kenniscentrum GGZ van Zorgverzekeraars Nederland Leidraad beoordelingen behandelingen tot verzekerde pakket door Kenniscentrum GGZ van Zorgverzekeraars Nederland Mei 2014 Aanleiding Het CVZ beschrijft in het Rapport geneeskundige GGZ deel 2 de begrenzing

Nadere informatie

Moet de depressiebehandeling in Nederland anders na de star*d-studie?

Moet de depressiebehandeling in Nederland anders na de star*d-studie? korte bijdrage Moet de depressiebehandeling in Nederland anders na de star*d-studie? y. paalvast, w.a. nolen samenvatting In dit artikel worden de belangrijkste resultaten van de Sequenced Treatment Alternatives

Nadere informatie

Richtlijn Angst (2016)

Richtlijn Angst (2016) Richtlijn Angst (2016) Onderbouwing Uitgangsvragen Hoe kunnen rollen en taken optimaal worden verdeeld tussen betrokken zorgverleners bij jeugdigen (0-18 jaar) met angst, ter voorkoming van dubbelingen,

Nadere informatie

Multidisciplinaire Richtlijn ALS ergotherapie, fysiotherapie en logopedie: een update

Multidisciplinaire Richtlijn ALS ergotherapie, fysiotherapie en logopedie: een update www.als-centrum.nl Multidisciplinaire Richtlijn ALS ergotherapie, fysiotherapie en logopedie: een update Anita Beelen Senioronderzoeker Revalidatie AMC Projectleider Richtlijnproject Update bestaande richtlijn

Nadere informatie

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten

Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Depressie na een hartinfarct en risico op nieuwe hartklachten Marij Zuidersma Promotoren: Peter de Jonge, Johan Ormel, Henk Jan Conradi Interdisciplinary center for psychiatric epidemiology University

Nadere informatie

Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands

Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands Nonrespons en ernstige klachten bij OCD: richtlijnen herzien? Else de Haan PhD Lidewij Wolters PhD Amsterdam, the Netherlands Behandeling OCS bij kinderen Cognitieve gedragstherapie (CGT) Combinatie CGT

Nadere informatie

Mindfulness binnen de (psycho) oncologie. Else Bisseling, 16 mei 2014

Mindfulness binnen de (psycho) oncologie. Else Bisseling, 16 mei 2014 Mindfulness binnen de (psycho) oncologie Else Bisseling, 16 mei 2014 (Online) Mindfulness-Based Cognitieve Therapie voor kankerpatiënten. (Cost)effectiveness of Mindfulness-Based Cognitive Therapy (MBCT)

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

SAMENVATTING Depressie en verzuim Voorspellers voor verzuim en werkhervatting hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

SAMENVATTING Depressie en verzuim Voorspellers voor verzuim en werkhervatting hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Samenvatting SAMENVATTING SAMENVATTING Depressie en verzuim Ongeveer 15% van de Nederlandse bevolking krijgt eens in zijn of haar leven een depressie. Het hebben van een depressie beïnvloedt het leven

Nadere informatie

word jij daar beter van?

word jij daar beter van? word jij daar beter van? Landelijke Dag VMDB 19 maart 2016 Ralph Kupka Hoogleraar Bipolaire Stoornissen, VU Medisch Centrum, Amsterdam GGZ ingeest, Amsterdam / Hoofddorp; Altrecht, Utrecht Homeland,

Nadere informatie

Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan, maarwelgraageerstevenoverleggen. Alerechtenvandeartikelenliggenbij destichtingcognitieenpsychose.

Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan, maarwelgraageerstevenoverleggen. Alerechtenvandeartikelenliggenbij destichtingcognitieenpsychose. Ukunternatuurlijkuitciteren,graagzelfs,maardanwel metbronvermelding.u magditartikelookruimhartig verspreidenmitshetnietvoorcommerciëledoeleindenis. Indiegevalen pasnaonzeschriftelijketoestemming. Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan,

Nadere informatie

Door dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast

Door dwang gegijzeld. (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen. Roos C. van der Mast Door dwang gegijzeld (Laat-begin) obsessieve-compulsieve stoornis bij Ouderen Roos C. van der Mast OCS bij ouderen De obsessieve-compulsieve stoornis is een persisterende en stabiele diagnose die zelden

Nadere informatie

volwassenen en ouderen

volwassenen en ouderen volwassenen en ouderen Inhoudsopgave 1. Aanmelding... 1 2. Eerste gesprek... 1 3. De verdere behandeling... 2 4. Privacy en kwaliteit... 2 5. Kosten... 3 6. Eigen risico... 3 7. Tot slot... 4 AmaCura is

Nadere informatie

Meer informatie MRS 0610-2

Meer informatie MRS 0610-2 Meer informatie Bij de VGCt zijn meer brochures verkrijgbaar, voor volwassenen bijvoorbeeld over depressie en angststoornissen. Speciaal voor kinderen zijn er brochures over veel piekeren, verlatingsangst,

Nadere informatie

Uit den lande. Versterken Eerstelijns Geestelijke Gezondheidszorg, laat duizend bloemen bloeien.

Uit den lande. Versterken Eerstelijns Geestelijke Gezondheidszorg, laat duizend bloemen bloeien. Uit den lande Versterken Eerstelijns Geestelijke Gezondheidszorg, laat duizend bloemen bloeien. Het geestelijk gezondheidszorgbeleid van de minister van VWS is gericht op versterken van de eerstelijns

Nadere informatie

LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT:

LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT: Op weg naar een Kamer Mondzorg Josef Bruers LUSTRUMPROGRAMMA OPLEIDING MONDZORGKUNDE UTRECHT: Quality for the future 4 oktober 2013 Kamer Mondzorg Werktitel voor een initiatief om in Nederland te komen

Nadere informatie

Gedragsactivatie GGZ Noord-Holland-Noord

Gedragsactivatie GGZ Noord-Holland-Noord Gedragsactivatie GGZ Noord-Holland-Noord Wij zijn daar waar onze klant wil slagen 11 april 2019 Leadexpert netwerk depressie Remco Hartman Agenda Doelstellingen vanuit expert netwerk depressie Zorgstandaard-herkenning

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Achtergrond en doelstelling van het onderzoek Het doel van dit promotie onderzoek was om de zorg voor angst en depressie in kaart te brengen, enerzijds bekeken vanuit de

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Depressieve stoornissen zijn wijdverspreid, hebben nadelige gevolgen voor de kwaliteit van leven van patiënten en hun familieleden. Deze stoornissen worden geassocieerd

Nadere informatie

Wetenschappelijk onderzoek naar somatisatie en somatoforme stoornissen

Wetenschappelijk onderzoek naar somatisatie en somatoforme stoornissen 9 Wetenschappelijk onderzoek naar somatisatie en somatoforme stoornissen Samenvatting Dit hoofdstuk geeft een overzicht van het wetenschappelijk onderzoek naar somatisatie en somatoforme stoornissen. De

Nadere informatie

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN

MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN MULTIDISCIPLINAIRE RICHTLIJN ANGSTSTOORNISSEN Versie 1.0 Landelijke Stuurgroep Multidisciplinaire Richtlijnontwikkeling in de GGZ Multidisciplinair richtlijn Angststoornissen Richtlijn voor de Diagnostiek,

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

Brijder Verslavingszorg Hoofddorp

Brijder Verslavingszorg Hoofddorp Ons Team Ons team is zeer divers. We bestaan uit het secretariaat, psychologen, maatschappelijk werkers, sociaal psychiatrisch verpleegkundigen, cognitief gedragstherapeutisch werkers, ervaringsdeskundigen,

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

Bijlage 1: Programma van Eisen

Bijlage 1: Programma van Eisen Bijlage 1: Programma van Eisen Functie: Stichting Nijmeegs Kenniscentrum Chronische Vermoeidheid afdeling Jeugd < 18 jaar Toegangscriteria 1. Karakteristieken van het kind: De algemene karakteristieken

Nadere informatie

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran

Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Gedragsmatige activatie en antidepressiva voor (ernstige) depressie: een behandelstudie uit Iran Marcus Huibers, Latif Moradveisi, Fritz Renner, Modabber Arasteh & Arnoud Arntz Department of Clinical Psychological

Nadere informatie

CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP

CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP WAAROM CALM? Ongeveer 25% van de oncologische patiënten in de palliatieve fase ontwikkelt een depressie of aanpassingsstoornis.

Nadere informatie

Chapter 9. Summary in Dutch / Samenvatting

Chapter 9. Summary in Dutch / Samenvatting Chapter 9 Summary in Dutch / Samenvatting 180 Chapter 9 Cognitieve zelftherapie Een bijdrage voor langdurende behandeling van depressie en angst Hoofdstuk 1 Introductie Zelfhulp netwerken vertegenwoordigen

Nadere informatie

Richtlijn Vroeg en/of small voor gestational age (SGA) geboren kinderen (2013)

Richtlijn Vroeg en/of small voor gestational age (SGA) geboren kinderen (2013) Richtlijn Vroeg en/of small voor gestational age (SGA) geboren kinderen (2013) Verantwoording Zoekstrategie Methode Bij het uitwerken van de inhoud van de richtlijn en het beantwoorden van de uitgangsvragen

Nadere informatie

Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen. Dr. Ingrid Hendriksen

Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen. Dr. Ingrid Hendriksen Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen Dr. Ingrid Hendriksen Inhoud Psychische klachten en bewegen Bewegen ter preventie van depressie Bewegingstherapie bij depressieve

Nadere informatie