Verkennend bodem- en asbestonderzoek Capucijnenstraat te Maastricht. Documentcode: 15A031.R001.AR.JW

Transcriptie

1 Verkennend bodem- en asbestonderzoek Capucijnenstraat te Maastricht Documentcode: 15A31.R1.AR.JW

2 Verkennend bodem- en asbestonderzoek Capucijnenstraat te Maastricht Documentcode: 15A31.R1.AR.JW Opdrachtgever Gemeente Maastricht Postbus BZ MAASTRICHT Contactpersoon opdrachtgever De heer F. Ribbers Contactpersoon LievenseCSO De heer ir. J.A.P. Wirtz Projectcode 15A31 Documentnummer 15A31.R1.AR.JW Versiedatum 16 april 215 Status Definitief

3 Autorisatie Documentnummer Versiedatum Status 15A31.R1.AR.JW 16 april 215 Definitief Opgesteld door: Functie Datum Paraaf Mevrouw ing. A.R.W. Rutten Senior Adviseur Geverifieerd door: Functie Datum Paraaf De heer ir. J.A.P. Wirtz Senior Adviseur Akkoord projectleider: Functie Datum Paraaf De heer ir. J.A.P. Wirtz Senior Adviseur LIEVENSECSO MILIEU B.V. HOOFDKANTOOR REGIOKANTOOR LEEUWARDEN REGIOKANTOOR GRONINGEN REGIOKANTOOR DEVENTER REGIOKANTOOR MAASTRICHT REGIOKANTOOR HOOGVLIET Postbus 2 Postbus 422 Postbus 2239 Postbus 218 Postbus 1323 Postbus CA Bunnik 891 BE Leeuwarden 974 CE Groningen 742 AA Deventer 621 BH Maastricht 319 AM Rotterdam-Hoogvliet Regulierenring 6 Orionweg 28 Zernikepark 4 Gotlandstraat 26 Sleperweg 1 Hoefsmidstraat LB Bunnik 8938 AH Leeuwarden 9747 AN Groningen 7418 AZ Deventer 6222 NK Maastricht 3194 AA Rotterdam-Hoogvliet info@lievensecso.com Website: LievenseCSO.com IBAN:NL96RABO KvK-nummer : BTW-nummer: NL B.1

4 Inhoudsopgave Hoofdstuk Pagina 1 Inleiding Achtergronden Locatiegegevens Locatiebezoek Geraadpleegde websites Historische locatiegegevens Archiefonderzoek Archiefonderzoek gemeente Maastricht Bodemkwaliteitsrapportage gemeente Maastricht Regionale bodemopbouw en geohydrologie Bodembeleid Conclusie vooronderzoek Hypothese en onderzoeksstrategie Uitgevoerd onderzoek Onderzoeksopzet Veldonderzoek Resultaten Veldonderzoek Bodem Asbest Laboratoriumonderzoek Bodem Evaluatie onderzoeksresultaten Bodem Asbest Conclusies en aanbevelingen Conclusies Toetsing hypothese Aanbevelingen...22 VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april 215

5 Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3.1 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Regionale ligging van de onderzoekslocatie Situatietekening onderzoekslocatie Profielbeschrijvingen Toetsingstabellen grond Analysecertificaten grond Grondverzet, sloop en asbest Afkortingen en begrippen VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april 215

6 1 Inleiding In opdracht van de gemeente Maastricht heeft LievenseCSO Milieu B.V. een verkennend bodem- en asbestonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de Capucijnenstraat te Maastricht. De regionale ligging van de locatie is weergegeven in bijlage 1. De aanleiding voor dit gecombineerde bodem- en asbestonderzoek betreft de voorgenomen verkoop van het onroerend goed aan bovengenoemd adres. Het doel van bodemonderzoek is het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van de grond en omvat de onderstaande werkzaamheden: het verrichten van KLIC meldingen; het uitvoeren van een historisch vooronderzoek conform de NEN 5725; het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 574; het uitvoeren van een verkennend asbestonderzoek conform de NEN 577 / NEN 5897; het opstellen van een rapportage van de uitgevoerde werkzaamheden. In hoofdstuk 2 worden de achtergronden van de onderzoekslocatie weergegeven, evenals de resultaten van het vooronderzoek en de daaruit voortvloeiende onderzoeksstrategie. In hoofdstuk 3 worden de uitgevoerde werkzaamheden, de certificering en de kwaliteitsborging besproken. Vervolgens worden in hoofdstuk 4 de onderzoeksresultaten weergegeven, die in hoofdstuk 5 worden geëvalueerd. Hoofdstuk 6 sluit af met de conclusies en aanbevelingen. Voor een uitleg van de in dit rapport gebruikte begrippen en afkortingen wordt verwezen naar bijlage 7. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

7 2 Achtergronden Voorafgaand aan het bodemonderzoek is een vooronderzoek conform de NEN 5725 (strategie voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend en nader onderzoek, januari 29) verricht. Tijdens het vooronderzoek is een locatie-inspectie uitgevoerd, gegevens opgevraagd bij het Kadaster en zijn archieven van de gemeente Maastricht en het RHCL geraadpleegd. Daarnaast zijn gegevens over de bodemopbouw en geohydrologie verzameld. Ook zijn topografische kaarten en luchtfoto's uit diverse jaargangen geraadpleegd. De kadastrale gegevens zijn opgevraagd bij het Kadaster. De resultaten van het vooronderzoek zijn in onderstaande paragrafen opgenomen. 2.1 Locatiegegevens De te onderzoeken locatie ligt in de historische kern van de gemeente Maastricht. Op de locatie zijn diverse gebouwen aanwezig die in het verleden dienst hebben gedaan als klooster, woningen en kapellen. Daarnaast is er een binnentuin en een parkeerplaats aanwezig. Een deel van de bebouwing is in gebruik geweest als gesticht Misericorde. De panden stammen uit het begin van de twintigste eeuw en hebben deels een monumentale status. In onderstaand overzicht zijn de algemene gegevens van de locatie opgenomen: Oppervlakte (bebouwing): m 2 (ca. 2. m²) Kadastrale gegevens: Gemeente Maastricht, Sectie A, Perceelnummer 867 (ged.) Huidig gebruik: Maatschappelijke doeleinden; kantoorpand, tuin en parkeerplaats Toekomstig gebruik: Maatschappelijke doeleinden; kantoorpand, tuin en parkeerplaats Aanwezige bebouwing: Kantoorpand en overige bedrijfsgebouwen Aanwezige verharding: voornamelijk klinkers en tegels Bekende aanwezigheid tanks: Voor zover niet bekend Bekende aanwezigheid asbest: Voor zover niet bekend Bekende aanwezigheid verontreinigingen: Verwachting: licht tot matig met zware metalen, PAK en/of minerale olie (Luchtfoto onderzoekslocatie) ( GisViewer provincie Limburg) VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

8 2.2 Locatiebezoek Op 6 maart 215 is door LievenseCSO een locatie-inspectie uitgevoerd. Daarbij is de gehele locatie geïnspecteerd. Globaal kan daarbij een onderverdeling gemaakt tussen het zuidelijke en noordelijke deel van de locatie. Het zuidelijke gedeelte van de onderzoekslocatie is bijna geheel bebouwd. Enige uitzondering hierop wordt gevormd door de (klooster)tuin binnen de muren van de bebouwing. De bebouwing bestaat uit een aantal woningen aan de westzijde van de locatie (grenzend aan de Capucijnenstraat) en het voormalige klooster met kloosterkerk aan de oostzijde van de locatie. Betreffende bebouwing is aaneengeschakeld en met elkaar verbonden. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

9 In de huidige situatie is de bebouwing slechts beperkt in gebruik door enkele belangengroepen, kunstenaars etc. Deels is in de bebouwing aan de westzijde antikraak gevestigd. In de bestaande bebouwing zijn diverse kelders aanwezig. De meest noordelijke is relatief recent gebouwd en is gelegen onder de huidige parkeerplaats. Betreffende ruimtes hebben dienst gedaan als oefenruimtes voor bands etc. De kelder ruimte direct ten zuiden hiervan is in gebruik door een kunstenaar(es). Duidelijk zichtbaar is dat daarbij in een deel van de ruimte gebruik wordt gemaakt van verfstoffen. De westelijke kelder is geheel voorzien van een betonnen vloer. De zuidwestelijke kelder is de enige kelderruimte die niet toegankelijk is vanuit de bestaande bebouwing. Ingang hiervan vindt plaats via de kloostertuin. De bodem is hier verhard met klinkers en in de ruimte staat een CV-installatie. De meest westelijke kelders gelegen onder de voormalige woonhuizen, zijn doorgaans erg laag, van eerdere oorsprong, en minder goed toegankelijk. De vloer is deels verhard met beton en deels met klinkers. In deze kelders zijn aanwijzingen gevonden dat in het verleden met kolen werd gestookt, leidingen die duiden op het eventueel gebruik van vloeibare brandstoffen (anders dan gas) zijn niet gevonden. Langs de bebouwing zijn evenmin aanwijzingen gevonden die duiden op mogelijke ondergrondse (brandstof)tanks. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

10 Opgemerkt wordt dat op basis van beschikbare gestelde gegevens (Backbook Klooster Capucijnenstraat, herbestemmingscan, Dook erfgoedwerk, referentienummer V , d.d. juni 214) nog twee andere kelderruimtes aanwezig zouden moeten zijn. De toegang tot deze ruimtes is echter niet aangetroffen noch was deze bekend bij de gebouwbeheerder. Het noordelijke deel van de onderzoekslocatie is geheel verhard met klinkers en voornamelijk in gebruik als parkeerplaats. Toegang tot de parkeerplaats is voor voertuigen uitsluitend mogelijk via de poort bij Capucijnenstraat nr. 43. Grenzend aan de westzijde, in het verlengde van de poort bevindt zich een trafohuisje. Op het gedeelte dat in gebruik is als parkeerplaats zijn geen opvallende mors- of lekkagevlekken (van voertuigen) waargenomen. Op het zuidwestelijk gedeelte van de parkeerlocatie is een put waargenomen. Na openen is aangenomen dat hier sprake is van de afvoer van overtollig regenwater. 2.3 Geraadpleegde websites Op kan voor een geselecteerd gebied globale informatie worden opgevraagd met betrekking tot bodembedreigende activiteiten, uitgevoerde bodemonderzoeken, saneringen etc. Voor de gemeente Maastricht is hier echter geen online informatie beschikbaar. Bij de gemeente Maastricht zijn derhalve bodemkwaliteitsrapportages en dossiers van het archief opgevraagd en ingezien, een samenvatting daarvan is verwerkt in 2.5. Op kan informatie worden ingewonnen met betrekking tot historische kaarten en luchtfoto's. Hierbij zijn topografische kaarten (schaal 1:25.) uit diverse jaargangen vanaf 1811 tot heden bekeken, zie 2.4. Op kan informatie worden geraadpleegd met betrekking tot de archeologische verwachtingswaarde en archeologische vondsten/monumenten in een bepaald gebied. Voor onderhavige locatie geldt dat deze is beschreven als dorpskern en derhalve niet is gekarteerd voor de kans op archeologische vondsten. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

11 2.4 Historische locatiegegevens Reeds op de eerste kadastrale kaarten uit is de Capucijnenstraat te zien en is er bebouwing aanwezig op de onderzoekslocatie. Vanaf 1924 is de vorm van de huidige bebouwing herkenbaar op historische kaarten. Uit een historisch overzicht in het kader van een herbestemmingsplan komt naar voren dat de bouw in 198 is afgerond. In een latere periode hebben wel nog diverse verbouwingen en aanpassingen plaats gevonden. Een groot deel van de panden heeft dienst gedaan als kloostercomplex van de Zusters van Barmhachtigheid Archiefonderzoek Archiefonderzoek gemeente Maastricht Op 4 maart en 23 maart 215 is door LievenseCSO een bezoek gebracht aan het archief van de gemeente Maastricht ten behoeve van het historisch onderzoek. Hierbij zijn de bodemdossiers en vergunningen van de locatie en uit de directe omgeving ingezien. Relevante informatie met betrekking tot de onderzoekslocatie en de directe omgeving is navolgend samengevat. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

12 Capucijnenstraat Hinderwetvergunning Capucijnenstraat 45, nr S, oktober 198. Oprichten en in werking houden van technische installaties t.b.v. een inrichting voor sociaal, cultureel en educatief werk. In de kelder (vloeren van hout, beton of klinkers) bevindt zich: een werkplaats voor de onderhoudsman, voornamelijk bewerken van hout (stof, krullen, zaagsel); stookruimte t.b.v. gasgestookte CV s. Vergunning Wet Milieubeheer, SOG , 11 november Inrichting sociaal, cultureel en educatief werk. Besluit in het kader van horecasport-, en recreatie-inrichtingen. Melding afwijking geluidsvoorschriften, oktober 23. Maximaal 9x per jaar mag afgeweken van de geluidsvoorschriften mits dit minimaal 5 werkdagen voorafgaand is kenbaar gemaakt bij de gemeente. Controle Wet milieubeheer, 8 september 25. De koolzuurflessen van de tapinstallatie dienen vast gezet te worden met een ketting. Inspectierapporten verwarmingsketels, 25. Bouwvergunningen. Bouwvergunning verbindingsgang tussen 43-45, SO89-81B, oktober Bouwvergunning muziekoefenkelder (ondergronds) 43, SOG9-44B, juli 199. Bouwvergunning afwijking muziekoefenkelder, SOG91-693B, september Bouwvergunning wijziging kantoorruimte 1 e verdieping, B. Bouwvergunning constructieve voorzieningen kapconstructie, 97-76B. Verkennend bodemonderzoek City-Centrum Maastricht, Oranjewoud, projectnummer , april Het betreft een bodemonderzoek ter plaatse van de Capucijnenstraat 43 te Maastricht in verband met uitbreiding van de bestaande bebouwing (luifel). Uit de resultaten blijkt dat er tot een diepte van circa 2, m-mv bodemvreemde bestanddelen zijn aangetroffen (puin en kolengruis). Zowel in de boven- als in de ondergrond zijn licht verhoogde gehalten zware metalen en PAK vastgesteld. Plaatselijk is in de ondergrond een gehalte lood vastgesteld boven de destijds geldende B-waarde. Vooronderzoek en oriënterend onderzoek Vinex-locaties Limburg 1998, Cauberg-Huygen, rapportnummer 245/222-1, 14 januari De onderzoekslocatie betreft de huidige parkeerplaats welke in het verleden mogelijk in gebruik is geweest als bleekveld voor een witwasserij die aan het Misericordeplein gevestigd was. Uit de resultaten blijkt dat de ondergrond sterk verontreinigd is met zink en kwik. Tot een diepte van 2, m-mv zijn bodemvreemde materialen waargenomen. Vooronderzoek en oriënterend onderzoek Vinex-locaties Limburg 1998, Cauberg-Huygen, rapportnummer 245/222-1, 18 december 2. Er heeft geen nader onderzoek plaatsgevonden. Er wordt gesteld dat er geen duidelijk relatie bestaat tussen de bedrijfsactiviteiten en de aangetroffen bodemverontreiniging. Geadviseerd wordt om nader onderzoek te koppelen aan concrete plannen. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

13 Directe omgeving Bouwvergunning Fregatweg 53, SOG94-234B, september Mora B.V., Aanbrengen van een tijdelijke luifel aan bestaand gebouw; westwand kruidenmagazijn (maximaal 5 jaar). Verkennend bodem- en asbestonderzoek Capucijnenstraat en Statensingel (beide ong.), Aelmans, rapportnummer E1417.1/KLE, 26 februari 214. Hoogteligging van de onderzoekslocatie bedraagt circa 6 m+nap. Het grondwater is aanwezig op circa 43 m+nap (17 m-mv). De boringen 1, 13, 14, 18 en 19 liggen in de nabijheid van de Capucijnenstraat Ter plaatse van deze boringen zijn in zowel de boven- als de ondergrond lichte verontreinigingen aangetoond met zware metalen. Plaatselijk is een sterk verhoogd gehalte lood en een matig verhoogd gehalte koper aangetoond. Bij heranalyse is uitsluitend nog een matig verhoogd gehalte koper gemeten. Voor de gehele onderzoekslocatie geldt dat zowel de boven- als de ondergrond licht verontreinigd is met zware metalen. Plaatselijk worden eveneens licht verhoogde gehalten PAK en minerale olie aangetoond. De aangetoonde lichte tot matige verontreinigingen worden gerelateerd aan de diffuus heterogene verontreiniging van het deelgebied als gevolg van eeuwenlang menselijk handelen. Er is tijdens het veldwerk geen asbestverdacht materiaal aangetroffen. Indicatief bodemonderzoek Capucijnenstraat 33 te Maastricht, Grontmij, november Uit de resultaten blijkt dat lood in de bovengrond de destijds geldende C-waarde benaderd. Overige zware metalen worden in zowel de boven- als de ondergrond in licht verhoogde gehalten vastgesteld Bodemkwaliteitsrapportage gemeente Maastricht Via de website van de gemeente Maastricht is de bodemkwaliteitsrapportage aangevraagd van de locatie. Uit deze rapportage blijkt dat in de omgeving van de locatie in het verleden nog mogelijke bodembedreigende activiteiten hebben plaatsgevonden. Een kopie van de betreffende bodemkwaliteitsrapportage is opgenomen in bijlage 6. Navolgend zijn de aanvullende gegevens vermeld: Tabel 2.1Bodembedreigende activiteiten omgeving Adres Bedrijf Periode Apostelengang - kuiperij Capucijnenstraat 31 Consumptie-ijsfabriek Capucijnenstraat 33 Uitbelderstraat 31 Boogaardenstraat 38 Timmerwerkplaats Hout-en plaatzagerij Capucijnenstraat 39 Loodgieters-, fitters- en sanitairinstallatiebedrijf Capucijnenstraat 41 Koperdrukkerij Capucijnenstraat 53 Glaszettersbedrijf Capucijnenstraat 68 Ondergrondse HBO-tank Capucijnenstraat 88 Metaalconstructiebedrijf Capucijnenstraat 98 Bierbrouwerij VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

14 2.6 Regionale bodemopbouw en geohydrologie De maaiveldhoogte van de onderzoekslocatie bevindt zich circa 51 m+nap. De regionale bodemopbouw kan regionaal worden geschematiseerd zoals weergegeven in Tabel 2. Tabel 2.2 Regionale bodemopbouw Diepte Formatie naam Formatie opbouw Geohydrologische opbouw (m-mv) -1 Boxtel lössleem matig doorlatende laag 1-3 Maas afzettingen zanden, grinden en kleien 1 e watervoerend pakket 3-9 Gulpen, Maastricht en Houthem kalksteen 2 e watervoerend pakket 9-15 Vaals en Aken zanden, kleien en kleihoudende zanden matig doorlatende laag >15 Boven Carboon afzettingen schalierijke sedimenten ondoorlatende basis Bron: Dienst Grondwaterverkenning TNO, 1985, kaartblad 61, 62W Het grondwater bevindt zich op ca. 7 à 8 beneden maaiveld. De onderzoekslocatie bevindt zich niet in of nabij een grondwater- of bodembeschermingsgebied [bron: grondwaterbeschermingsplan provincie Limburg]. 2.7 Bodembeleid In grote delen van Maastricht is de bodem door de eeuwen heen in meer of mindere mate verontreinigd geraakt. Er zijn verschillende oorzaken hoe deze verontreinigingen zijn ontstaan. Hierbij kan gedacht worden aan vervuiling door een langdurige opeenstapeling van menselijke activiteiten, overstromingen van de Maas en haar zijrivieren en grootschalige ophogingen en/of dempingen ten behoeve van de uitbreiding van de stad. Omdat deze verontreinigingen zich voordoen over een groot gebied en er geen duidelijke bron is aan te wijzen, wordt derhalve gesproken van een diffuse verontreiniging. Bodemverontreiniging heeft de afgelopen jaren geleid tot vertraging en belemmering van de maatschappelijke, ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Om verdere vertraging te voorkomen en een situatie te bereiken waarbij de volksgezondheid geen gevaar loopt, heeft de Gemeente Maastricht bodembeleid opgesteld. Medio 212 is het nieuwe bodembeleid van de gemeente opgesteld en uiteindelijk op 23 april 213 vastgesteld. De onderzoeksresultaten van onderhavig onderzoek worden getoetst aan dit nieuwe beleid. De huidige onderzoekslocatie is volgens de 'Bodemkwaliteitskaart gemeente Maastricht 212' gelegen binnen het deelgebied Vesting. Hier zijn in het verleden ophoogmaterialen toegepast, gemengd met industrieel afval, voornamelijk afkomstig van de voorheen aanwezige industrieën in de nabije omgeving. Het gebied wordt daarom gekenmerkt door lichte tot sterke bijmengingen met bodemvreemde materialen zoals puin, baksteen, keramisch afval, zinkslakken en kolen. Ten gevolge hiervan kunnen licht tot sterk verhoogde gehalten aan zink en licht verhoogde gehalten aan andere zware metalen, PAK en minerale olie in de grond worden verwacht. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

15 De gemeente Maastricht maakt voor het deelgebied Vesting onderscheid tussen de boven- (,-,5 m-mv) en de ondergrond (,5-2, m-mv). In tabel 2.3 is het bodembeleid van de gemeente Maastricht voor de deelgebieden samengevat. Tabel 2.3: Bodembeleid deelgebied Vesting Vesting Bodemfunctieklasse* Bodemkwaliteitsklasse* Toepassingseis* Ontgravingsklasse* Bovengrond (,-,5 m-mv) Wonen Industrie Wonen Industrie Ondergrond (,5-2, m-mv) Wonen Industrie Wonen Industrie * voor het deelgebied Vesting kunnen meerdere klassen van toepassing zijn, vermelde klasse is op onderhavige onderzoekslocatie van toepassing 2.8 Conclusie vooronderzoek Op basis van het uitgevoerd historisch vooronderzoek wordt de locatie beschouwd als verdacht op het voorkomen van een bodemverontreiniging, Daarbij wordt aangenomen dat doorgaans sprake is van een diffuse heterogeen verdeelde verontreiniging als gevolg van uitloging van bodemvreemde bestanddelen. Bodemvreemde bijmengingen kunnen op de onderzoekslocatie tot een diepte van minimaal 2 meter worden verwacht. Op basis van het uitgevoerde vooronderzoek zijn geen specifieke aandachtspunten naar voren gekomen. Enige aandachtspunt is de oude westelijke kelder waar werkzaamheden met verf plaatsvinden/hebben gevonden. Wel dient hierbij opgemerkt te worden dat hier sprake is van een deugdelijke betonvloer met tegels. Zowel op basis van de bestudeerde dossiers als het locatiebezoek zijn geen aanwijzingen gevonden voor de (voormalige) aanwezigheid van brandstoftanks. Aangenomen wordt dat in het verleden is gestookt met kolen en vervolgens is overgeschakeld naar gas. 2.9 Hypothese en onderzoeksstrategie Op basis van de resultaten van het vooronderzoek is de locatie beschouwd als verdacht met betrekking tot het voorkomen van bodemverontreiniging. De verwachte bodembelasting betreft met name zware metalen en PAK. Hieruit volgt voor het bodemonderzoek de bijhorende (voorlopige) onderzoeksstrategie VED-HE (strategie voor een verdachte locatie, diffuse bodembelasting, heterogeen verdeelde verontreinigende stof op schaal van monsterneming) uit de vigerende NEN 574. Het asbestonderzoek wordt uitgevoerd conform onderzoeksstrategie is VED-HE (strategie voor een verdachte locatie met een diffuse bodembelasting) uit de vigerende NEN Bodem: inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem (23). De bovenstaande hypotheses worden met behulp van dit bodemonderzoek getoetst. In de navolgende hoofdstukken worden de uitgevoerde werkzaamheden en de onderzoeksresultaten besproken. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

16 3 Uitgevoerd onderzoek 3.1 Onderzoeksopzet Op basis van de vastgestelde hypothese en onderzoeksstrategie is voor het bodemonderzoek het volgende onderzoeksprogramma uitgevoerd: Tabel 3.1 Onderzoeksprogramma bodemonderzoek Onderzoekslocatie Oppervlakte (m 2 ) Veldwerk Analyses Capucijnenstraat x 3x 1x Proefgat tot,5 m-mv, doorboren tot 1 m-mv Proefgat tot,5 m-mv, doorboren tot 2 m-mv Boring tot 2 m-mv 4x 1x Standaardpakket grond* / ** VOCl (grond)*** Asbest (NEN577)**** * Standaardpakket grond: 9 metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink), PAK, PCB, minerale olie, organisch stof- en lutumpercentage; *** Ten einde goed in te kunnen spelen op het bodembeleid van de gemeente Maastricht is een aanvullende analyses opgenomen ten einde een duidelijk onderscheid te kunnen maken tussen boven- en ondergrond. *** Het (meng)monster van de boring in het verfhok wordt eveneens onderzocht op vluchtige organo chloorverbindingen (VOCl) **** In de NEN 577/5897 zijn geen eisen gesteld ten aanzien van het aantal analyses asbest (in grond/puin). Een analyse op asbest wordt enkel uitgevoerd indien de zintuiglijke waarnemingen hier aanleiding toe geven. Aangezien het grondwater zich bevindt op een diepte van meer dan 5 meter beneden maaiveld en er geen aanwijzingen zijn, dat als gevolg van op de onderzoekslocatie gebezigde activiteiten een grondwaterverontreiniging is ontstaan, is conform de NEN574 geen grondwateronderzoek noodzakelijk. 3.2 Veldonderzoek LievenseCSO Milieu B.V. is door Eerland Certification gecertificeerd voor de ISO 91- en 141-normen, VCA** en in het kader van de Regeling Kwalibo voor de BRL SIKB 1, 2 en 6. Ten slotte is LievenseCSO Milieu B.V. door Eerland Certification ook gecertificeerd voor de SC-54. LievenseCSO Milieu B.V. besteedt een deel van haar veldwerk uit aan veldwerkbedrijf Sialtech B.V. Sialtech is door SGS Intron gecertificeerd voor de ISO 91-norm, VCA** en in het kader van de Regeling Kwalibo voor de BRL SIKB 1, 2, 21 en 6. De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op 16, 17 en 18 maart 215 door LievenseCSO Milieu B.V. onder het BRL SIKB 2-certificaat (protocol ) door de erkende veldwerker de heer B. Benjamins. Aangezien de onderzoekslocatie geen eigendom is van LievenseCSO Milieu B.V., Sialtech of daaraan gelieerde ondernemingen, is voldaan aan de eisen van onafhankelijkheid uit de BRL SIKB 2. Tijdens de uitvoering van het veldwerk zijn geen kritieke afwijkingen opgetreden van de protocollen beschreven in de BRL SIKB 2. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

17 Wel dient te worden opgemerkt dat ter plaatse van de boring 13, in verband met de voorgenomen analyse op VOCl, een steekbus gepland was (ongeroerd monster). Door de aanwezigheid van grind en bodemvreemd materiaal was dit echter niet mogelijk. Het resultaat van de VOCl analyse dient derhalve als indicatief te worden beschouwd. Afwijkingen op de onderzoeksopzet Bij de nummering van de boringen is abusievelijk het nummer 5 overgeslagen. Deze boring mist in het boorplan en de uiteindelijke onderzoeksgegevens. Boring 16 (noordelijke kelder) is tot 2 maal toe gestaakt op een tweede vloer. Boring/proefgat 17 was gepland in de kelders van de woonhuizen aan de zuidwestzijde van de onderzoekslocatie. Als gevolg van het aantreffen van spuitasbest (tijdens een lopende asbestinventarisatie) was dit gedeelte afgesloten en konden de werkzaamheden voor het bodemonderzoek hier niet plaatsvinden. Asbest Het maaiveld is op 16, 17 en 18 maart 215 geïnspecteerd op de aanwezigheid van asbestverdachte materialen door de erkende veldwerker de heer B. Benjamins. Tijdens de maaiveldinspectie zijn geen asbestverdachte materialen aangetroffen. Meer dan de helft van de locatie is bebouwd en/of verhard, en daarmee is de minimale inspectiegraad van 25% niet haalbaar. De maaiveldinspectie is derhalve niet uitgevoerd conform protocol 218. Bij de uitvoering van het veldwerk is de volgende algemene strategie gehanteerd: bemonstering heeft plaatsgevonden van trajecten van maximaal,5 meter, waarbij bodemmateriaal uit zintuiglijk verschillende bodemlagen (op basis van textuur of verontreinigingsgraad) niet met elkaar is vermengd; om gezondheidsredenen zijn tijdens het veldonderzoek geen actieve geurwaarnemingen verricht. Om de eventuele aanwezigheid van vluchtige verbindingen in de bodem tijdens het veldonderzoek toch te kunnen detecteren is gebruik gemaakt van mobiele koolwaterstofdetectors (type ACTA) en/of oliewatertesten; de monsters zijn op de voorgeschreven wijze geconserveerd. Het opgeboorde materiaal is beoordeeld op kleur, textuur, bijmenging(en) en eventuele bijzonderheden. De boorprofielbeschrijvingen zijn opgenomen in bijlage 3. Een situatietekening met een overzicht van de locatie en ligging van de meetpunten (ingemeten vanaf vaste punten) van het onderhavige onderzoek is opgenomen in bijlage Laboratoriumonderzoek De chemische analyses en de asbestanalyses zijn uitgevoerd door de IEC geaccrediteerde en AS3-erkende laboratorium ALcontrol Laboratories te Rotterdam. De selectie van de bodemmonsters voor analyse heeft plaatsgevonden op basis van zintuiglijke waarnemingen en herkomst. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

18 Wet Bodem Bescherming (WBB) De analyseresultaten zijn getoetst aan de door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu vastgestelde achtergrond- en interventiewaarden voor grond. De achtergrondwaarden voor grond (AW2) zijn vastgelegd in de Regeling bodemkwaliteit. De interventiewaarden voor grond en de streef- en interventiewaarden voor grondwater zijn vastgelegd in de Circulaire bodemsanering 213, per 1 juli 213 (Staatscourant 213, 16675). De betekenis van deze waarden is als volgt: Achtergrondwaarde grond: bij een gehalte lager dan de achtergrondwaarde voor grond wordt gesproken over niet verontreinigde bodem. Wanneer een gemeten gehalte de achtergrondwaarde overschrijdt, wordt gesproken over een licht verhoogd gehalte of een lichte verontreiniging. Tussenwaarde (criterium voor nader onderzoek): dit is het gemiddelde van de achtergrondwaarde en de interventiewaarde. Overschrijding van de tussenwaarde wordt een matig verhoogd gehalte of matige verontreiniging genoemd. Interventiewaarde: wanneer een gemeten gehalte hoger is dan de interventiewaarde wordt gesproken over een sterke verontreiniging of sterk verhoogd gehalte. Besluit bodemkwaliteit (Bbk) Indien de aangetroffen gehalten voldoen aan de kwaliteitsklasse AW2, komt de grond mogelijk in aanmerking om de grond elders zonder restricties toe te passen. Indien de bodemkwaliteit voldoet aan de maximale waarden voor Wonen of Industrie, komt de grond in aanmerking om in de desbetreffende gebieden her te gebruiken. Deze gebieden moeten dan zijn aangewezen in de bodemfunctieklassekaart van de gemeente waar de grond wordt toegepast. Of dit daadwerkelijk mogelijk is, hangt af van het gemeentelijke beleid voor hergebruik van grond. De achtergrond- en interventiewaarden gelden voor een zogenaamde standaardbodem: bodem met een lutumgehalte van 25% en een organische stofgehalte van 1%. Conform de Regeling bodemkwaliteit worden de analyseresultaten op basis van het gemeten lutum- en organische stofgehalte omgerekend naar deze standaardbodem en vervolgens getoetst. Zowel de originele als de gecorrigeerde analyseresultaten zijn opgenomen in de toetsingstabellen in bijlage 4. Ook de toetsingswaarden zijn hierin opgenomen. De monsters in dit onderzoek zijn zover van toepassing geanalyseerd conform de AS3 (zie de analysecertificaten in de bijlage). Ernst en spoed Er is sprake van een geval van ernstige verontreiniging indien in meer dan 25 m 3 bodemvolume in het geval van grond- of sedimentverontreiniging, of in meer dan 1 m 3 bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging, het gemiddelde gehalte de interventiewaarde overschrijdt. De spoedeisendheid van de sanering is afhankelijk van de actuele risico's van de ernstige verontreiniging voor de volksgezondheid, het ecosysteem en verspreiding via het grondwater. Indien geen sprake is van actuele risico's, dan hebben saneringsmaatregelen geen spoed. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

19 Zorgplicht Voor bodemverontreinigingen die zijn ontstaan na 1 januari 1987 geldt het zorgplichtartikel (artikel 13 Wet bodembescherming). Hierin wordt bepaald dat een ieder verplicht is alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem/haar kunnen worden gevergd om aantasting van de bodem te voorkomen, danwel de bodem te saneren en de gevolgen van verontreiniging te beperken of zo veel mogelijk ongedaan te maken. De saneringsnoodzaak bij zorgplichtsaneringen is in principe onafhankelijk van de ernst van de verontreiniging of de spoedeisendheid. Asbest De interventiewaarde voor asbest is in de Circulaire bodemsanering vastgesteld op 1 mg/kg gewogen (serpentijnasbestconcentratie vermeerderd met 1 maal de amfiboolasbestconcentratie). Dit is gelijk aan de hergebruikswaarde volgens de Regeling bodemkwaliteit. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

20 4 Resultaten 4.1 Veldonderzoek Bodem Parkeerterrein Ter plaatse van het parkeerterrein (boring 1 tot en met 9) is direct onder de klinkerverharding een laagje zand aanwezig van circa 7 centimeter wat hoogst waarschijnlijk heeft gediend als werkzand voor het aanbrengen van de bestrating. Onder het laagje zand bevindt zich een grindlaag tot een diepte variërend van,4 m-mv tot 1,5 m-mv waarin plaatselijk bijmengingen (sporen) zijn aangetroffen met bakstenen en kalksteen. Aan de noordkant van de parkeerplaats (boring 1 en 3) is onder de grindlaag een sterk zandige leemlaag aanwezig tot de geboorde einddiepte van 2 m-mv. Hierin zijn bijmengingen aangetroffen van grind, baksteen, kalksteen, mergel, kolengruis. Aan de zuidkant, direct tegen de bebouwing aan (boring 9), is onder de grindlaag eerst een zandlaag aanwezig tot 1,5 m-mv met bijmengingen van baksteen, kalksteen, leisteen en kolengruis. Vervolgens is tot 2 m-mv een sterk zandige leemlaag aangetroffen met bijmengingen van grind, houtskool en baksteen. Binnentuin Ter plaatse van de binnentuin (boring 1, 11 en 12) bestaat de bovenste 3 à 4 centimeter uit sterk zandig leem. Onder de leemlaag is respectievelijk aanwezig een grindlaag (,3 à,4 tot,7 m-mv), een sterk zandige leemlaag (,7 tot 1,2 m-mv) en een zandlaag (1,2 tot 2, m-mv). Over het gehele traject worden bijmengingen aangetroffen van grind, baksteen, ijzer, kolengruis en/of kalksteen. Bij boring 1 wordt in het traject van,7 tot 1,2 m-mv een zwakke olie-water reactie waargenomen. Bebouwing De boringen 13 tot en met 18 zijn inpandig geplaatst in de kelderruimten. De verharding bestaat hier uit beton, bakstenen of tegels. Ter plaatse van boring 13 (schilderruimte) is onder de betonverharding van 6 centimeter een zandlaag van 5 centimeter aanwezig met bijmengingen van baksteen, kalksteen en leisteen. Ter plaatse van boring 14 (muziekoefenruimte) is onder de betonvloer van 53 centimeter (met isolatie) een laagje zand aanwezig van circa 7 centimeter met daaronder een sterk zandige leemlaag. Hierin zijn geen bijmengingen aangetroffen. Onder de tegels en de bakstenen vloer is een laag zand aanwezig met uitzondering van boring 18 waar sterk zandig leem is aangetroffen met sporen baksteen en kalksteen. Boring 16 en 16a zijn gestaakt op 15 centimeter vanwege de aanwezigheid van een betonvloer onder de zandlaag. Boring/proefgat 17 (op zuidwestelijk deel onder zoekslocatie) is niet uitgevoerd aangezien dit gedeelte van de kelder was afgesloten in verband met de aanwezigheid van spuitasbest. Overig Boring 19 is uitpandig geplaatst. Hier is onder de klinkers een zandlaag aanwezig tot de geboorde einddiepte van,6 m-mv. In de zandlaag zijn bijmengingen aangetroffen van kalksteen, baksteen en leisteen. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

21 In bijlage 3.2 zijn foto s opgenomen van de proefgaten en/of boringen. Het opgeboorde materiaal is beoordeeld op kleur, textuur, bijmenging en eventuele bijzonderheden. De profiel-beschrijvingen en het veldverslag zijn opgenomen in bijlage 3. De gegevens die dit heeft opgeleverd bevestigen in grote lijnen het geologische en geohydrologische profiel van de bodem, zoals beschreven in hoofdstuk 2. In tabel 4.1 zijn de zintuiglijke waarnemingen samengevat die mogelijk kunnen duiden op een bodembelasting. i Tabel 4.1 Bodemvreemde materialen Boring / proefgat Traject (m-mv) Einddiepte (m-mv) Grondsoort Zintuiglijke waarnemingen 1,65-1,5 2, Leem sporen baksteen, zwak kalksteenhoudend, sporen kolengruis 1,5-2, Leem sporen baksteen, zwak kalksteenhoudend, sporen kolengruis 3,65-1,5 2, Grind sporen baksteen 1,5-2, Leem sporen baksteen, zwak kalksteenhoudend, sporen wortels, sporen kolengruis 4,2 -,45,6 Grind zwak baksteenhoudend,45 -,6 Zand zwak kalksteenhoudend, zwak baksteenhoudend, sporen kolengruis, zwak slakhoudend 6,2 -,45,6 Grind zwak baksteenhoudend,45 -,6 Zand zwak kalksteenhoudend, zwak baksteenhoudend, sporen kolengruis, zwak slakhoudend 7,45 -,6,6 Zand zwak kalksteenhoudend, zwak baksteenhoudend 8,15 -,55,55 Grind sporen baksteen, laagjes zand, brokken leem 9,15 -,5 2, Grind zwak baksteenhoudend,5-1,5 Zand zwak baksteenhoudend, zwak kalksteenhoudend, zwak leisteenhoudend, sporen kolengruis 1,5-2, Leem sporen houtskool, sporen baksteen, sporen kalksteen 1,7-1,2 2, Leem zwak kalksteenhoudend, sporen baksteen, sporen kolengruis, zwakke muffe geur, zwakke olie-water reactie 1,2-2, Zand sterk kalksteenhoudend, zwak leisteenhoudend, sporen baksteen, sporen kolengruis 11, -,4,5 Leem sporen baksteen, sporen ijzer, zwak kalksteenhoudend,4 -,5 Grind sporen kalksteen 12, -,3,5 Leem sporen baksteen, sporen kalksteen,3 -,5 Grind sporen kalksteen 13, -,6,56 volledig beton,6 -,56 Zand zwak baksteenhoudend, sporen kalksteen, sporen leisteen 14, -,8 1, volledig beton,8 -,11 Isolatie VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

22 Boring / proefgat Asbest Traject (m-mv) Einddiepte (m-mv) Grondsoort,11 -,53 volledig beton,53 -,6 Zand brokken leem 15, -,1,6 Metselwerk Zintuiglijke waarnemingen,1 -,15 mix cement kalkzandsteen 15,15 -,6 Zand brokken leem, sporen baksteen, zwak kalksteenhoudend, sporen leisteen 16,3 -,15,15 Zand zwarte folie, daarna betonnen vloer, boring gestaakt 16a,3 -,15,15 Zand zwarte folie, daarna betonnen vloer, boring gestaakt 18, -,6,65 volledig baksteen,6 -,15 sterk kalksteenhoudend, matig baksteenhoudend,15 -,4 Leem matig kalksteenhoudend, sporen baksteen,4 -,65 Leem zwak kalksteenhoudend 19,15 -,6,6 Zand zwak kalksteenhoudend, sporen baksteen, sporen leisteen, brokken leem Tijdens het veldwerk is specifiek aandacht besteed aan de aanwezigheid van asbest aan het maaiveld en in het opgeboorde/opgegraven materiaal. Daarbij zijn noch aan het maaiveld noch in het opgeboorde/opgegraven bodemmateriaal asbestverdachte materialen waargenomen. 4.2 Laboratoriumonderzoek Bodem De analysecertificaten van de grond(meng)monsters zijn opgenomen in bijlage 5 en in bijlage 4 de getoetste analyseresultaten. In tabel 4.2 zijn uitsluitend de naar standaard bodem omgerekende analyseresultaten weergegeven waarbij het gehalte van één of meerdere stof(fen) de achtergrondwaarde(n) overschrijd(t)(en). Tabel 4.2 Analyseresultaten grond (samenvatting) Meng-monster MM1 (bovengrond parkeerplaats) MM2 (bovengrond parkeerplaats) MM3 (bovengrond binnentuin) Deelmonsters (m-mv) 1 (,15 -,65) 2 (,15 -,55) 3 (,15 -,65) 7 (,15 -,45) 4 (,2 -,45) 6 (,2 -,45) 8 (,15 -,55) 9 (,15 -,5) 1 (, -,3) 11 (, -,4) 12 (, -,3) Afwijkende waarnemingen Resultaat - Kobalt zwak baksteenhoudend sporen baksteen laagjes zand brokken leem sporen baksteen sporen ijzer zwak kalksteenhoudend sporen kalksteen Nikkel Kobalt Nikkel Zink Cadmium Kwik Lood Zink Toetsing Gehalte Wbb Bbk T&F ,8, AW2 Industrie Industrie geen Parameter Basisklasse Basisklasse VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

23 MM4 (bovengrond inpandig) 13 (,6 -,56) 15 (,15 -,6) zwak baksteenhoudend sporen kalksteen sporen leisteen brokken leem Koper Kwik Lood 89,4 428 Industrie Basisklasse sporen baksteen zwak kalksteenhoudend MM5 - leem (ondergrond parkeerplaats) 1 (,65-1,5) 1 (1,5-1,55) 3 (1,5-1,55) 3 (1,55-2,) sporen baksteen zwak kalksteenhoudend, sporen kolengruis sporen wortels Cadmium Kobalt Koper Kwik Lood Nikkel Zink, Industrie Basisklasse MM6 - zand (ondergrond parkeerplaats en binnentuin) 9 (,5-1,) 9 (1, - 1,5) 1 (1,2-1,7) 1 (1,7-2,) zwak baksteenhoudend zwak kalksteenhoudend zwak leisteenhoudend sporen kolengruis sterk kalksteenhoudend sporen baksteen Cadmium Kobalt Koper Kwik Lood Nikkel Zink 4, , Niet toepasbaar MM7 1 (,7-1,2) zwak kalksteenhoudend Kobalt 24 sporen baksteen sporen kolengruis zwakke muffe geur zwakke olie-water reactie Koper Kwik Lood Nikkel Zink Industrie Basisklasse Legenda: m-mv meter minus maaiveld; Wbb Wet bodembescherming; Bbk Besluit bodemkwaliteit; T&F Veiligheidsklasse; * verhoogde rapportagegrens in verband met verdunning. Hoewel het in het laboratorium gemeten gehalte. groter dan de landelijke achtergrondwaarde, maar kleiner dan of gelijk aan de tussenwaarde; groter dan de tussenwaarde, maar kleiner dan of gelijk aan de interventiewaarde; groter dan de interventiewaarde. Toetsingwaarden Besluit Bodemkwaliteit (landbodem) Klasse AW2 Klasse Wonen Klasse Industrie Niet toepasbaar Asbest Aangezien er, zowel op maaiveld als in de proefgaten, zintuiglijk geen asbestverdachte materialen zijn aangetroffen was er geen aanleiding om de bodemmonsters op asbest te laten analyseren. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

24 5 Evaluatie onderzoeksresultaten 5.1 Bodem Ter plaatse van de parkeerplaats lijkt sprake te zijn van een ophoging danwel aanvulling met relatief schoon grind. Met uitzondering van de bovengrond ter plaatse van een deel van de parkeerplaats zijn namelijk binnen de gehele onderzoekslocatie bodemvreemde bestanddelen aangetroffen tot de geboorde einddiepte van 2, m-mv. Dit laatste komt overeen met de verwachting voor het betreffende deelgebied Vesting van de Bodemkwaliteitskaart gemeente Maastricht. Parkeerplaats Bovengrond Het zintuiglijk schone mengmonster van de bovengrond (MM1) is licht verontreinigd met kobalt en nikkel. Het mengmonster van de bovengrond met bijmengingen van baksteen (MM2) is licht verontreinigd met kobalt, nikkel en zink. Ondergrond De kwaliteit van de ondergrond is bepaald door middel van mengmonsters MM5 (leem) en MM6 (zand). De leemlaag is matig verontreinigd met koper en licht verontreinigd met cadmium, kobalt, kwik, lood, nikkel en zink. De zandlaag is sterk verontreinigd met zink en licht verontreinigd met cadmium, kobalt, koper, kwik, lood en nikkel. De gehalten (zink) overschrijden daarmee de te verwachten ontgravingsklasse. De bodemkwaliteit voldoet daarmee niet aan het beeld dat wordt verwacht op basis van de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Maastricht. Wel sluiten de gemeten waarden aan op onderzoeksgegevens van de directe omgeving waar vergelijkbare waarden voor dezelfde parameters zijn vastgesteld. In het kader van onderhavig onderzoek heeft in overleg met de opdrachtgever geen nader bodemonderzoek plaatsgevonden ten einde de matige en sterke verontreiniging(en) nader af te perken. In de huidige situatie leiden de aangetroffen verontreinigingen immers niet tot onacceptabele risico s. Onder meer omdat zij zijn vastgesteld in de ondergrond en het gebied waar de (mogelijk) sterk verhoogde gehalten zijn vastgesteld geheel is verhard. De verhoogde gehaltes zware metalen houden vermoedelijk verband met de aangetroffen bodemvreemde materialen, maar kunnen deels (nikkel, kobalt) ook een natuurlijke oorsprong hebben. Binnentuin Ter plaatse van de binnentuin zijn in het mengmonster van de bovengrond (MM3) licht verhoogde gehaltes cadmium, kwik, lood en zink aangetoond. De licht verhoogde gehaltes worden waarschijnlijk veroorzaakt door de aangetroffen bijmengingen met baksteen en kalksteen. De ondergrond is samengevoegd met monsters van de parkeerplaats (MM6). De zandlaag is sterk verontreinigd met zink en licht verontreinigd met cadmium, kobalt, koper, kwik, lood en nikkel. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

25 5.2 Asbest Vanwege het aantreffen van een zwakke olie-water reactie en een muffe geur is het monster van,7 tot 1,2 m-mv van boring 1 separaat geanalyseerd (MM7). Daarnaast worden bodemvreemde bestanddelen aangetroffen zoals kalksteen, baksteen en kolengruis. De bodemlaag is licht verontreinigd met kobalt, koper, kwik, lood, nikkel en zink. Minerale olie is niet in een gehalte boven de achtergrondwaarde aangetoond. Inpandig De bovengrond ter plaatse van de kelder; met name de schilderruimte (MM4) is matig verontreinigd met lood en licht verontreinigd met koper en kwik. De verhoogde gehaltes worden waarschijnlijk veroorzaakt door de aangetroffen bijmengingen met baksteen, kalksteen en leisteen. Het matig verhoogde gehalte lood wordt niet direct aan de gebezigde activiteiten (verven) gerelateerd aangezien in de directe omgeving bij vergelijkbare bodemvreemde bestanddelen eveneens matig tot sterk verhoogde gehalten zijn vastgesteld. Voorts is dit monster aanvullend geanalyseerd op vluchtig gechloreerde koolwaterstoffen (VOCl) vanwege de (voormalige) activiteiten (schilderruimte). Er zijn echter geen verhoogde gehalten VOCl aangetoond. Aangezien als gevolg van de aanwezige bodemtextuur niet mogelijk was om een goed steekmonster te nemen dient het resultaat van de analyse voor wat betreft VOCl als indicatief te worden beschouwd. Er kan echter worden uitgesloten dat hier sprake zou kunnen zijn van een sterke verontreiniging met VOCl. De bodemkwaliteit op de onderzoekslocatie voldoet aan hetgeen verwacht kan worden op basis van de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Maastricht. Tijdens het veldwerk is specifiek aandacht besteed aan de aanwezigheid van asbest in en op de bodem. In het opgegraven/opgeboorde materiaal is zintuiglijk in de grove fractie (>16 mm) geen asbestverdacht materiaal waargenomen. Op basis van de zintuiglijke waarnemingen is besloten op geen analyses in te zetten voor asbest. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

26 6 Conclusies en aanbevelingen In opdracht van de gemeente Maastricht heeft LievenseCSO Milieu B.V. een verkennend bodem- en asbestonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de Capucijnenstraat te Maastricht. De aanleiding voor dit gecombineerde bodem- en asbestonderzoek betreft de voorgenomen verkoop van het onroerend goed. De belangrijkste bevindingen uit het onderzoek zijn hieronder weergegeven: Met uitzondering van een deel van de parkeerplaats zijn binnen de gehele onderzoekslocatie bijmengingen met bodemvreemd materiaal aangetroffen. Tijdens het veldonderzoek zijn op het maaiveld en in het opgeboorde materiaal geen asbestverdachte materialen aangetroffen. In de bovengrond zijn analytisch doorgaans licht verhoogde gehaltes zware metalen gemeten. Ter plaatse van de kelder (schilderruimte) is een matig verhoogde gehalte lood aangetoond. In de ondergrond ter plaatse van de parkeerplaats is een matig verhoogd gehalte koper en sterk verhoogd gehalte zink aangetoond. De zintuiglijk schone bovengrond is vrij toepasbaar. De grond waarin bodemvreemd materiaal is aangetroffen is geclassificeerd als klasse Industrie. De ondergrond waarin het sterk verhoogde gehalte zink is aangetoond is niet toepasbaar. De omvang van de aanwezige sterke verontreiniging(en) is in het kader van onderhavig onderzoek niet vastgesteld. 6.1 Conclusies Vooralsnog is in het kader van de verkoop de milieuhygiënische kwaliteit van de grond door middel van dit onderzoek vastgesteld. De aangetoonde lichte tot sterke verontreinigingen met zware metalen zijn deels van natuurlijke oorsprong (kobalt en nikkel) en deels te relateren aan de waargenomen bodemvreemde bijmengingen in de grond. De aangetroffen licht tot sterk verhoogde gehalten zware metalen leiden bij het huidge gebruik van de locatie niet tot onacceptabele risico s. 6.2 Toetsing hypothese De hypothese dat de onderzoekslocatie verdacht is ten aanzien van een bodemverontreiniging is bevestigd, aangezien in de grond licht tot sterke verontreinigingen worden aangetoond. De hypothese dat de onderzoekslocatie verdacht is ten aanzien van een asbestverontreiniging wordt verworpen. Zintuiglijk is geen asbestverdacht materiaal waargenomen. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

27 Hoewel het bodemonderzoek op zorgvuldige wijze is voorbereid en uitgevoerd, geven de resultaten een algemeen beeld van de bodemkwaliteit in de onderzochte gebieden. Het is nooit uit te sluiten dat de situatie op een niet onderzocht deel van het terrein daarvan in enige mate afwijkt. 6.3 Aanbevelingen De aangetoonde verhoogde gehaltes in de grond vormen geen belemmeringen voor het huidige en toekomstige gebruik van de locatie. Er is immers geen direct contact mogelijk met de matig tot sterke verontreinigingen aangezien deze verontreinigingen zich in de ondergrond bevinden en/of zijn afgedekt met een verharding. Indien in de toekomst graafwerkzaamheden plaats vinden ter plaatse van de parkeerplaats/binnentuin en/of de kelder dient er een nader bodemonderzoek te worden uitgevoerd naar de aangetroffen sterke verontreiniging met zink (MM6: parkeerplaats/binnentuin) en/of lood (MM4: kelder). Voor verdere informatie hierover danwel toelichting hierop kan contact opgenomen worden met LievenseCSO. VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april / 22

28 Bijlagen

29 Bijlage 1 Regionale ligging van de onderzoekslocatie VERKENNEND BODEM- EN ASBESTONDERZOEK CAPUCIJNENSTRAAT TE MAASTRICHT DOCUMENTCODE: 15A31.R1.AR.JW Status: Definitief Versiedatum: 16 april 215