Betreft: Vergadering van 7 november 2017, locatie Wijkcentrum de Dommel, aanvang14.30 tot uur.

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Sociaal Domein Support, Verslag ontwikkeltafel Jeugd d.d. 7 november 2017 Betreft: Vergadering van 7 november 2017, locatie Wijkcentrum de Dommel, aanvang14.30 tot uur. Deelnemers: Instantie GGzE Combinatie Jeugdzorg Amarant groep Gemeente Eindhoven Bijzonder Jeugdwerk Herlaarhof Psychologen/psyzorg Koraal de la Salle De Viersprong NEOS Welkom en mededelingen De ontwikkeltafel van 19 december 2017 gaat niet door. We hopen in 2018 over te gaan naar een regiobrede Ontwikkeltafel Jeugd. 2. Verslag 12 september 2017 Mevrouw Koehorst geeft aan dat zij wel aanwezig was. Besloten wordt om voortaan alleen de organisatie te vermelden (besluit). Er is een werkplan ingezet voor jeugd en daar hangt werkgroep verblijf onder. Er wordt nog een bijeenkomst georganiseerd waarbij 4 aanbieders aanwezig zullen zijn (Provinciale Jeugdwerk, Amarant, GGZE en de zorggroepen) met als doel om met elkaar te komen tot een visie wat er nodig is aan verblijfsvoorzieningen en hoe we ervoor kunnen zorgen dat de afbouw van het verblijf verantwoord gerealiseerd kan worden. De vraag wordt gesteld of de gegevens gedeeld mogen worden met de partners? Corinne meldt dat eerst alle gegevens verzameld worden door het stellen van vragen. Die gegevens worden gezamenlijk besproken tijdens de werkbijeenkomst waarbij

2 wordt bekeken welke stappen ondernomen moeten worden. Alle verblijfspartners worden dan uitgenodigd. De werkgroep valt onder zorglandschap. Actie: Rianne van NEOS is niet aanwezig en zal de volgende bijeenkomst uitgenodigd worden voor toelichting over veerkracht. 3. Inrichting expertteams Er zijn teams in Noord-Oost die met elkaar casuïstiek bespreken. Misschien een idee om te bekijken of dit ook hier toegepast kan worden. De bewuste brief was bij de agenda gevoegd. Doel is om met elkaar te bekijken of men iets nodig heeft in de regio bij complexe casussen waarbij niet redelijk passende hulp gevonden kan worden. De conclusie is dat deze werkwijze niet als behoefte herkend wordt en dat er nog geen verdere inventarisatie hoeft plaats te vinden onder de aanbieders. Als er iets gemist wordt dan wordt dat teruggelegd bij de lokale teams. Er heeft een werkconferentie plaatsgevonden met 9 centrale gemeenten van Zeeland, Brabant en Limburg. Een van de opbrengsten hiervan is dat de wethouders en beleidsambtenaren aanwezig waren. Op het moment dat er aanmeldingen zijn voor wat betreft casuïstiek dan wordt er gekeken of de inzet van de expertise nodig is. Vaak komen jongeren onvoldoende gediagnostiseerd bij de instellingen. Er zijn twee vormen: 1. Expertberaad Heeft als doel om een schakelpunt in te richten en kritisch af te wegen of een gesloten plaatsing het meest gewenste traject is of dat er een passend alternatief kan zijn. Noord-Oost doet dat, omdat er voor 54 jongeren een machtiging wordt afgegeven waarvan 43 daadwerkelijk geplaatst en waarvan 25% komen vanuit een residentiële plaats. RM- en IB- en VOTS-ers zitten hier niet in. Het trajectberaad deelt mee dat men niet alleen gericht is op zorg, maar ook op wonen, onderwijs en dagbesteding. Dit is een van de motieven om een kind toch gesloten te plaatsen, omdat er geen effectief onderwijs of dagbesteding is waardoor het kind risico loopt. Er wordt gekeken naar het sociaal netwerk en naar de economische situatie. Wie moet casuïstiek inbrengen? GI, Sociale Wijkteam of zorgaanbieders zelf? Alle casuïstiek gaat via het trajectberaad. Of dit voor spoedverzoeken geldt, is niet duidelijk en zal worden nagevraagd (actie). De casuïstiek wordt ingebracht zodra men voornemens is een jongere gesloten te plaatsen met als doel zeker te weten dat er een perspectief plan is dat gericht is op alle leefgebieden. Leeftijdscategorie: jaar. Als er alternatieven komen, moet er een commitment zijn van alle partijen wie wat gaat doen en hoe. Degene die een casuïstiek inbrengt, houdt de regie. Er is een onafhankelijk voorzitter ingehuurd. Het doel is eveneens om dit jaar nog 14 casussen te bespreken en volgend jaar het dubbele. De rechtbank heeft geen toetsende rol in dit trajectberaad. Je hebt te maken met de rechten van ouders en kinderen. De rechtbank kan nodig zijn in de samenwerking en zou kunnen zeggen dat er te weinig alternatieven zijn afgewogen of dat de casuïstiek wordt teruggelegd bij de raad. Als er een casuïstiek is ingebracht, wordt deze bij de volgende bijeenkomst besproken. De bijeenkomst wordt op maat bij elkaar geroepen en geldt niet voor kritische plaatsingen. Of de ouders hier actief bij worden betrokken, is niet duidelijk en wordt uitgezocht (actie). Het aantal plaatsingen gesloten is toegenomen. Dit heeft ertoe geleid dat een aantal lichte medewerkers zich bezig gaat houden om dit te versterken. Er worden allerlei vormen van hulp ingezet en wellicht is er te lang aangelopen zonder dat het resultaat heeft opgeleverd. Een mogelijkheid is doorplaatsing in jeugdzorg en alleen

3 die club naar gesloten opvang. Een kwart komt vanuit de residentie, vanuit bedden. Het is interessant om te weten waarom ze uit de bedden komen. Jongeren komen nu via de open jeugdzorgbedden. Er zal moeten worden getoetst. Vanuit de analyse is afgesproken dat er per regio gekomen moet worden tot een aanpak zodanig dat de stijging weer gaat dalen. Dat heeft met verschillende oorzaken te maken die aangepakt moeten worden zoals onderwijs en dagbesteding. Op de hypothese moeten interventies worden gepleegd anders wordt er gekozen voor een insteek die niet effectief is, omdat de analyse eronder niet deugt. Er is landelijk een lichte afname te zien in het aantal gesloten aanmeldingen. 2. Overleg passende hulp Oss, Uden, land van Cuijk en de Meijerij zijn de drie grote regio s die er zijn. Het doel van het sub-regionale overleg (beleidsmedewerkers van de gemeente zitten dit overleg voor) is het organiseren van zorg voor jeugdige inwoners die dat nodig hebben waarvoor een reguliere oplossing niet voorhanden is. Het gaat om multiproblematiek die heel specifiek maatwerk vragen. Het verloop is dermate grillig dat het snel is achterhaald. Condities: - altijd in het MDO waarin bepaald moet worden wat er nodig is. Casuïstiek die geen instemming heeft van de ouders, wordt teruggelegd. Als WIJ Eindhoven er niet uitkomt en bijvoorbeeld bijstand niet kan regelen, omdat deze niet voldoet aan de regels, kan dit bij de groep maatwerk neergelegd worden. - hulp die nodig is, gaat er komen en wordt op dat moment bepaald. Er is een casusmonitor. Als er besloten is wat de routing zal zijn, wordt nadien bekeken of er is gedaan wat er is afgesproken en tot welk resultaat dat heeft geleid(casusmonitor). Aantal afgeronde complexe casussen: de Meijerij 50, Oss/Uden 90, Cuijk 12. De gemeente zit de bijeenkomst voor en filtert of de casuïstiek voldoet aan de condities. De grote aanbieders zitten aan tafel (GGZE, Herlaarhof, LVG, Oosterpoort, Maashorst, onderwijs). De gemeente bekijkt aan de hand van de casus welke partijen er nog meer uitgenodigd worden (bijvoorbeeld verslaving, opvoeding, psychiatrie, schuldhulpverlening, huurachterstand problemen, scholing). In dat geval moet er samengewerkt worden anders wordt het voor de aanbieders lastig eigenaar te worden van het probleem. Er is dan sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Door de lumpsum afspraken zijn wellicht niet alle partijen genegen om dit probleem op te pakken. Als aanbieder is men verplicht om 90 procent in te vullen. Discussie over doel, werkwijze Het monitor instrument is er een. Er is een resultaatmeting nodig na afronding van een casus. Bij combinatie problematiek komen partijen onvoldoende samen tot een plan. Niemand neemt de eindregie. Werkt hoofd- en onderaannemerschap wel eigenlijk? Bij doorleefsessies is de intentie om de diepte in te gaan. Dit punt wordt geagendeerd (agenda). 15 november 2017 is de bijeenkomst zorglandschap gepland. Afgesproken wordt de volgende keer goed stil te staan bij al dan niet behoefte aan regionaal expertteam. Amarant zal haar ervaringen in West-Brabant-west over consortium afspraken toelichten. en de Viersprong wordt gevraagd om dit toe te lichten. Op 30 januari 2018 kan dit tijdens de ontwikkeltafel jeugd besproken worden. Dit overleg vindt plaats van tot uur. Zorg: indien meerdere zorgaanbieders binnen dezelfde casus en dezelfde beschikking aan het werk zijn, kan het zijn dat er sprake kan zijn van een financieringsconflict. Er

4 wordt aangegeven dat het soms voorkomt dat een zorgaanbieder niet weet dat bij hetzelfde gezin bij een andere aanbieder een zorg/beschikking ligt. Met de nieuwe PDC vanaf 1 januari 2018 en omgang tarieven zou dit probleem opgelost kunnen zijn, meldt Ferry. Over de inhoud bestaat wellicht geen discussie. 4. Levensloopbegeleiding Toelichting stand van zaken levensloopbegeleiding door Pierre Reijs, GGZE (zie bijlage) In 2009 ging het over waar je de zorg kon krijgen. In de loop der jaren is deze begeleiding meer overgegaan naar wat voor zorg kun je krijgen. Het gaat om wie helpt mij. Mensen met autisme willen een vaste contactpersoon. De levensloop consument is daaruit geboren, een persoon die volgt. Dit product is door ouders van de kinderen en ervaringsdeskundigen ontwikkeld. Er is ingestoken op complexe casuïstieken waarbij de ouders ook problemen hebben. Elke organisatie die deelneemt, levert twee consulenten die eigen regiebehandelaar zijn en die de verantwoordelijkheid kunnen dragen. Elk van hen heeft vijf gezinnen onder de hoede die zij enkele jaren begeleiden. De resultaten zijn positief. Ze zijn veel problemen voor, omdat ze goed kunnen insteken op wat het gehele gezin nodig heeft. Veel mensen hebben moeite met de behoefte van het kind. Het gaat om gezinnen met problematiek zoals borderline, verslaving, problemen op school e.d. Ze vragen veel van consulenten om de kwaliteit en de continuïteit te waarborgen. Coachen blijkt zinvol te zijn. De vraag is gesteld om autisme los te laten, Pierre geeft aan dat het moeilijk is om dit los te laten. De consulenten zijn hierin specialist. De vraag wordt gesteld of deze begeleiding ook ingezet kan worden bij inwoners met andere problematiek. Als het gaat om autisme gaat het om een specialisme. Het voorstel is om het probleem gebonden te maken. Als een generalist een zorgregie heeft dan kun je daar een specialist in zetten, merkt Ferry op. Kennis moet je onderhouden. Binding met de specialistische zorg wordt minder. De verwachtingen van de buitenwereld moeten normaal zijn. Enige verwarring ontregelt het gezin. Er wordt met de ouders vooruit gekeken. Op school wordt informatie geven over wat de betekenis is in een bepaald gedrag, wat vervolgens een openbaring kan opleveren. Vraag: moet hier niet een aparte regeling voor komen of kan het mee met de normale afspraken dat de generalist weet dat er een beschikking is verleend? De productiecode is nog steeds onderwerp van discussie. Benaming specialistische preventie? Voor een bepaald product kun je op voorhand geen contract aangaan. Het valt uit, omdat een bepaald product niet gecontracteerd is. Aanbieders hebben de gelegenheid gehad zich daarop in te schrijven. De wijze van financiering kan ook een stimulans zijn om een aantal doorbraken te realiseren. Leeftijdscategorie jongeren: 16, 17 en 18 jaar. Belangrijk is dat deze jongeren een visie hebben op de toekomst, er een plan ligt dat samen met het wijkteam opgesteld is. Als een jongere aangeeft dat hij niet langer wil leven, duurt het langer voordat je er achter komt waar het vandaan komt. Insteken op de relatie helpt, evenals cognitieve ordening. 5. Overig en rondvraag Geen vermeldingen. 6. Afsluiting De geplande vergadering van 19 december 2017 gaat niet door. De vergadering van 30 januari 2018 gaat door.

5 Onderwerpen: 1. Inventarisatie behoefte aan regionale afspraken over inrichting experteam, door Toelichting Amarant en Viersprong over consortiumafspraken West- Brabant-West Toelichting Combinatie en Neos over maatwerkarrangementen Wat vinden wij nu belangrijk, via welke weg willen wij in deze regio komen tot samenwerkingsafspraken over hulp aan jeugdigen/gezinnen met complexe casuistiek 2. Toelichting door Neos over methode Veerkracht