8 Passend onderwijs. De algemene beraadslaging wordt hervat.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "8 Passend onderwijs. De algemene beraadslaging wordt hervat."

Transcriptie

1 8 Passend onderwijs Aan de orde is de voortzetting van de behandeling van: - het wetsvoorstel Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in het basisonderwijs, speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs (passend onderwijs) (33106). De algemene beraadslaging wordt hervat. Ik heb begrepen dat er nog een aantal vragen rest over het algemene deel van de minister en dat de minister daarna de amendementen gaat behandelen. Voor zover ik begrepen heb, ligt er nog een vraag van de heer Dijsselbloem. Ik stel voor dat hij begint. Verder heeft de heer Van der Ham nog een vraag, net als de heer Van Dijk en mevrouw Ortega. Wij doen nog één ronde en vervolgens gaan wij naar de amendementen. Ik heb mijn vraag al in de eerste termijn gesteld. Mijn vraag gaat over de positie van ouders die op vele punten onder druk staat. Hoe verhoudt dat zich tot de opvatting van de minister over de ouderbetrokkenheid en het belang daarvan? Voorzitter. Ik ben wel ingegaan op de positie van ouders in het kader van de wijze waarop men nu en in de afgelopen jaren is vastgelopen in het huidige stelsel. De positie van ouders kent eigenlijk twee kanten. Allereerst is er de rol van de medezeggenschap. Op zowel schoolniveau als regionaal niveau is men betrokken door middel van het adviesrecht en het instemmingsrecht. In die zin kan men, als men een rol wil spelen, dat ook zeker doen. Dat is een goede zaak. Dan heb je gecommitteerde mensen. Verder wordt er in het wetsvoorstel zelf aandacht besteed aan de rol van ouders. De zorgplicht is een belangrijk punt. Ouders weten dat de school de taak heeft om rond te kijken, eerst op de eigen school en zo nodig verderop, in het samenwerkingsverband of, via dat samenwerkingsverband, in het speciaal onderwijs. Dat is een belangrijk punt. Er moet overlegd worden met ouders over het ontwikkelingsprofiel. Je kunt niet zonder ouders. In het referentiekader komt dit ook heel nadrukkelijk terug. Hierin wordt overigens ook gesproken over een second opinion als men er niet uitkomt, over mediation. Dit komt uit het veld zelf. Ook het veld erkent natuurlijk het belang van de rol van ouders. Inderdaad is er geen sprake meer van instemming. Straks ga ik wel in op het op overeenstemming gerichte gesprek dat er op de scholen moet zijn. De scholen moeten echt de intentie hebben om eruit te komen met ouders. Ik kan alvast verklappen dat ik dat een goede aanvulling vind; ik kan daar goed mee leven. De professionaliteit van de school en de leerkracht staat overeind wat het ontwikkelingsprofiel betreft, maar er wordt wel gestreefd naar overeenstemming. Dat is een belangrijk punt. Verder is de ouder betrokken bij de school omdat hij of zij een belangrijke rol heeft in de opvoeding van het kind. De ouder moet ook thuis een aantal zaken goed structureren en het kind helpen en ondersteunen. De rol van de ouder is in algemene zin dus heel belangrijk en ook in dit kader. Dadelijk komen wij op een aantal punten nog wel terug naar aanleiding van concrete amendementen. Ik stel wel vast dat het wonderlijk is dat deze minister, die zo zegt te hechten aan ouderbetrokkenheid, nu geconfronteerd wordt met zo veel amendementen op haar eigen wetsvoorstel om de positie van ouders te repareren en alsnog op orde te brengen. Die vaststelling is toch bijzonder. Ik hoop dat de minister positief zal adviseren over de amendementen op dit punt. Laat één ding helder zijn: die positie van ouders vind ik heel belangrijk, maar ik vind het ook belangrijk dat als de school de verantwoordelijkheid heeft, zij die ook kan waarmaken en dat er ook wat ruimte is voor de professionaliteit van de school. In het systeem van checks and balances is er inderdaad sprake van een wijziging ten opzichte van de huidige situatie. Ik vind dat terecht. Daar, bij de school, komt immers de verantwoordelijkheid ten volle te liggen, in samenspraak met de ouders. In samenspraak met de ouders, zo zegt de minister. Straks spreken wij over de amendementen en kunnen wij uitgebreid ingaan op details en de manier waarop een aantal oppositie- en coalitiepartijen het anders zou willen inrichten. Ik ga terug naar een paar maanden geleden, toen de minister zei: wij willen ouders meer betrekken bij het onderwijs; zij moeten hun verantwoordelijkheid meer nemen. Heel veel ouders willen dat ook heel graag doen. De ouders die het doen, zien nu een wetsvoorstel waar een aantal belangrijke mogelijkheden daartoe uit is gehaald. Hoe kan de minister dat rijmen? Ik ben het daar niet mee eens, want de ouder blijft betrokken. Er moet overleg plaatsvinden met de ouder, de ouder is via de medezeggenschapsraad betrokken en de ouder wordt meer in positie geplaatst, omdat hij rechten heeft. Als zijn kind ondersteuning nodig heeft, moet de school die ook daadwerkelijk gaan regelen. Ik vind dus dat er in en aantal opzichten echt een versterking van de positie van ouders plaatsvindt. En de school kan met het ontwikkelingsperspectief zijn professionaliteit op een goede manier waarmaken. Ik vind het verhaal dus in evenwicht. Op het gebied van passend onderwijs kunnen school en ouder echt niet zonder elkaar. Dat spreekt ook heel duidelijk uit het referentiekader. Over dat evenwicht zijn we het oneens, anders had de minister niet zo veel amendement op haar dak gekregen. Er zijn heel veel amendementen ingediend op dat punt. Juist vanwege de discussie die de minister heeft aangezwengeld over de betrokkenheid van ouders heeft zij in de afgelopen maanden echter ook een rondgang gemaakt langs ouders. Heeft zij helemaal geen signalen gekregen in de richting die wordt geschetst in de amendementen die zo meteen worden behandeld? TK

2 Ik kan zelfs vertellen dat ik het de komende maanden ook nog ga doen. Natuurlijk heb ik wel signalen gekregen. Daarop heb ik ook mijn zienswijze weergegeven. Het punt hierbij is het instemmingsrecht, maar het kan niet zo zijn dat dat nu het heil der natie is. Ik denk dat er heel veel andere aspecten zijn die een goede relatie tussen school en ouder relevant maken. Ik noem de zorgplicht, de medezeggenschap en het overleg dat moet plaatsvinden en dat nog iets aangescherpt moet worden, iets waartoe een amendement is ingediend. Dat kan. Maar ik ben er ook van overtuigd dat scholen die inzet al hebben. Scholen realiseren zich dat ze het zonder ouders niet redden. De heer Klaver (GroenLinks): Over het handelingsplan hebben ouders op dit moment wel instemmingsrecht. Heeft de minister aanwijzingen dat dit tot grote problemen leidt bij scholen en dat daarmee de professionaliteit van de scholen wordt aangetast? Ten eerste gaan we van handelingsplan naar ontwikkelingsperspectief. In het ontwikkelingsperspectief zit de professionaliteit van de instelling en van de leerkracht in de inschatting van wat het kind aankan. Dat is eigenlijk net als het schooladvies van de basisschool. Het is echt iets wat de school vaststelt. Ouders kunnen daar natuurlijk inspraak in hebben, er kan overleg over zijn en er kan bezwaar bij aangetekend worden dat moet netjes meegestuurd worden naar het voortgezet onderwijs maar het is aan de school om het te doen. Dat wil ik hier netjes voortzetten. Ten tweede was het soms ook gewoon lastig, want als je er niet uitkwam met elkaar, moest er wel gewoon met een kind verder gekomen worden. Het beste is als men gewoon goed overleg heeft en er op een goede manier uit komt. Ik zie eerlijk gezegd eerder dat heel veel scholen al veel meer doen dan nu al wettelijk moet, dan dat men minder doet. Ik hecht er echter aan dat aan het eind van de rit de school de professionaliteit kan waarmaken. De heer Klaver (GroenLinks): Het handelingsplan ging juist over een wat kortere termijn. Ik ben benieuwd hoeveel problemen dat opleverde, of dat gekwantificeerd is en of we kunnen zien of er echt sprake is van een probleem of dat het over incidenten gaat. Wellicht weet de minister dat de LOBO en OU- DERS & COO in december en januari een onderzoek hebben gedaan onder ouders. Uit veel opmerkingen van de 471 respondenten blijkt dat scholen nu al niet altijd meewerken wat betreft de zeggenschap van ouders. Wat geeft de minister het vertrouwen dat dit nu wel zal gebeuren en scholen de ouders wel zullen betrekken? Waar kunnen ouders zich melden als dat niet gebeurt en hoe gaat de minister dan ingrijpen? Daar kom ik zo meteen even op terug bij de bespreking van de amendementen. Ik wil er nu niet op vooruitlopen, maar ik ben ervan overtuigd dat scholen de inzet hebben om dat te doen. Zij moeten het ook doen volgens de wet. Daar kunnen ze op aangesproken worden, ook door de inspectie. Als er op dat punt veel klachten zijn over een school, zal de inspectie de school wijzen op zijn wettelijke taak in dit opzicht. De heer Jasper van Dijk (SP): Ik heb nog twee vragen. De eerste gaat over het volgen van het geld dat voor deze leerlingen bestemd is. Ook mevrouw Ferrier en de heer Elias hebben daar vragen over gesteld. Wij willen niet dat het geld aan een cv-ketel wordt besteed. Het moet werkelijk naar de leerlingen gaan. Ik heb voorgesteld om dat geld apart te zetten. De minister heeft in haar schriftelijke antwoorden een andere optie aangedragen. Ik wil graag weten wanneer we een voorstel van haar hand kunnen verwachten als zij aan de gang gaat met het volgen van het geld en de koppeling daarvan aan leerlingen. Laat ik eerst een relativerende opmerking vooraf plaatsen. We zullen het nooit helemaal kunnen volgen. Uiteindelijk komt het in de school terecht. Ik kan niet van de scholen vragen tot op de cent te verantwoorden of alles bij de kinderen komt. Het komt in de portemonnee van de school en die zal er het goede mee moeten doen. De school kan een ambulante begeleider bekostigen die daar inmiddels aan het werk is gegaan als deskundige of het uitgeven aan een zorgcoördinator. Met dat geld kunnen ook de juffen en meesters een extra steuntje in de rug krijgen qua professionalisering. Dat kan allemaal. Naar aanleiding van de vragen die hier gesteld zijn, ben ik weer bezig gegaan met de vraag hoe we het geld aan de bron kunnen koppelen. Op het ministerie wordt daar al langer over nagedacht, maar we zijn daar buitengewoon terughoudend mee. Daar ga ik nu met de scholen over praten. Daarna ga ik een ordentelijke wetswijziging voorbereiden. Ik weet dat de Eerste Kamer zeer hecht aan ordentelijke wetgeving. Mevrouw Slagter van de SP-fractie bijvoorbeeld is daar heel scherp op. Gelukkig hebben we het tot op heden goed kunnen afregelen. Ik wil dit niet zomaar even tussendoor afhandelen. Ik hoop binnen een maand of twee een brief te kunnen sturen over dat overleg en over de voorbereiding van die wetswijziging. Ik zeg het nog een keer. Het lijkt alsof we eindeloos de tijd hebben, maar de tijd vliegt. Er moeten korte vragen gesteld en korte antwoorden gegeven worden. We hebben ook nog een tweede termijn te doen en alle amendementen moeten nog worden besproken, en dat zijn er veel. De heer Jasper van Dijk (SP): Daar zal ik rekening mee houden. Ik constateer dat de minister dus van plan is een wetswijziging te maken. Gaat het dan om een wijziging van deze wet of van een andere wet? Het wordt een aanvulling. De heer Jasper van Dijk (SP): Een aanvulling op deze wet? Over twee maanden? Nee, dit kost tijd. Ik ga met het veld bespreken of het te doen is. Dat wil ik namelijk eerst weten. Vervolgens geef ik het signaal dat ik naar aanleiding van het debat over de mogelijkheden om het geld te volgen een wetswijziging voorstel. Dat betekent dat ik de ruimte ga vragen om geld aan bron te kunnen koppelen. Ik weet niet precies in welke wet dat moet gebeuren. Ik weet niet of dat in deze wet TK

3 moet of elders. In ieder geval ga ik ervoor zorgen dat het aan elkaar kan, want dat kan nu niet zo makkelijk omdat we er heel scherp op zijn wat er bij de bron wel en niet kan. De heer Jasper van Dijk (SP): Ik had nog een tweede vraag. De minister sluit sluiting van speciale scholen niet uit. Ik wil daarvoor graag een soort noodrem inbouwen. Ik ben bezig met een amendement daartoe. Dat zou kunnen betekenen dat ik de minister een discretionaire bevoegdheid wil geven. Zij kan dan zeggen dat het haar te ver gaat als een samenwerkingsverband te ver gaat met het sluiten van speciale scholen, of als dat de consequentie is van wat er ergens aan de hand is. De minister kan dan zeggen dat een speciale school in stand moet blijven. Deelt zij de mening dat zij die bevoegdheid moet hebben? Als ik die mening deelde, had ik wel iets dergelijks in het wetsvoorstel verwerkt. Uiteindelijk moeten de scholen op regionaal niveau bekijken hoe zij omgaan met kinderen in het speciaal onderwijs. Ik heb aangegeven dat ik financier wat er gefinancierd moet worden. De komende twee jaar hebben de kinderen die daar zitten ook het recht om daar te blijven. Het is de komende tijd dus nog gefixeerd. Pas daarna hebben scholen de ruimte om met kinderen iets meer naar het regulier onderwijs te gaan. Ik kan nu niet zeggen dat ik daarin moet kunnen ingrijpen. Ik vind dat scholen daar zelf op een goede manier mee moeten omgaan. Mijn inschatting is dat ik die bevoegdheid nauwelijks of niet nodig zal hebben. Voorlopig zijn de plaatsen wat ze zijn. Ik financier die gewoon rustig door. Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Mijn vraag houdt hier verband mee, al gaat die over sboscholen met een bepaalde richting. De minister heeft gezegd dat de samenwerkingsverbanden daarover gaan. Die bepalen hoeveel sbo-scholen er in een samenwerkingsverband zitten. Daarnaast zegt zij dat ouders zelf mogen weten of zij hun kind ergens aanmelden. Wel moet er dan een toelatingsverklaring zijn van het samenwerkingsverband. Mijn vraag aan de minister is of het schoolbestuur er niet zelf over gaat of een school met een bepaalde richting wel of niet recht van bestaan heeft. Een school gaat daar zelf over, dat is een feit, maar er moeten wel voldoende leerlingen zijn en dat is ook een feit. Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Dat is helder. Ik vroeg dit omdat de beantwoording van de minister deed vermoeden dat een schoolbestuur er niets over te zeggen heeft en dat het samenwerkingsverband het laatste woord heeft, maar de minister heeft mij gerustgesteld. Voorzitter. Ik was klaar met mijn betoog, maar ik zou nog antwoord geven op vier punten. Mevrouw Ferrier heeft een vraag gesteld over de ondersteuningsplanraad. Zij vraagt mij om voor die raad een gekwalificeerde meerderheid van twee derde te regelen. De tweederdemeerderheid geldt al als voorwaarde bij de vaststelling en wijziging van het medezeggenschapsreglement; zie het tweede lid van artikel 23 van de WMS. Dat artikel is ook van toepassing op de ondersteuningsplanraad. In het reglement legt men zelf vast hoe beslissingen van de raad worden genomen en welke meerderheid nodig is. Die ruimte wil ik liever niet inperken. Ten tweede ga ik in op de vraag van de heer Dijsselbloem. In het onderhandelaarsakkoord staat dat in het schooljaar de resterende middelen voor ambulante begeleiding, 43%, besteed blijven worden aan de inzet van ambulant begeleiders. De heer Dijsselbloem heeft gevraagd of dat ook in het wetsvoorstel staat; ik twijfelde daarover. Hij wil ook weten of wij een bepaling kunnen opnemen om dit te verlengen. Dat laatste vind ik niet correct, zoals ik al heb gezegd. Ik heb hier goed overleg over gehad. Wel kan ik zeggen dat dit ook in de wet staat. Dit is inderdaad belangrijk. De verplichting voor het schooljaar 2013 staat in het oorspronkelijke wetsvoorstel en ik heb een nota van wijziging voor 2014 en De heer Klaver wil weten wat de onderwijsbegroting bijdraagt aan het begrotingstekort. De intensiveringen op het gebied van onderwijs zijn jaarlijks gelijk aan de ombuigingen. In die zin levert de onderwijsbegroting geen bijdrage aan de bezuiniging in het coalitieakkoord. De inhoud van de intensiveringen en ombuigingen komt rechtstreeks uit het regeerakkoord, behoudens de aanpassingen die zijn gedaan toen wij het besluit tot fasering van de bezuiniging op passend onderwijs en de langstudeermaatregel namen. Door dit uitstel zijn er veranderingen aangebracht. Daarnaast bedraagt de bezuiniging op de onderwijssubsidie 140 mln. bij, maar dat is de algemene subsidiekorting die over alle departementen heen is gegaan. De heer Klaver (GroenLinks): Het argument van de minister was dat de financieel-economische situatie ons noopt tot bezuinigingen op onderwijs, maar dat klopt dan toch niet? Het gaat dan toch over andere politieke prioriteiten die binnen de onderwijsbegroting worden gesteld? Ik moet dan toch herhalen wat ik eerder gezegd heb. De financieel-economische positie van Nederland vraagt om meerdere dingen. Ten eerste moeten wij de staatsschuld terugdringen en het begrotingstekort op orde krijgen. Ten tweede zijn er impulsen nodig om het verdienvermogen van Nederland met het oog op de toekomst te versterken en daarmee de publieke financiering op een goede manier in de benen te houden. Deels vanuit sociaaleconomische invalshoek en deels vanuit de intrinsieke waarde van onderwijs, omdat elk kind het recht heeft om zijn talent optimaal te benutten, kiezen wij voor een aantal herprioriteringen. Wij kiezen voor de investering in leraren omdat wij weten dat zij de sleutel tot succes zijn. Wij kiezen voor de investeringen in de hoogbegaafde en excellente leerlingen omdat de OESO zegt dat wij het op dat gebied fout doen, wat niet goed is voor de kenniseconomie. Wij halen dit geld inderdaad deels weg bij het passend onderwijs, maar wij gaan daar slechts terug naar het niveau uit Ook toen stonden wij al heel goed bekend met onze investeringen. Er zijn dus wel degelijk sociaaleconomische overwegingen. Ik verzoek de minister om wat bondiger te antwoorden. Het woord is aan de heer Klaver. TK

4 De heer Klaver (GroenLinks): Ik ken de modellen van het CPB waarin investeringen in docenten worden aangemerkt als zeer kansrijk. De prestatiebeloning is daar één van, maar ook de opleiding wordt meegenomen als een zeer kansrijke investering die voor de economische positie van Nederland heel goed is. Als er een roep is vanuit het onderwijsveld, waarom maakt de minister dan toch niet de keuze om de prestatiebeloning heel specifiek in te zetten voor de professionalisering van de docenten die moeten gaan werken met het passend onderwijs? Dat is goed voor de economische structuur van Nederland en het is goed voor het succes van de invoering van het passend onderwijs. Dat is heel eenvoudigweg omdat we dat al doen met 150 mln. voor professionalisering en omdat we ook Leer- Kracht van Nederland overeind houden, waarmee we investeren in de lerarenopleidingen. Ik had nog een vraag van de heer Dijkgraaf: is de minister bereid te rapporteren over de uitkomsten van het overleg met de inspectie over de normen die de inspectie stelt ten aanzien van de symbiose en de maximalisatie van de 60%? Ja, ik zeg toe dat ik zal rapporteren over de uitkomst. In het Onderwijskundig besluit is nu alleen geregeld dat het om minimaal 180 minuten gaat. Er is geen maximum. De inspectie hanteert dit echter wel. Daarover ben ik in gesprek. De laatste vraag werd gesteld door de heer Klaver. Ik kan op dit moment nog geen inzicht geven in de cijfers over 2013 en de relatie daarvan met die over Ik kan die over 2011 niet eens geven, want ze zijn nog niet definitief. De cijfers over 2012 en 2013 moeten nog komen. Ik kan daar nu dus nog niets over zeggen. In juni kan ik iets zeggen over De heer Klaver (GroenLinks): Dan wacht ik tot juni. Wil de minister hier dan in ieder geval de toezegging doen om de bezuiniging op passend onderwijs niet verder terug te laten gaan dan het reële niveau van 2005? Ik heb niet meer geld voor het passend onderwijs dan ik heb en ik moet 300 mln. bezuinigen. Dat is het verhaal. Ik ga niet dit soort toezeggingen doen dat ik niet helemaal kan overzien. Dan kom ik op de amendementen. Het zijn er inderdaad aardig wat. Ik zal ze, op de mij gebruikelijke wijze, heel kort en krachtig behandelen. Ik begin bij het amendement-van Dijk/Smits op stuk nr. 12 over instemmingsrecht op het ondersteuningsprofiel. Instemmingsrecht valt onder het regionaal ondersteuningsplan. Daar wil ik het echt bij laten. Er moet flexibiliteit zijn tussen het lokale en het regionale niveau. Daarom ontraad ik het amendement. Dan kom ik op amendement op stuk nr. 15 waarin de heer Klaver voorstelt om in het ondersteuningsplan aan te geven welke actie wordt ondernomen om te kunnen professionaliseren. Ik ben het eens met de intentie achter het amendement dat professionalisering van leraren heel belangrijk is, juist ook in het kader van passend onderwijs. Dat is ook de reden dat ik de afspraken heb gemaakt zoals ik ze heb gemaakt. Ik vind het echter uiteindelijk een verantwoordelijkheid van de besturen. Overigens, als men er met elkaar iets over af wil spreken en als een medezeggenschapsraad dat op regionaal niveau wil regelen, kan men de boel daar scherp agenderen en kan men dat doen. Ik schrijf het echter niet voor. Ik ontraad het amendement dus. Dan kom ik op het amendement-klaver op stuk nr. 16. Dit amendement schrapt de mogelijkheid om een leerling te schorsen. De mogelijkheid in het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs om een leerling te schorsen is een instrument dat gebruikt wordt als ultieme waarschuwing. Eigenlijk versterken we met dit wetsvoorstel de positie van het kind in het primair onderwijs, want in het voortgezet onderwijs kun je niet schorsen zonder dat je een kind op een ander adres hebt afgeleverd. In het primair onderwijs kan dit na acht weken inspanningsverplichting wel. We hebben het nu gewoon aangescherpt. Ik ontraad het amendement dus. Ik vind het voordeel ervan dat als een school dit wil doen, die langs de inspectie moet. We weten dat er zo'n 1500 schorsingen per jaar plaatsvinden. Met deze regel houdt de inspectie zicht op wat er gebeurt. Ik ontraad het amendement dus. De heer Klaver (GroenLinks): Ten aanzien van de schorsing verkeer ik in de veronderstelling dat O sorry, ik bedoelde verwijdering. Ik was in de war. Wat ik net toegaf, ging over verwijdering. Ik wil schorsing namelijk wel als een ultieme waarschuwing overeind houden, maar scholen moeten het wel dat klopt wel bij de inspectie melden. Zo houdt de inspectie er zicht op. Ik vind dat een school de mogelijkheid tot een weekje ontspanning moet kunnen hebben. De heer Klaver (GroenLinks): Ik kan mij dat voorstellen. Ik heb met veel docenten gesproken die zeggen: het middel van schorsing kan een heel goede oplossing zijn. Er is echter nog te weinig studie gedaan naar wat de effecten zijn op kinderen in het primair onderwijs. Dit amendement is erop gericht om heel even te wachten met de invoering. Laten we daar eens uitgebreider op terugkomen in een debat in de Kamer, zodat we daarover op een later moment een veel gefundeerdere beslissing kunnen nemen. Gelet op het feit dat er al geschorst wordt, maar we er eigenlijk te weinig zicht op hebben, vind ik dit toch een verbetering. Laten we het dan zo afspreken: ik neem dit mee in de monitor en in onze evaluaties, zodat dit punt goed in beeld komt. Ik wil er nu wel de ruimte voor bieden. Het moet echter beheerster en meer gecontroleerd gebeuren dan in het verleden. Ik twijfel, dus wil ik het toch even heel scherp hebben. De heer Klaver schrijft in zijn amendement dat met dit wetsvoorstel de mogelijkheid om leerlingen in het basisonderwijs te schorsen, wordt geïntroduceerd. De minister zegt echter dat deze mogelijkheid al bestaat. Nee, de heer Klaver is hier ook al op ingegaan. Dat ging over de mogelijkheid van verwijderen. Ik was even in de war. In het amendement gaat het over schorsen. Er wordt echter al geschorst. TK

5 Terwijl dat niet mogelijk is, zegt u. Het gebeurt toch 1500 keer per jaar. Het voordeel van deze mogelijkheid is dat de inspectie nu moet worden geïnformeerd door de scholen als ze schorsen. Vervolgens kan de inspectie er ook zicht op houden. Ik vind dat een goede combinatie. Er gebeurt dus iets in het primair onderwijs wat eigenlijk feitelijk niet is toegestaan. In plaats van de inspectie er achteraan te sturen, legaliseert de minister dit. Dan heeft de inspectie er zicht op. Ik herken die argumentatie wel. Wij gebruiken die altijd in de discussie over coffeeshops, maar dan zijn het CDA en andere partijen er altijd zeer tegen. Het verschil is dat dit ook niet mijn argumentatie is. Mijn argumentatie is dat ik begrijp dat het soms moet gebeuren. Een school doet dit echt niet zomaar. We hebben de mensen in de Arena zien staan, bevlogen en betrokken mensen. Als het gebeurt, wil ik wel dat de inspectie ervan weet en dat het geen illegale activiteit is. Dat regel ik hiermee netjes in de wet. Dan houd je er ook zicht op. Ik begrijp het ook. Dan kom ik bij het amendement op stuk nr. 17 van mevrouw Ortega-Martijn, waarmee zij artikel 70 van de WEC wil aanpassen. In dit artikel wordt geregeld dat een leerling onderwijs dient te volgen bij de school waar hij of zij ingeschreven staat. De wens is dat cluster 2-leerlingen gemengd les kunnen krijgen met leerlingen van het reguliere onderwijs. Ik moet hier een goede en zorgvuldige reactie op geven. Artikel 70 van de WEC is hierin opgenomen om te voorkomen dat er situaties ontstaan die zowel vanuit financieel als vanuit inhoudelijk oogpunt onduidelijk zijn. Het regelt dat een leerling onderwijs dient te volgen bij de school waar hij of zij staat ingeschreven. De bekostiging en het toezicht zijn aan die inschrijving gekoppeld. Het artikel is de basis van de onderwijsbekostiging. Het idee bestaat dat een leerling die ingeschreven is in het reguliere onderwijs, wettelijk geen deel van het onderwijs mag volgen in het speciaal onderwijs. Voor het primair onderwijs is dit idee onjuist. Artikel 15 van de WPO regelt al dat het onderwijs voor een deel bij een andere school mag worden gevolgd. Dit telt ook mee voor het verplichte aantal uren. Voor het voortgezet onderwijs is dit idee wel juist, maar daar ontbreekt een dergelijke bepaling zoals die is opgenomen in de WPO. Het idee bestaat dat een leerling met een indicatie voor een bepaalde onderwijstijd ook vanaf 1 augustus 2013 alleen onderwijs kan volgen op een school die beschikt over de desbetreffende onderwijssoort. Dit is onjuist. Op dit moment kan het inderdaad niet, als gevolg van artikel 40, lid 3 van de WEC, maar dit komt te vervallen in dit wetsvoorstel. Als mevrouw Ortega het ook voor het vo wil regelen, verwijs ik naar het amendement van mevrouw Ferrier. Ik heb begrepen dat mevrouw Ferrier heeft geprobeerd om het hierover met mevrouw Ortega eens te worden. Als je het voor de WPO regelt, vind ik dat je dat ook moet doen voor de WVO. Deze ongeclausuleerdheid, met het schrappen van artikel 70, is echt ongewenst. Daarom ontraad ik het amendement. Ik was gisteren bij een bijeenkomst in Brabant over onder andere passend onderwijs en huisvesting. Daar sprak ik iemand die zei: de beperkingen in de wet beperken mij om werkelijk passend onderwijs te geven. Ik ben heel benieuwd hoe de minister wil regelen dat die mogelijkheid ook in het vo ontstaat. Het is echt heel jammer als we dat niet regelen. Dat is een gemiste kans, vooral voor leerlingen die heel goed op twee scholen onderwijs kunnen volgen. Als de minister de gedachte van mevrouw Ortega- Martijn steunt, maar de uitvoering ervan niet, verzoek ik haar een nota van wijziging op dat punt te maken, zodat wij het kunnen regelen in de juiste weging. Wil de minister ons daarin tegemoetkomen? De wens van de heer Van der Ham is eigenlijk al verhoord, want mevrouw Ferrier heeft daarvoor het amendement op stuk nr. 55 ingediend. Zij heeft gepoogd het daarover eens te worden met mevrouw Ortega, want mevrouw Ortega was de initiatiefnemer voor dit verhaal. Ik heb echter begrepen dat het niet gelukt is. Misschien lukt het alsnog, dat zou mooi zijn. Het amendement ligt er wel en daarin wordt het dus voor het vo geregeld. In het amendement op stuk nr. 19 van de heren Klaver en Dijsselbloem wordt geregeld dat ouders die het niet eens zijn met het ontwikkelingsperspectief, hun bedenkingen kunnen voorleggen aan deskundigen. Er is de onderwijsconsulent in algemene zin. Die kan altijd ingezet worden. Ik zie ook in het referentiekader dat vanuit het veld zelf de intermediair en de second opinion als mogelijkheid gehanteerd worden. Ik kijk dan ook even naar het nader gewijzigd amendement op stuk nr. 57 van de heren Dijsselbloem en Van der Ham over de geschillen. Uit beide stukken spreekt wat het ontwikkelingsperspectief betreft dat de ouders met de school in overleg moeten en dat er ook nog iets moet zijn als het niet lukt. Ik begrijp dat wel. Ik heb al aangegeven dat ik niet wil juridiseren. Vandaar ook die trits. Ik heb erover nagedacht. Het amendement over de geschillen vind ik vrij zwaar beladen. Het is ook vrij definitief. Ik voel meer voor de voorlopigheid waar mevrouw Ferrier voor is. Ik vraag dan mevrouw Ferrier of zij bereid is om het ontwikkelingsperspectief toe te voegen aan het andere amendement dat over toelating en verwijdering gaat. Ik weet dat zij daar in eerste instantie niet heel veel voor voelde; zij heeft dat al eerder aangegeven. Als zij dat wel doet, ontstaat er voor het ontwikkelingsperspectief een momentum dat de geschillencommissie er een oordeel over kan geven. De school moet uiteindelijk het laatste woord hebben, maar dan is er wel een momentum. Dan heb je niet allemaal verschillende zaken. Ik vraag de indieners of zij bereid zijn om met elkaar te bekijken of zij de amendementen kunnen integreren, met de stijlopzet van het amendement dat mevrouw Ferrier heeft ingediend. Ik hecht er namelijk aan om het de eerste vier jaar eens te proberen in die opzet. Ik hecht er ook aan dat het een niet te zwaar beladen commissie is. Mijn vraag is of de indieners daarmee iets kunnen doen met elkaar. Ik begrijp namelijk wel het gevoelen achter de twee amendementen. Mevrouw Ferrier (CDA): Ik wil daar graag goed naar kijken. Ik heb inderdaad mij moverende redenen om het tijdelijk te maken, voor vier jaar, en om het echt over de plaatsing te hebben. Ik wil graag bekijken of wij het ontwikkelingsperspectief daarin TK

6 kunnen meenemen, zonder dat het een zwaar opgetuigd instrument wordt waardoor de ruimte voor scholen en docenten weer beperkt wordt. Wij moeten tot een mooie wet komen en dan ook nog met genoeg geld, maar daar gaan we het straks over hebben. De minister moet mij even uitleggen waarom die tijdelijkheid van vier jaar nodig is. Ik vind die raar. Wij kunnen in het amendement ook vastleggen dat de geschillenregeling na vier jaar wordt geëvalueerd. Dat is eigenlijk hetzelfde maar dan op een andere manier aangevlogen. De heer Dijsselbloem en ik hebben een amendement ingediend dat van heel veel details is ontdaan. Het biedt veel meer ruimte, waarbij overigens wel een paar richtingen worden aangegeven die geënt zijn op het amendement van mevrouw Ferrier. Bij mij bestaat dus alle bereidheid om er nog eens naar te kijken. Mijn vraag gaat echt over die vier jaar. Wij kunnen ook een evaluatiebepaling in het amendement opnemen. Dan doen wij hetzelfde, maar dan laten wij wel zien dat het ons menens is. Wat is nu het voordeel van het tijdelijk maken? Ik ga uiteindelijk niet over het amendement van mevrouw Ferrier, maar die tijdelijkheid heeft ook mijn voorkeur. Daarmee maak je namelijk duidelijk dat je ervan uitgaat dat mensen het op een bepaald moment zelf met elkaar regelen en dat dat op een goede manier gebeurt. In de loop der tijd zijn handreikingen gedaan die benut kunnen worden om het definitief zelf goed te regelen. Ik zeg niet dat het voorlopige instrument niet definitief wordt, want misschien vinden wij het wel een nuttig instrument en willen we het zo laten gebeuren. Ik wil gewoon de intentie wat scherper en helderder hebben. Mijn accent is dus net even iets scherper. Dat is de achterliggende reden. De heer Dijsselbloem en ik zijn ons nog aan het beraden, ongetwijfeld straks ook met mevrouw Ferrier. Ik vind het heel belangrijk dat de minister zegt dat het best iets breder kan dan het amendement van mevrouw Ferrier. Dat is ook de opzet geweest van ons amendement. Hoe wij het aanvliegen, of het een evaluatiebepaling wordt om na vier jaar eventueel te kunnen continueren, moeten wij even in onderling overleg bekijken. Wij bekijken of wij er goed uit kunnen komen. Prima, dank. De heer Van der Ham sprak bijna namens mij, maar ik heb nog een ander punt waarop ik de vinger wil leggen. Het amendement van mevrouw Ferrier begint met een kanbepaling. Als wij tot elkaar komen, zal er een geschillencommissie komen, even los van wat er na vier jaar gebeurt. Ik wil geen misverstand dat wij een kanbepaling opnemen en dat er uiteindelijk toch niks komt. Als ik er positief in zit, mag u ervan uitgaan dat ik dat wel doe. Neemt u dat met mevrouw Ferrier op; het is haar amendement. Ik hoor graag in de loop van de behandeling hoe het verder verloopt om u te kunnen adviseren. De heer Klaver (GroenLinks): De minister geeft aan dat de onderwijsconsulent die je kunt inzetten om advies te geven over het ontwikkelperspectief een zwaar middel zou zijn. Zo is het middel juist niet bedoeld. Het is bedoeld als een aanvulling op de geschillenprocedure. Dat zou verdere juridisering kunnen voorkomen. Kan de minister aangeven waarom dat een zwaar, misschien wel te zwaar middel is en waarom het geen aanvulling is op de geschillencommissie? Ik vind het te zwaar om het te regelen in de wet. De onderwijsconsulent is beschikbaar. Die kan gewoon ingevlogen worden op het moment dat er een probleem is. Zijn of haar rol is veel meer: wat is hier gebeurd, hebben jullie daar- en daaraan gedacht. De geschillencommissie kan ook inhoudelijk meekijken. Ik wil niet én een onderwijsconsulent én een geschillencommissie én een klachtencommissie én misschien ook nog de Commissie Gelijke Behandeling. Dat wordt mij te veel. Ik vind het makkelijker als er een amendement ligt waarop je kunt doorborduren. Dan heb je een sobere aanpak. De heer Klaver (GroenLinks): Volgens mij is het amendement over de onderwijsconsulent toch echt anders. Er staat niet dat het moet gebeuren en dat een onderwijsconsulent zich ertegenaan moet bemoeien. Ouders en het bevoegd gezag krijgen de mogelijkheid om een onderwijsconsulent erbij te roepen op het moment dat zij er niet uitkomen. De onderwijsconsulent velt geen inhoudelijk oordeel, maar hoort zowel de ouders als het bevoegd gezag en kan van daaruit een advies geven. Dat is toch echt iets anders dan het amendement van mevrouw Ferrier, waardoor wij het zouden kunnen samenvoegen. De samenvoeging zit wat mij betreft in de gedachte erachter: de twee amendementen waarin ik de gedachte rondom het ontwikkelingsperspectief bespeur en het amendement van mevrouw Ferrier waarop je mooi zou kunnen aanhaken. Maar dan moet je er wel samen iets van maken, want dan heb je het met elkaar gedaan. Ik hoef het helemaal niet in de wet te regelen, want iedereen mag de onderwijsconsulent erbij halen. Dat is gewoon een feit. Deze onderwijsconsulenten staan ter beschikking van een ouder of van een school die zegt: kom even erbij zitten, want wij komen er niet uit. Als je er dan niet uitkomt, laat je een deskundige ernaar kijken. Daarvoor vind ik de geschillencommissie plezierig, omdat die dat oordeel kan geven. De school moet daar zijn verhaal doen. Is de ouder het er dan nog niet mee eens, dan kan met steun van de geschillencommissie de rest van de procedure worden afgelopen. Ik kom bij het amendement-van der Ham op stuk nr. 22 om de zorgplicht wel te laten gelden bij de wachtlijst. Ik moet dit ontraden. Het is niet wenselijk om een voorrangspositie te creëren voor leerlingen die een extra ondersteuningsbehoefte hebben. Daarbij komt dat je van tevoren helemaal niet weet of een kind een ondersteuningsbehoefte heeft. De school zal dat eerst moeten onderzoeken. Die gaat pas aan de slag met een kind op het moment dat het aan de beurt is. Ik vind het beter dat kinderen met een ondersteuningsbehoefte en kinderen zonder een ondersteuningsbehoefte gelijk worden behandeld. Als ze aan de beurt zijn, dan zijn ze aan de beurt. En dan TK

7 gaat de school bekijken of de leerling echt een extra ondersteuningsbehoefte heeft en, zo ja, of de school eraan kan voldoen of ergens anders een plekje moet zoeken. In eerste termijn heb ik uitgebreid aangegeven waar het mij om te doen is. Ik wil niet dat leerlingen zomaar door hun ouders een etiketje krijgen opgeprikt. Nee, iemand moet geïndiceerd zijn en staat op een wachtlijst. En vervolgens gebeurt er niks. Dat moeten wij zien te voorkomen. Ik vrees dat er met dit wetsvoorstel een nieuw afvoerpuntje in het passend onderwijs ontstaat, namelijk de wachtlijst. Daar geldt dan namelijk de zorgplicht niet meer voor. Dat moeten wij echt zien te voorkomen. In reactie op mevrouw Ferrier heb ik gezegd dat het geen truc moet worden om kinderen te laten voordringen op een wachtlijst. Binnen een samenwerkingsverband moet er veel extra aandacht voor zijn dat er juist voor dit soort leerlingen een zorgplicht is. Je kunt ze niet laten bungelen. Daar ben ik heel erg bang voor. Met die uitleg heb ik het amendement ingediend. Als de minister zegt dat bepaalde zinnetjes uit het amendement moeten worden gehaald om iets ongewensts te voorkomen, dan ben ik daartoe bereid. Ik hoor dat graag van de minister. Ik vind dat kinderen op een wachtlijst ten principale gelijk behandeld moeten worden. Als een ouder ervoor kiest om een kind op een wachtlijst te laten staan, is dat prima, maar als er ook kinderen zonder ondersteuningsbehoefte op staan die eerder aan de beurt zijn, dan zijn die kinderen eerder aan de beurt. Een school moet transparant zijn. Scholen kunnen niet impliciet een weigeringsbeleid hebben door kinderen gewoon nooit te behandelen. Dat kan niet aan de orde zijn. Als dat zo is, moet de inspectie er achteraan. Dat wil ik niet oplossen door elk kind met een extra ondersteuningsbehoefte bovenaan de wachtlijst te zetten. Dat is wat er feitelijk gebeurt. Dat staat helemaal niet in het amendement Maar het is wel wat er feitelijk gebeurt. De heer Van der Ham wijst op de zorgplicht en zegt dat er met die kinderen dus iets moet worden gedaan. Als de school een kind met die extra behoefte kan plaatsen, gaat dat kind op dat plekje zitten, terwijl andere kinderen misschien al langer wachtten. Dat is niet wat er staat Maar zo werkt het wel uit. Voorzitter, mag ik een vraag stellen? Ja. Het samenwerkingsverband moet de zorgplicht waarmaken. Het samenwerkingsverband kan tegen ouders zeggen: wij vinden het verstandig dat het kind naar die school gaat. Als het kind vervolgens op een wachtlijst wordt gezet, kan dat zomaar einde oefening zijn. Een kind kan op zo'n wachtlijst staan en gewoon thuiszitten. Ik vind dat het samenwerkingsverband de zorgplicht serieus moet nemen. Als het ziet dat een zorgleerling heel lang op een wachtlijst komt te staan, dan moet het op zoek gaan naar een school waar het kind wel snel geholpen kan worden. Dat is wat ik beoog. Stel dat een school een kind behandeld heeft, constateert dat hij de extra zorgvraag zelf niet kan leveren, en op zoek gaat naar een andere school. Het besluit kan pas genomen worden als er daadwerkelijk een andere plek voor een kind is. Als een kind dan weer maanden op een lijst komt te staan, dan loopt de tienwekentermijn af. Dan moet de zittende school het kind tijdelijk plaatsen. Op dat moment komt de urgentie wel op gang. Dan zal die plek gevonden worden. Wellicht moeten scholen onderling een procedure afspreken waarin, als een kind ergens op een school als extra ondersteuningsbehoeftig wordt geoormerkt, het kind niet onderop de wachtlijst komt te staan. Dat is een andere situatie. Dat moeten de scholen onderling regelen. Lukt het niet, dan ziet de school met de zorgplicht de tienwekentermijn aflopen en moet hij de tijdelijke plaatsing op zich nemen. Ik wil dat niet hiervandaan dichtregelen. Dit moet men gewoon onderling bespreken. Ziet de minister het gevaar dat de wachtlijst Dit is uw vierde keer Nee, het is de derde keer. Dan kunt u niet tellen. U moet het zeggen, u bent de voorzitter. Ik heb het gezegd. Dan doe ik het in tweede termijn. Ik denk dat wij allemaal willen dat de zorgplicht zo effectief mogelijk wordt en dat het aantal uitzonderingen waarmee scholen kunnen zeggen dat de zorgplicht niet bij hen komt te liggen, zo min mogelijk is. Toch is dit er een, en wel een riskante. Wachtlijsten zijn soms gemakkelijk te creëren. Dat kan een heel eenvoudige manier worden. Je creëert als school een wachtlijst bij de toelating en daarmee kun je tegen iedereen die zich meldt, zeggen: sorry, we hebben een wachtlijst dus we hebben geen zorgplicht. Gaat u vooral naar een andere school of we zetten u op een wachtlijst. Ik vind het tricky. Wachtlijsten zijn ongelooflijk gemakkelijk te manipuleren. TK

8 Dan hebben we het over het toelatingsbeleid van scholen in het algemeen. Dat moet transparant zijn. Daar waar aantoonbaar de zaak getraineerd wordt et cetera, moet de inspectie optreden. Het gaat mij te ver om te zeggen dat een school voor leerlingen die op een wachtlijst staan, de zorgplicht moet vervullen. De school moet dan namelijk voor alle leerlingen die op de wachtlijst staan en waarvan de ouders aangeven dat ze extra ondersteuning nodig hebben, onderzoeken of er inderdaad extra ondersteuning nodig is. Is dat niet het geval, dan heeft men een enorme inspanning gepleegd terwijl het kind nog niet aan de beurt is en ook niet aan de beurt komt, tenzij de wachtlijst opgelost is. Ik denk dat we generiek beleid moeten hebben: dat geldt zowel voor artikel 23 waar het gaat om het onderschrijven van de grondslagen van de school als voor de wachtlijst, namelijk dat kinderen gelijk behandeld worden. Als we in de loop der tijd zien dat er problemen zijn met de wachtlijsten, dan moeten we er wat aan doen maar dan is er allereerst de inspectie die een school hierop kan aanspreken. Ik zou dat nu niet allemaal willen vastleggen. Ik vind dat je kinderen dan in een bevoorrechte positie plaatst en dat je scholen opzadelt met allerlei onderzoeken. Als ouders namelijk heel graag hun kind op een bepaalde school willen, kunnen ze wel zeggen dat het kind extra ondersteuning nodig heeft. Dan moet de school dat gaan onderzoeken terwijl het kind nog helemaal niet aan de beurt is. Ik vind er veel nadelen aan zitten om het op die manier te doen en wil gewoon de gulden regel hanteren: er is een wachtlijst, er is een artikel 23 en op het moment dat het kind bij de school naar binnen kan en het heeft extra ondersteuning nodig, gaat de zorgplicht in. Ik ontraad het amendement. Ik schijn het amendement op stuk nr. 21 over te slaan, maar ik heb dat amendement niet in mijn bezit. Als iemand het wel heeft, houd ik mij zeer aanbevolen, dan kan ik er iets over zeggen. Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): In eerste termijn heb ik amendement op stuk nr. 21 ingetrokken. Het is er al niet meer. Ik kom bij het amendement op stuk nr. 23 van de heer Dijkgraaf. Het gaat om artikel 29 van de WMS: "de mogelijkheid om instemming om te zetten in adviesrecht wordt van toepassing verklaard op de ondersteuningsplanraad indien bij ten minste twee derde van de deelnemende scholen in het samenwerkingsverband een mr gebruik maakt van dit artikel". Dit betreft een andere wetgeving dan die wij hier aan de orde hebben. Wij hebben het over het regionaal ondersteuningsplan. Ik zou de discussie niet met allerlei zaken willen belasten. Ik denk niet dat er een lijk valt, maar ik ben terughoudend met allerlei aanpassingen. Instemming of advies: het ligt dicht bij elkaar. Voor allebei geldt dat je een procedure in werking moet stellen op het moment dat je er niet uit komt met elkaar. Ik zou het willen laten zoals het is. Ik ontraad het amendement. De heer Dijkgraaf (SGP): Vanuit de lijn van de minister snap ik het wel. Aan de andere kant is het in lijn met andere regelgeving die we op dit punt hebben. Ik neem aan dat de minister er ook geen bezwaar tegen heeft, mocht de Kamer zo verstandig zijn om het amendement aan te nemen. Ik ontraad het amendement maar ik zal de wet er niet voor intrekken. Ik zeg echter ook: let op dat je niet te veel regelt. Ik heb hier het advies van de heer Dijkgraaf en mevrouw Ferrier over het kernvoorstel van het amendement in het wetsartikel over het leerlingenvervoer: "moet bij een voorziening die voor een leerling passend is toegevoegd worden die rekening houdt met de van ouders redelijk te vergen inzet". Uit het amendement begrijp ik dat de heer Dijkgraaf wil regelen dat er door het college van B&W aangegeven wordt wat men redelijk vindt qua tijd. Ik hecht er zeer aan om aan te geven dat dit aan het college van B&W is. De gemeenteraad zal daar zijn voordeel mee doen. Als die vindt dat het niet goed is, kan er een discussie plaatsvinden. Het amendement kan geen kwaad. Het geeft voor ouders iets meer zekerheid op het lokale niveau. Dus ik kan ermee leven om het op die manier te doen. Ik heb het ook gevraagd aan de VNG omdat ik wist dat het er aankwam en ook die kan ermee leven. Overigens blijft de bevoegdheid liggen bij B en W om te beslissen over wel of geen leerlingenvervoer, maar het geeft iets meer rechtszekerheid voor ouders. Dan kom ik op het amendement op stuk nr. 29, dat regelt dat in een samenwerkingsverband ook met buitenlandse scholen in de grensregio's samengewerkt kan worden. Samenwerkingsverbanden en/of scholen kunnen als ze dat willen altijd samenwerken met scholen in het buitenland. In de regel hoeft dat niet, want het zijn de ouders die kiezen voor een school in het buitenland. Nederlandse scholen hebben daar niets mee van doen. Alleen Leerplicht in Nederland heeft daarin een taak. Daar hebben wij vaker over gesproken; de heer Biskop was en is er altijd bij betrokken. Het kan niet zo zijn dat een samenwerkingsverband het dekkende aanbod deels invult door samen te werken met een school in het buitenland, waardoor ouders verplicht worden om hun kind daar op school te doen. Er wordt gevraagd om in de wet op te nemen om in een imperatieve AMvB te regelen hoe de samenwerking moet worden vormgegeven. Dit is overbodig en ongewenst, aangezien de samenwerking al mogelijk is. Het alternatief is om een kan-bepaling in de wet op te nemen. Wat betreft het leerlingenvervoer naar de buitenlandse scholen in de grensregio's is de gemeente aan zet. Over dat laatste zijn door D66 al eerder Kamervragen gesteld. We waren in de veronderstelling dat gemeenten geen vervoer naar het buitenland mochten vergoeden, maar in de beantwoording heb ik kunnen toelichten dat dit wel kan. Het kan dus gewoon. Om het dan weer te gaan regelen, vind ik toch wat overbodig. Begrijp ik nu goed dat de minister zegt dat als er een kanbepaling van die AMvB-oplossing wordt gemaakt, ze het dan wel zou steunen? Dat vind ik prima. Het gaat mij hierom. Als een instelling in een grensregio aangeeft heel goed samen te kunnen werken met een speciaalonderwijsinstelling of wat dan ook over de grens, hetgeen beter voor de leerlingen is en ook kortere reistijden met zich brengt, dan vind ik dat daar een wettelijke basis voor moet zijn en dat men daarvoor dan bij de minister moet kunnen aankloppen. Ik wil dat haakje graag in de wet maken. Als dat op een nog mildere manier kan, vind ik het prima om er een kan-bepaling van te maken. TK

9 Laat ik daar even in de tweede termijn op terugkomen. Het is een wat technisch punt en ik zit net even wat minder goed in deze materie. Dan kom ik op het amendement-dijsselbloem/van der Ham op stuk nr. 31. Daarin wordt voorgesteld om de wet niet eerder dan twee jaar na aanvaarding door de Staten-Generaal van kracht te laten worden, zoals ook geadviseerd is door de ECPO en Onderwijsraad. Vooruitlopend op de wetgeving passend onderwijs is ook al ervaring opgedaan via pilots, waaronder de veldinitiatieven. Uiteindelijk is er besloten om het te faseren. De facto is er per 1 augustus 2012 weliswaar de wet, maar de feitelijke echte invoering is per 1 augustus Als ik dat optel bij de periode dat we al over dit verhaal praten en daarbij gevoegd de bekendheid dat dit er gaat komen, heb ik het idee dat het redelijk is om het op deze manier te doen. Misschien is het ook wel goed om aan te geven dat wanneer we het niet zo doen, we op een andere manier de bezuinigingen moeten vinden, die ik nu voor een deel uit de bureaucratie haal die ik op kan heffen op het moment dat we de zaken conform het tijdschema doen, het uitgestelde tijdschema dat meer rust en zorgvuldigheid brengt. Dat zou ik een slechte zaak vinden, want dan moet ik het misschien in het primaire proces gaan vinden en dat zou ik een gemiste kans vinden. Dus alles bij elkaar genomen, zeg ik: laten we het zo doen. Ik heb al gezegd dat ik de vinger erg goed aan de pols houd om daar waar nodig in te kunnen grijpen, te ondersteunen et cetera. Ik ontraad derhalve het amendement. Ik begrijp de politieke haast van de minister. Mijn stelling zou zijn dat op het moment dat de wet volledig is behandeld tot en met de Eerste Kamer, het veld weet waar het aan toe is. We behandelen vandaag een ongelofelijke dikke wet met een ongelofelijke stapel amendementen. Dus het veld is nog steeds in afwachting van wat er nog precies uit gaat komen qua rechten en plichten. Dus dan is de politieke druk ervan af. De minister heeft het dan over de streep getrokken. Wat zou er tegen zijn om dan de invoering te faseren zodat het zorgvuldig kan gebeuren? De minister weet net zo goed als ik dat heel veel samenwerkingsverbanden nog moeten worden opgezet, veel zaken nog moeten worden geregeld, budgetten moeten worden verdeeld, plannen moeten worden gemaakt, ondersteuningsplanraden moeten worden opgericht en zo kan ik nog wel even doorgaan. De minister neemt een groot risico door het wetsvoorstel er op deze manier door te drukken. Je kunt misschien nog twisten over de vraag of dat risico in de Kamer bestaat, maar voor het veld maakt dit de situatie buitengewoon kwetsbaar. Ik wijs nogmaals op de gefaseerde invoering, waardoor de feitelijke invoering de facto later zal plaatsvinden. Ik heb ook aangegeven dat ik de komende tijd de vinger buitengewoon goed aan de pols zal houden. We hebben met elkaar ook evaluatiemomenten afgesproken. We zullen stap voor stap te werk gaan. Als het nodig is, zal ik niet nalaten om in te grijpen. Ik kom bij het amendement-van der Ham/Dijsselbloem (stuk nr. 32), waarin het punt van de overeenstemming tussen het samenwerkingsverband en het college van B en W aan de orde komt. Het gaat me te ver om te eisen dat overeenstemming wordt bereikt. Ik heb het in het wetsvoorstel over "op overeenstemming gericht overleg". Dat vind ik belangrijk. Er is ook een verplichting tot het beslechten van geschillen. Dat vind ik ook belangrijk. Het instemmingsrecht van de gemeenten ten aanzien van het ondersteuningsplan is mijns inziens niet de oplossing. Een eenzijdige instemming met ondersteuningsplannen door gemeenten geeft geen garantie op een goede afstemming. Dit doorkruist bovendien de eigen verantwoordelijkheid van de scholen, die over veel meer gaan dan alleen over de directe relatie tussen de gemeenten en bijvoorbeeld de jeugdzorg en het leerlingenvervoer. Er is ook een sterke onderwijskant. Verder kan het instemmingsrecht van elke gemeente bij verschil van opvatting tussen de gemeenten complicerend werken in de besluitvorming. Ik heb, met de VNG, wel nagedacht over mogelijkheden om op sectorniveau iets te regelen. Daar wil ik mijn schouders best onder zetten, maar ik wil het niet zo zwaar maken. De minister zegt dat we de eigenstandigheid van scholen moeten respecteren, maar de gemeenten zijn aan zet als het gaat over de huisvesting. We hopen dat er een soort symbiose met de jeugdzorg ontstaat. De heer Dijsselbloem en ik hebben het daar ook uitgebreid over gehad. Dan is het toch van groot belang dat er minimaal een afspraak komt die bepaalt dat we elkaar in de ogen kijken en dat er instemming moet zijn. In 99 van de 100 gevallen gaat dat goed, want dat gebeurt in heel veel gemeenten al goed. We moeten echter wel regelen dat er een haakje in de wet is om het harder te maken. Ik vraag de minister de VNG en de grote steden doen dat ook om ervoor te zorgen dat dit in het wetsvoorstel goed is afgehecht, want anders zullen er problemen ontstaan. Ik voeg daaraan toe: alle problemen waar deze ministers en de andere ministers in het kabinet het over hebben betreffende de samenwerking tussen dat soort instanties, kunnen we nu goed regelen middels dit amendement. Andersom zal van de gemeenten worden gevraagd dat ze met scholen overleg voeren over het jeugdhulpverlenings- en jeugdzorgbeleid. De scholen zullen echter uiteindelijk geen instemmingsrecht hebben. Ze zullen er met elkaar uit moeten komen. Ik wil er daarnaast op wijzen dat er ook samenwerkingsverbanden zijn waarin misschien wel 20 of 30 gemeenten vertegenwoordigd zijn, met name op het platteland. Ik vind dat te risicovol. Als één gemeente overdwars gaat, dan staat het hele proces stil. Ik vind het prima dat men op overeenstemming gericht overleg heeft. Dat is ook een toets om te bezien of men echt zijn best heeft gedaan om er samen uit te komen. In de achtervang is er dan de geschillenregeling waarvan ik wettelijk heb vastgelegd dat men die met elkaar vorm en inhoud moet geven. Dan vind ik dat dit echt in voldoende mate gebeurd is. Ik ben de gemeenten al tegemoetgekomen, want ik had in eerste instantie "na overleg" staan. Dat gaf misschien te veel mogelijkheden om te zeggen "ik heb overlegd; klaar". Nu moet men op overeenstemming gericht overleg voeren. Dat is een aanpassing ten opzichte van het concept dat de internetconsultatie in was gegaan. Ik heb dus al een stap gezet, maar ik vind dat de verantwoordelijkheden en de continuïteit van het proces op een goede manier gewaarborgd moeten zijn. TK

12 Stemmingen Onderwijswetten

12 Stemmingen Onderwijswetten 12 Stemmingen Onderwijswetten Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 022 Wijziging van diverse wetten op het terrein van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in verband met het aanbrengen van enkele

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17 EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 446 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering

Nadere informatie

Bijlage 1. Overzicht geschillen en procedures

Bijlage 1. Overzicht geschillen en procedures Bijlage 1. Overzicht geschillen en procedures 1. Schoolbestuur heeft een geschil met ouders rond toelating en verwijdering. 2. Schoolbestuur of ouder heeft geschil met samenwerkingsverband over toelaatbaarheid

Nadere informatie

Memorie van antwoord passend onderwijs

Memorie van antwoord passend onderwijs Memorie van antwoord passend onderwijs Samenvatting Door beleidsmedewerker Simone Baalhuis van VOS/ABB Algemeen Samenwerking met jeugdzorg De wetsvoorstellen inzake het nieuwe jeugdstelsel en passend onderwijs

Nadere informatie

Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders

Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders Passend onderwijs Bergen,Gennep en Mook Informatie voor alle ouders Inhoudsopgave: Inleiding Hoofdstuk 1 Passend onderwijs in een notendop Hoofdstuk 2 Het ondersteuningsprofiel Hoofdstuk 3 Aanmelden Hoofdstuk

Nadere informatie

Dit advies, gedateerd 3 april 2015, nr. W /l, bied ik U hierbij aan.

Dit advies, gedateerd 3 april 2015, nr. W /l, bied ik U hierbij aan. Nr. WJZ/877024(6633) (Hoofd) Afdeling DIRECTIE WETGEVING EN JURIDISCHE ZAKEN Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en

Nadere informatie

Gelet op artikel 2 van de Experimentenwet onderwijs en artikel 4:81 van de Algemene Wet Bestuursrecht; ;

Gelet op artikel 2 van de Experimentenwet onderwijs en artikel 4:81 van de Algemene Wet Bestuursrecht; ; Beleidsregel van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van, nr. PO/1290099, houdende regels voor experimenten samenwerking regulier - en speciaal onderwijs (Beleidsregel experimenten

Nadere informatie

constaterende dat de Wet passend onderwijs scholen per 1 augustus 2014 een zorgplicht voor elke leerling oplegt;

constaterende dat de Wet passend onderwijs scholen per 1 augustus 2014 een zorgplicht voor elke leerling oplegt; Passend onderwijs Aan de orde is het VAO Passend onderwijs (AO d.d. 18/12). Ik heet de staatssecretaris van harte welkom. Voorzitter. Wij hebben een interessante gedachtewisseling gehad in het algemeen

Nadere informatie

Adviezen voor toelating leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte

Adviezen voor toelating leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte Adviezen voor toelating leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte Passend Onderwijs is van start gegaan in augustus 2014. Sindsdien heeft de Geschillencommissie Passend Onderwijs (GPO) nogal wat klachten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 3167 Vragen van het lid

Nadere informatie

Bijlage 2. Uitwerking zorgplicht

Bijlage 2. Uitwerking zorgplicht Bijlage 2 Uitwerking zorgplicht Inleiding Het streven is om met ingang van 1 augustus 2012 een zorgplicht voor schoolbesturen in te voeren. Het begrip zorgplicht en de betekenis daarvan, roept de nodige

Nadere informatie

Handreiking. Scholieren en medezeggenschap passend onderwijs. steunpunt medezeggenschap passend onderwijs. Thomas Slooijer

Handreiking. Scholieren en medezeggenschap passend onderwijs. steunpunt medezeggenschap passend onderwijs. Thomas Slooijer Handreiking steunpunt Scholieren en Thomas Slooijer September 2013 Inhoud 1. Inleiding 2 2. Schoolondersteuningsprofiel en 4 2.1 De raad 4 2.2 Hoe kan ik als scholier meepraten over het ondersteuningsprofiel?

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

SAMENWERKINGSVERBAND AMSTELLAND EN DE MEERLANDEN

SAMENWERKINGSVERBAND AMSTELLAND EN DE MEERLANDEN Toelichting bij stroomschema zorgplicht aanmelding 1. Voorwaarden aanmelding bij reguliere school De aanmeldingsprocedure van de school is leidend. Natuurlijk kunnen ouders voor de inschrijving het schoolondersteuningsprofiel

Nadere informatie

Passend. onderwijs. Zo zit het! Floor Kaspers 3 juli 2017 Assen

Passend. onderwijs. Zo zit het! Floor Kaspers 3 juli 2017 Assen Passend onderwijs Zo zit het! Floor Kaspers 3 juli 2017 Assen Wat is passend onderwijs? Nieuwe manier van organiseren ondersteuning op school Gestart op 1 augustus 2014 Scholen werken samen in de regio

Nadere informatie

Datum 25 juni 2019 Beantwoording vragen over leerlingen die worden uitgeschreven op school

Datum 25 juni 2019 Beantwoording vragen over leerlingen die worden uitgeschreven op school >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den

Nadere informatie

Toelating en verwijdering in het kader van de ondersteuningsbehoefte. Céline Adriaansen José van Snek

Toelating en verwijdering in het kader van de ondersteuningsbehoefte. Céline Adriaansen José van Snek Toelating en verwijdering in het kader van de ondersteuningsbehoefte Céline Adriaansen José van Snek Opzet bijeenkomst 1. Inleiding 2. Toelating (met name in het kader van de ondersteuningsbehoefte) 3.

Nadere informatie

Wettelijke borging De wettelijke borging van de zorgplicht zit in twee artikelen van de wet op het primair onderwijs; artikel 40, lid 3 en 4:

Wettelijke borging De wettelijke borging van de zorgplicht zit in twee artikelen van de wet op het primair onderwijs; artikel 40, lid 3 en 4: Zorgplicht Met de invoering van Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 is tevens het begrip zorgplicht geïntroduceerd. Opvallend daarbij is overigens dat in de tekst van de wet het woord zorgplicht niet

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

Bijlage 5 Toelating en aanmelding

Bijlage 5 Toelating en aanmelding Bijlage 5 Toelating en aanmelding Versie: 20-11-2014 1 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Aanmelding van leerlingen... 3 Toelating van leerlingen... 3 Uitzonderingen... 4 Schorsen en verwijderen... 5 2 Inleiding

Nadere informatie

aanmelden onderzoeksplicht- zorgplicht Studiedag SWV 6 april 2017

aanmelden onderzoeksplicht- zorgplicht Studiedag SWV 6 april 2017 aanmelden onderzoeksplicht- zorgplicht Studiedag SWV 6 april 2017 Als het mis gaat, gaat het mis aan het begin. Als het mis gaat, gaat het mis bij het begin Aanmelden in passend onderwijs Broertjes/zusjes

Nadere informatie

Aandachtspunten Leraren passend onderwijs

Aandachtspunten Leraren passend onderwijs Aandachtspunten Leraren passend onderwijs Beste leraar, Op 1 augustus 2014 wordt de wet passend onderwijs ingevoerd. Dit betekent dat er een aantal zaken anders geregeld zijn voor leerling, leraar en ouder.

Nadere informatie

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, - 1 - Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 3 augustus 2012, nr. JOZ/378065, houdende regels voor het verstrekken van aanvullende bekostiging ten behoeve van het stimuleren

Nadere informatie

Aanmelden en Zorgplicht versie

Aanmelden en Zorgplicht versie Aanmelden en Zorgplicht versie 12-1-2017 Inleiding Na de invoering van passend onderwijs op 1 augustus 2014 heeft het bevoegd gezag van de scholen zorgplicht. Dat betekent dat het bevoegd gezag van de

Nadere informatie

Aanmelding, zorgplicht en plaatsingsproblemen

Aanmelding, zorgplicht en plaatsingsproblemen Pagina 1 van 5 De nieuwe regels voor aanmelding en plaatsing van leerlingen in het voortgezet onderwijs, die in beginsel duidelijk zijn, roepen vragen op. Deze vragen komen voort uit de specifieke situaties,

Nadere informatie

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel

Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel Opbouw presentatie Voorblad 2: Watermerk Typ hier de titel Voorblad 2: Watermerk Typ hier de titel Waarom passend onderwijs? Minder thuiszitters. Meer

Nadere informatie

Datum 26 mei 2014 Kamervragen van het lid Ypma (PvdA) over de positie van cluster 1 en 2 leerlingen (25-4-2014)

Datum 26 mei 2014 Kamervragen van het lid Ypma (PvdA) over de positie van cluster 1 en 2 leerlingen (25-4-2014) >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Themadirectie Jeugd, Onderwijs en Zorg IPC 2450 Rijnstraat 50 Den Haag

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Nr. WJZ/2005/30013 (3764) (Hoofd) Afdeling DIRECTIE WETGEVING EN JURIDISCHE ZAKEN Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende wijziging van de Wet

Nadere informatie

Nieuwsbrief passend onderwijs

Nieuwsbrief passend onderwijs Juli 2012 Uitgelicht Eerste Kamer behandelt wetsvoorstellen op 11 september De behandeling van de wetsvoorstellen passend onderwijs en kwaliteit in het speciaal onderwijs is verplaatst naar 11 september

Nadere informatie

1 Inleiding. 1.1 Introductie. 1.2 Probleemstelling

1 Inleiding. 1.1 Introductie. 1.2 Probleemstelling 1 Inleiding 1.1 Introductie Met de komst van passend onderwijs per 1 augustus 2015 is nieuwe regelgeving opgenomen in de Wet primair onderwijs (WPO) en de Wet op de educatieve centra (WEC). In het kader

Nadere informatie

Een passend onderwijsprogramma voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs

Een passend onderwijsprogramma voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs Een passend onderwijsprogramma voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs Inleiding Veel scholen hebben te maken met leerlingen die specifieke ondersteuning nodig hebben om onderwijs te kunnen volgen.

Nadere informatie

Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het lid Van Meenen (D66) van uw Kamer inzake de aanmeldleeftijd in het onderwijs.

Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het lid Van Meenen (D66) van uw Kamer inzake de aanmeldleeftijd in het onderwijs. >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Voortgezet Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den

Nadere informatie

TRIPLE T. Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T)

TRIPLE T. Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T) TRIPLE T Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T) Passend onderwijs Een ontwikkeling die parallel loopt aan de transitie Jeugdzorg en die met name vanwege de sterk inhoudelijke samenhang

Nadere informatie

Datum 7 oktober 2014 Beantwoording vragen lid Van Dijk over mbo-leerlingen die geweigerd worden op ROC's (2014Z16664)

Datum 7 oktober 2014 Beantwoording vragen lid Van Dijk over mbo-leerlingen die geweigerd worden op ROC's (2014Z16664) >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Middelbaar Beroeps Onderwijs IPC 2150 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school.

De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school. 107612 De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school. in het geding tussen: de heer A en mevrouw B, verzoekers, gemachtigde:

Nadere informatie

Deze toelichting wordt mede gegeven namens de Staatssecretaris van Economische Zaken.

Deze toelichting wordt mede gegeven namens de Staatssecretaris van Economische Zaken. Nota van toelichting De wijzigingen uit deze algemene maatregel van bestuur betreffen twee onderwerpen, namelijk het stellen van nadere voorwaarden aan orthopedagogisch-didactische centra in het primair

Nadere informatie

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Voorstel van Wet tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van het vaststellen van het handelingsdeel

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17134 26 juni 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 13 juni 2013, nr. JOZ/499515,

Nadere informatie

Passend Onderwijs: Passend onderwijs. Wat is het? extra ondersteuning. school. Heeft u een idee??? alle leerlingen die.

Passend Onderwijs: Passend onderwijs. Wat is het? extra ondersteuning. school. Heeft u een idee??? alle leerlingen die. Eerst even voorstellen Passend Onderwijs Wat is het? Wat verandert er? Rol ouders? Wat kunnen ouders doen? Ik U? Bert Beuving, projectmedewerker BOSK ouder? medewerker? medewerker samenwerkingsverband?

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2011/12

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2011/12 TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2011/12 33 106 Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met een herziening van de organisatie en financiering van de ondersteuning van leerlingen in

Nadere informatie

Datum 5 december 2018 Beantwoording aanvullende vragen voorhang Besluit bekostiging gvo en hvo op openbare scholen

Datum 5 december 2018 Beantwoording aanvullende vragen voorhang Besluit bekostiging gvo en hvo op openbare scholen >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 031 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met het regelen van de mogelijkheid een deel van

Nadere informatie

Protocol: Time-out, schorsing en verwijdering van leerlingen

Protocol: Time-out, schorsing en verwijdering van leerlingen Protocol: Time-out, schorsing en verwijdering van leerlingen Besluitvorming en communicatie Bespreken MO 29 januari 2015 Instemming GMR 4 februari 2015 Vaststellen definitieve versie bestuur 4 februari

Nadere informatie

ZORGPLICHT: WANNEER WEL EN WANNEER NIET?

ZORGPLICHT: WANNEER WEL EN WANNEER NIET? ZORGPLICHT: WANNEER WEL EN WANNEER NIET? Verantwoordelijkheid van scholen Sinds de invoering van passend onderwijs hebben schoolbesturen een zorgplicht. Dat betekent dat ze de verantwoordelijkheid hebben

Nadere informatie

Passend onderwijs. Passend onderwijs

Passend onderwijs. Passend onderwijs Opbouw presentatie 1. De Basis basis Waarom passend onderwijs? Alle leerlingen hebben recht op een passend onderwijsprogramma; geen thuiszitters. Scholen, besturen en samenwerkingsverbanden hebben ruimte

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Çelik over de groeiende afstand tussen de schoolbesturen en de werkvloer in het onderwijs.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Çelik over de groeiende afstand tussen de schoolbesturen en de werkvloer in het onderwijs. a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Tweede kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S GRAVENHAGE Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw brief

Nadere informatie

2016D04781 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2016D04781 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2016D04781 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de

Nadere informatie

Ouders, schoolondersteuningsprofiel en medezeggenschap

Ouders, schoolondersteuningsprofiel en medezeggenschap Ouders, schoolondersteuningsprofiel en medezeggenschap Floor Kaspers December 2013 (gevalideerd 1-10-2017) Handreiking Inhoud Inleiding 2 1. Wat is het schoolondersteuningsprofiel? 3 Wat staat er in ieder

Nadere informatie

Passend onderwijs. Lid van het dagelijks bestuur, Liesbeth Verheggen

Passend onderwijs. Lid van het dagelijks bestuur, Liesbeth Verheggen Passend onderwijs De AOb heeft zich uitgesproken vóór het behouden van zoveel mogelijk leerlingen binnen het reguliere onderwijs. Maar de AOb voegde daar altijd aan toe dat passend onderwijs dan wel op

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 022 Wijziging van diverse wetten op het terrein van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in verband met het aanbrengen van enkele

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal Vaste Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Postbus BJ Den Haag.

Tweede Kamer der Staten Generaal Vaste Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Postbus BJ Den Haag. Postbus 1223 3500 BE Utrecht Tweede Kamer der Staten Generaal Vaste Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Herculesplein 215 3584 AA Utrecht T 030-236 37 29 E info@platformvg.nl

Nadere informatie

Passend onderwijs. Passend onderwijs

Passend onderwijs. Passend onderwijs Opbouw presentatie 1. De Basis basis Waarom passend onderwijs? Alle leerlingen hebben recht op passend onderwijs: geen thuiszitters. Scholen, besturen en samenwerkingsverbanden hebben ruimte om maatwerk

Nadere informatie

Ondersteuningsplan

Ondersteuningsplan Ondersteuningsplan 2018-2022 Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Friesland Publieksversie Alle leerlingen gaan succesvol naar school dat is onze opdracht en daar werken alle scholen voor primair onderwijs

Nadere informatie

Seksualiteit: Grenzen en Wensen

Seksualiteit: Grenzen en Wensen IJBURGCOLLEGE.NL Seksualiteit: Grenzen en Wensen Leerlingen handleiding Michiel Kroon Lieve leerling, Het is belangrijk om op een open en goede manier over seks te kunnen praten. De lessenserie die in

Nadere informatie

ADVIES. 1) Verzoekster is de moeder van L. L zit vanaf groep 1 op E (hierna: de school). Het schooljaar zit hij in groep 5.

ADVIES. 1) Verzoekster is de moeder van L. L zit vanaf groep 1 op E (hierna: de school). Het schooljaar zit hij in groep 5. 107219 - Verwijdering van een leerling met extra ondersteuningsbehoefte kan pas als onderzoek is gedaan naar de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de ondersteuningsmogelijkheden van de school. in

Nadere informatie

Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen. Zorgplicht

Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen. Zorgplicht Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen Zorgplicht In de wetgeving m.b.t. passend onderwijs hebben de schoolbesturen zorgplicht gekregen. Deze zorgplicht geldt voor de leerlingen waarvan is vastgesteld

Nadere informatie

Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11).

Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11). Persoonsgebondenbudget Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11). Mevrouw Bergkamp (D66): Voorzitter. Eigen regie en keuzevrijheid voor de zorg en ondersteuning die je nodig hebt, zijn

Nadere informatie

18 december 2014 Jeroen Heuvelink

18 december 2014 Jeroen Heuvelink Raadsvoorstel *BR1400240* *BR1400240* Datum Raad Portefeuillehouder 18 december 2014 Jeroen Heuvelink Registratienummer BR1400240 Preventief toezicht van toepassing Nee Onderwerp Verordening leerlingenvervoer

Nadere informatie

Schoolondersteuningsprofiel

Schoolondersteuningsprofiel Lia van Meegen Schoolondersteuningsprofiel februari 2012 Wat staat in de wetsvoorstellen? Wat is een schoolondersteuningsprofiel? Wat is een ondersteuningsplan? Wat is een ondersteuningsplanraad? Schoolondersteuningsprofiel

Nadere informatie

Datum 4 juli 2017 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Van Meenen (D66) over het bericht onderwijs aan ernstig meervoudig beperkte leerlingen,

Datum 4 juli 2017 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Van Meenen (D66) over het bericht onderwijs aan ernstig meervoudig beperkte leerlingen, >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

Achtergronden van de wet ( knelpunten huidig systeem) en doelen van deze wet:

Achtergronden van de wet ( knelpunten huidig systeem) en doelen van deze wet: BIJLAGE 1 Hoofdpunten wet Passend Onderwijs Leeswijzer: Dit document geeft in het kort de inhoud en de consequenties van de nieuwe wet op het passend onderwijs weer. De wetgever is zeer ambitieus en optimistisch

Nadere informatie

Zorgplicht voor de scholen

Zorgplicht voor de scholen Zorgplicht voor de scholen In het kader van de wet passend onderwijs hebben de scholen zorgplicht. Dit geldt voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven. Een inschrijving is iets andere dan een aanmelding.

Nadere informatie

Artikel 3. Voordat de directeur besluit tot weigering van toelating stelt hij/zij de ouders in de gelegenheid hun zienswijze naar voren te brengen.

Artikel 3. Voordat de directeur besluit tot weigering van toelating stelt hij/zij de ouders in de gelegenheid hun zienswijze naar voren te brengen. Regeling toelating, schorsing en verwijdering leerlingen van MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding. Vastgesteld door AD d.d. 9 juni 2010 Algemeen Artikel 1. Deze regeling verstaat onder:

Nadere informatie

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met het herstel van enkele wetstechnische gebreken en het aanbrengen van enkele

Nadere informatie

Schoolbestuur en medezeggenschap vorming samenwerkingsverband

Schoolbestuur en medezeggenschap vorming samenwerkingsverband Handreiking steunpunt Schoolbestuur en vorming samenwerkingsverband Rein van Dijk, Jan de Vos Augustus 2013 Inhoud 1. Waar gaat het om? 2 2. Goede 2 3. Het wettelijk kader 3 4. Arbitrage en geschillenprocedures

Nadere informatie

2011D56821 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2011D56821 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 20D5682 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over het

Nadere informatie

17 augustus 2012 De beantwoording van de vragen over het probleem van pesten op school. (2012Z13044).

17 augustus 2012 De beantwoording van de vragen over het probleem van pesten op school. (2012Z13044). a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Passend Onderwijs. Passend onderwijs komt eraan!

Passend Onderwijs. Passend onderwijs komt eraan! Passend Onderwijs 2e Passend onderwijs komt eraan! Nederland krijgt een nieuw onderwijsstelsel met de naam Passend Onderwijs. Per 1 augustus 2014 (de invoering is een jaar uitgesteld) voeren alle scholen

Nadere informatie

Inschrijving vindt plaats nadat de ouders in een kennismakingsgesprek met de locatiecoördinator geïnformeerd zijn over het karakter van de school.

Inschrijving vindt plaats nadat de ouders in een kennismakingsgesprek met de locatiecoördinator geïnformeerd zijn over het karakter van de school. Aannamebeleid WAS en Fluenta Schoolprocedure aanname leerlingen Deze notitie is opgesteld om tot een zorgvuldig beleid te komen voor het aanmelden en inschrijven van leerlingen op basisschool Willem Alexander

Nadere informatie

Bekostiging van residentiële leerlingen

Bekostiging van residentiële leerlingen Bekostiging van residentiële leerlingen Een aantal leerlingen verblijft in een residentiële instelling. Dit betreft enerzijds gesloten instellingen: Justitiële Jeugdinrichting (JJI) en Gesloten Jeugdzorg

Nadere informatie

Themabrief passend onderwijs 25 februari 2013

Themabrief passend onderwijs 25 februari 2013 Themabrief passend onderwijs 25 februari 2013 Passend onderwijs en geschillen In onze Themabrief van 1 oktober 2012 hebben wij een toelichting gegeven op het nu nog geldende stelsel, met leerlinggebonden

Nadere informatie

Geschillencommissie passend onderwijs (GPO)

Geschillencommissie passend onderwijs (GPO) Geschillencommissie passend onderwijs (GPO) Informatie voor scholen/schoolbesturen/schoolleiders Over (niet) toelaten, verwijderen en het ontwikkelingsperspectief van leerlingen Meer informatie op www.onderwijsgeschillen.nl

Nadere informatie

Internetconsultatie IAK

Internetconsultatie IAK Internetconsultatie IAK Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK) Conceptwetsvoorstel Onderwijs op een Andere Locatie dan school 1. Wat is de aanleiding?

Nadere informatie

ADVIES. de heer B, bestuurder van schoolbestuur C, organisatie voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs (verder: C) te D, verweerder,

ADVIES. de heer B, bestuurder van schoolbestuur C, organisatie voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs (verder: C) te D, verweerder, 107777 - Klacht over buitenschoolse opvang. Het schoolbestuur had de verandering van bsoaanbieder eerder moeten communiceren; maar de wijziging is vervolgens goed afgehandeld. inzake de klacht van: de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 396 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 2218 Vragen van het lid

Nadere informatie

Passend Onderwijs. Scholen verantwoordelijk voor alle leerlingen in een regio Nieuw onderwijsstelsel voor regulier én speciaal onderwijs

Passend Onderwijs. Scholen verantwoordelijk voor alle leerlingen in een regio Nieuw onderwijsstelsel voor regulier én speciaal onderwijs Maart 2012 1e Op 1 augustus 2013 wordt naar verwachting het nieuwe onderwijsstelsel ingevoerd. Het wetsvoorstel is op 6 en 8 maart behandeld in de Tweede Kamer. Daarna moet het voorstel nog door de Eerste

Nadere informatie

U in de OndersteuningsPlanRaad? Ja, waarom niet?

U in de OndersteuningsPlanRaad? Ja, waarom niet? U in de OndersteuningsPlanRaad? Ja, waarom niet? Passend Onderwijs & OndersteuningsPlanRaad Wat is passend onderwijs? Passend onderwijs is m.i.v. 1 augustus 2014 de nieuwe manier waarop onderwijs aan kinderen,

Nadere informatie

Notitie zorgplicht voor de scholen

Notitie zorgplicht voor de scholen Notitie zorgplicht voor de scholen pagina 1 van 7 Zorgplicht voor de scholen In het kader van de Wet passend onderwijs hebben de scholen zorgplicht. Dit geldt voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven.

Nadere informatie

Bezuiniging op Passend Onderwijs voor 2013 geschrapt. Houdbaarheid na 2013 Invoering op 1-8-2014

Bezuiniging op Passend Onderwijs voor 2013 geschrapt. Houdbaarheid na 2013 Invoering op 1-8-2014 19-6-2012 Geschiedenis: 1998 (WSNS 2 e fase), 2003 (WEC), 2005 (vernieuwing zorgstructuren) Bezuiniging op Passend Onderwijs voor 2013 geschrapt. Houdbaarheid na 2013 Invoering op 1-8-2014 Behandeling

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

School moet de ouder erop wijzen dat voor het vinden van een andere passende school haar medewerking nodig is. ADVIES

School moet de ouder erop wijzen dat voor het vinden van een andere passende school haar medewerking nodig is. ADVIES 107287 - School moet de ouder erop wijzen dat voor het vinden van een andere passende school haar medewerking nodig is. ADVIES in het geding tussen: mevrouw A, wonende te K, verzoekster en Stichting B,

Nadere informatie

Zorgplicht voor de scholen

Zorgplicht voor de scholen Zorgplicht voor de scholen In het kader van de wet passend onderwijs hebben de scholen zorgplicht. Dit geldt voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven. 1. procedure aanmelding bij reguliere school

Nadere informatie

Schorsing en verwijdering

Schorsing en verwijdering Schorsing en verwijdering Beleid en reglement Januari 2018 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Beleid rond schorsing en verwijdering 2.1 Inleiding 2.2 Schorsing 2.2.1 Procedure voor schorsing 2.3 Verwijdering 2.3.1

Nadere informatie

AANMELDING EN ZORGPLICHT S(B)O-SCHOOL

AANMELDING EN ZORGPLICHT S(B)O-SCHOOL AANMELDING EN ZORGPLICHT S(B)O-SCHOOL (Leerling staat nog niet ingeschreven bij een school) Aanmelding S(B)O school en voorwaarden Het gaat om een leerling die extra ondersteuning nodig heeft. Ouders moeten

Nadere informatie

Vereniging Openbaar Onderwijs T.a.v. de heer R. van Dijk Postbus AE ALMERE..

Vereniging Openbaar Onderwijs T.a.v. de heer R. van Dijk Postbus AE ALMERE.. >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Vereniging Openbaar Onderwijs T.a.v. de heer R. van Dijk Postbus 60182 1320 AE ALMERE.. Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

2011D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

2011D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg 20D985 Inbreng verslag van een schriftelijk overleg Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de brief

Nadere informatie

DRIE MAANDEN RISICOREGELING/SOLIDARITEITSMELDING

DRIE MAANDEN RISICOREGELING/SOLIDARITEITSMELDING DRIE MAANDEN RISICOREGELING/SOLIDARITEITSMELDING Versie 04 september 2015 Registratie drie maanden risicoleerlingen In ons samenwerkingsverband (SWV) kunnen scholen onder bepaalde voorwaarden leerlingen

Nadere informatie

ADVIES. in het geding tussen: mevrouw [verzoekster], wonende te [woonplaats], gemachtigde: mevrouw mr. A. Post

ADVIES. in het geding tussen: mevrouw [verzoekster], wonende te [woonplaats], gemachtigde: mevrouw mr. A. Post 108492 - geschil over verwijdering leerling. Het verzoek is niet-ontvankelijk omdat de leerling welkom is op de school en onderwijs op haar eigen niveau krijgt aangeboden. in het geding tussen: ADVIES

Nadere informatie

INFORMATIEBLAD 6. College voor de Rechten van de Mens. rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen

INFORMATIEBLAD 6. College voor de Rechten van de Mens. rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen INFORMATIEBLAD 6 Ambulante begeleiding Basisondersteuning Clusteronderwijs College voor de Rechten van de Mens Hulp van leerkrachten uit het speciaal onderwijs

Nadere informatie

PROTOCOL VERWIJDERING LEERLINGEN van DE HAAGSE SCHOLEN, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs 2014

PROTOCOL VERWIJDERING LEERLINGEN van DE HAAGSE SCHOLEN, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs 2014 PROTOCOL VERWIJDERING LEERLINGEN van DE HAAGSE SCHOLEN, stichting voor primair en speciaal openbaar onderwijs 2014 Vastgesteld door het bestuur van De Haagse Scholen, stichting voor primair en speciaal

Nadere informatie

Proces en spoedprocedures Toelaatbaarheid tot een school voor Speciaal (Basis) Onderwijs in Unita

Proces en spoedprocedures Toelaatbaarheid tot een school voor Speciaal (Basis) Onderwijs in Unita Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Proces en spoedprocedures Toelaatbaarheid tot een school voor Speciaal (Basis) Onderwijs in Unita Deze brochure is opgesteld voor het samenwerkingsverband Unita en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 732 Wijziging van enige onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele aanpassingen met beperkte beleidsmatige gevolgen en enkele

Nadere informatie

OPP binnen Plein 013. Wat?

OPP binnen Plein 013. Wat? OPP binnen Plein 013 Wat? De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft in het vergaderjaar 2013-2014 een wijziging opgenomen in de Wet op het Primair Onderwijs in verband met het registeren van leerlingen

Nadere informatie

Themabrief passend onderwijs Oktober 2012

Themabrief passend onderwijs Oktober 2012 Themabrief passend onderwijs Oktober 2012 Passend onderwijs en geschillen Stichting Onderwijsgeschillen fungeert als één loket voor onafhankelijke geschilbehandeling voor het gehele onderwijs in Nederland,

Nadere informatie

Voor wie is de Week van passend onderwijs bedoeld?

Voor wie is de Week van passend onderwijs bedoeld? Ongetwijfeld heeft iedereen wel eens de term PASSEND ONDERWIJS voorbij zien komen. Samenwerkingsverbanden, schoolbesturen en scholen zijn al een aantal jaar druk bezig alles vorm te geven zoals het in

Nadere informatie