Gemeente Delft. nr^(f Kü^.ti. Afd. Gemuönte Delft. 18MR.'2i. Doc'bijiags Pror.M-

Transcriptie

1 Wijk- en Stadszaken Mobiliteit Gemeente Delft Barbarasteeg BM Delft Bankrekenirig BNG t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Wijk- an Stadszaken. Postbus 340,2600 AH Dellt Gemeenteraad van Delft Afd nr^(f Kü^.ti Gemuönte Delft Doc'bijiags Pror.M- 18MR.'2i Behandeld door mevrouw I, de Grool Teletoon Fax ldgfoot@delft.nl Centrale nummers: Telefoon Fax Internet Datum Ons kenmerk Uw brief van Onderwerp Toezending ter informatie de notitie actualiteit nota parkeren en stallen Uw kenmerk Bijlage 1 Bijgaand zenden wij u ter kennisname de notitie actualiteit nota Parkeren en otallen toe. het college van burgemeester en wethouders van Delft, ^é^^^y^, burgemeester r. drs. GAA Verkerk ecretaris drs. T.W. Andriessen l.s.

2 Wijk- en Stadszaken Mobiliteit Doondesnummers: Telefoon Fax Aan Gemeenteraad van Delft Afschrift aan Notitie Datum Ons kenmerk Opsteller mevrouw 1. de Groot Bijlage Onderwerp Actualiteit nota Parkeren en stallen Aanleiding De CDA-fractie heeft het college verzocht om een notitie waarin wordt ingegaan op de wenselijkheid van het herzien van de nota Parkeren en Stallen. Het CDA vraagt daarin onder meer in te gaan op de vragen of de Delftse parkeernormen nog goed zijn en of de categorieën die gehanteerd worden goed en effectief zijn. PinH 900"^ viin ni»ii\a/o narlcoörrinrmon \/actno*;tfal(h vnnr He npmppnfp Dolft In 2006 is de invulling van deze normen gewijzigd voor het autoluw en autoluw plus gebied en zijn nadere regels gesteld voor parkee rovereenkomsten. In deze notitie wordt eerst ingegaan op de samenhang van de parkeernormen met de bouwverordening en de CROW-kencijfers voor parkeren. Vervolgens wordt ingegaan op de specifieke mogelijkheid van een parkeerovereenkomst. Tenslotte wordt ingegaan op nieuwe ontwikkelingen en daaruit voortvloeiend voorgenomen beleid. Parkeernormen Delft Bouw en woningtoezicht toetst aanvragen voor bouwvergunningen op basis van de bouwverordening. De bouwverordening vereist voldoende parkeerruimte in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Deze gemeentelijke bouwverordening is opgesteld op basis van een landelijke modelverordening. Gemeenten wijken hier doorgaans niet van af op basis van afspraken in de VNG. Ook Delft conformeert zich aan deze afspraken en volgt de modelbouwverordening. Om te kunnen beoordelen of er sprake is van voldoende parkeerplaatsen zijn regels opgesteld in de Nota Parkeren en Stallen. Net als veel gemeenten heeft Delft de CROW-kencijfers voor parkeernormering gebruikt bij het opstellen van haar parkeernormen. In de toelichting op artikel van de bouwverordening is vermeld dat aan de hand van de publicaties van het CROW per bouwvergunning een verantwoorde parkeernorm kan worden bepaald. Parkeerkencijfers voor parkeernormering zijn op de

3 praktijk gebaseerde cijfers. De CROW-cijfers zijn algemeen juridisch en beleidsmatig geaccepteerd. Algemeen kan gesteld worden dat de parkeernormen goed functioneren. De CROW-kencijfers voor parkeernormering zijn afhankelijk van de mate van stedelijkheid van gemeenten. De nabijheid van voorzieningen en openbaar vervoer in stedelijke gebieden maakt dat veel verplaatsingen te voet, per fiets of OV worden gemaakt. Delft behoort tot de meest verstedelijkte steden van Nederland en is te typeren als "zeer sterk stedelijk"\ Er zijn totaal 12 gemeenten in Nederland met zo'n hoge dichtheid, de vier grote steden in Nederland en enkele anderen. De CROW-kencijfers voor parkeernormering voor zeer sterk stedelijke steden zijn lager dan kencijfers voor parkeernormering voor minder verstedelijkte steden. Uit analyse van cijfers over autobezit in Nederlandse gemeenten, blijkt dat Delft inderdaad een zeer laag autobezit kent. Waarschijnlijk speelt naast de adresdichtheid de Delftse bevolkingssamenstelling en woningvoorraad hierin een rol. Singles, lager opgeleiden en huishoudens met beperkte arbeidsparticipatie kennen in het algemeen een lager autobezit. De Delftse bevolking is relatief jong. De helft van de woningen in Delft betreft sociale woningbouw (in andere steden vaak maximaal eenderde). Delft heeft dus terecht de "zeer sterk stedelijke" kencijfers voor parkeernormering van het CROW genomen als uitgangspunt voor de parkeernorm. De CROW maakt onderscheid in ligging van de bouwlocatie. De CROW kencijfers voor parkeernormering voor binnenstad, zijn lager dan die voor de schil, die weer lager zijn dan die voor de rest van de stad. Delft heeft dit onderscheid overgenomen in haar parkeernormen. Voor bedrijven/instellingen zijn de kencijfers voor parkeernormering integraal overgenomen in de Delftse parkeernormen, inclusief de bandbreedte die door het CROW gehanteerd wordt. Imiddels heeft de CROW een erratum bij haar kencijfers voor parkeernormering uit 2003 gepubliceerd. Daarbij zijn nieuwe cijfers voor bouwmarkten, tuincentra en kringloopwinkels; voor apotheken; en voor jachthavens gegeven. Gezien de een-op-een koppeling tussen de CROW-cijfers en de Delftse parkeernormen acht het college het toepassen van deze nieuwe cijfers passend binnen het kader van de nota Parkeren en Stallen. Voor woningen zijn de CROW-cijfers ook gebruikt. De CROW maakt onderscheid in prijsklasse van woningen. Duurdere woningen kennen een hogere norm. Waar de CROW één goedkope woningcategohe onderscheidt, is die in Delft onderverdeeld in drie subcategorieën: sociale koop, sociale huur met meer dan twee kamers, sociale huur 1 of 2 kamers. Bij woningen is de parkeernorm in de Nota Parkeren en Stallen een vast getal, hier wordt dus geen bandbreedte aangehouden. De gemeenteraad van Delft heeft - na uitgebreide beraadslaging - gekozen voor het gemiddelde van de door het CROW gehanteerde bandbreedte. Wel wordt bij woningen binnen 400 meter van hoogwaardig openbaarvervoerhaltes een reductie van 10 % op de norm toegepast. ^ omgevingsadressendichtheid groter dan 2500 adressen per vierkante kilometer 2/4

4 Parkeerovereen komst In eerste instantie gaat de nota parkeren en stallen uit van oplossen van de totale parkeernorm op het eigen terrein. Afhankelijk van de eisen uit het bestemmingsplan hoeft dit niet de voortuin of een garage te zijn, maar kan het ook een parkeerterrein in beheer van de vereniging van eigenaren zijn. Bij ontwikkelingslocaties kan langs de openbare weg beperkt parkeerruimte worden ingericht. Het college van Burgemeester en Wethouders kan volgens de bouwverordening ontheffing verlenen van de eis het parkeren op het te ontwikkelen terrein op te lossen. Dan moet op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of lesruimte wordt voorzien. In de nota Parkeren en Stallen is ingevuld hoe op andere wijze mag worden voorzien in het parkeren, namelijk via een parkeerovereenkomst. Dan kan een plek in een nieuwe of- in tweede instantie - in een bestaande garage worden gebruikt. De bedragen die moeten worden betaald in geval van deze parkeerovereenkomst zijn geen boete of afkoopsom. De ontwikkelaar koopt of huurt een plek in een nieuwe of bestaande garage en betaalt alleen de kosten daarvan. In uiterste gevallen en alleen buiten de binnenstad kunnen parkeerovereenkomsten worden gesloten waarbij plekken in de openbare ruimte worden gerealiseerd. In deze gevallen worden de plekken niet gekoppeld aan de ontwikkeling, maar blijven de plekken in eigendom van de gemeente. De ontwikkelaar betaalt in die gevallen het daarvoor opgenomen bedrag uit de nota parkeren en stallen aan de gemeente. De gemeente draagt dan zorg voor de realisatie van de parkeerplaatsen. De parkeerdruk in de omgeving wordt zo niet verder verhoogd. Parkeerovereenkomsten worden alleen gesloten als zeker is dat de afspraak daadwerkelijk te realiseren is. Nieuwe ontwikkelingen Het college heeft geen aanwijzingen dat bij de projecten die sinds 2003 conform het parkeer- en stallingsbeleid zijn uitgevoerd sprake is van overof onderdimensionering van de parkeerruimte. De Delftse raad heeft de wens inpandig of ondergronds parkeren te bevorderen, om extra ruimte te maken voor openbaar groen en ontmoetingsplekken voor jong en oud. Landelijk ruimtelijk ordeningsbeleid is gericht op verdichting van bestaande steden, ook dat vereist meer inpandig of ondergronds parkeren. Inpandige en ondergrondse parkeeroplossingen zijn kostbaarder dan traditionele maaiveldoplossingen. Er zijn signalen dat bouwplannen door deze extra kosten voor inpandige parkeeroplossingen tot meer discussie leiden. Delft is niet de enige gemeente waar dit speelt. Vooral aan het doorbelasten van de extra kosten voor inpandig parkeren aan de uiteindelijke gebruiker kleven de nodige haken en ogen. De bewoners zijn soms niet bereid te betalen voor de duurdere parkeeroplossing en proberen hun auto in de openbare ruimte te stallen. Hierdoor neemt de parkeerdruk in de omgeving soms toe, terwijl de gebouwde voorziening niet geheel benut wordt. Per saldo is het aantal parkeerplaatsen dat wordt aangelegd dus veelal niet over- of ondergedimensioneerd, maar het werkelijke gebruik is soms nog onvoldoende, omdat parkeerders uitwijken. In geval van vrije sector bouw worden parkeerplekken vaak één-op-één gekoppeld aan woningen en meeverkocht of verhuurd. Op die manier kan de ontwikkelaar de kosten verhalen bij de gebruiker. Bij sociale woningbouw 3/4

5 en studentenhuisvesting is soms of geen sprake van één parkeerplek per woning, of wordt niet gekozen voor doorbelasting van de daarmee samenhangende kosten. Verdichting vindt veelal plaats in gebieden waar gereguleerd parkeren geldt, of daaraan grenzende gebieden. Als bewoners niet verplicht worden een parkeerplaats af te nemen, kopen bewoners soms liever een relatief goedkope parkeervergunning. Om dit uitwijkgedrag te voorkomen wordt momenteel gewerkt aan beleidsregels als uitwerking van artikel 4 lid 3 van de parkeerverordening, aan de hand waarvan vergunninguitgifte op bepaalde adressen kan worden beperkt. Daarmee wordt bereikt dat bestaande en nieuwe (inpandige) parkeerplekken beter benut worden. Conclusie Er is geen aanleiding tot het herzien van de parkeernormen en de daarbij onderscheiden categorieën zoals gesteld in de nota Parkeren en Stallen. Wel wordt er gewerkt aan beleidsregels bij artikel 4 lid 3 van de parkeerverordening, aan de hand waarvan vergunntnguitgifte op bepaalde adressen kan worden beperkt. Bij nieuwbouw worden mensen dan geprikkeld een eigen parkeerplek te kopen of huren. Hierdoor wordt de financiering van projecten met inpandig parkeren eenvoudiger. 4/4