JA ARVERSLAG INSTITUUT VOOR HET TRANSPORT LANGS DE BINNENWATEREN

Transcriptie

1 JAARVERSLAG INSTITUUT VOOR HET TRANSPORT LANGS DE BINNENWATEREN vzw Drukpersstraat 19 Rue de la Presse Brussel 1 Bruxelles Tel.: + 32 () Fax: + 32 () itb-info@itb-info.be

2 2

3 Inhoudstafel I Inleiding I. 1 Voorwoord... 3 II Samenstelling II. 1 Algemene vergadering... 5 II. 2 Raad van Bestuur... 8 II. 3 Directiecomité... 9 II. 4 Personeel... 9 III Activiteiten Resultaten van het operationeel plan IV Operationeel plan Overzicht van de activiteiten voorzien in V Economische aspecten Vloot en prestaties op 31/12/ Samenvatting van het jaar VI CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut VII Wetgeving VIII Financiële aspecten VIII. 1 Balans op 31/12/ VIII. 2 Resultaatrekening op 31/12/ IX Statuten

4 2

5 I. Inleiding Met de consolidatie van de vernieuwde beheersstructuur in 216 en de versterkte betrokkenheid van de gewestelijke administraties in zijn werking heeft het instituut de basis gelegd om met vernieuwd enthousiasme bij te dragen tot het succes van de binnenscheepvaart. Er worden zeker hoge verwachtingen gesteld op een professionele invulling van de ondersteunende rol die het wenst te vervullen ten opzichte van de binnenvaartsector en de overheden die in dat domein bevoegdheden hebben. Deze verwachtingen hebben hun weerslag gevonden in een ambitieus operationeel plan voor de komende twee jaar waarbij acties worden gepland in verschillende domeinen. Naast de directe inzet van de directie en het personeel van het instituut voor de uitvoering van dit operationeel plan, waarbij onder andere de permanente opdracht tot uitvoering van de taken als nationaal instituut voor het CDNI kunnen worden vernoemd, wordt een belangrijke rol toegekend aan de voor bepaalde thema s ingerichte commissies. Zo houdt de economische commissie de vinger aan de pols inzake de marktontwikkeling, de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartondernemingen en hun financiële en fiscale situatie. De juridische commissie buigt zich over de private en publiekrechtelijke regimes waaraan de binnenvaart onderworpen is en draagt via adviezen bij aan hun aanpassing. De commissie opleiding analyseert de problematiek van de opleidingen en geeft mede ondersteuning aan de voorbereiding van kandidaten voor de examens bekwaamheidsbewijzen. De sociale commissie houdt zich bezig met sociaalrechtelijke vraagstukken en in de technische commissie worden nieuwe ontwikkelingen inzake de technische voorschriften waaraan binnenschepen dienen te voldoen kritisch onderzocht. Met het oog op een professionele aanpak is het instituut ook van plan de samenwerking met de organisaties uit de sector en de verschillende overheden te versterken. Hiervoor zullen in de loop van 217 afspraken worden geformaliseerd, met als doel dat de stem van de Belgische binnenvaartsector zowel op nationaal als op internationaal vlak goed wordt gehoord. Tenslotte vergt een professionele aanpak ook de beschikbaarheid van geschikte middelen. In die zin wil het instituut in 217, in samenspraak met het Fonds der Belgische Rijnvaart, overgaan tot aanpassingswerken aan het gebouw zodat het personeel op een optimale wijze gehuisvest is en moderne vergaderruimtes ter beschikking kunnen worden gesteld. Kortom, het instituut is in volle ontwikkeling en kijkt met vertrouwen de toekomst tegemoet. Namens de Raad van Bestuur, Herman Verschueren Voorzitter 3

6 4

7 II. Samenstelling na de Algemene Vergadering van 16 juni 217 II 1. ALGEMENE VERGADERING 1.1. Werkende leden Aan de zijde van de Minister De heren : Benoit ADAM Pierre BODIAUX Marleen COENEN * Henk CROO Jan DE SPIEGELEER Yvon LOYAERTS Koen MAEGHE Christophe SWOLFS Koen VAN DEN BORRE * Herman VERSCHUEREN * Aan de zijde van het beroep Mevr. Françoise KEGELS-HEYLEN Mevr. Corina POPPE De heren : Denis DAGNELIE Herman DE GRAVE Robert MICHON Marc PARMENTIER Pascal ROLAND * Robert VAN DE MEIRSSCHE Joris VAN DUYNSLAEGER Christiaan VAN LANCKER * Commissaris-revisor: MERTENS Joris, KPMG Bedrijfsrevisoren * LEDEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR 5

8 1.2. Ereleden Dhr. Amand BAUWENS ( ) Dhr. Terence BURGERS Dhr. Jacques DE DIEU Dhr. Victor GODIN Dhr. Jos HEYNDERICKX Dhr. Jean-Claude HOUTMEYERS Dhr. Henri MAILLARD Dhr. Yves PARMENTIER Dhr. Pierre ROLAND Dhr. François SEVERYNS ( ) Dhr. Marcel VANDEN BOSCH Mevr. Christiane VANLUCHENE 6

9 II. Samenstelling na de Algemene Vergadering van 16 juni Toegetreden leden - Belgische Federatie van Transportorganisatoren in de Binnenvaart, Antwerpen - Algemene Schippersbond vzw, Antwerpen - Euroports Terminals Antwerp NV Division Fleet, Antwerpen* - Wijffels Advocaten cv, Antwerpen - Bank J. Van Breda & C, Antwerpen* - Belgische Transportbond, Antwerpen - Vereniging der Belgische Reders voor Binnen- en Rijnvaart vzw, Antwerpen - Algemeen Actiecomité der Belgische Binnenscheepvaartorganisaties vzw, Antwerpen - Association des Maîtres Bateliers de Liège, Limbourg, Namur et Charleroi asbl, Vivegnis - Groupement des Maîtres Bateliers et Artisans des Provinces de Liège, Limbourg, Namur et Hainaut, Ekeren - Bond van Eigenschippers vzw, Brugge - Notre Droit - Ons Recht aisbl, Vivegnis - Unie van Agenten van Rijnrederijen, Antwerpen - Unie der Continentale Vaart vzw, Antwerpen - Veritas, Antwerpen* - Beroepsvereniging voor Binnen- en Rijnvaart, Antwerpen - Dhr. A. Vandamme, Advocaat, Brussel - Particuliere Tankvaart Vereniging vzw, Ranst - De Schroef vzw, Antwerpen - Go! De Scheepvaartschool «Cenflumarin», Antwerpen - EuroClass nv, Brugge* - Ecole Polytechnique de Huy CEFA Batellerie, Hoei - L Alliance Batelière de la Sambre Belge, Thuin* - Haven van Brussel, Brussel - Meuse et Sambre sa, Namur-Beez* - Havenbedrijf Gent, nv van publiek recht, Gent - Dhr. L. Van De Vel, Directeur-generaal Ministerie Verkeer en Infrastructuur, Antwerpen - Les Amis de la Plaisance de Péruwelz, Béclers - La Fonderie vzw, Brussel - Provinciale Hogeschool Limburg, Hasselt - Dhr. A. Poppe, Merksem - ACV-Transcom, Antwerpen - Dhr. G. De Latte, Ere-Scheepshypotheekbewaarder, Antwerpen - Dhr. J-C. De Baere, Antwerpen - ADW verzekeringen, Merksem* - Lalemant nv, Gent* - Dhr. N. Berx, Luik - Dhr. M. Joseph, Ere-Directeur-generaal van de FOD Mobiliteit en Vervoer, Kessel-Lo - Dhr. A. Biesemans, Diest - Port autonome de Charleroi, Charleroi - Havenbedrijf Antwerpen, nv van publiek recht, Antwerpen - Somef, Luik* - Stephane bvba, Berchem* - CITBO cvba, Deurne* * Toegetreden leden met commerciële inslag 7

10 II. 2. RAAD VAN BESTUUR Voorzitter : VERSCHUEREN Herman, werkend lid Ondervoorzitters : VAN LANCKER Christiaan, werkend lid ROLAND Pascal, werkend lid Penningmeester : VAN DEN BORRE Koen, werkend lid Bestuurders : CLAEYSSENS Peter COENEN Marleen, werkend lid HIMPENS Stefan KEGELS Sabrina LECLERCQ Angélique LEDENT Thierry MOENS Pascal PIUS Gaston SOMERS Louis STRAATMAN Everard VANDEWEGHE Erik VAN HECKE Dominique Experten : KERKHOF Jacques KERKHOFS Joris 8

11 II. Samenstelling na de Algemene Vergadering van 16 juni 217 II. 3. DIRECTIECOMITÉ VAN DEN BORRE Koen, Voorzitter van het Directiecomité VERSCHUEREN Herman, Voorzitter van de Raad van Bestuur ROLAND Pascal, Ondervoorzitter VAN LANCKER Christiaan, Ondervoorzitter II. 4. PERSONEEL SWIDERSKI Frédéric, Directeur VANNIEUWENHOVEN Christine, Secretariaat en vertaling SKOWRON Joanna, Secretariaat en vertaling QUINTEYN Nicole, Secretariaat en vertaling CAUFRIEZ Olivier, Boekhouder 9

12 1

13 III. Activiteiten Resultaten van het operationeel plan 216 Het operationeel plan was samengesteld uit 25 acties verspreid over de klassieke assen van het strategisch plan, met name : A Transparant maken van de markt voor de sector B Ondersteuning van het vervoerbeleid van de overheden C Verbetering van de dienstverlening aan ondernemers binnen de binnenvaartsector D Uitvoerende rol van het Nationaal Instituut in het kader van het afvalstoffenverdrag Een uitvoerige commentaar wordt gegeven bij het totaal van de acties van het operationeel plan 216, waarbij rekening wordt gehouden met de activiteiten van het Instituut voor de andere wederkerende acties, waarvan de lijst hierna volgt: A.1 Opvolging van de internationale studie over de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot A.2 Observatorium van de Belgische binnenvaart A.3 Conjunctuurenquête A.4 Barometer A.5 Kwartaalrapporten over de vloot en de activiteiten op de Belgische waterwegen A.6 Matrix van de gemiddelde marktwaarde van binnenvaartschepen B.1 Scheepsregister en digitale databank op internet B.2 Opvolging van de herziening van Belgisch zeerecht B.3 Opvolging wetgeving en consolidatie van reglementering m.b.t. de binnenvaart B.4 Staten-generaal binnenvaart C.1 Beschikbaar stellen van de wetgeving m.b.t. binnenvaart in leesbare en geconsolideerde vorm C.2 Organisatie van informatiesessies voor de sector e-learning C.3 Beroepskwalificaties C.4 Verbetering van de informatie i.v.m. de technische aspecten C.5 Concertatie op sociaal vlak C.6 Communicatie van relevante informatie via ITB-Info en de website C.7 Aanpassing van de handboeken in functie van het organiseren van examens zoals de consolidatie en vertaling van de reglementen C.8 Ondersteuning van de internationale vertegenwoordiging van de sector C.9 Ondersteuning van de sociale organisaties van de sector D.1 Trimestriële opvolging van de openstaande bedragen en procedures van invordering D.2 Activiteitenverslag D.3 Domiciliëring, E-factuur en CODA-bestand D.4 Financiële en budgettaire aspecten van de SGP : trimestriële resultaten taakomschrijving geraamde budgetten D.5 Internationale vertegenwoordiging van het Nationaal Instituut D.6 Benchmarking 11

14 STRATEGISCH DOEL A : Transparant maken van de markt voor de sector A.1 Opvolging van de internationale studie over de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot Een campagneplan over de uitwerking van de studie betreffende de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot werd bekrachtigd door de Raad van Bestuur van 29 januari 216 en de werkzaamheden van de commissies begonnen in 216 op basis van een ranglijst van prioritaire thema s in overleg met de belanghebbenden rechtstreeks betrokken bij deze onderwerpen. (Budget: 1.) De studie over de concurrentiepositie van de Belgische vloot gerealiseerd door het consortium «RebelGroup Advisory Van Hooydonk Advocaten BMT Surveys» werd goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 19 december 214 en de werken die in 215 gestart zijn, werden uitgediept in 216 met de steun van de actoren op het terrein en de specialisten in de drie thema s als prioritair omlijnd door de Raad van Bestuur. Een campagneplan over de uitwerking van de studie betreffende de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot werd bekrachtigd door de Raad van Bestuur van 29 januari 216 en de werkzaamheden van de commissies zijn in 216 gestart op basis van een ranglijst van prioritaire thema s in overleg met de belanghebbenden direct betrokken bij deze onderwerpen, met name : - de kosten van bemanning aan boord en sociaal statuut economische commissie; - de opleidingen commissie opleiding; - de internationale technische voorschriften technische commissie. Er zijn acht vergaderingen van de verschillende commissies gehouden voor de opvolging van de 5 aanbevelingen en 3 aandachtspunten van de studie met voorstelling van tussentijdse resultaten door de voorzitters van de drie werkgroepen op de Gewone Algemene Vergadering van 23 juni 216. De vijf weerhouden aanbevelingen zijn de volgende: 1. Het niveau van de patronale bijdragen is te hoog en moet dalen; 2. Het verbod op uitzendarbeid moet worden opgeheven; 3. Andere landen moeten even streng op schijnzelfstandigheid toezien als België; 4. Het invoeren van een controlesysteem om de kwaliteit van de vaartuigen en een correcte toepassing van het reglement te waarborgen; 5. Certificaten en keuringen van verschillende lidstaten moeten geharmoniseerd worden door het opstellen van een Europees uniform inspectiesysteem. De geviseerde aandachtspunten zijn de volgende: 1. De opleidingen moeten meer worden gedifferentieerd qua niveau dan nu het geval is (meer gericht op de beoogde loopbaan). Opleidingen kunnen uitgaan van een meer modulaire opbouw; 2. De bekendheid en aantrekkelijkheid van de sector op de arbeidsmarkt moet worden verbeterd; 3. De periodiciteit van de schouwingen moet verminderen, de kwaliteit van de schouwing moet behouden blijven. Op 2 december 216 werd een extra vergadering van het Directiecomité met de drie voorzitters van de werkgroepen bijeengeroepen om het ontwerp van de synthesenota te analyseren met de pertinente opmerkingen van de vakbonden en de vertegenwoordigers van het Vlaams Gewest in een poging een gestructureerde synthesenota van vaststellingen en voorstellen voor de voogdij-autoriteit op te stellen, te weten de Federale Minister van Mobiliteit. A.2 Observatorium van de Belgische binnenvaart Het ITB zal een globaal observatorium van pertinente gegevens m.b.t. de Belgische binnenvaartsector opstellen. De compilatie van deze gegevens kan op internationaal vlak worden gevaloriseerd in het kader van de interfederale en internationale samenwerking. (Budget: 15.) In samenwerking met de betrokken instanties heeft het ITB driemaandelijks pertinente gegevens m.b.t. de Belgische binnenvaartsector in België voor 216 verzameld die via de informatiebrieven periodiek verspreid werden. De compilatie van de gegevens is op internationaal vlak regelmatig gevaloriseerd in het kader van de observatie van de binnenvaart via directe uitwisseling van informatie met de economische diensten van de CCR. 12

15 III. Activiteiten Resultaten van het operationeel plan 216 Bovendien werd in de loop van 216 een internationale samenwerking met het Nederlands studiebureau Panteia verdergezet en in de schoot van het Comité Economie en markt van de Europese Schippers Organisatie (ESO) om de micro-economische analyse-instrumenten te valoriseren, waarvan voornamelijk de driemaandelijkse conjunctuurenquête. Dit punt wordt verder opgenomen in het operationeel plan door de creatie van een digitaal referentie-instrument voor het raadplegen van pertinente gegevens, met als referentiejaren. A.3 Conjunctuurenquête Online zetten van de trimestriële conjunctuurenquêtes voor goederenvervoer langs de waterweg en toepassing van de middelen op internationaal vlak. Maximale periodiciteit: april (jaar -1) / juli (1 ste trimester 216) / oktober (2 de trimester 216) / januari (3 de trimester 216). (Budget: 15.) Het belangrijke initiatief is gericht op de herstructurering van de trimestriële conjunctuurenquêtes in samenwerking met de beroepsexperten en de administratie voor uitbreiding van het waarnemingsgebied naar gegevens m.b.t. de uitbating van een binnenvaartonderneming. De rapporten betreffende de trimestriële conjunctuurenquêtes over het goederenvervoer langs de waterweg zijn regelmatig op de website gepubliceerd en verdeeld naar de actoren van de sector. De resultaten van de nieuwe enquêtes van het 3 de en 4 de kwartaal werden gedetailleerd voorgesteld tijdens één van de trimestriële vergaderingen van de economische commissie. A.4 Barometer Verderzetting van de activiteiten i.v.m. de inzameling van micro-economische gegevens bij de gespecialiseerde beroepsboekhoudkundigen van de binnenvaartsector voor het opstellen van een evolutie-index van de kostprijselementen voor de jaren (basisindex ) voor de vier beoogde categorieën in de droge lading (<45t; >45 t en <1.t; >1.t en < 1.5t; >1.5t). (Budget: 5.) Een verderzetting van de activiteiten i.v.m. de inzameling van micro-economische gegevens bij de professionele boekhouders gespecialiseerd in de binnenvaartsector voor het opstellen van een evolutie-index van de kostprijselementen voor 215 (driejaarlijkse basisindex ) voor de vier beoogde categorieën in de droge lading (<45t; >45t en <1.t; >1.t en <1.5t; >1.5t) was verzekerd dankzij de medewerking van de gespecialiseerde beroepsboekhoudkundigen. De resultaten van de barometer 215 zijn voorgesteld en goedgekeurd tijdens de vergadering van de economische commissie van 23/9/216. A.5 Kwartaalrapporten over de vloot en de activiteiten op de Belgische waterwegen Trimestriële rapporten van gegevens over vraag en aanbod van goederentransporten in samenwerking met de FOD Mobiliteit en Vervoer (vloot), de havens en de waterwegbeheerders (ladingen/lossingen). Maximale periodiciteit: april (jaar -1) / juli (1 ste trimester 216) / oktober (2 de trimester 216) / januari (3 de trimester 216). (Budget: 2.5) De trimestriële publicatie van gegevens over vraag en aanbod van goederentransport in samenwerking met de FOD Mobiliteit en Vervoer (vloot), de havens en de waterwegbeheerders (volumes van ladingen en lossingen) werd periodiek uitgevoerd in de informatiebrief met voorafgaand de debatten van de economische commissie, zelfs een officiële goedkeuring van de Raad van Bestuur. A.6 Matrix van de gemiddelde marktprijzen van de binnenvaartschepen Vervolg van de consultaties om de matrix van de gemiddelde marktwaarde van de droge ladingschepen in 216 en 217 te finaliseren met een test om een analoog werk te realiseren voor de tankschepen. (Budget: 2.5) Op initiatief van de economische commissie werd een officieel referentiestelsel van de gemiddelde prijzen van de waarde van de binnenvaartschepen voor 215 volgens de klasse van capaciteit en het bouwjaar besproken en geanalyseerd met de vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties, de banken en de gespecialiseerde boekhoudkantoren. De voltooiing van deze uitzonderlijke actie werd gerealiseerd bij de voorstelling van de resultaten op de Raad van Bestuur van 25 maart 216 met de nadruk op de beperkte verspreiding en het vertrouwelijke aspect van de verzamelde informatie. 13

16 STRATEGISCH DOEL B: Ondersteuning van het vervoerbeleid van de overheden B.1 Scheepsregister en digitale databank op internet Gezien het vermoedelijke tekort aan nationale gegevens inzake een databank betreffende de vloot, is het opportuun om een gecentraliseerde structuur van informatie m.b.t. de Belgische binnenvaartvloot te overwegen. Deze databank kan geraadpleegd worden door middel van individuele toegangscodes. (Budget: 35.) Een eerste benadering werd gestart door de inleiding van een ontwerp in het kader van de federale financiering van promotieacties van de sector door het Fonds van de binnenvaart. Een voorstelling van dit innovatiegericht project werd uitgevoerd voor de leden van de Commissie in april 216 en het Instituut wacht op de geldige beslissing door de betrokken federale en gewestelijke overheden. B.2 Opvolging van de herziening van Belgisch zeerecht In verband met het in werking stellen van een Scheepvaartwetboek voor de zeevaart zal het ITB een proactief overleg organiseren met het doel de Wet van 5 mei 1936 op de bevrachting van de binnenschepen aan te passen volgens de bepalingen van de internationale wetgevingen rekening houdend met de bijzonderheden eigen aan de Belgische binnenvaart. (Budget: 9.25) De voorstelling van 18/7/216 van het boek 11 van publiek recht is belangrijk en het ad hoc proces van de vereniging van de gewesten in vergelijking met het wetsontwerp van zowel het publiek als privaat recht. Na de vergadering van de juridische commissie van 2 september 216 werd een officiële brief opgesteld en overgemaakt aan de COMAR. Het operationeel plan zal zorgen voor een opvolging van de invoering van het Belgisch Scheepvaartwetboek en de implicaties voor het vervoer via de binnenvaart op basis van de aanbevelingen van de juridische studie door het ITB gerealiseerd in dit verband. B.3 Opvolging wetgeving en consolidatie van reglementering m.b.t. de binnenvaart In het kader van de regionalisering van de binnenvaart sedert 1 juli 214 is het opportuun om de aanpassingen aan de binnenvaartwetgeving door de verschillende bevoegde entiteiten periodiek op te volgen teneinde een officieuze en geactualiseerde consolidatie van wetteksten te realiseren (zie punt C.1). (Budget: 9.25) Deze actie bestaat er in om duidelijke en informatieve teksten over complexe bepalingen en reglementen ter beschikking te stellen van de sector. Ook de thematiek van de technische voorschriften kan hier worden verduidelijkt, evenwel zonder inmenging in de administratieve interpretatie van de regionale bevoegdheden. De wetgeving m.b.t. binnenvaart in geconsolideerde vorm is uitgesteld en zal opgemaakt worden in 217. B.4 Staten-generaal binnenvaart Om een gezamenlijk overleg te organiseren van de thema s van het vervoer van goederen over de binnenwateren, zal een Ronde tafel opgezet worden in de loop van 217 in samenwerking met de openbare en privéactoren teneinde de toepassing van de bevoegdheden op operationeel vlak te bespreken op basis van analyses en discussies van aanbevelingen en aandachtspunten van de studie over de concurrentiepositie van de Belgische vloot. Deze actie is voorzien voor

17 III. Activiteiten Resultaten van het operationeel plan 216 STRATEGISCH DOEL C : Verbetering van de dienstverlening aan ondernemers binnen de binnenvaartsector C.1 Beschikbaar stellen van de wetgeving m.b.t. binnenvaart in leesbare en geconsolideerde vorm Gezien de complexiteit van de nationale en internationale reglementeringen (Rijnvaarten Europese wetgeving), is het aangewezen uitleg te verschaffen bij de uitvoering van de wettelijke schikkingen, met inbegrip van de controle- en politiediensten (SPN) zodat deze begrijpelijk worden voor de actoren. De veelvuldige wijzigingen vragen een consolidatie van de wetteksten zodat de betrokken partijen hun rechten en plichten juist kunnen interpreteren. (zie actie B3) (Budget: 8.) Bij wijze van voorbeeld werd een consolidatie van de wetteksten m.b.t. de bemanningsvoorschriften in de binnenvaart afgewerkt in 215 evenals een beschrijvende nota om op een beknopte en duidelijke manier de binnenvaartondernemers te informeren over hun verplichtingen. (link) Geen enkel nieuwe ontwikkeling werd geregistreerd in 216. C.2 Organisatie van informatiesessies voor de sector e-learning Er zullen technische sessies worden georganiseerd om beroepsmensen en/of kandidaten voor de examens bij te sturen op technisch, economisch en juridisch vlak. De toegang zal op vrijwillige basis zijn. De thema s zullen betrekking hebben op de berekening van de kostprijs en/of van de lading, evenals van de praktische aspecten van het examen matroos. De werksessies zullen voorgeprogrammeerd zijn en de aan e-learning aangepaste visuele reportages zullen worden gebruikt in het kader van de handboeken ter voorbereiding van de examens. (Budget: 7.5) Twee infosessies werden georganiseerd (13/4/216 te Hoei over de kostprijs en 15/1/216 te Antwerpen over de arbeidsreglementering). Een voorbereidende sessie werd door het sociaal secretariaat van Group S gehouden op het ITB op 1 juni 216 en de videoreportages zijn geregistreerd op basis van de uiteenzettingen van de infosessie in het Nederlands over de arbeidsreglementering van zaterdag 15/1/216 en op het extranet geplaatst onder vorm van podcats (zie link). Deze actie werd ondersteund door het sociaal secretariaat van Group S en door de Bond van Eigenschippers vzw. C.3 Beroepskwalificaties Een interfederale commissie die de onderwijsproblemen, de opleiding en opvoeding behandelt, is belangrijk gezien de internationale ontwikkelingen inzake de standaardkwalificaties en de opleiding (STCIN) en de digitalisatie van de methode van de registratie van de diensttijden (e-book). De thema s verbonden aan de recente dossiers zullen besproken worden met de bevoegde regionale vertegenwoordigers op dit vlak, in het bijzonder de aspecten verbonden aan de werkzaamheden van CESNI-QP. (Budget: 3.) De commissie opleiding heeft de algemene thematiek van de werken van CESNI/QP besproken tijdens de vergadering van 12/2/216 en een beschrijvende aanpak van de acties werd opgesteld met de vertegenwoordigers van het beroep en van de officiële binnenvaartscholen. C.4 Verbetering van de informatie i.v.m. de technische aspecten Een technische commissie is van cruciaal belang om de bevattelijkheid van de wijzigingen op technisch vlak en de praktische gevolgen hiervan, te bevorderen. De thema s m.b.t. de actuele dossiers zullen worden besproken met de vertegenwoordigers van de bevoegde regionale overheden in de schoot van CESNI/ PT, in het bijzonder voor wat betreft de aspecten inzake APSB-CEVNI. (Budget: 5.) De vergaderingen van de technische commissie hebben geleid tot een ontmoeting met de bevoegde regionale experten wat betreft de technische voorschriften van binnenvaartschepen. Deze vergaderingen werden gehouden in aanwezigheid van de vertegenwoordigers van het beroep en van de federale en regionale overheden. 15

18 C.5 Concertatie op sociaal vlak Algemene debatten die niet onder de bevoegdheid van het Paritair Comité vallen, zullen in de commissie sociale zaken worden besproken. (Budget: 5.) Geen enkel debat dat niet onder de bevoegdheid van het Paritair Comité valt, werd in de commissie sociale zaken besproken. C.6 Communicatie van relevante informatie via ITB-Info en de website Het creëren van een website vraagt een regelmatige update van gepubliceerde informatie waarbij de betrokkenheid van alle actoren is vereist. Nadruk zal gelegd worden op het verspreiden van digitale informatie via sociale netwerken (Facebook, Twitter, LinkedIn, Google+...) met samenvatting van deze acties op de blog (Dashboard). Er dient eveneens klare en duidelijke informatie te worden verschaft op papier en/of tijdens informatiesessies zodanig dat iedereen uit de sector kan worden bereikt. (Budget: 6.25) (zie publicaties informatiebulletins op de website en link naar de blog). C.8 Ondersteuning van de internationale vertegenwoordiging van de sector Bevestiging van de steun aan Belgische organisaties om hun lidmaatschap bij de Europese instanties die het beroep vertegenwoordigen te waarborgen (EBU en ESO). (Budget: 12.) Een verhoging van de financiële steun aan Belgische organisaties om hun lidmaatschap bij de Europese instanties die het beroep vertegenwoordigen te waarborgen (EBU en ESO) is goedgekeurd tijdens de Buitengewone Algemene vergadering van 25 november 216 met toepassing van verdubbeling van de budgettaire omslag vanaf het dienstjaar 217. C.9 Ondersteuning van de sociale organisaties van de sector De subsidiëringspolitiek dient te worden verdergezet ten voordele van de sociale instellingen die actief zijn in de binnenvaart. (Budget: 2.5) Geen enkele aanvraag werd ingediend in 216. C.7 Aanpassing van de handboeken in functie van het organiseren van examens zoals de consolidatie en vertaling van de reglementen Het is aangewezen de inhoud van de leerboeken aan te passen in functie van de internationale voorschriften (STCIN) en de Europese standaardrichtlijnen inzake bevoegdheden en praktijkervaring (operationeel en managementniveau) te respecteren. (Budget: 3.75) Geen enkele fundamentele ontwikkeling werd geregistreerd in

19 III. Activiteiten Resultaten van het operationeel plan 216 STRATEGISCH DOEL D : Uitvoerende rol van het Nationaal Instituut in het kader van het Afvalstoffenverdrag D.1 Trimestriële opvolging van de openstaande bedragen en procedures van invordering Op vraag van de internationale organen van het CDNI worden de openstaande bedragen trimestrieel gecontroleerd, teneinde een exact beeld te krijgen van de nog te betalen bedragen. Hiervoor heeft het secretariaat van het CDNI sinds 1 januari 215 een constante opvolging van de negatieve rekeningen en de nog openstaande facturen van de schriftelijke procedures met de firma Contentia opgestart om de wanbetalers te inventariseren en verdere gerechtelijke stappen te ondernemen. (Budget: 1.752) Hiervoor heeft het SGP-secretariaat van het CDNI sinds 1 januari 215 een procedure opgestart voor de openstaande rekeningen met de firma Contentia. Hiervoor zullen de negatieve rekeningen constant opgevolgd worden evenals de nog openstaande facturen van de schriftelijke procedures, zodat tot regularisatie van de nog onbetaalde bedragen kan overgegaan worden en de SGP geïnformeerd kan worden over de wanbetalers om verdere gerechtelijke stappen te ondernemen. Het contract met de firma Contentia werd voor een jaar verlengd op basis van de positieve binnengehaalde resultaten inzake invordering. D.2 Activiteitenverslag Het secretariaat van het CDNI zal een activiteitenverslag van het Nationaal Instituut opstellen met de statistische en financiële gegevens voor de jaren 211 tot 215. Internationale en chronologische statistieken zullen eveneens worden opgenomen, rekening houdende met de internationale rapporteringen. (Budget: 4.) Een activiteitenverslag van het Nationaal Instituut werd door het secretariaat van het CDNI opgesteld met de statistische en financiële gegevens voor de jaren 211 tot 214. Internationale en chronologische statistieken werden eveneens opgenomen, rekening houdend met de internationale rapporteringen. Dit uitvoerig en gedetailleerd verslag van de activiteiten van CDNI , goedgekeurd door de SGP, werd in het jaarverslag van de activiteiten van 215 ingevoegd en verstuurd naar de leden van de Algemene vergadering van het Instituut en de stuurgroep van het Nationaal Instituut. D.3 Domiciliëring, E-factuur en CODAbestand Een procedure voor domiciliëring van de facturen werd voorgesteld aan de houders van ECO-rekeningen om de administratieve kosten te verlagen van de facturatie en de vordering. De procedures zullen worden vereenvoudigd door de digitale factuur en de elektronische overdracht van bankgegevens. (Budget: 7.5) Een verstrenging van de toegepaste procedures werd opgestart door de SGP om het aantal schriftelijke procedures voor inning van de verwijderingsbijdrage te verminderen (nieuwe klevers met verplichte vermelding van het nummer van de ECO-kaart; schriftelijke en mondelinge aanmaning aan de exploitanten met een negatief saldo; voorstel tot domiciliëring van de facturen van schriftelijke procedure). Deze eerste fase zal gevolgd worden door dwingende maatregelen om het aantal schriftelijke procedures te verminderen. D.4 Financiële en budgettaire aspecten van de SGP: trimestriële resultaten taakomschrijving geraamde budgetten Op vraag van de regionale entiteiten, maakt het ITB sinds 213 trimestrieel de operationele en administratieve kosten en de uitgevoerde taken van het Nationaal Instituut op, zoals omschreven in het samenwerkingsakkoord en/of bepaald door de Stuurgroep (SGP). Tevens zal de voorbegroting voor de jaren moeten aangepast worden op basis van de ontwikkelingen en de vernieuwing van het systeemprogramma in 217. (Budget: 2.25) De voorbegroting voor de jaren evenals de trimestriële resultaten zijn voorgesteld zowel aan de gewesten (vergadering van 19/5/216) als aan de andere actoren betrokken bij het samenwerkingsakkoord (vergadering SGP van 7/6/216). 17

20 Er werd een verklarende nota opgesteld voor de jaarlijkse afrekening van de administratieve en operationele kosten van het Nationaal instituut voor het boekjaar 216. Ook een goedkeuring in verband met de definitieve verevening. Ook de goedkeuring om een bedrijfsrevisor aan te duiden van KPMG a rato van 7.5, exclusief btw. Voor deel A: het behoud van de verwijderingsbijdrage van 7,5 / 1. liter taksvrije gasolie (accijnsvrij) en de goedkeuring van de definitieve financiële verevening van 215. Voor deel B: een nieuwe goederenlijst en de losstandaarden werden goedgekeurd (treden in werking op 1/1/218) maar de behandeling van de gasresiduen heeft nog geen onderwerp uitgemaakt van een resolutie en de zittingen CDNI/G zijn hiervoor voorzien in 217. D.5 Internationale vertegenwoordiging van het Nationaal Instituut Hiermee beoogt men de professionele vertegenwoordiging van de stuurgroep die de activiteiten van het Belgisch Nationaal Instituut coördineert binnen de informele en officiële organen van het Afvalstoffenverdrag (CDNI/G, IVC en CVP) voor het overmaken van de geconcerteerde Belgische positie rekening houdend met de bevoegdheden van de regionale entiteiten. (Budget: 2.25) Het ITB heeft de vertegenwoordiging verzekerd tijdens de vergaderingen van 26/5 en 22/11 van het IVC en van 28/6 en 15/12 van de CVP. Het nationaal instituut was aanwezig op de Conferentie der Verdragsluitende Partijen van 28/6/216, belangrijke punten waren: nieuw elektronisch betaalsysteem voor 3/217 (lastenboek en selectie van inschrijvers in samenwerking met de Duitse openbare autoriteiten); officiële erkenning van Eurocoal; CDNI budget 216; ontgassing van de tankschepen; voorlopige verevening van het 2de kwartaal 216. D.6 Benchmarking Actieve deelname aan de vergelijkende analyse van de exploitatievoorwaarden van inzamelstations in nauwe samenwerking met de betrokken regionale en/of lokale overheden. (Budget: 1.5) In de hoedanigheid van Nationaal Instituut heeft het ITB vanaf 215 actief deelgenomen aan de vergelijkende analyse van de exploitatievoorwaarden van inzamelstations in nauwe samenwerking met de betrokken regionale overheden (Service Public de Wallonie, Afdeling MOW van het Vlaams gewest en OVAM). De laatste vergadering betreffende benchmarking heeft plaatsgevonden op 29 april 216 in Straatsburg met een vertegenwoordiging van het nationaal instituut. Een uitvoerig verslag is afgerond voor voorlegging aan de leden van de internationale organisaties van de CDNI (IVC en CVP). 18

21 IV. Operationeel plan Overzicht van de activiteiten voorzien in 217 De Raad van Bestuur heeft op 1 maart 217 een tweejarig operationeel plan voor de jaren aangenomen waarvan een overzicht van 28 acties opgenomen is in de tabel hieronder. Bepaalde acties zullen als eerste worden ondernomen in de loop van het jaar 217. STRATEGISCH DOEL A: Transparant maken van de markt voor de sector A.1 Opvolging van de internationale studie betreffende de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot Een campagneplan over de uitwerking van de studie betreffende de concurrentiepositie van de Belgische binnenvaartvloot werd bekrachtigd door de Raad van Bestuur van 29 januari 216 en de werkzaamheden van de drie specifieke commissies zijn in 216 gestart op basis van een ranglijst van prioritaire thema s in overleg met de belanghebbenden rechtstreeks betrokken bij deze onderwerpen. Een finalisering is voorzien voor 217 met communicatie naar de bevoegde overheden en de sector. Begroting 217 : 5. A.2 Observatorium van de Belgische binnenvaartmarkt Het ITB zal een globaal observatorium van pertinente gegevens m.b.t. de Belgische binnenvaartsector opstellen. De compilatie van deze gegevens kan op internationaal vlak worden gevaloriseerd in het kader van de interfederale en internationale samenwerking. 7.5 A.3 Conjunctuurenquêtes Online zetten van de trimestriële conjunctuurenquêtes voor goederenvervoer langs de waterweg en toepassing van de middelen op internationaal vlak. Maximale periodiciteit : april (jaar -1) / juli (1 ste trimester ) / oktober (2 de trimester ) / januari (3 de trimester ). 7.5 A.4 Barometer Verderzetting van de activiteiten i.v.m. de inzameling van micro-economische gegevens bij de gespecialiseerde beroepsboekhoudkundigen van de binnenvaartsector voor het opstellen van een evolutie-index van de kostprijselementen voor de jaren (basisindex ) voor de vier beoogde categorieën in de droge lading (<45t; >45 t en <1.t; >1.t en < 1.5t ; >1.5t)

22 A.5 Kwartaalrapporten vloot en activiteiten op de Belgische waterwegen Trimestriële rapporten van gegevens over vraag en aanbod van goederentransporten in samenwerking met de FOD Mobiliteit en Vervoer (vloot), de havens en de waterwegbeheerders (ladingen/lossingen). Maximale periodiciteit: april (jaar -1) / juli (1 ste trimester ) / oktober (2 de trimester ) / januari (3 de trimester ). 2.5 STRATEGISCH DOEL B : Ondersteuning van het vervoerbeleid van de overheden B.1 Ronde tafel binnenvaart Om een gezamenlijk overleg te organiseren van de thema s van het vervoer van goederen over de binnenwateren, zal een Ronde tafel opgezet worden in de loop van 217 in samenwerking met de openbare- en privéactoren (met inbegrip van de controle-autoriteiten) teneinde de toepassing van de bevoegdheden op operationeel vlak te bespreken B.2 Model van tweetalige vragen Ter voorbereiding van de examens voor het bekomen van de bekwaamheidsattesten, zal het ITB - in overleg met de vertegenwoordigers van de schippersscholen een reeks tweetalige typevragen uitwerken, waarmee de deelnemers zich online kunnen testen en optimaal voorbereiden voor de digitale examens georganiseerd door de regionale overheden. Project ingediend in het kader van een federale financiering door het Fonds voor de Binnenvaart. 25. B.3 Scheepsregister In nauwe samenwerking met de FOD Mobiliteit en Vervoer wordt gestreefd naar een overeenkomst voor toegang tot de geactualiseerde informatie van de federale databank van eigenaars/ exploitanten van binnenschepen, met respect voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. B.4 Opvolging van de herziening van Belgisch zeerecht In verband met het in werking stellen van een Scheepvaartwetboek voor de zeevaart zal het ITB evalueren in welke mate het voorontwerp van wet rekening houdt met de door het ITB uitgewerkte studie in het kader van de openbare raadpleging. 7.5 B.5 Opvolging wetgeving en consolidatie van reglementering m.b.t. binnenvaart In het kader van de regionalisering van de binnenvaart sedert 1 juli 214 is het opportuun om de aanpassingen aan de binnenvaartwetgeving door de verschillende bevoegde entiteiten periodiek op te volgen teneinde een officieuze en geactualiseerde consolidatie van wetteksten te realiseren op basis van de bestaande officiële websites. (zie punt C.6)

23 IV. Operationeel plan Overzicht van de activiteiten voorzien in 217 STRATEGISCH DOEL C : Verbeteren van de dienstverlening aan ondernemers binnen de binnenvaartsector C.1 Terugbetaling van de kosten voor opvang van stagiairs aan boord Voorstel voor terugbetaling van de reële kosten voor opvang van stagiairs in opleiding aan boord van Belgische binnenschepen. 25. pm C.2 Overleg op fiscaal en financieel vlak Besprekingen, in het kader van de economische commissie, van de financiële en fiscale aspecten voor de binnenvaartondernemers. De micro-economische analyse-instrumenten (barometer en marktenquête) zullen worden gebruikt om het dossier te ondersteunen. 7.5 C.3 Aanpassing van de handboeken in functie van het organiseren van examens, zoals de consolidatie en vertaling van de reglementen Het is aangewezen de inhoud van de leerboeken aan te passen in functie van de internationale voorschriften (STCIN) en de Europese standaardrichtlijnen inzake bevoegdheden en praktijkervaring (operationeel en managementniveau) te respecteren. Een gecoördineerde benadering van de problematiek zal in 217 worden opgestart met het oog op de terbeschikkingstelling van een bijkomend specifiek handboek ter voorbereiding van het bekomen van de vakbekwaamheid. 6. C.4 Opstellen van een synthesegids van subsidies en steunmaatregelen aan de sector Een inventaris van steunmaatregelen en subsidies op interfederaal vlak is nuttig om de ondersteuningsassen van de overheden t.o.v. de sector te synthetiseren. Het is eveneens nuttig om zich te richten naar de De minimis-regels van de Europese Unie en het beroep instrumenten aan te bieden om een raming te kunnen maken van het totale bedrag aan steun over een periode van 3 jaren. C.5 Organisatie van informatiesessies voor de sector - e-learning Er zullen technische sessies worden georganiseerd om beroepsmensen en/of kandidaten voor de examens bij te sturen op technisch, economisch en juridisch vlak. De toegang zal op vrijwillige basis zijn. De thema s zullen betrekking hebben op de berekening van de kostprijs en/of van de lading, evenals van de praktische aspecten van het examen matroos. De werksessies zullen voorgeprogrammeerd zijn en de aan e-learning aangepaste visuele reportages zullen worden gebruikt in het kader van de handboeken ter voorbereiding van de examens. Project ingediend in het kader van een federale financiering van het Fonds voor de Binnenvaart

24 C.6 Beschikbaar stellen van de wetgeving m.b.t. de binnenvaart in geconsolideerde en leesbare vorm Gezien de complexiteit van de nationale en internationale reglementeringen (Rijnvaart- en Europese wetgeving), is het aangewezen uitleg te verschaffen bij de uitvoering van de wettelijke schikkingen, met inbegrip van de controle- en politiediensten (SPN) zodat deze begrijpelijk worden voor de actoren. De veelvuldige wijzigingen vragen een consolidatie van de wetteksten zodat de betrokken partijen hun rechten en plichten juist kunnen interpreteren (zie actie B.5). 8. C.7 Communicatie van relevante informatie via ITB-Info en website Het creëren van een website vraagt een regelmatige update van gepubliceerde informatie waarbij de betrokkenheid van alle actoren is vereist. Nadruk zal gelegd worden op het verspreiden van digitale informatie via sociale netwerken (Facebook, Twitter, LinkedIn, Google+..) met samenvatting van deze acties op de blog (Dashboard). Er dient eveneens klare en duidelijke informatie te worden verschaft op papier en/of tijdens informatiesessies zodanig dat iedereen uit de sector kan worden bereikt C.8 Ondersteuning van de internationale vertegenwoordiging van de sector Bevestiging van de steun aan Belgische organisaties om hun lidmaatschap bij de Europese instanties die het beroep vertegenwoordigen te waarborgen (EBU en ESO). 24. C.9 Ondersteuning van de sociale organisaties van de sector De subsidiëringspolitiek dient te worden verdergezet ten voordele van de sociale instellingen die actief zijn in de binnenvaart. 2.5 C.1 Overleg op vlak van opleiding Een evaluatie van de implementatie van de internationale reglementering die de onderwijsproblemen, de opleiding en opvoeding behandelt, is belangrijk, gezien de internationale ontwikkelingen inzake de standaardkwalificaties en de opleiding (STCIN) en de digitalisatie van de methode van de registratie van de diensttijden (e-book). De thema s verbonden aan de recente dossiers zullen besproken worden met de bevoegde regionale vertegenwoordigers op dit vlak, in het bijzonder de aspecten verbonden aan de werkzaamheden van CESNI-QP. 6. C.11 Overleg op technisch vlak Een evaluatie van de implementatie van de internationale reglementering is van cruciaal belang om de bevattelijkheid van de wijzigingen op technisch vlak en de praktische gevolgen hiervan, te bevorderen. De thema s m.b.t. de actuele dossiers zullen worden besproken met de vertegenwoordigers van de bevoegde regionale overheden in de schoot van CESNI/PT. 6. C.12 Overleg op sociaal vlak Algemene debatten over het sociale thema van zelfstandigen in de binnenvaart zullen in de commissie sociale zaken worden besproken. 22

25 IV. Operationeel plan Overzicht van de activiteiten voorzien in 217 STRATEGISCH DOEL D : Afvalstoffenverdrag voor de binnenvaart D.1 In werking stellen van een nieuw EPS-CDNI-systeem Werkzaamheden m.b.t. het elektronisch betaalsysteem EPS-CDNI met progressieve vernieuwing van de terminals bij de bunkerbedrijven en van de ECO-kaarten voor de exploitanten en het voorzien van communicatie hierover. 7.5 D.2 Domiciliëring, E-factuur en CODA-bestand In 216 werd gestart met een procedure voor domiciliëring van de facturen naar de houders van ECO-rekeningen om de administratieve kosten te verlagen van de facturatie en de vordering. De procedures zullen in 217 worden vereenvoudigd door de digitale factuur en de elektronische overdracht van bankgegevens. 5. D.3 Financiële en budgettaire aspecten van de SGP: trimestriële resultaten taakomschrijving geraamde budgetten Op vraag van de regionale entiteiten, maakt het ITB sinds 213 trimestrieel de operationele en administratieve kosten en de uitgevoerde taken van het Nationaal Instituut op, zoals omschreven in het samenwerkingsakkoord en/of bepaald door de Stuurgroep (SGP). Tevens zal de voorbegroting voor de jaren moeten aangepast worden op basis van de ontwikkelingen en de vernieuwing van het systeemprogramma EPS-CDNI in D.4 Trimestriële opvolging van de openstaande bedragen en procedures van invordering Op vraag van de internationale organen van het CDNI worden de openstaande bedragen trimestrieel gecontroleerd, teneinde een exact beeld te krijgen van de nog te betalen bedragen. Hiervoor heeft het secretariaat van het CDNI sinds 1 januari 215 een constante opvolging van de negatieve rekeningen en de nog openstaande facturen van de schriftelijke procedures met de firma Contentia opgestart om de wanbetalers te inventariseren en verdere gerechterlijke stappen te ondernemen. 2.5 D.5 Activiteitenverslag Naar analogie met dat van 216, zal het secretariaat van het CDNI een activiteitenverslag van het Nationaal Instituut opstellen met de statistische en financiële gegevens voor de jaren 216 en 217. Internationale en chronologische statistieken zullen eveneens worden opgenomen, rekening houdende met de internationale rapporteringen. 4. D.6 Internationale vertegenwoordiging van het Nationaal Instituut Hiermee beoogt men de professionele vertegenwoordiging van de stuurgroep die de activiteiten van het Belgisch Nationaal Instituut coördineert binnen de informele en officiële organen van het Afvalstoffenverdrag (CDNI/G, IVC en CVP) voor het overmaken van de geconcerteerde Belgische positie rekening houdend met de bevoegdheden van de regionale entiteiten. Deze actie noopt een voorafgaande voorbereiding van de vergaderingen in de schoot van de SGP

26 24

27 V. Economische aspecten Vloot en prestaties op 31/12/216 Een van de belangrijkste objectieven van het Instituut is het regelmatig verschaffen van economische gegevens over het vervoer van goederen langs de waterweg. Op basis van deze gegevens kan men een analyse maken van de belangrijkste parameters van de evolutie van de binnenvaartsector voor zowel het aanbod van laadruimte als voor de goederenvervoerprestaties. 1. De Belgische binnenvaartvloot Op 31 december 216 was de binnenvaartvloot van de in België gedomicilieerde ondernemers samengesteld als volgt : droge lading schepen met een totale capaciteit van ton; tankschepen met ton capaciteit; - 85 duwboten met een vermogen van kw. Hetzij een totaal van binnenvaartschepen met een totale capaciteit van ton en een totaal vermogen van kw. Droge ladingschepen Vloot toebehorend aan in België gevestigde ondernemers. Gegevens per type en tonnageklasse DROGE sleepschepen motorschepen duwbakken totalen LADING aantal tonnenmaat aantal tonnenmaat kw aantal tonnenmaat aantal tonnenmaat /24t 25/25 t 251/45 t 451/65 t 651/85 t 851/1 t 11/15 t 151 /2 t 21/25 t 251/3 t 31 en totalen Evolutie van de vloot sedert 31/12/ Toestand op aantal index tonnenmaat index kw index gem. ton index (Bron : FOD Mobiliteit en Vervoer DG Maritiem Vervoer Directie Binnenvaart) 25

28 aantal gem.ton tonnenmaat kw Tankschepen Vloot toebehorend aan in België gevestigde ondernemers. TANKSCHEPEN sleepschepen motorschepen duwbakken totalen Données par type et classe de tonnage aantal tonnenmaat aantal tonnenmaat kw aantal tonnenmaat aantal tonnenmaat 25/25 t 251/45 t 451/65 t 651/85 t 851/1 t 11/15 t 151 /2 t 21/25 t 251/3 t 31 en Evolutie van de vloot sedert 31/12/ totalen Toestand op aantal index tonnenmaat index kw index gem. ton index aantal gem.ton tonnenmaat kw

29 V. Economische aspecten Vloot en prestaties op 31/12/216 Duw- en/of sleepboten Vloot toebehorend aan in België gevestigde ondernemers. Gegevens per type en vermogensklasse DUW- EN/OF SLEEPBOTEN aantal tonnenmaat kw < 31 kw 31-1 kw 11 kw/ totalen Evolutie van de vloot sedert Toestand op aantal index tonnenmaat index kw index (Bron: FOD Mobiliteit en Vervoer DG Scheepvaart) 27

30 2. De vervoersprestaties Op basis van de gegevens verzameld vanaf 1998 in nauwe samenwerking met de waterwegbeheerders, de havens en de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, stellen we een toename vast van de geladen goederen (+ 1 %) en van de geloste goederen (+ 2 %) voor 216 ten opzichte van 215. In 216 werden op de Belgische waterwegen 88,118 miljoen ton goederen geladen (+ 3 % t.o.v. 28) en 12,589 miljoen ton goederen gelost (- 2 % t.o.v. 28) door binnenvaartschepen op Belgische waterwegen. De categorieën NVS 3 «petroleumproducten», NVS 6 «mineralen en bouwmaterialen», NVS 8 «chemische producten» en NVS 9 «overige producten» vormen de vier belangrijkste goederencategorieën en vertegenwoordigen 79 % van de totale hoeveelheid ladingen en 76 % van de lossingen. Binnenvaart - Ladingen op de Belgische waterwegen - Trimestriële hoeveelheden in ton Bron = haven- en waterwegbeheerders Totaal: Haven Antwerpen SPW De Scheepvaart Haven Gent W&Z nv MBZ - Wat betreft de ladingen is er in 216 t.o.v. 215 een toename van alle goederencategorieën behalve de ertsen. (Bronnen: Havenbedrijf Antwerpen, nv van publiek recht, Antwerpen; Service Public de Wallonie - D.G.O. Mobilité et Voies hydrauliques; De Scheepvaart NV; Waterwegen en Zeekanaal NV; Havenbedrijf Gent nv van publiek recht en Maatschappij van de Brugse Zeehaven NV) 28

31 V. Economische aspecten Vloot en prestaties op 31/12/216 Binnenvaart - Lossingen op de Belgische waterwegen - Trimestriële hoeveelheden in ton Bron : haven- en waterwegbeheerders Bron = haven- en waterwegbeheerders 1 Totaal: Haven Antwerpen De Scheepvaart W&Z nv SPW Haven Gent MBZ - Wat betreft de lossingen is er in 216 een toename van de categorie van de meststoffen, de chemische producten, de overige goederen en de bouwmaterialen met uitzondering van alle andere goederencategorieën die in dalende lijn gaan behalve de metaalproducten en de petroleumproducten die ongeveer stabiel blijven. 29

32 Haven Antwerpen *Haven Gent MBZ De Scheepvaart nv W&Z nv SPW Hoeveelheden in ton, geladen in of gelost uit binnenschepen op Belgische waterwegen Vergelijking periode januari - december Ladingen op de waterwegen Vergelijking jan-dec 28/ %16/15 %16/ Totaal : ,36% 3,4% Haven Antwerpen *Haven Gent MBZ De Scheepvaart W&Z nv SPW Bron: beheerders havens en waterwegen *Enkel totalen voor ladingen en lossingen in de Haven van Gent voor plaatselijke transporten en voor transporten waarbij het schip de haven binnenkomt of verlaat via Zelzate (kanaal Gent-Terneuzen). Ladingen en lossingen in de Haven van Gent waarbij het binnenschip de haven binnenkomt of verlaat via de sluizen van Evergem of Merelbeke zijn opgenomen in de cijfers van W&Z nv. 1,72% 28,44% -16,79% 3,31% 3,99% -1,4% Lossingen op de waterwegen Vergelijking jan-dec 28/ %16/15 %16/ Totaal : ,79% -1,91% 1,88% -2,74% 14,49% 5,2% -,53% 3,7%,35% 26,1% -52,41% 26,65% 7,55% -2,98% 17,8% -2,17% 35,96% 2,64% -16,27% -32,6% Binnenvaart - Ladingen en lossingen op Belgische waterwegen Vergelijking periode januari - december Ladingen op de waterwegen Vergelijking jan-dec 28/ %16/15 %16/8. Landbouwproducten 1. Voedingswaren 2. Vaste brandstoffen 3. Petroleumproducten 4. Ertsen 5. Metaalproducten 6. Bouwmaterialen 7. Meststoffen 8. Chemische producten 9. Overige goederen ,72% 11,35% 34,16% 15,65% -,64% 13,12% 6,3% 13,95% 11,7% 2,53% -2,94% 18,9% -62,22% 19,93% -37,57% -,12% -6,95% 38,5% 65,87% -2,35% Totaal : ,36% 3,4% Lossingen op de waterwegen Vergelijking periode jan-dec %16/15 %16/8. Landbouwproducten 1. Voedingswaren 2. Vaste brandstoffen 3. Petroleumproducten 4. Ertsen 5. Metaalproducten 6. Bouwmaterialen 7. Meststoffen 8. Chemische producten 9. Overige goederen ,16% -1,78% -21,37% -,76% -1,1% -,13% 5,19% 18,19% 3,93% 6,19% 22,7% -25,97% -63,7% -9,94% -32,27% 6,21% -14,64% 29,72% 9,19% 13,92% Totaal : ,79% -1,91% Bron: beheerders havens en waterwegen. 3

33 V. Economische aspecten Binnenvaart in 216 1) BELGISCH WATERWEGENNET 2) BELGISCHE BINNENVAARTVLOOT Aantal Schepen : Totale capaciteit : ton - Globaal vermogen : kw km DROGE LADING VLOOT 935 vaartuigen Capaciteit ton (gemid. tonnage : ton) TANKVLOOT 158 schepen voor een laadvermogen van ton (gemid. tonnage : 2.23 ton) DUW- & SLEEPBOTEN 85 eenheden met een vermogen van kw 3) VERVOERDE VOLUMES OP DE BELGISCHE WATERWEGEN Lossingen : 12,589 Miljoen ton Ladingen : 88,118 Miljoen ton 9. Overige goederen 8. Chemische producten 7. Meststoffen 6. Bouwmaterialen 5. Metaalproducten 4. Ertsen 3. Petroleumproducten 2. Vaste brandstoffen 1. Voedingswaren. Landbouwproducten % 5% 1% 15% 2% 25% 3% Ladingen Lossingen 4) MODALE VERDELING 5) TEWERKSTELLING (214) (215) ZELFSTANDIGEN EN HELPERS : 1.17 = % 6% 4% 2% % 72% 75% 12% 18% 7% Route Weg Spoor Fer Waterweg Eau 16% EU 28 : (15 miljard tkm) België : (1,5 miljard tkm) EU 28 BEL 6) BEKWAAMHEIDSATTESTEN GELEVERDE CERTIFICATEN (215) 83 Matrozen 697 Rijnpatenten, uitbreiding en verlenging 258 Vaarbewijzen A-B + P + R 184 ADN 31

34 32

35 VI. CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut 1 Afvalstoffenverdrag in de binnenvaart Het CCR-verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn- en binnenvaart van 9 september 1996 (afgekort: Convention Déchets Navigation Intérieure : CDNI) bepaalt de principes van de verzameling en de financiering van het afval in de binnenvaart in de ondertekende landen Duitsland, België, Frankrijk, Luxemburg, Nederland en Zwitserland. Het CDNI draagt bij tot de bescherming van de waterkwaliteit en het milieu aangezien de uitvoering van het CDNI beoogt verontreiniging van waterwegen te voorkomen, de hoeveelheid afvalstoffen aan boord te beperken en zoveel als mogelijk een vermenging van verschillende soorten afval te voorkomen. Het CDNI-verdrag is in werking getreden op 1 november 29 en de effectieve toepassingsmodaliteiten voor de financiering van deel A betreffende olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval werden in werking gesteld vanaf 1 januari Op welk afval is het CDNI-verdrag van toepassing? Het CDNI betreft een uniforme regeling voor verzameling van 3 soorten van afval aan boord van de binnenschepen en de modaliteiten verbonden aan de afgifte en inname van afval aan boord door de onderhoudsinstallaties en ontvangstinstallaties. De 3 types van afvalstoffen aan boord zijn: Olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval (deel A van het CDNI); Afval van lading (deel B van het CDNI); Overig scheepsbedrijfsafval (huishoudelijk afvalwater passagiersschepen, huisvuil, slib en alle ander speciaal afval (deel C van het CDNI). Volgens het CDNI is het een van de verplichtingen te zorgen voor een uitgebreid netwerk van ontvangstinstallaties voor olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval en overig afval in de binnenvaart (deel A en deel C). Hierna vindt u een overzicht van afval van deel A : OLIE- EN VETHOUDEND AFVAL - afgewerkte olie - bilgewater - gebruikte poetslappen - afgewerkt vet - gebruikte olie- en mazoutfilters - vaten en verpakkingsmateriaal van dit afval (olievaten en emmers) 3 Commentaar van de grafieken Het lijkt ons nuttig een overzicht te bieden van de voornaamste verzamelde informatie na 6 jaar activiteit als Nationaal Instituut in het kader van het samenwerkingsakkoord van 3 december 29 tussen de Federale staat en de Gewesten. 33

36 1 A Bedrag provisies Men stelt vast dat het bedrag van de provisies geleidelijk daalt sinds 211 maar opnieuw verhoogt in 214 en 215 en stabiel blijft in , 85., 8., 75., Bedrag provisies , , , , , , 1 B Aantal provisiefacturen Men stelt vast dat het aantal provisiefacturen sterk daalt in 212 en nadien ongeveer elk jaar stabiel blijft Aantal provisiefacturen C Gemiddeld bedrag van een provisie Men stelt vast dat het gemiddeld bedrag van een provisie geleidelijk verhoogt De schippers storten dus minder vaak provisies maar hogere bedragen per provisie Gemiddeld bedrag provisie

37 VI. CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut 2 Bedragen facturen schriftelijke procedures Het bedrag van de facturen van schriftelijke procedures varieert elk jaar maar de trend is globaal in stijgende lijn Deze stijging is te wijten aan het feit dat er meer en meer onvoldoende aangezuiverde ECO-rekeningen zijn 15., 1., 5.,, Bedragen facturen schriftelijke procedures , , , , , ,93 3 Bedragen facturen negatief saldo Men stelt vast dat het bedrag van de facturen van negatief saldo elk jaar varieert maar het laagst is in , 1., 5.,, Bedragen facturen negatief saldo 7.354, ,7 6.62, , , ,71 4 Aanbetalingen CDNI Men stelt vast dat het bedrag voorzien als voorschot voor het CDNI gedaald is van 211 tot 212 en nadien stabiel gebleven is van 212 tot 214 alvorens te verhogen in 215 en 216 Dit komt overeen met de niet-gebruikte gestorte provisies tijdens het lopend jaar 25., 2., 195., 19., 185., 18., 175., 17., Aanbetalingen CDNI 2.56, , , , , ,43 35

38 5 A Aantal transacties (Europa) Het aantal transacties is lichtjes gedaald van 214 tot Aantal transacties (Europa) B Aantal transacties (België) Het aantal transacties is lichtjes gedaald van 214 tot Aantal transacties (België) A Aantal schriftelijke procedures (België, Frankrijk, Duitsland) Het aantal schriftelijke procedures is lichtjes gedaald van 214 tot 215 maar is opnieuw verhoogd in 216 voor België, Frankrijk en Duitsland Aantal schriftelijke procedures (België, Frankrijk, Duitsland)

39 VI. CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut 6 B Aantal schriftelijke procedures (België) Het aantal schriftelijke procedures is gedaald tussen 214 en 216 De schriftelijke procedure is nodig indien de ECO-rekening van de schipper onvoldoende aangezuiverd is, er geen ECO-rekening is of de terminal defect is Aantal schriftelijke procedures (België) Aantal facturen van schriftelijke procedures Men stelt vast dat het aantal facturen van schriftelijke procedure elk jaar stijgt tot 214 en nadien elk jaar daalt De nieuwe procedure van inning met het bureau Contentia heeft toegelaten de facturen van schriftelijke procedure de 2 laatste jaren te laten dalen Aantal facturen van schriftelijke procedures A Aantal stortingen op de ECO-rekeningen (België, Frankrijk, Duitsland) Het aantal stortingen op de ECO-rekeningen is gedaald tussen 214 en Aantal stortingen op de ECO-rekeningen (België, Frankrijk, Duitsland)

40 8 B Aantal stortingen op de ECO-rekeningen (België) Het aantal stortingen op de ECO-rekeningen is gedaald tussen 214 en Aantal stortingen op de ECO-rekeningen (België) Bedrag kosten afvalverzameling Men stelt vast dat het bedrag van de kosten van afvalverzameling elk jaar daalt tussen 211 en 213 maar elk jaar sterk stijgt sinds 214 Men stelt een verhoging van de kosten vast voor alle opdrachtgevers 2.., 1.5., 1.., 5.,, Bedrag kosten afvalverzameling , , , , , ,96 1 A Aantal schepen Men stelt vast dat het aantal schepen elk jaar stijgt Aantal schepen

41 VI. CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut 1 B Aantal m³ afgewerkte olie Men stelt vast dat het aantal m³ afgewerkte olie elk jaar daalt van 211 tot 213 maar opnieuw stijgt tussen 214 en Aantal m³ afgewerkte olie C Aantal m³ bilgewater Men stelt vast dat het aantal m³ bilgewater elk jaar verschillend is Aantal m³ bilgewater D Aantal kg vast oliehoudend afval Men stelt vast dat het aantal kg vast oliehoudend afval elk jaar varieert maar in stijgende lijn is Aantal kg vast oliehoudend afval

42 1 E Aantal kg vaten Het aantal kg vaten is elk jaar verschillend Aantal kg vaten

43 VI. CDNI Samenvatting van de activiteiten in hoedanigheid van Nationaal Instituut Synthese van de volumes van olie- en vethoudend afval 216 In België stelt men op jaarbasis in 216 een toename vast van de verzameling afgewerkte olie (482 m 3 ), een stabilisatie van het volume bilgewater (4.724 m 3 ), een daling van zowel vast oliehoudend afval ( kg) als van vaten (25.41 kg) m kg kg m kg 35 m kg kg kg 858 kg 5.3 kg m kg 369 kg AALST 9 m kg 54 kg m kg kg kg 2.76 kg 123 m kg kg 17 m kg kg m kg 929 kg 28 m kg kg Havenbedrijf Antwerpen NV van publiek recht (Antwerpen) Waterwegen en Zeekanaal NV (Willebroek) Waterwegen en Zeekanaal NV - Martens (Vlaanderen) Havenbedrijf Gent NV van publiek recht (Gent) NV De Scheepvaart (Hasselt) Service Public de Wallonie (Wallonie) Aantal handelingen per schip Gebruikte poetslappen (kg) Aantal handelingen per vrachtwagen Afgewerkt vet (kg) Afgewerkte olie (m 3 ) Gebruikte olie- en mazoutfilters (kg) Bilgewater (m 3 ) Vaten en verpakkingsmateriaal van dit afval (olievaten en emmers) (kg) 41

44 42

45 VII. Wetgeving 216 : Belgisch Staatsblad & Publicatieblad van de Europese Unie Dit summiere overzicht wil u in een oogopslag een kijk bieden op de regelgeving met betrekking tot de binnenscheepvaart die anno 216 officieel werd gepubliceerd. Hierbij fungeren het Belgisch Staatsblad (B.S.) en het Publicatieblad van de Europese Unie (PB L) als referentiekader. Onderstaande tabel heeft op geen enkel moment de intentie exhaustief te zijn. DATUM TITEL PUBLICATIE 29 juni 216 Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 juli 29 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren 1 juli 216 Ministerieel besluit tot benoeming van de voorzitter en de leden van de centrale examencommissie belast met de organisatie van de examens met het oog op het verkrijgen van de bekwaamheidsbewijzen in Rijn- en binnenvaart. Waalse Overheidsdienst 14 september 216 Richtlijn (EU) 216/1629 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 216 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen, tot wijziging van Richtlijn 29/1/EG en tot intrekking van Richtlijn 26/87/EG 14 september 216 VERORDENING (EU) 216/1628 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 14 september 216 inzake voorschriften met betrekking tot emissiegrenswaarden voor verontreinigende gassen en deeltjes en typegoedkeuring voor in niet voor de weg bestemde mobiele machines gemonteerde interne verbrandingsmotoren, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 124/212 en (EU) nr. 167/213, en tot wijziging en intrekking van Richtlijn 97/68/EG (Voor de EER relevante tekst) 19 juni 28 Wet houdende instemming met het Verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn- en binnenvaart, met de Bijlagen 1 en 2, en met de Aanhangsels I, II, III, IV en V, gedaan te Straatsburg op 9 september juli 216 Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 november 215, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf, betreffende het kort verzuim (werknemers binnenvaart) B.S B.S Pb.E.U Pb.E.U B.S B.S Voor raadplegingen van reglementen en richtlijnen : zie 43

46 DATUM TITEL PUBLICATIE 11 juli 216 Koninklijk besluit betreffende de aanstelling van een directeur bij de Federale Onderzoeksinstantie voor Scheepvaartongevallen 12 juni 216 Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 augustus 23 waarbij aan de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de binnenscheepvaart (PC 139) de toelating wordt verleend om sommige leerlingen-stagiairs s nachts en/of op zondag tewerk te stellen 14 april 216 Besluit van de Vlaamse Regering tot benoeming van de voorzitter en leden van de Centrale Examencommissie die belast is met de organisatie van de examens met het oog op het behalen van de bekwaamheidsbewijzen in Rijn- en binnenvaart 18 maart 216 Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van regelgeving met betrekking tot de regels van politie over het verkeer op waterwegen, wat betreft bevoegdheden, overgedragen in het kader van de zesde staatshervorming 24 februari 216 Koninklijk Besluit houdende vaststelling van de modaliteiten van de kennisgeving inzake het in gebruik nemen van nieuw gebouwde of ingevoerde binnenschepen 21 maart 216 Vlaamse overheid: Reglement Onderzoek Schepen op de Rijn (ROSR) Stand 1 april maart 216 Vlaamse overheid: Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (RSP) 4 december 215 Ministerieel besluit betreffende de benoeming van de leden van de Commissie voor onderzoek van de Rijnschepen wat het Waalse Gewest betreft 8 mei 214 Wet betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart, met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld door artikel 77 van de Grondwet. - Duitse vertaling B.S B.S B.S B.S B.S B.S B.S B.S B.S

47 VII. Wetgeving 216 : Belgisch Staatsblad & Publicatieblad van de Europese Unie 19 juni 28 Wet houdende instemming met het verdrag inzake de verzameling, afgifte en inname van afval in de Rijn- en binnenvaart, met de Bijlagen 1 en 2, en met de Aanhangsels I, II, III, IV en V, gedaan te Straatsburg op 9 september Addendum. Deel A - Instandhouding van het tarief Deel B - Verantwoordelijkheid voor de reiniging van schepen 3 december 215 Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het Koninklijk besluit van 31 juli 29 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren en het besluit van de Waalse Regering van 2 februari 212 betreffende het binnenlands vervoer van gevaarlijke goederen over de waterweg B.S B.S

48 46

49 VIII. Financiële aspecten VIII. 1 Balans op 31/12/216 47

50 48

51 VIII. Financiële aspecten VIII. 2 Resultaatrekening op 31/12/216 49

52 Materiele Vaste Activa Afschrijvingspercentage Inlichting van lokalen 1% Machines en materieel Min 2% max 33% Meubilair 2% Bibliotheek 1% Internetsite 2% 5

53 51

54 52

55 IX. Statuten Gecoördineerde tekst van de statuten zoals goedgekeurd door de gewone algemene vergadering van het Instituut voor het Transport langs de Binnenwateren, gehouden op 19 juni 215 in de lokalen van de European Transport Worker s Federation, Galerij Agora Grasmarkt 15, te 1 Brussel, aangepast door de gewone algemene vergadering van 2 juni 28 en de buitengewone algemene vergadering van 3 december 24. Tussen de ondergetekenden : Bertrand, Gaston, Sint-Michielslaan 1, Brussel; Devreker, André, Pacificatiestraat 1, Ledeberg; François, Sylvain, Isidoor Geyskenslaan 45, Oudergem; Schoenmaekers, Jozef, Grote Prijzenlaan 8, Sint-Pieters-Woluwe; Smeesters, Pierre, Diestsevest 81, Leuven; Vanden Bosch, Marcel, Doggeweg 59, Zaventem; Vande Velde, Frans, Philippartstraat 19, Melsbroek; Van Leuven, Eduard, Ter Varentstraat 6, Mortsel; Van Rompuy, Victor, Oudstrijderslaan 4, Sint-Stevens-Woluwe Wijnakker, Raoul, Pijkestraat 27, Oostakker; Deben, Pierre, Sint-Paulusstraat 12, Antwerpen; De Grave, Guillaume, Koningshoflei 6, Schoten; Emsens, Stanislas, «Stevensvennen», Lommel; Gheur, John, place Coronmeuse 8, Herstal; Goossens, Marcel, Mostincklaan 6, Sint-Pieters-Woluwe; Herbosch, Antoine, J. Van Rijswijcklei 26, Antwerpen; Heylen, Henri, Taxandriastraat 1, Merksem; Lallemand, Pierre, Quai Saint-Léonard 59, Luik; Smet, Pierre, Robberechtsstraat 267, Wemmel; Van Duynslaeger, Julien, Strijdersstraat 75, Edegem, werd te Brussel op 5 januari 197 een vereniging zonder winstoogmerk opgericht overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, waarvan de statuten hierna volgen en die werden aangepast aan de vereisten van de wet van 2 mei 22, de wet van 16 januari 23 en de wet van 9 juli 24. TITEL I - Benaming, zetel, doel, duur Artikel 1 De benaming van de vereniging is Instituut voor het Transport langs de Binnenwateren (afgekort : I.T.B. ); in het Frans : Institut pour le Transport par Batellerie (afgekort : I.T.B. ). Artikel 2 De zetel der vereniging is gevestigd te 1 Brussel, Drukpersstraat nr. 19, in het gerechtelijk Arrondissement Brussel. Artikel 3 De vereniging heeft tot doel, het ondernemen, het bevorderen en het coördineren van alle studies, onderzoeken, opzoekingen en verwezenlijkingen op technisch, economisch, sociologisch en juridisch gebied, van aard om de vooruitgang en de veiligheid van het vervoer langs de waterweg te verzekeren en aan de overheden en de binnenvaartsector haar medewerking te verlenen voor de organisatie en de ontwikkeling van dit vervoer. In het bijzonder, en zonder dat deze opsomming beperkt is, heeft de vereniging het volgende tot doel : a) zij verleent aan alle overheden en de binnenvaartsector haar medewerking voor de uitwerking en de toepassing van en het toezicht over de organisatie-, coördinatie- en harmonisatiemaatregelen van het vervoer langs de waterweg; b) zij verzamelt de documentatie betreffende het vervoer langs de waterweg en werkt deze bij; c) zij maakt de inventaris op van de behoeften inzake vervoer langs de waterweg en van de geschikte middelen om zijn ontwikkeling en zijn veiligheid te verzekeren; d) zij stelt de programma s vast voor de studiën, de onderzoeken en de opzoekingen betreffende het vervoer langs de waterweg en coördineert deze; e) zij brengt de nodige verbindingen tot stand tussen de overheden, de openbare en private organismen, de wetenschappelijke en economische middens, zowel nationale als internationale, waarvan de activiteiten van belang zijn voor de verschillende aspecten met betrekking tot de ontwikkeling en de veiligheid van het vervoer langs de waterweg; f) zij stimuleert of onderneemt alle studiën, onderzoeken, opzoekingen en verwezenlijkingen die tot haar doel behoren; g) zij doet alle voorstellen op technisch, economisch, sociologisch en juridisch gebied van aard om de voorwaarden van het vervoer langs de waterweg te verbeteren; h) zij neemt alle nodige maatregelen opdat de middelen van aard om het vervoer langs de waterweg te verbeteren, ter kennis zouden gebracht worden van alle middens; i) zij vergemakkelijkt door haar studiën, haar informaties en haar verwezenlijkingen, de uitoefening van het beroep van vervoerder langs de waterweg; j) zij belast zich met het verwezenlijken en het bevorderen van de beroepsopleiding van de vervoerders langs de waterweg, onder meer door het organiseren van cursussen, lezingen en examens. De vereniging kan alle verrichtingen doen, of eraan medewerken, die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met haar maatschappelijk doel of van aard om de verwezenlijking of de ontwikkeling ervan te bevorderen. Artikel 4 De vereniging wordt opgericht voor onbepaalde duur. TITEL II - Leden, aanvaarding, ontslag, schorsing, uitsluiting Artikel 5 De vereniging bestaat uit : - twintig werkende leden, waarvan tien worden voorgedragen langs de zijde van de overheid en tien langs de zijde van de beroepsorganisaties van vervoerders van goederen langs de waterweg; - een onbeperkt aantal toegetreden leden; - en ereleden. Is werkend lid, iedere natuurlijke persoon die in die hoedanigheid door de algemene vergadering wordt aangenomen. Zijn toegetreden leden, de natuurlijke of rechtspersonen, die op basis van hun belangstelling voor de activiteiten van de vereniging door de raad van bestuur in die hoedanigheid worden aangenomen. Kunnen worden aanvaard als toegetreden lid: a) alle groeperingen, professionele en interprofessionele bonden en verenigingen die tot doel hebben de vertegenwoordiging van de vervoerders langs de waterweg; b) alle natuurlijke of rechtspersonen die betrokken zijn bij het vervoer langs de waterweg; c) alle overheden en openbare organismen. Zijn ereleden de natuurlijke personen die hetzij op grond van deze statuten gemachtigd worden deze titel te dragen, hetzij in die hoedanigheid door de algemene vergadering worden aangenomen. 53

56 Artikel 6 Bij vacature wordt het werkend lid, voorgedragen langs de zijde van de overheid, vervangen op voorstel van de federale minister die de mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft. Werd het werkend lid voorgedragen door de beroepsorganisaties van vervoerders van goederen langs de waterweg, dan zal het vervangen worden op voorstel van deze organisaties. Artikel 7 Niemand kan aanvaard worden als toegetreden lid, zo hij niet vooraf een schriftelijk verzoek richt tot de raad van bestuur en zo hij niet door twee werkende of toegetreden leden wordt voorgedragen. In dit verzoek moet de kandidaat verklaren dat hij instemt met het doel, de statuten en het reglement van de vereniging. De raad van bestuur beslist op soevereine wijze, bij geheime stemming. Zijn beslissing hoeft niet gemotiveerd te worden. Wordt aangenomen, de kandidaat die minstens de twee derden van de stemmen der aanwezige of vertegenwoordigde leden bekomt. Artikel 8 De werkende en de toegetreden leden zijn vrij op gelijk welk ogenblik uit de vereniging te treden; zij zullen hun beslissing schriftelijk aan de raad van bestuur ter kennis brengen. Het lid, zowel werkend als toegetreden, dat weigert of nalaat de door hem verschuldigde bijdrage aan de vereniging te betalen, wordt als ontslagnemend aangezien. Deze weigering of deze onthouding worden als vaststaand beschouwd ten laatste tien dagen na de verzending van een tweede schriftelijke aanmaning tot betaling van deze bijdrage. Wordt eveneens geacht ontslagnemend te zijn en dient te worden vervangen, het werkend lid dat niet meer behoort tot de beroepsorganisatie of de overheidsadministratie van waaruit het voorgedragen is, behoudens andersluidende beslissing van de algemene vergadering. Behoudens in de gevallen vermeld in artikel 9 is het vervangen werkend lid gemachtigd de titel van erelid te dragen. Artikel 9 De schorsing of de uitsluiting van een werkend lid kan, op voorstel van de raad van bestuur of van één vijfde van de werkende leden, slechts worden uitgesproken door de algemene vergadering. Deze vergadering beslist, bij geheime stemming, bij meerderheid van minstens twee derden van de aanwezige of vertegenwoordigde werkende leden. Haar beslissing hoeft niet gemotiveerd te worden. De schorsing of de uitsluiting van een toegetreden lid kan worden uitgesproken door de raad van bestuur, bij twee derde meerderheid. De schorsing of de uitsluiting moet worden voorgesteld : 1. wanneer een werkend of toegetreden lid zich niet onderwerpt aan de statuten en aan de reglementen van de vereniging of aan de beslissingen die regelmatig door de organen van de vereniging genomen worden; 2. wanneer een werkend of toegetreden lid weigert de gevraagde rechtvaardigende stukken te verstrekken die nodig zijn om over te gaan tot de vaststelling van zijn bijdrage, of wanneer hieromtrent opzettelijk valse inlichtingen verstrekt worden; 3. wanneer een werkend of toegetreden lid getroffen wordt door een gerechtelijke of bestuurlijke beslissing, die afbreuk doet aan zijn beroepseer. De schorsing of de uitsluiting mag slechts voorgesteld worden nadat de raad van bestuur de belanghebbende zal gehoord hebben in zijn middelen van verdediging en nadat hij daartoe, per brief, ten minste vijf vrije dagen op voorhand, werd uitgenodigd. Artikel 1 Het geschorst, uitgesloten of ontslagnemend werkend of toegetreden lid, alsook de erfgenamen of rechthebbenden van het overleden werkend of toegetreden lid, hebben generlei recht op het actief van de vereniging en kunnen geen afrekening vragen, gerechtelijk doen verzegelen of inventaris eisen. Zij blijven de betaling verschuldigd van alle bijdragen die op het ogenblik van de schorsing, uitsluiting, ontslag of overlijden eisbaar waren. Het lidmaatschap van het werkend of toegetreden lid eindigt bij overlijden, of bij ontbinding van de rechtspersoon. TITEL III - Inkomsten Artikel 11 Het maatschappelijk vermogen is samengesteld uit : 1. de door de leden gestorte bijdragen; 2. de vergoeding voor de prestaties die de vereniging verricht in het kader van haar maatschappelijk doel; 3. de toelagen, giften en legaten die de vereniging gemachtigd is te ontvangen van de openbare machten, private organismen en particulieren. Het maximumbedrag van de jaarlijkse bijdrage is vastgesteld op 2.5 per lid, zowel werkend als toegetreden. Dit bedrag kan verschillen naargelang de hoedanigheid, het beroep van het lid of volgens gelijk welk ander criterium. TITEL IV - Algemene vergadering Artikel 12 De algemene vergadering is samengesteld uit de werkende leden. De toegetreden leden en de ereleden van de vereniging worden uitgenodigd op de algemene vergadering en nemen deel met raadgevende stem. De bevoegdheid van de algemene vergadering wordt bepaald door de wet en de statuten. Het bureau van de algemene vergadering is samengesteld uit de raad van bestuur. De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur, die tevens voorzitter is van de vereniging, of, bij diens afwezigheid, door de aanwezige ondervoorzitter die de meeste dienstjaren in die hoedanigheid heeft. De algemene vergadering duidt een secretaris en twee stemopnemers aan. Artikel 13 De algemene vergadering is het hoogste gezag van de vereniging. De raad van bestuur brengt verslag uit aan de algemene vergadering over de activiteit van de vereniging, gedurende het afgelopen jaar; hij legt de rekening van ontvangsten en uitgaven voor; geeft kennis van het verslag van de commissarissen of de toezichthouders op de rekeningen; licht de werkontwerpen voor het lopend jaar toe; stelt de begroting voor; formuleert alle suggesties die hij nodig acht aan het onderzoek der vergadering voor te leggen; neemt nota van alle voorstellen door de leden gedaan. Tot de bevoegdheid van de algemene vergadering behoort onder meer : a. de wijziging van de statuten van de vereniging; b. de benoeming en de afzetting van de bestuurders; c. de goedkeuring van de begroting en van de rekeningen; d. de vrijwillige ontbinding van de vereniging; e. de benoeming en de afzetting van de commissarissen of toezichthouders op de rekeningen en het bepalen van hun bezoldiging indien een bezoldiging wordt toegekend; f. de kwijting aan de bestuurders, de commissarissen of de toezichthouders op de rekeningen; 54

57 IX. Statuten g. de uitsluiting van werkende en toegetreden leden; h. de vaststelling van lidmaatschapsbijdragen; i. de omzetting van de vereniging in een vennootschap met sociaal oogmerk; j. alle gevallen waarin de statuten zulks vereisen. Artikel 14 De algemene vergadering komt ten minste eens per jaar bijeen, in de loop van het tweede trimester van het maatschappelijk jaar. Zij moet in buitengewone vergadering bijeenkomen op schriftelijke aanvraag van ten minste één vijfde der werkende leden, bij de raad van bestuur ingediend. Deze leden moeten de punten bepalen die zij ter beraadslaging wensen voorgelegd te zien. Zij kan bovendien in buitengewone vergadering door de raad van bestuur bijeengeroepen worden wanneer het maatschappelijk belang zulks vergt. Zowel voor de gewone als voor de buitengewone algemene vergadering worden zowel de werkende, de toegetreden als de ereleden opgeroepen. Artikel 15 De leden worden, door de raad van bestuur tot de algemene vergaderingen opgeroepen, per brief, ondertekend door de voorzitter of een bestuurder, ten minste acht dagen voor de vergadering. De oproepingsbrief maakt melding van de agenda, de datum, het uur en de plaats van de vergadering. Elk door één twintigste van de werkende leden ondertekend voorstel moet op de agenda gebracht worden. Behalve in de gevallen bepaald bij de wet kan de algemene vergadering geldig beslissen over punten die niet op de agenda werden ingeschreven. Artikel 16 Ieder werkend lid kan zich laten vertegenwoordigen door een lasthebber naar keuze, voor zover deze zelf werkend lid is en drager van een geschreven volmacht. Ieder toegetreden of erelid kan zich laten vertegenwoordigen door een lasthebber naar keuze, voor zover deze zelf werkend, toegetreden of erelid is en drager van een geschreven volmacht. Geen enkel lid mag drager zijn van meer dan één volmacht. Artikel 17 De gewone algemene vergaderingen beraadslagen geldig welk ook het getal zij der aanwezige of vertegenwoordigde werkende leden. De buitengewone algemene vergaderingen beraadslagen slechts geldig als minstens de helft der werkende leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien deze voorwaarde niet is vervuld, zal een nieuwe vergadering, die minstens vijf dagen vooraf wordt opgeroepen, geldig beraadslagen, welk ook het getal zij van de aanwezige of vertegenwoordigde werkende leden. Bij afwijking van de voorgaande alinea s kan slechts over de wijziging van de statuten, de schorsing en de uitsluiting van werkende leden of de ontbinding van de vereniging worden beraadslaagd op de wijze en onder de voorwaarden bepaald door de wet. Artikel 18 Alle werkende leden of hun lasthebbers hebben stemrecht op de algemene vergaderingen; zij beschikken ieder over één stem. De beslissingen worden bij eenvoudige meerderheid van stemmen genomen, behalve in de gevallen waarin de wet of de statuten het anders bepalen. Bij staking van stemmen is deze van de fungerende voorzitter beslissend. De stemming geschiedt geheim voor al de kwesties, waarin personen betrokken zijn (o.m. voor de verkiezingen, schorsingen, uitsluitingen), of op verzoek van de meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde werkende leden. Artikel 19 De beslissingen van de algemene vergadering worden ingeschreven in een register der verslagen, dat door de fungerende voorzitter en de secretaris getekend wordt. Dit register wordt behouden ten maatschappelijke zetel, waar al de leden er kennis van kunnen nemen, zonder verplaatsing van het register. Deze beslissingen worden eventueel ter kennis gebracht van alle belanghebbenden, per brief of door publicatie in persorganen. TITEL V - Bestuur Artikel 2 De vereniging wordt bestuurd door een raad van bestuur, bestaande uit ten hoogste zestien personen, bestuurders genoemd, door de algemene vergadering benoemd voor een termijn van vier jaar, waarvan: - de helft op voorstel van de federale Minister die de mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft, waarvan vier voor de federale overheid, en vier voor de Gewesten - de helft op voorstel van de beroepsorganisaties van vervoerders van goederen langs de waterweg. Uittredende leden van de raad van bestuur zijn herverkiesbaar. Hun mandaat eindigt door ontslag, overlijden of afzetting. Elk lid van de raad van bestuur is vrij op gelijk welk ogenblik een einde te stellen aan zijn mandaat van bestuurder door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de raad van bestuur. Is evenwel ambtshalve uittredend en dient te worden vervangen met toepassing van het eerste lid, het lid van de raad van bestuur dat geen deel meer uitmaakt van de beroepsorganisatie of de overheidsadministratie van waaruit het voorgedragen is als bestuurder van de vereniging, behoudens andersluidende beslissing van de algemene vergadering. Een uittredend bestuurder kan zijn functie verder zetten tot de eerstvolgende gewone of buitengewone algemene vergadering. De voorstellen tot het ambt van bestuurder moeten op de maatschappelijke zetel toekomen ten laatste acht dagen vóór de datum vastgesteld voor de algemene vergadering die tot de benoemingen moet overgaan. Kunnen de in vorige alinea s geformuleerde regels geen toepassing vinden, dan duidt de algemene vergadering een nieuw lid van de raad van bestuur aan. De leden die de leeftijd van vijfenzestig jaar bereikt hebben, kunnen zich geen kandidaat stellen voor het ambt van bestuurder. Nochtans zal een bestuurder in functie die de vijfenzestig jaar overschreden heeft, zijn functie in dezelfde hoedanigheid verder zetten tot de eerstvolgende gewone algemene vergadering. Een afgevaardigde van elke vakbond die de werknemers in de binnenvaartsector vertegenwoordigt in het paritair comité voor de binnenscheepvaart mag de vergadering van de raad van bestuur bijwonen met raadgevende stem. Artikel 21 De raad van bestuur kiest onder zijn leden een voorzitter en twee ondervoorzitters en benoemt een penningmeester. De voorzitter, gekozen onder de leden die voorgedragen werden door de federale minister die de mobiliteit, in zijn bevoegdheid heeft, draagt de titel van voorzitter van de vereniging. De ondervoorzitters worden gekozen onder de leden die voorgedragen werden door de beroepsorganisaties van vervoerders van goederen langs de waterweg. De penningmeester wordt gekozen onder de leden voorgedragen door de federale minister die de mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft. Het secretariaat wordt 55

58 waargenomen door een personeelslid van de vereniging. Artikel 22 De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide bevoegdheid om alle daden van bestuur en alle daden van beschikking te stellen die de vereniging aanbelangen en niet uitdrukkelijk door de wet of door de statuten aan de algemene vergadering zijn voorbehouden. De raad van bestuur kan, op eigen gezag, tot alle verrichtingen beslissen die, overeenkomstig de termen van het artikel drie der onderhavige statuten, onder het maatschappelijk doel vallen. Hij benoemt en ontslaat het personeel van de vereniging en stelt hun bevoegdheden en bezoldigingen vast. De raad van bestuur draagt de kandidaat-bestuurders voor bij de algemene vergadering. Artikel 23 De bestuurders gaan geen enkele persoonlijke verbintenis aan betreffende de verplichtingen van de vereniging. Hun aansprakelijkheid is beperkt tot de uitvoering van de ontvangen opdracht. Artikel 24 De raad vergadert op initiatief van de voorzitter of op aanvraag van twee bestuurders, en ten minste om de twee maanden, behalve gedurende de maanden juli en augustus, bij middel van een aan de persoon of aan de woonplaats af te geven of te bestellen bericht, in de vorm zoals die door de raad wordt bepaald. De vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter of, bij ontstentenis, door de aanwezige ondervoorzitter die de meeste dienstjaren in die hoedanigheid heeft. Artikel 25 Ieder bestuurder kan zich laten vertegenwoordigen door één van zijn collega s, zo deze drager is van een geschreven volmacht. Geen enkel bestuurder mag drager zijn van meer dan één volmacht. Artikel 26 De raad van bestuur beraadslaagt slechts geldig indien de meerderheid der bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien deze voorwaarde niet is vervuld, zal een nieuwe vergadering, die minstens vijf dagen vooraf wordt bijeengeroepen, geldig beraadslagen, welk ook het getal weze van de aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders, met dien verstande dat minstens 5 bestuurders moeten aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Artikel 27 Ieder bestuurder beschikt over één stem. De beslissingen van de raad van bestuur worden bij eenvoudige meerderheid van stemmen genomen, onverminderd de toepassing van artikel zeven, laatste lid, van onderhavige statuten. Bij staking van stemmen is deze van de fungerende voorzitter beslissend. Artikel 28 De beraadslagingen en de beslissingen van de raad van bestuur worden ingeschreven in een register der verslagen, dat door de fungerende voorzitter en secretaris wordt getekend. Door de leden en de bestuurders kan ten maatschappelijke zetel en zonder verplaatsing kennis worden genomen van alle notulen en beslissingen van de raad van bestuur, evenals van alle boekhoudkundige stukken van de vereniging, onder controle van de commissarissen indien benoemd door de algemene vergadering. Artikel 29 De raad van bestuur draagt het dagelijks bestuur, met gebruik van de maatschappelijke handtekening hieraan verbonden, over aan een directeur, personeelslid van de vereniging bijgestaan door een directiecomité. Het directiecomité bestaat uit de voorzitter, de penningmeester en de twee ondervoorzitters van de vereniging. De leden van het directiecomité treden als college op. De directeur geeft ter zitting aan de raad van bestuur rekening over de uitvoering van zijn opdracht. Artikel 3 De mandaten van bestuurder worden kosteloos waargenomen. Nochtans kunnen vergoedingen toegekend worden, waarvan het bedrag door de raad van bestuur wordt vastgesteld. De raad van bestuur stelt de bijzondere vergoedingen vast van de leden van het directiecomité. Artikel 31 Alle akten, die de vereniging binden, behalve die van het dagelijks bestuur, worden door de voorzitter of, bij zijn afwezigheid, door één ondervoorzitter en de directeur getekend, behoudens bijzonder beding van de raad van bestuur. De rechtsvorderingen worden, zowel als eiser of verweerder, door de raad van bestuur namens de vereniging gevoerd, op vervolging en ten verzoeke van de voorzitter of van de directeur daartoe gemachtigd. De daden van dagelijks bestuur en van inwendige orde, de lopende briefwisseling, de ontvangstbewijzen en kwitanties worden door de directeur getekend, zonder dat deze tegenover derden een voorafgaandelijke beslissing van de raad van bestuur dient te bewijzen. Voor de financiële verrichtingen boven een door de raad van bestuur bepaald bedrag zijn de handtekeningen nodig van de penningmeester, en van een ander lid van het directiecomité. Zij informeren het directiecomité hiervan op de eerstvolgende zitting van dit orgaan. 56

59 IX. Statuten TITEL VI - Begrotingen, rekeningen, verslag Artikel 32 Het maatschappelijk jaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december. De rekening van ontvangsten en uitgaven van het verlopen dienstjaar wordt afgesloten en de begroting van het komende jaar vastgesteld. Beide worden ter goedkeuring aan de gewone algemene vergadering voorgelegd, evenals het activiteitsverslag en het ontworpen werkprogramma. Artikel 33 De controle op de financiële toestand, de jaarrekeningen en de regelmatigheid van de verrichtingen weergegeven in de jaarrekeningen kan opgedragen worden aan één of meer commissarissen die dan aangesteld worden door de algemene vergadering. De commissarissen worden door de algemene vergadering benoemd onder de leden, natuurlijke personen of rechtspersonen, van het Instituut van bedrijfsrevisoren. De algemene vergadering stelt de bezoldiging vast. De commissarissen zijn belast met de controle van de rekeningen. Teneinde hun opdracht te vervullen, mogen zij op de zetel van de vereniging inzage nemen van de boeken, de briefwisseling, de notulen en, in het algemeen, van alle geschriften van de vereniging. Hun mandaat kan worden herroepen door de algemene vergadering met eenvoudige meerderheid van stemmen. Indien geen commissarissen worden benoemd, zal de algemene vergadering twee toezichthouders op de rekeningen aanduiden, voorgedragen door de raad van bestuur, waarvan de ene op voorstel van de federale Minister die de mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft en de andere op voorstel van de beroepsorganisaties van vervoerders van goederen langs de waterweg. De toezichthouders op de rekeningen worden voor een termijn van drie jaar benoemd. Zij zijn herkiesbaar. Hun mandaat kan worden herroepen door de algemene vergadering met eenvoudige meerderheid van stemmen. De toezichthouders op de rekeningen zijn, zonder tussenkomst in het bestuur, belast met het toezicht op en de controle van de boekhouding. Zij mogen, zonder verplaatsing, kennis nemen van al de boekhoudkundige stukken. Zij krijgen de rekeningen medegedeeld één maand vóór de algemene vergadering en brengen verslag uit. De algemene vergadering stelt de bezoldiging vast. Artikel 34 De raad van bestuur legt jaarlijks de jaarrekening van het voorbije boekjaar, alsook de begroting voor het volgende boekjaar, ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering, die kwijting geeft aan de bestuurders, aan de commissarissen of aan de toezichthouders op de rekeningen. De raad van bestuur bezorgt jaarlijks, na de algemene vergadering, aan de ministers die de mobiliteit in hun bevoegdheid hebben het activiteitsverslag van de vereniging van het verlopen jaar, het werkprogramma van het lopend jaar en het verslag van de commissarissen of de toezichthouders op de rekeningen. TITEL VII - Wijziging der statuten Artikel 35 Ieder voorstel tot wijziging der statuten, hetzij door de raad van bestuur, hetzij door ten minste één vijfde der werkende leden ingeschreven in het ledenregister, zal per brief aan de leden worden medegedeeld ten minste acht dagen vóór de datum van de buitengewone algemene vergadering. TITEL VII - Ontbinding, bestemming der goederen Artikel 36 In geval van ontbinding van de vereniging, zal de algemene vergadering die haar uitgesproken of vastgesteld heeft, de vereffenaars benoemen en hun bevoegdheden bepalen, alsmede de bestemming van het netto-actief bepalen Artikel 37 Al waarin niet voorzien is in onderhavige statuten wordt geregeld door de bepalingen van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen, zoals gewijzigd door de wetten van 2 mei 22, 16 januari 23 en 9 juli 24. Onderhavige statuten vervangen de statuten gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 9 april 197 met navolgende wijzigingen. Gedaan te Brussel, 19 juni 215 in drie originele exemplaren. K. VAN DEN BORRE, H. VERSCHUEREN, Afgevaardigd bestuurder Voorzitter. 57

60 58