Gebruikershandleiding AthleticsManager 2012 (Nederlands) Hans Broeckx

Transcriptie

1 Hans Broeckx 20 november 2012

2 Voorwoord Welkom bij de AthleticsManager gebruikershandleiding. [PDF] Wij raden u aan om eerst rustig doorheen de handleiding te bladeren, om zo een initieel idee te krijgen van hoe dit document gestructureerd is. Dit omdat we onmogelijk alle details tegelijk kunnen uitleggen. Alle afbeeldingen zijn voorbeelden, de geleverde versie van de applicatie kan verschillend zijn dan diegene dat weergeven wordt in deze handleiding, afhankelijk van besturingssysteem en versienummer van AthleticsManager. Informeer uzelf alvorens een product aan te kopen. AthleticsManager steunt op de producten PostgreSQL en LibreOffice, eigendom van respectievelijk PostgreSQL Global Development Group en The Document Foundation. AthleticsManager gebruikt iconen van de Silk en Fugue icon sets. Als u, na het lezen van dit document, nog verdere vragen hebt in verband met de werking of bediening van dit of andere TimeTronics apparatuur, gelieve dan uw locale distributeur van TimeTronics te contacteren. Dit kan direct via info@timetronics.be, of bel ons op Ook als u opmerkingen of advies heeft over deze handleiding kan u ons via vorige contactgegevens bereiken. Veel succes met AthleticsManager en hartelijk dank voor uw vertrouwen in de TimeTronics producten en diensten. - De auteurs. 1

3 Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Situering Gebruikte terminologie Omvang van de applicatie Overzicht van de interface elementen Afdrukdialoogvensters In-applicatie help Applicatie instellen Set-up Reservekopies maken of inladen Modelwedstrijd laden Gebruikersprofielen Interface aanpassen Voorbereidende administratie Wedstrijdeigenschappen Onderdelen van een wedstrijd Deelnames Reeksindeling Wedstrijdbestand migreren Administratie tijdens de wedstrijd Startetiketten afdrukken Prestaties ingeven Puntentelling

4 4.4 Kwalificatierondes Globale instellingen Onderdeeltypes Categorieën Verenigingen Puntentelling Correctiefactoren Gebruikers Addendum 55 Lijst van figuren Index

5 Hoofdstuk 1 Inleiding De administratie bij een atletiekwedstrijd kan al snel zeer uitgebreid worden. Om dit te vereenvoudigen, werd in 1995 een eerste versie van de computerapplicatie AthleticsManager ontwikkeld. Ondertussen is de applicatie volledig van nul herschreven, om nog optimaler, sneller en handiger atletiekadministratie mogelijk te maken voor u. Deze handleiding begint met de verschillende stappen die u moet ondernemen om AthleticsManager gebruiksklaar te maken. Vervolgens komt de voorbereidende administratie aan bod, waarin u de wedstrijd correct instelt en leert onderdelen aanmaken. In het daaropvolgende hoofdstuk leert u hoe u gemakkelijk deelnemers kan toevoegen aan de wedstrijd, en hoe u resultaten van de wedstrijd kan ingeven. Ter voorbereiding van deze taken, krijgt u in de inleiding een situering tussen andere TimeTronics producten, een blik op de gebruikte termen in AthleticsManager, de omvang van de applicatie, en een kort overzicht van de belangrijkste interface-elementen. 4

6 1.1 Situering AthleticsManager 2012 kan data ontvangen van andere TimeTronics producten, zoals MacFinish. Deze data wordt verwerkt en opgeslagen via AthleticsManager 2012, en kan daarna nog weergeven worden op allerlei uitvoer-apparaten, zoals ScoreBoard, WebSite, enz. Figuur 1.1: Data van invoerapparatuur (links) wordt ingevoerd, verwerkt door AthleticsManager (midden) en kan zo verder naar uitvoerapparatuur (rechts). 5

7 1.2 Gebruikte terminologie Terminologie is zeer belangrijk bij het verwerken van grote hoeveelheden data. Figuur 1.2 zou een uitleg moeten bieden van welke termen de AthleticsManager intern gebruikt en hoe deze onderling gestructureerd zijn. AthleticsManager is een Vlaams product, en dus kan u soms in de applicatie wel eens een verwijzing naar een Vlaamse term vinden. Onderstaande tabel moet daarom duidelijkheid bieden, terwijl wij de vertaling vervolledigen. Vlaams Nederlands Omschrijving Competitie Wedstrijd Verzameling van proeven / onderdelen. Proef Onderdeel Deel van een wedstrijd waaraan atleten kunnen deelnemen. Meerkamp Meerkamp Verzameling van kampproeven / technische onderdelen. Reeks Serie Verzameling van atleten die eenzelfde koers lopen. Groep Groep Verzameling van atleten die eenzelfde kampproef / technisch onderdeel uitvoeren OF verzameling van ploegen. Club Vereniging Organisatie van atleten OF groepering van atleten uit eenzelfde regio. Ploeg Ploeg Samenstelling van meerdere atleten van eenzelfde of verschillende verenigingen. Sessie Sessie Logische onderverdeling van proeven / onderdelen in een competitie / wedstrijd. Categorie Categorie Klassering van een atleet OF klassering van een deelname OF klassering van een proef / onderdeel. Tabel 1.1: Vertaling Vlaamse-Nederlandse termen. 6

8 1.3 Omvang van de applicatie AthleticsManager draait om het beheer van een enkele wedstrijd, door manipulatie van haar proeven, en onderverdeling in sessies, categorieën, series, groepen en ploegen. De blauwe kader met dikke rand in figuur 1.2 duidt aan welke atletiekelementen aan bod komen in AthleticsManager. Figuur 1.2: Terminologie en structuur binnen AthleticsManager. 7

9 1.4 Overzicht van de interface elementen De interface van AthleticsManager bestaat uit 5 grote interface elementen: de superuser balk, het atletenpaneel, het onderdelenpaneel, het ploegenpaneel en de onderdelenbeheerder (zie figuur 1.3). Figuur 1.3: Elementen van de AthleticsManager interface. Opgelet: De interface kan op uw systeem anders ingedeeld zijn, maar al deze interface elementen zijn aanwezig. 1.5 Afdrukdialoogvensters Doorheen het programma staan knoppen om de overeenkomstige lijst af te drukken. Hiervoor opent een speciaal afdrukvenster met enkele instellingen specifiek voor AthleticsManager. Afhankelijk van wat u gaat afdrukken, kunnen de instellingen verschillen. 8

10 Figuur 1.4: Een voorbeeld van een afdrukdialoogvenster. Template De print template die u wenst te gebruiken voor deze afdruk. In de toekomst kan u zelf eigen printtemplates aanmaken om het uitzicht van de afdrukken aan te passen naar wens. Vink toon alle templates aan om alle geïnstalleerde printtemplates te tonen, niet enkel de compatibele. Instellingen Ronde Kies de ronde die u wenst af te drukken. Instellingen Heat Kies de serie/groep die u wenst af te drukken. Instellingen Sessie De sessie die u wenst af te drukken. Instellingen Sorteren op Op welk veld u de lijst wenst te sorteren. Genereren naar dit bestand Locatie van het bestand dat gegenereerd wordt. Bij het afdrukken zal de data op de juiste plaatsen ingevuld worden in de print template, wat resulteert in een nieuw bestand dat u hier aanwijst. Printers Een overzicht van printers waarnaar u wenst af te drukken. Gebruik de knoppen rechtsboven de lijst om printers toe te voegen of te verwijderen. Ook het aantal kopies kan u instellen. 1.6 In-applicatie help Dit helpdocument is beschikbaar als PDF-bestand, maar ook als help in de applicatie zelf. U kan de help oproepen m.b.v. de [F1]-toets. De handleiding wordt vervolgens geopend. Het interfaceonderdeel onder de muiscursor bepaalt welk helponderwerp van de documentatie wordt geopend. Als er geen helponderwerp kan worden gevonden voor het interfaceonderdeel onder de muiscursor, zal de startpagina van de handleiding worden geopend. Alternatief kan de handleiding geopend worden via het menu Help. 9

11 Hoofdstuk 2 Applicatie instellen Om AthleticsManager gebruiksklaar te maken, moeten er eerst enkele eenvoudige installatie-stappen gevolgd worden. Vervolgens heeft de applicatie een verbinding nodig met een AthleticsManager database, en daarbij horen correct ingestelde gebruikersprofielen. 10

12 2.1 Set-up Systeemvereisten Minimum specificaties: Besturingssysteem Processor Geheugen Harde schijf Schermgrootte Windows XP SP3 of recenter* Single Core (1 GHz) 512 MB RAM 16 GB 15,4 (800 x 600 px) Aangeraden specificaties: Besturingssysteem Processor Geheugen Harde schijf Schermgrootte Windows XP SP3 of recenter* Dual Core (2 GHz) 2 GB RAM (800 MHz) 100 GB SATA (7200 rpm) 15,4 (1280 x 1024 px) Ideale specificaties: Besturingssysteem Processor Geheugen Harde schijf Schermgrootte Windows 7 (Professional of Ultimate)* Quad Core (2,4 GHz) 4 GB DDR3 RAM (1333 MHz) 100 GB SSD 17 (1280 x 1024 px) *) AthleticsManager is een 32-bits toepassing, maar werkt ook op een 64-bits platform Software installatie De AthleticsManager installatie is verpakt in een gearchiveerd ZIP-bestand. U dient deze eerst uit te pakken. Dit gaat binnen Windows door rechts te klikken op het ZIP-bestand, en vervolgens Uitpakken te klikken. Na de stappen gevolgd te hebben, navigeert u naar de map waar de bestanden zijn uitgepakt. U vindt hier een bestand AMInstaller.exe. Dubbelklik op dit bestand om de installatie te starten (administrator rechten nodig). Er opent zich een nieuw venster, waarin u kan kiezen welke applicaties u precies wenst te installeren. De AthleticsManager Server moet slechts op één computer staan. Hierdoor wordt ook automatisch de PostgreSQL database software geselecteerd voor installatie. De AthleticsManager Client kan op meerdere computers geïnstalleerd worden, zolang die verbonden zijn met een AthleticsManager Server over een netwerk. Indien u wenst af te drukken, selecteert u hier ook LibreOffice voor installatie. Volg de verdere installatie stappen, en accepteer de licentie-overeenkomst. Een licentiecode ingeven doet u in de AthleticsManager Server. Laadt eerst een modelwedstrijd (zie sectie 2.3 Modelwedstrijd laden), en geef dan een licentiecode in. Dit is omdat de licentiecodes gelinkt zijn met gegevens uit de database. Kan de licentiecode niet gevonden worden, dan kleurt het veld rood. 11

13 De PostgreSQL installatie maakt een nieuwe gebruiker postgres aan op uw systeem. Dit gebeurt zodat de meeste PostgreSQL-processen in userspace kunnen draaien, wat de veiligheid van de database bevordert tegen hackeraanvallen en dergelijke. Op 32-bits systemen zal deze gebruiker niet zichtbaar zijn voor u. Voor 64-bits systemen moet u even het bestandje hide postgres.reg starten (door dubbelklikken), dat u kan vinden in de map README voor win7 64bit (dit wordt ook aangegeven in de installer). Nota: PostgreSQL en LibreOffice zijn beide geen producten van TimeTronics. Wij zijn niet verantwoordelijk voor eventuele interne software problemen die voorkomen met PostgreSQL of LibreOffice Database De AthleticsManager database kan automatisch mee worden geïnstalleerd bij installatie van de server. Zorg dat de database draait bij het starten van AthleticsManager Client. U kan de database starten of stoppen met behulp van de AthleticsManager Server (als administrator). Nota: De database kan manueel leeggemaakt worden met de AthleticsManager Client, door het menu-item Leegmaken in het menu Bestand Firewall De clients authenticeren zich eerst bij de server, en kunnen dan pas communiceren met de database van de PostgreSQL Server. In Windows krijgt u bij het starten van een van deze applicaties mogelijk een melding van Windows Firewall. Klik gewoon op Toegang toestaan, dan komen de juiste firewall regels in de Windows Firewall te staan. Ook bij andere firewalls komt er, na het initieel starten van AthleticsManager (server en client), vaak een melding over het vragen van toegangsrechten. Die mag u toelaten. Krijgt u geen melding, dan kan u de juiste instellingen nog manueel ingeven. Raadpleeg daarvoor de handleiding van uw firewallsoftware. Ter volledigheid staan in tabel 2.1 de instellingen die nodig zijn voor AthleticsManager om correct te werken. De schuingedrukte instellingen zijn standaard op de meeste firewalls en moeten wellicht niet ingesteld worden. Programma Protocol / Poort Richting AthleticsManager Server UDP/1217 In AthleticsManager Client UDP/1218 In PostgreSQL TCP/5432 In AthleticsManager Server */* Out AthleticsManager Client */* Out PostgreSQL */* Out Tabel 2.1: Vereiste firewall instellingen voor AthleticsManager Client/server omgeving De server applicatie zorgt voor het rechtstreekse verkeer met de database. Meerdere clients (zowel AthleticsManager Client als bijvoorbeeld MacFinish) communiceren met de AthleticsManager Server voor gegevens. Deze communicatie gebeurt over een lokaal netwerk. Als alle software op eenzelfde systeem staat, dan is een netwerk 12

14 niet nodig, en communiceert de software via de loopback interface (IP ). Verder toont de server applicatie de status van de AthleticsManager database service. Indien actief, kan de AthleticsManager database snel en gemakkelijk gebackupt en hersteld worden (bestandsformaat.amb). Door minimaliseren blijft de server applicatie actief in het systeemvak. Omdat de server applicatie de achterliggende database beheert, heeft deze applicatie administrator rechten nodig. Normaal is dit al correct ingesteld bij de installatie, maar zo niet kan u dit zelf gemakkelijk instellen. Rechtsklik op een AthleticsManager Server snelkoppeling (bijvoorbeeld op uw bureaublad), en vervolgens Eigenschappen te kiezen. Klik vervolgens op de knop Geavanceerd en vink Uitvoeren als administrator aan. Druk op OK in alle vensters die u net geopend hebt. De client applicatie werkt door eenvoudigweg een server te kiezen uit de combobox, of rechtstreeks met de database te verbinden (geavanceerde login gegevens). U kan de lijst met servers updaten door op [F5] te drukken. Meerdere clients zijn mogelijk. Deze kunnen dan communiceren met de server over een computernetwerk, naar poort 5432 van de server waar AthleticsManager Server (en dus PostgreSQL) geïnstalleerd is Internetverbinding Soms kan het wel voorvallen dat de client, ondanks alle juiste instellingen, toch niet offline wil verbinden met de server. Vooral op Windows XP systemen kan dit wel eens voorvallen. Wellicht ligt dan de oorzaak bij het feit dat PostgreSQL geen poort kan reserveren op de loopback interface. Dit heeft twee mogelijke oorzaken: ofwel blokkeert een andere applicatie (of andere instantie van PostgreSQL) deze poort, ofwel kan PostgreSQL gewoon geen loopback adapter vinden. Voor beide problemen bestaat een oplossing. Poort geblokkeerd Dit kan u herkennen op deze manier: Open het startmenu; (enkel Windows XP en vroeger) klik op Uitvoeren; in het invoerveld, typ cmd in; typ vervolgens netstat en druk op [Enter]; bekijk de output die daar staat. Als er ergens in de eerste kolom een optie eindigt met :5432, dan is de poort bezet door een ander proces, wellicht een overgebleven postgres.exe. Het geopende venster mag u sluiten. Om het andere proces te stoppen: Open het taakbeheer ([Ctrl]+[Alt]+[Del] en Taakbeheer kiezen, of rechtstreeks [Ctrl]+[Shift]+[Esc]); ga naar het tabblad Processen en zoek in de lijst naar postgres.exe ; selecteer dit proces en klik op Proces beïndigen; (herhaal de vorige stap voor eventuele extra bestaande postgres.exe processen). Probeer nu opnieuw de database service te starten in AthleticsManager Server. Geen loopback adapter U kan zelf een loopbackadapter aanmaken. Voor Windows XP, volg deze gids: (Engels). Voor recentere Windows versies: Open het apparaatbeheer (het startmenu openen en vervolgens Apparaatbeheer typen in de zoekbalk); rechtsklik op uw computernaam (eerste optie) en kies de tweede optie om hardware toe te voegen; 13

15 volg vervolgens vanaf stap 7 uit de Windows XP gids ( Na aanmaken van deze nieuwe loopbackadapter, zou er na een tijdje (± 2 minuten) automatisch een IP adres moeten toegekend worden. Herstart vervolgens de PostgreSQL database service via AthleticsManager Server. U zou nu kunnen moeten verbinden. Kan u nog steeds niet verbinden, dan geeft u aan de loopback adapter manueel een willekeurig IP adres, subnet masker en standaardgateway in (bijvoorbeeld , , ). Vraag eventueel raad aan een IT er in uw buurt om het IP adres manueel in te stellen, of contacteer onze helpdesk. Herstart daarna de database service Software verwijderen Om AthleticsManager (Server en Client) te verwijderen, kan u gebruik maken van de standaard Windows functionaliteit in verband met programmabeheer in het configuratiescherm. Ook PostgreSQL en LibreOffice kunnen op deze manier verwijderd worden. 2.2 Reservekopies maken of inladen Met behulp van de server kan u reservekopies maken, en nadien (eventueel op een ander systeem) terug inladen. De knoppen in het servervenster zouden voor zich moeten spreken. Opgelet: In versies van AthleticsManager vóór , kon het voorvallen dat backups naar een extern apparaat (zoals een USB stick) mislukten en corrupt geraakten. Controleer steeds dat uw reservekopie rond de 8 MB in bestandsgrootte is. 2.3 Modelwedstrijd laden Elke wedstrijd is anders, maar de regels voor een wedstrijd blijven min of meer hetzelfde. Daarom wordt de mogelijkheid gegeven een modelwedstrijd in te laden. Dit zijn reeds ingestelde wedstrijden zonder deelnemers, maar met de correcte regels, onderdelen en eigenschappen, alsook een database met atleten en atletiekverenigingen. Bij het laden van een modelwedstrijd, wordt de huidige database overschreven. Als u de huidige wedstrijd wilt bewaren, maakt u gebruik van de backup/herstel functionaliteit in de server applicatie. Om een modelwedstrijd te laden, opent u de server applicatie, en klikt u op laad een modelwedstrijd. Kies een wedstrijd, en druk op OK. 2.4 Gebruikersprofielen Sinds versie van AthleticsManager wordt er gewerkt met gebruikersprofielen. Een gebruikersprofiel is een combinatie van een profielnaam, een wachtwoord en een verzameling van rechten tot bepaalde functionaliteiten in het programma. Standaard zijn er drie gebruikers. Profielnaam Standaard Rechtenomschrijving wachtwoord superuser superuser Alle rechten. advanced user advanced Kan wedstrijd beheren, maar geen globale instellingen aanpassen. beginner user Kan enkel resultaten aanpassen. 14

16 Deze drie gebruikersprofielen zijn altijd aanwezig en kunnen niet worden verwijderd. Het wachtwoord voor de ingelogde gebruiker kan worden gewijzigd via het info-venster te vinden in het menu Help > Info. Het is aangeraden deze wachtwoorden te wijzigen. Profielen en hun wachtwoorden worden mee opgeslagen in een reservekopie. Nieuwe gebruikersprofielen kunnen worden aangemaakt door superusers via de knop Gebruikers in de superuser balk. Meer info hierover vindt u in sectie 5.6 Gebruikers. 2.5 Interface aanpassen U kan de interface van de client applicatie sterk aanpassen, door het verplaatsen van de panelen. Met een paneel wordt bedoeld: een groepering van interface-elementen die allen vastzitten aan eenzelfde vlak, bijvoorbeeld: het atletenpaneel, het ploegenpaneel, enz. Een paneel kan men verplaatsen van locatie door het te slepen naar de gewenste locatie. Alle panelen zijn ook schaalbaar, door de randen van een paneel te verslepen. Als laatste mogelijkheid, kan men de panelen groeperen door ze over elkaar te slepen. U kan vervolgens wisselen tussen gegroepeerde panelen, door op de gewenste tab te klikken. Panelen kan u verbergen en weergeven door het menu Venster > Panelen en een van de panelen aan of uit te vinken (respectievelijk weergeven en verbergen van dat paneel). De onderdeelbeheerder en de superuser balk zijn uitzonderingen op deze regel. De onderdeelbeheerder is namelijk altijd zichtbaar, terwijl de superuser balk zichtbaar is te maken via een rechtsklik op de menubalk en Superuser aan te vinken. Er bestaan verschillende soorten panelen, met elk hun functie en eigen manier om te verplaatsen: De meest voorkomende panelen kan u verplaatsen door te beginnen met slepen aan de bovenkant van het paneel (figuur 2.1), en vervolgens het paneel te slepen naar een locatie naar wens in de applicatie (figuur 2.2). De superuser balk is een speciaal soort paneel dat te verplaatsen valt door links te beginnen met slepen, en dit paneel kan enkel bovenaan of onderaan de applicatie geplaatst worden (figuren 2.3 en 2.4). De onderdeelbeheerder is een automatisch aanpassend paneel. Afhankelijk van de locaties van de andere panelen, zal dit paneel steeds de overgebleven ruimte bezetten (figuur 2.5). 15

17 Figuur 2.1: Beginnen met slepen van bv. het atletenpaneel. Figuur 2.2: paneel. Mogelijke eindlocaties van een Figuur 2.3: Beginnen met slepen van de superuser balk. Figuur 2.4: Mogelijke locaties van de superuser balk (blauw en groen). Figuur 2.5: Een mogelijke locatie van de onderdeelbeheerder (blauw). 16

18 Nog een andere mogelijkheid van aanpassing ligt in het verbergen/weergeven van bepaalde kolommen. AthleticsManager bevat heel wat tabellen, waardoor er soms net iets teveel data beschikbaar is. In dat geval kan u rechtsklikken op de hoofding van een kolom, en kiezen welke kolommen u zichtbaar wilt hebben (aangevinkt) en welke u wilt verbergen (weggevinkt). Figuur 2.6: Mogelijke kolommen in het startlijsten tabblad. 17

19 Hoofdstuk 3 Voorbereidende administratie Vooraleer u in een wedstrijd gegevens kunt gaan opnemen, moeten eerst heel wat eigenschappen vastgelegd worden. Bij het gebruik van modelwedstrijden zouden alle instellingen voor u al goed moeten staan. Extra controle kan echter nooit geen kwaad. De wedstrijdeigenschappen zijn de specifieke opties van uw wedstrijd, waarbij standaardeigenschappen kan vastleggen, die worden opgenomen in nieuw aangemaakte onderdelen. Na dat alle onderdelen zijn toegevoegd en de juiste eigenschappen hebben, kan u beginnen met het verwerken van de inschrijvingen. U voegt atleten, al dan niet in ploegen, toe als deelnemer van één of meerdere onderdelen. 18

20 3.1 Wedstrijdeigenschappen We definiëren een wedstrijd als een verzameling van allerlei onderdelen over een specifieke tijdspanne. Dit gebruiken we als startpunt voor atletiekadministratie. De wedstrijdeigenschappen zijn te openen door op de knop Bewerk deze wedstrijd te klikken (in het atletenpaneel, naast de naam van de wedstrijd, aangeduid met een potloodicoontje). Een nieuw venster met 6 tabbladen verschijnt op het scherm Algemeen Het tabblad Algemeen bevat een oplijsting van algemene eigenschappen. Figuur 3.1: Algemene eigenschappen van een wedstrijd. Naam De naam die u deze wedstrijd wenst te geven. (verplicht) Federatie De federatie waartoe deze wedstrijd hoort. (verplicht) Land Het land waar deze wedstrijd doorgaat. (verplicht) Plaats De plaats waar deze wedstrijd doorgaat. Code Een code die men aan deze wedstrijd geeft, bijvoorbeeld de wedstrijdcode van de federatie, een internationale aanduidingscode, enz. Type locatie Definieert of dit een Outdoor, Indoor of Buiten station-wedstrijd is. Data De start- en einddatum van de wedstrijd. Het invoerformaat is afhankelijk van uw systeeminstellingen. Door te klikken, verschijnt een pop-upkalender om gemakkelijk een datum te kiezen. (verplicht) Info Varia informatie die u nog mee wenst op te slagen, bijvoorbeeld een omschrijving van de wedstrijd. 19

21 3.1.2 Sessies Bij grote wedstrijden is het vaak onhandig om een enkel onderdeel te zoeken in een lijst met alle onderdelen van alle dagen en alle deelnamecategorieën. Daarom werd het concept van sessies ingevoerd in AthleticsManager. In feite is een sessie niets meer dan een logische opdeling van de onderdelen in de wedstrijd. Sessies hebben geen invloed op de puntentelling. Enkele voorbeelden hoe men wedstrijden kan indelen in sessies: Een wedstrijd voor mannen en vrouwen, kan worden opgedeeld in twee sessies: Mannen en Vrouwen. Een wedstrijd over twee dagen, kan worden opgedeeld in twee sessies: Wedstrijddag 1 en Wedstrijddag 2. Een wedstrijd voor twee categorieën (bv. Junioren C en Junioren D junioren C en D), kan worden opgedeeld in twee sessies: Een wedstrijd over twee dagen, voor twee categorieën (bv. junioren C en D), opgedeeld per geslacht, kan worden opgedeeld in acht sessies: JC-D1, JC-D2, MC-D1, MC-D2, JD-D1, JD-D2, MD-D1 en MD-D2. De keuze is geheel aan u. In de modeldocumenten staan sessies al ingevuld, op een manier die volgens onze mening het optimaalste is voor die wedstrijd. Figuur 3.2: Sessies van een wedstrijd bewerken. Sessies Een lijst met sessies voor deze wedstrijd. U kan sessies toevoegen en verwijderen m.b.v. de knoppen onderaan. Sessie info Naam De naam van de betreffende sessie. Laat dit niet leeg! (verplicht) Sessie info Datum De datum wanneer deze sessie begint. Dit is belangrijk als wedstrijden over meerdere dagen verlopen, en u de wedstrijd opdeelt in sessies volgens datum. Het is deze waarde die wordt gebruikt in de printtemplates. (verplicht) 20

22 Sessie info Tijd Het tijdstip wanneer deze sessie begint. (verplicht) Nota: Let op dat er in de lijst geen sessies staan met een lege naam. Die kan u herkennen door net onder de laatste opgelijste sessie te klikken, of als er een leeg veld tussen twee sessies zichtbaar is. Selecteer in dat geval de betreffende sessie, en verwijder die, aangezien het verwarrend kan zijn als er in het onderdelenpaneel een lege sessie is geselecteerd, en zo geen onderdelen worden opgelijst Aanmeldkamers Een optionele, voorlopig louter administratieve functie in AthleticsManager, is het gebruik van aanmeldkamers. Vooraleer een onderdeel begint, kan een atleet zich daar aanmelden. In de toekomst kan u wellicht deze gegevens doorsturen naar een extern weergave-apparaat, zoals een scherm waarop atleten kunnen zien waar ze zich moeten aanmelden. Figuur 3.3: Enkele aanmeldkamers voor een wedstrijd. Aanmeldkamers Een lijst met aanmeldkamers voor deze wedstrijd. verwijderen m.b.v. de knoppen onderaan. U kan aanmeldkamers toevoegen en Aanmeldkamer info Naam De naam van de betreffende aanmeldkamer. (verplicht) Ploegen Voor wedstrijden in ploegverband, maakt u hier de ploegen aan. Hier dienen wel enkele richtlijnen in acht genomen te worden, om latere verwerking te vergemakkelijken. Een groep is een verzameling van ploegen. Groepen zijn, net zoals sessies, een louter logische onderverdeling, maar ditmaal van ploegen in plaats van onderdelen. Elke ploeg doe u aanmaakt, moét een groep hebben om mee te associëren. Wenst u geen aparte groepen te gebruiken, gebruik dan een generieke naam voor de groep (bijvoorbeeld een lege naam) en werk daarmee. 21

23 Een ploeg is niet altijd hetzelfde als een vereniging. Één vereniging kan namelijk meerdere ploegen uitzenden naar een wedstrijd. Daarom is het belangrijk om in de groepsnaam ook ergens een deelnamecategorie en eventueel zelfs een stijgend ploegnummer te verwerken. Dit wordt duidelijker in de voorbeelden. Een laatste belangrijk te vermelden optie is die van standaardcategorieën. Deze worden op twee manieren gebruikt: een juiste oplijsting van mogelijke onderdelen waaraan een atleet kan deelnemen, en automatische ploegtoewijzing van een atleet volgens vereniging en categorie. Dit wordt uitgelegd in de nota onderaan subsectie Atleten inschrijven bij een onderdeel. Figuur 3.4: Ploegen in een wedstrijd aanpassen. Groepen Een lijst met groepen voor deze wedstrijd. U kan groepen toevoegen en verwijderen m.b.v. de knoppen onderaan. Aantal punten in volgorde Het aantal punten dat de ploegen krijgen toegewezen, volgens plaats, vertrekkende van de eerste plaats, en onderscheiden door puntkomma s. Voorbeeld: 12;11;10;9;8. Bij gelijke stand neem Als er een gelijke stand voorkomt, moet dan het maximum of het gemiddelde van de punten geassocieerd met die plaatsen genomen worden. Voorbeeld: twee ploegen hebben alletwee plaats 2, dan wordt er ofwel 11 (maximum) of 10,5 (gemiddelde) gebruikt. Ploegen Een lijst met groepen voor deze wedstrijd. U kan ploegen toevoegen en verwijderen m.b.v. de knoppen onderaan. Ploeg info Naam De naam van de betreffende ploeg. Ploeg info Afkorting De afkorting die aan deze ploeg gegeven wordt. Ploeg info Info Extra veld waarin u informatie over de ploeg kwijt kunt, bijvoorbeeld een omschrijving van de ploeg. Ploeg info Code Identificatiecode voor bijvoorbeeld serie/groep-indeling. Wordt momenteel enkel gebruikt bij de methode NK Teams reeksindeling. Ploeg info Groep De groep waaraan deze ploeg toebehoord. 22

24 Ploeg info Standaard vereniging De vereniging van waar deze ploeg wordt uitgezonden. Als er in het Naam-veld een overeenkomst wordt gevonden met een gekende vereniging, wordt die hier automatisch geselecteerd. Ploeg info Standaard voor volgende categorieën Categorieën die leden van deze ploeg zouden moeten hebben. Vergeet na het selecteren niet op het plusknopje te klikken! Voorbeeld 1: Vereniging AV1 stuurt één gemengde ploeg uit van categorie junioren A. De wedstrijd bevat enkel junioren A s. De juiste opbouw is dan: Naam: AV1 Groep: junioren A Standaard vereniging: AV1 Standaard categorieën: junioren A jongens junioren A meisjes Voorbeeld 2: Vereniging AV2 stuurt twee ploegen uit van categorie junioren A. Jongens en meisjes apart. De wedstrijd bevat enkel junioren A s. De juiste opbouw is dan: Naam: AV2 Groep: junioren A jongens Standaard vereniging: AV2 Standaard categorieën: junioren A jongens Naam: AV2 Groep: junioren A meisjes Standaard vereniging: AV2 Standaard categorieën: junioren A meisjes 23

25 Voorbeeld 3: Vereniging AV3 stuurt vijf ploegen uit van categorie s junioren C/D. Jongens en meisjes apart, junioren meisjes D telt twee ploegen. De wedstrijd bevat dus zowel junioren C and D. De juiste opbouw is dan: Naam: AV3 JCJ Groep: junioren C jongens Standaard vereniging: AV3 Standaard categorieën: junioren C jongens Naam: AV3 JCM Groep: junioren C meisjes Standaard vereniging: AV3 Standaard categorieën: junioren C meisjes Naam: AV3 JDJ Groep: junioren D jongens Standaard vereniging: AV3 Standaard categorieën: junioren D jongens Naam: AV3 JDM 1 Groep: junioren D meisjes Standaard vereniging: AV3 Standaard categorieën: junioren D meisjes Naam: AV3 JDM 2 Groep: junioren D meisjes Standaard vereniging: AV3 Standaard categorieën: junioren D meisjes 24

26 3.1.5 Standaard instellingen De waardes in het tabblad Standaard instellingen worden gebruikt als voor-ingestelde eigenschappen bij het aanmaken van nieuwe onderdelen. Ze hebben dus geen effect op bestaande onderdelen. In andere woorden, de waardes die u hier instelt, worden gekopieerd naar de eigenschappen van nieuwe onderdelen, maar niet naar de bestaande. Deze standaard instellingen worden uitgebreid besproken in (zie sectie 3.2 Onderdelen van een wedstrijd). Figuur 3.5: Instellen van de eigenschappen voor toekomstige onderdelen. 25

27 3.1.6 Geavanceerd Het tabblad Geavanceerd bevat nog enkele varia opties die van toepassing zijn op de wedstrijd. Figuur 3.6: Geavanceerde eigenschappen van de wedstrijd. Maximum aantal deelnemers per ploeg in de hele wedstrijd Limiet voor aantal ploegleden die kunnen deelnemen aan de wedstrijd. (0 voor oneindig) Maximum aantal deelnemers per ploeg in één proef Limiet voor aantal ploegleden die kunnen deelnemen aan éénzelfde onderdeel. (0 voor oneindig) Maximum aantal proeven per deelnemer Limiet voor het aantal onderdelen waar éénzelfde deelnemer aan kan deelnemen. (0 voor oneindig) Standaard printformaat voor de naam van een deelnemer Bij het toevoegen van atleten als deelnemers, wordt hun weergavenaam aangepast naar dit formaat (voor afdrukken enz). Klik op de knoppen om te wisselen tussen variabele. Gebruik de tekstvelden om de scheidingen in te stellen (spaties, komma s, enz). 3.2 Onderdelen van een wedstrijd Een wedstrijd is opgebouwd uit een meervoud van onderdelen. Bij onderdelen kan men onderscheid maken tussen een enkel onderdeel (met bijvoorbeeld meerdere rondes) en een meerkamp, bestaande uit meerdere onderdelen (waarbij de rondes dan de individuele onderdelen zijn). Figuur 1.2 geeft aan hoe dit er intern aan 26

28 toe gaat in AthleticsManager. Dit is om de database optimaler te laten functioneren. Figuur 3.7: Het onderdelenpaneel met de lijst van onderdelen. De onderdelen van de wedstrijd kan u terugvinden in het onderdelenpaneel, dat altijd aanwezig is in de interface. De linkerknoppen in het onderdelenpaneel dienen voor manipulatie van de onderdelen. Hun functies zouden voor zich moeten spreken: Nieuw onderdeel, Onderdeeleigenschappen, Onderdeel openen (in de onderdelenbeheerder), Onderdeel verwijderen, Lijst met onderdelen afdrukken. Daarnaast volgen de wedstrijdknoppen, waar u al mee bekend bent. De tabel die daaronder staat, telt heel wat kolommen. Een uitleg: Nr Een administratief nummer van het onderdeel. Dit nummer is bedoeld als administratieve hulp, voor eenieder die betrokken is bij de uitvoering van de wedstrijd. Naam Het naam-veld bevat de naam van het onderdeel. Voor een enkelvoudig onderdeel met meerdere rondes staat tussen haakjes de rondenaam. Bij een meerkamp staat tussen haakjes de onderdeelnaam. Gepland Het tijdstip waarop dit onderdeel of deze ronde gepland staat. Officieel Het tijdstip waarop dit onderdeel of ronde officieel gemaakt werd. Sessie De sessie waarbij dit onderdeel thuishoort. Onderdeel Het onderdeel waaraan deze ronde thuishoort OF het meerkamp waaraan dit onderdeel thuishoort. Aantal deelnemers Het aantal deelnemers dat in dit onderdeel of deze ronde is ingeschreven. Aantal series Het aantal series bij looponderdelen of het aantal groepen bij technische onderdelen, waarin dit onderdeel of deze ronde is verdeeld. De achtergrondkleur van een rij symboliseert de status van het onderdeel of de ronde. Wit Wachten op deelnemers. Grijs Wachten op resultaten. Groen Resultaten zijn officieel. Rood Resultaten zijn gecorrigeerd na officieel maken. 27

29 Nota: Indien alle sessies weergeven worden, en er gesorteerd wordt op Gepland, dan wordt er eerst rekening gehouden met de datum en tijd van de sessies, en dan pas met de tijd van Gepland. Als u een nieuw onderdeel maakt, of een bestaand onderdeel bewerkt, opent er zich een venster met twee tabbladen Algemeen Het tabblad algemeen geldt voor alle types onderdelen en bevat algemene omschrijvingsvelden voor dit onderdeel. Figuur 3.8: Algemene eigenschappen van een onderdeel. Naam De naam van het onderdeel. (verplicht) Afkorting De afkorting van het onderdeel. Info Een infoveld voor het onderdeel. Dit veld kan bijvoorbeeld een omschrijving bevatten van het onderdeel. Type Het onderdeeltype. Deze lijst bevat alle onderdeeltypes die zijn gedefiniëerd in sectie 5.1 Onderdeeltypes. (verplicht) Categorieën De deelnamecategorieën waarvoor dit onderdeel bedoeld is. Hiermee kunnen foutieve deelnames sneller opgemerkt worden. Als er geen categorieën staan opgelijst, dan zijn alle categorieën geldig. Gebruik de checkboxes links van de combobox om de opgelijste categorieën te filteren. Nota: De checkboxen alle tonen voor zowel Type als Categorieën tonen of verbergen extra keuzes in de combobox er naast. 28

30 3.2.2 Rondes Bij een meerkamp bevat dit tabblad een lijst met technische onderdelen. In het andere geval zal u hier een lijst met rondes vinden. Standaard staat er één ronde gedefiniëerd: *. Dit is handig voor wedstrijden waarbij de onderdelen geen rondes hebben. In het andere geval, kan u hier rondes toevoegen, verwijderen en herordenen m.b.v. de knoppen onderaan de lijst met rondes. Per ronde kan u dan heel wat eigenschappen aanpassen (Details). Figuur 3.9: Rondes van een onderdeel aanpassen. Algemeen Naam De naam van de ronde. (verplicht) Algemeen Afkorting De afkorting van de ronde. Bij meerkampen wordt de afkorting gebruikt als hoofding in de resultatentabel. Algemeen Info Een infoveld voor de ronde. Dit veld kan bijvoorbeeld een omschrijving bevatten van de ronde, of de beginhoogte van het hoogspringen. Algemeen Sessie De sessie waarin deze ronde plaatsvindt. Deze lijst wordt opgevuld met de sessies gedefiniëerd in subsectie Sessies. (verplicht) Algemeen Starttijd De starttijd van deze ronde. Deze waarde wordt weergegeven in de lijst van onderdelen in het onderdelenpaneel. 29

31 Ploegen Max aantal deelnemers per ploeg Limiet voor het aantal ploegleden dat mag deelnemen aan dit onderdeel. Ploegen Aantal deelnemers voor puntentelling Limiet voor het aantal ploegleden waarvan hun punten zullen meetellen als ploegpunten. M.a.w.: de punten van de -n- hoogst scorende (volgens plaats of prestatie) deelnemers uit dezelfde ploeg tellen mee als ploegpunten. Ploegen Puntentellingsmethode De methode waarop ploegpunten worden berekend. op plaats: Ploegpunten worden toegekend volgens de waardes in het veld Aantal punten in volgorde en de gekozen optie Bij gelijke stand neem, in het tabblad Ploegen van de wedstrijdeigenschappen (zie Ploegen). op prestatie: Ploegpunten worden toegekend volgens de individuele punten, gebaseerd op de geleverde prestatie. Hierbij worden ook de eventuele correctiefactoren mee in rekening genomen. <niet ingesteld>: Er worden geen ploegpunten toegekend, m.a.w. er wordt niet met ploegpunten gewerkt. Kampproef Starthoogte De starthoogte van hoogspringonderdelen of de startlengte van verspringen. Formaat: 0.00m. Kampproef Interval De standaardwaarde voor het interval van opeenvolgende hoogtes of lengtes. Formaat: 0cm. Kampproef Aantal pogingen Het aantal pogingen dat men voor dit onderdeel kan doen. Reeksindeling Aantal plaatsen Het aantal beschikbare plaatsen in een serie of groep. Dit wordt gebruikt voor automatische serie- of groepsindeling. Reeksindeling Gebruikte lanen Enkel de geselecteerde lanen worden gebruikt in de reeksindeling. Klik om een laan wel (rood) of niet (grijs) te gebruiken. Reeksindeling Methode De manier waarop de indeling zal verlopen. Er zijn vier mogelijke methodes. NK Teams Reeksindeling: Speciale reeksindeling waarbij deelnemers van ploegen met een codeletter volgens een specifiek patroon worden verdeeld in series/groepen. Het Parameter-veld wordt gebruikt om de lettervolgorde te bepalen (A t.e.m. G, gescheiden door puntkomma s). Bijvoorbeeld: er zijn 4 ploegen met elk een codeletter en 3 leden. De parameter is C;D;A;B, en er zijn dus 4 beschikbare plaatsen. Dan zal de reeksindeling er als volgt uitzien (de letters staan telkens voor een willekeurige, nog niet ingedeelde atleet van de ploeg met die codeletter): reeks 1: C, D, A, B reeks 2: C, D, A, B reeks 3: C, D, A, B iaaf seeding method: Reeksindeling waarbij de deelnemers met de beste (rank 1) en slechtste prestaties samen in een serie/groep zitten. 30

32 Bijvoorbeeld: er zijn 12 deelnemers en 4 beschikbare plaatsen. Dan zal de reeksindeling er als volgt uitzien (het nummer staat voor de rank): reeks A: 1, 6, 7, 12 reeks B: 2, 5, 8, 11 reeks C: 3, 4, 9, 10 volgens bestprestatie: Reeksindeling waarbij de deelnemers met de beste prestaties samen, slechtste prestaties samen, en daar tussenin samen, in een serie/groep zitten. Zo zullen per serie/groep de deelnemers meer aan elkaar gewaagd zijn. <niet ingesteld>: Gebruik geen specifieke methode. over de series/groepen. De deelnemers worden lukraak verdeeld Reeksindeling Parameter Een eventuele parameter die moet worden meegegeven met de reeksindelingsmethode. Dit is enkel van toepassing bij de methode NK Teams Reeksindeling. Reeksindeling Tijd voor een reeks Geschatte tijdspanne die moet worden uitgerokken voor een reeks. Hiermee wordt de starttijd van elke serie/groep automatisch ingesteld naar de tijd van de laatst aangemaakte serie/groep + de tijdspanne hier ingesteld. Voor de eerste aangemaakte serie/groep, wordt de starttijd van de ronde gebruikt. Kwalificatie Methode De manier waarop kwalificaties automatisch bepaald worden. Er zijn twee mogelijke methodes. [op plaats];[op tijd]; <niet ingesteld> Eerst op plaats, dan op tijd. De meegegeven parameters bij deze methode is het aantal deelnames die gekwalificeerd worden op plaats, en vervolgens het aantal op tijd, onderscheiden door een puntkomma ( ; ). Kwalificatie Parameter Een parameter die moet worden meegegeven met de gekozen kwalificatiemethode. Puntentelling Methode De manier waarop de (individuele) puntentelling zal verlopen. Er zijn acht mogelijke methodes. Atletiekunie kampproeven (junioren A/B, senioren, masters); Atletiekunie kampproeven (junioren C/D, pupillen); Atletiekunie loopproeven; IPC; IAAF RACE; IAAF JUMP; IAAF THROW; <niet ingesteld> Alle zouden voor zich moeten spreken. De Atletiekunie kampproeven methode is gesplitst in twee verzamelingen van categorieën, omdat onderdelen met zulke grote leeftijdsdiversiteit niet worden toegestaan. 31

33 Puntentelling Correctiefactoren De categorieën waarvoor een correctiefactor moet worden toegepast op de prestatie, om daarna door de puntentellingsformule verwerkt te worden naar een puntenaantal. De rol van de correctiefactor in de puntentellingsformule kan u vinden in subsectie Individuele puntenop pagina Deelnames In dit onderdeel is het belangrijk om onderscheid te maken tussen een atleet, een deelnemer en een deelname. Een atleet is de persoon zoals in de database van de Atletiekunie. Een deelnemer is een atleet die aan de wedstrijd deelneemt. Een deelname is de link tussen een deelnemer en een onderdeel van de wedstrijd. Gewoonlijk is dit een enkelvoudige deelname, dus een deelname is 1 deelnemer. Bij estafettes is dit een meervoudige deelname, bijvoorbeeld 4 deelnemers als 1 deelname. Ook het verschil tussen de categorie van een atleet, ploeg, onderdeel en deelname is van belang. Of er op geboortedag wordt gecontroleerd, of op geboortejaar, hangt van het onderdeeltype af. De categorie van een atleet hangt af van zijn/haar leeftijd. De categorie van een ploeg valt in te stellen per ploeg en dient vooral voor automatische toevoeging van atleten als leden. De categorie van een onderdeel valt in te stellen per onderdeel en zorgt dat deelnames slechts onder bepaalde categorieën kunnen deelnemen. Enkel voor de toegestane categorieën (m.a.w. de categorieën van een onderdeel), worden punten berekend. De categorie van een deelname (hierna korter verwezen als deelnamecategorie ) is de categorie waarmee de deelname in een onderdeel verwerkt wordt. Met deze terminologie in het achterhoofd, kan u aan de slag met deelname-administratie Atleten laten deelnemen aan de wedstrijd Nota: Als u een atleet direct lid maakt van een ploeg, of de atleet direct inschrijft in een onderdeel, worden ze automatisch deelnemer van de wedstrijd. De stappen uitgelegd in deze sectie gebeuren dan automatisch. Stel dat u al weet welke atleten zullen meedoen, maar nog niet in welke ploeg of aan welke onderdelen. Dan kan u een atleet al aan de wedstrijd toevoegen, door deze stappen te volgen: Zoek in het atletenpaneel naar de gewenste atleet. U kan hiervoor snelzoeken (in het zoekveld beginnen typen) of geavanceerd zoeken (knop met verrekijker-icoontje) gebruiken. Zodra u de atleet gevonden hebt in de lijst, opent u zijn of haar eigenschappen. Dit kan op twee manieren: rechtsklik op de betreffende atleet en kies Eigenschappen, of selecteer de betreffende atleet en vervolgens op de knop Bewerk atleet bovenaan in het atletenpaneel te klikken. Ga naar het tabblad Deze wedstrijd. 32

34 Klik op de knop Voeg <naam> toe aan de huidige competitie. Waarbij <naam> natuurlijk de naam van de betreffende atleet is. De atleet is nu een deelnemer van de wedstrijd Atleten lid maken van een ploeg Het is gebruikelijk dat de atleten per vereniging worden ingeschreven. Een vereniging stuurt één of meerdere ploegen uit, in de vorm van lijsten met atleten. Zorg dat de ploegen aangemaakt zijn (zie Ploegen) alvorens verder te gaan. Opgelet: Met ploegen bedoelen we niet estafetteploegen, deze worden uitgelegd in de volgende sectie. Open het ploegenpaneel en dubbelklik op een ploeg om deze te openen. Kies volgens welke identificatie u een atleet wenst toe te voegen: op licentienummer (standaard), op startnummer, of op naam Typ in het zoekveld (Zoeken en invoeren) vervolgens een zoekactie en druk op [Tab]. Naast de combobox om het type te selecteren, komt nu een tweede knop te staan, met het eerste zoekresultaat. U kan nogmaals op [Tab] drukken om een volgend zoekresultaat te weergeven (bijvoorbeeld bij atleten met dezelfde naam bij licentienummers is er normaal maar 1 uniek resultaat). Druk op [Enter] om het huidige resultaat te bevestigen. Nota: U kan ook rechtstreeks op [Enter] drukken, zonder eerst op [Tab] te moeten drukken. Dan wordt het eerste zoekresultaat direct toegevoegd Atleten inschrijven bij een onderdeel Nog een andere mogelijkheid om atleten toe te voegen aan een wedstrijd, is door ze rechtstreeks aan een onderdeel toe te wijzen. Hiervoor zijn verschillende methodes: 1. Dubbelklikken Open het onderdeel waaraan u de atleet wilt laten deelnemen. Zoek naar de gewenste atleet in het atletenpaneel. Dubbelklik op de betreffende atleet. 2. Meerdere atleten tegelijk Open het onderdeel waaraan u de atleten wilt laten deelnemen. Selecteer de gewenste atleten in het atletenpaneel. Kies linksonderaan in het atletenpaneel de actie Toevoegen aan actieve onderdeel. Klik op de knop er vlak naast om de actie uit te voeren. 3. Intypen 33

35 Open het onderdeel waaraan u de atleet wilt laten deelnemen. Open het tabblad Deelnemers of het tabblad Startlijsten. (in het tabblad Startlijsten kan u nog kiezen in welke ronde, technisch onderdeel, serie of groep u de atleet direct wenst te laten deelnemen) Gebruik het zoekveld zoals bij Atleten lid maken van een ploeg om een atleet toe te voegen. 4. Onderdelen aanvinken Voeg de atleet toe zoals deelnemer van de wedstrijd, zoals beschreven in Atleten laten deelnemen aan de wedstrijd. In datzelfde tabblad (Deze wedstrijd) vindt u onderaan een lijst met onderdelen. Vink de gewenste onderdelen aan. Nota: Deze lijst baseert zich op de categorie van de atleet én de categorie(ën) van de ploeg waar de atleet al dan niet lid van is. Bijvoorbeeld: Een atleet met categorie junioren C jongens is lid van een ploeg met categorieën junioren A jongens en junioren B meisjes. De onderdelenlijst in de atleeteigenschappen zal dan gepopuleerd zijn met onderdelen met als categorie junioren A jongens, junioren B meisjes of junioren C jongens. Om deze filter uit te zetten, vink Alle onderdelen weergeven aan. Nota: Als u reeds ploegen heeft aangemaakt, wordt er getracht de atleet automatisch in de juiste ploeg te plaatsen. Eerst wordt gekeken of er ploegen zijn waarvan de standaardvereniging overeenkomt met de vereniging van de atleet. Zo ja, wordt er gekeken naar de standaardcategorieën van de ploeg en de categorie van de atleet. Als er een overeenkomst is, zal de atleet automatisch lid worden van die ploeg. Bij meerdere overeenkomsten, wordt de eerst aangemaakte ploeg gekozen. Uitzondering atleten inschrijven bij estafetteonderdelen Bij estefetteonderdelen zijn de deelnames estefetteploegen. Telkens als u daarom een atleet inschrijft bij een estefetteonderdeel, krijgt u een kader te zien waarin u nieuwe estefetteploegen kan aanmaken of bestaande kiezen. Om een nieuwe estefetteploegen aan te maken, typt u eerst de gewenste naam in, en klikt u vervolgens op Nieuw. Om een bestaande estafetteploeg te kiezen, selecteert u de gewenste estafetteploeg in de lijst, en klikt u op Selecteer. De deelnemer wordt vervolgens toegevoegd aan de betreffende estettefeploeg, in dat onderdeel. Figuur 3.10: Een estafetteploeg maken of kiezen. Een bestaande estafetteploeg bewerken, doet u door er op te dubbelklikken in het betreffende onderdeel. In het venster dat vervolgens opent, kan u de naam van de estafetteploeg wijzigen en haar leden herpositioneren of verwijderen. Namen die in het cursief staan met grijze achtergrond, stellen reserveleden voor en worden 34

36 normaal niet mee in de puntentelling opgenomen. Het verwijderen van een estafetteploeg verloopt net zoals bij een gewone deelname: selecteren en op [Delete] drukken. Figuur 3.11: Een estafetteploeg bewerken Deelnamecategorie aanpassen Zoals vermeld in het eerste deel van deze sectie, is de deelnamecategorie de categorie waarmee de deelname (dus zowel een atleet als een estafetteploeg) verwerkt wordt in de puntentelling. U vindt de deelnamecategorie in het tabblad Deelnemers van een geopend onderdeel, in de kolom Categorie. Bij het inschrijven van een atleet aan een onderdeel, wordt de deelnamecategorie waar mogelijk gelijkgesteld aan de categorie van de atleet. Is de categorie van de atleet niet opgelijst in de toegelaten categorieën voor dit onderdeel, dan wordt de dichts mogelijk volgende categorie gekozen. Bijvoorbeeld: Een onderdeel heeft de volgende deelnamecategorieën: Junioren C Junioren D Een junior C atleet neemt deel als junior C. Een junior D atleet neemt deel als junior D. Een pupil A atleet neemt deel als junior D. Een senior atleet neemt deel als senior (ongeldige categorie, er worden geen punten voor berekend). 35

37 In het tabblad Deelnames ziet u onder welke categorie de atleten deelnemen. De achtergrondkleur vertelt u meer over de geldigheid van de deelnamecategorie: Wit Atleet neemt deel onder eigen categorie. Geel Atleet neemt deel onder andere (hogere) categorie. Rood Atleet neemt deel onder ongeldige (lagere) categorie. De deelnamecategorie is steeds manueel te overschrijven : Rechtsklik op de deelnamecategorie die u wenst te wijzingen. Ga naar het menu Categorie en klik op een geldige deelnamecategorie naar wens. (De categorieën die opgelijst worden, zijn de categorieën van het onderdeel.) Opgelet: Als een deelnamecategorie niet aanvaardt wordt (en dus rood kleurt), zullen er géén punten voor die deelname berekend worden. 3.4 Reeksindeling De indeling van series/groepen gebeurt in het tabblad Startlijsten van een geopend onderdeel. Automatische indeling in series/groepen baseert zich op de opties die u heeft vastgelegd in de onderdeeleigenschappen, specifieker voor die betreffende ronde. Klik simpelweg op de knop Maak series/groepen. In het geval dat er al reeds series of groepen zijn, zal er een vraag worden gesteld of die mogen overschreven worden. Manueel series/groepen aanmaken of verwijderen, is soms wenselijk. Dat verloopt als volgt: Klik links op de ronde waarvan u de series/groepen wenst aan te passen. Bij onderdelen zonder rondes, is dit een asterisk ( ). Klik onderaan op de knop met het plus-icoontje om een serie/groep toe te voegen, of het vuilbakje om een serie/groep te verwijderen. Nummering verloopt automatisch. U kan deelnames toewijzen aan een specifieke serie/groep door de ronde te selecteren, rechts op een deelname te klikken, en te kiezen voor een serie of groep naar keuze in het submenu Voeg toe aan serie/groep. Dit gaat ook met een selectie van meerdere deelnames. Nota: Reeksindeling is verplicht! Ook als u geen indeling in series/groepen wenst, maakt u toch steeds 1 serie of groep aan, zodat de applicatie correct zijn werk kan doen. 3.5 Wedstrijdbestand migreren Met behulp van AthleticsManager Server kan u snel en gemakkelijk een reservekopie nemen van de wedstrijd. In feite is dit een backup van de database. Zorg ervoor dat de database service actief is, alvorens een reservekopie te nemen of terug in te laden. Klik op Maak reservekopie van de huidige wedstrijd, kies een schrijfbare locatie en vul een gewenste bestandsnaam in. U kan dit bestand nu bijvoorbeeld kopiëren naar een veilige locatie of een USB stick. Om deze reservekopie nu terug te zetten (bijvoorbeeld op een andere locatie), klikt u op Laad een vroegere kopie van de wedstrijd. Kies uw vorige kopie en klik op Open. 36

38 Opgelet: In versies van AthleticsManager voor 19 april 2012, kunnen backups naar externe apparaten (zoals USB sticks) mislukken, wat zorgde voor een corrupte reservekopie. U kan die herkennen aan de bestandsgrootte: minder dan 7,5 MB betekent dat de reservekopie corrupt is. Om een correcte reservekopie te nemen, sla het bestand op naar een lokale map (bureaublad, mijn documenten), en vervolgens kopiëert u dit bestand zelf naar de gewenste locatie. Nog makkelijker en veiliger is upgraden naar de nieuwste AthleticsManager versie, te vinden op de website. Een ideale workflow verloopt als volgt: Vul in de wedstrijd op uw thuiscomputer alle voorbereidende gegevens in. Maak een reservekopie van deze wedstrijd. Zorg ervoor dat de computer op locatie ook alle benodigde aspecten van AthleticsManager geïnstalleerd heeft. Laadt de reservekopie van de op voorhand gemaakte wedstrijd. Vul, tijdens de wedstrijd, de resultaten en dergelijke in. Maak opnieuw een reservekopie van deze wedstrijd. Laadt op uw thuiscomputer de wedstrijd opnieuw in, of kopieër het reservekopiebestand naar een backuplocatie. 37

39 Hoofdstuk 4 Administratie tijdens de wedstrijd Administratie van een wedstrijd die bezig is, gebeurt hoofdzakelijk in de onderdelenbeheerder. Meerdere onderdelen kunnen geopend worden, en elk individueel onderdeel is opgedeeld in 3 verticale tabbladen: Deelnemers, Startlijsten en Resultaten. Om een onderdeel beheren of openen, heeft u verschillende mogelijkheden, telkens vertrekkende vanuit het onderdelenpaneel: Dubbelklik op een onderdeel. Selecteer een onderdeel, en druk op [Spatie] of [Enter]. Rechtsklik op een onderdeel en kies voor werk met <onderdeelnaam>. Tip: Om snel tussen open onderdelen te wisselen, kan u gebruik maken van de sneltoets [Ctrl]+[Tab]. 38

40 4.1 Startetiketten afdrukken Het afdrukken van startetiketten is nog niet geïmplementeerd in AthleticsManager. Dit staat gepland voor een toekomstige versie. 4.2 Prestaties ingeven Als u resultaten gaat ingeven, zijn er enkele situaties mogelijk: Tijdsprestaties: handtijden, manuele ingave elektronische tijden, manuele ingave elektronische tijden, automatische ingave (m.b.v. MacFinish) Metrische prestaties: afstanden, enkel de beste prestatie ingeven afstanden, alle pogingen ingeven hoogtes, enkel de beste prestatie ingeven hoogtes, alle pogingen ingeven Ongeldige prestaties: geen resultaat (NR) gediskwalificeerd (DIS) niet gestart (DNS) Elke serie/groep doorloopt een reeks van statussen. Afhankelijk van de status verandert ook de achtergrondkleur van die serie. Als alle series/groepen een bepaalde status hebben bereikt, verandert de status van hun ronde naar die status. Status (kleur) Leeg Wachten Bezig Klaar (geel) Officieël (groen) Gecorrigeerd (rood) Beschrijving Bevat geen deelnames. Bevat deelnames, maar geen resultaten. Resultaten worden ingevoerd. Alle resultaten zijn ingevoerd, en er is op de knop klaar geklikt. De resultaten zijn goedgekeurd: er is op officieel geklikt. Er is een resultaat aangepast, hoewel de resultaten al officieël waren. Tabel 4.1: De mogelijke statussen die een serie of groep kan doorlopen. Bij het ingeven van prestaties, kan u gebruik maken van de [Enter]-toets of de [Tab]-toets om uw ingave te bevestigen en direct naar het volgende veld te springen. Standaard is dit het veld er direct onder. 39

41 Aan een prestatie kan u ook een notitie toevoegen, voor extra informatie betreffende die prestatie. Dit is handig bij bv. aftrek van punten bij het overlopen van estafetteploegen. Om een notitie toe te voegen, rechtsklik en kies voor Voeg een notitie toe. Vul de notitietekst in en klik op OK. De notitie verschijnt dan in de tooltip van die prestatie. Soms kan het voorvallen dat de punten niet direct berekend worden. U kan dan drukken op de knop linksboven, met een draaiende groene pijl icoontje, om de puntenberekening opnieuw te laten gebeuren Handttijden ingeven Als er voor de prestaties handtijden gebruikt worden i.p.v. elektronische tijden, dan moeten die in een aparte kolom Handtijden ingegeven worden. Dit is nodig voor de applicatie om de puntenberekening aan te passen voor handtijden. De kolom is standaard verborgen, maar kan u tonen door rechts te klikken op de kolommenhoofding en te kiezen voor Handtijden Elektronische tijden manueel ingeven Ingeven kan door een prestatieveld te selecteren en beginnen te typen. Geldige tekens zijn 0 tot en met 9 voor getallen, : en ; voor uren/minuten/seconden onderscheiding, en. en, voor seconden/milliseconden onderscheiding. Er bestaat ook een kortere versie van ingeven, waarbij de uren/minuten/seconden automatisch worden opgesplitst door een dubbelpunt. Bijvoorbeeld: ingeven van wordt 1: Elektronische tijden automatisch ingeven Indien er gebruik wordt gemaakt van MacFinish of een ander Hytek-compatibel product voor elektronische timing, dan kan u via dat product de gegevens naar de AthleticsManager database te versturen. Om te zien welke gegevens zijn verstuurd, kan u het MacFinish paneel openen via het menu Venster > Panelen > MacFinish. Ontvangen resultaten kan u eventueel nog manueel wijzigen door het betreffende veld te overtypen. Om elektronische tijden rechtstreeks door te sturen vanuit MacFinish, heeft u minstens MacFinish versie nodig. Andere producten moeten Hytek-compatibel zijn. U gebruikt hiervoor een extra programma, die Hytek-communicatie vertaalt naar AthleticsManager database commando s. 40

42 Opstelling Onderstaand schema maakt duidelijk hoe de communicatie verloopt tussen de verschillende stukken software en hoe uw opstelling moet zijn. De COM-connectie verloopt via een seriële connectie, de UDP-connecties verlopen over een netwerk. Er zijn verschillende opstellingen mogelijk: alle software kan op één systeem tot alle software op aparte systemen, naar uw voorkeur. Figuur 4.1: De vereiste verbindingen voor de koppeling. 41

43 Indien u de Hytek-interface wenst te gebruiken, start u eerst AthleticsManager Serial-Link, kiest u een gewenste AthleticsManager Server, en de COM-poort van waar u Hytek-signalen wenst te verwerken. Stel in uw Hyteksoftware vervolgens de gewenste COM-poort in. Zorg dat er een fysieke verbinding is tussen beide ingestelde COM-poorten. Uw software kan nu communiceren met AthleticsManager. Figuur 4.2: Gebruik AthleticsManager Serial-Link voor koppeling met Hytek-compatibele software. Het gebruik van het ET-programma wordt hier niet gesproken. Wel even een overzicht van hoe de communicatie verloopt in MacFinish , via de rechtstreekse link. De Hytek-link werkt hetzelfde, maar dan selecteert u als meetmanager Hytek compatible. 42

44 MacFinish instellen voor gebruik met AthleticsManager Zorg dat eerst en vooral AthleticsManager Server aanstaat. Start MacFinish, en ga naar menu File > Preferences. In het tabblad Meetmanager selecteert u de meetmanager AthleticsManager. Er verschijnen twee nieuwe velden: Server en Competition. Bij Server kiest u de naam die u uw AthleticsManager Server gegeven hebt (zoals u moet selecteren in de AthleticsManager Client). Bij Competition kiest u de wedstrijdnaam waarmee u wilt werken. Figuur 4.3: De instellingen in MacFinish voor gebruik met AthleticsManager. MacFinish elektronische tijden versturen naar AthleticsManager Begin zoals u normaal werkt met MacFinish. Nadat u een fotofinishbeeld hebt gemaakt, verschijnt het importdialoogvenster automatisch op uw scherm. Zo niet, klikt u op het menu Document > Import. Kies de serie dat bij dit fotofinishbeeld hoort. De deelnames worden geimporteert in MacFinish en de bestandsnaam wordt automatisch goedgezet. Zet in MacFinish de tijdslijnen ( timelines ) op de juiste locaties, zodat de elektronische tijden vastgelegd worden. Als alle tijden zijn vastgelegd, klikt u in het menu op Document > Export. De elektronische tijden worden nu naar AthleticsManager geexporteerd. 43

45 Figuur 4.4: Het dialoogvenster om een ( AthleticsManager) serie te importeren in MacFinish. Als u een AthleticsManager Client had openstaan, zal u in het MacFinish paneel eerst een melding te zien krijgen dat de elektronische tijden beschikbaar zijn. Deze worden dan binnen enkele seconden verwerkt in de overeenkomstige serie. Figuur 4.5: De elektronische tijden worden in AthleticsManager verwerkt Metrische prestaties ingeven: beste prestatie vs alle pogingen Standaard staat AthleticsManager ingesteld om alle pogingen te registreren. U kan dit aanpassen om enkel de beste prestatie in te moeten voeren. U wisselt tussen deze twee modi m.b.v. de knop linksboven in de Resultaten-tab. Als het icoontje op n staat (standaard), zit u in de modus om alle pogingen in te vullen. In het andere geval zal het icoontje op 1 staan, wat symboliseert dat enkel de beste prestatie ingevoerd moet worden. Het ingeven van enkel de beste prestatie, is niet anders dan zoals het ingeven van tijden in het prestatieveld, 44

46 maar dan metrische gegevens met als eenheid de meter. Hier wordt dan niet gebruik gemaakt van een dubbele punt, maar wel nog steeds van een decimale onderscheiding. Als u alle pogingen ingeeft, krijgt u de mogelijkheid om te wisselen van ingaverichting. Zoals eerder vermeldt, kan u snel ingeven m.b.v. de [Enter]- of [Tab]-toets. Standaard springt het ingaveveld dan naar het veld direct onder het huidige veld. Dit is het verticaal ingeven van prestaties, maar ook horizontaal ingeven is mogelijk. Om te wisselen van ingaverichting, klikt u op de knop rechtsboven, met groene pijl naar onder of naar rechts (niet draaiend). Als de pijl naar onder zichtbaar is, dan is verticale ingave actief. Als de pijl naar rechts zichtbaar is, dan is horizontale ingave actief Meerdere afstandspogingen ingeven Nota: Zorg dat u hiervoor in de modus alle pogingen invoeren zit, anders kan u geen meerdere pogingen invoeren. De pogingen bevinden zich rechts in de lijst met resultaten. Mogelijk moet u eerst nog naar rechts scrollen. Het aantal pogingen dat hier getoond wordt, valt in te stellen in de ronde-eigenschappen. Het Prestatie-veld zal automatisch gevuld worden met de beste poging. Per poging heeft u 3 mogelijke waardes voor de prestatie, plus eventueel een ingaveveld voor windsnelheid (afhankelijk van onderdeeltype). Als mogelijke waardes voor de prestatie heeft de keuze uit een metrische prestatie, een X, of een -. De metrische prestatie is de behaalde afstand in meter, in te geven met de nummertoetsen ([0] t.e.m. [9]) en eventueel een decimale onderscheider ([.] of [,]). De X staat voor mislukt en is in te geven m.b.v. de gelijknamige knop of de sneltoetsen [X] of [ ]. De - staat voor overgeslagen en is in te geven m.b.v. de gelijknamige knop of de sneltoets [-] Meerdere hoogtepogingen ingeven Nota: Zorg dat u hiervoor in de modus alle pogingen invoeren zit, anders kan u geen meerdere pogingen invoeren. De beschikbare hoogtes bevinden zich rechts in de lijst met resultaten. Mogelijk moet u eerst nog naar rechts scrollen. De hoogtekolommen die hier getoond worden, vallen zelf toe te voegen m.b.v. de knop Nieuwe hoogte linksboven. Toevoegen volgens hoogte betekent dat de ingegeven hoogte op haar lineaire plaats tussen de hoogtekolommen zal staan. Toevoegen door barrage betekent dat de ingegeven hoogte achteraan de hoogtekolommen zal komen te staan. Standaard zal de starthoogte als hoogtekolom aanwezig zijn. De starthoogte en het standaardinterval waarmee hoogtes te incrementeren, vallen beide in te stellen in de ronde-eigenschappen. Het Prestatie-veld zal automatisch gevuld worden met de hoogst bereikte hoogte. Per hoogte heeft u 3 mogelijke waardes voor de prestatie, plus eventueel een ingaveveld voor windsnelheid (afhankelijk van onderdeeltype). Als mogelijke waardes voor de prestaties heeft u de keuze uit een 0, een X, of een -. De 0 staat voor gelukt en is in te geven m.b.v. de gelijknamige knop of de sneltoets [0]. De X staat voor mislukt en is in te geven m.b.v. de gelijknamige knop of de sneltoetsen [X] of [ ]. De - staat voor overgeslagen en is in te geven m.b.v. de gelijknamige knop of de sneltoets [-]. Nota: Er wordt nog geen rekening gehouden met barragehoogtes in de berekening van de plaats, dus moet u manueel de plaats aanpassen. Deze functionaliteit staat gepland voor een volgende versie van AthleticsManager. 45

47 4.2.7 Ongeldige prestaties ingeven Indien een deelname geen resultaat behaalde ( NR ), gediskwalificeerd werd ( DIS ), of niet startte ( DNS ), dan kan u dit ingeven door rechts te klikken op het prestatieveld van die deelname en de gewenste optie te kiezen in het submenu Gebruik code. 4.3 Puntentelling Individuele punten De individuele punten worden berekend m.b.v. de volgende formule. result= POINTSCALC ( ROUND( prestation correction) ) result POINTSCALC ROUND prestation correction het resultaat als individuele punten; de puntentellingsfunctie; een afrondingsfunctie; de geleverde prestatie (fysiek meetresultaat); de correctiefactor die eventueel moet worden vermenigvuldigd met de prestatie De correctiefactor correction is afhankelijk van de deelnamecategorie. De correctiefactor van die deelnamecategorie wordt enkel mee in rekening genomen, als in de ronde-eigenschappen de correctiefactor van die specifieke deelnamecategorie is toegevoegd. In alle andere gevallen, is dit simpelweg de waarde 1. De afrondingsfunctie ROUND is afhankelijk van de ingestelde precisie van dit onderdeeltype. De afhankelijkheden van de correctiefactor hebben ook indirect een effect op het resultaat van deze functie. De puntentellingsfunctie POINTSCALC is afhankelijk van het onderdeeltype (verschillende formule per onderdeeltype), de deelnamecategorie (verschillende parameters per categorie voor de formule van het onderdeeltype) en de gebruikte puntentellingsmethode in de ronde-eigenschappen. De afhankelijkheden van zowel de correctiefactor als de afrondingsfunctie hebben ook een indirect effect op het resultaat van deze functie Ploegpunten Naast de individuele punten vindt u de ploegpunten. Afhankelijk van de instellingen in de ronde-eigenschappen, worden er al dan niet ploegpunten toegewezen aan die deelname. De behaalde ploegpunten worden pas opgeteld bij het subtotaal van de ploegpunten van die ploeg als de serie/groep de status officieël heeft. Het subtotaal van ploegpunten kan u ten allen tijde afdrukken door middel van de knop Afdrukken in het ploegenpaneel. 4.4 Kwalificatierondes Beschikbaar vanaf AthleticsManager versie Als u bij de ronde-eigenschappen een kwalificatiemethode gekozen heeft, dan worden voor die ronde automatisch de juiste deelnames gekwalificeerd. De kwalificaties op rank worden aangeduid door een Q links van het 46

48 deelnameresultaat. Bij kwalificaties op tijd, wordt dit aangeduid door een q. U kan echter naar keuze de kwalificaties nog aanpassen, door rechts te klikken op een kwalificatieveld. Eenmaal de resultaten officieel zijn, kan u terug naar het tabblad Startlijsten, de betreffende kwalificatieronde selecteren, en op de knop Kwalificatie klikken. De gekwalificeerde deelnames worden dan automatisch overgezet naar de volgende ronde. U moet dan nog wel series/groepen aanmaken! 47

49 Hoofdstuk 5 Globale instellingen De globale instellingen zijn reeds correct ingesteld door TimeTronics, voor uw gebruiksgemak. Het befreft vooral een digitale verzameling van de regels en parameters die de atletiekfederatie van uw regio (bv. de Atletiekunie) in gebruik heeft. Hoewel deze waarden niet standaard zichtbaar zijn voor gebruikers, zijn ze wel volledig aan te passen naar wens. Denk bijvoorbeeld aan het toevoegen van een eigen type evenement met uw eigen gekozen puntenberekeningsparameters. Enkel een superuser heeft de rechten om de globale instellingen te wijzigen. Dit is zo ingesteld uit veiligheidsoverwegingen, zodat tijdens de wedstrijd niet iedereen plots de instellingen kan wijzigen. De globale instellingen bevinden zich allemaal in de superuser balk. Om de superuser balk zichtbaar te maken, zie 2.5 Interface aanpassen. Per groep instellingen is een aparte knop voorzien: Onderdeel types, Categorieën, Verenigingen, Puntentelling en Correctiefactoren. 48

50 5.1 Onderdeeltypes Standaard zijn alle normale onderdeeltypes geïnstalleerd. U kan echter nieuwe types aanmaken, bewerken of verwijderen. Voorbeelden van onderdeeltypes zijn: Discus 1,000kg, 110m Hurdles 0,914m, Javelin 600g, enz. De benamingen die gebruikt worden, zullen enkel in effect treden als er geen vertaling kan gevonden worden. Voor elk van deze onderdeeltypes kan u natuurlijk een gepersonaliseerde vertaling voor maken. Figuur 5.1: Manipuleer de onderdeeltypes in het venster Onderdeel types. Naamcode Een ID code die gebruikt wordt voor vertalingen van de volledige naam van dit onderdeeltype. Afkortingscode Een ID code die wordt gebruikt voor vertalingen van de afkorting van dit onderdeeltype. Venue Specifieert of dit een indoor of outdoor onderdeeltype is. (outdoor). Mogelijke waardes zijn I (indoor) en O Afstand De afstand als geheel getal voor afstandsonderdeeltypes (standaard 0). WindMode Specifieert hoe de windmeting moet gebeuren. Mogelijke waardes zijn N (niet), H (per serie/groep) en I (per individuele prestatie). WindType Het aantal seconden (geheel getal) dat moet gemeten worden voor de windmeting. Meestal is dat één van deze waardes: 5, 10 of 13. Precisie Specifieert de nauwkeurigheid (decimaal) van de prestatie. Mogelijke waardes zijn 1 (geheel getal), 10 (één tiende), 100 (één honderste), 1000 (één duizendste) en (één tienduizendste). Kampproeftype Specifieert het soort kampproef voor dit onderdeeltype. Mogelijke waardes zijn (geen kampproef), H (horizontale kampproef) en V (verticale kampproef). Handtijd correctie De waarde die wordt opgeteld bij ingegeven handtijden om verder mee te rekenen in de puntentelling. 49

51 Aantal atleten Het aantal atleten dat samenwerkt om een prestatie te bekomen. Standaard is dit 1, bij een estefetteloop is dit vaak 4. Implement De gewichtsfactor die mee in berekening moet worden genomen (in kilogram). Het gewicht van de voorwerpen bij werp-/gooiproeven is hier van belang. Decimale waardes zijn mogelijk. Aantal proeven voor meerkamp Het aantal onderdelen (geheel getal) dat dit meerkamp-onderdeeltype bevat. Enkel van toepassing op meerkamp-onderdeeltypes. Meerkamp proeven Puntkomma-gescheiden lijst van onderdeeltypes dat zullen dienen als onderdelen voor dit meerkamp-onderdeeltype. Enkel van toepassing op meerkamp-onderdeeltypes. Standaard naam De systeemnaam van dit onderdeeltype. Als er geen vertaling kan worden gevonden voor uw ingestelde taal, dan wordt de systeemnaam gebruikt. Standaard afkorting De systeemafkorting van dit onderdeeltype. Als er geen afkortingsvertaling kan gevonden worden voor uw ingestelde taal, dan wordt de systeemafkorting gebruikt. Sortering Specifieert de manier waarop prestaties moeten gesorteert worden. Mogelijke waardes zijn false (hoog naar laag) en true (laag naar hoog). Naam (*) De naam, vertaald in taal *, voor dit onderdeeltype. Afkorting (*) De afkorting, vertaald in taal *, voor dit onderdeeltype. 5.2 Categorieën In dit venster worden de categorieën gedefinieerd. De categorieën zijn gegroepeerd per federatie. Er moet een aparte categorie zijn per geslacht, dus voor één leeftijdscategorie zullen er telkens twee instanties zijn. Bijvoorbeeld: junioren A jongens en junioren A meisjes. Figuur 5.2: Manipuleer de categorieën in het venster Categorieën. 50

52 Naam De naam van deze categorie. Afkorting De afkorting van deze categorie. Geslacht Het geslacht van deze categorie. Mogelijke waardes zijn M voor mannelijk en W voor vrouwelijk. Minimum/maximum type Het type waarmee de leeftijdsgrens gecontroleerd wordt op minimum/maximum. Mogelijke waardes zijn N (geen minimum/maximum grens), D (grenscontrole door geboortedag) of Y (grenscontrole door geboortejaar). Minimum/maximum leeftijd De waarde waarmee de leeftijdsgrens gecontroleerd wordt op minimum/maximum. 5.3 Verenigingen In dit venster worden de atletiekverenigingen gedefinieerd. De verenigingen zijn gegroepeerd per federatie. Figuur 5.3: Manipuleer de verenigingen in het venster Verenigingen. Naam De naam van deze vereniging. Afkorting De afkorting van deze vereniging. Federatienummer Het identificatienummer waarmee de vereniging geregistreerd staat bij de federatie. Plaats De thuisbasis van de vereniging. 51

53 5.4 Puntentelling In dit venster worden de puntentellingsregels gedefinieerd. Die regels zijn gegroepeerd per puntentellingsmethode. Voor een uitgebreide omschrijving van puntentellingsmethodiek, leest u best sectie 4.3 Puntentelling. Figuur 5.4: Manipuleer de puntentellingsregels in het venster Puntentelling. Type proef Het onderdeeltype waarvoor deze regel moet gelden. Categorie De categorie waarvoor deze regel moet gelden. Parameter N De waardes van parameters die zullen ingevoerd worden in de interne puntentellingsalgorithmes. 52

54 5.5 Correctiefactoren In dit venster worden de correctiefactoren gedefinieerd. De correctiefactoren zijn gegroepeerd per federatie. De correctiefactoren worden optioneel gebruikt in de puntentellingsformule. Voor een uitgebreide beschrijving van correctiefactoren, leest u best sectie 4.3 Puntentelling. Inserting this image source: screenshots/superuser-bar/superuser bar-correctiefactoren venster.png Figuur 5.5: Manipuleer de correctiefactoren in het venster Correctiefactoren. Type proef Het onderdeeltype waarvoor deze correctiefactor moet gelden. Categorie De categorie waarvoor deze correctiefactor moet gelden. Correctiefactor De waarde van de correctiefactor. (standaard 1 ) 53

55 5.6 Gebruikers Figuur 5.6: Manipuleer de beschikbare gebruikersprofielen in het venster Gebruikers. In het linkergedeelte ( Gebruikers ) kan u de bestaande gebruikers opgelijst zien. Toevoegen en verwijderen zijn mogelijk via de overeenkomstige knoppen onderaan deze lijst. U kan enkel gebruikers toevoegen en verwijderen indien u daar rechten toe heeft. Standaard kan enkel de superuser dit. De superuser, advanced user en beginner user zijn altijd aanwezig en kunnen niet worden verwijderd. Als u een nieuwe gebruiker aanmaakt, worden de rechten van de huidig geselecteerde gebruiker gekopieerd naar de nieuwe account. In het rechtergedeelte ( Gebruikersopties ) ziet u een oplijsting van de rechten die een gebruikersprofiel al dan niet heeft. 0 betekent niet toegelaten, 1 betekent toegelaten. De knop wijzig wachtwoord kan u gebruiken om het wachtwoord voor de huidig geselecteerde gebruiker te wijzigen. Tenzij u een superuser bent, hoeft u geen oude wachtwoord in te geven. 54