kanaalstroom in individuele cellen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "kanaalstroom in individuele cellen"

Transcriptie

1 Hoofdstuk 4 Membraanpotentiaal Intermezzo 4.1 De rustpotentiaal in formules 2 Intermezzo 4.2 De membraan als elektrisch circuit 4 Intermezzo 4.3 Meting van de membraanpotentiaal en van de 6 kanaalstroom in individuele cellen Intermezzo 4.4 Enkele kanaalstroom en totale membraanstroom 8 Intermezzo 4.5 Iets over prikkels en prikkelbaarheid 9 Intermezzo 4.6 Passieve en actieve voortgeleiding in detail bekeken 10 Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 1

2 Intermezzo 4.1 De rustpotentiaal in formules In een situatie waarin een membraan slechts doorgankelijk is voor één ionsoort, zal zich een potentiaal ontwikkelen die volledig in evenwicht is (= gelijk en tegengesteld) met de concentratiegradiënt. De hoogte van de potentiaal is afhankelijk van het concentratieverschil, van de lading per ion (waardigheid) en van de temperatuur, volgens de vergelijking van Nernst voor de berekening van de evenwichtspotentiaal: waarin: E = evenwichtspotentiaal, R = gasconstante (8,31 J/(K mol)), T = absolute temperatuur, z = valentie van het ion: Na + = +1, Ca 2+ = +2, Cl = 1 enzovoort, F = constante van Faraday ( coulombs/mol), ln = natuurlijke logaritme, [C] e = extracellulaire concentratie, [C] i = intracellulaire concentratie. Omgerekend naar de 10 log en uitgedrukt in mv kan deze formule voor een eenwaardig ion bij een temperatuur van 37 C als volgt worden geschreven: E = 61 log mv Tabel Intracellulaire (C i -) en extracellulaire (C e -)concentraties van de voor de rustpotentiaal meest bepalende ionen en hun evenwichtspotentiaal soort weefsel en membraanpotentiaal ion C i (mmol/l) C e (mmol/l) evenwichtspotentiaal (mv) skeletspiervezel Na (kikker) K ,5 101 V m = 90 mv Cl 3, zenuwcel (kat) V m = 70 mv zenuwcel (inktvis) V m = 60 mv Na K Cl Na K Cl In tabel zijn van enkele ionen in verschillende weefsels de intra- en extracellulaire concentraties en de daarbij behorende evenwichtspotentialen weergegeven. De formule van Nernst voorziet niet in de berekening van de rustpotentiaal wanneer de membraan meer dan één ionsoort doorlaat. Zoals wij in par. 4.1 in het boek zagen, speelt dan de verhouding van de permeabiliteit voor verschillende ionen (relatieve permeabiliteit) een wezenlijke rol, maar in de Nernst-formule komt de membraanpermeabiliteit niet voor. Voor deze laatste situatie geldt de van de Nernst-formule afgeleide vergelijking, afkomstig van Goldman, Hodgkin en Katz (daarom wel GHK-vergelijking genoemd), die wij hier in de voor de belangrijkste eenwaardige ionen omgerekende vorm weergeven: Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 2

3 V m = 61 log mv waarin: V m = rustpotentiaal, P x = relatieve permeabiliteit ten opzichte van die voor de andere ionen, [X +/ ] e/i = de extracellulaire of intracellulaire ionenconcentraties. In deze formule wordt kwantitatief uitgedrukt wat al uit onze situatieschetsen kon worden afgeleid. Het ion met de hoogste doorgankelijkheid heeft de meeste invloed op het ontstaan van de rustpotentiaal, die dan relatief dicht bij de evenwichtspotentiaal van dat ion zal liggen. Voor zenuw- en spierweefsel in rust geldt dat de permeabiliteit voor K + -ionen aanmerkelijk hoger is dan voor andere ionen (P K : P Na : P Cl = 1 : 0,04 : 0,45); hieruit kan worden berekend dat in dit weefsel de rustpotentiaal van buiten naar binnen gericht is (negatief aan de binnenkant) en 70 tot 80 mv bedraagt wanneer de evenwichtspotentiaal voor K + -ionen in dit weefsel (E K ) 90 mv bedraagt. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 3

4 Intermezzo 4.2 De membraan als elektrisch circuit De complexe elektrische eigenschappen van de plasmamembraan worden wat inzichtelijker als wij ze vergelijken met de eigenschappen van een elektrisch circuit. Dat komt doordat de membraan door zijn bouw en eigenschappen zo sterk op zo n circuit lijkt, dat men in modellen, bij allerlei berekeningen van het elektrisch gedrag van cellen, de membraan vaak door een dergelijk circuit vervangt. Wij beperken ons hier tot de passieve elektrische eigenschappen, dat zijn de eigenschappen van de membraan als er geen ionenstroom wordt gegenereerd (de actieve kanalen zijn dan niet geopend). Wij kunnen dan volstaan met een voorstelling van de membraan als een samenstel van weerstanden en condensatoren. In figuur wordt een klein deel van de membraan op deze wijze afgebeeld: De elektrische membraanweerstand (R m ) wordt uitgedrukt in Ω (ohm) en is het omgekeerde van het geleidingsvermogen, dat uitgedrukt wordt in siemens (S = 1/Ω; ook wel mho genoemd). Omdat de hydrofobe lipidedubbellaag ondoordringbaar is voor ionen, zijn de ionenkanalen de enige structuren waardoor een ionenstroom kan passeren. De hoogte van de weerstand wordt dan ook bepaald door de dichtheid aan ionenkanalen en het geleidingsvermogen per kanaal: hoe meer ionenkanalen en hoe hoger het geleidingsvermogen, des te lager is de totale weerstand. De capacitieve eigenschap van de membraan (C m ) waardoor hij zich gedraagt als een condensator, is moeilijker te begrijpen. De achtergrond is dat de isolerende lipidedubbellaag tussen de twee geleidende media van de intra- en extracellulaire vloeistof (zie figuur 4.2.1) kan worden vergeleken met het diëlektricum van een condensator tussen de twee geleidende platen. Door deze constructie heeft een condensator de capaciteit om lading op te slaan als er over het diëlektricum een elektrische spanning wordt aangelegd. Hoe hoger de capaciteit, uitgedrukt in farad (F), des te meer lading bij een zelfde spanning wordt opgeslagen. In het algemeen geldt voor de hoeveelheid lading (Q) die wordt toegevoegd of die verdwijnt als de membraanspanning verandert: Q = C m V m Figuur Elektrisch membraanmodel, bestaande uit een weerstand en een condensator, gerelateerd aan de structuur van de membraan. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 4

5 Nu kan duidelijker worden wat er precies gebeurt als de cel een membraanpotentiaal genereert (zie par in het boek). Laten wij net als hierboven als uitgangspunt nemen dat de membraan ongeladen is, maar dat zich kanalen voor bijvoorbeeld kaliumionen hebben geopend, waardoor positieve lading van binnen naar buiten gaat. Deze actieve kanalen zijn in het model van figuur niet opgenomen. Hun effect is evenwel dat er een ladingsverschil over de membraan ontstaat, hetgeen opslag van deze lading in de condensator tot gevolg heeft. Hoe groter de capaciteit, hoe meer lading kan worden opgeslagen, dus des te trager de membraanpotentiaal stijgt. Naarmate het potentiaalverschil over de membraan groter wordt, zal de lekstroom door de membraanweerstand toenemen. Als het gaat om de ontwikkeling van een evenwichtspotentiaal, zal de lekstroom juist steeds kleiner worden, omdat potentiaalverschil en concentratieverschil elkaar in evenwicht houden. Het hier gegeven voorbeeld dient alleen om het principe van de membraancapaciteit uit te leggen. Belangrijk is evenwel dat voor een verandering van de membraanpotentiaal de enige lading die moet worden verplaatst de hoeveelheid is die nodig is om de membraancapaciteit bij te laden. De ionen die dit doen, zijn dan ook niet mobiel maar opgehoopt aan weerszijden van de membraan. Men heeft becijferd dat voor het ontwikkelen van een normale rustpotentiaal slechts van de intracellulair aanwezige ionen nodig is. Slechts weinig meer ionen zijn nodig om de potentiaal om te polen van 90 naar +35 mv. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 5

6 Intermezzo 4.3 Meting van de membraanpotentiaal en van de kanaalstroom in individuele cellen Meting van de elektrische membraanactiviteit gebeurt voornamelijk experimenteel, aan individuele cellen. Voor het meten van de membraanpotentiaal brengt men een dunne glazen micropipet (= micro-elektrode), waarvan de puntdikte slechts enkele micrometers bedraagt (figuur 4.3.1), in contact met het celoppervlak. De pipet is gevuld met een geleidende vloeistof zodat hij als elektrode kan fungeren. Met deze elektrode kan het potentiaalverschil tussen het inwendige van de cel en de extracellulaire vloeistof worden gemeten. Hierbij wordt door zuigen een geringe onderdruk in de pipet aangelegd waardoor het membraanfragment onder de pipet openbreekt (figuur 4.3.1A). Nu staat de pipet in open verbinding met het celinwendige zodat het potentiaalverschil met de elektrode buiten de cel rechtstreeks kan worden gemeten. Ook is het door het toedienen van stroom aan de cel weer mogelijk de membraanpotentiaal op een bepaalde opgelegde waarde vast te houden (voltage clamp) en het gedrag van alle kanalen in de celmembraan tegelijk te meten. Met dezelfde elektrode kan ook de kanaalstroom gemeten worden. Hiervoor brengt men de elektrode in contact met het celoppervlak. In de in figuur 4.3.1B afgebeelde situatie (patch clamp) is het mogelijk de activiteit van de ionenkanaaltjes te meten die zich onder de elektrode bevinden, in de patch. De kleine sprongetjes in de membraanstroom als gevolg van het openen en sluiten van de enkele kanaaltjes in het onderliggende membraanfragment worden geanalyseerd. Op die manier ontstaat een registratie zoals getoond in figuur 4.3 (in het boek). In de afgebeelde situatie is het ook mogelijk de elektrische spanning over het membraanfragment te veranderen (gewenste potentiaal), zodat de invloed van de membraanspanning op de geleiding door de kanaaltjes kan worden bestudeerd. Dit speelt vooral een rol bij onderzoek naar de werking van prikkelbare weefsels. De methode staat bekend als voltage clamp. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 6

7 Figuur Patch clamp -techniek voor intracellulaire spanningsmeting en stroomtoediening. A De membraan onder de pipet wordt verbroken, zodat toegang tot het inwendige van de cel wordt verkregen. B De kanalen in het intacte stukje membraan onder de pipet worden bemeten. C Na situatie B wordt het membraanfragment onder de pipet losgetrokken en geïsoleerd. Ten slotte is in figuur 4.3.1C een methode afgebeeld voor verder onderzoek naar de betekenis van de intracellulaire vloeistof voor de werking van een ionenkanaal. Door in situatie B tijdens geringe zuiging de pipet weg te trekken, kan een fragment uit de membraan worden weggesneden (excised patch). Nu kan naar believen de samenstelling van de vloeistof aan de cytoplasmatische kant van het ionenkanaal worden gevarieerd en kan het effect worden bestudeerd. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 7

8 Intermezzo 4.4 Enkele kanaalstroom en totale membraanstroom Met behulp van patch clamp-onderzoek (zie intermezzo 4.3) is aangetoond dat ionenkanalen ofwel langdurig gesloten zijn, ofwel snel afwisselend open- en dichtgaan. In het laatste geval is de membraan permeabel voor een bepaald ion. De sterkte van het ministroompje dat het geopende kanaal passeert, is iedere keer even groot en varieert per kanaaltype van slechts enkele tot meer dan honderd picoampère (pa = A). De stroomsterkte volgt in principe de wet van Ohm, zodat we kunnen schrijven: I kanaal = pa (1) De drijvende kracht (elektrochemische gradiënt) voor een ion is het verschil tussen de theoretische evenwichtspotentiaal voor dat ion (E i ) en de actuele membraanpotentiaal (V m ): V i = E i V m (2) Voor de kanaalweerstand schrijven wij liever het geleidingsvermogen van het kanaal (g k = kanaalconductantie) uitgedrukt in picosiemens (ps), hetgeen overeenkomt met 1/weerstand in teraohm (TΩ = Ω). De vergelijking wordt nu: I kanaal = g k (E i V m ) pa (3) Voor de functie van de cel is de stroom per kanaal evenwel minder belangrijk dan de totale membraanstroom, omdat die het effect op de membraanpotentiaal bepaalt. De totale stroom van een ion is gelijk aan het product van de kanaalstroom I k, het aantal geactiveerde kanalen in de celmembraan (N k ) en de gemiddelde openingstijd. Onder dit laatste verstaat men het gemiddelde van de openingsperiodes van alle kanalen. Deze wordt uitgedrukt als de kans P o dat men een kanaal open aantreft (Eng.: open probability), die een waarde kan hebben tussen 0 en 1. De grootte van de membraanstroom van een bepaald ion kan dan als volgt worden uitgedrukt: I m = N k P o I kanaal (4) Hieruit is te begrijpen dat de membraanpermeabiliteit die voor ionen overeenkomt met het geleidingsvermogen, toeneemt als het aantal geactiveerde kanalen toeneemt. De activering uit zich in een verhoging van de kans dat een kanaal open is; deze open kans is het product van de openingsfrequentie en de duur van de kanaalopeningen. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 8

9 Intermezzo 4.5 Iets over prikkels en prikkelbaarheid Als prikkel of stimulus voor een zenuw- of spiercel, kan elke invloed dienen die de membraanpotentiaal in korte tijd tot de drempel voor de actiepotentiaal kan verlagen. Behalve door de veel toegepaste elektrische impuls kan een cel geprikkeld worden door grote warmte of kou (thermisch), sterk verdunde of geconcentreerde oplossingen (osmotisch), zuur of base (chemisch) en slag, druk of rek (mechanisch). In het experiment geeft men de voorkeur aan een elektrische prikkel omdat deze nauwkeurig in sterkte en duur kan worden afgemeten en daardoor zonder schade aan het weefsel kan worden toegediend. Meestal prikkelt men met herhaalde korte stroompulsen; dit noemt men faradisch prikkelen (= met wisselstroom). Laat men stroom langdurig door het weefsel lopen, dan spreekt men van galvanisch prikkelen, waarbij overigens alleen een actiepotentiaal aan het begin en bij voldoende sterke stroom ook aan het eind van de stroomdoorgang optreedt. Deze laatste ontstaat aan de positieve elektrode (anode). Daar is door de hyperpolarisatie de membraanpermeabiliteit voor K + -ionen verminderd, zodat na het staken van de stroom de membraanpotentiaal lokaal daalt tot aan de actiepotentiaaldrempel: anodale prikkel (Eng.: anodal break excitation). Bij kortdurende pulsen gaat de stimulus uit van de kathode, wanneer de prikkel een voldoende sterkte en duur heeft om de membraan voldoende te depolariseren (supraliminale ofwel bovendrempelige stimulus). Hierbij zijn binnen zekere grenzen een minimale duur en sterkte omgekeerd evenredig aan elkaar, zodat een korte sterke prikkel even effectief is als een lange zwakke. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 9

10 Intermezzo 4.6 Passieve en actieve voortgeleiding in detail bekeken Voor deze bespreking van passieve en actieve voortgeleiding maken wij gebruik van een model dat een uitbreiding vormt van het circuit dat wij elders voor de membraan bespraken (zie figuur 4.2.1; intermezzo 4.2). Wij koppelen een aantal van deze membraanelementen aan elkaar omdat het nu gaat om de voortgeleiding over het membraanoppervlak (figuur 4.6.1). Aan de componenten R m en C m worden twee weerstanden toegevoegd: R i voor de weerstand van het cytoplasma in de cel, en R e voor de weerstand van de extracellulaire vloeistof. Figuur De membraan voorgesteld als een netwerk van passieve elektrische componenten. R e = weerstand van de extracellulaire vloeistof; R i = weerstand van de intracellulaire vloeistof; R m = weerstand van de plasmamembraan; C m = capaciteit van de plasmamembraan. Bij passieve voortgeleiding door een op een elektrische kabel lijkende cel gaat het om de vraag hoeveel een spanningspuls die aan het begin van de kabel wordt opgewekt, in het verloop van de kabel afneemt doordat stroom naar buiten weglekt. Dat zal minder zijn naarmate de kabel beter geïsoleerd is, dus naarmate R m hoger is. Daar staat tegenover dat de weerstanden in de lengterichting, R i en R e, juist zo laag mogelijk moeten zijn voor een zo klein mogelijk verlies. De kwaliteit van de kabel kan worden uitgedrukt in de lengteconstante (λ) die de afstand aangeeft waarover een spanningspuls die aan het begin aan de kabel wordt gegeven tot ruim een derde van zijn oorspronkelijke hoogte is gedaald. Voor de lengteconstante (λ) geldt de volgende relatie: λ = Voor de actieve voortgeleiding van de actiepotentiaal is naast de membraanweerstand ook de membraancapaciteit van belang. De capaciteit geeft aan hoeveel lading nodig is om de spanning over een condensator met een bepaalde waarde te laten stijgen. In ons model betekent dit dat hoe lager de capaciteit is, des te sneller de spanning op een bepaald punt in de kabel zal stijgen als gevolg van een opgedrongen ladingsverandering. De parameter hiervoor is de tijdconstante (τ) die aangeeft in hoeveel tijd de spanning twee derde van de eindwaarde heeft bereikt. De tijdconstante wordt als volgt berekend: τ = R m C m waarin: R m = membraanweerstand, C m = membraancapaciteit. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 10

11 Figuur Passieve voortgeleiding na een hyperpolariserende stroompuls langs een zenuwvezel. A Via een intracellulaire elektrode wordt een hyperpolariserende stroompuls geïnjecteerd. B De door de stroominjectie ter plaatse van de elektrode opgewekte verandering van de membraanspanning (stippellijn) wordt met verlies (decrement) en vertraging vanaf de elektrode voortgeleid. C Op een afstand van cm van de plaats van de stroominjectie bedraagt de spanningsverandering nog slechts circa een derde van de oorspronkelijke; deze afstand is de lengteconstante. Om nu enig inzicht te krijgen in de factoren die de voortgeleidingssnelheid van de impuls over een zenuw- of spiervezel bepalen, kunnen wij deze verdelen in passieve en actieve factoren. Passieve factoren: kabeleigenschappen, weerstand en capaciteit. Deze factoren bepalen wij in het experiment door toediening van een hyperpolariserende of subliminale depolariserende puls die wordt voortgeleid zonder een verandering van de membraanpermeabiliteit (figuur 4.6.2A). De puls wordt in het verloop van de geleiding kleiner door verlies van lading naar buiten (figuur 4.6.2B en C). De mate van verlies wordt bepaald door de membraanweerstand en door de dikte van de vezel. Wij zullen later zien dat bij remming van de impulsoverdracht (inhibitie) in synapsen van dit principe gebruik wordt gemaakt doordat hierbij de uitbreiding van een depolariserende stroom wordt beperkt door een verlaging van de membraanweerstand (zie par in het boek). De grootte van τ bepaalt de snelheid waarmee de spanning stijgt of daalt; hoe groter de tijdconstante, des te trager is de spanningsverandering. Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 11

12 Actieve factoren: stijgsnelheid en amplitude van de depolarisatiefase. De betekenis voor de signaalvoortgeleiding van de opening van vooral Na + -kanalen tijdens de actiepotentiaal is dat hierdoor het spanningsverlies zoals dat optreedt bij passieve voortgeleiding wordt voorkomen. Het concentratieverschil voor Na + -ionen werkt als een batterij die, zodra Na + - kanalen opengaan, stroom genereert die vervolgens als prikkel voor de omgeving werkt zodat ook dáár een actiepotentiaal ontstaat. Men spreekt daarom wel van voortplanting van de actiepotentiaal. Hoe hoger de stijgsnelheid van de actiepotentiaal, hoe eerder het naastliggende membraandeel over de drempel komt. Naast het concentratieverschil van Na + -ionen over de membraan is vooral het aantal activeerbare kanalen van betekenis. Dit wordt bepaald door de dichtheid van de kanalen in de membraan en door de hoogte van de membraanpotentiaal vlak voor de prikkeling (zie figuur 4.13 in boek). Aanvullend materiaal bij Bouman/Boddeke/Muntinga: Leerboek medische fysiologie. 12

Inhoudsopgave. 0.1 Netwerkmodel voor passieve geleiding langs een zenuwcel.. 2

Inhoudsopgave. 0.1 Netwerkmodel voor passieve geleiding langs een zenuwcel.. 2 Inhoudsopgave 01 Netwerkmodel voor passieve geleiding langs een zenuwcel 2 1 01 Netwerkmodel voor passieve geleiding langs een zenuwcel I Figuur 1: Schematische voorstelling van een deel van een axon Elk

Nadere informatie

1. De Nernst potentiaal vertegenwoordigt een evenwichtssituatie in de zenuwcel. Welk statement beschrijft deze situatie het beste? 1: De elektrische en de diffusiekrachten houden elkaar precies in evenwicht.

Nadere informatie

H4: elektrisch geladen celmembranen

H4: elektrisch geladen celmembranen H4: elektrisch geladen celmembranen Meten van membraanpotentialen en stromen Zenuwcellen kunnen prikkels ontvangen en vervoeren exciteerbare cellen Stromen geladen deeltjes in waterige milieus (=wateroplosbare

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Electrofysiologie van het hart

Hoofdstuk 1: Electrofysiologie van het hart Hoofdstuk 1: Electrofysiologie van het hart Chapter 21, blz. 504 t/m 528: Cardiac electrophysiology and the electrocardiogram Het bestaat uit een hoop verschillende cellen, met elk een eigen functie. Ze

Nadere informatie

Hoofdstuk 25 Elektrische stroom en weerstand

Hoofdstuk 25 Elektrische stroom en weerstand 3--6 Hoofdstuk 5 Elektrische stroom en weerstand Inhoud hoofdstuk 5 De elektrische batterij Elektrische stroom De wet van Ohm: weerstand en Soortelijke weerstand Elektrisch vermogen Vermogen in huishoudelijke

Nadere informatie

H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel

H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel H5 Begrippenlijst Zenuwstelsel acetylcholine Vaak voorkomende neurotransmitter, bindt aan receptoren en verandert de permeabiliteit van het postsynaptische membraan voor specifieke ionen. animatie synaps

Nadere informatie

Membranen, membraantransport en cytoskelet Versie 2015

Membranen, membraantransport en cytoskelet Versie 2015 Membranen, membraantransport en cytoskelet Versie 2015 Vragen bij COO over hoofdstuk 11, 12 en 17 van Alberts Essential Cell Biology, 4e druk Membranen 1. Je wordt gevraagd een kunstmatige membraan te

Nadere informatie

Condensator. Het hellingsgetal a is constant. Dit hellingsgetal noemen we de capaciteit van de condensator C. Er geldt dus: C = Q U

Condensator. Het hellingsgetal a is constant. Dit hellingsgetal noemen we de capaciteit van de condensator C. Er geldt dus: C = Q U Inhoud Condensator... 2 Het laden van een condensator... 3 Het ontladen van een condensator... 6 Het gedrag van een condensator in een schakeling... 7 Opgaven... 8 Opgave: Alarminstallatie... 8 Opgave:

Nadere informatie

Conductometrie 1 R. Waarin [R] = Ω en [G]= Ω -1 = S (Siemens)

Conductometrie 1 R. Waarin [R] = Ω en [G]= Ω -1 = S (Siemens) Conductometrie Conductometrie of geleidbaarheidsmeting is een van de elektrochemische analysemethoden. In de conductometrie wordt gekeken naar het gemak waarmee elektrische stroom door een oplossing geleid

Nadere informatie

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2)

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2) Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek () E. Gernaat, ISBN 97-9-97-3- 1 Inductiespanning 1.1 Introductie Eén van de belangrijkste ontdekkingen op het gebied van de elektriciteit was het

Nadere informatie

Materialen in de elektronica Verslag Practicum 1

Materialen in de elektronica Verslag Practicum 1 Materialen in de elektronica Verslag Practicum 1 Academiejaar 2014-2015 Groep 2 Sander Cornelis Stijn Cuyvers In dit practicum zullen we de diëlektrische eigenschappen van een vloeibaar kristal bepalen.

Nadere informatie

Vak: Elektromagnetisme ELK Docent: ir. P.den Ouden nov 2005

Vak: Elektromagnetisme ELK Docent: ir. P.den Ouden nov 2005 Onderstaande opgaven lijken op de de verwachten tentamenvragen. Getallen bij beweringen kunnen zijn afgerond, om te voldoen aan de juiste significantie. BEGIN TOETS 1 Een magnetisch veld kan worden voorgesteld

Nadere informatie

Anatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1

Anatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1 Anatomie / fysiologie Zenuwstelsel 1 FHV2009 / Cxx56 1+2 / Anatomie & Fysiologie - Zenuwstelsel 1 1 Zenuwstelsel overzicht Encephalon = hersenen Spinalis = wervelkolom Medulla = merg perifeer centraal

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C juni 2010, uur

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C juni 2010, uur Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C10 30 juni 010, 9.00-1.00 uur Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken, geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan

Nadere informatie

1. Weten wat potentiaal en potentiaalverschil is 2. Weten wat capaciteit en condensator is 3. Kunnen berekenen van een vervangingscapaciteit

1. Weten wat potentiaal en potentiaalverschil is 2. Weten wat capaciteit en condensator is 3. Kunnen berekenen van een vervangingscapaciteit Hoofdstuk 2 Elektrostatica Doelstellingen 1. Weten wat potentiaal en potentiaalverschil is 2. Weten wat capaciteit en condensator is 3. Kunnen berekenen van een vervangingscapaciteit 2.1 Het elektrisch

Nadere informatie

Langere vraag over de theorie

Langere vraag over de theorie Langere vraag over de theorie a) Bereken de potentiaal van een uniform geladen ring met straal R voor een punt dat gelegen is op een afstand x van het centrum van de ring op de as loodrecht op het vlak

Nadere informatie

Condensator. Het hellingsgetal a is constant. Dit hellingsgetal noemen we de capaciteit van de condensator C. Er geldt dus: C = Q U

Condensator. Het hellingsgetal a is constant. Dit hellingsgetal noemen we de capaciteit van de condensator C. Er geldt dus: C = Q U Inhoud Condensator... 2 Het laden van een condensator... 3 Het ontladen van een condensator... 5 Opgaven... 6 Opgave: Alarminstallatie... 6 Opgave: Gelijkrichtschakeling... 6 Opgave: Boormachine... 7 1/7

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Condensatoren, Diëlektrika, Electrische Energie Opslag. Copyright 2009 Pearson Education, Inc.

Hoofdstuk 24 Condensatoren, Diëlektrika, Electrische Energie Opslag. Copyright 2009 Pearson Education, Inc. Hoofdstuk 24 Condensatoren, Diëlektrika, Electrische Energie Opslag Onderdelen van Hoofdstuk 24 Condensatoren Bepaling van Capaciteit Condensatoren in Serie en Parallel Electrische Energie Opslag Dielectrica

Nadere informatie

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW)

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW) Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW) Tijd: 27 mei 12.-14. Plaats: WN-C147 A t/m K WN-D17 L t/m W Bij dit tentamen zit aan het eind een formuleblad. Eenvoudige handrekenmachine is toegestaan

Nadere informatie

Impedantie V I V R R Z R

Impedantie V I V R R Z R Impedantie Impedantie (Z) betekent: wisselstroom-weerstand. De eenheid is (met als gelijkstroom-weerstand) Ohm. De weerstand geeft aan hoe goed de stroom wordt tegengehouden. We kennen de formules I R

Nadere informatie

jaar: 1989 nummer: 10

jaar: 1989 nummer: 10 jaar: 1989 nummer: 10 Gegeven een cylindervomtige geleider van 1 m lengte met een diameter van 5 mm. De weerstand van de geleider is R. De draad wordt uitgerekt tot een lengte van 1,2 m terwijl het volume

Nadere informatie

Cytoskelet Onderstaande 13 vragen verschijnen at random, dat betekent dat ze niet altijd in dezelfde volgorde komen.

Cytoskelet Onderstaande 13 vragen verschijnen at random, dat betekent dat ze niet altijd in dezelfde volgorde komen. Cytoskelet, celverbindingen, membranen en membraantransport (COO 3) Vragen bij de oefen- en zelftoets-module behorende bij hoofdstuk 7 en 8 van Unit 1 van Biology, Campbell, 10 e druk Versie 2014-2015

Nadere informatie

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME TENTMEN ELEKTROMGNETISME 23 juni 2003, 14.00 17.00 uur Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. OPGVE 1 Gegeven is een zeer dunne draad B waarop zch een elektrische lading Q bevindt die homogeen over de lengte

Nadere informatie

Beide helften van de hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en de kleine hersenen omvatten de rest.

Beide helften van de hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en de kleine hersenen omvatten de rest. Biologie SE4 Hoofdstuk 14 Paragraaf 1 Het zenuwstelsel kent twee delen: 1. Het centraal zenuwstelsel bevindt zich in het centrum van het lichaam en bestaat uit de neuronen van de hersenen en het ruggenmerg

Nadere informatie

Inhoudsopgave. - 2 - De condensator

Inhoudsopgave.  - 2 - De condensator Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Inleiding...3 Capaciteit...3 Complexe impedantie...4 De condensator in serie of parallel schakeling...4 Parallelschakeling...4 Serieschakeling...4 Aflezen van de capaciteit...5

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2: Elektrische netwerken

HOOFDSTUK 2: Elektrische netwerken HOOFDSTUK 2: Elektrische netwerken 1. Netwerken en netwerkelementen elektrische netwerken situering brug tussen fysica en informatieverwerkende systemen abstractie maken fysische verschijnselen vb. velden

Nadere informatie

vwo zintuigen, zenuwen en spieren 2010

vwo zintuigen, zenuwen en spieren 2010 vwo zintuigen, zenuwen en spieren 2010 Integratie In onderstaande afbeelding is schematisch de regulatie van een aantal animale en vegetatieve functies bij de mens weergegeven. Al deze functies spelen

Nadere informatie

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1 Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1 Opgave 1 Fata Morgana (3p) We hebben een planparallelle plaat met een brekingsindex n(z), die met de afstand z varieert. Zie ook de figuur. a. Toon

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M?

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M? Chemie juli 2009 Laatste wijziging: 31/07/09 Gebaseerd op vragen uit het examen. Vraag 1 Geef de structuurformule van nitriet. A. B. C. D. Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing

Nadere informatie

QUARK_5-Thema-04-elektrische stroom Blz. 1. Grootheid Symbool Eenheid symbool Verband tussen eenheden Stroomsterkte I Ampère A 1 C

QUARK_5-Thema-04-elektrische stroom Blz. 1. Grootheid Symbool Eenheid symbool Verband tussen eenheden Stroomsterkte I Ampère A 1 C QUAK_5-Thema-04-elektrische stroom Blz. 1 THEMA 4: elektrische stroom Elektrische stroom Elektrische kring (L Verplaatsing van lading Spanningsbron -> elektrisch veld -> vrije ladingen bewegen volgens

Nadere informatie

Testen en metingen op windenergie.

Testen en metingen op windenergie. Testen en metingen op windenergie. Inleiding Als we rond groene energie begonnen te denken, dan kwam windenergie als een van de meest vanzelfsprekende vormen van groene energie naar boven. De wind heeft

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Eindtoets Experimentele Fysica 1 (3A1X1) - Deel 2. 6 november 2015 van 10:00 12:00 uur

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Eindtoets Experimentele Fysica 1 (3A1X1) - Deel 2. 6 november 2015 van 10:00 12:00 uur TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Eindtoets Experimentele Fysica 1 (3A1X1) - Deel 2 6 november 2015 van 10:00 12:00 uur Puntenwaardering voor de opgaven: Opgave 1: a) 4; b) 6; c) 5 Opgave 2: a) 5; b) 3;

Nadere informatie

Bepaling van de elektrische geleidbaarheid

Bepaling van de elektrische geleidbaarheid Bepaling van de elektrische geleidbaarheid april 2006 Pagina 1 van 8 WAC/III/A/004 INHOUD 1 TOEPASSINGSGEBIED... 3 2 DEFINITIES... 3 2.1 SPECIFIEKE GELEIDBAARHEID, ELEKTRISCHE GELEIDBAARHEID (γ)... 3 2.2

Nadere informatie

Fysische Chemie en Kinetiek 2009-2010

Fysische Chemie en Kinetiek 2009-2010 Fysische Chemie en Kinetiek 009-010 Deeltentamen 01 3 oktober 009, 9:00-1:00 Naam: Studentnummer: Dit is de enige originele versie van jouw tentamen. Het bevat dit voorblad en de opgaven. Waar nodig word

Nadere informatie

ANORGANISCHE ANALYSEMETHODEN/WATER GELEIDBAARHEID

ANORGANISCHE ANALYSEMETHODEN/WATER GELEIDBAARHEID 1 TOEPASSINGSGEBIED GELEIDBAARHEID Deze procedure beschrijft de bepaling van de elektrische geleidbaarheid in water (bijvoorbeeld grondwater, eluaten, ). De beschreven methode is bruikbaar voor alle types

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 17 Potentiometrie bladzijde 1

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 17 Potentiometrie bladzijde 1 Hoofdstuk 17 Potentiometrie bladzijde 1 Opgave 1 Stel dat we twee referentie-elektroden in een oplossing dompelen en de spanning meten, hoe groot is dan de spanning tussen de onderstaande combinaties?

Nadere informatie

Praktische opdracht Natuurkunde Gelijkrichting

Praktische opdracht Natuurkunde Gelijkrichting Praktische opdracht Natuurkunde Gelijkrichting Praktische-opdracht door een scholier 1084 woorden 30 augustus 2011 7,3 5 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Enkelzijdige en Stein Hendriks (TNP3.2) 1. Doel

Nadere informatie

Fiche 7 (Analyse): Begrippen over elektriciteit

Fiche 7 (Analyse): Begrippen over elektriciteit Fiche 7 (Analyse): Begrippen over elektriciteit 1. Gelijkstroomkringen (DC) De verschillende elektrische grootheden bij gelijkstroom zijn: Elektrische spanning (volt) definitie: verschillend potentiaal

Nadere informatie

Cellen en stevigheid van voedsel.

Cellen en stevigheid van voedsel. Cellen en stevigheid van voedsel. Opmerkingen bij de stevigheid van voedingmiddelen met een structuur van plantencellen. f.pluimers@aocfriesland.nl 8 juni 2011 vruchtdeeltje weefsel van plantencellen vruchtdeeltje

Nadere informatie

Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde

Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Technologie 1 Elektrische en elektronische begrippen Signalen stroom, spanning, weerstand, vermogen AC, DC, effectieve waarde Opleiding Pop en Media Peet Ferwerda, januari 2002 Deze instructie wordt tijdens

Nadere informatie

Langere vraag over de theorie

Langere vraag over de theorie Langere vraag over de theorie (a) Arbeid om de condensator op te laden Bij het opladen van een condensator moet arbeid geleverd worden om lading te verplaatsen van de ene plaat naar de andere. Als er nog

Nadere informatie

biologie bezem vwo 2016-I

biologie bezem vwo 2016-I Slechter horen door kapotte ionkanalen Gehoorverlies kan veroorzaakt worden door omgevingsfactoren, maar vaak is het een erfelijke kwestie. Bij een erfelijke vorm van doofheid ligt de oorzaak veelal in

Nadere informatie

2 Hoe zal bij het onderzoek naar een geschikte medicatie tegen bepaalde hersenaandoeningen hiermee rekening gehouden moeten worden?

2 Hoe zal bij het onderzoek naar een geschikte medicatie tegen bepaalde hersenaandoeningen hiermee rekening gehouden moeten worden? Examentrainer Vragen De bloed-hersenbarrière Hersenziekten zijn in het algemeen lastig te behandelen met medicijnen. Dit komt doordat het grootste deel van het bloedvatenstelsel in de hersenen heel erg

Nadere informatie

voortgeleidingssnelheid van de actiepotentiaal

voortgeleidingssnelheid van de actiepotentiaal Hoofdstuk 6 Neuronale impulsoverdracht Intermezzo 6.1 Vorming van de myelineschede 2 Intermezzo 6.2 Meting van de elektrische activiteit van neuronen en de 4 voortgeleidingssnelheid van de actiepotentiaal

Nadere informatie

Klasse B output buffer voor een Flat Panel Display Kolom aansturing

Klasse B output buffer voor een Flat Panel Display Kolom aansturing Gevalstudie 1 Klasse B output buffer voor een Flat Panel Display Kolom aansturing IEEE Journal of Solid-state circuits, Vol 34, No 1, Januari 1999, pp 116-119 Jan Genoe KHLim Flat Panel display kolom driver

Nadere informatie

Elektronica. Gilles Callebaut

Elektronica. Gilles Callebaut Elektronica Gilles Callebaut 1.1 Intrinsieke (zuivere) halfgeleiders Een halfgeleider is een element met 4 valentie elektronen. (Si en Ge) Ze ordenen zich dus volgens een kristalrooster. De omgevingstemperatuur

Nadere informatie

Belangrijke veiligheidsoverwegingen bij het gebruik van Lipo accu s:

Belangrijke veiligheidsoverwegingen bij het gebruik van Lipo accu s: Belangrijke veiligheidsoverwegingen bij het gebruik van Lipo accu s: Algemeen gebruik en laden: Gebruik lipo s alleen waar ze voor bedoeld zijn (bv: hardcases voor auto s enz.) Gebruik alleen laders die

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten dit vakgebied

Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten dit vakgebied Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten dit vakgebied Modellen Lego voor het leven Wij mensen houden van modellen. Als kinderen beginnen wij de opbouw van dingen te begrijpen door ze met

Nadere informatie

Zelf een simpele ionisatiekamer bouwen

Zelf een simpele ionisatiekamer bouwen Zelf een simpele ionisatiekamer bouwen Simpele ionisatiekamer Een ionisatiekamer is een detector voor ioniserende straling, zoals alfa-, bèta- en gammastraling. Ten gevolge van ionisaties wordt de lucht

Nadere informatie

Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/2014

Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/2014 Tentamen Statistische Thermodynamica MST 19/6/214 Vraag 1. Soortelijke warmte ( heat capacity or specific heat ) De soortelijke warmte geeft het vermogen weer van een systeem om warmte op te nemen. Dit

Nadere informatie

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME (8N010)

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME (8N010) TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME (8N010) 2 Juli, 2010, 14:00 17:00 uur Opmerkingen: 1. Dit tentamen bestaat uit 4 vragen met in totaal 19 deelvragen. 2. Werk nauwkeurig en netjes. Als ik het antwoord niet kan

Nadere informatie

Elektro-magnetisme Q B Q A

Elektro-magnetisme Q B Q A Elektro-magnetisme 1. Een lading QA =4Q bevindt zich in de buurt van een tweede lading QB = Q. In welk punt zal de resulterende kracht op een kleine positieve lading QC gelijk zijn aan nul? X O P Y

Nadere informatie

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW en SBI)

Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW en SBI) Tentamen Fysica: Elektriciteit en Magnetisme (MNW en SBI) Tijd: 2 Juni 217, 12: 14: uur Plaats: WN zalen S67; P647; P663; S 623, S 631, S 655; M 639, M 655 Bij dit tentamen zit aan het eind een formuleblad.

Nadere informatie

Tentamen. Elektriciteit en Magnetisme 1. Woensdag 20 juni :00-12:00. Leg je collegekaart aan de rechterkant van de tafel.

Tentamen. Elektriciteit en Magnetisme 1. Woensdag 20 juni :00-12:00. Leg je collegekaart aan de rechterkant van de tafel. Tentamen Elektriciteit en Magnetisme 1 Woensdag 20 juni 2012 09:00-12:00 Leg je collegekaart aan de rechterkant van de tafel. Schrijf op elk vel uw naam en studentnummer. Schrijf leesbaar. Maak elke opgave

Nadere informatie

Leereenheid 3. Diagnostische toets: Enkelvoudige wisselstroomkringen

Leereenheid 3. Diagnostische toets: Enkelvoudige wisselstroomkringen Leereenheid 3 Diagnostische toets: Enkelvoudige wisselstroomkringen Let op! Bij meerkeuzevragen: Duid met een kringetje rond de letter het juiste antwoord of de juiste antwoorden aan. Vragen gemerkt met:

Nadere informatie

( ) ( ) Bij welke karakteristieke afschuifsnelheid zijn de weerstanden voor beide materialen gelijk: dan moet gelden:

( ) ( ) Bij welke karakteristieke afschuifsnelheid zijn de weerstanden voor beide materialen gelijk: dan moet gelden: Opgave 1: a) Enkele producteigenschappen die bepaald worden door de keuze voor PP of PS: 1 Stijfheid: PS is amorf, G = ca 1 GPa; PP is semi-kristallijn, G = ca.5 GPa. 2 Temperatuursbereik: Tg van PS is

Nadere informatie

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (3)

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (3) Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (3) E. Gernaat, ISBN 978-90-808907-3-2 1 Theorie wisselspanning 1.1 De inductieve spoelweerstand (X L ) Wanneer we een spoel op een wisselspanning

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C120-2011 6 april 2011, 09:00-12:00

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C120-2011 6 april 2011, 09:00-12:00 Tentamen Inleiding Meten en Modelleren 8C20-20 6 april 20 09:00-2:00 Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan een deel

Nadere informatie

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding BUFFEROPLOSSINGEN Inleiding Zowel in de analytische chemie als in de biochemie is het van belang de ph van een oplossing te regelen. Denk bijvoorbeeld aan een complexometrische titratie met behulp van

Nadere informatie

Oplossing examenoefening 2 :

Oplossing examenoefening 2 : Oplossing examenoefening 2 : Opgave (a) : Een geleidende draad is 50 cm lang en heeft een doorsnede van 1 cm 2. De weerstand van de draad bedraagt 2.5 mω. Wat is de geleidbaarheid van het materiaal waaruit

Nadere informatie

Geleidbaarheid. Ministerieel besluit van 29 jan Belgisch Staatsblad van 18 feb 2015

Geleidbaarheid.  Ministerieel besluit van 29 jan Belgisch Staatsblad van 18 feb 2015 Compendium voor monsterneming en analyse in uitvoering van het Materialendecreet en het Bodemdecreet Versie april 2006 CMA/2/I/A.2 Inhoud INHOUD 1 Toepassingsgebied 3 2 Definities 3 2.1 Specifieke geleidbaarheid,

Nadere informatie

Opgave 1: waardering 20 punten... gebruik van MATLAB

Opgave 1: waardering 20 punten... gebruik van MATLAB ~e 1 15 o EXAMEN VAKCODE DATUM Mechanische Eigenschappen Biologische Weefsels 4Q530 8 Maart 2000 14.00-17.00 u Bij dit examen mag gebruik worden gemaakt van het diktaat: Mechanical Properties of Living

Nadere informatie

4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2.

4,1. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november keer beoordeeld. Natuurkunde. Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Samenvatting door L. 836 woorden 21 november 2012 4,1 51 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar Natuurkunde samenvattingen Havo 4 periode 2. Hoofdstuk 3 Stroom, spanning en weerstand. * Elektrische

Nadere informatie

Practicum 1: bepalen enzymactiviteit

Practicum 1: bepalen enzymactiviteit Practicum 1: bepalen enzymactiviteit Vragen bij de oefen- en zelftoets-module behorende bij practicum 1 Versie 2012-2013 In deze module ga je een experiment uitvoeren. In dit experiment moet je de verschillende

Nadere informatie

Inhoudsopgave De weerstand

Inhoudsopgave De weerstand Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Inleiding...3 Wet van Ohm...3 Geleidbaarheid (conductantie)...3 Weerstandsvariaties...3 Vervangingsweerstand of substitutieweerstand...4 Serieschakeling...4 Parallelschakeling...4

Nadere informatie

Juli blauw Fysica Vraag 1

Juli blauw Fysica Vraag 1 Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1 vwo II

Eindexamen natuurkunde 1 vwo II Opgave 1 Defibrillator Een defibrillator wordt gebruikt om het hart van mensen met een acute hartstilstand te reactiveren. Zie figuur 1. figuur 1 electroden De borstkas van de patiënt wordt ontbloot, waarna

Nadere informatie

Juli geel Fysica Vraag 1

Juli geel Fysica Vraag 1 Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik

Nadere informatie

E e n i n t r o d u c t i e in praktische electronica.

E e n i n t r o d u c t i e in praktische electronica. 9 9 1. 1 0 3 E e n i n t r o d u c t i e in praktische electronica. Vantek Electronica Kits Handleiding/Opdrachtenboek. N. B. De OPITEC bouwpakketten zijn gericht op het onderwijs. 1 HOE U AAN DE SLAG

Nadere informatie

Het thermisch stemmen van een gitaar

Het thermisch stemmen van een gitaar Het thermisch stemmen van een gitaar In dit experiment wordt bestudeerd hoe snaarinstrumenten beïnvloed kunnen worden door warmte. Door gebruik te maken van elektriciteit is het mogelijk om instrumenten

Nadere informatie

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2015 theorietoets deel 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2015 theorietoets deel 1 Eindronde Natuurkunde Olympiade 2015 theorietoets deel 1 Opgave 1 Botsend blokje (5p) Een blok met een massa van 10 kg glijdt over een glad oppervlak. Hoek D botst tegen een klein vastzittend blokje S

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C120 7 april 2010, uur. Het gebruik van een (grafische) rekenmachine is toegestaan.

Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C120 7 april 2010, uur. Het gebruik van een (grafische) rekenmachine is toegestaan. Tentamen Inleiding Meten en Modelleren Vakcode 8C1 7 april 1, 9. - 1. uur Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. Indien u een opgave niet kunt maken, geeft u dan aan hoe u de opgave zou maken. Dat kan een

Nadere informatie

De autoaccu. Create PDF with GO2PDF for free, if you wish to remove this line, click here to buy Virtual PDF Printer

De autoaccu. Create PDF with GO2PDF for free, if you wish to remove this line, click here to buy Virtual PDF Printer De autoaccu In dit hoofdstuk behandelen we de functie van de autoaccu, hoe de autoaccu werkt. Dus wat er allemaal gebeurt tijdens het laden en het ontladen van de batterij. Wanneer je dit onderdeel van

Nadere informatie

Elektrische stroomnetwerken

Elektrische stroomnetwerken ntroductieweek Faculteit Bewegings- en evalidatiewetenschappen 25 29 Augustus 2014 Elektrische stroomnetwerken Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be Assistent: Erik

Nadere informatie

Langere vraag over de theorie

Langere vraag over de theorie Naam (in drukletters): Studentennummer: Langere vraag over de theorie (a) Bereken de elektrische potentiaal voor een uniform geladen ring en dit voor een punt dat ligt op de as die loodrecht staat op de

Nadere informatie

Bij het mengen van welke van volgende waterige zoutoplossingen ontstaat zeker GEEN neerslag?

Bij het mengen van welke van volgende waterige zoutoplossingen ontstaat zeker GEEN neerslag? Chemie Vraag 1 Bij het mengen van welke van volgende waterige zoutoplossingen ontstaat zeker GEEN neerslag? NaNO3-oplossing, AgNO3-oplossing en BaCl2-oplossing K2SO4-oplossing, (CH3COO)2Pb-oplossing

Nadere informatie

Het geheim van de vierkants weerstand.

Het geheim van de vierkants weerstand. Het geheim van de vierkants weerstand. PA0 FWN Vast wel eens van gehoord. De vierkants-weerstand. Om dit te begrijpen gaan we eens kijken hoe weerstanden gewoonlijk gemeten worden. Normaal doen we dit

Nadere informatie

3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring

3.4.3 Plaatsing van de meters in een stroomkring 1 De stroom- of ampèremeter De ampèremeter is een meetinstrument om elektrische stroom te meten. De sterkte van een elektrische stroom wordt uitgedrukt in ampère, vandaar de naam ampèremeter. Voorstelling

Nadere informatie

1. Langere vraag over de theorie

1. Langere vraag over de theorie 1. Langere vraag over de theorie a) Bereken, vertrekkend van de definitie van capaciteit, de capaciteit van een condensator die bestaat uit twee evenwijdige vlakke platen waarbij de afstand tussen de platen

Nadere informatie

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden. Vraag 1

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden. Vraag 1 Vraag 1 Twee stenen van op dezelfde hoogte horizontaal weggeworpen in het punt A: steen 1 met een snelheid v 1 en steen 2 met snelheid v 2 Steen 1 komt neer op een afstand x 1 van het punt O en steen 2

Nadere informatie

Hoofdstuk 26 Gelijkstroomschakeling

Hoofdstuk 26 Gelijkstroomschakeling Hoofdstuk 26 Gelijkstroomschakeling Inhoud hoofdstuk 26 Elektromotorische kracht (emk) en klemspanning. Weerstanden in serie en parallel De wetten van Kirchhoff Spanningbronnen in serie en parallel; batterijen

Nadere informatie

4. Exponentiële vergelijkingen

4. Exponentiële vergelijkingen 4. Exponentiële vergelijkingen Exponentiële vergelijkingen De gelijkheid 10 3 = 1000 bevat drie getallen: 10, 3 en 1000. Als we van die drie getallen er één niet weten moeten we hem kunnen berekenen. We

Nadere informatie

Met verwijzingen naar ECGPedia.org

Met verwijzingen naar ECGPedia.org Met verwijzingen naar ECGPedia.org 1 2 Een IC verpleegkundige wil meer weten van de Heamodynamiek, b.v. urine productie Een CCU verpleegkundige is sterk gericht op het hart, en wil daar alles van weten.

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 27 mei totale examentijd 3 uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 27 mei totale examentijd 3 uur natuurkunde 1,2 Examen VWO - Compex Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 27 mei totale examentijd 3 uur 20 05 Vragen 1 tot en met 17. In dit deel staan de vragen waarbij de computer

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit)

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2 (elektriciteit) Samenvatting door een scholier 1671 woorden 2 december 2012 5,6 55 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde H2 elektriciteit

Nadere informatie

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten.

b. Bereken de vervangingsweerstand RV. c. Bereken de stroomsterkte door de apparaten. Oefenopgaven vervangingsweerstand en transformator 1 Twee lampjes L1 en L2 staan in serie: R1 = 5,0 Ω en R2 = 9,0 Ω Bereken de vervangingsweerstand van de twee lampjes. gegeven: R1 = 5,0 Ω, R2 = 9,0 Ω

Nadere informatie

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5)

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) 2.1 Inleiding 1. a) Warmte b) Magnetische Energie c) Bewegingsenergie en Warmte d) Licht (stralingsenergie) en warmte e) Stralingsenergie 2. a) Spanning (Volt),

Nadere informatie

Blue energy, Blauwe energie?

Blue energy, Blauwe energie? Blue energy, Blauwe energie? Waarom Blue Energy? Zon en zee zijn niet alleen de ideale combinatie voor een geweldige strandvakantie. Misschien heb je er nooit bij stil gestaan, maar in feite is de zee

Nadere informatie

6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement

6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement 6.2 Elektrische energie en vermogen; rendement Opgave 9 Het rendement bereken je met E nuttig en E in. E nuttig is de hoeveelheid energie die nodig is het water op te warmen. E in is de hoeveelheid energie

Nadere informatie

de weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype.

de weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype. TNO heeft een onderzoek naar de invloed van een aantal parameters op de wrijvings- en weerstandscoëfficiënten van DEC International -slangen en -bochten uitgevoerd (rapportnummer 90-042/R.24/LIS). De volgende

Nadere informatie

THIS WORK IS LICENSED UNDER A CREATIVE COMMONS ATTRIBUTION NON COMMERCIAL 4.0 2014 B. MALENGIER M. C. CIOCCI

THIS WORK IS LICENSED UNDER A CREATIVE COMMONS ATTRIBUTION NON COMMERCIAL 4.0 2014 B. MALENGIER M. C. CIOCCI THIS WORK IS LICENSED UNDER A CREATIVE COMMONS ATTRIBUTION NON COMMERCIAL 4.0 2014 B. MALENGIER M. C. CIOCCI WITH SUPPORT OF: VZW DE CREATIEVE STEM De Joule Dief kit Proficiat met je aankoop van de Ingegno

Nadere informatie

wiskunde A pilot vwo 2016-II

wiskunde A pilot vwo 2016-II OVERZICHT FORMULES Differentiëren naam van de regel functie afgeleide somregel s( x) = f( x) + g( x) s' ( x) = f'x ( ) + g'x ( ) productregel px ( ) = f( x) gx ( ) p' ( x) = f '( x) g( x) + f ( x) g' (

Nadere informatie

Eindexamen havo natuurkunde pilot II

Eindexamen havo natuurkunde pilot II Eindexamen havo natuurkunde pilot 0 - II Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag worden scorepunten toegekend. Opgave Parasaurolophus maximumscore antwoord: resonantie maximumscore Voor de grondtoon

Nadere informatie

o a. onveranderd blijven o b. verdubbelen tot -360 kv. o c. stijgen tot een waarde van OV. o d. positief worden tot een waarde van 720 kv.

o a. onveranderd blijven o b. verdubbelen tot -360 kv. o c. stijgen tot een waarde van OV. o d. positief worden tot een waarde van 720 kv. jaar: 1989 nummer: 07 In ieder hoekpunt van een driehoek ABC bevindt zich een lading. In A en C is dit een lading van - 6.10-6 C. In B is dit +10.10-6 C. Beschouwen we het punt P gelegen op 30 cm van A

Nadere informatie

Practicum complexe stromen

Practicum complexe stromen Practicum complexe stromen Experiment 1a: Een blokspanning over een condensator en een spoel De opstelling is al voor je klaargezet. Controleer of de frequentie ongeveer op 500 Hz staat. De vorm van het

Nadere informatie

Repetitie Elektronica (versie A)

Repetitie Elektronica (versie A) Naam: Klas: Repetitie Elektronica (versie A) Opgave 1 In de schakeling hiernaast stelt de stippellijn een spanningsbron voor. De spanningsbron wordt belast met weerstand R L. In het diagram naast de schakeling

Nadere informatie

T8: Zoutoplossingen en Zuren en Basen

T8: Zoutoplossingen en Zuren en Basen T8: Zoutoplossingen en Zuren en Basen 2009 Voorbeeldtoets maandag 25 januari 60 minuten NASK 2, 4 VMBO-TGK, DEEL A. H3: ZOUTOPLOSSINGEN 4 VMBO-TGK, DEEL B. H4: ZUREN EN BASEN Toets voor het vak Nask2.

Nadere informatie