VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

Transcriptie

1 STUK 616 ( ) Nr.1 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZITTING MAART 2016 INTERPELLATIE, SAMENGEVOEGDE VRAGEN EN VRAAG Commissie voor Cultuur, Jeugd en Sport van dinsdag 8 maart 2016 INTEGRAAL VERSLAG Hebben aan de werkzaamheden deelgenomen: Vaste leden: de heer Jef Van Damme, voorzitter, de heer René Coppens, de heer Stefan Cornelis, mevrouw Annemie Maes, mevrouw Cieltje Van Achter Ander lid: de heer Paul Delva 1411

2 - 2 - INHOUD 1. Interpellatie (R.v.O., art. 62) - Interpellatie van mevrouw Cieltje Van Achter tot de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het zakelijk beleid van de VGC ten aanzien van de gemeenschapscentra 2. Samengevoegde vragen (R.v.O., art. 59, 6.b.) - Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het poppentheater Toone - Vraag van de heer Stefan Cornelis aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende de financiële situatie van Theater Toone en de mogelijke subsidies 3. Vraag (R.v.O., art.59) - Vraag van de heer Jef Van Damme aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het Kunstendecreet

3 Interpellatie (R.v.O., art. 62) Interpellatie van mevrouw Cieltje Van Achter tot de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het zakelijk beleid van de VGC ten aanzien van de gemeenschapscentra Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA): Recent ontving ik een kopie van de brief die gestuurd is aan o.a. collegevoorzitter Guy Vanhengel, collegelid Pascal Smet en collegelid Bianca Debaets, inzake het niet afdoend zakelijk beleid van de VGC ten aanzien van de gemeenschapscentra. De brief lijkt ondersteund door een groot aantal gemeenschapscentra. Uit deze brief blijkt dat er in 2008 een audit is geweest die vroeg naar meer centralisering van de boekhouding van de 22 gemeenschapscentra en naar meer professionalisering. Vandaag blijkt echter dat de centralisering en professionalisering van het zakelijk beleid binnen de VGC-dienst Financiën mank loopt. De gemeenschapscentra halen in de brief verschillende punten aan die aan de basis liggen hiervan. Zo blijkt dat de aanwerving van een hoofdboekhouder met B-niveau niet kan voldoen aan de competenties die in feite verwacht worden van een hoofdboekhouder. Op die manier kan hij of zij ook de nodige verantwoordelijkheden niet dragen. Zo is de hoofdboekhouder niet alleen verantwoordelijk t.a.v. de gemeenschapscentra voor een correcte zakelijke verwerking van de boekhouding, hij of zij heeft ook een adviserende taak in te vullen naar de centra en naar het beleid toe, staat in voor een optimalisering van het zakelijk beleid en zou concrete initiatieven moeten voorstellen. Echter, in de realiteit menen de gemeenschapscentra hier weinig van te merken. Sterker nog, de centra stellen dat er momenteel zelfs geen hoofdboekhouder is die de jaarafrekeningen kan afronden. Ik vraag me af of er wel een wil is bij dit College om de problemen waarmee de gemeenschapscentra geconfronteerd worden, aan te pakken. Problemen die duidelijk de 3 collegeleden aanbelangen; gaande van financieel gezond beleid waar de collegevoorzitter voor verantwoordelijk is, over personeel dat maar heel laat kon opnieuw worden aangeworven, wat de verantwoordelijkheid is van collegelid Bianca Debaets, tot een beleid tout court ten aanzien van de gemeenschapscentra waarvoor collegelid Pascal Smet bevoegd is. Op al die vlakken loopt het duidelijk verkeerd of op zijn minst uitermate traag. Hoe loopt het nu met de ronde van de gemeenschapscentra? Ik kan mij niet inbeelden dat ondertussen de problemen niet gekend zijn. Het is dus tijd voor antwoorden en acties. In dit licht is het erg opmerkelijk dat er nu een brief aan jullie 3 is gestuurd. Dit duidt op de ergernis dat er geen gehoor wordt gegeven aan de problemen. Wat wordt er gevraagd in de brief? Er wordt jullie gevraagd om zo snel mogelijk een ernstige oplossing te vinden met degelijke regeling op korte en een duidelijke visie op lange termijn. Wat is inderdaad jullie visie? Het ontoereikende zakelijk beleid heeft serieuze gevolgen voor de boekhouding van de gemeenschapscentra. Wat gaat er nu gebeuren? Hoe gaat u deze problemen aanpakken? Bent u bezig met het centraliseren en professionaliseren van een aantal zakelijke processen in de gemeenschapscentra? Wat is er reeds gebeurd en waar bent u momenteel mee bezig? Hoe ver staat het eigenlijk met uw ronde? Bij welke gemeenschapscentra bent u al geweest en bij welke centra nog niet? Met wie heeft u telkens kunnen spreken in elk van de gemeen-

4 - 4 - schapscentra? Welke waren uw en hun agendapunten? Welke onderwerpen zijn effectief besproken? Welke problemen zijn door de centra naar voren gebracht? Is het probleem van de slechte relatie met de hoofdboekhouding bij de VGC tijdens uw ronde aangehaald door de centra? Mevrouw Annemie Maes (Groen): Ik heb ook weet van die brief. Nagenoeg bijna alle gemeenschapscentra hebben hem ondertekend, zelfs degenen die hun boekhouding zelf doen. Met aan de alarmbel te trekken, hebben ze een signaal willen geven. Op vrij korte tijd is voor de 2 de keer de hoofdboekhouder vertrokken. Er wordt gevreesd voor de continuïteit. Er wordt ook gevreesd dat als er op korte tijd niks structureels zal veranderen, hetzelfde probleem zich zal blijven voordoen. Als ik het goed begrepen heb, is de grootste vraag van de centra om van de B-inschaling een A-inschaling te maken. Dit is wat ik heb vernomen. Blijkbaar heeft het College al geantwoord. Ze gaan de inschaling bekijken in de totaaloefening. Ik snap dat hierop geen timing kan worden gezet, maar het is een vaag en onduidelijk antwoord. Ik sluit me ook aan bij de vragen van collega Van Achter. Ik doe bovendien vooral een oproep opdat er zo snel mogelijk een oplossing wordt gezocht en duidelijkheid wordt verschaft. Ik heb begrepen dat de B-inschaling een structureel probleem zal blijven. Hoe ziet het collegelid het traject in 2016 om zo snel mogelijk op structurele wijze daar iets aan te verhelpen? De heer René Coppens (Open Vld): Ik heb mijn oor te luisteren gelegd bij mensen die hier heel dicht bij zitten. Ik probeer het samen te vatten. In een brief gericht aan het VGC-College uiten verschillende raden van bestuur van gemeenschapscentra hun bezorgdheid over het zakelijk beleid dat de VGC momenteel voert. Sommigen zeggen dat het wel van kwaad naar erger lijkt te gaan. Deze keer treft de personeelsproblematiek bij de HR-dienst van de VGC vooral de gemeenschapscentra. Zoals iedereen zich wel kan herinneren, werd het financiële- en personeelsbeheer van de gemeenschapscentra enkele jaren geleden door de VGC gecentraliseerd. Ik heb daar toen voor gepleit en ik vind dit nog steeds een goede zaak. Zo ook de boekhouding. Slechts een handvol gemeenschapscentra, waaronder De Zeyp in Ganshoren, blijven hun boekhouding tot op vandaag zelfstandig doen. Nu blijkt dat de VGC voor het opmaken van de boekhouding van de gemeenschapscentra een tijdelijke werkkracht van niveau B had aangeworven. En daar knelt het schoentje. Slechts één halftijdse boekhoudster van niveau B is momenteel belast met de boekhouding van de meeste Brusselse gemeenschapscentra, op een paar uitzonderingen na. Kafka, maar ik wil niet overdrijven. De boekhouding van de gemeenschapscentra is een complexe materie die, met alle respect, niet zomaar aan een ambtenaar van niveau B kan

5 - 5 - overgelaten worden en bovendien veel meer werkuren vergt dan een halftime. In mijn jonge jaren waren boekhouders altijd van B-niveau. Laten we niet vergeten dat de boekhoudster of boekhouder in kwestie voor de uitvoering van haar werkzaamheden ook bestendig moet overleggen met de lokale penningmeesters en dat vraagt ook tijd. De huidige boekhoudster zal naar verluidt - om begrijpelijke redenen - haar contract dan ook niet laten verlengen. Het gaat hier om een kwalijke miscasting met verstrekkende gevolgen voor het zakelijk beheer van de gemeenschapscentra. Onze gemeenschapscentra zitten momenteel dan ook met de handen in het haar. Ze zijn statutair verplicht om hun jaarrekeningen in te dienen, maar omwille van de personeelsperikelen bij de VGC, dreigen de lokale penningmeesters niet op tijd te beschikken over de nodige gegevens en kunnen zij hun boekhouding dus ook niet officieel neerleggen bij de VGC. Er wordt veel verwacht van de gemeenschapscentra, terecht denk ik, maar de VGC heeft in deze ook een belangrijke verantwoordelijkheid op te nemen. Het probleem ligt in dit geval geenszins bij de entiteit Gemeenschapscentra, maar het wordt wel hoe langer hoe duidelijker dat de HR dienst van de VGC ronder moet draaien. Ik sluit mij graag aan bij de vragen van de collega s, maar werp graag nog enkele aanvullende vragen op. Aanwerfprocedures bij de VGC blijken, zoals in de meeste administraties, log en tijdrovend te zijn en dus weinig efficiënt. Hoe staat het College daar tegenover? Hoe ervaart het College de werking van de HR dienst van de VGC? Dringt een doorlichting of reorganisatie zich op? Misschien toch eens over nadenken. Hoe reageert het College op het hoge personeelsverloop binnen de entiteit Gemeenschapscentra? Misschien moeten daar conclusies uit worden getrokken? Zijn er veel mensen afwezig? Welke oplossingen zijn er? De heer Paul Delva (CD&V): Ik heb ook weet van de vragen van de gemeenschapscentra. De boekhoudingen van de centra zijn een erg complexe zaak. De boekhouding werd jarenlang gedaan door centrumverantwoordelijken, andere medewerkers, maar veelal door vrijwilligers. Vandaar de terechte vraag om de boekhouding te centraliseren, maar nu blijkt alles complexer dan gedacht. Ik ben benieuwd naar het antwoord van het bevoegde collegelid. Ik heb nog een vraag die in het verlengde ligt van heel de personeelspolitiek. Er zijn immers nog meer dingen gecentraliseerd zoals bv. de ICT. ICT was een van de zaken die dringend gecentraliseerd moesten worden omdat er heel veel verschillende systemen werden gebruikt in de centra. Dit zat allemaal in de logica dat er 22 aparte vzw s waren opgericht, met aparte raden van bestuur die hun verantwoordelijkheid moesten opnemen. Een stroomlijning van de ICT was zeker nodig. Hoe zit het momenteel met de centralisering van de ICT-structuur? In hoeverre is men hierin opgeschoten?

6 - 6 - De heer Stefan Cornelis (Open Vld): Aangezien de boekhouding gecentraliseerd is, stel ik de vraag of deze niet door een extern bureau kan worden gedaan. Ambtenaren kunnen voor andere zaken ingezet worden in plaats van puur de boekhouding van de gemeenschapscentra te beheren. (Discussie in de zaal) Collegelid Pascal Smet: Het is goed dat de vraag aan de 3 collegeleden werd gesteld. Het is eigenlijk strikt gezien niet mijn bevoegdheid, maar ik zal zeker antwoorden. Het vertrek van een personeelslid kan geenszins betekenen dat de continuïteit van de dienstverlening, welke die ook is, in het gedrang komt. De directie Financiën, Begroting & Aankoop zal en moet een oplossing voorzien voor de operationele uitvoering van de taken die gekoppeld zijn aan de verschillende deadlines bij een jaarafsluiting. Recent zijn er maatregelen getroffen waardoor de opmaak van de fiches (buitenlandse artiesten) afgewerkt kan worden rekening houdend met de uiterste datum die door de FOD Financiën is opgelegd. Alle andere opgelegde indiendata zullen eveneens worden gerespecteerd. (fiches , btw-aangiftes, ). Voor de afsluiting van de jaarrekening 2015 wordt voor elk gemeenschapscentrum geïnventariseerd welke de nog openstaande items zijn en welke informatie nog dient te worden aangeleverd. Daar de jaarrekening een getrouw beeld dient te geven van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de onderneming, dient de nodige interactie en informatiedoorstroming van en naar elk gemeenschapscentrum te gebeuren. De directie Financiën, Begroting & Aankoop zal elk centrum een planning bezorgen in functie van de jaarafsluiting 2015, waardoor deze boekhoudkundige afsluiting afgerond kan worden tegen uiterlijk 15 april 2016, zodat nadien de bespreking op diverse niveaus (Raad van Bestuur, Algemene Vergadering) kan plaatsvinden. De hervorming van het zakelijk beheer en beleid van de gemeenschapscentra richt zich op het stroomlijnen, in orde stellen en vereenvoudigen van de zakelijke processen enerzijds en het ontlasten van de lokale medewerkers. Efficiëntieverhoging en professionalisering waren hierbij belangrijke uitgangspunten. In het kader van deze hervorming werden gecentraliseerd: Verzekeringen; Gebouwgebonden onderhoudscontracten en keuringen; Afvalophaling; Gemeenschappelijke leveranciers: - Hygiëne- en schoonmaakproducten - Kopieerapparaten ICT-beheer en -beleid: De hardware wordt momenteel vervangen, de software is besteld en de wi-fi wordt in kaart gebracht. Personeelsorganisatie en -ontwikkeling: - Overname gesco-personeelsleden van vzw naar VGC - Invoeren gelijke behandeling alle personeelsleden - Ontwikkeling en implementatie geactualiseerd personeelsplan (inclusief verdeling personeel over de verschillende centra) - Ontwikkelen en opvolgen bovenlokale functies (personeelsleden nemen taken op voor meerdere centra) - Vormingsbeleid op functie (onthaal, communicatie,...) over de 22 centra heen

7 - 7 - Doorvoeren VGC-welzijns- en preventiebeleid; Centraal infrastructuurbeheer: - Automatiseren van het aanvragen en opvolgen infrastructuurwerken (PLANON) - Toewijzen technische aanspreekpunten (TAPS) - Reguleren aankoop uitrustingsgoederen Wettelijke verplichtingen auteursrechten en voedselveiligheid: - Reprobel - Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Partnerschappen met lokale dienstencentra; Partnerschap sociale economie voor uitbating van Taverne Essegem en EATcafé in Nekkersdal. Voor die bedrijfsprocessen, die lokaal te beheren zijn, werd automatisering voorzien, dan wel werden er richtlijnen uitgeschreven en geïmplementeerd over de te volgen procedures. Tevens werd hier specifieke vorming rond georganiseerd. Ik bezocht, op 3 na, alle gemeenschapscentra. Ik moet nog naar Den Dam, Ten Noey en Ten Weyngaert en dit zal gebeuren voor eind april. Ik ontmoette daarbij gemotiveerde beheerders en beroepskrachten die trots waren op wat er gebeurt in hun centrum en vol verwachtingen zijn. Een doorsnee bezoek koppelde een voorstelling van de inhoud aan een bezoek van het gebouw. De vragen hadden vooral te maken met innovatie (hoe kunnen we meer en nieuwe doelgroepen bereiken), en over verbeteringen aan de kwaliteit, de functionaliteit, de leesbaarheid en zichtbaarheid van de infrastructuur. Over de afwezige boekhouder ging het niet. De functie wordt wel degelijk vacant verklaard. Dit werd afgesproken met collega Bianca Debaets. Er is nog discussie over het niveau. Ik heb vandaag begrepen dat meerderheid en oppositie wensen dat de boekhouder een A-niveau is. Ik begrijp dat en zal dit ook meenemen in de gesprekken met mijn 2 collega s. Er werd verder ook gesproken over de activiteiten, soms voorgesteld met filmpjes, en over de uitdagingen die er zijn. Het ging ook over het eigenaarsonderhoud, soms over de poetsvrouwen, over extra medewerkers enz. Af en toe waren de gesprekken heel intens, soms wat rustiger, maar altijd zeer interessant. Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA): Ik heb begrepen dat de ronde nog niet afgelopen is. U moet nog 3 centra aandoen. Op 2 jaar zal u er bijna geraken. U moet toegeven dat dit niet snel gaat. (Reactie collegelid Pascal Smet) Collegelid Pascal Smet: Dit gaat over formele bezoeken. Er zijn al veel informele contacten met de gemeenschapscentra geweest. Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA): Ik ga er van uit dat de gemeenschapscentra zelf een beetje de agenda hebben kunnen bepalen.

8 - 8 - Collegelid Pascal Smet: Voor alle duidelijkheid: ik ben naar de gemeenschapscentra gegaan om te luisteren. Nadien heb ik vragen gesteld. Het waren steeds interessante en warme ontmoetingen. Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA): Wat gaat u nu doen met de informatie die u hebt gekregen? Wat gaat er uit komen? In de brief vraagt men een ernstige oplossing te zoeken op korte termijn met een duidelijke visie op langere termijn. Het is belangrijk te weten waar u naartoe gaat en wat uw visie is. Daar hebben we tot nu toe nog niets over gehoord. Collegelid Pascal Smet: Alles te gepasten tijde. U zal binnenkort een belangrijke beslissing zien, waar u heel blij zal mee zijn. *** 2. Samengevoegde vragen (R.v.O., art. 59, 6.b.) - Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het poppentheater Toone - Vraag van de heer Stefan Cornelis aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende de financiële situatie van Theater Toone en de mogelijke subsidies Annemie Maes (Groen): Volgens een online petitie die het Koninklijk Theater Toone midden februari 2016 opstartte, heeft de "Conseil de l'art dramatique" van de Franse Gemeenschap besloten om het Koninklijk Theater Toone niet langer te ondersteunen. Ze hebben het poppentheater laten weten dat de subsidie voor 2016 met 5% zal dalen en dat ze vanaf 2017 geen subsidie meer zullen krijgen omdat ze dan niet meer onder het statuut "Culturele instelling" vallen. Ondertussen is de subsidie voor 2017 in orde, maar het is problematisch voor erna. Daarover bestaat onzekerheid. Het betekent volgens de directie van Theater Toone de facto dat het Koninklijk Theater Toone, eerst vanaf september 2016 en nu misschien later, de deuren zal moeten sluiten. Dit theater is echter het enige poppentheater dat nog actief is op Brussels grondgebied en het draagt een lange en waardevolle geschiedenis met zich mee. Het theater maakt door zijn voorstellingen in het Brussels dialect (Vlaams en Frans) ook deel uit van de rijke volkscultuur die Brussel kenmerkte. Het zou dan ook verschrikkelijk zijn mocht dit poppentheater inderdaad zijn deuren moeten sluiten. Minister Joëlle Milquet heeft ondertussen aangekondigd dat de steun voor 2017 behouden blijft, maar voor erna is er nog altijd onduidelijkheid. Mijn collega Bruno De Lille heeft ook minister-president Rudi Vervoort, hierover uitgevraagd en hij zei dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet van plan is om extra subsidies aan Theater Toone te geven, maar

9 - 9 - dat ze via Beliris 1 miljoen euro hebben vrijgemaakt om het gebouw, waar het theater in zit, op te knappen. Het gebouw zonder gezelschap stelt echter niets voor. De vraag blijft, op welke manier er enige zekerheid kan geboden worden aan poppentheater Toone. Zijn er contacten tussen het collegelid, de administratie Cultuur en het Koninklijk Theater Toone? Steunt de VGC het Koninklijk Theater Toone? Zo ja, op welke manier? Ziet het College een rol weggelegd voor de VGC bij het behoud van het poppentheater in Brussel? Past een ondersteuning van het Koninklijk Theater Toone, maar ook van andere fenomenen zoals bv. de reuzen, de fanfare van de Meyboom, de vrienden van Manneken Pis, enz.,... in het beleid rond de ondersteuning van het Vlaams Brussels zoals door de VGC in het verleden is opgezet? De heer Stefan Cornelis (Open Vld): Ik ga niet de hele voorgeschiedenis herhalen. Er is een petitie opgestart, die al kan rekenen op meer dan handtekeningen, om te kijken hoe het poppentheater van de ondergang gered kan worden. Minister Joëlle Milquet maakte er gewag van dat ze het poppentheater liever van bevoegdheid zou switchen en onderbrengen bij Erfgoed. Theater Toone is een van de levende erfgoederen van het Brussels hoofdstedelijk gewest. Het zou een cultureel drama zijn mocht het verdwijnen uit onze kosmopolitische stad. Is er een mogelijkheid om het theater te financieren via erfgoed? Is het collegelid ook bevoegd voor Erfgoed? (ja-geknik van collegelid Pascal Smet) Is er een samenwerking mogelijk, tussen de Gemeenschappen, om dit Brussels erfgoed van de ondergang te redden? Heeft het collegelid meer informatie over de situatie van Theater Toone? Heeft hij hieromtrent contacten met het kabinet van de Franstalige minister van Cultuur? Is er een mogelijk plan om het theater te ondersteunen? Wat gebeurt er met de subsidiering van het theater na 2017? Collegelid Pascal Smet: Het is logisch dat er ondertussen een evolutie in het dossier is. Minister Joëlle Milquet heeft ondertussen wel subsidies toegezegd voor 2016 en Ze werkt ook aan een oplossing op langere termijn, wat goed is want de problemen waren ontstaan door de Franse Gemeenschap. Theater Toone en mijn administratie hebben een aantal keren overleg gepleegd. Ik werd zelf aangesproken door de man van Theater Toone. Een eerdere aanvraag voor ondersteuning van de structurele werking binnen het beleidsdomein Erfgoed kon niet gehonoreerd worden wegens budgettaire beperkingen en weinig inhoudelijke linken tussen het aanvraagdossier en onze beleidsprioriteiten. Er is bij mij, bij de administratie, bij de werkgroep Erfgoed, wel belangstelling voor de erfgoed-aspecten van Theater Toone. Daarom zijn er in de loop van 2015 gesprekken met de organisatie gevoerd

10 over de mogelijkheden om concreet samen te werken. Zo is heel de geschiedenis van Theater Toone nauw verweven met Brussel. Aan het Theater is een rijke collectie verbonden, bestaande uit brieven, manuscripten, meer dan poppen, audio-opnames, enz. Ook maakt het Theater deel uit van het immaterieel cultureel erfgoed in Brussel, waarbij de kennis en kunde van het poppenspelen wordt doorgegeven van generatie op generatie. Erfgoedcel Brussel heeft tijdens het laatste overleg (november 2015) voorgesteld om samen met Het Firmament, het Vlaams expertisecentrum voor het erfgoed van de podiumkunsten, een traject op te starten om dit erfgoed vast te leggen en veilig te stellen. Tot op heden is hier nog geen positieve reactie op gekomen vanuit Theater Toone, maar we gaan vragen of ze opnieuw met ons contact hierover opnemen. Binnen de doelstellingen van mijn Strategisch Meerjarenplan zijn er mogelijkheden tot samenwerking. We zijn zeker bereid om na te gaan hoe een mogelijke samenwerking kan gerealiseerd worden, en dit dan ook te valoriseren. In het kader van het erfgoedgegeven is de VGC bereid samen te werken. Niet zozeer voor een structurele ondersteuning, dit is op dit moment ook niet meer nodig omdat mevrouw Milquet haar verantwoordelijkheid heeft opgenomen. Maar de VGC kan misschien nog iets extra doen. Mevrouw Annemie Maes (Groen): Er zijn 2 belangrijke elementen. Het collegelid zegt dat minister Milquet nadenkt over de periode na Op welke manier heeft ze dit kenbaar gemaakt aan het collegelid? Waar haalt hij zijn informatie? Collegelid Pascal Smet: Gehoord. Mevrouw Annemie Maes (Groen): Dank u dat het u overweegt om vanuit de erfgoedcel een financiering te doen, wel niet structureel. Op welke wijze moet ik dit dan bekijken aangezien het niet structureel is? Moeten er projecten worden ingediend? Collegelid Pascal Smet: Ze zullen moeten overleggen met ons over hoe alles het best kan aangepakt worden om het erfgoed te bewaren. Mevrouw Annemie Maes (Groen): Zijdelings vroeg ik ook naar de ondersteuning van bv. de reuzen, de fanfare van de Meyboom, de vrienden van Manneken Pis, enz. Collegelid Pascal Smet: Ik zal een overzicht bezorgen van wat we allemaal ondersteunen. [zie BIJLAGE] De heer Stefan Cornelis (Open Vld): Hoeveel bedraagt het budget voor erfgoed? De heer Dirk Moors, adjunct-kabinetschef: Vanuit Vlaanderen hebben we recht op euro. Momenteel hebben we euro gekregen. De heer Stefan Cornelis (Open Vld): Welke Vlaamse minister is hiervoor bevoegd? Collegelid Pascal Smet: Minister Sven Gatz. ***

11 Voorzitter: de heer René Coppens 3. Vraag (R.v.O., art.59) Vraag van de heer Jef Van Damme aan de heer Pascal Smet, collegelid bevoegd voor Cultuur, Jeugd, Sport en Stedelijk beleid, betreffende het Kunstendecreet De heer Jef Van Damme (sp.a): Tot 1 oktober 2015 konden kunstenorganisaties bij het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media van de Vlaamse overheid, werkingssubsidies aanvragen in het kader van het nieuwe kunstendecreet. Meer dan 300 kunstenorganisaties deden een aanvraag voor werkingssubsidies, waaronder natuurlijk heel wat Brusselse organisaties. Bij de eerste adviezen vielen er heel wat Brusselse organisaties uit de boot. Zoals bijvoorbeeld de concertwerking van het gemeenschapscentrum de Vaartkapoen en de vzw Choux de Bruxelles. Maar ook Zinneke zit bijvoorbeeld in de gevarenzone. En zij zijn niet de enige organisaties die een negatief advies kregen. Gelukkig zijn deze adviezen nog niet definitief. De organisaties die volstrekt of nipt onvoldoende als beoordeling kregen, konden verhaal indienen tegen dit advies. Afwachten wat de uiteindelijke beoordeling in juni 2016 zal brengen. Maar ondertussen zorgt deze situatie voor heel wat onrust in de Brusselse culturele sector. Bent u op de hoogte welke Brusselse organisaties een negatief advies hebben gekregen? Kunnen we een overzicht krijgen van deze lijst? Wat kan u doen? Ik veronderstel dat u vanuit Brussel de gaten niet kan dichten. Heeft u of zal u contact opnemen met de bevoegde Vlaamse minister van Cultuur, de heer Sven Gatz, over de negatieve adviezen? Collegelid Pascal Smet: De pre-adviezen staan sinds 10 februari 2016 onder de titel Voorlopige voorstellen van beslissing meerjarige subsidiëring van kunstinstellingen op Het gaat over voorlopige beoordelingen. Die gaan van zeer goed tot volstrekt onvoldoende. De instellingen kunnen hier nog op reageren. Na die reactie zal een definitief advies voorgelegd worden aan Vlaams minister Gatz. Heel wat Brusselse kunstinstellingen kregen zeer goede voorlopige adviezen. Zo bijvoorbeeld de Beursschouwburg, het Kaaitheater, GC de Pianofabriek of kleinere organisaties als Blindman of Jubilee vzw. Maar voor een aantal anderen - GC De Vaartkapoen, Trefcentrum Y, of Komplot vzw - zijn de adviezen niet positief. Zo is dat ook in Antwerpen of Gent. Ik ga er van uit dat de territoriale evenwichten bij deze voorlopige adviezen niet speelden, maar wel, en ik hoop dat ook, de kwaliteit van de dossiers zelf. We hebben vandaag met het protocol Kunstendecreet tussen de VGC en de Vlaamse Overheid, de mogelijkheid om in dit beslissingsproces mee gehoord te worden. Het protocol bepaalt onder andere dat er, na de beoordelingsprocedure en vóór de beslissing over de

12 subsidietoekenning, overleg zal plaatsvinden tussen de Vlaamse minister voor Cultuur en mezelf als VGC-collegelid bevoegd voor Cultuur. Net zoals Vlaams minister Sven Gatz gesprekken zal voeren met de VVSG en de VVP wat Vlaanderen betreft. We zijn pro-actief. We hebben veel en goede contacten met Vlaams minister Gatz. We hebben gekozen om niet in oorlog te gaan, maar om constructief samen te werken. Een eerste overleg tussen mijn kabinet en het kabinet van Vlaams minister Sven Gatz heeft al plaatsgevonden op 3 februari Dat gesprek ging vooral over het uitwisselen van informatie, zowel over de werkwijze van minister Gatz, als omgekeerd, over de concrete uitvoering van mijn eigen beleidsnota bij de toekenning van de VGC-subsidies voor de Kunsten. We hebben afgesproken zo transparant mogelijk te zijn, en het grootste respect te hebben voor de spelregels en de autonomie van elk. Het is belangrijk dat kunstenorganisaties in Brussel voldoende financiële armkracht krijgen om hun rol in de hoofdstad van Vlaanderen te kunnen spelen. Het is nu afwachten op de definitieve beoordelingen en op het gesprek hierover met Vlaams minister Gatz. De heer Jef Van Damme (sp.a): Ik veronderstel dat er dus niet is ingegaan op individuele dossiers. Collegelid Pascal Smet: Het is een beetje kies om dit te doen omdat ik elke organisatie nog moet antwoorden. De heer Jef Van Damme (sp.a): Ik heb gehoord en gelezen dat alle organisaties die niet beter scoren dan voldoende, sowieso uit de boot vallen. We zullen dit zeker opvolgen en ik ben er zeker van dat u dat ook zal doen. Het gaat om een zeer belangrijke subsidie voor de komende jaren. Het is belangrijk dat dit voor de Brusselse organisaties goed afloopt.

13 BIJLAGE VGC Subsidies voor folklore in 2015 Koninklijke en keizerlijke gilde sint-sebastiaan Reguliere werking ,00 euro folklore Orde der Vrienden van Mannekens Pis Reguliere werking ,00 euro folklore Vriendenkring Koninklijke Gilde Sint-Sebastiaan Reguliere werking ,00 euro folklore Luizenmolen Luizenmolenfeesten ,00 euro folklore Metgezellen van Sint-Laurentius vzw Meyboomstoet ,00 euro folklore