Natuurgids. Ecologie. Inhoud van deze les

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Natuurgids. Ecologie. Inhoud van deze les"

Transcriptie

1 Natuurgids Ecologie Inhoud van deze les begrippen: waar spreken we over? ecologie van soorten ecologie van de gemeenschap landschapsecologie mondiale ecologie en klimaatwijziging 1

2 1. Begrippen Begrippen Ecologie de natuurlijke samenhang tussen organismen onderling en organismen en hun milieu bestudeert zowel de relatie van het organisme met zijn omgeving als relaties binnen het organisme of die omgeving zélf. Milieu: de fysieke toestand, de levende componenten en de interacties daartussen die de omgeving van het organisme uitmaken Vegetatie: de gemeenschap van plantensoorten die spontaan opduikt op een bepaald terrein om praktische redenen worden ook cultuurmilieus zoals akkers, boomgaarden, aangeplante en beheerde bossen vaak als vegetatie aanzien er moet een natuurlijke samenhang bestaan tussen de elementen van een vegetatie. Een maïsakker op zich is dus géén vegetatie, hoogstens een begroeiing. De maïsakker als groeiplaats voor spontaan opduikende soorten zoals hanepoot, naaldaar en kamille is dan weer wél een vegetatie. 2

3 Begrippen Ecologisch is niet slecht of goed! maak onderscheid tussen neutrale begrippen en vaak politiek gekleurde betekenis die ze in de loop der tijden hebben gekregen of worden gegeven: je kan niet ecologisch leven, aangezien ecologie een neutraal begrip is. Vergelijk met dood of levend : iemand die dood is, is niet beter of slechter dan iemand die leeft. Ook begrip eutroof (=voedselrijk), dat elders in deze presentatie aan bod komt is positief noch negatief. Een eutrofe vijver is niet slechter dan een oligotrofe, maar het is wél mogelijk dat een eutrofe vijver niet overeenkomt met het doel dat de natuurbeheerder voorop stelde. In dat geval is eutroof een ongewenst kenmerk. Wat is ecologie? οἶκος = oikos = huis λογία = logia = studie studie van de relatie tussen organismen en hun omgeving zowel onderlinge relaties als relatie tussen het organisme en zijn omgeving 3

4 Begrippen: autecologie en synecologie autecologie: over de natuurlijke relaties tussen een organisme of individu in zijn rechtstreekse omgeving grondwater versus regenwater, zonneschijn, opname van CO 2, synecologie: over de natuurlijke relaties tussen levende wezens onderling en hun omgeving graslandecologie is een typisch voorbeeld landschapsecologie: de relaties tussen vorm, plaats, processen en tijd in het landschap en autecologie en synecologie Ecosysteem en biosfeer ecosysteem: een systeem bestaande uit abiotische en biotische elementen én hun onderlinge relaties een ecosysteem is meer dan de som van de eigenschappen van de onderdelen biosfeer: de globale som van alle ecosystemen over heel de aarde 4

5 Organisme, populatie, gemeenschap Organisme: kleinste element in de ecologie Populatie: groep individuen van eenzelfde soort of soortgroep Gemeenschap: een groep in samenhang levende organismen Ecosysteem: een geheel van levende wezens en hun fysieke omgeving en hun onderlinge relaties Organisme en milieu, abiotisch en biotisch Voorbeelden van abiotische milieu-kenmerken: zand, klei, leem, zuur, zout, calciumrijk, koud, overstroomd, noord-geëxposeerd, gemaaid, bemest Voorbeelden van biotische milieukenmerken begraasd, predatie-druk, concurrentie, plantengemeenschap, gedrag van soortgenoten en van niet-soortgenoten Als je het milieu nauwkeurig bekijkt, blijkt dat het onderscheid tussen bv. fysiek en chemisch milieu niet zo groot is als het lijkt. Voorbeeld: temperatuur heeft zowel invloed op de snelheid waarop bepaalde verteringsprocessen verlopen (vb. veenvorming) als op de beweeglijkheid van een dier (vb. vlinders zijn minder actief bij koude). Ook het onderscheid tussen het biotische milieu en abiotische milieu is kleiner dan je zou denken. Voorbeeld: het in groep broeden van aalscholvers kan in stilstaande wateren leiden tot grote hoeveelheden mest die in het water terecht komen. 5

6 Organisme en milieu, abiotisch en biotisch organisme: levend wezen milieu: de omgeving waarin een organisme of gemeenschap leeft abiotisch milieu: alles wat zélf niet leeft fysisch: hoogte, vochtigheid, temperatuur, klimaat, chemisch: voedselrijkdom (vb. nitraat), zuurtegraad, zuurstofhoeveelheid biotisch milieu: de levende omgeving van een organisme predatie, concurrentie, gedrag Standplaats, habitat, niche Het geheel van gemeenschappelijke eisen van verschillende individuën van een soort heet de standplaats van die soort. Zo wordt de standplaats van de grote brandnetel gekenmerkt door stikstofrijke bodems, die van gewone dophei door voedselarme, zure en natte tot vochtige omstandigheden. Het woord standplaats' wordt niet alleen voor plantensoorten gebruikt, maar ook voor vegetatietypen (plantengemeenschappen): de standplaats de veenmosrijke Dopheide associatie' is permanent nat, met een grondwaterstand nabij maaiveld, voedselarm en zuur. Een standplaats is eigenlijk hetzelfde als een habitat, maar de term is voorbehouden aan plantensoorten en vegetatietypen. Het begrip standplaats wordt in de praktijk bovendien ook in een minder abstracte betekenis gebruikt. Vaak duidt het namelijk op een concrete plek in het landschap waar plantensoorten samen groeien en waar dus aan de habitateisen van die soorten of het vegetatietype is voldaan. Uit het zinsverband wordt meestal duidelijk wat men bedoelt. Bronnen van de volgende definities: Standplaats Natuurkennis.nl. OBN. Geraadpleegd oktober 4. Niche Environmental Terminology and Discovery Service (ETDS). European Environment Agency. 6

7 Standplaats, niche, habitat standplaats: een concrete plek in het landschap waar plantensoorten samen groeien en waar dus aan de habitateisen van die soorten of het vegetatietype is voldaan niche: de plaats die een soort in haar ecosysteem inneemt én zijn rol daarin: waar het leeft, zich voedt en waar het zijn activiteiten uitvoert 2. de ecologie van het individu 7

8 Het begrip niche Niche: de rol van een soort of organisme in zijn leefomgeving, ook nog: het gedrag van een bepaald organisme in relatie tot specifieke kenmerken van het milieu Twee soorten kunnen in hetzelfde biotoop leven, bv. een eikenbos, maar een verschillende niche innemen. Zo kan soort A enkel in de winter voorkomen op de takken, terwijl soort B enkel in de zomer voorkomt. Of: soort C leeft op de jonge, uitlopende blaadjes van de boom terwijl op hetzelfde ogenblik soort D op dezelfde takken leeft, maar enkel op de dikkere takdelen voorkomt (omdat ze zwaarder weegt) en géén blaadjes eet maar wél insecten die er rond vliegen. Denk eraan dat het gedrag van organismen (dieren, maar ook planten) zélf ook invloed kunnen uitoefenen op hun omgeving en/of niche. Zo kan een overdag actieve predator het gedrag van zijn prooi beïnvloeden, waardoor deze haar activiteit meer verschuift naar de nacht. Op plaatsen waar deze predator minder voorkomt, kan het zijn dat de prooisoort dan weer wél meer actief is overdag. Het begrip niche bij koolen pimpelmees 16 8

9 NOG AAN TE PASSEN of AFKOMSTIG UIT ANDERE PRESENTATIE 17/01/2017 Bestuiving, zaadverspreiding, zaadbank [uit te werken] Gedragsecologie OPTIONEEL 9

10 Voortplanting en levensloop Verbreiding is het door voortplanting verspreid geraken van een soort. Verbreiding van loofbomen gebeurt door zaden, van muizen doordat hun jongen elders gaan leven en daar op hun beurt jongen produceren. Voortplantingsstrategieën: de r-strategie r-strategen zijn soorten die zeer veel investeren in grote aantallen jongen en die erop gokken dat enkele van hun vele jongen wel op een goed plekje terechtkomen, geen predator ontmoeten en zelf tot voortplanting komen. Als een nieuw en gunstig gebied vrijkomt, zoals een kapvlakte, dan zijn het bij uitstek de r-soorten die hiervan profiteren. Ze zijn immers in staat dergelijke gebieden snel te bezetten. Voorbeeld: berken produceren massaal veel lichte zaadjes, die ver kunnen vliegen, maar geen reservevoedsel mee hebben. Maar eens op de juiste plaats groeien ze snel en nemen ze de boel over. Maar snelle groei en bloei leiden ook tot snel verval. Berken worden geen honderd jaar oud. Tegenwoordig wordt de r/k-theorie enigszins vervangen door een andere zienswijze (of paradigma), dat van de levensgeschiedenis-gestuurde evolutie (eigen vertaling van Jens Verwaerde voor life history theory ). Deze laatste neemt elementen van de r/k-theorie over. Voortplanting en levensloop r-strategen zijn soorten die zeer veel investeren in grote aantallen jongen en die erop gokken dat een paar jongen wel per ongeluk op een goed plekje terechtkomen, geen predator ontmoeten en zelf tot voortplanting komen. Broedzorg is nagenoeg onbestaande en ook praktisch niet mogelijk. Als een nieuw en gunstig gebied vrijkomt zoals een pioniersituatie (kapvlakte, nieuwe poel, rivierafzetting, ) dan zijn het bij uitstek de r-soorten die hiervan profiteren. Ze zijn immers in staat dergelijke gebieden enorm snel te bezetten. Voorbeelden van R-strategen zijn Berk-soorten en bladluizen. K-strategie K-strategen zijn meestal aangepast aan stabiele milieus met een langdurige stabiele draagkracht. Eiken worden honderden jaren oud. Hun glorietijd breekt pas aan wanneer de naburige berken het laten afweten. K-strategen zijn soorten met weinig jongen, maar ze investeren veel energie in het verzorgen en groot brengen van hun jongen. Zodanig dat de jongen na de zorg zelfstandig kunnen leven. Een ree zal haar pasgeboren kalfjes verzorgen, verstoppen, zogen en als het wat ouder is begeleiden in de voedselkeuze, de beste plekjes in de biotoop aanleren, vluchtwegen, schuilplaatsen en dat dikwijls meer dan een jaar lang. Heel extreem daarin is de mens die 20 jaar nodig heeft om zelfstandig te kunnen overleven. Vogels, zoogdieren en reptielen zijn uitgesproken K-strategen. Ook de eik en beuk zijn K-strategen 10

11 Strategie: pioniers pioniers jong, heftig grut Strategie: traag-verbreiders gevestigde waarden 11

12 Voedingsstrategieën: de voedselpiramide Zeg dat wel?? KWIS: 2 de voedselpiramide

13 Het leven is véél meer dan een piramide Een ander voorbeeld van herbivoren: inlandse eiken zijn bijzonder rijk aan organismen die er hun voedsel zoeken. Alle delen van de boom worden benut. De dieren die eten van de eik ondervinden last van stoffen en structuren die in de loop van de evolutie zijn ontstaan en waarmee de eik probeert de vraatschade te beperken. Aangezien het aanmaken van dergelijke verdedigende structuren ook heel wat energie vergt van de eik (die hij niet kan gebruiken om zich voort te planten) is het een kwestie van afwegen tussen: investeren in verdediging tegen vraat en investeren in voortplanting. Deze eeuwig durende strijd heeft geleid tot het ontstaan van unieke en soms zeer vreemde combinaties van soorten. Het leven is véél meer dan een piramide In de volgende dia wordt een zomereik weergegeven en een steekproef uit soorten die leven van de zomereik. 1 Larve snuitkever (bladmineerder) 2 Eikenbladrolkever 3 Meikever 4 Bastaardsatijnvlinder 5 Ringelrups 6 Grote wintervlinder 7 Kleine wintervlinder 8 Groene eikenbladroller 9 Eikelboorder 10 Bladsnuitkever 11 Soldaatje sp. 12 Groen smalbuikje 13 Eikenspintkever 14 Eikenbok 15 Heldenbok 16 Vliegend hert 17 Meikeverlarve (engerling) 18 Kniptorlarve (ritnaald) 19 Galwesp (aardappelgal) 13

14 Het leven is véél meer dan een piramide de zomereik levert voedsel aan vele soorten en organismen de eter en de gegetene zijn in voortdurende strijd Voedingsstrategieën producenten groene planten consumenten planteneters vleeseters alleseters parasieten reducenten (opruimers) schimmels bacteriën 14

15 3. ecologie van de gemeenschap Biotische processen Biotische processen zou je ook kunnen noemen: gedrag. Aangezien het woord gedrag bij vegetaties minder gepast lijkt, gebruiken we daarom het meer algemene biotische processen. Vaak wordt ervan uitgegaan dat de bodem tot het abiotische milieu behoort en dat soortgenoten en andere levende wezens tot de biotische omgeving, maar daarmee gaat men voorbij aan het enorme belang van levende materie in de bodem. Meer nog: zonder wormen, aaltjes, schimmels, bacteriën en vele andere zouden heel wat bodems niet bestaan in de vorm waarin we ze nu kennen. 15

16 Biotische processen Bodemleven en afbraak van organische stof [uit te werken] 16

17 Successie [uit te werken] de mestkever en de mest 34 17

18 Samen leven tot wederzijds voordeel = symbiose Partner A Partner B Mutualisme Commensalisme Parasitisme Coöperatie? Mutualisme: darmflora 18

19 Mycorrhiza, een voorbeeld van mutualisme Bomen zouden niks zijn zonder hun vrienden de paddenstoelen. Elke boomsoort heeft een aantal zwammen waarmee hij samenleeft. Wortel en zwamdraden zitten in elkaar verstrengeld tot een fenomeen dat men mycorrhiza noemt. De vliegenzwam bijvoorbeeld heeft een uitgestrekt netwerk van zwamdraden die veel vocht kunnen opnemen. Op droge bodems is dat een extra waterreservoir voor de berk of den die de vliegenzwam belonen met voedsel, aangemaakt in hun bladeren/naalden. Recent onderzoek heeft aangetoond dat via een ongelooflijk uitgestrekt netwerk van zwamdraden ook voeding van de ene naar de ander boom getransporteerd wordt. Of hoe een sociaal netwerk je overlevingskansen beïnvloedt. Meer informatie vind je op Wood Wide Web : Mutualisme : mycorrhiza 19

20 Commensalisme Herbivorie en predatie [uit te werken] 20

21 [uit te werken: Oostvaardersplassen als voorbeeld van ontspoorde gemeenschap] 4. Landschapsecologie: het verband tussen het individu, de gemeenschap en het landschap 21

22 Abiotische factoren abiotisch = niet-levend, maar Vaak wordt ervan uitgegaan dat de bodem tot het abiotische milieu behoort en dat soortgenoten en andere levende wezens tot de biotische omgeving, maar daarmee gaat men voorbij aan het enorme belang van levende materie in de bodem. Meer nog: zonder wormen, aaltjes, schimmels, bacteriën en vele andere zouden heel wat bodems niet bestaan in de vorm waarin we ze nu kennen. In feite zijn alleen de stoffen die de bodem samenstellen en de chemische en fysische processen die bodems ondergaan abiotisch, maar ook hier geldt dat veel van deze processen op een of andere wijze gestuurd worden door levende wezens. Het maken van nitraat uit luchtstikstof gebeurt in belangrijke mate door bacteriën die in de bodem leven. Zonder zogenaamd nitrificerende bacteriën zouden vele bodem amper voor planten opneembare voedingsstoffen kunnen aanbieden. 22

23 Belangrijke abiotische (f)actoren klimaat zonnestraling, zeestroming geologie geografie reliëf en expositie, microklimaat water neerslag, grondwaterstromen, zoutgehalte, zuurtegraad bodem stoffen stikstof, fosfor Microklimaat: subtiele verschillen op kleine schaal 23

24 De bodem van de zaak [uit te werken] de bodem is géén dode massa grond! is geen verzameling van klei, leem, zand, lucht en water er tussen de bodem is bepalend voor de (potentiële) vegetatie die er kan voorkomen Bodem: stikstof, fosfor en kalium stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K) cruciaal voor het leven van planten verhouding belangrijk 24

25 Bodem: fosfaat fosfor wordt opgenomen als fosfaat, maar enkel als het fosfaat beschikbaar is voor de vegetatie Bodem: stikstof nitraat lucht = 79% stikstof! niet beschikbaar enkel bepaalde bacteriën kunnen lucht-stikstof omzetten tot nitraat elzen, vlinderbloemigen hebben symbiose met deze bacteriën 25

26 Bodem: water, het bloed van de bodem en het ecosysteem vele processen gebeuren in waterige omgeving in poederdroge bodems kunnen amper voedingsprocessen gebeuren een té natte bodem bevat té weinig lucht veenvorming treedt op Het water op de aarde: driekwart Vooral kustzones zijn erg rijk aan ecosystemen. Ze omvatten onder meer koraalriffen, de fauna en flora nabij de waterbodem (=benthos). Benoorden de evenaar: 60% water en 40% land. Ten noorden van de evenaar ligt 68% van al het land op aarde, de rest ligt er ten zuiden van. Bezuiden de evenaar: 81% water en 19% land Een meer uitgebreide behandeling van het thema water, maar dan op plaatselijke schaal, vind je in een ander deel van de cursus natuurgids. 26

27 landschapsecologie: patronen en processen in het landschap De waterkringloop op grote schaal we gaan ervan uit dat de lesgever over de grotere waterkringlopen op aarde zelf voldoende kan opzoeken. Het schema op de volgende dia is voldoende duidelijk. Maar vergeet niet te vermelden dat het overal op aarde regent en dat er overal verdamping optreedt! In nogal wat figuren uit het middelbaar of uit sommige publicaties lijkt het alsof de zee constant alleen maar verdampt en dit alleen maar op het land als regen neervalt. Dat is echter fout! Wat wél verschilt tussen land en zee: de mate van verdamping Hetzelfde geldt voor de neerslag die op het land bv. in belangrijke mate kan worden beïnvloed door reliëf: aan de loefzijde van een gebergte valt soms meer regen dan aan de lijzijde. Dit fenomeen doet zich op een vlakke zee niet voor. De invloed van de begroeiing op neerslag neemt toe naarmate het over een groter beschouwd gebied gaat. Een bos van 100 hectare heeft een beperkte invloed op het klimaat in de ruimere omgeving dan het regenwoud in Amazonië, dat aanleiding geeft tot belangrijke neerslagpatronen op vele duizenden kilometers afstand een grotendeels ontbost landschap, zoals Vlaanderen, dat nu vooral door lage begroeiingen wordt gedomineerd (grasland) en dat voor een derde is verhard (wegen en bebouwing) de bron van de figuur op volgende pagina is niet duidelijk (nvdr) 27

28 De waterkringloop op grote schaal Het rangordemodel Het rangorde-model is een voorstellingswijze van verbanden binnen de landschapsecologie. Klimaat, topografie, hydrologie en moedermateriaal spelen elk in op bodem en vegetatie. Men noemt dit de onafhankelijke factoren. Bodem en vegetatie noemt men de afhankelijke factoren. figuur uit: ex.php?hoofdgroep=6&niveau= 2&id=10 28

29 Het rangordemodel Bron figuur: Dauvellier, Peter Stromend landschap. Geraadpleegd oktober 4. De invloed van de natuurbeheerder natuurbeheerder 29

30 bodem en grondwater bepalen de vegetatie begrip standplaats De bodem is de bovenste anderhalve meter van het terrein. Voor het allergrootste gedeelte van alle planten is het vooral belangrijk wat er zich in de bovenste decimeters van het terrein afspeelt, niet wat er op meer dan 2 of meer meter diepte is. Ook in die bovenste decimeters spelen zich de belangrijkste processen af, zoals afbraak door schimmels, verplaatsing van grond en omwoeling door wormen, vertering van blad, veenvorming, Dat betekent niet dat de geologie hetgeen zich dieper bevindt niet belangrijk is, integendeel. Geologische verschijnselen bepalen immers of opstijgend grondwater zuur dan wel basisch is, of een bepaald terrein hoger of lager ligt, of een rivier ergens door kan eroderen. Maar als een terrein op 16 meter diep zandig is, betekent dit helemaal niet dat de bodem zelf ook zandig is. Bodem wordt bewust niet bij abiotische processen behandeld in deze presentatie, omdat de bodem véél meer is dan een hoop grond met wat water en lucht tussen. Het belang van bodemflora en fauna kan niet voldoende worden benadrukt. De plaats waar een bepaalde bodem in het landschap ligt is bepalend voor de kwaliteit ervan. Hetzelfde geldt voor de leeftijd van een bodem: oude podsols, oude graslanden met een dichte zode zijn véél moeilijker tot niet te herstellen indien ze verkeerd worden beheerd dan recent opgespoten terreinen, storten of hoog dynamische slik-schorre-gebieden. Standplaats Kleinste systeem binnen het landschap dat homogeen is naar de voor de vegetatie belangrijkste standplaatskenmerken: bodemsamenstelling, grondwaterkwaliteit en verloop, vochtigheid, voedselrijkdom, zuurtegraad, kalkgehalte etc. Bodem en vegetatie worden bepaald door klimaat topografie hydrologie moedermateriaal vegetatie bodem (incl. levende bodem) 30

31 Patroon versus proces patroon: de wijze waarop het landschap is ingedeeld over (een deel van) de aarde een kleinschalig geperceleerd landschap een woest moerasgebied met een haast onvoorspelbare mengeling van bossen, ruigtes en open water enkele ver van elkaar gelegen poelen te midden een intensief landbouwlandschap Patroon versus proces proces: een reeks samenhangende veranderingen jaarlijks overstroomt het gebied en valt het slechts enkele maanden wat droog, waardoor veen-vorming optreedt zuur regenwater valt op hogere gronden, zakt in de grond en komt kalkrijk terug boven in de vallei 31

32 $$$Voorbeeld van procesbeheer SIGMA-gebied begraasd terrein praktijk: zowel patroon als proces reservaten kleiner dan 30 hectare zijn amper zuiver procesmatig te beheren toplocaties worden patroon-beheerd vb. orchideeëngrasland, heischraal grasland beheer = behoudsbeheer = patroonbeheer hoe meer dynamisch de omgeving, hoe meer procesmatig kan/moet worden beheerd 32

33 Hoe ziet het landschap eruit? Vorm, grootte en situering ten opzichte van naburige natuurgebieden zijn belangrijke kenmerken van het natuurgebied figuur volgende dia: De eiland-theorie stelt dat kleinere, meer geïsoleerde natuurgebieden en biotopen, met een grote randzone (die dus sterker onder invloed staan van vijandige naburige terreinen) minder duurzaam kunnen blijven voortbestaan dan grotere, min of meer cirkelvormige terreinen. 33

34 de eiland-theorie als basis voor het natuurbeheer problemen met soorten op eilandjes zijn groter dan op het grote vasteland vorm en grootte zijn belangrijke kenmerken van het natuurgebied nabijheid van een bron van biodiversiteit is belangrijk het rand-effect rand-effect: de invloed van naburige terreinen op het natuurterrein is groter naarmate de randzone groter is in verhouding tot de oppervlakte 34

35 Het rand-effect Het rand-effect is groter naarmate het contrast tussen de verschillende natuurtypes groter is 35

36 Het rand-effect is groter naarmate het contrast tussen de verschillende landfuncties groter is De natuurbeheerder probeert grote, aaneensluitende gebieden natuurlijk te houden of in te richten natuurgebieden zo goed mogelijk met elkaar te verbinden door het uitbouwen van een netwerk van verbindende corridors waterlopen en hun oevers houtkanten bermen stapstenen te voorzien, eventueel zelfs in stedelijke omgeving 36

37 5. Mondiale ecologie: het klimaat Het Klimaat is niet hetzelfde als microklimaat 37

38 klimaat de gemiddelde weersomstandigheden in een bepaalde regio, gerekend in de periode klimaat wordt bepaald door breedtegraad = hoek die zonnestralen maken nabijheid van zee en zeestromingen hoogte of diepte (reliëf) expositie: gericht náár of weg van de zon begroeiing of bedekking door ijs (enkel bij grote oppervlaktes, zoals regenwoud of ijskappen) Klimaat: het is van nature warmer bij de evenaar! 38

39 het broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect Het broeikaseffect is een neutrale beschrijving van een natuurlijk fenomeen. Er is dus niets slecht noch goed aan het broeikaseffect, het heeft altijd al bestaan en is mede verantwoordelijk voor het bestaan en ontstaan van het leven op aarde. Het broeikaseffect wordt wél problematisch als er (door menselijke invloed) wijzigingen optreden in het isolerend karakter van de atmosfeer, waardoor (schadelijke) Uv-straling bv. feller tot op aarde doordringt. bron figuur broeikaseffect C2J6SQI/AAAAAAAAAPU/JTOjRqHrzG8/s1600/Greenhouse_Effect.png bron figuur Keeling curve: _mean_concentration.svg het broeikaseffect 39

40 het versterkte broeikaseffect door menselijke ingrepen komen veel sneller broeikasgassen in de atmosfeer dan voorheen, op een dusdanig tempo en met dusdanige hoeveelheden dat de natuur deze stoffen zoals CO2 en methaan niet kan verwerken. daardoor versterkt het broeikaseffect, waardoor de aarde opwarmt de opwarming en onze natuur 40

41 Het water op aarde: driekwart! 75% van het aardoppervlak bestaat uit water meren rivieren en stromen getijdenzones 41

42 Bedankt! Referenties 42

Ecologie. Cursus Natuurgids

Ecologie. Cursus Natuurgids Ecologie Cursus Natuurgids Hoofdstuk ecologie 1. Wat is ecologie? 2. Abiotische factoren 3. Relaties tussen individuen van dezelfde soort 4. Relaties tussen individuen van verschillende soorten 5. Processen

Nadere informatie

Aerobe dissimilatie = de afbraak van glucose (maar ook vetzuren en aminozuren) met behulp van zuurstof, waardoor energie vrijkomt om ATP te maken.

Aerobe dissimilatie = de afbraak van glucose (maar ook vetzuren en aminozuren) met behulp van zuurstof, waardoor energie vrijkomt om ATP te maken. Begrippenlijst door Lauke 1056 woorden 23 oktober 2017 5,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Begrippen biologie hoofdstuk 2 Aerobe dissimilatie = de afbraak van glucose (maar ook vetzuren en

Nadere informatie

15/03/2016. Ecologie. Cursus Natuurgids. 1. Wat is ecologie?

15/03/2016. Ecologie. Cursus Natuurgids. 1. Wat is ecologie? Ecologie Cursus Natuurgids 1. Wat is ecologie? 2 1 1. Wat is ecologie? Ecologie is de studie van de onderlinge relaties tussen soortgenoten levende natuur andere soorten niet-levende natuur 3 1. Wat is

Nadere informatie

1. Biotische factoren (zijn afkomstig van andere organismen) - voedsel - soortgenoten - ziekteverwekkers - vijanden

1. Biotische factoren (zijn afkomstig van andere organismen) - voedsel - soortgenoten - ziekteverwekkers - vijanden Ecologie De wetenschap die bestudeert waarom bepaalde planten en dieren ergens in een bepaalde leefomgeving (milieu) voorkomen en wat de relaties zijn tussen organisme en hun milieu 1. Biotische factoren

Nadere informatie

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN

natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN indeling inleiding: voorstelling a geschiedenis van het natuurbeheer b - biotopen en soorten en hun beheer pauze c - beheer richt zich op de omgeving d - natuurbeheer

Nadere informatie

Invloeden uit milieu. In ecologie bestuderen we alle relaties tussen organismen en hun milieu (leefomgeving)

Invloeden uit milieu. In ecologie bestuderen we alle relaties tussen organismen en hun milieu (leefomgeving) Ecologie Thema1 Invloeden uit milieu In ecologie bestuderen we alle relaties tussen organismen en hun milieu (leefomgeving) Levende natuur Levenloze natuur = biotische factoren = abiotische factoren Niveau

Nadere informatie

verwerking : wat is een bos?

verwerking : wat is een bos? verwerking : wat is een bos? Leven vestigt zich op plaatsen waar het goed is om te leven. Er zijn verschillende factoren die de leefomgeving vorm geven : levende factoren, niet-levende factoren en menselijke

Nadere informatie

Kwaliteit van de natuur. Hoe spoor je aantastingen op?

Kwaliteit van de natuur. Hoe spoor je aantastingen op? Kwaliteit van de natuur Hoe spoor je aantastingen op? Ecosystemen en levensgemeenschappen Zoek vergelijkende gebieden (oerbossen, intacte riviersystemen, ongerepte berggebieden, hoogveenmoerassen, etc)

Nadere informatie

In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen.

In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen. Samenvatting Thema 3: Ecologie Basisstof 1 In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen. Waarom leeft het ene dier hier en het andere dier daar? Alle organismen

Nadere informatie

Trosbosbes Effecten op het ecosysteem en mogelijkheden voor bestrijding

Trosbosbes Effecten op het ecosysteem en mogelijkheden voor bestrijding Trosbosbes Trosbosbes Effecten op het ecosysteem en mogelijkheden voor bestrijding GertJan van Duinen Vraagstelling Hoe beïnvloedt Trosbosbes ecosysteem? Peelvenen: veenontwikkeling, biodiversiteit Factoren

Nadere informatie

d rm Neder wa e landopg

d rm Neder wa e landopg Opgewarmd Nederland deel Natuur, water en landbouw: aanpassen Ecosystemen en klimaat Water, mens en landschap: eeuwenlang een gevaarlijk samenspel Polders, sloten en plassen: binnenwateren in beweging

Nadere informatie

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar 17-1- Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar BODEM De Bodem Van Groot naar Klein tot zeer klein 2 1 17-1- Bodemprofiel Opbouw van de bodem Onaangeroerd = C Kleinste delen = 0 en A Poriënvolume

Nadere informatie

Ecosysteem voedselrelaties

Ecosysteem voedselrelaties Ecosysteem ecologie Ecosysteem voedselrelaties Oceanen: voedselweb + energiestromen Ga naar Mypip.nl en open de oefening 3 voedselketen - voedselweb Doe de oefening en maak vervolgens de aangeleverde vragen.

Nadere informatie

LEVENSGEMEEN SCHAPPEN

LEVENSGEMEEN SCHAPPEN LEVENSGEMEEN SCHAPPEN 1 E e n e i g e n h u i s, e e n p l e k o n d e r d e z o n Waarom groeien er geen klaprozen op het sportveld? Waarom leven er geen kwallen in de IJssel? Kunnen struisvogels wel

Nadere informatie

Vegetatie van Nederland

Vegetatie van Nederland Vegetatie van Nederland Vegetatie van Nederland Met Bosanemoon: Zomereik Gewone es Klimop Eenbes Daslook Bosvergeet-mij-nietje Slanke sleutelbloem Met scherpe boterbloem Grote vossenstaart Gestreepte witbol

Nadere informatie

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR.   PaccoParameters PACCO-PARAMETERS PH DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR PH De ph geeft de zuurtegraad van het water weer. Ze varieert doorgaans op een schaal

Nadere informatie

Abiotische factoren: alle invloeden uit de levenloze natuur (temperatuur, wind, licht)

Abiotische factoren: alle invloeden uit de levenloze natuur (temperatuur, wind, licht) Samenvatting door B. 911 woorden 16 juni 2015 7 59 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Basisstof 1 Abiotische factoren: alle invloeden uit de levenloze natuur (temperatuur, wind, licht)

Nadere informatie

Inleiding Indeling van het plantenrijk Indeling van het dierenrijk Andere manieren van ordenen Ecologie...

Inleiding Indeling van het plantenrijk Indeling van het dierenrijk Andere manieren van ordenen Ecologie... ECOLOGIE Inhoudsopgave Inleiding... 3 Indeling van het plantenrijk... 4 Indeling van het dierenrijk... 5 Andere manieren van ordenen... 6 Ecologie... 6 Biotische- en a-biotische factoren... 9 Producenten,

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT Naam: Klas: Datum: 1 Situering van het biotoop Plaats: Type water: vijver / meer / ven / moeras/ rivier / kanaal / poel / beek / sloot / bron Omgeving: woonkern / landbouwgebied

Nadere informatie

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodemkunde Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodems en hun eigenschappen 3 Bodems en hun eigenschappen Opdracht: - Zoek op wat het bodemprofiel is waar je zelf woont / werkt / stage loopt 4

Nadere informatie

Ecologie is de wetenschap die relaties tussen organismen en hun omgeving bestudeert

Ecologie is de wetenschap die relaties tussen organismen en hun omgeving bestudeert Ecologie is de wetenschap die relaties tussen organismen en hun omgeving bestudeert Een ecosysteem is bestaat uit alle organismen uit een bepaald gebied en alle omgevingsfactoren die invloed hebben op

Nadere informatie

Respect voor schoonheid. Oog voor detail

Respect voor schoonheid. Oog voor detail Schoonheid van geheel van vegetatie Respect voor schoonheid Details van landschap & bodem Oog voor detail Optimale omstandigheden > verscheidenheid aan Streven soorten die naar zich langs diversiteit hun

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1.1 1.2 en 4.1 4.2 Samenvatting door een scholier 1402 woorden 5 december 2017 7 21 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Aardrijkskunde toetsweek 1

Nadere informatie

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten Herfst inhoud Herfst 3 1. Het weer 4 2. Overal blad 5 3. Zaden 6 4. Paddenstoelen 7 5. De eekhoorn 8 6. De egel 9 7. Insecten 10 8. Vogels op reis 11 9. Filmpje 12 Pluskaarten 13 Bronnen en foto s 15 Colofon

Nadere informatie

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING Wat gaan we doen De bodem Bodemleven Voorstellen van verschillende groepen Wat doen deze beestjes in de bodem Goede bodemkwaliteit Regenwormen Petra van Vliet Blgg - Oosterbeek

Nadere informatie

Begrippenlijst Biologie Ecologie

Begrippenlijst Biologie Ecologie Begrippenlijst Biologie Ecologie Begrippenlijst door een scholier 1803 woorden 14 april 2010 5,8 43 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Paragraaf 1 De organisatieniveaus van de ecologie

Nadere informatie

Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014

Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014 Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014 Stichting Landschapsbeheer Zeeland Lucien Calle Sandra Dobbelaar Alex Wieland 15 juli 2014 1 Inhoud Inleiding...

Nadere informatie

Ecosysteem havo/vwo 3-4

Ecosysteem havo/vwo 3-4 Ecosysteem havo/vwo 3-4 De natuurlijke balans van ecosystemen wordt bewaakt door microben. Zij staan aan het begin en einde van de voedselketen. Het ecosysteem bestaat niet alleen uit levende factoren

Nadere informatie

E C O L O G I E Ecologie Factoren die invloed hebben op het milieu: Niveaus van de ecologie:

E C O L O G I E Ecologie Factoren die invloed hebben op het milieu: Niveaus van de ecologie: E C O L O G I E Ecologie = wetenschap die bestudeert waarom bepaalde planten en dieren ergens in een bepaald milieu voorkomen en wat de relaties zijn tussen organismen en dat milieu Factoren die invloed

Nadere informatie

Schimmels. http://www.soortenbank.nl/soorten.php?menuentry=quiz&soortengroep=paddenstoelen

Schimmels. http://www.soortenbank.nl/soorten.php?menuentry=quiz&soortengroep=paddenstoelen Schimmels Waar zouden we zijn zonder de schimmel. Geen brood, bier, brie, champignons of penicilline. Ook ruimen ze planten- en dierenresten op (detritivoren). Jammer dat ze al aan planten en dieren beginnen

Nadere informatie

Bermenplan Assen. Definitief

Bermenplan Assen. Definitief Definitief Opdrachtgever: Opdrachtgever: Gemeente Assen Gemeente Mevrouw Assen ing. M. van Lommel Mevrouw M. Postbus van Lommel 30018 Noordersingel 940033 RA Assen 9401 JW T Assen 0592-366911 F 0592-366595

Nadere informatie

Spanningen en ecologische problemen binnen regio s 11

Spanningen en ecologische problemen binnen regio s 11 Geogenie p. 76-83 Atlas p.... Spanningen en ecologische problemen binnen regio s 5.. Amazoniië,, van werelldwiijjd bellang 1. De ecologie van het regenwoud Noteer met behulp van je atlas de jaarlijkse

Nadere informatie

Loof-en naaldbomen. Naam :

Loof-en naaldbomen. Naam : Loof-en naaldbomen Naam : Veel bomen maken een bos In een boomgaard staan soms honderden bomen, en toch is een boomgaard geen bos. Ook in een park kun je veel bomen zien, maar een park is beslist geen

Nadere informatie

Eindexamen biologie pilot vwo I

Eindexamen biologie pilot vwo I West-Europese duinvalleien bedreigd Natte kalkrijke duinvalleien met hun typische plantengemeenschappen worden steeds zeldzamer, niet alleen in Nederland maar in heel West-Europa. Dit komt niet alleen

Nadere informatie

EEN BETERE BODEM. Op goede gronden een gezonde groei. Inhoudsopgave

EEN BETERE BODEM. Op goede gronden een gezonde groei. Inhoudsopgave EEN BETERE BODEM Op goede gronden een gezonde groei Inhoudsopgave Over Heicom Onze producten Zand en grond Zuurstof Bodemverdichting Water lucht en poriën PF curve Eigenschappen van zand Normen ISA sport

Nadere informatie

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad Chemisch wateronderzoek 1 water leeft 2 Abio Chemisch wateronderzoek 2 Chemisch wateronderzoek 3 WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Een goede waterkwaliteit is van groot belang voor het leven van waterdieren

Nadere informatie

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Kruiden- en faunarijk grasland

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Kruiden- en faunarijk grasland Provincie Utrecht, afdeling FLO, team NEL, 5 februari 2015 is het basis-natuurgrasland. Het kan overal voorkomen op alle grondsoorten en bij alle grondwaterstanden, maar ziet er dan wel steeds anders uit.

Nadere informatie

module 2 ECOLOGISCHE & BEHEERPRINCIPES

module 2 ECOLOGISCHE & BEHEERPRINCIPES ECOLOGISCHE & BEHEERPRINCIPES Hoofdstuk 2 Inhoudsopgave: Wat is ecologie? Wat is biodiversiteit? Wat is natuurbeheer? Boerennatuur op en rond het erf Wat is ecologie? Wat is ecologie? Wat is ecologie?

Nadere informatie

Biodiversiteit en netwerken

Biodiversiteit en netwerken Basiscursus Ecologische Moestuin Biodiversiteit en netwerken Ecologisch tuinieren is 1. Niet destructief, maar constructief tuinieren; 2. Netwerken bevorderen 1. Destructief boeren/tuinieren Pesticiden

Nadere informatie

Doel: Na deze opdracht weet je wat een voedselkringloop is en hoe het leven van planten en dieren met elkaar samenhangt.

Doel: Na deze opdracht weet je wat een voedselkringloop is en hoe het leven van planten en dieren met elkaar samenhangt. Thema: Bestaat vrede? Vak: Ruimte, aarde en milieu De ecologische kringloop De voedselkringloop Moeilijkheid: *** Tijdsduur: ** Juf Nelly De kringloop in de natuur Doel: Na deze opdracht weet je wat een

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Ecologie Thema 3

Samenvatting Biologie Ecologie Thema 3 Samenvatting Biologie Ecologie Thema 3 Samenvatting door P. 1299 woorden 7 januari 2013 6,4 15 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Thema 3 Ecologie Basisstof 1 Invloeden uit het milieu:

Nadere informatie

Ecologie Vragenlijst Onderstaande vragen dienen om je blik te verbreden en meer na te denken over de gebezigde begrippen en concepten.

Ecologie Vragenlijst Onderstaande vragen dienen om je blik te verbreden en meer na te denken over de gebezigde begrippen en concepten. Ecologie Vragenlijst Onderstaande vragen dienen om je blik te verbreden en meer na te denken over de gebezigde begrippen en concepten. 1. Geef in eigen woorden een omschrijving van het begrip abiotische

Nadere informatie

Bodem & Klimaat. Op weg naar een klimaatbestendig bodembeheer

Bodem & Klimaat. Op weg naar een klimaatbestendig bodembeheer Bodem & Klimaat Op weg naar een klimaatbestendig bodembeheer Jaartemperaturen en warmterecords in De Bilt sinds het begin van de metingen in 1706 Klimaatverandering KNMI scenarios Zomerse dagen Co de Naam

Nadere informatie

inhoud 1. Inleiding 3 2. Schimmel 4 3. De paddenstoel 5 4. Uit het leven van een paddenstoel 7 5. Soorten paddenstoelen 6.

inhoud 1. Inleiding 3 2. Schimmel 4 3. De paddenstoel 5 4. Uit het leven van een paddenstoel 7 5. Soorten paddenstoelen 6. Paddenstoelen inhoud 1. Inleiding 3 2. Schimmel 4 3. De paddenstoel 5 4. Uit het leven van een paddenstoel 7 5. Soorten paddenstoelen 8 6. Schimmelweetjes 11 7. Filmpjes 13 Pluskaarten 14 Colofon en voorwaarden

Nadere informatie

Grasland en Heide. Hoofdstuk 2.2 en 2.4

Grasland en Heide. Hoofdstuk 2.2 en 2.4 Grasland en Heide Hoofdstuk 2.2 en 2.4 Planning Grasland Voedselweb opdracht Heide Voedselweb opdracht Grasland Grasland is een gebied van enige omvang met een vegetatie die gedomineerd wordt door grassen

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Thema 3 Ecologie

Samenvatting Biologie Thema 3 Ecologie Samenvatting Biologie Thema 3 Ecologie Samenvatting door H. 1342 woorden 24 januari 2014 4 9 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Biologie Thema 3 Ecologie Basisstof 1 In de ecologie

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 en 10

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 96 woorden 2 juni 2007 7,7 9 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Paragraaf 9.1 Gist: Eencellige schimmelsoort die in gedroogde

Nadere informatie

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer:

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer: Bijlagen bij verordening subsidies natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen 2014: 1. Inrichtingseisen natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen; 2. Richtlijnen voor natuurvriendelijk onderhoud.

Nadere informatie

In planten vindt fotosynthese plaats:

In planten vindt fotosynthese plaats: Thema6 ecologie + Thema 7 mens en milieu samenvatting 1 invloeden uit het milieu Invloeden uit het Alle organismen worden beïnvloed door hun milieu (leefomgeving) milieu o Het milieu wordt ook door organismen

Nadere informatie

De Dennen. Wandelen. Paardrijden. Fietsen. Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel

De Dennen. Wandelen. Paardrijden. Fietsen. Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel Staatsbosbeheer Nationaal Park Duinen van Texel Ruijslaan 92, 1796 AZ De Koog T 0222-317741 www.staatsbosbeheer.nl Wandelen Fietsen Paardrijden De Dennen Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel

Nadere informatie

Duurzame landbouw door bodemschimmels

Duurzame landbouw door bodemschimmels Duurzame landbouw door bodemschimmels Omdat er in natuurgebieden over het algemeen veel bodemschimmels leven, wordt vaak gedacht dat de aanwezigheid van schimmels in een akker of in grasland een kenmerk

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 biologie CSE GL en TL Deze bijlage bevat informatie. GT-0191-a-13-2-b Tropische regenwouden Lees eerst informatie 1 tot en met 3 en beantwoord dan vraag 41 tot en met

Nadere informatie

Antwoorden door een scholier 722 woorden 23 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Hoofdstuk 4 Mens en milieu.

Antwoorden door een scholier 722 woorden 23 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Hoofdstuk 4 Mens en milieu. Antwoorden door een scholier 722 woorden 23 november 2002 4 69 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Hoofdstuk 4 Mens en milieu Paragraaf 1 Vraag 1: a) Dat zijn de levende onderdelen van de natuur. b) Water,

Nadere informatie

Werkblad - Les 2 - Waterbouw en ecologie

Werkblad - Les 2 - Waterbouw en ecologie BOUWEN MET DE NATUUR In Nederland proberen we de natuur te herstellen, maar de natuur kan zelf ook een handje helpen. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de aanleg van de Marker Wadden, een eilandengroep in het

Nadere informatie

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)

Nadere informatie

BOSSEN. Dwaal door onze groene wereld. Christiane Dorion

BOSSEN. Dwaal door onze groene wereld. Christiane Dorion DE BOSSEN IN Dwaal door onze groene wereld Christiane Dorion LEMNISCAAT ROTTERDAM Inhoud Wereldbossen 4 Groene reuzen 34 Van zaadje tot boom 6 Herken naaldbomen 36 Bladeren, stammen en wortels 8 Tropische

Nadere informatie

De Heikikker De Heikikker

De Heikikker De Heikikker De Heikikker Brabant Water beheert 2200 hectare grond waarvan 1500 hectare natuurgebied. Hiermee zijn wij een van de grootgrondbezitters in Noord-Brabant. In deze natuurgebieden liggen ook de waterwingebieden

Nadere informatie

Biotoopstudie: Bodemonderzoek in hoogstamboomgaard

Biotoopstudie: Bodemonderzoek in hoogstamboomgaard Nationale Boomgaarden Stichting v.z.w. Vereniging voor pomologie, boomgaard- en landschapsbeheer (staatsblad 2 09-2005) Leopold-III-straat 8 3724 Vliermaal, tel: 012/391188; fax: 012/747438 E-mail: info@boomgaardenstichting.be

Nadere informatie

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie. Bijlage VMBO-KB 2013 tijdvak 2 biologie CSE KB Deze bijlage bevat informatie. KB-0191-a-13-2-b Tropische regenwouden Lees eerst informatie 1 tot en met 3 en beantwoord dan vraag 42 tot en met 50. Bij het

Nadere informatie

Deel 3: het belang van koraal(riffen)

Deel 3: het belang van koraal(riffen) Lesstof Deel 1: het koraalrif Deel 2: het koraal Deel 3: het belang van koraal(riffen) Deel 4: de bedreigingen voor het koraal Deel 5: het beschermen van het koraal Deel 3: Het belang van het koraal Deze

Nadere informatie

BANANEN LANGS DE NOORDZEE antwoordblad

BANANEN LANGS DE NOORDZEE antwoordblad Opdracht 1 In het filmpje ging het over klimaatverandering. Bedenk samen drie voordelen en drie nadelen van klimaatverandering. Schrijf op: Voordelen 1. bijvoorbeeld warmere zomers in Nederland 2. bijvoorbeeld

Nadere informatie

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van LESPAKKET ECOLOGIE VMBO Naam Docent Klas LEKKER BEESTEN TUSSEN DE DIEREN Dierenrijk is onderdeel van WELKOM IN DIERENRIJK SPOREN Om ervoor te zorgen dat je een leuke en leerzame excursie hebt, volgen hier

Nadere informatie

Voedselweb en voedselketen

Voedselweb en voedselketen Informatie: Moeilijkheid:**** Tijdsduur: *** Een plant groeit, dieren eten die plant op, die dieren worden weer opgegeten door andere dieren, die dieren gaan weer dood, het dier wordt weer opgeruimd door

Nadere informatie

Biodiversiteit in de hoogstamboomgaard

Biodiversiteit in de hoogstamboomgaard Nationale Boomgaarden Stichting v.z.w. Vereniging voor pomologie, boomgaard- en landschapsbeheer (staatsblad 2 09-2005) Leopold-III-straat 8 3724 Vliermaal, tel: 012/391188; fax: 012/747438 E-mail: info@boomgaardenstichting.be

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, 'Fast Food Island' en Hoofdstuk 10, 'Ecologie'

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, 'Fast Food Island' en Hoofdstuk 10, 'Ecologie' Samenvatting Biologie Hoofdstuk 9, 'Fast Food Island' en Hoofdstuk 10, 'Ecologie' Samenvatting door een scholier 1412 woorden 29 juni 2007 6,4 39 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Fast Food Island!

Nadere informatie

Bloeiend plantje Spoor van een dier

Bloeiend plantje Spoor van een dier Volwassen boom Jonge boom Dode boom Hoge struik Lage struik Varen Mos Klimmende plant Bloeiend plantje Spoor van een dier Paddenstoel (op de grond) Bodemdiertje Paddenstoel (op een boom) Activiteit 3 :

Nadere informatie

De patrijs, klant van de akkerrand. Achtergrondinformatie bij de lesbrief voor kinderen.

De patrijs, klant van de akkerrand. Achtergrondinformatie bij de lesbrief voor kinderen. De patrijs, klant van de akkerrand. Achtergrondinformatie bij de lesbrief voor kinderen. Tekeningen Ciel Broeckx, juni 2010. 1 De Europese Unie heeft in 2002 afgesproken om het verlies aan biodiversiteit

Nadere informatie

Landschapsecologie. Cursus Natuurgids

Landschapsecologie. Cursus Natuurgids Landschapsecologie Cursus Natuurgids 2. Ecologische processen en patronen in het landschap 4. Historische ecologie Deze les is te beschouwen als een basishandleiding voor de biotoopstudie! 2 1 1. Planten

Nadere informatie

De Dennen. Wandelen. Paardrijden. Fietsen. Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel

De Dennen. Wandelen. Paardrijden. Fietsen. Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel Staatsbosbeheer Nationaal Park Duinen van Texel Ruijslaan 92, 1796 AZ De Koog T 0222-317741 www.staatsbosbeheer.nl Wandelen Fietsen Paardrijden De Dennen Onderedeel van Nationaal Park Duinen van Texel

Nadere informatie

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van LESPAKKET ECOLOGIE HAVO / VWO Naam Docent Klas LEKKER BEESTEN TUSSEN DE DIEREN Dierenrijk is onderdeel van WELKOM IN DIERENRIJK ELAND Om ervoor te zorgen dat je een leuke en leerzame excursie hebt, volgen

Nadere informatie

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Samenvatting door S. 1016 woorden 28 februari 2016 6,2 47 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Aardrijkskunde samenvatting H2: Nadeel tropische klimaten: het vocht, en de insecten/ziektes.

Nadere informatie

Klimaten Verschillende klimaten - Tropisch klimaat - Droog klimaat - Gematigd klimaat - Landklimaat - Poolklimaat - Mediterraan klimaat - Subtropisch klimaat https://schooltv.nl/video/klimaatzones-van-de-wereld-waarom-zijn-er-verschillende-klimaatzones/

Nadere informatie

Bedreigingen. Broeikaseffect

Bedreigingen. Broeikaseffect Bedreigingen Vroeger gebeurde het nogal eens dat de zee een gat in de duinen sloeg en het land overspoelde. Tegenwoordig gebeurt dat niet meer. De mensen hebben de duinen met behulp van helm goed vastgelegd

Nadere informatie

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering BIODIVERSITEIT RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering DUURZAME ONTWIKKELING INTEGRAAL WATERBEHEER BIODIVERSITEIT Wat? Belang?

Nadere informatie

Biotoopstudie THEMA 7

Biotoopstudie THEMA 7 THEMA 7 Biotoopstudie In dit thema ga je op ontdekking in een biotoop. Door waarnemingen zoek je naar biotische factoren. Door metingen bepaal je enkele abiotische factoren van de lucht en de bodem. Je

Nadere informatie

Verschillende voedselketens

Verschillende voedselketens W.o.-natuur 6e leerjaar Lesfiche Verschillende voedselketens Eindtermen 1.7 De leerlingen kunnen de wet van eten en gegeten worden illustreren aan de hand van minstens twee met elkaar verbonden voedselketens.

Nadere informatie

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl 6 augustus 2018 Dit is een voorlopige versie. De methode kan nog verbeterd en de droogte van 2018 is nog niet ten einde. Commentaar

Nadere informatie

Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014

Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014 Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014 Petra Deproost Departement LNE, Dienst Land en Bodembescherming Biodiversiteit: niet enkel bovengronds!

Nadere informatie

Inhoud 4 e druk Natuuronderwijs inzichtelijk

Inhoud 4 e druk Natuuronderwijs inzichtelijk Inhoud 4 e druk Natuuronderwijs inzichtelijk Inleiding 1 PLANTEN 1.1 Indeling van het plantenrijk 1.1.1 De groene wereld van de planten 1.1.2 Wieren (algen) 1.1.3 Mossen 1.1.4 Paardenstaarten 1.1.5 Varens

Nadere informatie

Fysisch milieu. Cursus natuurgids

Fysisch milieu. Cursus natuurgids Fysisch milieu Cursus natuurgids 1 Inhoud 1 Beknopte initiatie in enkele abiotische processen 2 Landschapsvorming in Vlaanderen 3 Bodems 2 1 Abiotische processen 1 Abiotische processen vaststellingen Lithosfeer:vast

Nadere informatie

Relaties tussen organismen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Relaties tussen organismen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 20 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/73585 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Wandelweg nr. 18 : La vierge de Werpin : Hotton Merkteken :

Wandelweg nr. 18 : La vierge de Werpin : Hotton Merkteken : Wandelweg nr. 18 : La vierge de Werpin : Hotton Merkteken : Water is leven. Deze wandeling nodigt u uit om de eindeloze kringloop van het water te doorgronden, om het mysterie te ontrafelen dat, van de

Nadere informatie

Samenvatting Biologie Hoofstuk 6: Ecologie

Samenvatting Biologie Hoofstuk 6: Ecologie Samenvatting Biologie Hoofstuk 6: Ecologie Samenvatting door G. 2238 woorden 22 november 2016 7,2 15 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Samenvatting Biologie 1 Wat is ecologie Het milieu

Nadere informatie

Samenstelling en eigenschappen

Samenstelling en eigenschappen Samenstelling en eigenschappen Mest is onder te verdelen in kunstmest en natuurlijke mest. Natuurlijke mest is op zijn beurt weer onder te verdelen in mest van dierlijke herkomst en mest van plantaardige

Nadere informatie

Landschappelijke elementen

Landschappelijke elementen Welkomstkaarten voor Landschappelijke elementen Gaan voor groen! Behoud en herstel van landschappelijke elementen? Geweldig! Landschappelijke elementen zijn van culturele en historische waarde. Maar ze

Nadere informatie

DE BASIS. wetenschappen en techniek voor de basisschool STEPHAN BOULEZ + KRIS HULSEN + FILIP MENNES BEA MERCKX + KATRIJN POOLS. Acco Leuven / Den Haag

DE BASIS. wetenschappen en techniek voor de basisschool STEPHAN BOULEZ + KRIS HULSEN + FILIP MENNES BEA MERCKX + KATRIJN POOLS. Acco Leuven / Den Haag DE BASIS wetenschappen en techniek voor de basisschool STEPHAN BOULEZ + KRIS HULSEN + FILIP MENNES BEA MERCKX + KATRIJN POOLS Acco Leuven / Den Haag Inhoud Voorwoord 13 Deel 1 Aardrijkskunde 15 1.1 De

Nadere informatie

Bodem. Bodemleven. Bodemverzorging. Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014

Bodem. Bodemleven. Bodemverzorging. Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014 Bodem Bodemleven Composteren Bodemverzorging Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014 Vanavond. Bodem: leer je bodem kennen Bodemvoedselweb Composteren Bodem verbeteren en voeden

Nadere informatie

d rm Neder wa e landopg

d rm Neder wa e landopg Opgewarmd Nederland deel Plant en dier: blijven, komen, weggaan of... Soorten, verspreiding en klimaat Kleine beestjes: sterk in beweging Libellen: voordeel van een warmer klimaat Dagvlinders: extra onder

Nadere informatie

Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel

Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel Doelgroep: Groep 4 t/m 8 Leerstofgebied: Wereldoriëntatie Werkvorm: Groepjes Duur: ± 30 minuten Doel van de opdracht: Leerlingen leren wat het favoriete voedsel

Nadere informatie

Vind de schat van Het Vinne!

Vind de schat van Het Vinne! Vind de schat van Het Vinne! Zoek de eerste stopplaats met behulp van het plan aan de andere kant van deze paal 1. Ik voel, ik voel wat jij niet voelt: Eén deelnemer sluit zijn ogen. De anderen zoeken

Nadere informatie

Eindopdracht Natuurbeheer en inrichting TB43B

Eindopdracht Natuurbeheer en inrichting TB43B Taak Eindopdracht Natuurbeheer en inrichting TB43B resultaat Je krijgt inzicht in beheer- en onderhoudsmaatregelen voor een aantal natuurtypen vooraf Bestudeer boek Ecologisch groenbeheer werktijd 4 weken

Nadere informatie

Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL. 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: *

Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL. 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: * Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: * * * 2 Hoe kun je de naam van een organisme opzoeken?

Nadere informatie

Vul het schema in. Gebruik hierbij: + (voordeel), (nadeel), 0 (geen voor- en geen nadeel).

Vul het schema in. Gebruik hierbij: + (voordeel), (nadeel), 0 (geen voor- en geen nadeel). 1. Samenleven Afb. 1 Ossenpikker op de kop van een buffel. In de basisstoffen heb je geleerd dat de verschillende populaties in een ecosysteem op veel manieren met elkaar te maken hebben. Ze leven immers

Nadere informatie

BOSSEN WERELDWIJD EDUKIT 4

BOSSEN WERELDWIJD EDUKIT 4 3 8 6 10 BOSSEN WERELDWIJD Verschillende soorten bossen In devorige edukit hebben we het gehad over de 2 grote categorieën in bomen, loofbomen en naaldbomen. Nu wordt het uitzicht van een bos niet enkel

Nadere informatie

inhoud De oude eik 1. In het park 2. De delen van de eik 3. Herfst 4. Dieren helpen de eik. 5. Winter 6. Lente 7. Rupsen 8.

inhoud De oude eik 1. In het park 2. De delen van de eik 3. Herfst 4. Dieren helpen de eik. 5. Winter 6. Lente 7. Rupsen 8. De oude eik inhoud De oude eik 3 1. In het park 4 2. De delen van de eik 5 3. Herfst 6 4. Dieren helpen de eik. 7 5. Winter 8 6. Lente 9 7. Rupsen 10 8. De galwesp 11 9. De boomklever 12 10. Filmjes 13

Nadere informatie

Het milieu is rechtstreeks verantwoordelijk voor onze gezondheid (zuivere lucht, zuiver water zijn nodig om te overleven.)

Het milieu is rechtstreeks verantwoordelijk voor onze gezondheid (zuivere lucht, zuiver water zijn nodig om te overleven.) Samenvatting door een scholier 988 woorden 20 mei 2015 0 keer beoordeeld Vak Biologie Welke soorten verontreiniging van het milieu kennen we? Lucht verontreiniging Water verontreiniging Bodem verontreiniging

Nadere informatie

Examen Voorbereiding Ecologie

Examen Voorbereiding Ecologie Examen Voorbereiding Ecologie Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 7 Ecologie Begrippenlijst: Begrip Abiotische factoren Biotische factoren Ecosysteem Populatie Emergente eigenschap Areaal Beperkende

Nadere informatie

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 Kustduinbodems : bodemvorming in een extreem milieu Carole Ampe Vlaamse Landmaatschappij West-Vlaanderen UGent Laboratorium voor Bodemkunde Inhoud Milieufactoren Geologie - moedermateriaal

Nadere informatie