INHOUD. Inleiding 3. I. Kort historisch overzicht 3 II. Het archief 5. Inventaris 10. Stukken van algemene aard

Transcriptie

1 INHOUD Inleiding 3 I. Kort historisch overzicht 3 II. Het archief 5 Inventaris 10 Stukken van algemene aard I. Notulen 10 II. Correspondentie 12 A. Algemeen 12 B. Algemeen (uitgaand) 14 C. Interne correspondentie 17 D. Correspondentie met leden, beschermende verenigingen, docenten en cursisten 19 E. Agenda s 21 III. Verslagen 22 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen I. Statuten en huishoudelijk reglement 23 II. Bestuur en leden (naamlijsten en overige stukken) 25 III. Boekhouding en financiële verantwoording aan de leden 27 A. Boekhouding Kas-, bank- en giroboeken Grootboeken Overige stukken 28 B. Financiële verantwoording aan de leden 30 IV. Subsidieverlening en toezicht door de overheid 31 A. Rijk Correspondentie Financiële verantwoording en inzending van statistische gegevens 32 B. Provincie 33 C. Gemeente 33 V. Huisvesting 35 A. Vóór de ingebruikneming van het gebouw aan het Waterlooplein 35 B. In het gebouw Waterlooplein 67 en aangrenzende gebouwen Huur en aankoop Inrichting en (klein) onderhoud Stukken betreffende de restauratie (besluitvorming;begrotingen; bestekken en aanbesteding; tekeningen; rapportage;overige stukken) Gebruik van het Academiegebouw door anderen 43 Atelierruimte in de Valkenburgerstraat 43 C. Voor de subklassen buiten Amsterdam 43 1

2 VI. Eigendommen en bibliotheek 44 VII. Docenten en niet-onderwijsgevend personeel 45 A. Naamlijsten van docenten 45 B. Benoeming van docenten 45 C. Declaraties en rapporten van docenten 53 D. Pensioenvoorziening 55 E. Overige stukken 55 VIII. Cursisten 58 A. Naamlijsten en andere overzichten 58 B. Dossiers 59 C. Aanmelding en toelating 61 D. Beoordeling 63 E. Ingeleverde werkstukken en verslagen van studieactiviteiten 70 F. Deelneming aan prijsvragen 72 G. Studiereizen 73 H. Overige stukken 74 IX. Organisatie en inhoud van het onderwijs 78 A. Leerplannen en lesroosters Ontwerp en herziening van het leerplan Vastgestelde leerplannen en lesroosters 79 B. Prospectussen 79 C. Les- en tentamenopgaven 80 D. Syllabi, collegeverslagen en literatuurlijsten Voor bepaalde vakken Niet voor bepaalde vakken 89 E. Overige stukken 90 X. Andere opleidingen en Opleidingsraad B.N.A. 93 XI. Jubilea 96 XII. Stichtingen en fondsen 97 Gedeponeerde archiefstukken van de Willem Kromhout Stichting, de Stichting Gebouwenfonds en het Snellebrand Studiereisfonds I. Willem Kromhout Stichting 98 II. Stichting Gebouwenfonds 100 III. Stichting Snellebrand Studiereisfonds 101 Supplement van later aangetroffen stukken Betreffende de inventarisnummers Bijlagen: Nadere toegangen Bijlage 1: Nadere toegang op inventarisnummer 20-25: Afzenders en geadresseerden van brieven 106 Bijlage 2: Nadere toegang op inventarisnummer 655: Lijst van stamboeknummers van cursisten op respectievelijk nummer/naam 119 2

3 INLEIDING I. Kort historisch overzicht In het voorjaar van 1908 nam Willem Kromhout, als voorzitter van het Genootschap Architectura et Amicitia, het initiatief tot de oprichting van een cursus voor voortgezet en hoger bouwkunstonderricht. Nadat hij verscheidene personen bereid gevonden had om als docent op te treden, ging de cursus in het najaar van 1908 van start. 1) De eerste acht jaren van zijn bestaan ressorteerde de cursus als 'Afdeling Voortgezet en Hooger Bouwkunst Onderricht' onder het Genootschap Architectura et Amicitia, met een afdelingsbestuur dat meestal, maar niet altijd, uit dezelfde personen bestond als het bestuur van het Genootschap. De duur van de cursus werd in 1912 van drie op vier jaar gebracht. Nadat al spoedig de wenselijkheid was gebleken van meer zelfstandigheid, in de vorm van een aparte vereniging, werd de cursus in 1916 door het Genootschap overgedragen aan de nieuw opgerichte Vereeniging voor Voortgezet en Hooger Bouwkunst Onderwijs. Voorzitter van de nieuwe vereniging werd de architect Jan de Meijer; de functies van secretaris en penningmeester werden vervuld door respectievelijk de Utrechtse M.T.S.-leraar W.J.M. van de Wijnpersse en de kunsthistoricus Willem van der Pluym. Naast dit driemanschap, dat het Dagelijks Bestuur van de Vereniging vormde, bestond de rest van het Bestuur uit vertegenwoordigers van 'beschermende verenigingen', te weten de Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst, de Bond van Nederlandsche Architecten, die in 1919 een fusie aangingen, en het Genootschap Architectura et Amicitia. Vanaf 1922 was ook de één jaar eerder opgerichte Club van Gediplomeerden H.B.O. als beschermende vereniging in het Bestuur vertegenwoordigd. Tot 1930 bleef het Dagelijks Bestuur ongewijzigd. In dat jaar trad de secretaris om gezondheidsredenen af. De in 1919 gediplomeerde oud-cursist B.T. Boeyinga was zijn opvolger. De Meijer en Van der Pluym bleven tot 1936 in functie als voorzitter en penningmeester, waarna zij werden opgevolgd door A.J. van der Steur en C. van der Wilk. In de jaren dertig leed de cursus een moeizaam bestaan. Het aantal leerlingen was gering en er bestond voortdurend gevaar dat de subsidie van het Rijk en van de Gemeente Amsterdam, die de cursus vanaf het begin van zijn bestaan genoten had, zou worden ingetrokken. 2) Na 1940 nam het leerlingenaantal plotseling snel toe. De cursus, die vanaf 1908 in diverse gebouwen onderdak had moeten vinden, kon van de gemeente een gedeelte van de Muiderpoort huren en daarmee voor het eerst een vaste zetel krijgen. In 1941 werd secretaris Boeyinga tot directeur van de cursus benoemd. De instelling van de functie van directeur zorgde ervoor dat het Dagelijks Bestuur, met name de secretaris, zich veel minder dan voorheen met de dagelijkse gang van zaken van de cursus hoefde te bemoeien. Boeyinga's plaats als secretaris van de Vereniging werd ingenomen door Dick Greiner. De huisvesting in de Muiderpoort was geen onverdeeld succes. Inbraken en vernielingen leidden ertoe dat de administratie weer ten huize van de directeur gevoerd moest worden. Na de oorlog kon de cursus, na een kort intermezzo in Museum Fodor, definitief gehuisvest worden in het thans nog in gebruik zijnde pand aan het Waterlooplein. De bezettingsjaren werden gekenmerkt door een sterke toename van het aantal cursisten, soms afkomstig uit plaatsen ver van Amsterdam. 3

4 De steeds slechter wordende treinverbindingen leidden tot de vorming van een 'subklas' in Rotterdam, later ook in Utrecht, die in 1946 verplaatst werd naar Arnhem. Tot 1 januari 1949 zouden de inmiddels tot afdelingen uitgegroeide vestigingen te Rotterdam en Arnhem onder Amsterdam blijven ressorteren, waarna zij als zelfstandige V.B.O.- opleidingen hun eigen weg gingen. Behalve in Rotterdam en Arnhem waren ook in andere plaatsen V.B.O.-cursussen van start gegaan. In 1947 werd de Opleidingsraad van de B.N.A. opgericht, die de coördinatie van de verschillende opleidingen verzorgde. De cursus in Amsterdam werd opgesplitst in een V.B.O.- en een H.B.O.-opleiding. De H.B.O.-opleiding werd een 'bovenbouwstudie', slechts toegankelijk voor personen in het bezit van een V.B.O.- -diploma met aantekening om door te mogen studeren, iets dat alleen voor de meest getalenteerden was weggelegd. 3) In 1950 werd directeur Boeyinga op eigen verzoek eervol ontslag verleend. J.A. Snellebrand werd tot zijn opvolger benoemd, onder wiens leiding in de daaropvolgende jaren talrijke studiereizen naar het buitenland werden ondernomen. De belangrijkste gebeurtenis uit de periode van zijn directeurschap was de instelling van een 'Vooropleiding' tot het V.B.O. in 1956, een jaar later gevolgd door de instelling van een afdeling voor Stedebouwkundig Hoger Onderricht. Het S.H.O. had een afzonderlijke leiding, onder voorzitterschap van J.P.J. Margry. De vergaderingen van de Leiding S.H.O. werden ook bijgewoond door de directeur en door de speciaal voor het S.H.O. aangestelde adjunctdirecteur J. van Tol. Door de instelling van het S.H.O. trad ook de Bond van Nederlandse Stedebouwkundigen toe als 'beschermend lid' van de Vereniging voor Voortgezet en Hoger Bouwkunst Onderricht. 4) In de jaren trad Dic. Slebos op als waarnemend directeur. Ziekte van directeur Snellebrand was aanleiding tot de aanstelling van een waarnemend directeur geweest, maar ook na het herstel van Snellebrand bleef Slebos als waarnemend directeur optreden. 5) In 1961 vertrok Snellebrand als directeur en het jaar daarop werd Slebos definitief zijn opvolger. Na lange en uitvoerige beraadslagingen werd in 1964 een geheel gewijzigd leerplan ingevoerd. De opleiding werd in twee hoofdrichtingen opgesplitist: Architectuur en Stedebouw. De begrippen V.B.O. en V.V.B.O. (= Vooropleiding) verdwenen. Wie de opleiding met goed gevolg had doorlopen, zou weer een diploma H.B.O. krijgen, net als vóór Na de invoering van het nieuwe leerplan veranderde ook de naam van de Vereniging. Reeds vanaf het moment in 1946 waarop de cursus haar intrek had genomen in het pand aan het Waterlooplein, werd de naam 'Academie van Bouwkunst' gebruikt om het gebouw en de daar gegeven cursus aan te duiden. In 1965 werd de Vereniging voor Voortgezet en Hoger Bouwkunst Onderricht herdoopt in 'Vereniging Academie van Bouwkunst Amsterdam'. Ook het oude begrip 'beschermende verenigingen' verdween. Voortaan waren het Genootschap Architectura et Amicitia, de B.N.A., de B.N.S. en de Kring (voorheen: Club) van Gediplomeerden H.B.O. 'buitengewone leden' van de Vereniging. De onrust die in de jaren rond 1970 in het hoger onderwijs heerste liet ook de Academie niet onberoerd. De studenten kregen grote invloed op de inhoud van het onderwijs. Ze zaten niet meer in klassen, die met het leerplan 1964 al vervangen waren in 'perioden', maar vormden groepen die zelf bepaalden waarmee ze zich bezig hielden. Ze mochten zelf gastdocenten kiezen en de traditionele beoordeling van het bij een docent ingeleverde werk werd vervangen door 'evaluaties'. In 1972 werd naast de bestaande hoofdrichtingen Architectuur en Stedebouw nog een derde richting ingesteld: Tuin- en Landschapsarchitectuur, met Hubert de Boer als directeur. 4

5 Noten 1. Zie inv.nr In een volgend jaar te verschijnen publicatie over het bouwkunstonderwijs zal Ineke Zwaan de geschiedenis van de Amsterdamse Academie van Bouwkunst, met name de bestuurlijke en administratieve aspecten daarvan, uitvoerig behandelen. In dit historisch onverzicht wordt daarom volstaan met het noemen van de belangrijkste feiten en namen in de geschiedenis van de Academie. 2. Tot 1920 had de cursus ook subsidie ontvangen van de provincie Noord-Holland. 3. Dit gold voor V.B.O.-gediplomeerden van alle opleidingen in Nederland. Behalve in Amsterdam kon alleen in Tilburg Hoger Bouwkunst Onderricht gevolgd worden. 4. In 1936 was Onderwijs weer vervangen door Onderricht, net als in de periode Zie notulen van de vergadering van het Dagelijks Bestuur van 7 april 1960 (inv.nr. 7). II. Het archief Het archief van de Academie van Bouwkunst Amsterdam is bij niet nader gedateerde overeenkomst in 1985 door de Vereniging Academie van Bouwkunst Amsterdam in bewaring gegeven aan het Nederland Documentatiecentrum voor de Bouwkunst te Amsterdam. Het bevond zich vóór de overbrenging naar het N.D.B. (voorjaar 1985) op de zolder van het Academiegebouw aan het Waterlooplein. Het omvatte circa 40 strekkende meter papier, voor een groot deel opgeborgen in ordners. Thans, na schoning, inventarisatie en definitieve verpakking beslaat het archief 26,6 strekkende meter. Alvorens op de oude orde van het archief en op de wijze van inventarisatie in te gaan, is het nuttig even stil te staan bij de vraag wie het archief van de Academie van Bouwkunst hebben gevormd. De archiefvormers In de eerste jaren van het bestaan van de cursus - tot werd het archief voornamelijk gevormd door de opeenvolgende administrateurs van de Afdeling V.B.O. en H.B.O. van het Genootschap Architectura et Amicitia. Nadat de Afdeling was omgezet in een zelfstandige vereniging werd het archief op vier verschillende plaatsen gevormd, voornamelijk bij de voorzitter en de secretaris en in iets mindere mate bij de penningmeester en de administrateur. In 1930 verdween - althans officieel - de functie van administrateur 6) en nadat Jan de Meijer en Willen van der Pluym in 1936 als voorzitter resp. penningmeester waren afgetreden, werd vrijwel alle correspondentie door of namens secretaris B.T. Boeyinga gevoerd, wiens huisadres het officiële administratie-adres van vereniging en cursus werd. Toen Boeyinga in 1941 de eerste directeur van de cursus werd, bleef hij het grootste deel van de correspondentie voeren. 7) De in zijn plaats benoemde secretaris bemoeide zich, net als de voorzitter en de penningmeester na 1936, niet meer met de dagelijkse gang van zaken van de cursus. Alleen in bijzondere gevallen gingen de brieven uit van het bestuur, bijvoorbeeld correspondentie met hoge instanties, uitnodigingen aan docenten of mededelingen aan 5

6 cursisten of zij wel of niet gediplomeerd zouden worden, gingen de brieven uit van het bestuur. Na de oorlog trad de administrateur in het voeren van de correspondentie steeds meer naar voren. Deze ging alle routinezaken behandelen, maar later ook belangrijker zaken, na ruggespraak met de directeur. Alle uitgaande stukken, of zij nu uitgingen van het bestuur, van de directeur of van de administrateur, gingen uit via de administratie, die deze stukken voorzag van een nummer, waarbij een doorlopende nummering werd toegepast, ongeacht van wie het stuk afkomstig was. De oude orde De losse stukken uit de periode zaten voornamelijk in ordners. Tot 1940 volstond één ordner per cursusjaar, maar voor de latere jaren waren meer ordners nodig als gevolg van de sterke toename van het aantal cursisten en dientengevolge ook van het aantal docenten. De stukken - voornamelijk correspondentie - waren min of meer volgens een bepaald systeem in de ordners opgeborgen. Analoog aan dit systeem, dat vanaf het begin van de 30-er jaren werd toegepast door secretaris Boeyinga, waren ook het archief uit de vroegere periode en de stukken die de aftredende voorzitter en penningmeester in 1936 inleverden geordend. Het oudste gedeelte van het archief bevond zich dus in een orde, waarin het rond 1940 zal zijn gebracht. De 'oudste orde' van de archiefvormers van vóór 1936 was niet meer aanwezig. In het sedert het begin van de jaren '30 toegepaste systeem werden alle stukken, ongeacht aan wie ze gericht of van wie ze afkomstig waren, ingedeeld in de rubrieken A (Vereniging), B (Docenten) en C (Cursisten). Deze rubrieken waren onderverdeeld in aanvankelijk met cijfers aangeduide subrubrieken of 'dossiers', zoals deze in de administratie werden betiteld, bijvoorbeeld B1 (docentenbenoeming), B4 (correspondentie met docenten), B5 (docenten diversen). Deze sub-rubrieken konden wel eens variëren en werden bovendien zeer inconsequent toegepast. Niet zelden bevond een ingekomen brief over een bepaalde zaak zich in het ene 'dossier' terwijl de doorslag van de uitgaande brief, waarin op de ingekomen brief gereageerd werd, zich in een ander 'dossier' bevond. Bovendien waren er toch nog stukken door elkaar gehaald of waren stukken die men in bepaalde 'dossiers' zou verwachten van hun plaats gehaald om er echte dossiers, nl. betrekking hebbend op een bepaalde zaak, mee te vormen. Samenvattend kunnen wij dus spreken van een niet bijzonder gelukkig gekozen classificatiesysteem van stukken, dat bovendien inconsequent werd toegepast. Daarnaast waren de stukken vaak niet op de juiste plaats opgeborgen. Behalve de in de ordners opgeborgen stukken bevatte het archief uit de periode tot circa 1950 nog diverse verspreid liggende stukken, kleine verzamelingen van door Willem Kromhout en Jan de Meijer ontvangen of opgemaakte stukken en een aantal delen, waaronder notulenboeken en kas- en grootboeken. In de jaren '50 kwam er een einde aan het twee decennia toegepaste systeem van ordening. De stukken uit de jaren waren deels volgens uiteenlopende systemen geordend, deels ongeordend. Bij de inventarisatie bleek dat er nogal wat correspondentie ontbrak, vooral uit de jaren 1958 en Vanaf 1960 zat er redelijk orde in het archief. Bijna alle ingekomen stukken werden alfabetisch opgeborgen, met de doorslagen van de uitgaande brieven erbij. Daarnaast bestond er sinds het begin van de jaren '50 een systeem waarbij alle uitgaande stukken, nl. de tweede doorslag die er van elke uitgaande brief werd gemaakt en alle stencils, op chronologische volorde in zogenaamde 'nummermappen' werden bewaard, elk stuk voorzien van een even nummer, beginnend bij 2 op de eerste werkdag in januari van elk jaar. 6

7 Uit de jaren vóór 1966 waren maar weinig 'nummermappen' bewaard, maar via wel bewaard gebleven agenda's heeft men toch een chronologisch overzicht van alle uitgaande stukken en tevens een indirecte toegang op de alfabetisch geordende post. Niet alle correspondentie werd op deze manier bewaard. De correspondentie met het ministerie van Onderwijs werd altijd apart opgeborgen en ook na 1960 werd er veelvuldig aan dossiervorming gedaan. Het gebruik van de stencilmachine zorgde ervoor dat verscheidene stukken, zoals uitgaande circulaires, lesopgaven, syllabi en notulen, in veelvoud aanwezig waren. Deze stukken lagen soms in pakken bij elkaar, soms verspreid. Verantwoording van de inventarisatie Het systeem van classificatie en opberging van stukken zoals dat in de jaren '30 ontwikkeld was en waarnaar ook de oudere stukken waren geordend, was ongeschikt om ongewijzigd te handhaven. Omdat een totaal uiteenrafelen van de oude orde te tijdrovend zou worden, is door mij - binnen de rubriek 'correspondentie' - gekozen voor een gedeeltelijke, vereenvoudigde handhaving van het systeem dat tot in de jaren '50 heeft bestaan, en van het grotendeels handhaven van het systeem zoals dat na 1960 fungeerde. Alvorens hier verder op in te gaan eerst nog iets over de schoning van het archief. Een aantal stukken kwam in aanmerking voor vernietiging. Dit gold in de eerste plaats voor dubbelen of veelvouden, tenzij er redenen waren om een tweede of derde exemplaar te bewaren. Daarnaast zijn er nogal wat onbelangrijke stukken uit de correspondentie afgezonderd voor vernietiging, evenals facturen, giro-afschriften en allerlei kladberekeningen. 8) Na schoning is de indeling van de rubriek 'correspondentie' nog altijd ten dele gebaseerd op de oude orde. Wat betreft de periode tot 1953/57 is de correspondentie met docenten en met cursisten apart gehouden, evenals de correspondentie met leden en beschermende verenigingen. De in de oude orde bestaande nadere onderverdeling in de correspondentie met docenten of cursisten, bijvoorbeeld over het lesrooster of over financiële zaken, is niet gehandhaafd vanwege de reeds genoemde inconsequente toepassing van dit toch al niet zo bruikbare systeem. Beide correspondentieseries zijn nu strikt chronologisch geordend. Correspondentie met personen - die soms al docent waren, soms nog niet - betreffende een eventuele vervulling van een docentschap in een komend cursusjaar bevindt zich niet bij de correspondentie met docenten, maar in de rubriek 'docenten' onder de 'stukken betreffende bijzondere onderwerpen'. Hetzelfde principe is toegepast bij de correspondentie met aspirant-cursisten. De tamelijk uitgebreide onderlinge correspondentie tussen de drie leden van het Dagelijks Bestuur in de jaren is met de vooroorlogse correspondentie tussen D.B. en administrateur en de na-oorlogse correspondentie tussen directeur en administrateur samengevoegd onder de kop 'interne correspondentie'. De overige correspondentie is onder het kopje 'algemeen' aan het begin van de rubriek geplaatst. Ze omvat de correspondentie uit de jaren die niet tot één van de hiervoor genoemde afzonderlijke categorieën behoort, en vrijwel alle correspondentie uit de jaren 1960, met uitzondering van die met het ministerie, met de beschermende verenigingen en met de Opleidingsraad van de B.N.A. De stukken uit de jaren zijn alfabetisch gerangschikt over de gehele periode. In een bijlage worden de namen van de afzenders en geadresseerden vermeld. De stukken vanaf 1960 zijn per jaar alfabetisch geordend. Een directe toegang ontbreekt, maar via de reeds genoemde agenda's op een gedeelte van de chronologisch geordende uitgaande stukken beschikt 7

8 men toch over een indirecte toegang op een gedeelte van de alfabetisch geordende correspondentie. De chronologisch geordende uitgaande stukken, de 'nummermappen', zijn met enkele vooroorlogse kopieboeken van uitgaande brieven samengebracht onder de kop 'algemeen (uitgaand)'. Door de schoning van het archief en de vereenvoudiging van de indeling van de oudere correspondentie hebben de indicateurs uit de jaren een deel van hun waarde verloren. Het leek mij echter niet juist om een onbruikbaar systeem te handhaven of zelfs ten dele te moeten herstellen omdat er over een beperkt aantal jaren een toegang op bestond. De indicateurs blijven natuurlijk van belang als chronologisch overzicht van alle post die er in die jaren binnenkwam. De volgorde van de rubrieken in de categorie 'stukken betreffende bijzondere onderwerpen' gaat uit van het volgende: Er is een vereniging (althans vanaf 1916) met statuten en een huishoudelijk reglement, een bestuur en leden. Om de in de statuten omschreven doelstelling te bereiken is geld nodig, huisvesting, docenten en ander personeel en cursisten. Tenslotte volgende stukken die betrekking hebben op de organisatie en de inhoud van het onderwijs en op de contacten met andere bouwkunstopleidingen in Nederland, onder de overkoepeling van de Opleidingsraad van de B.N.A. De financiële stukken zijn verdeeld over twee rubrieken. De subsidiëring door de overheid, m.n. door het Rijk, impliceert dat de subsidieverlener toezicht op de cursus krijgt. Een groot gedeelte van de correspondentie met het Rijk gaat over zaken die niet direct met financiën te maken hebben, maar anderzijds kan men de bemoeienis van de overheid met de cursus niet los zien van het feit dat zij subsidie verleent. Daarom zijn de stukken betreffende subsidieverlening en toezicht door de overheid als aparte rubriek achter de stukken betreffende financiële verantwoording aan de leden van de vereniging en de boekhouding geplaatst. Een groot gedeelte van het archief, circa 20%, bestaat uit cursistendossiers. Deze hebben een nummer, gelijk aan het stamboeknummer van de betreffende cursist. Om praktische redenen zijn de dossiernummers gehandhaafd, als subnummers onder de betreffende inventarisnummers. Ten aanzien van de 'inhoud van het onderwijs' dient nog vermeld te worden dat het N.D.B. sinds 1986 beschikt over werkstukken van cursisten, afkomstig uit de bibliotheek van de Academie. Het ligt in de bedoeling op dit materiaal t.z.t. een ingang te maken. Daarnaast beschikt het N.D.B. nog over een aantal van de Academie afkomstige tekeningen, die evenmin in deze inventaris zijn opgenomen. Als laatste categorie zijn in deze inventaris opgenomen de gedeponeerde archiefstukken van met de Academie verbonden stichtingen en fondsen. Hoewel deze stukken niet tot het archief van de Academie behoren maar op zich zelf staande archiefjes vormen, is hun aantal zo gering en zijn de genoemde stichtingen en fondsen zo nauw met de Academie verbonden, dat hun namen niet in de titel zijn vermeld en de aan de stukken gegeven inventarisnummers sluiten gewoon aan op die van de Academie. Supplementen op het archief In 1990 werd een aanvulling op het archief beschreven onder inventarisnummers Het betreffen voornamelijk studentenwerkstukken. In 19.. werd het archiefdeel in de collectie van het NAi opgenomen. Dit deel beslaat 21 meter en is nog niet ontsloten. 8

9 Noten 6. Officieus bleef er nog enkele jaren een administratie bestaan in de persoon van de echtgenote van de voorzitter. Vanaf het einde van de jaren '30 is er weer wel een administrateur. 7. Toen voor de cursus ruimten waren gehuurd in de Muiderpoort werd ook de administratie daarheen overgebracht. Inbraken en vandalisme leidden er toe dat de administratie weer ten huize van de directeur gevoerd moest worden, tot het gebouw aan het Waterlooplein in gebruik genomen werd. 8. Bestemd voor vernietiging uit de correspondentie zijn: -berichten van adreswijziging -berichten van verhindering, bijv. om vergaderingen bij te wonen (dit wordt ook in de notulen vermeld) of om lessen bij te wonen, tenzij de cursist meldt dat hij wegens bepaalde, door hem nader omschreven werkzaamheden, verhinderd was. Een uitzondering heb ik gemaakt voor berichten van verhindering uit de jaren of kort na de bevrijding, aangezien deze een beeld geven van de moeilijke omstandigheden waaronder cursisten van buiten Amsterdam moesten reizen. -bevestigende antwoorden van tweede- en ouderejaars cursisten op de vraag of ze weer aan de cursus zullen deelnemen. -sollicitatiebrieven naar functies bij de administratie of naar de functie van conciërge. -brieven van personen die om inlichtingen of om een prospectus vragen. Aanwijzingen voor gebruik: U kunt alle documenten raadplegen met behulp van de aanvraagnummers, die U in deze inventaris steeds bij de beschrijvingen aantreft; Vermeld deze aanvraagnummers, mét de code ABAM, op de witte briefjes aan de balie van de NAi-studiezaal. 9

10 INVENTARIS Stukken van algemene aard I. Notulen Inventarisnr.: nrs.1-2. Registers houdende notulen van vergaderingen van het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur van de Afdeling resp. de Vereniging voor V. en H.B.O., van vergaderingen van het Bestuur met docenten en (alleen in inv.nr. 2) van Ledenvergaderingen, vergaderingen van de Onderwijscommissie en van de Raad van Toezicht, met ingehechte agenda's en presentatielijsten (niet volledig), delen nr maart september 1915 nr december juli 1936 nr.3. (Klad)notulen van bestuurs-, leden- en docentenvergaderingen, , met presentielijsten, nrs Notulen van vergaderingen, pakken 9 omslagen nr.4. Bestuursvergaderingen, pak nr.5. idem, pak nr.6. idem, pak nr.7. Vergaderingen van het Dagelijks Bestuur, , pak nr.8. Ledenvergaderingen, pak nr.9. Vergaderingen van het Bestuur met docenten, ,

11 nr.10. Vergaderingen van het Bestuur met cursisten of hun vertegenwoordigers en met het bestuur van de Poorters (= de cursistenvereniging), met enkele presentielijsten, , , 1955, 1957, , nr.11. Vergaderingen van het Bestuur met vertegenwoordigers van de Club c.q. Kring van Gediplomeerden H.B.O., met enkele presentielijsten, 1943, 1944, 1957, nr.12. Vergaderingen van de Leiding S.H.O., met convocaties en agenda's, nr.13. Vergaderingen van het 'Kwartet', bestaande uit Dic. Slebos, H. Mieras, O. Greiner en H.W. Brakel, optredend als adviescollege van het Bestuur, 1963, nr.14. Vergaderingen van de raad van de Academie van Bouwkunst Amsterdam, 1966, nr.15. Vergaderingen van de Studieleiding, sedert 1974/75 'Studieoverleg', nr.16. 'Groot Studieberaad', 1969, 1970, 1972, en vergaderingen van de Stuurgroep, ingesteld door het Groot Studieberaad, met bijbehorende stukken, nr.17. Vergaderingen van de Afdelingen Architectuur, Stedebouw en Landschapsarchitectuur, 1974, nr.18. nr.19. Presentielijsten van bestuurs-, leden- en docentenvergaderingen, 'Presentieboek', register houdende presentielijsten van verscheidene vergaderingen, deel 11

12 II. Correspondentie A. Algemeen nrs nrs Ingekomen en minuten of doorslagen van uitgaande brieven van/aan verscheidene afzenders/geadresseerden, met bijlagen, N.B. Alfabetisch geordend. Voor de namen van de afzenders/geadresseerden zie Bijlage. 6 pakken nr.20. A B nr.21. C G nr.22. H K nr.23. L-P nr.24 R-S nr.25 T-Z Ingekomen en doorslagen van uitgaande brieven, met bijlagen en bijbehorende stukken, N.B. Per jaar alfabetisch. Voor de weinige ingekomen brieven uit de jaren 1958 en 1959 zie inv. nrs pakken nrs nr.26. A - E nr.27. F - K nr.28. L - Q nr.29. R - S nr.30. T - Z nrs nr.31. A - C nr.32. D - I nr.33. J - O nr.34. P - S nr.35. T - Z nrs nr.36. A - D nr.37. E - J nr.38. K - P nr.39. R - S nr.40. T - Z 12

13 nrs nr.41. A - D nr.42. E - J nr.43. K - P nr.44. R - S nr.45. T - Z nrs nr.46. A - B nr.47. C - G nr.48. H - K nr.49. L - P nr.50. R - S nr.51. T - Z nrs nr.52. A - Bl nr.53. Bo - E nr.54. F - J nr.55. K - P nr.56. R - S nr.57. T - Z nrs nr.58. A - Bo nr.59. Br - F nr.60. G - J nr.61. K - M nr.62. N - R nr.63. S nr.64. T - Z nrs nr.65. A - Bo nr.66. Br - F nr.67. G - K nr.68. L - P nr.69. R - S nr.70. T - Z nrs nr.71. A - B nr.72. C - H nr.73. I - N nr.74. O - S nr.75. T - Z 13

14 nrs nr.76. A - Bo nr.77. Br - G nr.78. H - O nr.79. P - Sp nr.80. St - Z nrs nr.81. A - B nr.82. C - H nr.83. I - M nr.84. N - Sp nr.85. St - Z nrs nr.86. A - E nr.87. F - N nr.88. O - Z nrs nr.89. A - K nr.90. L - Z nrs nr.91. A - M nr.92. N - Z nr nr nr.95. Briefkaarten, ingekomen bij de administrateur, van verscheidene afzenders, 1922, N.B. De briefkaarten zijn op vellen papier geplakt. B. Algemeen (alleen uitgaand) nrs Kopieboeken van uitgaande brieven van achtereenvolgende administrateurs, , met klappers. N.B. Slecht leesbaar. 3 delen nr september september 1913 nr september januari 1916 nr januari februari

15 nrs Kopieboeken van uitgaande brieven van voorzitter Jan de Meijer, N.B. Slecht leesbaar. 2 delen nr februari april 1922, met klapper. nr september december N.B. Klapper ontbreekt. nr.101. nr.102. nrs Losse kopievellen van brieven, uitgaande van voorzitter Jan de Meijer, N.B. Het betreft brieven, uitgegaan eind augustus/begin september. Slecht leesbaar. Register houdende ingeplakte uitgaande circulaires en andere in veelvoud vervaardigde stukken, deel Doorslagen van uitgaande brieven en stencils van andere uitgaande stukken, op chronologische volgorde (de zgn. nummermappen), 1951, 1954, 1955, 1958,1959, N.B. Niet opgenomen: jaarverslagen, notulen van bestuursvergaderingen, cursistenlijsten en lesroosters. Zie daarvoor inv. nrs. 221, 222, 4 e. v., 615 en pakken nr januari juli 1951 nr juli oktober 1951 nr nr nr januari - 12 mei 1958, met enkele ingekomen brieven. nr juli - 7 september 1958, met enkele ingekomen brieven. N.B. Op de stukken in de inv.nrs bestaat geen agenda. nr.109. september - oktober 1959, met enkele ingekomen brieven. nr.110. november - december 1959, met enkele ingekomen brieven. N.B. Voor agenda zie inv.nr nrs N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.111. januari - maart nr.112. april - juni nr.113. juli - september nr.114. oktober - december 15

16 nrs N.B. Voor agenda zie inv.nr.219. nr.115. januari - april nr.116. mei - september nr.117. oktober - december nr.118. februari - december N.B. Een tweede chronologische serie. nrs nr.119. januari - juni (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.120. juli - december (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.121. februari januari 1969 (nrs ) N.B. Voor agenda voor de stukken t/m stuknr zie inv.nr nrs nr.122. januari - mei (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.123. juni - december (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv. nr nr.124. augustus - december (nrs ) N.B. Geen agenda. nr.125. februari - december (nrs. 4272, ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nrs nr.126. januari - augustus (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.127. september - december (nrs ) N.B. voor agenda zie inv.nr nr.128. januari - december (nrs ) N.B. geen agenda. nr.129. januari -december ( ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nrs nr.130. januari - december (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.131. januari - april (nrs en ) N.B. Geen agenda. nr.132. mei - oktober ( ) N.B. geen agenda. nr.133. februari - november ( ) N.B. Voor agenda voor de stukken t/m stuknr zie inv.nr

17 nrs nr.134. januari - december (nrs ) N.B. Voor agenda zie inv.nr nr.135. januari - december (nrs ) N.B. Geen agenda. nr.136. februari - december (nrs ) N.B. Geen agenda. nrs N.B. Geen agenda. nr.137. januari april 1975 (nrs ) nr.138. januari maart 1974 (nrs ) nr.139. oktober februari 1974 (nrs ) nr.140. oktober december 1975 (nrs ) nr.141. januari juli 1975 (nrs ) nr.142. nr.143. 'Periodieke Mededelingen', meestal maandelijks aan leden, studenten, docenten, bestuursledenen personeelsleden toegezonden mededelingenblad, N.B. Niet compleet. Uitgaande stukken van de afdeling Landschapsarchitectuur, nrs , N.B. Geen agenda. 1 pak C. Interne correspondentie nr.144. nrs Brieven, ingekomen bij het Bestuur en de administratie van de afdeling V. en H.B.O., van het Bestuur van het Genootschap Architectura et Amicitia, 1908, Correspondentie tussen leden van het Dagelijks Bestuur en opeenvolgende administrateurs, omslagen nr.145. Tussen leden van het D.B. en de administrateurs M. Plate, G.J. Rutgers en Joh. Vogelzang, , 1916, nr.146. Tussen voorzitter Jan de Meijer en administrateur P. Maas, , nr.147. Tussen secretaris W.J.M. van de Wijnpersse en P. Maas, nr.148. Tussen penningmeester W. van der Pluym en P. Maas, 1917, 1918,1925,

18 nr.149. Tussen secretaris en penningmeester en M. de Meijer-Van der Waerden, N.B. Mevrouw De Meijer, echtgenote van de voorzitter, was niet officieel administrateur, maar voerde de administratie en ondertekende de van haar uitgaan de stukken met 'de administratie'. nr.150. Tussen leden van het Dagelijks Bestuur en administrateur H. Duyker, nrs Uitgaande circulaires, vnl. convocaties en agenda's voor vergaderingen, aan leden van het Bestuur, met bijlagen, pakken nr nr nrs Correspondentie tussen leden van het Dagelijks Bestuur, pak 2 omslagen nr.153. Tussen voorzitter en secretaris, (1 pak) nr.154. Tussen voorzitter en penningmeester, nr.155. Tussen secretaris en penningmeester, , nr.156. nr.157. nr.158. nrs Ingekomen en minuten van uitgaande brieven van/aan leden van de Raad van Toezicht, met bijlagen, , 1927, Samenstelling van de Raad: J. Pit ( ), Jhr.J. Six ( ), J. de Bie Leuveling Tjeenk ( ) en W. Kromhout ( ). N.B. Zie ook inv.nrs Correspondentie tussen het Bestuur en opeenvolgende directeuren, , Brieven, uitgaande van de administrateur, aan directeur J.A. Snellebrand, , 1960, Doorslagen. Correspondentie tussen de administrateur en directeur Dic. Slebos, pakken nr nr nr

19 D. Correspondentie met leden, beschermende verenigingen, docenten en cursisten Leden en beschermende verenigingen: nrs Ingekomen en minuten of doorslagen van uitgaande brieven van/aan de besturen van de beschermende verenigingen (vanaf 1965: buitengewone leden), met bijlagen, pakken 3 omslagen nr.162. Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst, N.B. In 1919 ging de Maatschappij een fusie aan met de B.N.A. Zie volgend inventarisnummer. nr.163. Bond van Nederlandse Architecten (B.N.A), N.B. Zie ook inv.nrs. 418, 1098 en pak nr.164. Genootschap Architectura et Amicitia, N.B. Zie ook inv.nr nr.165. Club (vanaf 1952: Kring) van Gediplomeerden H.B.O., pak nr.166. Bond van Nederlandse Stedebouwkundige (B.N.S.), nr.167. nr.168. Circulaires, vnl. bestaande uit convocaties en agenda's voor vergaderingen, uitgaande van het Bestuur aan de leden van de Vereniging, pak Ingekomen en minuten van uitgaande brieven van/aan individuele leden en donateurs van de Vereniging,

20 Docenten en cursisten: nrs Ingekomen brieven en minuten of doorslagen van uitgaande brieven of circulaires van/aan docenten, met bijlagen, N.B. De correspondentie in de nummers 169 t/m 183 is chronologisch geordend, die in de nummers 184 en 185 alfabetisch. 16 pakken nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr () nrs Ingekomen brieven en minuten of doorslagen van uitgaande brieven of circulaires van/aan cursisten, met bijlagen, N.B. Zie ook inv.nr. 202 e.v. 16 pakken nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr nr

21 nr.202. nrs Ingekomen brieven en circulaires en minuten van uitgaande brieven van/aan het bestuur van de Club van Studeerenden H.B.O., met bijlagen, Ingekomen en doorslagen van uitgaande brieven van/aan het bestuur van de cursistenvereniging 'De Poorters', met bijlagen, , met bij het Bestuur of de directeur ingekomen circulaires van het bestuur van De Poorters aan de leden, N.B. De naam 'De Poorters', ontleend aan de Muiderpoort waar zij over een ruimte beschikten, werd sinds medio 1939 gebruikt. 1 pak nr.203. Correspondentie met het bestuur van De Poorters, nr.204. Ingekomen circulaires, nr.205. Ingekomen en doorslagen van uitgaande brieven van/aan de Poortersstudiegroep 'Dr.H.P. Berlage', met bijlagen, E. Agenda's nr.206. Agenda van brieven, ingekomen bij en uitgaande van secretaris Van de Wijnpersse, deel nr.207. Lijsten van in veelvoud uitgegane stukken, nrs Indicateurs van ingekomen en uitgaande stukken, N.B. Zie Inleiding, p. VIII. 2 stukken 5 delen nr (2 stukken) nr nr nr nr nr

22 nrs 'Brievenboeken' of 'brievenregisters', agenda's van uitgaande brieven en circulaires, nr katern nr katern nr januari december deel nr december december 1962 nr december december deel nr N.B. Zie inv.nrs , 122, 123, 126, 127, 130 en deel nr N.B. Zie inv.nrs. 121,125,129 en 133. III. Verslagen nrs Jaarverslagen (I t/m LXVI) over de jaren 1908/ N.B. Het jaarverslag over 1938 ontbreekt. Bij de nummering van de jaarverslagen is een fout gemaakt. Op het 23ste jaar verslag over 1931/32 volgt het 25ste jaarverslag over 1932/33. Verslagen over 1908/09, 1910/ /14 en 1916/ /19 zijn gedrukt. Tot het midden van de jaren '30 zijn meestal ook financiële gegevens in de jaarverslagen opgenomen. Voor financiële verslagen van de penningmeester uit latere jaren zie inv.nr pakken nr / nr nr.223. nr.224. nr.225. Aantekeningen van de secretaris betreffende de vereniging en de cursus, bestemd voor het jaarverslag, Verslag van Jan de Meijer, leider van de cursus, over het cursusjaar 1935/36, Rapporten van de directeur (meestal wekelijks) houdende overzicht van de in de betreffende periode plaatsgevonden hebbende gebeurtenissen m.b.t. de cursus, 1943,

23 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen I. Statuten en huishoudelijk reglement nr.226. nr.227. Reglement van de Afdeling V. en H.B.O. van het Genootschap Architectura et Amicitia. Gedrukt. In viervoud, met concepten (deels gedrukt), (1908). (Concept-) Algemeen Reglement en concept-statuten van de (op te richten) Vereeniging voor Voortgezet en Hooger Bouwkunst Onderwijs, met bijbehorende stukken, nr.228. Statuten van de Vereninging, 1916, 1919, 1936, 1941, 1952, 1959 (afschrift, 1964), 1965, 1974, met Bijvoegsels van de Nederlandse Staatscourant houdende statuten van de Vereniging, 1917, 1919, 1942,1953,1967. nr.229. Concept-statuten, 1936, 1938, 1965, (ca. 1933). nr.230. Huishoudelijk reglement van de Vereniging, met concepten, 1928, 1936, 1938, 1954 (afschrift, 1964), 1965, nr.231. nr.232. nr.233. nr.234. Stukken betreffende de verkrijging van Koninklijke goedkeuring van de statuten, , 1940, 1941, 1965, 1966, Brief, uitgaande van het Dagelijks Bestuur, aan de leden van de Raad van Toezicht en aan de leden van het Algemeen Bestuur die zitting hebben namens de beschermende verenigingen betreffende een statutenwijziging. Concept en minuut, met minuut van brief, uitgaande van het Bestuur, aan J. Ingenohl dienaangaande, stukken Memorie betreffende de wijziging van artikel 2 van het huishoudelijk reglement, Brieven, uitgaande van resp. namens het Bestuur, aan verscheidene personen houdende verzoek zitting te willen nemen in een commissie tot herziening van de statuten, 1921, Minuten, met ingekomen brieven, Geadresseerden:K.P.C. de Bazel, Jos. Cuypers, J. Ingenohl en M. Lauweriks, E.H.P. Rosenboom en A. Boeken,

24 nr.235. nr.236. nr.237. nr.238. nr.239. nr.240. nr.241. nr.242. Concept voor statuten, huishoudelijk reglement, prospectus, leerplan en algemeen reglement voor docenten en cursisten, In tweevoud. 2 stukken Stukken betreffende een herziening van de statuten en het huishoudelijk reglement, Ingekomen en doorslagen van uitgaande brieven van/aan mr. H.G.W. Worst te Amsterdam betreffende een wijziging van de statuten, Concept-notulen van de ledenvergadering d.d. 25 oktober 1939, met uittreksels uit de notulen van de ledenvergaderingen van 6 en 25 oktober 1939 betreffende de wijziging der statuten, stukken Stukken betreffende de wijziging van de statuten en het huishoudelijk reglement, Stukken betreffende de wijziging van de statuten i.v.m. de toetreding van de Bond van Nederlandse Stedebouwkundige als beschermende vereniging, Brieven, ingekomen bij het Bestuur, van verscheidene afzenders betreffende de wijziging van de statuten en het huishoudelijk reglement, Afzenders: Kring H.B.O., J. van Tol, G. Hallema, P.W. van der Ploeg. Notitie betreffende de doelstelling van de Vereniging volgens de statuten en volgens het huishoudelijk reglement, nr.243. Stukken betreffende de wijziging der statuten,

25 II. Bestuur en leden A. Naamlijsten nr.244. Lijsten houdende namen van leden en donateurs, 1919/20, (1934), 1941/42, 1949, 1952, (ca. 1925), (ca. 1940). nr.245. nr.246. Lijst houdende namen en adressen van bestuursleden, docenten en leden van de Vereniging, Lijsten houdende namen van leden van de Raad van Toezicht en van het Bestuur, (ca. 1935). 2 stukken nr.247. Lijsten van bestuursleden in de perioden en , (ca. 1948), (ca. 1964). 2 stukken B. Overige stukken nr.248. nr.249. nr.250. nr.251. Stukken betreffende de benoeming van leden van het Bestuur en van de Raad van Toezicht, Stukken betreffende de aanbiedeing van een geschenk aan de voorzitter ter gelegenheid van diens huwelijk, Circulaires, uitgaande van de voorzitter, betreffende de huldiging van de secretaris in verband met diens zestigste verjaardag, met ingekomen brieven, Brief, uitgaande van de secretaris namens het Bestuur, aan de besturen van de B.N.A., A. et A. en de Club H.B.O. betreffende de splitsing van de functies van voorzitter van het Bestuur en leider van de cursus, Minuut. 25

26 nr.252. Roosters van aftreding van bestuursleden, (1938), 1947, 1952, 1964, (ca. 1970), met convocatie aan de besturen van de beschermende verenigingen voor een vergadering betreffende de vaststelling van regels voor het aftreden van bestuursleden en notulen van deze vergadering, nr.253. Brief, ingekomen bij het Bestuur, van enkele leden van de Club H.B.O. houdende voorstel om J.C. Teunisse voor te dragen als penningmeester van de Vereniging, met afschrift van brief van directeur Boeyinga aan het bestuur van de Club H.B.O., 1941, en brief, ingekomen bij het Bestuur, ondertekend door acht leden van de Vereniging, houdende kennisgeving dat zij A. Komter als penningmeester wensen, stukken nr.254. Stukken betreffende de huldiging van A.J. van der Steur en D. Greiner bij hun afscheid als voorzitter en secretaris van de Vereniging, pak nr.255. nr.256. nr.257. Telegram en brief, ingekomen bij het Bestuur, van een aantal leden houdende mededeling dat zij Sj. Schamhart als tegenkandidaat voor de functie van secretaris stellen, stukken Lijsten houdende de belangrijkste besluiten, genomen in de vergaderingen van bestuur en leden in de eerste maanden van 1964, opgemaakt door de administrateur, stukken Reglement voor de Raad van de Academie van Bouwkunst Amsterdam, met concepten, stukken 26

27 III. Boekhouding en financiële verantwoording aan de leden N.B. Voor financiële verantwoording aan de Rijksoverheid (ingezonden rekeningen en begrotingen), zie: IV. Subsidieverlening en toezicht door de overheid. A. Boekhouding 1. Kas-, bank- en giroboeken nrs Kasboeken, delen 1 pak nr.258. september november 1910 nr.259. september oktober 1910 N.B. Kladexemplaar. nr.260. juli mei 1915 nr.261. mei december 1941 (1 pak) nr.262. Giroboek, 13 juni oktober deel nrs Kas- en giroboeken, katernen 1 deel nr nr nr , 1947 (1 deel) nrs Kas-, bank- en girostaten, 1954, , omslagen nr.266. Kasstaten, 1954 nr.267. Girostaten, 1954 nr.268. Kasstaten, nr.269. Bankstaten, nr.270. Girostaten, nr.271. Girostaten (postgiro), nr.272. Girostaten (gem.giro), nr.273. Bankstaten,

28 2. Grootboeken nrs Grootboeken, , 1944, 1945, 1947, waarin tevens opgenomen door de leden van de Verificatiecommissie voor accoord getekende balansen over 1944 en N.B. De balans en de verlies- en winstrekening over 1941 zijn niet ondertekend. Zie ook inv.nr delen 2 pakken nr.274. oktober juli 1910 nr.275. juli augustus 1916 nr.276. september december 1919 nr nr (1 pak) nr , 1944, 1945, met maandproefstaten, 1944, (1 pak) nr nr.281. Grootboekkaarten, kaartenbak 3. Overige stukken nr.282. Staat van aan docenten betaalde en nog te betalen honoraria, (1914). (1938). nr.283. Staten van ontvangsten en uitgaven in de jaren 1921 t/m 1938, 2 stukken nrs Registers houdende opgave van aan docenten uitbetaalde honoraria, reiskosten en andere onkostenvergoedingen, 1941/ /53. 1 katern 1 deel nr / /48. 1 katern nr / /53, tevens bevattende lijsten van debiteuren en crediteuren, N.B. Zie verder inv.nrs. 288 en deel nr.286. Staat houdende overzicht van maandelijkse ontvangsten en uitgaven, gerangschikt per post van het grootboek, nr.287. Register van ontvangsten en uitgaven per kas en per giro (maandtotalen), deel 28

29 nr.288. nr.289. Staat houdende opgave van in 1950 aan docenten uitbetaalde honoraria met vermelding van later uitbetaalde toelagen, Lijsten houdende financiële overzichten en overzichten van de liquiditeit, nr.290. 'Schoolgeldregister', staat van ontvangen collegegelden, 1951/52. nr.291. nr.292. nr.293. nr.294. nr.295. Register houdende aantekening van ontvangen collegegelden en contributies, maandstaten en aan docenten uitbetaalde honoraria en onkostenvergoedingen, specificatie: - collegegelden, 1952/ /55 N.B. Zie verder inv.nr contributies, N.B. Zie verder inv.nr maandstaten, 1953, betalingen aan docenten, deel Spaarbankboekjes van de Rijkspostspaarbank, uitgegeven in 1954 en 1960, en van de Spaarbank voor de Stad Amsterdam, uitgegeven in 1960, met brief van de R.P.S. aan de penningmeester, 'Collegegelden- en contributieboek', register van betaalde collegegelden en contributies, 1955/ /61. N.B. Zie verder inv.nrs. 296 en deel Staten houdende overzicht van ontvangsten en uitgaven in de periode januari t/m oktober 1956, Kas-, bank- en girostaten van ontvangen collegegelden van cursisten V.V.B.O.,V.B.O. en H.B.O., 1956/57. 3 stukken nrs Registers van betaalde collegegelden, 1961/ /75. N.B. Zie inv.nr delen nr / /73 nr / /75 29

30 B. Financiële verantwoording aan de leden nr.298. nr.299. nr.300. nr.301. nr.302. Rapporten van leden van de Verificatiecommissie betreffende het nazien van de boekhouding en/of de rekening en verantwoording van het voorafgaande jaar, 1909, , 1918, 1920, 1922, 1923, 1927, 1928, 1931, , , 1941, 1942, 1944, 1948, 1949, , N.B. Voor de voor accoord getekende balansen en verlies- en winstrekeningen (t/m 1945) zie inv.nrs Brief, ingekomen bij de penningmeester, van de echtgenote van A.P. Smits, lid van de Verificatiecommissie, betreffende terugzending van kasboek, grootboek, rekening en begroting, Brieven, uitgaande van de administrateur, aan de verscheidene personen houdende verzoek zitting te willen nemen in de Verificatiecommissie, 1937, 1939, 1945, 1950, Doorslagen. geadresseerden: E.P. Messer, 1937, J. Zietsma, 1939, K. van der Wilk, 1945, 1950, 1951, A. Evers en A. Komter, 1950, Brieven, uitgaande van de administrateur, aan de leden van de Verificatiecommissie betreffende het tijdstip van samenkomst van de commissie. Doorslagen, met enkele ingekomen brieven, , Financiële verslagen van de penningmeester, uitgebracht aan de leden van de Vereniging, over de jaren 1938, 142, 1943,