Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader"

Transcriptie

1 Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader Versie juli 2017 Inhoud WAARDERINGSKADER KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES (OP)... 2 a. Algemeen... 2 b. Onderwijsteam... 2 c. Bpv... 3 d. Begeleiding... 5 e. Onderwijs in het buitenland KWALITEITSGEBIED EXAMINERING EN DIPLOMERING (ED)... 8 Beroepsgerichte examinering... 8 a. Algemeen... 8 b. Uitbesteding... 9 c. Inkoop... 9 d. Beoordeling examens e. Exameninstrumenten f. Diplomering g. Keuzedelen h. Examinering in het buitenland Eerder Verworven Competenties (evc) KWALITEITSGEBIED SCHOOLKLIMAAT (SK) KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSRESULTATEN (OR) KWALITEITSGEBIED KWALITEITSZORG EN AMBITIE (KA) NALEVING WETTELIJKE VEREISTEN Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 1 van 22

2 WAARDERINGSKADER 1. KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES (OP) a. Algemeen 1. Wanneer is het onderwijsproces voldoende/onvoldoende? Dit wordt beoordeeld aan de hand van het waarderingskader mbo 2017, kwaliteitsgebied OP, onderwijsproces. De daarin opgenomen standaarden vormen de basis voor de beoordeling en waardering. Het kwaliteitsgebied onderwijsproces telt vier standaarden. In de volgende tabel is te lezen wanneer sprake is van onvoldoende, voldoende of een goed onderwijsproces. Onderwijsproces Goed Voldoende (basiskwaliteit) Onvoldoende Norm Alle standaarden zijn ten minste voldoende, én twee van de vier standaarden zijn goed. Didactisch handelen en Beroepspraktijkvorming zijn ten minste voldoende en niet meer dan één van de andere standaarden is onvoldoende. Didactisch handelen óf Beroepspraktijkvorming is onvoldoende óf twee andere standaarden zijn onvoldoende. 2. Hoe worden tekorten in de onderwijskwaliteit vastgesteld? Aan de hand van de standaarden en de daarbij gegeven uitwerking voor de basiskwaliteit, onderzoeken wij op locatie (gesprekken) en aan de hand van een analyse van documenten of voldaan wordt aan de basiskwaliteit. Daarnaast gaan wij na of er aanvullend beleid is geformuleerd op het punt van het onderwijsprogramma, de ontwikkeling/begeleiding van studenten, het didactisch handelen en de beroepspraktijkvorming, en of dat beleid gerealiseerd wordt. 3. Beoordeelt de inspectie of het gekozen onderwijsconcept goed is? Nee, de inspectie gaat niet over de keuze van het onderwijsconcept maar beoordeelt wel de werking ervan conform de standaarden in het waarderingskader. De instelling en/of het onderwijsteam bepaalt zelf hoe het onderwijs vorm gegeven wordt. b. Onderwijsteam 1. Waar kijkt de inspecteur naar als hij bij mij in de klas komt? De inspecteur wil met de lesobservaties een beeld krijgen van verschillende aspecten binnen het gebied onderwijsproces (zie hiervoor hoofdstuk 3 uit het onderzoekskader mbo 2017). De inspecteur kijkt of de leersituatie voldoende effectief benut wordt, of er rekening wordt gehouden met verschillen tussen studenten, of er een duidelijke verbinding wordt gelegd met het leren in de beroepspraktijk of er voldoende ondersteuning en begeleiding is van de leeractiviteiten en of de studenten voldoende actief en betrokken worden via onderlinge interactie tussen studenten en de docenten. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 2 van 22

3 2. Wat wil de inspectie van de docent weten? Vragen aan docenten zijn divers en zullen over het algemeen te maken hebben met het onderwijsproces (OP), het schoolklimaat (SK), de examinering en diplomering (ED) en/of kwaliteitsborging (KA). Wij beoordelen niet de kwaliteit van de individuele docent. 3. In hoeverre wordt een opleiding beoordeeld op activiteiten die door anderen buiten het team (bijvoorbeeld intake) verricht worden? De inspectie beoordeelt niet het team, maar de kwaliteit van de opleiding. Indien anderen buiten het team taken verrichten voor de opleiding, dan wordt dat meegenomen bij de beoordeling. 4. Is er ruimte voor een docent om in gesprek, dan wel in discussie te gaan met de inspectie tijdens een inspectiebezoek? De inspecteur wil tijdens het onderzoek zo veel mogelijk betrouwbare informatie verzamelen. Als een discussie meer of betere informatie oplevert zal de inspecteur deze zeker benutten. c. Bpv 1. De inspectie neemt tijdens een onderzoek contact op met stagebedrijven. Hoe worden bedrijven geselecteerd? De inspectie selecteert zelf de te bevragen bedrijven. Het gesprek met de stagebedrijven kan telefonisch plaatsvinden, bij de onderwijsinstelling, maar ook op het stagebedrijf zelf. Dit is afhankelijk van de situatie; het inspectieteam zal dit aangeven bij de instelling. 2. Hoe worden de resultaten van deze gesprekken met de stagebedrijven teruggekoppeld? De resultaten van deze bevraging worden als een van de onderbouwingen van de oordelen in het onderzoek meegenomen. In het rapport kan er dan ook een opmerking over worden gemaakt. Aan de stagebedrijven wordt geen terugkoppeling gegeven. Aan de instelling wordt indien noodzakelijk apart een terugkoppeling van dit onderdeel gegeven. 3. De opleiding draagt zorg voor een passende bpv-plaats. Voor bol is dit vanzelfsprekend, maar hoe moet hiermee worden omgegaan voor bbl? Mag een instelling een deelnemer vragen om eerst zelf voor een arbeidsovereenkomst te zorgen? Alhoewel onderwijsinstellingen eindverantwoordelijk zijn voor het vinden van een bpv-plaats voor al haar deelnemers, hebben bbl-deelnemers op dit punt een inspanningsverplichting en mag hen gevraagd worden zelf voor een leer-/arbeidsovereenkomst te zorgen. Er hoeft bij een bbl-opleiding niet perse sprake te zijn van een arbeidsovereenkomst. De enige wettelijke eis is dat voor bpv een praktijkovereenkomst wordt afgesloten. 4. Aan welke eisen moet de beroepspraktijkvorming voldoen voor opleidingen binnen de derde leerweg? Gelden daarvoor de urennormen voor de beroepspraktijkvorming? De derde leerweg is geregeld in artikel 1.4.1, lid 1a, van de WEB. In dat lid is bepaald dat het eerste lid van overeenkomstige toepassing is op een beroepsopleiding in de derde leerweg, met dien verstande dat voor die opleiding: artikel 7.2.2, tweede lid, niet van toepassing is ten aanzien van het onderwijs artikel 7.2.7, eerste lid, niet in acht behoeft te worden genomen voor wat betreft de eisen met betrekking tot voldoende begeleide onderwijsuren en uren beroepspraktijkvorming en artikel 7.2.7, tweede tot en met achtste lid, niet in acht behoeft te worden genomen. Het tweede tot en met zevende lid van artikel WEB zijn wel van overeenkomstige toepassing op de derde leerweg. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 3 van 22

4 De bepalingen over het onderwijs en examinering (waaronder dus ook artikel 7.2.8, eerste lid, WEB; van elke beroepsopleiding maakt onderricht in de praktijk van het beroep deel uit) zijn onverkort van toepassing, met uitzondering van de vastgestelde urennormen en de voorgeschreven studieduur. Men mag minder (of meer) uren bpv geven, maar de opleiding moet wel bpv bevatten. De overige bepalingen over bpv (art , etc.) zijn eveneens van kracht op de derde leerweg. Kortom, bij de derde leerweg geldt geen verplichting voor het aantal uren bpv c.q. de omvang van de bpv. Voor de inrichting van de bpv - waaronder de begeleiding van de studenten, de wijze van beoordelen ten aanzien van dat deel van de kwalificatie dat de student tijdens de beroepspraktijkvorming dient te behalen - gelden overigens wel de kwalitatieve eisen die voortvloeien uit de WEB zoals beschreven in artikel Wij verwijzen u eveneens naar het servicedocument bpv zoals gepubliceerd op de website van de inspectie. 5. Aan welke eisen moet een erkend leerbedrijf voldoen? De erkenning als leerbedrijf is een kwaliteitskeurmerk voor studenten die een deel van hun opleiding in de beroepspraktijk willen doen. Zij moeten kunnen vertrouwen op de bereidheid van leerbedrijven om daadwerkelijk te investeren in het opleiden, de aanwezigheid van de passende werkzaamheden en goede begeleiding. Een organisatie die erkend leerbedrijf wil worden moet voldoen aan een aantal criteria. De organisatie moet in de eigen bedrijfsvoering de werkzaamheden bieden die passen bij de kwalificatie waarvoor de student wordt opgeleid. Daarnaast moet deze organisatie zorgen voor voldoende en deskundige begeleiding. Tot slot moet het leerbedrijf een (sociaal) veilige leerplaats bieden aan de student en bereid zijn tot samenwerking met de school en de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. De uitgangspunten voor samenwerking, die gebaseerd zijn op de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), zijn vastgelegd in het reglement erkenning leerbedrijven SBB 6. Is het mogelijk om de werkzaamheden deels buiten de locatie van het leerbedrijf uit te voeren? Dat de werkzaamheden ook op een andere locatie kunnen plaatsvinden dan in het erkende leerbedrijf is in bepaalde gevallen mogelijk. Denk aan de thuiszorgmedewerker in opleiding die op verschillende thuislocaties cliënten helpt. Of de storingsmonteur in opleiding die met zijn praktijkopleider van storing naar storing reist. In andere gevallen is het niet mogelijk (of zelfs niet toegestaan) om de werkzaamheden op een andere plaats dan het leerbedrijf uit te voeren, vanwege veiligheidsvoorschriften of de aanwezigheid van bepaalde productieprocessen. 7. Kan een uitzendbureau een erkend leerbedrijf zijn? Ja, dat kan. Althans in die gevallen waar een uitzendbureau de werkzaamheden in de eigen bedrijfsvoering biedt die passen bij de opleiding van de mbo-student, en het voldoet aan de andere kwaliteitscriteria, kan aan het uitzendbureau een erkenning als leerbedrijf worden verstrekt. Denk daarbij aan een uitzendbureau dat secretariële werkzaamheden biedt voor een secretaresse in opleiding. In de praktijk zijn al diverse uitzendbureaus erkend als leerbedrijf voor de opleidingen tot secretaresse, commercieel medewerker binnendienst, marketing medewerker of administratief medewerker. Het is dus een misvatting dat een uitzendbureau geen leerbedrijf kan zijn. 8. Kan een uitzendbureau dat optreedt als intermediair een erkend leerbedrijf zijn? Nee, niet als het uitzendbureau puur als intermediair optreedt. Niet de uitzendorganisatie, maar het achterliggende leerbedrijf is verantwoordelijk voor het aanbieden van de passende werkzaamheden en goede en voldoende dagelijkse begeleiding. Niet het uitzendbureau, maar het bedrijf dat daadwerkelijk de werkzaamheden biedt zal erkend moeten zijn als leerbedrijf. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 4 van 22

5 Het is wel mogelijk dat onder verantwoordelijkheid van het erkende leerbedrijf een deel van de begeleidingstaak zoals de administratie daaromtrent wordt uitbesteed aan derden, zoals een intermediaire organisatie. De eindverantwoordelijkheid voor het opleiden en begeleiden in de beroepspraktijk blijft echter altijd bij het erkende leerbedrijf liggen. Het leerbedrijf dient dan ook de praktijkovereenkomst te ondertekenen. 9. Zijn er uitspraken door de Rechtbank gedaan over de begeleiding binnen de beroepspraktijkvorming? In elk geval is de volgende uitspraak relevant. Het betreft een uitspraak met Zaaknummer SHE 14/160; uitspraak van de meervoudige kamer van 23 oktober Kern van het oordeel van de rechtbank is dat uit art van de Web volgt dat de beroepspraktijkvorming dient plaats te vinden binnen het leerbedrijf; de arbeidsorganisatie waar de beroepspraktijkvorming plaatsvindt, hetgeen ook blijkt uit de Memorie van Toelichting bij die bepaling, waarin is vermeld dat de dagelijkse begeleiding een taak is van het leerbedrijf. Met de eis dat de beroepspraktijkvorming binnen het leerbedrijf moet plaatsvinden, wordt niet een geografische locatie bedoeld, maar de arbeidsorganisatie. d. Begeleiding 1. Is begeleiding op afstand alleen toegestaan via de computer of mogen ook andere communicatiemiddelen worden ingezet? Er kan slechts sprake zijn van begeleid onderwijs als dat ook zichtbaar is. Duidelijk moet zijn welke docent op welk moment beschikbaar is en aangetoond wordt dat er sprake is van interactie tussen de docent en de deelnemer op hetzelfde tijdstip. Er wordt vanuit gegaan dat de docent kan interveniëren op het leerproces en niet alleen vragen van studenten afwacht. Dat komt er op neer dat docenten zijn ingeroosterd voor de begeleiding van de zelfstandige studie-uren en dat zij er ook daadwerkelijk bij betrokken zijn. Daarnaast dienen ook de studenten daadwerkelijk aanwezig te zijn tijdens deze uren en aan het werk te zijn met het onderwijsprogramma. Van directe begeleiding via de computer zijn in de praktijk geen voorbeelden waargenomen. Er zijn wel verschillende casussen beschreven. Zo is een casus aangeboden waarin begeleiding plaatsvond middels contact met een docent, waarbij een 48 uur later werd beantwoord. Dit wordt niet als begeleide onderwijstijd meegerekend. 2. In hoeverre kunnen en mogen social media ingezet worden voor de begeleiding? Begeleiding van het onderwijsleerproces kan deels via social media. Het gaat er vooral om dat het geheel van begeleiding voor de individuele student effectief is. Deze vorm van begeleiding valt overigens slechts onder strenge voorwaarden onder begeleide onderwijstijd. Ook op onderdelen van de begeleiding van de bpv kunnen social media worden ingezet. Tijdens de bpv moet de opleiding de voortgang van de leerresultaten van de student in voldoende mate bewaken en begeleiden, ook moeten knelpunten in de bpv tijdig gesignaleerd en opgelost worden. Tevens moet er regelmatig contact zijn met de bpv-plaats over de inhoud van de bpv en over de voortgang van de student. De opleiding moet bereikbaar zijn voor bedrijven bij vragen of problemen. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 5 van 22

6 e. Onderwijs in het buitenland 1 1. Mag een student (een deel van) een beroepsopleiding in het buitenland 1 volgen? Wanneer een student onderwijs volgt aan een instelling in het buitenland, kan dit geen onderdeel uitmaken van het onderwijsprogramma van een beroepsopleiding als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). Onderwijs in het buitenland moet namelijk voldoen aan de in dat land geldende regels en voldoet niet (automatisch) aan de regels die daarvoor in Nederland gelden. Er is ook een apart kader voor Caribisch Nederland. Zie hiervoor hoofdstuk 11 van het onderzoekskader 2017 mbo en bijlage 5 van het kader. Een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB mag dus alleen in Nederland worden aangeboden en verzorgd, met uitzondering van het deel van het onderwijsprogramma dat de beroepspraktijkvorming betreft. Zie hiervoor de antwoorden op de vragen 2 en 4. Wel kan een student die onderwijs aan een instelling in het buitenland heeft gevolgd en dat bijvoorbeeld heeft afgesloten door middel van een examen, in aanmerking komen voor vrijstelling voor één of meer examenonderdelen van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. De examencommissie dient dan te beoordelen of het in het buitenland gevolgde onderwijs en de eventueel afgelegde examens voldoen aan de regels die daarvoor in Nederland gelden. Het bevoegd gezag kan vervolgens ook vrijstelling van het onderwijs geven. Zie over onderwijs op de BES-eilanden het antwoord op de vraag Mag het onderwijs, de examinering en/of de BPV op de BES-eilanden worden uitgevoerd?. 2. Mag een student beroepspraktijkvorming in het buitenland 1 volgen? Ja, dat mag. Het moet dan wel gaan om een erkend leerbedrijf. De beroepspraktijkvorming (BPV) wordt verzorgd op basis van een praktijkovereenkomst. Van belang is dat in deze overeenkomst de eisen die de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) aan de BPV stelt worden opgenomen (zoals beschreven in artikel en WEB). De instelling moet erop toezien dat de afspraken die in de overeenkomst zijn vastgelegd ook daadwerkelijk (door het leerbedrijf in het buitenland) worden nagekomen. Let wel: als een student BPV in het buitenland volgt, mogen bij het betreffende leerbedrijf geen examens worden afgenomen die onderdeel zijn van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. De examinering van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB dient in Nederland te geschieden. Wel kan een student die examens in het buitenland heeft afgelegd in aanmerking komen voor vrijstelling voor één of meer examenonderdelen van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. Zie hiervoor verder het antwoord op de vraag Mag de examinering van een beroepsopleiding in het buitenland worden uitgevoerd?. 3. Mag BPV gevolgd in het buitenland 2 meetellen voor de onderwijstijd? Ja, de BPV-uren die in het buitenland worden gemaakt kunnen meetellen voor de uren als bedoeld in artikel 7.2.7, tweede en derde lid, van de WEB. 4. Mag het onderwijs, waaronder de BPV, op de BES-eilanden worden uitgevoerd? Onderwijs en examinering uitgevoerd op de eilanden Bonaire, Sint Eustatius of Saba (de BESeilanden) maken geen deel uit van een beroepsopleiding als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). Onderwijs en examinering op de BES-eilanden moeten namelijk 1 Onder buitenland wordt in dit document verstaan het gebied buiten het Europese deel van Nederland. Met Nederland wordt in dit document verstaan het Europese deel van Nederland; de eilanden Bonaire, Sint Eustatius of Saba (de BES-eilanden) vallen hier dus niet onder. 2 Onder buitenland wordt in dit document verstaan het gebied buiten het Europese deel van Nederland. Met Nederland wordt in dit document verstaan het Europese deel van Nederland; de eilanden Bonaire, Sint Eustatius of Saba (de BES-eilanden) vallen hier dus niet onder. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 6 van 22

7 voldoen aan de daar geldende regels zoals de Wet educatie en beroepsonderwijs BES (WEB BES) en voldoen niet (automatisch) aan de regels die daarvoor in het Europese deel van Nederland gelden. Om onderdeel uit te maken van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB, dienen het onderwijs en de examinering dus plaats te vinden in het Europese deel van Nederland. Zie in het Onderzoekskader mbo 2017 bijlage 5 voor het waarderingskader voor Caribisch Nederland. Wel kan een student die onderwijs heeft gevolgd en/of examens heeft afgelegd op de BESeilanden in aanmerking komen voor vrijstelling voor één of meer examenonderdelen van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. Zie hiervoor verder de antwoorden op de vragen Mag de examinering van een beroepsopleiding in het buitenland worden uitgevoerd? en Mag een student (een deel van) een beroepsopleiding in het buitenland volgen?. Een student mag in het kader van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB tot slot wel BPV volgen op de BES-eilanden. Zie hiervoor verder het antwoord op de vraag Mag een student beroepspraktijkvorming in het buitenland volgen?. Voor vragen over onderwijs en/of BPV in het buitenland verwijzen wij tevens naar de publicatie Onderwijs, beroepspraktijk en examinering in het buitenland van het Servicepunt Examinering mbo. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 7 van 22

8 2. KWALITEITSGEBIED EXAMINERING EN DIPLOMERING (ED) Beroepsgerichte examinering a. Algemeen 1. Wat is de definiëring van ontwikkelingsgerichte toetsing? Bij ontwikkelingsgerichte toetsing gaat het om inzicht krijgen in de ontwikkeling of voortgang van de student. 2. Wat is de definiëring van kwalificerende beoordeling? De kwalificerende beoordeling heeft als doel om vast te kunnen stellen of de student de vereiste kennis, houding en vaardigheden beheerst, zoals vermeld in het kwalificatiedossier waarvoor wordt opgeleid. De resultaten zijn direct van invloed op het behalen van het diploma. De examens die bijdragen aan het behalen van het diploma zijn dus kwalificerend. De examencommissie bepaalt welke examens meetellen voor het diploma. 3. Hoe gaat de inspectie om met vormen van voorwaardelijke examinering? Als het behalen van een bepaalde toets een voorwaarde is om deel te mogen nemen aan het examen, dan is het feitelijk een onderdeel geworden van het besluitvormingsproces voor diplomering. Maar deze voorwaarde is daarmee nog geen onderdeel van de examinering. Bij het oordeel over exameninstrumenten worden dus alleen die examens betrokken die zowel deel uitmaken van de examinering als van de resultaatbepaling voor het diploma. Indien bijvoorbeeld theorie-examens wel deel uitmaken van de examinering (dus toetsing op het niveau van de kerntaak) en van de resultaatbepaling voor het diploma betrekken wij deze wel bij het oordeel over exameninstrumenten. 4. Wat verwacht de inspectie van de verantwoording op het niveau van de prestatieindicatoren bij de beroepsgerichte kwalificatiestructuur als een student een prestatie niet behaalt? Wij verwachten dat herleidbaar is op basis van welke argumenten een student een examen(onderdeel) niet behaalt. De beoordeling wordt gebaseerd op de prestatie-indicatoren uit het kwalificatiedossier (of vergelijkbare criteria). Als een examen(onderdeel) niet gehaald wordt, wordt op het niveau van de prestatie-indicator verantwoord wat de oorzaak daarvan is. 5. Welke beoordelingscriteria kunnen worden toegepast bij examinering gericht op de Herziene Kwalificatie Structuur (HKS)? De publicatie Examinering en herziening kwalificatiestructuur: van basis tot keuzedeel van het Servicepunt examinering mbo verwoordt dit onderwerp als volgt. In de herziene kwalificaties benoemd ieder werkproces de volgende zaken: omschrijving: welke handelingen moet een beginnend beroepsbeoefenaar uitvoeren; resultaat: wat is het overkoepelend resultaat van alle handelingen; gedrag: hoe moet de beroepsbeoefenaar handelingen uitvoeren, zodat het gewenste resultaat wordt behaald. De omschrijving, het resultaat en de gedragsbeschrijving vormen de input voor een beoordelingsvoorschrift. Als een student niet aan deze beoordelingscriteria voldoet verwachten wij dat deze argumenten in de verantwoording waarom een student een examenonderdeel niet behaalt naar voren komen. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 8 van 22

9 b. Uitbesteding 1. Wat betekent uitbesteding van de examinering aan een onderwijs- of exameninstelling? Bij uitbesteding draagt de instelling de examinering over aan een andere onderwijs- of exameninstelling. Die andere (examen)instelling krijgt dan de volledige verantwoordelijkheid. Als de examinering is uitbesteed, beslist de examencommissie van de instelling waaraan is uitbesteed, over de uitslag van het examen. Ook moet zij zorgen voor een examenregeling en een commissie van beroep voor de examens en voert zij de interne kwaliteitsbewaking van de examenkwaliteit uit. Zie voor uitbesteding de volgende artikelen in de Wet educatie en beroepsonderwijs: artikelen 1.6.1; 6.3.1; 6.3.2; 7.4.4a en Wanneer kan een instelling de examinering uitbesteden? De instelling moet tot uitbesteding overgaan als de minister haar het recht op examinering voor een opleiding heeft ontnomen. De instelling kan tot uitbesteding overgaan als zij dat doelmatig acht of als zij op basis van de eigen bewaking van de kwaliteit van het examen van een opleiding constateert dat zij niet zelf kan waarborgen dat dit examen op alle examenonderdelen in voldoende mate aan de examenstandaarden voldoet. 3. Mag een exameninstelling de examinering uitvoeren en een diploma afgegeven als er géén uitbestedingsovereenkomst met een onderwijsinstelling is? Nee, dat mag niet. Er moet een uitbestedingsovereenkomst zijn met een onderwijsinstelling die over de betreffende crebo-licenties beschikt om diploma s af te geven. De student moet ingeschreven staan bij een onderwijsinstelling die een crebo- erkenning heeft voor de betreffende beroepsopleiding. 4. Wie ondertekent het diploma bij uitbesteding? De examencommissie van de exameninstelling ondertekent bij uitbesteding het diploma, maar op het diploma wordt de naam van de onderwijsinstelling vermeld waarbij de student is ingeschreven. De examencommissie mag niet op eigen naam een diploma uitreiken. c. Inkoop 1. Wij kopen onze exameninstrumenten in bij een examenleverancier. Hoe beoordeelt de inspectie deze instrumenten? We voeren geen onderzoeken meer uit bij de afzonderlijke leveranciers. We onderzoeken bij de onderwijsinstellingen wel de kwaliteit van de exameninstrumenten. Daartoe vragen wij bij de instellingen de exameninstrumenten op, ook als deze ingekocht zijn. Wij beoordelen vervolgens deze instrumenten en het oordeel wordt opgenomen in het inspectierapport van de instelling. Op de langere termijn willen wij de exameninstrumenten alleen opvragen en onderzoeken als daar aanleiding toe is. Het al dan niet opvragen en onderzoeken van de exameninstrumenten is dan afhankelijk van ons oordeel over het functioneren van de examencommissie. We verwachten echter dat een volledig inspectieonderzoek naar de examenkwaliteit, gericht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium én de afname/beoordeling, vooralsnog vaker aan de orde zal zijn dan een beperkte verificatie van de borging door de examencommissie. Naarmate de beleidsmatige invoering succesvol verloopt, zal het toezicht daarop worden afgestemd. We beperken ons dan tot verificatie. 2. Leidt een onvoldoende oordeel over een ingekocht examenproduct bij een leverancier tot een onvoldoende bij de instelling? Ja, de instelling is immers verantwoordelijk voor de kwaliteit van de examinering, ook als er wordt ingekocht. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 9 van 22

10 3. Moeten wij de exameninstrumenten ook aanleveren als zij eerder positief beoordeeld zijn door bijvoorbeeld het Keurmerk of andere validerende organisaties? Ja, voorlopig beoordelen wij alle exameninstrumenten, ook als deze voorzien zijn van een keurmerk. 4. Wij kopen exameninstrumenten in en deze zijn door het Keurmerk als voldoende beoordeeld. Neemt de inspectie dit oordeel over? Nee, wij vragen bij elke te onderzoeken opleiding de exameninstrumenten op en beoordelen deze. Het oordeel van de inspectie is daarbij bindend. Bij afwijking van het oordeel nemen wij contact op met de validerende instelling. Op termijn willen wij ons meer gaan baseren op de afgegeven Keurmerken. Om dat besluit te kunnen nemen zullen wij echter gedurende een bepaalde periode nagaan of exameninstrumenten terecht een keurmerk hebben gekregen. 5. Wat betekent validering van exameninstrumenten voor het toezicht van de inspectie? Validering van exameninstrumenten is nog in ontwikkeling. Er zijn daarbij drie routes mogelijk voor scholen om de kwaliteit te borgen. Afhankelijk van het resultaat en de gemaakte afspraken in het proces van ontwikkeling zal de inspectie acteren. Voorlopig zullen wij voor route 1 (inkoop van exameninstrumenten bij een gecertificeerde examenleverancier) als die vergelijkbaar wordt aan de situatie zoals nu bij het Keurmerk, op vergelijkbare wijze handelen (zie ook vraag 3 en 4 hiervoor). Voor route 2 (zelf construeren van exameninstrumenten volgens de complete set van collectieve afspraken) vragen wij de exameninstrumenten op, tenzij deze gelijk zijn aan eerder door ons beoordeelde instrumenten. Route 3: zelf construeren van exameninstrumenten niet volgens de set van collectieve afspraken en daarmee met verplichte externe validering betekent natuurlijk ook dat wij de instrumenten opvragen en beoordelen en bij afwijking contact opnemen met de validerende instelling. Op de langere termijn willen wij de exameninstrumenten alleen opvragen en onderzoeken als daar aanleiding toe is. Het al dan niet opvragen en onderzoeken van de exameninstrumenten is dan afhankelijk van ons oordeel over het functioneren van de examencommissie. We verwachten echter dat een volledig inspectieonderzoek naar de examenkwaliteit, gericht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium én de afname/beoordeling, vooralsnog vaker aan de orde zal zijn dan een beperkte verificatie van de borging door de examencommissie. Naarmate de beleidsmatige invoering succesvol verloopt, zal het toezicht daarop worden afgestemd. We beperken ons dan tot verificatie. d. Beoordeling examens 1. Het leerbedrijf is geaccrediteerd door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Wij gaan er vanuit dat de deskundigheid van de beoordelaars daarmee is geborgd. Klopt dit? Nee. De accreditatie heeft betrekking op de beroepspraktijkvorming en niet op de examinering. 2. Hoe gaat de inspectie om met een certificaat als bewijs van de deskundigheid van de betrokkenen bij examinering? De instelling moet waarborgen treffen voor de deskundigheid van de beoordelaars. Een certificaat kàn een onderdeel zijn van dat borgingssysteem. Het gaat erom dat de instelling garandeert of de betrokkenen bij examinering voldoende deskundig zijn. 3. Hoe onafhankelijk moet een beoordelaar zijn? Onafhankelijkheid is belangrijk, maar geen doel op zich. Het gaat erom dat sprake is van een betrouwbare en dus van een zo objectief mogelijke beoordeling. Dat is de essentie, en dat Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 10 van 22

11 moet de instelling waarborgen. Het heeft de voorkeur dat een beoordelaar van de kandidaat niet betrokken was bij het opleiden of begeleiden van de student. Dat is in de praktijk echter niet altijd haalbaar. Een instelling moet dan aantonen dat ze op een andere manier geborgd heeft dat sprake is van een betrouwbare, objectieve beoordeling. Soms is één beoordelaar toereikend. In het geval van een complex(e) examen(situatie) is het wenselijk om meer beoordelaars in te zetten, waarvan één onafhankelijk. De inrichting en uitvoering van het examenproces van afname en beoordeling moet deugdelijk zijn, zie hiervoor standaard ED3 bij het kwaliteitsgebied examinering en diplomering in het kader. 4. Moet bij het afnemen van een examen in de praktijk naast de beoordelaar van het bedrijf, altijd een vertegenwoordiger van de onderwijsinstelling aanwezig zijn? Het is niet vereist dat een vertegenwoordiger van de onderwijsinstelling altijd aanwezig is bij de afname van een examen in de praktijk. De onderwijsinstelling is en blijft verantwoordelijk voor de kwaliteit van de examinering. De onderwijsinstelling kan die verantwoordelijkheid invullen door bijvoorbeeld met een gepaste frequentie een afname van een examen in de praktijk bij te wonen. 5. Moet de rol van de praktijkopleider en de beoordelaar altijd gescheiden zijn? In principe wel. Omdat de praktijkbegeleider de kandidaat heeft begeleid tijdens de leerperiode staat hij niet blanco tegenover de kandidaat. Het is daarom wenselijk een andere beoordelaar te kiezen. In bepaalde gevallen is dat echter moeilijk te realiseren. Als het leerbedrijf een eenmanszaak is of als er onvoldoende beoordelaars zijn met de vereiste expertise, is het soms onvermijdelijk dat de praktijkopleider tevens de rol van beoordelaar krijgt. De instelling moet voorkomen dat deze situatie ontstaat bij een relatief groot deel van de examinering of bij een belangrijk examenonderdeel. Dat kan opgelost worden door de examinering vanaf de basis anders in te richten. Uiteraard zijn de mogelijkheden daartoe afhankelijk van de aard van de opleiding en de omgevingssituatie. 6. Wij hebben moeite om de kwaliteit van de examinering in de reële beroepspraktijk op hetzelfde niveau te brengen als de binnenschoolse examinering. Dit vraagt nogal wat van de leerbedrijven. Wat moeten we hiermee doen? Om zorg te dragen voor een goede kwaliteit van de examinering in de beroepspraktijk kan de instelling de beoordelaars van de leerbedrijven die betrokken zijn bij de examinering in de beroepspraktijk scholen en/of kan er voor kiezen om een beoordelaar vanuit de instelling aan de examinering in de praktijk toe te voegen. Als examinering in de reële beroepspraktijk echt niet mogelijk is, dan kan de instelling een alternatief zoeken. Zo valt te denken aan een praktijksimulatie, die een reële beroepssituatie nabootst en waarin beoordelaars uit de praktijk een rol hebben. Zie hiervoor ook het Themaonderzoek Examinering in de reële beroepscontext. e. Exameninstrumenten 1. Is een gesprek geschikt als exameninstrument? Ja, een gesprek kan een onderdeel zijn van examinering. Uitsluitend een gesprek voeren, als enige examineringsvorm kan echter niet omdat een beoordeling een uitspraak moet bevatten over zowel het handelen van de kandidaat als het resultaat van dat handelen. Als een gesprek deel uitmaakt van de examinering moet de instelling aangeven hoe het meeweegt binnen het geheel van de examinering. Zie ook vraag 3 hieronder. 2. Welke eisen hanteert de inspectie voor de beoordeling van het exameninstrument portfolio? Een portfolio is een verzameling van bewijzen. Voor de exameninstrumenten die ten grondslag liggen aan deze bewijzen geldt dat deze valide, betrouwbaar en transparant moeten zijn. Ieder exameninstrument moet voldoen aan kwaliteitsgebied E&D. Zie ook het Onderzoekskader mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 11 van 22

12 Hoe hanteert de inspectie het principe van de zogenaamde examenmix? De onderwijsinstelling is zelf verantwoordelijk voor de inrichting van de examinering en kan daarbij gebruik maken van een examenmix (verschillende examenvormen). Het is belangrijk dat het exameninstrumentarium bestaat uit een mix van verschillende examenvormen waarbij kennis, vaardigheden en houding worden beoordeeld, uitgaande van en passend bij de eisen van het kwalificatiedossier. f. Diplomering 1. Wat moet er op de resultatenlijst worden vermeld en vanaf wanneer? De actuele informatie kunt u vinden in de regeling modeldiploma mbo. 2. Hoe moet loopbaan en burgerschap op het diploma staan? Op de resultatenlijst bij het diploma moet bij het generieke examenonderdeel Loopbaan en burgerschap worden aangegeven: De examenkandidaat heeft voldaan aan de inspanningseisen. (Zie Regeling modeldiploma mbo, bijlagen betreffende de resultatenlijst.) Het examen van een beroepsopleiding is namelijk alleen met goed gevolg afgelegd als voor het onderdeel loopbaan en burgerschap de eindwaardering voldaan is behaald, zoals bepaald in artikel 17 van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB. g. Keuzedelen 1. Is het behalen van een keuzedeel bepalend voor het behalen van een diploma? Nee, het behalen van een keuzedeel is nog niet bepalend voor het behalen van het diploma. Elke student moet examen doen voor de keuzedelen binnen de opleiding om het diploma te kunnen krijgen. Het hebben van een examenresultaat per keuzedeel is voorwaardelijk voor het behalen van het diploma. Vanaf augustus 2018 maakt het toezicht op de keuzedelen integraal deel uit van de oordeelsvorming over het onderwijs en de examinering. Vanaf het schooljaar is het behalen van een keuzedeel wél bepalend voor het behalen van het diploma; het examenresultaat is dan onderdeel van de slaag-/zakbeslissing. Dat geldt dan voor studenten die instromen vanaf 1 augustus (Zie Artikel 1, onderdeel K, van het besluit tot wijziging van het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB dat in werking treedt op 1 augustus 2018, gepubliceerd in het Staatsblad jaargang 2016 nummer 54). 2. Hoe houdt de inspectie toezicht op de keuzedelen? De regeling standaarden examenkwaliteit mbo 2012 is in 2017 gewijzigd. De regeling heeft ook betrekking op de keuzedelen voor opleidingen die zijn gestart op of na 1 augustus Dat zal ook gelden voor de regeling standaarden examenkwaliteit mbo In de studiejaren en (zolang het behaalde examenresultaat voor keuzedelen nog niet meeweegt in de slag-/zakbeslissing voor het diploma) wordt door de inspectie nog geen toezicht gehouden op de kwaliteit van de inhoud van de examenproducten van keuzedelen. De keuzedelen dienen echter wel geëxamineerd te worden en de resultaten moeten worden betrokken bij de diplomering, anders leidt dat tot een onvoldoende voor het aspect diplomering. Tot augustus 2018 vermelden we opvallende zaken ook in onze rapporten die de keuzedelen betreffen, zonder daaraan een oordeel te verbinden. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 12 van 22

13 h. Examinering in het buitenland 3 1. Mag de examinering van een beroepsopleiding in het buitenland 3 worden uitgevoerd? De examinering van een beroepsopleiding als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) moet in Nederland plaatsvinden. Examens afgelegd in het buitenland moeten namelijk voldoen aan de in dat land geldende regels en voldoen niet (automatisch) aan de regels die daarvoor in Nederland gelden. Voorgaande komt overeen met de notitie Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie 4, thema 8, geldend voor het bekostigd onderwijs. Wel kan een student die examens in het buitenland heeft afgelegd in aanmerking komen voor vrijstelling voor één of meer examenonderdelen van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. De examencommissie dient dan te beoordelen of het in het buitenland afgelegde examen voldoet aan de regels die daarvoor in Nederland gelden. Zie over examinering op de BES-eilanden het antwoord op de vraag Mag het onderwijs, de examinering en/of de BPV op de BES-eilanden worden uitgevoerd?. 2. Mag de examinering op de BES-eilanden worden uitgevoerd? Onderwijs en examinering uitgevoerd op de eilanden Bonaire, Sint Eustatius of Saba (de BESeilanden) kunnen geen deel uitmaken van een beroepsopleiding als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). Onderwijs en examinering op de BES-eilanden moeten namelijk voldoen aan de daar geldende regels zoals de Wet educatie en beroepsonderwijs BES (WEB BES) en voldoen niet (automatisch) aan de regels die daarvoor in het Europese deel van Nederland gelden. Om onderdeel uit te maken van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB, dienen het onderwijs en de examinering dus plaats te vinden in het Europese deel van Nederland. Zie verder bijlage 5 van het Onderzoekskader mbo Wel kan een student die onderwijs heeft gevolgd en/of examens heeft afgelegd op de BESeilanden in aanmerking komen voor vrijstelling voor één of meer examenonderdelen van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB. Zie hiervoor verder de antwoorden op de vragen Mag de examinering van een beroepsopleiding in het buitenland worden uitgevoerd? en Mag een student (een deel van) een beroepsopleiding in het buitenland volgen?. Een student mag in het kader van een beroepsopleiding als bedoeld in de WEB tot slot wel de beroepspraktijkvorming volgen op de BES-eilanden. Zie hiervoor verder het antwoord op de vraag Mag een student beroepspraktijkvorming in het buitenland volgen?. Voor vragen over examinering in het buitenland verwijzen wij tevens naar de publicatie Onderwijs, beroepspraktijkvorming en examinering in het buitenland van het Servicepunt Examinering mbo. 3 Onder buitenland wordt in dit document verstaan het gebied buiten het Europese deel van Nederland. Met Nederland wordt in dit document verstaan het Europese deel van Nederland; de eilanden Bonaire, Sint Eustatius of Saba (de BES-eilanden) vallen hier dus niet onder. 4 De notitie Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie is te vinden op Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 13 van 22

14 Eerder Verworven Competenties (evc) 1. Op welke wijze houdt de inspectie toezicht op het verstrekken van diploma s die gebaseerd zijn op evc? Bij het toezicht op het verstrekken van diploma s die gebaseerd zijn op evc gaan wij na of voldaan wordt aan examenstandaard ED1: de examencommissie borgt deugdelijke examinering en diplomering. De examencommissie is verantwoordelijk voor het op deugdelijke gronden verstrekken van diploma s, ook als deze (mede) gebaseerd zijn op evc. De inspectie gaat na of het proces goed is verlopen. 2. Wat behoort de examencommissie te doen als zij ervaringscertificaten krijgen aangeboden? Hoe ziet het toezicht van de inspectie eruit? De inspectie gaat na of de examencommissie op zorgvuldige wijze het besluit heeft genomen. Als het diploma gebaseerd wordt op evc zal de examencommissie zich over de volgende aspecten moeten verantwoorden: Is er een duidelijke scheiding tussen de evc-procedure en het opleidingstraject? Met andere woorden, is de evc-procedure gescheiden van opleiden, diplomeren en certificeren? Op grond waarvan heeft de betreffende kandidaat een diploma/certificaat gekregen? De examencommissie zal haar beoordeling voor zichzelf, de kandidaat en derden inzichtelijk moeten (kunnen) maken. Wij bekijken deze documenten. Mogelijk heeft de examencommissie bij twijfel zelf aanvullende exameninstrumenten ingezet. Ook die instrumenten bekijken wij. Bij het toezicht op examenkwaliteit kijken wij naar de verstrekker van het diploma. Het onderzoek wordt niet uitgebreid naar de evc-aanbieder. 3. Wat betekent het voor het inspectieoordeel over de examenkwaliteit als diploma s worden gebaseerd op evc? Als de examencommissie de diploma s, gebaseerd op evc, op goede gronden heeft afgegeven volgt het oordeel voldoende voor standaard 1, (in het Onderzoekskader mbo 2017 gaat het dan om standaard ED1: kwaliteitsborging examinering en diplomering). Als de diploma s structureel niet op goede gronden zijn afgegeven, dan volgt het oordeel onvoldoende op deze standaard. Als het diploma uitsluitend is gebaseerd op evc, dan wordt geen oordeel gegeven over examenstandaard 2 en 3. In het Onderzoekskader mbo 2017 gaat het daarbij om standaard ED2 en ED3. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 14 van 22

15 3. KWALITEITSGEBIED SCHOOLKLIMAAT (SK) 1. Betrekt de inspectie ook de ARBO-wet bij de beoordeling van veiligheid? De ARBO-wet valt niet onder het toezicht van de inspectie van het onderwijs. De arbeidsinspectie toetst of de ARBO-wet wordt nageleefd. Vanuit de Arbowet worden onderwijsinstellingen verplicht om alle vormen van agressie en geweld tegen te gaan. Pesten wordt daarin expliciet genoemd als voorbeeld van psychosociale arbeidsbelasting. Indien er sprake is van zeer duidelijke signalen kan de inspectie van het onderwijs wel de arbeidsinspectie hierover informeren. 2. Hoe beoordeelt de inspectie of de opleiding veilig is? De inspectie gaat bij docenten en studenten na of zij zich sociaal en fysiek veilig voelen in de opleiding. Van de instelling mag worden verwacht dat zij inzicht heeft in de fysieke en sociale veiligheid(sbeleving) van studenten, hier beleid op voert en effectief handelt bij signalen. Zij gaat daarbij ook na of er signalen zijn dat die veiligheid in het geding is. Hierbij maakt de inspectie onder meer gebruik van tevredenheidsmetingen van de instelling, of de uitkomsten van de veiligheidsmonitor MBO. Betrokkenheid, veiligheid en het bijdragen aan een positief schoolklimaat door de verschillende geledingen zijn noodzakelijke voorwaarden om als school als een effectieve leeren leefgemeenschap te functioneren. Zie verder standaard SK1 uit het onderzoekskader Veiligheid moet altijd als voldoende beoordeeld zijn om een voldoende te krijgen voor het kwaliteitsgebied. De fysieke omgeving draagt duidelijk bij aan de fysieke en sociale veiligheid van leerlingen en personeel. Contra-indicaties zijn bijvoorbeeld veel onveilige (onoverzichtelijke, donkere) plaatsen, een vieze omgeving, vernielingen en niet- herstelde schades, achterstallig onderhoud e.d. Voorbeelden van positieve indicaties zijn een verzorgde omgeving, open, uitnodigende en vriendelijke ruimtes, faciliteiten die het samenzijn van leerlingen en personeel bevorderen. De tevredenheidsmetingen kunnen ook een indicatie geven over de fysieke omgeving. Tijdens leersituaties, via onderwijsobservaties en via gesprekken gaat de inspectie na of de uitingen van het personeel in lijn zijn met de basiswaarden van de democratische rechtstaat en of studenten ook aan die regels gehouden worden. Signalen dat deze basiswaarden onder druk staan kunnen leiden tot verdere onderzoeksactiviteiten op dit punt. 3. Wat is het onderscheid tussen een sociaal veilige opleiding en een voldoende leerklimaat? Een veilig schoolklimaat is een belangrijke voorwaarde om tot leren te kunnen komen. De inspectie onderzoekt hierbij de veiligheid en of het leerklimaat de studenten voldoende ondersteuning, stimulans en gedragsregels biedt om zich te ontwikkelen en zich daar wel bij te bevinden. De nadruk ligt voor het leerklimaat dus op de pedagogische component van het onderwijs. Beoordeling van de sociale veiligheid richt zich op de veiligheid(sbeleving) van studenten, en het beleid van de instelling op dit gebied. Zie hiervoor ook standaard SK2 uit het onderzoekskader Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 15 van 22

16 4. KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSRESULTATEN (OR) 1. Wat wordt verstaan onder onderwijsresultaten (voorheen rendement)? Onder onderwijsresultaten verstaan we de resultaten van de opleiding. Het gaat hier kort gezegd om de verhouding tussen gediplomeerde uitstroom en de totale uitstroom van studenten uit de instelling. Meer informatie is te vinden in de het onderzoekskader mbo 2017 en de notitie onderwijsresultaten & Wat zijn de normen voor bekostigde instellingen vanaf augustus 2017? We hanteren daarvoor onderstaande normen voor een periode van vier jaar (zie onderstaande tabel). We verwijzen voor meer details naar de Toelichting en bestanden indicatoren Onderwijsresultaten in het Internet Schooldossier. Niveau Jaarresultaat Diplomaresultaat Startersresultaat Voldoende Goed* Voldoende Goed* Voldoende *Voor een toelichting op de normering van de Onderwijsresultaten ten aanzien van de waardering goed verwijzen we naar paragraaf 4.3 Normering Kwaliteitsgebieden en bijlage 1 van het Onderzoekskader mbo Wat is de norm voor niet-bekostigde instellingen? De norm voor niet-bekostigde instellingen staat in onderstaande tabel en geldt voor twee jaar: < 23 jaar > 23 jaar Derde leerweg Toe te passen norm (P30) 63% Geen opbrengstenbeoordeling Geen opbrengstenbeoordeling Benchmark (P30) 47% 11% 4. Waarom wordt bij het berekenen van de onderwijsresultaten van opleidingsclusters uitgegaan van het aantal van minimaal twaalf studenten voor het bepalen van onderwijsresultaten? Omdat de onderwijsresultaten van dergelijke kleine opleidingen instabiel zijn. Als gevolg van de geringe aantallen kunnen deze sterk fluctueren en zijn dus niet betrouwbaar. 5. Wat moet de student weten over onderwijsresultaten? Voor een student kan het van belang zijn om te weten welk percentage studenten gediplomeerd de opleiding verlaat. Het percentage geeft feitelijk de slaagkans van een opleiding weer. 6. Kunnen we als onderwijsteam de onderwijsresultaten beïnvloeden? Het team kan de onderwijsresultaten beïnvloeden door te inventariseren en te analyseren wat de redenen zijn dat studenten stoppen met de opleiding. Door het uitvoeren van acties naar aanleiding van de conclusies kan het team het aantal ongediplomeerde uitstromers verminderen. 7. Hoe beoordelen wij de onderwijsresultaten als er tussen opleidingen ongediplomeerd wordt opgestroomd? Ongediplomeerde studenten die nog niet zijn uitgestroomd uit de instelling tellen niet mee voor de berekening van het jaar- en diplomaresultaat op opleidingsniveau. Indien een ongediplomeerde student wel uitstroomt uit de instelling, dan heeft dit een negatief effect op de opleiding waarop de student op 1 oktober van het betreffende jaar stond ingeschreven. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 16 van 22

17 Hiervoor maakt de inspectie gebruik van zogeheten toekenningsregels. In het ISD vindt u een uitgebreide beschrijving van de wijze waarop de inspectie het jaar- en diplomaresultaat berekent. Ook vindt u daar de definities van deze opbrengstmaten. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 17 van 22

18 5. KWALITEITSGEBIED KWALITEITSZORG EN AMBITIE (KA) 1. Wanneer is sprake van voldoende kwaliteitszorg en ambitie? Er is sprake van voldoende kwaliteitszorg en ambitie wanneer de drie standaarden van het gebied kwaliteitszorg en ambitie uit het waarderingskader mbo 2017 voldoende zijn. Deze standaarden zijn kwaliteitszorg, kwaliteitscultuur en verantwoording en dialoog. Bij nietbekostigde instellingen is kwaliteitscultuur geen standaard die onderzocht en beoordeeld wordt. In de volgende tabel is weergegeven wanneer sprake is van onvoldoende, voldoende en goede kwaliteitszorg en ambitie. Voor de waardering goed op opleidingsniveau of op het niveau van het kwaliteitsgebied is het belangrijk dat de kwaliteitscultuur van een goed niveau is. Kwaliteitszorg en ambitie Goed Voldoende Onvoldoende De drie standaarden in het gebied zijn ten minste voldoende en Kwaliteitscultuur is goed. De drie standaarden zijn voldoende. Eén van de drie standaarden is onvoldoende. 2. Wat valt er onder een stelsel van kwaliteitszorg? Belangrijke elementen hierin zijn een werkende pdca-cyclus (toetsbare doelen, evaluatie, analyse en verbetermaatregelen) om de onderwijskwaliteit te beoordelen, een heldere verantwoordelijkheidsverdeling en inrichting van de organisatie en betrokkenheid van onafhankelijke deskundigen en belanghebbenden. 3. Wat is de vereiste frequentie van zelfevaluatie? Voor de inspectie moet de zelfevaluatie actueel zijn en relevante informatie bevatten. We stellen geen specifieke eisen aan de frequentie. De gewenste frequentie is ook afhankelijk van de context waarin de instelling en de opleiding zich bevinden. 4. Stelt de inspectie eisen aan de zelfevaluatie qua inhoud en uitvoering? Het is aan de instellingen om de inhoud en uitvoering te bepalen, maar het is van belang dat de (zelf)evaluatie moet gaan over de belangrijkste elementen uit het waarderingskader; van recente datum moet zijn én op objectieve bronnen is gebaseerd. 5. Waarom is er voor de instellingen geen format voor de zelfevaluatie bij de instellingsanalyse? De zelfevaluatie is vorm vrij net als de inrichting van de kwaliteitszorg. Kwaliteitszorg wordt beoordeeld op basis van de standaarden uit het waarderingskader. 6. Waarom moeten onafhankelijke deskundigen betrokken worden bij de beoordeling van de kwaliteit? Artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs stelt dat de beoordeling van de kwaliteit moet geschieden met betrokkenheid van onafhankelijk deskundigen. De bedoeling van de wetgever met betrekking tot de betrokkenheid van onafhankelijke deskundigen wordt niet geëxpliciteerd, maar is evident en berust op common sense. Het belang van het betrekken van onafhankelijke deskundigen moet het risico op een onbetrouwbare, te weinig kritische eigen beoordeling van de (basis)kwaliteit van onderwijs voorkomen. De instelling stelt de onafhankelijk deskundige(n) aan om de beoordeling van de (basis)kwaliteit van onderwijs zelfstandig, objectief, valide en betrouwbaar (mede) te beoordelen en vast te stellen. Het gaat hierbij conform WEB, art , lid 1 om de regelmatige beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs. Veel gestelde vragen toezicht mbo waarderingskader - versie juli 2017 Pagina 18 van 22

Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader

Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader Veel gestelde vragen toezicht mbo - Waarderingskader Versie januari 2017 Inhoud WAARDERINGSKADER... 2 1. KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES (OP)... 2 a. Algemeen... 2 b. Onderwijsteam... 2 c. Bpv... 3 d.

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo

Veel gestelde vragen toezicht mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo Versie januari 2017 Inhoud A. TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 4 c. Beoordeling en normering... 7 B. WAARDERINGSKADER... 10 1. KWALITEITSGEBIED

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo

Veel gestelde vragen toezicht mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo Versie juli 2017 Inhoud A. TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 4 c. Beoordeling en normering... 7 B. WAARDERINGSKADER... 11 1. KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES

Nadere informatie

B. WAARDERINGSKADER GEBIED 1: ONDERWIJSPROCES. a. Algemeen. b. Onderwijsteam

B. WAARDERINGSKADER GEBIED 1: ONDERWIJSPROCES. a. Algemeen. b. Onderwijsteam B. WAARDERINGSKADER GEBIED 1: ONDERWIJSPROCES a. Algemeen 1. Wanneer is het onderwijsproces voldoende/onvoldoende? Dit wordt beoordeeld aan de hand van het waarderingskader, gebied 1, onderwijsproces.

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo

Veel gestelde vragen toezicht mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo Versie mei 2018 Inhoud A. TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 4 c. Beoordeling en normering... 7 B. WAARDERINGSKADER... 12 1. KWALITEITSGEBIED ONDERWIJSPROCES

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo

Veel gestelde vragen toezicht mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo Versie 1 juli 2016 Inhoud A. TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 3 c. Beoordeling en normering... 5 B. WAARDERINGSKADER... 6 GEBIED 1: ONDERWIJSPROCES...

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo

Veel gestelde vragen toezicht mbo Veel gestelde vragen toezicht mbo Versie 1 november 2015 Inhoud A. TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 3 c. Beoordeling en normering... 5 B. WAARDERINGSKADER... 6 GEBIED 1: ONDERWIJSPROCES...

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18409 4 april 2017 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 maart 2017, nr. MBO/1087949, houdende

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Scheepvaart en Transport College Medewerker havenoperaties

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Scheepvaart en Transport College Medewerker havenoperaties KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Scheepvaart en Transport College Medewerker havenoperaties Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 05EA Onderzoeksnummer : 294233 Datum onderzoek : 21 en

Nadere informatie

Examinering in het mbo veel gestelde vragen en antwoorden

Examinering in het mbo veel gestelde vragen en antwoorden Examinering in het mbo veel gestelde vragen en antwoorden 31 januari 2011 Deel 1 Algemeen 1 Hoe lang moeten examengegevens van studenten bewaard worden? De inspectie gaat er vanuit dat instellingen alle

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Leidse Onderwijsinstellingen BV

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Leidse Onderwijsinstellingen BV KWALITEITSONDERZOEK MBO Leidse Onderwijsinstellingen BV Plaats : Leiderdorp BRIN nummer : 24LK Onderzoeksnummer : 294249 Datum onderzoek : 24 oktober 2017 Datum vaststelling : 16 januari 2018 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Kwaliteitsborging van examinering in de beroepspraktijk

Kwaliteitsborging van examinering in de beroepspraktijk Kwaliteitsborging van examinering in de beroepspraktijk Van: Een publicatie naar aanleiding van conferentie en leg-uit-bijeenkomsten van het Servicepunt examinering mbo in samenwerking met het Ministerie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16683 15 september 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 september 2011, nr. BVE/312893,

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : KCH Examens Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Commercieel medewerker binnendienst Crebonummer : 90112

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC De Leijgraaf Mbo-Verpleegkundige

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC De Leijgraaf Mbo-Verpleegkundige KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 ROC De Leijgraaf Mbo-Verpleegkundige Plaats : Utrecht BRIN nummer : 28DE Onderzoeksnummer : 292623 Datum onderzoek : 21, 22, 23 en 24 maart 2017 Datum

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Zorgcampus Rotterdam BV

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Zorgcampus Rotterdam BV KWALITEITSONDERZOEK MBO Zorgcampus Rotterdam BV Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 30NZ Onderzoeksnummer : 294248 Datum onderzoek : 19 oktober 2017 Datum vaststelling : 14 december 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : SHE Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Manager/ondernemer Horeca Crebonummer : 90303 Is er sprake van

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : SHE Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Zelfstandig werkend Kok Crebonummer : 95420 Is er sprake van een

Nadere informatie

Et Examentaken mbo WWW.EXAMINERINGMBO.NL Examentaken mbo Wat is het? De Examentaken mbo omschrijven alle taken die worden uitgevoerd ten behoeve van de examinering in het mbo. Het is een hulpmiddel om

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO PROFIT OPLEIDINGEN

KWALITEITSONDERZOEK MBO PROFIT OPLEIDINGEN KWALITEITSONDERZOEK MBO PROFIT OPLEIDINGEN Plaats : Zwolle BRIN nummer : 26TR Onderzoeksnummer : 294260 Datum onderzoek : 30 november 2017 Datum vaststelling : 6 februari 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : VTL Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Manager Transport en Logistiek Crebonummer : 91870 Is er sprake

Nadere informatie

Naam Examenleverancier. Beoordeling audit examinering 2012 2013 Rapportage inkoopaudit examenproducten en diensten op examinering 2012 2013

Naam Examenleverancier. Beoordeling audit examinering 2012 2013 Rapportage inkoopaudit examenproducten en diensten op examinering 2012 2013 Naam Examenleverancier : Fundeon Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Waterbouwer Crebonummer : 94020 Is er sprake van een Kadertoets

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Amice

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Amice KWALITEITSONDERZOEK MBO Amice Plaats : Barneveld BRIN nummer : 24YG Onderzoeksnummer : 294261 Datum onderzoek : 12 december 2017 Datum vaststelling : 14 februari 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 2 Conclusie

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : VOC Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Autoschadehersteller, niveau 2 Crebonummer : 95030 Is er sprake

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : Savantis Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Gezel Stukadoor (Decoratie) Crebonummer : 91501 Is er sprake

Nadere informatie

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie BOL en BBL Uitstroom crebo 25486 Kwalificatiedossier Pedagogisch Werk Instroom crebo 23183 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar KD

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : SH&M Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Logistiek medewerker houthandel Crebonummer : 95331 Is er sprake

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : KCH Examens Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Assistent Logistiek Medewerker Crebonummer : 93731 Is er

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : LTTR Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product :Frontoffice manager Crebonummer :94072 Is er sprake van een Kadertoets

Nadere informatie

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Titel : Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Project/Werkgroep : Voor vragen kunt

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : Fundeon Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Dakdekker riet Crebonummer : 93845 Is er sprake van een kadertoets

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : VTL Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Assistent Logistiek Medewerker Crebonummer : 93732 Is er sprake

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Studiecentrum Minerva

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Studiecentrum Minerva KWALITEITSONDERZOEK MBO Studiecentrum Minerva Plaats : Almere BRIN nummer : 24KK Onderzoeksnummer : 294254 Datum onderzoek : 17 november 2017 Datum vaststelling : 18 december 2017 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

AANPAK BEOORDELING INGEKOCHTE EXAMENINSTRUMENTEN EN -DIENSTEN IN 2012

AANPAK BEOORDELING INGEKOCHTE EXAMENINSTRUMENTEN EN -DIENSTEN IN 2012 AANPAK BEOORDELING INGEKOCHTE EXAMENINSTRUMENTEN EN -DIENSTEN IN 2012 UTRECHT, juli 2013 1. Inleiding 1.1. Achtergrond Het toezichtkader bve 2012 is medio september 2011 goedgekeurd door de minister.

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : Savantis Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Schoonmaak- en Glazenwassen (Schoonmakermedewerker vloeronderhoud)

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst. Indien er sprake is van het toetsen van een product: Crebonummer : Is er sprake van een Kadertoets

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst. Indien er sprake is van het toetsen van een product: Crebonummer : Is er sprake van een Kadertoets Naam Examenleverancier : Savantis Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Gezel schilder voorman Crebonummer : 91461 Is er sprake van

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : Sectorinstituut Transport & Logistiek Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Chauffeur erenvervoer, Cohort

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC TOP Sociaal-cultureel werker Sociaal werk

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC TOP Sociaal-cultureel werker Sociaal werk KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 ROC TOP Sociaal-cultureel werker Sociaal werk Plaats : Amsterdam BRIN nummer : 30RM Onderzoeksnummer : 291992 Datum onderzoek : 13 en 14 februari 2017

Nadere informatie

p/a Structuurbaan 2, 3439 MB Nieuwegein Let op: ook invullen in voettekst vanaf blz. 2. Let op: ook invullen in voettekst vanaf blz. 2.

p/a Structuurbaan 2, 3439 MB Nieuwegein Let op: ook invullen in voettekst vanaf blz. 2. Let op: ook invullen in voettekst vanaf blz. 2. MetaB-instrument exameninstrumenten, gebaseerd op Bijlage A behorende bij artikel 1 van de 'Regeling standaarden examenkwaliteit mbo 2012, geldend vanaf 01-08-2016 en de Normenbundel exameninstrumenten,

Nadere informatie

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Onderwijsassistent (p3) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Onderwijsassistent (p3) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Onderwijsassistent (p3) Uitstroom crebo 25485 Kwalificatiedossier Pedagogisch Werk Instroom crebo 23183 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : Savantis Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Entreeopleiding assistent assistent dienstverlening en zorg

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Naam Examenleverancier : Savantis Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Entreeopleiding assistent Bouwen, wonen en onderhoud - Stukadoor

Nadere informatie

Voorwaardelijke toetsing en examinering

Voorwaardelijke toetsing en examinering Voorwaardelijke toetsing en examinering Een publicatie naar aanleiding van de leg-uit-bijeenkomst op 28 januari 2014 van het Servicepunt examinering mbo in samenwerking met het ministerie van OCW en de

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. Profit Opleidingen

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO. Profit Opleidingen ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO Profit Opleidingen Plaats : Zwolle BRIN nummer : 26TR Onderzoeksnummer : 280632 en 280634 Datum onderzoek : 5, 9 en 12 februari 2015 en 7 april 2016 Datum vaststelling

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC van Twente. Verkoper Verkoper detailhandel

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC van Twente. Verkoper Verkoper detailhandel KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 ROC van Twente Verkoper Verkoper detailhandel Plaats :Almelo BRIN nummer :27YU Onderzoeksnummer :293555 Datum onderzoek :29 mei en 1 juni 2017 Datum

Nadere informatie

3. Een norm voor valide examenproducten norm voor valide examenproducten cesuur exameninstrumentarium

3. Een norm voor valide examenproducten norm voor valide examenproducten cesuur exameninstrumentarium Dit document is een onderdeel uit het advies Drie routes naar een valide examenproduct van mei 2016. De uitwerking van het advies vindt plaats vanaf augustus 2016 door de hiervoor aangestelde kwartiermaker

Nadere informatie

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst. Indien er sprake is van het toetsen van een product: Crebonummer : Is er sprake van een Kadertoets

Toetsing Organisatieaudit Product Dienst. Indien er sprake is van het toetsen van een product: Crebonummer : Is er sprake van een Kadertoets Naam Examenleverancier : Sectorinstituut Transport & Logistiek Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Logistiek teamleider Crebonummer

Nadere informatie

De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten

De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten Oktober 2017 Kwartiermaker Validering Examens MBO Inhoud Toelichting norm 2 Solide basis 2 Toepassing norm in de drie routes 2 Producteisen 4

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC TOP Particuliere beveiliging

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek ROC TOP Particuliere beveiliging KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 ROC TOP Particuliere beveiliging Plaats : Amsterdam BRIN nummer : 30RM Onderzoeksnummer : 291991 Datum onderzoek : 3 en 7 maart 2017 Datum vaststelling

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Coördinator sport, bewegen en gezondheid (P3) (HKS, vanaf augustus 2015)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Coördinator sport, bewegen en gezondheid (P3) (HKS, vanaf augustus 2015) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2015) Naam kwalificatie Coördinator Uitstroom crebo 25413 Kwalificatiedossier Sport en Bewegen Instroom crebo 23163 Domein Veiligheid en sport Domein crebo 79100 Versiejaar

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Coördinator sport- en bewegingsagogie (P4) (HKS, vanaf augustus 2015)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Coördinator sport- en bewegingsagogie (P4) (HKS, vanaf augustus 2015) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2015) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25412 Kwalificatiedossier Sport en Bewegen Instroom crebo 23163 Domein Veiligheid en sport Domein crebo 79100 Versiejaar KD 1-8-2018

Nadere informatie

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie BOL en BBL Uitstroom crebo 25484 Kwalificatiedossier Pedagogisch Werk Instroom crebo 23183 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar KD

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Autotechniek (Autotechnicus) Autotechnicus. : Amersfoort

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Autotechniek (Autotechnicus) Autotechnicus. : Amersfoort KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 MBO Amersfoort Autotechniek (Autotechnicus) Autotechnicus Plaats : Amersfoort BRIN nummer : 30RR Onderzoeksnummer : 292768 Datum onderzoek : 1 juni

Nadere informatie

SERVICEDOCUMENT VRIJSTELLINGEN AVO

SERVICEDOCUMENT VRIJSTELLINGEN AVO SERVICEDOCUMENT VRIJSTELLINGEN AVO SERVICEDOCUMENT VRIJSTELLINGEN AVO Binnen de mbo-scholen van de Lentiz onderwijsgroep ontstaan vaak vragen over de voorwaarden waaraan vrijstellingen voor AVO-vakken

Nadere informatie

Examenplan , 2016, 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Doktersassistent. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016, 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Doktersassistent. (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Doktersassistent Uitstroom crebo 25473 Kwalificatiedossier Doktersassistent Instroom crebo 23180 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Midden Nederland te Utrecht. Sociaal cultureel werker

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Midden Nederland te Utrecht. Sociaal cultureel werker ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU ROC Midden Nederland te Utrecht Sociaal cultureel werker BRIN: 25LH Onderzoeksnummer: 276997 Onderzoek uitgevoerd in: Juli 2014 Conceptrapport

Nadere informatie

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB Dit document is opgesteld door: Het Ministerie van OCW, het Ministerie van VWS en de MBO Raad in samenwerking met de Inspectie van het Onderwijs en JOB.

Nadere informatie

Gelders Opleidingsinstituut B.V.

Gelders Opleidingsinstituut B.V. Gelders Opleidingsinstituut B.V. Onderzoek bestuur en opleiding(en) Vierjaarlijks onderzoek Datum vaststelling: 28 november 2018 Samenvatting Minstens één keer in de vier jaar onderzoekt de onderwijsinspectie

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Scheepvaart en Transport College (STC) Schipper binnenvaart

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Scheepvaart en Transport College (STC) Schipper binnenvaart KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Scheepvaart en Transport College (STC) Schipper binnenvaart Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 05EA Onderzoeksnummer : 294229 Datum onderzoek : 11 en

Nadere informatie

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Medewerker secretariaat en receptie (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Medewerker secretariaat en receptie (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Crebo 25150 Kwalificatiedossier Ondersteunende administratieve beroepen Crebo 23068 Domein Economie en administratie Crebo 79090 Versiejaar KD 1-8-2015

Nadere informatie

Criterium: Borging deskundigheid Een opleiding scoort voldoende op dit criterium wanneer de examinering overeenkomt met het volgende portret.

Criterium: Borging deskundigheid Een opleiding scoort voldoende op dit criterium wanneer de examinering overeenkomt met het volgende portret. Bijlage (Behorend bij de `Regeling standaarden examenkwaliteit MBO, van 31 januari 2009, kenmerk BVE-STELSEL/2009-97923) Inleiding Onderstaand worden 7 standaarden voor de examenkwaliteit gegeven. Bij

Nadere informatie

Examenplan (25261) examenplan en diplomavereisten Assistent verkoop/retail (P5) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan (25261) examenplan en diplomavereisten Assistent verkoop/retail (P5) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25257 (25261) Kwalificatiedossier Entree Instroom crebo 23110/23192 Domein Domein crebo 0 Versiejaar KD 1-8-2016 Niveau 1 Geldig

Nadere informatie

Naam Examenleverancier

Naam Examenleverancier Naam Examenleverancier : Visavi Toetsing Organisatieaudit Product Dienst Indien er sprake is van het toetsen van een product: Naam Product : Junior Kapper Crebonummer : 95120 Is er sprake van een Kadertoets

Nadere informatie

De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten

De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten De producteisen uit de norm voor valide exameninstrumenten Juni 2017 Kwartiermaker Validering Examens MBO Inhoud Toelichting norm 2 Solide basis 2 Toepassing norm in de drie routes 2 Producteisen 4 Algemeen

Nadere informatie

Veel gestelde vragen toezicht mbo - Toezicht algemeen

Veel gestelde vragen toezicht mbo - Toezicht algemeen Veel gestelde vragen toezicht mbo - Toezicht algemeen Versie juli 2017 Inhoud TOEZICHT ALGEMEEN... 2 a. Toezicht... 2 b. Onderzoek... 4 c. Beoordeling en normering... 7 Veel gestelde vragen toezicht mbo

Nadere informatie

Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT

Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT Sector: ESB&I Gevalideerd door: de paritaire commissie ECABO Vaststellingsdatum: 7 oktober 2014 Examenprofielnummer: EXPRO.16 1 Inleiding

Nadere informatie

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Sociaal-maatschappelijk dienstverlener (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Sociaal-maatschappelijk dienstverlener (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25489 Kwalificatiedossier Sociaal werk Instroom crebo 23185 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar KD 1 augustus 2015

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Assistent horeca, voeding of voedingsindustrie (P7) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Assistent horeca, voeding of voedingsindustrie (P7) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Assistent Uitstroom crebo 25252, 25260 Kwalificatiedossier Entree Instroom crebo 23110/23192 Domein Domein crebo 0 Versiejaar KD 1-8-2016 Niveau

Nadere informatie

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25175 Kwalificatiedossier Ondernemer horeca/bakkerij Instroom crebo 23083 Domein Horeca en bakkerij Domein crebo 79120 Versiejaar

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Nimeto Ruimtelijk vormgever Vormgeving ruimtelijke presentatie en communicatie (Vormgever productpresentatie) Plaats : Utrecht BRIN nummer : 02PK Onderzoeksnummer

Nadere informatie

Examenplan , 2019, examenplan en diplomavereisten Office assistant (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2019, examenplan en diplomavereisten Office assistant (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Office assistant Uitstroom crebo 25573 Kwalificatiedossier Secretariële beroepen Instroom crebo 23231 Domein Economie en administratie Domein crebo

Nadere informatie

Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan

Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan Centraal Examenreglement Beroepsopleidingen ROC Mondriaan Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Regeling van de examens Het examen Herkansen van examens

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek MBO Amersfoort Audicien

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek MBO Amersfoort Audicien KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 MBO Amersfoort Audicien Plaats : Utrecht BRIN nummer : 30RR Onderzoeksnummer : 292764 Datum onderzoek : 6 juni 2017 Datum vaststelling : 26 september

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. New School Routing Academy Commercieel medewerker (Commercieel medewerker binnendienst)

KWALITEITSONDERZOEK MBO. New School Routing Academy Commercieel medewerker (Commercieel medewerker binnendienst) KWALITEITSONDERZOEK MBO New School Routing Academy 90111 Commercieel medewerker (Commercieel medewerker binnendienst) December 2015 BRIN: 30KP Onderzoeksnummer: 286411 Onderzoek uitgevoerd: 07 december

Nadere informatie

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Verkoper Uitstroom crebo 25167, 25503 Kwalificatiedossier Verkoop Instroom crebo 23080 Domein Handel en ondernemerschap Domein crebo 79080 Versiejaar

Nadere informatie

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Instituut Memo

STAAT VAN DE INSTELLING MBO. Instituut Memo STAAT VAN DE INSTELLING MBO Instituut Memo Plaats : Amersfoort BRIN nummer : 30LG Onderzoeksnummer : 283873 Datum onderzoek : 22-25 september 2015 Datum vaststelling : 19 november 2015 Pagina 2 van 16

Nadere informatie

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Medewerker secretariaat en receptie (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Medewerker secretariaat en receptie (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25150 Kwalificatiedossier Ondersteunende administratieve beroepen Instroom crebo 23068 Domein Economie en administratie Domein crebo

Nadere informatie

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Pedagogisch medewerker kinderopvang (p1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Crebo 25486 Kwalificatiedossier Pedagogisch Werk Crebo 23183 Domein Zorg en welzijn Crebo 79140 Versiejaar KD 2016 Niveau 3 Geldig voor cohort(en)

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Instituut Memo te Amersfoort

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Instituut Memo te Amersfoort KWALITEITSONDERZOEK MBO Instituut Memo te Amersfoort Doktersassistent juni 2013 H3257863/3 BRIN: 30LG Onderzoeksnummer: 4055487 Onderzoek uitgevoerd in: 6 en 15 april 2013 Conceptrapport verzonden op:

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Medewerker sport en recreatie (p3) (HKS, vanaf augustus 2015)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Medewerker sport en recreatie (p3) (HKS, vanaf augustus 2015) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2015) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25500 Kwalificatiedossier Dienstverlening Instroom crebo 23189 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar KD 1-8-2015,

Nadere informatie

Et Examentaken mbo WWW.EXAMINERINGMBO.NL Examentaken mbo Wat is het? De Examentaken mbo omschrijven alle taken die worden uitgevoerd ten behoeve van de examinering in het mbo. Het is een hulpmiddel om

Nadere informatie

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo Ook in het vmbo is er sprake van onderwijsvernieuwing. De meest in het oog springende vernieuwing is de introductie van een kern, profiel en (meerdere) keuzes. De

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Deltion College Allround schoonheidsspecialist

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Deltion College Allround schoonheidsspecialist KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Deltion College Allround schoonheidsspecialist Plaats : BRIN nummer : 25PJ Onderzoeksnummer : 292497 Datum onderzoek : 16 januari 2017 Datum vaststelling

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Deltion College Maatschappelijke zorg (persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen)

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Deltion College Maatschappelijke zorg (persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen) KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Deltion College Maatschappelijke zorg (persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen) Plaats : BRIN nummer : 25PJ Onderzoeksnummer : 292503 Datum onderzoek

Nadere informatie

Examenplan , 2016 t/m 2019, examenplan en diplomavereisten Klantmedewerker Bancaire Diensten, (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016 t/m 2019, examenplan en diplomavereisten Klantmedewerker Bancaire Diensten, (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Klantmedewerker Bancaire Diensten (P1) Uitstroom crebo 25544 Kwalificatiedossier Financiële dienstverlening Instroom crebo 23216 Domein Economie

Nadere informatie

Examenreglement. Da Vinci College

Examenreglement. Da Vinci College Examenreglement van het Regionaal Opleidingencentrum Zuid-Holland Zuid Da Vinci College Dit reglement is vastgesteld op 2013 door het College van Bestuur en treedt in werking op 1 augustus 2013 Da Vinci

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Kok (Zelfstandig werkend kok)

KWALITEITSONDERZOEK MBO. Kok (Zelfstandig werkend kok) KWALITEITSONDERZOEK MBO Landstede te Zwolle Kok (Zelfstandig werkend kok) definitief Mei 2015 BRIN: 01AA Onderzoeksnummer: 280134 Onderzoek uitgevoerd: 09-02-2015 t/m 10-02-2015 Conceptrapport verzonden

Nadere informatie

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Verkoper. (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Verkoper Crebo 25167, 25503 Kwalificatiedossier Verkoop Crebo 23080 Domein Handel en ondernemerschap Crebo 79080 Versiejaar KD 1-8-2015 (sindsdien

Nadere informatie

Inleiding Artikel 1 Procedure aanvraag vrijstelling van examinering Artikel 2 Vrijstelling bij instroom andere onderwijsinstelling...

Inleiding Artikel 1 Procedure aanvraag vrijstelling van examinering Artikel 2 Vrijstelling bij instroom andere onderwijsinstelling... Regeling Vrijstelling van Examinering Schooljaar 2017-2018 Stichting Regionaal Opleidingencentrum Arnhem Handelsnaam: Rijn IJssel Postbus 5162 6802 ED Arnhem 0263129000 info@rijnijssel.nl KvK nr.: 41053084

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Sport- en bewegingsleider (P1) (HKS, pilot vanaf augustus 2015)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Sport- en bewegingsleider (P1) (HKS, pilot vanaf augustus 2015) Examenplan (HKS, pilot vanaf augustus 2015) Naam kwalificatie Crebo 25415 Kwalificatiedossier Sport en Bewegen Crebo 23163 Domein Veiligheid en sport Crebo 79100 Versiejaar KD 2015 Niveau 3 Geldig voor

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Albeda College. Onderwijsassistent

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Albeda College. Onderwijsassistent KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Albeda College Onderwijsassistent Plaats :Rotterdam BRIN nummer :00GT Onderzoeksnummer :292690 Datum onderzoek :9 en 10 mei 2017 Datum vaststelling

Nadere informatie

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (p2) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Crebo 25484 Kwalificatiedossier Pedagogisch Werk Crebo 23183 Domein Zorg en welzijn Crebo 79140 Versiejaar KD 2016 Niveau 4 Geldig voor cohort(en)

Nadere informatie

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017

KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 Nimeto Kaderfunctie afbouw, onderhoud en interieur Middenkaderfunctionaris afbouw en onderhoud (Kleuren interieuradvies) Plaats : Utrecht BRIN nummer

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Autotechniek (Autotechnicus)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Autotechniek (Autotechnicus) ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU ROC Leiden Autotechniek (Autotechnicus) Januari 2015 BRIN: 25MA Onderzoeksnummer: 278430 Onderzoek uitgevoerd in: November 2014 Conceptrapport

Nadere informatie

Examenplan , 2018, Financieel administratief medewerker (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan , 2018, Financieel administratief medewerker (P1) (HKS, vanaf augustus 2016) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2016) Naam kwalificatie Financieel administratief Uitstroom crebo 25139 Kwalificatiedossier Financieel administratieve beroepen Instroom crebo 23065 Domein Economie en administratie

Nadere informatie

Examenplan examenplan en diplomavereisten Helpende Zorg en Welzijn (p2) (HKS, vanaf augustus 2015)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Helpende Zorg en Welzijn (p2) (HKS, vanaf augustus 2015) Examenplan (HKS, vanaf augustus 2015) Naam kwalificatie Uitstroom crebo 25498 Kwalificatiedossier Dienstverlening Instroom crebo 23189 Domein Zorg en welzijn Domein crebo 79140 Versiejaar KD 1-8-2015,

Nadere informatie