CWS JANNIE HORJUS. Voorwoord

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "CWS JANNIE HORJUS. Voorwoord"

Transcriptie

1

2 Voorwoord Voor u ligt het eindresultaat van een onderzoek onder leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de behoefte aan hulp en met name creatieve therapie beeldend bij jongeren van gescheiden ouders. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van de opleiding Creatieve therapie beeldend aan de Stenden Hogeschool te Leeuwarden waarbij het schrijven van een contractwerkstuk als vast onderdeel behoort tot het curriculum. Vanuit mijn functie als leerplichtambtenaar van de gemeente Leeuwarden is het idee ontstaan om dit onderzoek te doen op drie scholen van voortgezet onderwijs CSG Comenius te Leeuwarden, CSG Anna Maria van Schuurma te Franeker en CSG Ulbe van Houten te St- Annaparochie. Het CWS is in eerste instantie geschreven voor de zorgfunctionarissen van bovengenoemde scholen. Daarnaast is het informatief voor de afdeling Jeugd en Onderwijs van de gemeente Leeuwarden. De regiocoördinator van het Pc Samenwerkingsverband vo noordwest Friesland, tevens coördinator leerlingenzorg van scholengemeenschap Comenius Marinus Giesing was mijn opdrachtgever. Door zijn ondersteuning en medewerking heb ik de enquête onder scholieren kunnen houden en dit CWS kunnen schrijven De hulp van mijn man Roland de Jong die de enquêtes verwerkt en de resultaten heeft weergegeven in schema s en de layout heeft verzorgd heb ik als enorme steun ervaren. Jannie Horjus Leeuwarden, oktober

3 Samenvatting In de praktijk van de scholen het Pc Samenwerkingsverband noordwest Friesland werden door docenten toenemende problemen ervaren bij jongeren. Problemen waarbij de oorzaak leek te liggen bij de scheiding van de ouders. Ook bleek dat veel van de jongeren die besproken werden in het Zorg Advies Team (ZAT) van de scholengemeenschap, uit gezinnen kwamen waarbij sprake was van een scheiding. De scholengemeenschap constateerde tevens dat het huidige aanbod op aan hulp op dit terrein niet toereikend leek te zijn. Door middel van dit onderzoek is getracht een antwoord te geven op de vraag wat voor hulp deze jongeren nodig hebben en of onder andere creatieve therapie beeldend een waardevolle aanvulling zou kunnen zijn op het huidige aanbod voor deze doelgroep. De uitkomst is verkregen door de betreffende leerlingen van de tweede klassen zelf een antwoord op de onderzoeksvragen te laten geven door middel van de enquête, door vraaggesprekken met zorgfunctionarissen en literatuuronderzoek. Tijdens het onderzoek zijn de kwantitatieve (enquête) en de kwalitatieve data (interview) geanalyseerd. Voor het literatuuronderzoek is onder andere het onderzoek van Spruyt gebruikt. Uit dit onderzoek blijkt welke problemen kunnen ontstaan bij jongeren door de scheiding van hun ouders, te weten; externaliserende problemen (agressie, delinquent gedrag), internaliserende problemen (depressieve gevoelens, angstgevoelens), sociale problemen, loyaliteitsproblemen en het hebben van lagere schoolprestaties. Uit de enquête onder jongeren van de scholen van het Samenwerkingsverband noordwest Friesland blijkt dat 24,5% van de scheidingsjongeren aangeven problemen te hebben, maar daarvoor niet of bijna niet om hulp vragen. Als oorzaak geven ze aan; de moeite om hulp te vragen, de moeite om over problemen te praten, de schaamte en dat ze niet weten waar en hoe ze hulp kunnen vragen. Verder wijst dit onderzoek uit dat veel jongeren kiezen voor een combinatie van hulpverleningsvormen (45,1 %), waaronder creatieve therapie beeldend. De zorgfunctionarissen noemen in de interviews dat creatieve therapie beeldend een passend hulpaanbod is voor cognitief beperkte jongeren, voor jongeren die verbaal niet zo sterk zijn en/of hun gevoelens moeilijk onder woorden kunnen brengen. Hoewel jongeren aangeven geen hulp nodig te hebben, hebben ze wel degelijk problemen, waarbij het huidige aanbod niet toereikend is. Creatief therapie beeldend kan als aanvulling dienen op- en soms de voorkeur verdienen boven, hulpverlening in de vorm van gesprekken. Daarnaast zal gekeken moeten worden naar de belemmeringen van jongeren om hulp te vragen. Uit de uitkomsten van het onderzoek zijn de volgende aanbevelingen geformuleerd: Informatiefolder op school over hulpaanbod Hulp laagdrempelig te maken door programma s te integreren binnen de schoolprogramma s Verschillende vormen van hulp aanbieden met creatieve therapie beeldend als een onderdeel. Een aanbod van creatieve therapie beeldend gekoppeld aan een onderzoek naar resultaten. Verder onderzoek naar hulpprogramma s door een enquête onder ouders te houden en interviews onder jongeren. 3

4 Summary In the daily practice of the combined schools of the PC partnership northwest Fryslân teachers were recognizing an increasing amount of problems amongst their pupils. Most of these problems were caused by the divorce of the pupils parents. It also seems that those children were much discussed in the care advice teams of the combined schools. The comprehensive school also established that the current offered help was not sufficient. Through research it is tried to find an answer to the question what sort of help do these youth need and if arts therapy would be a valuable supplement to the current offered help for the target group. Results were obtained by letting the pupils of the second grade give their own answers on the research questions in the survey, by an interview with the care members and a literature study. During the research the quantitative (survey) and the qualitative data (interview) were analyzed. A part of the literature study consists of, among others, the research of Spruijt. This research gives an answer to the question which problems come into being with the youths of divorced parents, i.e. external problems (aggression, criminal behavior), internal problems (depressive feelings, feelings of anxiety), social problems, loyalty problems and bad school results. The survey amongst the pupils, of the combined schools of the PC partnership northwest Fryslân, shows that 24.5% of the pupils with divorced parents have answered that they have problems but most of them will do not ask for help. The reason why they do not ask for help is that they find it hard to ask for help, they find it difficult to talk about their problems, the feel ashamed and they do not know how and where they could get help. The survey also shows that 45.1% of the students prefers a combination of help, combined with arts therapy. The care members mention, as a result of the interview, that arts therapy would be a solution for students who are cognitive restricted, for those who are verbal restricted and for those who find it hard to talk about their feelings. Although the pupils say that they do not have a need for help, the actually have got problems for which the current offered help is insufficient. Arts therapy could be an addition to, or sometimes even preferred to, talking about their problems. It is also important to get knowledge about what the youths hindrance is for asking help. As a result of the examination the following recommendations have been made: Information leaflet at school about offers for help; Making help easy accessible by integrating it within the school programs; Offering several types of help in which arts therapy is a combined part; Offering of arts therapy which will be connected to the analysis of its results; There also will be an inquiry about a program for help by means of a survey amongst the parents and a interview amongst the pupils. ` 4

5 Inhoudsopgave Voorwoord 2 Samenvatting 3 Summary 4 Hoofdstuk 1 Inleiding Aanleiding Opbouw van het verslag 7 Hoofdstuk 2 Doelstelling, onderzoeksvragen en theoretisch kader Doel van het onderzoek en de centrale onderzoeksvraag Deelvragen Theoretisch kader De adolescent Scheidingsjongeren De adolescent en scheiding Hulpaanbod aan adolescenten in echtscheidingssituaties Creatieve therapie beeldend Adolescenten en hulp 12 Hoofdstuk 3 Onderzoeksopzet Onderzoeksopzet Betrokken partijen Methode van dataverzameling Kwantitatieve dataverzameling Kwalitatieve dataverzameling Methode van dataverwerking en analyse 14 Hoofdstuk 4 Onderzoek Beschrijving kwantitatieve data Beschrijving van de kwalitatieve data Wat voor problemen hebben jongeren bij scheiding van hun ouders en wat zijn de mogelijke gevolgen die te zien zijn in gedrag van jongeren van gescheiden ouders Willen jongeren in het voortgezet onderwijs hulp bij het omgaan met de scheiding van hun ouders en wat voor soort hulp Willen jongeren hulp? Soort hulp Wat kan een jongere belemmeren om hulp te accepteren of te zoeken? Wat kan creatieve therapie beeldend bieden aan deze jongeren? Beperkingen van het onderzoek 18 Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen Conclusies Problemen en gedrag Hulp Creatieve therapie beeldend Beantwoording centrale onderzoeksvraag Conclusies: Eindconclusie: Aanbevelingen Informatiefolder op school over hulpaanbod Hulpaanbod laagdrempelig maken Creatieve therapie beeldend onderdeel maken van het hulpaanbod op school Het KIES programma aanbieden op school Informatie over de mogelijkheden van creatieve therapie beeldend aan zorgfunctionarissen van scholen van het voortgezet onderwijs Een folder ontwikkelen met informatie over creatieve therapie Verder onderzoek 22 Bijlage Enquête leerlingen voortgezet onderwijs Uitslag enquête Interviews Bronnenlijst Profiel van de ideale hulpverlener 35 5

6 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1.Aanleiding Vanuit mijn functie als leerplichtambtenaar bij de gemeente Leeuwarden ben ik betrokken bij leerlingenzorg op het voortgezet onderwijs. Een van de onderdelen van leerlingenzorg is het ZAT (Zorg Advies Team), waarin ik zitting heb naast deelnemers van school, GGD, een orthopedagoog en een maatschappelijk werker. Wat mij opviel was dat veel van de leerlingen die werden besproken in het ZAT, scheidingsjongeren (53% van de zorgleerlingen) waren. In verhouding met het percentage scheidingsjongeren van alle respondenten (21%) is dit een groot aantal. Mogelijk was er een relatie tussen de problemen van de jongeren en het feit dat hun ouders gescheiden waren of gingen scheiden. In het onderzoek onder Adolescenten van Maykel Verkuyten en Ruut Veenhoven van de Erasmus Universiteit en ge publiceerd in het Tijdschrift voor Sociale Gezondheidszorg in 1988 concluderen de onderzoekers dat er geen significante verschillen zijn tussen problemen van jongeren van gescheiden ouders en jongeren uit gewone gezinnen. In het tijdschrift J/M van oktober 2006 valt echter een andere mening te lezen. Karin Singeldonk, ontwikkelingspsycholoog en mede schrijfster van het boek Kind en Echtscheiding meldt dat uit onderzoek is gebleken dat echtscheiding voor jongeren traumatisch kan zijn en vooral voor pubers nog eens extra moeilijk is. Gebleken is volgens haar dat het jongeren gemiddeld twee tot drie jaar kost om te echtscheiding te verwerken. Het zal dan ook niet verbazen dat ook schoolresultaten bij leerlingen in het voortgezet onderwijs in die eerste twee, drie jaar te lijden kunnen hebben onder een scheiding. In de praktijk van het voortgezet onderwijs worden door docenten toenemend problemen geconstateerd bij jongeren. Problemen waarbij de oorzaken lijken te liggen bij de scheiding van de ouders. Eén van de consequenties van de problemen van jongeren in hun leerloopbaan is dat ze uitvallen. Door probleemgedrag onder andere door spijbelen, verwijderingen van school en ontslag bij leerbedrijven komen ze thuis te zitten. In 2006 startte het vorige kabinet vanwege het vele voortijdige schoolverlaten aanval op de uitval. Een van de onderdelen van aanval op de uitval is vroege preventie. Hier onder wordt verstaan dat het probleem aangepakt wordt bij de bron. Dit zou betekenen dat er passende hulp gezocht moet worden voor de scheidingsjongeren. Mijn ervaring als leerplichtambtenaar, maar ook die van collega s en deelnemers aan de ZAT s, is dat jongeren, maar ook ouders vaak moeilijk te motiveren zijn voor hulp. Er is een hoge drempel. Om de problematiek rond die toegankelijkheid tot de hulp van adolescenten uitgebreid in kaart te brengen, ondervroeg het Vlaams Kinderrechtencommissariaat in 2007 ongeveer kinderen en jongeren in Vlaanderen. Bij de 12-plussers werd er van uitgegaan dat jongeren op de hoogte zijn van de laagdrempelige, voor iedereen toegankelijke professionele hulpverlening. In de praktijk bleek dat die weg niet zo vlot werd gevonden. 6

7 Bovenstaande bracht mij en de regiocoördinator van het Samenwerkingsverband op de vraag wat jongeren in het voortgezet onderwijs en met name jongeren van gescheiden ouders voor hulp willen. Om op deze wijze meer aan te kunnen sluiten bij de behoefte van jongeren. Een deelvraag daarbij is waarom jongeren eventueel geen hulp vragen. Dit om te voorkomen dat er mogelijk wel een passend programma wordt aangeboden waar niet gebruik van wordt gemaakt. Uit navraag bij instellingen uit Leeuwarden (mei 2008) bleek dat er nog geen specifiek programma is voor jongeren van gescheiden ouders. Alleen Fier Fryslân bleek sinds kort een aanbod te hebben om jongeren te ondersteunen bij de keuzes die ze soms moeten maken bij de echtscheiding van hun ouders. De vraag binnen de leerlingenzorg op school is dan ook welk passend aanbod zou kunnen worden ontwikkeld voor jongeren die problemen hebben door de scheiding van hun ouders. Een passend aanbod dat aansluit bij hun behoefte. 1.2 Opbouw van het verslag In hoofdstuk twee staat de achtergrond omtrent adolescenten, scheiding en hulpvormen centraal. Dit om de vraagstelling te onderbouwen. In hoofdstuk wordt tevens het doel van het onderzoek uitgewerkt, met de centrale onderzoeksvraag en de deelvragen. In hoofdstuk drie wordt beschreven hoe het onderzoek is uitgevoerd, de betrokken partijen en de manier van dataverzameling en dataverwerking In hoofdstuk vier worden de resultaten van het onderzoek vermeld en de beperkingen besproken. In hoofdstuk vijf zullen de belangrijkste conclusies op een rij worden gezet. Deze conclusies zijn gebaseerd op de in hoofdstuk drie gestelde onderzoeksvraag en deelvragen. Het rapport wordt in hoofdstuk zes afgesloten met een aantal aanbevelingen. In dit verslag worden de termen adolescent, jongere en scheidingsjongere gebruikt. Het gaat hier steeds om de leeftijdsgroep jaar, dus de jongere in het voortgezet onderwijs. Daar waar in dit verslag de term hij wordt gebruikt, wordt ook zij bedoeld. 7

8 Hoofdstuk 2 Doelstelling, onderzoeksvragen en theoretisch kader Inleiding In dit hoofdstuk wordt het doel van het onderzoek, de centrale onderzoeksvraag en de bijbehorende deelvragen beschreven. De centrale onderzoeksvraag en de bijbehorende deelvragen zijn gebaseerd op de opdracht van het Pc Samenwerkingsverband noordwest Friesland. Omdat dit onderzoek gaat over de periode van de adolescentie wordt in dit hoofdstuk tevens ingegaan op de psychologie van de adolescent en de verwarring die deze periode met zich mee kan brengen. Vervolgens worden de problemen die kunnen ontstaan bij jongeren van gescheiden ouders beschreven aan de hand van cijfermateriaal uit andere onderzoeken en tot slot wordt er een link gelegd naar creatieve therapie beeldend. 2.1 Doel van het onderzoek en de centrale onderzoeksvraag Door de regiocoördinator van het samenwerkingsverband en het ZAT wordt gestreefd naar kwaliteitsverbetering van de zorg voor de leerlingen. Het zoeken van de juiste zorg en zorgaanbieders maakt daarvan een onderdeel. Het aantal leerlingen met scheidinggerelateerde problemen is opvallend. De cijfers van het onderzoek Jongeren en Gezinnen 2006 (J&G2006) spreken voor zich. Om als ZAT een passend hulpaanbod te creëren is onderzoek nodig naar deze problemen en de behoefte van de leerling aan hulp. De problemen zijn al in meerdere onderzoeken van zowel de gemeente Leeuwarden Jeugdmonitor 2006 en het onderzoek van J& G 2006 in kaart gebracht. Echter de behoefte van de leerling aan hulp en de vorm waarin is nog niet eerder onderzocht. Uit navraag op scholen in Leeuwarden is gebleken dat er veel onbekendheid is met creatieve therapie beeldend. Creatieve therapie beeldend wordt daardoor ook niet als middel ingezet door het ZAT. Door dit wel in de enquête als hulpverleningvorm aan te bieden wordt helder of de leerling dit als mogelijkheid ziet. Ook in het interview worden vragen gesteld over deze mogelijkheid van hulp. Daarnaast is uit ervaring van scholen gebleken dat de leeftijdscategorie van 12 tot 17 jaar moeilijk hulp vraagt cq wil accepteren. Wat maakt dat jongeren geen hulp zoeken en wat zou jongeren kunnen motiveren om indien nodig hulp te vragen en te accepteren? Het doel van het onderzoek is helder te krijgen of er behoefte is aan hulp, met name aan creatieve therapie beeldend, bij jongeren van gescheiden ouders in het voortgezet onderwijs De centrale onderzoeksvraag luidt dan ook: Is er behoefte aan hulp, met name creatieve therapie beeldend, bij jongeren van gescheiden ouders in het voortgezet onderwijs? 2.2 Deelvragen De centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek is uitgewerkt in een aantal deelvragen. De deelvragen zullen beantwoord worden vanuit de kwantitatieve en kwalitatieve data die voor dit onderzoek verzameld zijn en vanuit de theorie en onderzoeken door derden. De deelvragen zijn als volgt geformuleerd: 1. Wat voor problemen hebben jongeren bij scheiding van hun ouders en wat zijn de mogelijke gevolgen in gedrag bij jongeren van gescheiden ouders? 2. Willen jongeren in het voortgezet onderwijs hulp bij het omgaan met de scheiding van hun ouders en welke hulp is dat? 3. Wat kan een jongere belemmeren om hulp te accepteren of te zoeken? 4. Wat kan creatieve therapie beeldend bieden aan deze jongeren? 8

9 2.3 Theoretisch kader De adolescent Het begrip adolescentie heeft in de ontwikkelingspsychologie het begrip puberteit vervangen, hoewel dat in het dagelijks taalgebruik nog een heel gangbaar woord is. In dit onderzoek wordt gekozen voor het woord adolescent of scheidingsjongere. Adolescentie is de overgang in de ontwikkeling tussen de jeugd en volledige volwassenheid, die een periode representeert waarin een persoon biologisch, maar niet emotioneel volgroeid is. De leeftijden die beschouwd worden als onderdeel van de adolescentie verschillen per cultuur. In de Verenigde Staten beschouwt men adolescentie als beginnend rond 13 jaar en het duurt tot ongeveer 24 jaar. De Wereldgezondheidsorganisatie daarentegen definieert adolescentie echter als de periode van iemands leven tussen de 10 en 20 jaar. De Dikke Van Dale hanteert de periode van 15 tot 20 jaar als definitie. "Adolescentie" is een cultureel en sociaal fenomeen en daarom zijn de grenzen niet makkelijk te binden aan fysieke mijlpalen. Het woord stamt af van het Latijnse werkwoord adolescere hetgeen "opgroeien" betekent. De periode kan worden herkend aan drastische veranderingen in het lichaam, gecombineerd met ontwikkelingen in de psychologie en academische carrière van een persoon. Bij de aanvang van de adolescentie ronden kinderen gewoonlijk hun basisschool af en beginnen aan hun middelbare school. Een persoon die zich in zijn adolescentie bevindt wordt een adolescent genoemd. De term adolescent heeft niet de sterke connotatie "dwarsligger" die het woord puber heeft. Het beeld dat de adolescent voorheen van zichzelf had en zijn leven wordt aan het wankelen gebracht. De veranderingen van uiterlijk, gedrag en attitude worden door de sociale wereld opgemerkt en van commentaar voorzien. Dit leidt er toe dat adolescenten zichzelf allerlei vragen stellen, vragen die betrekking hebben op de eigen persoon, hun relaties met andere mensen, hun plaats in de samenleving en de toekomst: kortom hun identiteit. De adolescentie is een gevoelige levensfase; een echtscheiding van de ouders vormt een extra emotionele belasting hierin Scheidingsjongeren. In 2001 publiceerde Amato 1 een tweede overzichtsartikel over de reeks onderzoeken naar jongeren en scheiding uit diverse landen, nadat hij dat in 1991 samen met Keith ook al had gedaan. Amato concludeerde dat de gemiddelde negatieve effecten van scheiding voor jongeren niet kleiner maar groter waren geworden. Mogelijke verklaring is dat het steeds meer voorkomt dat ook matige slechte huwelijken worden ontbonden, wat voor jongeren nog moeilijker te begrijpen is. Met de meerderheid van de jongeren die een ouderlijke echtscheiding heeft meegemaakt gaat het na verloop van tijd goed. Er is echter ook een minderheid scheidingsjongeren die kleinere of grotere problemen heeft. De verschillen met jongeren uit een volledig gezin zijn het grootst met betrekking tot het algemeen welbevinden, riskante gewoonten en delinquent gedrag. 1 ed spruijt blz.9 (Amato, 2001, 2006; Amato &Keith, 1991) 9

10 Recente cijfers uit de VS laten zien dat ongeveer 15% van alle jongeren min of meer serieuze problemen heeft 2. Bij scheidingsjongeren hebben ongeveer 30% problemen. Belangrijke positieve factoren die bijdragen tot een stabiele ontwikkeling zijn de kwaliteit van de relatie met de thuiswonende ouder, in iets mindere mate de kwaliteit van de relatie met de uitwonende ouder, een geringe mate van ouderlijk conflict en redelijke economische omstandigheden. De recente Nederlandse gegevens over de effecten van echtscheiding op jongeren zijn te halen uit het onderzoeksproject opgezet in het kader van de bacheloropleiding pedagogiek Utrecht, waar onder leiding van Spruyt, Topper en van der Valk, 32 studenten vragenlijsten over het thema Jongeren &Gezinnen hebben afgenomen op 20 scholen verspreid over Nederland. De gemiddelde leeftijd van de geënquêteerden is 13,7 jaar, de leeftijdsspreiding jaar. Hier uit komt naar voren dat de probleemscore bij scheidingskinderen gemiddeld ruim anderhalf keer zo hoog is als die van kinderen uit intacte gezinnen De adolescent en scheiding Meestal weten jongeren al langer dat er iets scheef zit in de relatie tussen hun ouders. Soms is de scheiding dan ook een opluchting. Adolescenten vinden het vreselijk als ouders problemen met elkaar hebben en niet "normaal" met elkaar om kunnen gaan. Omdat er al gedurende de adolescentie zoveel voor de jongere verandert, is een extra verandering een nare toevoeging waar ze mee moeten leren omgaan. Ze kunnen reageren door op te houden met puberen om de ouder te sparen. Anderen gaan juist heftiger puberen en zich afzetten en afreageren. Adolescenten zijn extra gevoelig voor afwijzing, ook al werken ze met hun gedrag soms juist afwijzing in de hand. Juist dan moeten ze weten dat je er als ouder voor ze bent en van ze houdt. Tegelijk maakt de jongere zich in deze leeftijdsfase steeds meer los van het gezin en heeft hiervoor ruimte nodig. Wanneer ouders tijdens de echtscheiding te veel steunen op de jongere, kan de ontwikkeling van de zelfstandigheid en onafhankelijkheid belemmerd worden. Van der Valk 3 schreef een proefschrift over ouderlijke conflicten, scheiding en de gevolgen voor het welbevinden van adolescenten. Niet alleen het opgroeien in een gezin na scheiding, maar ook het opgroeien in een gezin met een lage huwelijkskwaliteit heeft een negatief effect op het welbevinden van jongeren. Problemen in de ouderlijke relatie blijken vaak door te werken in de opvoeding en in de ouder-kindrelatie. Dit komt zowel door de achteruitgang in ouderlijk functioneren als door het feit dat na scheiding minder overdracht van opvattingen plaatsvindt. Ten slotte wordt aangetoond dat er aanzienlijk lange termijnverbanden bestaan tussen ouderlijke scheiding en het functioneren van jongeren 4. Jonge kinderen die de echtscheiding na enige tijd lijken te hebben verwerkt, hebben als groep in de adolescentie relatief meer problemen dan jongeren van wie de ouders bij elkaar zijn gebleven. Er is sprake van een sleepers-effect 5. 2 Lamb, M International Conference on Children and Divorche. University of East Anglia 3 Valk, I.E. van der Family Matters. Proefschrift Universiteit Utrecht 4 Spruit blz 36 5 Blz 187 van de kleine ontwikkelingspsychologie

11 2.3.4 Hulpaanbod aan adolescenten in echtscheidingssituaties De hulpverlening aan adolescenten in Leeuwarden vertoont een grote verscheidenheid. Er zijn diverse instellingen zoals psychologenpraktijken, de GGZ, GGD, Bureau Jeugdzorg/ Jeugdhulp en MEE die individuele hulp of programma s aanbieden voor groepen. Op het voortgezet onderwijs in Leeuwarden wordt begeleiding, ondersteuning of counseling aangeboden. Jongeren kunnen zelf om hulp vragen, maar in overleg met het ZAT wordt dit ook aangeboden aan leerlingen. Het betreft hier niet specifieke hulp gericht op jongeren die te maken hebben met een echtscheiding maar gericht op alle jongeren met problemen. Het specifieke hulpaanbod voor jongeren in echtscheidingssituaties in Leeuwarden is minimaal. Alleen Fier Fryslân blijkt het hulpaanbod te hebben wat vooral gericht is op keuzes die jongeren moeten maken. Er zijn in ieder geval twee programma s die gebruikt kunnen worden door scholen en die specifiek gericht zijn op jongeren in echtscheidingssituaties. Het eerste programma is KIES (Kind In Echtscheiding Situatie.) KIES is een programma dat ontwikkeld is voor jongeren met problemen in verband met de echtscheiding. Om het programma te mogen gebruiken moet de coach/trainer een opleiding hebben gevolgd bij KIES. Binnen het programma KIES zijn creatieve werkvormen te vinden. Het hangt van de KIES-coach af of zij/hij die vormen kan gebruiken. Daarnaast is er het JES Het Zwolsche Brugproject, (Jij en scheiding.) Een cursus voor jongeren en ouders. Overbruggen naar een veranderend gezin. Het is een preventieve cursus voor jongeren rondom de scheiding. Aan deze cursus zijn geen voorwaarden voor de trainer/therapeut verbonden Creatieve therapie beeldend Smeijsters (2000) verwijst voor de indicatie voor creatieve therapie, naar Berman (1998) die de sterke kanten van creatieve therapie benoemt: creatieve therapie spreekt de fysieke kant aan, je praat niet alleen, je komt in actie, je lichaam is erbij betrokken. handelen in het medium komt tegemoet aan de behoefte iets te leren. In creatieve therapie zijn mensen snel te motiveren iets te bedenken, uit te voeren, op te bouwen, te oefenen. expressie in het medium biedt de mogelijkheid je een nieuwe taal eigen te maken, waardoor de mogelijkheden om contact te maken enorm toenemen. creatieve therapie kan weggestopte emoties grijpbaar en voelbaar maken. Creatieve therapie beeldend wordt nog nauwelijks of helemaal niet door scholen in Leeuwarden als een mogelijk vorm van hulpverlening gezien. Voor sommige jongeren in echtscheidingsituaties is het moeilijk om te vertellen over pijnlijke dingen die ze meemaken en om te uiten wat ze voelen. Door in plaats van er over te vertellen,maar er op een creatieve manier uitdrukking aan te geven, kan de jongere toch zijn/haar verhaal kwijt. Door gebruik van creatieve middelen, bijvoorbeeld tekenen, schilderen, kleien, knippen en plakken, kunnen jongeren uiting geven aan wat ze dwars zit. Ze kunnen leren omgaan met hun emoties van onzekerheid, boosheid of verdriet en leren deze gevoelens een plek te geven. De therapeut helpt de jongere te ontdekken wat hij nodig heeft en hoe daar vorm aan te geven. Ook helpt de therapeut de jongere zelfvertrouwen te krijgen of te verstevigen. Door de therapie kan de jongere de situatie waar hij zich in bevindt een plek geven. Zijn belevingen worden, door de expressie van gevoelens, verplaatst van binnen de jongere naar een gebied buiten de jongere. 11

12 De creatieve therapie beeldend vindt plaats in een procesmatige wisselwerking tussen de cliënt, creatief therapeut en medium, de zogenaamde therapeutische driehoek Adolescenten en hulp Uit het onderzoek van het Vlaams Commissariaat voor de Kinderrechten (2007) 6 blijkt in de praktijk de 12-plussers de weg naar de hulpverlening niet vlot vinden. Belangrijk bij het oplossen van problemen is dat de jongere het probleem als zodanig ervaart. Een andere belangrijke factor is dat de jongere wil werken aan zijn problemen. De adolescentie brengt onzekerheden met zich mee, om daarop grip te krijgen wil een adolescent vaak zelf zijn weg zonder buitenstaander uitstippelen. De bemoeienis van de ouders of hulpverleners wordt als lastig beschouwd, de jongere wil zelf zijn leven bepalen of een probleem zelf oplossen. Ook kan hij door zijn gedrag in een dusdanige machtsstrijd terecht zijn gekomen dat alle goede bedoelingen van ouders of hulpverleners als negatief worden gezien. Belangrijk is om jongeren serieus te nemen, een machtsstrijd te voorkomen en de nadruk meer te leggen op de uitdaging om er iets aan te doen, dan op het probleem zelf. zo

13 Hoofdstuk 3 Onderzoeksopzet Inleiding In dit hoofdstuk wordt beschreven op welke manier het onderzoek is uitgevoerd. Als eerste wordt de onderzoeksopzet beschreven, gevolgd door een beschrijving van de betrokken partijen. Hierna zal de methode van dataverzameling worden besproken. Deze valt uiteen in een kwantitatieve en een kwalitatieve dataverzameling. Als laatste volgt de methode van data verwerking en analyse. 3.1 Onderzoeksopzet De onderzoeksopzet is gericht op het verzamelen van zowel kwantitatieve data als kwalitatieve data. De kwantitatieve data zijn verzameld door middel van een enquête en de kwalitatieve data doormiddel van het afnemen van interviews. Beide vragenlijsten voor het verzamelen van kwantitatieve data en van kwalitatieve data zijn opgebouwd rondom de onderwerpen welke genoemd worden in de verschillende deelvragen. Tevens zijn er een aantal andere interessante onderwerpen meegenomen, bijvoorbeeld onderwerpen welke betrekking hebben op de kennis van creatieve therapie beeldend van zorgfunctionarissen op school. 3.2 Betrokken partijen Het onderzoek behelst de onderwijsinstellingen van het Samenwerkingsverband noordwest Friesland van het voortgezet onderwijs. De scholen die hebben meegedaan zijn: CSG Comenius (5 locaties) te Leeuwarden, CSG Ulbe van Houten in St. Annaparochie en CSG Anna Maria van Schuurman in Franeker. De enquête is ingevuld door de leerlingen van de klassen 2 van het VMBO tot en met het VWO. De interviews zijn afgenomen bij zorgfunctionarissen van de scholengemeenschap Comenius te Leeuwarden. 3.3 Methode van dataverzameling Er is bij het uitvoeren van het onderzoek gekozen voor een combinatie van het verzamelen van kwantitatieve data en van kwalitatieve data. Deze keuze is gemaakt zodat bij resultaten de kwantitatieve data kunnen worden aangevuld met de kwalitatieve informatie. Beide vormen van dataverzameling zullen hieronder uitgebreid worden besproken Kwantitatieve dataverzameling Voor het afnemen van de enquête is gekozen voor een schriftelijke enquête voor leerlingen die klassikaal is afgenomen. Het voordeel hiervan is dat de leerlingen vragen kunnen stellen over eventuele onduidelijkheden van de enquête. Tevens biedt het een garantie dat iedereen de enquête invult. Dit geeft echter geen garantie voor de kwaliteit van het invullen. Het nadeel van een schriftelijke enquête is dat de gegevens handmatig moeten worden verwerkt. De enquête is anoniem gehouden. De vragen van de enquête zijn in overleg met de regiocoördinator de heer M. Giesing opgesteld. Er is vooral gekeken naar een vorm die te begrijpen is door alle leerlingen. De heer Giesing heeft zorg gedragen voor het drukken van de enquêtes en de verspreiding. De mentoren hebben de enquêtes in de klassen verspreid en weer ingenomen. Zij waren ook aanwezig tijdens het klassikaal invullen van de enquêtes. De enquêtes zijn medio mei 2008 ingevuld. 13

14 3.3.2 Kwalitatieve dataverzameling Er zijn totaal acht interviews afgenomen onder docenten/begeleiders van de scholengemeenschap Comenius te Leeuwarden. De interviews dienen als aanvulling op de enquêtes onder leerlingen om de kijk van jongeren op hun behoefte aan hulp en het beeld dat begeleiders hebben van de behoefte van jongeren te vergelijken. De keuze voor de enquête voor jongeren en niet een aanvulling van een inhoudelijke verdieping doormiddel van een interview met leerlingen is een praktische keuze geweest. Tijdgebrek en de positie van de onderzoeker als leerplichtambtenaar vormden een belemmering. De uitkomsten van de enquête wegen zwaarder dan de interviews met de zorgfunctionarissen. De uitkomst van de interviews kunnen de uitkomst van de enquête onderstrepen of als aanwijzing dienen voor nader onderzoek. Er is gekozen voor interviews met mensen uit de leerlingenzorg op school. Het betrof 4 coördinatoren, een schoolmaatschappelijk werker, een schoolverpleegkundige en de coördinator leerlingenzorg van de scholengemeenschap. Allen hebben ook zitting in de diverse ZAT s. De keuze is bewust gemaakt voor mensen die zitting hebben in het ZAT, omdat zij inzicht hebben in de problematiek die zich zoal aandient bij leerlingen van de school. De interviews zijn afgenomen in een gestructureerde open vorm. De vragen zijn in een vaste volgorde en in dezelfde bewoordingen aan alle ondervraagden voorgelegd. De ondervraagde was vrij in het formuleren van de antwoorden. De interviews zijn afgenomen in juni en september Methode van dataverwerking en analyse De resultaten van de enquête zijn handmatig ingevoerd in een eigen ontwikkeld programma in Excel. Dit programma maakte het mogelijk om middels draaitabellen berekeningen uit te voeren. Hierbij kan gedacht worden aan de percentages van bepaalde keuzes, maar ook de samenhang van bepaalde aspecten. Van de gestructureerde interviews zijn gespreksverslagen gemaakt. Deze hebben voornamelijk gediend als toevoeging op de enquête resultaten. 14

15 Hoofdstuk 4 Onderzoek Inleiding In dit hoofdstuk worden de resultaten van het onderzoek besproken. De resultaten komen voort uit de kwantitatieve data, de kwalitatieve data aangevuld met de onderzoeksresultaten die te vinden zijn in het onderzoek van Spruijt Scheidingskinderen. Eerst worden de kwantitatieve data en de kwalitatieve data beschreven. Vervolgens worden de resultaten besproken aan de hand van de in hoofdstuk drie gestelde deelvragen, die betrekking hebben op het onderzoek naar behoefte aan het soort hulp in het voortgezet onderwijs bij scheidingsjongeren. 4.1 Beschrijving kwantitatieve data Zoals beschreven in hoofdstuk vier is de enquête gehouden op 8 locaties van drie scholen in klas 2. Er hebben 438 jongeren de enquête ingevuld, van niveau VMBO tot en met niveau VWO. De enquêtes zijn anoniem ingevuld. Het is aan alle jongeren voorgelegd, dus niet alleen de jongeren van gescheiden ouders. Tevens is de jongere gevraagd om in te vullen wat voor soort hulp hij zouden willen, ook wanneer de jongere heeft aangegeven geen hulp te willen of problemen te ervaren. Het nadeel van het klassikaal afnemen van de enquête is dat, al hoewel de mentor bij het invullen van de enquête aanwezig was, de jongeren blijkbaar bij elkaar afkeken en soms exact hetzelfde invulden. Een aantal jongeren vulde de enquête niet volledig in. Toch geeft de enquête een aardig beeld van jongeren. De enquête werd totaal door 228 meisjes en door 210 jongens ingevuld. Van het totaal aantal jongeren waren er 94 scheidingsjongeren (21,5%), daarvan waren er 48 meisjes en 46 jongens. 4.2 Beschrijving van de kwalitatieve data Er zijn in totaal 8 interviews afgenomen, waarvan 4 vrouwen en 4 mannen. De functies van de geïnterviewden verschillen, maar het gemeenschappelijke is dat ze allemaal deelnemen aan het ZAT. 4.3 Wat voor problemen hebben jongeren bij scheiding van hun ouders en wat zijn de mogelijke gevolgen die te zien zijn in gedrag van jongeren van gescheiden ouders Van alle respondenten (438) gaven 63 aan problemen te hebben (14,4%). Bij de jongeren uit intacte gezinnen (345) gaven er 40 aan problemen te hebben, dat is 11.6% en bij de scheidingsjongeren (93) gaven er 23 jongeren aan problemen te hebben (24,7%.) In de onderzoeksgegevens van Spruijt worden probleemscores genoemd van 5.5% bij jongeren uit intacte gezinnen tegenover 13,5% bij jongeren van gescheiden ouders. Opvallend is dat 19.1% van de scheidingsjongeren van het samenwerkingsverband aangeven in de thuissituatie problemen te hebben tegenover 3.8% van de jongeren uit intacte gezinnen. De onderzoeksresultaten van J&G in het boek van Spruijt (blz 22) vermelden de onderstaande problemen en probleemscores: 15

16 TABEL 1 % uit intact gezin % uit scheidingsgezin Vijf probleem gebieden 1 Geïnternaliseerde problemen Angst gevoelens Depressieve gevoelens Geëxternaliseerde problemen Agressie Delinquentie Sociale problemen Ruzie met broer/zus Ruzie met vriend(in) Schoolprestaties Laatste rapportcijfer Nederlands Laatste rapportcijfer wiskunde Schooltype (1 = VMBO-beroeps) Riskante gewoonten laatste jaar Alcohol gedronken Gerookt Hasj gerookt Andere drugs gebruikt Er wordt ook een verdeling gemaakt naar de woonsituatie van de jongere. TABEL 2 In moeder gezin (n=216) In cooudergezin (n=47) In vader gezin (n=26) Score op depressieve gevoelens* Score op angstgevoelens Score op agressie Score op delinquentie Score op loyaliteitsconflicten Score op verdrietige gevoelens* Score op herenigingwens Uit de enquête van dit onderzoek (Wat wil ik) blijkt dat de meeste jongeren bij hun moeder wonen namelijk 66. Bij de vader wonen 10 jongeren en 18 jongeren wonen bij beide (co-ouderschap.) Contact met de moeder hebben alle 93, contact met de vader hebben 78. Dit komt redelijk overeen met de onderzoeksgegevens van Spruijt. In de interviews worden de volgende problemen genoemd: Loyaliteitsproblemen Depressiviteit Relatieproblemen met leeftijdsgenoten Conflicten met de nieuwe partner Problemen met nieuwe stiefbroers en stiefzusters. 16

17 4.4 Willen jongeren in het voortgezet onderwijs hulp bij het omgaan met de scheiding van hun ouders en wat voor soort hulp Willen jongeren hulp? TABEL 3 25,0% wil hulp 20,0% 3,70% 5,56% heeft al hulp wil geen hulp 15,0% 9,26% 3,70% 2,25% 3,37% 10,0% 3,68% 1,45% 5,0% 9,26% 12,96% 11,24% 8,09% 4,35% 5,80% 0,0% schooltype vmbo basis vmbo kader vmbo t havo vwo Opvallend is dat er geen havo - leerling aangeeft hulp te willen. Van het totaal aantal jongeren willen 37 jongeren geen hulp, 18 jongeren hebben al hulp, 8 jongeren willen wel hulp. De rest heeft het niet ingevuld. Van de scheidingsjongeren willen 12 jongeren geen hulp, 8 jongeren hebben al hulp en 3 jongeren zeggen hulp te willen. De rest heeft dit niet ingevuld. Op de vraag waar ze hulp zouden willen en wat voor soort hulp ze zouden willen indien ze problemen zouden ervaren werd onderstaand beantwoord. TABEL Soort hulp Alle jongeren, scheidingsjongeren inclusief scheidingsjongeren gesprekken ,8% 33 35,1% creatief beeldend 38 8,7% 7 7,4% combinatie gesprekken en creatief beeldend ,5% 21 22,3% combinatie gesprekken, creatief beeldend en toneelspel 59 13,5% 12 12,8% niet ingevuld 77 17,6% 21 22,3% Waar en hoe hulp Van alle deelnemende jongeren wil 29,9% hulp op school en 58,4% hulp buiten school, 18,1% heeft het niet ingevuld. Van de scheidingsjongeren wil 25,5% hulp op school en 56,4% buiten school. Van de scheidingsjongeren wil liever 35,1% individuele hulp en 8,5% hulp in een groep, 34% maakt het niet uit. Dit komt overeen met het antwoord van alle deelnemende jongeren van de enquête. 17

18 4.5 Wat kan een jongere belemmeren om hulp te accepteren of te zoeken? TABEL 5 Waarom geen hulp alle jongeren, inclusief scheidingsjongeren scheidingsjongeren vindt het moeilijk om hulp te vragen 24 20,5% 9 24,3% weet niet waar hulp te vragen 23 19,7% 5 13,5% ouders willen niet dat er hulp wordt gevraagd 0 0,0% 0 0,0% schamen om hulp zich te vragen 12 10,3% 4 10,8% moeilijk om over problemen te praten 31 26,5% 9 24,3% durft niet om hulp te vragen 7 6,0% 3 8,1% wil geen zaken van thuis vertellen 16 13,7% 5 13,5% anders 4 3,4% 2 5,4% totaal ingevuld ,0% ,0% TABEL 6 Waarom wel hulp alle jongeren, inclusief scheidingsjongeren scheidingsjongeren gaat zich dan beter voelen ,0% 20 44,4% weet welke hulp er is 34 15,7% 10 22,2% kent de hulpverlener 25 11,5% 4 8,9% krijgt hulp bij hulpvraag 26 12,0% 6 13,3% weet dat er iemand mee gaat 30 13,8% 5 11,1% totaal ingevuld ,0% ,0% 4.6 Wat kan creatieve therapie beeldend bieden aan deze jongeren? Uit de interviews komt naar voren dat alle acht zorgfunctionarissen creatieve therapie beeldend geschikt vinden voor jongeren die een beperkte cognitie hebben, jongeren die verbaal niet zo sterk zijn, jongeren die gesloten zijn en jongeren die verbaal zich moeilijk uiten. Ook wordt genoemd dat men juist voor deze leeftijdcategorie creatieve therapie beeldend passend vindt. Creatieve therapie beeldend wordt door een aantal jongeren gekozen als een vorm van hulp die ze zouden willen. De groep jongeren die kiest voor combinaties van creatieve therapie (beeldend en drama) en gesprekken is gelijk aan de groep die kiest voor alleen gesprekken. 4.7 Beperkingen van het onderzoek Uit dit onderzoek wordt niet duidelijk waarom jongeren juist kiezen voor een bepaalde soort hulp of wat ouders vinden van hulp voor hun kinderen. Het onderzoek zou te groot worden. Toch zou een onderzoek onder ouders of nog een aantal interviews onder jongeren een waardevolle aanvulling zijn op dit onderzoek. Daarnaast is het de vraag of jongeren wel exact weten wat de vormen waaruit ze kunnen kiezen inhouden. De beschrijving van creatieve therapie beeldend en creatieve therapie drama is zeer kort op het enquête formulier. 18

19 Hoofdstuk 5 Conclusies en aanbevelingen Inleiding In dit hoofdstuk zullen de belangrijkste conclusies van het onderzoek op een rij worden gezet. Dit wordt gedaan aan de hand van de centrale onderzoeksvraag en de daarbij behorende deelvragen. Hierbij zullen eerst de deelvragen aan bod komen, alvorens getracht wordt een antwoord te geven op de centrale onderzoeksvraag. In dit hoofdstuk worden tevens verschillende aanbevelingen geformuleerd. Naast aanbevelingen voortkomend uit de centrale onderzoeksvraag en de deelvragen, zullen ook voor andere opvallende aspecten uit het onderzoek aanbevelingen worden gedaan. 5.1 Conclusies Problemen en gedrag Op deelvraag 1: Wat voor problemen hebben jongeren bij scheiding van hun ouders en wat zijn de mogelijke gevolgen te zien in gedrag van jongeren van gescheiden ouders, gaf 11,6% van de jongeren uit intacte gezinnen en 24 % van de scheidingsjongeren aan problemen te ervaren. Van de jongeren uit intacte gezinnen gaf 3.8% aan thuis problemen te hebben en van de scheidingsjongeren gaf 19.1 % aan thuis problemen te hebben. De problemen en de gevolgen in gedrag van scheidingsjongeren genoemd in het onderzoek van Spruijt en de resultaten van de interviews worden samengevat in: Externaliserende problemen bijvoorbeeld: agressie, delinquent gedrag Internaliserende problemen bijvoorbeeld: depressieve gevoelens, angstgevoelens Sociale problemen; Loyaliteitsproblemen; Lagere schoolprestaties Hulp Het is duidelijk dat veel jongeren problemen hebben door de scheiding van hun ouders. Ze kunnen in de problemen raken. Een hulpaanbod is dan ook geen overbodige luxe. Op deelvraag 2 Willen jongeren in het voortgezet onderwijs hulp bij het omgaan met de scheiding van hun ouders en welke hulp is dat, geven echter slechts 3 van de 93 scheidingsjongeren aan hulp te willen en 8 jongeren geven aan al hulp te hebben. Dit is minder dan verwacht, uitgaande van de voor onderstelling van de docenten van het Samenwerkingsverband noordwest Friesland, welke uitgangspunt was van dit onderzoek. Deelvraag 3 Wat kan een jongere belemmeren om hulp te accepteren of te zoeken geeft een mogelijke verklaring waarom zo weinig jongeren zeggen hulp te willen. Deze vraag is door 37 scheidingsjongeren ingevuld. Opvallend is dat 24,3% het moeilijk vindt om hulp te vragen en 24,3% het moeilijk vindt om over problemen te praten. Daarnaast weet 13,5% niet waar hulp te vragen. Ook schamen jongeren zich om hulp te vragen (10,8%) of durven niet om hulp te vragen (8,1%). Een aantal jongeren (13,5%) wil de ouders er niet bij betrekken. Dezelfde aantallen komen ook voor bij de jongeren uit intacte gezinnen. De belemmering zit hem daarom niet zo zeer in het feit dat de jongere uit een echtscheidingsgezin komt. De leeftijd (adolescentie) maar ook het feit dat mensen vaak een hoge drempel ervaren om hulp te vragen, zijn hier mede de oorzaak van. 19

20 Bij de keuze voor de soort hulp valt op dat 35,1% van de scheidingsjongeren voor gesprekken kiezen en 35,1% voor een combinatie van hulp (de combinatie gesprekken en creatief beeldend en toneelspel). Voor creatief beeldend alleen kiest 7,4% De uitkomsten berekend onder alle jongeren verschillen met die berekend onder alleen scheidingsjongeren. ( zie bijlage) Mogelijk is het kiezen van een combinatie een veilige keuze om zeker te zijn dat in ieder geval één van de onderdelen de jongere zal aanspreken. Daarnaast ontbreekt vermoedelijk bij de meeste jongeren de kennis van de verschillende therapievormen. Ook daarom wordt mogelijk gekozen voor de combinatievorm. Meer dan de helft van de kinderen (56,4%) wil hulp buiten school, maar ook nog een groot aantal wil wel hulp op school (25,5%). Een groot aantal scheidingsjongeren (35,1%) wil de hulp individueel deze groep staat praktisch gelijk aan de groep die het niet uitmaakt of het individueel of groepsgewijs wordt aangeboden (36,8%.) Creatieve therapie beeldend Bij belemmeringen geeft 24,3% van de scheidingsjongeren aan het moeilijk te vinden om over problemen te praten. Voor deze groep zou creatieve therapie beeldend een oplossing kunnen bieden. De zorgfunctionarissen noemen creatieve therapie beeldend als mogelijkheid voor cognitief beperkte jongeren en de jongeren die praten moeilijk vinden of hun gevoelens moeilijk onder woorden kunnen brengen. Uit eerdere publicaties wordt duidelijk dat de situatie van een jongere in een scheidingssituatie soms zo verwarrend kan zijn dat hij het probleem niet onder woorden kan brengen. Bovenstaande geeft een antwoord op deelvraag 4 Wat kan creatieve therapie beeldend bieden aan deze jongeren Beantwoording centrale onderzoeksvraag Aan de hand van de conclusies op de verschillende deelvragen zal getracht worden een antwoord te geven op de centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek. Deze luidt: Is er behoefte aan hulp, met name creatieve therapie beeldend, bij jongeren van gescheiden ouders in het voortgezet onderwijs. Uit het onderzoek wordt duidelijk dat niet veel jongeren aangeven behoefte aan hulp te hebben. De vraag is of men werkelijk geen behoefte heeft aan hulp of dat er factoren meespelen die maken dat jongeren zeggen geen behoefte te hebben aan hulp. De factoren die jongeren weerhouden om hulp te vragen blijken divers en kan een antwoord geven waarom jongeren zeggen geen behoefte te hebben aan hulp. De conclusie die uit de antwoorden kan worden getrokken is dat er wel een behoefte is aan hulp maar dat jongeren die niet gauw zullen uitspreken of dit niet weten te verwoorden. De behoefte aan creatieve therapie beeldend onder jongeren lijkt klein, maar er is wel behoefte aan een combinatie van creatieve therapie beeldend met bijvoorbeeld gesprekken. Het kan zijn dat door onbekendheid met creatieve therapie voor de combinaties is gekozen. Uit de interviews blijkt dat zorgfunctionarissen een meerwaarde zien van creatieve therapie beeldend aan scheidingsjongeren. 20

21 5.1.5 Conclusies: Scheidingsjongeren ervaren meer problemen dan jongeren uit intacte gezinnen. Jongeren vragen geen of weinig om hulp. Een groot aantal vindt het moeilijk om hulp te vragen of om over problemen te praten. Ze schamen zich of weten niet waar hulp te vragen. Ook willen ze vaak hun ouders er niet mee belasten. Jongeren hebben behoefte aan een breed aanbod van hulp. Het merendeel van de jongeren wil hulp buiten school, maar een aanzienlijk percentage wil wel hulp op school. De meeste kinderen maakt het niet uit of ze in de groep of individueel hulp krijgen. Door middel van creatieve therapie beeldend kunnen jongeren die: -het moeilijk vinden om te praten over hun problemen -zich moeilijk uiten -een cognitief beperking hebben, op een veilige manier communiceren in het beeld en daardoor hun emoties uiten Eindconclusie: Er is behoefte aan hulp voor jongeren van gescheiden ouders/ouders in scheiding. Bij het aanbod dient rekening gehouden te worden met de belemmeringen die jongeren ervaren om hulp te vragen. Er is behoefte aan een breed aanbod van hulpverleningsvormen waaronder creatieve therapie beeldend. 5.2 Aanbevelingen Informatiefolder op school over hulpaanbod Jongeren geven aan dat ze niet altijd weten waar ze hulp kunnen vragen. Een duidelijke informatiefolder van de diverse hulpinstellingen kan een bijdrage leveren om de stap naar de hulpverlening kleiner te maken. Deze folder zou op de scholen neergelegd kunnen worden op punten waar scholieren vaak komen. Vooral moet het voor jongeren duidelijk zijn bij welke zorgfunctionaris ze terecht kunnen voor vragen over hulp. Dit moet een zorgfunctionaris zijn die kennis heeft van het hulpaanbod en van de sociale kaart. Daarnaast moet deze functionaris toegankelijk zijn voor scholieren. De toegankelijkheid heeft zowel te maken met de attitude als met de fysieke aanwezigheid van de functionaris Hulpaanbod laagdrempelig maken Jongeren geven aan dat ze het moeilijk vinden om hulp te vragen. Ze hebben diverse belemmeringen. Door meer hulpverlening binnen school te laten uitvoeren zal hulp meer gewoon worden. Jongeren raken meer bekend met de hulpverleners en zo wordt de stap naar de hulpverlening kleiner. Een deel van de hulpverlening/zorg kan ook worden geïntegreerd in het onderwijsaanbod, door bepaalde programma s hiervoor te ontwikkelen. 7 Zie bijlage: profiel van de ideale hulpverlener 21

Voorwoord. Dit onderzoek is in eerste instantie geschreven voor zorgfunctionarissen van scholen. Jannie Horjus Leeuwarden, oktober 2008

Voorwoord. Dit onderzoek is in eerste instantie geschreven voor zorgfunctionarissen van scholen. Jannie Horjus Leeuwarden, oktober 2008 Voorwoord Voor u ligt het eindresultaat van een onderzoek onder leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de behoefte aan hulp en met name creatieve therapie beeldend bij jongeren van gescheiden ouders.

Nadere informatie

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

Understanding and being understood begins with speaking Dutch Understanding and being understood begins with speaking Dutch Begrijpen en begrepen worden begint met het spreken van de Nederlandse taal The Dutch language links us all Wat leest u in deze folder? 1.

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

Kijk maar naar enkele reacties van leerlingen en ouders.

Kijk maar naar enkele reacties van leerlingen en ouders. Inleiding 7 Steeds vaker komen we op school leerlingen tegen van wie de ouders gescheiden zijn. Eén op de drie huwelijken wordt ontbonden en veelal zijn daarbij kinderen betrokken. Uit onderzoek blijkt

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit Onderzoek naar het Effect van de Aanwezigheid van een Hond op het Alledaags Functioneren van een Kind met Autisme M.I. Willems Open Universiteit Naam student: Marijke Willems Postcode en Woonplaats: 6691

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success

Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Leercentrum Nijmegen Oberon, november 2012 1 Inleiding Playing for Success heeft, naast het verhogen van de taal- en rekenprestaties van de

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

echtscheidingsrecht Gegevens uit sociaal wetenschappelijk onderzoek

echtscheidingsrecht Gegevens uit sociaal wetenschappelijk onderzoek Kinderen en het echtscheidingsrecht Gegevens uit sociaal wetenschappelijk onderzoek Amsterdam, 23 mei 2006 Ed Spruijt 1 1 2 Hoofdartikel in Trouw, vorige maand: Veel kinderen slechts één ouder Vooral contact

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria De Invloed van Religieuze Coping op Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria Ria de Bruin van der Knaap Open Universiteit Naam student:

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de SAMENVATTING Er is onderzoek gedaan naar de manier waarop kinderen van 6 8 jaar het best kunnen worden geïnterviewd over hun mening van de buitenschoolse opvang (BSO). Om hier antwoord op te kunnen geven,

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

LIEVERWIJS. kindercoaching & training. kindercoaching basisschool trainingen kindercoach op bestelling. Een rups kan altijd nog een vlinder worden

LIEVERWIJS. kindercoaching & training. kindercoaching basisschool trainingen kindercoach op bestelling. Een rups kan altijd nog een vlinder worden LIEVERWIJS kindercoaching & training kindercoaching basisschool trainingen kindercoach op bestelling Een rups kan altijd nog een vlinder worden Kindercoaching Van Rups naar Vlinder Voor kinderen in de

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 8 Ten geleide 10 Inleiding 12. Hoofdstuk 1 Persoonlijke grenzen: Wat we eronder verstaan en hoe ze worden gevormd 16

Inhoud. Voorwoord 8 Ten geleide 10 Inleiding 12. Hoofdstuk 1 Persoonlijke grenzen: Wat we eronder verstaan en hoe ze worden gevormd 16 Inhoud Voorwoord 8 Ten geleide 10 Inleiding 12 Hoofdstuk 1 Persoonlijke grenzen: Wat we eronder verstaan en hoe ze worden gevormd 16 Hoofdstuk 2 Hypnotherapie: Een reis naar binnen 30 Hoofdstuk 3 Het behandelplan:

Nadere informatie

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven Neuropsychologische Behandeling en Sociaal Emotioneel Welzijn bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie Neuropsychological Treatment and Social Emotional Well-being of Children with a Severe Form

Nadere informatie

Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk. april 2012

Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk. april 2012 Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk april 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. De tijdlijn 3. De verschillende fasen 4. Onderwerp zoeken 5. Informatie zoeken 6. Nog 10 tips 7. De beoordeling

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

1. In welk deel van de wereld ligt Nederland? 2. Wat betekent Nederland?

1. In welk deel van de wereld ligt Nederland? 2. Wat betekent Nederland? First part of the Inburgering examination - the KNS-test Of course, the questions in this exam you will hear in Dutch and you have to answer in Dutch. Solutions and English version on last page 1. In welk

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling. In het onderhavige onderzoek staan de volgende vragen centraal:

Samenvatting. Vraagstelling. In het onderhavige onderzoek staan de volgende vragen centraal: Samenvatting Naar schatting hebben jaarlijks ongeveer 50 à 60 duizend minderjarige kinderen te maken met een scheiding. Deze kinderen hebben gemiddeld vaker problemen dan kinderen van gehuwde of samenwonende

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve

Nadere informatie

Informatie voor ouders/verzorgers. Speltherapie en creatieve therapie

Informatie voor ouders/verzorgers. Speltherapie en creatieve therapie Informatie voor ouders/verzorgers Speltherapie en creatieve therapie Voor wie is speltherapie en creatieve therapie bedoeld? Spel- en creatieve therapie is voor kinderen en jeugdigen met emotionele problemen

Nadere informatie

1 Inleiding: scheiden en de kinderen 11 2 Opzet van het boek 22 3 Cijfers en feiten over scheiden en kinderen 29

1 Inleiding: scheiden en de kinderen 11 2 Opzet van het boek 22 3 Cijfers en feiten over scheiden en kinderen 29 Inhoud 1 Inleiding: scheiden en de kinderen 11 1.1 Inleiding 11 1.2 Scheiden: een complex proces 1 2 Kader 1.2 Relatietherapie 13 1.3 Effecten in vele landen 1 4 1.4 Matige of ernstige problemen bij kinderen

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style Jenny Thielman 1 e begeleider: mw. dr. Esther Bakker 2 e begeleider: mw. dr.

Nadere informatie

Kind & echtscheiding. Geen lid van het gezin? ook dan kun jij een kind steunen!

Kind & echtscheiding. Geen lid van het gezin? ook dan kun jij een kind steunen! Kind & echtscheiding Geen lid van het gezin? ook dan kun jij een kind steunen! Kind in een echtscheidingssituatie Per jaar belanden ongeveer 70.000 kinderen in een echtscheiding. De gevolgen van een echtscheiding

Nadere informatie

Rijksuniversiteit Groningen

Rijksuniversiteit Groningen De adolescentiefase: over puberen, hersenontwikkeling, studiekeuze, risicogedrag en de relatie met ouders. Dr. Saskia Kunnen i.s.m. Dr. Anna Lichtwarck-Aschoff Afdeling Ontwikkelingspsychologie Rijksuniversiteit

Nadere informatie

Riet Fiddelaers-Jaspers

Riet Fiddelaers-Jaspers WB Echtscheiding versie 19-10 25-10-2007 10:46 Pagina 1 Gedeeld verdriet Het opzetten en begeleiden van groepen voor scheidingskinderen en -jongeren Riet Fiddelaers-Jaspers WB Echtscheiding versie 19-10

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit

Nadere informatie

THERAPIE. Samen werken aan jouw toekomst. Introductiefolder voor jongeren, ouders en verwijzers

THERAPIE. Samen werken aan jouw toekomst. Introductiefolder voor jongeren, ouders en verwijzers THERAPIE Samen werken aan jouw toekomst Introductiefolder voor jongeren, ouders en verwijzers Soms gebeurt er iets naars. Je wilt er wel over praten, maar je weet niet met wie. Of misschien kun je er niet

Nadere informatie

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. 0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo osb in de onderbouw theoretische leerweg Op vijf bladzijden in het werkboek wordt de medewerking van de ouders of verzorgers van de leerlingen gevraagd.

Nadere informatie

Collectief aanbod Jeugd Houten

Collectief aanbod Jeugd Houten Collectief aanbod Jeugd Houten Groepsmaatschappelijk werk Santé Partners in Houten 2018-2019 1 Inhoud Blz. Training Sterk staan 9-12.... 3 Zomertraining Plezier op School (aankomende brugklassers). 4 Assertiviteitstraining

Nadere informatie

Plenaire opening. Themamiddag Wil ik het weten? En dan? 28 september 2013

Plenaire opening. Themamiddag Wil ik het weten? En dan? 28 september 2013 Plenaire opening Themamiddag Wil ik het weten? En dan? 28 september 2013 Opening door Anke Leibbrandt Iedereen wordt van harte welkom geheten namens de BVN en de programmacommissie erfelijkheid (betrokken

Nadere informatie

Praktische opdracht Wiskunde A Randomized Response

Praktische opdracht Wiskunde A Randomized Response Praktische opdracht Wiskunde A Randomized Re Praktische-opdracht door een scholier 2550 woorden 10 juni 2003 5,8 26 keer beoordeeld Vak Wiskunde A Inleiding We hebben de opdracht gekregen een Praktische

Nadere informatie

Artikelen. Een terugblik op het ouderlijk gezin. Arie de Graaf

Artikelen. Een terugblik op het ouderlijk gezin. Arie de Graaf Artikelen Een terugblik op het ouderlijk gezin Arie de Graaf Driekwart van de kinderen die in de jaren zeventig zijn geboren, is opgegroeid bij twee ouders. Een op de zeven heeft een scheiding van de ouders

Nadere informatie

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Welke middelen kan een docent tijdens zijn les gebruiken / hanteren om leerlingen van havo 4 op het Sophianum meer te motiveren? Motivatie

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen JiO 9 maart 2015 Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen Driehuis en gezinshuizen bij Spirit: doelgroep driehuis: kinderen

Nadere informatie

Brochure voor ouders/verzorgers en begeleiders van kinderen met het Foetaal Alcohol Syndroom (FAS).

Brochure voor ouders/verzorgers en begeleiders van kinderen met het Foetaal Alcohol Syndroom (FAS). Brochure voor ouders/verzorgers en begeleiders van kinderen met het Foetaal Alcohol Syndroom (FAS). Deze brochure richt zich op kinderen met FAS tussen de 4 en 14 jaar. Hierin worden vooral de begeleidingsbehoeften

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou! Hallo Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou Als je ouders uit elkaar zijn kan dat lastig en verdrietig zijn. Misschien ben je er boos over of denk je dat het jouw

Nadere informatie

Geweld in huis raakt kinderen. Informatie en advies voor ouders. huiselijkgeweldwb.nl 0900 126 26 26. 5 cent per minuut

Geweld in huis raakt kinderen. Informatie en advies voor ouders. huiselijkgeweldwb.nl 0900 126 26 26. 5 cent per minuut Geweld in huis raakt kinderen Informatie en advies voor ouders Grafisch ontwerp: Ontwerpstudio 2 MAAL EE Bij huiselijk geweld tussen (ex-)partners worden kinderen vaak over het hoofd gezien. Toch hebben

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Organiseren van samenwerking in het jeugddomein

Organiseren van samenwerking in het jeugddomein Organiseren van samenwerking in het jeugddomein De overkoepelende resultaten van vier afstudeeronderzoeken Publiek Management In opdracht van Integraal Toezicht Jeugdzaken (ITJ) hebben vier studenten Bestuurs-

Nadere informatie

Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016

Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Het ITS maakt deel uit van de Radboud Universiteit Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Samenvatting Roelof Schellingerhout Clarie Ramakers Scholierenonderzoek Kindermishandeling 2016 Samenvatting

Nadere informatie

Inhoud Inleiding 15 1. Puberteit: algemene ontwikkelingskenmerken 19 2. Puberteit en adoptie 39

Inhoud Inleiding 15 1. Puberteit: algemene ontwikkelingskenmerken 19 2. Puberteit en adoptie 39 Inhoud Inleiding 15 1. Puberteit: algemene ontwikkelingskenmerken 19 1.1 Inleiding 19 1.2 Prepuberteit (9-12 jaar): veranderingen 21 1.2.1 Fysieke en hormonale veranderingen 21 1.2.2 Hersengroei 22 1.2.3

Nadere informatie

Bijlage 1: Methode. Respondenten en instrumenten

Bijlage 1: Methode. Respondenten en instrumenten Bijlage 1: Methode In deze bijlage doen wij verslag van het tot stand komen van onze onderzoeksinstrumenten: de enquête en de interviews. Daarnaast beschrijven wij op welke manier wij de enquête hebben

Nadere informatie

Schoolportret samenwerkingsverband Roermond. vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium)

Schoolportret samenwerkingsverband Roermond. vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium) Schoolportret samenwerkingsverband Roermond vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en met gymnasium) Schoolportret samenwerkingsverband Roermond vo- docenten over Passend onderwijs (vmbo tot en

Nadere informatie

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (3) Ons gezelschap helpt gemeenschappen te vormen en te binden (4) De producties

Nadere informatie

Onderzoek (v)echtscheidingen

Onderzoek (v)echtscheidingen Onderzoek (v)echtscheidingen 31 augustus 2013 Over het onderzoek Aan dit online onderzoek, gehouden samen met Villa Pinedo van 30 juli tot en met 30 augustus, deden 664 jongeren mee waarvan de ouders gescheiden

Nadere informatie

Kinderen Ontwikkelen en Leren 201-2012. Bijeenkomst 11: ontwikkeling

Kinderen Ontwikkelen en Leren 201-2012. Bijeenkomst 11: ontwikkeling Kinderen Ontwikkelen en Leren 201-2012 Bijeenkomst 11: ontwikkeling Terugblik bijeenkomst 10 Presentatie ontwikkelingsgebieden Indeling ontwikkelingsgebieden Casus: stel je probleemverklaring op. Bijeenkomst

Nadere informatie

Aandacht geven op afstand

Aandacht geven op afstand Aandacht geven op afstand In het voortgezet onderwijs experimenteert een groep docenten van CVO Zuid-West Fryslân en het Dockinga College met onderwijs op afstand via videoconferencing. Zij verbinden hun

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken

Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken Sociaal Werk Nederland heeft door vier studenten (Isabelle de Beere, Nina Smaling, Floor Links en

Nadere informatie

ehealth binnen de thuiszorg van Noorderbreedte

ehealth binnen de thuiszorg van Noorderbreedte ehealth binnen de thuiszorg van Noorderbreedte De ontwikkeling van de ehealth-koffer Naam : Seline Kok en Marijke Kuipers School : Noordelijke Hogeschool Leeuwarden Opleiding : HBO-Verpleegkunde voltijd

Nadere informatie

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen Zorg op Tijd EIF Conferentie Nijmegen 19-11-2015 Projectpartners Project in Gouda Scholen in Gouda Onderdelen Training van professionals Overleg over de screening Bijeenkomsten met ouders Individuele

Nadere informatie

GGZ aanpak huiselijk geweld

GGZ aanpak huiselijk geweld GGZ aanpak huiselijk geweld Wat is er nodig en wat helpt Jeannette van Borren Mei 2011 Film moeder en zoon van Putten Voorkomen van problemen is beter en goedkoper dan genezen Preventieve GGZ interventies

Nadere informatie

Waar winkelen de inwoners van de gemeente Ede? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten

Waar winkelen de inwoners van de gemeente Ede? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten Waar winkelen de inwoners van de gemeente? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten In opdracht van de SGP Door Studentenpool Bestuurlijke Bedrijfskunde Academie Mens & Organisatie Christelijke Hogeschool

Nadere informatie

Gemaakt door: Lysanne Wolbers Menno Akkerman Tessa Heijerman

Gemaakt door: Lysanne Wolbers Menno Akkerman Tessa Heijerman Gemaakt door: Lysanne Wolbers Menno Akkerman Tessa Heijerman FSU Oktober 2011 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Verantwoording...4 Conclusies...5 De cijfers op een rij.9 Knelpunten/oplossingen 15 Positieve punten.16

Nadere informatie

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg Informatie voor cliënten Cliënten en geestelijke gezondheidszorg Slachtoffers van mensenhandel hebben vaak nare dingen meegemaakt. Ze zijn geschokt

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

Casusconceptualisatie formulier

Casusconceptualisatie formulier Casusconceptualisatie formulier Naam therapeut. Datum: mei 2018 Initialen cliënte T. 17 jaar Korte omschrijving van de cliënt (zoals: leeftijd, huidige relaties en bezigheden, kinderen en enkele belangrijke

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

Afscheid van je vertrouwde gezin: (vecht)scheiding en gevolgen voor kinderen

Afscheid van je vertrouwde gezin: (vecht)scheiding en gevolgen voor kinderen Afscheid van je vertrouwde gezin: (vecht)scheiding en gevolgen voor kinderen Ed Spruijt Scheidingsonderzoeker Universiteit Utrecht 32e symposium jeugd- en gezinsonderzoek Nijmegen 15 oktober 2015 Cijfers:

Nadere informatie

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Problematiek: De Mediërende Invloed van de Ouder-Therapeut Alliantie

Nadere informatie

Rapport Kor-relatie- monitor

Rapport Kor-relatie- monitor Rapport Kor-relatie- monitor Voor: Door: Publicatie: mei 2009 Project: 81595 Korrelatie, Leida van den Berg, Directeur Marianne Bank, Mirjam Hooghuis Klantlogo Synovate 2009 Voorwoord Gedurende een lange

Nadere informatie

Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening. Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H.

Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening. Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H. Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H. Leloux-Opmeer Voorwoord Inhoudsopgave Een tijd geleden hebben Stichting Horizon

Nadere informatie

voor al uw vragen over opgroeien en opvoeden en voor gezondheidsonderzoeken

voor al uw vragen over opgroeien en opvoeden en voor gezondheidsonderzoeken voor al uw vragen over opgroeien en opvoeden en voor gezondheidsonderzoeken Het Centrum voor Jeugd en Gezin is er voor iedereen Kinderen zijn voortdurend in ontwikkeling. Zowel lichamelijk, geestelijk

Nadere informatie

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD 1 Opvoedstijl en Externaliserend Probleemgedrag en de Mediërende Rol van het Zelfbeeld bij Dak- en Thuisloze Jongeren in Utrecht Parenting Style and Externalizing Problem Behaviour and the Mediational

Nadere informatie

MANTELZORG VANAF JANUARI 2015 EEN GROTERE ZORG VOOR GEMEENTEN

MANTELZORG VANAF JANUARI 2015 EEN GROTERE ZORG VOOR GEMEENTEN MANTELZORG VANAF JANUARI 2015 EEN GROTERE ZORG VOOR GEMEENTEN Veel jongeren hebben al vroeg de zorg voor een gezinslid. Maar wie zorgt er eigenlijk voor hen? De klassieke verzorgingsstaat verandert in

Nadere informatie

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Boekbespreking Techniek in het natuurkunde-onderwijs M.J. de Vries, Uitg.: Technische Universiteit Eindhoven, 1988 Dissertatie, 278 p. De

Nadere informatie

DE OUDER-KIND RELATIE EEN KWALITATIEVE ANALYSE VAN GESPREKKEN MET AWEL

DE OUDER-KIND RELATIE EEN KWALITATIEVE ANALYSE VAN GESPREKKEN MET AWEL DE OUDER-KIND RELATIE EEN KWALITATIEVE ANALYSE VAN GESPREKKEN MET AWEL HALLO Hallo. Ik ben een meisje van 12, mijn ouders zijn gescheiden en mijn moeder heeft nu een nieuwe man en ik kan hem niet goed

Nadere informatie

Handboek scheiden en de kinderen

Handboek scheiden en de kinderen Handboek scheiden en de kinderen Handboek scheiden en de kinderen Voor de beroepskracht die met scheidingskinderen te maken heeft Ed Spruijt Helga Kormos Houten 2010 2010 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel

Nadere informatie

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons

Nadere informatie

Wat heeft dat te betekenen?!

Wat heeft dat te betekenen?! Wat heeft dat te betekenen?! De relatie tussen de ervaren betekenisvolheid van het rekenonderwijsaanbod en de resultaten op rekentoetsen op de pabo Puck Lamers, WO-student Radboud Universiteit Nijmegen,

Nadere informatie

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit.

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit. Running head: Desistance van Criminaliteit. 1 De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van Criminaliteit. The Influence of Personal Goals and Financial Prospects

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Examination 2DL04 Friday 16 november 2007, hours.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Examination 2DL04 Friday 16 november 2007, hours. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Examination 2DL04 Friday 16 november 2007, 14.00-17.00 hours. De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

llochtone meiden en vrouwen in-zicht

llochtone meiden en vrouwen in-zicht 2010 PROJECTEN Nieuwsbrief INHOUD Allochtone meiden & vrouwen in-zicht (Vervolg project) Kinderen aan zet (Onderzoek naar de gevolgen voor kinderen van het hebben van een moeder die seksueel misbruikt

Nadere informatie

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal Disclosure: belofte Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen Ik zal aan de patiënt geen schade doen Ik luister en zal hem goed inlichten Disclosure: belofte Ik stel het belang

Nadere informatie

CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK JEUGD

CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK JEUGD Rapport CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK JEUGD Gemeente Houten Augustus 2016 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2016/141 Datum Augustus

Nadere informatie

University of Groningen. Symptoms of Distress and Imbalance in Children Nijboer, J.M.

University of Groningen. Symptoms of Distress and Imbalance in Children Nijboer, J.M. University of Groningen Symptoms of Distress and Imbalance in Children Nijboer, J.M. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please

Nadere informatie

Onze doelgroep speelt het meest games op op online game websites. Hierna komen de consoles en de PC games.

Onze doelgroep speelt het meest games op op online game websites. Hierna komen de consoles en de PC games. Doelgroep onderzoek Datum: 22 maart Door: Peter Uithoven IAD 2 van Team 19 Project: Drugs and the City Inleiding Wij hebben ervoor gekozen als doelgroep de eerste jaars middelbare scholieren, de brugklassers

Nadere informatie

Echtscheidingseducatie

Echtscheidingseducatie Echtscheidingseducatie Waar moet dat dan over gaan? Uitgezet met Survey Monkey: Via nieuwsbrief van Sankofa Op Linkedin groepen Op Facebookpagina van Sankofa Via Twitter (@gezinscoaching) Sankofa / Praktijk

Nadere informatie

RUZIE MET VRIENDEN, LIEFDESVERDRIET EN DE RELATIE TOT DE OUDERS AAN DE LIJN OF OP HET SCHERM BIJ AWEL.

RUZIE MET VRIENDEN, LIEFDESVERDRIET EN DE RELATIE TOT DE OUDERS AAN DE LIJN OF OP HET SCHERM BIJ AWEL. RUZIE MET VRIENDEN, LIEFDESVERDRIET EN DE RELATIE TOT DE OUDERS AAN DE LIJN OF OP HET SCHERM BIJ AWEL. HALLO Hallo. Ik ben een meisje van 12, mijn ouders zijn gescheiden en mijn moeder heeft nu een nieuwe

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland

Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland Samenvatting onderzoek Bejegening van pleegouders in Zeeland Door Veerle de Leede In opdracht van Stichting Pleegoudersupport Zeeland Beste pleegouder, U heeft aangegeven graag op de hoogte gehouden te

Nadere informatie