Discordante foetale groei bij meerlingen: beleid afstemmen op chorioniciteit
|
|
- Nina van der Berg
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Klinische lessen Discordante foetale groei bij meerlingen: beleid afstemmen op chorioniciteit c.f.van heteren, j.g.nijhuis, b.a.semmekrot en j.m.w.m.merkus Dames en Heren, Het aantal meerlinggeboorten in Nederland is de laatste jaren aanzienlijk gestegen, van 10 per 1000 geboorten in 1970 naar 17,5 per 1000 in 1997 (gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag). Deze stijging betreft vrijwel alleen dichoriale tweelingzwangerschappen en kan met name toegeschreven worden aan de toepassing van kunstmatige voortplantingstechnieken, zoals in-vitrofertilisatie, ovulatie-inductie en ovariële hyperstimulatie. 12 Ongeveer tweederde (67%) van alle spontane tweelingzwangerschappen is dizygoot (twee-eiig), eenderde (33%) is monozygoot (eeneiig). Een dizygote zwangerschap is dichoriaal-diamniotisch en heeft twee placentae, die eventueel gefuseerd zijn. Er zijn twee vruchtholten, die elk omgeven zijn door een binnenste vlies, het amnion, en een buitenste vlies, het chorion (figuur 1). Van de monozygote zwangerschappen is eenderde dichoriaal-diamniotisch ten gevolge van een vroege splitsing van het embryo en tweederde is monochoriaal-diamniotisch (een gezamenlijke placenta met twee vruchtholten die van elkaar gescheiden worden door alleen het dubbele amnion). Een klein deel van de monozygote zwangerschappen (1%) is monochoriaal-monoamniotisch. De beide sen hebben zowel een gezamenlijke placenta als vruchtholte. De chorioniciteit kan vroeg in de zwangerschap bepaald worden met echoscopisch onderzoek. Bij 6,5 tot 34,5% van alle tweelingzwangerschappen is er een sterke discordante foetale groei. 3 Er is dan een groter en een kleiner kind. De volgende ziektegeschiedenissen illustreren hoe belangrijk het is dat de chorioniciteit van een meerlingzwangerschap bekend is als er discordante foetale groei ontstaat. Patiënt A is een 28-jarige primigravida die door de verloskundige bij een termijn van 14 weken naar onze kliniek werd verwezen voor echoscopisch onderzoek in verband met een positieve discongruentie. Hierbij werd een tweelingzwangerschap gezien met één placenta en een als dun beschreven tussenschot. Aangenomen werd dat het hier een monochoriale diamniotische zwangerschap betrof. Tevens werd een verschil in de Academisch Ziekenhuis St. Radboud, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen. Afd. Obstetrie en Gynaecologie: mw.c.f.van Heteren, arts; dr.j.g. Nijhuis (thans: Academisch Ziekenhuis, afd. Verloskunde en Gynaecologie, Maastricht) en prof.dr.j.m.w.m.merkus, gynaecologen. Afd. Kindergeneeskunde: dr.b.a.semmekrot, kinderarts-neonatoloog (thans: Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Nijmegen). Correspondentieadres: mw.c.f.van Heteren. Zie ook het artikel op bl hoeveelheid vruchtwater in beide vruchtzakken opgemerkt. In de loop van de zwangerschap ontstond een klinisch beeld dat paste bij het transfuseur-transfusésyndroom, mogelijk als gevolg van placentaire vaatanastomosen in de monochoriale placenta. Het grote kind had een polyhydramnion; het kleine kind had een oligohydramnion en lag tegen de bovenste uteruswand geplakt, een zogenaamde stuck twin. Bij een termijn van 26 weken en 4 dagen werd echoscopisch geconstateerd dat het grote kind was overleden. Hierna ontstonden bij het nog levende kleine kind intracerebraal echoscopische afwijkingen die pasten bij periventriculaire leukomalacie. Ondanks de premature termijn werd nog overwogen het kind geboren te laten worden ter voorkoming van verdere schade die mogelijk door het overlijden van het partnerkind veroorzaakt werd. Na multidisciplinair overleg werd besloten bij deze termijn toch af te wachten en bij tekenen van foetale nood de zwangerschap te beëindigen zodra tenminste 30 weken waren bereikt. Vanaf deze termijn werd patiënte opgenomen en bij een zwangerschapsduur van 34 weken kwam zij spontaan in partu. Als eerste werd een gemacereerde dochter (3e-graadsmaceratie) met een gewicht van 360 g geboren zonder uitwendige congenitale afwijkingen. Er werd geen obductie verricht. Als tweede werd een dochter geboren met een gewicht van 1620 g (P 10 ) met een Apgar-score van 9 na 1 min en 10 na 5 min, die werd opgenomen op de afdeling Neonatologie. Er deden zich geen vitale problemen voor; zij was cardiorespiratoir stabiel. Echo-encefalografie toonde uitgebreide lacunaire defecten periventriculair, die pasten bij periventriculaire leukomalacie. Met de ouders werd de sombere prognose met betrekking tot de neurologische ontwikkeling besproken. Na 6 weken kon het kind ontslagen worden. Zij ontwikkelde een spastische tetraplegie en overleed 5 maanden na de geboorte ten gevolge van een pneumonie. De placenta woog 535 g en toonde macroscopisch vaatanastomosen tussen de twee navelstrengen. Pathologisch onderzoek liet zien dat het een monochoriale diamniotische placenta betrof. Patiënt B is een 35-jarige gravida III, para I. De eerste zwangerschap eindigde met een spontane abortus, de tweede met de geboorte van een gezonde dochter bij een termijn van 42 weken. In de derde zwangerschap werd Ned Tijdschr Geneeskd mei;143(20) 1017
2 dichoriaal diamniotisch monochoriaal diamniotisch monochoriaal monoamniotisch decidua basalis decidua capsularis chorion cavum uteri amnionholte figuur 1. Schematische weergave van de typen monozygote en dizygote tweelingzwangerschap. In de monochoriale placenta is anatomose van foetale vaten mogelijk. in verband met termijndiscussie bij een zwangerschapsduur van 16 weken een echoscopisch onderzoek gedaan in een kliniek elders. Hierbij werd vastgesteld dat het een tweelingzwangerschap betrof, waarbij helaas geen uitspraak werd gedaan over de chorioniciteit. Bij 20 weken werd een polyhydramnion bij één en een normale hoeveelheid vruchtwater bij de andere gezien, zonder aanwijzingen voor structurele afwijkingen. Bij echoscopisch onderzoek in onze kliniek bij een termijn van 23 weken werden discordante foetale biometrische uitslagen gevonden, waarbij het kleine kind een normale hoeveelheid vruchtwater had en het grote kind een polyhydramnion. Er was één placenta, met een als dun beschreven tussenschot. Beide geslachten waren mannelijk. Aangenomen werd dat het hier een monochoriale diamniotische zwangerschap betrof. Een en ander wees op het transfuseur-transfusésyndroom, dat wel geleid had tot een polyhydramnion bij het ene, maar (nog) niet tot een oligohydramnion bij het andere kind. Omdat ook andere afwijkingen uitgesloten moesten worden, werd bij beide kinderen een amnionpunctie verricht voor chromosomenonderzoek en een bepaling van de hoeveelheid α-foetoproteïne; de uitslagen waren niet afwijkend. Drainage van de polyhydramnion bleek niet nodig te zijn vanwege de normale hoeveelheid vruchtwater bij het andere kind en de soepele buik van de moeder. In de loop van de zwangerschap bleef de discordante groei bestaan en ontstond er toch een oligohydramnion bij het kleine kind. De conditie van beide kinderen bleef goed. Omdat het hier vrijwel zeker een monochoriale zwangerschap met mogelijk placentaire vaatanastomosen betrof, werden in een multidisciplinair overleg de risico s van een premature partus afgewogen tegenover die van beschadiging van het overlevende kind na intra-uterien overlijden van het partnerkind. Besloten werd om na een termijn van 27 weken actief te worden bij foetale nood van één van beide kinderen om zo het andere kind niet bloot te stellen aan de gevaren van het overlijden van de partner. Daarom werd patiënte bij een termijn van 27 weken opgenomen voor foetale bewaking. Echoscopisch onderzoek en cardiotocografische registratie werden dagelijks verricht. Tot een termijn van 32 weken en 3 dagen bleef de conditie van beide kinderen 1018 Ned Tijdschr Geneeskd mei;143(20)
3 goed. Een dag later bleek echter geheel onverwachts het kleine kind te zijn overleden. In verband met de risico s die dit met zich meebracht voor het overlevende kind werd besloten met spoed een sectio caesarea te verrichten. Hierbij werd als eerste een reeds overleden zoon geboren met een gewicht van 1920 g zonder uitwendig zichtbare congenitale afwijkingen. Er werd geen obductie verricht. Als tweede werd een zoon geboren met een gewicht van 2265 g met een Apgar-score van 7 na 1 min en 8 na 5 min. Het kind had respiratoire insufficiëntie, waarvoor hij 4 dagen werd beademd, en sepsis, waarvoor hij met antibiotica behandeld werd. Herhaalde echo-encefalografie liet geen aanwijzingen zien voor structurele afwijkingen. Tot op heden ontwikkelt hij zich normaal de follow-up bedraagt nu 13 maanden. De placenta woog 640 g en toonde macroscopisch meerdere arteriële en veneuze vaatanastomosen. Pathologisch onderzoek liet zien dat het een monochoriale diamniotische placenta betrof. Patiënt C is een 38-jarige gravida II, para I. Haar eerste zwangerschap eindigde met een spontane abortus. De huidige zwangerschap kwam tot stand na ovulatieinductie met clomifeen en intra-uteriene inseminatie. Tijdens echoscopisch onderzoek bij een termijn van 10 weken en 2 dagen werd een dichoriale tweelingzwangerschap vastgesteld met een als dik beschreven tussenschot en 2 afzonderlijke placentae. Bij een termijn van 20 weken werden discordante foetale biometrische waarden gevonden met een oligohydramnion van het kleine kind. Structurele afwijkingen werden bij geen van beide kinderen gezien en doppler-flowmetingen van de navelstrengarteriën waren normaal. Bij een termijn van 27 weken was er nog steeds een ernstige groeiretardatie van het kind met oligohydramnion ten opzichte van het andere kind, dat een normale grootte en een normale hoeveelheid vruchtwater had. Om chromosomale afwijkingen uit te sluiten werd een vlokkentest verricht bij het kleine kind en een amnionpunctie bij het grote. Het geslacht was discordant en bij beide kinderen werden geen chromosomale afwijkingen gevonden. Omdat het bij patiënte vrijwel zeker een dichoriale zwangerschap betrof zonder placentaire vaatanastomosen en het grote kind daarom zeer waarschijnlijk geen nadelige gevolgen van het overlijden van het kleine kind zou ondervinden, werd in multidisciplinair overleg afgesproken een eventueel intra-uterien overlijden van het kleine kind te accepteren tot er een termijn van tenminste 30 weken bereikt zou zijn. Na deze termijn zou interventie erop gericht zijn beide kinderen gezond geboren te laten worden. Patiënte werd daarom ook pas na deze termijn opgenomen, om de conditie van beide kinderen door cardiotocografische registratie (dagelijks) en echoscopie (2 maal per week) te bewaken. In verband met premature weeënactiviteit kreeg patiënte kortdurend weeënremmende medicatie en 4 maal corticosteroïden ter ondersteuning van de foetale longrijping. Bij 32 weken en 5 dagen ontstonden tekenen van foetale nood bij het kleine kind. Hierop werd besloten met spoed een sectio caesarea te verrichten. Als eerste werd een zoon geboren met een gewicht van 1910 g (P 50 -P 75 ) en een Apgar-score van 9 na 1 min en 9 na 5 min. Als tweede werd een dochter geboren met een gewicht van 1005 g ( P 5 ) met respectievelijke Apgar-scores van 7 en 9. In verband met de prematuriteit werden beide kinderen opgenomen op de neonatale intensive-careafdeling. Er deden zich geen grote problemen voor. Echo-encefalografie liet bij beide kinderen geen afwijkingen zien. Na een verblijf van 3 weken werd de zoon ontslagen en de dochter overgeplaatst naar de afdeling Kindergeneeskunde van een niet-academisch ziekenhuis. De oorzaak voor de intra-uteriene groeiretardatie van het ene kind is tot op heden niet geheel duidelijk, maar is wellicht placentair bepaald. Er werden twee afzonderlijke placentae geboren van respectievelijk 200 en 250 g. Pathologisch onderzoek kon niet adequaat uitgevoerd worden wegens ernstige mechanische beschadiging van beide placentae: in beide gevallen ging het om een placenta accreta. In vergelijking met een dichoriale tweelingzwangerschap heeft de monochoriale een minder gunstige prognose. Naast de kortere gemiddelde duur van een monochoriale zwangerschap (gemiddeld 12,6 dagen korter) en de lagere geboortegewichten (66-95 g minder) is de perinatale sterfte bij monochoriale zwangerschappen ongeveer 15% en bij dichoriale 8,5%. 4 5 Deze verhoogde sterfte wordt onder andere veroorzaakt door placentaire vaatanastomosen die in praktisch elke monochoriale en vrijwel nooit in een gefuseerde dichoriale placenta gevonden worden. 6 Bij 6,5 tot 34,5% van alle tweelingzwangerschappen is er een duidelijke discordante foetale groei. 3 Discordantie kan onder andere worden veroorzaakt door placentaire factoren, congenitale anomalieën en het transfuseur-transfusésyndroom. Bij elk van de gepresenteerde casussen was er discordante foetale groei in een tweelingzwangerschap. Dit wordt vaak pas een probleem als de conditie van één van beide kinderen, meestal de kleinste, verslechtert. Vooral bij een premature zwangerschapstermijn ontstaat het dilemma: moet de zwangerschap direct beëindigd worden of moet er een conservatief beleid gevoerd worden? De chorioniciteit van de zwangerschap speelt dan een belangrijke rol in het te voeren beleid. Bij patiënt A heeft het intra-uterien overlijden van het partnerkind geleid tot aanzienlijke cerebrale beschadiging bij het overlevende kind. Omdat er in een monochoriale placenta bijna altijd vaatanastomosen aanwezig zijn, kan deze structurele beschadiging van de hersenen verklaard worden door sterke bloeddrukdalingen ten tijde van foetale nood of overlijden van het partnerkind. Een andere theorie is dat versleping van tromboplastisch materiaal, afkomstig van het overleden kind, via de placentaire vaatanastomosen leidt tot infarcering bij het overlevende kind. Hierbij kan de schade gelokaliseerd zijn in de hersenen, maar ook in nieren, lever of andere organen. 7-9 De kans op deze beschadiging is ongeveer 25%. 7 De vaatanastomosen kunnen ook leiden tot het ontstaan van een ongebalanceerde shunting van bloed van Ned Tijdschr Geneeskd mei;143(20) 1019
4 de ene (de donor), naar de andere (de ontvanger), waardoor het transfuseur-transfusésyndroom ontstaat. Dit syndroom, dat bestond bij patiënt A en B, komt bij ongeveer 20% van de monochoriale zwangerschappen in ernstige of minder ernstige vorm voor. Hierbij wordt de ontvangende getransfundeerd met vol bloed, waardoor een hypervolemie ontstaat die leidt tot een verhoogde urineproductie en polyhydramnion. De groeigeretardeerde donor raakt ondervuld, anemisch en ontwikkelt een oligohydramnion. De casus van patiënt B toont dat het overlevende kind geen structurele schade heeft opgelopen nadat het partnerkind intra-uterien overleden was. Omdat het risico hierop in deze monochoriale zwangerschap onderkend werd, is het overlevende kind binnen 1 dag na het overlijden van het partnerkind geboren. Het is echter niet zeker of dit korte interval het kind heeft beschermd. Het is immers niet bekend wanneer de schade bij het overlevende kind precies optreedt. 7 Bij de casus van patiënt C was sprake van een dichoriale zwangerschap. Hierbij komen placentaire vaatanastomosen vrijwel nooit voor. Dreigend overlijden van één van beide kinderen zal in dit geval niet leiden tot schade bij het overlevende kind, zodat het om deze reden niet nodig is de zwangerschap te termineren bij een vroegpremature termijn. Bij een monochoriale zwangerschap daarentegen moet bij dreigend overlijden van één van de twee kinderen overwogen worden om de zwangerschap direct te termineren om zo te voorkomen dat zich irreversibele beschadiging van het overlevende kind voordoet. Hierbij moet de kans op beschadiging veroorzaakt door overlijden van het partnerkind worden afgewogen tegen de kans op beschadiging door een premature geboorte. Bekendheid met de chorioniciteit is dus van essentieel belang bij meerlingzwangerschappen. De beste termijn om de chorioniciteit te bepalen is tussen de 10 en 14 weken amenorroeduur. Het verschil in dikte tussen een monochoriaal en een dichoriaal tussenschot is dan meestal goed te zien. Het verdient de voorkeur om de dikte te noteren in mm, omdat subjectieve aanduidingen als dik of dun zo vermeden worden en men daardoor wellicht ook nauwkeuriger meet. Hierbij wordt meestal een grenswaarde van 2 mm gehanteerd. Is het tussenschot dunner, dan past dit bij een monochoriale tweelingzwangerschap (het tussenschot bestaat daarbij alleen uit de beide amnionvliezen); is het 2 mm of meer, dan past dit bij een dichoriale placentatie (het tussenschot bestaat uit zowel de amnion- als de beide chorionvliezen) (figuur 2). 10 De praktijk is echter dat een tweelingzwangerschap veelal niet vóór 15 weken amenorroeduur wordt herkend. Na deze termijn is het soms mogelijk om het aantal lagen in het tussenschot zichtbaar te maken, maar dit vergt meer ervaring van de echoscopist dan voor het meten van de dikte van het tussenschot nodig is. 11 Een vierlagig tussenschot wijst der- tussenschot placenta a uterus tussenschot placenta uterus b figuur 2. Twee echoscopische weergaven van een placenta bij een tweelingzwangerschap in het eerste trimester. Het tussenschot tussen de beide sen is bij een dichoriale placenta (a) veel dikker dan bij een monochoriale (b) Ned Tijdschr Geneeskd mei;143(20)
5 halve op een dichoriaal-diamniotisch tussenschot, een tweelagig op een monochoriaal-diamniotisch tussenschot. Eveneens kan meestal vanaf ongeveer 20 weken het foetaal geslacht beoordeeld worden. Een discordant geslacht wijst op een dizygote en dus dichoriale zwangerschap; bij gelijk geslacht kan geen uitspraak worden gedaan. De echoscopische beoordeling van het aantal placentae is ook nuttig, hoewel twee gefuseerde dichoriale placentae het beeld van één placenta kunnen geven. Het is ook belangrijk om de placenta na de geboorte goed te bekijken ter verificatie van de prenataal gedane bevindingen. Meestal kan macroscopisch de chorioniciteit bepaald worden. In een monochoriale of gefuseerde dichoriale placenta kunnen de vaten met melk opgespoten worden om zo te kijken of er anastomosen aanwezig zijn en van welke soort. Pathologisch onderzoek van de placenta completeert de diagnostiek. Dames en Heren, zodra u een meerlingzwangerschap ziet, is het van groot belang de chorioniciteit vast te stellen. Bij discordante groei of een ander foetaal probleem hangt het beleid namelijk voor een belangrijk deel af van de chorioniciteit. Zeker in de immature of vroegpremature fase kan in een dichoriale tweelingzwangerschap bij foetale nood van één van beide kinderen een conservatief beleid worden overwogen. Immers, het intra-uterien overlijden van één kind zal in een dichoriale zwangerschap, voorzover bekend, geen gevolgen hebben voor het andere kind. Bij een monochoriale tweelingzwangerschap daarentegen brengt het overlijden van één van beide kinderen een grote kans op irreversibele beschadiging van het overlevende kind met zich mee. Indien één van beide kinderen in een monochoriale zwangerschap intra-uterien in de problemen komt, moet het risico van een premature partus afgewogen worden tegen de kans op irreversibele beschadiging van het overlevende kind als het partnerkind intra-uterien overlijdt. abstract Discordant foetal growth in multiple pregnancy: intervention should be based on chorionicity. In three women, aged 28, 35, and 38 years, with multiple pregnancies and discordant foetal growth, the question arose what to do in case of (threatening) intrauterine death of one twin. In one monochorionic pregnancy with single foetal death the survivor suffered irreversible neurological damage and died at the age of five months, in one monochorionic pregnancy the survivor was born healthy and in one dichorionic pregnancy both twins were born healthy although one twin showed severe intrauterine growth retardation. The problem concerning single foetal death in a monochorionic pregnancy is whether to terminate the pregnancy and accept the risk of premature birth to the surviving twin, or to continue the pregnancy and accept the risk of damage to the survivor. In a dichorionic pregnancy foetal death of one twin does not entail any great risk of damage to the survivor; in such a pregnancy single foetal death in a premature phase may be accepted and the pregnancy may be continued. Sonographic determination of the chorionicity in multiple pregnancy at an early stage is essential because it also determines the policy if foetal problems occur. literatuur 1 Steegers-Theunissen RP, Zwertbroek WM, Huisjes AJ, Kanhai HH, Bruinse HW, Merkus HM. Multiple birth prevalence in the Netherlands. Impact of maternal age and assisted reproductive techniques. J Reprod Med 1998;43: Huisjes AJM, Bruinse HW, Steegers-Theunissen RPM, Merkus JMWM, Visser GHA. Meerlingen: een blijvend probleem bij kunstmatige voortplantingstechnieken. Ned Tijdschr Geneeskd 1998;142: Eberle AM, Levesque D, Vintzileos AM, Egan JF, Tsapanos V, Salafia CM. Placental pathology in discordant twins. Am J Obstet Gynecol 1993;169: Bleker OP, Breur W, Huidekoper BL. A study of birth weight, placental weight and mortality of twins as compared to singletons. Br J Obstet Gynaecol 1979;86: Ananth CV, Vintzileos AM, Shen-Schwarz S, Smulian JC, Lai YL. Standards of birth weight in twin gestations stratified by placental chorionicity. Obstet Gynecol 1998;91: Robertson EG, Neer KJ. Placental injection studies in twin gestation. Am J Obstet Gynecol 1983;147: Heteren CF van, Nijhuis JG, Semmekrot BA, Mulders LG, Berg PP van den. Risk for surviving twin after fetal death of co-twin in twintwin transfusion syndrome. Obstet Gynecol 1998;92: Fusi L, Gordon H. Twin pregnancy complicated by single intrauterine death. Problems and outcome with conservative management. Br J Obstet Gynaecol 1990;97: Szymonowicz W, Preston H, Yu VY. The surviving monozygotic twin. Arch Dis Child 1986;61: Kurtz AB, Wapner RJ, Mata J, Johnson A, Morgan P. Twin pregnancies: accuracy of first-trimester abdominal US in predicting chorionicity and amnionicity. Radiology 1992;185: D Alton ME, Dudley DK. The ultrasonographic prediction of chorionicity in twin gestation. Am J Obstet Gynecol 1989;160: Aanvaard op 29 januari 1999 Bladvulling Over arteriëele bloedsdrukking bij pneumonie Naar aanleiding van den door verschillende onderzoekers vastgestelden invloed van toxinen op de arteriëele bloedsdrukking, besloten de beide schrijvers te onderzoeken of ook gedurende het verloop der acute infectie-ziekten vermeerdering of vermindering dier bloedsdrukking optrad, analoog aan hetgeen in het experiment gevonden was. Wat voor typhus, beginnende tuberculose en andere ziekten reeds verricht was, hebben zij nagegaan bij de acute pneumonie, waarvan meestal èn het begin èn het einde juist zijn te bepalen. Bij zeventien lijders werd de bloedsdrukking met den sphygmomanometer van potain onderzocht. In die gevallen, waarin het begin der ziekte kon worden waargenomen, was de drukking eerst iets verhoogd. Van het oogenblik af, waarop de pneumonie zich door duidelijk bronchiaal ademen kenbaar maakte, daalde de bloedsdrukking belangrijk. In de normaal verloopende en met genezing eindigende gevallen was de daling der bloedsdrukking nooit zoo belangrijk als in de letale gevallen. Bij de eerste begint zij na de crisis langzaam te stijgen. Bij het intreden der ruime kritische urine-afscheiding is de bloedsdrukking nog slechts weinig stijgende, zoodat men voor de verklaring van dit verschijnsel aan andere oorzaken dan aan sterk vermeerderde bloedsdrukking moet denken. Mochten hun onderzoekingen worden bevestigd, dan zouden zij er de conclusie uit willen trekken, dat alleen reeds het dalen der bloedsdrukking tot en beneden 9 (potain) tot het stellen eener zeer ernstige prognose moet voeren. (Wetenschappelijke Mededeelingen. Ned Tijdschr Geneeskd 1899;43II:720-1.) Ned Tijdschr Geneeskd mei;143(20) 1021
Zwanger van een tweeling
Zwanger van een tweeling Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing. Het nieuws brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich mee. Deze
Nadere informatieSamenvatting Chapter 15
Samenvattting Samenvatting Chapter 15 Er zijn 2 soorten tweelingen: een-eiig en twee-eiig. Twee-eiige tweelingen komen vaker voor dan een-eiige tweelingen (65% versus 35%). Alle tweeeiige tweelingen hebben
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Dit document bevat vertrouwelijke informatie van JijWij. Het kopiëren en/of verspreiden van dit document zonder voorgaand schriftelijke toestemming van JijWij is verboden.
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen www.jijwij.nl Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing en brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich
Nadere informatieHoe ontstaat een meerling? Waardoor ontstaat een meerling? Wanneer en hoe ontdekt men een meerling?
Meerlingen Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich mee. Voor een grotere meerlingzwangerschap
Nadere informatieVerloskunde Tweelingen en andere meerlingen
Verloskunde Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Dit document bevat vertrouwelijke informatie van JijWij. Het kopiëren en/of verspreiden van dit document zonder voorgaand schriftelijke toestemming van JijWij is verboden.
Nadere informatieTTS & TAPS. Dr. Jim van Eyck, gynaecoloog-perinatoloog Isala Zwolle. 10 perinatale centra in Nederland. Hoog risico zwangerschap TTS & TAPS
Dr. Jim van Eyck, gynaecoloog-perinatoloog Isala Zwolle 10 perinatale centra in Nederland Hoog risico zwangerschap 2006 2014 1 Ontstaan Siamese tweeling twee-eiig 65% een-eiig 35% tussen 1975 en 2002 toename
Nadere informatieSamenvatting Samenvatting Hoofdstuk 1 bevat een korte inleiding over eeneiige tweelingzwangerschappen en de daarbij voorkomende problemen. Ongeveer 1-2% van alle zwangerschappen zijn tweelingzwangerschappen.
Nadere informatieMeerling- zwangerschap Radboud universitair medisch centrum
Meerlingzwangerschap U ontvangt deze folder omdat u zwanger bent van een meerling. De meeste vrouwen zijn zwanger van één kind tegelijk. Soms ontstaan zwangerschappen van twee, drie of zelfs vier kinderen.
Nadere informatieInleiding 2. Het 'verdwijnen' van een vruchtje 3. De zwangerschap van een meerling 5 Zwangerschapscontroles 5 6
Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich mee. Voor een grotere meerlingzwangerschap
Nadere informatieGynaecologie / obstetrie Tweelingen en andere meerlingen
Gynaecologie / obstetrie Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen
Nadere informatieAlles over tweelingen en andere meerlingen
Verloskunde Patiënteninformatie Alles over tweelingen en andere meerlingen U ontvangt deze informatie, omdat u zwanger bent van meer dan één kind. Dit is voor aanstaande ouders meestal een verrassing,
Nadere informatietweelingen en andere meerlingen
OLVG, locatie Oost tweelingen en andere meerlingen Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen
Nadere informatieGynaecologie. Meerlingen.
Gynaecologie Meerlingen www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Hoe ontstaat een meerling?... 3 Waardoor ontstaat een meerling?... 3 Wanneer en hoe ontdekt men een meerling?... 4 Het verdwijnen van een vruchtje...
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich
Nadere informatie24 weken zwanger en dan? Kansen, onmogelijkheden, resultaten en toekomst
24 weken zwanger en dan? Kansen, onmogelijkheden, resultaten en toekomst Dr. J.J. Duvekot, gynaecoloog/perinatoloog Moeder en Kind Centrum subafdeling verloskunde en prenatale geneeskunde Erasmus MC, Rotterdam
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën, een dreigende vroeggeboorte en vroegtijdig gebroken vliezen.
Nadere informatieEchoscopie tijdens de zwangerschap ONDERZOEK
Echoscopie tijdens de zwangerschap ONDERZOEK Echoscopie tijdens de zwangerschap Tijdens je zwangerschap kunnen we met een echo het kindje in je buik bekijken. Een echoscopie is een beeldvormende techniek
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte 1 Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar een periode
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Patiënteninformatie Tweelingen en andere meerlingen Informatie voor ouders over soorten meerlingen, het verloop van de zwangerschap, de bevalling en de periode erna 1234567890-terTER_ Inhoudsopgave Pagina
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Verloskunde/Gynaecologie Tweelingen en andere meerlingen Een zwangerschap van meer dan één kind is voor aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen
Nadere informatieAddendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011. Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014
Addendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011 Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014 Uitgangsvraag: Leidt een rescue -behandeling met corticosteroïden
Nadere informatieNekplooimeting. gecombineerd met vroege bloedtest in de zwangerschap mogelijk tot 13 6/7 weken zwangerschapsduur. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Nekplooimeting gecombineerd met vroege bloedtest in de zwangerschap mogelijk tot 13 6/7 weken zwangerschapsduur Afdeling Verloskunde/Gynaecologie In het kort Deze folder geeft informatie over de echoscopische
Nadere informatieVrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte
Samenvatting Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte in vergelijking met vrouwen die zwanger zijn van een eenling. Ongeveer 5-9% van de eenlingen wordt te vroeg
Nadere informatieTweelingen. Verloskunde. Hoe ontstaat een meerling? Waardoor ontstaat een meerling? Wanneer en hoe ontdekt men een meerling?
Verloskunde Tweelingen Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich mee. Voor een grotere
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
1/7 Verloskunde Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen BEHANDELING
Tweelingen en andere meerlingen BEHANDELING Tweelingen en andere meerlingen Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook
Nadere informatieProtocol intra-uteriene groeivertraging revisie januari 2018
Protocol intra-uteriene groeivertraging revisie januari 2018 Definitie Er worden vele definities gehanteerd voor intra-uteriene groeivertraging (IUGR). De klassieke afkapwaarde is p10, voor neonatale morbiditeit
Nadere informatieNevenbevindingen NIPT In gesprek met de zwangere
Nevenbevindingen NIPT In gesprek met de zwangere Anneke Vulto-van Silfhout Klinisch geneticus i.o. Regionale bijeenkomst Stichting Prenatale screening regio Nijmegen 27 november 2017 Overzicht TRIDENT-2
Nadere informatieIn verwachting van een meerling
In verwachting van een meerling Meerlingzwangerschap mca.nl Inhoudsopgave Een meerlingzwangerschap 3 Soorten meerlingen 4 Hoe verloopt een meerlingzwangerschap? 6 Mogelijke complicaties 8 Bevallen van
Nadere informatieDe zwangerschap van een meerling 5 6
Meerlingen ontstaan meestal na bevruchting van meerdere eicellen. Bij bevruchting van twee eicellen ontstaat een tweelingzwangerschap; bij bevruchting van drie eicellen ontstaat een drielingzwangerschap.
Nadere informatieMeerlingen en IVF. Petra De Sutter Gent/UZGent
Meerlingen en IVF Petra De Sutter Gent/UZGent Petra.desutter@uzgent.be Tweelingen en Drielingen: Engeland en Wales en Frankrijk 1970-1998 Twins Triplets Blondel & Kaminski 2002. Semin 2 Perinatol 26:239-49.
Nadere informatieIn het kort. Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? Wat is prenatale screening?
prenatale screening Inhoudsopgave In het kort 3 Wat is prenatale screening? 3 Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? 3 Bij welke zwangerschapsduur vindt prenatale screening plaats? 3 Wie
Nadere informatieObstetrie. Extreme vroeggeboorte van uw kind
Obstetrie Extreme vroeggeboorte van uw kind Inhoudsopgave 1. Vroege geboorte...4 2. Perinatologisch Centrum...5 Overplaatsing...5 3. Levenskansen en kwaliteit van leven...6 Risico s...7 4. Gesprek over
Nadere informatieOpzet. Methode. Inleiding. Resultaten. Conclusie. Martine Eskes, Adja Waelput, Sicco Scherjon, Klasien Bergman en Anita Ravelli
Martine Eskes, Adja Waelput, Sicco Scherjon, Klasien Bergman en Anita Ravelli Een kwart van de aterme perinatale sterfte betreft SGA (
Nadere informatieIs een goed kind ook een gezond kind, dat blijft altijd een vraag. Dr. P.K. Flu Dr. J.W. de Leeuw Gynaecologen, Ikazia Ziekenhuis
Is een goed kind ook een gezond kind, dat blijft altijd een vraag Dr. P.K. Flu Dr. J.W. de Leeuw Gynaecologen, Ikazia Ziekenhuis Casus U ziet op uw spreekuur een 35 jarige zwangere vrouw, gravida 4, para
Nadere informatieOBDUCTIEAANVRAAG VOOR MINDERJARIGEN (kind/baby/foetus)
Locatie 0 Noordwest locatie Alkmaar en Den Helder Tel. 088 024 99 02/Fax 072 548 2071 WFG/ZMC/WLZ Tel. 088 024 99 03 Huisarts ALGEMENE INFORMATIE OBDUCTIEAANVRAAG VOOR MINDERJARIGEN (kind/baby/foetus)
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Informatie voor patiënten Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Inleiding Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen. Vroegtijdige weeën 1 Vroegtijdig gebroken vliezen 1 Oorzaken voor een vroegtijdige bevalling 2 Behandeling
Nadere informatiePrenatale screening: het berekenen van de kans op aangeboren afwijkingen in het begin van de zwangerschap. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Prenatale screening: het berekenen van de kans op aangeboren afwijkingen in het begin van de zwangerschap Afdeling Verloskunde/Gynaecologie In het kort De meeste kinderen worden gezond geboren, maar een
Nadere informatieOBDUCTIEAANVRAAG VOOR MINDERJARIGEN (kind/baby/foetus)
Locatie 0 Noordwest locatie Alkmaar en Den Helder Tel. 088 024 9902 / Fax 072 548 2071 Email: info@symbiant.nl WFG/ZMC/WLZ Tel. 088 024 9904 / Fax 088 024 9905 Email: info@symbiant.nl ALGEMENE Huisarts
Nadere informatiePrenatale screening: de combinatietest Kansbepaling vroeg in de zwangerschap op het syndroom van Down
Prenatale screening: de combinatietest Kansbepaling vroeg in de zwangerschap op het syndroom van Down Albert Schweitzer ziekenhuis polikliniek Gynaecologie april 2012 Pavo 0530 Inleiding Iedere ouder wenst
Nadere informatieCHAPTER 12. Samenvatting
CHAPTER 12 Samenvatting Samenvatting 177 In hoofdstuk 1 wordt een toegenomen overleving gerapporteerd van zeer vroeggeboren kinderen, gerelateerd aan enkele nieuwe interventies in de perinatologie. Uitkomsten
Nadere informatie12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS
12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 1. Prenatale diagnostiek en behandeling met DXM Indicatie: Echtparen, die beiden drager zijn van een mutatie van de klassieke vorm van AGS. Als een van
Nadere informatieVascularisatie van het placenta bed in het eerste trimester
Doel van de studie Vascularisatie van het placenta bed in het eerste trimester Symposium Jonge Zwangerschap 08-02-2013 Averil Reus Arts Prenatale Geneeskunde 1. Het introduceren van een nieuwe techniek
Nadere informatiePrenatale screening. Gynaecologie en verloskunde
Prenatale screening Gynaecologie en verloskunde Wat is prenatale screening? De meeste kinderen worden gezond geboren. Een klein percentage (3 4 %) heeft echter bij de geboorte een aangeboren aandoening.
Nadere informatieEchoscopie tijdens de zwangerschap
Echoscopie tijdens de zwangerschap Deze brochure geeft algemene informatie over echoscopisch onderzoek tijdens de zwangerschap. Wat is echoscopie? Echoscopie, of echo, is een andere naam voor ultrageluidsonderzoek.
Nadere informatieMEERLINGZWANGERSCHAP. Versie 2.0
MEERLINGZWANGERSCHAP Versie 2.0 Datum Goedkeuring 16-03-2005 Methodiek Evidence based Discipline Monodisciplinair Verantwoording NVOG Omschrijving van het probleem Bij meerlingzwangerschap is er een verhoogd
Nadere informatieTweelingen in de groei
Tweelingen in de groei Henriëtte A. Delemarre-van de Waal Zoals bekend ontstaat een twee-eiige tweeling wanneer tegelijkertijd twee eicellen worden bevrucht door twee zaadcellen. Beide embryo s hebben
Nadere informatieGynaecologie. Meerlingen. www.catharinaziekenhuis.nl
Gynaecologie Meerlingen www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Hoe ontstaat een meerling?... 3 Waardoor ontstaat een meerling?... 3 Wanneer en hoe ontdekt men een meerling?... 4 Het verdwijnen van een vruchtje...
Nadere informatieLandelijk beleid meerlingzwangerschap bij Down syndroom kansbepalingsmethode voor mono- en dichoriale tweelingzwangerschappen
Centraal Orgaan Prenatale Screening Achtergronddocument bij landelijk beleid tweelingen Landelijk beleid meerlingzwangerschap bij Down syndroom kansbepalingsmethode voor mono- en dichoriale tweelingzwangerschappen
Nadere informatieCombinatietest. Echo en bloedonderzoek bij 11-14 weken zwangerschap
Combinatietest Echo en bloedonderzoek bij 11-14 weken zwangerschap Aangeboren aandoeningen komen relatief weinig voor: 96 van de 100 zwangerschappen eindigen in de geboorte van een volkomen gezond kind.
Nadere informatieNederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING
NVOG Nederlandse Vereniging voor PATIËNTENVOORLICHTING Tweelingen en andere meerlingen No 16 2001 NVOG Het copyright en de verantwoordelijkheid voor deze folder berusten bij de Nederlandse Vereniging voor
Nadere informatieIN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte
IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte DEFINITIE: Vroeggeboorte: bevalling bij amenorroeduur < 37 weken Bij een zwangerschapsduur van meer dan 35 weken wordt het risico van belangrijke
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Locatie Purmerend/Volendam Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt
Nadere informatieNederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie VERLOSKUNDE PRENATALE SCREENING. Versie 1.5. Verantwoording
Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie VERLOSKUNDE PRENATALE SCREENING Versie 1.5 Datum Goedkeuring Verantwoording 01 03 2006 NVOG Inhoudsopgave Algemeen...1 Wat is prenatale screening?...1
Nadere informatieHierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over screening op vasa praevia (2013Z01807).
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34
Nadere informatieZwanger van een tweeling
Zwanger van een tweeling Informatie voor patiënten F0532-3415 oktober 2015 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Een zwangerschap van meer dan één baby is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich mee. Voor
Nadere informatieHet Oost-Vlaamse Meerlingenregister Verleden, heden en toekomst
Het Oost-Vlaamse Meerlingenregister Verleden, heden en toekomst Catherine Derom, Dr. Wet, Centrum Menselijke Erfelijkheid, UZ-Leuven Twins, vereniging ter ondersteuning van het wetenschappelijk onderzoek
Nadere informatieProtocol Obesitas. 1.0 Definitie obesitas
Protocol Obesitas 1.0 Definitie obesitas Obesitas is een abnormale gezondheidstoestand waarbij er een overschot aan vetweefsel is. De meest gebruikte definitie is gebaseerd op de Quetelet-index of Body
Nadere informatieRegionaal protocol: Combinatie test (NT)
Regionaal Protocol Combinatietest (NT) Zwangere wordt gecounseld door de verwijzend verloskundige. Dit dient te worden aangegeven op de voorkant van het verwijsformulier voor De Poort. De termijn moet
Nadere informatieInleiden van de bevalling
Gynaecologie Inleiden van de bevalling Inleiding U heeft van uw gynaecoloog te horen gekregen dat u wordt ingeleid. Het inleiden van de baring betekent dat we de bevalling kunstmatig op gang brengen. In
Nadere informatieMedicalisering van de partus:
Medicalisering van de partus: Gevolgen voor de borstvoeding Rob Hardeman Klinisch verloskundige Ziekenhuis Rivierenland Tiel "Borstvoeding loont" 7-10-2008 Medicaliseren van de partus Actief ingrijpen
Nadere informatieZwanger van een tweeling
Zwanger van een tweeling U heeft van de verloskundige of gynaecoloog gehoord dat u zwanger bent van een tweeling. Een zwangerschap van een tweeling is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing.
Nadere informatieInleiding 2 Wat is prenatale screening? 2 2. Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? Bij welke zwangerschapsduur vindt prenatale
Inleiding De meeste kinderen worden gezond geboren, maar een klein percentage (ongeveer 3 tot 4%) van alle kinderen heeft bij de geboorte een aangeboren aandoening, zoals het Down-syndroom ('mongooltje')
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
1/8 Verloskunde Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Tweelingen en andere meerlingen Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook
Nadere informatieEchoscopie tijdens de zwangerschap
Echoscopie tijdens de zwangerschap Verloskunde alle aandacht Inhoudsopgave Inleiding 2 Wat is echoscopie 2 Hoe maakt men een echo 2 Wanneer maakt men een inwendige of uitwendige echo 3 Hoe vaak wordt een
Nadere informatieVSV Samen Protocol: Langdurig gebroken vliezen a terme
VSV Samen Protocol: Langdurig gebroken vliezen a terme Documentgebied Groep(en) Autorisatie Beoordelaar(s) Documentbeheerder(s) Auteur Verloskunde, kraamzorg, kindergeneeskunde Alle leden aangesloten bij
Nadere informatieSTRUCTUREEL ECHOSCOPISCH ONDERZOEK (SEO) Versie 2.0
STRUCTUREEL ECHOSCOPISCH ONDERZOEK (SEO) Versie 2.0 Datum Goedkeuring 07-03-2012 Methodiek Consensus based Discipline Monodisciplinair Verantwoording NVOG Voorwaarden en uitvoering Naar dit modelprotocol
Nadere informatieAls uw baby onvoldoende groeit
Als uw baby onvoldoende groeit Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uw verloskundige of verloskundig zorgverlener heeft u verteld dat we vermoeden dat uw baby onvoldoende
Nadere informatieEcho onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo
Echo onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo Elke zwangere in Almere mag gebruik maken van 2 echo-onderzoeken: een termijnecho in het begin van de zwangerschap
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen. Obstetrie
Tweelingen en andere meerlingen Obstetrie Inhoudsopgave Inleiding 4 Hoe ontstaat een meerling? 4 Waardoor ontstaat een meerling? 4 Wanneer en hoe een meerling ontdekken? 5 Het verdwijnen van een vruchtje
Nadere informatieSTRUCTUREEL ECHOSCOPISCH ONDERZOEK (SEO) Versie 1.1
STRUCTUREEL ECHOSCOPISCH ONDERZOEK (SEO) Versie 1.1 Datum Goedkeuring 01-11-2005 Methodiek Consensus based Discipline Multidisciplinair Verantwoording NVOG 1 Eisen te stellen aan de echoscopist Naar dit
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland
Perinatale Zorg in Nederland 2002 Inhoud Proloog 5 Introductie 6 Leeswijzer 7 Hoofdstuk 1 Vrouwen bevallen in 2002 9 Tabel 1.1 Bevallen vrouwen naar eenling/meerling en pariteit in 2002 11 Tabel 1.2 Bevallen
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland. Perinatal Care in the Netherlands. Perinatale Zorg. in Nederland
Informatie Informatie uit de Perinatale Registratie kan schriftelijk worden aangevraagd bij de Stichting Perinatale Registratie Nederland. Een formulier voor een gegevensaanvraag, met vermelding van de
Nadere informatietweelingen en andere meerlingen
tweelingen en andere meerlingen Inhoud Inleiding 3 1 Het ontstaan van een meerling 3 1.1 Hoe ontstaat een meerling 3 1.2 Waardoor ontstaat een meerling 3 1.3 Wanneer en hoe ontdekt men een meerling 4 1.4
Nadere informatieEen- of twee-eiig? Zygositeitsbepaling en het belang daarvan
Een- of twee-eiig? Zygositeitsbepaling en het belang daarvan Catherine Derom Men kan tweelingen in twee verschillende typen indelen. Twee-eiige (of dizygote) tweelingen ontstaan uit de bevruchting van
Nadere informatieTweelingen en andere meerlingen
Tweelingen en andere meerlingen Inleiding Een zwangerschap van meer dan één kind is voor de aanstaande ouders meestal een verrassing, maar brengt naast blijdschap ook extra vragen en soms zorgen met zich
Nadere informatieEcho onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo
12-12-2016 607 Echo onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo Elke zwangere in Almere mag gebruik maken van 2 echo-onderzoeken: een termijnecho in het begin van
Nadere informatieVROEGTIJDIGE WEEËN EN DREIGENDE VROEGGEBOORTE
VROEGTIJDIGE WEEËN EN DREIGENDE VROEGGEBOORTE 335 Inleiding Deze folder geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar
Nadere informatieVoorwoord 13. Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15
Inhoudstafel Voorwoord 13 Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15 1.1 Menstruele cyclus 15 1.1.1 Ovulatie 15 1.1.2 Menstruele cyclus ter hoogte van het endometrium 17 1.2 Gametogenese 18 1.3 De
Nadere informatieCounseling en SEO met vermoeden hartafwijking. Vivian Schimmer
Counseling en SEO met vermoeden hartafwijking Vivian Schimmer Introductie Vivian Schimmer Werkzaam bij Aleida, praktijk voor verloskunde en echoscopie te Schiedam Werkzaam als verloskundige sinds 2001
Nadere informatiePrenatale screening: de combinatietest. Kansbepaling vroeg in de zwangerschap op het syndroom van Down, Edwardssyndroom en Patausyndroom
Prenatale screening: de combinatietest Kansbepaling vroeg in de zwangerschap op het syndroom van Down, Edwardssyndroom en Patausyndroom Inleiding Iedere ouder wenst een gezond kind. Helaas worden soms
Nadere informatieDreigende vroeggeboorte
Dreigende vroeggeboorte U bent zwanger en heeft te maken met een dreigende vroeggeboorte. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken. Een periode van 37 tot 42 weken wordt gezien als een normale duur van
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Informatie voor patiënten F0177-3415 oktober 2015 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411,
Nadere informatieInduction of Labor versus Expectant management in women with Preterm Prelabor Rupture of Membranes between 34 and 37 weeks
Induction of Labor versus Expectant management in women with Preterm Prelabor Rupture of Membranes between 34 and 37 weeks David van der Ham namens de PPROMEXIL projectgroep ISRCTN 29313500 ZonMW projectnummer:
Nadere informatieKeuzehulp Bevallen na een eerdere keizersnede: vaginale bevalling of een geplande keizersnede? Poli Gynaecologie
00 Keuzehulp Bevallen na een eerdere keizersnede: vaginale bevalling of een geplande keizersnede? Poli Gynaecologie 1 Inleiding Deze keuzehulp is bedoeld voor vrouwen die zwanger zijn en in een eerdere
Nadere informatieInleiden bij 41 of 42 weken?
INDuction versus EXpectant management INDEX Inleiden bij 41 of 42 weken? Een overzicht van de evidence Judit Keulen MSc Esteriek de Miranda PhD Doel & vraagstelling INDEX Heranalyse van perinatale en maternale
Nadere informatieVerloskunde tussen 1975-2015?
1975 Verloskunde tussen 1975-2015? J. J. (Hans) Duvekot, gynaecoloog/perinatoloog Afdeling Verloskunde Erasmus MC, Rotterdam! TV serie Swiebertje stopt! Microsoft opgericht! Vietnam oorlog eindigt! Hennie
Nadere informatieECHOSCOPIE. Versie 1.0
ECHOSCOPIE Versie 1.0 Datum Goedkeuring 15-01-2000 Methodiek Evidence based Discipline Multidisciplinair Verantwoording NVOG 1 Begripsbepaling Met echoscopisch onderzoek wordt in deze kwaliteitsnorm de
Nadere informatieEchoscopie tijdens de zwangerschap. Gynaecologie
Echoscopie tijdens de zwangerschap Gynaecologie Inleiding Deze brochure geeft algemene informatie over echoscopie tijdens de zwangerschap. Uw verloskundige, huisarts of gynaecoloog bespreekt met u waarom
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte. Poli Gynaecologie
00 Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Poli Gynaecologie 1 Inleiding Deze folder geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld
Nadere informatieTabel 1: Kans op het krijgen van een kind met het syndroom van Down uitgezet tegen de leeftijd.
De Nekplooimeting Inleiding Elke zwangere hoopt op een gezonde baby. Helaas worden er soms kinderen geboren met een lichamelijke en/of een verstandelijke handicap. Met behulp van een echo-onderzoek (de
Nadere informatieEchoscopie tijdens de zwangerschap
Echoscopie tijdens de zwangerschap In deze folder leest u meer over echoscopie tijdens de zwangerschap. Uw verloskundige of gynaecoloog bespreekt met u waarom u echoscopie aangeboden krijgt en wat de
Nadere informatieVoorspellen van sterfte bij zeer premature kinderen*
Onderzoek Voorspellen van sterfte bij zeer premature kinderen* Ewoud Schuit, Chantal W.P.M. Hukkelhoven, Bradley N. Manktelow, Dimitri N.M. Papatsonis, Martin J.K. de Kleine, Elizabeth S. Draper, Ewout
Nadere informatieRetinopathie (ROP) bij te vroeg geboren kinderen. Oogheelkunde
Retinopathie (ROP) bij te vroeg geboren kinderen Oogheelkunde Wat is prematuren retinopathie? Prematuren retinopathie (ROP) is een aandoening die kan ontstaan in het netvlies van te vroeg geboren kinderen.
Nadere informatie