ordenen en toegankelijk maken van juridische informatie, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2014, p. 150.

Transcriptie

1 Opdracht 1 Maak met behulp van Google Sites (of software voor een weblog) een webdossier over een origineel en actueel juridisch onderwerp. Door in dit dossier onder andere belangwekkende webdocumenten en jurisprudentie te verzamelen en beschikbaar te stellen geeft u juristen en/of juridisch medewerkers de mogelijkheid zich in korte tijd te verdiepen in het onderwerp. Het webdossier moet bestaan uit: 1. een pakkende titel die zowel de aandacht trekt als informeert over het onderwerp; 2. een inleiding van minimaal vijftien regels met belangrijke en actuele informatie over het onderwerp; 3. verwijzingen naar tien specifieke en gevarieerde webdocumenten; denk hierbij aan: regelgeving, Kamerstukken, jurisprudentie (maximaal één keer), verdragen, persberichten, brieven, rapporten, jaarverslagen, tijdschriftartikelen, een weblogbijdrage enzovoort; de kwaliteitscriteria voor het beoordelen van internetbronnen (zie hoofdstuk 4); de webdocumenten deze zijn beschikbaar op het openbare deel van het internet (zie hoofdstuk 4); een duidelijke naamgeving van de webdocumenten; goedwerkende hyperlinks; 4. per verwijzing een annotatie van ongeveer drie tot vijf regels waarin u het type document benoemt en uitlegt waar het webdocument over gaat (zie voor het begrip annotatie hoofdstuk 5); 5. een jurisprudentieoverzicht van vijf belangwekkende uitspraken, waarbij elke uitspraak is voorzien van formele gegevens, drie trefwoorden en een beschrijvende annotatie. Gebruik hiervoor opdracht 3 van hoofdstuk 5; 6. een logische ordening van de webdocumenten en jurisprudentie, waarbij u gebruikmaakt van ordeningsprincipes en ten minste één ontsluitingsmethode (zie hoofdstuk 6 voor uitleg van deze begrippen); hierbij houdt u er rekening mee dat een webdossier in de praktijk altijd wordt geüpdatet en aangevuld met nieuwe documenten en jurisprudentie; 7. minimaal twee vormen van attendering; denk hierbij aan: een RSS-service, Twitter-account of nieuwsbrief waarmee de lezer automatisch op de hoogte kan worden gehouden van de actualiteit en andere ontwikkelingen betreffende het onderwerp van het webdossier (zie ook hoofdstuk 5); minimaal twee verwijzingen naar relevante literatuur of commentaar; vermeld deze bronnen volgens de regels van de Leidraad voor juridische literatuur (zie hoofdstuk 2); minimaal drie verwijzingen naar relevante, betrouwbare websites voor aanvullende informatie; minimaal drie verwijzingen naar relevante nieuwsberichten van het afgelopen jaar. 1 C.L. Hoogewerf & C.R.M. Smeding, Juridisch informatiemanagement. Het verzamelen, ordenen en toegankelijk maken van juridische informatie, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2014, p. 150.

2 Soorten juridische informatie Regelgeving Jurisprudentie Literatuur Officiële publicaties Commentaren Documenttypen Aangifte Aanmaning Aanvraag Advies Agenda Akte Algemeen plaatselijke verordening AMvB Arrest Begroting Beleidsregel Benoeming Beroepsschrift Beschikking Besluit Besluitenlijst Bestemmingsplan Bezwaarschrift Bibliografie Brief Checklist Commentaar Dagvaarding Declaratie Europese richtlijn Europese verordening Exploot Film Foto Gebruiksaanwijzing Grafiek Handboek Handleiding Identificatiebewijs Instructie Interview Jaarrekening Kaart Kamerstuk Kamervraag Klacht Krantenartikel Lezing Logboek Memo Ministeriële regeling Monografie Nieuwsbericht Nota Notitie Notulen Offerte Onderzoeksrapport Oratie Overeenkomst Persbericht Petitie Plan van aanpak Procesbeschrijving Proces-verbaal Proefschrift Protocol Rapport Reglement Rekening Schema Scriptie Staatsblad Staatscourant Statuten Studieboek Tekening Testament Thesaurus Tijdschrift Tijdschriftartikel Toespraak Tractatenblad Tweet Uitspraak Verdrag Vergaderverslag Vergunning Verzamelbundel Verzoekschrift Vonnis Voordracht Weblogbijdrage Wet Wetsvoorstel Zie ook: menttypen

3 Deeplinken naar regelgeving en jurisprudentie op Overheid.nl en Rechtspraak.nl Laatste update: 20 maart 2014 (KS) Deeplinken Je kunt regelingen en artikelen van regelingen van Overheid.nl maar ook jurisprudentie van Rechtspraak.nl op een eigen webpagina beschikbaar maken met behulp van zogenaamde deeplinks. Uitleg ook via Wat is het BWB-ID? De overheid maakt wet- en regelgeving via de website wetten.overheid.nl raadpleegbaar. Elke in dit raadpleegbestand opgenomen regeling kent een uniek (onveranderlijk) identificatienummer (het BWB-id). Dit nummer maakt het bijvoorbeeld mogelijk om op een toekomstvaste manier te deeplinken naar een specifieke regeling. Waar vind ik dit nummer? Deze identificatienummers zijn zichtbaar bij de opgevraagde wetstechnische informatie van elke regeling. Voorbeeld: Zoek artikel 7:658 BW op in overheid.nl en klik op de i van de wettechnische informatie. Hier is het BWD-ID te zien: BWBR Deeplinken naar BW boek 7: Theorie: Uitvoering Deeplinken naar artikel 7:658 BW Theorie: Uitvoering: Deeplinken bij Rechtspraak.nl Theorie: gevolgd door het ECLI-nummer. Bijvoorbeeld:

4 Feedbackformulier webdossier Webdossier Algemene voorwaarden Niveau Opmerking Ephorus: webdossier. Het percentage overeenkomstige tekst is niet hoger % dan 20%. Actieve aanwezigheidsplicht voldaan. Nee Ja Achternaam van student in het webadres. Het webdossier wordt gepresenteerd als een webpagina of een weblog. Alle zes onderdelen van de opdracht zijn uitgevoerd. A. Presentatie (5 pt) Pakkende titel die de aandacht trekt en informeert Aantoonbare eigen stijl / originaliteit Netheid B. Een inleidende tekst (20 pt) Inleiding van minimaal 15 regels maar niet te lang. Bronvermelding Actualiteit in de inleiding Informatieve karakter van de inleiding Nee Nee Nee Ja Ja Ja C. Webdocumenten: verwijzingen naar 10 documenten (25 pt) Tien webdocumenten (geen nieuwsberichten of algemene websites) Benoemen van de documenten Variatie in de soorten documenten Informatieve karakter van de annotaties Naamgeving van de documenten Gebruik van jaartallen in de titels of annotaties Inhoud/kwaliteit van de documenten D. Jurisprudentieoverzicht (25 pt)

5 Belangwekkende uitspraken Beschrijvende annotaties Formele gegevens Trefwoorden E. Ordening en ontsluiting (10 pt) Ordening webdocumenten Ordening jurisprudentie Extra ontsluitingsmethode F. Attendering (10 pt) Inhoud van attendering 1: Presentatie van attendering 1 Inhoud van attendering 2 Presentatie van attendering 2 G. Taalgebruik (5 pt) Taalgebruik in de inleiding Taalgebruik van de annotaties bij de webdocumenten Taalgebruik van de annotaties bij de jurisprudentie Taalgebruik overig KIM 1 webdossier veel voorkomende fouten Week 4: Inleiding De ik-stijl. Niet zakelijk maar met mededelingen als ik heb er veel tijd ingestoken, etc. Schrijven over de verantwoording van de gekozen bronnen i.p.v. diepgaande informatie. De burger als doelgroep i.p.v. de jurist of juridisch medewerker. Algemene informatie i.p.v. diepgaande informatie. Veel te weinig bronvermeldingen naar gebruikte nieuwsberichten, weblogs, regelgeving etc. De actualiteit ontbreekt wat is de stand van zaken op dit moment? Geneuzel i.p.v. concrete informatie die informatief is voor de doelgroep. Week 4: Webdocumenten Webpagina s met nieuws i.p.v. webdocumenten (die kun je benoemen) Geen samenhang tussen webdocumenten, gewoon losse documenten bij elkaar gezet. Dus klakkeloos verzameld i.p.v. te onderzoeken welke documenten van belang zijn voor verdieping van het onderwerp. Type document wordt niet benoemd in de annotatie of titel waardoor de lezer minder informatie krijgt wat hij kan verwachten. Wat moet een jurist met een scriptie? Laat staan met meer dan 1. Scripties worden als te belangrijk gezien. Als de lezer zich wil verdiepen in het onderwerp dan heeft hij niet als eerste een scriptie van een student nodig.

6 Een weblogbijdrage met kwaliteit mag best maar 2 weblogbijdrages op 10 documenten is meer dan genoeg. Alle documenten worden een artikel genoemd. Er zijn maar twee soorten artikelen: een wetsartikel en een tijdschriftartikel. De rest is vaak een weblogbijdrage, een column, een commentaar of gewoon niets. Een persbericht is een webdocument maar alleen een recent persbericht heeft waarde. Week 5: Jurisprudentie Geen samenhang in de gekozen jurisprudentie. Onduidelijke selectiecriteria voor de jurisprudentie. Wat breng je onder de aandacht? Jurisprudentie is ook attendering. Voorbeeld: als het Tongzoenarrest jouw onderwerp is dan breng je toch zeker een arrest uit 2014 hierover onder de aandacht. Veel verwijzingen naar ECLI nummers i.p.v. jurisprudentietijdschriften (of allebei). Niveau van de annotaties is slecht, te veel feiten (strafrecht, rechtbank) of helemaal geen feiten met als gevolg dat de lezer geen idee heeft waar het over gaat. Annotaties zijn veel te kort. Dus geen woorden. Inhoud van de annotaties niet volgens de opdracht in het boek: feiten, rechtsvraag en overwegingen van de rechter. Formele gegevens zijn niet genoteerd volgens de regels van de Leidraad voor juridische auteurs (zie ook hoofdstuk 2 boek). Trefwoorden zijn niet samengesteld volgens de regels zoals vermeld in hoofdstuk 6 van het boek (p. 96). Week 6: Attendering en ordening Niet gedaan wat er gevraagd werd zie studiehandleiding A G. Literatuur is vaak te oud. Weinig attendering van recente tijdschriftartikelen bij de literatuur. Literatuur is niet genoteerd volgens de regels van de Leidraad voor juridische auteurs (zie ook hoofdstuk 2 boek). Klakkeloze ordening van webdocumenten en/of jurisprudentie. Websites zijn wat anders dan webpagina s in het kader van attendering. Je verwijst naar websites met de bedoeling dat de lezer daar nu en later wat kan vinden. Je verwijst niet naar webpagina s met informatie. Dat is statische informatie. Nieuwsbronnen zijn meer dan alleen nu.nl, NOS.nl, RTL of de Telegraaf. Overig Veel taalfouten. Stam + t en het kofschip zijn vergeten?