Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2006

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2006"

Transcriptie

1 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2006 Werkgroep Roofvogels Zeeland

2 Inhoud 1 Inleiding Werkwijze Het Zeeuwse landschap Het weer voor en tijdens het broedseizoen van Voedselsituatie Resultaten Soortbeschrijvingen Roofvogelvervolging Literatuur Medewerkers Foto: hierboven: Torenvalk op 26 december Foto: Niels de Schipper. Foto voorpagina: volwassen mannetje Bruine Kiekendief op 14 april Foto: Niels de Schipper. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

3 1 Inleiding Dit is het elfde jaarverslag van de Roofvogelwerkgroep Zeeland. In dit verslag ligt de nadruk op het habitat en de keuze van de broedplaats van de in Zeeland broedende roofvogels. In het jaarverslag 2005 lag de nadruk op de aantalsontwikkeling, in 2004 op het voedsel en in het dubbelverslag 2002/2003 op roofvogelvervolging. Dat laatste onderwerp blijft actueel. In dit verslag wordt er een apart hoofdstuk aan besteed. Waarnemers worden opgeroepen alle (verdachte) gevallen te melden bij het Regionaal Milieuteam (RMT) op Bij hen heeft roofvogelvervolging de hoogste prioriteit was een bijzonder jaar. Torenvalken deden het vanwege de lage muizenstand zeldzaam slecht, terwijl de Buizerd en de Bruine Kiekendief die toch ook de nodige muizen eten, het redelijk deden en meestal wel een paar jongen wisten groot te brengen. Was dat mogelijk door enig herstel van de Konijnenstand en een redelijk aanbod aan jonge Fazanten? Het aantal per nest uitgevlogen jongen was vooral bij de Bruine Kiekendief lager dan gemiddeld. De vogeletende roofvogels Sperwer en de Boomvalk deden het ook al niet best. Bij beide soorten zijn nogal wat mislukkingen vastgesteld. Kennelijk was de voedselsituatie voor ze onder de maat. Bij de nieuwkomers Havik en Slechtvalk zit het aantal broedparen nog in de lift. Verschillen tussen goede en minder goede jaren vallen dan minder op. Helaas wordt vooral voor wat betreft de Havik, maar weinig systematisch onderzoek gedaan. Erg jammer want het gaat toch om een toppredator die ongetwijfeld in de toekomst met zijn aanwezigheid een stempel op de Zeeuwse avifauna zal gaan drukken. In het voorjaar werd in Goes een cursus roofvogelnestkartering gegeven. Veldwerk en het gebruik van nestkaarten vormen daarbij een verplicht onderdeel. Daardoor was het aantal ingestuurde nestkaarten nog nooit zo hoog. Nu maar hopen dat een aantal van de geslaagden ook de komende jaren met het roofvogelwerk verder gaan. Het zou goed zijn zulke cursussen ook te doen op Walcheren, waar helaas bijna niemand meer naar roofvogels kijkt, en Schouwen-Duiveland, waar het werk door een enkeling gebeurd. Belangstelling is er genoeg, het lespakket en het draaiboek liggen klaar, maar wie neemt het initiatief? De laatste twee winters zijn heel wat tellingen op slaapplaatsen van kiekendieven uitgevoerd. De voorlopige resultaten daarvan zijn te vinden op Op dit moment worden zo veel mogelijk gegevens van de afgelopen 25 jaar verzameld en in een database gestoken. Voor wat betreft de Bruine Kiekendief is dat al zo goed als gebeurd, voor wat de Blauwe moet nog een deel van de gegevens worden verwerkt. Het gaat daarbij vooral om de resultaten van een landelijk project uit de jaren tachtig. Aanvullingen zijn nog steeds welkom. De gegevens zullen worden gepubliceerd in een landelijk tijdschrift. Philippine 25 februari 2007, Henk Castelijns. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

4 2 Werkwijze Sinds 1995 worden in Zeeland systematisch resultaten van broedende (nestvondsten) en territoriumhoudende roofvogels (broedparen) verzameld. Bij ontvangst van de resultaten worden ze gecontroleerd op volledigheid en eventuele onduidelijkheden. Zo nodig wordt bij de waarnemers navraag gedaan. Vervolgens worden de gegevens opgeslagen in een database waarbij ze worden getoetst aan vaste criteria. De meeste daarvan zijn te vinden in de Handleiding veldonderzoek roofvogels (Bijlsma 1997). Bij broedvogelonderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen een nestvondst en een territorium. Bij een nestvondst gaat het om een zeker broedgeval en bij een territorium om een paar dat gedurende enige tijd aanwezig is in een geschikt broedgebied, maar waarvan broeden niet is bewezen, omdat het nest niet werd gezocht (meestal) of gevonden (soms). Bij de Bruine Kiekendief zijn nestbouw, landingen met prooi op het (niet zichtbare) nest en uitvliegende jongen als nestvondst aangemerkt. Het broedsucces is berekend met behulp van het aantal uitgevlogen jongen per geslaagd broedgeval. Er zijn alleen resultaten gebruikt van nesten waar daadwerkelijk in werd gekeken of van nesten waarvan het aantal jongen werd bepaald door langdurige observatie. Jongen worden als uitgevlogen beschouwd als ze bij de laatste controle bijna volgroeid en bovendien in goede conditie waren (code N6 op nestkaart), op het punt van uitvliegen stonden (code N7 op nestkaart), nabij het nest zijn gezien (code N9, N10 of N11 op nestkaart) of als door een nacontrole werd vastgesteld dat het nest leeg was en er geen resten van dode jongen aanwezig waren (code C1, C2 en C3 op nestkaart). Het onderzoek naar broedende roofvogels in Zeeland is niet gebiedsdekkend. Daarom worden in dit verslag behalve het aantal opgespoorde broedparen ook aantalsschattingen gegeven. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het gegeven dat een eenmaal ingenomen territorium vaak jaren achtereen bezet is. Driemaal dezelfde resten van een Meerkoet nabij de radartoren Saeftinghe. Gefotografeerd van links naar rechts op 21 januari 2006, 18 februari 2006 en 18 maart 2006 zonder vooraf iets te beroeren! In de winter, bij lage temperaturen, kunnen prooiresten erg lang blijven liggen. Vooral op een geïsoleerde locatie zoals de radartoren, waar met uitzondering van een Slechtvalk maar weinig vogels en al helemaal geen mensen komen. Foto s: HC. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

5 3 Het Zeeuwse landschap Het onderzoeksgebied van de Roofvogelwerkgroep Zeeland beslaat de gehele provincie Zeeland inclusief de voormalige buitendijkse gebieden in de Grevelingen en het Markiezaat- Zoommeer die beide voor een deel buiten de provinciegrenzen liggen. Het gebied is km 2 groot waarvan km 2 land. Het landoppervlak van Zeeland is slechts 5,3% van dat van geheel Nederland. wzv wal vee gre sch dui nbe os tho zbe hzb ws mzv ozv phi mar In verband met roofvogelonderzoek is Zeeland opgesplitst in een aantal deelgebieden (figuur 1, bijlage 1). Figuur 1. Onderzoeksgebied van de roofvogelwerkgroep Zeeland met de deelgebieden. Voor verklaring van de afkortingen zie bijlage 1. Zie voor een beschrijving van het landschap het jaarverslag 2001 (Castelijns 2002). 4 Het weer voor en tijdens het broedseizoen van 2006 De winter van 2005/06 was er een met een opvallend vlak temperatuurverloop. Er waren geen echte koude en geen echte zachte periodes. Gemiddeld was het wat aan de koude kant. De relatieve koude duurde voort tot ver in maart, waardoor pas erg laat in april de bladeren aan de bomen kwamen. De temperatuur was in april vrijwel normaal, terwijl mei, juni en juli achtereenvolgens zeer warm, warm en uitzonderlijk warm waren. Augustus was dan weer wat te koud voor de tijd van het jaar. Voor de meeste roofvogelsoorten is de temperatuur tijdens het broedseizoen van minder belang dan de hoeveelheid en vooral de duur van de neerslag. Tot augustus was het vrij droog, met uitzondering van de tweede helft van mei toen in Vlissingen bijna 100 mm neerslag viel. Dat was meer dan gedurende de rest van het voorjaar. Augustus was in Zeeland record nat met in Schoondijke 320 mm en in Vlissingen 210 mm. Van de natte periode in mei kunnen vooral Sperwers (net op eieren) en Boomvalken (kort voor de eileg) last hebben gehad en van die in augustus Boomvalken (laatste jongenfase). Staart van Bruine Kiekendiefjong met hongermaliën. Het is een teken van (tijdelijk) voedselgebrek, bijvoorbeeld tijdens een periode van slecht weer. Dergelijke veren breken gemakkelijk af. Dat verkleint de overlevingskans van zo n jong. Verdronken Land van Saeftinghe 8 juli Foto: HC. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

6 5 Voedselsituatie Van de in Zeeland voorkomende roofvogels zijn Havik, Sperwer, Boomvalk en Slechtvalk echte vogeleters. Bruine Kiekendief, Buizerd en Torenvalk kunnen zich wel met vogels in leven houden, maar hebben voor een geslaagd broedseizoen ook een goed aanbod van muizen (alle drie de soorten) en jonge Hazen en Konijnen (Bruine Kiekendief en Buizerd) nodig. Sinds 2004 vindt op beperkte schaal monitoring van een paar belangrijke prooisoorten plaats. Er zijn twee routes voor Hazen; één in Oost en één in Midden Zeeuws-Vlaanderen. De routes bevinden zich in de atlasblokken 5512/5513 en 5424/5425. Er wordt geteld in de periode half februari/half maart als de gewassen op de akkers nog kort zijn en de Hazen vanwege de paringstijd erg actief zijn. Op deze routes worden ook Konijnen, Fazanten en Patrijzen geteld. Ook voor Konijnen zijn er in dezelfde atlasblokken twee routes; één op de Gasdam Saeftinghe waar half mei in de avondschemering vanaf een vast telpunt alle op dat moment bovengrondse Konijnen worden geteld en één in de Braakman waar aan het begin van de avond in het donker een aantal bospaden wordt afgelopen en alle met een zaklamp waar te nemen Konijnen worden geteld. De resultaten zijn samengevat in tabel 1. Daaruit blijkt dat de Hazenstand afneemt en de stand van het Konijn zich wat hersteld. Langs beide routes samen werden in en 26 vrouwtjes en in en 38 Fazant geteld. Het broedsucces van de Torenvalk is een maat voor de muizenstand: 2006 was een erg slecht muizenjaar (figuur 2). Konijn Haas Fazant mn Fazant vr Patrijs Oryctolagus cuniculus Lepus Europaeus Phasianus colchicus Phasianus colchicus Perdix perdix OZV MZV ?? Gasdam Braakman Tabel 1: Resultaat van de monitoring van enkele voor roofvogels belangrijke prooien in Oost (OZV, Gasdam Saeftinghe) en Midden Zeeuws-Vlaanderen (MZV, Braakman). Zie ook tekst. Jonge Haas zich schuilhoudend tussen brandnetels. Koegorspolder 23 april Foto: HC. Gemiddeld aantal jongen 4,2 3,8 3,4 3, Figuur 2. Trend van het aantal in Zeeland uitgevlogen Torenvalkjongen in de periode Een goed broedsucces staat voor een goed muizenjaar. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

7 6 Resultaten In 2006 waren de Grevelingen, Schouwen-Duiveland, Tholen, de Bevelanden, het Markiezaat-Zoommeer en Zeeuws-Vlaanderen (gre, sch, dui tho, mar, wzv, mzv en ozv) de best onderzochte gebieden. In totaal werden 607 broedparen opgespoord waarvan in 498 gevallen bovendien het nest (figuur 3). Vanwege een cursus roofvogenestkartering in Goes, waarbij het gebruik van nestkaarten verplicht was, is het aantal nestkaarten met 380 hoger dan ooit (figuur 4). aantal nesten broedparen Figuur 3. Aantal in de periode per jaar opgespoorde roofvogelbroedparen in In bijlage 1 wordt voor 2006 per deelgebied een schatting van het aantal broedparen gegeven (zie ook 2). In bijlage 2 wordt voor de periode per soort een overzicht gegeven van de belangrijkste broedbiologische gegevens: start van de eileg, het aantal eieren en het broedsucces. Bovendien wordt het aantal geringde jongen vermeld. aantal nestkaarten In dit verslag wordt in alle gevallen met het rekenkundig gemiddelde gewerkt. Er is een uitzondering gemaakt voor de start van de eileg. Daar staat de mediaan voor het gemiddelde. De mediaan oftewel de p50 is de middelste datum in een van vroeg naar laat gesorteerde datumrij. De p25 en p75 hebben in diezelfde rij respectievelijk 25% van de datums boven en 25% van de datums onder zich Figuur 4. Aantal ingestuurde nestkaarten van roofvogels in Zeeland in de periode Links broedplaats van de Slechtvalk op de Hooge Platen op 3 juli 2006 en rechts jong mannetje Slechtvalk op de Hooge Platen 7 juli Foto s: Fred Schenk en HC. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

8 7 Soortbeschrijvingen Bruine Kiekendief Circus aeruginosus In 2006 werden 163 broedparen opgespoord, waarvan in 149 gevallen sprake was van een nest (zie werkwijze). Het aantal broedparen wordt voor 2006 geschat op Dat is ongeveer gelijk aan 2005, maar ten opzichte van een forse achteruitgang (figuur 5). Zie voor oorzaken het vorige jaarverslag (Castelijns 2006). aantal nest terr min max In 2006 was de gemiddelde start van de eileg in Zeeland met 22 april vrijwel normaal (n=38). Ook het aantal eieren was met 4,7 gemiddeld (s=1,5, n=28). Het aantal grote legsels (zes of meer) was met 28% hoger dan gemiddeld. Dat is een aanwijzing dat het, in ieder geval in het begin van het broedseizoen, met de beschikbaarheid van voedsel wel goed zat. Dit terwijl de muizen- en de Hazenstand laag waren en bij de Konijnenstand sprake was van enig herstel. Mogelijk dat de gunstige weersomstandigheden, weinig regen, het jachtsucces hebben vergroot. Soms denk je het te weten, maar bij meer onderzoek ontstaan alleen maar meer twijfels! Het broedsucces was met 2,7 uitgevlogen jongen per nest laag (s=0,9, n=51). Het aantal succesvolle paren was daarentegen redelijk. Van de in Zeeuws-Vlaanderen tijdens de eifase gecontroleerde nesten mislukte 1 op 3. Dat was ook in 2005 het geval terwijl in de topjaren 2002 en 2004 respectievelijk 1 op 9 en minder dan 1 op 10 mislukte in het topjaar 2003 mislukte zowat de helft. In 2006 was het mannenoverschot nog groter dan in 2005 (tabel 2). Het waarom van het overschot is niet duidelijk. De veronderstelling in het vorige verslag dat het met de voedselsituatie van doen heeft, lijkt niet juist. In zowel 2003 als 2006 was Figuur 5. Aantalsverloop van de Bruine Kiekendief in Zeeland in de periode Vleugelstrekkend mannetje Bruine Kiekendief gefotografeerd op zijn uitkijkpost nabij een nest in de Van Wyckhuisepolder (mzv). Afgaande op de donkerbruine borst, het zilvergrijs in de vleugels en de tijd van het jaar, gaat het vermoedelijk om een 3kj vogel. Foto: Ludo Goossens. Met prooi naar het nest vliegend mannetje Bruine Kiekendief. Voorjaar Foto: Niels de Schipper. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

9 de voedselsituatie slecht, terwijl in het ene jaar het aandeel mannen met 48% laag was en in het andere juist hoog. De Bruine Kiekendief heeft een sterke voorkeur voor broeden in Riet. Van de 942 binnendijkse broedgevallen (inclusief de ten gevolge van de Deltawerken afgedamde getijdengebieden), vonden er 921 plaats in Riet, 16 in een ruigte met Duindoorn, braam of brandnetels en vijf in akkergewassen (drie luzerne, twee graan). Ook buitendijks wordt Riet geprefereerd: 113 keer Riet versus 9 Zeebies. Mogelijk is dit een onderschatting omdat een onderzoeker zich bij het zoeken naar een nest, vooral focust op Riet en minder op andere vegetatie. Van de Zeeuwse Kiekendieven broedt circa 15% buitendijks. Met paren is het Verdronken Land van Saeftinghe hét bolwerk voor deze soort en bovendien het enige gebied waar de soort niet achteruitgaat (bijlage 1, Castelijns 2006). jaar n man n vrw % man N Σ , , , , , , , , , , , ,6 128 Tabel 2. Sexratio van jonge op het nest geringde Bruine Kiekendieven in Zeeland in de periode De gemiddelde nesthoogte bedraagt 43 cm (s=18, n=387, variatie 5-130). Op binnendijkse nestplaatsen stond in 166 op de 257 gevallen 3 cm of meer water onder het nest. De gemiddelde waterhoogte was 12 cm (s=10, n=166, maximum 70 cm). Havik Accipiter gentilus In 2006 zijn negen nesten van de Havik gevonden, waarvan drie op nieuwe locaties: twee op Duiveland en één op Walcheren. In het al sinds 2002 bezette territorium nabij Bath (hzb) werden geen Haviken meer aangetroffen (Niels de Schipper). Dat doet denken aan roofvogelvervolging, omdat in een zich uitbreidende populatie Haviken niet zo maar een eenmaal ingenomen territorium wordt verlaten. De Zeeuwse Havikpopulatie wordt geschat op paar en neemt nog jaarlijks in omvang toe (figuur 6). aantal Nestcontroles bij de Havik vinden in Zeeland helaas maar weinig plaats. In 2006 werd geen enkel nest tijdens de eifase gecontroleerd, werden geen jongen geringd en geen gegevens van prooien ontvangen. Van slechts drie nesten is het broedsucces bekend: één nest met twee jongen en twee nesten met drie jongen. Haviken broeden in Zeeland vooral in de duinen en in bos(jes) in waterrijke gebieden. De omgeving van waterrijke gebieden is waarschijnlijk vooral in trek vanwege het naar verhouding hoge voedselaanbod nest terr min max Figuur 6. Aantalsverloop van de Havik in Zeeland in de periode Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

10 Sinds 2002 is van 20 broedplaatsen het habitat bekend. Drie keer werd gebroed in een dennenbos en de rest van de broedgevallen vond plaats in een loofbos. Vijf keer werd het nest gebouwd in een wilg (Salix spp), twee keer in een eik (Quercus spp), één keer in een Zwarte Els (Alnus glutinosa) en één keer in een populier (Populus spp). De gemiddelde nesthoogte bedraagt 8,5 meter (s=2,8, n=9, variatie 5,5-11 m). Dat is naar verhouding laag. In elf studies in Europa varieerde de gemiddelden tussen 9-21 m (Kenward 2006). De geringe hoogte waarop Zeeuwse Haviken broeden, heeft te maken met het voorkeursbiotoop van de Havik waarin vooral lage bomen staan. Acht keer werd het nest door het Havikpaar zelf gebouwd en één keer werd een datzelfde jaar door een Buizerd gebouwd nest overgenomen. Er is slechts één geval van hergebruik van een eerder gebouwd nest bekend. Sperwer Accipiter nisus Door een fikse inspanning op de Bevelanden werden in 2006 veel meer nesten gevonden dan het jaar daarvoor: 70 versus 49. Bovendien werden nog eens 17 broedparen vastgesteld. Het aantal broedparen wordt geschat op en is sinds 2001 vrijwel stabiel (figuur 7). aantal nest terr min max De start van de eileg was met 2 mei een paar dagen later dan gemiddeld (n=7). Het aantal eieren en het aantal jongen week met achtereenvolgens 4,5 (s=1,4, n=8) en 3,1 (s=1,0, n=36) nauwelijks af van normaal. Dat gold ook voor het aantal mislukte nesten 25% (n=51) in 2006 tegen 26% normaal (n=287). In werkelijkheid zullen beide percentages een stuk hoger liggen (Castelijns 2006) Figuur 7. Aantalsverloop van de Sperwer in Zeeland in de periode Sperwers broeden overal waar bos of bosjes zijn. Er wordt nooit gebroed in smalle windsingels of bomenrijen. De omgeving van menselijke bewoning wordt niet gemeden. Het nest wordt bij voorkeur tegen een stam gebouwd. Dat gaat het makkelijkst als er behoorlijk wat takken zijn die bij voorkeur in een krans rond de stam Sperwer met volle krop op 18 oktober Foto: Niels de Schipper. staan, zoals vooral bij den en spar en in mindere mate bij eik het geval is. Hoewel niet rechtstreeks uit de tabel 3 af te leiden, hebben Sperwers een voorkeur voor het broeden in naaldbomen. Naaldbomen zijn in Zeeland vrij schaars, toch broedt 30% van de Zeeuwse Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

11 Sperwers in zo n boom. Hoewel populieren als nestboom niet zo geschikt zijn, wordt er toch relatief vaak in gebroed. Dit komt omdat in Zeeland de populier veruit de algemeenste boom is. Nesten in populieren bevinden zich bijna altijd in een vork en niet zoals bij de meeste andere bomen het geval is op zijtakken tegen de stam. De gemiddelde nesthoogte bedraagt 8,1 m (s=2,8, n=255, variatie 3-21 m). Dat is in vergelijking met Drenthe, Engeland en Schotland een normale hoogte (Bijlsma 1993, Newton 1986). Het hoogste nest werd gevonden in een klein bosje, waarin eigenlijk geen voor de Sperwer geschikte nestbomen stonden. Bij gebrek aan beter was het nest daarom gebouwd in een top van een wilg. Sperwers bouwen elk jaar een nieuw nest. Als er weinig beschikbare nestplaatsen zijn, gebruiken ze soms een oud nest (11 keer op 210) of een nest van een andere soort (5 keer op 210). soort N % TOTAAL NAALDBOMEN den Pinus spp spar Picea spp 20 7 diverse 4 1 TOTAAL LOOFBOMEN eik Quercus spp populier Populus spp meidoorn Crataegus spp 22 8 Es Fraxinus excelsior 16 6 Iep Ulmus spp 15 5 Veldesdoorn Acer campestre 14 5 Haagbeuk Carpinus betulus 12 4 Esdoorn Acer pseudoplatanus 10 4 diverse Totaal Tabel 3: Nestbomen van Sperwers in Zeeland in de periode Buizerd Buteo buteo In totaal zijn 158 broedparen opgespoord waarvan in 133 gevallen ook het nest. De broedpopulatie wordt geschat paren. Er is nog steeds sprake van toename (figuur 8). Ondanks het lage muizenaanbod heeft de Buizerd het in 2006 niet eens zo slecht gedaan. Zowel de start van de eileg was met 3 april, het aantal eieren met 2,5 (s=0,7, n=25) en het aantal uitgevlogen jongen met 1,9 (s=0,7, n=61) gemiddeld. aantal nest terr min max Figuur 8. Aantalsverloop van de Buizerd in Zeeland in de periode Buizerds zijn in Zeeland wijd verspreid en broeden overal waar zich bomen van voldoende hoogte bevinden. Als die er niet zijn, nemen ze soms hun toevlucht tot enkele meters hoge struiken of tot een hoogspanningsmast (2 op 1064). De omgeving van bebouwing wordt gemeden. Als er al eens op een woonerf wordt gebroed, dan is dat bijna altijd verlaten. Tweederde van de Buizerds bouwt het Buizerd (1kj) 18 oktober Foto: Niels de Schipper. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

12 nest in een populier (tabel 4). Dat heeft alles te maken met het gegeven dat de populier de meest voorkomende boom in Zeeland is. De boom is bovendien erg geschikt omdat zich op voldoende hoogte vaak een vork bevindt, waarin het nest kan worden gebouwd. De gemiddelde nesthoogte in bomen bedraagt 13,3 m (s=4,5, n=435, variatie 3-29). De beide nesten in een hoogspanningmast bevonden zich op een hoogte van meer dan 40 m. Buizerds zijn fanatieke nestbouwers en nemen maar weinig nesten van andere vogels over (23 op 346). In 65% van de gevallen bouwen ze een volledig nieuw nest (n= 202). In de overige gevallen hergebruiken ze een nest, waarbij ze soms een bepaald nest een jaar niet gebruiken en het daaropvolgende jaar weer wel. soort N % TOTAAL NAALDBOMEN 39 8 den Pinus spp 34 7 diverse 5 1 TOTAAL LOOFBOMEN populier Populus spp eik Quercus spp 35 7 wilg Salix spp 32 6 Zwarte Els Alnus glutinosa 18 3 Iep Ulmus spp 16 3 Es Fraxinus excelsior 15 3 diverse 19 4 Totaal Tabel 4: Nestbomen van Buizerds in Zeeland in de periode Vanwege de koude bleven bomen in het voorjaar van 2006 lang kaal. Daardoor waren Buizerdnesten erg gemakkelijk te vinden. Ook kraaiachtigen hebben daarvan geprofiteerd. Zo werden in Oost Zeeuws-Vlaanderen in het weekeinde van april 23 nesten gecontroleerd waarop een Buizerd zat te broeden, tijdens de eicontrole een week later bleken drie nesten te zijn gepredeerd (eischalen in nestkom). Van het nest vliegende Buizerd nabij Spui (ozv) op 23 april Het nest zat in een vork van een populier op 11,5 meter hoogte. In het nest lagen 3 eieren. Begin juli zijn twee jongen uitgevlogen. Foto: HC. Drie manieren om bij een nest te komen. Van Links naar rechts Pepijn Calle gebruikt klimijzers, Jeroen Castelijns gebruikt een ladder en Bram Vroegindweij heeft een fruitteler met zijn hefmachine ingeschakeld. Foto s gemaakt in het voorjaar van 2006 door: Ko Koekoek, HC en George van der Hel Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

13 Torenvalk Falco tinnunculus In 2006 werden 115 nesten en in totaal 163 broedparen opgespoord. De broedpopulatie wordt geschat op paren. Het aantal broedparen blijft stabiel (figuur 9). Gemiddeld werd acht dagen later met de eileg gestart dan normaal: 6 mei versus 28 april, acht dagen later dan normaal. Het gemiddelde aantal eieren was met 4,4 aan de lage kant (s=0,8, n=61). Slechts 1 op 15 was een zeslegsel, terwijl in de twee voorgaande jaren dat bij 1 op 4 het geval was. Het late legbegin en het geringe aandeel zeslegsels duidt op een slechte voedselsituatie, lees muizenstand. In de loop van het seizoen verbeterde dat niet, want het aantal uitgevlogen jongen was met 3,1 recordlaag (s=1,0, n=65) (figuur 2). Voor de periode is van 1393 keer de nestplaats bekend. In 94% van de gevallen ging het om een nestkast. Dat is erg geflatteerd. In Midden Zeeuws-Vlaanderen waar elk jaar alle nestkasten worden gecontroleerd en bovendien alle broedparen worden gekarteerd, broedden de laatste drie jaar 50% van de Torenvalken in nestkasten. Dat is dichter bij de waarheid, maar afhankelijk van het aantal opgehangen nestkasten kunnen zich plaatselijk flink afwijkingen voordoen. Van de 84 meldingen die geen betrekking hadden op een nestkast, ging het 65 keer om een wildnest en 19 keer om een nest in een gebouw of kunstwerk. Bij de wildnesten ging het om Ekster (37 %), Zwarte Kraai (36 %), kraaiachtige (12 %), duif (8 %) en Buizerd (7 %). De gebruikte nesten bevonden zich vooral in populier (tabel 5). De gemiddelde hoogte van wildnesten bedroeg 13,2 m (s=6,5, n=44, variatie 4-40). Het hoogste nest bevond zich in een hoogspanningsmast. De gemiddelde kasthoogte bedroeg 5,4 m (s=2,7, n=754, variatie 2-50) De hoogst opgehangen kast waarin werd gebroed, is die aan de watertoren Axel op circa 50 m hoogte. Figuur 9. Aantalsverloop van de Torenvalk in Zeeland in de periode Jonge Torenvalk in een nestkast in de Kleine Albertpolder (mzv) nabij Zandstraat. De foto is gemaakt op 7 juli, kort voor het uitvliegen Het gaat om het enige jong van een vijflegsel, waarvan ten minste drie eieren zijn uitgekomen. Het jong werd op 22 juni 2006 geringd en was op basis van de vleugellengte toen 18 dagen oud. Het werd op 27 december 2006 als verkeersslachtoffer in de Braakmanpolder gevonden. Foto: HC. soort N % TOTAAL NAALDBOMEN 1 2 TOTAAL LOOFBOMEN populier Populus spp wilg Salix spp 4 9 diverse 7 16 Totaal Tabel 5: Nestbomen van wildnesten van Torenvalken in Zeeland in de periode Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

14 Boomvalk Falco subbuteo In 2006 zijn er slechts 19 broedparen opgespoord, waarvan in 11 gevallen ook het nest. Het aantal broedparen wordt geschat op en lijkt stabiel, maar de marge is groot (figuur 10) nest terr min max Er werd slechts één nest beklommen. Het ging om een nest met 3 eieren, dat later mislukte. Op diverse plaatsen zoals op Tholen, de Bevelanden en in Zeeuws-Vlaanderen nabij Axel (ozv) en Hoek (mzv) werd in juli, augustus het moment dat jongen kunnen worden verwacht, vrij intensief naar nesten gezocht. Het leverde slechts drie succesvolle nesten op: één met twee en twee met drie jongen. Van de elf gevonden nesten mislukte er vijf. Het geringe aantal gevonden nesten en het grote aandeel mislukkingen, duiden op een voor de Boomvalk slecht verlopen broedseizoen. Boomvalken broeden vooral in open gebieden waar ze gemakkelijk op zwaluwen, het belangrijkste voedsel, kunnen jagen. Vooral met meerdere rijen populieren beplante dijken zijn in trek. Van de 114 nestbomen ging het 108 keer om een loofboom en zes keer om een den. Loofbomen waar in werd gebroed zijn populier 60 keer, Es drie keer, iep drie keer, en Zwarte Els één keer. Twee keer werd gebroed op een hoogspanningsmast. Het nest bevond zich daar op 20 en 43 m hoogte. In bomen bedraagt de gemiddelde nesthoogte 13,4 m (s=4,4, n=52, variatie 4-22). Boomvalken hebben een sterke voorkeur voor de door hen gemakkelijk aan te vliegen nesten van de Zwarte Kraai: 44 op 52 keer. Vier keer werd gebroed in een Buizerdnest, twee keer in een Houtduifnest, één keer in een Eksternest en één keer in een Blauwe Reigernest. aantal Figuur 10. Aantalsverloop van de Boomvalk in Zeeland in de periode Legsel van de Boomvalk in een nest van een Zwarte Kraai Corvus corone nabij de Pannenkeet Nieuw Namen (ozv) op 4 juni Het broedgeval is mislukt. Boomvalken kunnen al vroeg in het territorium aanwezig zijn, maar starten pas omstreeks 1 juni met de eileg. Dit paar werd op 18 april voor het eerst waargenomen. Foto: Pepijn Calle. Boomvalk 25 mei Foto: Niels de Schipper. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

15 Slechtvalk Falco peregrinus In 2006 werden zes nesten van de Slechtvalk gevonden. Dat is twee meer dan in Omdat er ongetwijfeld broedparen zijn gemist wordt de Zeeuwse populatie geschat op 6-8 paren (figuur 11). In 2006 waren er in Zeeland, voor zover bekend, drie voor deze soort opgehangen nestkasten aanwezig. Twee ervan waren bezet, de derde kast, die aan de watertoren van Axel bleef leeg (Willy Vink). aantal De kast bij de centrale in Borssele was vanwege onderhoud aan de toren waaraan de kast was bevestigd tijdelijk weggehaald. In de zomer is de kast teruggeplaatst (Bas Quist). In de omgeving van de centrale vond op een hoogspanningsmast in een oud nest van een Zwarte Kraai een mislukt broedgeval plaats. Er is tenminste een jong geboren wat later, waarschijnlijk tengevolge van een periode met slecht weer, is omgekomen (Niels de Schipper) nest terr min max Figuur 11. Aantalsverloop van de Slechtvalk in Zeeland in de periode Uit de nestkast bij DOW Terneuzen zijn twee jongen uitgevlogen die op 19 mei werden geringd. Het bleek te gaan om een man een vrouw die behalve een ring van het Vogeltrekstation ook van een oranje kleurring zijn voorzien. De man met code S1 de vrouw met code U1. Het complete legsel bestond uit twee eieren, die dus beide zijn uitgekomen. Op basis van de vleugellengte was het eerste ei van 23 maart (Peter van Geneijgen, HC). Zicht op de Braakmanhaven vanuit de Slechtvalkennestkast bij DOW Terneuzen. Foto: HC. Evenals in 2004 is het broedgeval bij Cerestar Sas van Gent mislukt. Ook hier ging het om een tweelegsel (Marco Knipping, HC). De beide niet uitgekomen eieren zijn onderzocht. De vrucht bleek in een vroeg stadium afgestorven (Arnold van den Burg via Peter van Geneijgen). Zowel in het Markiezaats- als het Zoommeer is er gebroed op een hoogspanningsmast. Het resultaat van het broedgeval in het Markiezaatsmeer is niet bekend, dat in het Zoommeer is gelukt. Er is één jong uitgevlogen (Ray Teiexiera). Het zesde broedgeval was het meest spectaculaire. Een geslaagd grondnest aan de rand van een twee meter hoog afgeslagen duin op de Hooge Platen, een eiland in de monding van de Westerschelde. Het gebied is vanwege kwetsbare broedvogelsoorten, vooral sterns, niet toegankelijk. Op basis van de vleugellengte is de eileg gestart op 3 mei (Rob Bijlsma, HC). Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

16 Het jong, een mannetje is uitgevlogen op 13 juni. Zie Beijersbergen 2007 voor een gedetailleerde beschrijving van het eerste geslaagde broedgeval in een grondnest van deze soort sinds 1926! Wespendief Pernis apivorus In 2006 werd voor de tweede keer een succesvol broedpaar van de Wespendief vastgesteld. Er vlogen twee jongen uit. Het broedgeval vond plaats in de Zeepduinen nabij Burgh-Haamstede Het nest bevond zich in een Zomereik op 17 meter hoogte (Van t Hof 2006). Het vorige nest, dat nabij Schuddebeurs (dui) in 1997, zat op 9.5 m hoogte in een Fijnspar. Jong mannetje Slechtvalk nabij het nest op de Hooge Platen (ws) op 7 juli Het nest bevond zich circa één meter hoger. Het ei waaruit het jong is gekropen, werd gelegd op 3 mei. Op de foto is het jong circa dagen 32 dagen oud. Op 13 juli maakte het voor het eerst korte vluchten van meter. 8 Roofvogelvervolging Vooral de Buizerd blijft onderwerp van vervolging. In het verslagjaar hebben zich bij deze soort de volgende bewezen gevallen voorgedaan: In de Bathpolder werd in dec 2005 een met aldicarb vergiftigd exemplaar gevonden (Zoun 2006); bij Sluis werden in februari twee met carbofuran vergiftigde exemplaren gevonden en bovendien enkele met gif bewerkte Waterhoentjes (Zoun 2007). Het met gif bewerken van aas om predatoren te doden is een veel toegepaste methode. Extra schoftig is dat daarvoor Hagelinslag in nestboom van Zwarte Kraai op 27 april 2006 nabij Borssele. Ook het doorschieten van kraaiennesten is verboden. Het kan een aanwijzing zijn voor roofvogelvervolging. Foto: Wannes Castelijns. andere beschermde vogels worden gebruikt; bij Oostburg werd in maart in de Sophiapolder een met carbofuran vergiftigd exemplaar gevonden (Zoun 2007); bij Noordgouwe werd in juni een van het nestvliegende vogel geschoten (Van t Hof 2006). Bij Zonnemaire werd een vogel geschoten (Van t Hof 2006). Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

17 Op 2 juni werden op het Schor van Waarde bij twee Bruine Kiekendiefnesten poepjes van kleine jongen aangetroffen, terwijl de nesten leeg waren. Jonge Zeeuwse Kiekendieven vliegen op zijn vroegst pas op het eind van juni uit. Omdat in beide gevallen er een breed spoor naar het nest liep, wordt aangenomen dat de nesten zijn uitgehaald (Mark Hoekstein). Ook bij de Havik was er een bewezen geval: afschot van een vrouwtje nabij een nest in Zonnemaïre (Van t Hof 2006). Vedachte, niet onomstotelijk bewezen gevallen van roofvogelvervolging, waren er nabij Terneuzen in de Van Lyndenpolder (ozv), Zonnemaïre, Sirjansland (sxh), Oosterland (sch), Middelburg (wal), Borssele (zbe) en Zuiddorpe (ozv). Plaatsen waar het eerder is mis gegaan, en die aan de aandacht van roofvogelaars dreigen te onstnappen, zijn de polders ten westen van de Braakman met nog steeds weinig Buizerds en steeds maar weer mislukkingen van de Bruine Kiekendief zoals bijvoorbeeld bij de de Pyramide (wzv) en de omgeving van Bath (hzb) waar zo maar een sinds 2001 bezet Havikterritorium leeg was. Het gedoe met vergiftigingsgevallen rondom de Braakmanpolder (mzv) lijkt (voorlopig) gestopt. Een compliment voor de opsporingsambtenaren is op zijn plaats. Gevallen van roofvogelvervolging zijn erg moeilijk op te sporen, vooral het uitleggen van gif is een koud kunstje. Thuis bewerk je aas met gif en vervolgens verspreidt je het aas vanuit een rijdende auto. De gemelde gevallen zijn dan ook het topje van de ijsberg. Zichtbare aanwezigheid van opsporingsambtenaren en roofvogelonderzoekers werkt preventief. Wees extra achterdochtig als je ergens niet welkom bent, bijvoorbeeld door het plotseling verschijnen van Art 465-bordjes of door verbaal geweld. 9 Literatuur BIJLSMA R.G Ecologische atlas van de Nederlandse Roofvogels. Schuyt & Co, Haarlem. BIJLSMA R.G Trends en broedsucces van roofvogels in Nederland in Takkeling 15: CASTELIJNS H. 2002, 2004, 2005 en Jaarverslagen Roofvogelwerkgroep Zeeland in serie. Roofvogelwerkgroep Zeeland. Eigen uitgave HOF, R VAN T Broedverslag Schouwen-Duiveland Eigen uitgave. NEWTON I The Sparrowhawk T. & A.D. Poyser Ltd. Calton. KENWARD R The Goshawk. T. & A.D. Poyser Ltd. London. 10 Medewerkers 2006 A Osinga, Ad Polderman, Addy Snoep, Adri Duijnhouwer, Adri Joosse, Alex de Smet, Alex Wieland, André Hannewijk, Andries van der Sloot, Anita Hugense, Awi de Zwart, Barry Pel, Bert Kleijn, Bert Smulders, Bert van Broekhoven, Bianca Bassart, Bram Vroegindeweij, Catharina Mulder, Cees Luijsterburg, Cees van Breemen, Claudia Bassart, Coby van de Slikke, Cor Sol, Dick Gunst, Dick Reijnhout, Dirk Fluijt, Eddy Matthijs, Floor Arts, Franklin Tombeur, Fred Schenk, George van der Hel, Gerald Rozemeijer, H Ravesteijn, Hans Blok, Hans de Bleijker, Harm van Hoeve, Henk Castelijns, Huub Bun, J Wolfs, Jaap Geense, Jaap Poortvliet, Jan Janssens, Jasper Vonck, Jean Maebe, Jenny Buise-Roegiers, Jeroen Castelijns, Johan Calle, Joop Millenaar, Jos de Regt, K Smallegange, Kees Bareman, Kees de Kraker, Kees Rijk, Ko Koekoek, Ko van Hoeve, Leandra Boodt, Leonard Ketting, Luciën Calle, Ludwig Persijn, Marc Buise, Marcel Capello, Marco Knipping, Mark Dieleman, Mark Hoekstein, Mart Rijk, Matthijs de Vries, Merien van Loo, Nico Tijssen, Niels de Schipper, P Hanse, P van de Slikke, Pepijn Calle, Peter Boelée, Peter Heetesonne, Peter Maas, Peter ven Geneijgen, Petrus v t Westeinde, Ploon Duijnhouwer, René Beijersbergen, René van Loo, Rini Snoep, Rinus van t Hof, Rob Remmerts, Stan Van Dievoet, Theo de Kuijper, Tonnie Outermans, W Meyer, W van de Klooster, Walter Van Kerkhoven, Wannes Castelijns, Willy Vink, Wim Lansman. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

18 Bijlage 1. Aantal nestvondsten (nst) broedparen (ter) en minimale (min) en maximale (max) aantalschatting van roofvogels in Zeeland per deelgebied in Voor deelgebieden zie figuur 1 op pagina 5. Deelgebied Bruine Kiek Havik Sperwer Naam code nst ter min max nst ter min max nst ter min max Grevelingen gre Duiveland dui Schouwen sch St Philipsland & Slikken Heen phi Tholen & Rammegors tho Oosterschelde os Noord-Beveland nbe Veerse Meer vm Markiezaat & Zoommeer mar Walcheren wal Zuid-Beveland zbe Hals Zuid-Beveland hzb Westerschelde ws West Zeeuws-Vlaanderen wzv Midden Zeeuws-Vlaanderen mzv Oost Zeeuws-Vlaanderen ozv Totaal Deelgebied Buizerd Torenvalk Boomvalk Naam code nst ter min max nst ter min max nst ter min max Grevelingen gre Duiveland dui Schouwen sch St Philipsland & Slikken Heen phi Tholen & Rammegors tho Oosterschelde os Noord-Beveland nbe Veerse Meer vm Markiezaat & Zoommeer mar Walcheren wal Zuid-Beveland zbe Hals Zuid-Beveland hzb Westerschelde ws West Zeeuws-Vlaanderen wzv Midden Zeeuws-Vlaanderen mzv Oost Zeeuws-Vlaanderen ozv Totaal Deelgebied Slechtvalk Naam code nst ter min max Grevelingen gre Duiveland dui Schouwen sch St Philipsland & Slikken Heen phi Tholen & Rammegors tho Oosterschelde os Noord-Beveland nbe Veerse Meer vm Markiezaat & Zoommeer mar Walcheren wal Zuid-Beveland zbe Hals Zuid-Beveland hzb Westerschelde ws West Zeeuws-Vlaanderen wzv Midden Zeeuws-Vlaanderen mzv Oost Zeeuws-Vlaanderen ozv Totaal Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

19 Bijlage 2. Start eileg (Eerste ei) Aantal eieren, aantal jongen en aantal geringde jongen bij roofvogels in Zeeland in de periode (blad 1). Eerste ei Eieren Eieren per nest Jongen Jongen per nest Ring Jaar min p25 p50 p75 max N Gem Std N Gem Std N Wespendief Pernis apivorus , , Bruine Kiekendief Circus aeruginosus ,0 1, ,9 1, ,9 0, ,5 1, ,8 1, ,7 1, ,0 1, ,5 1, ,8 1, ,3 1, ,9 0, ,4 1, ,8 0, ,7 1, ,5 1, ,3 1, ,2 0, ,1 0, ,5 1, ,2 1, ,2 1, ,4 1, ,8 1, ,7 0, Totaal , , Blauwe Kiekendief Circus cyaneus , Havik Accipiter gentilis ,0 1, , ,5 0, ,8 0, , ,2 0, , ,7 0, Totaal , , Sperwer Accipiter nisus ,0 0, ,5 1, ,0 0, ,6 0, ,1 1, ,1 1, ,1 1, ,3 1, ,0 0, ,0 1, ,2 1, ,0 1, ,8 1, ,9 1, ,6 1, ,7 1, ,1 1, ,1 1, ,2 1, ,4 1, ,6 0, ,4 0, ,5 1, ,1 1, Totaal , , Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

20 Bijlage 2. Start eileg (Eerste ei) Aantal eieren, aantal jongen en aantal geringde jongen bij roofvogels in Zeeland in de periode (blad 2). Eerste ei Eieren Eieren per nest Jongen Jongen per nest Ring Jaar min p25 p50 p75 max N Gem Std N Gem Std N Buizerd Buteo buteo ,0 0, ,7 0, ,0 0, , ,0 0, ,0 0, ,0 0, ,4 0, ,5 0, ,9 0, ,4 0, ,0 0, ,2 0, ,9 0, ,4 0, ,0 0, ,6 0, ,9 0, ,6 0, ,2 0, ,4 0, ,0 0, ,5 0, ,9 0, Totaal , , Torenvalk Falco tinnunculus ,2 1, ,9 1, ,3 0, ,0 0, ,5 0, ,9 0, ,8 1, ,1 1, ,0 0, ,6 1, ,9 0, ,6 1, ,6 1, ,7 1, ,8 0, ,0 1, ,3 1, ,1 1, ,1 0, ,3 1, ,9 0, ,8 1, ,4 0, ,1 1, Totaal , , Boomvalk Falco subbuteo , ,7 1, , ,5 2, ,7 0, ,6 1, ,5 0, ,1 0, ,5 2, ,3 0, ,1 0, ,3 0, ,3 0, ,6 0, ,7 0, Totaal , , Slechtvalk Falco peregrinus , , , ,0 0, ,5 0, , ,0 0, ,3 0, Totaal , , Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland

Cursus Roofvogelnestkartering. Werkgroep Roofvogels Zeeland

Cursus Roofvogelnestkartering. Werkgroep Roofvogels Zeeland Cursus Roofvogelnestkartering Werkgroep Roofvogels Zeeland Wat is nestkartering? Elke (roof)vogel heeft in het broedseizoen een territorium. Tijdens een aantal bezoeken worden alle waarnemingen van (roof)vogels

Nadere informatie

KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden. Roofvogels op de Bevelanden 2008 (Provincie Zeeland)

KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden. Roofvogels op de Bevelanden 2008 (Provincie Zeeland) KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden Mededeling no. XXX (Provincie Zeeland) Roofvogel werkgroep De Bevelanden Wannes Castelijns & Niels de Schipper Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Inleiding... 3 2 Beschrijving

Nadere informatie

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2005

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2005 Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2005 Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Werkwijze... 5 3 Het Zeeuwse landschap... 6 4 Het weer voor en tijdens het broedseizoen van 2005... 6

Nadere informatie

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2007

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2007 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2007 Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Samenvatting...3 2 Inleiding... 4 3 Werkwijze... 5 4 Het Zeeuwse landschap... 6 5 Het weer voor en tijdens het broedseizoen

Nadere informatie

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe. 2017 Walter Van Kerkhoven Tijdens het broedseizoen van 2017 werd onderzoek gedaan naar het voorkomen, broedgedrag

Nadere informatie

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2004

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2004 Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2004 Digitale uitgave Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Werkwijze... 4 3 Het Zeeuwse landschap... 5 4 Het weer... 5 5 Voedselsituatie... 6 6

Nadere informatie

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2002 en 2003

Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2002 en 2003 Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zeeland 2002 en 2003 Digitale uitgave: Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Werkwijze... 4 3 Het Zeeuwse landschap... 5 4 Het weer... 5 5 Voedselsituatie...

Nadere informatie

Mahlerlaan Amsterdam. Roofvogelonderzoek. Opdrachtgever: O.G.A. Tussentijdsverslag : 2 september 2015

Mahlerlaan Amsterdam. Roofvogelonderzoek. Opdrachtgever: O.G.A. Tussentijdsverslag : 2 september 2015 Roofvogelonderzoek Mahlerlaan Amsterdam Opdrachtgever: O.G.A Tussentijdsverslag : 2 september 2015 Onderzoek : drs. Lex van Groningen, dr. M. Kuiper Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen Telefoon: 06-29523020

Nadere informatie

KERKUILEN WERKGROEP TWENTE

KERKUILEN WERKGROEP TWENTE KERKUILEN WERKGROEP TWENTE Broedseizoen kerkuil De start van het broedseizoen kerkuilen was zeer verrassend. Rond half maart werd er op een locatie in Oud-Ootmarsum een nestkast aangetroffen met daarin

Nadere informatie

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven

Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe Walter Van Kerkhoven Voorkomen van Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) in Het Verdronken Land Van Saeftinghe. 2018 Walter Van Kerkhoven In het kader van de volledige broedvogelinventarisatie werd tijdens het broedseizoen

Nadere informatie

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2008

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2008 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 28 Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Samenvatting... 3 2 Inleiding... 4 3 Werkwijze... 5 4 Het Zeeuwse landschap... 6 5 Het weer voorafgaand en tijdens het

Nadere informatie

Roofvogels op De Bevelanden 2007

Roofvogels op De Bevelanden 2007 KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden Mededeling no. 32 Roofvogels op De Bevelanden 2007 (Provincie Zeeland) Roofvogel werkgroep De Bevelanden Niels de Schipper Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Beschrijving onderzoeksgebied

Nadere informatie

in Zeeland in 1995 en -onderzoek in Zeeland gecoördineerd. is het aantal met een aparte

in Zeeland in 1995 en -onderzoek in Zeeland gecoördineerd. is het aantal met een aparte Broedende roofvogels in Zeeland in 1995 Henk Castelijns Met ingang van 1995 worden roofvogelbescherming en onderzoek in Zeeland gecoördineerd. De bescherming wordt behartigd door JanWillem Vergeer en het

Nadere informatie

Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2013

Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2013 Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2013 Londenring 35 5152 NN Drunen 0416 37 88 73 Pagina 1 van 7 Inhoudsopgave Inleiding 3 Onderzoeksgebied 3 Voedselaanbod 4 Resultaten 5 In getallen

Nadere informatie

Roofvogels op De Bevelanden 2006

Roofvogels op De Bevelanden 2006 KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden Mededeling no. 30 Roofvogels op De Bevelanden 2006 (Provincie Zeeland) Roofvogel werkgroep De Bevelanden Niels de Schipper & Wannes Castelijns Inhoudsopgave 1 Inleiding

Nadere informatie

Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017

Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017 Functioneren kunstmatig eiland voor sterns in de Inlaag Oesterput en op eilanden in de Inlaag s Gravenhoek, Noord-Beveland: Broedseizoen 2017 Mark Hoekstein Delta ProjectManagement (DPM) Postbus 315 4100AH

Nadere informatie

Versie Maart Verslag Inventarisatie kansen roofvogels Zuidas- Zuidasdok Maart 2016

Versie Maart Verslag Inventarisatie kansen roofvogels Zuidas- Zuidasdok Maart 2016 Verslag Inventarisatie kansen roofvogels Zuidas- Zuidasdok 2 Inhoud 1. Aanleiding... 3 2. Inleiding en werkwijze... 3 3. Resultaten onderzoek... 5 4. Nader onderzoek... 7 Bijlage I. Kaart geïnventariseerde

Nadere informatie

werkdocument U : TTT-.J 170' r rijksdienst voor de.jsselmeerpolders Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982 in de

werkdocument U : TTT-.J 170' r rijksdienst voor de.jsselmeerpolders Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982 in de ministerie van verkeer en waterstaat rijksdienst voor de.jsselmeerpolders BIBLIOTHEEK R1JKSDIEN"- I VOOR OB werkdocument WSSELMt-H "-"POLDERS i Roofvogel- en uilen broedgegevens van 1977 tot en met 1982

Nadere informatie

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Bescherming Weidevogels Zuid-Holland 2018 Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Dit jaarverslag is tot stand gekomen in samenwerking met 17 actieve weidevogelgroepen

Nadere informatie

Welke uilen en roofvogels zijn dat?

Welke uilen en roofvogels zijn dat? . Welke uilen en roofvogels zijn dat? De vogels zijn volgens de kleurcode onderverdeeld in de volgende groepen: Uilen 10 Valken 30 Overige roofvogels 46 Extra: Vliegsilhouet van de belangrijkste soorten

Nadere informatie

Jaarverslag Bijeneters 2017

Jaarverslag Bijeneters 2017 Jaarverslag Bijeneters 2017 Dit voorjaar werd er weer hoopvol in Nederland uitgekeken naar de bijeneters. Het aantal meldingen van waarnemingen bleef in vergelijking met de voorgaande jaren wat achter.

Nadere informatie

Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland. Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013

Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland. Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013 Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland Verslag van monitoring van aantallen en broedsucces in 2013 Veenweiden steeds belangrijker voor Zwarte sterns in Zuid-Holland Verslag

Nadere informatie

Steenuilenbescherming verslag Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen

Steenuilenbescherming verslag Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen Steenuilenbescherming verslag 2013 Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren Geco Visscher Fred van Geneijgen Dank Op de eerste plaats wil de Steenuilenwerkgroep Echt-Susteren alle erfbewoners bedanken. Zonder

Nadere informatie

Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek. Februari 2014

Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek. Februari 2014 Nieuwsbrief Roofvogelwerkgroep Fruitstreek Februari 2014 Het is begonnen. Misschien iets vroeger dan anders, maar de laatste zonnige dagen levert al baltsgedrag op van buizerds. Het is dan ook deze soort

Nadere informatie

Onderzoek Vleermuizen en jaarrond beschermde nesten. Bos en voormalige tennisbaan. Mahlerlaan Amsterdam

Onderzoek Vleermuizen en jaarrond beschermde nesten. Bos en voormalige tennisbaan. Mahlerlaan Amsterdam Onderzoek Vleermuizen en jaarrond beschermde nesten Bos en voormalige tennisbaan Mahlerlaan Amsterdam Opdrachtgever: O.G.A Datum : oktober 2013 Auteur : M. Kuiper Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen Telefoon:

Nadere informatie

Nationaal Park Hoge Kempen

Nationaal Park Hoge Kempen !! Nationaal Park Hoge Kempen Wat is een vogel? Wat is het verschil tussen roofvogels en uilen? Zijn er grote verschillen tussen roofvogels? Hoe kan ik roofvogels herkennen? Wat is de grootste roofvogel?

Nadere informatie

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar Kerkuilen Werkgroep Bevelanden Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar JAARVERSLAG 2017 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave KUWG Bevelanden contactgegevens... 1 Wie zijn wij..... 2

Nadere informatie

KAVEL 2 EN 3 FLORA- EN FAUNADOSSIER. Opdrachtgever: O.G.A. periode : versie: : 16 mei Auteur : M. Kuiper

KAVEL 2 EN 3 FLORA- EN FAUNADOSSIER. Opdrachtgever: O.G.A. periode : versie: : 16 mei Auteur : M. Kuiper FLORA- EN FAUNADOSSIER KAVEL 2 EN 3 Opdrachtgever: O.G.A periode : 2011-2014 versie: : 16 mei 2014 Auteur : M. Kuiper Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen Telefoon: 06-29523020 E-mail: info@natuurbeleven.nl

Nadere informatie

DE VALKEN. HET SMELLEKEN (Falco comlumbarius) Uiterlijke kenmerken

DE VALKEN. HET SMELLEKEN (Falco comlumbarius) Uiterlijke kenmerken DE VALKEN HET SMELLEKEN (Falco comlumbarius) Uiterlijke kenmerken Het mannetje is met een lengte van 27 cm. niet veel groter dan een merel. Het vrouwtje meet ca. 33 cm. Buiten de afmeting is er een duidelijk

Nadere informatie

Vogelwacht Akkerwoude e.o.

Vogelwacht Akkerwoude e.o. NESTKASTINVENTARISATIE FERMANJEBOSK 2010 Tijdens de gure sneeuwwinter waren er in dit bos twee grote zilverreigers aanwezig, welke bij de opengebleven plekken in de sloten (bij de duikers) hun dagelijkse

Nadere informatie

Roofvogels en Boommarters Martes martes in de duinen bij Castricum in 2015

Roofvogels en Boommarters Martes martes in de duinen bij Castricum in 2015 Roofvogels en Boommarters Martes martes in de duinen bij Castricum in 2015 Jos A. Vroege Het aantal succesvolle broedgevallen van de Sperwer Accipiter nisus in de duinen bij Castricum neemt de afgelopen

Nadere informatie

Ornithologisch jaarverslag Texel 2009

Ornithologisch jaarverslag Texel 2009 Ornithologisch jaarverslag Texel 2009 Een uitgave van de Vogelwerkgroep Texel Systematische lijst Knobbelzwaan Cygnus olor Broedgegevens: broedend. Tijdens de hoogwater- en ganzen- en zwanentellingen werd

Nadere informatie

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2011

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2011 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2011 Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Intro... 3 2 Samenvatting... 4 3 Werkwijze... 6 4 Het Zeeuwse landschap... 7 5 Het weer voorafgaand en tijdens het broedseizoen

Nadere informatie

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2014

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2014 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 214 Uitgave: Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Intro... 3 2 Samenvatting... 4 3 Werkwijze... 6 4 Het Zeeuwse landschap... 7 5 Het weer voorafgaand en tijdens

Nadere informatie

Vogelwerkgroep De Kempen. Nieuwsbrief. Wespendievenonderzoek in de Kempen 2012.

Vogelwerkgroep De Kempen. Nieuwsbrief. Wespendievenonderzoek in de Kempen 2012. Vogelwerkgroep De Kempen Postadres: Kermisberg 6, 5508 DW Veldhoven Website: www.vwgdekempen.nl Gironummer: 5859111 - Kamer van Koophandel: 40238962 Nieuwsbrief Wespendievenonderzoek in de Kempen 2012.

Nadere informatie

Geslaagd broedgeval Slechtvalk in de stad Zutphen

Geslaagd broedgeval Slechtvalk in de stad Zutphen 8 Vogelwerkgroep Zutphen e.o. Geslaagd broedgeval Slechtvalk in de stad Zutphen door Rob van Swieten rovansw@hotmail.com Dat vogels zich niet altijd laten leiden door beschermingsprojecten zoals het plaatsen

Nadere informatie

De Steenuil in 2000 Broedbiologische data aan de hand van de nestkaarten uit 2000

De Steenuil in 2000 Broedbiologische data aan de hand van de nestkaarten uit 2000 De Steenuil in 2 Broedbiologische data aan de hand van de nestkaarten uit 2 1. Inleiding Sinds 1996 worden de nestkaarten van de Steenuil die in het kader van het nestkaartenproject ingevuld worden tevens

Nadere informatie

Zeeuws-Vlaanderen een bolwerk van de Bosuil Strix aluco in Zeeland, maar hoe lang nog?

Zeeuws-Vlaanderen een bolwerk van de Bosuil Strix aluco in Zeeland, maar hoe lang nog? Zeeuws-Vlaanderen een bolwerk van de Bosuil Strix aluco in Zeeland, maar hoe lang nog? Sinds het eind van de jaren negentig is het aantal waarnemingen van de Bosuil in Zeeuws- Vlaanderen sterk toegenomen.

Nadere informatie

Na het karteren is het zoeken van het

Na het karteren is het zoeken van het BROEDBIOLOGISCH ONDERZOEK Na het karteren is het zoeken van het nest alleen nodig als je tenminste drie maal het nest kan bezoeken voor het meten van het uitkomst- en broedsucces. Bij de nestcontroles

Nadere informatie

KRAAIACHTIGEN. Ze zijn te zien rond het huis en ook op het platteland. Het zijn slimme dieren die zich goed aan de mens hebben aangepast.

KRAAIACHTIGEN. Ze zijn te zien rond het huis en ook op het platteland. Het zijn slimme dieren die zich goed aan de mens hebben aangepast. KRAAIACHTIGEN Vijf soorten van de kraaienfamilie zijn in Vlaanderen algemeen verspreid, het zijn de Vlaamse gaai, de ekster, de kauw, de roek en de zwarte kraai. Ze zijn te zien rond het huis en ook op

Nadere informatie

Broedparen Blauwe kiek

Broedparen Blauwe kiek 7 9 91 93 95 97 99 1 3 5 7 9 13 17 Roofvogelinventarisatie Ameland. Broedparen Roofvogels 17. Evenals voorgaande jaren hebben wij de gegevens van de broedende roofvogels op Ameland in nauwe samenwerking

Nadere informatie

Effecten op de boomvalk van het Bp Lelylaan te Amsterdam

Effecten op de boomvalk van het Bp Lelylaan te Amsterdam Effecten op de boomvalk van het Bp Lelylaan te Amsterdam Effecten op de boomvalk van het Bp Lelylaan te Amsterdam Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden Amsterdam Nieuw

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 4 e jaargang 2014 Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: * Verslag broedseizoen 2014 * Broedresultaten steenuil 2014 * Terugmeldingen geringde vogels * Oorkonde vijf jaar broeden

Nadere informatie

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 André van Kleunen en Gert Ottens Een paar jaar geleden hebben we in de Provinciale Nieuwsbrief van SOVON en in de Kruisbek aangekondigd

Nadere informatie

Broedvogels van de HAPERTSE HEIDE

Broedvogels van de HAPERTSE HEIDE Broedvogels van de HAPERTSE HEIDE Broedvogelmonitoringproject, seizoen 1997 Samenstelling: Vogelwerkgroep De Kempen: Hans Hermans Ben Jacobs Tonny van der Vleuten Carlo van Wely Jan van der Zee November,

Nadere informatie

Succesvol 7-legsel in 2008

Succesvol 7-legsel in 2008 Pascal Stroeken & Ronald van Harxen Zuidoost-Achterhoek Van grote legsels bereiken vaak niet alle jongen de uitvliegleeftijd. In 2008 volgden wij een opmerkelijke groot legsel van 7 eieren, waarvan alle

Nadere informatie

Hoeveel roofvogels zijn er? Waar ze voorkomen

Hoeveel roofvogels zijn er? Waar ze voorkomen Hoeveel roofvogels zijn er? Op de hele wereld leven 313 roofvogelsoorten. Je moet daarbij denken aan gieren, arenden, buizerd- en havikachtigen en valken. Maar ook aan soorten met mooie namen als caracara,

Nadere informatie

Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen.

Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen. Handleiding tellingen Er zijn drie tellingen waaraan u mee kunt doen. Deze tellingen staan los van elkaar dus u kunt zelf bepalen aan welke tellingen u mee wilt doen. Als er onduidelijkheden zijn over

Nadere informatie

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar

Kerkuilen Werkgroep Bevelanden. Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar Kerkuilen Werkgroep Bevelanden Bron: Stichting Kerkuilen Werkgroep Nederland. Foto: Andre Eijkenaar JAARVERSLAG 2018 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave KUWG Bevelanden contactgegevens... 1 Wie zijn wij..... 2

Nadere informatie

Broedseizoen 1999 in Achterhoek en Liemers

Broedseizoen 1999 in Achterhoek en Liemers Broedseizoen 1999 in Achterhoek en Liemers Inleiding Het aaneengesloten gebied van de Achterhoek en Liemers in Oost-Nederland vormt momenteel een van de bolwerken voor de Steenuil in Nederland. Het vormt

Nadere informatie

Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders

Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders Terug een topjaar voor de bruine kiekendieven in de Westkustpolders Net zoals bij onze kerkuilen beleefden we vorig jaar ook bij de bruine kiekendieven een topjaar met een totaal van maar liefst 38 broedgevallen.

Nadere informatie

Roofvogels in Groningen in 1994

Roofvogels in Groningen in 1994 Roofvogels in Groningen in 1994 Johan Vochteloo en Lex Tervelde In de provincie Groningen werden in 1994 vier gebieden min of meer systematisch onderzocht (aandachtsgebieden): het Oldambt, Westerwolde,

Nadere informatie

Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016

Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016 Functioneren kunstmatige eilanden voor visdieven in de Inlaag Oesterput op Noord-Beveland en in de Inlaag Neeltje Jans: Broedseizoen 2016 Mark Hoekstein & Sander Lilipaly Delta ProjectManagement (DPM)

Nadere informatie

Dit verslag is samengesteld door: Jan van Dijk, Mgr. Nolenslaan 19, 8014 AS Zwolle

Dit verslag is samengesteld door: Jan van Dijk, Mgr. Nolenslaan 19, 8014 AS Zwolle Roofvogels en Uilen in Zwolle Jaarverslag 2014 De gegevens in dit verslag werden mede verzameld door: Henk Rensink, Bé Schilder, Reinier Smabers, Daiva Grigaite, Yaco Maestre, Henk Kroeze, Henk Mellema,

Nadere informatie

N.O.P. Papegaaienpark

N.O.P. Papegaaienpark (nestkastproject) M. Sloendregt N.O.P. Papegaaienpark 2 Nestkasten verslag Papegaaienpark Stichting N.O.P. 28 Wil de Veer INLEIDING Op verzoek van de eigenaar van het Nederlands Opvangcentrum voor Papegaaien,

Nadere informatie

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap (nestkastenproject) Golfbaan Welschap 4 Nestkastenverslag Golfbaan Welschap, 27 Wil de Veer In het voorjaar werd samen met diverse vrijwilligers begonnen met de noodzakelijke schoonmaak van de nestkasten.

Nadere informatie

Bruine kiekendieven in 2005

Bruine kiekendieven in 2005 Bruine kiekendieven in 2005 Het goede muizenjaar 2004 kreeg in 2005 een vervolg waardoor het ook voor de bruine kiekendief een uitstekend jaar werd. Dit zien we onmiddellijk aan het aantal broedgevallen.

Nadere informatie

Vestiging en recente toename van Raven als broedvogel in Noord Brabant

Vestiging en recente toename van Raven als broedvogel in Noord Brabant Vestiging en recente toename van Raven als broedvogel in Noord Brabant Leo Ballering District Coordinator Oost Brabant Zeldzame Broedvogels Sovon Vogelonderzoek Nederland Inhoud presentatie Karakteristieken

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014

Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014 Broedvogelinventarisatie Ecodorp Bergen Voorjaar 2014 inventarisatie en verslag : Dook Vlugt d.vlugt@quicknet.nl contactpersoon Ecodorp : Sjaak van der Woude 1. Inleiding 2. Havik 3. Resultaten inventarisatie

Nadere informatie

Holenduif. Zes eieren

Holenduif. Zes eieren Weer nieuwe kasten In februari is er weer een aantal nieuwe kasten opgehangen. Ook is er een aantal kasten vervangen omdat ze van ouderdom uit elkaar vielen. Tevens zijn enkele kasten verhangen omdat de

Nadere informatie

Bossen saai? Hoezo saai. 150 jaar geleden: zand en droogte

Bossen saai? Hoezo saai. 150 jaar geleden: zand en droogte Bossen saai? Hoezo saai 150 jaar geleden: zand en droogte Planken Wambuis (Harderwijkerweg), juli 1966 wateroverlast! 40 jaar geleden, woeste grond voorgoed passé Bos nu: ouder en diverser, tweede boomlaag

Nadere informatie

Gebruikte coderingen voor de Digitale Nestkaart

Gebruikte coderingen voor de Digitale Nestkaart Gebruikte coderingen voor de Digitale Nestkaart De codes staan weergegeven per tabblad. Een deel van de codes kan zelf worden gebruikt, de overige codes worden door het programma gebruikt zonder dat de

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2012

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2012 Plaats hie r uw beric ht. He t be richt hee ft h et m eeste eff ect als u h et nie t lan ger ma akt d an tw ee o f dri e zinn en. NIEUWSBRIEF 1 2012 Was wederom een succesvol Kerkuilen jaar In dit jaar

Nadere informatie

Resultaten. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe. Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland.

Resultaten. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe. Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland Juni 2015 Inleiding Door de provincie Gelderland is verzocht om een update te maken van

Nadere informatie

De Takkeling. Jaargang 18 (2010), nummer 1. Werkgroep Roofvogels Nederland

De Takkeling. Jaargang 18 (2010), nummer 1. Werkgroep Roofvogels Nederland De Takkeling Jaargang 18 (2010), nummer 1 Werkgroep Roofvogels Nederland De Takkeling is een uitgave van de stichting Werkgroep Roofvogels Nederland (WRN). De WRN is een landelijke werkgroep die de belangen

Nadere informatie

VERSLAG MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2014

VERSLAG MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2014 VERSLAG MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2014 Frank Sidler In 2010 heeft de Vogelwacht Utrecht de Midwintertelling roofvogels in haar werkgebied de provincie Utrecht nieuw leven ingeblazen. In de periode van

Nadere informatie

De roofvogels en uilen in het bosgebied Buikheide - Halve Mijl in 2001

De roofvogels en uilen in het bosgebied Buikheide - Halve Mijl in 2001 -1- De roofvogels en uilen in het bosgebied Buikheide - Halve Mijl in 2001 JACQUES V AN KESSEL, J AN KOLSTERS & WIM DEEBEN Vanaf 1995 is het bosgebied Buikheide-Halve Mijl (Vessem-Veldhoven) jaarlijks

Nadere informatie

K.N.N.V. afd. Vriezenveen

K.N.N.V. afd. Vriezenveen K.N.N.V. afd. Vriezenveen Project: Torenvalk 2017 (foto: G. Schepers) Contactadres: Johan Nipuis Westeinde 230 7671 CJ Vriezenveen Tel. 0546-565872 Verslag activiteiten en resultaten van het Torenvalkproject

Nadere informatie

Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2012

Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 2012 Oktober 0 Theo Putters Roofvogel gegevens Loonse en Drunense duinen e.o. Jaar 0 Theo Putters Londenring NN Drunen 06 7 88 7 Pagina van 7 Oktober 0 Theo Putters Inhoudsopgave Inleiding Onderzoeksgebied

Nadere informatie

!!!!"### " $% + " $% -""!. /"0%. + %"" 1 "" 3 '$ + * + + * +1 5*!! 1"! '!' 5%!.* " " "!.%%"!%%!-8! " $% *8! %! 9: $% !$!!

!!!!###  $% +  $% -!. /0%. + % 1  3 '$ + * + + * +1 5*!! 1! '!' 5%!.*   !.%%!%%!-8!  $% *8! %! 9: $% !$!! 1 !!!!"### #$% $% &'() " $% %""*$ +, " $% %""* -""!. /"0%.!*% + %"" 1 "" 2 3 '$ + * + " $% + + * ++ 4""% +1 5*!! +2 4""*! 1"! '!' '() $""" '()6 "%##!& 4&*!7 5%!.* " " "!.%%"!%%!-8!!'() 8%!!""" %"" $% *8!

Nadere informatie

Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers

Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers Verslag 2017 Uilenwerkgroep de Oelenwappers Het broedseizoen 2017 is voor de vier vogelsoorten waarvoor we nestkasten geplaatst hebben een succesvoljaar geweest. Het meest trots zijn we op het feit dat

Nadere informatie

DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017

DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017 DE SLECHTVALKEN in Liempde, 2017 Sinds eind 2015 is er een koppel slechtvalken aanwezig op de Sint- Jans OnthoofdingsKerk van Liempde. In 2016 had het koppel drie eieren en bracht het één jong vrouwtje

Nadere informatie

Verslag integrale telling roofvogels 16 en 17 december 2006.

Verslag integrale telling roofvogels 16 en 17 december 2006. Verslag integrale telling roofvogels 16 en 17 december 2006. Raymond van Breemen, John Frijters en Harry van Vugt. Inleiding Voor de derde winter op rij hebben we in het weekeind van 16 en 17 december

Nadere informatie

Monitoringsnieuwsbrief 1 mei 2016

Monitoringsnieuwsbrief 1 mei 2016 Monitoringsnieuwsbrief 1 mei 2016 Monitoring akkerranden in Zeeland Afgelopen winter (2015 2016) is er een start gemaakt met het monitoren van akkervogels. Poldernatuur Zeeland was hiermee één van de eerste

Nadere informatie

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk

Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk 3 e jaargang Editie steenuil Nieuwsbrief Vogelwerkgroep IVN Oisterwijk Inhoud: Broedresultaten Steenuil 2013 Assistent-ringers Braakballen! LOVO Opvallende zaken Veilige drinkbak voor de steenuil in het

Nadere informatie

Broedparen Blauwe kiek

Broedparen Blauwe kiek Roofvogelinventarisatie Ameland. Broedparen Roofvogels 15. Evenals in de voorgaande jaren hebben wij de gegevens van de broedende roofvogels op Ameland in nauwe samenwerking met de medewerkers van Staatsbosbeheer

Nadere informatie

Achtergrondinformatie voor groep 3/4. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Zo herken je hem

Achtergrondinformatie voor groep 3/4. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Zo herken je hem Overname en dupliceren van dit materiaal is alleen toegestaan voor educatieve en niet-commerciële doeleinden en alleen als het materiaal is voorzien van een bronvermelding. Vogelbescherming Nederland,

Nadere informatie

Onderzoek Wespendief Kempenbroek Volg de Wespendief, Weerterbos 2013

Onderzoek Wespendief Kempenbroek Volg de Wespendief, Weerterbos 2013 Onderzoek Wespendief Kempenbroek 2013-2015 Volg de Wespendief, Weerterbos 2013 Door de Vogelwerkgroep Nederweert worden in de gemeente Nederweert al 20 jaar zeldzame en schaarse broedvogels in kaart gebracht.

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2011

VERSLAG VAN DE MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2011 VERSLAG VAN DE MIDWINTER ROOFVOGELTELLING 2011 Frank Sidler In 2010 werd een nieuwe start gemaakt met de provinciale roofvogeltelling. Dit jaar werd de Midwinter Roofvogeltelling gehouden in de periode

Nadere informatie

KRAAIACHTIGEN DE ZWARTE KRAAI

KRAAIACHTIGEN DE ZWARTE KRAAI KRAAIACHTIGEN DE ZWARTE KRAAI (Corvus corone corone) Zwarte vogel van ongeveer 47 cm. met donkergrijze snavel en poten. In de vlucht staan de eerste 4 handpennen vrij ver uit elkaar. De kraai maakt een

Nadere informatie

Onderzoek naar. Kem pen 2008 Jacques van Kessel en Plete, Wou'e. Het onderzoeksge bied Het in 2008 onderzocht gebied is 224 km 2

Onderzoek naar. Kem pen 2008 Jacques van Kessel en Plete, Wou'e. Het onderzoeksge bied Het in 2008 onderzocht gebied is 224 km 2 ~-... ~~ - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - Onderzoek naar wespendieven Kem pen 2008 Jacques van Kessel en Plete, Wou'e Er is ook

Nadere informatie

Roofvogels op Voorne-Putten

Roofvogels op Voorne-Putten Roofvogels op Voorne-Putten Roofvogels Met roofvogels worden meestal twee, niet aan elkaar verwante orden van vogels bedoeld: de Accipitriformes en de Falconiformes. Roofvogels zijn niet de enige vogels

Nadere informatie

VEERTIG JAAR BROEDENDE ROOFVOGELS IN NIEUWEGEIN

VEERTIG JAAR BROEDENDE ROOFVOGELS IN NIEUWEGEIN VEERTIG JAAR BROEDENDE ROOFVOGELS IN NIEUWEGEIN Werkgroep Avifauna van Nieuwegein In de afgelopen dertig jaar zijn grote gebieden rond Amersfoort, Utrecht, Nieuwegein en Maarssen in rap tempo verstedelijkt.

Nadere informatie

Uilenwerkgroep Waasland

Uilenwerkgroep Waasland Uilenwerkgroep Waasland Kerkuil doet het in 2012 nog beter dan in 2011! Herinnert u zich nog de titel Kerkuil doet het goed in 2011 1 waarin we fier berichtten over een topjaar voor de Kerkuil (Tyto alba)

Nadere informatie

Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers

Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers Verslag 2016 Uilenwerkgroep Zutphen de Oelenwappers Het broedseizoen verliep na een aarzelend begin goed. Steenuil en vooral kerkuil hebben voor een mooi nageslacht gezorgd. Bij de torenvalk viel het broedresultaat

Nadere informatie

Verslag Vogelwerkgroep IVN Vijlen-Vaals en Gemeente Vaals 2014

Verslag Vogelwerkgroep IVN Vijlen-Vaals en Gemeente Vaals 2014 Verslag Vogelwerkgroep IVN Vijlen-Vaals en Gemeente Vaals 2014 Door de zachte winter en het mooie voorjaar zag het er rooskleurig uit voor onze vogels. Door het milde weer waren de planten 3 weken eerder

Nadere informatie

K.N.N.V. afd. Vriezenveen

K.N.N.V. afd. Vriezenveen K.N.N.V. afd. Vriezenveen Project: Torenvalk 2017 (foto: G. Schepers) Contactadres: Johan Nipuis Westeinde 230 7671 CJ Vriezenveen Tel. 0546-565872 Verslag activiteiten en resultaten van het Torenvalkproject

Nadere informatie

info@copijn.nl Inhoud 1 2 3 4 1 2 1 De Richtlijnen NVTB Versie 2013 kunnen gedownload worden van de site www.boomtaxateur.nl. 2.3.1 Waardecategorie A 2.3.2 Waardecategorie B 2.3.3 Waardecategorie C

Nadere informatie

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke en op hun inhoud gecontroleerd. Binnen ons werkgebied hangen zeer

Nadere informatie

Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland

Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland Nieuwsbrief Jaar van de Patrijs in Zeeland 2013 is door Vogelbescherming Nederland en Sovon uitgeroepen tot het Jaar van de Patrijs. Deze fraaie vogel is de laatste decennia sterk afgenomen (-95%).Ten

Nadere informatie

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2013

Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2013 Jaarverslag Werkgroep Roofvogels Zeeland 2013 Uitgave: Werkgroep Roofvogels Zeeland Inhoud 1 Intro... 3 2 Samenvatting... 4 3 Werkwijze... 6 4 Het Zeeuwse landschap... 7 5 Het weer voorafgaand en tijdens

Nadere informatie

Vogelwerkgroep De Kempen. Nieuwsbrief wespendievenonderzoek in de Kempen 2013.

Vogelwerkgroep De Kempen. Nieuwsbrief wespendievenonderzoek in de Kempen 2013. Vogelwerkgroep De Kempen Postadres: Kermisberg 6, 5508 DW Veldhoven Website: www.vwgdekempen.nl E-mail: info@vwgdekempen.nl Gironummer: 5859111 - Kamer van Koophandel: 40238962 Nieuwsbrief wespendievenonderzoek

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013

NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013 NIEUWSBRIEF OVER HET JAAR 2013 1 2013 Was een moeilijk Kerkuilen jaar In dit jaar waren er 7 broedparen op Texel 3 minder dan in 2012. In het begin van het jaar was het erg stil op Texel wat betreft kerkuilen.

Nadere informatie

Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven

Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven Opdrachtgever Referentie Waterschap Rivierenland Meijer, K. 2014. Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek

Nadere informatie

Resultaten simultaantelling 28 juli 2018.

Resultaten simultaantelling 28 juli 2018. Nieuwsbrief 3: Wespendieven Leenderbos. Resultaten simultaantelling 28 juli 2018. Wespendief 23 juli 2018. Foto: Erik van Asten Leende. In deze Nieuwsbrief de resultaten van de simultaantelling op 28 juli

Nadere informatie

Inventarisatie Roodborsttapuit op de. De Bevelanden

Inventarisatie Roodborsttapuit op de. De Bevelanden KNNV Vogelwerkgroep De Bevelanden Mededeling no. 36 Inventarisatie Roodborsttapuit op de De Bevelanden Niels de Schipper 2009 Inhoudsopgave 3 Inleiding 4 Beschrijving onderzoeksgebied 5 Het weer in het

Nadere informatie

Een gedeeld puntdiagram tenslotte voor de blauwe kiekendief en de zeearend

Een gedeeld puntdiagram tenslotte voor de blauwe kiekendief en de zeearend Midwinter Roofvogeltelling 2017 Van zaterdag 4 tot en met zondag 12 februari 2017 hield de Vogelwerkgroep Utrecht weer haar jaarlijkse Midwinter Roofvogeltelling. Sinds 2010 trekken tellers van de werkgroep

Nadere informatie

overvliegende vogels gezien, wat wijst op aankomst van vogels van elders. Het hoogste aantal bedroeg 5 ex >zw op 30 oktober.

overvliegende vogels gezien, wat wijst op aankomst van vogels van elders. Het hoogste aantal bedroeg 5 ex >zw op 30 oktober. overvliegende vogels gezien, wat wijst op aankomst van vogels van elders. Het hoogste aantal bedroeg 5 ex >zw op 30 oktober. Kleine Bonte Specht Dendrocopos minor Van 12 maart t/rn 7 april verbleef l'i'

Nadere informatie

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181)

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemeente Werkendam t.a.v. C.A.A.M. de Jong Postbus 16 4250 DA Werkendam Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemert, 5 augustus 2010 Geachte heer/mevrouw

Nadere informatie