Ondersteuningsprofiel

Transcriptie

1 Ondersteuningsprofiel 1. Inleiding Het ondersteuningsprofiel (OSP) is een instrument om de ondersteuning die scholen bieden en de kwaliteit ervan op een eenvoudige manier in beeld te brengen. De mogelijkheden van de school voor het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften worden in het OSP beschreven. Dat levert een beeld op van zowel de onderwijsinhoudelijke als de procesmatige en structurele kenmerken van de school op het niveau van basis- en extra ondersteuning. In het OSP beschrijft de school welke ondersteuning zij nu kan realiseren. Daarnaast wordt ook beschreven hoe de school zich wil ontwikkelen. De omschrijvingen in het OSP worden in handelingsgerichte termen gesteld. Met het OSP kunnen samenwerkingsverbanden en besturen snel informatie verzamelen over de basisondersteuning, over de zorgzwaarte, over de deskundigheid, de voorzieningen en over de eventuele extra ondersteuningsmogelijkheden van hun scholen. Ze brengen daarmee in beeld in hoeverre het zorgaanbod binnen de eigen regio dekkend is. 2. Algemene gegevens Naam van de school: Brinnummer: Locatie / vestiging Soort onderwijs: Samenwerkingsverband Datum vaststelling profiel Datum evaluatie en update profiel Rehobothschool eldermalsen 04Q OB-locatie: Anjerstraat 2, 4191 KZ eldermalsen BB-locatie: Laan van Leeuwenstein 6, 4191 NB eldermalsen Basisonderwijs PO landelijk reformatorisch SW (PO0001), Berséba, regio midden juni juni augustus oktober Onderwijsconcept Identiteit Kenmerkend voor de identiteit van onze schoolorganisatie is de verbondenheid aan het Woord van od. Hierin ligt verwoord dat wij aan Hem verantwoording schuldig zijn en dat ons bezig zijn moet staan in de dienst van de Heere. Daar heeft Hij als onze Schepper en Onderhouder recht op. Wij proberen in afhankelijkheid van od biddend onze weg te zoeken. Bij de doordenking van wat goed is voor de kinderen en de school moet het hoge doel van Mattheüs 22 leidend zijn: od liefhebben bovenal en onze naaste als onszelf. Kenmerkend voor onze school is dat alle leerlingen van de school bij een kerkelijke gemeente horen. De betrokkenheid vanuit deze kerken is zeer groot. De school wordt als een waardevol bezit gezien waar kinderen gevormd worden voor het leven. Heel praktisch voor de maatschappij waarin zij opgroeien, maar veel meer dat het onderwijs heen wijst naar de eeuwige bestemming. De boodschap van genade die te vinden is door het verzoenend werk van de Heere Jezus Christus klinkt dagelijks door in het onderwijs. 1

2 Organisatie Binnen het traditionele leerstofjaarklassensysteem bieden wij veel structuur en eenduidigheid in de school. Deze basis biedt heel veel mogelijkheden om op een verantwoorde manier aan te sluiten bij het eigene van kinderen. We geven klassikaal onderwijs waar het kan en stemmen af waar nodig. In alle groepen wordt bij de basisvakken gedifferentieerd op minimaal drie en maximaal vijf niveaus. Bij rekenen en taal vormt het Zwols model hiervoor de basis. Resultaatgericht In het schooljaar zijn we gestart met resultaatgericht werken. Analyse van de resultaten op school-, groeps- en leerlingniveau is bepalend voor het handelen in de periode die volgt op de leerlingbesprekingen. Wij streven op onze school naar een goede pedagogische relatie en een positieve werksfeer. Enkele belangrijke kenmerken daarvan zijn: veiligheid, vertrouwen, gezelligheid, duidelijkheid, gehoorzaamheid, liefde voor het kind en oog hebben voor de beleving van het kind. Schoolplan In het schooljaar hebben wij als team de uitgangspunten voor ons onderwijs in de schoolplanperiode als volgt geformuleerd: Het vertrekpunt voor ons doen en laten in de school vinden wij in de Bijbel in Mattheüs 22 vers 37 en 39: ij zult liefhebben de Heere uw od, met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. En: ij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Op basis hiervan hebben wij onze kernwaarden geformuleerd die verwerkt worden in de verschillende beleidsterreinen van het schoolplan. erantwoordelijkheid: Alle geledingen bij de school hebben een verantwoordelijkheid ten opzichte van od en onze naaste in de school en daarbuiten. erantwoordelijkheid vertaalt zich in zorg voor onszelf en voor elkaar, zorg voor de schepping en de dingen om ons heen. erantwoordelijkheid is merkbaar in taalgebruik en voorbeeldgedrag. Het is zichtbaar in het leerproces in alle lagen van de school. anuit onze verantwoordelijkheid voor de schepping gaan we nadenken over duurzaamheid. Duidelijkheid: od bracht orde en structuur aan in de schepping bijvoorbeeld in het ritme van dag en nacht. Dit is goed voor mensen. Zo geeft ritme en structuur ook overzicht aan het leven van ons en de kinderen. Regels en afspraken helpen om overzicht te houden. Daarmee creëer je een ruimte voor ontwikkeling, zijn wederzijdse verwachtingen helder, enz. Duidelijkheid over schoolafspraken, procedures en resultaten zorgen voor een optimaal leerproces en geeft betrokkenheid. Betrokkenheid: Een schoolomgeving wordt gekenmerkt door relaties. Allereerst kent dit de verticale dimensie. Het is de Heere od Die ons het leven geeft en Die ons leven leidt. Dit vraagt een betrokkenheid op Hem en Zijn Woord. an daaruit mag er betrokkenheid zijn op elkaar, kinderen onderling, leerkrachten en kinderen, ouders en leerkrachten en onze omgeving. Er wordt gestreefd naar een goede informatievoorziening om de betrokkenheid van iedereen te vergroten. Kernmerkend zijn dan zaken als: meeleven, meedenken, aandacht voor elkaar, zorg voor de naaste. Respect: De door od geschapen wereld kent een enorme diversiteit aan mensen, planten, dieren en dingen. 2

3 anuit verwondering daarvoor dient respect vanzelfsprekend te zijn. Respect voor alles wat met od te maken heeft, respect voor de mensen om ons heen. Respect voor het geschapene. Dit dient merkbaar te zijn in verbale uitingen, in de omgang met elkaar. Oog hebben voor de mogelijkheden en beperkingen van jezelf en de ander. Respect is vooral een houding waarin het gebod uit Mattheüs 22 vers 37 en 39 zichtbaar wordt. Talentontwikkeling: anuit de bewustwording van ieders talenten willen wij groei en bloei bevorderen binnen ieders mogelijkheden. Woorden als differentiatie en verrijking zijn hierbij belangrijk. Intervisie en collegiale consultatie dragen bij tot ontwikkeling van talenten binnen het team. Het streven is niet het maximale in mensen boven te halen, maar collega s en kinderen optimaal tot ontwikkeling brengen. Juist de vele schakeringen die op elkaar inwerken zorgen voor een rijke leeromgeving. Met bovenstaande uitgangspunten kunnen wij vrijwel alle kinderen bieden wat zij nodig hebben en zijn er nauwelijks verwijzingen naar andere vormen van onderwijs nodig. Samenwerkingsverband Onze school maakt deel uit van het landelijk samenwerkingsverband voor reformatorisch primair onderwijs Berséba. De identiteit van dit samenwerkingsverband sluit nauw aan bij de identiteit van de school. Specifieke zorg en begeleiding dient aan te sluiten bij de leefwereld en het denken van het kind en de school. Waar specifieke expertise van het samenwerkingsverband voorhanden is, wordt hiervan gebruik gemaakt. In andere situaties wordt hulp en begeleiding van instanties met specifiekere expertise ingezet. 4. Kengetallen a. Leerlingpopulatie aantal In % Totaal aantal leerlingen (per 1 okt. huidig schooljaar): Aantal leerlingen met leerlinggewicht 0,3 (per 1 okt. huidig schooljaar): Aantal leerlingen met leerlinggewicht 1,2 (per 1 okt. huidig schooljaar): ,8 1 0,2 emiddelde groepsgrootte 25 - b. Leerlingstromen De onderstaande kengetallen betreffen leerlingstromen binnen de school en naar andere of van andere scholen. Zowel het aantal als het percentage (afgezet tegen het totaal aantal leerlingen van de school) is vermeld. % Doorstroom verlengde kleuterperiode 0,7 Doublures 0,5 ersnellers 0 12/13 13/14 14/15 15/16 erwijzing aantal aantal aantal aantal naar SO cluster 1 (slechtziend) 3

4 naar SO cluster 1 (blind) naar SO cluster 2 (ernstige spraak- of taalmoeilijkheden) naar SO cluster 2 (slechthorend) naar SO cluster 2 (doof) naar SO cluster 3 (zeer moeilijk lerend) 1 naar SO cluster 3 (lichamelijk gehandicapt) naar SO cluster 3 (langdurig ziek) naar SO cluster 3 (meervoudig gehandicapt) 1 naar SO cluster 4 (o.a. gedragsproblemen) naar SBO naar BAO (niet veroorzaakt door verhuizing) Terugplaatsing anuit SO anuit SBO c. Ondersteuningszwaarte De onderstaande kengetallen betreffen de ondersteuningszwaarte. Het betreft door een externe professional vastgestelde beperkingen (uitgezonderd de vraag naar leerlingen met een eigen leerlijn en met een ontwikkelingsperspectief). De kengetallen betreffen schooljaar type ondersteuningszwaarte onderwijs- of ondersteuningsbehoeften vanwege leren o Dyslexie 20 o dyscalculie/ernstige rekenproblemen 7 o hoogbegaafdheid 4 o IQ 80 4 onderwijs- of ondersteuningsbehoeften vanwege taalontwikkeling o spraakbeperkingen o taalbeperkingen o TOS 9 o anders, nl. slechthorendheid 1 onderwijs- of ondersteuningsbehoeften vanwege lichamelijke beperkingen o motorische beperking, nl. DCD 0 o langdurige ziekte, nl. Epilepsie 2 o langdurige ziekte, nl. Coeliaki/glutenallergie 3 o langdurige ziekte, nl. ME/Lyme 4 o langdurige ziekte, nl. Hemofilie 2 o langdurige ziekte, nl. lycogeen stapelingsziekte 2 o langdurige ziekte, nl. Stofwisselingsziekte glut-1 1 o langdurige ziekte, nl. Ziekte van Hirschprung 1 o langdurige ziekte, nl. Blarenziekte 1 o langdurige ziekte, nl. A..S. syndroom 1 o langdurige ziekte, nl. Hartafwijking 2 o langdurige ziekte, nl. Jeugdreuma 1 o langdurige ziekte, nl. Diabetes 1 o anders, nl. Niet aangeboren hersenletsel (NAH) 2 o anders, nl. Herstellend na leukemiebehandeling 1 onderwijs- of ondersteuningsbehoeften vanwege gedragsbeperkingen o ASS (Asperger, PDD-NOS) 13 o AD(H)D 10 o anders, nl. ODD o anders, nl. multi onderwijs- of ondersteuningsbehoeften aantal 4

5 o kenmerken ASS + complex, nl. 1 samengesteld gezin met psychiatrische problematiek o nl. ondersteuningsarrangementen samenwerkingsverband o ambulante begeleiding gericht op leren 1 o ambulante begeleiding gericht op gedrag 4 o andere, t.w. ambulante begeleiding voor langdurig zieke leerlingen 5 o andere, t.w. leerachterstanden o aantal leerlingen met een ontwikkelingsperspectief 20 (arr.) + 6 intern OPP aantal arrangementen cluster 1 o slechtziend o blind cluster 2 o ernstige spraak- of taalmoeilijkheden 9 o slechthorend 1 o doof cluster 3 o zeer moeilijk lerend 1 o lichamelijk gehandicapt o langdurig ziek 5 o meervoudig gehandicapt cluster 4 o geen specificatie 4 d. Deskundigheid Onderstaande expertise is binnen de school beschikbaar en/of structureel aanwezig. De school geeft aan óf de expertise aanwezig is en zo ja, of deze intern of extern beschikbaar is. In hoeverre er sprake is van voldoende deskundigheid is afhankelijk van de opleiding en/of ervaring van de medewerker(s). expertise op A / of intern/ extern gedragsbeperkingen bij ja, nl. IB-ers + orthopedagoog Int + ext lichamelijke beperkingen bij ja, nl. IB-ers + AB-cl. 3 Int + ext verstandelijke beperkingen bij ja, nl. IB-ers + orthopedagoog + Int + ext AB cl. 3 slechtziend en blind bij ja, nl. n.v.t. slechthorend en doof bij ja, nl. IB-ers + AB cl.2 Int + ext taal-/spraakbeperkingen bij ja, nl. IB/RT,AB cl. 2, logo, dysl. Int + ext Behandelaar dysfasie n.v.t. dyslexie Int + ext dyscalculie Int + ext rekenspecialist (didactische/organisatorische expertise voor extra ondersteuning) A taalspecialist (didactische/organisatorische expertise voor extra ondersteuning) Int gedragsspecialist pedagogische/organisatorische expertise voor extra Int + ext ondersteuning.) 5

6 hoogbegaafdheid Int + ext sova-trainer Int anders, nl. anders, nl. e. Fysieke voorzieningen De school beschikt over de volgende fysieke voorzieningen: type voorziening rolstoeltoegankelijkheid time-out ruimte (altijd beschikbaar) grotere lokalen (in relatie tot aantal leerlingen) bredere gangen (in relatie tot aantal leerlingen) verzorgingsruimte Revalidatieruimte Snoezelruimte Rustruimte keuken (voor leerlingen) Zwembad anders, nl. ja (j)/nee (n) Ja Ja Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee f. Organisatorische voorziening De school beschikt over de volgende organisatorische voorzieningen: type voorziening SOA-training Korte toelichting Interne SOA-training, jaarlijks voor 6 leerlingen. Expertise: De twee IB-ers en enkele leerkrachten zijn opgeleid als trainer of co-trainer. Aandacht en tijd: Jaarlijks selectieprocedure van september tot december i.s.m. psycholoog van Driestar Educatief. ervolgens 12 middagbijeenkomsten en drie ouder- en leerkrachtavonden. Methodiek: Spelen leren, leren spelen (versie 2016). Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Trainingsruimte in bovenbouwlocatie Samenwerking: Trainers, ouders, leerkrachten en psycholoog. Remedial teaching oor groep 1 t/m 8 zijn gespecialiseerde remedial teachers aanwezig, 2.0 fte. oor leerlingen met een eigen leerlijn is er een hulpklas, waarin zij op eigen niveau instructie krijgen en werken o.l.v. de vaste RT-leerkracht. De ruimte is aangepast met studiebuddy s, onderwijsmaterialen en computer. Plusklas rekenen Eén dag p.w. voor begeleiding voor Kien-rekenen. Ongeveer 45 lln. Krijgen in 4 groepjes begeleiding voor Kien-rekenen. Binnen het Zwols Model zijn dit de niveau-5 leerlingen. Er wordt gebruik gemaakt van het SLO-routeboekje voor compacten en verrijken. Dyslexiebehandeling Drie dagdelen p.w. dyslexiebehandeling verzorgd door BNT-consult te Zaltbommel Expertise: Interne expertise in het voortraject. Onderzoek en advisering door BNT-consult. Orthopedogen van BNT-consult trainen op school. Aandacht en tijd: Extra begeleiding door leerkracht en r.t-leerkracht. Aanpakken en methodieken: Aanpak van Stichting Taalhulp, gebruik van Kurzweil op tablet en computer. Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Wij beschikken over rustige werkkamers voor externe trainers. Samenwerking: Dyslexietrainer, ouders, leerkracht, r.t.-ers en ib-ers. Logopediebehandellocatie Drie dagdelen p.w. behandellocatie van Logo4kids te Tiel, Eén dagdeel per week voor cl. 2 leerlingen door Kinderpraktijk Culemborg. 6

7 Behandellocatie fysiotherapie Schoolmaatschappelijk Werk Prentotheek Eén dagdeel behandellocatie door kinderfysiotherapeut van praktijk Hensens van Marion te Leerdam. De schoolmaatschappelijk werkster wordt regelmatig geconsulteerd en betrokken. Dit gebeurt in het Ondersteuningsteam, maar ook rechtstreeks na advies van IB of leerkracht of op eigen initiatief van ouders. Het contact loopt vaak via telefoon of en verloopt heel effectief. In 2016 is ook een prentotheek ingericht, met veel materiaal voor jonge kinderen ter bevordering van de taalontwikkeling. Er zijn twee uitleenmomenten voor leerlingen van groep 1 en 2. De wens is om dit uit te breiden voor kinderen in de voorschoolse periode. g. Personeel De onderstaande kengetallen betreffen de inzet van functies van belang voor de ondersteuning binnen de school: functie Aantal dagdelen per week leerkracht 3 interne begeleiding 10 onderwijsassistent(e) 9 remedial teaching 16 Intern / extern orthopedagoog Orthopedagoog 1 of 2 dagdelen p.mnd. aanwezig. schoolmaatschappelijk werk op afroep Logopedist 2 dagen p.w.aanwezig op OBlocatie h. Opbrengsten Door de inspectie is aan de school per 10 januari 2013 het volgende arrangement toegekend: Basisarrangement i. Financiën Hieronder geeft de school aan welke inkomsten de school ontvangt vanuit de middelen van het samenwerkingsverband en hoe ze deze middelen voor extra ondersteuning inzet. Betreft het schooljaar 2015/2016. inkomsten: ,00 uitgaven: personeel: extra i.b ,00 extra handen indiv.beg. ll ,00 extra r.t ,00 ervangingen afst. espr ,00 materieel: Onderzoeken, PO, Did ,00 Specifieke materialen 3.000,00 Bijdrageonderzoeken extern 3.000,00 Bijdrage groepstraining dysl ,00 totaal: ,00 De school geeft bij een batig saldo aan hoe ze hiermee omgaat. NB: De verwevenheid van de reguliere leerlingenzorg én de specifieke zorg en begeleiding in het kader van Passend Onderwijs is dermate groot, dat het niet mogelijk is om de financiën gedetailleerd en specifiek te verantwoorden. Ook leerlingenzorg brengt overheadkosten met zich mee, leerkrachten moeten vervangen worden voor gesprekken, enz. 7

8 5. Basisondersteuning De basisondersteuning is het niveau van ondersteuning dat op de school intern (of van buiten naar binnen gehaald) geboden kan worden. Het bestaat uit basiskwaliteit en een aantal preventieve en licht curatieve interventies. Uitgangspunt bij het bepalen bij het niveau van basisondersteuning is het referentiekader. a. Basiskwaliteit De basiskwaliteit is het minimumniveau waaraan volgens de onderwijsinspectie (zie toezichtskader) het onderwijs moet voldoen. In het onderstaande overzicht geeft de school aan hoe het staat met de kwaliteit op de verschillende onderdelen. De aangegeven waardering wordt periodiek getoetst door externe audits vanuit het SW Passend Onderwijs en reguliere schooltoezicht van de onderwijsinspectie. ONDERWIJSLEERPROCES 1 1. Duidelijk De leerkrachten leggen de leerstof op een duidelijke manier uit aan de leerlingen. Ze gaan steeds na of de leerlingen de uitleg goed begrijpen. En tijdens de uitleg wordt de oplossingsstrategie centraal gesteld. 2.Taakgericht De leerkrachten zorgen voor een duidelijke structuur in de onderwijsactiviteiten. Het onderwijsleerproces wordt gekenmerkt door orde en rust. De leerkrachten geven de leerlingen feedback op hun werkhouding en taakaanpak. 3.Activerend De leerkrachten stimuleren de leerlingen om steeds actief mee te doen en mee te denken. De leerkrachten laten de leerlingen regelmatig en op een doelmatige wijze samenwerken. 4.Resultaatgericht De leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de resultaten van de leerlingen. In de groepen wordt gewerkt met streefdoelen voor de basisvaardigheden. De leerkrachten evalueren nauwgezet de resultaten die de leerlingen halen. De leerkrachten gaan met de leerlingen in gesprek over de door hen behaalde resultaten. *In het kader van implementatie van opbrengstgericht werken wordt sinds het schooljaar vooral ingezoomd op analyse van de resultaten op school- en groepsniveau. oor de periode daarna is er ruimte om te gaan werken aan opbrengstgerichte gesprekjes met leerlingen. Leerlingen met een Ontwikkelingsperspectief worden al wel betrokken bij hun vorderingen, te stellen (streef)doelen en de evaluatie daarvan. 5.Afgestemd De leerkrachten stemmen de leerstof af op verschillen in onderwijsbehoeften tussen de leerlingen. De leerkrachten stemmen de instructie af op verschillen in onderwijsbehoeften tussen de leerlingen. De leerkrachten stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in onderwijsbehoeften tussen de leerlingen. De leerkrachten stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. SCHOOLKLIMAAT 6.Betrokkenheid 1 =goed, =voldoende, A= aandachtspunt/ontwikkelpunt. 8

9 De leerkrachten geven de leerlingen positieve persoonlijke aandacht. De leerkrachten bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen. 7.Sfeer De leerkrachten stimuleren leerlingen op een respectvolle manier met elkaar om te gaan. De leerkrachten begeleiden de leerlingen bij het respectvol omgaan met elkaar. 8.eiligheid Naar aanleiding van onderzoek naar de veiligheidsbeleving en analyse van de incidentenregistratie onderneemt de school gerichte acties. De personeelsleden weten hoe ze moeten handelen bij incidenten. LEERSTOFAANBOD 9.olledig aanbod Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en Rekenen en wiskunde betrekken de leerkrachten alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen. 10.elegenheid tot leren De school biedt de leerinhouden voor Nederlandse taal en Rekenen en wiskunde aan zoveel mogelijk leerlingen aan tot en met het niveau van leerjaar 8. De gebruikte methoden kennen een goede doorgaande leerstoflijn. De leerinhouden bij Nederlandse taal passen bij de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Het leerstofaanbod voor groep 1 sluit goed aan op de ontwikkeling van de instromende leerlingen. 11.Toerusten en vormen A* De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen. De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie. *Er worden per groep 10 SOA-lessen per jaar gegeven. Naast enkele vaste thema s wordt ingespeeld op actuele gebeurtenissen in- en buiten de school. Bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie wordt geïntegreerd aangeboden bij Bijbelse eschiedenis en in de zaakvakken. ZOR EN BEELEIDIN 12.Leerlingbegeleiding De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. De leerkrachten volgen systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Analyse van opbrengsten leidt daar waar nodig voor groepjes leerlingen of voor individuele leerlingen tot aanpassing van het onderwijs. De school stelt, indien nodig, voor leerlingen een ontwikkelingsperspectief vast. De school volgt en evalueert het ontwikkelingsperspectief en stellen het indien nodig bij. 13.Leerlingenzorg De leerkrachten signaleren vroegtijdig welke leerlingen bijzondere zorg nodig hebben. Op basis van de analyse van de verzamelde gegevens bepalen de leerkrachten de aard van de zorg voor de leerlingen. De leerkrachten inzicht in de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen. De leerkrachten voeren de zorg planmatig uit. De leerkrachten evalueren regelmatig de effecten van de zorg. 14.Doorstroom van leerlingen 9

10 De leerkrachten gebruiken de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen. De school maakt beredeneerde afwegingen bij de doorstroom van leerlingen binnen de school. De school zorgt voor een warme overdracht tijdens de schoolloopbaan van de leerlingen. 15.Zorgstructuur Er is structureel overleg tussen de leerkracht en de interne begeleider. De school werkt daar waar nodig samen met externe organisaties en deskundigen. Er is regelmatig overleg tussen de interne begeleider en de schoolleiding over het functioneren van de leerlingenzorg. De verdeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden met betrekking tot de zorg is voor ieder duidelijk. De leerkrachten zien zichzelf als de eerstverantwoordelijke voor wat betreft de zorg aan de leerlingen. KWALITEITSZOR 16.oorwaarden voor kwaliteit De school gaat actief na wat de onderwijsbehoeften zijn van de leerlingpopulatie. De school stemt het onderwijsleerproces af op de onderwijsbehoeften van onze leerlingpopulatie. De school gaat na hoe leerlingen zich handhaven in het onderwijs. 17.Systeem van evaluatie De school plant elk jaar activiteiten in om de kwaliteit van het onderwijs te onderzoeken, te borgen, te verbeteren en openbaar te maken. De school heeft doelen en activiteiten op het gebied van kwaliteitszorg vastgelegd in een kwaliteitsbeleidsplan. De schoolleiding zorgt voor een systematische analyse van het onderwijsleerproces en de leerlingopbrengsten met als doel tijdig zwakke plekken te signaleren. De school verzamelt systematisch feedback van personen van buiten de school over de aspecten die zij zelf ook evalueert. *In het schooljaar is gestart met de implementatie van Integraal. Op dit moment is een extern adviseur bezig met het project kwaliteitszorg. Deze zorgt voor een analyse en een advies voor de komende jaren in het verantwoordingsdocument. COMMUNICATIE MET OUDERS 18.Meedenken De personeelsleden laten zich waar nodig informeren over de opvattingen en bevindingen van ouders over de ontwikkeling van hun kind op school en thuis. De ouders/verzorgers van leerlingen worden betrokken bij de zorg aan hun kind. De school ondersteunt de ouders bij de aanpak van hun kind thuis. CONTACTEN MET EXTERNEN 19.Functioneel De school onderhoudt functionele contacten met voor- en naschoolse voorzieningen. De school onderhoudt functionele contacten met scholen voor voortgezet onderwijs. De school onderhoudt functionele contacten met de onderwijsadviesdienst(en). De school neemt actief deel aan relevante netwerken. SCHOOLONTWIKKELIN 20.Resultaatgericht De schoolleiding stimuleert een resultaatgerichte cultuur en draagt dit uit. Het team werkt met schoolspecifieke streefdoelen. Het team werkt planmatig aan goede resultaten. Wanneer de resultaten daar aanleiding toegeven wordt het onderwijsleerproces door het team nader geanalyseerd. De conclusies naar aanleiding van analyses worden 10

11 besproken binnen het team. Het team stelt gezamenlijk verbeteronderwerpen en succesmaten vast. De schoolleiding gaat met de leerkrachten in gesprek over de in hun groep behaalde resultaten en dat in relatie tot hun lesgeven. *In het schooljaar is gewerkt aan de opzet van een cyclus voor opbrengstgericht werken. M.i.v. het schooljaar worden naast IB-gesprekken (deel)teambijeenkomsten gepland voor analyse van de resultaten op school- en groepsniveau. Hierbij worden op basis van tussentijdse opbrengsten streefdoelen geformuleerd voor de komende periode. In het schoolplan zijn voor de hoofdvakgebieden streefdoelen per groep geformuleerd. b. Preventieve en licht curatieve ondersteuning. In deze paragraaf wordt beschreven hoe de school door middel van preventieve en licht curatieve ondersteuning tegemoet komt aan onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van leerlingen. Onder preventie verstaan we in dit geval de basisondersteuning voor alle leerlingen die er op is gericht om tijdig leer- en opvoedingsproblemen te signaleren. roegtijdige signalering vereist de aanwezigheid van diagnostische expertise en kan al dan niet in samenwerking met ketenpartners worden georganiseerd. Ook de zorg voor een veilig schoolklimaat (zowel voor leerlingen als medewerkers) maakt deelt uit van de basisondersteuning. Herkenning problematiek 2 De school is in staat vroegtijdig leer- opgroei en opvoedproblemen te signaleren. Zorgteam / ketenpartners De school beschikt over (of participeert binnen) een zorgteam, dat over voldoende expertise beschikt om op een adequate wijze handelingsgericht te (laten) handelen in de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van leerlingen en gezinnen. De school werkt daarbij samen met de relevante ketenpartners: scholen voor O, (school)maatschappelijk werk, leerplichtambtenaar, D. Dyslexie De school hanteert een sluitende ondersteunings- en zorgaanpak voor leerlingen met dyslexie. (tijdige signalering, op leerling afgestemde aanpak, hanteren van het dyslexieprotocol). Dyscalculie De school hanteert een sluitende ondersteunings- en zorgaanpak voor leerlingen met dysalculie. (tijdige signalering, op leerling afgestemde aanpak) Aanpak voor minder begaafden De school hanteert onderwijsprogramma s en leerlijnen die goed zijn afgestemd op leerlingen met minder dan gemiddelde intelligentie. Aanpak voor meerbegaafden De school hanteert onderwijsprogramma s en leerlijnen die goed zijn afgestemd op leerlingen met meer dan gemiddelde intelligentie. Meervoudig lichamelijke beperking 2 =goed, =voldoende, A= aandachtspunt/ontwikkelpunt. 11

12 De school is fysiek toegankelijk voor en heeft beschikking over hulpmiddelen voor leerlingen met een (meervoudig) lichamelijke beperking. Aangepaste werk- en instructieruimtes en de beschikbaarheid van hulpmiddelen voor leerlingen die dit nodig hebben. Sociale veiligheid en gedragsproblemen De school hanteert een sluitende aanpak op sociale veiligheid en gedragsproblemen. (ortho)pedagogische en/of orthodidactische programma s en methodieken die gericht zijn op sociale veiligheid en het voorkomen en aanpakken van gedragsproblemen. Medische handelingen De school heeft een voor alle medewerkers bekend en toegankelijk protocol voor medische handelingen (wat te doen bij.?, ongelukjes, medicijnen verstrekken, uitvoering van medische handelingen). 6. Extra ondersteuning Alles wat boven de basisondersteuning uitgaat, is extra ondersteuning. In deze paragraaf beschrijven we de extra (specifieke) ondersteuningsmogelijkheden die de school kan bieden. We doen dat in de vorm van arrangementen die al dan niet structureel onderdeel uitmaken van het onderwijsaanbod van de school. Een arrangement bestaat altijd uit meerdere onderdelen, die, waar van toepassing, beschreven worden. Arrangementen Omschrijving arrangement: mediumarrangement cluster 2 Expertise: Intensieve begeleiding AB vanuit het Rotsoord te Utrecht. Inzet van externe (gespecialiseerde) logopedistes in de school t.b.v. leerlingen met ernstige taal-/spraakproblematiek. Aandacht en tijd: Co-teaching door AB-er, inzet r.t.-leerkrachten Protocollen, aanpakken en methodieken: OPP van cl. 2 onderwijs. Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Begeleiding en behandeling op beide locaties. Samenwerking: Leerkracht, ouders, AB-er, r.t.-er en logopedist. Waar nodig samenwerking met WKZ, Ambulatorium en andere hulpverleners. Omschrijving arrangement: Zorg en begeleiding leerlingen met ASS Expertise: De schoolleider beide IB-ers zijn gedragsspecialist en kunnen begeleiden bij diverse vormen van autisme. Collega s volgen incidentele cursussen gericht op ASS, o.a. bij Colette de Bruin. Aandacht en tijd: oornamelijk in de klas door leerkracht. Individuele begeleiding d.m.v. pre-teaching. Protocollen, aanpakken en methodieken: Auti-handboek per individuele leerling beschikbaar, regelmatige afstemming met ouders en betrokkenen, evt. ambulante begeleiding, veel visuele ondersteuning en vast structuren binnen de school aanwezig, doelgerichte informatie in orthotheek aanwezig. Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Op de onderbouwlocatie is een time-outruimte beschikbaar. 12

13 Samenwerking: Orthopedagoog, thuisbegeleiding van Autimaat, afstemming met begeleiding van Pro Persona, Karakter, enz. Omschrijving arrangement: Plusklas voor meer- en hoogbegaafde leerlingen Expertise: De IB-ers en een aantal leerkrachten zijn opgeleid door mw. S. Drent. Aandacht en tijd: 1 dag p.w. begeleiding van excellente leerlingen uit groep 5 t/m 8. Protocollen, aanpakken en methodieken: Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid. Diverse materialen die voor deze specifieke doelgroep ontwikkeld zijn worden ingezet. Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Er is een lokaal beschikbaar voor begeleiding van deze leerlingen. Samenwerking: IB-er, leerkrachten, ouders, orthopedagoog. Omschrijving arrangement: Opvang en begeleiding van leerlingen met cl. 3 indicatie Expertise: Eén dagdeel per week is een AB-er cluster 3 aanwezig voor de begeleiding van leerlingen met een cl. 3 indicatie. Aandacht en tijd: Coaching van leerkrachten en begeleiders door AB-er, inzet r.t.-leerkrachten en onderwijs-assistent. Protocollen, aanpakken en methodieken: Begeleidingsplan REC Cluster-3 Fysieke omgeving (o.a. gebouw): Werkkamers op beide locaties. Samenwerking: Leerkracht, ouders, AB-er, r.t.-er, logopedist en fysio-/ergotherapeut. Waar nodig samenwerking met WKZ en andere hulpverleners. 7 Conclusies en ambities 7.1 Conclusies Basisondersteuning Basisondersteuning: (basiskwaliteit en preventieve- en licht curatieve zorg) De Rehobothschool heeft breed ingestoken op zorg voor leerlingen. Er is veel ruimte voor begeleiding van leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Dit geldt zowel voor zorgleerlingen als meerbegaafde leerlingen. Er wordt veel ondersteuning geboden door deskundige (r.t.-)leerkrachten, intern begeleiders en stagiaires. De school beschikt over veel materialen om beter tegemoet te komen aan de zorgbehoefte van kinderen. Er wordt effectief gebruik gemaakt van digitale middelen. Door de intensieve samenwerking met de ouders wordt er vroeg gesignaleerd en afgestemd op de ontwikkeling van kinderen. Door het contact met de SMW en de nauwe samenwerking met de D is er een grote verwevenheid van opvoeding en onderwijs. edurende de schoolplanperiode willen wij als school een lerende organisatie worden. Er is veel kennis en ervaring aanwezig. Dit is het waard om gedeeld te worden en de ander te helpen in zijn/haar ontwikkeling. In het voorjaar van 2014 is school-breed gestart met collegiale consultaties. Leerkrachten bezoeken elkaars lessen en bespreken hoe ze nog meer af kunnen stemmen op de 13

14 specifieke onderwijsbehoefte van de leerlingen. Daarnaast is in 2015 gestart met twee intervisiesessies per bouw (gr. 1-2, gr.3-4, enz.) per schooljaar. In 2015 is eveneens gestart met kind-gesprekken in groep 4 t/m 8. Leerkrachten worden hiervoor vervangen. oor doel en werkwijze van de kind-gesprekken is een visiedocument opgesteld. Het is de behoefte van het team om de zorg voor leerlingen nog specifieker te beschrijven en nog meer aanvullende materialen aan te schaffen. De taakverdeling en verantwoordelijkheden van interne en externe betrokkenen is niet altijd helder. Er mogen geen hiaten zitten in de beschikbare hulpmiddelen in het begeleidingsproces van de leerlingen. Wij volgen een traject waarin we op basis van opbrengstgericht of onderzoeksmatig werken doelen gaan stellen voor de hoofdvakgebieden. Zo verbinden we consequenties aan de toetsresultaten voor het primaire onderwijsproces en formuleren wij bij de school passende ambities. Ook realiseren wij op deze wijze een passend onderwijsaanbod op het gebied van rekenen, taal en spelling door middel van een differentiatiemodel. 7.2 Ambities Basisondersteuning Basisondersteuning: (basiskwaliteit en preventieve- en licht curatieve zorg) Als school willen wij ons ontwikkelen tot een lerende organisatie, op leerkracht- en leerlingenniveau. Ambities die hieruit voortvloeien zijn opgenomen in het schoolplan Wij noemen hier: Uitbouwen van collegiale consultaties, organiseren van intervisiebijeenkomsten, voeren van kindgesprekken, enz. In 2019 wordt er veel meer van en met elkaar geleerd. Een lerende organisatie doet ook recht aan de talenten van kinderen en medewerkers. Dit komt tot uiting op het gebied onderwijsinhoud en vaardigheden. Een lerende organisatie staat open voor wat de ander te bieden heeft. Dit heeft voor ons ook een verticale dimensie t.o.v. od: Leer mij naar Uw wil te handelen. Daarom willen wij onze identiteit ook nadrukkelijker zichtbaar maken in de gebouwen. Onze ambities zijn geformuleerd in een aantal streefbeelden: Streefbeelden - Wij streven niet naar maximale doelen. Omdat wij vrijwel alle leerlingen een passende plaats kunnen bieden en op alle niveaus recht proberen te doen aan de mogelijkheden van kinderen moeten we tevreden zijn als zij zich op hun eigen niveau ontwikkelen en hun kennis en vaardigheden op een hoger plan brengen. - Kinderen gaan graag naar school en weten waarvóór zij komen. Ze kennen hun eigen doelen en werken daar gemotiveerd aan. - Medewerkers kennen hun eigen mogelijkheden en beperkingen, communiceren hier open over en maken gebruik van elkaars capaciteiten. Intervisie en collegiale consultaties dragen toe aan de professionaliteit van de medewerkers. Streefdoelen en normen voor deze schoolplanperiode - erantwoordelijkheid Aan het einde van deze schoolplanperiode zijn kinderen zich bewust van de eigen verantwoordelijkheid voor de te behalen resultaten. Kinderen zijn in staat conclusies te verbinden aan behaalde resultaten. Leerlingen in groep 1 en 2 zijn verantwoordelijk voor een deel van hun lokaal. 14

15 Leerlingen in groep 3 t/m 8 kunnen conclusies verbinden aan hun toetsresultaten die door de leerkracht in een kindgesprek met hen besproken worden. - Duidelijkheid De identiteit is zichtbaar in de gebouwen aanwezig. Leerkrachten en leerlingen zijn zich bewust van het uitdragen van onze identiteit in woord en geschrift. Leerstof-/werkafspraken en schoolregels zijn duidelijk geformuleerd en worden jaarlijks geëvalueerd. Alle ouders worden geïnformeerd over de behaalde resultaten op tussentijdse toetsen en de eindtoets basisonderwijs. - Betrokkenheid Aan het begin van het schooljaar wordt een avond georganiseerd waarin ouders de leerkrachten informeren over hun zoon of dochter. Jaarlijks vindt minimaal één kindgesprek plaats n.a.v. behaalde tussentijdse resultaten. De oudertevredenheidspeiling heeft op alle onderdelen minimaal een score van 3.7. De personeelstevredenheidspeiling heeft op alle onderdelen minimaal een score van 3.5 De leerlingentevredenheidspeiling heeft op alle onderdelen minimaal een score van 3.5. De resultaten voor Betrokkenheid en Welbevinden van Zien! zijn op groepsniveau minimaal 93%. - Talentontwikkeling Jaarlijks vinden minimaal twee momenten van collegiale consultatie plaats. In de jaarplanning worden twee momenten van intervisie opgenomen. Leerlingen zijn in staat elkaars kwaliteiten te benoemen en in te zetten bij gezamenlijke opdrachten. De opbrengst voor de eindtoets basisonderwijs ligt boven het landelijk gemiddelde. Per schooljaar wordt het streefdoel voor het volgende jaar bepaald. Per hoofdvakgebied worden voor deze schoolplanperiode de volgende streefdoelen gesteld: akgebied roep Streefdoel Techisch Lezen DMT gr. 3 en 4 nw. 3.5 gr. 5 t/m 8 nw. 4.2 Spelling gr. 3 t/m 8 nw. 4.3 Spelling-werkwoorden gr. 7 en 8 nw. 4.2 Begrijpend Lezen gr. 4 t/m 8 nw. 4.2 Rekenen en Wiskunde gr. 3 t/m 8 nw. 4.2 Engels gr. 7 en 8 nw Respect (N.B. I.v.m. invoer van Leerlijnen in groep 1 en 2 worden m.i.v. het schooljaar streefdoelen geformuleerd.) Op onze school wordt respectvol gesproken over kinderen, ouders en leerkrachten. Er wordt door iedereen respectvol gesproken en gehandeld t.o.v. onze andersdenkende naaste in- en buiten de school. 15

16 7.3 Conclusies Extra ondersteuning De school is omringd door een breed scala van externe zorgverleners die begeleiden en ondersteunen in het primaire proces. Hierdoor is het mogelijk om tegemoet te komen aan de begeleidingsbehoefte van vrijwel alle kinderen. De school en de groepen voldoen aan de randvoorwaarden om een veilige pedagogische omgeving te zijn voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften. Daardoor kan aan kinderen met cluster-2, -3 en -4 problematiek een passende begeleiding geboden worden. Ook is er een aanbod voor excellente leerlingen. Er is ruimte voor één dag per week begeleiding. De leerling gaat zelfstandig of in groepjes op vaste momenten in de week aan de slag. Het aanbod van materialen wordt afgestemd op het uiteindelijke programma voor deze leerlingen. Ambities Extra ondersteuning Het aanbod voor excellente leerlingen moet nog verder uitgebouwd worden. Het aanbod van de Plusklas wordt verder uitgebalanceerd om optimaal tegemoet te komen aan het niveau van de leerlingen in deze doelgroep. Komend schooljaar start de Talentcommissie om het aanbod voor verrijking in de eigen groep verder uit te werken. Het team heeft behoefte aan duidelijker criteria voor de keuze voor (speciaal) basisonderwijs. Als school willen we de grenzen van zorg op maat beter in beeld brengen. De factoren die hierin meegewogen worden zijn: 1. De onderwijsbehoefte van het kind Kunnen wij in ons aanbod bieden wat nodig is bij deze specifieke onderwijsbehoeften? Is de leerling nog in ontwikkeling? 2. Het welbevinden van het kind. Is de leerling gelukkig in deze setting? In hoeverre is er sprake van verzuim in relatie met de belasting van school? oelt de leerling zich voldoende veilig? 3. De opvangcapaciteit van de school. Hoe is de draagkracht van de leerkracht? Hoe is de draagkracht van de groep? oelen de medeleerlingen en het personeel zich voldoende veilig? De visie van alle partijen (leerling, ouders, leerkracht, IB er, AB er, externen) op de keuze en het perspectief voor de leerling is van belang. Bij twijfel is extern advies, vanuit het Ondersteuningsteam en het Loket, noodzakelijk. De keuze moet door alle partijen gedragen worden. 16