Inleiding De rechtbank heeft uitspraak gedaan op twee beroepen over de bestuursdwang aan de Wijksestraat 3 in Heusden. Hierover gaat dit voorstel.

Transcriptie

1 Zaaknummer: Onderwerp: uitspraak rechtbank over bestuursdwang Wijksestraat 3 Collegevoorstel Inleiding De rechtbank heeft uitspraak gedaan op twee beroepen over de bestuursdwang aan de Wijksestraat 3 in Heusden. Hierover gaat dit voorstel. Feitelijke informatie Op 1 april 2014 besloot u de eigenaren van het perceel Wijksestraat 3 in Heusden een last onder bestuursdwang op te leggen tot het slopen van het op dit perceel aanwezige bouwwerk. Het tegen dit besluit ingediende bezwaarschrift is op 15 juli 2014 ongegrond verklaard. Tegen de beslissing op bezwaar is beroep ingediend bij de rechtbank. Bij brief van 4 september 2014 is de uitvoering van de bestuursdwang aangekondigd. Het hiertegen ingediende bezwaarschrift is op 28 oktober 2014 niet-ontvankelijk verklaard. Tegen dit besluit is ook beroep ingediend bij de rechtbank. Op 17 november 2014 is het bouwwerk met toepassing van bestuursdwang gesloopt. In de uitspraak van 23 december 2014 verklaarde de rechtbank beide beroepen ongegrond. De rechtbank vermeldde in de uitspraak ten onrechte niet het zaaknummer van het beroep over de aankondiging van bestuursdwang. Daarom rectificeerde de rechtbank dit op 14 januari 2015, in die zin dat het betreffende zaaknummer in de uitspraak is toegevoegd. Afweging Voor de verdere inhoud wordt verwezen naar de bijgevoegde uitspraak. Het voorstel is om de uitspraak voor kennisgeving aan te nemen. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure Vervolgstappen Tegen de uitspraak van de rechtbank kan hoger beroep worden ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. 1

2 Zaaknummer: Onderwerp: uitspraak rechtbank over bestuursdwang Wijksestraat 3 BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 24 februari 2015 besloten: kennis te nemen van de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 23 december 2014, zaaknummers SHE 14/2888 en SHE 14/4345 over de bestuursdwang aan de Wijksestraat 3 in Heusden. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven 2

3 de Rechtspraak Rechtbank Oost-Brabant INGEKOMEN 1 5 JAN 2015 Gemeente Heusden ~ AANTEKENEN I I PER POST [ 1 PER FAX het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen datum 14 januari 2015 onderdeel Afdeling 1 contactpersoon mevr E.l.M. Lowe doorkiesnummer ons kenmerk zaaknummer SHE 14 I 4345 WET V66 uw kenmerk bijlage(n) faxnummer afdeling onderwerp het beroep van P.F.M. Schreuder te Haarsteeg BESTUURSRECHT bezoekadres Leeghwaterlaan BA 's-hertogenbosch correspondentieadres Postbus MA 's-hertogenbosch t f Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts een zaak in uw brief behandelen. Geachte heer/mevrouw, Over het beroep met zaaknummer SHE WET V66 deel ik u het volgende mee. De rechtbank heeft uitspraak gedaan. Ik stuur u een kopie van de uitspraak. lndien in deze uitspraak wordt verwezen naar een uitspraak met een ECLI-nummer, is de tekst van de betreft'ende uitspraak onder dat nurnmer gepubliceerd op Tegen deze uitspraak staat voor een belanghebbende en het bestuursorgaan hoger beroep open. Dit dient te worden ingesteld binnen zes weken na de datum van verzending van deze uitspraak door een beroepschrift en een kopie van deze uitspraak te zenden aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag. In uw beroepschrift moet II vermelden waarom u het niet eens bent met de uitspraak. U kunt ook digitaal hoger beroep instellen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Kijk op voor meer informatie over het indienen van digitaal beroep. Als u naar aanleiding van deze briefvragen hebt, kunt u contact opnemen met de administratie van de rechtbank op t.hierboven vermelde doorkiesnummer. Als u d rechtbank belt of schrijft, verzoek ik u het zaaknummer te vermelden. BE022

4 uitspraak (gerectificeerd) RECHTBANK 008T -BRABANT Zittingsplaats 's-hertogenbosch Bestu ursrecht Zaaknummers: SHE 14/2888 SHE 14/4345 uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 december 2014 in de zaak tussen P.F.M. Schreuder, C.A.P.M. Schreuder en A.F.L.M. Schreuder, eisers, (gemachtigde: ing. A.M.L. van Rooij) en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heusden, verweerder. (gemachtigde: mr. A. Verwijs) Procesverloop Verweerder heeft eisers bij besluit van 1 april2014 (het primaire besluit), een last onder bestuursdwang opgelegd, strekkende tot het slopen van het op het perceel Wijksestraat 3 te Heusden aanwezige bouwwerk. Verweerder heeft daarbij zijn besluiten van 15 december 1998 (aanschrijving tot het slopen van of het treffen van voorzieningen aan het bouwwerk) en van 7 mei 2003 (oplegging van een last onder dwangsom) ingetrokken. Bij besluit van 16 juli 2014 (het bestreden besluit) heeft verweerder besluit gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. het door eisers tegen dit Eisers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend. De zaak is behandeld ter zitting van 18 december 2014, waar P.F.M. Schreuder en C.A.P.M. Schreuder zijn verschenen. Verweerder is verschenen bij gemachtigde. Overwegingen 1. De rechtbank gaat bij de beoordeling van de zaak uit van de volgende feiten. De voormalige woning Wijksestraat 3 is in september 1998 door brand getroffen. Het restant van de woning is daarna grotendeels gesloopt. De voormalige woningscheidende wand is met zeil beschermd. In 2006 is een deel van het resterende bouwwerk ingestort. De gemeente heeft daama nog een deel van het bouwwerk gesloopt. Op 14 juni 2013 heeft tijdens sloopwerkzaamheden een ongeval plaatsgevonden waarbij een van eisers gewond is geraakt. Omdat sprake was van acuut gevaar heeft verweerder spoedeisende bestuursdwang toegepast en een op het perceel aanwezig rnuur gesloopt.

5 zaaknummers: SHE 14/2888 en SHE 14/4345 blad 2 In 2013 heeft SOS Intron B.V. (SOS), in opdracht van verweerder, een onderzoek uitgevoerd naar de bouwkundige staat van de resterende muren. 1n de daarvan opgemaakte rapportage is aangegeven dat de voorgevel van het bouwwerk bij harde wind of storm in zijn geheel of in delen zou kunnen omvallen. De verwachting was dat, als dat zou gebeuren, de voorgevel, vanwege de scheefstand, in de richting van de openbare weg zou vallen. De binnenwanden waren volgens het rapport instabiel en zouden kunnen omvallen. De balken die op de rnuren rustten, zouden kunnen uiteenvallen en (delen) van wanden meenemen. Verweerder heeft geconcludeerd dat, gelet hierop, het risico bestond dat het bouwwerk zou instorten en dit gevaar zou kunnen opleveren voor de veiligheid van personen. Door geen maatregelen te treffen was volgens verweerder sprake van overtreding van artikel 1a, eerste lid, van de Woningwet, artikel 7.21 en 7.22, aanhef en onder d, van het Bouwbesluit, Verweerder heeft eisers, bij het primaire besluit, dan ook gelast om het op het perceel aanwezige bouwwerk - bestaande uit een muur, gesitueerd aan de Wijksestraat (de voorgevel), binnenwanden (de binnenwand haaks op de voorgevel en de binnenwand haaks op de woningscheidende wand) en balken - geheel te slopen. Verweerder heeft, in hetgeen door eisers in verschillende fasen van de procedure is aangevoerd, geen aanleiding gezien om van de uitvoering van zijn besluit afte zien. Bij brief van 4 september 2014 heeft verweerder aangekondigd tot uitvoering van de last over te zullen gaan. Daarbij is eisers nog een termijn van drie weken na verzending gegeven om zelf aan de last te voldoen, bij uitbl ijven waarvan verweerder voor het slopen zorg zal dragen en de kosten op eisers zullen worden verhaald. Omdat eisers de restanten van het bouwwerk niet zelf hebben gesloopt, heeft verweerder bestuursdwang toegepast. 2.1 Eisers hebben voor de gronden van hun beroep allereerst verwezen naar de gronden van hun bezwaar tegen het primaire besluit (waarin in belangrijke mate wordt verwezen naar de gronden in hun zienswijze tegen het voornemen tot oplegging van de last). 2.2 De rechtbank hee:ft reeds rneerrnaals, ook in zaken waar eisers' gemachtigde andere partijen vertegenwoordigde of bijstond, geoordeeld dat, als voor de gronden van beroep wordt verwezen naar de gronden van bezwaar, gemotiveerd moet worden aangegeven waarorn betrokkene(n) zich niet rnet de weerlegging van de gronden van bezwaar kan/kunnen verenigen. Van een dergelijke motivering is in dit geval geen sprake. Voor zover naar de gronden van bezwaar wordt verwezen, kan het beroep dan ook n iet slagen. 3.1 Verder hebben eisers aangevoerd dat het bestreden besluit ten onrechte is gebaseerd op een advies van de Commissie bezwaarschriften van de gemeente Heusden van 17juni 2014, terwij1 zij niet zijn gehoord. 3.2 Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat eisers in de gelegenheid zijn gesteld om te worden gehoord. Dat eisers, om wat voor reden ook, geen gebruik hebben gemaakt van die gelegenheid, komt geheel voor eigen rekening en risico. Dit weerhoudt verweerder er niet van om inhoudelijk op het bezwaar te beslissen. 3.3 Uit de gedingstukken kan worden afgeleid dat eisers in de gelegenheid zijn gesteld om te worden gehoord, maar niet bij de hoorzitting aanwezig zijn geweest. Weliswaar bevindt zich in het dossier een sommatie aan de voorzitter van de Commissie bezwaarschriften om de hoorzitting voor onbepaalde tijd op te schorten, in verband met het standpunt van eisers' gemachtigde dat, vanwege door hern genoemde omstandigheden, jegens onder meer hern geen (rechts)handelingen mogen worden verricht, maar hieruit blijkt op geen enkele wijze

6 zaaknummers: SHE 14/2888 en SHE 14/4345 blad 3 waarom eisers of hun gemachtigde niet tijdens de hoorzitting aanwezig zouden kunnen zijn. Evenmin blijkt van een met die omstandigheden samenhangend verzoek om uitstel. 3.4 Niet kan dan ook worden gezegd dat eisers niet overeenkomstig de daarvoor geldende bepalingen in de Algernene wet bestuursrecht in de gelegenheid zijn gesteld orn te worden gehoord. Verweerder mocht er in de gegeven omstandigheden vanuit gaan dat eisers geen gebruik wilden maken van het recht om te worden gehoord. Van een schending van de hoorplicht is geen sprake. Verweerder mocht, zonder eisers opnieuw in de gelegenheid te stellen om te worden gehoord, op het bezwaar beslissen. Deze beroepsgrond faalt derhalve. 4. Voor zover eisers in hun beroepschrift hebben verwezen naar een veelheid aan daarbij gevoegde bijlagen, overweegt de rechtbank dat het aan eisers is om aan te geven in hoeverre deze bijlagen relevant zijn ter onderbouwing van de beroepsgronden. Een dergelijke toelichting is geheel achterwege gebleven. Niet is duidelijk ter onderbouwing van welke beroepsgrond deze stukken zijn ingediend. Voor zover met de verwijzing naar deze stukken is bedoeld om zelfstandige beroepsgronden aan te voeren, is het beroepschrift niet gemotiveerd, omdat zonder enige toelichting niet duidelijk is welke onderdelen daarvan als beroepsgrond zouden moeten worden beschouwd. Voor zover al sprake is van een beroepsonderdeel, dient dit 0111 genoemde redenen te falen. 5. Voor zover eisers de rechtbank vragen om verweerder te veroordelen tot vergoeding van schade die het gevolg is van een door verweerder - gesteld - gepleegd bouwmisdrijf, gaat deze vordering het geschil te buiten, omdat dit verzoek om schadevergoeding geen verband houdt met het besluit tot oplegging van de last onder bestuursdwang of de handhaving daarvan bij het bestreden besluit. 6. Het beroep is, voor zover het het besluit tot handhaving van de last onder bestuursdwang betreft, ongegrond. 7.1 Ter zitting hebben eisers aanvullende beroepsgronden aangevoerd tegen verweerders in rechtsoverweging 1 genoemde brief van 4 september Volgens eisers heeft verweerder, in de daarop gevolgde beslissing op bezwaar, ten onrechte geoordeeld dat de brief geen besluit inhoudt. Verder heeft verweerder, door de restanten van de woning Wijksestraat 3 te Heusden te laten slopen, handelingen verricht waardoor instortings-, omval- of ander gevaar wordt veroorzaakt en wordt gehandeld in strijd met artikel 7.22, aanhef en onder d, van het Bouwbesluit. Eisers hebben met name het oog op het, huns inziens, daardoor ontstane gevaar voor instorting van de voormalige scheidingsmuur met de woning Wijksestraat 1, waardoor groot gevaar voor de veiligheid en gezondheid van de bewoners van die woning is ontstaan. In verband hiermee hebben eisers de rechtbank gevraagd om de gemeente Heusden, onder oplegging van een last onder bestuursdwang, te verplichten tot het ontruimen van de bedoelde woning en tot het op eigen grond bouwen van een fundering met daarop een zelfstandige buitenmuur voor die woning. 7.2 Verweerder heeft bij beslissing op bezwaar van 28 oktober 2014 beslist op het door eisers tegen het besluit van 4 september 2014 gemaakte bezwaar en dit bezwaar nietontvankelijk verklaard, omdat geen sprake ZOll zijn van een besluit. Verweerder heeft daarbij, op basis van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, ECLI:NL:RVS:2004:AQ5729, geoordeeld dat sprake is van feitelijke uitvoering van bestuursdwang waartegen geen bezwaar en beroep openstaat.

7 zaaknummers: SHE 14/2888 en SHE 14/4345 blad 4 Deze opvatting is in die zin achterhaald, dat de wetgever in artikel 5:31c, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitdrukkelijk heeft bepaald dat het beroep tegen de last onder bestuursdwang mede betrekking op een beschikking die strekt tot toepassing van bestuursdwang. Duidelijk is dat de briefvan 4 september 2014 naar zijn inhoud betrekking heeft op de toepassing van bestuursdwang. Verweerder had het bezwaarschrift derhalve ter behandeling als beroepschrift aan de rechtbank moeten doorzenden. Hij had daar niet op mogen beslissen. De rechtbank heeft aan de zaak, voor zover het beroep is gericht tegen de toepassing van bestuursdwang, het zaaknummer SHE 14/4345 toegekend. 7.3 Eisers hebben weliswaar gesteld dat door het slopen van de restanten van hun woning gevaar voor instorting van de voormalige scheidingsmuur met de woning Wijksestraat 1 is ontstaan, maar zij hebben die stejling niet met een deskundigenrapport onderbouwd. Verweerder heeft voorafgaande aan zijn besluit tot oplegging van de last wel een deskundigenrapport ten grondslag gelegd, waarbij ook aandacht is besteed aan de gevolgen van het slopen van de restanten. Verweerder heeft SGS gevraagd wat de gevolgen zijn van instorting of verdere afbrokkeling van het restant van het pand voor de woningscheidende wand en welke maatregelen met betrekking tot die wand moeten worden getroffen als het restant van het pand wordt gesloopt. SGS heeft daarop geantwoord dat hooguit een deel van het metselwerk van de woningscheidende wand kan loskomen en het niet waarschijnlijk is dat het deel van de woningscheidende wand van nr. 1 (de wand bestaat uit twee, gedeeltelijk drie tegen elkaar gemetselde wanden) hierbij wordt beschadigd. Verder wordt geadviseerd 0111, bij sloop van het restant van de woning, los metselwerk dat tegen de woningscheidende wand staat te verwijderen en die wand zo vlak mogelijk te maken. De rechtbank leidt hieruit af dat, na sloop van het restant van de woning van eisers, het door eisers bedoelde gevaar zich niet zal verwezenlijken. Verweerder hoefde dan ook geen aanleiding te zien om de uitvoering van de last onder bestuursdwang achterwege te laten. Overigens is, blijkens het verhandelde ter zitting, bij de uitvoering van de werkzaamheden een bouwkundige van verweerders gemeente betrokken geweest die toezicht heeft gehouden op de sloopwerkzaanheden. Het beroep is, voor zover het de uitvoering van de last betreft, eveneens ongegrond. 8. Omdat het beroep ongegrond zal worden verklaard, bestaat er ook geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

8 zaaknummers: SHE 14/2888 en SHE 14/4345 blad 5 Beslissing De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. f Deze uitspraak is gedaan door mr de Lange, rechter, in aanwezigheid van mr. J.F.M. Emons, griffier, De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 23 december 20 J 4. ; If.jh,l' /'.:., r, j' griffier Afschrift verzonden aan partijen op: Rechtsmiddel 1~ JAN Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de AfdeJing bestuursrechtspraak van de Raad van State.

9 het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heusden Postbus AA Vlijmen datum 14 januari 2015 Afdeling II mevr E.l.M. Lowe onderdeel contactpersoon doorkiesnummer ons kenmerk procedurenummer SHE 14/2888 WET V66 C2 casusnummer uw kenmerk bijlage(n) faxnummer onderwerp het beroep van P.F.M. Schreuder te Haarsteeg Sector Bestuursrecht bezoekadres Leeghwaterlaan BA 's-hertogenbosch correspondentieadres Postbus MA 's-hertogenbosch t Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts een zaak in uw brief behandelen. Geachte heerlmevrouw, Inzake bovengenoemd beroep treft u bijgaand een gerectificeerde uitspraak aan. LRECV Persoonsgegevens worden, voor zover nodig voor een goede procesvoering, opgenomen in een registratiesysteem van de Rechtbank 's-hertogenbosch

10 uitspraak RECHTBANK OOST -BRABANT Zittingsplaats 's-hertogenbosch Bestuursrecht zaaknurnmer: SHE 14/2888 R uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de enkejvoudige kamer van 23 december 2014 in de zaak tussen P.F.M. Schreuder, C.A.P.M. Schreuder en A.F.L.M. Schreuder, eisers, (gemachtigde: ing. A.M.L. van Rooij) en het cojlege van burgemeester en wetbouders van de gemeente Heusden, verweerder. (gemachtigde: mr. A. Verwijs) Overwegingen 1. De rechtbank heeft in haar uitspraak van 23 december 2014 bes1ist op het beroep van eisers. 2. De rechtbank heeft, naar aanleiding van een brief van verweerder van 30 december 2014, geconstateerd dat in haar uitspraak het nummer van de zaak betreffende het beroep tegen de toepassing van bestuursdwang, SHE 14/4345 ten onrechte niet is vermeld, ondanks dat die zaak wel ter zitting is behandeld en bij die uitspraak ook op dat beroep is besl ist. 3. Het voorafgaande geeft de rechtbank reden om de uitspraak van 23 december 2014 in de in het dictum aangegeven zin te wijzigen. 4. De rechtbank vraagt er aandacht voor dat op deze rectificatieuitspraak de rechtsm iddelenclausu le van de oorspronkel ijke u itspraak van 23 december 2014 van toepassing blijft.

11 zaaknummer: SHE 14/2888 R blad 2 Beslissing De rechtbank wijzigt de uitspraak als vojgt: 111 de kop van de uitspraak wordt, naast het nummer SHE 14/2888, het nummer SHE 14/4345 vermeld; Aan het einde van rechtsoverweging 7.2 wordt de volgende tekst toegevoegd: De rechtbank heeft aan de zaak betreffende dit beroep het zaaknummer SHE 14/4345 toegekend. Aldus gedaan door mr. D.J. de Lange, rechter, in tegenwoordigheid van J.F.M. Emons, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 januari griffier Afschrift verzonden aan partijen op: 1 ~.JAN. 2015

12 ::::CHTBANK OOST-BRABANT 'cstous 70584, 5201 CZ 'S-HERTOGENBOSCH IR Aangeteke.;d] G A 1!$Commande u, 3SGQYQ GEMEENTE HEUSDEN Postbus 41 S250AA VLlJMEN SBR 14/ gr. 3SGQYQ c: Q) Z "0 u"'l (f) = W..- ::::s ~ C""-..I Q) 0 :z: I ::.:: <:( Q) w --,... c:: ~ " t.n Q) Q)... E s: v v> 0..0 Q) c QJ CJ cn 0 t:: QJ Ji= <Il <l:.:..: c: ::;E «1., 0..0 «1., 0 1- N 0. ul ~ li') li')' N.u 0.J:: U "" c:., <Il (IJ ::J 0::: -B L: -.9 u <Il (IJ 0 Q) <L 'c '"

13