Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn. Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn. Akoestisch onderzoek locatie Albert Heijn

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn. Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn. Akoestisch onderzoek locatie Albert Heijn"

Transcriptie

1 Bijlagen bij de toelichting: Bijlage I Bijlage II Bijlage III Bijlage IV Bijlage V Bijlage VI Bijlage VII Bijlage VIII Bijlage IX Lijst met gemeentelijke monumenten Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn Akoestisch onderzoek locatie Albert Heijn Memo akoestiek locatie Oudeweg Luchtonderzoek locatie Albert Heijn Natuurtoets locatie Albert Heijn Bedrijvenlijst Limmen Nota van inspraak en overleg voorontwerp bestemmingsplan Kern Limmen Bijlage X Bijlage XI Archeologisch onderzoek locatie Albert Heijn Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen Straatnamenregister

2 Bijlage 1 Gemeentelijke monumenten Straat Nummer Omschrijving Opmerking Burgemeester Nieuwenhuijsenstraat 36 Herinneringsbank burgemeester Nieuwenhuijsen Nabij nr. 36 Dusseldorperweg 70 Woning Dusseldorperweg 103 Verenigingsgebouw "de Burgerij" Middenweg 48 Bollenschuur Rijksweg 28 Woning Bollenkwekerswoning Rijksweg 34 "Streven is Leven" Rijksweg 75 Woning Schoolweg 1 Voormalige onderwijzerswoning Schoolweg 3 Voormalige school Onderdeel van het complex Schoolweg 1, 3 en 5 (allen beschermd gemeentelijk monument) en Zuidkerkenlaan 27 (geen beschermd gemeentelijk monument) (intussen) voormalige brandweerkazerne (zie verder opmerking bij Schoolweg 1) Thans in gebruik als verenigingsgebouw annex oefenruimte voor Harmonie Excelsior en Drumband Excelsior (zie verder opmerking bij Schoolweg 1) Schoolweg 5 Voormalige school Zuidkerkenlaan 25 Begraafplaats Nabij Protestantse kerk te Limmen

3 Memo betreft OnderbouwinguitbreidingAlbert HeijnVuurbaak1 telimmen memonr aan EloïseBouma van MaartenReinders KimdenOtter Wytzev.d.Zweep projectnummer datum 22 juni 2010 Inleiding In hetbestemmingsplan'kernlimmen'wordtde uitbreidingvandealbertheijnsupermarkt, gevestigdaandevuurbaak1, mogelijkgemaakt.aanvullend opde onderbouwingvan het conserverendedeel van hetbestemmingsplanwordtindeze memo deruimtelijkeinpassingvan desupermarkt-uitbreidingbeschouwd.hierbijisuitgegaanvandebrochure'bedrijvenen Milieuzonering' (2009)en aanvullend, locatiespecifiek onderzoek. VNGbrochure bedrijvenenmilieuzonering (2009) Debrochure'BedrijvenenMilieuzonering'geeft handreikingenvooreenverantwoordeinpassing van bedrijvigheid in haar fysieke omgeving en voor de inpassing van gevoelige bestemmingen nabijbedrijven.indezepublicatiewordenper bedrijfssoort en milieucompartiment indicatieve afstandengegeven tot gevoelige objecten.dezevormenvaakdebasisvoorde staatvan inrichtingen vanbestemmingsplannen.deafstanden hebbeneensignalerendewerking. Indieneen milieuzoneeengevoelig object raakt of overlapt,is maatwerknoodzakelijk omde locatiespecifiekeafstand tebepalen. Hierbij kan blijken datdedaadwerkelijkeafstand meer of minderbedraagtdandevngbrochure aangeeft.uitjurisprudentieblijkt dataandesignalerende werkingvandezepublicatieveelwaardewordtgehecht.voortswordtinjurisprudentieechter blad 1 van 3

4 opgemerktdatresultatenvan maatwerk (zoals onderhavige memo) meerbepalendzijndande informatieuitde VNG-Brochure'. Toets indicatieve afstanden VNG brochure IndeVNGbrochure staanvoorde categorie'supermarkten'indicatieveafstanden opgenomen voorde aspectengeluidengevaar.beideafstandenbedragen 10 meter. Nadeuitbreidingvande supermarkt is dewoning op Middenweg 6 dedichtstbijzijndewoning.dekortste afstandvan de supermarkt totdewoningbedraagtdan3,6 meter.hieronderwordt op beide aspectennader ingegaan. Geluid Desupermarkt ressorteert onder hetbesluitalgemeneregelsvoor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit).In het Activiteitenbesluitzijngrenswaarden opgenomenvoor geluidveroorzaaktdoorindeinrichtingaanwezigeinstallatiesen toestellen,alsmededoor inde inrichtingverrichte werkzaamhedenenactiviteitenenlaad-enlosactiviteiten ten behoeve van en in de onmiddellijke nabijheid van de inrichting.vanuit het planologischspoor en de ruimtelijke impactis hetgeluid vanwege verkeer van en naar de supermarkt ook beoordeeld ('Akoestisch onderzoek Albert Heijn,Vuurbaak 1 Limmen'Oranjewoud 15 juni 2010).Dit houdt in datineersteinstantiedient tewordenuitgegaanvaneenvoorkeursgrenswaardevan 50 db(a) etmaalwaarde ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen. Ten behoeve van de uitbreiding van de supermarkt is een akoestisch onderzoek uitgevoerd ('Akoestisch onderzoekalbert Heijn,Vuurbaak1Limmen'Oranjewoud 15 juni 2010).In het onderzoekis op maatgevendepunten de geluidbelasting vanwegede activiteiten en installaties samenhangend metde supermarkt opdegevelsvan omliggendewoningenberekendwaarbij opgemerktwordtdatde milieugevolgenvanuitdewm-inrichtinginzichtelijkzijn gemaakt.de uitbreidingvandesupermarktbetreft de uitbreidingvan een magazijn.deverwachtingisdat doorde uitbreiding het aantalklantenenderhalve het aantalvoertuigbewegingenenigszins toeneemt, er zijn echter geen concrete voertuigbewegingen van de huidigesituatiebekend. Daaromisin hetakoestisch onderzoekalleenuitgegaanvande toekomstigesituatie, waarinde voertuigbewegingen op basisvankentallenzijnbepaald.in het onderzoekis uitgegaanvaneen representatievebedrijfssituatie.uitdeberekening blijkt dat degeluidbelasting op degevels van alle woningen aan de eisen uit het Activiteitenbesluit voldoet. In hetactiviteitenbesluitisgeengeluidsnorm opgenomen tenaanzienvan het verkeervan ennaardeinrichting.in hetkader vanderuimtelijke impactvandesupermarktis hetgeluid vanwegeverkeervanennaardesupermarkt toch beoordeeld.hierbijwordende principesvande circulaire"beoordeling geluidhinder wegverkeer in verband metvergunningverlening W.m." (29 februari1996)aangehouden.degeluidbelastingalsgevolgvande verkeersaantrekkendewerkingbedraagt opde woningen ten hoogste50 db(a)etmaalwaarde.de waardenzijnin overeenstemming metdestreefwaardevan50 db(a)etmaalwaarde. De maximalegeluidbelastingvanwegedebezoekendevrachtwagensbedraagt ten hoogste 74 db(a)inde dagperiode.de maximalegeluidbelastingalsgevolgvande bezoekende vrachtwagens wordtnietin de beoordeling meegenomen omdatdezevrachtwagenbewegingen worden toegeschrevenaanlaad-enlosactiviteitendiein hetkader van hetactiviteitenbesluitniet beoordeeld hoeven worden.in het kader van dezeruimtelijkeprocedure zijn geen bronmaatregelen te treffen.devrachtwagensdiedesupermarktbevoorradenbewegen/ manoeuvreren overde openbareweg.afschermendevoorzieningenkunnennietwordengetroffen omdatdaar geen ruimte voor is en dit de bewegingsruimte te veel zou beperken.door de uitbreidingverschuiftdelocatievan het ladenenlossencirca 15 meterinwestelijkerichting.uit berekeningblijkt datdoorde verplaatsingvan het laad-enlospunt het piekniveau met ten hoogste 1dB(A) toeneemt bijde woningaandemiddenweg12 ten opzichtevande huidige situatie.hetaantalpiekniveausneemtniet toe ten opzichtevande huidige situatie, omdatde laad-enlosactiviteitennietinaantalveranderen.depiekniveausvindenalleenplaatsinde dagperiode,nietin de hinderlijkeavond-ennachtperiode.bij deanderewoningeninde directe blad 2 van 3 docnaam: bijlageii memo bedrijvenen milieuzonering locatiealbert heijn.doc

5 omgevingishet maximaalgeluidniveauveroorzaakt door vrachtwagenbewegingen, opde openbare weg maatgevend. Enerzijdsneemt het maximalegeluidniveau op1woning met1db(a) toe,anderzijdszorgtde aanbouwvandesupermarkt voorafschermingrichtingde woningen tennoordenvande supermarkt.hetresulterende maximalegeluidniveauzonderlaad-enlosactiviteitenvoldoetaan degrenswaardevan 70 db(a)indedagperiode. Gevaar Hetveiligheidsbeleid voor inrichtingen (bedrijven) isafkomstiguit hetbesluit externeveiligheid inrichtingen (Bevi).Indit besluitis het beleid weergegevenvoorrisico's rondbepaaldein het Revi genoemde inrichtingen. Daarnaastgelden vanuit het Activiteitenbesluit (Barim) en de PGS normen (publicatiereeksgevaarlijkestoffen)afstandenvanuitactiviteitenen opslagendieeen bepaaldrisicoen impact/contour richting omgeving kunnen veroorzaken. Desupermarkt isgeenrisicovolleinrichting indezinvan hetbevi.hetbedrijf heeft dusvanuit het Bevigeenrisicocontour enlevertvanuitdat kadergeenbelemmering op voorde ontwikkeling. Deindicatieveafstanduit devngbrochurevoor het milieuaspectgevaarbedraagt10 meter. Na deuitbreiding van desupermarkt is de woning op Middenweg6 dedichtstbijzijndewoning.de kleinsteafstandvandesupermarkt tot dewoningbedraagtdan3,6 meter. Uit het ingediende meldingsformulier van 2002 blijktdat de inrichting geen gevaarlijke activiteiten ontplooit.deuitbreidingvandesupermarktbetreft alleeneenuitbreidingvaneen magazijn.omdat deactiviteitenvandeinrichtingverdergelijkblijven,verandertdeimpactvan het milieuaspectgevaarniet.om dezereden hoeft deuitbreidingvandesupermarktgeen milieutechnische belemmering te vormen vanuit het milieuaspectgevaar. Conclusie Wegensdeaardvande uitbreidingende binnende supermarktplaatsvindendeactiviteitenen opslagenvormtde wijzigingvanuit het milieuaspectgevaargeenbelemmering. blad 3 van 3 docnaam: bijlageii memo bedrijvenen milieuzonering locatiealbert heijn.doc

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 Limmen projectnr revisie juni 2010 Auteur A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Gemeente Castricum datum vrijgave beschrijving revisie 02 goedkeuring vrijgave 21 juni 2010 aanpassing model: extra toetspunt M.J. Reinders A. van Dongen

43 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen Inhoud Blz. 1 Inleiding Aanleiding Leeswijzer 3 2 Achtergrondinformatie Bedrijfsinformatie Toetsingskader 4 3 Opzet onderzoek Opzet onderzoek Opzet geluidberekeningen Representatieve bedrijfssituatie 6 4 Resultaten en toetsing Aard van het geluid Equivalent geluid Maximale geluidniveau Verkeersaantrekkende werking 10 5 Conclusie 11 Bijlagen 1 Bronvermogens 2 Invoergegevens rekenmodel 3 Resultaten langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (L Ar,LT ) Figuren 1 Situatie overzicht 2 Overzicht bodemgebieden en objecten 3 Overzicht bronnen 4 Overzicht ontvangerspunten blad 1 van 12

44 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In opdracht van de gemeente Castricum is een akoestisch onderzoek verricht naar de geluidbelasting die door de Albert Heijn supermarkt aan de Vuurbaak 1 te Limmen op de omgeving veroorzaakt wordt. De aanleiding tot het onderzoek is het uitbreiden van de supermarkt. In het bestemmingsplan 'Kern Limmen' wordt de uitbreiding van de Albert Heijn supermarkt mogelijk gemaakt. Aanvullend op de onderbouwing van het conserverende deel van het bestemmingsplan wordt in onderhavig onderzoek de ruimtelijke inpassing van de supermarkt inclusief uitbreiding beschouwd. De inrichting valt onder Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim). De supermarkt is gevestigd aan de Vuurbaak 1 te Limmen midden in een woonwijk. Bij de supermarkt is voor ca. 75 autos parkeergelegenheid. Een aantal woningen grenst met hun erfgrens direct aan het terrein van de supermarkt. Zie figuur 1.1. De winkelwagentjes worden onder de luifel nabij de ingang van de supermarkt gesitueerd. Figuur 1.1. Situering Albert Heijn. Bij dit onderzoek is op basis van literatuurwaarden en ervaringscijfers het bronvermogen van de diverse bronnen binnen de inrichting bepaald. Met deze gegevens is op basis van een berekeningsmodel de geluidbelasting op ontvangpunten rondom de locatie berekend. De ontvangpunten zijn gelegen op gevels van woningen van derden. blad 2 van 12

45 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen De overdrachtsberekeningen zijn uitgevoerd conform de handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai (HMRI-II). 1.2 Leeswijzer Deze rapportage is als volgt opgebouwd: In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de bedrijfsduur en de toepasselijke regelgeving; In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de onderzoeksopzet; In hoofdstuk 4 worden de resultaten beoordeeld; In hoofdstuk 5 is de conclusie opgenomen. blad 3 van 12

46 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen 2 Achtergrondinformatie 2.1 Bedrijfsinformatie De supermarkt is geopend van maandag t/m zaterdag van 8:00 tot 21:00 uur en op zondag van 16:00 tot 21:00 uur. Het laden en lossen van vrachtwagens vindt plaats in de dagperiode (tussen 7.00 en uur). De akoestisch relevante geluidbronnen zijn hoofdzakelijk de verkeersbewegingen van bezoekende personenautos, de vrachtwagens voor de aanvoer van producten, de winkelwagentjes en de installaties ten behoeve van de koel- en vriesvitrines. De directe omgeving van het bedrijf is overwegend akoestisch hard. Het parkeerterrein en de wegen zijn derhalve als hard (reflecterend) bodemgebied ingevoerd. Het overige gebied wordt verondersteld 50% absorberend te zijn. 2.2 Toetsingskader De Albert Heijn valt onder het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit). In het Activiteitenbesluit zijn de volgende grenswaarden voor het geluid opgenomen. 1. Voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (L Ar,LT ) en het maximaal geluidsniveau (L Amax ), veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige installaties en toestellen, alsmede door de in de inrichting verrichte werkzaamheden en activiteiten en laad- en losactiviteiten ten behoeve van en in de onmiddellijke nabijheid van de inrichting, geldt dat: a. de niveaus op de in tabel 2.17a genoemde plaatsen en tijdstippen niet meer bedragen dan de in die tabel aangegeven waarden; Tabel 2.17a L Ar,LT op de gevel van gevoelige gebouwen L Ar,LT in in- en aanpandige gevoelige gebouwen L Amax op de gevel van gevoelige gebouwen L Amax in in- en aanpandige gevoelige gebouwen 07:0019:00 uur :0023:00 uur :0007:00 uur b. de in de periode tussen en uur in tabel 2.17a opgenomen maximale geluidsniveaus (L Amax ) niet van toepassing zijn op laad- en losactiviteiten; Verkeersaantrekkende werking (indirecte hinder) In het Activiteitenbesluit is geen geluidsnorm opgenomen ten aanzien van het verkeer van en naar de inrichting. Dat ontslaat gemeenten echter niet van de verplichting, noch de verantwoordelijkheid, om bij de ruimtelijke besluitvorming goed na te denken over de combinatie van verschillende functies, om zo te komen tot een optimale inrichting van een gebied. In voorkomende gevallen kan dat betekenen dat, in het kader van een goede blad 4 van 12

47 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen ruimtelijke ordening, een belangenafweging gemaakt moet worden waarbij het feit dat geluid geproduceerd wordt een rol kan spelen. Vanuit het planologisch spoor en de ruimtelijke impact is derhalve het geluid vanwege verkeer van en naar de supermarkt ook beoordeeld. Hierbij wordt de principes van de circulaire Beoordeling geluidhinder wegverkeer in verband met vergunningverlening W.m. (29 februari 1996) aangehouden. Ingevolge de circulaire moet de geluidbelasting afkomstig van het verkeer van en naar de inrichting afzonderlijk worden beschouwd van het inrichtingsgeluid. De normering dient hierbij plaats te vinden conform het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen van de Wet geluidhinder. De voorkeursgrenswaarde voor het equivalente geluidniveau bedraagt 50 db(a)-etmaalwaarde en de maximale grenswaarde is 65 db(a). Bij de beoordeling wordt uitsluitend het equivalente geluidniveau genormeerd en blijft het piekniveau buiten beschouwing. Wanneer bij woningen de geluidbelasting als gevolg van de verkeersaantrekkende werking, boven de voorkeursgrenswaarde van 50 db(a)- etmaalwaarde maar onder de maximale grenswaarde van 65 db(a) ligt, moet worden nagegaan of de isolatiewaarden van de gevels van de woningen voldoende zijn. De norm voor het binnenniveau voor woningen bedraagt 35 db(a)-etmaalwaarde. blad 5 van 12

48 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen 3 Opzet onderzoek 3.1 Opzet onderzoek De opzet van het akoestisch onderzoek is als volgt: - modelleren van de ligging van het terrein, bepalen van de positie van de geluidbronnen met de bijbehorende bedrijfsduur en de ontvangpunten voor het berekenen van de geluidbelasting op de woningen van derden; - berekenen van de geluidbelasting (L Aeq en L max ), opgesplitst in perioden; - toetsen van de resultaten aan de normstelling. 3.2 Opzet geluidberekeningen De geometrie van het bedrijfsgebouw, de bronnen en de ontvangpunten zijn in een computersimulatie ingebracht (zie figuur 2 t/m 4). Er zijn ontvangpunten gelegd op gevels van woningen van derden. Als ontvanghoogte is gedurende de dagperiode 1,5 meter aangehouden, gedurende de avond- en nachtperiode is 5,0 meter aangehouden. De overdrachtsberekeningen zijn uitgevoerd conform de methode II.8 van de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai. Bij de berekening is reeds rekening gehouden met de bedrijfsduurcorrectie die per bron geldt. C b = - 10 log T b /T o Deze correctieterm wordt als volgt berekend: waarin; T b : Tijdsinterval gedurende welke een bepaalde en gespecificeerde bedrijfstoestand binnen een beoordelingsperiode blijft bestaan. T o : Tijdsinterval dat relevant is voor de beoordeling van het geluid (beoordelingsperiode). Voor de dagperiode 12 uur, voor de avond 4 uur en voor de nachtperiode 8 uur. 3.3 Representatieve bedrijfssituatie Algemeen Volgens CROW-publicatie 272 (Verkeersgeneratie voorzieningen; kentallen gemotoriseerd verkeer) bedraagt het aantal verplaatsingen voor een fullservice supermarkt (middelhoog en hoog prijsniveau), waar de Albert Heijn onder valt, 82.3 tot verplaatsingen per 100 m 2 b.v.o. per dag. De Albert Heijn heeft inclusief uitbreiding een oppervlakte van ca m 2, dit resulteert in 1912 voertuigbewegingen per dag. Deze zijn verdeeld over de dag- en avondperiode: - 90% in de dagperiode: 1720 voertuigbewegingen in de dagperiode; - 10% in de avondperiode: 192 voertuigbewegingen in de avondperiode; - geen voertuigbewegingen in de nachtperiode. blad 6 van 12

49 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen Geluid afkomstig van de vervoersbewegingen op de openbare parkeerplaats ten zuiden van de Albert Heijn vallen niet onder de activiteiten van de inrichting en worden derhalve niet getoetst aan het toetsingskader van het Activiteitenbesluit. Het aantal vervoerbewegingen heeft echter een directe relatie met winkelwagenbewegingen op het terrein van de inrichting en is ook van belang voor de beoordeling van de indirecte hinder. Laden en lossen Voor het laden en lossen ten behoeve van de supermark komen vier vrachtwagen per dag (bron: Albert Heijn). Deze vrachtwagens komen in de dagperiode. Voor de bedrijfsduur van het laden- en lossen van de rolcontainers is uitgegaan van 30 minuten per vrachtwagen. Winkelwagens Een gedeelte van de bezoekers van de supermarkt maakt gebruik van winkelwagens om hun boodschappen te vervoeren naar de auto. In dit onderzoek is, in het kader van een goede ruimtelijke ordening, het rijden van de winkelwagens over het parkeerterrein meegenomen daar ze wagentjes onderdeel uitmaken van de inrichting. Gemiddeld komen 1912 auto's per dag naar de Albert Heijn. In dit onderzoek is uitgegaan ervan uitgegaan dat 60% van de bezoekers die met de auto komen gebruik maakt van een winkelwagen. Dit levert 1032 winkelwagenbewegingen op in de dagperiode en 116 winkelwagenbewegingen in de avondperiode. Er is van uitgegaan dat de snelheid van alle transportbewegingen op het terrein voor de winkelwagentjes, de vrachtwagen de personenautos respectievelijk 3, 5 en 10 km/uur bedraagt. Stationaire bronnen De condensoren ten behoeve van de koeling worden vervangen voor nieuwe types. Deze moeten voldoen aan de best beschikbare technieken. Voor de bedrijfstijd van de condensoren is uitgegaan van 100% in de dagperiode, 60% in de avondperiode en 40% in de nachtperiode. Tabel 3.1: Mobiele bronnen Bron L wr /L Amax in db(a) aantal bewegingen per etmaal dagperiode 07:00-19:00 avondperiode 19:00-23:00 Winkelwagen rijdend over asfalt 1 80 / Winkelwagen in rij plaatsen (piek) Winkelwagen uit rij halen (piek) nachtperiode 23:00-07:00 Vrachtwagen 104 / gebaseerd op gegevens onderzoek stille winkelwagens van december 2000 door Oranjewoud voor Wanzl Winkelinterieurs BV Tabel 3.2: Stationaire bronnen Bron Condensor voor koel- en vriesinstallatie (eq) Lossen rolcontainer vanaf vrachtwagen L wr /L Amax in db(a) aantal bewegingen per etmaal dagperiode 07:00-19:00 avondperiode 19:00-23: ,4 3,2 90 / nachtperiode 23:00-07:00 blad 7 van 12

50 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen Indirecte hinder De vrachtwagens en personenauto's die naar de supermarkt komen worden verondersteld over de Vuurbaak te rijden. In het model zijn alle voertuigen over deze weg gemodelleerd (zie tabel 3.3). De rijsnelheid bedraagt gemiddeld 20 km/uur. Tabel 3.3: Indirecte hinder Bron L wr /L Amax in db(a) aantal bewegingen per etmaal dagperiode 07:00-19:00 avondperiode 19:00-23:00 Personenauto 90 / Vrachtwagen 104 / nachtperiode 23:00-07:00 blad 8 van 12

51 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen 4 Resultaten en toetsing 4.1 Aard van het geluid De berekende bronnen zijn niet tonaal van aard. 4.2 Equivalent geluid In onderstaande tabel zijn de belangrijkste berekeningsresultaten weergegeven. Het betreft hier de L Aeq -waarden voor de dag-, avond- en nachtperiode na toepassing van alle correcties. Tabel 4.1: relevante equivalent geluidniveaus Ontvangpunten L Aeq [db(a)] Dag Avond Nacht Norm Middenweg Middenweg Middenweg Roelat < Vuurbaak < Wanne Middenweg Uit bovenstaande tabel blijkt dat op alle berekeningspunten kan worden voldaan aan het gestelde toetsingskader. 4.3 Maximale geluidniveau In onderstaande tabel zijn de resultaten weergegeven van de berekening van het maximaal geluidniveau op de woningen. Tabel 4.2: relevante maximale geluidniveaus Ontvangpunten L Amax [db(a)] Dag Avond Nacht Norm Middenweg Middenweg Middenweg Roelat < Vuurbaak < Wanne Middenweg De maximale geluidniveaus in de dagperiode worden veroorzaakt door het laden en lossen of de daarmee gepaard gaande vrachtwagenbewegingen. In het kader van het activiteitenbesluit hoeft dit niet te worden beschouwd. In de dagperiode is dus geen sprake van een knelpunt. In de avond- en nachtperiode wordt voldaan aan het toetsingskader. blad 9 van 12

52 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen Uit berekening blijkt dat door de verplaatsing van het laad- en lospunt de geluidbelasting met ten hoogste 1 db(a) toeneemt bij de woning aan de Middenweg 12 ten opzichte van de huidige situatie. Het maximale geluidniveau op de overige woningen met een maximaal geluidniveau boven 70 db(a) wordt veroorzaakt door vrachtwagenbewegingen op de openbare weg. In het kader van de ruimtelijke procedure zijn geen bronmaatregelen te treffen. De vrachtwagens die de supermarkt bevoorraden bewegen / manoeuvreren over de openbare weg. Afschermende voorzieningen kunnen niet worden getroffen omdat daar geen ruimte voor is en dit de bewegingsruimte te veel zou beperken. 4.4 Verkeersaantrekkende werking In tabel 4.3 zijn de relevante resultaten opgenomen vanwege de passerende voertuigen op de openbare weg, de zogenaamde indirecte hinder. Tabel 4.3: relevante equivalent geluidniveaus, indirecte hinder Ontvangpunten L Aeq [db(a)] Dag Avond Nacht Streefwaarde Middenweg Middenweg Middenweg Roelat Vuurbaak Wanne Middenweg De geluidbelasting L Aeq als gevolg van de verkeersaantrekkende werking bedraagt op de woningen ten hoogste 50 db(a) etmaalwaarde. De waarden zijn in overeenstemming met de streefwaarde van 50 db(a) etmaalwaarde. blad 10 van 12

53 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen 5 Conclusie In het voorgaande is de geluidbelasting vastgesteld die veroorzaakt wordt door de supermarkt Albert Heijn gelegen aan de Vuurbaak 1 te Limmen. De aanleiding tot het onderzoek is het uitbreiden van de supermarkt. De inrichting valt onder Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim). In het bestemmingsplan 'Kern Limmen' wordt de uitbreiding van de Albert Heijn supermarkt mogelijk gemaakt. Aanvullend op de onderbouwing van het conserverende deel van het bestemmingsplan wordt in onderhavig onderzoek de ruimtelijke inpassing van de supermarkt inclusief uitbreiding beschouwd. Het doel van het onderhavige onderzoek is het bepalen van de geluidbelasting bij woningen in de directe omgeving van de supermarkt. Als uitgangspunt van de berekening zijn aannames gebruikt voor het aantal klanten dat de supermarkt bezoekt in de dagperiode en de avondperiode. Onder representatieve bedrijfsomstandigheden bedraagt het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (L Ar,LT ) ter plaatse van de geluidgevoelige bestemmingen ten hoogste 48 db(a), 38 db(a) en 30 db(a) in respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode. Daarmee voldoet de Albert Heijn aan het gestelde toetsingskader van 50 db(a) etmaalwaarde. De maximale geluidbelasting vanwege de bezoekende vrachtwagens wordt niet in de beoordeling meegenomen omdat deze vrachtwagenbewegingen worden toegeschreven aan laad- en losactiviteiten die niet beoordeeld hoeven worden. Het resulterende maximale geluidniveau voldoet daarmee aan de grenswaarde van 70 db(a) etmaalwaarde. Gezien het bovenstaande is de inrichting inclusief uitbreiding inpasbaar in de omgeving. Benadrukt moet worden dat de geluidemissie van de inrichting op basis van een worstcase benadering is bepaald en op basis van ervaringscijfers bij gelijkwaardige supermarkten. In het Activiteitenbesluit is geen geluidsnorm opgenomen ten aanzien van het verkeer van en naar de inrichting. Dat ontslaat gemeenten echter niet van de verplichting, noch de verantwoordelijkheid, om bij de ruimtelijke besluitvorming goed na te denken over de combinatie van verschillende functies, om zo te komen tot een optimale inrichting van een gebied. In voorkomende gevallen kan dat betekenen dat, in het kader van een goede ruimtelijke ordening, een belangenafweging gemaakt moet worden waarbij het feit dat geluid geproduceerd wordt een rol kan spelen. Vanuit het planologisch spoor en de ruimtelijke impact is derhalve het geluid vanwege verkeer van en naar de supermarkt ook beoordeeld. De geluidbelasting L Aeq als gevolg van de verkeersaantrekkende werking bedraagt maximaal 50 db(a) etmaalwaarde. De waarden zijn in overeenstemming met de streefwaarde van 50 B(A) etmaalwaarde. blad 11 van 12

54 projectnr juni 2010, revisie 02 Akoestisch onderzoek Albert Heijn, Vuurbaak 1 te Limmen Bijlagen blad 12 van 12

55 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld HDef. Type Richt. Hoek Cb(D) Cb(A) Cb(N) GeenRefl. GeenDemping 01 Condensor 5,00 0,00 Relatief Normaal 0,00 360,00 0,00 2,22 3,98 Nee Nee 02 Condensor 5,00 0,00 Relatief Normaal 0,00 360,00 0,00 2,22 3,98 Nee Nee 03 Lossen rolcontainers 1,50 0,00 Relatief Normaal 0,00 360,00 7, Nee Nee Geomilieu V :26:50

56 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam GeenProces Lw. 31 Lw. 63 Lw. 125 Lw. 250 Lw. 500 Lw. 1k Lw. 2k Lw. 4k Lw. 8k D 31 D 63 D Nee -- 31,80 43,80 60,20 67,10 60,50 57,30 49, ,00 0,00 0,00 02 Nee -- 31,80 43,80 60,20 67,10 60,50 57,30 49, ,00 0,00 0,00 03 Nee 46,60 61,30 73,40 76,50 82,00 84,80 85,70 81,60 68,70 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :26:50

57 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam D 250 D 500 D 1k D 2k D 4k D 8k 01 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :26:50

58 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. ISO H ISO M HDef. Aantal(D) Aantal(A) Aantal(N) Cb(D) Cb(A) Cb(N) Gem.snelheid 01 Winkelwagens 0,50 0,00 Relatief ,61 16, Vrachtwagens 1,50 0,00 Relatief , Geomilieu V :28:17

59 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Max.afst. Lw. 31 Lw. 63 Lw. 125 Lw. 250 Lw. 500 Lw. 1k Lw. 2k Lw. 4k Lw. 8k D 31 D 63 D ,00 49,00 48,20 54,40 59,70 61,60 67,80 72,30 73,60 77,30 0,00 0,00 0, ,00 61,50 57,50 86,50 90,50 96,50 100,50 96,60 88,60 80,80 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :28:17

60 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bronvermogens Bijlage 1 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam D 250 D 500 D 1k D 2k D 4k D 8k 01 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :28:17

61 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Invoergegevens rekenmodel Bijlage 2 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Bf 01 Harde bodem 0,00 02 Harde bodem 0,00 03 Harde bodem 0,00 04 zachte bodem 1,00 05 zachte bodem 1,00 Geomilieu V :31:22

62 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Invoergegevens rekenmodel Bijlage 2 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld HDef. Cp Refl. 31 Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k 1 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 2 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 3 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 4 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 5 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 6 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 7 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 10 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 12 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 11 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 8 schuur 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 9 schuur 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 13 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 14 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 15 woning 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 16 ah 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 17 winkels 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 18 winkels 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 19 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 20 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 21 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 23 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 25 schuur 3,50 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 26 schuur 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 27 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 28 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 29 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 30 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 31 woningaanbouw 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 32 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 33 woning aanbouw 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 34 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 35 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 36 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 37 woning aanbouw 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 38 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 39 woning aanbouw 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 40 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 41 woning aanbouw 3,50 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 42 woning aanbouw 3,50 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 43 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 44 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 45 woning aanbouw 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 46 schuur 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 47 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 48 schuur 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 49 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 50 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 51 woning en slager 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 52 huisarts 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 53 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 54 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 55 woning 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 99 AH 4,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0, AH 8,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :32:10

63 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Invoergegevens rekenmodel Bijlage 2 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k 1 0,80 0,80 0,80 2 0,80 0,80 0,80 3 0,80 0,80 0,80 4 0,80 0,80 0,80 5 0,80 0,80 0,80 6 0,80 0,80 0,80 7 0,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0,80 8 0,80 0,80 0,80 9 0,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0, ,80 0,80 0,80 Geomilieu V :32:10

64 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Invoergegevens rekenmodel Bijlage 2 Model: Groep: aanpassing 14 juni (hoofdgroep) Lijst van Toetspunten, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Maaiveld HDef. Hoogte A Hoogte B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F Gevel 01 Middenweg 12 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 02 Middenweg 12 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 03 Middenweg 39 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 04 Roelat ,00 Relatief 1,50 5, Ja 05 Vuurbaak 40 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 06 Wanne 6 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 07 Middenweg 6 0,00 Relatief 1,50 5, Ja Geomilieu V :32:56

65 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Resultaten LAeq Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel aanpassing 14 juni LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 01_A Middenweg 12 1,50 42,5 36,5 14,8 42,5 70,6 01_B Middenweg 12 5,00 47,8 38,0 25,1 47,8 78,4 02_A Middenweg 12 1,50 48,4 28,3 20,9 48,4 77,6 02_B Middenweg 12 5,00 49,2 34,7 25,5 49,2 78,8 03_A Middenweg 39 1,50 45,2 27,0 17,8 45,2 75,9 03_B Middenweg 39 5,00 46,4 30,8 24,4 46,4 76,0 04_A Roelat ,50 44,9 35,7 8,4 44,9 77,6 04_B Roelat ,00 45,9 36,9 9,9 45,9 77,6 05_A Vuurbaak 40 1,50 44,2 34,5 6,6 44,2 76,9 05_B Vuurbaak 40 5,00 45,7 36,2 8,5 45,7 77,0 06_A Wanne 6 1,50 41,5 33,8 16,4 41,5 74,7 06_B Wanne 6 5,00 44,6 35,6 19,4 44,6 75,2 07_A Middenweg 6 1,50 34,8 31,7 29,8 39,8 60,5 07_B Middenweg 6 5,00 39,8 32,9 30,3 40,3 69,0 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :33:32

66 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Resultaten LAmax Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Resultatentabel LAmax 14 juni LAmax totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht 01_A Middenweg 12 1,50 68,1 56,8 15,8 01_B Middenweg 12 5,00 71,3 55,5 26,2 02_A Middenweg 12 1,50 73,7 44,0 22,0 02_B Middenweg 12 5,00 73,8 51,3 26,5 03_A Middenweg 39 1,50 70,6 44,1 19,2 03_B Middenweg 39 5,00 71,3 46,7 25,4 04_A Roelat ,50 73,7 55,5 9,5 04_B Roelat ,00 73,5 55,9 11,2 05_A Vuurbaak 40 1,50 70,6 50,6 8,0 05_B Vuurbaak 40 5,00 70,7 51,9 10,2 06_A Wanne 6 1,50 66,6 52,2 17,4 06_B Wanne 6 5,00 68,2 53,0 20,5 07_A Middenweg 6 1,50 55,7 35,9 32,4 07_B Middenweg 6 5,00 63,8 43,2 32,2 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :34:29

67 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Resultaten Indirecte hinder Bijlage 3 Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel Indirecte hinder LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 01_A Middenweg 12 1,50 38,6 33, ,6 72,2 01_B Middenweg 12 5,00 42,4 37, ,4 73,5 02_A Middenweg 12 1,50 32,0 26, ,0 66,2 02_B Middenweg 12 5,00 39,0 33, ,0 69,7 03_A Middenweg 39 1,50 33,0 27, ,0 67,6 03_B Middenweg 39 5,00 35,2 30, ,2 67,8 04_A Roelat ,50 50,0 44, ,0 80,9 04_B Roelat ,00 50,0 44, ,0 80,8 05_A Vuurbaak 40 1,50 49,9 44, ,9 80,8 05_B Vuurbaak 40 5,00 49,9 44, ,9 80,7 06_A Wanne 6 1,50 41,0 35, ,0 73,7 06_B Wanne 6 5,00 42,7 37, ,7 74,0 07_A Middenweg 6 1,50 25,7 20, ,7 59,6 07_B Middenweg 6 5,00 34,8 29, ,8 67,8 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :35:23

68 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Situatieoverzicht Figuur A 2871 A 2872 A 2873 A 2874 Bodemgebied Gebouw Lijn/mobiele bronpunt Mobiele bron Toetspunt A 3248 A 3250 A 3618 A 3622 A m 30 m A 2886 schaal = 1 : 803 A 2892 A 2891 A 3623 A 1671 A 3626 A 4674 A 2355 A A 1953 A A 2356 A 4493 A 4664 A 1318 A 1806 A A A 3682 A 3696 A 3683 A 2993 A 2644 A 3684 A A 3619 A 3674 A 3675 A 3676 A 3677 A 3678 A 3679 A 3680 A A 3686 A 3687 A 3688 A 3689 A Industrielawaai - IL, [dorp - Indirecte hinder], Geomilieu V1.40

69 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Bodemgebieden en objecten Figuur Bodemgebied Gebouw m 30 m schaal = 1 : Industrielawaai - IL, [dorp - Kopie van Albert Heyn], Geomilieu V1.40

70 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht bronnen Figuur Bodemgebied Gebouw Mobiele bron Puntbron 0 m 10 m schaal = 1 : Industrielawaai - IL, [dorp - Kopie van Albert Heyn], Geomilieu V

71 Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht ontvangerspunten Figuur Gebouw Toetspunt 0 m 30 m schaal = 1 : Industrielawaai - IL, [dorp - Indirecte hinder], Geomilieu V1.40

72 Memo betreft Akoestisch onderzoek 'Kern Limmen' Middenweg 3B memonr aan Gemeente Castricum van M.J. Reinders kopie E. Bouma projectnummer datum 6 mei Inleiding In het moederbestemmingsplan 'Kern Limmen' is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het plangebied aan de Middenweg 3B te Limmen. Op dit moment is op dit adres de sporthal "d'enterij" gesitueerd. De wijzigingsbevoegdheid maakt het mogelijk om in de toekomst op deze locatie woningbouw te situeren. Daar de wijzigingsbevoegdheid het mogelijk maakt geluidgevoelige bestemmingen te situeren is het vanuit de planologische procedure gewenst een akoestisch onderzoek op te stellen. 2. Doelstelling Het doel van het onderzoek is het in beeld brengen van de geluidbelasting op de planlocatie vanwege wegverkeerslawaai. Door middel van geluidcontouren wordt bepaald of de voorgenomen woningbouwlocatie voldoet aan het wettelijk kader van de Wet geluidhinder (Wgh). 3. Juridisch kader Binnen de zone van een weg dient een akoestisch onderzoek plaats te vinden naar de geluidbelasting op de binnen de zone gelegen woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen. Bij het berekenen van de geluidbelasting wordt de L den -waarde in db bepaald. De berekende geluidbelasting dient getoetst te worden aan de grenswaarden van de Wet geluidhinder. Indien de (voorkeurs)grenswaarde wordt overschreden, dient beoordeeld te worden of maatregelen ter beperking van het geluid mogelijk zijn. Als maatregelen niet mogelijk zijn, dient een hogere grenswaarde te worden vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders. In artikel 82 en volgende worden de grenswaarden vermeld met betrekking tot nieuwe situaties bij zones. In tabel 1 zijn deze waarden (voorkeursgrenswaarden en de maximaal toelaatbare hogere grenswaarde) opgenomen. Tabel 1. Grenswaarden voor woningen langs een bestaande weg Status van de woning Voorkeursgrenswaarde [db] Maximale ontheffing [db] Stedelijk Buitenstedelijk nieuw te bouwen woningen Aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder Artikel 110g van de Wet geluidhinder biedt de mogelijkheid het resultaat van berekening en meting van de geluidbelasting vanwege wegverkeer met maximaal 5 db te verlagen alvorens de blad 1 van 4

73 waarden te toetsen aan de (voorkeurs)grenswaarden. De hoogte van de aftrek is geregeld in artikel 3.6 van het Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder Op basis van dit voorschrift mag voor wegen waarvoor de representatief te achten snelheid van lichte motorvoertuigen 70 km/uur of meer bedraagt, een aftrek van 2 db worden toegepast. Voor de overige wegen bedraagt de aftrek 5 db. Plangebied In onderstaande afbeelding is globaal het te onderzoeken plangebied weergegeven. Afbeelding 2. Plangebied nabij Middenweg 3B, Limmen Plangebied Toetsingskader plansituatie In de onderhavige situatie is er sprake van een plangebied met geluidgevoelige bestemmingen die gelegen zijn binnen de wettelijke geluidzone de Rijksweg. Voor de Rijksweg geldt een maximum snelheid van 50 km/uur, de aftrek ex artikel 110g Wgh bedraagt derhalve 5 db. De in tabel 3 weergegeven grenswaarden zijn van toepassing. blad 2 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

74 Tabel 3. Grenswaarden voor woningen langs een bestaande weg Status van de woning Voorkeursgrenswaarde [db] Maximale ontheffing [db] Binnenstedelijk Nieuw te bouwen woning De overige wegen in de nabijheid van het plangebied zijn gelegen binnen een 30 km/u-zone. Een weg waar de maximale snelheid 30 km/uur bedraagt, is in de zin van de Wet geluidhinder niet zoneplichtig. Een akoestisch onderzoek is voor dergelijke wegen derhalve niet noodzakelijk en zijn in onderhavig onderzoek niet beoordeeld. 4. Uitgangspunten Rekenmethode Voor het bepalen van het geluidniveau vanwege het verkeer op een weg zijn twee wettelijk vastgestelde rekenmethodes voorhanden: de Standaardrekenmethode I en de Standaardrekenmethode II uit het 'Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder 2006' ex artikel 110d van de Wet geluidhinder, kortweg aangeduid als SRM I respectievelijk SRM II. De SRM II is een rekenmethode waarbij rekening kan worden gehouden met afscherming van objecten, hetgeen met de SRM I niet mogelijk is. Daar er in onderhavig geval objecten tussen het plangebied en de Rijksweg zijn gelegen, zijn de berekeningen uitgevoerd conform SRM II. Invoergegevens De geprognosticeerde verkeersgegevens van de Rijksweg zijn aangeleverd door de gemeente Castricum. De voor de berekeningen gehanteerde verkeersgegevens worden weergegeven in de onderstaande tabel. Tabel 4. Gehanteerde verkeersgegevens prognosejaar 2020 Weg Intensiteit [mvt/etm] Gemiddeld uurpercentage [%] Verdeling per voertuigcategorie [%] dag avond nacht licht middelzwaar Rijksweg ,5 3,4 0,9 93,2 4,6 2,2 zwaar Voor de Rijksweg bedraagt de maximum snelheid ter hoogte van het onderhavige plangebied 50 km/uur. De weg is verhard met dicht asfaltbeton en in de berekeningen is uitgegaan van het wegdektype DAB 0/16. De omgeving van de nieuw te realiseren bebouwing is voornamelijk als akoestisch zacht te kenmerken (bodemfactor 1,0). Wegen, water en verharde delen zijn als hard bodemgebied (0,0) ingevoerd. De diverse gebouwen in de omgeving van het plangebied zijn in de berekeningen zowel afschermend als reflecterend meegenomen. Met behulp van het berekeningsmodel is een contourberekening uitgevoerd voor het prognosejaar Voor de berekeningen is uitgegaan van een ontvangerhoogte van 4,50 meter (eerste verdieping) boven lokaal maaiveld. blad 3 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

75 5. Resultaten In onderstaande afbeelding 5 zijn de geluidcontouren ten gevolge van wegverkeerslawaai op de Rijksweg in het plangebied (blauw omkaderd) weergegeven. In het oranje weergegeven gebied bedraagt de geluidbelasting tussen de 48 db en 63 db inclusief aftrek artikel 110g van de Wet geluidhinder. In het groen weergegeven is de geluidbelasting lager dan 48 db (incl. art. 110g Wgh). Afbeelding 5. Geluidcontouren ten gevolge van de Rijksweg 6. Conclusie De geluidbelasting in het te beoordelen plangebied is lager dan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Dit betekent dat er in het gebied geen akoestische bezwaren zijn om woningen te realiseren. Bijlagen 1. Resultaten Hoofdweg blad 4 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

76 periode: Bodemgebied Gebouw Weg Lden Inclusief groepsreducties < 48 db db db db db db db 10 mei 2010, 17:27 Rijksweg m 40 m schaal = 1 : Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [ Rijksweg 2020], Geomilieu V1.40 Rekenresultaten incl. art. 110g Wgh

77 Memo betreft Akoestisch onderzoek 'Kern Limmen' Middenweg 3B memonr aan Gemeente Castricum van M.J. Reinders kopie E. Bouma projectnummer datum 6 mei Inleiding In het moederbestemmingsplan 'Kern Limmen' is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het plangebied aan de Middenweg 3B te Limmen. Op dit moment is op dit adres de sporthal "d'enterij" gesitueerd. De wijzigingsbevoegdheid maakt het mogelijk om in de toekomst op deze locatie woningbouw te situeren. Daar de wijzigingsbevoegdheid het mogelijk maakt geluidgevoelige bestemmingen te situeren is het vanuit de planologische procedure gewenst een akoestisch onderzoek op te stellen. 2. Doelstelling Het doel van het onderzoek is het in beeld brengen van de geluidbelasting op de planlocatie vanwege wegverkeerslawaai. Door middel van geluidcontouren wordt bepaald of de voorgenomen woningbouwlocatie voldoet aan het wettelijk kader van de Wet geluidhinder (Wgh). 3. Juridisch kader Binnen de zone van een weg dient een akoestisch onderzoek plaats te vinden naar de geluidbelasting op de binnen de zone gelegen woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen. Bij het berekenen van de geluidbelasting wordt de L den -waarde in db bepaald. De berekende geluidbelasting dient getoetst te worden aan de grenswaarden van de Wet geluidhinder. Indien de (voorkeurs)grenswaarde wordt overschreden, dient beoordeeld te worden of maatregelen ter beperking van het geluid mogelijk zijn. Als maatregelen niet mogelijk zijn, dient een hogere grenswaarde te worden vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders. In artikel 82 en volgende worden de grenswaarden vermeld met betrekking tot nieuwe situaties bij zones. In tabel 1 zijn deze waarden (voorkeursgrenswaarden en de maximaal toelaatbare hogere grenswaarde) opgenomen. Tabel 1. Grenswaarden voor woningen langs een bestaande weg Status van de woning Voorkeursgrenswaarde [db] Maximale ontheffing [db] Stedelijk Buitenstedelijk nieuw te bouwen woningen Aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder Artikel 110g van de Wet geluidhinder biedt de mogelijkheid het resultaat van berekening en meting van de geluidbelasting vanwege wegverkeer met maximaal 5 db te verlagen alvorens de blad 1 van 4

78 waarden te toetsen aan de (voorkeurs)grenswaarden. De hoogte van de aftrek is geregeld in artikel 3.6 van het Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder Op basis van dit voorschrift mag voor wegen waarvoor de representatief te achten snelheid van lichte motorvoertuigen 70 km/uur of meer bedraagt, een aftrek van 2 db worden toegepast. Voor de overige wegen bedraagt de aftrek 5 db. Plangebied In onderstaande afbeelding is globaal het te onderzoeken plangebied weergegeven. Afbeelding 2. Plangebied nabij Middenweg 3B, Limmen Plangebied Toetsingskader plansituatie In de onderhavige situatie is er sprake van een plangebied met geluidgevoelige bestemmingen die gelegen zijn binnen de wettelijke geluidzone de Rijksweg. Voor de Rijksweg geldt een maximum snelheid van 50 km/uur, de aftrek ex artikel 110g Wgh bedraagt derhalve 5 db. De in tabel 3 weergegeven grenswaarden zijn van toepassing. blad 2 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

79 Tabel 3. Grenswaarden voor woningen langs een bestaande weg Status van de woning Voorkeursgrenswaarde [db] Maximale ontheffing [db] Binnenstedelijk Nieuw te bouwen woning De overige wegen in de nabijheid van het plangebied zijn gelegen binnen een 30 km/u-zone. Een weg waar de maximale snelheid 30 km/uur bedraagt, is in de zin van de Wet geluidhinder niet zoneplichtig. Een akoestisch onderzoek is voor dergelijke wegen derhalve niet noodzakelijk en zijn in onderhavig onderzoek niet beoordeeld. 4. Uitgangspunten Rekenmethode Voor het bepalen van het geluidniveau vanwege het verkeer op een weg zijn twee wettelijk vastgestelde rekenmethodes voorhanden: de Standaardrekenmethode I en de Standaardrekenmethode II uit het 'Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder 2006' ex artikel 110d van de Wet geluidhinder, kortweg aangeduid als SRM I respectievelijk SRM II. De SRM II is een rekenmethode waarbij rekening kan worden gehouden met afscherming van objecten, hetgeen met de SRM I niet mogelijk is. Daar er in onderhavig geval objecten tussen het plangebied en de Rijksweg zijn gelegen, zijn de berekeningen uitgevoerd conform SRM II. Invoergegevens De geprognosticeerde verkeersgegevens van de Rijksweg zijn aangeleverd door de gemeente Castricum. De voor de berekeningen gehanteerde verkeersgegevens worden weergegeven in de onderstaande tabel. Tabel 4. Gehanteerde verkeersgegevens prognosejaar 2020 Weg Intensiteit [mvt/etm] Gemiddeld uurpercentage [%] Verdeling per voertuigcategorie [%] dag avond nacht licht middelzwaar Rijksweg ,5 3,4 0,9 93,2 4,6 2,2 zwaar Voor de Rijksweg bedraagt de maximum snelheid ter hoogte van het onderhavige plangebied 50 km/uur. De weg is verhard met dicht asfaltbeton en in de berekeningen is uitgegaan van het wegdektype DAB 0/16. De omgeving van de nieuw te realiseren bebouwing is voornamelijk als akoestisch zacht te kenmerken (bodemfactor 1,0). Wegen, water en verharde delen zijn als hard bodemgebied (0,0) ingevoerd. De diverse gebouwen in de omgeving van het plangebied zijn in de berekeningen zowel afschermend als reflecterend meegenomen. Met behulp van het berekeningsmodel is een contourberekening uitgevoerd voor het prognosejaar Voor de berekeningen is uitgegaan van een ontvangerhoogte van 4,50 meter (eerste verdieping) boven lokaal maaiveld. blad 3 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

80 5. Resultaten In onderstaande afbeelding 5 zijn de geluidcontouren ten gevolge van wegverkeerslawaai op de Rijksweg in het plangebied (blauw omkaderd) weergegeven. In het oranje weergegeven gebied bedraagt de geluidbelasting tussen de 48 db en 63 db inclusief aftrek artikel 110g van de Wet geluidhinder. In het groen weergegeven is de geluidbelasting lager dan 48 db (incl. art. 110g Wgh). Afbeelding 5. Geluidcontouren ten gevolge van de Rijksweg 6. Conclusie De geluidbelasting in het te beoordelen plangebied is lager dan de voorkeursgrenswaarde van 48 db. Dit betekent dat er in het gebied geen akoestische bezwaren zijn om woningen te realiseren. Bijlagen 1. Resultaten Hoofdweg blad 4 van 4 docnaam: mem-akoestiek middenweg 3b.doc

81 periode: Bodemgebied Gebouw Weg Lden Inclusief groepsreducties < 48 db db db db db db db 10 mei 2010, 17:27 Rijksweg m 40 m schaal = 1 : Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [ Rijksweg 2020], Geomilieu V1.40 Rekenresultaten incl. art. 110g Wgh

82 Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten projectnr revisie 09 april 2010 Auteur(s) Andries Sijbrandij Opdrachtgever Gemeente Castricum Postbus BH CASTRICUM datum vrijgave beschrijving revisie goedkeuring vrijgave Concept R. Verhagen E. Bouma

83 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Inhoud Blz. 1 Inleiding Aanleiding Doel Flora- en faunawet Werkwijze Leeswijzer 4 2 Gebiedsbeschrijving Huidige gebiedskenmerken Bureaustudie Terreinbezoek Verwachte natuurwaarden 7 3 Toetsing effecten ingreep Beschrijving ingreep Effecten en mitigerende maatregelen Vogels Zoogdieren 10 4 Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen Voorbehoud 11 Bronnen 13 Bijlage 1: Wettelijk kader 15 blad 1 van 18

84 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum 1 Inleiding 1.1 Aanleiding De gemeente Castricum is bezig om de bestaande regelingen te actualiseren en één nieuw bestemmingsplan op te stellen voor de gehele bebouwde kom van Limmen. Voor een specifieke ontwikkeling in het plangebied, de uitbreiding van een filiaal van Albert Heijn, is onder andere een natuurtoets in het kader van de Flora- en faunawet nodig. Het uit te breiden filiaal ligt aan de Vuurbaak. Ter plaatse van de uitbreiding bevindt zich momenteel een woning met tuin. In onderstaande figuur is de ligging van het plangebied (blauw omcirkeld) weergegeven. Figuur 1: Lokatie van het uit te breiden filiaal Albert Heijn Vanuit de natuurwetgeving is bij ruimtelijke ingrepen de initiatiefnemer verplicht op de hoogte te zijn van mogelijk voorkomende beschermde natuurwaarden binnen het projectgebied, zodat hiermee rekening kan worden gehouden. blad 2 van 18

85 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum 1.2 Doel De gemeente Castricum heeft Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. gevraagd onderzoek te doen naar de natuurwaarden op de planlocatie en te onderzoeken of verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet worden overtreden en om aan te geven welke mitigerende maatregelen genomen kunnen worden om de effecten van de ingreep zo klein mogelijk te houden en/of te vermijden. Het doel van de voorliggende natuurtoets is het opsporen van mogelijke strijdigheden van de voorgenomen ingrepen met de huidige Flora- en faunawet en te bepalen of eventueel de aanvraag van een ontheffing noodzakelijk is. 1.3 Flora- en faunawet Voorafgaand aan ruimtelijke inrichting in het landelijk of stedelijk gebied moet door middel van een natuurtoets worden vastgesteld of beschermde natuurwaarden in het geding zijn. Indien er beschermde natuurwaarden worden geschaad kan een ontheffing ex art. 75 Flora- en faunawet voor aanvang van de werkzaamheden noodzakelijk zijn. Het is daarbij van belang om te weten tot welke beschermingscategorie de aanwezige soorten behoren. De beschermde soorten zijn momenteel ingedeeld in vier categorieën: - algemene soorten (zgn. tabel 1 soorten) waarvoor geen ontheffingsplicht geldt wegens een algehele vrijstelling; - overige soorten ('middengroep', de zgn. tabel 2 soorten) waarvoor alleen een vrijstelling geldt indien wordt gewerkt volgens een goedgekeurde Gedragscode. Wordt niet volgens een gedragscode gewerkt, dan is een ontheffing noodzakelijk; - strikt beschermde soorten van bijlage IV Habitatrichtlijn / bijlage I AMvB (zgn. tabel 3 soorten) waarvoor een ontheffingsplicht geldt voor werkzaamheden die leiden tot verstoring van deze soorten of vernietiging van het leefgebied bij o.a. ruimtelijke ontwikkelingen; - broedende vogels (eveneens strikt beschermd), waarvoor geen ontheffing wordt verleend om deze in de broedperiode te verstoren. Voor sommige soorten geniet ook het nest en de directe omgeving bescherming en mogen niet zonder meer worden verwijderd. Werkzaamheden kunnen in het algemeen soepel doorgang vinden indien er geen 'strikt beschermde soorten' of vaste verblijfplaatsen van deze soorten worden aangetroffen. 1.4 Werkwijze Om eventuele strijdigheden met de Flora- en faunawet op te sporen dienen de volgende vragen te worden beantwoord: 1. Welke wettelijk beschermde soorten komen in het projectgebied voor? Welke status hebben deze soorten? 2. Welke invloed heeft de geplande ingreep in het betreffende gebied op de (strikt) beschermde soorten? 3. Door welke maatregelen kunnen negatieve effecten op beschermde soorten worden voorkomen of verzacht? 4. Indien de duurzame staat van instandhouding van strikt beschermde soorten in gevaar komt, welk vervolgtraject dient dan doorlopen te worden? 5. Voor welke beschermde soorten moet een ontheffing aangevraagd worden? blad 3 van 18

86 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Om de voorgaande vragen te beantwoorden zijn de volgende stappen doorlopen. Stap 1. Bureaustudie Op basis van literatuuronderzoek en verspreidingsatlassen is nagegaan of er wettelijk beschermde plant- of diersoorten in het projectgebied voorkomen. Bij het Natuurloket is gecontroleerd of aanvullende (actuele) gegevens verkregen kunnen worden. Stap 2. Veldbezoek Na het bureauonderzoek is een verkennend veldbezoek gebracht aan het projectgebied en de omgeving. Hierbij is, op basis van de gegevens van de bureaustudie, beoordeeld voor welke soorten het projectgebied daadwerkelijk een geschikte habitat biedt en daarmee welke soorten er daadwerkelijk voor kunnen komen. Stap 3. Effectenonderzoek Op basis van de beschrijving van de voorgenomen ingreep en de verzamelde gegevens van stap 1 en 2 zijn de (mogelijke) effecten op de verwachte beschermde soorten beschreven. Voor de verwachte negatieve effecten op de beschermde soorten worden mitigerende maatregelen voorgesteld. Stap 4. Conclusies en advies met betrekking tot vervolg Op basis van stap 1 tot en met 3 zijn conclusies getrokken met betrekking tot eventuele overtredingen van verbodsbepalingen zoals genoemd in de Flora- en faunawet art. 75, en te nemen vervolgstappen. 1.5 Leeswijzer De kern van dit rapport bestaat uit de gesignaleerde knelpunten met de Flora- en faunawet en de hieruit voortvloeiende consequenties en aanbevelingen met betrekking tot het vervolgtraject. Deze zijn terug te vinden in hoofdstuk 4. De achtergrondinformatie voor de natuurtoets en de resultaten van de toetsing staan beschreven in de hoofdstukken 2 en 3. Hoofdstuk 2 omvat een beschrijving van de in het projectgebied aanwezige biotopen en de hierin verwachte soorten. Hoofdstuk 3 omvat de effectenbeoordeling en maatregelen om effecten te voorkomen of beperken. De beschrijving van het wettelijke kader achter deze toetsing is opgenomen in bijlage 1. blad 4 van 18

87 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum 2 Gebiedsbeschrijving 2.1 Huidige gebiedskenmerken Het uit te breiden filiaal ligt in de bebouwde kom van Limmen. Het betreft hier bebouwd gebied met straten, parkeerplaatsen, winkels en woonhuizen. Ten zuiden van het uit te breiden filiaal ligt een groot parkeerterrein. Ten noorden, westen en oosten van het filiaal bevinden zich straten en woonhuizen. Een van deze woonhuizen (met garage), gelegen aan de Middenweg, zal worden gesloopt. Ten behoeve van de uitbreiding zal ook de tuin van dit woonhuis verloren gaan. 2.2 Bureaustudie Het uit te breiden filiaal ligt in kilometerhok X:108/Y:509 (zie ook figuur 1). Volgens de gegevens van het Natuurloket is dit kilometerhokken op de meeste soortgroepen niet of slecht onderzocht. Alleen dagvlinders zijn redelijk onderzocht. Vaatplanten, libellen en watervogels zijn matig onderzocht. De overige soortgroepen zijn in dit kilometerhok niet of slecht onderzocht. Hieruit blijkt dat in dit kilometerhok twee algemene vaatplantensoorten bekend zijn. Verder zijn twee algemene en twee strikt beschermde zoogdiersoorten bekend. Aanvullend is nog gebruik gemaakt van inventarisatiegegevens uit verschillende verspreidingsatlassen en enkele internetsites (zie bronvermelding). Het betreft hier gegevens van de soortgroepen zoogdieren en vogels. Uit deze gegevens blijkt dat in de omgeving van het plangebied een aantal algemene beschermde zoogdierensoorten, zoals Egel, Bosspitsmuis en Mol en voorkomen. Voor de bureaustudie is onder andere gebruik gemaakt van vleermuizen in het landschap uit 1996 van K. Kapteijn. Hierin zijn verspreidingskaarten opgenomen van alle vleermuizen in Noord-Holland op kilometerhokniveau. Hieruit blijkt dat in de omgeving van het plangebied waarnemingen bekend zijn van de vleermuissoorten Gewone dwergvleermuis, Laatvlieger en Ruige dwergvleermuis. In de directe omgeving van het plangebied en zelfs in Limmen, zijn geen kraamkolonies van vleermuizen bekend. Vleermuizen zijn strikt beschermd. Tabel 1: waarnemingen van vleermuizen te Limmen blad 5 van 18

88 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Ook diverse soorten broedvogels, zoals Turkse tortel, Ransuil, Ekster, Gaai, Zwarte kraai en diverse zangvogels van stad en park komen in de omgeving van het plangebied voor. Het voorkomen van wettelijk beschermde soorten in de omgeving betekent niet dat deze soorten zich ook binnen de grenzen van het plangebied bevinden. Het plangebied omvat slechts een klein deel van het kilometerhok en daarmee ook een beperkt aantal verschillende biotopen. Met behulp van het veldbezoek is nagegaan welke dit zijn. Hierdoor kan meer duidelijkheid gegeven worden over de voorkomende dan wel verwachte soorten in het plangebied. 2.3 Terreinbezoek Om inzicht te krijgen in de natuurwaarden van het plangebied is het gebied op 30 maart bezocht door een ecoloog. In het projectgebied zijn de volgende biotopen aangetroffen: bebouwing tuin Bebouwing De bestaande bebouwing die wordt gesloopt betreft een woning met en een garage. De muren van de woning en de garage bestaan uit baksteen. De woning heeft een puntdak met vrij nieuwe dakpannen. Tussen de muren, de dakgoot en het dak zijn geen openingen zichtbaar. De garage heeft een plat dak. Ook hier zijn geen openingen zichtbaar. Foto 1: te slopen woning Foto 2: te slopen woning en achterkant AH Tuin De tuin bestaat uit kort gemaaid gazon, heesterbeplanting (bestaande uit diverse soorten heesters), enkele bomen (twee sparren, een Conifeer en een Berk) en verharding (tegelpaadjes en een oprit van grindtegels naar de garage). In de heesterbeplanting zijn ten tijde van het veldbezoek enkele foeragerende Pimpelmezen aangetroffen. Er zijn geen nesten van vogels met een vaste broed- of verblijfplaats aangetroffen. Er zijn geen holtes in de bomen aangetroffen. blad 6 van 18

89 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Foto 3: tuin aan zuidkant van woning Foto 4: tuin aan noordkant van woning 2.4 Verwachte natuurwaarden Op basis van de gegevens van de bureaustudie en de tijdens het veldbezoek vastgelegde biotopen is een inschatting gemaakt van de beschermde soorten die in het projectgebied te verwachten zijn dan wel tijdens het veldbezoek ook zijn waargenomen (of sporen ervan). Planten In en nabij de locatie komen alleen algemene (niet-beschermde) plantensoorten voor. De enige begroeiingen die in het plangebied aanwezig zijn bevinden zich in een tuin. Natuurlijke groeiplaatsen van beschermde plantensoorten komen in het projectgebied niet voor. Broedvogels Tijdens het veldbezoek zijn diverse zangvogels van stad en park waargenomen. Het is te verwachten dat deze vogels gebruik maken van de beplantingen in de tuin en in de omgeving van het plangebied. Tijdens het veldbezoek waren binnen het plangebied geen nestelende of broedende vogels aanwezig. Het is echter niet uit te sluiten dat er zangvogels in de tuin gaan broeden. Er zijn geen nesten van vogels met een vaste broedof verblijfplaats aangetroffen. Soorten met een vaste nestplaats zullen binnen het plangebied niet broeden. Zoogdieren De tuin vormt voor een beperkt aantal diersoorten een geschikt leefgebied, zoals enkele algemeen voorkomende muizensoorten en de Mol. De verwachting is dat er vleermuizen in het gebied voorkomen. Uit de bureaustudie blijkt dat de vleermuizensoorten Gewone dwergvleermuis, Ruige dwergvleermuis en Laatvlieger in de omgeving van het projectgebied voorkomen. Gewone dwergvleermuis en Laatvlieger maken gebruik van openingen in gebouwen en bomen om te gebruiken als rust- en verblijfplaats. Omdat in het plangebied geen geschikte gebouwen (geen geschikte openingen) en/of bomen met holtes aanwezig zijn, is het voorkomen van vaste rust- en verblijfplaatsen van gebouw- en/of boombewonende vleermuizen uit te sluiten. blad 7 van 18

90 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Vleermuizen maken gebruik van lijnvormige elementen om te migreren. De te verwijderen begroeiing in de tuin vormt geen lijnvormig element. Deze begroeiing is daardoor niet van structureel belang als migratieroute van bijvoorbeeld een verblijfplaats naar foerageergebied. Er is wel een kans dat vleermuizen binnen het plangebied jagen. blad 8 van 18

91 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum 3 Toetsing effecten ingreep 3.1 Beschrijving ingreep Ter plaatse van de uitbreiding bevindt zich momenteel een woning met een garage en een tuin met heesters en enkele bomen. Ten behoeve van de uitbreiding zal daarom deze woning worden gesloopt en zal de tuin worden opgeruimd. Er zal grondwerk worden verricht en de uitbreiding wordt op de nieuwe locatie opgebouwd. De nieuwe bebouwing sluit aan op de bestaande bebouwing aan de westkant van het bestaande filiaal. 3.2 Effecten en mitigerende maatregelen Vogels De schade en gevolgen van de werkzaamheden voor beschermde flora en fauna worden hieronder per soortengroep besproken. Indien relevant zullen maatregen voorgesteld worden waarmee negatieve effecten voorkomen kunnen worden. Algemeen geldt dat er sprake is van schade als het leefgebied van beschermde soorten wordt vernietigd of verstoord of als beschermde soorten worden vernietigd (planten), verwond of gedood. De aanwezigheid van vogels in het projectgebied is niet uit te sluiten. De bomen en struiken zijn geschikt als broedplaats diverse zangvogels van stad en park. In het algemeen kan worden gesteld dat ingrepen in een gebied tijdens het broedseizoen sterke negatieve effecten hebben op de meeste vogelsoorten door vernietiging van broedplaatsen en verstoring van de reproductie. Werkzaamheden als het slopen van gebouwen en het verwijderen van begroeiing, moeten buiten deze periode plaats vinden. In principe wordt ook geen ontheffing verleend voor het verstoren van (broed)vogels. Verstoring van broedsels dient dan ook te worden voorkomen, door de werkzaamheden buiten het broedseizoen uit te voeren. Voor het broedseizoen kunnen geen exacte data worden aangegeven, omdat dit van soort tot soort en van jaar tot jaar kan verschillen, maar globaal kan hiervoor de periode 15 maart tot 15 juli worden aangehouden. Buiten het broedseizoen zijn negatieve effecten op vogels gering. Ze vliegen dan op om even verderop weer neer te strijken. Indien de werkzaamheden toch worden uitgevoerd in het broedseizoen dan is het van belang om ruim voor aanvang van het broedseizoen (medio maart) maatregelen te nemen om te voorkomen dat vogels in de tuin gaan broeden. Dit kan eenvoudig bereikt worden door de begroeiing in de tuin vóór het broedseizoen te verwijderen. De gunstige staat van instandhouding van voorkomende of verwachte vogelsoorten zal niet worden aangetast wanneer werkzaamheden buiten het broedseizoen worden uitgevoerd. Indien de werkzaamheden in het broedseizoen uitgevoerd worden, dienen maatregelen te worden genomen om te voorkomen dat vogels in het plangebied gaan broeden. blad 9 van 18

92 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Zoogdieren Door de werkzaamheden wordt een deel van het leefgebied van een aantal kleine zoogdieren vernietigd. Door de inzet van zware machines lopen deze dieren tevens het gevaar om gedood te worden. Effecten op kleine zoogdieren kunnen worden beperkt door, voordat de werkzaamheden beginnen, de aanwezige vegetatie zo kort mogelijk te houden en de heesterbeplantingen te verwijderen. Hierdoor blijft het gebied door het ontbreken van dekking voor veel soorten weinig aantrekkelijk. Tevens zullen tijdens het grondverzet en de bouwwerkzaamheden nog aanwezige exemplaren bij gebrek aan dekking het gebied eerder ontvluchten. Er is een kans dat vleermuizen binnen het plangebied jagen. Jachtgebieden worden in het kader van de Flora en Faunawet niet als een permanente verblijfplaats beschouwd. Bovendien maakt nieuwbouw het gebied niet ongeschikt als jachtgebied. Vleermuizen zijn uitsluitend 's nacht actief. Ten gevolge van de voorgenomen werkzaamheden wordt het karakter van het gebied niet aangetast, zodat het zijn functie als foerageergebied zal behouden. Negatieve effecten op vleermuizen worden dan ook niet verwacht. De gunstige staat van instandhouding van deze soorten zal niet worden aangetast als gevolg van de voorgenomen ingreep. blad 10 van 18

93 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum 4 Conclusies en aanbevelingen 4.1 Conclusies In de tuin behorende bij de te slopen woning is een geschikt broedbiotoop voor diverse zangvogels aanwezig. Het is middels de Flora- en faunawet verboden om broedende vogels te verstoren. Hiervoor kan ook geen ontheffing worden verkregen. Het aanwezige broedbiotoop rondom de te slopen woning (bomen en struweel) moet daarom buiten het broedseizoen (circa 15 maart tot circa 15 juli) worden verwijderd. Voor de overige werkzaamheden zijn er dan vanuit de Flora- en faunawet geen beperkingen meer. Verder zijn uitsluitend negatieve effecten te verwachten op tabel 1 soorten van de Floraen faunawet (enkele zoogdierensoorten) van de Flora- en faunawet. Omdat het gaat om tabel 1 soorten (waarvoor een vrijstelling geldt voor ruimtelijke ontwikkeling zoals genoemd in deze natuurtoets) behoeft voor deze soorten geen ontheffing te worden aangevraagd. In het kader van de zorgplicht worden in de volgende paragraaf enkele aanbevelingen gedaan waarmee negatieve effecten op deze groep tot een minimum te beperken. 4.2 Aanbevelingen De onderstaande mitigerende maatregelen worden voorgesteld in het kader van de algemeen geldende zorgplicht. 4.3 Voorbehoud In het kader van de zorgplicht met betrekking tot zoogdieren wordt aanbevolen om voordat de werkzaamheden beginnen, de aanwezige vegetatie zo kort mogelijk te houden en de heesterbeplantingen te verwijderen. Het leefgebied voor kleine zoogdiersoorten wordt hierdoor minder geschikt. Tijdens het grondverzet en de bouwwerkzaamheden zullen nog aanwezige exemplaren bij gebrek aan dekking het gebied eerder ontvluchten. De voorliggende natuurtoets is gebaseerd op beperkte inventarisatiegegevens van derden en literatuuronderzoek. Deze gegevens geven geen garantie dat tijdens de uitvoering van de werkzaamheden geen (andere) beschermde soorten worden waargenomen. Natuur is vaak verrassend. Om de risicos zo veel mogelijk te verkleinen wordt aanbevolen om vlak voordat de werkzaamheden beginnen, het terrein te controleren op de aanwezigheid van (andere) beschermde soorten. blad 11 van 18

94

95 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Bronnen Broekhuizen, S., B. Hoekstra, V. van Laar, C. Smeek & J.B.M. Thissen, Atlas van de Nederlandse zoogdieren. KNNV Uitgeverij, Utrecht. K. Kapteijn. - Nozos, Noordhollands Landschap, Provincie Noord-Holland, Vleermuizen in het Landschap : over hun ecologie, gedrag en verspreiding. SOVON, Atlas van de Nederlandse Broedvogels Nederlandse Fauna 5. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden. blad 13 van 18

96

97 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Bijlage 1: Wettelijk kader Hieronder volgt een algemene beschrijving van de Natuurwetgeving, gevolgd door betreffende onderdelen van de wetgeving. De Nederlandse natuurwetgeving De Nederlandse natuurwetgeving valt uiteen in gebiedbescherming en soortbescherming. De gebiedsbescherming is geïmplementeerd in de Natuurbeschermingsweg 1998 en omvat de Natura 2000-gebieden. In de Natura 2000-gebieden zijn de beschermde natuurmonumenten alsmede de gebieden met de status Vogel- en/of de Habitatrichtlijn-gebied (voorheen Speciale Beschermings-Zones (SBZ's) opgenomen. Globaal kan gesteld worden dat de gebiedsbescherming gericht is op de bescherming van de waarden waarvoor een gebied is aangewezen. Deze bescherming is gebiedspecifiek, maar kent wel de zogenaamde externe werking. Dat wil zeggen dat ook handelingen buiten het beschermde gebied niet mogen leiden tot verlies aan kwaliteit in het beschermde gebied. De soortbescherming is opgenomen in de Flora- en faunawet. Deze wet omvat ook de bescherming van Habitatrichtlijnsoorten buiten de aangewezen Natura 2000-gebieden welke zijn vermeld in bijlage IV. Deze bescherming geldt overal in Nederland, ook in de beschermde gebieden. De soortbescherming kent geen externe werking. Projecten worden getoetst aan de directe invloed op beschermde waarden binnen de grenzen van het plangebied. Conform deze wet is de initiatiefnemer bij ruimtelijke ingrepen verplicht op de hoogte te zijn van mogelijke voorkomende beschermde natuurwaarden binnen het plangebied. Vanuit de kennis dienen plannen en projecten getoetst te worden aan eventuele strijdigheid met de verbodsbepalingen uit de Flora- en faunawet (zie paragraaf 2.2 van het voorgaande rapport). Flora- en faunawet Onder de werking van de Flora- en faunawet vallen circa dier- en plantensoorten. Alle inheemse zoogdieren (m.u.v. de huismuis en zwarte en bruine rat), vogels, amfibieën en reptielen zijn beschermd. Tevens hebben een aantal soorten planten, vissen, insecten en ongewervelden een beschermde status. Voor de in het wild voorkomende planten en dieren geldt de algemene zorgplicht (art. 2). Volgens de Flora- en faunawet mogen beschermde dier- en plantensoorten niet worden verwond, gevangen, opzettelijk worden verontrust of gedood. Voortplanting- of vaste rustof verblijfplaatsen mogen niet worden beschadigd, vernield of verstoord. Beschermde planten mogen op geen enkele wijze van hun groeiplaats worden verwijderd of vernield. De verbodsbepalingen van de wet staan genoemd in onderstaand kader. blad 15 van 18

98 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Verboden handelingen met betrekking tot beschermde planten: Artikel 8: Het plukken, verzamelen, afsnijden, vernielen, beschadigen, ontwortelen of om een andere manier van de groeiplaats verwijderen van planten Artikel 13: Het vervoeren en onder zich hebben (in verband met verplaatsen) van planten Verboden handelingen met betrekking tot beschermde dieren: Artikel 9: Het doden, verwonden, vangen of bemachtigen van dieren. Het met het oog op bovenstaande doelen opsporen van dieren. Artikel 10: Het opzettelijk verontrusten van dieren Artikel 11: Het beschadigen, vernielen, uithalen wegnemen, verstoren van nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren. Artikel 13: Het vervoeren en onder zich hebben (in verband met verplaatsen) van dieren De werkingssfeer van de Flora- en faunawet is niet beperkt tot of gerelateerd aan speciaal aangewezen gebieden, maar geeft soorten overal in Nederland bescherming. In artikel 75 van de Flora- en faunawet worden de ontheffingsmogelijkheden weergegeven. Op 23 februari 2005 is de Algemene Maatregel van Bestuur m.b.t. artikel 75 van de Flora- en faunwet 1 in werking getreden. Middels deze AMvB wordt onder bepaalde voorwaarden een algemene vrijstelling geregeld van de ontheffingsplicht van de Flora- en faunawet. Deze vrijstelling geldt voor ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, bestendig gebruik en bestendig beheer en onderhoud en voor bepaalde (algemeen voorkomende) soorten. Welke voorwaarden verbonden zijn aan de vrijstelling hangt af het de dier- of plantensoorten die voorkomen in het plangebied. In de AMvB worden hiertoe verschillende beschermingsregimes onderscheiden. Soorten van tabel 1 algemene soorten lichtste beschermingsregime AMvB: Voor deze soorten geldt voor ruimtelijke ontwikkeling een vrijstelling van de ontheffingsplicht. Voor deze soorten is derhalve geen ontheffing nodig. Wel geldt ten aanzien van deze soorten de zorgplicht, die eveneens van de Flora- en faunawet uitgaat. Soorten die vallen onder de vrijstelling betreft onder andere algemene zoogdiersoorten, zoals algemene muizen- en spitsmuizen, de Egel, Konijn en Mol, Ree en Vos;, algemene amfibieënsoorten, waaronder de Bruine kikker, Gewone pad en Kleine watersalamander en plantensoorten als Grasklokje en Gewone dotterbloem. Soorten van tabel 2 overige soorten middelste beschermingsregime AMvB: Voor soorten van tabel 2 van de AMvB is bij ruimtelijke ontwikkelingen een vrijstelling mogelijk van de ontheffingsplicht, indien gewerkt wordt volgens een door het Ministerie van LNV goedgekeurde gedragscode. Ontbreekt zon gedragscode, dan dient ontheffing aangevraagd te worden, welke wordt getoetst aan het criterium doet geen afbreuk aan de gunstige staat van instandhouding van de soort(lichte toets). Daarnaast geldt ook voor soorten van tabel 2 de algemene zorgplicht. 1. Besluit houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur in verband met wijzigingen van artikel 75 van de Flora- en faunawet en enkele andere wijzigingen. blad 16 van 18

99 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Soorten van tabel 3 genoemd in bijlage IV van de Habitatrichtlijn en in Bijlage 1 van de AMvB zwaarste beschermingsregime AMvB. Voor soorten van tabel 3 geldt het zwaarste beschermingsregime en is bij ruimtelijke ontwikkelingen geen vrijstelling mogelijk van de ontheffingsplicht, ook niet met een gedragscode. Voor deze soorten dient een ontheffing aangevraagd te worden, welke aan vier criteria wordt getoetst (zware toets): de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats wordt niet aangetast, er is sprake van een in of bij wet genoemd belang, er is geen alternatief en doet geen afbreuk aan de gunstige staat van instandhouding van de soort. Daarnaast geldt ook voor soorten van tabel 3 de algemene zorgplicht. Voor Bijlage 1 soorten uit Tabel 3 kan ontheffing worden aangevraagd op grond van alle belangen genoemd in het Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten. In de praktijk komen bij Bijlage 1- soorten onderstaande vier belangen het meeste voor bij een ontheffing voor een ruimtelijke ingreep: 1. Bescherming van flora en fauna (b); 2. Volksgezondheid of openbare veiligheid (d); 3. Dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten (e); 4. Uitvoering van werkzaamheden in het kader van ruimte inrichting of ontwikkeling (j) Voor Bijlage IV-soorten van de Habitatrichtlijn uit Tabel 3 geldt voor een ruimtelijke ingreep alleen ontheffing wordt verleend op grond van een belang uit de Habitatrichtlijn: 1. Bescherming flora en fauna (b) 2. Volksgezondheid of openbare veiligheid (d); 3. Dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten (e); Vogels Vogels zijn niet opgenomen in Tabel 1 t/m 3; alle vogels zijn in Nederland gelijk beschermd. T.a.v. vogels geldt, dat werkzaamheden of gebruik van ruimte waarbij vogels worden gedood of verontrust, of waardoor hun nesten of vaste rust- of verblijfplaatsen worden verstoord verboden zijn. Bij ruimtelijke ontwikkelingen geldt een vrijstelling wanneer gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Ontbreekt zon gedragscode dan dient formeel een ontheffing te worden aangevraagd. Voor broedvogels wordt echter geen ontheffing verleend waarbij als voorwaarde wordt gesteld dat broedvogels niet verstoord mogen worden tijdens het kwetsbare broedseizoen; dit mede in het kader van de algemene zorgplicht die ook voor vogels geldt. Bescherming van vogelnesten Tijdens werkzaamheden dient rekening te worden gehouden met het broedseizoen. Hiervoor is geen standaardperiode, het gaat erom of er een broedgeval is. Verblijfplaatsen van vogels die hun verblijfplaats het hele jaar gebruiken, zijn jaarrond beschermd. Slechts een beperkt aantal soorten bewoont het nest permanent of keer elk jaar terug naar hetzelfde nest. Deze soorten staan vermeld in categorie 1 t/m 4 van de 'Aangepaste lijst van jaarrond beschermde vogelnesten' (Ministerie van LNV, 2009). Indien de werkzaamheden effect hebben op deze soorten is een ontheffing nodig. Voor vogels kan alleen een ontheffing worden verleend op grond van een wettelijk belang uit de Vogelrichtlijn. Dit zijn: Bescherming van flora en fauna (b); Veiligheid van het luchtverkeer (c); blad 17 van 18

100 projectnr Uitbreiding filiaal Albert Heijn te Limmen 31 augustus 2010 onderzoek naar beschermde plant- en diersoorten Natuurtoets Gemeente Castricum Volksgezondheid of openbare veiligheid (d). De meeste vogels maken elk broedseizoen een nieuw nest of zijn in staat om een nieuw nest te maken. Deze vogelnesten voor eenmalig gebruik zijn alleen tijdens het broedseizoen beschermd. Voor deze soorten* is geen ontheffing nodig, indien werkzaamheden buiten het broedseizoen plaatsvinden of maatregelen zijn getroffen om te voorkomen dat deze soorten zich op de bouwplaats gaan vestigen tijdens het broedseizoen. Buiten het broedseizoen mag van deze soorten het nest worden verplaatst of verwijderd. * Een deel van deze soorten zijn ondergebracht in categorie 5 van de 'Aangepaste lijst van jaarrond beschermde vogelnesten' (Ministerie van LNV, 2009). Hoewel het onderbrengen van deze soorten op deze lijst anders doet vermoeden is de vaste rust- en verblijfplaats van deze vogels niet jaarrond beschermd. Dit betreffen namelijk vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het jaar daarvoor gebroed hebben of de directe omgeving daarvan, maar die wel over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. blad 18 van 18

101 BEDRIJVENLIJST BESTEMMINGSPLAN KERN LIMMEN Perceel-locatie Huisnummer-locatie Huisletter-locatie Huisnummertoevoeging-locatie Aard en activiteiten-locatie Sbi-code locatie RO-categorie afstand op grond van SBI-code bestemming Dusseldorperweg 40 Vervaardiging van zuivelproducten (geen consumptie-ijs) m bedrijf Dusseldorperweg 141 Vervaardiging van overige producten van metaal n.e.g bedrijf m Rijksweg 54 Vervaardiging van verpakkingsmiddelen van papier en karton m bedrijf 1 van 1

102 Nota van inspraak en overleg voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen

103 1. Inspraak & overleg voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen Het voorontwerpbestemmingsplan heeft van 11 februari 2010 tot en met 24 maart 2010 zes weken ter inzage gelegen. Binnen deze periode was het mogelijk om, op grond van de Inspraakverordening Castricum, inspraakreacties in te dienen. Gedurende openingstijden was het voorontwerpbestemmingsplan analoog raadpleegbaar op de gemeentelijke locatie aan de Zonnedauw 4 in Limmen. Het voorontwerpbestemmingsplan was tevens digitaal raadpleegbaar via: - de gemeentelijke website, - de website van de landelijke informatievoorziening voor ruimtelijke plannen Op donderdagavond 4 maart 2010 is een inloopavond georganiseerd in de Burgerij in Limmen. Tijdens deze inloopavond kreeg men de gelegenheid om het bestemmingsplan in te zien en kon men vragen stellen aan een van de vertegenwoordigers van de gemeente. Tevens werd de gelegenheid geboden om mondelinge inspraakreacties in te dienen. Gedurende de periode voor terinzagelegging is tevens het overleg met instanties gevoerd ex artikel Besluit ruimtelijke ordening (Bro). In totaal zijn 17 inspraakreacties ontvangen en zes overlegreacties van instanties. In deze nota worden alle ingekomen reacties kort samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. Deze nota is geanonimiseerd. 2

104 2. Inspraakreacties op grond van de Inspraakverordening Castricum Inspraakreactie 1 Samenvatting: 1. In de huidige situatie zijn meer bijgebouwen aanwezig op het perceel Rijksweg 148 (ongeveer 100 m²), dan op grond van de regels in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen is toegestaan. 2. In de huidige situatie is de goothoogte van het gebouw op Rijksweg 148 hoger dan de goothoogte die op de verbeelding staat aangegeven. De werkelijke hoogte is 4.30 meter. 3. Het bouwvlak van Rijksweg 148, zoals dat op de verbeelding staat aangeduid, is kleiner dan het bouwvlak zoals dat is neergelegd in het vigerende bestemmingsplan. Inspreker vreest dat dit de mogelijkheden beperkt bij een eventuele gewenste verbouwing. 4. Op het perceel aan de Rijksweg 138 is in het souterrain een massagesalon aanwezig. Daarboven zit een woning. 5. Het bouwvlak van het perceel Rijksweg 138 komt niet overeen met de werkelijke situatie. 6. Inspreker heeft bezwaar tegen de uitbreiding van de Albert Heijn. Een woonstraat wordt uitgebreid met een detailhandelpand. 7. De verleende bouwvergunning aan de achterzijde van de Burgerij is niet opgenomen in het bestemmingsplan. Reactie gemeente: 1. Op basis van de bekende gegevens en bouwvergunningen bij de gemeente is het aantal aanwezige bijgebouwen niet meer dan toegestaan in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen. 2. De goothoogte die in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen is opgenomen is 4 meter. De voorkeur gaat er naar uit om de hoogtematen af te ronden tot hele getallen. In het bestemmingsplan zijn algemene bouwregels opgenomen ter voorkoming van kleine verschillen tussen de werkelijke situatie en de bestemde situatie. In die gevallen dat de bestaande goothoogte, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels toegestaan, geldt die goothoogte, in afwijking daarvan als maximaal toegestaan. Indien de goothoogte van de Rijksweg 148 met enkele centimeters de toegestane goothoogte overschrijdt, geldt met inachtneming van artikel 23 van de planregels, die hoogte als maximumhoogte. 3. Het bouwvlak is in het bestemmingsplan Strandwal inderdaad ruimer ingetekend. De verbeelding zal hierop worden aangepast. 4. Het schoonheidssalon in de kelder krijgt een aparte functieaanduiding wellness. 3

105 5. Het bouwvlak aanpassen aan de huidige situatie. Luchtfoto perceel Rijksweg De uitbreiding van de Albert Heijn past binnen de beleidsnotitie Kwaliteitsimpuls Economie van de gemeente Castricum. In deze beleidsnotitie is bepaald dat de concentratie van detailhandel het beste kan plaatsvinden aan de Vuurbaak. De Vuurbaak fungeert als dorpscentrum waar lokale bewoners de dagelijkse boodschappen doen. De uitbreiding van de Albert Heijn is in dit gedeelte van Limmen dan ook goed inpasbaar in de omgeving. Een goede ruimtelijke onderbouwing van deze uitbreiding is inmiddels opgesteld. Hieruit blijkt dat er geen belemmeringen zijn voor de ontwikkeling. 7. De verleende bouwvergunning aan de achterzijde van de Burgerij zal worden opgenomen in het bestemmingsplan. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bouwvlak Rijksweg 148 qua afmeting gelijk aan vigerend plan Strandwal; - bouwvlak Rijksweg 138 beter afstemmen op huidige situatie; - een functieaanduiding opnemen voor de kelder: wellness ten behoeve van het schoonheids-/massagesalon aan de Rijksweg 138; - verleende bouwvergunning voor achterzijde Burgerij opnemen in bestemmingsplan. Inspraakreactie 2 Samenvatting: Het perceel Dusseldorperweg 133 moet een woonbestemming zijn en geen bedrijfsbestemming. Reactie gemeente: In het vigerende bestemmingsplan heeft het perceel de bestemming Bedrijfsdoeleinden. Het bedrijf is echter enkele jaren geleden stopgezet. Het pand wordt momenteel gebruikt voor bewoning. Gelet op de woonomgeving is dit een passende functie. Slechts in het meest achterste bijgebouw vinden nog bedrijfsactiviteiten plaats. Daarom is voor het achterste bijgebouw een bedrijfsbestemming passend (bedrijven tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten). 4

106 Foto woning aan de Dusseldorperweg 133 Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - perceel een woonbestemming geven; - achterste bijgebouw bestemmen voor Bedrijf. Inspraakreactie 3 Samenvatting: 1. Op het perceel Schoolweg 1 is tevens Stichting Oud Limmen gehuisvest. Inspreker vraagt of hier ook de bestemming Cultuur moet worden opgenomen. 2. Inspreker vraagt wat de bestemming wordt van het perceel Zuidkerkerlaan 27. Reactie gemeente: 1. Het perceel Schoolweg 1 wordt inderdaad door de Stichting Oud Limmen gebruikt. De bestemming Wonen is derhalve niet passend. De bestemming Cultuur en ontspanning zal worden doorgetrokken op dit perceel. 2. Het pand wordt gebruikt als woning. De bestemming Wonen is hier het meest geschikt voor. Een functiewijziging van de woning is niet bekend bij de gemeente en derhalve onvoldoende concreet om opgenomen te worden in het bestemmingsplan. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bestemming Cultuur en ontspanning geven aan perceel Schoolweg 1. Inspraakreactie 4 Samenvatting: 1. De grond achter het perceel Rijksweg 79 wordt gebruikt als caravanopslag. Deze caravans worden hier al 40 jaar opgeslagen. 5

107 2. In het bouwvlak bij het perceel Rijksweg 79 worden ook spullen opgeslagen ten behoeve van een installatiebedrijf. Reactie gemeente: 1. De opslag voor caravans wordt bestemd conform het gebruik met de bestemming Bedrijf en een functieaanduiding caravanstalling. De grond is uitsluitend te gebruiken voor een caravanstalling. 2. Volgens de bedrijfsgegevens van de gemeente bevindt zich op het perceel Rijksweg 79 een elektrotechnische bouwinstallatie. In artikel 24 onder 24.3 van de planregels is bepaald dat het opslaan of opgeslagen houden van gerede of ongerede goederen, materialen, werktuigen, machines of gebruiksklare of onklare voer- of vaartuigen of onderdelen hiervan, anders dan voorzover dit het gevolg is van of direct samenhangt met het gebruik van een bedrijfserf, behorende bij een winkel of bedrijf, in overeenstemming met de desbetreffende bestemming, wordt aangemerkt als verboden gebruik. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - de bestemming van het perceel Rijksweg 79 bestemmen als Bedrijf met de specifieke functieaanduiding caravanstalling. Inspraakreactie 5 Samenvatting: 1. Het perceel aan de Kerkweg 46 heeft in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen de bestemming Wonen, maar het is nog steeds een winkel. De bestemming moet Gemengd zijn of Detailhandel. 2. Toekomstvisie op locatie aan de Zonnedauw 4: - gezondheidszorg mogelijk maken - voor nieuwe winkels en huidige dokters- en apotheekgebouwen - kans om gezondheidszorg bij elkaar te krijgen in Limmen Reactie gemeente: 1. Het perceel Kerkweg 46 is qua uiterlijke verschijningsvorm en feitelijk gebruik aan te merken als een woning. Dit wordt bevestigd door verkoopadvertenties van de woning op internet. In de Kerkweg zijn geen nieuwe gemengde functies gepland. De detailhandel concentreert zich aan de Vuurbaak. 6

108 2. De toekomstvisie voor de Zonnedauw 4 is nog onvoldoende concreet om te kunnen vertalen in dit bestemmingsplan. In het bestemmingsplan Kern Limmen wordt daarom zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de bestaande situatie. Het perceel heeft de bestemming Maarschappelijk omdat deze bestemming het beste aansluit bij het gebruik als tijdelijke gemeentelocatie en bibliotheek. Binnen deze bestemming zijn functies in de gezondheidszorg reeds passend. Niet uitgesloten kan worden dat in de toekomstvisie voor de Zonnedauw 4 andere functies beter passend worden geacht. Binnen de gemeente wordt zorgvuldig onderzoek gedaan naar de meest geschikte en gewenste functie. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt niet aangepast. Inspraakreactie 6 Samenvatting: 1. De bouw- en goothoogtes van de kerk (en de kerktoren) zijn niet juist. 2. De woonfunctie van de pastorie is niet juist, dit moet Maatschappelijk zijn, evenals de voorzijde van de vergaderruimte en achterzijde en bovenverdieping van de woning. 3. Het is gewenst om in de toekomst de gehele begane grond te gebruiken voor een maatschappelijke functie. 4. Van het perceel aan de Middenweg 33 is het bouwvlak niet correct ingetekend. Het bouwvlak is van de oude woning. In 1998 is de woning gesloopt en begin 1999 is een nieuwe woning gebouwd. 5. De toegang naar het kerkhof aan de Vredeburglaan is niet juist. Dit is tevens de toegang tot de parkeerplaatsen. Verwezen wordt naar tekeningnummer Reactie gemeente Castricum: 1. De hoogtes van de kerktoren zal worden aangepast naar 39 meter. 2. De pastorie (Dusseldorperweg 74) is, volgens het register van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, van algemeen belang als historisch-functioneel onderdeel van het rooms-katholieke kerkcomplex Sint Cornelius. De bestemming Maatschappelijk is derhalve beter passend en zal hieraan worden aangepast. 7

109 3. De kerk is bestemd als Maatschappelijk. De gehele begane grond kan met deze bestemming worden gebruikt ten behoeve van de kerk. 4. Het bouwvlak wordt aangepast. 5. Wegen en paden zijn toegelaten binnen de bestemming Maatschappelijk. Gelet op de afmeting van het parkeerterrein, is een aparte bestemming Verkeer passend. Deze bestemming zal doorlopen tot aan het kerkhof (toegangsweg). Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - hoogtematen van de kerk aanpassen; - bestemming Maatschappelijk geven aan de pastorie; - het bouwvlak van Middenweg 33 zal worden aangepast; - bestemming Verkeer op parkeerplaats leggen inclusief toegangsweg kerkhof. Inspraakreactie 7 Samenvatting: 1. Het perceel Dusseldorperweg 103 betreft de Burgerij en in het vigerende bestemmingsplan is een uitbreiding van de Burgerij mogelijk aan zowel de voor- als achterzijde (3 meter achter en 3,5 meter voor). De mogelijkheid tot uitbreiding staat nu niet meer opgenomen in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen. 2. De goot- en nokhoogte van het hoofdgebouw van de kerk is te laag. De toren is ongeveer 45 meter hoog. Het schip van de kerk is ongeveer 18 meter. 3. Kerkweg 46 betreft een leegstaande winkel. 4. Dusseldorperweg 72 betreft de parochiewoning. Deze wordt voor maatschappelijke doeleinden gebruikt. Kloppen de hoogtes? 5. De definitiebepaling van peil is onvoldoende duidelijk en leidt tot discussie. 6. Definitiebepaling goothoogte is onvoldoende duidelijk. Het is met name onduidelijk waar het exacte meetpunt wordt bepaald. Reactie gemeente: 1. De verleende bouwvergunning aan de achterzijde zal worden opgenomen in het bestemmingsplan. Er wordt tevens meer aansluiting gezocht bij de vigerende regeling door de bestemming Cultuur en ontspanning, welke goed aansluit bij de functie als buurthuis, feestzaal en verenigingsgebouw. 2. De hoogtematen van de kerk worden aangepast. 3. Het perceel Kerkweg 46 is qua uiterlijke verschijningsvorm en feitelijk gebruik aan te merken als een woning. Dit wordt bevestigd door verkoopadvertenties van de woning. 4. Dusseldorperweg 72 is in het voorontwerpbestemmingsplan reeds bestemd als Maatschappelijk. Er zal een functieaanduiding worden toegevoegd om te verduidelijken dat het hier tevens een woonfunctie betreft. De hoogtematen zijn bij de inventarisatie vastgesteld. 8

110 5. Het peil is gedefinieerd in de begrippen (artikel 1). De wijze van meten (artikel 2) geeft vervolgens aan hoe de hoogte, goothoogte etc., moet worden gemeten. 6. In artikel 2 Wijze van meten is nauwkeurig omschreven hoe onder andere de bouwhoogte en de goothoogte moet worden gemeten. Deze wijze van meten is voorgeschreven in de regeling Standaard vergelijkbare bestemmingsplannen 2008 (SVBP 2008). Gelet op het bepaalde in dat artikel, is de omschrijving van een goothoogte of bouwhoogte voldoende af te leiden. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - hoogtematen van de kerk worden gecorrigeerd; - functieaanduiding wonen toevoegen aan de Dusseldorperweg 72. Inspraakreactie 8 Samenvatting: 1. Inspreker geeft aan andere bedrijfsactiviteiten te willen ontwikkelen op het perceel Rijksweg 49a-49b. Het verzoek is om de bestemming, al dan niet tijdelijk, te wijzigen naar Detailhandel. 2. Inspreker geeft aan op de hoogte te zijn van het Masterplan voor de locatie Rijksweg 49a-49b en is bereid hier aan mee te werken zodra de economische situatie is verbeterd. Reactie gemeente: 1. Het perceel heeft in het bestemmingsplan Kern Limmen de bestemming Bedrijf. Detailhandel is uitgesloten. Op het perceel vindt wel volumineuze detailhandel plaats. Het bestemmingsplan Kern Limmen is opgesteld in het kader van de Kadernota actualisatieslag bestemmingsplannen, vastgesteld door de raad d.d. 22 maart De Wet ruimtelijke ordening heeft als uitgangspunt dat bestemmingsplannen maximaal 10 jaar oud mogen zijn. Veel bestemmingsplannen zijn sterk verouderd en dit is gelet op het voorgaande en tevens vanuit ruimtelijk oogpunt onwenselijk. In de Kadernota actualisering bestemmingsplannen, is als uitgangspunt genomen dat de bestemmingsplannen die worden opgesteld in het kader van de actualisatieslag, overwegend conserverend van aard zullen zijn (dat wil zeggen: gericht op beheer van de bestaande situatie). Het bestemmingsplan Kern Limmen is derhalve gericht op het in beeld brengen van de 9

111 huidige functies een bebouwing. Ontwikkelingen worden niet of slechts in beperkte mate opgenomen. Een ontwikkeling dient voldoende concreet te zijn om meegenomen te worden in de procedure van het bestemmingsplan Kern Limmen. Het verzoek van inspreker om de bestemming, al dan niet tijdelijk, te wijzigen naar de bestemming Detailhandel is onvoldoende concreet en niet voorzien van een ruimtelijke onderbouwing. Aan inspreker wordt voorgesteld om de wenselijkheid en haalbaarheid voor de plannen voor de wijziging naar detailhandel in een afzonderlijke procedure van het bestemmingsplan met de gemeente te bespreken en te onderzoeken. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat in de bestemming Bedrijf bedrijven zijn toegelaten tot maximaal categorie 2 uit de Staat van bedrijfsactiviteiten. Functies uit deze Staat zijn vanuit milieuoogpunt aanvaardbaar op die locatie, mits wordt voldaan aan de regels uit het bestemmingsplan Kern Limmen. Voor het perceel wordt een functieaanduiding opgenomen waar conform huidig gebruik volumineuze detailhandel is toegelaten. 2. Wij nemen deze reactie voor kennisgeving aan. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - functieaanduiding detailhandel volumineus opnemen voor het perceel Rijksweg 49a- 49b. Inspraakreactie 9 Samenvatting: 1. Inspreker geeft aan dat de bebouwingsmogelijkheden op het perceel Oudeweg 3 zijn gewijzigd ten opzichte van de huidige situatie. Het bouwvlak is met 1,5 meter versmald en het bouwvlak is drie meter naar het westen toegeschoven. De verschuiving van het bouwvlak naar het westen is volgens inspreker onwenselijk, gelet op de resterende zes meter ruimte aan de westzijde van de woning. Een uitbreiding van drie meter is aan die zijde dan geen optie meer. Zeer recent is het westelijk belendende pand verhoogd met een kolossale verdieping. De strook tuin die overblijft van 12 meter lang en drie meter breed, is naar mening van inspreker onzinnig. De tuin is zo diep dat een uitbreiding aan de voorzijde waardevol zou zijn en geen overlast teweeg brengt. Hier is volgens inspreker al rekening mee gehouden toen de huidige woning werd gebouwd. Inspreker verduidelijkt niet om een groter bouwvlak te verzoeken, maar slechts om handhaving van het reeds bestaande bouwvlak qua oppervlakte en situering. 2. Inspreker meent dat de ingetekende situatie in het voorontwerpbestemmingsplan een onaanvaardbare (markt)waardedaling tot gevolg heeft. 3. Inspreker wijst op het perceel in het noorden, aangrenzend aan Oudeweg 3, hetgeen de bestemming Kantoor heeft gekregen. Hier staat geen bebouwingspercentage aangegeven en bij navraag bij de gemeente bleek dat hier niets mag worden bijgebouwd. Dit staat naar mening van inspreker onvoldoende duidelijk in het voorontwerp. 4. Inspreker is akkoord met de wijzigingsbevoegdheid ( wijzigingsbevoegdheid 2 ) bij de sporthal Enterij, maar wijst op de onveilige en onpraktische verkeerssituatie van de Oudeweg. De weg is doodlopend, zeer smal en zeer onoverzichtelijk. Passeren is 10

112 nauwelijks mogelijk. Toename van verkeer op de Oudeweg lijkt inspreker dan ook niet wenselijk. Inspreker ziet graag dat de gemeente nadenkt over een wijziging van de verkeerssituatie op de Oudeweg. Inspreker stelt voor om op de Oudeweg éénrichtingsverkeer te laten rijden, van Noord naar Zuid (ontsluiting via Oranjezon naar de Enterij). Daarmee wordt tevens voorkomen dat de Oudeweg/Oranjezon wordt gebruikt als sluiproute. Reactie gemeente: 1. Het bouwvlak zal qua afmeting worden aangepast aan de uitgangspunten in het vigerende bestemmingsplan. In het vigerende bestemmingsplan staat alle woningen trapsgewijs op de Oudeweg georiënteerd. 2. Wij nemen deze reactie voor kennisgeving aan. 3. De bestemming Kantoor is op de bedoelde locatie vormgegeven met een bouwvlak welke om de bestaande bebouwing heen is ingetekend. Gebouwen mogen alleen binnen het bouwvlak worden gerealiseerd. De planregels verwoorden deze bouwregels voldoende duidelijk in artikel Op het moment dat de wijzigingsbevoegdheid zal worden aangewend, zal de verkeerstechnische situatie nader worden bekeken. Verkeersbesluiten worden niet geregeld in een bestemmingsplan. Het wijzigingsplan zal worden voorzien van een onderbouwing om de uitvoerbaarheid aan te tonen. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - het bouwvlak van de Oudeweg 3 zal worden aangepast qua afmeting. Inspraakreactie 10 Samenvatting: 1. Inspreker verzoekt de bestemming Horeca op de Burgerij en Conquista aan de Dusseldorperweg 103, te handhaven. 2. Inspreker verwijst naar ingediende en gedoogde bouwaanvragen van voorgaande jaren. De uitbreidingen van de voor-, zij-, en achtergevel zijn niet opgenomen in het voorontwerpbestemmingsplan. 3. Inspreker verzoekt om planologisch te voorzien in een uitbreiding aan de voor- en achtergevel van 3,5 meter over de volle breedte van het gebouw. Reactie gemeente: 1. Het adres Dusseldorperweg 103 heeft in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen, de bestemming Horeca. In het vigerende bestemmingsplan heeft het perceel de bestemming Maatschappelijk. De Burgerij betreft een voormalig parochiehuis en staat bekend als dorpshuis, jongerencentrum, of multifunctioneel centrum, waar horeca een onderdeel van is (in de Burgerij staat een bar waar dranken worden verkocht/geschonken). De bestemming Cultuur en ontspanning doet beter recht aan de functie van de Burgerij. De horeca die hoort bij de activiteiten die er worden georganiseerd zijn hierbij passend. Wij verwijzen verder naar inspraakreactie 7, onder 1. 11

113 2. De uitbreiding van de voorgevel heeft nooit doorgang gekregen en is nooit tot een bouwvergunning gekomen. De bouwvergunning voor de uitbreiding aan de achtergevel zal worden opgenomen in het bestemmingsplan. 3. Het bestemmingsplan Kern Limmen is opgesteld in het kader van de Kadernota actualisatieslag bestemmingsplannen, vastgesteld door de raad d.d. 22 maart De Wet ruimtelijke ordening heeft als uitgangspunt dat bestemmingsplannen maximaal 10 jaar oud mogen zijn. Veel bestemmingsplannen zijn sterk verouderd en dit is gelet op het voorgaande en tevens vanuit ruimtelijk oogpunt onwenselijk. In de Kadernota actualisering bestemmingsplannen, is als uitgangspunt genomen dat de bestemmingsplannen die worden opgesteld in het kader van de actualisatieslag, overwegend conserverend van aard zullen zijn (dat wil zeggen: gericht op beheer van de bestaande situatie). Het bestemmingsplan Kern Limmen is derhalve gericht op het in beeld brengen van de huidige functies een bebouwing. Ontwikkelingen worden niet of slechts in beperkte mate opgenomen. Een ontwikkeling dient voldoende concreet te zijn om meegenomen te worden in de procedure van het bestemmingsplan Kern Limmen. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - uitbreidingsmogelijkheden Burgerij aan de achterzijde conform bouwvergunning opnemen. Inspraakreactie 11 Samenvatting: 1. Volgens inspreker klopt de hoogte van de stolpboerderij aan de Zuideinderweg 4 niet. De hoogte moet 12,5 meter zijn. 2. Inspreker geeft aan met de gemeente te hebben besproken dat het perceel aan de Zuideinderweg gesplitst kon worden, zodat niet één, maar twee woningen gerealiseerd kunnen worden in het bouwvlak. 3. Inspreker meldt dat de berging, die momenteel tijdelijk in gebruik is als woning, weer in gebruik wordt genomen als berging en hobbyruimte zodra het achterste woongedeelte is gerealiseerd. 4. Inspreker verzoekt om de afmeting van de voortuin aan te passen aan de rooilijn in de rechter hoekpunt van de voorgevel van Zuideinderweg 4 en de hoekpunt van de schuur 12

114 van de naastgelegen stolp op de T-kruising, aangezien de tuin onevenredig groot is in vergelijking met de naastgelegen stolpboerderij. 5. Inspreker verzoekt de beperking van de te bebouwen oppervlakte voor bijgebouwen van 75 m2 aan te passen aan het huidige 100 m². 6. Inspreker verzoekt om twee maal 100 m² aan bijgebouwen toe te staan bij het perceel Zuideinderweg 4, met het oog op de splitsing van het perceel. 7. In het vigerende bestemmingsplan Strandwal is volgens inspreker een hogere hoogte toegestaan van bijgebouwen, namelijk 6 meter in plaats van 4,5 meter. De hoogte 4,5 meter is voor stolpboerderijen onvoldoende, omdat stolpen voorzien zijn van een steile dakhelling en het bijgebouw hier ook aan moet voldoen, willen deze passend zijn bij het hoofdgebouw. Reactie gemeente: 1. Het verdient de voorkeur om hoogtematen af te ronden naar hele getallen. De bouwhoogte van de stolp wordt aangepast naar 13 meter. 2. Het bestemmingsplan gaat niet in op splitsing van percelen en woningen. Een bestemmingsplan regelt het toegestane gebruik en de toegestane bebouwingsmogelijkheden. Het toegestane gebruik van het perceel Zuideinderweg 4 is Wonen. Splitsing van percelen en woonhuizen is geregeld in de Huisvestingsverordening. Eigenaren zijn verplicht een vergunning aan te vragen bij de gemeente voor het splitsen van woonruimte. De gemeente beoogt de kwaliteit van de huisvesting te waarborgen, de samenstelling van de woonruimtevoorraad te bewaken en belemmeringen bij stadsvernieuwing te voorkomen. Een uitspraak over of het perceel gesplitst mag worden, kan niet zonder afweging worden gedaan en heeft geen plaats in het bestemmingsplan. Hiervoor dient een aparte officiële aanvraag te worden ingediend op grond van de Huisvestingswet. Het bestemmingsplan kan slechts worden gebruikt om de mogelijkheid van het gebruik en de bebouwing te toetsen. Het bestemmingsplan Kern Limmen geeft aan dat het perceel bestemd is voor Wonen. 3. Deze reactie wordt voor kennisgeving aangenomen, waarbij wordt benadrukt, dat zelfstandige bewoning van een bijgebouw niet is toegestaan volgens het bestemmingsplan Kern Limmen. 4. De afmeting van de tuin heeft te maken met de positie van het hoofdgebouw. De grens loopt gelijk aan de voorgevelrooilijn. Het voorerf krijgt doorgaans de bestemming Tuin. In het wijzigingsplan Bestemmingsplan Strandwal, perceel Zuideinderweg 4 van 7 februari 2006, heeft de tuin van het perceel nagenoeg dezelfde afmeting. In de feitelijke situatie heeft het voorerf ook de ruimtelijke uitstraling van een (voor)tuin. Het feit dat het een ruim perceel betreft, doet hier niets aan af. Wij wijzen erop dat zowel binnen de bestemming Wonen als binnen de bestemming Tuin geen gebouwen zijn toegelaten voor de voorgevel, met uitzondering van erkers. 5. De gemeente hanteert in voorkomende gevallen een grotere oppervlakte voor bijgebouwen voor percelen die groter zijn dan 1000 m2. In die gevallen wordt een oppervlakte toegestaan van 100 m2. Het bestemmingsplan wordt hier op aangepast. 6. Het is niet nodig om de maximaal toelaatbare erfbebouwing aan te passen ingeval van splitsing van de woning. De oppervlakte van de erfbebouwing wordt namelijk per hoofdgebouw en bouwperceel berekend. 7. De gemeente hanteert in voorkomende gevallen een hogere maat voor bijgebouwen voor percelen die groter zijn dan 1000 m2. Een hoogte van 6 meter is dan aanvaardbaar. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: 13

115 - de bouwhoogte wordt aangepast conform de huidige situatie; - in de planregels wordt de mogelijkheid voor erfbebouwing op percelen die groter zijn dan 1000 m2 verruimt. Inspraakreactie 12 Samenvatting: Inspreker is het niet eens met de bestemming Kantoor rond Oudeweg/Rijksweg en het feit dat de woonbestemming naast nummer 5 is komen te vervallen. Inspreker verzoekt het eerder ingediende verkavelingsvoorstel voor de realisering van een woning grenzend aan de Oudeweg/Rijksweg, op te nemen in het bestemmingsplan. Reactie gemeente: In het vigerende bestemmingsplan d Enterij is een woning bestemd op de locatie waar het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen een kantoorbestemming geldt. Er bestaat geen bezwaar tegen de handhaving van de reeds geboden mogelijkheid in het vigerende bestemmingsplan om een woning te kunnen realiseren. Het bestemmingsplan Kern Limmen zal derhalve de woonbestemming uit het vigerende bestemmingsplan overnemen. Voor zover inspreker de bedoeling heeft om in de toekomst meerdere woningen te realiseren dan het vigerende bestemmingsplan reeds toelaat, kan daar niet op worden geanticipeerd in het bestemmingsplan Kern Limmen, gelet op het hoofdzakelijk consoliderende karakter daarvan. Dergelijke plannen voor woningbouw zijn nog onvoldoende concreet en worden niet meegenomen in het bestemmingsplan. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - opnemen bouwvlak en woonbestemming aan de Oudeweg. Inspraakreactie 13 Samenvatting: Inspreker verzoekt het bestemmingsplan globaler van opzet maken door middel van: 1. helder omschrijven bestemmingen; 2. gebruik van bouwvlakken loslaten; 3. totale bebouwingsoppervlakten van het perceel toepassen; 4. totale bebouwingsinhoud toepassen, bijvoorbeeld 1000 m3 voor Wonen ; 5. hoogte maatvoeringen vanuit bouwkundig peil aangeven; 6. maatvoeringen aanpassen aan bouwbesluit: 3.5 meter of veelvoud hiervan; 7. definities goot- en bouwhoogten helder maken; 8. Wonen naast of boven winkelruimten mogelijk maken in de bestemming Gemengd ; 9. het opbouwen van aan- en bijgebouwen mogelijk maken; 10. verruiming mogelijkheid bouwen dakkapellen en dakopbouwen (goothoogte aanpassing). Reactie gemeente: 1. De bestemmingen zijn omschreven in de planregels. Per bestemming is in het daarvoor bestemde artikel te lezen hoe de bestemmingsomschrijving luidt. De bestemmingsomschrijving is zo helder mogelijk geformuleerd. 14

116 2. Het toepassen van bouwvlakken is een gebruikelijke methode om een bestemmingsplan vorm te geven. Gelet op het hoofdzakelijk consoliderende karakter van het bestemmingsplan, leent deze methode zich uitstekend voor het in beeld brengen van de reeds bestaande situatie. Om zoveel mogelijk gelijke mogelijkheden te creëren voor vergelijkbare situaties, is in veel gevallen het bouwvlak wat ruimer ingetekend dan de reeds aanwezige bebouwing. Dit is in overeenstemming met het Handboek bestemmingsplannen van de gemeente Castricum. 3. De bestaande hoofdgebouwen vallen allemaal binnen een bouwvlak. In sommige gevallen mogen de bijgebouwen buiten het bouwvlak gebouwd worden (bijvoorbeeld bij de woonbestemming). Enkele bestemmingen kennen een ruimer bouwvlak met een bebouwingspercentage. Welke regeling geldt voor een perceel valt af te leiden uit de planregels en de verbeelding. 4. Het toepassen van een maximum inhoud is in dit bestemmingsplan niet noodzakelijk. De kern van Limmen is een reeds bestaande kern, waarbij de meeste functies en bebouwing al bestaan. Door het gebruik van een bouwvlak en een maximale (goot-)hoogte is het regelen van de inhoud overbodig. 5. Het peil is gedefinieerd in de begrippen (artikel 1). De wijze van meten (artikel 2) geeft vervolgens aan hoe de hoogte, goothoogte etc., moet worden gemeten. 6. Het bestemmingsplan betreft bestaande bebouwing. De maatvoeringen zijn daarom zoveel mogelijk afgestemd op de huidige situatie. 7. In artikel 2 Wijze van meten is nauwkeurig omschreven hoe onder andere de bouwhoogte en de goothoogte moet worden gemeten. Gelet op het bepaalde in dat artikel, is de omschrijving van een goothoogte of bouwhoogte voldoende af te leiden. 8. In de bestemming Gemengd is de woonfunctie reeds toegestaan. Om het gemengde karakter te waarborgen is de woonfunctie slechts toegelaten op de tweede bouwlaag en/of de bovenliggende bouwlagen. 9. Het streven is om binnen de gemeente een zoveel mogelijk eenduidige regeling voor erfbebouwing te hebben. De regeling voor erfbebouwing is bepaald in het Handboek bestemmingsplannen en is reeds toegepast in bestemmingsplannen voor Bakkum en delen van Castricum. 10. Het bestemmingsplan bevat een ontheffingsmogelijkheid voor dakopbouwen. De huidige mogelijkheden om een dakkapel te realiseren, zijn naar mening van de gemeente voldoende. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt niet aangepast. Inspraakreactie 14 Samenvatting: 1. Inspreker vreest dat hij wordt beperkt in de mogelijkheid tot uitbreiding van zijn bloembollenbedrijf aan de Middenweg 37 te Limmen. Met uitbreiding wordt gedoeld op de bebouwingsmogelijkheden. Inspreker voorziet een uitbreiding van zijn bedrijf ongeveer vier jaar. 2. De bedrijfswoning klopt niet volgens inspreker, deze moet aan de zijde van de Middenweg (37) staan. Inspreker geeft aan dat het bloembollenbedrijf geen eigenaar is van de bedrijfswoning. 3. Inspreker verzoekt om het bouwvlak gelijk te laten zijn aan de volledige kadastrale oppervlakte (nrs en 2993, totaal 6965 m2). 15

117 4. Inspreker verzoekt om het bebouwingspercentage te verwijderen zodat er meer bebouwingmogelijkheden ontstaan en het hele bouwvlak kan worden bebouwd. Reactie gemeente: 1. In het van het vigerende bestemmingsplan Strandwal is het perceel voorzien van een bouwvlak en een vlak voor kassen. Het bouwvlak is de dikke lijn, de kassen mogen binnen de stippellijn gebouwd worden. Vigerend bestemmingsplan Strandwal In het bestemmingsplan Kern Limmen is het bouwvlak gebaseerd op de reeds bestaande bebouwing. Het bouwvlak is daardoor groter dan het bouwvlak zoals dat in het vigerende bestemmingsplan is opgenomen. Met de bouwmogelijkheden voor de kassen in aanmerking genomen, is het bouwvlak echter wel anders ingetekend. Bestemmingsplan Kern Limmen 16

118 Luchtfoto bloembollenbedrijf Middenweg 37 Het bedrijf omvat 4 kassen, 7 koelcellen en een opslag en verwerkingsruimte. De activiteiten bestaan uit het telen van bolbloemen en het verwerken van bloembollen. De omgeving van het bedrijf is te karakteriseren als een (rustige) woonwijk Bij het beoordelen van nieuwe situaties wordt rekening gehouden met de richtafstanden uit de brochure bedrijven en milieuzonering. In deze brochure wordt aangegeven welke afstand in acht moet worden genomen tussen een bedrijf en nieuwe woningen of anders om. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tussen de milieubelastende activiteiten en gevoelige objecten (lees: woningen), wordt hinder en gevaar voorkomen en wordt de bedrijfsvoering niet onaanvaardbaar belemmerd. Het bloembollenbedrijf betreft een RO categorie 2 bedrijf met een richtafstand van 30 meter. In deze situatie betreft het echter een bestaand bedrijf en reeds bestaande woningen. Het agrarisch perceel wordt omringd door woningen. De woningen van derden liggen op respectievelijk 5 meter (Middenweg 39), 8 meter (Rijksweg 90B), 12 meter (Oudeweg 9), 14 meter (Middenweg 35) en 20 meter (Middenweg 12, Wanne 16 en Rijksweg 90). De woningen aan de overzijde van de Rijksweg liggen op circa 30 meter. De bestaande situatie kan voor wat betreft de milieuzonering niet meer worden vastgelegd conform de gewenste indicatieve afstanden aangezien zij een feit is. In deze situatie dient te worden uitgegaan van de daadwerkelijke milieubelasting in plaats van de richtafstanden. Via de Wet milieubeheer wordt hinder op gevoelige functies voorkomen. In 2003 is voor het bedrijf een milieuvergunning afgegeven. Voorafgaand aan deze procedure heeft een akoestische beoordeling plaatsgevonden. Tevens is door de Milieudienst regio Alkmaar het referentieniveau van het omgevingsgeluid bepaald. In de milieuvergunning zijn onderstaande geluidniveaus vergunt. 17

119 Om overschrijding van de geluidniveaus gedurende de avond- en nachtperiode te voorkomen zijn voorzieningen getroffen aan de luchtkanalen. Verder mogen er geen vrachtwagenbewegingen op het terrein van de inrichting plaatsvinden in de avond- en nachtperiode. In de milieuvergunning zijn tevens voorschriften opgenomen om hinder tengevolge van de assimilatiebelichting te voorkomen. Het bedrijf wordt reeds beperkt door de aanwezige woningen op korte afstand van het bedrijf. Uitbreiding van de activiteiten is (vanuit de Wet milieubeheer) alleen mogelijk binnen de voorwaarden uit de milieuvergunning (o.a. geluidvoorschriften). Om het bedrijf niet te benadelen in de mogelijkheden die het bedrijf reeds bezit, wordt het bouwvlak afgestemd op het vigerend bestemmingsplan. Dit houdt in dat het bouwvlak de lijn zal volgen die in het vigerend bestemmingsplan staat, inclusief de strook voor de kassen. In de planregels zal een regeling worden opgenomen die aansluit bij de mogelijkheden in het vigerende bestemmingsplan. Een verdergaande verruiming van het bedrijf is niet met zekerheid toe te staan. Het gunstige woon en leefklimaat moet kunnen worden gewaarborgd. Gelet op het bovenstaande en de korte afstand tot woningen van derden is het niet duidelijk of voldaan kan worden aan de voorschriften uit de milieuvergunning. Hierdoor kan een goed woon- en leefklimaat in de omgeving van het bedrijf niet gewaarborgd worden. Indien het bedrijf meer wil uitbreiden, is een nieuw afwegingsproces nodig. 2. De bedrijfswoning aan de zijde van de middenweg zal aan de juiste zijde worden bestemd worden. De eigendomssituatie is in beginsel niet leidend voor het bestemmingsplan. Foto woning aan de Middenweg Het aanpassen van het bouwvlak aan de kadastrale oppervlakte heeft een aanzienlijke verruiming van de bouwmogelijkheden tot gevolg. Gelet op de stedelijke omgeving en de omringende woonbebouwing is het niet zonder meer wenselijk om een aanzienlijke verruiming van de bebouwingsmogelijkheden te creëren. Het bedrijf en de woningen moeten in goede verhouding tot elkaar staan. Enerzijds geldt voor de woningen, dat een gunstig woon- en leefklimaat wordt gewaarborgd. Anderzijds geldt voor het bedrijf dat de bestaande bedrijvigheid dient te worden gerespecteerd. In deze situatie dient te worden uitgegaan van de daadwerkelijke milieubelasting in plaats van de richtafstanden. Uitbreiding van het bedrijf in het bestemmingsplan kan niet zondermeer worden toegestaan omdat door de korte afstand tot woningen van derden niet duidelijk is of voldaan kan worden aan de voorschriften uit de milieuvergunning. Hierdoor kan een goed woon- en leefklimaat in de omgeving van het bedrijf niet 18

120 gewaarborgd worden. Het bedrijf blijft wel bestemd conform het huidige gebruik, met een bouwvlak dat aansluit bij de huidige situatie en het vigerende bestemmingsplan. 4. Zie reactie hiervoor onder 3. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - de bedrijfswoning aan de Middenweg 37 bestemmen; - bouwvlak en planregels afstemmen op vigerend bestemmingsplan. Inspraakreactie 15 Samenvatting: Inspreker constateert dat in het voorontwerpbestemmingsplan Kern Limmen voor de Dusseldorperweg 14 voornamelijk aanknoping is gezocht bij de bestaande situatie en niet bij het vigerende bestemmingsplan. Hierdoor is het niet meer mogelijk om een dubbel woonhuis te realiseren of een vrijstaande woning met de afmetingen uit het vigerende planologische regime. Inspreker verzoekt om het bouwvlak aan te passen, zodat er geen beperking meer bestaat ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan. Reactie gemeente: In het vigerende bestemmingsplan Schoollaan-Achterweg is inderdaad gekozen voor een ruim bouwvlak met voorschriften die de bebouwing aan een maximum verbinden. Gelet op het ruime karakter van de omgeving, bestaat er geen bezwaar om deze globale bestemmingsplansystematiek te verlaten. De mogelijkheden uit het vigerende bestemmingsplan wordt opgenomen in het bestemmingsplan Kern Limmen, waarbij aansluiting wordt gezocht bij de plansystematiek van het bestemmingsplan Kern Limmen. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - bouwmogelijkheden uit vigerend bestemmingsplan overnemen. De bijbehorende voorschriften vertalen in het bestemmingsplan Kern Limmen. Inspraakreactie 16 Samenvatting: 1. Inspreker stelt voor om het pand aan de Schoolweg 1 aan te merken als Cultuur en ontspanning. 2. Inspreker geeft aan dat de woning aan de Zuidkerkenlaan 27 in de toekomst voor Cultuur en ontspanning aangemerkt moet worden zodra hier niet meer wordt gewoond. Inspreker stelt een wijzigingsbevoegdheid voor. Reactie gemeente: 1. Wij verwijzen voor de beantwoording naar inspraakreactie De te beëindigen bewoning die inspreker noemt is nog niet concreet. Wij verwijzen verder naar de beantwoording op inspraakreactie 3. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - bestemming Cultuur en ontspanning geven aan perceel Schoolweg 1. 19

121 Inspraakreactie 17 Samenvatting: 1. Inspreker geeft aan dat de wijzigingsbevoegdheid aan de Roelat 1-3 (wro-zone wijzigingsgebied 1) is verkleind ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan. 2. Inspreker geeft aan dat in artikel 25 Aanduidingsregels een passage ontbreekt omtrent de maximale goot- en nokhoogte van bijgebouwen van respectievelijk 3 en 6 meter. Reactie gemeente: 1. De wijzigingsbevoegdheid zal worden aangepast aan de begrenzingen zoals die in het vigerende bestemmingsplan staan aangegeven. 2. De erfbebouwingsregeling zal worden toegevoegd. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - de begrenzing van de wijzigingsbevoegdheid conform het vigerende bestemmingsplan aanpassen; - de erfbebouwingsregeling toevoegen. 20

122 3. Overlegreacties ex artikel Besluit ruimtelijke ordening Veiligheidsregio Noord-Holland Noord Samenvatting: 1. De Veiligheidsregio concludeert dat het plangebied gelegen is binnen de invloedssfeer van DSM Agro IJmuiden en de hogedruk aardgasleiding (nr. A 562). De Veiligheidsregio stemt in met de conclusie dat het groepsrisico niet hoeft te worden verantwoord omdat het plangebied is gelegen aan de buitenzijde van deze invloedsgebieden en het bestemmingsplan overwegend conserverend van aard is. 2. De Veiligheidsregio merkt op dat de term risicovolle inrichting niet is gedefinieerd en verzoekt een definitie op te nemen. 3. De Veiligheidsregio wijst op de wijziging in de milieuvergunning van het Agrarisch centrum Nuyens. Omdat er geen gezamenlijke opslag meer plaatsvindt van (licht) ontvlambare stoffen en gevaarlijke stoffen met F-, CI-, Br-, N-, of S-verbindingen in opslagvoorzieningen van meer dan 10 ton, is er geen sprake meer van een BEVI inrichting. Het verzoek is om het bestemmingsplan aan te passen Reactie gemeente: 1. Wij nemen de reactie voor kennisgeving aan. 2. Een definitie wordt opgenomen in de begrippen van de planregels. 3. Nuyens was ten tijde van de opstelling van het voorontwerpbestemmingsplan een BEVI bedrijf. Inmiddels bestaat voor Nuyens een nieuwe milieuvergunning op grond waarvan het bedrijf niet meer als BEVI bedrijf wordt aangemerkt. Echter, gelet op de lopende juridische procedure omtrent de milieuvergunning, is de nieuwe milieuvergunning van Nuyens nog niet onherroepelijk. In het bestemmingsplan wordt derhalve nog rekening gehouden met de BEVI status van het bedrijf. Mocht hier tijdens de bestemmingsplanprocedure verandering in komen, zal daar rekening mee worden gehouden in het bestemmingsplan. Hierbij merken wij op dat de BEVI status, zoals deze in het bestemmingsplan is vastgelegd, geen directe belemmering is gelet op de omringende bestemmingen. Zolang de nieuwe milieuvergunning nog niet definitief is en de specifieke functieaanduiding specifieke vorm van bedrijf - risicovolle inrichting nog op het perceel rust, zal bij het aanwenden van de naastgelegen wijzigingsbevoegdheid rekening dienen te worden gehouden met de BEVI status van Nuyens. Tot slot merken wij op dat in artikel 4 Bedrijf lid 4.4 een wijzigingsbevoegdheid vermeldt. Diverse specifieke functieaanduidingen kunnen met deze bevoegdheid worden verwijderd om te voorkomen dat een hogere categorie bedrijven dan gewenst, langer blijft voortbestaan dan noodzakelijk. De specifieke functieaanduiding die Nuyens toelaat als risicovolle inrichting, maakt onderdeel uit van de wijzigingsbevoegdheid. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - term risicovolle inrichting definiëren in de begrippen van de planregels. 21

123 Gasunie Samenvatting: De Gasunie concludeert dat het plangebied buiten de 1% letaliteitsgrens is gelegen van de dichtstbijzijnde leiding van de Gasunie. De leiding van de Gasunie heeft geen invloed op de planontwikkeling. Reactie gemeente: Wij nemen deze reactie voor kennisgeving aan. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt niet aangepast. Kamer van Koophandel Samenvatting: 1. De Kamer van Koophandel ziet graag een verbreding van de bestemming Gemengd door deze door te trekken naar locaties waar op dit moment alleen een detailhandel of kantoorfunctie rust. 2. Op enkele locaties is de bestemming van een winkel omgezet naar Gemengd of Wonen. De Kamer van Koophandel verzoekt om correctie. Reactie gemeente: 1. Het bestemmingsplan bestemt hoofdzakelijk de huidige functies. Een gemengde bestemming impliceert dat daar een menging van functies aanwezig is. Daar waar dit niet het geval is, krijgt het perceel de bestemming die aansluit op de functie die daar plaatsvindt. Niet overal is zonder meer een woonfunctie mogelijk, gelet op milieueisen ten aanzien van bijvoorbeeld geluid. Dit vereist verdergaand onderzoek. De bestemmingsplansystematiek is in dit geval vooral gericht op het actualiseren en hoofdzakelijk bestemmen van huidige functies. Dit is bepaald in de Kadernota Actualisatie bestemmingsplannen van de gemeente Castricum. 2. Bij de inventarisatie is gekeken naar de functies in het plangebied. De bestemmingen sluiten aan bij de bestaande functies. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt niet aangepast. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) Samenvatting: 1. Het HHNK ziet graag de beschrijving van het water in het bestemmingsplan uitgebreid. 2. In het concept Regionaal Waterplan Bergen, Castricum en Heiloo wordt de intentie uitgesproken om de overkluisde beekriolen in de toekomst weer open te leggen. Het bestemmingsplan moet deze intentie wel mogelijk maken. 3. Het bestemmingsplan dient de mogelijkheid te bieden om maatregelen te treffen tegen de verdroging van de strandwal en de negatieve effecten daarvan op de waterkwaliteit. 4. Het HHNK verzoekt het bestemmingsplan aan te passen door enkele tekstvoorstellen over te nemen en een enkele passage te schrappen. 22

124 5. Voor wat betreft ontwikkelingen verzoekt het HHNK om in het bestemmingsplan (regels en toelichting) te bepalen dat advies moet worden ingewonnen bij HHNK voor zover de ontwikkeling valt onder artikel 4.2 uit de Keur van het HHNK. 6. Het effect op het watersysteem van de uitbreiding van de Albert Heijn is dermate beperkt dat het niet noodzakelijk is om compenserende maatregelen te treffen. Het HHNK gaat ervan uit dat de riolering gescheiden wordt aangelegd en dat gebruik van uitlogende materialen worden vermeden. 7. Het HHNK is van mening dat een toelichting op de wijzigingszones 1 t/m 3 ontbreekt. Het HHNK wordt graag betrokken bij de uitwerking van deze gebieden en ziet graag een bepaling toegevoegd dat het waterschap om advies zal worden gevraagd met betrekking tot de gevolgen voor de waterhuishouding (tenzij aannemelijk is dat in het verleden al voorzieningen zijn getroffen ten behoeve van het watersysteem). 8. Het HHNK merkt op dat bij de bestemming Cultuur en ontspanning geen mogelijkheid is geboden voor water en voorzieningen voor de waterhuishouding en verzoekt dit alsnog toe te voegen. 9. Het HHNK merkt ten aanzien van de aanduiding recreatie in de bestemming Water op dat voor werken op, aan of langs het water een watervergunning nodig is. Reactie gemeente: 1. De toelichting van het bestemmingsplan zal worden aangevuld. 2. Voorzieningen voor de waterhuishouding en water zijn ruimschoots toegestaan in het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan vormt geen belemmering. 3. Maatregelen tegen de verdroging en de negatieve effecten op de waterkwaliteit liggen met name in de technische sfeer. Technische maatregelen worden niet in het bestemmingsplan geregeld. Gelet op de reactie onder 2, staat het bestemmingsplan niet in de weg aan de aanleng van water of voorzieningen daarvoor. 4. De passages zullen worden aangepast. 5. De Keur en het bestemmingsplan zijn twee verschillende, op zichzelf staande instrumenten. Een bestemmingsplan is niet het aangewezen instrument om de regels van de Keur te waarborgen. Ingeval van wijzigingen van de Keur zou het bestemmingsplan ook aangepast moeten worden. Dit is onwenselijk. Het direct vertalen van de Keur in het bestemmingsplan is daarnaast ook niet noodzakelijk, omdat de Keur op zichzelf fungeert en een rechtstreekse werking heeft. Naar mening van de gemeente is direct vertalen van het stelsel van de Keur niet in overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening, omdat dit de bevoegdheid betreft van een ander bestuursorgaan en dergelijke onderwerpen buiten het toepassingbereik vallen van een bestemmingsplan. Ruimtelijk gezien, is er derhalve geen aanleiding om de regels van de Keur te vertalen in de planregels van het bestemmingsplan. In de bestemmingsplantoelichting is wel een passage opgenomen over de Keur, die gelet op de reactie onder 4, zal worden aangepast. 6. Wij nemen de reactie voor kennisgeving aan. Het gebruik van materialen en de aanleg van het riool wordt niet in een bestemmingsplan geregeld. Met initiatiefnemer wordt een overeenkomst gesloten waarin initiatiefnemer wordt gewezen op deze opmerking van het HHNK. 7. In de bestemmingsplantoelichting zullen de wijzigingszones worden verduidelijkt. Deze wijzigingszones hebben betrekking op reeds bestaande wijzigingsbevoegdheden die zijn opgenomen in vigerende bestemmingsplannen. De wijzigingszones hebben allen als doel om Wonen mogelijk te maken. Dit is, gelet op het woonkarakter van de stedelijke kern van Limmen, nog steeds een wenselijke ontwikkeling. Voor enkele 23

125 wijzigingsbevoegdheden is al eens met de gemeente gesproken om de bevoegdheid aan te wenden. Dit heeft echter nog geen definitieve doorgang gevonden. Ieder wijzigingsplan moet worden voorzien van een onderbouwing. Het aspect water maakt hier een onderdeel van uit. Het beleid van het HHNK ten aanzien van watercompensatie zal hier leidend in zijn. Dit houdt in dat voor wijzigingsplannen kleiner dan 800 m² verharding, in beginsel geen watercompensatie zal plaatsvinden. 8. De mogelijkheid zal aan de bestemming worden toegevoegd. 9. Wij nemen de reactie voor kennisgeving aan. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - toelichting aanvullen; - mogelijkheid voor water(voorzieningen) opnemen in de bestemming Cultuur en ontspanning. Provincie Noord-Holland Samenvatting: De Provincie geeft aan dat in de toelichting is vermeldt dat een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen om bedrijven hoger dan categorie 2 toe te laten. Reactie gemeente: In de planregels is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de specifieke functieaanduiding te verwijderen teneinde bedrijven toe te laten tot maximaal categorie 2 uit de Staat van bedrijfsactiviteiten. Tevens biedt het bestemmingsplan een ontheffingsmogelijkheid om bedrijven toe te laten die niet zijn genoemd in de Staat van bedrijfsactiviteiten, maar wel binnen categorie 1 of 2 vallen, of qua aard en omvang van de milieuhinder daaraan gelijk te stellen zijn. Het is dus niet de bedoeling om nieuwe bedrijven met een hogere milieubelasting dan categorie 2 toe te staan in Limmen. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - toelichting afstemmen op de planregels. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) Samenvatting: VROM attendeert op het nationaal belang milieukwaliteit en externe veiligheid. VROM gaat er met betrekking tot de wijzigingsbevoegdheden vanuit dat gelegener tijd tijdig akoestisch onderzoek gedaan zal worden omdat mogelijk het voeren van een hogere waarde procedure nodig zal zijn. Reactie gemeente: Met de Crisis- en Herstelwet is artikel 76 van de Wet geluidhinder gewijzigd. Dit houdt in dat bij de vaststelling van wijzigingplannen, de voorkeursgrenswaarde in acht genomen moet worden. Voor wat betreft de wijzigingsbevoegdheid aan de Uitgeesterweg, wordt het akoestisch onderzoek opgenomen bij het bestemmingsplan. De wijzigingsbevoegdheid aan de Roelat bevindt zich buiten de geluidszone van de weg. In de toelichting zal worden ingegaan op deze akoestische aspecten, alsmede voor de wijzigingsbevoegdheid aan de Enterij. 24

126 Conclusie: Het bestemmingsplan wordt aangepast: - toelichting aanvullen met akoestische toelichting voor de wijzigingsbevoegdheden ten behoeve van de woningen. 25

127 Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Middenweg 4 te Limmen, gemeente Castricum (NH) projectnr revisie mei 2010 Auteur(s) H.E. Bouter Opdrachtgever Gemeente Castricum datum vrijgave beschrijving revisie 01 goedkeuring vrijgave n.a.v. opm. bevoegd gezag H. Bouter I.Vossen

128 Colofon Titel: Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen, gemeente Castricum (N.H.) Auteur(s): H.E. Bouter ISSN: Oranjewoud B.V. Postbus AA Heerenveen Niets uit dit rapport mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden d.m.v. druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Ingenieursbureau Oranjewoud bv, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt, door een derde of voor enig ander werk of doel dan waarvoor het is vervaardigd. Disclaimer Archeologisch vooronderzoek wordt in zijn algemeenheid uitgevoerd door het steekproefsgewijs bemonsteren d.m.v. boringen, proefsleuven en/of veldkartering. Hoewel Ingenieursbureau Oranjewoud bv de grootste zorgvuldigheid betracht bij het uitvoeren van het archeologisch onderzoek, is het juist deze steekproefsgewijze benadering die het onmogelijk maakt garanties ten aanzien van de situatie af te geven op basis van de resultaten van een archeologisch vooronderzoek. Oranjewoud aanvaardt derhalve op generlei wijze aansprakelijkheid voor schade welke voortvloeit uit beslissingen genomen op basis van de resultaten van archeologisch (voor)onderzoek.

129 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Inhoud Blz. Administratieve gegevens 4 Samenvatting 5 1 Inleiding 7 2 Bureauonderzoek Beschrijving onderzoekslocatie Begrenzing onderzoeks- en plangebied Landschappelijke situatie Historische situatie en mogelijke verstoringen Bekende archeologische waarden Archeologische verwachting en -beleid Archeologische verwachtingskaarten Gespecificeerde archeologische verwachting Advies voor vervolgonderzoek 21 3 Veldonderzoek Doel- en vraagstelling Onderzoeksopzet en werkwijze Resultaten Bodemopbouw Archeologie 26 4 Conclusies en advies Conclusies Waardering en selectieadvies 28 Literatuur en geraadpleegde bronnen 29 Bijlagen 1 Archeologische perioden 2 AMZ-cyclus 3a ARCHIS: terreinen met archeologisch status 3b ARCHIS: archeologische waarnemingen 4 Boorprofielen Kaarten ARCHIS IKAW en waarnemingen, vondstmeldingen uit Archis II AMK AMK-terreinen uit ARCHIS II S1 Kaart met boorpunten en bodemopbouw arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 3 van 30

130 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Administratieve gegevens OW Projectnummer OM-nummer Provincie Noord-Holland Gemeente Castricum Plaats Limmen Toponiem De Vuurbaak Kaartblad 19C Coördinaten X/Y ,509527; , ,509499; , Opdrachtgever Gemeente Castricum Uitvoerder Oranjewoud Datum uitvoering maart 2010 Projectteam H.E. Bouter (KNA-prospector) Bevoegd gezag Gemeente Castricum (geadviseerd door SCENH) Beheer documentatie Oranjewoud Almere Vondstdepot n.v.t. Afbeelding 1 Locatie plangebied (rode lijn) (Topografische Kaart 1: (hier verkleind weergegeven), Topografische Dienst Kadaster, Emmen) arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 4 van 30

131 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Samenvatting In maart 2010 is in opdracht van de gemeente Castricum door Ingenieursbureau Oranjewoud BV een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek door middel van boringen (karterende fase) uitgevoerd op een perceel aan de Middenweg 4 te Limmen, gemeente Castricum. De aanleiding voor het archeologisch onderzoek is de toekomstige uitbreiding van het Albert Heijn filiaal op het aangrenzende perceel aan de Vuurbaak 1. Bij de ruimtelijke onderbouwing in het kader van de vrijstelling van het bestemmingsplan dienen de eventuele archeologische waarden in het gebied te worden onderzocht. Het bureauonderzoek geeft het volgende aan voor het plangebied. Gezien de geologische situatie, namelijk de ligging op een oude strandwal en hierop gevormde duinafzettingen, en gezien de archeologische waarnemingen uit de omgeving van het plangebied, zijn archeologische sporen uit de periode van het (laat-)-neolithicum tot en met de Middeleeuwen te verwachten. Met name de verwachting op resten uit de periode Romeinse Tijd tot en met de Late Middeleeuwen is groot op basis van bestaande waarnemingen in de buurt van het plangebied. De hoge algemene verwachting geldt alleen als er sprake is van een intact bodemprofiel, en met name bij aanwezigheid van (overstoven) bodems en vegetatiehorizonten. De verwachting luidt echter ook dat door mogelijke egalisering van het duinoppervlak (i.v.m. bebouwing, vroegere bollenteelt, zandafgraving) de bodem en eventuele archeologische waarden sterk kunnen zijn verstoord. Er zijn vervolgens 6 boringen verricht in het plangebied, met als doel de bodemintactheid en de bodemopbouw te bepalen en de aan- af afwezigheid van archeologische indicatoren. De boringen zijn doorgezet tot minimaal minimaal 50 cm in de onverstoorde ondergrond. Hierbij is rekening gehouden met een maximale verstoringsdiepte van 2 m in verband met de voorgenomen herinichting van het plangebied. Het veldonderzoek heeft de aanwezigheid van Oude Duinafzettingen aangetoond die zijn gevormd op de strandwal. Het bodemprofiel is echter diep verstoord tot zeker 1,5 m. Er zijn geen archeologische indicatoren, oude bodemlagen of cultuurlagen aangetroffen. Er is een veenlaag aangetroffen op meer dan 2 m -mv. Er zijn geen indicaties dat de veenlaag of de laag direct erboven een oude bewoningslaag kan zijn. Tevens ligt de veenlaag buiten het bereik van de geplande bodemverstoring. Hierdoor zullen eventueel toch aanwezige archeologische waarden in de veenlaag niet worden verstoord. Gezien de verstoring ter plekke van het plangebied van 1,3 tot 1,5 m beneden maaiveld, wordt geadviseerd de bovenste 1 m vrij te geven wart betreft archeologie. Wanneer de verstoringen over meer dan 5% van het plangebied dieper reiken dan 1 m wordt geadviseerd een archeologische begeleiding van de werkzaamheden uit te laten voeren. Hiervoor dient een Programma van Eisen te worden opgesteld, dat door de bevoegde overheid moet worden goedgekeurd. Ook voor vrijgegeven (delen van) plangebieden bestaat altijd de mogelijkheid dat er tijdens graafwerkzaamheden toch losse sporen en vondsten worden aangetroffen. Het betreft dan vaak kleine sporen of resten die niet door middel van een booronderzoek kunnen worden opgespoord. Op grond van artikel 53 van de Monumentenwet 1988 dient zo spoedig mogelijk melding te worden gemaakt van de vondst bij de Minister (de arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 5 van 30

132 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: ARCHISmeldpunt, telefoon Een vondstmelding bij de gemeentelijk of provinciaal archeoloog kan ook. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 6 van 30

133 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 1 Inleiding In maart 2010 is in opdracht van de gemeente Castricum door Ingenieursbureau Oranjewoud BV een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek door middel van boringen (karterende fase) uitgevoerd op een terrein te Limmen, gemeente Castricum. Het betreft een perceel aan de Middenweg 4. De aanleiding voor het archeologisch onderzoek is de toekomstige uitbreiding van het Albert Heijn filiaal aan de Vuurbaak. Bij de ruimtelijke onderbouwing in het kader van de vrijstelling van het bestemmingsplan dienen de eventuele archeologische waarden in het gebied te worden onderzocht. Een archeologisch onderzoek dat in het kader van ruimtelijke onderbouwing plaatsvindt, past als onderzoeksstrategie binnen de zogenaamde Archeologische Monumentenzorg (AMZ). Deze cyclus wordt toegelicht in bijlage 2. Doel van het onderhavige onderzoek is het opstellen van een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel e Het gespecificeerde verwachtingsmodel zal vervolgens worden getoetst door middel van een veldonderzoek - karterende fase. Het bureauonderzoek en het veldonderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) versie 3.1. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 7 van 30

134 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 8 van 30

135 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 2 Bureauonderzoek Het doel van het uitvoeren van een archeologisch bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied. Waar kunnen we wat verwachten? Voor het opstellen van een dergelijke verwachting wordt gebruik gemaakt reeds bekende archeologische waarnemingen, historische kaarten, de landschappelijke situatie en bodemkundige gegevens. Een gespecificeerde verwachting gaat in op de mogelijke aanwezigheid, het karakter, omvang, datering en verstoring van archeologische waarden binnen het plangebied. 2.1 Beschrijving onderzoekslocatie Begrenzing onderzoeks- en plangebied Het is van belang een onderscheid te maken tussen onderzoeksgebied enerzijds en plangebied anderzijds. Met plangebied wordt het gebied bedoeld waarop de in de inleiding genoemde plannen en/of werkzaamheden betrekking hebben. Binnen dit gebied zullen eventueel aanwezige archeologische waarden verstoord worden. Het onderzoeksgebied omvat het gebied waarover informatie verzameld is om een goed beeld te krijgen van de archeologische waarden die van belang kunnen zijn. Dit gebied is veelal groter dan het plangebied en verschilt naar gelang het te onderzoeken aspect. Het plangebied is een perceel aan de westzijde van het Albert Heijn filiaal aan de Middenweg 4 te Limmen, zie afbeeldingen 1 en 2. De oppervlakte van het perceel bedraagt ca. 625 m 2. Afbeelding 2. Het plangebied op een recente luchtfoto (Bron: GoogleMaps) arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 9 van 30

136 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Landschappelijke situatie Het landschap langs de kust van Noord-Holland kent een dynamische wordingsgeschiedenis. Het ontstaan van dit kustgebied gaat terug tot het begin van het Holoceen (ca voor Chr.) en hangt nauw samen met de relatieve zeespiegelstijging die vanaf dat moment van start gaat. De kustlijn verschuift met het stijgende water steeds verder naar het oosten en bevindt zich bij aanvang van het Subboreaal (circa 3850 voor Chr.) zelfs ten oosten van de huidige kust, waarna mede door een minder snelle stijging van de zeespiegel sprake is van kustuitbreiding naar het westen. De basis van deze kustbarrière wordt gevormd door een serie evenwijdig aan de kustlijn gelegen strandwallen: onder mariene omstandigheden gevormde, langgerekte zandruggen. Deze strandwallen zijn niet gelijktijdig ontstaan, maar opeenvolgend gedurende de periode van circa 5000 tot 500 voor Chr.; de jongere meer westwaarts dan de oudere. Op de toppen van de strandwallen is op den duur ook duinvorming opgetreden; de zogenaamde Oude Duinen werden hierbij gevormd. Tussen de strandwallen lagen zogenaamde strandvlaktes, waar op veel plaatsen veenvorming heeft kunnen optreden. Het plangebied maakt deel uit van een oude strandwal, ook wel de strandwal van Limmen genoemd. De vorming hiervan ving aan rond 4000 v oorchr. 1 Met het ontstaan van de door strandwallen gevormde kustbarrière nam de invloed van de zee op het achterliggende gebied af. Zo kon zich achter de strandwallen een enorme zoetwaterlagune vormen waar veenvorming (Hollandveen) optrad. Rond 2750 voor Chr. was een uitgestrekt veengebied ontstaan. De kustbarrière sloot de zee overigens niet geheel buiten; deze kon nog regelmatig tot ver in het achterland doordringen door enkele zeegaten. Hierbij werden mariene sedimenten (zand en klei) op het land afgezet. Ten zuiden van het plangebied (grofweg tussen Limmen en Beverwijk) kwam een noordelijke vertakking van de Rijn via de Vecht uit in de Noordzee. De monding wordt het Oer-IJ genoemd. Via deze monding liet ook de zee haar invloed gelden. Vanuit zee werd zand en klei aangevoerd en tijdens stormen ver landinwaarts afgezet. De Oer-IJ -monding lag eerst bij IJmuiden maar heeft zich door de getijstromingen en wind steeds meer naar het noorden verplaatst. In de getijdendelta van het Oer-IJ werd een meters dik pakket van schelprijk zand en klei afgezet. 1 Toelichting geologische kaart van Nederland, blad Alkmaar O/W arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 10 van 30

137 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Afbeelding 3. Ligging van de strandwallen en zeegaten (estuaria) en de ligging van het plangebied (rode stip). (Bron: Berendsen 2004, naar Zagwijn 1986) Rond circa 1500 voor Chr. nam de invloed van de zee weer sterk toe. De zee drong via het Oer-IJ ver het land binnen. Dit zeegat verzandde echter rond het begin van de jaartelling als gevolg van uitbouwende strandwallen. De mariene invloed nam hierdoor weer sterk afgenomen. Afwatering van land naar zee heeft waarschijnlijk plaatsgevonden in ondiepe geulen langs de binnenduinrand in de strandvlakte ten westen van Limmen in de richting van Egmond. In deze geulen zijn kleiige sedimenten aangetroffen met aan de bovenzijde een gyttja- of veenlaag. De kust bouwt zich uit tot zeker 300 na Chr. In de periode van snelle uitbouw van de kust vormen zich ook duinen op de strandwallen. De zogenaamde 'Oude Duinen' zijn grotendeels gevormd vóór de Romeinse Tijd, met uitlopers in de Vroege Middeleeuwen. Datering van overstoven veenlaagjes geeft aan dat de duinvorming tussen Limmen en Alkmaar begonnen is rond 1400 voor Chr (rond de overgang Neolithicum-Bronstijd). De Oude Duinen worden gekenmerkt door een relatief vlakke ligging en ze reiken tot maximaal 6 m +NAP. Op veel plaatsen zijn ze weliswaar vergraven (zie volgende paragraaf). In kleine duinvalleien is enige veenvorming opgetreden. Hierdoor liggen op veenlagen ingeschakeld in het duinzand. Tussen circa 1000 en 1200 na Chr. begint een nieuwe periode van duinvorming. De duinen die vanaf deze fase zijn ontstaan worden aangeduid als 'Jonge Duinen' en bereiken veel grotere hoogte (20 tot 50 m +NAP). Deze liggen ten westen van het plangebied. Het zand waaruit de Jonge duinen zijn gevormd is voornamelijk afkomstig van de stranden en van het onderzeese gebied vlak voor de kust. De vorming van de Jonge Duinen gaat gepaard met een verschuiving van de kustlijn landinwaarts. Als gevolg van zee-inbraken wordt materiaal afgezet achter de strandwallen. De vorming van de Jonge Duinen duurde voort tot in de 19 e eeuw. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 11 van 30

138 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Afbeelding 4. Landschappelijke situatie rond het begin van de jaartelling (Heeringen, 1992). Plangebied (rode stip), duinen en strandwallen (beige) bij o.a. Limmen en Heiloo, achterliggend veengebied (bruin) en oude getijgeulen (blauw) van het Oer-IJ tussen de strandwallen. Geomorfologische en geologische kaart Op de Geomorfologische Kaart van Nederland (afbeelding 5) is de Oude strandwal/duin van Limmen ook te zien (niet-waaiervormige glooiing). Ten zuidoosten van het plangebied ligt een oudere strandwal bij Akersloot en Uitgeest. afbeelding 5. Geomorfologische kaart van Nederland. Limmen en het plangebied (rode stip) liggen op een oude strandwal. Inmiddels is de bebouwing van Limmen uitgebreid, ook in het plangebied. Aan de west/zuidkant van de strandwal liggen oude geulen van het Oer-IJ. De Geologische Kaart van Nederland (blad Alkmaar West) geeft aan dat het plangebied in een zone ligt met Oude Duin- en Strandzanden, eventueel met een Hollandveeninschakeling en/of Afzettingen van Calais (Laagpakket van Wormer, Formatie van Naaldwijk). De Oude Duinzanden variëren in dikte van enkele decimeters tot 2,5 m. Ten arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 12 van 30

139 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen oosten van de strandwal komen jongere getijafzettingen (Duinkerke III ofwel Laagpakket van Walcheren) voor op een laag Hollandveen en hieronder gelegen oude strandzanden. Bodem en grondwater De bodemkundige en hydrologische situatie hangt sterk samen met de geomorfologische situatie en de hoogteligging. Volgens de Bodemkaart van Nederland (zie afbeelding 6) komt in het plangebied een kalkhoudende vlakvaaggrond voor bestaande uit matig fijn zand (zn50a). Het plangebied ligt echter in bebouwd gebied, waardoor de bodem sterk verstoord kan zijn. Langs de oost- en westzijde van de strandwal komt een strook kalkloze zandgronden voor. Verder naar het oosten komen veengronden voor en ten westen van de strandwal komen in de ondiepe geulen zeekleigronden voor. Moerige eerdgronden komen niet voor in het plangebied maar op enige afstand hiervan (> 600 m afstand, rozegekleurde zones) Van belang voor de archeologie zijn mogelijk aanwezige vegetatiehorizonten of bodems die in het duinzand kunnen voorkomen. Deze wijzen op een periode van verminderde duinvorming en het kunnen bewoonbare niveaus zijn geweest (reeds vanaf het Neolithicum). afbeelding 6. Bodemkaart van Nederland. Rode stip toont de ligging van het plangebied. Hier komt een kalkhoudende zandgrond voor (Bron: ARCHIS II). AHN Op het actueel hoogtebestand Nederland (AHN) wordt de hoogteligging ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil (NAP) gevisualiseerd. Op het kaartbeeld van het AHN is de strandwal te zien als een langgerekte, vrij lage rug die ca 2 à 3 m hoger ligt dan de omgeving. Het plangebied ligt op ca. 1,5 m +NAP (zie afbeelding 7). arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 13 van 30

140 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen +1,5-1,4 Afbeelding 7. De strandwal van Limmen op de AHN. De rode- en gele zones liggen hoger dan de groene- en blauwe zones. De cijfers geven de hoogte in meters ten opzichte van NAP aan. Rode stip toont ligging plangebied. -0,1 +2,5 +1,5-1,0 De te verwachte lithologie en stratigrafie in het plangebied is globaal als volgt: diepteligging textuur laag stratigrafie in meter -mv 0-2 m fijn zand met fijn schelpgruis, goed afgerond en gesorteerd Oud duinzand, mogelijk aanwezige bodems, Oud duinzand vegetatiehorizonten, veenlaagjes vanaf 2 m grof zand met schelpfragmenten, oud strandzand met Oud strandzand mogelijke veenlaagjes mogelijk ingeschakelde veenlagen meer dan 10 m grof zand strandzanden Zanden van Castricum Historische situatie en mogelijke verstoringen Historische kaarten De oudste kaart van Limmen en omgeving dateert uit Dit is de de kaart van Joost Jansz. Beeldsnijder "Caerte van Noordhollant", gemaakt in opdracht van de Spaanse veldheer Alva. Op deze kaart is weinig detail te zien. Wel is reeds een blokvormige verkaveling aanwezig op het grootste deel van de strandwal van Limmen, ook in en rond het plangebied. Het lijkt erop dat in deze tijd het oorspronkelijke bos reeds was verdwenen en er akkerland voor in de plaats was gekomen. De historische kern van Limmen is ook afgebeeld even ten zuiden van het plangebied (kerktorentje). Het plaatsje is gesticht in de Late Middeleeuwen. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 14 van 30

141 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Afbeelding 8. Detail uit de kaart van Joost Jansz. Beeldsnijder "Caerte van Noordhollant" uit 1575 gemaakt in opdracht van de Spaanse veldheer Alva. Rode stip toont ligging plangebied. Op de kaarten vanaf 1830 tot 1857 is er nog steeds weinig bebouwing in Limmen. Het gebied bestaat voornamelijk uit akkers en weiland. Het plangebied maakt hier ook onderdeel van uit (vermoedelijk weiland). Afbeelding 9. Detail uit de topografische militaire kaart van Het plangebied maakt onderdeel uit van een strook weiland danwel akkerland. Op de kaart van 1897 is de bebouwing behoorlijk toegenomen in Limmen. Er zijn beduidend meer huizen en tuinen te zien. In het plangebied is echter nog geen bebouwing. Het bestaat nog uit weiland. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 15 van 30

142 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Afbeelding 10. Detail uit de topografische kaart van Het plangebied maakt onderdeel uit van een strook weiland. Vanaf 1951 maakt het plangebied op de topografische kaarten onderdeel uit van de bebouwde kom van Limmen. Onzeker is het grondgebruik in het plangebied. Op de kaart van 1983 staat voor het eerst een huis afgebeeld in het plangebied, dat er nu nog staat. Afbeelding 11. Detail uit de topografische kaart van Rode cirkel toont ligging plangebied. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 16 van 30

143 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 2.2 Bekende archeologische waarden Er liggen een aantal archeologische monumenten (AMK-terreinen) in de omgeving van het plangebied. Het dichtstbijzijnde AMK-terrein ligt ca. 400 m ten oosten van het plangebied. Dit is de historische kern van het plaatsje Dusseldorp, die dateert uit de periode late Middeleeuwen - Nieuwe Tijd. Ca. 400 m ten westen van het plangebied ligt AMK-terrein Vanwege het feit dat de bodem hier niet diep is verstoord (volgens de huidige gegevens maximaal 40 cm), en de waarnemingen die hier zijn gedaan, worden sporen van bewoning verwacht uit de periode Late IJzertijd - Late Middeleeuwen. Op wat grotere afstand, ca. 1 km ten zuiden van het plangebied liggen de AMK-terreinen en AMK-terrein betreft de historische kern van Limmen. Hier worden archeologische resten verwacht die dateren vanaf de Late Middeleeuwen. AMK-terrein 1883 betreft het terrein van de oudste kerk in dit gebied. Tijdens een opgraving is hier de houten voorganger uit de Karolingische tijd getraceerd (vroege Middeleeuwen). Tabel 1. Overzicht van AMK-terreinen rond het plangebied binnen een straal van 1 km. AMK-nr Complextype Begin periode Eind periode 9210 nederzetting, onbepaald IJzertijd laat Middeleeuwen laat nederzetting, onbepaald Middeleeuwen laat Nieuwe tijd nederzetting, onbepaald Middeleeuwen laat Nieuwe tijd 1883 kerk Middeleeuwen vroeg Middeleeuwen laat In het plangebied zijn tot nu toe geen archeologische waarnemingen gedaan. In de nabije omgeving van het plangebied zijn een aantal waarnemingen gedaan (tabel 2). Deze dateren met name uit de periode Romeinse Tijd t/m de Middeleeuwen. De waarnemingen zijn voor het grootste deel gedaan door de plaatselijke afdeling van de Archeologische Werkgemeensschap voor Nederland (AWN). Besproken worden de waarnemingen binnen een straal van 1 km rond het plangebied, steeds gelegen op de strandwal van Limmen. Deze zijn aangegeven op de kaart Archis. De beschrijvingen zijn vermeld in bijlage 3. De dichtstbijzijnde vondsten zijn gedaan op ca. 500 m afstand ten zuidwesten van het plangebied aan de Westerweg (waarnemingsnr ). Hier zijn archeologische resten, waaronder bot, handgevormd aardewerk en kruiken aangetroffen die duiden op een nederzetting uit de Romeinse tijd. De resten zijn afkomstig uit een cultuurlaag tot een diepte van ca. 70 cm -mv. Ca. 70 m verder naar het zuiden resulteerde een booronderzoek eveneens in een vindplaats (waarnemingsnr ). Deze is geïnterpreteerd als een deel van een periferie van een nederzettingsterrein uit de Romeinse tijd. De gaafheid en conservering is echter slecht als gevolg van bodembewerking ten behoeve van de bollenteelt. De archeologische resten zijn gevonden in de bouwvoor en in de hieronder liggende verstoorde laag (tussen 20 en 100 cm -mv). De bodem bleek tot gemiddeld ca 1,25 m verstoord. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 17 van 30

144 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Ca. 1 km ten zuiden van het plangebied zijn bij een opgraving in 1991 archeologische vondsten gedaan aan de Zuidkerkelaan (waarnemingsnr ). Er is een oude cultuurlaag gevonden evenals aardewerk die vermoedelijk dateren uit de periode late IJzertijd - vroeger Romeinse tijd. Verder zijn greppels, een waterput en aardewerk aangetroffen die dateren uit de late Middeleeuwen. Ten westen van het plangebied, op ca. 700 m afstand, zijn bij een veldkartering in 2009 door RAAP diverse aardewerkfragmenten gevonden die dateren uit de vroege tot late middeleeuwen (waarnemingsnr ). Het betreft o.a. kogelpotten, steengoed en Karolingisch en Merovingisch, gedraaid aardewerk. Tevens zijn een bronzen voorwerp en een schijffibula gevonden. Op dit deel van de strandwal (tuinbouwgrond) heeft men de grond geëgaliseerd. Ca. 150 m meer naar het zuiden zijn in 1991 langs de Kapelweg resten van een vermoedelijke nederzetting uit de Romeinse tijd aangetroffen (waarnemingsnr 22613). Bij een opgraving zijn redelijk goed geconserveerde sporen aangetroffen waaronder een afvalkuil, paalgat en greppels. Verder zijn inheems-romeinse aardewerkfragmenten aangetroffen. Reeds in 1970 zijn ook langs de Kapelweg een munt en aardewerk gevonden die eveneens dateren uit de Romeinse tijd (waarnemingsnr ). Ca. 200 m meer naar het westen zijn 2 vondstmeldingen gedaan op de flank van de strandwal. Het betreft ten eerste vondstmeldingnr : bij een inventariserend veldonderzoek (onderzoeksmelding 36561) op vermeende duinafzettingen zijn aardewerkfragmenten aangetroffen die wijzen op een vindplaats uit de Late Middeleeuwen. Ten noordoosten van het plangebied aan de rand van de strandwal zijn bij een opgraving na de sloop van een 19 e eeuwse boerderij resten van een Laat-Middeleeuwse nederzetting gevonden (waarnemingsnr ), Deze zijn in verband te brengen met veenontginningen. Er zijn namelijk palenrijen en sporen van schopsteken aangetroffen. Verder zijn rond het plangebied diverse losse aardewerkvondsten gedaan die dateren uit de Late Middeleeuwen. Deze wijzen niet direkt op nederzettingsterreinen en zijn gevonden o.a. tijdens niet-archeologische graafwerkzaamheden (waarnemingsnr ). Oudere archeologische resten uit het Mesolithicum t/m de Bronstijd zijn niet gevonden in de buurt van het plangebied. Wel zijn diverse vuursteenvondsten uit deze periode gedaan in de nabijgelegen plaatsen Heiloo en Castricum die eveneens op oude strandwallen/duinen liggen. Tabel 2. Overzicht archeologische waarnemingen en vondstmeldingen rond het plangebied binnen een straal van 1 km. Waarnemingsnr. Object Beginperiode Eindperiode aardewerk, bot, mogelijk rest van oven Romeinse tijd vroeg Romeinse tijd laat aardewerk Middeleeuwen laat Middeleeuwen laat aardewerk, palenrijen, schopsteken Late Middeleeuwen Middeleeuwen laat aardewerk, bronzen beslag/boek, schijffibula Inheems Romeins aardewerk, paalgaten, greppels, afvalkuil Middeleeuwen vroeg Romeinse tijd vroeg Middeleeuwen laat Romeinse tijd laat arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 18 van 30

145 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen aardewerk, munt Romeinse tijd vroeg Romeinse tijd laat aardewerk, cultuurlaag, greppels, IJzertijd laat Middeleeuwen laat waterput Vondstmeldingsnr. Object Beginperiode Eindperiode aardewerk Middeleeuwen vroeg Middeleeuwen laat 2.3 Archeologische verwachting en -beleid Archeologische verwachtingskaarten IKAW De Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) is een door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed opgestelde kaart waarop aan de hand van eerder gedane archeologische waarnemingen en de bodemkundige gegevens is aangegeven wat de kans is in een bepaald gebied archeologie aan te treffen: laag, middelhoog of hoog. Zoals de naam al aangeeft gaat het hier - vanwege schaal en extrapolatie - slechts om een ruwe indicatie. De IKAW geeft voor het plangebied een hoge trefkans op archeologie aan. In feite is de gehele strandwal van Limmen een hoge trefkans toebedeeld. De gebieden aan weerszijden van de strandwal zijn een lage trefkans toegekend. Zie ook tekening ARCHIS. Cultuurhistorische waardenkaart (CHW) Provincie Noord-Holland Op de CHW Noord-Holland zijn voor wat betreft de strandwal van Limmen alleen de AMKterreinen benoemd als terrein van (grote) archeologische waarde Gespecificeerde archeologische verwachting Gezien de geologische situatie, namelijk de ligging op een oude strandwal en hierop gevormde duinafzettingen, en gezien de archeologische waarnemingen uit de omgeving van het plangebied, zijn archeologische sporen uit de periode van het (laat-)-neolithicum tot en met de Middeleeuwen te verwachten. Met name de verwachting op resten uit de periode Romeinse Tijd t/m de Late Middeleeuwen is groot op basis van bestaande waarnemingen binnen een straal van 1 km rond het plangebied. Het is de vraag in hoeverre de oude duinafzettingen intact zijn en of er mogelijke oude bodems, cultuurlagen en archeologische indicatoren in voorkomen. Door egaliseringen kunnen de bodem en hiermee ook archeologische waarden zijn verstoord. datering In het plangebied kunnen archeologische resten worden verwacht uit met name de arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 19 van 30

146 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen periode Romeinse Tijd - Late Middeleeuwen. Oudere resten uit het Neolithicum tot en met de IJzertijd zijn weliswaar niet uitgesloten. complextype Neolithicum-Bronstijd: De complextypen die kunnen worden verwacht hangen samen met een sedentair, agrarisch bestaan. Het betreft voornamelijk nederzettingen, vlakgraven en grafmonumenten. In kleinschalige depressies (veentjes) kunnen resten van rituele activiteiten worden aangetroffen (rituele deposities). IJzertijd-Vroege Middeleeuwen: Uit deze perioden worden complextypen verwacht die samenhangen met bewoning, begravingen en agrarische activiteiten, zoals nederzettingen of nederzettingsresten, grafvelden of graven en Celtic Fields. Late Middeleeuwen - Nieuwe Tijd: Er worden resten verwacht van agrarisch gebruik. omvang van enkele honderden vierkante meters voor geïsoleerde huisreven tot enkele duizenden vierkante meters voor nederzettingen bestaande uit meer huiserven. diepteligging De archeologische resten worden vanaf het maaiveld tot een diepte van 50 cm in de onverstoorde C-horizont verwacht. locatie De verwachte resten kunnen in het gehele plangebied worden aangetroffen. uiterlijke kenmerken Neolithicum: Vuursteenvindplaatsen bestaan uit een strooiing van vuurstenen werktuigen en resten van productie van deze werktuigen (afslagen, kernen). Bronstijd-Middeleeuwen: Resten van nederzettingen kunnen bestaan uit grondsporen en vondsten, zoals paalgaten, haardkuilen, huttenleem, aardewerk, afvalkuilen, waterputten, etc. Begravingsresten kunnen bestaan uit urnen, botmateriaal, resten van grafheuvels. Agrarische activiteiten kenmerken zich in het geval van Celtic Fields met name door opgeworpen heuveltjes, ploegsporen en eventueel resten van agrarische werktuigen zoals sikkels e.d. Rituele deposities bestaan uit één of meerdere voorwerpen die bewust zijn achtergelaten. Het betreft veelal werktuigen (bijlen, dissels) en wapens. Deze zijn soms gebruikt, en soms ongebruikt of zelfs niet-functioneel (speciaal voor het offer gemaakt). mogelijke verstoringen Het terrein en de omgeving is bebouwd. Het duinzand en mogelijke oude cultuurlagen kunnen hierdoor sterk zijn verstoord. Ook kan het gebied vóór deze bebouwing zijn verstoord als gevolg van bollenteelt of andere agrarische activiteiten. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 20 van 30

147 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 2.4 Advies voor vervolgonderzoek Gezien de geologische situatie, namelijk de ligging op een oude strandwal en hierop gevormde duinafzettingen, en gezien de archeologische waarnemingen uit de omgeving van het plangebied, zijn archeologische sporen uit de periode van het (laat-)-neolithicum tot en met de Middeleeuwen te verwachten. Met name de verwachting op resten uit de periode Romeinse Tijd tot en met de Late Middeleeuwen is groot op basis van bestaande waarnemingen in de buurt van het plangebied. Geadviseerd wordt in eerste instantie een inventariserend veldonderzoek door middel van boringen uit te voeren. Hierbij dienen 6 boringen worden verricht in het plangebied. Er zal worden bepaald hoe intact de bodem is, en of er mogelijke oude cultuurlagen en archeologische indicatoren aanwezig zijn. Gezien de geringe omvang van het plangebied en het aantal boringen, kan het veldonderzoek als karterend worden aangemerkt. Op basis van de resultaten van het booronderzoek worden adviezen geformuleerd ten aanzien van de noodzaak van- en de opzet van een eventueel vervolgonderzoek. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 21 van 30

148 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 22 van 30

149 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 3 Veldonderzoek 3.1 Doel- en vraagstelling Doel van het inventariserend veldonderzoek is het toetsen van de gespecificeerde archeologische verwachting uit het bureauonderzoek en het vaststellen in hoeverre archeologische resten aanwezig (kunnen) zijn. Er geldt een hoge verwachting op archeologische resten uit de periode Neolithicum tot en met de Middeleeuwen. Dit geldt voor het gehele plangebied. Specifiek van belang voor het plangebied is in hoeverre het bodemprofiel in het duinzand is verstoord en of er archeologische indicatoren voorkomen. Op basis hiervan kunnen kansarme en kansrijke zones voor vindplaatsen worden vastgesteld. Het onderzoek dient antwoord te geven op de volgende vragen: 1. Wat zijn de lithologische en bodemkundige kenmerken van het plangebied en wat is de aard, diepte en spreiding van bodemverstoringen? 2. Is er binnen het plangebied een vindplaats aanwezig en/of zijn er archeologische indicatoren aangetroffen die hierop kunnen wijzen? Zo ja, wat is de aard, conserveringstoestand en datering van deze indicatoren/vindplaats? 3. Indien archeologische lagen aanwezig zijn; op welke diepte bevinden deze zich en wat is de maximale diepte? 4. Waaruit bestaan of bestaan deze archeologische laag of lagen? 5. In welke mate wordt een eventueel aanwezige vindplaats verstoord door realisatie van de voorgenomen maatregelen in het gebied? 6. Hoe kan deze verstoring door planaanpassing tot een minimum worden beperkt? 7. In welke mate stemmen de resultaten van het veldwerk overeen met de verwachtingen van de bureaustudie? 8. Wat zijn de aanbevelingen? Is nader onderzoek noodzakelijk? En zo ja, waaruit kan deze bestaan? 3.2 Onderzoeksopzet en werkwijze Het veldwerk is op 30 maart uitgevoerd door drs. H.E. Bouter (fysisch geograaf) en veldtechnicus Peter Surstedt. De weersomstandigheden waren goed. Er zijn in totaal 6 boringen geplaatst. De boringen zijn doorgezet tot 1 a 2 m -mv, afhankelijk van de bodemopbouw. Er is geboord tot minimaal 50 cm in de onverstoorde ondergrond. Hierbij is rekening gehouden met een maximale verstoringsdiepte van 2 m in verband met de voorgenomen herinichting van het plangebied. De boringen zijn uitgevoerd met een Edelmanboor met een diameter van 12 cm. De bodembeschrijving is uitgevoerd volgens het NEN-5104 protocol. Er is gelet op de mate van intactheid van het bodemprofiel, voorkomende bodemvorming en eventueel ondergestoven bodems. De opgeboorde grond is gecontroleerd op archeologische indicatoren zoals vuursteen, aardewerk, houtskool, huttenleem etc middels zeven over een zeef met een maaswijdte van 4 mm. De boorstrategie voldoet aan de Leidraad Karterend Booronderzoek (SIBK). arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 23 van 30

150 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen De gegevens zijn in het veld digitaal ingevoerd in het programma Field H/PC Module voor Boormanager en TerraIndex op een Psion WorkAbout Pro. De boorbeschrijvingen zijn op kantoor ingelezen in TerraIndex voor verdere bewerking. De boringen zijn volgens het boorplan gezet en in het veld is de positie van de boringen ingemeten ten opzichte van wegen en het huis op het betreffende perceel. De hoogteligging is bepaald met behulp van de AHN viewer ( en ligt op ca. 1,5 m -NAP. De hoogteligging is hiermee niet exact bepaald voor de boorpunten, echter het geeft wel een goed beeld van de variatie in hoogte over het plangebied. In het veld is tevens het relief geinspecteerd en er is tevens gelet op zichtbare verstoringen of archeologische indicatoren aan de oppervlakte. De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op basis van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.1 (VS03). 3.3 Resultaten Bodemopbouw De bodemopbouw is weergegeven in de tabel 3, de kaart S1, bijlage 4 (boorstaten) en wordt hieronder beschreven. In het plangebied is een ca. 1,5 m dikke verstoorde laag aangetroffen welke bestaat uit matig fijn zand, vermengd met baksteenresten, grind en plantenresten. De rommelige structuur en de bestanddelen duiden op sterke verstoring. In boring 01 in de noordwesthoek van het terrein langs het pad is een duidelijk opgebrachte laag grof zand aangetroffen van ca. 1,2 m dikte. Het fijne, zwak siltige zand met enig fijn schelpgruis betreft een eolische afzetting die naderhand is verstoord door de mens. Het wordt geïnterpreteerd als Oude Duinafzettingen. Het betreft het Laagpakket van Zandvoort van de Formatie van Naaldwijk. De onverstoorde duinafzettingen beneden ca 1,5 m -mv lopen door tot in ieder geval 2,2 m -mv. In boring 06 is op 2,2 m -mv een veenlaag aangetroffen. Het betreft rietzeggeveen dat niet is veraard. De plantenresten zijn duidelijk waarneembaar en niet verkoold. Boven de veenlaag in boring 06 ligt een ca. 10 cm zwak humeus, wat venig zandlaagje. Er is geen sprake van duidelijke bodemvorming of een oude cultuur/bewoningslaag. In boring 01 is op 2,2 m -mv een 10 cm dik zwak humeus laagje aangetroffen in het duinzand en een 15 cm dikke veenlaag (rietzeggeveen) op ca. 3 m -mv. Ook hier is geen sprake van duidelijke bodemvorming of aanwijzing voor een oude cultuur/bewoningslaag. Het iets humeuze zand kan zijn aangevoerd en afgezet door de wind danwel er was plaatselijk enige begroeiing. Het grondwater ligt op ca 1,3 m -mv. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 24 van 30

151 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Tabel 3. Globale bodemopbouw cm -mv textuur laag stratigrafie matig fijn kalkrijk zand, plaatselijk grof zand (opgebracht). zwak tot matig humeus, baksteenresten, plantenresten, enig puin. rommelige structuur matig fijn kalkrijk zand, goed gesorteerd verstoorde eolische afzettingen onverstoorde eolische afzettingen Oude Duinafzettingen - Formatie van Naaldwijk, laagpakket van Zandvoort Oude Duinafzettingen - Formatie van Naaldwijk, laagpakket van Zandvoort rietzeggeveen veenlaag Hollandveen - Formatie van Nieuwkoop De bodemopbouw, in combinatie met de hoogtegegevens (AHN) en veldwaarnemingen duiden op afgraving/egalisering van dit deel van de Oude Duinen. Hierdoor is de bodem tot ca 1,5 m -mv verstoord. Het bodemtype is een kalkrijke vlakvaaggrond bestaande uit kalkrijk matig fijn zand. Er zijn in het plangebied geen eerdgronden (plaggendekken) aangetroffen. De bodemopbouw is in overeenstemming met de topografische ligging, op een oude strandwal/duin. Op de oude duinen die hierop zijn gevormd kan er theoretisch reeds in het Neolithicum bewoning zijn geweest. Echter er is hier sprake van diepe verstoring en er zijn geen oude bodem/cultuurlagen of archeologische indicatoren aangetroffen. Ook het hier aangetroffen kalkrijke zand wijst erop dat de toplaag van de oude duinafzettingen (overwegend kalkloos) hier niet meer aanwezig is. De diepe veenlaag op meer dan 2 m -mv wijst op een periode van verminderde eolische activiteit. In zulke perioden zijn plaatselijk veenlaagjes ontwikkeld in (kleine ) depressies. Afbeelding 12. Foto van het plangebied aan de Middenweg 4. Op de achtergrond het Albert Heijn filiaal waarvoor uitbreidingsplannen bestaan. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 25 van 30

152 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Archeologie In het plangebied zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 26 van 30

153 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 4 Conclusies en advies 4.1 Conclusies Bureauonderzoek In het plangebied is sprake van een hoge archeologische verwachting. In het plangebied kunnen vindplaatsen worden aangetroffen uit met name de periode Romeinse Tijd - Middeleeuwen. Bovendien kan een breed scala aan complexen worden aangetroffen, variërend van nederzettingen tot grafstructuren en rituele deposities in kleine depressies. Veldonderzoek Op basis van het veldonderzoek kan antwoord gegegeven worden op de volgende onderzoeksvragen. 1. Wat zijn de lithologische en bodemkundige kenmerken van het plangebied en wat is de aard, diepte en spreiding van bodemverstoringen? In het plangebied is een ca. 1,5 m dikke verstoorde laag aangetroffen welke bestaat uit matig fijn zand, vermengd met baksteenresten, grind en plantenresten. De rommelige structuur en de bestanddelen duiden op sterke verstoring. In boring 01 in de noordwesthoek van het terrein langs het pad is een duidelijk opgebrachte laag grof zand aangetroffen van ca 1,2 m dikte. Het fijne, zwak siltige zand met enig fijn schelpgruis betreft een eolische afzetting die naderhand is verstoord door de mens. Het wordt geïnterpreteerd als Oude duinafzettingen. De onverstoorde duinafzettingen beneden ca 1,5 m -mv lopen door tot meer dan 2 m -mv. Het onverstoorde duinzand biedt geen aanwijzing op de aanwezigheid van archeologische resten. In boring 01 is op 3 m -mv en in boring 06 op 2,2 m -mv een veenlaag aangetroffen. Boven de veenlaag in boring 06 ligt een ca 10 cm zwak humeus zandig laagje. Er is geen sprake van duidelijke bodemvorming of een oude bewoningslaag. Dit geldt ook voor een aangetroffen dun humeus laagje in het duinzand in boring 01. De bodemopbouw, in combinatie met de hoogtegegevens (AHN) en de aanwezige bebouwing duiden op vergraving/egalisering van dit deel van de Oude Duinen. 2. Is er binnen het plangebied een vindplaats aanwezig en/of zijn er archeologische indicatoren aangetroffen die hierop kunnen wijzen? Nee. 3. Indien archeologische lagen aanwezig zijn; op welke diepte bevinden deze zich en wat is de maximale diepte? Niet van toepassing 4. Waaruit bestaan of bestaan deze archeologische laag of lagen? Niet van toepassing 5. In welke mate wordt een eventueel aanwezige vindplaats verstoord door realisatie van de voorgenomen maatregelen in het gebied? Wanneer de verstoringen niet dieper reiken dan 1 m -mv zullen eventueel nog aanwezige archeologische vindplaatsen niet worden verstoord. arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 27 van 30

154 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen 6. Hoe kan deze verstoring door planaanpassing tot een minimum worden beperkt? Dat kan door de verstoringen die gepaard gaan met de nieuwbouw niet dieper te laten reiken dan 1 m -mv of, indien er wel diepere verstoringen zullen plaatsvinden, deze over een kleiner oppervlakte dan 5% van het plangebied te laten plaatsvinden. 7. In welke mate stemmen de resultaten van het veldwerk overeen met de verwachtingen van de bureaustudie? In elk geval voor de verstoorde bovenlaag (tot 1,5 m -mv) kan de archeologisch verwachting naar beneden bijgesteld worden. 8. Wat zijn de aanbevelingen? Is nader onderzoek noodzakelijk? En zo ja, waaruit kan deze bestaan? Gezien de verstoring ter plekke van het plangebied van 1,3 tot 1,5 m beneden maaiveld, wordt geadviseerd de bovenste 1 m vrij te geven wat betreft archeologie. Hierbij wordt een marge gehanteerd van minimaal 30 cm boven de onverstoorde laag, waarin eventueel nog archeologische vindplaatsen aanwezig kunnen zijn. Wanneer de verstoringen over meer dan 5% van het plangebied dieper reiken dan 1 m wordt geadviseerd een archeologische begeleiding van de werkzaamheden uit te laten voeren. Hiervoor dient een Programma van Eisen te worden opgesteld, dat door de bevoegde overheid moet worden goedgekeurd. 4.2 Waardering en selectieadvies Omdat geen vindplaats in aangetroffen, kan ook geen waardering worden bepaald. Selectieadvies Gezien de verstoring ter plekke van het plangebied van 1,3 tot 1,5 m beneden maaiveld, wordt geadviseerd de bovenste 1 m vrij te geven wart betreft archeologie. Wanneer de verstoringen over meer dan 5% van het plangebied dieper reiken dan 1 m wordt geadviseerd een archeologische begeleiding van de werkzaamheden uit te laten voeren. Hiervoor dient een Programma van Eisen te worden opgesteld, dat door de bevoegde overheid moet worden goedgekeurd. Ook voor vrijgegeven (delen van) plangebieden bestaat altijd de mogelijkheid dat er tijdens graafwerkzaamheden toch losse sporen en vondsten worden aangetroffen. Het betreft dan vaak kleine sporen of resten die niet door middel van een booronderzoek kunnen worden opgespoord. Op grond van artikel 53 van de Monumentenwet 1988 dient zo spoedig mogelijk melding te worden gemaakt van de vondst bij de Minister (de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: ARCHISmeldpunt, telefoon Een vondstmelding bij de gemeentelijk of provinciaal archeoloog kan ook. Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Almere, april 2010 arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 28 van 30

155 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 mei 2010 revisie 01 Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek aan de Vuurbaak te Limmen Literatuur en geraadpleegde bronnen Berendsen, H.J.A (4e druk): De vorming van het land. Inleiding in de geologie en geomorfologie. Van Gorcum, Assen. Gijn, A.L. van en L.P. Louwe Kooijmans, The first farmers: synthesis. In: Louwe Kooijmans et al (red.), The Prehistory of the Netherlands. Amsterdam University Press, pp Mulder, E.F.J. de, et al De ondergrond van Nederland., Wolters-Noordhoff, Groningen. Tol, A. & P. Verhagen. 2004: Optimale en standaard boormethoden in: A. Tol e.a. Prospectief boren. Een studie naar de betrouwbaarheid en toepasbaarheid van booronderzoek in de prospectiearcheologie. RAAP, Amsterdam (RAAP-rapport 1000), Verhart, L. & R. Groenendijk, Living in abundance: Middle and Late Mesolithic. In: Louwe Kooijmans et al (red.), The Prehistory of the Netherlands. Amsterdam University Press, pp Kaarten Topografische kaart 1:25000 ( Bodemkaart van Nederland, 1:50000, kaartblad 12B Historische kaarten ( arch2.1 Vakgroep Archeologie blad 29 van 30

156

157 Bijlage 1 : Archeologische perioden

158

159 Bijlage 1 : Archeologische perioden Als bijlage op de resultaten en verzamelde gegevens wordt hieronder een algemene ontwikkeling van de bewonersgeschiedenis in Nederland geschetst. Gedurende het Paleolithicum ( voor Chr.) hebben moderne mensen (homo sapiens) onze streken tijdens de warmere perioden wel bezocht, doch sporen uit deze periode zijn zeldzaam en vaak door latere omstandigheden verstoord. De mensen trokken als jager-verzamelaars rond in kleine groepen en maakten gebruik van tijdelijke kampementen. De verschillende groepen jagerverzamelaars exploiteerden kleine territoria, maar verbleven, afhankelijk van het seizoen, steeds op andere locaties. In het Mesolithicum ( voor Chr.) zette aan het begin van het Holoceen een langdurige klimaatsverbetering in. De gemiddelde temperatuur steeg, waardoor geleidelijk een bosvegetatie tot ontwikkeling kwam en de variatie in flora en fauna toenam. Ook in deze periode trokken de mensen als jager-verzamelaars rond. Voorwerpen uit deze periode bestaan voornamelijk uit voor de jacht ontworpen vuurstenen spitsjes. De hierop volgende periode, het Neolithicum ( voor Chr.), wordt gekenmerkt door een overschakeling van jager-verzamelaars naar sedentaire bewoners, met een volledig agrarische levenswijze. Deze omwenteling ging gepaard met een aantal technische en sociale vernieuwingen, zoals huizen, geslepen bijlen en het gebruik van aardewerk. Door de productie van overschot kon de bevolking gaan groeien en die bevolkingsgroei had tot gevolg dat de samenleving steeds complexer werd. Uit het Neolithicum zijn verschillende grafmonumenten bekend, zoals hunebedden en grafheuvels. Het begin van de Bronstijd ( voor Chr.) valt samen met het eerste gebruik van bronzen voorwerpen, zoals bijlen. Het gebruik van vuursteen was hiermee niet direct afgelopen. Vuursteenmateriaal uit de Bronstijd is meestal niet goed te onderscheiden van dat uit andere perioden. Het aardewerk is over het algemeen zeldzaam. De grafheuveltraditie die tijdens het Neolithicum haar intrede deed werd in eerste instantie voortgezet, maar rond 1200 voor Chr. vervangen door begravingen in urnenvelden. Het gaat hier om ingegraven urnen met crematieresten waar overheen kleine heuveltjes werden opgeworpen, eventueel omgeven door een greppel. In de IJzertijd ( voor Chr.) werden de eerste ijzeren voorwerpen gemaakt. Ten opzichte van de Bronstijd traden er in de aardewerktraditie en in het gebruik van vuursteen geen radicale veranderingen op. De mensen woonden in verspreid liggende hoeven of in nederzettingen van enkele huizen. Op de hogere zandgronden ontstonden uitgebreide omwalde akkercomplexen (celtic fields). In deze periode werden de kleigebieden ook in gebruik genomen door mensen afkomstig van de zandgebieden. Opvallend zijn de verschillen in materiële welstand. Er zijn zogenaamde vorstengraven bekend in Zuid-Nederland, maar de meeste begravingen vonden plaats in urnenvelden. Met de Romeinse tijd (12 voor Chr. tot 450 na Chr.) eindigt de prehistorie en begint de geschreven geschiedenis. In 47 na Chr. werd de Rijn definitief als rijksgrens van het Romeinse Rijk ingesteld. Ter controle van deze zogenaamde limes werden langs de Rijn castella (militaire forten) gebouwd. De inheems leefwijze handhaafde zich wel, ook al werd de invloed van de Romeinen steeds duidelijker in soorten aardewerk (o.a. gedraaid) en een betere infrastructuur. Onder meer ten gevolge van invallen van Germaanse stammen ontstond er instabiliteit wat uiteindelijk leidde tot het instorten van de grensverdediging langs de Rijn. Over de Middeleeuwen ( na Chr.), en met name de Vroege Middeleeuwen ( na Chr.), zijn nog veel zaken onbekend. Archeologische overblijfselen zijn betrekkelijk schaars. De politieke macht was na het wegvallen van de Romeinen in handen gekomen van regionale en lokale hoofdlieden. Vanaf de 10e eeuw ontstaat er weer enige stabiliteit en is een toenemende feodalisering zichtbaar. Door bevolkingsgroei en gunstige klimatologische omstandigheden werd in deze periode een begin gemaakt met het ontginnen van bos, heide en veen. Veel van onze huidige steden en dorpen dateren uit deze periode. De hierop volgende periode 1500 heden wordt aangeduid als Nieuwe Tijd.

160

161 Bijlage 2 : AMZ-cyclus

162

163 Bijlage 2 : AMZ-cyclus Het AMZ-proces Archeologisch onderzoek in Nederland wordt in de meeste gevallen uitgevoerd binnen het kader van de zogenaamde Archeologische Monumentenzorg (AMZ). Het gehele traject van de AMZ omvat een aantal stappen die elkaar kunnen opvolgen, afhankelijk van het resultaat van de voorgaande stappen. In de procedure wordt volgens een trechtermodel gewerkt. Het startpunt ligt eigenlijk al bij het bepalen van de onderzoeksplicht. Op diverse provinciale en landelijke archeologische waardenkaarten kan namelijk worden ingezien of het plangebied ligt in een zone met een archeologische verwachting. Indien dit het geval blijkt te zijn, dan zal er in het kader van de planprocedure onderzoek verricht moeten worden om te bepalen of er archeologische waarden binnen het plangebied aanwezig zijn. Hiermee start de zogenaamde AMZ-cyslus (zie afb. 1 en 2) Afb. 1: de AMZ-cyclus De eerste fase: bureauonderzoek Uitgangspunt voor het bureauonderzoek is het vaststellen van een gespecificeerd verwachtingsmodel dat op detailniveau voor het plangebied aangeeft wat er aan archeologische vindplaatsen aanwezig kan zijn. Op basis van dit verwachtingsmodel wordt bepaald of er een veldonderzoek nodig is en wat de juiste methode voor dit veldonderzoek zou moeten zijn om deze mogelijk aanwezige archeologische resten te kunnen aantonen.

164 Afb. 2: proces van de AMZ De tweede fase: inventariserend veldonderzoek (IVO) Het inventariserend veldonderzoek kan worden opgesplitst in drie subfases. Fase 1. verkennend onderzoek In sommige gevallen wordt er gestart met een verkennend onderzoek. Een verkennend onderzoek kent een relatief lage onderzoeksintensiteit en word feitelijk uitgevoerd omdat er bij het bureauonderzoek onvoldoende gegevens beschikbaar zijn om dit voldoende te kunnen onderbouwen. Dit is bijvoorbeeld het geval als er te weinig bodemkundige of geologische gegevens zijn om binnen het plangebied de verwachtingswaarden te kunnen onderbouwen of zelfs überhaupt tot een verwachtingswaarde te komen. Met een verkennend onderzoek kan tot in detail de verwachtingswaarde worden aangebracht. Zodoende kan door terugkoppeling een aangescherpt verwachtingsmodel worden gemaakt en kan karterend veldonderzoek in een vervolgfase gerichter en daarmee ook kostenefficiënter worden ingezet. Fase 2. karterend onderzoek In de regel wordt er gestart met een karterend onderzoek. Dit veldonderzoek dient om het verwachtingsmodel uit het bureauonderzoek te toetsen en eventueel aanwezige vindplaatsen op te sporen. Het onderzoek wordt vrijwel altijd vlakdekkend uitgevoerd door middel van boringen en/of oppervlaktekarteringen of proefsleuven. Het resultaat is in de regel een overzichtskaart met de resultaten van het onderzoek. Eventueel aangetoonde vindplaatsen worden daarbij aangegeven. Indien er geen archeologische vindplaatsen worden aangetroffen of wanneer bijvoorbeeld al blijkt dat deze geheel zijn

165 verstoord, dan wel van geen waarde zijn, is dit meestal ook het eindstadium van de AMZcyclus. Als er wel archeologische vindplaatsen worden aangetroffen of het blijkt uit de onderzoeksgegevens dat deze met zeer grote zekerheid kunnen worden verwacht, dan dient er een waardestellend onderzoek te worden uitgevoerd. Meestal is van de vindplaatsen die bij een karterend onderzoek zijn aangetroffen nog slechts in beperkte mate bekend wat de waarde ervan is. Fase 3. waarderend onderzoek Een waarderend onderzoek dient de fysieke kwaliteiten van een eerder aangetoonde of reeds bekende archeologische vindplaats vast te stellen en dient te leiden tot een waardestelling. Voor een waardestelling is het van belang om in elk geval de aard van de vindplaats, de exacte begrenzing in omvang en diepteligging, de datering en de mate van conservering en intactheid te weten. Een waarderend onderzoek kan worden uitgevoerd door middel van boringen of proefsleuven. Wat de beste methode is hangt sterk af van de omstandigheden en de aard van de vindplaats. In de meeste gevallen worden er voor een waardestelling proefsleuven of proefputten gegraven. omdat met deze methode meer en betere informatie over de vindplaats kan worden verkregen dan met aanvullende booronderzoek. Proefsleuven zijn lange sleuven van twee tot vijf meter breed die worden aangelegd in de zones waar in de voorgaande onderzoeksfase aanwijzingen voor vindplaatsen zijn aangetroffen. De derde fase: Selectie en waardering Het eindresultaat van een waardestellend onderzoek is een selectieadvies waarin op basis van de waardestelling van de vindplaats(en) wordt aangegeven of een vindplaats behoudenswaardig is. Deze waardestelling geschiedt op basis van verschillende waarderingscriteria. De term behoudenswaardig is sterk gerelateerd aan de essentie van het rijks- en provinciaal beleid ten aanzien van de archeologische monumentenzorg. In eerste instantie gaat dit namelijk uit van het behoud van het bodemarchief in situ (ter plekke in de bodem). Alleen wanneer dit binnen een belangenafweging niet kan zal het stuk waardevol bodemarchief voor het nageslacht bewaard dienen te worden door middel van een opgraving. Dit wordt ook wel behoud ex situ genoemd. Wanneer behoud niet gewenst is vanwege een relatief gering waarde van de vindplaats(en) kan nog worden besloten om de bodemingrepen onder archeologische begeleiding te laten uitvoeren. Ook is het natuurlijk nog mogelijk dat er helemaal geen archeologisch onderzoek meer hoeft plaats te vinden en kan het terrein worden 'vrij gegeven'. Het bevoegd gezag zal op basis van het selectieadvies uiteindelijk aangeven welke maatregelen er dienen te worden genomen. Deze beslissing wordt het selectiebesluit genoemd. Plaats van de AMZ-cyclus in de planvorming Net als met andere omgevingsfactoren waarmee binnen de planvorming rekening gehouden dient te worden, is het ook voor de archeologie van belang om dit in een zo vroeg mogelijk stadium in te steken. Niet alleen is dit voor een aantal onderzoeksfasen vanwege provinciaal of gemeentelijk beleid al een vereiste, het geeft bovendien al vroeg inzicht in eventuele risico's qua exploitatie en potentiële vertragingen in een project. Indien er een middelhoge of hoge kans op de aanwezigheid van archeologische resten bestaat, zal het bevoegd gezag een inventariserend onderzoek verplicht stellen ten behoeve van de ruimtelijke onderbouwing. Dit onderzoek is gebaseerd op het specifieke verwachtingsmodel uit het bureauonderzoek dat daaraan vooraf dient te gaan. In praktijk worden deze onderzoeken gecombineerd uitgevoerd en in één verslag gerapporteerd.

166 Wanneer eenmaal een planprocedure is voorgenomen zal met het archeologisch onderzoek al kunnen worden begonnen. In principe kan het gehele inventariserend veldonderzoek, inclusief een selectieadvies, voorafgaand aan een planprocedure worden afgerond. Dit heeft als voordeel dat binnen het toekomstige plan de omvang van de archeologische vindplaats(en) definitief kan worden afgebakend en er, bij behoud in situ, de bestemming 'archeologische waardevol' kan worden opgenomen. Ook kunnen dan in bijvoorbeeld een aanlegvergunning specifieke voorschriften worden opgenomen om aantasting te voorkomen. In dit kader en deze planfase kan ook een voorschot worden genomen op inrichtingsmaatregelen (aanpassing van een eventueel al beschikbaar stedenbouwkundig ontwerp of het voorschrijven van bijvoorbeeld een groenzone, speelveld, parkeerplaatsen etc.). Indien dit mogelijk is kan ook worden voorgeschreven dat er archeologievriendelijk gebouwd dient te worden door aanpassing van funderingswijze of ander technische maatregelen. Het nadeel van het uitvoeren van een waardestellend veldonderzoek na de een planprocedure is dat daarmee ook de consequenties ervan pas later in beeld komen, wat leidt tot een aantal risico's. Vaak blijkt dan behoud in situ veel lastiger te zijn en is dit dan alleen met technische maatregelen nog mogelijk. Soms is alleen behoud ex situ door middel van opgravingen de enige nog resterende kostbare optie.

167 Bijlage 3a: AMK-terreinen uit ARCHIS II

168

169 projectnr Archeologisch Rapporten Oranjewou 2010/65 monumentnr waarde Terrein van hoge archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C 026 provincie Noord-Holland plaats Limmen gemeente Castricum toponiem ZUIDKERKENLAAN/SCHOOLWEG coordinaten complextype Kerk datering van Middeleeuwen vroeg: nc datering tot Middeleeuwen laat: nc monumentnr waarde Terrein van hoge archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C 031 complextype Nederzetting, onbepaald datering van provincie Noord-Holland plaats Limmen Middeleeuwen vroeg: nc gemeente Castricum toponiem GROOT-LIMMERPOLDER; PROVINCIALE WEG coordinaten datering tot Middeleeuwen laat: nc monumentnr waarde Terrein van zeer hoge archeologische waar kaartblad + volgnr. 19C 032 complextype Graf, onbepaald datering van provincie Noord-Holland plaats Limmen Middeleeuwen vroeg: nc gemeente Castricum complextype Landbouw toponiem ZUIDEINDERWEG/ZUIDKERKENLAAN/RIJKS datering van coordinaten IJzertijd laat: vc Middeleeuwen vroeg: nc complextype Nederzetting, onbepaald datering van IJzertijd laat: vc Middeleeuwen vroeg: nc datering tot Middeleeuwen vroeg: nc datering tot Romeinse tijd vroeg: 12 vc - 70 nc Middeleeuwen vroeg: nc datering tot Romeinse tijd vroeg: 12 vc - 70 nc Middeleeuwen vroeg: nc monumentnr waarde Terrein van archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C A02 provincie Noord-Holland plaats Limmen gemeente Castricum toponiem GROOT-LIMMERPOLDER; SCHOOLLAAN coordinaten complextype Landbouw datering van Middeleeuwen laat: nc complextype Nederzetting, onbepaald datering van Romeinse tijd: 12 vc nc datering tot Middeleeuwen laat: nc datering tot Romeinse tijd: 12 vc nc monumentnr waarde Terrein van archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C A03 complextype Nederzetting, onbepaald datering van provincie Noord-Holland plaats Limmen Middeleeuwen vroeg: nc gemeente Castricum toponiem GROOT-LIMMERPOLDER; PROVINCIALE WEG coordinaten datering tot Middeleeuwen laat: nc Pagina 1 van 2 Bijlage 3a. ARCHIS: Terreinen met archeologische status

170 projectnr Archeologisch Rapporten Oranjewou 2010/65 monumentnr waarde Terrein van hoge archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C 034 provincie Noord-Holland plaats Limmen gemeente Castricum toponiem WESTERWEG/DRONENLAANTJE coordinaten complextype Nederzetting, onbepaald datering van IJzertijd laat: vc datering tot Middeleeuwen laat: nc monumentnr waarde Terrein van hoge archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C 048 provincie Noord-Holland plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten complextype Nederzetting, onbepaald datering van datering tot Middeleeuwen laat: nc Nieuwe tijd: monumentnr waarde Terrein van hoge archeologische waarde kaartblad + volgnr. 19C 049 provincie Noord-Holland plaats Onbekend gemeente Castricum toponiem DISSELDORP coordinaten complextype Nederzetting, onbepaald datering van datering tot Middeleeuwen laat: nc Nieuwe tijd: Pagina 2 van 2 Bijlage 3a. ARCHIS: Terreinen met archeologische status

171 Bijlage 3b: Waarnemingen uit ARCHIS II

172

173 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem NED HERV KERK coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: onbepaald OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen vroeg C: nc tot Middeleeuwen vroeg D: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem DAMPEGEEST coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Onbekend tot Middeleeuwen laat: nc Onbekend waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem DAMPEGEEST coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat A: nc tot Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem DAMPEGEEST coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem LIMMER POLDER coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: onbepaald OM-nr. -1 vondstdatum 1938 type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem LIMMERPOLDER coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum 1950 type vindplaats Onbekend datering van IJzertijd vroeg: vc Middeleeuwen: nc Middeleeuwen vroeg C: nc tot IJzertijd vroeg: vc Middeleeuwen: nc Middeleeuwen laat: nc Pagina 1 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

174 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem SCHULPVAART coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Middeleeuwen vroeg C: nc Onbekend Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem NH KERK coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum 1968 type vindplaats Kerk datering van Middeleeuwen vroeg D: nc tot Middeleeuwen laat A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem ACHTERWEG 4 coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 9999 type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat A: nc tot Middeleeuwen laat A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem KAPELWEG coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: onbepaald OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Romeinse tijd: 12 vc nc Romeinse tijd: 12 vc nc Romeinse tijd midden A: nc Romeinse tijd midden A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem UITGEESTERWEG coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot IJzertijd laat: vc IJzertijd laat: vc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem UITGEESTERWEG coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats Veenwinning datering van Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd C: heden tot Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd C: heden Pagina 2 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

175 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem UITGEESTERWEG coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc Nieuwe tijd A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem PAGELAAN / WESTERWEG coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem PAGELAAN coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats datering van Metaalbewerking/smederij tot Romeinse tijd vroeg: nc Romeinse tijd midden: nc type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Romeinse tijd vroeg: nc Romeinse tijd midden: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem KAPELWEG coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum 1991 type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Romeinse tijd vroeg: nc Romeinse tijd midden: nc Romeinse tijd vroeg B: nc Romeinse tijd midden: nc Romeinse tijd midden: nc Romeinse tijd midden: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem LIMMEN coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: graafwerk OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen vroeg B: nc tot Middeleeuwen vroeg B: nc Pagina 3 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

176 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem ZUIDKERKELAAN I coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Akker/tuin tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc type vindplaats datering van Dierengraf tot Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc type vindplaats datering van Inhumatiegraf tot Middeleeuwen vroeg A: nc Middeleeuwen vroeg B: nc type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc Middeleeuwen vroeg A: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg D: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd B: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc type vindplaats datering van Percelering/verkaveling tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem ZUIDKERKELAAN II coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Akker/tuin tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc Middeleeuwen vroeg A: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd B: nc type vindplaats datering van Percelering/verkaveling tot IJzertijd laat: vc Romeinse tijd vroeg: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd B: nc type vindplaats datering van Schans tot Nieuwe tijd A: nc Nieuwe tijd B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Middeleeuwen laat: nc Pagina 4 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

177 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: metaaldetecto OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot IJzertijd: vc Nieuwe tijd C: heden Middeleeuwen vroeg: nc Middeleeuwen vroeg: nc Middeleeuwen vroeg B: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg B: nc Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem LIMMEN coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: onbepaald OM-nr. -1 vondstdatum 9999 type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat A: nc tot Middeleeuwen laat A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem SCHOOLLAAN coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Huisterp datering van Nieuwe tijd A: nc type vindplaats Kerk datering van Middeleeuwen laat: nc type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Onbekend tot Nieuwe tijd A: nc tot Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem OOSTERZIJWEG coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Metaalbewerking/smederij tot Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat A: nc type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen vroeg D: nc Middeleeuwen vroeg C: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen vroeg D: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat A: nc Nieuwe tijd A: nc Nieuwe tijd B: nc type vindplaats datering van Veenwinning tot Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS type vindplaats Nederzetting, onbepaald plaats Limmen datering van tot gemeente Castricum Romeinse tijd vroeg: nc Romeinse tijd midden: nc toponiem OMLOOP TUSSEN RIJKSWEG EN HOGE coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: inspectie OM-nr. -1 vondstdatum 1994 Pagina 5 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

178 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem WESTERZIJ coordinaten vondstomstandigheden Niet-archeologisch: onbepaald OM-nr. -1 vondstdatum 1992 type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat B: nc tot Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem HOGE GEEST; BISSCHOPSWEID coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: booronderzoek OM-nr. -1 vondstdatum 9999 type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Romeinse tijd: 12 vc nc Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem Hervormde Kerk coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: opgraving OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Kerk datering van Middeleeuwen laat A: nc tot Nieuwe tijd A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem Westerweg coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Middeleeuwen vroeg D: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat A: nc Nieuwe tijd C: heden Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd B: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc Middeleeuwen laat B: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd A: nc Nieuwe tijd B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Castricum gemeente Castricum toponiem Limmen- de Krocht coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: booronderzoek OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van IJzertijd laat: vc tot Middeleeuwen: nc Pagina 6 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

179 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem Rijksweg coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: booronderzoek OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Nederzetting, onbepaald tot Romeinse tijd: 12 vc nc Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen vroeg C: nc tot Middeleeuwen vroeg C: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden tot Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Middeleeuwen laat: nc Pagina 7 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

180 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen vroeg D: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden tot Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat A: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Nieuwe tijd: heden tot Middeleeuwen laat: nc Nieuwe tijd: heden waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat A: nc tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen vroeg C: nc tot Middeleeuwen vroeg C: nc Pagina 8 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

181 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden tot Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat B: nc tot Nieuwe tijd A: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat A: nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat B: nc Pagina 9 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

182 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden Onbekend tot Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc Nieuwe tijd: heden Onbekend waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc Middeleeuwen laat: nc Middeleeuwen laat B: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc Pagina 10 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

183 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Middeleeuwen laat: nc tot Middeleeuwen laat: nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc Pagina 11 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

184 projectnr Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/65 waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats Onbekend datering van Romeinse tijd: 12 vc nc tot Romeinse tijd: 12 vc nc waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Onbekend Onbekend tot Onbekend waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Onbekend Onbekend tot Onbekend waarnemingsnr bron ARCHIS plaats Limmen gemeente Castricum toponiem coordinaten vondstomstandigheden Archeologisch: (veld)kartering OM-nr. -1 vondstdatum type vindplaats datering van Onbekend Onbekend tot Onbekend Pagina 12 van 12 Bijlage 3b. ARCHIS: Archeologische waarnemingen

185 Bijlage 4 Boorbeschrijvingen

186

187

188

189 Kaartenbijlage

190

191

192

193

194

195 Ó ¼¼»²»¹

196 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen Versie 7 april 2011

197 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen Inhoud 1. Inleiding pagina 3 2. Ingekomen zienswijzen pagina 4 3. Samenvatting aanpassingen pagina 28 naar aanleiding van zienswijzen 4. Ambtshalve wijzigingen pagina 29 2

198 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen 1. Inleiding Met het bestemmingsplan Kern Limmen wordt voor het stedelijk gebied van Limmen een eigentijds planologisch en juridisch kader geboden. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het actualiseringsprogramma voor de bestemmingsplannen in gemeente Castricum. Door de actualisatie van het bestemmingsplan wordt voldaan aan de wettelijke, tienjaarlijkse herzieningsplicht voor bestemmingsplannen. Voorontwerp bestemmingsplan Het college van burgemeester en wethouders heeft op 2 februari 2010 ingestemd met het voorontwerp bestemmingsplan Kern Limmen, waarna het voorontwerp van 11 februari 2010 tot en met 24 maart 2010 ter inzage heeft gelegen. Daarnaast is op 4 maart 2010 een inloopbijeenkomst georganiseerd in de Burgerij in Limmen. Tijdens de inloopbijeenkomst kreeg men de gelegenheid om het voorontwerp bestemmingsplan in te zien en kon men vragen stellen aan een van de vertegenwoordigers van de gemeente. Gedurende de periode voor terinzagelegging is tevens het overleg met instanties gevoerd. In deze periode zijn 17 inspraakreacties en 6 overlegreacties van instanties naar voren gebracht. In de Nota van inspraak en overleg zijn de reacties samengevat en van een gemeentelijke reactie voorzien. De concept Nota van inspraak en overleg is op 16 september 2010 in een raadsactiviteit behandeld. Voor de raadsactiviteit waren de indieners van inspraakreacties uitgenodigd. Met en tussen aanwezigen heeft een discussie plaatsgevonden om opvattingen ten aanzien van het bestemmingsplan te vernemen. Ontwerp bestemmingsplan Hierna heeft het college van burgemeester en wethouders op 14 december 2010 ingestemd met het ontwerp bestemmingsplan. Het ontwerp bestemmingsplan heeft van 23 december 2010 tot en met 2 februari 2011 ter inzage gelegen. Tijdens deze periode werd een ieder in de gelegenheid gesteld om zowel mondeling als schriftelijk, een zienswijze omtrent het ontwerp bestemmingsplan naar voren te brengen. Voorafgaand aan de terinzagelegging is op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening een kennisgeving geplaatst in de Staatscourant en het Nieuwsblad voor Castricum. Het ontwerp bestemmingsplan is tevens op elektronische wijze bekendgemaakt op de gemeentelijke website ( De kennisgeving is gelijktijdig toegezonden aan het Rijk, provincie Noord-Holland en het betrokken waterschapsbestuur. Het ontwerp bestemmingsplan was analoog raadpleegbaar op de gemeentelijke locatie aan de Zonnedauw 4 in Limmen. Ook was het ontwerp digitaal raadpleegbaar via de gemeentelijke website ( en de website van de landelijke informatievoorziening voor ruimtelijke plannen ( Over het ontwerp bestemmingsplan zijn 36 zienswijzen naar voren gebracht. Leeswijzer In de voorliggende nota zijn de ingekomen zienswijzen samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. De wijzigingen die als gevolg van de zienswijzen in het bestemmingsplan worden aangebracht, zijn samengevat in hoofdstuk 3. In hoofdstuk 4 zijn de ambtshalve wijzigingen aangegeven. De nota zienswijzen is geanonimiseerd. 3

199 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen 2. Ingekomen zienswijzen 1. Reclamant 1 Samenvatting: Het bedrijfspand van Sunset fashion met de bedrijfswoning op het perceel Rijksweg 132 heeft in het ontwerp bestemmingsplan de bestemming Kantoor. Reclamant geeft aan dat deze bestemming niet juist is, omdat het perceel altijd de bestemming Bedrijf met een bedrijfswoning heeft gehad en het perceel ook als zodanig gebruikt wordt. Reactie gemeente: Het perceel Rijksweg 132 heeft in het geldende bestemmingsplan de bestemming Bedrijven, kategorie B. Bij de inventarisatie is gekeken naar de functies in het plangebied. Hierbij is gebleken dat op het perceel een kantoor was gevestigd. Uit de zienswijze blijkt dat het pand nu gebruikt wordt door het bedrijf Sunset Fashion. Voor het bedrijf Sunset Fashion vindt op deze locatie alleen opslag van mode accessoires plaats. Het bedrijf valt in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten (bijlage 1 van de regels). Derhalve zal de bestemming Kantoor gewijzigd worden naar de bestemming Bedrijf. In het geldende bestemmingsplan mogen bedrijfswoningen uitsluitend worden gebouwd binnen bebouwingsstroken waarbinnen een bestaande bedrijfswoning is aangeduid dan wel de aanduiding Bedrijfswoning toegestaan is aangegeven. Bij ieder bedrijf mag niet meer dan één bedrijfswoning worden gebouwd, voor zover niet reeds een als zodanig op de kaart aangegeven bestaande bedrijfswoning aanwezig is. Voor een bedrijfswoning op het perceel Rijksweg 132 is geen bouwvergunning of gebruikswijziging verleend. In 2001 is een principeverzoek afgewezen voor de uitbreiding van de kap ten behoeve van kantoren en/of een dienstwoning. Het verzoek is afgewezen omdat een dienstwoning daar niet is toegestaan volgens het geldende bestemmingsplan. In het bestemmingsplan Kern Limmen zijn de bestaande bedrijfswoningen positief bestemd. Nieuwe bedrijfswoningen zijn niet toegestaan. Hiervoor is een aantal redenen aan te wijzen: - bedrijfswoningen zijn tegenwoordig in veel gevallen niet meer noodzakelijk voor een goede bedrijfsvoering; - het wonen in een bedrijfswoning brengt naar de huidige maatstaven een minder goed leefmilieu met zich mee dan het wonen in een normale woning. Derhalve wordt de bedrijfswoning niet opgenomen in het bestemmingsplan Kern Limmen. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - perceel Rijksweg 132 krijgt de bestemming Bedrijf. 2. Reclamant 2 Samenvatting: Reclamant geeft aan dat het ontwerp bestemmingsplan de mogelijkheid biedt om de voorgevel van de Albert Heijn uit te breiden onder de huidige luifel. Naast de Albert Heijn ligt aan de kant van de Vuurbaak de bakkerij Bakker. Reclamant heeft begrepen dat hij niet voornemens is de bakkerij onder de luifel uit te breiden. Dat zou volgens reclamant betekenen dat er tussen de Albert Heijn en de handwerkwinkel en recht tegenover de woning van reclamant een overdekte nis ontstaat ter breedte van de bakkerij. Reclamant voorspelt dat dit de ideale hangplek voor de jeugd zal worden. Ook nu is er met name rond sluitingstijd regelmatig sprake van een groep jongeren met brommers en radiootjes. Dit geeft geluidsoverlast en veel achtergelaten vuil. Een nog meer beschutte plek zal dit probleem verergeren. 4

200 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen Reactie gemeente: De voorgevel van de supermarkt en de bakkerij ligt deels terug ten opzichte van de rest van de gevel van de supermarkt en Vuurbaak 5. In het bestemmingsplan Kern Limmen wordt de mogelijkheid geboden om de voorgevel van de percelen Vuurbaak 1 en 3 gelijk te trekken met het perceel Vuurbaak 5. Als van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt met uitzondering van de bakkerij, blijft een deel van de bestaande nis gehandhaafd. Het effect van de detailhandelsbestemming met een voorgevel in één lijn is in planologisch opzicht niet nadeliger dan het effect van een gebouw met een inham. Overlast door jeugd is niet ruimtelijk relevant voor het onderhavige bestemmingsplan. Uitsnede ontwerp bestemmingsplan Vuurbaak 1 en 3 Voor het tegengaan van overlast door hangjongeren is het Lokaal Jeugdbeleid gemeente Castricum vastgesteld. Daarnaast wordt toezicht gehouden gericht op de naleving van de Algemene Plaatselijke Verordening. Conclusie: Het bestemmingsplan wordt niet aangepast. 3. Reclamant 3 Samenvatting: Reclamant vraagt medewerking voor het wijzigen van de bestemming Bedrijven voor het perceel kadastraal bekend als Limmen, sectie C, nummer 2043, naar de bestemming Tuin, met de mogelijkheid voor het bouwen van een houten hobbyruimte of een schuur om oldtimers in te plaatsen. In het verleden werd deze grond gebruikt voor opslag en stalling van caravans. De laatste paar jaar wordt deze grond daarvoor niet meer gebruikt en vinden er verder ook geen andere bedrijfsactiviteiten plaats. Reactie gemeente: Het desbetreffende perceel ligt tussen de percelen Rijksweg 79 en Molenweg 1. In het voorontwerp bestemmingsplan had het perceel de bestemming Kantoor. Naar aanleiding van een inspraakreactie heeft het perceel in het ontwerp bestemmingsplan de bestemming Bedrijf gekregen met een functieaanduiding Caravanstalling, aangezien het perceel gebruikt wordt voor de stalling van caravans. In de zienswijze geeft reclamant aan het perceel te willen gebruiken als erf bij de woning op het perceel Molenweg 1. De bestemming Wonen is hier het meest geschikt voor. Gelet op de woonomgeving is dit een passende functie. Binnen de regels voor de bestemming Wonen kunnen op het perceel aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de woning gebouwd worden. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - perceel kadastraal bekend als Limmen, sectie C, nummer 2043 krijgt de bestemming Wonen. 5

201 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen 4. Reclamant 4 Samenvatting: In artikel a van het ontwerp bestemmingsplan staat vermeld dat op het sportterrein buiten het bouwvlak gebouwen ten behoeve van opslag, stalling en onderhoud, alsmede tribunes, zijn toegestaan met een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 50 m². Niet aangegeven is waar die gebouwen gerealiseerd mogen worden. Derhalve kan ook gebouwd worden aan de uiterste noordkant van de sportvelden aan de Dampegheestlaan, slechts op circa 4 meter van de percelen van reclamanten en op een afstand variërend van ongeveer 15 meter tot 35 meter van de woningen. Reclamanten denken dat de gemeente ervan is uitgegaan dat de sportvelden gelegen zijn op een afstand van de woonbebouwing, die geadviseerd wordt door de VNG en de Stichting Geluidshinder, zijnde minimaal 50 meter. Reclamanten vinden bebouwing op zo n korte afstand van hun percelen zeer ongewenst. Reclamanten verzoeken in het bestemmingsplan op te nemen dat de toegestane 50 m² aan bebouwing niet gerealiseerd mag worden binnen een afstand van 50 meter van hun percelen. Reactie gemeente: De sportvelden aan de Dampegheestlaan hebben in het geldende bestemmingsplan de bestemming Sportvelden. Deze gronden zijn bestemd voor velden voor balspelen, kleedkamers, tribune en de daarbij behorende andere bouwwerken en andere werken. Hierin zijn geen regels opgenomen voor de maatvoering van de bebouwing, zoals een maximale bebouwingsoppervlakte, inhoud, goot- of bouwhoogte. Hierdoor mogen er binnen de bestemming Sportvelden overal en met een onbeperkte bebouwingsoppervlakte tribunes, kleedkamers en de daarbij behorende andere bouwwerken gebouwd worden. Zo ook aan de noordkant van de sportvelden nabij de percelen van reclamanten aan t Kieftenland. In het ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen is wel een maximale bebouwingsoppervlakte voor de sportvelden opgenomen. Gebouwen moeten binnen het bouwvlak gebouwd worden, met dien verstande, dat buiten het bouwvlak gebouwen ten behoeve van opslag, stalling en onderhoud, alsmede tribunes zijn toegestaan met een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 50 m². Op de verbeelding en in de regels wordt opgenomen dat op een afstand van minder dan 50 meter van de noordelijke perceelsgrens geen gebouwen buiten het bouwvlak zijn toegestaan. Hiermee worden de bebouwingsmogelijkheden op de sportvelden begrensd. Reclamanten verwijzen naar de VNG brochure Bedrijven en milieuzonering. De milieuzonering zorgt ervoor dat nieuwe bedrijven een passende locatie in de nabijheid van woningen krijgen en dat nieuwe woningen op een verantwoorde afstand van bedrijven gesitueerd worden. De brochure is niet bedoeld om bestaande situaties te beoordelen, zoals hier het geval is. In de brochure wordt voor een veldsportcomplex een afstand van 50 meter geadviseerd. Ook als in het bestemmingsplan een minimale afstand van de gebouwen van 50 meter wordt opgenomen, kan er nog wel op minder dan 50 meter gebruik gemaakt worden van de sportvelden. Daarmee voldoet de afstand tussen de woningen en de sportvelden nog steeds niet aan de geadviseerde afstand. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - aanduiding specifieke bouwaanduiding uitgesloten bebouwing opnemen over een strook van 50 meter aan de noordzijde van de sportvelden aan de Dampegheestlaan. De regels worden aangepast: - in artikel opnemen dat ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding uitgesloten bebouwing geen gebouwen buiten het bouwvlak zijn toegestaan. 6

202 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen 5. Reclamant 5 Samenvatting: In artikel staat vermeld dat de inhoud van een vrijstaand hoofdgebouw 1000 m³ mag bedragen. Reclamant heeft het voornemen de bestaande woning op het perceel t Kieftenland 44 uit te breiden met een verdieping, voor het eventueel aanbrengen van een extra (bad)kamer en een lift naar de bovenverdieping, of de bestaande woning te slopen en een moderne duurzame woning terug te bouwen. Daarvoor verzoekt reclamant het bouwvlak voor het perceel t Kieftenland 44 aan te passen, zoals op onderstaande tekening is weergegeven. Verzoek uitbreiding bouwvlak t Kieftenland 44 Reactie gemeente: Bij de actualisering van de bestemmingsplannen in gemeente Castricum wordt getracht zoveel mogelijk uniformiteit in de bouwvlakken aan te brengen. Waar het vanuit stedenbouwkundig oogpunt mogelijk is, hebben de bestaande vrijstaande woningen een bouwvlak met een diepte van 15 meter gekregen. Het bouwvlak van de woning op het perceel t Kieftenland 44 heeft ook een diepte van 15 meter. Het bouwvlak mag volledig bebouwd worden. In het bouwvlak is nog ruimte om de woning aan de achterzijde uit te breiden. Ter plaatse van de gevraagde uitbreiding van het bouwvlak staan aan de noord- en zuidzijde van de woning een garage/ berging. Volgens het ontwerp bestemmingsplan mag de bouwhoogte van aangebouwde bijgebouwen maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedragen verminderd met 1 meter, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 meter mag bedragen en maximaal 6 meter. Door het bouwvlak te vergroten volgens het verzoek wordt het mogelijk de woning aan de zijkanten uit te breiden, waarbij de goot- en bouwhoogte maximaal respectievelijk 6 meter en 9 meter mag bedragen. De gevraagde uitbreiding van het bouwvlak aan de noordzijde is vanwege de geringe afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet ruimtelijk aanvaardbaar. Tegen een uitbreiding aan de zuidzijde zijn daarentegen geen ruimtelijke bezwaren. Samen met de uitbreidingsmogelijkheid aan de achterzijde binnen het bestaande bouwvlak, voorziet dit in voldoende mogelijkheden om de woning te vergroten. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bouwvlak t Kieftenland 44 vergroten aan de zuidzijde van het hoofdgebouw. 6. Reclamant 6 Samenvatting: 1. Reclamant geeft aan dat het bouwvlak van het perceel Rijksweg 138 niet overeen komt met de werkelijke situatie. 7

203 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen 2. Volgens reclamant is een uitbreiding van de Albert Heijn ongewenst om de volgende redenen: a. De Middenweg is een woonstraat, waar de aanwezigheid van aan- en afvoerwagens ongewenst is in verband met het smalle wegprofiel en het ontbreken van trottoirs. Het is ook de fietsroute van de scholen naar de sporthal voor gymlessen. b. In de beleidsnotitie Kwaliteitsimpuls Economie is bepaald dat de concentratie van detailhandel het beste kan plaatsvinden aan de Vuurbaak. Hierbij tekent reclamant aan dat concentratie van detailhandel wat anders is dan uitbreiding van de Albert Heijn en dat de Middenweg een andere plaats is dan de Vuurbaak. c. De Albert Heijn trekt in zijn huidige omvang al veel klanten van buiten het dorp. Reclamant lijkt een verdere versterking van de toename van verkeer door de uitbreiding ongewenst. d. Het onttrekken van een woning aan de woningvoorraad is ongewenst in het kader van de doelstellingen van Buitengewoon Castricum, waar de gemeente juist woningen wil bouwen in plaats van laten vervallen. e. Een uitbreiding van de Albert Heijn zal het straatbeeld aan de Middenweg ernstig ontsieren. 3. Reclamant vindt het gewenst dat aan het bestemmingsplan wordt toegevoegd, dat delen van de percelen Rijksweg 152 en 154 mogelijk worden gebruikt voor de aanleg van een rotonde op de kruising Rijksweg Visweg. Reactie gemeente: 1. In de Nota van inspraak en overleg voorontwerp bestemmingsplan Kern Limmen is aangegeven dat het bouwvlak van het perceel Rijksweg 138 aangepast wordt aan de huidige situatie. Afgezien van de verandering van de bestemming, is het bouwvlak in het ontwerp bestemmingsplan niet gewijzigd. Onderstaande afbeeldingen zijn uitsneden van de verbeeldingen van het voorontwerp- en het ontwerp bestemmingsplan. Het bouwvlak wordt alsnog aangepast in het bestemmingsplan. Op de uitsnede van het ontwerp bestemmingsplan is het aangepaste bouwvlak aangegeven met een (rood) gestreepte lijn. Uitsnede voorontwerp bestemmingsplan Rijksweg 138 Uitsnede ontwerp bestemmingsplan met aangepast bouwvlak (rood gestreepte lijn) 2. In hoofdstuk 4 van de toelichting van het ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen en de bijbehorende bijlagen is de ruimtelijke onderbouwing voor de uitbreiding van de Albert Heijn opgenomen. Hieruit blijkt dat de uitbreiding past in de omgeving en geen onevenredig nadelige gevolgen heeft voor de omgeving. a. De route van de vrachtwagen zal onderdeel uitmaken van de uitwerking van het bouwplan. Het is geen ruimtelijk relevant onderwerp voor het bestemmingsplan. Om een goede ruimtelijke afweging te kunnen maken is het echter wel wenselijk de consequenties van een gewijzigde route inzichtelijk te maken. Uit de ruimtelijke 8

204 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen onderbouwing van het ontwerp bestemmingsplan blijkt niet dat de wijziging van de route op voorhand onmogelijk is. In de toelichting van ontwerp bestemmingsplan is de beoogde wijziging van de route van de vrachtwagen omschreven. Op dit moment vindt de aan- en afvoer van goederen voor de supermarkt plaats via de Vuurbaak en de Enterij. De vrachtwagen moet op het parkeerterrein bij de supermarkt keren om weg te rijden, hetgeen een uit verkeersveiligheidsoogpunt een zeer ongewenste situatie is. Om dit te verbeteren wordt de laad- en losplaats op het parkeerterrein en de afvoerroute gewijzigd. De aanrijroute van de vrachtwagen zal via de Vuurbaak plaats vinden. Na het lossen zal de vrachtwagen over de Middenweg en de Enterij weg rijden. Hierdoor ontstaat een betere en veiligere verkeerssituatie. Om te voorkomen dat bestemmingsverkeer gebruik gaat maken van de aansluiting met de Middenweg, wordt deze in de nieuwe situatie afgesloten met twee overrijdbare klappaaltjes of verzinkbare palen. De Middenweg is breed genoeg voor een vrachtwagen. In verband met de draaicirkel van de vrachtwagen wordt een parkeerverbod ingesteld aan de westzijde van de Middenweg ter hoogte van de percelen Middenweg 1 en 3 en Middenweg 39 en 41. Hiervoor is een verkeersbesluit noodzakelijk. Abusievelijk is in het ontwerp bestemmingsplan aangegeven dat dit parkeerverbod wordt ingesteld tussen de aansluiting van de parkeerplaats en het perceel Middenweg 12 en ter hoogte van de percelen Middenweg 1 en 3. In de toelichting is eveneens gemeld dat vanwege de frequentie van bevoorrading de ontmoetingskans tussen de leerlingen en het vrachtverkeer niet bijzonder groot is. Tijdens de informatieavond voor omwonenden van de uitbreiding op 14 april 2009 is ook de route van de vrachtwagen besproken. Toen bleek dat de voorkeur van het merendeel van de aanwezigen uitgaat naar de route over de Middenweg en de Enterij. De Albert Heijn heeft aangegeven voornemens te zijn de route niet te wijzigen. Daarvoor dient de verkeersveiligheid van de bestaande situatie te verbeteren. Dit zal onderdeel uitmaken van de uitwerking van het bouwplan. Aangezien de keuze van de route niet in het bestemmingsplan wordt gemaakt, worden de passages in de toelichting over dit onderwerp verwijderd. b. In de Nota van inspraak en overleg voorontwerp bestemmingsplan Kern Limmen is beargumenteerd waarom de uitbreiding van de Albert Heijn past binnen de beleidsnotitie Kwaliteitsimpuls Economie. In deze beleidsnotitie is bepaald dat de concentratie van detailhandel het beste kan plaatsvinden aan de Vuurbaak. Een concentratie van voorzieningen bevordert de levensvatbaarheid van afzonderlijke winkels. Dit sluit aan bij de behoefte van de gemiddelde consument, die in korte tijd de (dagelijkse) boodschappen willen halen. Een supermarkt zoals de Albert Heijn vormt in een winkelgebied de belangrijkste trekker. De Vuurbaak fungeert als dorpscentrum waar lokale bewoners de dagelijkse boodschappen doen. Een uitbreiding van de supermarkt richting de Middenweg staat niet haaks op dit uitgangspunt, aangezien de entree aan de Vuurbaak gevestigd blijft. c. De verwachting is dat door de uitbreiding het aantal klanten en derhalve het aantal verkeersbewegingen enigszins toeneemt. Er zijn echter geen concrete voertuigbewegingen van de huidige situatie bekend. Daarom is in het akoestisch onderzoek alleen uitgegaan van de toekomstige situatie, waarin de voertuigbewegingen op basis van kengetallen zijn bepaald. Uit de berekening blijkt dat de geluidbelasting op de gevels van de omliggende woningen aan de eisen uit het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) voldoet. Tevens worden ten behoeve van de uitbreiding van de supermarkt voldoende extra parkeerplaatsen gerealiseerd. d. Een realistische bevolkingsontwikkeling is één van de kerndoelen van de structuurvisie Buitengewoon Castricum. Er wordt gekozen voor het stabiel blijven van de bevolking. Daarom zullen nieuwe woningen aan de woningvoorraad worden toegevoegd. In dit geval weegt het behouden van één woning niet op tegen het bieden van voldoende (winkel)voorzieningen in de kern Limmen. In en rond Limmen 9

205 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen zijn voldoende woningbouwprojecten die de afname van de woningvoorraad met één woning opvangen. e. De uitbreiding is gesitueerd aan de Middenweg en wordt omringd door woningen. Vanwege de ligging van de uitbreiding in een woonstraat zal aan de uitstraling en de vormgeving van de gevel aan de zijde van de Middenweg veel aandacht worden besteed, zodat deze goed past in het straatbeeld. De goot- en bouwhoogte van de uitbreiding mag maximaal respectievelijk 4 meter en 9 meter bedragen. De goothoogte is daarmee lager dan de omliggende woningen en de maximale bouwhoogte is gelijk. De uitbreiding komt op dezelfde lijn te liggen als de voorgevels van de bestaande woningen aan de Middenweg. Hierdoor blijft de voorgevelrooilijn in tact. 3. De kruising Rijksweg-Visweg ligt in het bestemmingsplan Limmen Zandzoom. De gemeenteraad heeft op 3 februari 2011 het bestemmingsplan vastgesteld. Daarbij is besloten het bestemmingsplan zodanig aan te passen dat de kruising als rotonde uitgevoerd wordt. Het ontwerp en de exacte locatie van de rotonde zijn op dit moment nog niet bekend. Indien de rotonde gedeeltelijk in het plangebied van bestemmingsplan Kern Limmen wordt gesitueerd, dan dient hiervoor een aparte procedure te worden gevolgd in de vorm van een separaat bestemmingsplan of een omgevingsvergunning. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bouwvlak Rijksweg 138 afstemmen op de huidige situatie. De toelichting wordt aangepast: - de omschrijving van de route van de vrachtwagen over de Middenweg in hoofdstuk 4, ad 1 onder a verwijderen. 7. Reclamant 7 Samenvatting: 1. Reclamant geeft aan dat de bestaande woning op het perceel Vaartkant 44 niet geheel binnen het bouwvlak ligt. Daarnaast voldoet de woning niet aan de bouwregels, zoals bijvoorbeeld goothoogte, dakhelling, aan- en bijgebouwen, enz. Volgens reclamant geldt dit voor meerdere woningen aan de Vaartkant. 2. Reclamant verzoekt de tuin en het erf rond de woning op de verbeelding juist aan te geven. Het stuk groen, direct aan de zuid-westzijde van de woning, heeft nu op de verbeelding de bestemming Recreatie. Reclamant kan zich daar niet in vinden en verzoekt met name dit stukje waardevol groen ook als zodanig aan te geven op de verbeelding. 3. Reclamant geeft aan dat op de verbeelding ten oosten van de woning een water is aangegeven dat in werkelijkheid niet aanwezig is. Reclamant vraagt of dit een foutieve weergave is, of dat hier een nieuw stuk water/ sloot is voorzien. 4. Reclamant vraagt waarom voor het perceel behorende bij het zwembad een onderscheid wordt gemaakt tussen de bestemming Sport en Recreatie. Daarnaast vraagt reclamant waarom het perceel niet de bestemming Zwembad heeft. Reactie gemeente: 1. De woning op het perceel Vaartkant 44 ligt deels buiten het bouwvlak. Het bouwvlak wordt aangepast in het bestemmingsplan. De woning voldoet aan de bouwregels in het ontwerp bestemmingsplan. Voor de woning is een maximale goot- en bouwhoogte van respectievelijk 4 meter en 9 meter opgenomen. De woning voldoet aan deze maatvoering. Voor deze woning is geen dakhelling bepaald. Alleen voor de woningen met de bouwaanduiding Vrijstaand is een dakhelling in de planregels opgenomen. Binnen de bestemming Wonen mogen zowel in als buiten het bouwvlak aan- en 10

206 Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerp bestemmingsplan Kern Limmen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de woning worden gebouwd, met in achtneming van de bijbehorende regels. 2. De tuin en het erf van het perceel Vaarkant 44 heeft de bestemmingen Wonen en Tuin, afgezien van de strook water (zie punt 3). De grond aan de zuid-westzijde van de woning behoort bij het zwembad Dampegheest en heeft een recreatieve functie. Derhalve hebben deze gronden de bestemming Recreatie gekregen. 3. Naar aanleiding van de zienswijze is gebleken dat er geen water aanwezig is of voorzien wordt. De strook behoort deels bij het perceel Vaartkant 44. Dat deel zal de bestemming Wonen krijgen. Het overige deel krijgt de bestemming Recreatie. 4. Voor de opbouw en de verbeelding van het bestemmingsplan zijn landelijk bindende standaarden vastgesteld, de zogenaamd Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP2008). In de SVBP2008 is de naamgeving van bestemmingen bepaald voor de mogelijke in een plangebied voorkomende functies. Een bestemming Zwembad komt hier niet in voor. Derhalve is gekozen voor de meest bij de functie passende bestemmingen. Het zwembad en de omliggende gronden hebben de bestemming Sport gekregen. Het omliggende terrein heeft de bestemming Recreatie, vanwege het meer recreatieve gebruik, waaronder een ligweide. Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bouwvlak Vaartkant 44 afstemmen op huidige situatie; - de waterstrook krijgt de bestemmingen Wonen en Recreatie. 8. Reclamant 8 Samenvatting: Het bouwvlak van de woning op het perceel Dusseldorperweg 37 is niet goed ingetekend. Aan de noordzijde ligt een deel van het hoofdgebouw buiten het bouwvlak. Reclamant verzoekt om het bouwvlak aan te passen. Reactie gemeente: De noordzijde van het hoofdgebouw blijkt inderdaad gedeeltelijk buiten het bouwvlak te liggen. Bij het opstellen van het bestemmingsplan hebben we dit als een aanbouw aangemerkt. Het overige deel is wel in gebruik als berging bij de woning en zal derhalve buiten het bouwvlak vallen. Uitsnede ontwerp bestemmingsplan Vaartkant 44 en zwembad Dampegheest Uitsnede ontwerp bestemmingsplan Dusseldorperweg 37 Conclusie: De verbeelding wordt aangepast: - bouwvlak Dusseldorperweg 37 met een breedte van 1,80 meter vergroten aan de noordzijde. 11

Bijlage II Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn. Bijlage III Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn

Bijlage II Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn. Bijlage III Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn Bijlagen bij de toelichting: Bijlage I Lijst met gemeentelijke monumenten Bijlage II Memo bedrijven en milieuzonering locatie Albert Heijn Bijlage III Verkennend bodemonderzoek locatie Albert Heijn Bijlage

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Afbeelding 1. Kantoor Oranjewoud met voorgenomen uitbreiding (rood) en globale inrichtingsgrens (blauw) blad 1 van 6

Memo. Inleiding. Afbeelding 1. Kantoor Oranjewoud met voorgenomen uitbreiding (rood) en globale inrichtingsgrens (blauw) blad 1 van 6 Memo nummer 2012.01 aan Gemeente Heerenveen van Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. M.J. Reinders datum 9 maart 2012 project Akoestische gevolgen uitbreiding parkeerplaats Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Industrielawaai Bestemmingsplan Voorofsche Zoom te Boskoop

Akoestisch onderzoek Industrielawaai Bestemmingsplan Voorofsche Zoom te Boskoop Akoestisch onderzoek Industrielawaai Bestemmingsplan Voorofsche Zoom te Boskoop Behandeld door: R. Bloemberg Omgevingsdienst Midden-Holland Postbus 45 2800 AA Gouda Opdrachtgever: Gemeente Alphen aan den

Nadere informatie

Bouwbedrijf Homan B.V. De heer C. Wiggers Veldegge 6 7468 DJ ENTER. Geachte heer Wiggers, Aanslagsweg 22. 7622 LD Borne

Bouwbedrijf Homan B.V. De heer C. Wiggers Veldegge 6 7468 DJ ENTER. Geachte heer Wiggers, Aanslagsweg 22. 7622 LD Borne Aanslagsweg 22 7622 LD Borne Retouradres: Aanslagsweg 22, 7622 LD Borne Bouwbedrijf Homan B.V. De heer C. Wiggers Veldegge 6 7468 DJ ENTER telefoon 0541 539 333 / 06 10556500 e-mail info@munsterhuisgeluidsadvies.nl

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Kastanjelaan 4a te Staphorst

Akoestisch onderzoek Kastanjelaan 4a te Staphorst Akoestisch onderzoek Kastanjelaan 4a te Staphorst Opdrachtgever B+O Landschap en Stedenbouw B.V. De heer M. Klarus Postbus 264 7940 AG Meppel Opgesteld door Remco Bloemberg 13 oktober 2014 Projectnummer:

Nadere informatie

Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai woningbouw 'De Verwondering' te Nieuwveen

Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai woningbouw 'De Verwondering' te Nieuwveen Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai woningbouw 'De Verwondering' te Nieuwveen projectnr. revisie 00 08 november 2012 Auteur A. Kobus MSc. Opdrachtgever Gemeente Nieuwkoop Postbus 1 2460 AA Ter

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Brede School Westkapelseweg te Zoutelande

Akoestisch onderzoek Brede School Westkapelseweg te Zoutelande Akoestisch onderzoek Brede School Westkapelseweg te Zoutelande Akoestisch onderzoek Brede School Westkapelseweg te Zoutelande Projectnummer : BP.1204.R01 Revisie : 0 Rapportdatum : 30 maart 2012 Auteur

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek industrielawaai. Leenaerts Interieurbouw Achterhoeksestraat 68a Rucphen

Akoestisch onderzoek industrielawaai. Leenaerts Interieurbouw Achterhoeksestraat 68a Rucphen Akoestisch onderzoek industrielawaai Leenaerts Interieurbouw Achterhoeksestraat 68a Rucphen Opdrachtgever : Mevrouw M.H.D. Lambregts Achterhoeksestraat 63 4715 BD RUCPHEN Projectnummer : 20090474 Status

Nadere informatie

Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK

Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Akoestische onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Projectnummer : BP.1413.R01 Revisie : Rapportdatum :

Nadere informatie

Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72. Datum: 7 juni 2011. Rapportnummer: P2011.

Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72. Datum: 7 juni 2011. Rapportnummer: P2011. Opdrachtgever: Kragten Contactpersoon: de heer P. van Zandvoort Uitgevoerd door: Contactpersoon: WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09

Nadere informatie

Rapport: 154314 01. Versie Datum Omschrijving 1 9 juli 2015 Akoestisch onderzoek paardenhouderij Van der Sluis

Rapport: 154314 01. Versie Datum Omschrijving 1 9 juli 2015 Akoestisch onderzoek paardenhouderij Van der Sluis Rapport: 154314 01 Akoestisch onderzoek paardenhouderij Van der Sluis in de Wijk, gemeente Meppel Verantwoording Auteur(s) : Ing. U.K. Jonker Paraaf auteur(s) : Aantal pagina s : 10 (excl. figuren en bijlagen)

Nadere informatie

memo Aanleiding Onderzoek Deen Supermarkten Akoestische berekening Parkeerterrein Obdam Datum:

memo Aanleiding Onderzoek Deen Supermarkten Akoestische berekening Parkeerterrein Obdam Datum: memo Postbus 81. 9062 ZJ Oenkerk Tel: 058-2562525 E-mail: oenkerk@rho.nl Aan: T.a.v.: Onderwerp: Deen Supermarkten Dhr. V. Entius Akoestische berekening Parkeerterrein Obdam Datum: 26-11-2015 Referte:

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan Ambulancepost Eikenheuvelweg te Uden

Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan Ambulancepost Eikenheuvelweg te Uden Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan Ambulancepost Eikenheuvelweg te Uden Colofon Onderzoek Projectleider Opdrachtgever : Akoestisch onderzoek bestemmingsplan Ambulancepost : ing. P. Jans : Gemeente Uden

Nadere informatie

1 INLEIDING 3. 3 OVERZICHT GELUIDSBRONNEN 8 3.1 Geluidsafstralende gebouwdelen 8 3.2 Mobiele geluidsbronnen 8

1 INLEIDING 3. 3 OVERZICHT GELUIDSBRONNEN 8 3.1 Geluidsafstralende gebouwdelen 8 3.2 Mobiele geluidsbronnen 8 INHOUD 1 INLEIDING 3 2 UITGANGSPUNTEN EN BEDRIJFSGEGEVENS 5 2.1 Gehanteerde onderzoeksgegevens 5 2.2 Bedrijfsomschrijving 5 2.2.1 Akoestisch representatieve bedrijfssituatie huidige situatie 5 2.2.2 Akoestisch

Nadere informatie

Rapport Akoestisch onderzoek Bouwplan Binnenveld te Tubbergen

Rapport Akoestisch onderzoek Bouwplan Binnenveld te Tubbergen Rapport Akoestisch onderzoek Bouwplan Binnenveld te Tubbergen projectnr. revisie 00 17 augustus 2010 Opstellers A. Kobus, T. van den Broek Opdrachtgever Gemeente Tubbergen Postbus 30 7650 AA Tubbergen

Nadere informatie

Pallethandel Limburg T.a.v. de heer P.J.B. Schreurs Ophoven 34 6088 AE ROGGEL

Pallethandel Limburg T.a.v. de heer P.J.B. Schreurs Ophoven 34 6088 AE ROGGEL Tritium Advies B.V. Pallethandel Limburg T.a.v. de heer P.J.B. Schreurs Ophoven 34 6088 AE ROGGEL Gulberg 35 5674 TE NUENEN Telefoon 040-2 951 951 Fax 040-2 951 950 Groenstraat 27 4841 BA PRINSENBEEK Telefoon

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Bouw bedrijfsloods Van den Hoogenhoff Houtzagerijstraat MILL

Akoestisch onderzoek Bouw bedrijfsloods Van den Hoogenhoff Houtzagerijstraat MILL Akoestisch onderzoek Bouw bedrijfsloods Van den Hoogenhoff Houtzagerijstraat MILL Akoestisch onderzoek Bouw bedrijfsloods Van den Hoogenhoff Houtzagerijstraat MILL Projectnummer : IL.1117.RO1 Revisie :

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK ZUIDPLAS TE WADDINXVEEN 17 JANUARI 2017

AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK ZUIDPLAS TE WADDINXVEEN 17 JANUARI 2017 AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK ZUIDPLAS TE 17 JANUARI 2017 Contactpersonen ERIK KOPPEN Senior adviseur geluid, luchtkwaliteit en windenergie T +31 (0)88 4261 551 M +31 (0)6 2706 2060 E erik.koppen@arcadis.com

Nadere informatie

Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK

Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Akoestisch onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Akoestische onderbouwing Bestemmingsplanwijziging Hoofdweg 12 Te KLIJNDIJK Projectnummer : BP.1413.R01 Revisie : 1 Rapportdatum

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Gebr. Elzinga Int. Transportbedrijf te Zenderen

Akoestisch onderzoek Gebr. Elzinga Int. Transportbedrijf te Zenderen Akoestisch onderzoek Gebr. Elzinga Int. Transportbedrijf te Zenderen Munsterhuis Geluidsadvies B.V. Aanslagsweg 22 7622 LD Borne (T. 0541-539 333) Akoestisch onderzoek Gebr. Elzinga Int. Transportbedrijf

Nadere informatie

In opdracht van BJZ.nu is een akoestisch vervolg onderzoek uitgevoerd voor Albert Heijn supermarkt gelegen op aan de Dorpsstraat 17 te Holten.

In opdracht van BJZ.nu is een akoestisch vervolg onderzoek uitgevoerd voor Albert Heijn supermarkt gelegen op aan de Dorpsstraat 17 te Holten. Aanslagsweg 22 7622 LD Borne Retouradres: Aanslagsweg 22, 7622 LD Borne BJZ.nu De heer J. ter Avest Twentepoort Oost 16a 7609 RG ALMELO telefoon 06-10556500 e-mail info@munsterhuisgeluidsadvies.nl internet

Nadere informatie

Akoestisch Onderzoek V1.1

Akoestisch Onderzoek V1.1 Akoestisch Onderzoek V1.1 naar de geluidbelasting vanwege de activiteiten van het bedrijf Tibra Tulips op de gevels van de nieuw te realiseren woningen op het perceel aan de De Kolk 2 1645 VB URSEM Akoestisch

Nadere informatie

RAPPORTAGE AKOESTISCH ONDERZOEK. Nieuwbouw woning Heesterseweg 39 te Geffen Geluidsbelasting NAS Geffen

RAPPORTAGE AKOESTISCH ONDERZOEK. Nieuwbouw woning Heesterseweg 39 te Geffen Geluidsbelasting NAS Geffen RAPPORTAGE AKOESTISCH ONDERZOEK Nieuwbouw woning Heesterseweg 39 te Geffen Geluidsbelasting NAS Geffen Colofon Project : Nieuwbouw woning Heesterseweg 39 Onderdeel : Akoestisch onderzoek Opgesteld door

Nadere informatie

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 12 maart Rapportnummer: P2011.

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 12 maart Rapportnummer: P2011. Opdrachtgever: Kragten Contactpersoon: de heer P. Hamaekers Uitgevoerd door: Contactpersoon: WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72

Nadere informatie

vastgesteld bestemmingsplan Koningsveld Gemeente Heiloo Projectnummer

vastgesteld bestemmingsplan Koningsveld Gemeente Heiloo Projectnummer vastgesteld bestemmingsplan Koningsveld Gemeente Heiloo Projectnummer 238823 Bijlage 1 Onderzoek Akoestiek blad 7 van 91 Ruimtelijke Ordening - Oranjewoud Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai

Nadere informatie

Akoestisch Rapport - Industrielawaai. Bedrijfshal met parkeerterrein Vos KERKDRIEL

Akoestisch Rapport - Industrielawaai. Bedrijfshal met parkeerterrein Vos KERKDRIEL Akoestisch Rapport - Industrielawaai Bedrijfshal met parkeerterrein Vos KERKDRIEL Opdrachtnr: 12066-1 Document: Rap-01 Definitief Datum: 28 februari 2011 Gew. A : 09 maart 2011 Akoestisch Rapport - Industrielawaai

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Nieuwe supermarkt Horstlocatie, de Wijk

Akoestisch onderzoek Nieuwe supermarkt Horstlocatie, de Wijk Akoestisch onderzoek Nieuwe supermarkt Horstlocatie, de Wijk projectnr. 263519 revisie 01 27 november 2013 Auteur ing. W.J. Kiestra Opdrachtgever Gemeente De Wolden Raadhuisstraat 2 7921 GD Zuidwolde datum

Nadere informatie

Rapport: 991011-08. 1.0 25 oktober 2011 Geluidonderzoek Installatiebedrijf J. Klinkhamer

Rapport: 991011-08. 1.0 25 oktober 2011 Geluidonderzoek Installatiebedrijf J. Klinkhamer Rapport: 991011-08 Geluidonderzoek in kader van dezonering industrieterrein Stadsbedrijvenpark te Assen Installatiebedrijf J. Klinkhamer Verantwoording Auteur(s) : Ing. A. Gal Paraaf auteur(s) : Aantal

Nadere informatie

Project. Akoestisch rapport Ruimtelijke Onderbouwing deel geluid. 15 appartementen Dintelstraat DONGEN. Opdrachtgever

Project. Akoestisch rapport Ruimtelijke Onderbouwing deel geluid. 15 appartementen Dintelstraat DONGEN. Opdrachtgever Project Akoestisch rapport Ruimtelijke Onderbouwing deel geluid 15 appartementen Dintelstraat DONGEN Opdrachtgever Vieya Postbus 134 5100 AC DONGEN telefoon (0162) 31 39 95 fax (0162) 31 39 72 Architect

Nadere informatie

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport B.2006.0407.19.R002v2 Stadskantoor Deventer

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport B.2006.0407.19.R002v2 Stadskantoor Deventer Rapport B.2006.0407.19.R002v2 Akoestisch onderzoek t.b.v. ruimtelijke onderbouwing en Wabo-toets Status: DEFINITIEF (versie 2) Van Pallandtstraat 9-11 Casuariestraat 5 Lavendelheide 2 Geerweg 11 info@dgmr.nl

Nadere informatie

De VNG-publicatie omschrijft voor de beoordeling van geluidhinder het volgende stappenplan:

De VNG-publicatie omschrijft voor de beoordeling van geluidhinder het volgende stappenplan: Memo Datum Documentnummer Uw kenmerk Onderwerp 16 juni 2016 M166156.001.002/JGO Z/021906005 Memo Oude Rijksweg Noord 2020a te Susteren (Geluidsonderzoek) Opdrachtgever, Cortenraad Beheer BV, wenst om op

Nadere informatie

Notitie Munselstraat 104; akoestisch onderzoek. 1 Inleiding

Notitie Munselstraat 104; akoestisch onderzoek. 1 Inleiding Notitie 02786-19421-02 Munselstraat 104; akoestisch onderzoek Science Park Eindhoven 5634 5692 EN SON Postbus 26 5690 AA SON T +31 (0)40-3031100 E eindhoven.ch@dpa.nl www.dpa.nl/cauberg-huygen K.v.K 58792562

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Uitbreiding Albert Heijn supermarkt te Paterswolde

Akoestisch onderzoek Uitbreiding Albert Heijn supermarkt te Paterswolde Akoestisch onderzoek Uitbreiding Albert Heijn supermarkt te Paterswolde projectnr. 246618 revisie 06 24 september 2013 Opdrachtgever Gemeente Tynaarlo Beleid en projecten Postbus 5 9480 AA Vries datum

Nadere informatie

BIJLAGE 6. Rapportage geluidonderzoek

BIJLAGE 6. Rapportage geluidonderzoek BIJLAGE 6 Rapportage geluidonderzoek Rapport Akoestisch onderzoek Geplande woningbouw Weidenaar Aldeboarn projectnr. 176812 revisie D0 maart 2008 Auteur R. de Leeuw Opdrachtgever S. Weidenaar It Rak 1

Nadere informatie

Rapport Akoestisch onderzoek Wegverkeer recreatiepark d'olde Kamp te Ansen

Rapport Akoestisch onderzoek Wegverkeer recreatiepark d'olde Kamp te Ansen Rapport Akoestisch onderzoek Wegverkeer recreatiepark d'olde Kamp te Ansen projectnr. 169666 revisie 01 26 november 2009 Auteur(s) A. Kobus T. van den Broek Opdrachtgever Recreatiepark d'olde Kamp Dwingelerweg

Nadere informatie

Notitie 20111675-14 Nieuwbouwplan Wijbosscheweg te Wijbosch; Facilitair dienstencentrum St. Verenigde Zorgcentra Schijndel

Notitie 20111675-14 Nieuwbouwplan Wijbosscheweg te Wijbosch; Facilitair dienstencentrum St. Verenigde Zorgcentra Schijndel Notitie 20111675-14 Nieuwbouwplan Wijbosscheweg te Wijbosch; Facilitair dienstencentrum St. Verenigde Zorgcentra Schijndel Datum Referentie Behandeld door 20 februari 2013 20111675-14 S. Achten/AAE 1 Inleiding

Nadere informatie

MEMO. Van Werven, Dhr. Sybald Noordam. Milieuneutrale melding Scheidingsinstallatie Hal 1, locatie Biddinghuizen.

MEMO. Van Werven, Dhr. Sybald Noordam. Milieuneutrale melding Scheidingsinstallatie Hal 1, locatie Biddinghuizen. MEMO Aan: Van Werven, Dhr. Sybald Noordam Kenmerk: Titel: Milieuneutrale melding Scheidingsinstallatie Hal 1, locatie Biddinghuizen Opgesteld: Sietze Boonstra Datum: 02-10-2015 In opdracht van Van Werven

Nadere informatie

Notitie Agrarisch bedrijf Van der Burg aan het Rietveld 124 te Woerden Akoestisch onderzoek nieuwe toegangsweg

Notitie Agrarisch bedrijf Van der Burg aan het Rietveld 124 te Woerden Akoestisch onderzoek nieuwe toegangsweg Europalaan 18-18a 5232 BC s-hertogenbosch Postbus 638 5201 AP s-hertogenbosch T +31 (0)73-7517900 F +31 (0)73-7517901 E denbosch@chri.nl www.chri.nl Notitie 20131867-01 Agrarisch bedrijf Van der Burg aan

Nadere informatie

B i j l a g e 1 : A k o e s t i s c h o n d e r z o e k - - - - - 3.4.1 Verkeer van en naar de inrichting 6.1.1 Organisatorische maatregelen 6.1.2 Overdrachtsmaatregelen 6.2.1 Organisatorische

Nadere informatie

Notitie. : Akoestische aspecten realisatie woning aan de Friesesteeg ong. te Achterberg

Notitie. : Akoestische aspecten realisatie woning aan de Friesesteeg ong. te Achterberg Buro Appel bv Postbus 201, 8500 AE JOURE Ter Huivra 2, 8501 GZ JOURE T (0513) 417 451 F (0513) 417 565 E info@buro-appel.nl I www.buro-appel.nl KvK 02094043 BTW NL8197.12.383.B01 Rabobank 1260.97.135 Notitie

Nadere informatie

Airparc Seppe Airport Seppe Arcus van Oranjewoud Paul Kennes en Corine Laman kopie

Airparc Seppe Airport Seppe Arcus van Oranjewoud Paul Kennes en Corine Laman kopie Memo nummer 02 datum 12 februari 2013 aan Stef Have Charles Jacobs Angelique Remijn Airparc Seppe Airport Seppe Arcus van Oranjewoud Paul Kennes en Corine Laman kopie project Airparc Seppe projectnummer

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek. Bestemmingsplan t Auerschoot Gemeente Gemert-Bakel

Akoestisch onderzoek. Bestemmingsplan t Auerschoot Gemeente Gemert-Bakel Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan t Auerschoot Gemeente Gemert-Bakel Maart 2017 Algemeen / inleiding In het kader van het bestemmingsplan t Auerschoot in Bakel heeft Drieweg Advies BV een akoestisch

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Toekomstige Boni Supermarkt Industrierondweg / Ambachtsweg op Urk

Akoestisch onderzoek Toekomstige Boni Supermarkt Industrierondweg / Ambachtsweg op Urk Akoestisch onderzoek Toekomstige Boni Supermarkt Industrierondweg / Ambachtsweg op Urk Munsterhuis Geluidsadvies B.V. Aanslagsweg 22 7622 LD BORNE (T. 74-7676007) Akoestisch onderzoek Toekomstige Boni

Nadere informatie

Akoestisch rapport Steunpunt Heijningen Potenblokseweg 2a te Heijningen

Akoestisch rapport Steunpunt Heijningen Potenblokseweg 2a te Heijningen Akoestisch rapport Steunpunt Heijningen Potenblokseweg 2a te Heijningen Akoestisch rapport Steunpunt Heijningen Potenblokseweg 2a te Heijningen Projectnummer : IL.1302.R01 Revisie : Rapportdatum : 26 maart

Nadere informatie

Akoestisch Onderzoek Bresser Las- & Constructiewerk, Beekbergen

Akoestisch Onderzoek Bresser Las- & Constructiewerk, Beekbergen Akoestisch Onderzoek Bresser Las- & Constructiewerk, Beekbergen 3 juni 2011 Kruizemuntstraat 371, 7322 LN Apeldoorn (T) 055-360 64 10 (M) 06-44 170 653 Rabobank 1521 14 815 KvK 082 04 400 www.sainadvies.nl

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK BEMMEL Kronos Solar Projects GmbH 4 APRIL 2017

AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK BEMMEL Kronos Solar Projects GmbH 4 APRIL 2017 AKOESTISCH ONDERZOEK ZONNEPARK BEMMEL Kronos Solar Projects GmbH 4 APRIL 2017 Contactpersonen ING. A. (ABDU) BOUKICH Adviseur geluid en luchtkwaliteit T +31 (0)88 4261 551 M +31 (0)6 2706 0355 E abdu.boukich@arcadis.com

Nadere informatie

Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai en spoorlawaai Woningbouw GroenWest te Woerden

Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai en spoorlawaai Woningbouw GroenWest te Woerden Rapport Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai en spoorlawaai Woningbouw GroenWest te Woerden projectnr. 44 revisie 00 4 juni 0 Auteur A. Kobus Opdrachtgever GroenWest Postbus 440 DD WOERDEN datum vrijgave

Nadere informatie

Biezenkamp, herziening 2016

Biezenkamp, herziening 2016 Akoestisch onderzoek industrielawaai Biezenkamp, herziening 2016 Gemeente Leusden Datum: 21 april 2016 Projectnummer: 150434 SAB Postbus 479 6800 AL Arnhem tel: 026-357 69 11 fax: 026-357 66 11 Auteur:

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek tennisvereniging de Munnik. Uitwerkingsplan de Plantage te Leiderdorp

Akoestisch onderzoek tennisvereniging de Munnik. Uitwerkingsplan de Plantage te Leiderdorp Datum 18 dember 2014 Kenmerk 2014031928 Akoestisch onderzoek tennisvereniging de Munnik Uitwerkingsplan de Plantage te Leiderdorp Akoestisch onderzoek tennisvereniging de Munnik Uitwerkingsplan de Plantage

Nadere informatie

Gemeente Leiden. Akoestisch onderzoek. parkeergarage Garenmarkt

Gemeente Leiden. Akoestisch onderzoek. parkeergarage Garenmarkt Gemeente Leiden Akoestisch onderzoek parkeergarage Garenmarkt INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 2. WETTELIJK KADER 3 2.1. Activiteitenbesluit 3 2.2. Indirecte hinder 3 3. UITGANGSPUNTEN 5 3.1. Omgeving

Nadere informatie

Akoestisch rapport BP Sweensstraat West Onderdeel Industrielawaai KAATSHEUVEL

Akoestisch rapport BP Sweensstraat West Onderdeel Industrielawaai KAATSHEUVEL Akoestisch rapport BP Sweensstraat West Onderdeel Industrielawaai KAATSHEUVEL Akoestisch rapport BP Sweensstraat West Onderdeel industrielawaai KAATSHEUVEL Projectnummer : BP.1405.RO1 Revisie : 0 Rapportdatum

Nadere informatie

Datum 12 december 2011 Referentie

Datum 12 december 2011 Referentie Akoestisch onderzoek naar de geluidbelasting op de omgeving als gevolg van de voetbalvelden Jekerdal te Maastricht in het kader van de melding Activiteitenbesluit Datum 12 december 2011 Referentie 20101867-07

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK. Wet geluidhinder Hotel van der Valk Gemeente Uden

AKOESTISCH ONDERZOEK. Wet geluidhinder Hotel van der Valk Gemeente Uden AKOESTISCH ONDERZOEK Wet geluidhinder Hotel van der Valk Gemeente Uden Colofon Project : Bestemmingsplan Uden Noord 2, Hotel van der Valk Onderdeel : Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Opgesteld door

Nadere informatie

Unibroed Van Lith B.V.

Unibroed Van Lith B.V. bezoekadres: Hobostraat 1 E 5402 CB Uden postadres: Hurk 303 5403 LD Uden T. 0413-269091 F. 0413-252513 E. info@amitec.nl I. www.amitec.nl ABN-AMRO nr. 40.84.88.735 ING nr. 424 598 K.v.K. nr. 16058413

Nadere informatie

Daniël Hake Datum advies 6 mei 2013, v4.2 Guido Distelbrink, Adviseur milieukwaliteit (geluid)

Daniël Hake Datum advies 6 mei 2013, v4.2 Guido Distelbrink, Adviseur milieukwaliteit (geluid) Intern advies geluid Project Intratuin Sassenheim Gemeente Teylingen Aan Daniël Hake Datum advies 6 mei 2013, v4.2 Van Guido Distelbrink, Adviseur milieukwaliteit (geluid) Adviesvraag De adviesvraag luidt:

Nadere informatie

: Bestemmingsplan bedrijventerrein Wapenveld te Heerde : Akoestisch onderzoek

: Bestemmingsplan bedrijventerrein Wapenveld te Heerde : Akoestisch onderzoek MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Gemeente Heerde : Ramon Nieborg : Rein Bruinsma, Rob Boshouwers : BA0-0-00 : Bestemmingsplan bedrijventerrein Wapenveld te Heerde : Akoestisch onderzoek Datum

Nadere informatie

In deze notitie in opdracht van Bardeaux B.V. zijn de akoestische gevolgen van te realiseren terrassen berekend.

In deze notitie in opdracht van Bardeaux B.V. zijn de akoestische gevolgen van te realiseren terrassen berekend. Notitie kenmerk : 1324.N01v2 auteur : Jaap van Kooten onderwerp : Restaurant Nieuwe Rijn 27 in Leiden betreft : Akoestische berekeningen stemgeluid terras datum : 17 januari 2014 Van Kooten Akoestisch

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING Algemeen Situatie GELUIDSVOORSCHRIFTEN Geluidsvoorschriften Activiteitenbesluit Indire

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING Algemeen Situatie GELUIDSVOORSCHRIFTEN Geluidsvoorschriften Activiteitenbesluit Indire Rapport: 20130759 Akoestisch onderzoek Centrumplan Gorredijk Datum: 16 september 2013 Opdrachtgever: Gemeente Opsterland Postbus 10.000 9244 ZP Beetsterzwaag Contactpersoon : mevr. J. de Booij Uitgevoerd

Nadere informatie

MEMO. Van : P. Dijkgraaf. Project : Bestemmingsplan Geiserlaan. Datum : 15 januari Betreft : Indirecte hinder

MEMO. Van : P. Dijkgraaf. Project : Bestemmingsplan Geiserlaan. Datum : 15 januari Betreft : Indirecte hinder MEMO Van : P. Dijkgraaf Project : Bestemmingsplan Geiserlaan Opdrachtgever : Gemeente Zeist Datum : 15 januari 2019 Betreft : Indirecte hinder Aanleiding In de gemeente Zeist worden 40 woningen mogelijk

Nadere informatie

f1.1 Situering beoogd perceel Hospice De Orchidee (rood) en terrein tennisvereniging (geel) te Gennep.

f1.1 Situering beoogd perceel Hospice De Orchidee (rood) en terrein tennisvereniging (geel) te Gennep. Notitie Concept b e t r e f t : Hospice De Orchidee te Gennep - geluid vanwege tennisvereniging TV Gennep d a t u m : 23 januari 2014 r e f e r e n t i e : TKe/ TKe/ KS/ Z 1085-2-NO 1 I n l e i d i n g

Nadere informatie

Brandweerkazerne aan de IJsseldijk te Welsum. Akoestisch onderzoek geluidsuitstraling

Brandweerkazerne aan de IJsseldijk te Welsum. Akoestisch onderzoek geluidsuitstraling Brandweerkazerne aan de IJsseldijk te Welsum Akoestisch onderzoek geluidsuitstraling Brandweerkazerne aan de IJsseldijk te Welsum Akoestisch onderzoek geluidsuitstraling Rapportnummer: 20123977.R02.V02

Nadere informatie

Laarseweg 24-1, 8171 PR Vaassen (T) KvK Notitie

Laarseweg 24-1, 8171 PR Vaassen (T) KvK Notitie Laarseweg 24-1, 8171 PR Vaassen (T) 0578-76 90 60 KvK 082 04 400 www.sainadvies.nl info@sainadvies.nl Notitie Project: Kerkhofweg 23, Emst (IL) Betreft: Geluidsbelasting t.g.v. Oranjeweg 43 Kenmerk: 2017-3037-0b2272/1679

Nadere informatie

MEMO. Van Werven, Dhr. Sybald Noordam. Milieuneutrale melding Tweede Sorteerunit, locatie Biddinghuizen. Datum:

MEMO. Van Werven, Dhr. Sybald Noordam. Milieuneutrale melding Tweede Sorteerunit, locatie Biddinghuizen. Datum: MEMO Aan: Van Werven, Dhr. Sybald Noordam Kenmerk: Titel: Milieuneutrale melding Tweede Sorteerunit, locatie Biddinghuizen Opgesteld: Sietze Boonstra Datum: 17-09-2015 In opdracht van Van Werven Infra

Nadere informatie

Per Betreft: Advies geluid Adelborst van Leeuwenlaan 5-15A te Sassenheim

Per   Betreft: Advies geluid Adelborst van Leeuwenlaan 5-15A te Sassenheim Datum: 24 april 2017 Ons kenmerk: 2017049977 Per E-mail: l.vanderklaauw@hltsamen.nl;gemeente@teylingen.nl Gemeente Teylingen Mevrouw L. van der Klaauw Postbus 149 2215 ZJ VOORHOUT Contactpersoon: mevrouw

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK. Inrichting Ammerzodenseweg 10 te Hedel. (Industrielawaai) Project: Nieuwbouwplan Ammerzodenseweg te Hedel

AKOESTISCH ONDERZOEK. Inrichting Ammerzodenseweg 10 te Hedel. (Industrielawaai) Project: Nieuwbouwplan Ammerzodenseweg te Hedel bezoekadres: Hobostraat 1 E 5402 CB Uden postadres: Hurk 303 5403 LD Uden T. 0413-269091 F. 0413-252513 E. info@amitec.nl I. www.amitec.nl IBAN NL90ABNA0408488735 K.v.K. nr. 16058413 Amitec bv is gecertificeerd

Nadere informatie

AEB Amsterdam. Akoestisch onderzoek. afvalbrengpunt Cruquiusweg 90 te Amsterdam

AEB Amsterdam. Akoestisch onderzoek. afvalbrengpunt Cruquiusweg 90 te Amsterdam Pagina 1 van 50 AEB Amsterdam Versie 1 AEB Amsterdam Akoestisch onderzoek afvalbrengpunt Cruquiusweg 90 te Amsterdam Pagina 2 van 50 AEB Amsterdam Versie 1 Pagina 3 van 50 AEB Amsterdam Versie 1 ~Bos Witteveen

Nadere informatie

Topografische kaart van Limburg, kaartblad 68D, Sittard. Bijlage 1 Uitgave 1995, Topografische Dienst te Emmen. Schaal 1:25000 De onderzoekslocatie

Topografische kaart van Limburg, kaartblad 68D, Sittard. Bijlage 1 Uitgave 1995, Topografische Dienst te Emmen. Schaal 1:25000 De onderzoekslocatie BIJLAGE 1 Topografische kaart van Limburg, kaartblad 68D, Sittard. Bijlage 1 Uitgave 1995, Topografische Dienst te Emmen. Schaal 1:25000 De onderzoekslocatie is omcirkeld. BIJLAGE 2 BIJLAGE 3 1101/100/RV

Nadere informatie

Akoestisch Onderzoek Gronddepot Klein Zwitserland Gilze en Rijen

Akoestisch Onderzoek Gronddepot Klein Zwitserland Gilze en Rijen 16ink00850 16zk00034 1 november 2016 Akoestisch Onderzoek Gronddepot Klein Zwitserland Gilze en Rijen 2014-3064-0 30 juni 2014 Laarseweg 24-1, 8171 PR Vaassen (T) 0578-76 90 60 KvK 082 04 400 www.sainadvies.nl

Nadere informatie

Voor de overige uitgangspunten wordt verwezen naar het in het kader van het bestemmingsplan eerder uitgevoerde akoestische onderzoek.

Voor de overige uitgangspunten wordt verwezen naar het in het kader van het bestemmingsplan eerder uitgevoerde akoestische onderzoek. Memo nummer 20120109--mem-00 datum 9 januari 2012 aan gemeente Vught van Ingenieursbureau Oranjewoud BV K. Mensinga kopie Ingenieursbureau Oranjewoud BV M. Winkel project Milieu onderzoek bij bestemmingsplan

Nadere informatie

Rapport: 991011-08. Creator

Rapport: 991011-08. Creator Rapport: 991011-08 Geluidonderzoek in kader van dezonering industrieterrein Stadsbedrijvenpark te Assen Creator Verantwoording Auteur(s) : Ing. U.K. Jonker Paraaf auteur(s) : Aantal pagina s : 10 (excl.

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bouwplan Nieuwedijk maart 2015

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bouwplan Nieuwedijk maart 2015 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Bouwplan Nieuwedijk 1 26 maart 2015 Projectgegevens Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Bouwplan Nieuwedijk 1 Slijk-Ewijk, gemeente Overbetuwe Opdrachtgever Contactpersoon

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. 2 Aanvullende onderzoeksvraag

Notitie. 1 Inleiding. 2 Aanvullende onderzoeksvraag Notitie Datum: 14 maart 2018 Project: Bestemmingsplan Hart van Zwanenburg Uw kenmerk: - Locatie: Zwanenburg Ons kenmerk: V057176ac.181O4KK.lsc Betreft: Aanvullende geluidberekening Versie: 03_002 supermarkt

Nadere informatie

Addendum. Inleiding Toetsingskader plansituatie

Addendum. Inleiding Toetsingskader plansituatie Addendum nummer 1 datum 19 september 2014 aan Gemeente Nieuwkoop van M.J. Reinders kopie R.H. van Trigt project Bestemmingsplan Vivero, Langeraarseweg 12 en landgoed (voorheen Langeraar-Oost) projectnummer

Nadere informatie

Akoestisch rapport Gat van Nieuwerkerk Te Nieuwerkerk (Zld)

Akoestisch rapport Gat van Nieuwerkerk Te Nieuwerkerk (Zld) Akoestisch rapport Gat van Nieuwerkerk Te Nieuwerkerk (Zld) Akoestisch rapport Gat van Nieuwerkerk Te Nieuwerkerk (Zld) Projectnummer : BP.1305.RO1 Revisie : 6 Rapportdatum : 14 oktober 2015 Auteur : D.

Nadere informatie

ADVIESMEMO. Second opinion geluid BP Ammerzoden Noord vs loods Uilecotenweg 8

ADVIESMEMO. Second opinion geluid BP Ammerzoden Noord vs loods Uilecotenweg 8 ADVIESMEMO Second opinion geluid BP Ammerzoden Noord vs loods Uilecotenweg 8 Bestemd voor : Inveniam BV, Richard van Es Afkomstig van :, drs. ing. C. den Hertog en ir. J.R. Brouwer Datum : 29 april 2015

Nadere informatie

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu AKOESTISCH ONDERZOEK BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED PEELEIK NAAST 32 Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu Documentnummer: 2012-02 Eigenaar: SB/Mi/GGD Revisienummer: 1 Status: definitief Datum:

Nadere informatie

projectnr. 0233087 Rapport 14 juni 2012, revisie 00 Akoestisch onderzoek bouwplan Orthen-Links

projectnr. 0233087 Rapport 14 juni 2012, revisie 00 Akoestisch onderzoek bouwplan Orthen-Links projectnr. 0233087 Rapport 14 juni 2012, revisie 00 Akoestisch onderzoek bouwplan Orthen-Links Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.. Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld,

Nadere informatie

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu AKOESTISCH ONDERZOEK BESTEMMINGSPLAN T HOUT - KOEVELDSESTR AAT 10 Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu Documentnummer: 2014-01 Eigenaar: SB/Mi/GGD Revisienummer: 1 Status: definitief Datum:

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Activiteitenbesluit Hotel de Bergen Eindhoven

Akoestisch onderzoek Activiteitenbesluit Hotel de Bergen Eindhoven Akoestisch onderzoek Activiteitenbesluit Hotel de Bergen Eindhoven Tritium Advies BV Adviseurs in bouwen, milieu en veiligheid TRITIUM NUENEN» TRITIUM PRINSENBEEK» TRITIUM NEER» TRITIUM ARKEL» Gulberg

Nadere informatie

Grenswaarden wegverkeerslawaai. 3BM Architectuur T.a.v. de heer E.B. van Luttikhuizen Wattstraat LV Zwijndrecht

Grenswaarden wegverkeerslawaai. 3BM Architectuur T.a.v. de heer E.B. van Luttikhuizen Wattstraat LV Zwijndrecht Adviseurs voor milieu, geluid, trillingen, brand en bouwfysica Alcedo bv Keizersweg 26 Postbus 140, 7450 AC Holten T: (0548) 63 64 20 F: (0548) 63 64 30 3BM Architectuur T.a.v. de heer E.B. van Luttikhuizen

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 29 januari 2013 20111675-13 - E. Philippens/LSC

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 29 januari 2013 20111675-13 - E. Philippens/LSC Notitie 20111675-13 Nieuwbouwplan Wijbosscheweg te Wijbosch; Basisschool De Regenboog Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 29 januari 2013 20111675-13 - E. Philippens/LSC 1 Inleiding In opdracht

Nadere informatie

aantal rijstroken zonebreedten [m¹] aantal rijstroken zonebreedten [m¹] 1 of of of meer of 4 400

aantal rijstroken zonebreedten [m¹] aantal rijstroken zonebreedten [m¹] 1 of of of meer of 4 400 1 WEGVERKEERSLAWAAI De bestemmingsplanwijziging heeft betrekking op 28 geprojecteerde appartementen en 1 geprojecteerde grondgebonden woning. De geprojecteerde wooneenheden zijn gesitueerd binnen de geluidszone

Nadere informatie

Bijlage I (Advies Wetterskip Fryslân)

Bijlage I (Advies Wetterskip Fryslân) Bijlage I (Advies Wetterskip Fryslân) Bijlage II (Plan van aanpak grondsanering) Bijlage III (Akoestische onderzoeken) Onderzoek naar de geluidsbelasting op de nieuw

Nadere informatie

AK OESTISCH ONDERZOEK B E S T E MMINGSPLAN S T IPHOUT - GERWENSEWEG 58-60

AK OESTISCH ONDERZOEK B E S T E MMINGSPLAN S T IPHOUT - GERWENSEWEG 58-60 AK OESTISCH ONDERZOEK B E S T E MMINGSPLAN S T IPHOUT - GERWENSEWEG 58-60 Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu Documentnummer: 2014-07 Eigenaar: SB/Mi/GGD Revisienummer: 0 Status: definitief

Nadere informatie

Akoestisch Onderzoek Van Wuijckhuiseweg 1

Akoestisch Onderzoek Van Wuijckhuiseweg 1 Akoestisch Onderzoek Van Wuijckhuiseweg 1 te Hoek Akoestisch Onderzoek Van Wuijckhuiseweg 1 te Hoek Projectnummer : BP.1319.R01 Revisie : Rapportdatum : 13 februari 2014 Auteur : D. Kraaij Opdrachtgever

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan DEK-terrein Medemblik. Gemeente Medemblik

Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan DEK-terrein Medemblik. Gemeente Medemblik NOTITIE Onderwerp Project Opdrachtgever Projectcode 106005 Status Akoestisch onderzoek Bestemmingsplan DEK-terrein Medemblik. Gemeente Medemblik Definitief Datum 13 februari 2018 Referentie 106005/18-002.228

Nadere informatie

Toegevoegd stuur ik u de resultaten van het akoestisch onderzoek bij het bedrijf Van Panhuis.

Toegevoegd stuur ik u de resultaten van het akoestisch onderzoek bij het bedrijf Van Panhuis. Tauw bv Handelskade 11 Postbus 133 7400 AC Deventer T +31 57 06 99 91 1 F +31 57 06 99 66 6 E info.deventer@tauw.nl www.tauw.nl Postbus 133, 7400 AC Deventer L. van den Berg t.a.v. de heer L. van den Berg

Nadere informatie

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu AKOESTISCH ONDERZOEK BESTEMMINGSPLAN BRANDEVOORT OOST - LOCHTENBURG Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu Documentnummer: 2014-02 Eigenaar: SB/Mi/GGD Revisienummer: 1 Status: definitief Datum:

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Agrarisch Buitengebied De Valk, hoek Hoge Valkseweg / Ganzenkampweg

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Agrarisch Buitengebied De Valk, hoek Hoge Valkseweg / Ganzenkampweg Ontwikkeling Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai ten behoeve van Bestemmingsplan Agrarisch Buitengebied De Valk, hoek Hoge Valkseweg / Ganzenkampweg rapportnummer L12.017 Versie: 1 Datum: 30 augustus

Nadere informatie

Rapport: 991011-08. Tuinland

Rapport: 991011-08. Tuinland Rapport: 991011-08 Geluidonderzoek in kader van dezonering industrieterrein Stadsbedrijvenpark te Assen Tuinland Verantwoording Auteur(s) : Ing. U.K. Jonker Paraaf auteur(s) : Aantal pagina s : 12 (excl.

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk rsd.431.N001, revisie 2 3 april 2009 R. Cornelis/JBr

Referentienummer Datum Kenmerk rsd.431.N001, revisie 2 3 april 2009 R. Cornelis/JBr Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 263723.rsd.431.N001, revisie 2 3 april 2009 R. Cornelis/JBr Betreft Akoestisch onderzoek Boomkwekerij P. Versmissen te Eersel Inleiding De opdrachtgever is voornemens

Nadere informatie

Ontwikkelingsplan Bloeidaal te Amersfoort. Akoestisch onderzoek industrielawaai Van Reenen aan de Hogeweg 241

Ontwikkelingsplan Bloeidaal te Amersfoort. Akoestisch onderzoek industrielawaai Van Reenen aan de Hogeweg 241 Ontwikkelingsplan Bloeidaal te Amersfoort Akoestisch onderzoek industrielawaai Van Reenen aan de Hogeweg 241 Ontwikkelingsplan Bloeidaal te Amersfoort Akoestisch onderzoek industrielawaai Van Reenen aan

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek evenementenparkeerplaats Kasteel de Haar

Akoestisch onderzoek evenementenparkeerplaats Kasteel de Haar Akoestisch onderzoek evenementenparkeerplaats Kasteel de Haar rapport van de afdeling september 2015 www.utrecht.nl Colofon uitgave Milieu en Mobiliteit Gemeente Utrecht 030-286 00 00 info@utrecht.nl in

Nadere informatie

V&V. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel. Gemeente Breda. Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1.

V&V. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel. Gemeente Breda. Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1. Akoestisch onderzoek ten behoeve van nieuwbouwwoning Dorstseweg 36 te Bavel Gemeente Breda Bijlage 15 bij besluit 2016/1282-V1 V&V Opgesteld door: Gemeente Breda ONT / Mobiliteit en Milieu Datum: 22-01-2016

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK UITWERKINGSPLAN

AKOESTISCH ONDERZOEK UITWERKINGSPLAN AKOESTISCH ONDERZOEK UITWERKINGSPLAN Onderwerp : Akoestisch onderzoek uitwerkingsplan Houtsestraat 36 Behandeld door : G.J.H. Groot Dengerink Datum : 19 november 2010 Opdrachtgever : Gemeente Helmond Bestandsnaam

Nadere informatie

Datum: 4 februari 2015

Datum: 4 februari 2015 Opdrachtgever: Plan ROS Contactpersoon: De heer S. Peters Uitgevoerd door: Contactpersoon: WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72 ing.

Nadere informatie

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Twee woningen Tulpstraat. 22 juni 2015

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Twee woningen Tulpstraat. 22 juni 2015 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Bestemmingsplan Twee woningen Tulpstraat 22 juni 2015 Projectgegevens Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Bestemmingsplan Twee woningen Tulpstraat Moordrecht,

Nadere informatie

AKOESTISCH ONDERZOEK INDUSTRIELAWAAI. Dakinstallaties Kloosterhof te Weurt Kapittelweg/Mariënweerd/Jonkerstraat te Weurt

AKOESTISCH ONDERZOEK INDUSTRIELAWAAI. Dakinstallaties Kloosterhof te Weurt Kapittelweg/Mariënweerd/Jonkerstraat te Weurt AKOESTISCH ONDERZOEK INDUSTRIELAWAAI Dakinstallaties Kloosterhof te Weurt Kapittelweg/Mariënweerd/Jonkerstraat te Weurt Opdrachtgever: Contactpersoon: Van Kessel Jansen BV de heer R. Hogenboom Documentnummer:

Nadere informatie

60 Appartementen Uilennest - Hollenwand te Hattem

60 Appartementen Uilennest - Hollenwand te Hattem Akoestisch onderzoek Expertisecentrum Omgevingsadvies CONCEPT Stadskantoor Lübeckplein 2 Postbus 10007 8000 GA Zwolle Telefoon (038) 498 44 82 Fax (038) 498 27 41 h.van.drongelen@zwolle.nl www.zwolle.nl

Nadere informatie

datum 1 februari 2018 project PSROM/ a.o. J. Bos te Smilde vestiging Drachten Akoestisch onderzoek uw kenmerk -

datum 1 februari 2018 project PSROM/ a.o. J. Bos te Smilde vestiging Drachten Akoestisch onderzoek uw kenmerk - Pluimveehouderij & akkerbouwbedrijf datum 1 februari 2018 project PSROM/ a.o. vestiging Drachten betreft Akoestisch onderzoek uw kenmerk - versie 001 ons kenmerk.02.n001 contactpersoon ing. H.J.M. (Helga)

Nadere informatie