Waarom voor sommige stoffen geen woongrond bestaat en waarom schone grond industriegrond kan zijn.

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Waarom voor sommige stoffen geen woongrond bestaat en waarom schone grond industriegrond kan zijn."

René Smit
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat en waarom schone industrie kan zijn. Onder het Bsb-regime wordt bij de toetsing van een depotkeuring conform VKB 1001 per gemeten stof bekeken waar het gemiddelde van de twee meetwaarden t.o.v. de getabellariseerde waarden uit bijlage 1 en bijlage 2 van het Bsb ligt. Grafisch weergegeven kan de meting in een van de volgende gebieden liggen: Schone N,T-schone (MVRschone) Categorie-1 uitlogen niet-toepasbare Toetswaarden: Bsb-1 2*Bsb-1 t Bsb-2 Gehalte in mg/kg d.s. -> Hierbij ligt het N,T-schone gebied tussen de Bsb-1 waarde en 2 maal deze waarde dan wel de tussenwaarde. De laagste van deze twee geldt. De N,T-toetsregel stelt dus dat N componenten onder bepaalde voorwaarden de samenstellingswaarden uit bijlage 1 van het Bsb mogen overschrijden met een factor T. In de Uitvoeringsregeling staat: Er mag worden geconcludeerd dat er [bij het basispakket] sprake is van schone indien voor maximaal drie stoffen (N) het gehalte maximaal twee maal de samenstellingswaarden van bijlage 1 van het Bsb bedraagt (drins drie maal). Bovendien mag geen enkele stof de tussenwaarde overschrijden. In het Besluit bodemkwaliteit zijn deze waarden vervangen door een aantal nieuwe toetswaarden. Er is nu sprake van achtetoetswaarden (of AW2000-waarden [de nieuwe term voor schone ]), de maximale waarden voor wonen en de maximale waarden voor industrie. Grond die niet voldoet aan de industriewaarden is in het algemeen niet-toepasbaar. Ook in het Bbk is er sprake van een N,Ttoets om aan te tonen of het om AW2000 gaat. In de Regeling bodemkwaliteit staat (art en -5): De kwaliteit van of baggerspecie overschrijdt niet de achterwaarden, bedoeld in de tabellen 1 en 2 in bijlage B, indien ten opzichte van de achterwaarden: a. bij meting van tenminste 2 stoffen het rekenkundige gemiddelde gehalte van maximaal 1 stof verhoogd is; b. 7-2; c. 16-3; d. 27-4; e Een verhoging [als bedoeld in het vierde lid] bedraagt per stof ten hoogste twee maal de daarvoor geldende achterwaarde en overschrijdt niet de daarvoor geldende maximale waarden voor de bodemkwaliteitsklasse wonen. Rbk, art X Y X- en Y-waarden 2 1 voor toetsing 7 2 aan de 16 3 achtewaarden 27 4 (N,T-toets) 37 5 Grafisch gezien kan de meting (c.q. het rekenkundige gemiddelde) in de volgende gebieden liggen: AW2000 N,T-AW2000 (N,Tschone) Woon Industrie niet-toepasbare Toetswaarden: AW2000 2*AW2000 wonen industrie Gehalte in mg/kg d.s. -> Bij de vergelijking van het toetsregime Bsb met het toetsregime Bbk valt op dat waar in bepaalde gevallen er onder het Bsb sprake is van (N,T-) schone dit onder het Bbk al snel sprake is van woon dan wel industrie. In de navolgende figuur 1a is dit bijvoorbeeld weergegeven voor de stof nikkel. Onder het Bsb is sprake van N,T-schone in het gebied tussen 35 en 70 mg/kg d.s. Onder het Bbk is er sprake van N,T-schone in het gebied tussen 35 en 39 mg/kg d.s. omdat bij 39 mg/kg de maximale waarde voor woon ligt. Vanaf 39 tot 100 mg/kg is er sprake van industrie. Grond met concentraties nikkel in het gebied tussen 39 en 70 mg/kg die onder het Bsb als (N,T-)schoon geclassificeerd wordt, wordt onder het Bbk als industrie geclassificeerd! Een ander effect dat optreedt is dat er voor nikkel dus geen woon bestaat. Afhankelijk van de concentratie ga je van (N,T-)schone direct naar industrie. In figuur 1b is dit uitgewerkt voor kobalt. Hier is, waar voorheen sprake was van N,T-schone (20 tot 40 mg/kg d.s.), nu sprake van N,T-schone (15-30 mg/kg) respectievelijk woon (30-35 mg/kg) en industrie (35-40 mg/kg). Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 1

2 AW2000=15 2*AW2000=30 Wonen=35 Meting=37 Industrie=190 Bsb-1=20 Meting=37 2*Bsb-1=40 t= 130 Bsb-2=240 AW2000=35 Wonen=39 Meting=45 2*AW2000=70 Industrie=100 Bsb-1=35 Meting=45 2*Bsb-1=70 t=122,5 Bsb-2=210 Figuur 1a Nikkel Schone [N,T-schone (MVR-schone) ]* Cat-1 uitlogen Niet toepasbaar Bsb: MVR-schoon is nu industrie Bbk: AW2000 ** Industrie Niet toepasbare Gehalte in mg/kg d.s. Figuur 1b Kobalt Schone [N,T-schone ]* Cat-1 uitlogen Niet toepasbaar Bsb: MVRschoon is nu wonen MVR-schoon is nu industrie Bbk: AW2000 ** Woon Industrie Niet toepasbare Gehalte in mg/kg d.s. = N,T-gebied Voorbeeld Nikkel: bij een meting van 45 mg/kg d.s. zou onder het Bsb sprake kunnen zijn van MVRschone c.q. schone. Onder het Bbk is sprake van industrie. Voor Kobalt is bij een meting van bijvoorbeeld 37 mg/kg d.s. dit ook het geval. (Bij deze voorbeelden is uitgegaan van L=25 en H=10) *: Bsb-N,T-schoon (MVR-schoon): gebied tussen Bsb-1 en laagste waarde van 2*Bsb-1 en t-waarde. **: Bbk-N,T-schoon: gebied tussen AW-2000 en laagste waarde van 2*AW2000 en wonen. Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 2

3 Binnen het standaardpakket treedt dit effect voor nog een aantal stoffen op: - voor de stoffen As, Cd, Cr, Cu, Ni, Zn en PCB is voorheen onder het Bsb als N,T-schone geclassificeerde thans te classificeren als industrie (en bestaat er voor deze stoffen dus geen woon); - voor de stoffen Ba, Pb, Mo, Ni en Sn is voorheen onder het Bsb als N,T-schone geclassificeerde thans te classificeren als woon; - voor Co treden beide effecten (na elkaar) op; - voor de stoffen Sb, V, PAK en minerale olie is er geen effect. In de navolgende tabel zijn voor de stoffen van het standaardpakket de grenzen van het N,T-gebied van zowel het Bsb als het Bbk vergeleken en zijn de effecten opgesomd. In figuur 2 is een en ander grafisch weergegeven. Tabel 1 Een vergelijking N,T-gebied Bsb en Bbk het effect: Bbk Bsb Bsb=Bbk Bsb=Bbk AW2000 2*AW2000 wonen min(2*aw2000/wonen) industrie Bsb-1 2*Bsb-1 t min(2*bbs-1/t) Bsb-2 schoon=wonen schoon=industrie Sb > geen effect As < : schoon=industrie Ba < , : schoon=wonen Cd 0,6 1,2 1,2 1,2 4,3 < 0,8 1,6 6,4 1,6 12 1,2-1,6: schoon=industrie Cr < : schoon=industrie Co < : schoon=wonen 35-40: schoon=industrie Cu < : schoon=industrie Hg 0,15 0,3 0,83 0,3 4,8 < 0,3 0,6 5,15 0,6 10 0,3-0,6: schoon=wonen Pb < , : schoon=wonen Mo 1, < : schoon=wonen Ni < , : schoon=industrie Sn 6, < , : schoon=wonen V > geen effect Zn < : schoon=industrie PAK 1,5 3 6, > geen effect PCB 0,02 0,04 0,02 0,02 0,5 < 0,02 0,04 0,26 0,04 0,5 0,02-0,04: schoon=industrie m.o > geen effect BBK Bsb : mogelijkheden van soorten : mogelijkheden van soorten schoon N,T-schoon wonen industrie schoon N,T-schoon cat-1 uitlogen : mogelijkheden van soorten : mogelijkheden van soorten schoon N,T-schoon industrie schoon N,T-schoon uitlogen Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 3

4 Figuur 2 Sb As Ba Cd Cr Co Cu Hg Pb Mo Ni Sn V Zn PAK PCB m.o Bsb-1 mg/kg -> min(2*bbs-1/t) AW2000 wonen MVR-schoon = woon (MVR-)schoon = industrie min(2*aw2000/wonen) Al met al zou dit tot problemen kunnen leiden bij het toetsen van onder het Bsb vast gestelde waarden in het regime van het Bbk! Voorheen schone is plotseling woon- of industrie geworden. Dat dit geen fictief probleem is laten de volgende voorbeelden zien. De gemeente Maastricht heeft een tweetal partijen AP04 laten keuren conform het nieuwe besluit. De in-situ gekeurde partij leem Holdaal wordt op basis van het gehalte aan nikkel geclassificeerd als industrie. Worden de gemeten gehalten getoetst aan de waarden uit het Bsb dan wordt de partij als (MVR-)schoon geclassificeerd! Bij de in depot gekeurde partij leem aan de Raccordement wordt onder het Bbk geconcludeerd dat het op basis van het gehalte aan koper industrie betreft. Getoetst aan de waarden van het Bsb betreft het (MVR-) schone! Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 4

5 In-situ partij Holdaal Toetsing conform het Bbk Toetsing conform het Bsb Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 5

6 Ex-situ partij Raccordement Toetsing conform het Bbk Toetsing conform het Bsb Naast deze partijen zal dit effect naar verwachting vaak gaan optreden. Men kan zich dus afvragen wat er aan de hand is met partijen die onder de Bsb-regels als schoon zijn geclassificeerd en die nog in depot staan of die ook al toegepast zijn. Zijn deze partijen wel schoon? Is dat schone gebied wel schoon? Of is in feite industrie toegepast als schone? Welke consequenties zijn er voor de bodemkwaliteitskaart? Etcetera. o Waarom voor sommige stoffen geen woon bestaat doc 6

Vergelijkbare documenten

Voor overschrijding van de wonen- en industriewaarden (evenals interventiewaarden) gelden niet zulke extra ruimten.

Voor overschrijding van de wonen- en industriewaarden (evenals interventiewaarden) gelden niet zulke extra ruimten. =0,15 2*=0,3 Wonen=0,38 Industrie=4,8 Interventiewaarde=36 Inleiding Naar aanleiding van vragen over het in het generieke kader indelen van grond en bodem in kwaliteitsklassen en het gebruik van extra