Het medisch beroepsgeheim en het verdedigingsbelang in klachtenprocedures

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het medisch beroepsgeheim en het verdedigingsbelang in klachtenprocedures"

Transcriptie

1 M Het medisch beroepsgeheim en het verdedigingsbelang in klachtenprocedures Hoe verhoudt artikel 6 EVRM zich tot het beroepsgeheim van de hulpverlener in klachten- en geschillenprocedures gestart binnen een zorginstelling, nu en onder de Wkkgz? UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM May 28, 2015 I.E. Voorberg

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding Algemeen Opzet Methodologie Het beroepsgeheim Inleiding Geheimhoudingsplicht Verschoningsrecht Ratio van het beroepsgeheim Wettelijke regelingen Beroepsgeheim Privacyrichtlijn en de Wbp Beroepscodes en richtlijnen Reikwijdte van het beroepsgeheim Algemeen Subject van het beroepsgeheim Object van het beroepsgeheim Doorbreken beroepsgeheim Algemeen Toestemming patiënt Wettelijk voorschrift Conflict van plichten Zwaarwegend belang Conclusie Het recht op een eerlijk proces en het verdedigingsbelang Inleiding Het recht op een eerlijk proces Het verdedigingsbelang Algemeen Civiele zaken Straf- en tuchtzaken Conclusie Het klachtrecht

3 4.1 Inleiding Het huidige klachtrecht WKCZ Klachtenregelingen zorgaanbieders Klachtenrichtlijn Gezondheidszorg Evaluatie WKCZ Het toekomstig klachtrecht Van WKCZ naar Wcz naar Wkkgz Wkkgz Conclusie Het beroepsgeheim en het verdedigingsbelang in klachtenprocedures Inleiding Het huidige klachtrecht Het toekomstig klachtrecht Conclusie Aanbevelingen Conclusie Bronnenlijst Literatuur Artikelen Jurisprudentie Europees Hof voor de Rechten van de Mens Hoge Raad Gerechtshoven Rechtbanken Medische tuchtcolleges Parlementaire stukken Wetsartikelen Richtlijnen Websites Overig

4 1. Inleiding 1.1 Algemeen Als hulpverleners worden aangeklaagd door een patiënt dan kan het zijn dat zij het medisch dossier van de patiënt willen gebruiken om zich in een procedure te verdedigen. Het beroepsgeheim van de hulpverlener laat dit echter niet onverminderd toe. Op meerdere gebieden dient er echter wat betreft het beroepsgeheim een afweging gemaakt te worden tussen het belang van de geheimhouding en andere maatschappelijke belangen zoals de opsporing van strafbare feiten, maar ook het recht voor een ieder om zich te kunnen verweren in een tegen hem gerichte procedure ex artikel 6 EVRM 1. In het licht van dit laatste mag, zo volgt uit de wetgeving, jurisprudentie en literatuur, een hulpverlener in een procedure zijn beroepsgeheim wat betreft het delen van relevante en noodzakelijke medische gegevens doorbreken. Deze uitzondering op het beroepsgeheim geldt voor civiele, straf- en tuchtprocedures. De vraag is of deze uitzondering ook geldt bij klachtenprocedures die worden gestart binnen een zorginstelling. Deze vraag is des te meer van belang door een momenteel bij de Eerste Kamer liggend wetsvoorstel dat de huidige klachtenprocedure op veel punten zal veranderen. Het betreft het wetsvoorstel Wet Kwaliteit Klachten en Geschillen Zorg, kortweg Wkkgz. Het is mitsdien van belang om niet alleen het recht op een eerlijk proces in klachtenprocedures in de huidige situatie te bezien, maar tevens of en zo ja op welke punten dit anders is in de situatie dat het wetsvoorstel Wkkgz wordt aangenomen. Van daaruit wordt bezien of het recht op een eerlijk proces (ook) geldt in klachtenprocedures die zijn gestart binnen een zorginstelling onder de Wkkgz. Bij de behandeling van deze kwestie wordt daarom de volgende probleemstelling gehanteerd: Hoe verhoudt artikel 6 EVRM zich tot het beroepsgeheim van de hulpverlener in klachten- en geschillenprocedures gestart binnen een zorginstelling, nu en onder de Wkkgz? 1.2 Opzet Ter beantwoording van de probleemstelling wordt de volgende opzet gehanteerd. 1 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. 3

5 In het tweede hoofdstuk wordt het beroepsgeheim van de hulpverlener uiteengezet en wordt nader ingegaan op het verschil tussen de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht, de ratio van het beroepsgeheim en de mogelijkheden tot het gerechtvaardigd doorbreken ervan. Het recht op een eerlijk proces ex art. 6 EVRM en het daarmee samenhangende verdedigingsbelang komen in hoofdstuk 3 aan bod. In het vierde hoofdstuk wordt het klachtrecht besproken. Hierbij komt de huidige situatie aan de orde waarbij de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector, de evaluatie hiervan en de Klachtenrichtlijn Gezondheidszorg 2005 besproken worden. Vervolgens wordt, met artikel 6 EVRM in het achterhoofd, het wetsvoorstel Wkkgz besproken. Het vijfde hoofdstuk brengt vervolgens de voorgaande hoofdstukken samen, in die zin dat er gekeken wordt hoe de geheimhoudingsplicht enerzijds, en het recht op een eerlijk proces en het verdedigingsbelang anderzijds, zich verhouden tot het klachtrecht. Hierbij wordt besproken welke rollen de geheimhoudingsplicht, recht op een eerlijk proces en het verdedigingsbelang hebben in het klachtrecht, nu en onder de Wkkgz. In de conclusie, het laatste hoofdstuk, worden te conclusies, die in de eerdere hoofdstukken zijn getrokken, samengebracht. 1.3 Methodologie Dit onderzoek is gedaan door middel van een klassiek-juridische studie. Aangezien het beroepsgeheim, het recht op privacy, het recht op vrije toegang tot de gezondheidszorg en het recht op een eerlijk proces gecodificeerd zijn, is gekeken naar de geldende wet- en regelgeving en hun totstandkoming. Gezien het feit dat uitwerking van deze wet- en regelgeving geschiedt in jurisprudentie van zowel internationale rechters, als nationale rechters en tuchtcolleges, zijn uitspraken van deze instanties tevens meegenomen. Zoals gezegd, ziet het onderzoek zowel op de huidige situatie van het klachtrecht als het toekomstige. Voor het onderzoek van de huidige situatie is gebruik gemaakt van relevante juridische literatuur en de klachtenregelingen zoals deze gelden in ziekenhuizen. Tevens is gebruik gemaakt van de invulling van de wettelijke normen door beroepsorganisaties (zoals bijvoorbeeld de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst) door middel van handreikingen, protocollen en richtlijnen. Om de toekomstige situatie te 4

6 beoordelen is gekeken naar het op tafel liggende wetsvoorstel en de behandeling hiervan. De gevonden literatuur en rechtspraak zijn op hun relevantie voor de onderzoeksvraag beoordeeld en geselecteerd. 2 De term hulpverlener wordt gebruikt in plaats van arts, aangezien deze term in de wet voorkomt en de term arts een te beperkte definitie met zich brengt. Ook psychologen en verpleegkundigen zijn immers hulpverleners, maar zij zijn geen arts. Daarnaast wordt er toegespitst op het medisch beroepsgeheim en niet het brede beroepsgeheim dat voor meerdere beroepen geldt. Dit onderzoek richt zich derhalve op het medisch beroepsgeheim van hulpverleners. 2 J.W. Creswell, Research Design, Qualiative, Quantitative, and Mixed Methods Approaches, Second edition, Sage Publications: London-New Dehli

7 2. Het beroepsgeheim 2.1 Inleiding Het beroepsgeheim betreft het verbod van de beroepsbeoefenaar om gegevens te verstrekken aan derden over alles wat hij te weten is gekomen in de uitoefening van zijn beroep. Het beroepsgeheim heeft twee aspecten, die in dit hoofdstuk worden besproken: de geheimhoudingsplicht ( 2.2 ) en het verschoningsrecht ( 2.3). De gedachte achter, ofwel de ratio van, het beroepsgeheim wordt behandeld in 2.4. Het beroepsgeheim is terug te vinden in meerdere wettelijke regelingen, die behandeld worden in 2.5. De reikwijdte van het beroepsgeheim (voor wie geldt het en welke gegevens betreft het) komt aan bod in 2.6. Ten slotte is een aantal uitzonderingen te vinden op het beroepsgeheim, die behandeld worden in Geheimhoudingsplicht Het beroepsgeheim betekent in de kern dat een bepaalde beroepsbeoefenaar verplicht is om te zwijgen over alles wat hem bij de uitoefening van zijn beroep als geheim is toevertrouwd, dan wel als geheim ter kennis is gekomen en waarvan hij het vertrouwelijk karakter had moeten begrijpen. 3 Voor verschillende beroepen bestaat een beroepsgeheim, bijvoorbeeld voor artsen (hulpverleners), maar ook voor advocaten, maatschappelijk werkers, psychologen, belastingadviseurs en hypotheekverstrekkers. 4 In veel gevallen bestaat er een wettelijke bepaling waarin de zwijgplicht is neergelegd voor dat specifieke beroep, maar daarnaast is vaak ook sprake van een beroepscode of richtlijn waarin deze is vastgelegd (zie 2.5). Het beroepsgeheim bestaat uit de zwijgplicht, ook wel geheimhoudingsplicht genoemd, en het verschoningsrecht van de hulpverlener. De geheimhoudingsplicht geldt voor iedereen die zwijgplichtig is en geldt ten opzichte van iedereen. 5 3 Zie o.a. art. 88 Wet BIG. 4 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim in rechte. Zwijgen: recht of plicht? in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p

8 2.3 Verschoningsrecht Het verschoningsrecht geldt voor iedereen die op grond van de wet een verschoningsrecht hebben en geldt alleen ten opzichte van de rechter. Iedere verschoningsgerechtigde is ook zwijgplichtig, maar andersom geldt dit niet. Volgens de wet is het verschoningsrecht een bevoegdheid om te zwijgen, maar in feite betreft het een plicht om te zwijgen. Hij moet het geheim van de patiënt bewaren en doet hij dit opzettelijk niet dan kan hij hiervoor straf- of tuchtrechtelijk veroordeeld worden. 6 Aangezien de focus van de onderzoeksvraag niet op het verschoningsrecht ligt het gaat namelijk om de situatie waarin de hulpverlener wél wil spreken en zich dus niet op zijn verschoningsrecht wil beroepen maar juist zijn beroepsgeheim wenst te doorbreken wordt op dit recht behoudens deze paragraaf verder niet ingegaan. Het verschoningsrecht is het recht voor een hulpverlener om zich tegenover de rechter te verschonen van het beantwoorden van vragen of het afleggen van een getuigenverklaring indien hij door wel te spreken hiermee zijn beroepsgeheim zou schenden. 7 De hulpverlener dient zelf te bepalen of en in hoeverre hij zich beroept op zijn verschoningsrecht Ratio van het beroepsgeheim De drempel om medische hulp in te roepen moet laag zijn. In de situatie dat een persoon een schotwond heeft, zal hij zich hiervoor in de meeste gevallen voor laten behandelen. De hulpverlener heeft in een dergelijk geval onder andere informatie nodig van de patiënt over de feiten en omstandigheden waaronder de schotwond is ontstaan. Zowel wat betreft het naar het ziekenhuis gaan zelf, als het verschaffen van de gevraagde informatie, kan de patiënt besluiten dit achterwege te laten indien hij weet dat de hulpverlener deze informatie kan delen met de politie. Wellicht was de patiënt immers zelf ook deelnemer aan de schietpartij en zal hij, door naar het ziekenhuis te gaan en informatie te delen met de hulpverlener, als verdachte kunnen worden aangemerkt in een strafzaak. Dit voorbeeld geeft aan waarom het beroepsgeheim er 6 Op grond van art. 272 Sr. 7 Art. 165 lids 2 sub b Rv, art. 218 Sv, art. 8:33 lid 3 Awb, art. 68 lid 5 Wet BIG. 8 HR 30 november 1999, ECLI:NL:HR:1999:ZD7280 en HR 12 februari 2002, ECLI:NL:HR:2002:AD

9 nu eigenlijk is. Het is niet de bedoeling dat dat mensen zorg gaan mijden, uit vrees voor openbaarmaking van hun gegevens door de hulpverlener. 9 Het beroepsgeheim is nodig om hulpverleners goed hun werk te kunnen laten doen. Ze hebben hiertoe (persoonlijke) gegevens nodig van hun patiënten. Dit kunnen religieuze, sociale en relationele gegevens betreffen. Patiënten zullen in veel gevallen deze persoonlijke gegevens alleen delen wanneer ze weten dat de hulpverlener ze niet aan derden zal verstrekken. Het beroepsgeheim dient er dan ook toe de zorg voor iedereen toegankelijk te maken, ongeacht welke persoonlijke gegevens je hebt en deelt. De toegankelijkheid van de zorg mag derhalve niet afhankelijk zijn van persoonlijke omstandigheden, je verblijfsstatus of het feit dat je verdacht wordt van een strafbaar feit. 10 Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft bepaalt dat de bescherming van medische gegevens essentieel is voor een effectief genot van het recht op eerbiediging van het privéleven. Aan de bescherming van de vertrouwelijkheid van medische gegevens komt volgens het EHRM een zwaar gewicht toe en een beperking hierop is slechts gerechtvaardigd wanneer deze wordt ingegeven door een dwingende eis in het algemeen belang ( overriding requirement in the public interest ). 11 Het beroepsgeheim wil dus zowel het individueel belang van de patiënt beschermen, zijn privacy (art. 10 Gw), als het algemeen belang, de vrije toegang tot de gezondheidszorg (art. 22 Gw). 12 Het algemeen belang heeft echter volgens sommigen een andere betekenis. 13 Het algemeen belang van toegang tot de gezondheidszorg kan ook gezien worden als individueel belang. De vraag is namelijk wat er nu in feite zo algemeen is aan het voorkomen van gezondheidsschade. Als het om ernstige ziektes gaat zou het algemeen belang alleen geschaad worden als het om infectieziekten gaat. En daarvoor geldt al een aangifteplicht en bestaat er dus een uitzondering op het beroepsgeheim (zie 2.7). Het belang van toegang tot de gezondheidszorg kan derhalve tevens als een individueel belang worden gezien. Daarnaast wil het beroepsgeheim een achterliggend maatschappelijk belang dienen: doordat het algemeen belang gediend wordt, en de patiënt dus de mogelijkheid geeft om vrij uit te 9 A. Hendriks, W. Kool, A. Oosterlee, Y. Reidsma, L. Rieter, D. Engelberts, en L. Kalkman-Bogerd, Gezondheidsrecht, Houten: Bohn Stafleu van Loghum 2006, p F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p EHRM 25 februari 1997, 22009/93, ECLI:NL:XX: 1997:AD4448 (Z./ Finland). 12 H.J.J. Leenen & J.K.M. Gevers, o.c., nt. 1, p. 222 in: S. Herten, Medisch beroepsgeheim, Van Herten Stichting 1995, p E.-B. van Veen, Het beroepsgeheim in de individuele gezondheidszorg in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p

10 spreken tegen een hulpverlener, wordt de kwaliteit van zorg gediend (de hulpverlener kan door middel van de juiste informatie de meest passende behandeling geven) en wordt er een gunstig effect op de maatschappij in economische zin gecreëerd: de patiënt zal door de juiste behandeling bijvoorbeeld weer sneller aan het werk kunnen aan en derhalve minder lang een beroep hoeven te doen op collectieve voorzieningen Wettelijke regelingen Beroepsgeheim Het beroepsgeheim voor hulpverleners is neergelegd in zowel het civiele recht als het straf- en tuchtrecht, namelijk in art. 7:457 Burgerlijk Wetboek (verder: BW), art. 272 Wetboek van Strafrecht (verder: Sr) en art. 88 Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (verder: Wet BIG). Artikel 7:457 BW is onderdeel van Boek 7, titel 7, afdeling 5, van het Burgerlijk Wetboek 15. Artikel 7:457 BW bepaalt dat aan anderen dan de patiënt geen inlichtingen worden verstrekt over de patiënt, anders dan met toestemming van de patiënt. 16 Het artikel is in beginsel alleen van toepassing wanneer een geneeskundige behandelingsovereenkomst de relatie tussen arts en patiënt beheerst. Indien er geen geneeskundige behandelingsovereenkomst is, kan artikel 7:457 BW echter toch van toepassing zijn, en wel door de schakelbepaling art. 7:464 BW. Deze bepaling brengt met zich dat Boek 7, titel 7, afdeling 5, afdeling 5 BW van overeenkomstige toepassing is indien in de uitoefening van een geneeskundig beroep of bedrijf anders dan krachtens een behandelingsovereenkomst handelingen op het gebied van de geneeskunst worden verricht, zover de aard van de rechtsbetrekking zich daartegen niet verzet. 17 Zelfs als de patiënt toestemming geeft, is de verstrekking slechts toegestaan indien de persoonlijke levenssfeer niet wordt geschaad. De hulpverlener dient hierbij zelf een belangenafweging te maken M. Buijsen, O. Floris, E. Hulst en Th. Van Noord, Beroepsgeheim in dubio. De verhouding van het medisch beroepsgeheim tot zwaarwegende maatschappelijke belangen, Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam 2012, p Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst. Dit is feitelijk geen op zichzelf staande wet maar een onderdeel van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek. 16 Kamerstukken II, 1989/90, 21 51, nr. 3, p Art. 7:464 BW. 18 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

11 Artikel 272 Sr stelt strafbaar hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren, opzettelijk schendt. Het gaat hier om een opzetdelict: degene die he delict begaat dient dit opzettelijk te hebben gedaan. Voorwaardelijk opzet is hiervoor voldoende, maar ook onbewuste schuld is strafbaar. 19 Daarnaast is art. 272 Sr een zogenaamd klachtdelicht, wat inhoudt dat alleen als er een klacht is ingediend door degene wiens geheim is geschonden, er eventueel over kan worden gegaan tot vervolging. 20 Artikel 88 Wet BIG stelt dat voor een ieder, die zorg verleent op het gebied van de individuele gezondheidszorg, een verplichting tot geheimhouding van datgene wat hem in de uitoefening van zijn beroep als geheim is toevertrouwd bestaat. De Wet BIG heeft dus betrekking op de individuele gezondheidszorg wat betekent dat er sprake dient te zijn van zorg die rechtstreeks betrekking heeft op een persoon. 21 Aangezien het om individuele gezondheidszorg gaat in de Wet BIG, heeft deze wet een ruimer bereik dan de WGBO die alleen ziet op handelingen op het gebied van de geneeskunde. Onder individuele gezondheidszorg zorg worden namelijk ook handelingen van verpleegkundigen en verzorgenden geschaard, zolang deze rechtstreeks betrekking hebben op een persoon en derhalve individuele gezondheidszorg betreffen Privacyrichtlijn en de Wbp De zogenaamde privacyrichtlijn uit 1995 betreft Richtlijn 95/46/EG 23 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Gemeenschappen. De kern van deze richtlijn is om aan te geven op welke wijze en onder welke voorwaarden persoonsgegevens verwerkt mogen worden. De richtlijn is vrij algemeen en breed opgezet en biedt de lidstaten veel ruimte om deze zelf nader in te vullen. 24 In 2001 is de Wet Bescherming Persoonsgegevens (verder: Wbp) van kracht geworden, die de implementatie van de voornoemde richtlijn is en daarmee tevens een uitwerking van de leden 2 en 3 van art. 10 Gw. 19 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p Art. 272 lid 2 Sr en W.L.J.M. Duijst, art. 164 Sv, in: A.L. Melai & M.S. Groenhuijsen, Th.A. de Roos & F.G.H. Kristen, Wetboek van Strafvordering, Melai/Groenhuijsen, Deventer: Kluwer (losbl.). 21 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p M.C.I.H. Biesaart, art. 1 Wet BIG, in: B. Sluijters e.a., Tekst & Commentaar Gezondheidsrecht, Deventer: Kluwer Kamerstukken II 1985/86, , nr. 3, p. 85 en Richtlijn nr. 95/46/EG betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens Pb EG L F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

12 In de Wbp gaat het om zogenaamde informationele privacy : het vastleggen en verstrekken van persoonsgegevens. Het beroepsgeheim en het recht op privacy hangen met elkaar samen, maar zijn niet hetzelfde. Het beroepsgeheim bestaat in de relatie arts-patiënt en het recht op privacy richt zich op de instandhouding daarvan: het beschermen van de (medische) gegevens en het regelen van het gebruik ervan. 25 Een van de belangrijkste uitgangspunten van de Wbp is de doelbinding. De persoonsgegevens dienen voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doelen te worden verzameld. 26 De persoonsgegevens mogen daarnaast niet verder verwerkt worden op een wijze die onverenigbaar is me de doelen waarvoor ze zijn verkregen. 27 Ten slotte mogen de persoonsgegevens alleen verwerkt worden indien zij toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn, gelet op de doelen waarvoor zij verzameld zijn. 28 In art. 9 lid 4 Wbp is het verbod neergelegd om persoonsgegevens te verwerken voor zover een geheimhoudingsplicht daaraan in de weg staat. Artikel 12 lid 2 Wbp legt vervolgens aan iedereen voor wie geen geheimhoudingsplicht geldt uit hoofde van hun beroep de plicht op om te zwijgen over persoonsgegevens. Daarnaast is het in art. 16 Wbp verboden om zogenaamde gevoelige persoonsgegevens te verwerken. Hieronder vallen ook gegevens omtrent iemands gezondheid, hetgeen volgt uit art. 21 Wbp. De regering was van mening dat met deze gegevens betreffende de gezondheid op meer gegevens wordt geduid dan bedoeld in art. 7:457 BW. 29 Onder gegevens omtrent iemands gezondheid wordt bijvoorbeeld ook de loutere mededeling geschaard dat iemand ziek is of bijvoorbeeld een en WAO-uitkering heeft, terwijl dit soort gegevens geen inlichtingen over de patiënt zijn zoals de WGBO hanteert. 30 De verwerking van gezondheidsgegevens is alleen toegestaan als de gronden zoals genoemd in art. 21 Wbp dit toestaan. Op grond van art. 21 lid 2 Wbp geldt overigens dat gezondheidsgegevens alleen mogen worden verwerkt door personen die óf 25 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p. 5, 8, Art. 7 Wbp. 27 Art. 9 Wbp. 28 Art. 11 Wbp. 29 Nota van toelichting bij Besluit 13 maart 2000, houdende aanwijzing van situaties, bedoelde in art. 464 BW waarvoor dit artikel later dan met ingang van 1 mei 2000 in werking zal treden. Stb. 2000, 121, p Nota van toelichting bij Besluit 13 maart 2000, houdende aanwijzing van situaties, bedoelde in art. 464 BW waarvoor dit artikel later dan met ingang van 1 mei 2000 in werking zal treden. Stb. 2000, 121, p

13 vanwege hun beroeps (ambt of wettelijk voorschrift) een geheimhoudingsplicht hebben of op grond van een (arbeids)overeenkomst Beroepscodes en richtlijnen Naast deze wettelijke bepalingen bestaan er beroepscodes en richtlijnen. Deze geven een meer praktische invulling aan het beroepsgeheim en houden er derhalve rekening mee op welke wijze de beroepsbeoefenaar in de praktijk met deze plicht te maken heeft en hoe hij zich hieraan kan houden. Zo bestaan er voor hulpverleners verschillende consulten en richtlijnen van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (verder: KNMG), zoals bijvoorbeeld de KNMG-richtlijnen inzake het omgaan met medische informatie. 32 Deze richtlijn is bedoeld voor alle hulpverleners, maar er zijn ook richtlijnen die zich richten op specifieke soort hulpverleners. Zie bijvoorbeeld de Praktische richtlijn voor psychiaters 33 waarin concreet en overzichtelijk uiteen wordt gezet wanneer het beroepsgeheim doorbroken mag worden, wanneer er sprake kan zijn van een conflict van plichten en welke concrete afwegingen daarbij gemaakt moeten worden. 2.6 Reikwijdte van het beroepsgeheim Algemeen Er zijn twee reikwijdtes te onderscheiden ten aanzien van het beroepsgeheim. Ten eerste de persoonlijke werkingssfeer: op wie is het beroepsgeheim van toepassing, en ten tweede de materiële werkingssfeer: op welke gegevens is het beroepsgeheim van toepassing Subject van het beroepsgeheim De persoonlijke werkingssfeer, ook wel het subject van het beroepsgeheim genoemd, heeft betrekking op de individuele hulpverlener. 34 De grenzen van de persoonlijke werkingssfeer 31 E.J.C. de Jong, Het beroepsgeheim en derdenbelangen in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p KNMG, Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens, Utrecht: KNMG NVvP, Handreiking Beroepsgeheim & het conflict van plichten. Praktische richtlijn voor psychiaters, NVvP E.-B. van Veen, Het beroepsgeheim in de individuele gezondheidszorg in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p

14 zijn niet exact te duiden. Wel is duidelijk dat het dus gaat om de individuele hulpverlener en meer specifiek over handelingen die zij verrichten op het gebied van de individuele gezondheidszorg. 35 Volgens de Hoge Raad is van belang of de hulpverlener een beroep uitoefent op het gebied van de individuele gezondheidszorg. Alleen dan is het beroepsgeheim van toepassing. Hiervan is sprake indien er een rechtstreekse relatie bestaat tussen een beroepsbeoefenaar en een persoon die het verlenen van individuele gezondheidszorg in de zin van art. 1 Wet BIG als doel heeft. 36 Deze rechtstreekste relatie is volgens Van Veen te nauw geformuleerd, aangezien er ook hulpverleners zijn die geen rechtstreekse relatie hebben met de patiënt, maar toch bij diens zorg betrokken zijn (zoals bijvoorbeeld een onderzoeker in het lab). Daarom lijkt de formulering rechtstreeks bij zorgvraag patiënt betrokken een meer adequate weergave van het subject van het beroepsgeheim. 37 De persoonlijke werkingssfeer is in de meeste gevallen nader geregeld in beroepsspecifieke wettelijke regelingen. Voor de medisch hulpverlener wordt het subject bepaald door de reikwijdte van de verschillende wetten waarin zij te vinden is. Zo is het beroepsgeheim zoals neergelegd in art. 7:457 BW van toepassing op alle hulpverleners die een behandelingsovereenkomst met de patiënt hebben en op de situaties waarin de genoemde schakelbepaling art. 7:464 BW van toepassing is. Daarnaast is het beroepsgeheim ex art. 88 Wet BIG van toepassing op de individuele hulpverlener (zie ook 2.5). Van belang is om op te merken dat art. 88 Wet BIG zich niet beperkt tot behandelaren, maar betrekking heeft op iedereen die handelingen op het gebeid van de geneeskunst verricht. 38 Het gevolg van de voornoemde afbakening van de WGBO en Wet BIG is dat alle behandelend hulpverleners een zelfstandig beroepsgeheim hebben. 39 Er zijn echter ook hulpverleners die in opdracht van een derde medische handelingen uitvoeren en daardoor in 35 E.-B. van Veen, Het beroepsgeheim in de individuele gezondheidszorg in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p HR 15 oktober 1999, TvGR 2000/72 (m. nt. Dute). 37 E.-B. van Veen, Het beroepsgeheim in de individuele gezondheidszorg in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p Art. 1 lid 2 subs a Wet BIG, M. Buijsen, O. Floris, E. Hulst en Th. Van Noord, Beroepsgeheim in dubio. De verhouding van het medisch beroepsgeheim tot zwaarwegende maatschappelijke belangen, Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam 2012, p F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

15 een bijzondere positie verkeren. Zo heeft bijvoorbeeld de gemeentelijk lijkschouwer geen beroepsgeheim wanneer hij handelt in zijn functie als lijkschouwer in opdracht van justitie Object van het beroepsgeheim Volgens de Hoge Raad 41 strekt het beroepsgeheim (in deze specifieke zaak het verschoningsrecht) zich niet alleen uit tot feiten die betrekking hebben op de behandeling en verzorging van de aan zijn zorgen toevertrouwde patiënten, maar ook tot feiten die hem in zijn hoedanigheid zijn meegedeeld of waarvan hij in zijn hoedanigheid heeft kennis gekregen, en waarvan de openbaarmaking het vertrouwen zou beschamen dat patiënten met het oog op zijn hulpverlenende taak in hem moeten kunnen stellen. Aan deze eis zal in het bijzonder zijn voldaan, wanneer het feiten betreffen die de persoonlijke levenssfeer van de aan hem toevertrouwde patiënten betreffen. De materiële werkingssfeer, ook wel het object van het beroepsgeheim genoemd, is niet nader gespecificeerd in de wet. Artikel 7:457 BW spreekt over inlichtingen die de hulpverlener niet aan derden mag verstrekken. Er kan van worden uitgegaan dat alles wat in het kader van zijn beroep aan hem bekend wordt geheim is. Alles wat een hulpverlener dus in het kader van zijn beroep medegedeeld krijgt, valt in principe onder het beroepsgeheim. Art 88 Wet BIG omschrijft het als volgt: al datgene wat hem bij het uitoefenen van zijn beroep op het gebied van de individuele gezondheidszorg als geheim is toevertrouwd, of wat daarbij als geheim te zijner kennis is gekomen of wat daarbij te zijner kennis is gekomen en waarvan hij het vertrouwelijke karakter moest begrijpen. Op grond van art. 272 Sr is de hulpverlener (en andere beroepsbeoefenaren met een beroepsgeheim) verplicht om alles geheim te houden wat hij in de uitoefening van zijn beroep te weten is gekomen én waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het geheim is. Het object van het beroepsgeheim wordt mitsdien ruim uitgelegd. De hulpverlener zal daarom voor de zekerheid over alles dienen te zwijgen wat hij over een patiënt in het kader van de behandeling te weten is gekomen. Onder deze ruime uitleg behoort derhalve tevens het enkele feit dat de betreffende patiënt bij hem onder behandeling is F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p HR 23 november 1990, NJ 1991, 761, ECLI:NL:HR:1990:ZC0052, r.o KNMG, Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens, Utrecht: KNMG 2010, p

16 Als een hulpverlener in opdracht van een derde handelt, bijvoorbeeld als deskundige in een strafzaak in opdracht van de rechter of in opdracht van een werkgever in het geval van een keuringsarts, dan is het beroepsgeheim in beginsel van toepassing, maar zijn er in de wet uitzonderingen gemaakt voor deze specifieke situatie. 43. Het is in deze gevallen namelijk juist de bedoeling dat de arts de derde bepaalde informatie verschaft en dus zijn uitzonderingen voor deze specifieke gevallen noodzakelijk Doorbreken beroepsgeheim Algemeen Het beroepsgeheim is niet absoluut want er zijn uitzonderingen op mogelijk zijn in de vorm van gerechtvaardigde doorbreking van het beroepsgeheim. Doorbreking kan op basis van een aantal gronden: toestemming van de patiënt, wettelijk voorschrift, conflict van plichten en zwaarwegende belangen Toestemming patiënt Toestemming van de patiënt om zijn gegevens te delen kan op grond van art. 7:457 lid 1 BW en is de enige grond waarbij de persoonlijke levenssfeer van de patiënt gelegitimeerd wordt geschaad. De patiënt stemt immers zelf in met het delen van zijn gegevens. 46 Uiteraard dient de toestemming van de patiënt vrij te zijn en dient de patiënt op de hoogte te zijn over welke informatie er gedeeld mag worden. 47 Hulpverleners gaan ervan uit dat het geheim van het beroepsgeheim toebehoort aan de patiënt en dat het dus ook deze patiënt is, die de hulpverlener van de plicht om het geheim te bewaren kan ontslaan. 48 Mocht de patiënt toestemming geven, dan is de hulpverlener overigens niet gehouden om het beroepsgeheim ook daadwerkelijk te doorbreken. Hij zal namelijk zelf de situatie moeten beoordelen vanuit 43 Zie bijvoorbeeld art. 10 lid 2 en 3 Wmk en art. 51j Sv. 44 Gerechtshof Den Haag, 9 september 2004, TvGR 2004, 57, F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p Zie o.a. Hof Amsterdam, 21 december 1989, TvGR 1991/29, HR 2 oktober 1990, TvGR 1991/ CMT 17 september 1992, TvGR 1993/8. 48 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

17 zijn professionele verantwoordelijkheid. Zo kan het voorkomen dat ook indien er toestemming van de patiënt is, de hulpverlener besluit om het geheim niet te delen Wettelijk voorschrift Het beroepsgeheim kan ook doorbroken worden op grond van een wettelijk voorschrift. Doorbreken leidt dan op grond van art. 42 Sr tot straffeloosheid van het strafbare feit ex art. 272 Sr. Voorbeelden van wettelijke voorschriften op basis waarvan doorbroken kan worden liggen op het gebied van het melden van infectieziekten, beroepsziekten en euthanasie. 50 Deze uitzondering is erop gericht de patiënt of een zwaarwegend maatschappelijk belang te beschermen. In feite gaat het hier over overgangssituaties die in de wet zijn vastgelegd. Hierbij maakt de hulpverlener zelf een afweging om de melding al dan niet te doen Conflict van plichten Daarnaast is het doorbreken van het beroepsgeheim mogelijk op grond van overmacht in de zin van noodtoestand ex art. 40 Sr. De noodtoestand wordt door hulpverleners geduid als het conflict van plichten. Het conflict van plichten is in die bewoordingen niet te vinden in de wet, maar wel in de jurisprudentie en beroepscodes. 52 De hulpverlener kan een beroep doen op overmacht in de zin van conflict van plichten indien zwijgen ernstige schade aan een ander zou kunnen opleveren én indien het doorbreken van het beroepsgeheim deze schade zou kunnen worden voorkomen. Het dient bij het conflict van plichten om een toekomstig gevaar van ernstige schade te gaan en kan niet gebruikt worden voor een situatie waar het kwaad al geschied is. 53 Een voorbeeld: als een patiënt aan de hulpverlener vertelt dat hij 10 jaar geleden iemand heeft vermoord en er verder geen omstandigheden zijn aan te wijzen dat hij weer een dergelijk delict zou plegen, bestaat er geen 49 HR 26 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BG5979, r.o en 2.6.4, F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p Wet publieke gezondheid, Arbeidsomstandighedenwet en Wet houdende toetsing van levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding. 51 Brief Nederlandse Orde van Advocaten, 26 november 2012, bijlage bij Kamerstukken II, 2012/13, , nr Bijvoorbeeld: KNMG, Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens, januari 2010, p. 17, RTG Zwolle 16 januari 2015, ECLI:NL:TGZRZWO:2015:3, RTG Den Haag 23 december 2014, ECLI:NL:TGZRSGR:2014: F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

18 toekomstig gevaar. Dit is anders als de patiënt uiteenzet hoe hij van plan is een bepaald persoon om het leven te brengen. In dat laatste geval kan er dan dus wel sprake zijn van toekomstig gevaar. 54 De hulpverlener dient in een dergelijke situatie zelf de afweging te maken of hij het beroepsgeheim al dan niet gaat doorbreken. De KNMG Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens kunnen bij dit laatste een praktisch handvat zijn. 55 Tevens zijn aan het conflict van plichten een rijtje van criteria gekoppeld, die in de literatuur zijn ontwikkeld 56 : - Alles in het werk gesteld om toestemming tot doorbreking van het geheim te krijgen; - Het niet doorbreken van het geheim levert voor een ander ernstige schade op; - De zwijgplichtige verkeert in gewetensnood door het handhaven van de zwijgplicht; - Er is geen andere weg dan doorbreking van het geheim om het probleem op te lossen (subsidiariteitsvereiste); - Het moet vrijwel zeker zijn dat door de geheimdoorbreking de schade aan de ander kan worden voorkomen of beperkt; - Het geheim wordt zo min mogelijk geschonden (proportionaliteitsvereiste). Het Centraal Tuchtcollege hanteert deze eisen ook en heeft deze criteria zij het in andere bewoordingen overgenomen. 57 In het tuchtrecht zijn er overigens maar weinig uitspraken waarin er nadrukkelijk en met succes een beroep word gedaan op een conflict van plichten. 58 Voorbeelden van wanneer het wel aanvaard is, zijn bijvoorbeeld kindermishandeling 59 en een dronken motorrijder die na de medische behandeling weer verder wil gaan rijden Zwaarwegend belang 54 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p. 16, W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim in rechte. Zwijgen: recht of plicht? in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p KNMG richtlijnen inzake omgaan met medische gegevens, Utrecht: KNMG 2010, p H.J.J. Leenen e.a., Handboek gezondheidsrecht. Deel I, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, p CTG 13 februari 2014, ECLI:NL:TGZCTG:2014: W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim in rechte. Zwijgen: recht of plicht? in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p Vaste jurisprudentie sinds CMT 28 september 1972, ECLI:NL:TCMT:1972:AE MT Groningen, 28 november 1956, NJ 1957,

19 Tot slot mag het beroepsgeheim doorbroken worden als een zwaarwegend belang die doorbreking rechtvaardigt. Deze doorbrekingsgrond is in de civiele rechtspraak en tuchtrechtspraak ontwikkeld. 61 In welke situatie sprake is van een zwaarwegend belang is enigszins af te leiden uit de jurisprudentie. Er dienen namelijk voldoende concrete aanwijzingen te zijn dat door handhaving van het beroepsgeheim een ander zwaarwegend belang geschaad zou kunnen worden. 62 Het gaat hierbij dus om een belangenafweging tussen enerzijds het beroepsgeheim en anderzijds een ander groot belang. Het bepalen van het bestaan van een zwaarwegend belang wordt, in tegenstelling tot het conflict van plichten (noodtoestand), over het algemeen gemaakt door de rechter. Bij het conflict van plichten kan de rechter de beslissing van de hulpverlener namelijk slechts marginaal toetsen, terwijl hij bij het zwaarwegend belang kan vol kan toetsen. Een ander verschil met het conflict van plichten is dat bij het zwaarwegend belang er geen sprake hoeft te zijn van het kunnen voorkomen van ernstig nadeel. Het zal van de omstandigheden afhangen of er sprake is van en zwaarwegend belang. 63 Zo is er bijvoorbeeld sprake van een zwaarwegend belang in de situatie dat een vader wordt verdacht van seksueel misbruik van zijn driejarige zoon, dat het van groot belang is dat er een objectief onderzoek gedaan wordt betreffende deze verdenking, dat de gegevens die onder het beroepsgeheim vallen van bijzonder belang kunnen zijn bij het aan het aan het licht brengen van de waarheid omtrent de verdenking en dat er geen minder vergaande mogelijkheid is om aan dergelijke gegevens te komen. Het beroepsgeheim wordt in een dergelijke zaak derhalve van minder belang geacht dan het belang bij een zorgvuldige en zo objectief mogelijke waarheidsvinding. 64 Daarnaast kan doorbreking van het beroepsgeheim bijvoorbeeld gerechtvaardigd zijn na het overlijden van de patiënt indien zou komen vast te staan dat de overledene ten tijde van het opstellen van het laatste testament handelingsonbekwaam was en dat de belanghebbende zonder dit laatste testament aanspraak zou hebben op een groter deel van diens nalatenschap. Bij de beoordeling van de vraag of inbreuk op de geheimhoudingsplicht gerechtvaardigd is, 61 M. Buijsen, O. Floris, E. Hulst en Th. Van Noord, Beroepsgeheim in dubio. De verhouding van het medisch beroepsgeheim tot zwaarwegende maatschappelijke belangen, Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam 2012, p HR 20 april 2001, TvGR 2001/ KNMG, KNMG richtlijnen inzake omgaan met medische gegevens, Utrecht: KNMG 2010, p Rb Arnhem, 29 februari 2012, ECLI:NL:RBARN:2012:BV7385, r.o. 5d. 18

20 dient daarbij mede in aanmerking te worden genomen of belanghebbende andere middelen heeft om de door haar gewenste informatie te verkrijgen. 65 Uit de jurisprudentie volgt dat het zwaarwegend belang een aantal keer is aangenomen als reden voor het doorbreken van het beroepsgeheim. Onder bepaalde omstandigheden laat de Hoge Raad namelijk soms het belang van de waarheidsvinding toch gelden als zwaarwegend belang en moet het derhalve prevaleren boven het beroepsgeheim. 66 Ook het recht op een eerlijk proces (art. 6 EVRM), meer in het bijzonder het verdedigingsbelang, wordt gezien als een dergelijk zwaarwegend belang Conclusie Uit het voorgaande is af te leiden dat er groot belang wordt toegekend aan het beroepsgeheim. De ratio van het beroepsgeheim ligt in het recht op privacy en het recht op vrije toegang tot de gezondheidszorg. Het beroepsgeheim is op meerdere plaatsen opgenomen in de wet, maar ook aan de jurisprudentie en beroepsspecifieke codes en richtlijnen zijn van belang voor het bepalen van de ratio en het subject en object van het beroepsgeheim. Het beroepsgeheim kan doorbroken worden en hierbij dient te allen tijde het belang van de patiënt voor ogen gehouden te worden. Een zorgvuldige afweging is bij alle uitzonderingen op het beroepsgeheim vereist. Aan het belang van de patiënt moet hier altijd en zwaar gewicht worden toegekend. De belangenafweging geschiedt bij de meeste uitzonderingen door de hulpverlener zelf en slechts bij een uitzondering (zwaarwegend belang) door de rechter. 3. Het recht op een eerlijk proces en het verdedigingsbelang 3.1 Inleiding Als een hulpverlener betrokken wordt in een juridische procedure, wordt door de rechter steeds vaker geoordeeld dat de voor de procedure relevante medische informatie door de geheimhouder aan de juridische afdeling van het ziekenhuis, de verzekeraar, advocaat, een 65 Rb Den Haag 31 augustus 2012, ECLI:NL:RBSGR:2012:BX6260, r.o. 3.4, zie ook Hof Arnhem 10 januari 2012, ECLI:NL:GHARN:2012:BV HR 6 maart 1987, ECLI:NL:HR:1987:AG M. Buijsen, O. Floris, E. Hulst en Th. Van Noord, Beroepsgeheim in dubio. De verhouding van het medisch beroepsgeheim tot zwaarwegende maatschappelijke belangen, Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam 2012, p

21 extern deskundige en de rechter mag worden verstrekt, ook al is er geen toestemming van de patiënt. Om in te zien welke rol het recht op een eerlijk proces en het verdedigingsbelang hebben in zaken waarin een hulpverlener het medisch dossier wenst te gebruiken in het kader van zijn verdediging is het van belang deze twee begrippen nader te duiden. In 3.2 wordt aandacht geschonken aan het recht op een eerlijk proces en de hiermee samenhangende rechten en belangen. Vervolgens wordt in 3.3 nader ingezoomd op het verdedigingsbelang, en welke betekenis dit belang heeft in civiele zaken en strafzaken en tuchtzaken. 3.2 Het recht op een eerlijk proces Het recht op een eerlijk proces is een belangrijk grondrecht dat zijn grondslag vindt in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (verder: EVRM). Artikel 6 EVRM heeft meerdere onderdelen, waarvan het recht op een eerlijke behandeling er een is. 68 Het recht op een eerlijke behandeling brengt verschillende sub-rechten met zich. Zo hebben partijen het recht om gehoord te worden, het recht op gelijke proceskansen 69 en het recht op een deugdelijke motivering van de uitspraak van de rechter. 70 Het recht om gehoord te worden betekent in feite dat iedereen die partij is in een procedure een redelijke gelegenheid moet hebben om zijn of haar zaak aan de rechter voor te leggen en wel onder zulke omstandigheden dat hij/zij niet substantieel benadeeld wordt ten opzichte van de wederpartij. 71 Het recht om gehoord te worden zou gedefinieerd kunnen worden als de aanspraak om in voldoende mate en op gepaste wijze in de gelegenheid te worden gesteld om zich als partij in zowel feitelijk als juridisch opzicht over een zaak uit te laten. 72 Uit het recht om gehoord te worden is het recht op gelijkheid der wapenen af te leiden. 73 Dit recht houdt in dat de ene partij dezelfde kansen dient te hebben om haar standpunt te verdedigen als de andere partij. 74 Dit recht brengt ook met zich dat partijen zich gelijkelijk over de stukken en feiten moeten kunnen uitlaten, dat partijen in elkaars aanwezigheid worden gehoord, het recht 68 Art. 6 lid 1 EVRM. 69 P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p EHRM 28 februari 1977, 7450/76, DR 9, p. 108 (X/België), EHRM 16 juli /66, CD 27, p. 61, EHRM 15 juli 1986, 9938/82, DR 48, p. 21 (Bricmont/België). 72 P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p

22 op bijstand in de procedure en rechten met betrekking tot het bewijsrecht. 75 Het bewijsrecht heeft veel aspecten die samenhangen met het beginsel van gelijkheid der wapenen. Deze zijn te vinden op het gebied van bewijslevering (welke middelen zijn toegestaan), de bewijslastverdeling (wie dient wat te bewijzen), de bewijsverkrijging (hoe wordt het bewijs verkregen) en de bewijswaardering (welke waarde wordt er aan het bewijs toegekend). 76 Partijen zijn derhalve in gelijke mate gerechtigd bewijs voor hun stellingen aan te bieden aan de rechter. Voor het strafrecht blijkt dit uit art. 6 lid 3 EVRM. In civiele zaken geldt dit ook: als de ene partij tot bewijs gerechtigd is, dan is de wederpartij tot tegenbewijs gerechtigd. 77 De gelijkheid der wapenen impliceert ook dat aangeboden bewijs door de rechter niet zomaar van de ene partij wel geaccepteerd wordt en van de andere partij geweigerd. 78 Uit het beginsel van gelijkheid der wapenen vloeit het verdedigingsbelang van de verdachte of aangeklaagde voort. Het beginsel impliceert immers dat beide partijen gelijkelijk over de zaak moeten kunnen uitlaten tegenover de rechter. Het verdedigingsbelang is derhalve onderdeel van het recht op een eerlijk proces. 3.3 Het verdedigingsbelang Algemeen Het kan zijn dat een hulpverlener in het kader van zijn verdediging in een gerechtelijke procedure medische gegevens (die onder het beroepsgeheim vallen) nodig heeft. Als de patiënt hiervoor toestemming heeft gegeven, mag de hulpverlener de gegevens voor dit doel gebruiken. 79 De vraag is echter wat er gebeurt als de patiënt deze toestemming niet geeft. Als een hulpverlener wordt aangeklaagd heeft hij het recht om zich te verdedigen. In een dergelijk geval weegt het belang van het recht om zich te kunnen verdedigen zwaarder dan het recht op geheimhouding. 80 De gedachte hierachter is dat degene die de procedure tegen de hulpverlener start, accepteert dat bepaalde informatie die noodzakelijk is voor de verdediging in de procedure geopenbaard wordt. 81 Aangenomen wordt dat gegevens in een procedure mogen worden overgelegd als de gegevens relevant en noodzakelijk zijn; er moet derhalve 75 P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p P. Smits, Artikel 6 EVRM en de civiele procedure, Deventer: Kluwer 2008, p Art. 7:457 lid 1 BW, F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p CTG , TvGR 1997, 11 met noot Kastelein. CTG , MC 2002, F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p

23 voldaan zijn aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. 82 Zo nodig, kunnen de gegevens dus zonder toestemming van de patiënt in rechte gebruikt worden, en wel op grond van art. 6 EVRM. 83 Het gebruiken van medische gegevens in een procedure is in feite een schending van het beroepsgeheim, maar kan gerechtvaardigd worden en is daardoor niet strafbaar aangezien art. 6 EVRM dit rechtvaardigt. 84 Het feit dat verdediging in rechte een zwaarwegend belang is om het beroepsgeheim te doorbreken staat ook met zoveel woorden in de Wbp. In art. 23 lid 1 sub c Wbp is neergelegd dat het verbod op de verwerking van bijzondere persoonsgegevens niet van toepassing voor zover dit noodzakelijk is voor de vaststelling, de uitoefening of de verdediging van een recht in rechte. Volgens de letter van art. 6 EVRM vallen zowel civiele procedures als straf en tuchtprocedures onder het bereik van dit artikel. Het gaat namelijk om de vaststelling van burgerlijke rechten of verplichtingen of het bepalen van de gegrondheid van een (strafrechtelijke) vervolging. 85 Er dient echter een onderscheid gemaakt te worden wat betreft persoonlijke aansprakelijkheid, zoals dit voorkomt in het straf- en tuchtrecht, en civielrechtelijke aansprakelijkheid Civiele zaken Bij civielrechtelijke aansprakelijkheid wordt het recht op een eerlijk proces niet zonder meer als zwaarwegend belang aangemerkt dat doorbreking van het beroepsgeheim kan rechtvaardigen. In beginsel is namelijk toestemming van de patiënt nodig, deze kan niet zonder meer worden verondersteld. 87 In de literatuur wordt er echter verschillend gedacht over het antwoord op de vraag of het beroepsgeheim geldt als een hulpverlener wordt 82 F.A.W. Bannier e.a., Beroepsgeheim en verschoningsrecht, Den Haag: Sdu 2008, p. 44, RTC Amsterdam 7 april 2009, nr. 08/087, GJ 2009/5. W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim in rechte. Zwijgen: recht of plicht? in: E.B. van Veen, E.J.C. de Jong & W.R. Kastelein, Het beroepsgeheim, continuïteit en verandering (Preadvies uitgebracht t.b.v. de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht op 23 april 2004), Den Haag: Sdu, 2004, p M. Buijsen, O. Floris, E. Hulst en Th. Van Noord, Beroepsgeheim in dubio. De verhouding van het medisch beroepsgeheim tot zwaarwegende maatschappelijke belangen, Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam 2012, p HR 8 april 2003 met conclusie Adv.-gen. W.H. Vellinga, Hof Amsterdam 17 juli 2003, TvGR 2004, 59, CMT 14 november 1996, TvGR, 1997, 108 met noot W.R. Kastelein, CMT 10 mei 2005, TvGR 2005, Art. 6 lid 1 EVRM. 86 H.J.J. Leenen e.a., Handboek gezondheidsrecht. Deel I, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, p H.J.J. Leenen e.a., Handboek gezondheidsrecht. Deel I, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, p. 233, MT Amsterdam 24 juni 1985, TvGR 1988/16, CMT 28 augustus 1987, CMT 14 september 1989, TvGR 1990/44 en 1990/45 22

Beroepsgeheim en Huiselijk Geweld

Beroepsgeheim en Huiselijk Geweld Beroepsgeheim en Huiselijk Geweld Workshop Landelijk Congres Huiselijk Geweld 16 november 2009 Inhoud Waar hebben we het over Juridisch Kader Achtergrond Afweging: geheim doorbreken? Stappenplan Casusposities

Nadere informatie

Het medisch beroepsgeheim

Het medisch beroepsgeheim Het medisch beroepsgeheim mr.dr. Sjaak Nouwt Adviseur Gezondheidsrecht KNMG s.nouwt@fed.knmg.nl Agenda Inhoud medisch beroepsgeheim Belang Uitzonderingen Maatschappelijke druk Vragen? 2 Medisch Beroepsgeheim

Nadere informatie

Beroepsgeheim: waar liggen de grenzen? Mr. Yvonne Drewes, arts M&G KNMG. 23 april

Beroepsgeheim: waar liggen de grenzen? Mr. Yvonne Drewes, arts M&G KNMG. 23 april Beroepsgeheim: waar liggen de grenzen? Mr. Yvonne Drewes, arts M&G KNMG 23 april 2013 1 23 april 2013 2 Eed van Hippocrates Wat ik ook bij de behandeling, of ook buiten de praktijk, over het leven van

Nadere informatie

Het medisch beroepsgeheim: groot goed of sta-inde-weg?

Het medisch beroepsgeheim: groot goed of sta-inde-weg? Het medisch beroepsgeheim: groot goed of sta-inde-weg? Spanning tussen recht en praktijk September 2015 Zware kritiek op inperking medisch beroepsgeheim, kopte Trouw afgelopen zomer. 1 De ministeries van

Nadere informatie

Privacy en letselschaderegeling

Privacy en letselschaderegeling Privacy en letselschaderegeling (workshop 1) 1 e ronde: 13.30 14.15 uur 2 e ronde: 14.30 15.15 uur 12 e PIV Jaarconferentie, vrijdag 30 maart 2012 mr. ir. Jørgen Simons Twee thema s 1. Inzage slachtoffer

Nadere informatie

Privacyreglement. ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp

Privacyreglement. ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp Privacyreglement ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp 1 Vastgesteld MT Altra 11 november 2016 INHOUDSOPGAVE Algemene bepalingen 1. Begripsbepalingen 2. Reikwijdte Rechtmatige verwerking persoonsgegevens 3. Doel

Nadere informatie

Bevindingen De bevindingen van het CBP luiden als volgt:

Bevindingen De bevindingen van het CBP luiden als volgt: POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Zorgverzekeraar DATUM 27 februari 2003 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Jelgersma lezing 11 oktober 2016

Jelgersma lezing 11 oktober 2016 Jelgersma lezing 11 oktober 2016 het medisch beroepsgeheim R. H. Zuijderhoudt, gezondheidsjurist en psychiater/ psychotherapeut niet praktizerend Belangen? Niets in het kader van CGR maar: Centraal Tuchtcollege

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

Wie gelooft in privacy, gelooft in sprookjes!

Wie gelooft in privacy, gelooft in sprookjes! Wie gelooft in privacy, gelooft in sprookjes! Er was eens. Een kort verhaal door R.P. Wijne, 28 maart 2014 1 een patiënt 2 Medisch beroepsgeheim Hulpverleners hebben een beroepsgeheim: Art. 7:457 BW Art.

Nadere informatie

Inhoudsopgave LIJST VAN AFKORTINGEN

Inhoudsopgave LIJST VAN AFKORTINGEN LIJST VAN AFKORTINGEN XI 1 INLEIDING 1 1.1 Probleemstelling 1 1.1.1 De zorgplicht van de arts en doorbreking van het medisch beroepsgeheim 4 1.1.2 Onderzoeksvragen 7 1.2 Opzet en afbakening 7 1.3 Methode

Nadere informatie

Privacyreglement Huisartsenpraktijk Ussen

Privacyreglement Huisartsenpraktijk Ussen Privacyreglement Huisartsenpraktijk Ussen Doel en reikwijdte van het privacyreglement Doel van het reglement is een vastlegging van de maatregelen die huisartsenpraktijk Ussen heeft genomen om zeker te

Nadere informatie

6. BEROEPSGEHEIM EN VERSCHONINGSRECHT.

6. BEROEPSGEHEIM EN VERSCHONINGSRECHT. 6. BEROEPSGEHEIM EN VERSCHONINGSRECHT. In dit hoofdstuk zal aandacht besteed worden aan de vraag in welk opzicht het beroepsgeheim een rol kan spelen bij de aanpak van ernstige (seksuele) mishandeling.

Nadere informatie

31 mei 2012 z2012-00245

31 mei 2012 z2012-00245 De Staatssecretaris van Financiën Postbus 20201 2500 EE DEN HAAG 31 mei 2012 26 maart 2012 Adviesaanvraag inzake openbaarheid WOZwaarde Geachte, Bij brief van 22 maart 2012 verzoekt u, mede namens de Minister

Nadere informatie

Beroepsheim: de praktijk is weerbarstig

Beroepsheim: de praktijk is weerbarstig Beroepsheim: de praktijk is weerbarstig Florien van Woerden Juridisch Adviseur VvAA 28 oktober 2016 1 Vandaag bespreek ik: Beroepsgeheim in het nieuws Beroepsgeheim: Waarom? Wettelijk kader: hoofdregel

Nadere informatie

Privacybescherming bij het verwerken van cliëntgegevens Prof.mr.dr. M.A.J.M. Buijsen

Privacybescherming bij het verwerken van cliëntgegevens Prof.mr.dr. M.A.J.M. Buijsen Privacybescherming bij het verwerken van cliëntgegevens Prof.mr.dr. M.A.J.M. Buijsen Erasmus School of Law/Erasmus Medisch Centrum Erasmus Universiteit Rotterdam buijsen@bmg.eur.nl Onderwerpen Uitgangspunten

Nadere informatie

Ons tenmert z

Ons tenmert z Autoriteit Persoonsgegevens Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag T 070 8888 500 - F 070 8888 501 autoriteitpersoonsgegevens.nl De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Rol van de forensisch arts bij een slachtoffer van een schietincident.

Rol van de forensisch arts bij een slachtoffer van een schietincident. Rol van de forensisch arts bij een slachtoffer van een schietincident. GGD-arts versus arts bij de GGD In plaats van GGD-arts wordt ook wel gezegd: de dienstdoende arts van de GGD de piketarts GGD de politie-arts

Nadere informatie

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. 1. Begripsbepalingen 1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. 1.2. Gezondheidsgegevens Persoonsgegevens die direct of indirect betrekking

Nadere informatie

Strafrecht in de zorg / Preventie

Strafrecht in de zorg / Preventie Strafrecht in de zorg / Preventie 7 oktober 2013 Mr. Marcel Smit en mr. Tina Sandrk Onderwerpen Inleiding Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) Openbaar Ministerie (OM) Gegevensuitwisseling IGZ en OM

Nadere informatie

Gesjoemel met het verschoningsrecht Het medisch beroepsgeheim in strafzaken toegespitst op de medisch hulpverlener als verdachte

Gesjoemel met het verschoningsrecht Het medisch beroepsgeheim in strafzaken toegespitst op de medisch hulpverlener als verdachte Gesjoemel met het verschoningsrecht Het medisch beroepsgeheim in strafzaken toegespitst op de medisch hulpverlener als verdachte Anouk Beerts Februari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Het wettelijk kader

Nadere informatie

Position Paper. Voorstel van Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (kamerstukken 33 841) Ingebracht door de KNMG en GGZ Nederland

Position Paper. Voorstel van Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (kamerstukken 33 841) Ingebracht door de KNMG en GGZ Nederland DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND Position Paper AAN Woordvoerders Eerste Kamer commissie VWS Voorstel van Wet

Nadere informatie

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST 13 Geneeskundige behandelingsovereenkomst (P.B. 2000, no. 118) Landsverordening van de 23ste oktober 2000 houdende vaststelling van de tekst van Boek 7 van het Burgerlijk

Nadere informatie

Uitspraak Hoge Raad. met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis

Uitspraak Hoge Raad. met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis Uitspraak Hoge Raad met betrekking tot camerabeelden in en bij een ziekenhuis Hoge Raad In het voorjaar van 2018 heeft de Hoge Raad, het hoogste rechtscollege in Nederland, zich bezig gehouden met de vraag

Nadere informatie

de minister van Economische Zaken, de heer mr L.J. Brinkhorst Postbus 20101 2500 EC Den Haag Ministeriële regeling afsluitingen

de minister van Economische Zaken, de heer mr L.J. Brinkhorst Postbus 20101 2500 EC Den Haag Ministeriële regeling afsluitingen POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN de minister van Economische Zaken,

Nadere informatie

Klacht Op grond van de door verzoeker verstrekte gegevens is de klacht als volgt geformuleerd:

Klacht Op grond van de door verzoeker verstrekte gegevens is de klacht als volgt geformuleerd: POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN een Zorgverzekeraar DATUM 3 juli 2003 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Arts vs. OM: Wanneer moet het beroepsgeheim wijken voor opsporing?

Arts vs. OM: Wanneer moet het beroepsgeheim wijken voor opsporing? Arts vs. OM: Wanneer moet het beroepsgeheim wijken voor opsporing? Masterscriptie Gezondheidsrecht Julie-Anne Prick 5978491 Juni 2013 Arts vs. OM: Wanneer moet het beroepsgeheim wijken voor opsporing?

Nadere informatie

VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT

VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT MR. M.M. (MAÏTE) OTTES, 28 MAART 2013 INHOUD Algemene beginselen Uitspraken HvJ EG, Akzo Nobel/Commissie, C-550/07 P Rechtbank Groningen, LJN: BV7149 Hoge Raad, LJN: BY6101

Nadere informatie

1.1 Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

1.1 Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. Privacyreglement Stichting de As Inleiding en doel Bij Stichting de As worden persoonsgegevens van zowel patiënten als van medewerkers verwerkt. Het gaat daarbij vaak om zeer privacygevoelige gegevens

Nadere informatie

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. PRIVACY REGLEMENT 1. Algemene bepalingen Begripsbepalingen 1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. 1.2 Gezondheidsgegevens / Bijzondere

Nadere informatie

1. In artikel 15a, eerste lid, wordt daartoe toestemming heeft gegeven vervangen door: daartoe uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven.

1. In artikel 15a, eerste lid, wordt daartoe toestemming heeft gegeven vervangen door: daartoe uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven. 33 509 Wijziging van de Wet cliëntenrechten zorg, de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg, de Wet marktordening gezondheidszorg en de Zorgverzekeringswet (cliëntenrechten bij elektronische verwerking

Nadere informatie

Geheimhouding van medische gegevens

Geheimhouding van medische gegevens Geheimhouding van medische gegevens Dit informatieblad is bestemd voor de verantwoordelijke, dat is degene die voor eigen doeleinden persoonsgegevens van anderen gebruikt. DIT INFORMATIEBLAD GAAT IN OP

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2012 Nr. 170 BRIEF

Nadere informatie

Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten?

Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten? Klachtencommissie Huisartsenzorg Midden-Nederland Uitspraak maart 2013 Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten? Klaagster verwijt

Nadere informatie

LET OP: dit is een onbeheerde kopie; de inhoud kan gewijzigd zijn.

LET OP: dit is een onbeheerde kopie; de inhoud kan gewijzigd zijn. Doel Achtergrondinformatie over het beroepsgeheim, de meldcode en zwijgplicht behorende bij de documenten over kindermishandeling, huiselijk geweld en. Reikwijdte MGG Functionaris medisch specialist verpleegkundige

Nadere informatie

R e g i s t r a t i e k a m e r. De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

R e g i s t r a t i e k a m e r. De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, R e g i s t r a t i e k a m e r De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,..'s-Gravenhage, 16 mei 2000.. Onderwerp Advies Wetsvoorstel Advies- en Meldpunten Kindermishandeling Met belangstelling

Nadere informatie

Opleiding FG. De belangrijkste wettelijke kaders. Luuk Arends (advocaat)

Opleiding FG. De belangrijkste wettelijke kaders. Luuk Arends (advocaat) Opleiding FG De belangrijkste wettelijke kaders Luuk Arends (advocaat) Wat staat er op het program? We hebben al 1-7-2017 1-1-2018 En wat nog meer? artikel 8 EVRM artikel 10 Grondwet 1. Ieder heeft, behoudens

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de mogelijkheid ambtshalve gegevens toe te voegen aan het procesdossier van een minderjarige MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN 1.

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan derden. Oordeel

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan derden. Oordeel Rapport Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan derden. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gedeeltelijk gegrond.

Nadere informatie

NVAB. A. ter Linden en N.M. van Seumeren

NVAB. A. ter Linden en N.M. van Seumeren R e g i s t r a t i e k a m e r NVAB bs/ep 2000-206 A. ter Linden en N.M. van Seumeren070-3811358..'s-Gravenhage, 20 juni 2001.. Onderwerp Bijlage 5 reïntegratieplan Bij brief met bijlagen van 19 oktober

Nadere informatie

Privacyreglement Cliënten Ons Tweede Thuis. Vastgesteld September 2015 (met tekstuele wijzigingen AVG 25 mei 2018)

Privacyreglement Cliënten Ons Tweede Thuis. Vastgesteld September 2015 (met tekstuele wijzigingen AVG 25 mei 2018) Privacyreglement Cliënten Ons Tweede Thuis Vastgesteld September 2015 (met tekstuele wijzigingen AVG 25 mei 2018) Inhoud 1. Inleiding... 3 1.1 Doel van het reglement... 3 2. Algemene bepalingen... 3 2.1

Nadere informatie

Verwerking van de verstrekte gegevens door de Politie vindt plaats overeenkomstig de Wet Politie Gegevens.

Verwerking van de verstrekte gegevens door de Politie vindt plaats overeenkomstig de Wet Politie Gegevens. Bijlage 5: GEGEVENSVERWERKING IN HET KADER VAN DEZE HANDREIKING Gegevens die worden verwerkt Onder "signaal" Mensenhandel wordt in deze handreiking verstaan hetgeen daarmee in bijlage 3 van de Aanwijzing

Nadere informatie

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon.

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon. Privacyreglement Intermedica Kliniek Geldermalsen Versie 2, 4 juli 2012 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare

Nadere informatie

a) Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

a) Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. Privacyreglement QPPS LIFETIMEDEVELOPMENT QPPS LIFETIMEDEVELOPMENT treft hierbij een schriftelijke regeling conform de Wet Bescherming Persoonsgegevens voor de verwerking van cliëntgegevens. Vastgelegd

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus EH DEN HAAG

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus EH DEN HAAG POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086

Rapport. Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086 Rapport Datum: 4 mei 2007 Rapportnummer: 2007/086 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de officier van justitie te Groningen op 10 februari 2006 heeft geweigerd haar een kopie te verstrekken van de foto

Nadere informatie

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon;

c) persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; Privacyreglement ArboVitale ArboVitale vindt het belangrijk dat u uitleg krijgt over hoe ArboVitale persoonsgegevens beschermt en hoe onze medewerkers om gaan met privacygevoelige informatie. Paragraaf

Nadere informatie

Beoordeling Bevindingen

Beoordeling Bevindingen Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat (de sociale recherche van) de gemeente Delft de in en om haar woning gemaakte foto's tezamen met een rapport heeft gestuurd naar woningbouwvereniging Vestia.

Nadere informatie

Privacyreglement van Stichting 070Watt;

Privacyreglement van Stichting 070Watt; Privacyreglement van Stichting 070Watt; Stichting 070Watt treft hierbij een schriftelijke regeling conform de Wet Bescherming Persoonsgegevens voor de verwerking van cliëntgegevens. Vastgelegd zijn hiermee

Nadere informatie

Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek.

Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek. Handleiding voor de deken ter waarborging van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van advocaten bij extern onderzoek Maart 2013 Vastgesteld door de algemene raad op 4 maart 2013 1 Voorwoord

Nadere informatie

Samenwerkingsverbanden en de AVG

Samenwerkingsverbanden en de AVG Realisatie Handreiking Samenwerkingsverbanden en de AVG Deel 2 Uitwisseling van persoonsgegevens Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Doel en grondslag...4 2.1 Wat zegt de AVG?...4 2.1.1 Noodzakelijkheidsvereiste...4

Nadere informatie

Inleiding. 1 Strafrecht

Inleiding. 1 Strafrecht Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen

Nadere informatie

Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP); Burgerlijk Wetboek, boek 7: (overeenkomst inzake geneeskundige behandeling (WGBO);

Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP); Burgerlijk Wetboek, boek 7: (overeenkomst inzake geneeskundige behandeling (WGBO); Privacyreglement Kraamfaam Inleiding Kraamfaam heeft ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer van haar cliënten een reglement opgesteld, houdende de regels voor Kraamfaam voor de registratie van

Nadere informatie

Waar loopt de zorgaanbieder tegen aan?

Waar loopt de zorgaanbieder tegen aan? Waar loopt de zorgaanbieder tegen aan? Dilemma s rond het beroepsgeheim 28 februari 2013 Mw. Mr. Dr. Nicole de Bijl Stafjurist Laurentius Ziekenhuis Roermond Te bespreken 1. Juridische uitgangspunten beroepsgeheim

Nadere informatie

Privacyreglement/ Geheimhouding

Privacyreglement/ Geheimhouding / Geheimhouding Autoschadetraining.nl B.V. en Ecarr Inleiding Autoschadetraining.nl B.V. hecht veel waarde aan zorgvuldigheid met betrekking tot klantgegevens, klanten moeten ervan op aan kunnen dat gevoelige,

Nadere informatie

De minister van Justitie De heer dr E.M.H. Hirsch Ballin Postbus EH Den Haag

De minister van Justitie De heer dr E.M.H. Hirsch Ballin Postbus EH Den Haag POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De minister van Justitie De heer

Nadere informatie

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING Publicatieblad van de Europese Unie L 112 I Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 62e jaargang 26 april 2019 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

Nadere informatie

Stelling 1 De cliënt is eigenaar van zijn eigen ondersteuningsplan

Stelling 1 De cliënt is eigenaar van zijn eigen ondersteuningsplan Stelling 1 De cliënt is eigenaar van zijn eigen ondersteuningsplan Niet waar Eigendom is het meest omvattende recht dat iemand op een zaak kan hebben. Een eigenaar kan alles met zijn eigendom doen, tenzij

Nadere informatie

Privacyreglement Bureau Beckers

Privacyreglement Bureau Beckers Privacyreglement Bureau Beckers Bureau Beckers houdt zich aan het privacyreglement zoals dat door de Branchevereniging wordt aangegeven en in het vervolg van dit document is opgenomen. De nu volgende aandachtspunten

Nadere informatie

ARTIKEL 3 Totstandkoming van de behandelingsovereenkomst

ARTIKEL 3 Totstandkoming van de behandelingsovereenkomst Algemene voorwaarden ARTIKEL 1 Definities en begrippen In deze voorwaarden wordt verstaan onder: Opdrachtgever: degene die voor zichzelf of voor een bepaalde derde een behandelingsovereenkomst sluit met

Nadere informatie

Rechten van uw patiënt

Rechten van uw patiënt Dit informatieblad is bestemd voor de verantwoordelijke, dat is degene die voor eigen doeleinden persoonsgegevens anderen gebruikt. DIT INFORMATIEBLAD GAAT IN OP DE VOLGENDE VRAGEN: Heeft een recht op

Nadere informatie

Privacy reglement / Geheimhouding

Privacy reglement / Geheimhouding Privacy reglement / Geheimhouding Frans Hoevenaars / Thea van Zevenbergen Dit document is het privacy reglement van Anchore 2 B.V. Het is een onderdeel van het kwaliteitshandboek.. Anchore 2, Kijk vooruit

Nadere informatie

Uitbrengen van de rapportage Aanbevelingen voor psychiaters en psychologen pj rapporteurs. 1. Informatieplicht

Uitbrengen van de rapportage Aanbevelingen voor psychiaters en psychologen pj rapporteurs. 1. Informatieplicht Uitbrengen van de rapportage Aanbevelingen voor psychiaters en psychologen pj rapporteurs 1. Informatieplicht De NIP code (2007) is hierin duidelijk. Bij het aangaan van de professionele relatie dient

Nadere informatie

Ontwerpbesluit inzake de verklaring omtrent de rechtmatigheid van de verwerking pre-employment screening van Randstad Nederland B.V.

Ontwerpbesluit inzake de verklaring omtrent de rechtmatigheid van de verwerking pre-employment screening van Randstad Nederland B.V. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl Ontwerpbesluit inzake de verklaring omtrent de rechtmatigheid

Nadere informatie

Inhoud LIJST VAN VEELGEBRUIKTE AFKORTINGEN 15 VOORWOORD 21 HOOFDSTUK 1 HOOFDSTUK 2. Geheimhoudingsplicht en verschoningsrecht DRUKKLAAR.

Inhoud LIJST VAN VEELGEBRUIKTE AFKORTINGEN 15 VOORWOORD 21 HOOFDSTUK 1 HOOFDSTUK 2. Geheimhoudingsplicht en verschoningsrecht DRUKKLAAR. 5 Inhoud LIJST VAN VEELGEBRUIKTE AFKORTINGEN 15 VOORWOORD 21 HOOFDSTUK 1 Inleiding 25 1.1 Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt 25 1.2 Recente maatschappelijke ontwikkelingen 26

Nadere informatie

Privacyprotocol. dat de veiligheid van de jeugdige altijd voorop staat en het belang van het kind de eerste overweging moet zijn (art 3 IVRK);

Privacyprotocol. dat de veiligheid van de jeugdige altijd voorop staat en het belang van het kind de eerste overweging moet zijn (art 3 IVRK); Privacyprotocol Protocol Gegevensdeling in het sociale domein JEUGD FOODVALLEY Gelet op: In het bijzonder: Artikel 1 IVRK Artikel 8 EVRM en artikel 10 Grondwet; De Algemene wet bestuursrecht; De Algemene

Nadere informatie

Verkorte inhoudsopgave

Verkorte inhoudsopgave Verkorte inhoudsopgave 1 GEZONDHEIDSSTRAFRECHT, DEFINITIE EN AFBAKENING 1 1.1 Definitie en afbakening 1 1.2 Indeling 1 2 ALGEMENEGEZONDHEIDSRECHTELIJKEREGELINGENEN STRAFRECHT 5 2.1 Inleiding 5 2.2 Geneesmiddelen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2015 Nr. 113 BRIEF

Nadere informatie

Bijlage bij de Deelovereenkomsten inkoopnetwerk Jeugd FoodValley. REGLEMENT Gegevensdeling in het sociale domein JEUGD FOODVALLEY

Bijlage bij de Deelovereenkomsten inkoopnetwerk Jeugd FoodValley. REGLEMENT Gegevensdeling in het sociale domein JEUGD FOODVALLEY Bijlage bij de Deelovereenkomsten inkoopnetwerk Jeugd FoodValley REGLEMENT Gegevensdeling in het sociale domein JEUGD FOODVALLEY De ondergetekenden: De Colleges van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente

Nadere informatie

Ministerie van Veiligheid en Justitie De Staatssecretaris, Postbus EH Den Haag

Ministerie van Veiligheid en Justitie De Staatssecretaris, Postbus EH Den Haag POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN Ministerie van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen.

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en

Nadere informatie

Privacy reglement Kraamzorg Renske Lageveen

Privacy reglement Kraamzorg Renske Lageveen Privacy reglement Kraamzorg Renske Lageveen Inleiding Kraamzorg Renske Lageveen heeft ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer van haar cliënten een reglement opgesteld, houdende de regels voor

Nadere informatie

PRIVACY REGLEMENT MIND-KRACHT

PRIVACY REGLEMENT MIND-KRACHT PRIVACY REGLEMENT MIND-KRACHT Mind-Kracht en de aan haar verbonden hulpverleners zijn wettelijk verplicht om een dossier met betrekking tot de behandeling van de cliënt in te richten. In dit dossier zijn

Nadere informatie

Uw rechten als patiënt

Uw rechten als patiënt Dit informatieblad is bestemd voor de betrokkene, dat is degene wie persoonsgegevens worden gebruikt. DIT INFORMATIEBLAD GAAT IN OP DE VOLGENDE VRAGEN: Heb ik recht op inzage? Heb ik recht op inzage in

Nadere informatie

Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1

Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2011-2012 33 079 Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de wijziging van het recht op inzage, afschrift of uittreksel

Nadere informatie

Privacyreglement Praktijk Denge Conform GGZ Praktijk

Privacyreglement Praktijk Denge Conform GGZ Praktijk Privacyreglement Praktijk Denge Conform GGZ Praktijk Paragraaf 1 Begripsomschrijvingen In dit reglement wordt onder de hierna aangegeven begrippen en termen het volgende verstaan: a. persoonsgegevens:een

Nadere informatie

Privacyreglement OCA(Zorg)

Privacyreglement OCA(Zorg) Privacyreglement OCA(Zorg) Artikel 1 Algemene- en begripsbepalingen 1.1 Tenzij hieronder uitdrukkelijk anders is bepaald worden termen in dit reglement gebruikt in de betekenis die de Wet Bescherming Persoonsgegevens

Nadere informatie

de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke

de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke Privacyreglement 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 0 33 079 Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de wijziging van het recht op inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden

Nadere informatie

Gedragscode Persoonlijk Onderzoek

Gedragscode Persoonlijk Onderzoek Gedragscode Persoonlijk Onderzoek Bijlage 1.C Januari 2004 Deze gedragscode is opgesteld door het Verbond van Verzekeraars en is bestemd voor verzekeraars, lid van het Verbond, onderzoeksbureaus die werken

Nadere informatie

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder:

In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming persoonsgegevens (Staatsblad 2000, 302) verstaan onder: Privacy Reglement Second Chance Force Versie 1.1, datum 31-03-2015 PARAGRAAF 1: Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepaling In dit reglement wordt in aansluiting bij en in aanvulling op de Wet bescherming

Nadere informatie

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Gelet op artikel 55 lid 3 Verordening EU 2016/679 en artikel 45 lid 2 van de Richtlijn EU 2016/680, gehoord

Nadere informatie

Wetsvoorstel Wkkgz, klachten en geschillen

Wetsvoorstel Wkkgz, klachten en geschillen Wetsvoorstel Wkkgz, klachten en geschillen Studiemiddag 13 mei 2014 Mr. M. (Menno) Mostert Opbouw 1. Vooraf 2. Het wetsvoorstel; klachten 3. Het wetsvoorstel; geschillen 4. Het wetsvoorstel; geheimhouding

Nadere informatie

KLACHTENREGELING MEANDER MEDISCH CENTRUM

KLACHTENREGELING MEANDER MEDISCH CENTRUM KLACHTENREGELING MEANDER MEDISCH CENTRUM Inleiding Wij willen onze patiënten de best mogelijke zorg bieden. Elke dag opnieuw. Toch kan het gebeuren dat u niet tevreden bent over de wijze waarop de zorg

Nadere informatie

Dit document geeft juridische informatie bij de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling om de beroepskracht te ondersteunen.

Dit document geeft juridische informatie bij de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling om de beroepskracht te ondersteunen. Juridische informatie bij de Meldcode HG & KM Dit document geeft juridische informatie bij de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling om de beroepskracht te ondersteunen. In het eerste deel wordt

Nadere informatie

Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.)

Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.) Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.) 1. Begripsbepalingen 1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare

Nadere informatie

8.50 Privacyreglement

8.50 Privacyreglement 1.0 Begripsbepalingen 1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; 2. Zorggegevens: persoonsgegevens die direct of indirect betrekking hebben

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

Beroepsgeheim en verschoningsrecht, reikwijdte discussies

Beroepsgeheim en verschoningsrecht, reikwijdte discussies FORUM Beroepsgeheim en verschoningsrecht, reikwijdte discussies Mr. W.R. Kastelein * 1. Inleiding In de zorg is veel te doen over de reikwijdte van het beroepsgeheim en het verschoningsrecht. De discussie

Nadere informatie

Ook zet het CBP vraagtekens bij de noodzaak voor het van toepassing verklaren van het gehele hoofdstuk VIII van de AWBZ.

Ook zet het CBP vraagtekens bij de noodzaak voor het van toepassing verklaren van het gehele hoofdstuk VIII van de AWBZ. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN de Minister van Justitie DATUM 2

Nadere informatie

In de Gemeentewet zijn mogelijkheden opgenomen om besloten bijeenkomsten te houden en om geheimhouding op te leggen ten behoeve van stukken.

In de Gemeentewet zijn mogelijkheden opgenomen om besloten bijeenkomsten te houden en om geheimhouding op te leggen ten behoeve van stukken. Nota Geheimhouding Inleiding In een democratie is transparantie van bestuur erg belangrijk. Dit betekent dat zoveel mogelijk in het openbaar besproken moet worden en dat achterliggende stukken openbaar

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni Rapportnummer: 2012/101

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni Rapportnummer: 2012/101 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: 13 juni 2012 Rapportnummer: 2012/101 2 Feiten Verzoekster was werkzaam bij het gerechtshof te Den Haag. Op

Nadere informatie

Begripsomschrijvingen Persoonsgegevens Persoonsregistratie Patiënt Verantwoordelijke Hulpverlener Personeel Bewerker Derde Verstrekken van

Begripsomschrijvingen Persoonsgegevens Persoonsregistratie Patiënt Verantwoordelijke Hulpverlener Personeel Bewerker Derde Verstrekken van Privacyreglement B.V. Vicino Noord-Holland Noord (hierna: Vicino) en de aan haar verbonden hulpverleners zijn wettelijk verplicht om een medisch dossier met betrekking tot de behandeling van de patiënt

Nadere informatie

PROFESSIONEEL STATUUT van de Indicerende en adviserende Artsen

PROFESSIONEEL STATUUT van de Indicerende en adviserende Artsen PROFESSIONEEL STATUUT van de Indicerende en adviserende Artsen Werkgever en arts Overwegende 1. dat de cliënt moet kunnen rekenen dat hij een zelfstandige en onafhankelijke sociaal medische beoordeling

Nadere informatie

Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO)

Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) Hieronder vindt u een samenvatting van de inhoud van de WGBO. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar het Burgerlijk Wetboek Boek 7: Bijzondere

Nadere informatie

In dit reglement zullen we vastleggen hoe bij SPEL de privacy van persoonsgegevens is vastgesteld.

In dit reglement zullen we vastleggen hoe bij SPEL de privacy van persoonsgegevens is vastgesteld. Privacyreglement Inleiding: Ouders en kinderen van SPEL moeten er van op aan kunnen dat er zorgvuldig wordt omgegaan met wat hij/zij aan een professional vertelt en dat er niets buiten hem/haar om gebeurt.

Nadere informatie

verklaring omtrent rechtmatigheid

verklaring omtrent rechtmatigheid POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Raad Nederlandse Detailhandel DATUM 17 juni

Nadere informatie

Gedragscode Persoonlijk Onderzoek. 21 december 2011

Gedragscode Persoonlijk Onderzoek. 21 december 2011 Gedragscode Persoonlijk Onderzoek 21 december 2011 Inleiding Verzekeraars leggen gegevens vast die nodig zijn voor het sluiten van de verzekeringsovereenkomst en die van belang zijn voor het nakomen van

Nadere informatie

1.1 Persoonsgegevens: Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

1.1 Persoonsgegevens: Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. 1. Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsbepalingen: 1.1 Persoonsgegevens: Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon. 1.2 Gezondheidsgegevens: Persoonsgegevens

Nadere informatie