VERDIEPING OPDRACHT 1 FICTIE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VERDIEPING OPDRACHT 1 FICTIE"

Transcriptie

1 VERDIEPING 2 FICTIE OPDRACHT 1 Een ekroond oek is een oek dat een prijs heeft gewonnen. Elk jaar worden er verschillende prijzen uit gereikt. Vooreelden van prijzen zijn: de Gouden en Zilveren Griffel, de Gouden en Zilveren Zoen en de Prijs van de Jonge Jury. a He je wel eens van een van deze prijzen gehoord? Zo ja, van welke dan? d De winnaars van de Griffels en de Zoenen worden epaald door volwassenen. De winnaar van de Jonge Jury wordt epaald door jongeren die hun stem uitrengen op hun favoriete oek. Zou jij eerder een oek met een Griffel of een Zoen kiezen, of zou je eerder een oek kiezen dat ekroond is door de Jonge Jury? Leg je antwoord uit. c Ken je een oek dat ekroond is? Noem de titel. De iliotheek geeft met logo s aan dat een oek een prijs heeft gewonnen. Hier zie je deze logo s. Stel, je ent in de iliotheek om een oek te kiezen. Maakt het dan voor jou uit of een oek ekroond is of niet? Leg je antwoord uit. e f De schrijvers Carry Slee en Francine Oomen zijn meerdere keren ekroond door de Jonge Jury. Waarom is dit zo, denk je? Wat wordt er edoeld met de slagzin: De Jonge Jury dat en jij? HOOFDSTUK 2 FICTIE VERDIEPING 37

2 GRAMMATICA OPDRACHT 2 Lees de leertekst Het WG ijzondere gevallen. HET WG BIJZONDERE GEVALLEN In het werkwoordelijk gezegde (WG) zitten alleen maar werkwoorden. Er zijn echter ijzondere gevallen van het WG. Je kent er misschien al twee: 1 splitsaar werkwoord WG WG / Brugklassers / dringen / in de kantine / voor. / 2 te + hele werkwoord WG WG / Brugklassers / staan / in de gangen / te dringen. / Er is nog een derde ijzonder geval: 3 wederkerend werkwoord Zo noemen we een werkwoord dat zich ij zich heeft. WG WG WG / Adnan / heeft / zich / ehoorlijk / vergist. / Het woordje zich staat altijd apart tussen zinsdeelstrepen en hoort in het WG. a Onderstreep de persoonsvorm en zet zinsdeelstrepen. Benoem het werkwoordelijk gezegde. Let op de ijzondere gevallen. aan mijn opa te schrijven. 4 Een patatje evat te veel 1 Hij heeft zich de hele calorieën. zondag zitten vervelen. 5 De renner herinnerde zich 2 Was jij af en toe ook af? niets meer van zijn val op de 3 Mijn moeder zit een rief Belgische kasseien. 38 HOOFDSTUK 2 GRAMMATICA VERDIEPING

3 OPDRACHT 3 Soms verandert het woordje zich in een zin: Jij het (zich) je ehoorlijk vergist. Vul de juiste vormen achter zich in: a Ik verveel (zich) soms op zondag. In die jongen he je (zich) ehoorlijk vergist. c We herinneren (zich) niets van dat ongeluk. d Jullie zouden (zich) moeten schamen! e Hij zou (zich) eens eter moeten scheren. 4 Alle haaien voeden zich met andere levende wezens. 5 De haai eweegt zich voort door middel van zijn vinnen. 6 De prijs van een kommetje haaienvinnensoep schijnt te kunnen oplopen tot 65. OPDRACHT 4 a Onderstreep in de volgende zinnen de persoonsvorm en zet zinsdeelstrepen. Benoem het werkwoordelijk gezegde. Let op de ijzondere gevallen. c Benoem het onderwerp. 1 Op de wereld estaan een kleine 400 soorten haaien. 2 Slechts een paar soorten leveren gevaar op voor de mens. 3 Vooral voor de kusten van Zuid-Afrika en Australië kunnen haaien mensen aanvallen. 7 Vissers snijden daarvoor orst- en rugvinnen af. SPELLING OPDRACHT 5 In de zinnen staan meer persoonsvormen. Schrijf ze in de verleden tijd. a (schaatsen, fietsen) Marloes en ijna elke dag. (planten, oogsten) De oer de prei te dicht op elkaar, waardoor hij weinig. c (weten, antwoorden) Dat we nog niet, de rechercheur. d (laffen, even) De herdershond, waardoor de poesjes als rietjes. e (laten, springen) De lammetjes klagend, toen de vos over het hek. HOOFDSTUK 2 GRAMMATICA SPELLING VERDIEPING 39

4 OPDRACHT 6 Let goed op! Schrijf de verkleinwoorden van de zelfstandige naamwoorden op. a taxi jongen c hoy d Wat valt je op? OPDRACHT 7 Schrijf de verkleinwoorden op. Als je niet weet hoe je het woord schrijft, kijk dan in het woordenoek. a chocolade machine c karonade d vitamine LEZEN TEKST 1 NOG DRIE WACHTENDEN MET U I II III IV V Aan de heer Ward, directeur IKEA Nederland, Dat ik deze rief aan u richt, is een eetje toevallig. Maar de laatste keer dat ik ergens telefonisch in de wacht hing, was ij uw edrijf. De Billy, die ik ij u gekocht had, paste niet in de auto. Ik wilde hem thuis laten afleveren, maar juist die dag was er een computerstoring. Kast kwijt, klantenservice ellen en dus lang wachten. Kan zelfs het este edrijf overkomen. Maar terwijl ik aan de telefoon een tijdje naar een krakerig muziekje luisterde afgewisseld met nog een momentje geduld alstulieft edacht ik het volgende. Als klanten die lang in de wacht staan nu eens op hekje kunnen toetsen. Als er twee mensen een # ingetoetst heen, worden ze met elkaar veronden. Kunnen ze een praatje maken. Veel leuker dan in de wacht hangen. En je spreekt nog eens iemand. De computerstem moet natuurlijk wel even uitleggen hoe het werkt, nadat ze eleefd om egrip heeft gevraagd voor de langere wachttijden. Ook estaat het gevaar dat mensen niet uitgekletst raken. Die mensen zouden na hun contact met de klantenservice weer terug in de telefonische wachtkamer kunnen komen. Toets * als u dit gesprek later wilt voortzetten. Wellicht dat u het wat vindt. Ik hoef voor ovenstaand voorstel niets te heen. Tenzij u ergens een Hoppa heeft liggen. VI Met vriendelijke groet, Flip de Jong 40 HOOFDSTUK 2 SPELLING LEZEN VERDIEPING Bron: Ted Zomerspecial 2007

5 OPDRACHT 8 Lees tekst 1 nauwkeurig. a Wat voor een soort tekst is tekst 1? f Waarom luidt de titel Nog drie wachtenden met u in plaats van voor u? Noteer de titel van deze tekst. c Verdeel de alinea s in de driedeling die je geleerd het. alinea( s) alinea( s) alinea( s) OPDRACHT 9 Geruik tekst 1 ij deze opdrachten. a Wat zijn de Billy (alinea II) en de Hoppa (alinea V)? Waar verwijst hem naar in Ik wilde hem thuis laten afleveren... (alinea II)? c Waar verwijst ze naar in worden ze met elkaar veronden (alinea III)? SCHRIJVEN OPDRACHT 10 Schrijf een tekst van drie alinea s voor ouders van jouw klasgenoten over het kamp waar jullie in het voorjaar naartoe gaan. Geruik een inleiding waarin je het onderwerp noemt. Vraag in je kern of er ouders zijn die willen helpen tijdens die dagen. Zorg voor variatie in je zinnen en let op je toon. d Noteer het onderwerp van deze tekst. e Wat is de hoofdgedachte van deze tekst? HOOFDSTUK 2 LEZEN SCHRIJVEN VERDIEPING 41

6 SPREKEN, KIJKEN, LUISTEREN OPDRACHT 11 Stel, je moet van je mentor op een asisschool voorlichting te geven. Als je voorlichting geeft, moet je net als ij een spreekeurt informatie geven. De voorlichting is edoeld voor leerlingen van groep acht. a Kies een geschikt onderwerp voor groep acht. Zoek informatie over je onderwerp. OPDRACHT 12 Deze opdracht doe je in tweetallen. a Vertel elkaar wat het onderwerp is van je voorlichting. Schrijf het onderwerp op van de voorlichting van je klasgenoot. Het onderwerp van mijn klasgenoot is: c d e f De voorlichting die jij gaat geven op de asisschool gaat over het onderwerp van je klasgenoot. Interview je klasgenoot, zodat je een spreekplan kunt schrijven. Vul het schrijfplan in. Geef elkaar voorlichting alsof je groep acht voor je het. Ruil van oek en vul het eoordelingsschema op de volgende ladzijde in. 42 HOOFDSTUK 2 SPREKEN, KIJKEN, LUISTEREN VERDIEPING

7 Schrijfplan Onderwerp inleiding innenkomer opouw spreekeurt drie deelonderwerpen noemen kern deelonderwerp 1: deelonderwerp 2: deelonderwerp 3: slot afsluiting Beoordelingsschema ging goed kan eter inleiding kern (drie deelonderwerpen) slot presentatie (volume, tempo) De spreker hield rekening met zijn puliek: kinderen van groep acht. HOOFDSTUK 2 SPREKEN, KIJKEN, LUISTEREN VERDIEPING 43

8 WOORDEN OPDRACHT 13 Zelf zinnen maken. a Bedenk ij elk van de volgende woorden een zin: positie favoriet formeel genomineerde. OPDRACHT 15 a Het achtervoegsel -aar in verzamelaar maakt duidelijk dat het om iemand met een epaald eroep of een epaalde hoy gaat. Schrijf nog drie afleidingen met -aar op. Bekijk de woorden overelichten en overgewicht. Wat etekent het voorvoegsel over- in deze woorden? c Wat etekent het voorvoegsel over- in het onzinwoord overjakken? Kijk of de woorden kloppen door ze te d Maak zelf ook twee onzinwoorden met vervangen door de etekenis. het voorvoegsel over-. OPDRACHT 14 Vul de voor- en achtervoegsels in het schema in. Vul daarna ook de etekenis in. Kies uit: anti-, her-, -iste, -achtig. e Schrijf drie afleidingen met het achtervoegsel -loos op. voorvoegsel etekenis f Wat etekent het achtervoegsel -loos in deze woorden? achtervoegsel etekenis 44 HOOFDSTUK 2 WOORDEN VERDIEPING

9 INFORMATIE OPDRACHT 16 Bekijk ron 1. a Wat is de titel/de naam van deze wesite? Zet een cirkel om het logo van deze wesite. BRON 1 OPDRACHT 17 Geef aan op welke link je klikt als je iets op de site wilt doen of vinden. Schrijf de letter van de vraag in ron 1 (ijvooreeld de letter a). a Je wilt je graag inschrijven voor deze dichtwedstrijd. Je wilt enkele foto s ekijken. c Je wilt andere links ekijken. d Je wilt de organisatie en. e Je wilt online een gedicht insturen. f Je wilt een gedichtenundel estellen. g Je wilt meer informatie over de dichter Ingmar Heytze. HOOFDSTUK 2 INFORMATIE VERDIEPING 45

In de tekst komen moeilijke woorden voor. In stap 4 achterhalen de kinderen de betekenis hiervan.

In de tekst komen moeilijke woorden voor. In stap 4 achterhalen de kinderen de betekenis hiervan. HANDLEIDING lok 3, week 3, les 2 groep 5-6 achtergrondinformatie Leesstrategie alle leesstrategieën Lesdoelen De kinderen kunnen: de tekst ekijken voordat ze gaan lezen (stap 1 t/m 3) edenken wat ze moeten

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. Zonder hulp: onduidelijkheden ophelderen 1. Lees de tekst actief. Schrijf de volgende tekens in de kantlijn bij de tekst om te laten zien dat je actief leest. X Dit klopt niet met wat ik al wist/dacht.

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. 1. Kijk naar de titel en de tussenkopjes van de tekst. Kijk ook naar het plaatje. Waar gaat de tekst over? 2. Tijdens deze les let je extra op moeilijke woorden in de tekst. Kies of je opdracht 1 met hulp

Nadere informatie

Nederlands. Luisteren. Voor 1F Deel 1 van 2

Nederlands. Luisteren. Voor 1F Deel 1 van 2 Nederlands Luisteren Voor 1F Deel 1 van 2 Colofon Uitgeverij: Edu Actief.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Mieke Lens Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Titel: Nederlands Luisteren

Nadere informatie

Tekst lezen en verwijswoorden begrijpen

Tekst lezen en verwijswoorden begrijpen Tekst lezen en verwijswoorden begrijpen 1. Lees de tekst met het stappenplan. In de tekst staan veel verwijswoorden, zoals hij, zij en dat. Markeer de woorden tijdens het lezen. Kom je nog moeilijke woorden

Nadere informatie

Tekst lezen zonder hulp: samenvatten

Tekst lezen zonder hulp: samenvatten 1. Bekijk de buitenkant van de tekst: de titel, de tussenkopjes en het plaatje. De tekst gaat over de laatste speelgoedrage: de fidget spinner. Wat gaat de tekst je hierover vertellen, denk je? 2. Welke

Nadere informatie

Je gaat een tekst lezen over insecten eten. Lees de uitleg hierna en lees de tekst. Maak dan de vragen.

Je gaat een tekst lezen over insecten eten. Lees de uitleg hierna en lees de tekst. Maak dan de vragen. 2015 lok 2, week 7, les 1 Groep 5-6 Hoe vat ik samen? Wat ga je leren? Je kunt straks: vertellen wat de hoofdgedachte is de hoofdgedachte in de tekst vinden uitleggen hoe je de hoofdgedachte kunt geruiken

Nadere informatie

Welk plaatje past bij de tekst?

Welk plaatje past bij de tekst? 2014 lok 1, week 6, les 1 Groep 5-6 Welk plaatje past ij de tekst? Wat ga je leren? Je kunt straks: uitleggen waarom het handig is dat je tijdens het lezen plaatjes maakt in je hoofd vertellen hoe de plaatjes

Nadere informatie

Perspectief 3 e editie 3 / 4 VMBO Project Doorgeven

Perspectief 3 e editie 3 / 4 VMBO Project Doorgeven Perspectief 3 e editie 3 / 4 VMBO Project Doorgeven 0. Start In dit project ga je aan de slag met verschillende manieren en vormen van doorgeven. Wat heb je zelf van huis uit meegekregen? En wat mogen

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp

Nadere informatie

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam. Formeel en informeel Tijdens je stage praat je veel met mensen. Soms is het een officieel gesprek, soms een gezellig praatje met een collega. Dit noem je formele en informele gesprekken. Formeel betekent

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk Antoniusschool Groep 5/6 Let op: deze heb je het hele schooljaar nodig! Hoe maak je een spreekbeurt? Mijn voorbereiding: 1. Je kiest

Nadere informatie

Wat doe ik als ik het niet meer snap?

Wat doe ik als ik het niet meer snap? 2014 lok 2, week 4, les 1 Groep 5-6 Wat doe ik als ik het niet meer snap? Wat ga je leren? Je kunt straks: de etekenis van een onekend woord zoeken in de tekst Wat ga je doen? Je gaat een tekst lezen over

Nadere informatie

Je kunt straks: uitleggen wat letterlijk en figuurlijk is vertellen dat de schrijver soms iets anders bedoelt dan wat er staat

Je kunt straks: uitleggen wat letterlijk en figuurlijk is vertellen dat de schrijver soms iets anders bedoelt dan wat er staat 2014 lok 2, week 4, les 1 Groep 7-8 Herstellen Wat ga je leren? Je kunt straks: uitleggen wat letterlijk en figuurlijk is vertellen dat de schrijver soms iets anders edoelt dan wat er staat Wat ga je doen?

Nadere informatie

Perspectief 3 e editie 3 hv Project duurzaamheid

Perspectief 3 e editie 3 hv Project duurzaamheid Perspectief 3 e editie 3 hv Project duurzaamheid 1. Start Duurzaam leven is belangrijk. Als we dat niet doen, is de aarde in de toekomst niet meer leefbaar. De gevolgen van onze leefstijl zijn nu al te

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2018-2019 Klas: HV1 Lesperiode: 1 + 2 Diploma grammatica Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: Grammatica HF 1 t/m 6 Bladzijde: 25 t/m 30, 67 t/m 72, 109 t/m 114, 151 t/m 156, 193 t/m 198, 235

Nadere informatie

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - I Oefenen met observeren 1. Het woordenschilderij A Kijk 60 seconden heel goed

Nadere informatie

Met hulp: ophelderen van onduidelijkheden

Met hulp: ophelderen van onduidelijkheden 1. Kijk naar de titel, de tussenkopjes en de afbeelding bij de tekst. Waar gaat de tekst over? 2. Bespreek met de klas: wie heeft er thuis een hond? Waar komen deze honden vandaan? Let op: je maakt Opdracht

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Begrijpend lezen Strategie 6 en 7. Extra oefenen Niveau A

Begrijpend lezen Strategie 6 en 7. Extra oefenen Niveau A Begrijpend lezen Strategie 6 en 7 Extra oefenen Niveau A Remediëringsbladen - strategie 6 en 7 Niveau A 2 Je gaat leren om je leesdoel bij een tekst te bepalen en je leert om te controleren of je je leesdoel

Nadere informatie

Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk

Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding In de lesbrieven van het thema Aan het werk hebben jullie

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen Voor welk feest zou je in ieder geval een vrije dag willen hebben? Wat voor tekst schrijf je?

Nadere informatie

WERKBLADEN & HANDLEIDING Maak samen een glossy voor groep 8

WERKBLADEN & HANDLEIDING Maak samen een glossy voor groep 8 EN & HANDLEIDING Maak samen een glossy voor groep 8 Verlaten jouw leerlingen groep 8? Maak samen een afscheidstijdschrift of jaarboek als blijvende herinnering. Naast het kamp en de musical kunnen de leerlingen

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel zuiver morfologisch

Nadere informatie

Lieve juf. werkblad 1. 8 Dichter bij de taal Boom uitgevers Amsterdam,

Lieve juf. werkblad 1. 8 Dichter bij de taal Boom uitgevers Amsterdam, 8 Linda Vogelesang Lieve juf werkblad 1 Luister naar het gedicht. Geef aan welke van de onderstaande woorden in het gedicht voorkomen. juf meester meer weer wel wil held politieagent beesten dieren geeft

Nadere informatie

Kleuren. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Kleuren. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas. Groep: 1/2 3/4 Thema: Kleuren Inhoud: Lied in 2 versies over kleuren. De toonladder, ritmes en spelen met instrumenten. Reageren op kleuren en vormen. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Tijdens het lezen van een tekst,

Nadere informatie

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen Antoniusschool Groep 7/8 Let op: deze heb je het hele schooljaar nodig! Hoe maak je een spreekbeurt? Mijn voorbereiding:

Nadere informatie

Schrijfopdracht 4 Hoe overtuig ik mijn ouder(s)?

Schrijfopdracht 4 Hoe overtuig ik mijn ouder(s)? Leerlingboekje Les 7 en 8 Naam:. Schrijfopdracht 4 Hoe overtuig ik mijn ouder(s)? Groep 7 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen, A. van Gelderen, A. Wijnbergh Illustraties: V. van Asperen

Nadere informatie

Gedocumenteerd schrijven Schrijfopdracht klas 2. Brainstorm maak hieronder je brainstorm inzichtelijk

Gedocumenteerd schrijven Schrijfopdracht klas 2. Brainstorm maak hieronder je brainstorm inzichtelijk Gedocumenteerd schrijven Schrijfopdracht klas 2 Wat? Datum? Aftrek punten paraaf? Hoofdvragen & deelvragen - ½ punt Bronnen (2 verscheidene) - 1 punt 1 e versie - 2 punten Beoordeling (klasgenoot) - ½

Nadere informatie

Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Dat mensen gebruik maken van media is niet nieuw. Er zijn

Nadere informatie

Wat weet je al? Je gaat bekijken wat je al over de overheid weet.

Wat weet je al? Je gaat bekijken wat je al over de overheid weet. TAAK Wat heb je aan de overheid? In de taak van hoofdstuk 12 ga je ontdekken wat je aan de overheid hebt. Dat doe je in vier deeltaken: 1 Mijn sofi-nummer is 2 Moet de overheid voor werk zorgen? 3 Geen

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren

Nadere informatie

HANDLEIDING BLOK 3, WEEK 1, LES 1 GROEP 5-6

HANDLEIDING BLOK 3, WEEK 1, LES 1 GROEP 5-6 HANDLEIDING BLOK 3, WEEK, LES GROEP -6 achtergrondinformatie Leesstrategie Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel epalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen welke teksten passen ij het leesdoel zin om

Nadere informatie

Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in.

Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in. 6 Kees Spiering Thuis werkblad 1 Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in. Thuis Kees Spiering Alsof je een plek (1). Om je heen kijkt en weet dat je thuis bent.

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan Stageverslag klas 9 Parcival College 2013 Inhoudsopgave Stages Het zoeken van een stageplaats Stappenplan Tijdens je stage Doel van de stage Stageprogramma Voorbereiding en afsluiting Waar moet je op letten

Nadere informatie

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen? werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen? Noteer ook 2 reservekeuzen: 1. 2. 1. Wat weet je al van dit beroep? Schrijf het

Nadere informatie

Getekende woorden. 1 Bekijk de bladzijde. Welke woorden vallen meteen op?

Getekende woorden. 1 Bekijk de bladzijde. Welke woorden vallen meteen op? 1 Getekende woorden 1 Bekijk de bladzijde. Welke woorden vallen meteen op? 2 Bekijk kwetterden. Het is eigenlijk niet geschreven maar getekend. Waarom is het zo getekend? Leg uit. Fragment uit: Fantasia

Nadere informatie

WAT IS HET PROBLEEM?

WAT IS HET PROBLEEM? Wat weten volwassenen van internet? Misschien wel minder dan jij. Daarom ga jij ze een presentatie geven over internet. Lees hier hoe je dat kunt aanpakken! WAT IS HET PROBLEEM? Je hoort en leest alsmaar

Nadere informatie

Voorwoord. Beste leerling,

Voorwoord. Beste leerling, Voorwoord Beste leerling, Binnenkort ga jij 2 weken meelopen op een middelbare school. Dat is natuurlijk ontzettend spannend, maar ook erg leuk! Dit boek gaat jou helpen om alles wat je leert en meemaakt

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Lesperiode: 1 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Ik in mijn stad. projectdag 1. Wat is de bedoeling? Hoe pak je het aan? Wat is het resultaat? Vooruitblik

Ik in mijn stad. projectdag 1. Wat is de bedoeling? Hoe pak je het aan? Wat is het resultaat? Vooruitblik Ik in mijn stad projectdag 1 Wat is de bedoeling? Vandaag beschrijf je jouw eigen ervaringen in de stad waarin je woont. Vervolgens verdiep je je in kleine groepjes in een wijk, en maak je over deze wijk

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

LESBRIEF GROEP THEMA: CHINA

LESBRIEF GROEP THEMA: CHINA LESBRIEF GROEP 5 + 6 THEMA: CHINA Verwerkingsopdrachten & kopieerbladen voor Samsam nr. 1, 2017 Zo gebruikt u Samsam in de klas Weinig tijd: bekijk de filmpjes bij opdracht 1. Verdieping: kopieer de werkbladen

Nadere informatie

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden;

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden; Lesbrief 1 Beroemd worden Voorbereiding Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden; - De leerlingen kennen de verschillende

Nadere informatie

Jeugd Verkeerskrant 7 Zie je mij?

Jeugd Verkeerskrant 7 Zie je mij? Jeugd Verkeerskrant 7 Zie je mij? Een uitgave van Veilig Verkeer Nederland, schooljaar 2016-2017 groep 7/8 TRANSPORT Filmpje kijken Bekijk samen het filmpje. http://veilig-op-weg.nl/lesprogramma#trailer

Nadere informatie

Begrijpend lezen Strategie 6 & 7. Extra oefenen Niveau B

Begrijpend lezen Strategie 6 & 7. Extra oefenen Niveau B Begrijpend lezen Strategie 6 & 7 Extra oefenen Niveau B Remediëringsbladen - strategie 6 en 7 Niveau B 2 Je gaat leren om je leesdoel bij een tekst te bepalen en je leert om te controleren of je je leesdoel

Nadere informatie

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken Les 1: Verklaren hoe planten groeien Wat ga je schrijven: een verklarende tekst Hoe komt het eigenlijk dat planten groeien? Je schrijft een verklarende tekst voor leerlingen van een andere klas. Welke

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands Klas: IG2 MH/HV Onderdeel: Spelling - ANV Aantal lessen per week: 2 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode F Spelling: verdubbeling en verenkeling. F

Nadere informatie

Activiteit: Filosoferen met kinderen over taal

Activiteit: Filosoferen met kinderen over taal Activiteit: Filosoferen met kinderen over taal Doelgroep groepen 5 t/m 8 Materialen handleiding Filosoferen met kinderen, informatie en tips schoolbord of flip-over schrijf- of tekenpapier pennen, potloden

Nadere informatie

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR Deze lesbrief hoort bij Hoe niemand mij geloofde en ik bijna alles verloor van Gertrud Jetten. In dit boek wil Iris niets liever dan bij haar verzorgpony

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Fictie Klas: MH-1 Lesperiode:1 Taalportfolio In je taalportfolio komen 5 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden de eerste 3 opdrachten beoordeeld

Nadere informatie

Zonder hulp: onduidelijkheden vinden en ophelderen

Zonder hulp: onduidelijkheden vinden en ophelderen 1. Je gaat in groepjes de tekst Strijd tegen namaakmerkkleding lezen. Kijk eerst naar de buitenkant van de tekst. a. Wat is namaakmerkkleding? b. Waarom zou er een strijd tegen namaakmerkkleding zijn?

Nadere informatie

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Uitleg boekverslag en boekbespreking Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2015-2016 Onderdeel: Spelling week 1 t/m week 3 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan een deel

Nadere informatie

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven 4 Lessen Nederlands: Stimuleren vrij lezen, Verhaalfragmenten aanbieden/promopraatjes Nieuw Nederlands Hoofdstuk: Spreken en Gesprekken blz.

Nadere informatie

Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden

Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden Let op: je maakt Opdracht 1 Met hulp óf Opdracht 1 Zonder hulp 1. Lees de uitleg. Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden Als je een tekst actief leest, probeer je de tekst zo goed mogelijk

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet worden.

Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet worden. week 11 10 maart 2014 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Welke plek in de buurt moet opgeknapt worden? Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet

Nadere informatie

Luister naar het lied. Geef aan welke van de onderstaande woorden in het lied voorkomen.

Luister naar het lied. Geef aan welke van de onderstaande woorden in het lied voorkomen. 1 JURK! Dit is het leven werkblad 1 Luister naar het lied. Geef aan welke van de onderstaande woorden in het lied voorkomen. bootjes loodjes baas chef reis vakantie lucht vlucht zucht leven streven zweven

Nadere informatie

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR

HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR HOE NIEMAND MIJ GELOOFDE EN IK BIJNA ALLES VERLOOR Deze lesbrief hoort bij Hoe niemand mij geloofde en ik bijna alles verloor van Gertrud Jetten. In dit boek wil Iris niets liever dan bij haar verzorgpony

Nadere informatie

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Zonder dat we het door hebben worden we steeds asocialer. Dit

Nadere informatie

1 Kies je onderwerp Samen met je buurman of buurvrouw. Ons onderwerp: Voorbeeld: Michael Jackson was de beste artiest ooit! Nu jullie!

1 Kies je onderwerp Samen met je buurman of buurvrouw. Ons onderwerp: Voorbeeld: Michael Jackson was de beste artiest ooit! Nu jullie! Na deze les kun je presenteren in vijf stappen: 1. Kies een onderwerp 2. Bedenk een goede opbouw 3. Verzamel informatie 4. Oefen je presentatie 5. Presenteren maar! 8 Vertel je verhaal Regelmatig moet

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Tijdens het lezen van een tekst,

Nadere informatie

Ontwikkel je eigen ijsje!

Ontwikkel je eigen ijsje! v Ontwikkel je eigen ijsje! In dit stappenplan lees je precies wat je hiervoor moet doen! Het beste ijsje wint! Werkblad 2, 3 en 4 1 Werkblad 2 Eisen aan ijs Welke ijsjes ken je? Schrijf er zoveel mogelijk

Nadere informatie

Huiswerk tips! Speciaal voor jou! Praktijk voor reflexintegratie & kindercoaching

Huiswerk tips! Speciaal voor jou! Praktijk voor reflexintegratie & kindercoaching Speciaal voor jou! De leergierige scholier Huiswerk tips! Praktijk voor reflexintegratie & kindercoaching Schipperswijk 10 9665PM Oude Pekela tel: 06-10318833 info@moniquecoachtkids.nl www.moniquecoachtkids.nl

Nadere informatie

Je kunt straks: uitleggen waarom het handig is dat je tijdens het lezen plaatjes maakt in je hoofd vertellen hoe de plaatjes in jouw hoofd eruitzien

Je kunt straks: uitleggen waarom het handig is dat je tijdens het lezen plaatjes maakt in je hoofd vertellen hoe de plaatjes in jouw hoofd eruitzien 2014 lok 1, week 6, les 1 Groep 7-8 Visualiseren Wat ga je leren? Je kunt straks: uitleggen waarom het handig is dat je tijdens het lezen plaatjes maakt in je hoofd vertellen hoe de plaatjes in jouw hoofd

Nadere informatie

De volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt:

De volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt: Het maken van een leesverslag in klas 3 en 4 VMBO Basis Voor het examenonderdeel fictie moet je een aantal boeken lezen. Gebruik bij het maken van het leesverslag het schema hieronder. Werk het schema

Nadere informatie

Wat voor tekst schrijf je en voor wie?

Wat voor tekst schrijf je en voor wie? Les 1: Het winnende lied Lees wat je gaat doen: Wat voor tekst schrijf je en voor wie? In 1975 heeft Nederland het songfestival voor het laatst gewonnen. Dat is lang geleden. Het zou toch leuk zijn als

Nadere informatie

Zelfstandig naamwoord

Zelfstandig naamwoord 2 Zelfstandig naamwoord 1 Weet jij wat een zelfstandig naamwoord is? Vink aan waar je het aan herkent. Je kunt er meervoud van maken. Je kunt er een voor zetten. Het is meestal een ding. Het is een doe-woord.

Nadere informatie

tip! in leerjaar 1, is nog weinig verschil; mavo mag deze samenvatting ook gebruiken

tip! in leerjaar 1, is nog weinig verschil; mavo mag deze samenvatting ook gebruiken Boekverslag door Tmp_cox 1720 woorden 25 oktober 2012 5.8 259 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands NIEUW NEDERLANDS; Samenvatting, (mavo), havo, vwo hoofdstuk 1 t/m 6 tip! in leerjaar

Nadere informatie

Val op bij je ideale klant met je eigen verhaal in je eigen taal

Val op bij je ideale klant met je eigen verhaal in je eigen taal Val op bij je ideale klant met je eigen verhaal in je eigen taal Schrijf in 4 stappen jouw unieke profieltekst (en plaats m op LinkedIn en je website) In dit stappenplan leer je: - Hoe je een klik krijgt

Nadere informatie

VOOR TIJDENS NA VOORSPELLEN VISUALISEREN BEOORDELEN. Ik maak een prent/film in mijn hoofd. VERBINDEN. Na elke alinea denk ik na.

VOOR TIJDENS NA VOORSPELLEN VISUALISEREN BEOORDELEN. Ik maak een prent/film in mijn hoofd. VERBINDEN. Na elke alinea denk ik na. LES 2 Internet? Yes, maar Dit kan ik al! Ik kan een informatieve tekst herkennen. Ik kan een feit van een mening onderscheiden. WERKBOEK Leesmaatje VOOR TIJDENS NA VOORSPELLEN VISUALISEREN BEOORDELEN Ik

Nadere informatie

Je gaat de leesstrategie Leesdoel bepalen nog eens oefenen. Lees de uitleg hierna. Maak dan de vragen. Lees de tekst nog niet.

Je gaat de leesstrategie Leesdoel bepalen nog eens oefenen. Lees de uitleg hierna. Maak dan de vragen. Lees de tekst nog niet. remedieerlad lok 3, strategie Groep 7-8 Leesdoel epalen Wat ga je doen? Je gaat de leesstrategie Leesdoel epalen nog eens oefenen. Lees de uitleg hierna. Maak dan de vragen. Lees de tekst nog niet. Wat

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling - ANV Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Klas: IG2 HV Onderdeel: Spelling - ANV Aantal lessen per week: 2 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: & 2 Blz. 33 t/m 35 Digitale methode F Spelling: verdubbeling en verenkeling. F Spelling: vorming

Nadere informatie

Lesbrief: Zo verkoop je een boek Thema: Wat is er?

Lesbrief: Zo verkoop je een boek Thema: Wat is er? Lesbrief: Zo verkoop je een boek Thema: Wat is er? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Wanneer jij iets wilt verkopen, moet je altijd rekening houden met je

Nadere informatie

Brief LES. tegelijk GR EN. Groep 7 en 8

Brief LES. tegelijk GR EN. Groep 7 en 8 Brief LES Groep 7 en 8 ALLE FIETSERS TEGELIJK GROEN Deze verkeerslessen gaan over de alle fietsers kruispunten. In 1989 heeft Groningen het eerste kruispunt aangelegd waar de verkeerslichten voor alle

Nadere informatie

Informatieboekje. Spreekbeurt, leeskring en nieuwskring. 2015 / 2016 groep 8

Informatieboekje. Spreekbeurt, leeskring en nieuwskring. 2015 / 2016 groep 8 Informatieboekje Spreekbeurt, leeskring en nieuwskring 2015 / 2016 groep 8 Informatie In dit informatieboekje vind je informatie voor je spreekbeurt, je leeskring en je nieuwskring. De voorbereiding is

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Lezen h 1.2 t/m 5.2 2

Samenvatting Nederlands Lezen h 1.2 t/m 5.2 2 Samenvatting Nederlands Lezen h 1.2 t/m 5.2 2 Samenvatting door Ive 1045 woorden 27 juni 2018 5,3 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Talent Samenvatting Nederlands 1.2 t/m 5.2 1.2 Leesstrategieën

Nadere informatie

Leerlingboekje les 5 en 6. Schrijfopdracht 3: Het dier waar ik op lijk. Groep 6

Leerlingboekje les 5 en 6. Schrijfopdracht 3: Het dier waar ik op lijk. Groep 6 Leerlingboekje les 5 en 6 Naam: Schrijfopdracht 3: Het dier waar ik op lijk Groep 6 Leren schrijven met peer response Tekst: M. Hoogeveen, A. van Gelderen, A. Wijnbergh Illustraties: V. van Asperen SLO,

Nadere informatie

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte Les 1: Een gedicht over Egypte schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje gaat over de situatie

Nadere informatie

oefenbundel voor het vierde leerjaar

oefenbundel voor het vierde leerjaar oefenbundel voor het vierde leerjaar leerinhoud aard bron taal: de persoonsvorm verrijking Tijd voor Taal accent - Taal 4 taalbeschouwing taal: figuurlijk taalgebruik accentactiviteit Tijd voor Taal accent

Nadere informatie

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling? SAMENVATTING In deze les wordt het begrip voedselverspilling geïntroduceerd. De leerlingen maken kennis met een voedselketen en ontdekken welke partijen daarbij betrokken zijn (de schakels in de voedselketen:

Nadere informatie

Werkblad Mijn talenten en werk - kwaliteitenreflectie

Werkblad Mijn talenten en werk - kwaliteitenreflectie Werkblad Mijn talenten en werk - kwaliteitenreflectie Doel: Je onderzoekt hoe jij jouw talenten kunt inzetten in je werk (nu en later). Je gaat een activiteit buiten school onderzoeken. Dit kan zijn: a.

Nadere informatie

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Wat voor tekst ga je schrijven en waarom? Op 31 oktober is het Halloween en op 11 november is het Sint-Maarten. Veel mensen weten niet zo goed wat voor feesten

Nadere informatie

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van:

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van: LEREN LEREN LEREN een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden Hieronder kun je lezen over het leren/maken van: 1. DICTEE 2. TAFELS 3. VRAGEN EN OPDRACHTEN 4. STUKKEN TEKST (bijv. hoofdstuk

Nadere informatie

Wat doen we met de vuile was?

Wat doen we met de vuile was? Door Jn de Wrd Wt doen we met de vuile ws? Inleiding Gechte medewerkers, Ons edrijf komt de ltste tijd hels nogl negtief in het nieuws. Sommigen vn jullie mken zich lijkr schuldig n het [1] vn de vuile

Nadere informatie

Luister naar het lied en lees mee met de tekst. Kies telkens het juiste woord.

Luister naar het lied en lees mee met de tekst. Kies telkens het juiste woord. 11 Marco Borsato Mooi werkblad 1-1 Luister naar het lied en lees mee met de tekst. Kies telkens het juiste woord. Mooi Marco Borsato Hoe val je in slaap? Hoe begint je dag? (1) Ontsluit/Open je je ogen

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID Beleid is alleen nodig als je iets gaat veranderen. INLEIDING Het beleid van een organisatie bepaalt hoe je moet werken en wat de bestuurders belangrijk vinden. Dat beleid

Nadere informatie

Lesbrief bij Als honden konden bidden van Margriet Cobben

Lesbrief bij Als honden konden bidden van Margriet Cobben Lesbrief bij Als honden konden bidden van Margriet Cobben Voor groep 6, 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief Thema s in het boek Lesopzet Doel van de les Uitwerking Bijlage: opdrachtenblad Thema s in het boek

Nadere informatie

Meningsvorming: jij en vluchtelingen

Meningsvorming: jij en vluchtelingen Meningsvorming: jij en vluchtelingen Korte omschrijving Het kan uw leerlingen bijna niet ontgaan zijn dat de Europese Unie te maken heeft met een grote stroom vluchtelingen. Sinds een paar maanden is dit

Nadere informatie

Fictie - Boeken zoeken vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Fictie - Boeken zoeken vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 22 August 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/61660 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van

Nadere informatie

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school werkbladen thema 1 naar een nieuwe school 1.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 Tarik en Zoera gaan naar de inburgeringscursus. waar / niet

Nadere informatie

Werkblad: Vind me dan

Werkblad: Vind me dan Werkblad: Vind me dan Stap 1 Stap 2 Wat is het probleem? Vraag het de natuur! Hoe lost de natuur dit probleem op? Hoe zorgen planten en dieren ervoor dat ze niet opvallen? Kennen jullie voorbeelden? Schrijf

Nadere informatie