RUIMTE VOOR SPELEN. Speelruimtebeleidsplan SPELEN MET RUIMTE. Datum: dinsdag 29 maart Afdeling Gemeentewerken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RUIMTE VOOR SPELEN. Speelruimtebeleidsplan SPELEN MET RUIMTE. Datum: dinsdag 29 maart Afdeling Gemeentewerken"

Transcriptie

1 RUIMTE VOOR SPELEN SPELEN MET RUIMTE Speelruimtebeleidsplan Datum: dinsdag 29 maart 2016 Afdeling Gemeentewerken Gemeente Reimerswaal Oude Plein AK Kruiningen 1

2 Voorwoord In een tijd dat de computer, smartphones en tablets een belangrijk deel van ons leven beheerst, is het van groot belang dat kinderen buiten kunnen spelen. Buiten spelen speelt een belangrijke rol in de gezonde ontwikkeling van kinderen. Bovendien brengt het mensen samen. Het buiten spelen moet één grote ontdekkingstocht zijn voor kinderen. Of het nu gaat om samenkomen op een aangelegd speelterrein met toestellen of bij een veldje waar bloemen geplukt kunnen worden. Spelen is groot worden. Tegenwoordig lijkt buiten spelen minder vanzelfsprekend. Zo is de buitenruimte vaak compact bebouwd of staat vol geparkeerde auto s. En als kinderen buiten spelen, zijn er soms anderen die zich eraan storen. Kinderen en jongeren mogen er zijn. We willen daarom zorgen voor leuke en uitdagende speelplekken. Waar kinderen veilig kunnen ravotten en mooie herinneringen opdoen. We vinden het dan ook belangrijk om richtlijnen te bepalen als leidraad bij de ontwikkeling, de aanleg, het beheer en het onderhoud van de speelruimtes. In deze nota wordt ingegaan op het belang van spelen, de beschikbare speelruimte en hoe wij de toekomst van de speelruimte in Reimerswaal zien. 2

3 Inhoudsopgave Samenvatting 6 Hoofdstuk 1 Inleiding Aanleiding Algemene doelstelling Periode vaststelling Betrokken partijen 11 Hoofdstuk 2 Spelen in het algemeen Wat zijn speelvoorzieningen? Doelgroepen Het belang van spelen Begrippen 13 Hoofdstuk 3 Wet- en regelgeving Wetgeving Inspecties van de speeltoestellen Logboeken Toezichthouders Overige kaders Bestaand beleid gemeente 18 Hoofdstuk 4 Inventarisatie speelruimte Inleiding Demografische gegevens Informele speelruimte Formele speelruimte Scholen in de gemeente Sporten in de gemeente Centrale speeltuin buitengebied Huidige werkwijze beheer 24 Hoofdstuk 5 Toekomst speelruimte Aanbevelingen naar aanleiding van inventarisatie Randvoorwaarden bij inrichting speelruimte Algemene basiseisen aan speelruimte Speelruimtekwaliteit in stedenbouwkundige plannen en bij herinrichtingen Terrein Veiligheid van omliggend water en beplanting Verkeer Honden in de speeltuin Zandbakken Afvalvoorziening Nog te realiseren speelterreinen Participatie Communicatie 33 Hoofdstuk 6 Financiën Kosten voor aanleg, renovatie/vervanging en onderhoud Levensduur 35 Hoofdstuk 7 Beheer- en onderhoudsplan speelterreinen 36 3

4 7.1 Inleiding Advies inspecties Advies ondergronden Advies inzet buitendienst medewerkers 36 Literatuur-/bronnenlijst 37 4

5 BIJLAGEN Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Inventarisatie speelruimte Beheer- en onderhoudsplan Verkoop speelterreinen als snippergroen De bijlagen zijn verzameld in een apart bijlagenboek. 5

6 Samenvatting Het huidige speelruimtebeleid is verouderd en ligt vast in verschillende documenten. Op het gebied van speelruimte is er de afgelopen jaren veel gebeurd waardoor het vanzelfsprekend is dat het huidige beleid in grote lijnen niet meer voldoet aan de wensen, behoeften en eisen van deze tijd. De basis van het nieuwe beleid wordt gevormd door de resultaten van een inventarisatie van de aanwezige speelruimte en toestellen in Reimerswaal naast de huidige normen van speelruimte te leggen. Dit beleidsplan geeft het beleid weer voor de komende tien jaar (2016 tot en met 2025). Omdat het over een lange periode gaat, zal er om de twee en een half jaar een tussentijdse evaluatie worden opgesteld. Hierbij zal rekening gehouden worden met de ontwikkelingen op het gebied van speeltoestellen en speelruimte. Bovendien zullen na vijf jaar de demografische gegevens en de aanwezige speelruimte opnieuw tegen elkaar worden afgezet. Indien nodig kan het beleid tussentijds worden bijgesteld. Het beleidsplan gaat over openbare speelvoorzieningen. We maken in het beleidsplan onderscheid tussen de doelgroepen kinderen (0 tot en met 5 jaar), jeugd (6 tot en met 11 jaar) en jongeren (12 tot en met 18 jaar). Een specifieke doelgroep is de kinderen met een beperking, die mede gebruik maken van een speelterrein. Spelen in al haar vormen is belangrijk voor de ontplooiing van de opgroeiende jeugd en is de basis voor de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Een speeltuin heeft bovendien een belangrijke rol als het gaat om de leefbaarheid in een wijk. In een speeltuin leren kinderen en volwassenen uit de wijk elkaar kennen. Binnen de openbare ruimte wordt onderscheid gemaakt tussen informele en formele speelruimte. Informele speelruimte is het gebied bedoeld waar kinderen kunnen ontmoeten, bewegen en spelen zonder dat hiervoor enige voorziening is getroffen, zoals de straat, de stoep, plantsoenen, grasvelden en dergelijke. Formele speelruimte is een speelplek of ruimte die specifiek en exclusief voor het ontmoeten, bewegen en spelen voor kinderen is ingericht en ook als zodanig wordt beheerd. Er zijn diverse richtlijnen die worden gehanteerd bij de inrichting van informele en formele speelruimte. De Stichting NUSO 1 en Jantje Beton 2 adviseren om er naar te streven om 3% van de oppervlakte van de bouwblokken in de buurt in te richten als formele speelruimte. Deze norm is door het toenmalige ministerie van VROM 3 in 2006 overgenomen en in een beleidsbrief als aanbeveling naar de gemeenten gezonden. Stoepen en vergelijkbare openbare ruimte worden niet meegeteld in de 3%. Groenvoorzieningen bijvoorbeeld kunnen hierin wel worden meegeteld, mits deze hiervoor geschikt zijn en de omschrijving in het bestemmingsplan duidelijk maakt dat de gebieden met deze bestemming als speelruimte dienst kunnen doen. De wettelijke verplichting voor de veiligheid van speeltoestellen is in het bijzonder geregeld in het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS) en de Europese normen NEN-EN 1176 en NEN-EN Het WAS heeft betrekking op het ontwerp, de onderhoudswerkzaamheden en het bijhouden van een logboek in de gebruiksfase van attractie- en speeltoestellen. De Europese normen specificeren algemene veiligheidseisen voor speeltoestellen en bodemoppervlakken van publieke speelplaatsen. Speeltoestellen die voldoen aan alle eisen van de normen worden geacht 1 Nederlandse Unie van Speeltuinorganisaties. 2 Jantje Beton komt op voor het recht van alle kinderen in Nederland om buitenspelen en bewegen mogelijk te maken. 3 VROM, voormalige Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Nu IenM, Ministerie van Infrastructuur en Milieu. 6

7 veilig te zijn volgens het WAS. Hieronder vallen ook regelmatige inspecties. Elk speeltoestel moet vooralsnog een logboek 4 hebben. Naast de landelijke regelgeving heeft Reimerswaal haar gemeentelijke kaders en beleid op het gebied van spelen vastgelegd. De huidige kaders en het beleid over spelen zijn vertaald in een aantal documenten, waaronder het coalitieakkoord ( ), de Missie, visie en strategie gemeente Reimerswaal (2008), het groenplan Reimerswaal en een collegebesluit aangaande speelterreinen in De gemeente heeft een inventarisatie gemaakt van de beschikbare speelruimte en specifiek daarin de formele speelruimte. Op basis van de inventarisatie is gekeken of de speelplekken voldoen aan de gangbare normen wat betreft hoeveelheid speelruimte ten opzichte van de totaal voor wonen bestemde ruimte. Daarnaast is gekeken of het aanbod speelruimte voldoende is afgestemd op de diverse leeftijdsgroepen en of er sprake is van voldoende spreiding over de kernen. Tevens is gekeken naar de fysieke barrières in de dorpskernen, zoals hoofdwegen, waterpartijen en spoorlijnen. In Reimerswaal is niet beleidsmatig vastgelegd dat de 3% norm voor formele speelruimte wordt gehanteerd. Bij inrichting van een nieuwe wijk wordt er in de bestemmingsplannen rekening gehouden met spelen, maar er zijn geen concrete afspraken over hoeveelheid en ligging gemaakt. De gemeente heeft, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, meer dan voldoende informele speelruimte (8,9%). De 3% norm geldt voor formele speelruimte. De informele speelruimte wordt daarom beschouwd als aanvulling op de formele speelruimte. Daarnaast heeft de gemeente, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, voldoende formele speelruimte (3,6%) in verhouding tot de hoeveelheid bebouwing. Om te zorgen dat elk kind veilig een speelplek kan bereiken, is het van belang te weten op welke afstand van huis de kinderen spelen. In het algemeen wordt als loopafstand gehanteerd: Kinderen 0-5 jaar: Dicht bij huis in een straal van 150 meter Jeugd 6-11 jaar: Spelen in de woonwijk in een straal van 400 meter Jongeren jaar: Begeven zich tot ±1.000 meter buitenshuis Gelet op de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachting binnen de actieradius 5 is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. Hierbij blijft de gemeente voldoen aan de 3% norm en blijft er voldoende speelruimte ten opzichte van de bebouwing. Op basis van het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius van een speelterrein kan bovendien geconcludeerd worden, dat bij een aantal speelterreinen meer nadruk mag komen te liggen op een andere (leeftijds-)doelgroep dan waar het speelterrein momenteel voor is ingericht. Bij nieuw aan te leggen speelterreinen in nieuwbouwwijken Tramper (Hansweert) en Zandweg (Kruiningen) zit de beoogde locatie voor een speelterrein dicht op bestaande speelterreinen. Gelet op de spreiding en de fysieke barrières is het mogelijk de bestaande speelterreinen te vervangen voor de nieuwe locaties. Op basis van de spreiding, de fysieke barrières, het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius, maar ook vanwege de kleinere achtertuinen in de wijk is er behoefte aan een formeel speelterrein in centrum Yerseke. Voor detailinformatie verwijzen wij naar bijlage 1. Over het algemeen zijn schoolpleinen en buitensportaccommodaties in Reimerswaal niet openbaar toegankelijk. De redenen voor besturen om deze voorzieningen niet openbaar toegankelijk te 4 In de logboeken worden allerlei gegevens over de speeltoestellen bijgehouden, zoals een volledige beschrijving, de naam van de fabrikant, typeaanduiding, data en resultaten van inspecties, soort van reparaties met data en de uitvoerder hiervan. 5 Gemiddelde afstand dat een kind kan afleggen van huis naar een speelplek. 7

8 maken, zijn: risico op overlast, risico op vernielingen en geen goed zicht hebben op de voorziening vanaf de openbare weg. Er is een jaarlijkse primaire begroting van ,00 voor de speelterreinen. De kosten voor beheer en onderhoud kunnen erg variëren afhankelijk van onder meer de kwetsbaarheid van de materialen en de gebruikersintensiteit. Niet alleen het onderhoud en beheer kosten geld, er moet ook rekening worden gehouden met vervanging van voorzieningen in de loop van de tijd. Jaarlijks gaat het grootste deel van het budget echter op aan inspectie en herstellen van speeltoestellen. Een groot gedeelte van de speeltoestellen is afgeschreven, maar niet vervangen wegens onvoldoende budget. Het overige budget gaat op aan het herstellen van valondergronden en het vervangen van één tot twee speeltoestellen per jaar. Bij nieuw aan te leggen woongebieden wordt de aanleg van de formele speelruimte bekostigd vanuit de exploitatie. De vervangingsinvesteringen moeten worden bekostigd vanuit het reguliere budget. De gemeente voert zelf het klein onderhoud op en rond de speeltuin uit. Ieder half jaar wordt gecontroleerd of de speelvoorzieningen nog voldoen aan het WAS. De twee inspecties die jaarlijks worden uitgevoerd en het vervangen van afgekeurde onderdelen worden uitbesteed aan een gecertificeerd bedrijf. Afhankelijk van de keuringen wordt beslist om de schade aan een toestel te laten herstellen of bij te hoge herstelkosten het toestel te vervangen indien er budget beschikbaar is. Zo niet, dan wordt het toestel om veiligheidsredenen preventief verwijderd. Bij de aanleg van nieuwe speelterreinen worden omwonenden en kinderen betrokken bij de keuze van inrichting. De gemeente draagt zelf zorg voor het onderhoud. Het dagelijks- en netheidsonderhoud van speelvoorzieningen is niet uitbesteed aan buurtbewoners. Het groot onderhoud (reparatie en vervanging) gebeurt altijd door de gemeente (al dan niet uitbesteed aan een inspectiebureau), in verband met de eindverantwoordelijkheid en de veiligheidseisen. Naar aanleiding van de inventarisatie van de huidige speelruimte is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. Hierbij is rekening gehouden met de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius. Na herindeling heeft de gemeente, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, voldoende formele speelruimte (3,4%) waarbij deze wordt aangevuld met meer dan voldoende informele speelruimte (9,3%). De gemeente wil de volgende beleidsuitgangspunten in acht nemen de komende beleidsperiode: Algemeen De gemeente wil naast de informele speelruimte ook voldoende formele speelruimte aanbieden. Hierbij wordt gekeken naar de doelgroepen, actieradius, spreiding, fysieke barrières en beschikbare percelen. Gelet op de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. De gemeente vindt het van belang dat er in elk dorp voor alle doelgroepen speeltoestellen aanwezig zijn. Er worden geen nieuwe verbodsbordjes geplaatst en het aantal bestaande bordjes wordt beperkt, met inachtneming van gemaakte afspraken in het verleden. Uitgangspunt is per dorp één pannakooi, bij voorkeur centraal gelegen en met zicht op de locatie. 8

9 Onderhoud en inspecties Een speeltoestel moet deugdelijk gemonteerd en veilig geïnstalleerd worden. Hierbij hoort ook een veilige omgeving zonder obstakels in het valgebied 6 en een voldoende valdempende ondergrond. Een in te schakelen inspectiebureau dient een keurmerk te hebben voor het inspecteren van speeltoestellen. De gemeente blijft logboeken bijhouden van alle speeltoestellen op openbaar terrein, al dan niet uitbesteed aan een extern inspectiebureau, waaruit aantoonbaar kan worden gemaakt dat er voldoende wordt gedaan om de toestellen veilig te houden. De gemeente blijft de organisatie en kosten voor de inspecties van alle speeltoestellen op openbaar terrein voor haar rekening nemen. De gemeente laat 1x per jaar een functionele inspectie en 1x per jaar een veiligheidsinspectie uitvoeren. De gemeente overweegt de inspecties in eigen beheer uit te voeren, na uitvoering van het beheeren onderhoudsplan. Inrichting Formele speelruimte ligt op goed toegankelijke en veilig bereikbare locaties, met aandacht voor bezonning en schaduw en zicht op woningen. Hierbij is tevens aandacht voor kindvriendelijke wegen naar de speelplek toe. De gemeente wil voldoende voorzieningen bieden waar specifiekere doelgroepen, zoals kinderen met een beperking, mede gebruik van kunnen maken. Bij (her)inrichtingsplannen voor een nieuwe woonwijk en/of straten wordt er zoveel mogelijk rekening gehouden met de inrichting om daar informele speelruimte te creëren (onder andere brede trottoirs, flauw talud bij water) en wordt rekening gehouden met het medegebruik van de openbare ruimte door kinderen. Bij ontwikkeling van nieuwe woongebieden in de toekomst wordt er gestreefd naar 3% formele ruimte voor spelen voor kinderen en is tevens aandacht voor de bereikbaarheid van de buitenspeelruimte. Groenvoorzieningen mits geschikt voor spelen en zodanig ook aangeduid in het bestemmingsplan worden meegeteld in de 3% norm. Voor bestaande woongebieden geldt als uitgangspunt dat verdichting niet ten koste mag gaan van de formele speelruimte. Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de veiligheid van het terrein, ook bij verschillende weersomstandigheden. Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de veiligheid van omliggend water en veilige beplanting, maar ook met de meerwaarde van beplanting qua spelen. Sloten en dergelijke worden niet per definitie afgeschermd. Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een overzichtelijk en zichtvrij terrein in relatie tot het omringende verkeer. Bij (her)inrichting van een speelterrein worden er geen bordjes verboden voor honden geplaatst. 6 Het gebied dat kan worden geraakt door een gebruiker wanneer deze valt. 9

10 Uit het oogpunt van veiligheid en hygiëne worden nog bestaande zandbakken op de formele speelterreinen verwijderd en worden er geen nieuwe zandbakken geplaatst. Bij ieder formeel speelterrein hoort minstens één afvalbak te staan. Participatie De gemeente betrekt bewoners en kinderen (gebruikers) bij de keuze van (her)inrichting van formele speelruimte. De gemeente is bereid initiatieven van bewonersparticipatie te ondersteunen. De gemeente laat de keuze voor het openbaar toegankelijk stellen van de schoolpleinen en sportvelden over aan respectievelijk de schoolbesturen en de sportverenigingen. De gemeente is bereid initiatieven van scholen om schoolpleinen openbaar toegankelijk te stellen te ondersteunen. De gemeente onderzoekt de komende jaren of er mogelijkheden zijn bij sportverenigingen om de sportvelden openbaar toegankelijk te stellen. Communicatie De gemeente informeert dorpsraden en inwoners omtrent ontwikkelingen met betrekking tot het speelruimtebeleid. De gemeente streeft naar een speelplaatsenoverzicht (interactieve kaart) op de gemeentelijke website en op Financieel Voor uitvoering van het beheer- en onderhoudsplan voor de periode is er voldoende budget mits de geplande structurele bezuiniging van 5.000,00 per 2017 op het budget speelterreinen geen doorgang vindt. Voormalige speelterreinen worden beoordeeld op geschiktheid voor verkoop als snippergroen 7. De opbrengsten daarvan worden toegewezen aan het budget speelterreinen. Indien voormalige speelterreinen niet geschikt zijn voor verkoop als snippergroen wordt er samen met afdeling Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling gekeken naar een mogelijk andere bestemming. 7 Openbare groenvoorzieningen van geringe afmetingen welke vaak versnipperd liggen over wijken en verkocht kunnen worden aan een particulier. 10

11 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Het huidige speelruimtebeleid is verouderd en ligt vast in verschillende documenten. Als gevolg daarvan is het onvoldoende duidelijk wanneer er een speelvoorziening moet worden aangelegd en wanneer deze moet worden opgeheven. Op het gebied van speelruimte is er de afgelopen jaren veel gebeurd waardoor het vanzelfsprekend is dat het huidige beleid in grote lijnen niet meer voldoet aan de wensen, behoeften en eisen van deze tijd. De basis van het nieuwe beleid wordt gevormd door de resultaten van een inventarisatie van de aanwezige speelruimte en toestellen in Reimerswaal naast de huidige normen van speelruimte te leggen. 1.2 Algemene doelstelling Met het opstellen van dit beleidsplan wil de gemeente het speelruimtebeleid helder formuleren en een toekomstvisie op het spelen formuleren. Het doel van deze nota is ervoor zorgen dat er voldoende en veilige openbare speelruimte en speelplekken zijn in de gemeente Reimerswaal. De nota wordt gebruikt als leidraad bij ontwikkeling, aanleg, beheer en onderhoud van speelruimtes in zowel bestaande als te (her)ontwikkelen gebieden. 1.3 Periode vaststelling Dit beleidsplan geeft het beleid weer voor de komende tien jaar (2016 tot en met 2025). Omdat het over een lange periode gaat, zal er om de twee en een half jaar een tussentijdse evaluatie worden opgesteld. Hierbij zal rekening gehouden worden met de ontwikkelingen op het gebied van speelruimte en speeltoestellen. Bovendien zullen na vijf jaar de demografische gegevens en de aanwezige speelruimte opnieuw tegen elkaar worden afgezet. Indien nodig kan het beleid tussentijds worden bijgesteld. 1.4 Betrokken partijen Bij het opstellen van het beleidsplan zijn meerdere afdelingen van de gemeente betrokken. Als externe partijen zijn de onder andere de Stichting NUSO, leveranciers van speeltoestellen, andere gemeenten en keuringsdiensten geconsulteerd. 11

12 Hoofdstuk 2 Spelen in het algemeen 2.1 Wat zijn speelvoorzieningen? Speelvoorzieningen zijn in principe alle voorzieningen in de openbare ruimte die uitnodigen om te spelen en te ontmoeten. Buiten de klassieke speeltoestellen zijn dit bijvoorbeeld ook de skatebanen, trapveldjes en pannakooien. Ook JOP s 8 worden beschouwd als speelvoorziening en zijn dus meegenomen in dit beleidsplan. Het beleidsplan gaat over openbare speelvoorzieningen. De schoolpleinen zijn dit niet. De verantwoordelijkheid voor speelvoorzieningen op schoolpleinen ligt volledig bij het schoolbestuur. Omdat er af en toe verzoeken komen van scholen om gezamenlijk het schoolplein in te richten met speeltoestellen, is er voor gekozen om in dit beleid op te nemen hoe hier mee om te gaan. 2.2 Doelgroepen In principe mag iedereen gebruik maken van de speelvoorzieningen, maar het beleid richt zich op kinderen en jeugd van 0 tot en met 18 jaar. De scheidslijnen van de leeftijdscategorieën zijn niet haarscherp. Daarnaast maken ook (groot)ouders, begeleiders en omwonenden gebruik van de ruimte, bijvoorbeeld wanneer zij hun (klein)kinderen of de buurtkinderen vergezellen naar de speelruimte. We richten ons in deze nota niet specifiek op aangepaste speelplekken voor gehandicapte kinderen. We willen dat kinderen zoveel mogelijk samen spelen. Een deel van de bestaande speelvoorzieningen is toegankelijk voor zowel valide als mindervalide kinderen. De gemeente maakt in het beleidsplan onderscheid tussen de volgende doelgroepen: kinderen (0 tot en met 5 jaar), jeugd (6 tot en met 11 jaar) en jongeren (12 tot en met 18 jaar). Een specifieke doelgroep is de kinderen met een beperking, die mede gebruik maken van een speelterrein. Kinderen 0 tot en met 5 jaar Voor deze leeftijd is een veilige besloten omgeving nodig, waar ze kunnen kruipen, liggen, staan of rondstruinen onder toezicht van een volwassene of oudere broer of zus. Eerst dicht bij huis, naarmate ze ouder en zelfstandiger worden verder van huis in de nabije omgeving. De kinderen gaan meestal niet verder dan 150 meter van hun huis (actieradius). Kinderen onder de 6 jaar doen vooral constructie- en fantasiespel. Jeugd 6 tot en met 11 jaar Op deze leeftijd gaan kinderen steeds meer op ontdekkingstocht en dit veelal in groepsverband. De speeltuin in hun wijk is voor hen vaak een belangrijke speel- en ontmoetingsplek. Vanaf deze leeftijd wordt informeel spelen op straat en in het groen steeds belangrijker. Jongeren 12 tot en met 18 jaar Deze leeftijdsgroep heeft behoefte aan een locatie waar men kan samenkomen, rondhangen en sporten. Ze verplaatsen zich door heel het dorp en ook daarbuiten naar omliggende dorpen/steden. Kinderen met een beperking Het is van groot belang dat kinderen, jeugdigen en jongeren die in meer of mindere mate een beperking hebben ook met andere kinderen kunnen spelen. Niet iedere speeltuin of ieder speeltoestel is geschikt voor alle vormen van beperking. Bepaalde speelterreinen moeten geschikt en toegankelijk zijn voor deze doelgroep. Zo kan worden overwogen een netschommel te plaatsen en een rubberondergrond te gebruiken in plaats van een meer losse ondergrond. 8 JongerenOntmoetingsPlekken, een speciaal ingerichte hangplek voor jongeren. 12

13 2.3 Het belang van spelen Spelen in al haar vormen is belangrijk voor de ontplooiing van de opgroeiende jeugd en is de basis voor de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Door te spelen verkent het kind 9 zijn omgeving. Hij ontmoet andere kinderen, volwassenen en ontdekt allerlei materialen, mogelijkheden, uitdagingen en situaties. Het omgaan met de voorwerpen/situaties in zijn omgeving is een belangrijke voorwaarde voor de latere ontwikkeling van de waarneming, het denken, het probleem oplossend vermogen en de geheugenfuncties. Het kind leert door het spelen met andere kinderen grenzen te verleggen. Hierdoor bouwt hij zelfvertrouwen op. Dit zelfvertrouwen is weer belangrijk voor het leggen van sociale contacten. Spelen draagt ook bij aan het ontwikkelen van de motoriek, aan de lichamelijke fitheid en het welzijnsgevoel van een kind. Tevens draagt het bij aan het verminderen van gezondheidsklachten, zoals overgewicht. Kinderen die gewend zijn regelmatig te bewegen, zullen dat blijven doen als zij eenmaal volwassen zijn. Een speeltuin heeft een belangrijke rol als het gaat om de leefbaarheid in een wijk. In de speeltuin leren kinderen en volwassenen uit de wijk elkaar kennen. Jonge ouders ontmoeten elkaar bij het spelen van kinderen en raken zo betrokken bij wat er speelt in de buurt. 2.4 Begrippen Er wordt binnen de openbare ruimte onderscheid gemaakt tussen informele en formele speelruimte. Informele speelruimte is het gebied bedoeld waar kinderen kunnen ontmoeten, bewegen en spelen zonder dat hiervoor enige voorziening is getroffen, zoals de straat, de stoep, plantsoenen, grasvelden en dergelijke. De informele speelruimte bevindt zich hoofdzakelijk op openbaar terrein. Zeker voor de jongere kinderen zijn ruimtes dicht bij huis belangrijk. Deze kinderen maken vaak gebruik van de informele speelruimte en gaan voor de variatie naar de formele speelruimtes. Informele speelruimte wordt bepaald door de structuur en samenstelling van het openbaar groen, het water en de wegen. Als er veel groen en water is en er 30- kilometerwegen met brede stoepen zijn, is de bespeelbaarheid van de ruimte groot. Daarnaast heeft elke leeftijdscategorie zijn eigen eisen en wensen met betrekking tot de informele speelruimte. Diverse organisaties hebben richtlijnen opgesteld voor het aantal kinderen uit een leeftijdscategorie dat binnen een loopafstand woont en een speelplek zelfstandig zou moeten kunnen bereiken, zonder elkaar in de weg te lopen op het speelterrein. Op de volgende bladzijde volgt een tabel met richtlijnen volgens OBB Ingenieursbureau, zoals deze veelal worden gehanteerd. 9 Waar het woord kind wordt gebruikt, wordt zowel jongen als meisje bedoeld. Uit het oogpunt van leesbaarheid is er voor gekozen alleen hij en zijn te gebruiken. 13

14 Tabel 1 Normen voor informele speelruimte Normen voor informele speelruimte Kinderen 0-5 jaar Jeugdigen 6-11 jaar Jongeren jaar Omvang 20m 2 per kind 100m 2 per 5 kinderen 10 1 plek per 15 jongeren Ligging Aangrenzend aan Eind van de straat In eigen buurt woningen Invulling Stoep en gras ½ stoep en pleintjes op straat ½ gras en struiken Speelwaarde Leren fietsen en skaten, rommelen, fantasiespel (koken/hutje), stoepkrijten, in zon/schaduw zitten Verstoppertje, speurtocht door wijk, touwspringen, balletje trappen, kastanjes zoeken, hut bouwen Elkaar ontmoeten, zitten kletsen, showen, competitie, kijken naar voorbijgangers, brommer/scooter en fiets Verkeer Woonerf, verkeersluw 30 km zone, verkeersluw Niet op de rijbaan Bedreiging Hondenpoep, afval, prikstruiken en giftige beplanting Hondenpoep, afval, sierplantsoen Niet van toepassing (Bron: OBB Ingenieursbureau) Formele speelruimte is een speelplek of ruimte die specifiek en exclusief voor het ontmoeten, bewegen en spelen voor kinderen is ingericht en ook als zodanig wordt beheerd. Formele speelruimte is weer onder te verdelen in de openbare speelruimte die dus vrij toegankelijk is en de niet openbare speelruimte zoals private tuinen, sportvelden en schoolpleinen. Hieronder volgt een tabel met richtlijnen voor formele speelruimte volgens OBB Ingenieursbureau, zoals deze veelal worden gehanteerd. Tabel 2 Normen voor formele speelruimte Normen voor formele speelruimte Kinderen 0-5 jaar Jeugdigen 6-11 jaar Jongeren jaar Actieradius 100 m m m Verzorgingsgebied 3 hectare 50 hectare 300 hectare Aantal woonachtig binnen actieradius Niveau Woonstraat/blok Buurt Wijk/stad Oppervlakte m m m 2 Voorzieningen 3 toestellen / 3 speelprikkels / bank & afvalbak (Bron: OBB Ingenieursbureau) 3 toestellen / 4 speelprikkels / bank & afvalbak Het gaat hier om normen en geen harde eisen voor informele en formele speelruimte. 4 toestellen / 4 speelprikkels / bank & afvalbak Lokale omstandigheden zijn uiteraard van groot belang bij het bepalen van de hoeveelheid en de verdeling van de speelruimte. Zo kunnen bijvoorbeeld lokale verkeerssituaties de actieradius van kinderen sterk beïnvloeden. 10 Jeugdigen tussen 6-11 jaar spelen meer samen dan de kinderen tot en met 5 jaar en hebben daarom meer ruimte nodig dan een smalle strook van 20m 2. 14

15 Het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius geeft ook een richtlijn voor de verdeling van de speelruimte over de wijken. Deze methode heeft echter nadelen: In straten waar volgens de BRP (Basis Registratie Personen) weinig kinderen wonen, worden de speelplekken soms toch druk gebruikt. Dat komt omdat kinderen ook verblijven op adressen waar ze niet staan ingeschreven, bijvoorbeeld bij een gescheiden ouder, opa s en oma s of oppasmoeders; Meting van het aantal kinderen binnen een bepaalde loopafstand van een speelplek aan de rand van een dorp geeft een lager aantal kinderen woonachtig in de directe omgeving. Dit omdat de bebouwing rondom het speelterrein voor een deel minder is. 3% Norm: De Stichting NUSO en Jantje Beton adviseren om er naar te streven om 3% van de oppervlakte van de bouwblokken in de buurt in te richten als formele speelruimte. Met andere woorden, om per hectare bebouwing 300m 2 te reserveren voor formele speelruimte. Dit is volgens hen de optimale situatie wat oppervlakte voor spelen betreft. Hierbij moet uiteraard wel rekening worden gehouden met hoe de wijk is opgebouwd en of er bijvoorbeeld openbaar groen en/of informele speelruimte aanwezig is. Zo is het streven naar de norm van 3% in een dicht bebouwde omgeving met weinig openbaar groen (potentieel voor informele speelruimte) van veel groter belang dan in ruimer opgezette groenrijke buurten. Deze norm is door het toenmalige ministerie van VROM in 2006 overgenomen en in een beleidsbrief als aanbeveling naar de gemeenten gezonden. Stoepen en vergelijkbare openbare ruimte worden niet meegeteld in de 3%. Groenvoorzieningen bijvoorbeeld kunnen hierin wel worden meegeteld, mits deze hiervoor geschikt zijn en de omschrijving in het bestemmingsplan duidelijk maakt dat de gebieden met deze bestemming als speelruimte dienst kunnen doen. Speeltoestellen en speelprikkels: Speeltoestellen zijn de voorzieningen in de formele speelruimte die specifiek voor het spelen geplaatst zijn en gemaakt zijn voor een bepaalde speelmogelijkheid. Speelprikkels zijn objecten die niet specifiek voor het spelen geplaatst zijn, maar een scala aan speelmogelijkheden bieden in de informele en formele speelruimte. 15

16 Hoofdstuk 3 Wet- en regelgeving Kinderen hebben recht op speelruimte. Er is (nog) geen wet die overheden verplicht om speelgelegenheden aan te leggen. Wel is een dergelijke verplichting te ontlenen aan het internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind. Dit verdrag omvat alle kinderrechten, geldt wereldwijd en heeft dezelfde kracht als een wet in Nederland. Lid 1 van artikel 31 luidt als volgt: De Staten die partij zijn, erkennen het recht van het kind op rust en vrije tijd, op deelneming aan spel en recreatieve bezigheden passend bij de leeftijd van het kind, en op vrije deelneming aan het culturele en artistieke leven. Het is taak voor de gemeente om voor speelruimte te zorgen. Hoewel niet wettelijk verplicht hebben de gemeenten een zogenaamde morele dwang. Hieronder volgen in het kort de relevante regelgeving en kaders. 3.1 Wetgeving Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS) De wettelijke verplichting voor de veiligheid van speeltoestellen is in het bijzonder geregeld in het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS) en de Europese normen (NEN-EN 1176 en NEN-EN 1177). Volgens het WAS moeten speeltoestellen veilig zijn, waarbij voor nieuwe toestellen geldt, dat ze van een certificaat van goedkeuring (typekeuring) moeten zijn voorzien. Hier gaat het om speeltoestellen die niet bestemd zijn voor de particuliere markt, maar voor openbare gelegenheden. Het WAS heeft betrekking op het ontwerp, de onderhoudswerkzaamheden en het bijhouden van een logboek in de gebruiksfase van attractie- en speeltoestellen. De wet verplicht de beheerder van speeltoestellen en speelgelegenheden tot het volgende: Een speeltoestel moet geen gevaar opleveren voor de veiligheid of gezondheid van de gebruiker; Speeltoestellen aangeschaft na 26 maart 1997 dienen te zijn voorzien van een keuringsplaatje op het toestel zelf en een certificaat van goedkeuring (typekeuring) te hebben; Speeltoestellen die al vóór 26 maart 1997 in gebruik waren, behoeven geen typekeuring te ondergaan door een aangewezen keuringsinstelling (zie verder in dit hoofdstuk). De beheerder moet er wel op letten dat het speeltoestel veilig is; Een logboek bij te houden en te bewaren. In dit logboek moeten allerlei gegevens worden bijgehouden, zoals een volledige beschrijving, naam van de fabrikant, typeaanduiding, data en resultaten van inspecties, soort van reparaties met data en de uitvoerder hiervan. Op 4 juli 2012 heeft minister Schippers (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) de evaluatie van het WAS aangeboden aan de Tweede Kamer. De minister stelt naar aanleiding van deze evaluatie een aantal wijzigingen in de wet voor, onder andere dat de verplichting om een logboek bij te houden komt te vervallen. Het ministerie verwachtte eind 2015 het WAS volledig herschreven te hebben en te kunnen publiceren 11. Ook daarna blijven beheerders echter verplicht om, op de één of andere manier, aan te tonen dat ze er voldoende aan doen om de toestellen veilig te houden. Reikwijdtenotitie behorende bij het WAS In 2007 verscheen de zogeheten reikwijdtenotitie als aanvulling op het WAS. Er bleken zich namelijk in de praktijk situaties voor te doen, waarbij voor bepaalde toestellen niet duidelijk was of het WAS wel of niet van toepassing was (bijvoorbeeld een boom als klimtoestel). 11 Op 29 maart 2016 was nog geen gewijzigde versie van het WAS gepubliceerd. 16

17 In de reikwijdtenotitie wordt duidelijk gemaakt dat sporttoestellen in sommige gevallen als speeltoestel onder het WAS vallen. Sporttoestellen die zijn aangepast en hierdoor een toegevoegde speelwaarde hebben voor spelende kinderen (bijvoorbeeld een klimelement aan een voetbaldoel), kunnen worden aangemerkt als een speeltoestel en vallen dus direct onder het WAS wanneer deze op een publiek speelterrein zijn geplaatst. Sporttoestellen die niet zijn aangepast en hierdoor geen toegevoegde speelwaarde hebben voor spelende kinderen, kunnen echter wel onder het WAS vallen, wanneer zij geplaatst zijn op een terrein voor publiek gebruik waar minimaal één inrichting/constructie is geplaatst die direct als speeltoestel aan te merken is (bijvoorbeeld een glijbaan, wipkip, klimrek en dergelijke). Het gaat dan alleen om sporttoestellen die net als reguliere speeltoestellen een potentieel speelrisico (zoals vallen, beknelling, snijden) met zich meebrengen. Voorbeelden van sporttoestellen die een speelrisico met zich meebrengen wanneer zij geplaatst zijn op een speelterrein zijn klimwanden en fitnesstoestellen. Sporttoestellen die niet zijn aangepast, hierdoor geen toegevoegde speelwaarde hebben en niet of nauwelijks speelrisico met zich meebrengen zoals pannakooien, basketbaldoelen, volleybalinrichtingen en voetbaldoelen vallen daarom niet onder het WAS, ook niet als zij op een publiek terrein geplaatst zijn. Europese normen NEN-EN 1176 en NEN-EN 1177 Normen zijn geen wet. Niet voldoen aan de norm betekent niet dat een toestel of speelplek dan per definitie onveilig is. In het WAS wordt verwezen naar normen, te weten NEN-EN 1176 Speeltoestellen en bodemoppervlakken van speelplaatsen en NEN-EN 1177 Schokabsorberende bodemoppervlakken van speelplaatsen. Deze normen specificeren algemene veiligheidseisen voor speeltoestellen en bodemoppervlakken van publieke speelplaatsen. Speeltoestellen die voldoen aan alle eisen van de normen worden geacht veilig te zijn volgens het WAS. 3.2 Inspecties van de speeltoestellen Speeltoestellen moeten regelmatig geïnspecteerd worden. De beheerder controleert of gebruik van het toestel nog steeds veilig is. Met de resultaten van deze inspecties moet ook beoordeeld worden welke acties ondernomen moeten worden voor het veilig houden van het toestel. De benodigde reparaties of herstelwerkzaamheden moeten ook daadwerkelijk uitgevoerd worden, binnen een verantwoorde tijdsduur. De norm NEN-EN 1176 deel 7 over onderhoud en inspectie geeft een uitgebreide leidraad voor het uitvoeren van installatie, inspectie, onderhoud en operationeel houden van speeltoestellen. Samengevat zijn er drie vormen van inspectie: 1. De zeer regelmatige visuele inspectie. Hierbij worden de speeltoestellen en de speelgelegenheid visueel geïnspecteerd op duidelijk zichtbare onveilige situaties die door gebruik, weersomstandigheden of vandalisme zijn ontstaan. 2. De functionele of operationele inspectie. Een uitgebreidere vorm van inspectie (minimaal eens per kwartaal) waarbij onder andere de functie en stabiliteit van het toestel worden gecontroleerd. 3. De jaarlijkse veiligheidsinspectie. Een uitbereide grote inspectie waarbij alle onderdelen nauwkeurig worden gecontroleerd, inclusief fundamenten, door een onafhankelijk inspectiebureau. Er zijn tal van inspectiebureaus die de wettelijke inspecties van beheerders overnemen. Sommigen zijn goed op de hoogte van alle normen en eisen, maar er zijn er ook die niet op de hoogte zijn van de veranderingen in wetgeving en normen. Aangezien beheerders niet verplicht zijn een extern bureau in te schakelen en er geen wettelijke eisen voor deze inspectiebureaus zijn, is het moeilijk de kwaliteit van een dergelijk bureau in te schatten. 17

18 3.3 Logboeken Elk speeltoestel moet vooralsnog een logboek hebben. In dit logboek moeten gegevens staan over de fabrikant/importeur, de installateur, eigenaar en beheerder. Tevens staan daarin gegevens over het toestel zelf, de keuringen, de inspecties, het onderhoud en de ongevallen. De gemeente als beheerder van speeltoestellen moet een logboek bijhouden en bewaren. De Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) kan altijd het logboek van een toestel opvragen. Indien de verplichting om een logboek bij te houden met de aangekondigde wetswijziging binnenkort komt te vervallen, blijven beheerders ook daarna echter verplicht om, op de één of andere manier, aan te tonen dat ze er voldoende aan doen om de toestellen veilig te houden. 3.4 Toezichthouders Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit is aangewezen als toezichthoudende instantie op de naleving van het WAS. Inspecteurs van de NVWA gaan na of een beheerder kan aantonen dat de speeltoestellen in een veilige staat worden gehouden. Zij inspecteren ook steekproefsgewijs speelplaatsen. De inspecteurs van de NVWA kunnen het logboek van een toestel bij de beheerder opvragen. Aangewezen keuringsinstellingen (AKI) Volgens het WAS moet elk speeltoestel van na 26 maart 1997 een certificaat van goedkeuring hebben. Dit certificaat moet uitgegeven zijn door één van de aangewezen keuringsinstellingen. Deze instellingen (AKI s) keuren het toestel en het technisch constructiedossier dat bij het speeltoestel hoort. Alleen goedgekeurde toestellen mogen geplaatst en gebruikt worden. Inspectiebureaus Volgens het WAS moeten beheerders de toestellen regelmatig inspecteren en onderhouden. Dit mogen ze zelf doen of door anderen laten uitvoeren. De inspectie en het onderhoud is een verplichting in de wet, maar er is niet wettelijk geregeld welke organisatie dat moet doen. 3.5 Overige kaders Brief Ministerie: Wetsvoorstel Wet buitenspeelruimte Naar aanleiding van een initiatiefwetsvoorstel Wet buitenspeelruimte heeft de toenmalige minister van VROM (nu IenM, Ministerie van Infrastructuur en Milieu) op basis van dit voorstel een beleidsbrief in 2006 naar alle gemeenten verzonden. Hierin werd verzocht om in ruimtelijke planvorming voldoende ruimte te bestemmen als formele buitenspeelruimte. Als richtpercentage is meegegeven 3% van de voor wonen bestemde gebieden. Het Ministerie rekende erop dat de gemeenten bij de opzet van nieuwe uitleglocaties dit richtgetal van 3% hanteren. In bestaande situaties is gevraagd om zo mogelijk naar dit percentage toe te groeien als hieraan niet werd voldaan. Stoepen en vergelijkbare openbare ruimte worden hierin niet meegeteld. Bijvoorbeeld groenvoorzieningen kunnen hierin wel worden meegeteld mits deze geschikt zijn voor spelen en de omschrijving in het bestemmingsplan duidelijk maakt dat de gebieden met deze bestemming als speelruimte dienst kunnen doen. Tevens is verzocht daarbij aandacht te besteden aan de kwaliteit en de bereikbaarheid van de buitenspeelruimte. Bestemmingsplannen Voor speelterreinen is een aantal bestemmingsplanregels van toepassing dat is opgenomen in de bestemmingsplannen van de kernen. De afgelopen jaren heeft de gemeente alle bestemmingsplannen geactualiseerd. De voorziening speelterreinen ligt nu vastgelegd in de bestemming groen en recreatie. 3.6 Bestaand beleid gemeente Naast de landelijke regelgeving heeft Reimerswaal haar gemeentelijke kaders en beleid op het gebied van spelen vastgesteld. De huidige kaders en het beleid over spelen zijn vertaald in een aantal documenten, waarvan hieronder een opsomming volgt. 18

19 Coalitieakkoord ( ) In het coalitieakkoord ( ) is afgesproken dat de coalitie geen gronden meer ziet voor het in stand houden van of het inrichten van hangplekken en het realiseren van nieuwe skatebanen. Missie, visie en strategie gemeente Reimerswaal (2008) Reimerswaal wil zich profileren als zorgzame gemeente. De gemeente bevordert het welzijn van zowel de jeugd en de jongeren als het welzijn van senioren en allochtonen. De gemeente Reimerswaal ondersteunt alleen welzijnsvoorzieningen met een algemeen belang. Uitgangspunt is dat er in ieder dorp voorzieningen worden aangeboden. Omdat niet ieder dorp even groot is, verschilt het voorzieningenniveau per dorp. De omvang van een dorpskern is bepalend voor het aantal gemeentelijke voorzieningen in die kern. Voor de aanleg van een centrale speeltuin wordt een locatie gezocht in het buitengebied van Kruiningen. Een centrale speeltuin vormt een aanvulling op de bestaande recreatieve voorzieningen. Groenplan Reimerswaal In paragraaf van het Groenplan wordt verwezen naar speelterreinen als zijnde plekken met een groen karakter. Het (openbaar) groen op de speelterreinen is mede bepalend voor het gebruiksgenot. Speelterreinen hebben daarom een duidelijke link met groen. Voor de randvoorwaarden en uitgangspunten met betrekking tot de inrichting van speelterreinen wordt verwezen naar hoofdstuk 5 van deze nota. Collegebesluit speelterreinen in Reimerswaal (2003) In 1997 is het WAS in werking getreden waarbij de periodieke veiligheidskeuringen hun intrede hebben gedaan. Daarnaast moeten de speelterreinen aan de veiligheidsnormen van de WAS voldoen. Naar aanleiding hiervan is in het besluit vastgesteld het beleid uit het groenstructuurplan voor te zetten met een aantal aanvullingen hierop. Vastgelegd is dat twee keer per jaar een inspectie uitgevoerd wordt door een erkend bedrijf, waaronder één jaarlijkse veiligheidsinspectie en één functionele inspectie. Door dit bedrijf worden de logboeken van de toestellen up-to-date gehouden. Zo is ook besloten om vanuit veiligheidsoverwegingen onder schommels in principe altijd rubbertegels aan te brengen. De overige ondergronden worden voorzien van Frans dennenschors. 19

20 Hoofdstuk 4 Inventarisatie speelruimte 4.1 Inleiding De gemeente heeft een inventarisatie gemaakt van de beschikbare speelruimte en specifiek daarin de formele speelruimte. Op basis van de inventarisatie is gekeken of de speelplekken voldoen aan de gangbare normen wat betreft hoeveelheid speelruimte ten opzichte van de totaal voor wonen bestemde ruimte. Daarnaast is gekeken of het aanbod speelruimte voldoende is afgestemd op de diverse leeftijdsgroepen en of er sprake is van voldoende spreiding over de kernen. Tevens is gekeken naar de fysieke barrières in de dorpskernen, zoals hoofdwegen, waterpartijen en spoorlijnen. Deze inventarisatie is opgenomen in bijlage Demografische gegevens De gemeente Reimerswaal heeft inwoners (maart 2015) en heeft een oppervlakte van 242 km 2, waarvan zo n 102 km 2 land is en zo n 140 km 2 water. De gemeente bestaat uit de dorpen Hansweert, Krabbendijke, Kruiningen, Oostdijk, Rilland, Waarde en Yerseke. Verder bestaat het uit de buurtschappen Bath, Gawege, Middenhof, Roelshoek, Stationsbuurt, Vlake en Völckerdorp. In de onderstaande tabel wordt het aantal kinderen/jeugdigen per dorp per leeftijdscategorie weergegeven. De aantallen van de buurtschappen zijn meegeteld in de diverse dorpen waar ze volgens de CBS indeling bij horen. Tabel 3 Aantal kinderen/jeugdigen per dorp per leeftijdscategorie Leeftijd Hansweert Krabbendijke Kruiningen Oostdijk Rilland Waarde Yerseke Totaal Totaal (Bron: CBS, gemeente Reimerswaal, stand op ) Wat betreft de prognose voor de bevolkingscijfers zijn er twee belangrijke ontwikkelingen. Ten eerste dat de Zeeuwse bevolking tot 2020 ongeveer stabiel blijft rond en daarna gaat dalen. De bevolking in de gemeente Reimerswaal zal naar verwachting tot 2030 juist toenemen. Naar verwachting zal de Reimerswaalse bevolking in 2030 iets minder dan 6% groter zijn dan in Deze groei staat in contrast met de daling van het inwoneraantal voor heel Zeeland, waar een daling van 2% verwacht wordt. 20

21 Figuur 1 Bevolkingsontwikkeling gemeente Reimerswaal en provincie Zeeland (Bron: Sociale Staat van Zeeland: gemeentelijke rapport Reimerswaal, Provincie Zeeland (2009), bewerking door Scoop) Ten tweede verandert de bevolkingsopbouw in Zeeland. Door de vergrijzing komen er steeds meer ouderen en door een teruglopend aantal geboortes komen er steeds minder jongeren. In de onderstaande figuur is de bevolkingsopbouw voor 2015 en 2025 neergezet naast die van In deze figuur is te zien dat de bevolkingsopbouw in Reimerswaal veel meer op een piramide lijkt dan voor de rest van Zeeland het geval is. Reimerswaal behoort samen met Kapelle en Tholen tot de minst vergrijsde gemeenten van Zeeland. Reimerswaal heeft verhoudingsgewijs het grootste aantal kinderen van alle Zeeuwse gemeenten. Met 51,6% ligt de verhouding fors hoger dan het Zeeuws gemiddelde (39,7%) en het Nederlands gemiddelde (39,0%). Figuur 2 Bevolkingspiramides en (Bron: Sociale Staat van Zeeland: gemeentelijke rapport Reimerswaal, Provincie Zeeland (2009), bewerking door Scoop) 21

22 Conclusie Het aantal jongeren onder 19 jaar blijft naar verwachting vrijwel stabiel tot Het is voor de hand liggend het speelruimtebeleid af te stemmen op die ontwikkeling. 4.3 Informele speelruimte Als kinderen willen spelen, kunnen zij in een gevarieerde omgeving met gras, struiken, bomen, pleinen en stoepen vrijwel alle vormen van spel beoefenen. Gemeente Reimerswaal heeft m 2 informele speelruimte. Dit komt overeen met 8,9% van de voor wonen bestemde gebieden. Een deel van de informele speelruimte is s winters bij vorst in gebruik als ijsbaan (Hansweert, Krabbendijke en Kruiningen). Conclusie De gemeente heeft, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, meer dan voldoende informele speelruimte (8,9%). De 3% norm geldt voor formele speelruimte. De informele speelruimte wordt daarom beschouwd als aanvulling op de formele speelruimte. 4.4 Formele speelruimte In de gemeente is een 53-tal (peildatum oktober 2015) formele locaties met speelvoorzieningen die openbaar toegankelijk zijn. Daarvan zijn 52 locaties in beheer van de gemeente en 1 locatie is een openbaar toegankelijk schoolplein. Op deze locaties staan in totaal 233 speeltoestellen, 25 grote voetbaldoelen, 4 minidoeltjes en 4 pannakooien (peildatum oktober 2015). Het aantal toestellen per locatie is variabel. In het buitengebied (strandje Krabbendijke en locatie Schuitweg in Yerseke) zijn enkele speeltoestellen aanwezig. De informele speelruimte op het strandje Yerseke valt officieel binnen bebouwde kom. Op de bedrijventerreinen is geen formele speelruimte aanwezig. De speelvoorzieningen zijn zo ingericht dat ze voldoen als speeltuin voor de leeftijdscategorie voor 0 tot en met 18 jarigen. Er zijn 13 trapvelden met grote voetbaldoelen, 3 minitrapveldjes met minidoeltjes en 4 pannakooien aanwezig voor de jongeren. Verder zijn er 2 JOP s voor de jongeren. St. Felixstraat, Rilland De speeltuinen met speeltoestellen zijn voornamelijk begin jaren 90 ingericht op locaties in woonwijken waar er geen ruimte of mogelijkheid was voor woningbouw. De toestellen zijn voor een groot gedeelte van niet duurzame materialen zoals grenenhout. Afgelopen jaren zijn er steeds meer duurzame toestellen geplaatst. De geplaatste speeltoestellen vanaf 2010 zijn van meer duurzame materialen zoals roestvrijstaal, kunststof en hardhout. De valondergronden bestaan, afhankelijk van het toestel, uit betontegels, gras, kunstgras, houtschors of rubbertegels. In Reimerswaal is niet beleidsmatig vastgelegd dat de 3% norm voor formele speelruimte wordt gehanteerd. Bij inrichting van een nieuwe wijk wordt er in de bestemmingsplannen rekening gehouden met spelen, maar er zijn geen concrete afspraken over hoeveelheid en ligging gemaakt. 22

23 In Reimerswaal is, verdeeld over de dorpskernen, m 2 formele speelruimte (excl. JOP s) aanwezig. Dit komt overeen met 3,6% van de voor wonen bestemde gebieden. Voor de diverse leeftijdscategorieën in de gemeente is het volgende aantal formele speelplekken beschikbaar: 0-5 jaar: 40 speelplekken 6-11 jaar: 47 speelplekken jaar: 21 speelplekken, waaronder 4 pannakooien, in Waarde, Rilland, Kruiningen en Hansweert en 1 skateplek in Oostdijk 2 JOP s in Kruiningen en Rilland Tabel 4 Totale formele en informele speelruimte in Reimerswaal Dorpskern Oppervlakte bebouwing Oppervlakte formele speelruimte Oppervlakte informele speelruimte Totale speelruimte Speelruimte t.o.v. bebouwing in m 2 in m 2 in % in m 2 in % in m 2 in % Bath % % ,1 Oostdijk ,9% 695 0,8% ,7% Hansweert ,5% ,6% ,1% Kruiningen % % % Waarde ,9% ,1% % Rilland ,5% ,1% ,7% Yerseke ,3% ,4% ,7% Krabbendijke ,6% ,4% % TOTAAL m m 2 * 3,6% m 2 8,9% m 2 12,5% *excl. JOP s Conclusie De gemeente heeft, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, voldoende formele speelruimte (3,6%) in verhouding tot de hoeveelheid bebouwing. Om te zorgen dat elk kind veilig een speelplek kan bereiken is het van belang om te weten op welke afstand van huis de kinderen spelen. In het algemeen worden de volgende normen voor loopafstand gehanteerd. Belangrijk is dat het om normen gaat en niet om eisen: Kinderen 0-5 jaar: Dicht bij huis in een straal van 150 meter Jeugd 6-11 jaar: Spelen in de woonwijk in een straal van 400 meter Jongeren jaar: Begeven zich tot ±1.000 meter buitenshuis Conclusie Gelet op de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachting binnen de actieradius is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. Hierbij blijft de gemeente voldoen aan de 3% norm en blijft er voldoende speelruimte ten opzichte van de bebouwing. Op basis van het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius van een speelterrein kan bovendien geconcludeerd worden, dat bij een aantal speelterreinen meer nadruk mag komen te liggen op een andere (leeftijds-)doelgroep dan waar het speelterrein momenteel voor is ingericht. Bij nieuw aan te leggen speelterreinen in nieuwbouwwijken Tramper (Hansweert) en Zandweg (Kruiningen) zit de beoogde locatie voor een speelterrein dicht op bestaande speelterreinen. Gelet op de spreiding en de fysieke barrières is het mogelijk de bestaande speelterreinen te vervangen voor de nieuwe locaties. Op basis van de spreiding, de fysieke barrières, het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius, maar ook vanwege de kleinere achtertuinen in de wijk is er behoefte aan een formeel speelterrein in centrum Yerseke. Voor detailinformatie verwijzen wij naar bijlage 1. 23

24 4.5 Scholen in de gemeente De gemeente telt in basisscholen. De (speel)ruimte bij scholen en peuterspeelzalen vormt vaak een belangrijk deel van de speelruimte van de jeugd. Voor, tijdens en na schooltijd spelen ze er en de weg er naar toe is hen goed bekend. Incidenteel benaderen scholen de gemeente met de vraag of de gemeente een speeltoestel wil aanschaffen en plaatsen op het schoolplein of de aanschaf wil meefinancieren. Wegens krappe budgetten worden deze verzoeken niet gehonoreerd. Bij de meeste scholen zijn de schoolpleinen niet openbaar toegankelijk. Er zijn mogelijkheden voor scholen om in aanmerking te komen voor subsidie (bijvoorbeeld Jantje Beton, project Gezonde scholen) voor plaatsing van speeltoestellen op een schoolplein. Bij slechts 1 school is het schoolplein openbaar toegankelijk. Uit contact met de basisscholen blijkt dat er geen draagvlak is voor het openbaar toegankelijk maken van de schoolpleinen buiten schooltijden. Redenen die hiervoor genoemd zijn, zijn: Risico op overlast Risico op vernielingen Geen goed zicht op schoolplein vanaf openbare weg 4.6 Sporten in de gemeente In de gemeente zijn tal van mogelijkheden om te sporten en te bewegen. Er zijn ongeveer 46 sportverenigingen actief. Geen van de buitensportaccommodaties, met uitzondering van de ijsbanen in Kruiningen, Hansweert en Krabbendijke (buiten het winterseizoen), is openbaar toegankelijk. Uit contact met de voetbalverenigingen blijkt dat er geen draagvlak is voor het openbaar toegankelijk maken van de voetbalvelden buiten openingstijden. Redenen die hiervoor genoemd zijn, zijn: Risico op overlast (hangjeugd, lawaai voor omwonenden) Risico op vernielingen (schade aan clubgebouw en/of velden) 4.7 Centrale speeltuin buitengebied De centrale speeltuin in het buitengebied, zoals genoemd in het document Missie, visie en strategie gemeente Reimerswaal (2008), is vooralsnog niet gerealiseerd. Het daarvoor bestemde budget is tevens niet meer beschikbaar. In het coalitieakkoord ( ) is afgesproken dat de coalitie positief staat tegenover nieuwe initiatieven van derden voor het realiseren van een centrale speeltuin. 4.8 Huidige werkwijze beheer Er is een jaarlijkse primaire begroting van ,00 voor de speelterreinen. De kosten voor beheer en onderhoud kunnen sterk variëren, afhankelijk van onder meer de kwetsbaarheid van de materialen en de gebruikersintensiteit. Houten toestellen vereisen meer onderhoud dan roestvrijstalen toestellen en een verharde ondergrond heeft minder onderhoud nodig dan een grasbodem. Het budget speelterreinen wordt niet gebruikt voor onderhoud aan de ijsbanen. Werkzaamheden daaraan (asfaltering, maaien) vallen onder het budget herbestrating/asfaltering en openbaar groen. Niet alleen het onderhoud en beheer kosten geld, er moet ook rekening worden gehouden met vervanging van voorzieningen in de loop van de tijd. Jaarlijks gaat het grootste deel van het budget echter op aan inspectie en herstellen van speeltoestellen. Een deel van de speeltoestellen is afgeschreven, maar niet vervangen wegens onvoldoende budget. De rest van het budget gaat op aan het herstellen van valondergronden en het vervangen van één tot twee speeltoestellen per jaar. Bij nieuw aan te leggen woongebieden wordt de aanleg van de formele speelruimte bekostigd vanuit de exploitatie. De vervangingsinvesteringen moeten worden bekostigd vanuit het reguliere 24

25 budget. Uitzondering hierop is de aanleg van het speelterrein aan de Zeedijk-Keeten in Hansweert, de Schuitweg in Yerseke en de St. Felixstraat in Rilland. Deze zijn aangelegd met budget voor jeugdbeleid van de afdeling Onderwijs en Welzijn. De gemeente voert zelf het klein onderhoud op en rond de speeltuin uit. Ieder half jaar wordt gecontroleerd of de speelvoorzieningen nog voldoen aan het WAS. Aan de hand van de veiligheidsnormen worden de speeltoestellen en andere speelvoorzieningen gecontroleerd op mogelijke gebreken. Ook de valdempende bodemmaterialen en de vrije speelruimte vallen onder de inspectie. De twee inspecties die jaarlijks worden uitgevoerd en het vervangen van afgekeurde onderdelen worden uitbesteed aan een gecertificeerd bedrijf. Het klein onderhoud bestaat voornamelijk uit gras maaien, snoeien, schoffelen omliggende plantvakken en bijvullen van ondergronden. Afhankelijk van de keuringen wordt beslist om de schade aan een toestel te laten herstellen of bij te hoge herstelkosten het toestel te vervangen indien er budget beschikbaar is. Zo niet, dan wordt het toestel om veiligheidsredenen preventief verwijderd. Het aanleggen van speelvoorzieningen gebeurde in alle gevallen door de gemeente zelf en niet in co-productie met buurtbewoners. Hierin is een kentering gekomen bij de aanleg/herinrichting van de meest recente speelterreinen in Steehof (Yerseke), Tremel (Krabbendijke), Roerdomp (Rilland) en het project Witte Molen (Rilland). Bij de aanleg van nieuwe speelterreinen worden omwonenden en kinderen betrokken bij de keuze van inrichting. De gemeente draagt zelf zorg voor het onderhoud. Het dagelijks- en netheidsonderhoud van speelvoorzieningen is niet uitbesteed aan buurtbewoners. Het groot onderhoud (reparatie en vervanging) gebeurt altijd door de gemeente (al dan niet uitbesteed aan een inspectiebureau), in verband met de eindverantwoordelijkheid en de veiligheidseisen. 25

26 Hoofdstuk 5 Toekomst speelruimte In hoofdstuk 4 is nader ingegaan op de hoeveelheid informele en formele speelruimte die aanwezig is. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de toekomst van de speelruimte in Reimerswaal. 5.1 Aanbevelingen naar aanleiding van inventarisatie Gelet op de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. Bovendien bieden losse speeltoestellen op de hoek van een straat geen meerwaarde en belemmert het ook het onderhoud (onkruidvorming). Voor het uitvoeringsplan en informatie over de betreffende speelterreinen verwijzen wij u naar hoofdstuk 7. Fuchsialaan, Yerseke De gemeente wil naast de informele speelruimte ook voldoende formele speelruimte aanbieden. Hierbij wordt gekeken naar de doelgroepen, actieradius, spreiding, fysieke barrières en beschikbare percelen. Gelet op de spreiding, de fysieke barrières en het aantal kinderen woonachtig binnen de actieradius is het mogelijk een aantal speelterreinen om te vormen van formeel naar informeel speelterrein. Tabel 5 Totale formele en informele speelruimte in Reimerswaal na herindeling speelterreinen Dorpskern Oppervlakte bebouwing Oppervlakte formele speelruimte Oppervlakte informele speelruimte Totale speelruimte Speelruimte t.o.v. bebouwing in m 2 in m 2 in % in m 2 in % in m 2 in % Bath % % ,1 Oostdijk ,9% 695 0,8% ,7% Hansweert ,9% ,5% ,3% Kruiningen ,8% % ,8% Waarde ,9% ,1% % Rilland ,3% ,4% ,7% Yerseke * 2,9% ,8% ,7% Krabbendijke % ,1% % TOTAAL m m 2 3,4% m 2 9,3% m 2 12,7% *Uitgegaan van nieuw aan te leggen speelterrein aan Kakeldans en Rozenlaan Na herindeling heeft de gemeente, indien rekening wordt gehouden met de 3% norm, voldoende formele speelruimte (3,4%) waarbij deze wordt aangevuld met meer dan voldoende informele speelruimte (9,3%). 26

27 Tabel 6 Totale aanbod formele speelplekken in Reimerswaal na herindeling speelterreinen Dorpskern Aantal formele Aantal speel- Aantal speelprikkels Aantal Aantal panna- speelplekken toestellen trapveldjes kooien Bath Oostdijk Hansweert Kruiningen Waarde Rilland Yerseke Krabbendijke TOTAAL Van belang is dat er in elk dorp voor alle genoemde doelgroepen speeltoestellen aanwezig zijn. Bij te vervangen speelterreinen zullen toestellen die afgeschreven zijn of afgekeurd, worden weggehaald. De ruimte die dan vrijkomt, blijft beschikbaar als informele speelruimte. De gemeente vindt het van belang dat er in elk dorp voor alle doelgroepen speeltoestellen aanwezig zijn. Uitzondering hierop is Bath. In Bath is er namelijk wel, in tegenstelling tot andere buurtschappen, een dorpshuis en speeltuin. De speeltuin in Bath blijft gehandhaafd. In alle dorpen van Reimerswaal is voldoende informele speelruimte aanwezig. Wel kan de bespeelbaarheid en herkenbaarheid op sommige locaties worden verbeterd. Zo staan er op een aantal locaties verbodsbordjes (bijvoorbeeld verboden te voetballen, verboden voor kinderen ouder dan 12 jaar), veelal geplaatst naar aanleiding van een melding in het verleden. Er worden geen nieuwe verbodsbordjes geplaatst en het aantal bestaande bordjes wordt beperkt, met inachtneming van gemaakte afspraken in het verleden JOP s (JongerenOntmoetingsPlek) In het coalitieakkoord ( ) is afgesproken dat de coalitie geen gronden meer ziet voor het in stand houden van of het inrichten van hangplekken en het realiseren van nieuwe skatebanen. Er zijn momenteel nog twee JOP s in de gemeente, namelijk in Kruiningen en Rilland. Wegens dit standpunt zijn er in dit speelruimtebeleid voor de JOP s geen verdere uitgangspunten opgenomen. Trapveldjes (voetbal) In de gemeente is een ruim aanbod van grastrapveldjes. Er wordt veel aandacht besteed aan het onderhoud van de trapveldjes, maar bij intensief gebruik is het bijna onmogelijk om een goede grasmat te houden. Het gevolg daarvan is dat de voetballers uitwijken naar plekken die daarvoor minder geschikt zijn, zoals speelplekjes voor kleine kinderen en pleintjes dicht bij woningen. Dit leidt dan vaak weer tot klachten wegens overlast. De aanleg van verharde trapveldjes (pannakooi) is daarom wenselijk. Dit wijkt af van het gestelde in de Missie, visie en strategie van gemeente Reimerswaal (2008) waarbij de omvang van een dorp bepalend is voor het aantal gemeentelijke voorzieningen in die kern. Per dorp is één verhard voetbalveldje/pannakooi gewenst. Dat komt neer op een totaal van 7 voor de hele gemeente. Op het moment van de inventarisatie waren er 4 pannakooien, te weten in Waarde, Rilland, Kruiningen en Hansweert. Voor de uitbreiding van de pannakooien is geen extra 27

28 ruimte nodig, omdat de bestaande trapveldjes omgevormd kunnen worden. In Oostdijk zou de skatebaan bij afschrijving vervangen kunnen worden door een pannakooi. In Yerseke zou er mogelijkheid zijn bij de Hogeweg, naast het huidige trapveldje 12. Voor een pannakooi in Krabbendijke wordt de ontwikkeling met betrekking tot de verhuizing van de voetbalvelden gevolgd. Wellicht zijn daar mogelijkheden om een formele speelplek en pannakooi aan te leggen. Schaarweg, Waarde Vooral bij verharde speelveldjes moet goed gelet worden op mogelijke overlast voor omwonenden. Een afstand van minimaal 50 meter tot de gevels van woningen is daarbij wenselijk. Bij de leeftijdscategorie jongeren tot en met 18 jaar mogen we ervan uit gaan dat er een zekere mate van bekendheid met het verkeer en de verkeersregels is. De actieradius van deze categorie is dus groter. Drukke wegen vormen dan geen belemmering. Uitgangspunt is per dorp één pannakooi, bij voorkeur centraal gelegen en met zicht op de locatie. Onderhoud en inspectie Om de veiligheid van speeltoestellen te waarborgen hanteert de gemeente de volgende uitgangspunten. Een speeltoestel moet deugdelijk gemonteerd en veilig geïnstalleerd worden. Hierbij hoort ook een veilige omgeving zonder obstakels in het valgebied en een voldoende valdempende ondergrond. Een in te schakelen inspectiebureau dient een keurmerk te hebben voor het inspecteren van speeltoestellen. De gemeente blijft logboeken bijhouden van alle speeltoestellen op openbaar terrein, al dan niet uitbesteed aan een extern inspectiebureau, waaruit aantoonbaar kan worden gemaakt dat er voldoende wordt gedaan om de toestellen veilig te houden. De gemeente blijft de organisatie en kosten voor de inspecties van alle speeltoestellen op openbaar terrein voor haar rekening nemen. 12 Inmiddels is er een begin gemaakt met de aanleg van een pannakooi bij terrein Hogeweg, Yerseke. 28

29 5.2 Randvoorwaarden bij inrichting speelruimte Algemene basiseisen aan speelruimte Een goede basisinrichting biedt variatie in hoogten, materialen, afmetingen, kleuren, verharde en onverharde ondergronden. Een speelruimte moet zo ingericht zijn dat er verschillende spelvormen mogelijk zijn. Speelplekken moeten functioneel en sociaal veilig, goed toegankelijk en bereikbaar zijn voor de doelgroepen. Het terrein dient vanuit zoveel mogelijk zijden zo goed en zo veilig mogelijk bereikbaar te zijn voor kinderen. Verder dient een speelplek in het zicht van woningen gelegen te zijn. Dit zal ook het risico van vandalisme verminderen. Bezonning is belangrijk: kinderen spelen het liefst in de zon, maar schaduw is ook belangrijk. Maar ook de positionering van speeltoestellen ten opzichte van de zon is belangrijk. Met name metalen glijbanen kunnen bij warm weer brandwonden veroorzaken. Bankjes op het speelterrein dienen zo te staan dat met name de kleine kinderen goed in de gaten gehouden kunnen worden. Spelende kinderen letten niet altijd goed op hun omgeving. Drukke of bewegende toestellen (zoals glijbanen en schommels) kunnen daarom beter achteraan de speelplek of langs de zijkanten staan. Ook voor balspelen en fietsen zijn aparte (afgeschermde) ruimtes nodig. De toestellen voor jonge kinderen kunnen het beste in een apart deel vooraan het speelterrein staan. Formele speelruimte ligt op goed toegankelijke en veilig bereikbare locaties, met aandacht voor bezonning en schaduw en zicht op woningen. Hierbij is tevens aandacht voor kindvriendelijke wegen naar de speelplek toe. Bij de toekomstige inrichting zal rekening worden gehouden met de wenselijkheid en de noodzakelijkheid van een verbetering van de toegankelijkheid voor mindervalide kinderen. De gemeente wil voldoende voorzieningen bieden waar specifiekere doelgroepen, zoals kinderen met een beperking, mede gebruik van kunnen maken Speelruimtekwaliteit in stedenbouwkundige plannen en bij herinrichtingen Bij de inrichting van een nieuwe wijk wordt er door de afdeling Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling rekening gehouden met speelruimte. Het gaat dan met name om het aantal vierkante meters dat gereserveerd wordt voor een formele speelplek. Als gemeente trekken we het beleid breder en richten ons op speelruimtekwaliteit in een stedenbouwkundig plan. We richten ons hierbij dus ook op de informele speelruimte: het brede trottoir, de waterkant met flauw talud, de trappen op een plein waar je met vrienden kunt rondhangen en kletsen. Speciale aandacht verdienen de routes die kinderen vaak gebruiken tussen bijvoorbeeld scholen en speelplekken. Het advies is om bij de (her)inrichting van wijken het plan ook door de ogen van een kind te bekijken. Samenwerking wordt geborgd doordat beleidsmedewerkers speelterreinen bij het opstartgesprek van (civiele techniek) projecten zijn uitgenodigd. Daarnaast moeten de belangen van het spelen in Reimerswaal worden behartigd in het overleg van de Stedebouwkundige Werkgroep. Geringe meerkosten komen ten laste van het projectbudget. Indien de kosten noemenswaardig meer worden, dan zal het ten laste van het budget speelterreinen komen. Bij (her)inrichtingsplannen voor een nieuwe woonwijk en/of straten wordt er zoveel mogelijk rekening gehouden met de inrichting om daar informele speelruimte te creëren (onder andere brede trottoirs, flauw talud bij water) en wordt rekening gehouden met het medegebruik van de openbare ruimte door kinderen. 29

30 Bij ontwikkeling van nieuwe woongebieden in de toekomst wordt er gestreefd naar 3% formele ruimte voor spelen voor kinderen en is tevens aandacht voor de bereikbaarheid van de buitenspeelruimte. Groenvoorzieningen mits geschikt voor spelen en zodanig ook aangeduid in het bestemmingsplan worden meegeteld in de 3% norm. Voor bestaande woongebieden geldt als uitgangspunt dat verdichting niet ten koste mag gaan van de formele speelruimte Terrein Door hun spel letten kinderen minder goed op oneffenheden in het terrein. Heuvels, muurtjes, bomen en obstakels zijn aanleiding tot spel, maar ze moeten wel goed zichtbaar zijn. Hierbij moet ook worden gedacht aan scenario s bij verschillende weersomstandigheden. Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de veiligheid van het terrein, ook bij verschillende weersomstandigheden Veiligheid van omliggend water en beplanting Bij de vormgeving van water bij een speelterrein moet rekening gehouden worden met de kindveiligheid. Omliggende oevers dienen flauw aflopend te zijn: kinderen die per ongeluk in het water terecht komen, vallen niet diep en kunnen er eenvoudig uit. Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor toezicht op kinderen die nog niet kunnen zwemmen. De gemeente gaat sloten en waterpartijen niet afschermen met hekken of hagen. Vanzelfsprekend mogen er geen giftige planten (met besjes) zich in de omgeving van een speeltuin bevinden. Bij voorkeur wordt ook geen beplanting met doorns of prikkende bladeren toegepast. Indien deze struiken dienen als afscheiding, dient er aan de kant van het speelterrein iets anders te worden gebruikt. Aan de andere kant kan beplanting een meerwaarde qua spelen bieden, bijvoorbeeld notenbomen. Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de veiligheid van omliggend water en veilige beplanting, maar ook met de meerwaarde van beplanting qua spelen. Sloten en dergelijke worden niet per definitie afgeschermd Verkeer Kinderen zijn nog geen ervaren deelnemers in het verkeer. Dicht bij speelplekken zijn kinderen extra snel afgeleid. De ruimte rondom een speelplek dient daarom zo rustig en overzichtelijk mogelijk te zijn voor kinderen. Een speeltuin is voor een kind verkeersveilig in een verkeersluwe 13 omgeving waar geen drukke straat moet worden overgestoken en de toegang tot het terrein overzichtelijk is, zowel voor het kind als voor de weggebruiker. Zo kunnen kinderen tot en met twaalf jaar (nog) niet goed over auto s heen kijken. 13 Een verkeersluw gebied (oftewel autoluw) is een gebied waarin relatief weinig verkeer rijdt. Door middel van de functie en inrichting van de weg (lage snelheid) wordt er echter zo veel mogelijk aan gedaan (duidelijk gemaakt aan weggebruiker) dat het gebied / de weg geen belangrijke verkeersfunctie voor gemotoriseerd verkeer heeft. 30

31 Bij (her)inrichting van een speelterrein wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een overzichtelijk en zichtvrij terrein in relatie tot het omringende verkeer Honden in de speeltuin Speelplekken, zandbakken en speelweiden zijn verboden voor honden op grond van artikel 2:57 Loslopende honden van de Algemene Plaatselijke Verordening. Een bordje verboden voor honden is een communicatiemiddel om mensen er op te wijzen dat honden niet thuis horen in de speeltuin. In het in 2012 vastgestelde hondenbeleid is bepaald dat er geen bordjes bij speelterreinen worden geplaatst. De bordjes hebben geen rechtsgeldigheid en dienen enkel om een regel die voor dat terrein geldt te communiceren. De voornaamste overlast van honden is hondenpoep op speelplekken met gras. Handhaving door de Buitengewoon opsporingsambtenaar heeft prioriteit. Verder zal er in de communicatie met burgers op het asociale gedrag worden gewezen. Bij (her)inrichting van een speelterrein worden er geen bordjes verboden voor honden geplaatst Zandbakken Hoewel het spelen met zand (structuren ervaren/voelen) een belangrijk onderdeel is in de ontwikkeling van jonge kinderen, zijn zandbakken lastig te beheren. Door de strenge wettelijke eisen is de veiligheid en hygiëne rondom openbare zandbakken moeilijk te waarborgen. Zandbakken (in de openbare ruimte) in beheer van de gemeente worden dan ook verwijderd. Uit het oogpunt van veiligheid en hygiëne worden nog bestaande zandbakken op de formele speelterreinen verwijderd en worden er geen nieuwe zandbakken geplaatst Afvalvoorziening Goed onderhouden en schone speelterreinen trekken minder vandalisme aan. Bij iedere speelplek hoort daarom minstens één afvalbak te staan. Bij ieder formeel speelterrein hoort minstens één afvalbak te staan.. Verder wordt er in het kader van het project Zwerfafvalbestrijding door de gemeente in samenwerking met Schoon Zeeland 14 aandacht besteed aan zwerfafvaleducatie van scholieren en worden inzamelingsacties van zwerfafval gestimuleerd en ondersteund. 14 Schoon Zeeland is een initiatief van de Zeeuwse gemeenten en Natuur- en Milieu-Educatie centra om zwerfafval te bestrijden. 31

32 5.3 Nog te realiseren speelterreinen Een aantal nog te realiseren speelterreinen ligt al vast in de uitbreidingsplannen. Dit zijn: Locatie Kruseveer, Kruiningen Locatie Zandweg, Kruiningen Locatie Tramper, Hansweert Roerdomp, Rilland Locatie Kruseveer, Kruiningen Er is ruimte gereserveerd voor een speelterrein van ca m 2. De projectontwikkelaar van plan Kruseveer is verantwoordelijk voor de aanschaf en aanleg van het speelterrein. Zodra de omgeving woonrijp is, zal gestart worden met de aanleg ervan. Locatie Zandweg, Kruiningen Er is ruimte gereserveerd voor een speelterrein tussen Van Leeuwenhoeklaan 66 en 68. De oppervlakte bedraagt ca. 399 m 2. In de hoek van Van Leeuwenhoeklaan (naast nummer 13) komt een trapveld van ca m 2. Het beschikbare budget voor aanleg is ,00. Zodra de omgeving woonrijp is, zal gestart worden met de aanleg ervan. Gelet op de spreiding en de fysieke barrières is het mogelijk het speelterrein aan de Edisonstraat op te heffen. Locatie Tramper, Hansweert Er is ruimte gereserveerd voor een speelterrein op de hoek van de Wielingenstraat en de Braakmanstraat van ca. 336 m 2. Het beschikbare budget voor aanleg is ,00. Aanleg ervan zal pas plaatsvinden nadat de nu nog braakliggende gronden langs de watergang bebouwd zijn. Bij de inventarisatie van de fysieke barrières is gebleken dat de waterpartij aan de Wielingenstraat een barrière vormt op de route naar speelterrein Tramper. Dit wordt ondervangen door de plaatsing van een brug, zodat speelterrein Tramper vanuit die hoek van Hansweert goed bereikbaar zal zijn. Gelet op de spreiding en de fysieke barrières is het mogelijk het speelterrein aan de Krammer op te heffen. Het trapveld Krammer blijft behouden. Pannakooi Krabbendijke Voor een pannakooi in Krabbendijke wordt de ontwikkeling met betrekking tot de mogelijke verhuizing van de voetbalvelden gevolgd. Wellicht zijn daar mogelijkheden om een formele speelplek en pannakooi aan te leggen. 5.4 Participatie Bewoners/gebruikers Betrokkenheid van de bewoners bij de eigen woonomgeving is onmisbaar. Bewoners moeten zich in hun omgeving thuis kunnen voelen en bereid zijn toezicht uit te oefenen op de openbare voorzieningen. Een voorwaarde daarvoor is dat bewoners het gevoel hebben iets over hun eigen woonomgeving te zeggen te hebben. Pas dan zijn ze bereid taken van beheer op zich te nemen. Bewonersparticipatie en jeugdparticipatie zijn daarom essentieel. Bij de aanleg van nieuwe en de renovatie van bestaande formele speelvoorzieningen wordt er steeds meer overleg gevoerd met een buurtvertegenwoordiging. Ook worden kinderen erbij 32

Dit uitvoeringsplan geeft de hoofdlijnen aan voor de komende 10 jaar aan (2016-2025).

Dit uitvoeringsplan geeft de hoofdlijnen aan voor de komende 10 jaar aan (2016-2025). Uitvoeringsplan Dit uitvoeringsplan geeft de hoofdlijnen aan voor de komende 10 jaar aan (2016-2025). Activiteiten Waar ontwikkelingen zich voordoen wordt rekening gehouden met de normen uit het beleidsplan.

Nadere informatie

Beleidsplan Spelen 2016-2025 1

Beleidsplan Spelen 2016-2025 1 Beleidsplan Spelen 2016-2025 1 Inhoud 1. Algemeen... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Aanleiding... 3 1.3 Begripsbepalingen... 3 1.4 Wettelijk kader... 3 1.5 Vormen van spelen... 4 2 Visie en ambitie... 5 2.1

Nadere informatie

Strijen, juli 2009 OWZ/an - 1 -

Strijen, juli 2009 OWZ/an - 1 - Strijen, juli 2009 OWZ/an - 1 - INHOUD 1. Inleiding pagina 3 2. Criteria pagina 4 3. Huidige situatie in Strijen pagina 5 4. Visie Strijen pagina 6 5. Centrale Speelplaats pagina 6 6. Burgerparticipatie

Nadere informatie

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken. Raad VOORBLAD Onderwerp Speelruimtebeleid Agendering Commissie Bestuurlijk Domein x Gemeenteraad Commissie Ruimtelijk Domein Lijst ingekomen stukken x Commissie Sociaal en Economisch Domein Informerende

Nadere informatie

Er zijn verschillende factoren die een ongeval kunnen veroorzaken:

Er zijn verschillende factoren die een ongeval kunnen veroorzaken: Speeltoestellen Speeltoestellen en attractietoestellen moeten veilig zijn en aan de wettelijke eisen voldoen. Dit draagt bij aan het voorkomen van ongelukken. Spelende kinderen kunnen vallen, kunnen bekneld

Nadere informatie

SPEELTOESTELLEN: BEHEER & ONDERHOUD OVER INSPECTIES, BEHEER EN ONDERHOUD VAN HET PLEIN

SPEELTOESTELLEN: BEHEER & ONDERHOUD OVER INSPECTIES, BEHEER EN ONDERHOUD VAN HET PLEIN SPEELTOESTELLEN: BEHEER & ONDERHOUD OVER INSPECTIES, BEHEER EN ONDERHOUD VAN HET PLEIN PAGINA 2 INLEIDING Slecht onderhouden speelplekken zijn niet alleen onveilig, maar meestal ook onaantrekkelijk. Wie

Nadere informatie

UITVOERINGSPROGRAMMA SPEELRUIMTE 2012-2020

UITVOERINGSPROGRAMMA SPEELRUIMTE 2012-2020 UITVOERINGSPROGRAMMA SPEELRUIMTE 2012-2020 In de Nota Speelruimte 2013 2020 onderkent de gemeente Bussum het belang van speelen ontmoetingsruimte. Kinderen hebben immers recht op (buiten) spelen. De gemeente

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Nota Speelruimtebeleid Spelen in Moerdijk

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Nota Speelruimtebeleid Spelen in Moerdijk VANWEGE STAKEN VAN STEMMEN BIJ HET AMENDEMENT VAN ONAFHANKELIJK MOERDIJK OVER DIT ONDERWERP WORDT DIT OPNIEUW GEAGENDEERD IN DE RAADSVERGADERING VAN 25 FEBRUARI 2010. RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4 Raadsvergadering

Nadere informatie

(semi-)openbare gebouwen

(semi-)openbare gebouwen datu,m: 13 februari 2017 A32 N924 VERKEER BEBOUWING OPENBAAR GROEN SPEELPLEKKEN Spoorlijn Woningen Waterwegen A en N wegen Scholen Kattebos Entree s van de wijk (semi-)openbare gebouwen Wijkontsluiting

Nadere informatie

Speeltoestellen in de Kinderopvang

Speeltoestellen in de Kinderopvang Speeltoestellen in de Kinderopvang Een onderzoek naar het veiligheidsniveau van speeltoestellen in kinderdagverblijven en peuterspeelzalen Auteur: ir. L. Lammers Senior Veiligheids- en trendonderzoeker

Nadere informatie

Beleidskader speeltuinen gemeente Harlingen

Beleidskader speeltuinen gemeente Harlingen Beleidskader speeltuinen gemeente Harlingen Beleidskader speeltuinen gemeente Harlingen, mei 2009 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Wet... 3 3. Inspectie... 4 4. Aansprakelijkheid bij ongevallen...

Nadere informatie

Speelvisie gemeente Anna Paulowna

Speelvisie gemeente Anna Paulowna Speelvisie gemeente Anna Paulowna 2009-2012 Anna Paulowna, 10 februari 2009 Samenvatting De nota Speelvisie Gemeente Anna Paulowna 2009-2012 stelt de kaders van het speelbeleid. De speelvisie beschrijft

Nadere informatie

Speelplan 2017 Gemeente Velsen

Speelplan 2017 Gemeente Velsen Speelplan 2017 Gemeente Velsen Inleiding Elk jaar wordt u het investeringsplan voor speelplekken voorgelegd; het zogenoemde Speelplan. Het Speelplan toont een overzicht van de speelplekken die in aanmerking

Nadere informatie

Waterglijbanen. Zie voor meer informatie over speeltoestellen ook naar de informatie over Speeltoestellen.

Waterglijbanen. Zie voor meer informatie over speeltoestellen ook naar de informatie over Speeltoestellen. Waterglijbanen informatieblad 38 / 4 september 2006 WAS: Warenwetbesluit attractie-en speeltoestellen Iedereen die in Nederland waterglijbanen fabriceert, importeert, verhandelt of beheert heeft te maken

Nadere informatie

Aanpassing Speelruimtebeleidsplan (2012) Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug (JRUH)

Aanpassing Speelruimtebeleidsplan (2012) Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug (JRUH) Aanpassing Speelruimtebeleidsplan (2012) Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug (JRUH) Advies op de uitgangspunten (memo 12 november) 1. Speelplekken zijn heel, veilig en uitdagend en bij voorkeur ook

Nadere informatie

Uitvoeringsnotitie Speelruimtebeleid Gemeente Hoogeveen Afdeling Mens en Werk

Uitvoeringsnotitie Speelruimtebeleid Gemeente Hoogeveen Afdeling Mens en Werk Uitvoeringsnotitie Speelruimtebeleid 2007-2010 Gemeente Hoogeveen Afdeling Mens en Werk 1. Inleiding...2 2. Het belang van een gemeentelijk integraal speelruimtebeleid...2 3. Missie en doelstellingen van

Nadere informatie

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk NOORD

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk NOORD DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE Samenspel Advies voor speelplekken en speeltuinen Wijk NOORD Leeswijzer: Deze internetversie van het speelruimteplan is voor leesbaarheid opgedeeld in een rapport met het beleid

Nadere informatie

Speelplan 2016 Gemeente Velsen

Speelplan 2016 Gemeente Velsen Speelplan 2016 1 Speelplan 2016 Gemeente Velsen Inleiding Elk jaar wordt u het investeringsplan voor speelplekken voorgelegd; het zogenoemde Speelplan. Het Speelplan toont een overzicht van de speelplekken

Nadere informatie

speelruimte beleidsplan

speelruimte beleidsplan speelruimte beleidsplan Gemeente Barneveld Januari 2009 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Geschiedenis 3 3. Doel 3 4. Afwegingen 3 4.1 gebieden die buiten het onderzoek vallen 3 4.2 normen 4 5. Doelgroepen

Nadere informatie

Bestuurlijke samenvatting 2. 1 Algemeen 4. 1.1 Inleiding 4 1.2 Aanleiding 4 1.3 Begripsbepalingen 5 1.4 Wettelijk kader 5 1.5 Vormen van spelen 6

Bestuurlijke samenvatting 2. 1 Algemeen 4. 1.1 Inleiding 4 1.2 Aanleiding 4 1.3 Begripsbepalingen 5 1.4 Wettelijk kader 5 1.5 Vormen van spelen 6 Inhoudsopgave Bestuurlijke samenvatting 2 1 Algemeen 4 1.1 Inleiding 4 1.2 Aanleiding 4 1.3 Begripsbepalingen 5 1.4 Wettelijk kader 5 1.5 Vormen van spelen 6 2 Visie en ambitie 7 2.1 Inleiding 7 2.2 Raakvlakken

Nadere informatie

V E R G A D E R I N G G E M E E N T E R A A D 2 0 1 2

V E R G A D E R I N G G E M E E N T E R A A D 2 0 1 2 V E R G A D E R I N G G E M E E N T E R A A D 2 0 1 2 V O O R S T E L Registratienummer Bijlage(n) Onderwerp R-2012-0159 Speelvoorzieningenbeleid Middenbeemster, 23 oktober 2012 Aan de raad Inleiding en

Nadere informatie

Spelen Bewegen Ontmoeten

Spelen Bewegen Ontmoeten Spelen Bewegen Ontmoeten gemeente Leusden Speelruimteplan 2012-2022 Titel: Opdrachtgever: Opdrachtnemer: Opgesteld door: Speelruimteplan Gemeente Leusden OBB Ingenieursbureau Postbus 805 7400 AV Deventer

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein - Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Colofon Projectnaam

Nadere informatie

Ruimte om te spelen Kader speelruimte 2012-2016 Gemeente Buren

Ruimte om te spelen Kader speelruimte 2012-2016 Gemeente Buren Ruimte om te spelen Kader speelruimte 2012-2016 Gemeente Buren 1 Inleiding De nota Speels Buren, Speelruimtebeleid uit 2006 is verouderd. De inhoud komt niet meer overeen met het nieuwe subsidie- en ondersteuningsbeleid,

Nadere informatie

Speelplaatsenbeleid Gemeente Bergen

Speelplaatsenbeleid Gemeente Bergen Speelplaatsenbeleid 2012-2022 Gemeente Bergen 24 januari 2012 Voorwoord Bergen streeft naar een aantrekkelijke woonomgeving met voldoende ruimte voor veilig spelen en bewegen in eerste instantie voor de

Nadere informatie

Bijlagen. Bijlage 1: Het belang van speelruimte. Bijlage 2: Vervangingswaarde van speeltoestellen

Bijlagen. Bijlage 1: Het belang van speelruimte. Bijlage 2: Vervangingswaarde van speeltoestellen Bijlagen Bijlage 1: Het belang van speelruimte Bijlage 2: Vervangingswaarde van speeltoestellen Bijlage 3: Berekening bijdrage Speeltoestellen op Schoolpleinen Bijlage 4: Exploitatie begroting Speeltoestellen

Nadere informatie

Waar kun je buiten spelen?

Waar kun je buiten spelen? Speelruimteplan Waar kun je buiten spelen? Inhoudsopgave: Aanleiding Veiligheidseisen Het belang van spelen Ruimtelijke spreiding Doelgroepen Actualiteit speelplekken Spreiding speeltoestellen per kern

Nadere informatie

VEILIG SPELEN EN HET WAS OVER HET WAS EN HET KEUREN VAN SPEELTOESTELLEN

VEILIG SPELEN EN HET WAS OVER HET WAS EN HET KEUREN VAN SPEELTOESTELLEN VEILIG SPELEN EN HET WAS OVER HET WAS EN HET KEUREN VAN SPEELTOESTELLEN PAGINA 2 VALLEN EN OPSTAAN... Voor speeltoetsellen geldt dat een risico onaanvaardbaar is als het risico... Op een schoolplein voelen

Nadere informatie

Concept-discussienota speelruimte 2011

Concept-discussienota speelruimte 2011 Concept-discussienota speelruimte 2011 Geschiedenis In 1999 heeft de gemeenteraad op basis van de nota van spelfout tot speelgoed het speelplekkenbeleid vastgesteld. Uitgangspunt van dit beleid is dat

Nadere informatie

3 Speelruimte in de gemeente Brummen

3 Speelruimte in de gemeente Brummen 3 Speelruimte in de gemeente Brummen 3.1 Verschillende soorten speelruimte Zoals gezegd spelen kinderen altijd en overal en dus niet alleen daar waar volwassenen dat als zodanig gepland hebben. Een belangrijk

Nadere informatie

Beheerplan Spelen 2013-2017

Beheerplan Spelen 2013-2017 Beheerplan Spelen 2013-2017 Gemeente Heerhugowaard Afdeling Wijkbeheer 26 maart 2013 Inhoudsopgave Samenvatting.3 1. Inleiding..4 1.1 Beleidspiramide...4 2. Beheerbeleid..5 2.2. 3.Huidige situatie in Heerhugowaard

Nadere informatie

Toezicht kermisattracties

Toezicht kermisattracties Toezicht kermisattracties Inspectieresultaten van 2016 De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht op de naleving van de veiligheidsregels door kermisexploitanten. Deze controles zijn

Nadere informatie

Nota speeltuinen 2016-2020

Nota speeltuinen 2016-2020 Nota speeltuinen 2016-2020 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding.5 1.1. Aanleiding.5 1.2. Belang van buitenspelen...5 1.3. Vormen van spelen...6 1.4. Formele en informele speelruimte...6 1.5. Ontwikkelingen die

Nadere informatie

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk WEST

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk WEST DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE Samenspel Advies voor speelplekken en speeltuinen Wijk WEST Leeswijzer: Deze internetversie van het speelruimteplan is voor leesbaarheid opgedeeld in een rapport met het beleid

Nadere informatie

4.4 Kern 4: Hall. Algemeen

4.4 Kern 4: Hall. Algemeen 4.4 Kern 4: Hall Algemeen Kern 4 bestaat het dorp Hall. Voor het opstellen van dit kernspeelplan is de speelplek in Hall bezocht. De kinderen in het onderzoek zijn betrokken door middel van kinderparticipatie.

Nadere informatie

Aantal Toelichting. 2 Toetsterm verder gedetailleerd; met voorbeelden zodat het duidelijk moet zijn dat het hier ook om de 'bijzondere' gevallen gaat.

Aantal Toelichting. 2 Toetsterm verder gedetailleerd; met voorbeelden zodat het duidelijk moet zijn dat het hier ook om de 'bijzondere' gevallen gaat. Certificaat: Inspecteur speeltoestellen Niveau: ster Toetsvorm: Gesloten vragen Toetsduur: 0 minuten Cesuur: 60% met correctie voor de gokkans Hulpmiddelen: WAS, Normenbundels Onderwerp Code Toetsterm

Nadere informatie

4.4 Samen werken aan speelruimte... 24 4.4.1 Betrokkenheid van buurten stimuleren... 24 4.2.2 Organisatie en budgetten... 25

4.4 Samen werken aan speelruimte... 24 4.4.1 Betrokkenheid van buurten stimuleren... 24 4.2.2 Organisatie en budgetten... 25 Spelen in Midden-Drenthe Beleidsplan voor de speelvoorzieningen in Midden-Drenthe 2011-2020 Mei 2011 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING INLEIDING 1.1 Waarom een beleidsplan voor speelvoorzieningen?... 6 1.2 Doel

Nadere informatie

Speelbeleid Oldenzaal 2016-2025

Speelbeleid Oldenzaal 2016-2025 Speelbeleid Oldenzaal 2016-2025 Inhoudsopgave 1. Aanleiding en samenvatting...3 2. Inleiding...5 2.1 Wat is speelbeleid?...5 2.1.1 Spelen vs. speelplekken...5 2.1.2 Informele speelruimte...5 2.1.3 Formele

Nadere informatie

4.3 Kern 3: Leuvenheim

4.3 Kern 3: Leuvenheim 4.3 Kern 3: Leuvenheim Kern 3 bestaat uit het dorp Leuvenheim. Voor het opstellen van dit kernspeelplan is de speelplek in Leuvenheim bezocht. Ook zijn de bewoners in het onderzoek betrokken. Er is een

Nadere informatie

1 x 1 landelijke wetgeving

1 x 1 landelijke wetgeving Certificaat: Inspecteur speeltoestellen Niveau: 2 sterren Toetsvorm: Gesloten vragen Toetsduur: 120 minuten Cesuur: 60% met correctie voor de gokkans Hulpmiddelen: WAS, Normenbundels TOETSMATRIJS SVS 2

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum : Ag nr. : Datum :07-10-08 Onderwerp Vaststelling speelruimteplan gemeente Boxtel 2008-2017 Status besluitvormend Voorstel 1. Het beleid met de bijbehorende beleidskaders van het speelruimteplan gemeente

Nadere informatie

Speelruimte beleidsplan Castricum

Speelruimte beleidsplan Castricum Speelruimte beleidsplan Castricum 2015-2025 Beweegplein naast Rembrandtschool Akersloot Inhoudsopgave Speelruimtebeleidsplan Samenvatting 3 1 Algemeen 5 1.1 Inleiding 5 1.2 Aanleiding 5 1.3 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Uitvoeringsplan speelplekken Nieuwland

Uitvoeringsplan speelplekken Nieuwland 1 De speelruimtevisie van de gemeente Amersfoort is vertaald naar zeven spelregels voor goed buitenspelen. Deze zijn in 2017 opgesteld in samenwerking met de gemeenteraad en kinderen uit de gemeente. In

Nadere informatie

Inleiding Elk jaar wordt het investeringsplan voor speelplekken vastgesteld; het zogenoemde Speelplan.

Inleiding Elk jaar wordt het investeringsplan voor speelplekken vastgesteld; het zogenoemde Speelplan. Speelplan 2018 Speelplan 2018 Inleiding Elk jaar wordt het investeringsplan voor speelplekken vastgesteld; het zogenoemde Speelplan. Het Speelplan toont een overzicht van de speelplekken die in aanmerking

Nadere informatie

Spelen in de bossen. Van natuurlijke materialen tot veilige speeltoestellen. Factsheet. Voedsel en Waren Autoriteit Regio Zuidwest

Spelen in de bossen. Van natuurlijke materialen tot veilige speeltoestellen. Factsheet. Voedsel en Waren Autoriteit Regio Zuidwest Spelen in de bossen Van natuurlijke materialen tot veilige speeltoestellen Factsheet Voedsel en Waren Autoriteit Regio Zuidwest 1 2 1. INLEIDING Achtergrond Spelen en lekker bewegen in het groen, in een

Nadere informatie

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk OOST-ZUID

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE. Samenspel. Advies voor. speelplekken en speeltuinen. Wijk OOST-ZUID DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE Samenspel Advies voor speelplekken en speeltuinen Wijk OOST-ZUID Leeswijzer: Deze internetversie van het speelruimteplan is voor leesbaarheid opgedeeld in een rapport met het

Nadere informatie

Raadsvoorstel en besluitnota

Raadsvoorstel en besluitnota Raadsvoorstel en besluitnota Onderwerp Speelruimtebeleidsplan Gemeente Zaanstad 2017 Gevraagd besluit 1. Het Speelruimtebeleidsplan Gemeente Zaanstad 2017 vast te stellen waarbij het huidige voorzieningenniveau

Nadere informatie

Beheerplan spelen 2015-2018

Beheerplan spelen 2015-2018 Beheerplan spelen 2015-2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Doel 1 1.2 Doelstelling 1 1.3 Resultaat 1 2 Kaders 2 2.1 Wettelijke kaders 2 2.2 Beleidskaders 3 2.3 Normen en richtlijnen 3 3 Kwantiteit en

Nadere informatie

Certificering (natuur) speelplaatsen VAK

Certificering (natuur) speelplaatsen VAK Certificering (natuur) speelplaatsen VAK TÜV NORD Group Organisatie voor certificatie en keuringen van systemen, producten, processen en kwalificaties van personen Vertegenwoordiging in meer dan 70 landen

Nadere informatie

Startnotitie Actieplan spelen, sporten en ontmoeten in de buitenruimte van Woudenberg 2016-2020

Startnotitie Actieplan spelen, sporten en ontmoeten in de buitenruimte van Woudenberg 2016-2020 2015 Startnotitie Actieplan spelen, sporten en ontmoeten in de buitenruimte van Woudenberg 2016-2020 Afdeling Beleid en Ontwikkeling Demiencke Brinkman 24-03-2015 Inhoud 1. Inleiding... 3 2.Opdracht 2.1.

Nadere informatie

CREEER UW EIGEN FITPARK NU OOK IN UW GEMEENTE? Positieve uitwerking op uw wijk. Zeer populair bij de jeugd. Het nieuwe sporten voor jong en oud

CREEER UW EIGEN FITPARK NU OOK IN UW GEMEENTE? Positieve uitwerking op uw wijk. Zeer populair bij de jeugd. Het nieuwe sporten voor jong en oud CREEER UW EIGEN FITPARK NU OOK IN UW GEMEENTE? Positieve uitwerking op uw wijk hangjongeren worden doejongeren Zeer populair bij de jeugd 100% Het nieuwe sporten voor jong en oud BarManiapro, marktleider

Nadere informatie

1 Logboek speeltoestel LOGBOEK SPEELTOESTEL

1 Logboek speeltoestel LOGBOEK SPEELTOESTEL 1 Logboek speeltoestel LOGBOEK SPEELTOESTEL 3Logboek speeltoestel Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 2 Eigenaar en beheerder 7 3 Identificatie speeltoestel 9 4 Fabrikant, importeur en installateur 11

Nadere informatie

Inleiding Toetsing Participatie Overzicht... 4

Inleiding Toetsing Participatie Overzicht... 4 Inhoud Inleiding... 3 Toetsing... 3 Participatie... 3 Overzicht... 4 Toelichting... 4 Velserbroek... 4 Klipper... 4 Wieringeraak (voetbalkooi)... 5 Aletta Jacobsstraat... 6 Watermuur... 7 Velsen-Noord...

Nadere informatie

Geïntegreerd spelen in de praktijk

Geïntegreerd spelen in de praktijk Geïntegreerd spelen in de praktijk Veel speelterreinen zijn niet toegankelijk en bespeelbaar voor kinderen met een beperking. Bij de inrichting en het beheer van speelterreinen wordt onvoldoende rekening

Nadere informatie

Portefeuillehouder Broekhuizen Datum collegebesluit 28 april 2015 Opsteller mevrouw F. Driessen Registratie GF15.

Portefeuillehouder Broekhuizen Datum collegebesluit 28 april 2015 Opsteller mevrouw F. Driessen Registratie GF15. Portefeuillehouder Broekhuizen Datum collegebesluit 28 april 2015 Opsteller mevrouw F. Driessen Registratie GF15.20048 Agendapunt 8 Onderwerp Plan van aanpak spelen Heerenveen Voorstel Vaststellen Speelplan

Nadere informatie

Buiten is zoveel te beleven! Schommelen op een speelplek, hutten bouwen in de bosjes, voetballen op het veldje en een rondje skaten door de buurt.

Buiten is zoveel te beleven! Schommelen op een speelplek, hutten bouwen in de bosjes, voetballen op het veldje en een rondje skaten door de buurt. Inspraaknotitie DENK MEE OVER SPELEN (SPEELRUIMTEPLAN) Buiten is zoveel te beleven! Schommelen op een speelplek, hutten bouwen in de bosjes, voetballen op het veldje en een rondje skaten door de buurt.

Nadere informatie

Spelen,spelen,spelen,spel,spelen, spelen,spelen,spelen,spelen,spele n,spel,spelen,spelen,spelen,spele n,spelen,spelen,spelen,spelen,sp

Spelen,spelen,spelen,spel,spelen, spelen,spelen,spelen,spelen,spele n,spel,spelen,spelen,spelen,spele n,spelen,spelen,spelen,spelen,sp Spelen,spelen,spelen,spel,spelen, spelen,spelen,spelen,spelen,spele n,spel,spelen,spelen,spelen,spele n,spelen,spelen,spelen,spelen,sp el,spelen,spelen,spelen,spelen,sp elen,spelen,spelen,spel,spelen,sp

Nadere informatie

*Z0230DEDA67* Raadsvoorstel. Aan de raad. : Speelruimteplan Beverwijk, Beverwijk speelt buiten

*Z0230DEDA67* Raadsvoorstel. Aan de raad. : Speelruimteplan Beverwijk, Beverwijk speelt buiten Raadsvoorstel Documentnummer Afdeling Onderwerp *Z0230DEDA67* Aan de raad : INT-15-22008 : Ruimte : Speelruimteplan Beverwijk, Beverwijk speelt buiten Inleiding Hoe staat het met de speelruimte in Beverwijk,

Nadere informatie

Paraaf Hoofd : Medeparaaf : Doorkiesnummer :

Paraaf Hoofd : Medeparaaf : Doorkiesnummer : Besprekingsverslag Bespreking op : 12 januari 2015 Tijdsduur : Van 19:00 uur tot 21:00 uur B&W A B&W B MT In/te : Stadhuis Verslagdatum : 14 januari 2015 Paraaf Hoofd : Naam steller : H Dikken Medeparaaf

Nadere informatie

Buitenspelen 2013 Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt

Buitenspelen 2013 Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt Inhoudsopgave 1 Opzet onderzoek 5 2 Buitenspelen 7 3 Favoriete speelplekken en spellen 13 4 Geschiktheid buurt voor buitenspelen 18 5 Wat maakt buitenspelen

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen bij speeltuinverenigingen

Veiligheid van speeltoestellen bij speeltuinverenigingen Veiligheid van speeltoestellen bij speeltuinverenigingen Inspectieresultaten 2009 Factsheet 26 augustus 2010 Speeltoestellen bij speeltuinverenigingen - inspectieresultaten 2009 26 augustus 2010 Colofon

Nadere informatie

Jeugd in de buitenruimte. Speelruimtebeleid

Jeugd in de buitenruimte. Speelruimtebeleid Jeugd in de buitenruimte Speelruimtebeleid Speelruimtebeleid in Zeewolde versie 7 jul. 14 1 Jeugd in de buitenruimte Speelruimtebeleid Opgesteld door: M.M. Frelier, OBB ingenieursbureau, E.G.Oost-Mulder,

Nadere informatie

Heerhugowaard Stad van kansen. Bestuursdienst I advies aan Burgemeester en Wethouders

Heerhugowaard Stad van kansen. Bestuursdienst I advies aan Burgemeester en Wethouders Heerhugowaard Stad van kansen Bestuursdienst I advies aan Burgemeester en Wethouders Reg.nr: BW13-0053 Sector/afd.: Stadsbeheer/Wijkbeheer Portefeuillehouder: L.H.M. Dickhoff Casenr.: Cbb 130041 Steller/tst.:

Nadere informatie

Speelruimtebeleid Echt - Susteren 2012-2020. Speelruimte voor de jeugd van Echt Susteren

Speelruimtebeleid Echt - Susteren 2012-2020. Speelruimte voor de jeugd van Echt Susteren Speelruimtebeleid Echt - Susteren 2012-2020 Speelruimte voor de jeugd van Echt Susteren Speelruimtebeleidsplan - Echt-Susteren 2012-2020 Colofon Echt-Susteren, oktober 2011 Status: definitief Gemeente

Nadere informatie

Voordat ik daarmee begin wil ik graag mezelf voorstellen.

Voordat ik daarmee begin wil ik graag mezelf voorstellen. Juli 2017 heeft u een motie ingediend. In deze presentatie geef ik graag een terugkoppeling op de motie, aan de hand van verhalen en beelden uit de praktijk, met daarin bijzonder aandacht voor de samenwerking

Nadere informatie

Natuurlijk buiten spelen!

Natuurlijk buiten spelen! Natuurlijk buiten spelen! Beleidskader voor een beweegvriendelijke woonomgeving Versie dd 23/10/17 2 Samenvatting Sinds de vaststelling van het Speelruimtebeleidsplan 2003-2010 is veel geïnvesteerd in

Nadere informatie

Uitgiftetoets verkoop overhoeken gemeentegrond

Uitgiftetoets verkoop overhoeken gemeentegrond Uitgiftetoets verkoop overhoeken gemeentegrond Uitgiftetoets voor overhoeken gemeentegrond De uitgiftetoets voor overhoeken gemeentegrond is opgebouwd uit twee delen met in totaal twaalf criteria. Toets

Nadere informatie

Resultaten enquête Speelruimte in Kerkehout SPELEN IN BEWEGING

Resultaten enquête Speelruimte in Kerkehout SPELEN IN BEWEGING Resultaten enquête Speelruimte in Kerkehout SPELEN IN BEWEGING 73 respondenten: Reacties: 20 (groot)ouder van (klein)kinderen 0 tot en met 5 jaar 2 jeugdige van de basisschool (circa 6-12 jaar) 20 jongere

Nadere informatie

Kosten uitvoering speelruimtebeleidsplan. Excell sheet met alle speelplekken. Kaart van de nieuwe situatie in de hele gemeente

Kosten uitvoering speelruimtebeleidsplan. Excell sheet met alle speelplekken. Kaart van de nieuwe situatie in de hele gemeente Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 4.1 Hoofdstuk 5 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Inleiding Visie Bestaande Situatie Uitvoering Kosten uitvoering speelruimtebeleidsplan

Nadere informatie

Speeltoestellenbesluit

Speeltoestellenbesluit Wet- en regelgeving Speeltoestellenbesluit Veiligheid bij spelactiviteiten vinden we allemaal erg belangrijk. Een aantal randvoorwaarden voor die veiligheid zijn wettelijk geregeld. Rond speeltoestellen

Nadere informatie

de leden van de gemeenteraad van Gouda Evaluatie beleid speelvoorzieningen

de leden van de gemeenteraad van Gouda Evaluatie beleid speelvoorzieningen Memo aan onderwerp van de leden van de gemeenteraad van Gouda Evaluatie beleid speelvoorzieningen Het college van burgemeester en wethouders van Gouda datum 28 januari 2014 Evaluatie beleid speelvoorzieningen

Nadere informatie

SPEELRUIMTEBELEID GEMEENTE SOMEREN 2012 SPELEN DOEN WE ZELF

SPEELRUIMTEBELEID GEMEENTE SOMEREN 2012 SPELEN DOEN WE ZELF - 1 - SPEELRUIMTEBELEID GEMEENTE SOMEREN 2012 SPELEN DOEN WE ZELF 0. INLEIDING 1. ALGEMENE VISIE OP SPELEN 2. HUIDIGE SPEELPLAATSENBELEID 3. SPELEN DOEN WE ZELF :BELEIDSUITGANGSPUNTEN EN RANDVOORWAARDEN

Nadere informatie

Beheersplan en Overzichtsblad

Beheersplan en Overzichtsblad Beheersplan en Overzichtsblad Speeltoestellen Naam speelplek.... Locatie, adres.... Aantal speeltoestellen.... Beheersplan en overzichtsblad speeltoestellen Overzichtsblad speeltoestellen Dit overzichtsblad

Nadere informatie

Factsheet Toezicht kermisattracties

Factsheet Toezicht kermisattracties Factsheet Toezicht kermisattracties 2012-2013 Datum: 17 juli 2014 1 Colofon Projectnaam Toezicht Kermisattracties 2012-2013 Projectnummer P3NT12 (2012) en PDNT0000 (2013) Versienummer 8 juli 2014 Projectleiders

Nadere informatie

Paraplu herziening scholen (analoog)

Paraplu herziening scholen (analoog) Paraplu herziening scholen (analoog) 2 Inhoudsopgave Toelichting 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 7 1.1 Algemeen 7 1.2 Geldende bestemmingsplannen 8 1.3 Leeswijzer 9 Hoofdstuk 2 Beleidskader 10 2.1 Sociale Structuurvisie

Nadere informatie

Ruimte voor jongeren Appendix Speelruimte Beleidsplan 2009

Ruimte voor jongeren Appendix Speelruimte Beleidsplan 2009 Ruimte voor jongeren Appendix Speelruimte Beleidsplan 2009 Gemeente Helmond Ruimte voor jongeren Appendix Speelruimte Beleidsplan 2009 Vastgesteld: 21 juli 2009 Samenvatting In het Speelruimtebeleidsplan

Nadere informatie

Vraag 4 Wordt er rekening gehouden met de omliggende woningen en is er een regeling voor ontstane schade tgv de bouwwerkzaamheden?

Vraag 4 Wordt er rekening gehouden met de omliggende woningen en is er een regeling voor ontstane schade tgv de bouwwerkzaamheden? Reactieformulieren informatieavond Dijsselbloem/turnhal A. Planning Vraag 1 Is er duidelijkheid in de planning te geven? Activiteit Planning Opstellen Programma van eisen Juli 2014 Augustus 2014 Aanbesteding

Nadere informatie

RUIMTE OM BUITEN TE SPELEN

RUIMTE OM BUITEN TE SPELEN RUIMTE OM BUITEN TE SPELEN 2014-2019 Naar toekomst bestendigde openbare speelruimte, stap 1. Status: Definitief Datum: 4 december 2013 Opsteller: M. van Osch 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

UITVOERINGSPLAN

UITVOERINGSPLAN Project Onderwerp Uitvoeringsplan speelplaatsen gemeente Aalten Toelichting Uitvoeringsplan Bredevoort UITVOERINGSPLAN 2016-2017 In juni 2017 is in Bredevoort een informatiebijeenkomst en een buurtwandeling

Nadere informatie

Analyse Enquête Speelruimte en Speelinfrastructuur gemeenten 2017

Analyse Enquête Speelruimte en Speelinfrastructuur gemeenten 2017 Branchevereniging Spelen en Bewegen, 20/3/17 Respondenten en De Onderzoekerij Over de analyse van de antwoorden is contact geweest met De Onderzoekerij. Zij gaven aan dat met behulp van platte analyse

Nadere informatie

Goed spelen. Voorstel voor een ruimer speelruimtebeleid

Goed spelen. Voorstel voor een ruimer speelruimtebeleid Goed spelen Voorstel voor een ruimer speelruimtebeleid Voorwoord De raadsfracties van het CDA en de PvdA zijn al geruime tijd bezig met onderzoek naar speelgroen in de gemeente Leeuwarden. In veel wijken

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Aan de Raad Raad Made, 8 september 2015

Aan de Raad Raad Made, 8 september 2015 Aan de Raad Raad Made, 8 september 2015 Agendapuntnummer: 8 Raadsvergadering 8 oktober 2015 Onderwerp: Beleidsplan speelruimte 2015-2024 Spelen is bewegen Registratienummer: 15int03559 Casenr: 15.01213

Nadere informatie

REPORTAGE: SPEELTERREIN JOEPLA (LOCHRISTI)

REPORTAGE: SPEELTERREIN JOEPLA (LOCHRISTI) NOTA REPORTAGE: SPEELTERREIN JOEPLA (LOCHRISTI) Datum: 1 augustus 2007 REPORTAGE: SPEELTERREIN JOEPLA (LOCHRISTI) 1 augustus 2007 pagina 1 > 5 1 Speelterrein Joepla (Lochristi) 1.1 KORT In t kort Ligging/adres

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Inspectiebevindingen 2007 en 2008 Fact sheet Voedsel en Waren Autoriteit Afdeling Signalering en Ontwikkeling Regio Zuidwest Maart 2009 (Deel)projectnummer:

Nadere informatie

Notitie Speelplekkenbeleid gemeente Leek. Stapstenen in Oostindie (foto: Arcadis) Natuurlijk Spelen!

Notitie Speelplekkenbeleid gemeente Leek. Stapstenen in Oostindie (foto: Arcadis) Natuurlijk Spelen! Notitie Speelplekkenbeleid gemeente Leek Stapstenen in Oostindie (foto: Arcadis) Natuurlijk Spelen! Leek oktober 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding pagina 2 Hoofdstuk 2: Visie op speelplekken pagina

Nadere informatie

(CONCEPT) VOORSTEL AAN DE RAAD: VERGADERING 26 maart 2013

(CONCEPT) VOORSTEL AAN DE RAAD: VERGADERING 26 maart 2013 (CONCEPT) VOORSTEL AAN DE RAAD: VERGADERING 26 maart 2013 Onderwerp: Evaluatie speelruimtebeleid Agendapunt Raadsvoorstelnummer Voorstel: 1. Vasthouden aan de bestaande beleidsvoornemens voor de ontwikkeling

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein inspectieresultaten 2009 Factsheet 28 mei 2010 Speeltoestellen op scholen - inspectieresultaten 2009 28 mei 2010 Colofon Projectnaam Projectnummer Versienummer

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Minisymposium 4 juni 2013. www.keurmerk.nl

Minisymposium 4 juni 2013. www.keurmerk.nl Minisymposium 4 juni 2013 Keurmerkinstituut Het Keurmerkinstituut is een onafhankelijke organisatie gericht op verbetering van de kwaliteit en veiligheid van producten, diensten en accommodaties voor consumenten.

Nadere informatie

Goede Ruimtelijke Onderbouwing (Aanvraag omgevingsvergunning) Achtertuin Kinderdagverblijf & BSO Kerkhoflaan Rotterdam

Goede Ruimtelijke Onderbouwing (Aanvraag omgevingsvergunning) Achtertuin Kinderdagverblijf & BSO Kerkhoflaan Rotterdam Goede Ruimtelijke Onderbouwing (Aanvraag omgevingsvergunning) Achtertuin Kinderdagverblijf & BSO Kerkhoflaan 49-53 Rotterdam Bedrijf : Kinderdagverblijf & BSO gevestigd aan de Kerkhoflaan 49-53 te Rotterdam

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR226064_1. Beleidsnota speelruimte Hoofdstuk Samenvatting

CVDR. Nr. CVDR226064_1. Beleidsnota speelruimte Hoofdstuk Samenvatting CVDR Officiële uitgave van Enkhuizen. Nr. CVDR226064_1 4 oktober 2016 Beleidsnota speelruimte 2012 Hoofdstuk Samenvatting De gemeente Enkhuizen wil de openbare ruimte zodanig inrichten dat de leefbaarheid

Nadere informatie

projectplan Opnieuw spelen in de buurt Herinrichten speelveld Topshoofd Urk

projectplan Opnieuw spelen in de buurt Herinrichten speelveld Topshoofd Urk projectplan Opnieuw spelen in de buurt Herinrichten speelveld Topshoofd Urk Oktober 2017 Dhr. F. Hoekstra Voorzitter buurtvereniging de Torpedo s KvK nummer 67191150 1 Hoofdstuk 1. Introductie Inleiding

Nadere informatie

Buitenspelen in Zoeterwoude. Beleidsplan spelen 2015-2024

Buitenspelen in Zoeterwoude. Beleidsplan spelen 2015-2024 Buitenspelen in Zoeterwoude Beleidsplan spelen 2015-2024 Afdeling Ruimtelijk Beheer M. Rodenbach april 2015 Inhoud Samenvatting... 3 Beleidsuitgangspunten... 3 Analyse speelruimte... 3 Uitvoering speelruimtebeleid...

Nadere informatie

CONCEPT VISIE SPEELRUIMTE IN KERKEHOUT WASSENAAR 1. INLEIDING 2. SPEELRUIMTEANALYSE

CONCEPT VISIE SPEELRUIMTE IN KERKEHOUT WASSENAAR 1. INLEIDING 2. SPEELRUIMTEANALYSE CONCEPT VISIE SPEELRUIMTE IN KERKEHOUT WASSENAAR 1. INLEIDING Veel van de speeltoestellen in Kerkehout beginnen al iets ouder te worden en zijn aan vervanging toe. Ook de samenstelling van de wijk verandert

Nadere informatie

BUITEN. spelen

BUITEN. spelen BUITEN spelen. 2016-2018. 1 VOORWOORD Spelen is leren, maar spelen kan ook leuk en uitdagend zijn. Buiten spelen draagt bij aan je conditie. Al rennend, springend en klimmend gebruik je het lichaam en

Nadere informatie

Dordrecht SPEELPLEK OP VERZOEK. Interim beleid speelvoorzieningen Gemeente Dordrecht Sector Stadswerken

Dordrecht SPEELPLEK OP VERZOEK. Interim beleid speelvoorzieningen Gemeente Dordrecht Sector Stadswerken SPEELPLEK OP VERZOEK Interim beleid speelvoorzieningen Gemeente Dordrecht Sector Stadswerken 1 Interimbeleid speelvoorzieningen Dordrecht De sector Stadswerken heeft een interim beleid speelplekken geformuk

Nadere informatie

speelterrein zonder (aanvaardbare) risico s = speelterrein zonder spel

speelterrein zonder (aanvaardbare) risico s = speelterrein zonder spel PRAKTISCHE INVULLING SPEELPLAATSDOSSIER Kristel Vanorbeek Speelterreinen Kinderen leren al spelend risico s inschatten, risico s die er altijd zullen zijn. speelterrein zonder (aanvaardbare) risico s =

Nadere informatie

BIJLAGEN. Bijlage 1 Overzicht aantal speeltoestellen. van veerbeesten en klimtoestellen is.

BIJLAGEN. Bijlage 1 Overzicht aantal speeltoestellen. van veerbeesten en klimtoestellen is. IJLAGEN IJLAGEN ijlage 1 Overzicht aantal speeltoestellen van veerbeesten en klimtoestellen is. IJLAGEN ijlage 2 Overzicht aantal speelwaardes Aantal keren dat een speelwaarde voorkomt Speelwaardes per

Nadere informatie

Buitenspelen. Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt

Buitenspelen. Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt Buitenspelen Kwaliteit van de speelomgeving in de eigen buurt Index 1. Opzet onderzoek p. 3 2. Buitenspelen p. 5 3. Favoriete speelplekken en spellen p. 10 4. Buitenspelen in de buurt p. 15 5. Wat maakt

Nadere informatie