Schoolondersteuningsprofiel PO. Bosbeekschool. 2 november, Eindversie

Transcriptie

1 Schoolondersteuningsprofiel PO Bosbeekschool Datum: Opgesteld door: 2 november, Eindversie C. van Amerongen, Eduquality

2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2. Deze school en leerlingen 2.1 Contactgegevens 2.2 Korte beschrijving school 2.3 Het onderwijsconcept 2.4 Kengetallen leerlingenpopulatie 2.5 Onderwijsbehoeften leerlingenpopulatie 2.6 Kwaliteit volgens Inspectie 3. Passend onderwijs nu 3.1 Onderwijsaanbod en differentiatie 3.2 Pedagogisch klimaat 3.3 Planmatig werken 3.4 Handelingsgericht werken 3.5 Ondersteuningsstructuur 3.6 Interventies basisondersteuning 3.7 Extra ondersteuning 3.8 Match onderwijsbehoeften en aanbod 4. Passend onderwijs straks 4.1 Ambities en ontwikkelpunten korte termijn 4.2 Ambities en ontwikkelpunten langere termijn 4.3 Professionalisering 4.4 Overige randvoorwaarden School ondersteuningsprofiel PO 2 Eduquality

3 1. Inleiding Voorliggend document bevat het schoolondersteuningsprofiel van de Bosbeekschool. In het kader van de Wet op het passend onderwijs wordt van iedere school verwacht dat zij een schoolondersteuningsprofiel opstelt. Daarin omschrijft de school welke basisondersteuning zij biedt aan de leerlingen en welke mogelijkheden er zijn om leerlingen te ondersteunen die extra onderwijsbehoeften hebben. Iedere leerling heeft bepaalde onderwijsbehoeften, verschillen zijn er altijd en voor een groot deel inpasbaar in het onderwijs. Sommige leerlingen hebben onderwijsbehoeften waar een bepaalde (reguliere) school niet aan kan voldoen. Bijvoorbeeld omdat zij de juiste expertise niet in huis heeft, omdat het gebouw niet geschikt is of omdat gezien de beschikbare formatie in een specifiek geval te weinig individuele aandacht, begeleiding of fysieke verzorging kan worden geboden. In dit profiel geven wij aan in hoeverre onze school op dit moment al passend onderwijs biedt, d.w.z. rekening houdt met (verschillen in) onderwijsbehoeften, en waar wij momenteel handelingsverlegen zijn in het realiseren van een passend aanbod. We geven aan wat onze visie en ambities aangaande passend onderwijs zijn en wat wij nodig hebben om dit te realiseren. In dit document is het woord zorg zoveel mogelijk vervangen door het woord ondersteuning, soms is dat misschien even wennen. In hoofdstuk 2 staan de gegevens over onze school, de leerlingenpopulatie en de belangrijkste onderwijsbehoeften kort genoemd. We geven tevens het kwaliteitsoordeel van de Inspectie over onze school kort weer. In hoofdstuk 3 komt aan de orde op welke wijze de school op dit moment passend onderwijs biedt voor de huidige leerlingen, waaruit de basisondersteuning bestaat en welke extra ondersteuning de school eventueel kan bieden. In hoofdstuk 4 beschrijven wij de visie van de school t.a.v. passend onderwijs op de korte en langere termijn. Wij geven aan waar de school naar toe wil. We beschrijven wat daarvoor nodig is aan professionalisering en welke andere randvoorwaarden er zijn om de ambities waar te maken. School ondersteuningsprofiel PO 3 Eduquality

4 2. Deze school en leerlingen In dit hoofdstuk presenteren we kort de school, de leerlingen en hun belangrijkste onderwijsbehoeften. 2.1 Contactgegevens Naam school Bosbeekschool Adres school Burg. Enschedelaan 66, 2071 AW Santpoort-Noord Naam directeur Han Groot Naam ib-er (s) Karin Bosscher en Nicole van Egmond Naam bestuur OPOIJ Naam contactpersoon Han Groot contactpersoon Tel. Contactpersoon Korte beschrijving school De Bosbeekschool ligt aan de rand van het dorp Santpoort Noord, op de grens met de stad Haarlem. Het karakteristieke schoolgebouw dateert uit In het dorp is nog een andere (interconfessionele) basisschool. Santpoort Noord is een forenzendorp met een sociaal-economisch gezien gemengde bevolking. Veel Amsterdammers zijn er komen wonen. Het aantal bewoners van allochtone herkomst is heel beperkt. In schooljaar heeft De Bosbeekschool 14 groepen. De groepen zijn verdeeld over het hoofdgebouw en een dependance, genaamd De Bosroos. In de dependance zijn de twee groepen 5 ondergebracht. De school heeft weinig gewichtenleerlingen en weinig leerlingen met een andere culturele achtergrond. We verwijzen bijna niet en krijgen regelmatig zij-instromers van andere scholen, ook uit Velsen, IJmuiden en Haarlem. 2.3 Het onderwijsconcept Het motto van de school is: onderwijs op maat in een veilig pedagogisch klimaat. Nader discussie vindt plaats over de punten waarop de school zich wil profileren. Als sterk punt noemen we dat het schoolteam hecht is en dat we samen verantwoordelijkheid nemen voor alle kinderen. De sfeer op school is meestal gezellig en betrokken, de onderlinge omgang is goed. Leerlingen voelen zich over het algemeen prettig en veilig op school. De school hanteert het leerstofjaarklassensysteem met einddoelen per leerjaar. Daarbinnen kiezen we voor een gedifferentieerde aanpak via zelfstandig werken en samenwerkend leren. Het onderwijs wordt gegeven via vaste methoden. De meeste zorg wordt geboden binnen de groepen. Leerkrachten geven verlengde instructie aan leerlingen die dat nodig hebben, stemmen de hoeveelheid en het niveau van de verwerking af op de leerlingen en verzorgen indien nodig een eigen leerlijn. Keuze voor methoden en materialen zijn op deze aanpak afgestemd. Meer over het onderwijsconcept is te lezen in de schoolgids. School ondersteuningsprofiel PO 4 Eduquality

5 2.4 Kengetallen leerlingenpopulatie N groepen dit schooljaar N combinatieklassen dit schooljaar 14 groepen 2 groepen 1/2, verder geen combinatieklassen Schooljaar N leerlingen per N gewichtenleerlingen N rugzakleerlingen per cluster Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 3: 1 Cluster 3: 1 Cluster 3: 1 Cluster 3: 1 Cluster 4: 5 Cluster 4: 5 Cluster 4: 5 Cluster 4: 3 N verwijzingen naar sbo N verwijzingen naar so Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 1: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 2: - Cluster 3: - Cluster 3: - Cluster 3: - Cluster 3: - Cluster 4: - Cluster 4: - Cluster 4: - Cluster 4: - Gemiddeld leerniveau 1 hoog gemiddeld laag Gemiddeld opleidingsniveau ouders 2 hoog gemiddeld laag Culturele verschillen 3 veel gemiddeld weinig NB. N betekent aantal 2.5 Onderwijsbehoeften leerlingenpopulatie De ouders van onze leerlingen zijn wat hoger dan gemiddeld opgeleid, merendeels op mbo- of hboniveau. De instroom in de onderbouw is enigszins aan het veranderen, daar komen meer kinderen van lager opgeleide ouders. De school heeft merendeels mondige ouders, die veel invloed willen hebben op school. Vaak werken beide ouders. Het is opvallend dat weinig sprake is van gescheiden ouders en van gezinsproblematiek. Voor slechts enkele leerlingen is Nederlands de tweede taal. Hun ouders zijn vooral afkomstig uit andere Westerse landen, overwegend Iers en Engels. De school krijgt vaak zij-instromers, met name in de bovenbouw, dit zijn meestal kinderen die zijn vastgelopen op een andere school. Meestal heeft dat te maken met gedragsproblematiek of leerachterstanden (m.n. spelling). Deze ouders uiten ontevredenheid over de school waar hun kind vandaan komt: vaak is daar een zorgtraject afgesproken, dat in de praktijk niet waar wordt gemaakt. 1 Gemiddeld leerniveau Hoog = Cito A, B hoog Gemiddeld = Cito Blaag, C Laag = Cito D, E 2 Gemiddeld opleidingsniveau ouders: Hoog = 1 of beide ouders academisch of hbo geschoold Gemiddeld = tussen hoog en laag in Laag = maximaal 1 ouder met mbo, andere ouder lager geschoold dan mbo 3 Culturele verschillen Veel = meer dan 75% van de leerlingen heeft een niet-nederlandse culturele achtergrond Gemiddeld = tussen 25% en 75% van de leerlingen heeft een niet-nederlandse culturele achtergrond Weinig = minder dan 25% van de leerlingen heeft een niet-nederlandse culturele achtergrond School ondersteuningsprofiel PO 5 Eduquality

6 Als belangrijkste onderwijsbehoefte zien we als directie en ib-er behoefte aan structuur en duidelijkheid. We denken dat onze leerlingen daar meer dan gemiddeld behoefte aan hebben. Dat heeft te maken met de ouders. Thuis mogen de kinderen vaak veel. Op school moeten ze beter hun plaats leren kennen en het gedrag en de normen en waarden die horen bij het functioneren in een groep. De leerkrachten wijzen op het belang van een specifiek aanbod voor leerlingen die langzamer leren en voor leerlingen die sneller leren. Veel aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling is nodig in de onderbouw, dat is een basisvoorwaarde volgens de leerkrachten. Ze willen niet eenzijdig de aandacht op cognitieve resultaten richten. Ook in de bovenbouw vindt men het structureel aandacht geven aan de sociaal-emotionele ontwikkeling belangrijk, bijvoorbeeld om buitensluiten te voorkomen. Tevens is aandacht voor een goede werkhouding nodig. 2.6 Kwaliteit volgens de Onderwijsinspectie Scholen die onder het basistoezicht van de Onderwijsinspectie vallen, hebben hun basiskwaliteit op orde. Onze school staat onder basistoezicht van de Onderwijsinspectie. Het laatste Inspectierapport is van maart De opbrengsten van de school zijn boven het landelijk gemiddelde. School ondersteuningsprofiel PO 6 Eduquality

7 3. Passend onderwijs nu In dit hoofdstuk beschrijven we hoe onze basisondersteuning eruit ziet voor alle leerlingen en welke ondersteuning we kunnen bieden aan leerlingen met extra onderwijsbehoeften. 3.1 Onderwijsaanbod en differentiatie Werken met groepsplannen Op de Bosbeekschool zijn we bezig met het invoeren van groepsplannen. Sinds dit schooljaar wordt gewerkt aan groepsplannen voor rekenen, lezen en spelling. Op basis van analyse van toetsresultaten wordt de groep verdeeld in drie niveaus en bekeken wordt wat de leerkracht gaat aanbieden. In eerste instantie is vooral gekeken naar het aanbod voor de leerlingen die zwak scoren en dat wordt in het schooljaar uitgebreid naar de andere niveaugroepen. Instructie en klassenmanagement De leerkrachten geven verlengde instructie aan leerlingen die dat nodig hebben. Tevens krijgen leerlingen afhankelijk van wat zij aankunnen meer of minder werk en verrijkingsopdrachten. Af en toe worden leerlingen uitgewisseld tussen de parallelgroepen bij het lezen. In de onderbouw worden leerlingen soms geclusterd bij het taalonderwijs en wordt met enige regelmaat apart gewerkt met groep 0, 1 en 2. Aanbod bij sociaal-emotionele ontwikkeling In de groepen 1/2 voeren we het volgsysteem KIJK in en in de planning staat om in januari 2013 te starten met ZIEN vanaf groep 3. Op dit moment werkt een schoolmaatschappelijk werkster in een aantal groepen waar wat onrust is. Zij observeert het groepsproces, geeft tips en lessen om sociaal gedrag te bevorderen. In groep 7 wordt met externe begeleiding gewerkt met Taakspel om de taakgerichtheid te bevorderen. Afhankelijk van de ervaringen bekijken we hoe hiermee verder te gaan. Een beleidsvoornemen is om in te starten met een methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Wij oriënteren ons op de keuzemogelijkheden daarin. Inzet extra handen Er is een klassenassistent in dienst die met name wordt ingezet bij de kleuters. Dit maakt meer differentiatie mogelijk. Als de leerkracht bijvoorbeeld in de kleine kring werkt, dan houdt de assistent de rest van de groep in de gaten. Zij stimuleert vooral het ontwikkelen van sociale vaardigheden. Voorheen was er ook remedial teaching, maar daarmee zijn we recent gestopt. We moeten nog bezien of het werkt om deze inzet op te vangen binnen de klassenorganisatie. In schooljaar zijn er 4 rugzakleerlingen, een uit cluster 3 en drie uit cluster 4. Rugzakleerlingen krijgen een of twee maal per week apart begeleiding van een rugzakbegeleider. 3.2 Pedagogisch klimaat We werken aan een goed pedagogisch klimaat via: een vriendelijke benadering van de leerlingen en een plezierige omgang; de voorbeeldfunctie van de leerkracht; afstemmen van het klassenmanagent; verantwoordelijkheid geven aan leerlingen, bijv. zelf maken schoolkrant, weekdienst om lokalen schoon en netjes te houden; samenwerkopdrachten en tutorlezen. Hernieuwd is aandacht nodig voor het werken met regels (regel van de week/maand). Het bevorderen van samenwerkend leren gebeurt nog niet structureel. School ondersteuningsprofiel PO 7 Eduquality

8 3.3 Planmatig werken Hieronder geven wij aan hoe we ervoor staan gelet op de belangrijkste aspecten van planmatig werken. Het volgende doen wij planmatig: Ja deels >50% 1. Het waarnemen van de voortgang van de ontwikkeling van de leerling 2. Het bespreken van de voortgang van de ontwikkeling van de leerling 3. Het analyseren van toetsresultaten 4. Afstemmen van onderwijsleerproces op verschillen in ontwikkeling 5. Het plannen van interventies gelet op onderwijsbehoeften 6. Het uitvoeren van geplande interventies 7. Evalueren van leerlingenresultaten 8. Evalueren van het onderwijsleerproces deels <50% Nee Toelichting: Ad 1. Het waarnemen en bespreken van de voortgang van de ontwikkeling van de leerlingen verloopt niet bij alle leerkrachten even systematisch. De leerkrachten geven aan behoefte te hebben aan reguliere groepsbesprekingen met de ib-er, zoals dat voorheen wel gebeurde. Ad 5. Het plannen van interventies voor zwakkere leerlingen gaat goed, voor andere leerlingen kan het beter. Het plan is een weekrooster in te voeren waarin ook de interventies voor de verschillende (groepen) leerlingen staan vermeld. Ad 7. Toetsresultaten worden wel geëvalueerd, maar dit wordt nog niet structureel op schrift gesteld. School ondersteuningsprofiel PO 8 Eduquality

9 3.4 Handelingsgericht werken Onderstaande tabel geeft een beeld van in hoeverre handelingsgericht werken op onze school is ingevoerd. Handelingsgericht werken - elementen Ja I/O Nee 1. Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en toetsanalyse. 2. Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega s. 3. Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben. 4. Leerkrachten zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen. 5. Leerkrachten werken samen met de leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten ideeën van leerlingen. 6. Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partners bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak 7. Leerkrachten benoemen hoge, maar reële doelen voor de lange en de korte termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd /geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega s. 8. Leerkrachten werken met een groepsplan, waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven. 9. Leerkrachten bespreken minstens drie maal per jaar hun vragen rond de groepsplannen met de intern begeleider. 10. De onderwijs- en zorgstructuur is voor ieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer. NB. I/O wil zeggen: in ontwikkeling, daar wordt aan gewerkt, dit kan nog beter. Toelichting: Ad 2. De modelfunctie van de leerkracht kan bewuster worden benut. Ad 3. De leerkracht ziet graag dat de IB-er de extra ondersteuning van de leerlingen overneemt. Dit is aandachtspunt van het MT. Er is een omslag van denken nodig: de leerkracht heeft grote invloed, dus moet de ondersteuning ook zelf uitvoeren. Ad 4. Dit ziet het MT incidenteel terug, maar niet systematisch en schoolbreed. Ad 5. Het samenwerken met leerlingen gebeurt wel met leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, bijv. via Dit was mijn dag. Ad 6. We hebben een plan voor het verbeteren van ouderbetrokkenheid. Ad 10. Het Zorgplan wordt herzien en de taken van IB en leerkracht duidelijk benoemd en onderscheiden. School ondersteuningsprofiel PO 9 Eduquality

10 3.5 Ondersteuningsstructuur (=zorgstructuur) Volgen van ontwikkeling De leerresultaten worden gevolgd via observaties, methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen. We nemen de NIO ( Nederlandse Intelligentietoets Onderwijsniveau) af in groep 8. Dit schooljaar gaan we werken met de volgsystemen KIJK en ZIEN voor de sociaal-emotionele ontwikkeling Onderwijsbehoeften in kaart brengen Onderwijsbehoeften worden in kaart gebracht via het vertalen van observaties en toetsresultaten in groepsplannen. Dit is in ontwikkeling, zie ook Ondersteuning bij extra onderwijsbehoeften Het grootste deel van deze ondersteuning vindt in de klas plaats door de groepsleerkracht. Wanneer we een leerling onvoldoende binnen het groepsplan kunnen begeleiden, dan stelt de leerkracht een individueel hulpplan op. Behalve de groepsleerkrachten hebben de volgende medewerkers een rol in de ondersteuning van leerlingen met extra onderwijsbehoeften: Functie Ib-er Zorgcoördinator Rugzakbegeleider Ambulant begeleiders Klassenassistent Taak Interne begeleiding Organisatie zorg, deels ib-werk Begeleidt rugzakleerlingen Overleg met ib/lk/ouders van rugzaklln. In onderbouw, training sociale vaardigheden Taken ib-er / zorgteam De adjunct is tevens zorgcoördinator. De directeur, adjunct en ib-er vormen samen het zorgteam, dat regelmatig overlegt over de leerlingenzorg. De zorgcoördinator is het eerste aanspreekpunt voor de leerkrachten wanneer zij een signaal hebben dat de ontwikkeling van een van hun leerlingen niet naar wens verloopt. De zorgcoördinator organiseert, de ib-er voert uit. De ib-er heeft de contacten met de leerkracht over de interventies en contacten met de ambulant begeleiders en het ib-netwerk Samenwerking met externen Zorgadviesteam (ZAT): om de 6 tot 8 weken vindt op school casuïstiek overleg plaats met schoolmaatschappelijk werk (SMW) en jeugdgezondheidszorg (GGD). Wat we daarbij missen is deskundigheid op sociaal-emotioneel gebied en gedrag voor handelingsgerichte tips voor leerkracht en ouders. Bijvoorbeeld een psycholoog erbij zou een goede aanvulling zijn. Daarnaast heeft de ib-er soms overleg over individuele leerlingen met externe instanties, met ouders en leerkracht erbij Overzicht belangrijke samenwerkingspartners Naam samenwerkingspartner Samenwerking bij: GGD Gezondheidszorg Socius Schoolmaatschappelijk werk, gezinsproblematiek, oudercommunicatie, groepstraining OBD Leerlingonderzoek en NIO Opvoedpoli Leerlingonderzoek in relatie met thuissituatie Gedragspunt Ambulante begeleiding en trainingen t Prieel Kinder- en jeugdpsychologie Stichting Taalhulp Dyslexie onderzoek en behandeling PIE Ondersteunen HGW-ontwikkeling School ondersteuningsprofiel PO 10 Eduquality

11 3.6 Interventies basisondersteuning In het samenwerkingsverband worden inhoudelijke afspraken gemaakt over de basisondersteuning die scholen worden geacht te bieden. In het Referentiekader passend onderwijs wordt een minimale opsomming gegeven van interventies die bij de basisondersteuning horen. In onderstaande tabel geven we aan in hoeverre deze interventies op onze school aanwezig zijn. Op onze school is het volgende aanwezig: Ja deels >50% 1. Tijdige signalering van problemen 2. Aanbod voor lln. met dyslexie deels <50% Nee 3. Aanbod voor lln. met dyscalculie 4. Aanbod voor lln. meer dan gemiddelde intelligentie 5. Aanbod voor lln. minder dan gemiddelde intelligentie 6. Fysieke toegankelijkheid (rolstoeltoegankelijk) 7. Programma voor sociale veiligheid/voorkomen gedragsproblemen 8. Protocol voor medische handelingen 9. Curatieve zorg samen met ketenpartners Toelichting op bovenstaande tabel: Tijdige signalering van problemen Dit gebeurt grotendeels wel, maar nog niet altijd. Aanbod voor leerlingen met dyslexie Dit aanbod is er in de vorm van toetsaanpassingen, extra instructie, daisyspelers en daisyroms, meer tijd bij toetsen, vergrotingen van lesmateriaal. Er is een protocol voor dyslexie binnen het bestuur en daar voldoet de school aan. Aanbod voor leerlingen met discalculie Dit aanbod is er niet, maar er zijn ook geen leerlingen die dit nodig hebben. De rekenresultaten liggen op hoog niveau. Aanbod voor leerlingen met meer dan gemiddelde intelligentie Dit aanbod bestaat nu vooral uit extra opdrachten binnen de methode en verrijkingsopdrachten uit de Kieskast. We willen het aanbod aan meerbegaafden uitbreiden. Het bestuur is bezig met een protocol voor meerbegaafden. Het ontwikkelen van een leerlijn meerbegaafdheid is een beleidsvoornemen, zie schoolplan. Fysieke toegankelijkheid (rolstoeltoegankelijk) Het bestaande schoolgebouw is niet rolstoeltoegankelijk. Op termijn zal de school waarschijnlijk verhuizen naar nieuwbouw, waar dit wel gerealiseerd wordt. Programma voor sociale veiligheid/voorkomen gedragsproblemen Dit aanbod kan systematischer. School ondersteuningsprofiel PO 11 Eduquality

12 3.7 Extra ondersteuning We spreken over extra ondersteuning wanneer scholen bovenop de hiervoor beschreven basisondersteuning nog meer/andere ondersteuning bieden om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van hun leerlingen. Hier geven we aan op welk type extra ondersteuning onze school biedt: Leer- en ontwikkelingsondersteuning Fysiek medische ondersteuning Sociaal-emotionele en gedragsondersteuning Ondersteuning in de thuissituatie Geen, wij bieden de basisondersteuning 3.8 Match onderwijsbehoeften en aanbod Met het huidige aanbod aan basisondersteuning en extra ondersteuning voldoet onze school grotendeels aan de onderwijsbehoeften van de huidige leerlingenpopulatie. De resultaten van de school zijn goed. We werken aan het verder doorvoeren van handelingsgericht werken met groepsplannen. In hoofdstuk 4 formuleren we onze ontwikkelpunten. School ondersteuningsprofiel PO 12 Eduquality

13 4. Passend onderwijs straks Op basis van onze visie en de ontwikkelpunten beschrijven we in dit deel onze ambities en geven aan onder welke randvoorwaarden die te realiseren zijn. 4.1 Ambities en ontwikkelpunten korte termijn De Bosbeekschool wil zoveel mogelijk leerlingen passend onderwijs (blijven) bieden. We willen de basisondersteuning in jaar verder versterken, door: Nader invoeren van handelingsgericht werken met groepsplannen en groepsbesprekingen; Versterken en borgen van eenduidig klassenmanagement; Invoeren van de leerlingvolgsystemen KIJK en ZIEN. 4.2 Ambities en ontwikkelpunten langere termijn We zien voor de komende jaren de volgende ontwikkelpunten: Kiezen en implementeren van een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling; Samenwerkend leren versterken; Verhelderen van missie en profiel van de school; Werken met ontwikkelingsperspectieven; Invoering van een leerlijn voor meerbegaafde leerlingen; Opstellen van een plan voor ouderbetrokkenheid. 4.3 Professionalisering Op de korte termijn vindt de volgende scholing plaats: Begeleiding bij handelingsgericht werken met groepsplannen; Scholing bij het invoeren van KIJK en ZIEN. Nadere scholingsbehoefte wordt geïnventariseerd. 4.4 Overige randvoorwaarden De overige randvoorwaarden die nodig zijn om onze ambities waar te maken zijn tijd, ruimte en geld: Tijd: om plannen te ontwikkelen en uit te voeren is er als leerkracht, zorgteam of directie tijd nodig. Ruimte: voor HGW en samenwerkend leren zijn er extra ruimtes in het gebouw nodig om de onderwijsmogelijkheden uit te breiden. Ons schoolgebouw is niet meer geschikt voor het huidige onderwijs. Op dit moment passen wij ons onderwijs aan aan het gebouw. Geld: om Passend Onderwijs optimaal uit te voeren zouden de leerkrachten meer ondersteuning kunnen gebruiken in de klassen in de vorm van bijvoorbeeld meer klassenassistenten, maar ook bijvoorbeeld iemand die groepen meerbegaafde leerlingen extra uitdaging kan bieden. Materialen: voor de meerbegaafde leerlingen is ander materiaal wenselijk. School ondersteuningsprofiel PO 13 Eduquality