Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie. Verslag van de activiteiten van het Fonds voor de analyse van aardolieproducten

Transcriptie

1 Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Verslag van de activiteiten van het Fonds voor de analyse van aardolieproducten 25

2 Inhoudstafel. Activiteiten van Fapetro in Uitbreiding van de activiteiten van Fapetro.... De kwaliteitscontrole van de gasolie verwarming Inning heffingen Bofas Nieuwe offerteaanvragen Offerteaanvraag voor de bewaking van het controlesysteem van het Fonds voor de Analyse van Aardoieproducten Offerteaanvraag voor de systematische analyses Aanpassing van de voertuigen van Fapetro Onbetaalde facturen Onbetaalde heffingen Analysekosten slechte stalen Niet betaalde facturen door Fapetro Werkingstoelagen Varia Vergaderingen Vergadering met de verschillende labos Vergadering met de chauffeurs Controle Rekenhof Analyses private pompen Definitie pomp voor eigen gebruik.

3 9 2. Resultaten van de monsternemingen De monsterneming Resultaten van de analyses bij de publieke verdeelpunten Evaluatie van de resultaten Loodvrije benzine 95 RON Loodvrije benzine 98 RON Gasolie diesel 5S Gasolie verwarming Resultaten van de analyses bij pompen voor eigen gebruik Bijkomende controles Financiële balans Ontvangsten van het Fonds Uitgaven van het Fonds Globale balans sinds de oprichting van het Fonds Nog te innen schuldvorderingen Werkprogramma voor Uitbreiding taken Fapetro Controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming Inning heffingen Voorfinanciering Crisibeleid Nieuwe aanbestedingen.

4 Het register van de private pompen Aanpassing dampspanning Biodiesel Huishoudelijk reglement Introductie van de ppm zwavelgehalte Brochure Personeel. 33 Inhoudstafel grafieken publieke pompen. 34 Inhoudstafel grafieken private pompen. 35 Inhoudstafel grafieken gasolie verwarming.

5 . Activiteiten van Fapetro in Uitbreiding van de activiteiten van Fapetro.... De kwaliteitscontrole van de gasolie verwarming. Sinds 23 werden de verplichte heffingen uitgebreid tot de gasolie verwarming. De petroleumsector drong aan dat deze geïnde bedragen aangewend zouden worden voor de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming. In 23 werd een werkgroep opgericht ter voorbereiding van deze controle. Deze werkgroep dient de volgende problemen te behandelen : - een norm uitwerken voor de bemonstering van gasolie verwarming. - de bepaling van de plaats van de staalneming. - nagaan of deze controle kan gebeuren via een gezamenlijke actie met de Dienst Douane en Accijnzen en de Federale Politie. - moeten de genomen stalen vergoed worden en zo ja aan welke prijs? - welk gevolg moet worden gegeven aan een afwijking? Er werd in de loop van 24, in samenwerking met de labos, reeds een consensus bereikt over de indeling in categorieën van de testen. Tevens werd er met de labos een akkoord bereikt betreffende de prijs van de uit te voeren analyses. Tijdens de voorbereidende vergaderingen werd eveneens bepaald waar ergens in de distributieketen de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming zou plaatsvinden. Hierbij werden de volgende plaatsen van monsterneming overeengekomen : aan de uitgang van het depot, op de weg, bij levering aan de eindverbruiker, op aanvraag van de cliënt en aan de pomp. Daarnaast diende de manier van staalneming vastgelegd te worden. Voor wat de staalneming aan de pomp betreft kan dezelfde methode gevolgd worden als voor de staalnemingen van benzine en gasolie wegvervoer bij de publieke en private verdeelpunten. Bij de verlenging van de contracten met de labos voor de systematische analyses op juli 25 werd er een avenant gevoegd waardoor de systematische analyses van de gasolie verwarming konden aanvangen. Aangezien er enkel voor de staalneming aan de pomp reeds een methode voorzien was, werd dan ook hiermee begonnen. Voor de 4 andere vormen van controles dienen evenwel nog andere methodes uitgewerkt te worden. Dit zal in de loop van 26 gebeuren (zie werkprogramma 26).

6 ..2. Inning heffingen Bofas. Fapetro is op januari 25, in opdracht van BOFAS, begonnen de kwartaalaangiften van de accijnsplichtige ondernemingen te verwerken, de bijdragestaten ter inning op te maken en te verzenden aan de accijnsplichtige ondernemingen, betalingsherinneringen te verzenden, de inning te verzorgen en een aantal statistieken en gegevens op te maken. Fapetro krijgt voor het uitvoeren van deze opdrachten, zoals bepaald in punt 4 van de samenwerkingsovereenkomst tussen de Belgische Staat en de V.Z.W. BOFAS betreffende de inning van bijdragen verschuldigd door accijnsplichtige ondernemingen, een vaste kost van 25. EUR, te betalen in driemaandelijkse schijven van elk 6.25 EUR..2. Nieuwe offerteaanvragen..2.. Offerteaanvraag voor de bewaking van het controlesysteem van het Fonds voor de Analyse van Aardolieproducten. Het contract met de firma BE-Consult BVBA betreffende de bewaking van het controlesysteem van het Fonds voor de Analyse van Aardolieproducten liep af op 5 september 25. Teneinde de continuïteit van deze bewaking te garanderen werd op februari 25 een nota verstuurd naar de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole, met het verzoek de procedure te lanceren voor een nieuwe offerteaanvraag voor deze opdracht. Deze offerteaanvraag werd op 6 juni 25 gepubliceerd in het Bulletin der Aanbestedingen. Bij de opening van de enveloppen op 5 juli ll. bleek dat slechts één firma een offerte had ingediend, namelijk BE- Consult BVBA, de maatschappij die reeds deze opdracht uitvoerde. Aangezien er geen andere aanvragen tot deelneming waren en de firma BE-Consult BVBA in het verleden steeds alle bepalingen in het contract stipt nageleefd heeft, werd dan ook beslist om het nieuwe contract aan deze firma toe te wijzen. De nieuwe overeenkomst loopt van 6 september 25 tot 5 september 27 en kan maximaal één jaar worden verlengd Offerteaanvraag voor de systematische analyses. De contracten betreffende de systematische analyses van de monsterneming in het kader van Fapetro werden voor de periode van juli 22 tot en met 3 juni 25 toegewezen aan de Laboratoria ITS Intertek Testing Services, SGS Belgium NV en BfB Oil Research. Artikel van deze contracten stipuleerde dat de overeenkomst stilzwijgend verlengd kon worden met één jaar. 2

7 Op februari 25 verstuurde Fapetro een schrijven naar de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole met de vraag om een nieuwe offerteaanvraag voor de systematische analyses uit te schrijven, waarop deze dienst antwoordde dat gezien het belang van het dossier (.. EUR voor een periode van 5 jaar), het dossier moest voorgelegd worden aan de Ministerraad en dat men voor de ganse afhandeling van dit dossier rekening moest houden met een termijn van 6 maanden. Rekening houdende met dit gegeven was Fapetro dan ook verplicht gebruik te maken van bovenvermeld artikel. In plaats van met één jaar te verlengen besloot Fapetro evenwel om de contracten slechts te verlengen met zes maanden, omdat er mag van uitgegaan worden dat de prijzen voor de systematische analyses bij de nieuwe offerteaanvraag lager zullen liggen dan bij de lopende contracten. Bij de aanvang van de huidige contracten dienden de diverse labos immers nieuw materieel aan te kopen voor het uitvoeren van de verplichte testen. De afschrijving van deze nieuwe toestellen werd dan ook doorberekend in de analysekosten. Ondertussen zijn deze toestellen afgeschreven en zullen de analysekosten dan ook logischerwijze lager uitvallen. Bij de verlenging van de contracten diende er wel een bijvoegsel gevoegd te worden voor de testen voor de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming. Onder druk van de beroepsverenigingen die zetelen in het Beheerscomité van Fapetro werd immers overeengekomen dat men op juli 25 effectief zou starten met de staalneming van monsters gasolie verwarming. Tijdens de maanden augustus en september 25 werd meermaals aan de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole naar de stand van het dossier gevraagd. Oorspronkelijk werd meegedeeld dat het dossier klaar was om ingeschreven te worden op de dagorde van de Ministerraad. Nadien bleek dat het dossier nog steeds op het kabinet van de Heer Minister van Economie was. Het was pas na interventie van de voorzitter van het Beheerscomité dat het dossier gedeblokkeerd werd en doorgestuurd werd naar het kabinet van de Heer Minister van Begroting. Daarna bleek het dossier opnieuw spoorloos. Na een nieuwe interventie van de voorzitter van het Beheerscomité bleek dat de Heer Minister van Begroting zijn goedkeuring verleend had. Dit akkoord werd naar Fapetro gefaxt die het overmaakte aan de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole. Het dossier zou nu dus eindelijk klaar moeten zijn om ingeschreven te worden op de agenda van de Ministerraad. Door de slechte uitvoering, opvolging en communicatie door/tussen de twee betrokken Kabinetten zal Fapetro genoodzaakt zijn om de contracten met de diverse labos nogmaals met zes maanden te verlengen aan de huidige voorwaarden, hetgeen dus een meerkost voor Fapetro betekent. 3

8 .3. Aanpassing van de voertuigen van Fapetro. In 24 heeft Fapetro vier nieuwe voertuigen aangekocht om het verouderde wagenpark te vervangen. Deze wagens dienden evenwel nog aangepast te worden om te voldoen aan alle vereiste veiligheidseisen. In mei 24 stuurde Fapetro een nota met een beschrijving van de uit te voeren aanpassingen naar de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk voor goedkeuring. Struikelblok bleek de anti-detonatie eis waaraan het koelsysteem diende te voldoen. Uit een rondvraag bleek er geen enkel systeem te bestaan dat volledig explosievrij is. Het duurde evenwel tot december 24 vooraleer Fapetro de officiële goedkeuring van de Voorzitter van het Directiecomité kreeg om de voorgestelde aanpassingen te laten uitvoeren. Onmiddellijk heeft Fapetro meerdere maatschappijen aangeschreven met de vraag om een prijsofferte voor deze aanpassingen uiterlijk tegen 5 januari 25 in te dienen. Uiteindelijk ontving Fapetro 3 prijsoffertes. Na bestudering van de verschillende voorstellen werd de prijsofferte van de firma Carrier Transicold als meest interessante weerhouden. Hun prijsofferte was ongeveer even duur als een andere offerte, maar hun onderhoudscontract was beter. Op 26 januari 25 heeft Fapetro een verklarende nota verstuurd naar de Directeur van de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole met de vraag om zo spoedig mogelijk een bestelbon op te maken voor deze verbouwingen. Aangezien het salon voor bedrijfsvoertuigen juist voorbij was, bestond het gevaar dat de firma Carrier Transicold meerdere bestellingen had ontvangen, waardoor de aanpassingswerken aan de voertuigen van Fapetro nog meer vertraging zou kunnen oplopen indien de bestelbon niet vlug genoeg overgemaakt werd aan deze maatschappij. Uiteindelijk is Fapetro genoodzaakt geweest om op 9 maart 25 twee voertuigen af te leveren bij de maatschappij Carrier Transicold zonder dat Fapetro noch de betrokken firma over een goedgekeurde bestelbon beschikte. 9 maart 25 was immers de uiterste datum die door Carrier Transicold was vooropgesteld om te beginnen aan de nodige verbouwingen. Indien de eerste twee voertuigen op die datum nog niet zouden geleverd zijn, zou Carrier Transicold verplicht geweest zijn om eerst haar contracten met andere klanten, na te komen. Uiteindelijk werd de definitieve bestelbon pas op 4 maart 25 door de Algemene Dienst Budget en Beheerscontrole naar de firma Carrier Transicold verstuurd. Momenteel zijn de aanpassingen van de vier voertuigen slechts gedeeltelijk uitgevoerd. Er is een dispuut ontstaan met de firma Carrier Transicold betreffende de aanpassingen die uitgevoerd moeten worden in de middelste laadruimte van de voertuigen. Volgens Carrier Transicold staan deze verbouwingen niet vermeld in de offerteaanvraag. 4

9 Uit navraag bij de Juridische Dienst blijkt dit nochtans wel het geval. De voertuigen zijn wel operationeel en worden effectief gebruikt, maar de afwerking is nog niet voltooid. Fapetro heeft dan ook beslist om de betaling van de facturen voor de aanpassingen van de twee laatste voertuigen te staken totdat alle voertuigen volledig afgewerkt zijn. In januari 26 is er een vergadering met de firma Carrier Transicold gepland om tot een vergelijk te komen..4. Onbetaalde facturen..4..onbetaalde heffingen. De inkomsten van Fapetro bestaan grotendeels uit heffingen op in verbruik gestelde aardolieproducten. Dit houdt in dat elk erkend bedrijf, houder van een belastingentrepot en elk geregistreerd bedrijf (beide houder van een accijnsnummer voor minerale oliën), evenals de niet-geregistreerde bedrijven die punctueel aardolieproducten op de Belgische markt brengen, de vastgestelde bijdrage verschuldigd zijn. Enkele maatschappijen weigeren evenwel om deze heffingen te betalen. Na dreiging met een juridische procedure en/of intrekking van hun accijnsnummer hebben meerdere maatschappijen alsnog de verschuldigde bedragen betaald. Voor de bedrijven die toch blijven weigeren te betalen wordt via de Juridische Afdeling een verzoek tot invordering verstuurd naar de Administratie van de invordering sectie registratie en domeinen Analysekosten slechte stalen. Fapetro kan sinds 5 mei 998 de kosten voor de analyses met negatieve resultaten verhalen op de verantwoordelijke van het publieke verdeelpunt. De analysekosten (analyse + tegenanalyse) zijn steeds in functie van de negatieve resultaten van het onderzochte staal en van het labo waar de analyse heeft plaatsgevonden. De keuze van het labo, dat de analyse uitvoert, gebeurt volledig willekeurig, de tegenanalyse wordt steeds uitgevoerd door het Centraal Laboratorium van de FOD Economie. De kosten voor de analyse worden steeds bepaald door de categorie waar de overtreding plaatsvond, de kosten voor tegenanalyse steeds per geviseerd kenmerk. Indien de factuur niet betaald wordt, wordt er een herinnering en eventueel een tweede herinnering opgestuurd. Voor de facturen die dan nog onbetaald blijven heeft Fapetro, via de Juridische Afdeling, een advocaat ingeschakeld om deze bedragen te recupereren. De erelonen van deze raadsman alsmede de eventuele gerechtskosten zijn ten laste van het budget van Fapetro. De aldus gerecupereerde bedragen worden dan ook doorgestort naar de ontvangstrekening van Fapetro. 5

10 .4.3. Niet betaalde facturen door Fapetro. Zoals de voorgaande jaren heeft de Heer Minister van Begroting begin 25 in eerste instantie slechts een gedeelte van het gevraagde budget van Fapetro goedgekeurd, waardoor een aantal facturen (o.a. voor de levering van lege bussen, de analysekosten van de diverse labos en de controle van de kwaliteitsbewaking) gedurende meerdere maanden niet door Fapetro betaald konden worden. Als gevolg hiervan heeft de firma die instaat voor de levering van de lege bussen voor de monsternemingen via een schrijven van 23 februari 25 Fapetro gemeld dat ze de levering van nieuwe bussen stopzette totdat alle achterstallige betalingen gebeurd waren. Tevens werd er een intrestfactuur gestuurd voor de administratie- en intrestkosten. Fapetro was hierdoor genoodzaakt om de noodvoorraad van 4. bussen te gebruiken. Hierdoor kon Fapetro nog gedurende een paar weken verder de controles uitvoeren totdat de facturen betaald en de nieuwe bussen geleverd waren. Anders was Fapetro verplicht geweest om zijn activiteiten te stoppen. Al deze problemen leidde tot een gezamenlijk schrijven op 5 mei 25 van de Belgische Petroleum Unie, de Belgische Petroleum Federatie en de Belgische Federatie der Brandstoffenhandelaars aan het Kabinet van de Heer Minister van Economie waarin hem dringend hulp gevraagd werd voor de precaire financiële kassituatie van Fapetro. Een kopie van deze brief werd eveneens verstuurd naar de Minister van Begroting en Overheidsbedrijven. In de daaropvolgende weken werd het volledige bedrag van het opgestelde budget goedgekeurd en aan Fapetro toegewezen. Volgens de Algemene Directie Budget en Beheerscontrole zou de toewijzing van de middelen in de toekomst veel vlotter verlopen waardoor de jaarlijks terugkerende problemen betreffende het laattijdig betalen van de facturen tot het verleden zou behoren Werkingstoelagen. Fapetro heeft voor zijn werkingstoelagen recht op een jaarlijks bedrag van 2. EUR, te storten in 4 schijven van 5. EUR Een simpele aanvraag is in principe voldoende opdat een schijf van 5. EUR gestort wordt op de rekening van Fapetro. In de realiteit dient Fapetro meestal een herinnering te sturen naar de Algemene Directie Budget en Beheerscontrole alvorens deze storting plaatsvindt. Hierdoor is Fapetro reeds een paar maal bijna moeten stoppen met zijn activiteiten omdat de chauffeurs bijna geen geld meer op hun rekening hadden om de genomen stalen te betalen. Voor dit probleem dient dus ook een oplossing gevonden te worden. 6

11 .5. Varia..5.. Vergaderingen Vergadering met de verschillende labos. Op regelmatige tijdstippen wordt er een vergadering belegd met de diverse labos. Tijdens deze vergaderingen worden door de experte, die Fapetro voor dit doel in 23 aangeworven heeft, de analyseresultaten van de diverse labos van de wekelijkse stalen, die in het kader van de kwaliteitsbewaking, genomen worden, vergeleken. De bedoeling hiervan is om systematische fouten te ontdekken. Tevens worden de resultaten van de systematische analyses en de tegenanalyses vergeleken. Wegens zwangerschapsverlof van de experte werd er in 25 evenwel slechts één vergadering belegd, namelijk op maart 25. Tijdens deze vergadering bleek dat geen enkel labo een tendens had om te hoge of te lage waarden te meten, in tegenstelling tot het voorgaande semester. Voor de tegenanalyses bleek er 82% conformiteit te zijn hetgeen een zeer goed resultaat is. Voorts werd er op deze vergadering ook gesproken over de nieuwe offerteaanvraag die uitgeschreven zou worden voor de systematische analyses, alsmede over de toe te passen methodes voor de testen voor de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming. Tenslotte werd er ook nog gepraat over de problematiek van de invoering van de biodiesel en de te gebruiken methode bij de invoering van de ppm zwavelgehalte Vergadering met de chauffeurs. Af en toe wordt er een vergadering belegd met de chauffeurs van Fapetro om de eventuele problemen of knelpunten te bespreken. De laatste vergadering vond plaats op 23 november 25. Tijdens deze vergadering werd o.a. beslist dat de PV s van de chauffeurs voortaan dagelijks afgeleverd moeten worden, dat de GSM-kosten voorlopig tot 5 EUR per maand beperkt blijven en werd de planning voor de controles van de pompen voor eigen gebruik herbesproken. Daarnaast werd er de chauffeurs gemeld dat binnenkort de black boxen zouden functioneren waardoor zal kunnen nagegaan worden of de chauffeurs een full-time bezigheid hebben ofwel dat er nog tijd over is waardoor er dagelijks meer stalen kunnen genomen worden of dat ze eventueel voor andere taken ingezet kunnen worden. 7

12 Er zullen in de toekomst immers taken bijkomen, zoals bvb. staalneming aan de camion. Hiervoor kan eventueel een scholing nodig zijn Controle Rekenhof. Fapetro heeft midden november controle van het Rekenhof gekregen. Er waren geen inhoudelijke opmerkingen, enkel een paar vormopmerkingen. Voor alle uitgaven zijn er bewijzen en voorafgaande toelating. Bepaalde boekhoudkundige regels eigen aan de Staat, zoals bvb. voor openstaande facturen, worden evenwel niet % toegepast. De boekhouder van Fapetro zal een paar dagen opleiding volgen op de boekhouding van de Algemene Diensten Analyses private pompen. De opsporingsdiensten van Douane en Accijnzen zouden het interessant vinden indien zij ook de negatieve analyses van de private pompen zouden krijgen, niet met de bedoeling om de private pompen zelf aan te pakken, maar om bepaalde signalen te ontdekken die hen zouden toelaten om hogerop in de circuit te geraken. De beroepsverenigingen gaan hiermee akkoord op voorwaarde dat deze gegevens enkel gebruikt worden met het oog op het achterhalen van distributiekanalen en om de bron van een eventuele accijnsinbreuk te kunnen napluizen Definitie pomp voor eigen gebruik. Er werd een akkoord bereikt over een nieuwe definitie van wat een pomp voor eigen gebruik is. Fapetro had immers geconstateerd dat in sommige gevallen pompen die onder de huidige definitie beschouwd worden als private pompen feitelijk publieke verdeelpunten zijn. Alvorens de nieuwe definitie in het Koninklijk Besluit kan gezet worden dient de Raad van State nog zijn akkoord te verlenen. 8

13 2. Resultaten van de monsternemingen. 2.. De monsterneming. Teneinde de bemonstering optimaal te kunnen organiseren werd een register opgesteld van alle gekende benzinestations. Onderstaande figuur geeft het aantal geopende stations per provincie. Aantal stations per provincie op //26. Luxemburg 92; 3% Luik 326; 9% Brussel 83; 5% West-Vlaanderen 48; 4% Limburg 35; 9% Henegouwen 489; 4% Oost-Vlaanderen 454; 3% Namen 98; 6% Vlaams-Brabant 326; 9% Waals-Brabant 24; 4% Antwerpen 48; 4% De tendens van de vorige jaren van een geleidelijke lichte afname van het aantal publieke verkooppunten blijft voortduren (3458 verdeelpunten op //26 tegenover 3663 op //25 en 389 op //24). Hoofdoorzaak van het verdwijnen van vooral kleinere verdeelpunten is de strengere wetgeving. De geografische ligging blijkt geen invloed te hebben op een sluiting van de stations. Behalve in Waals Brabant waar er één station bijgekomen is, is de procentuele daling in alle provincies ongeveer gelijk. De volgende grafiek geeft een overzicht van de evolutie van het aantal publieke verdeelpunten. 9

14 Aantal verkooppunten in België op januari Er werden in monsters genomen aan diverse pompen bij de publieke distributiepunten, hetgeen dus betekent dat er in 25 iets meer stalen genomen zijn dan in 24 (8.539) en in 23 (7.983). Een overzicht van het aantal staalnemingen per jaar treft U hiernavolgend aan. Evolutie aantal stalen per jaar. 2 aantal stalen bij private pompen aantal stalen bij publieke pompen

15 2.2. Resultaten van de analyses bij de publieke verdeelpunten. Het pakket van 8.75 stalen bestaat uit: stalen eurosuper 95RON; stalen super+ 5S; stalen gasolie 5S. De resultaten van de analyses tonen aan dat 343 (of 3,94%) van de onderzochte monsters niet voldeden aan de geldende reglementering. Dit betekent dus dat slechts staal op 33 niet volledig conform de normen is. Dit ligt in de trend van de vorige jaren, namelijk 3,36% slechte stalen in 24 en 3,63% slechte stalen in 23. Dit betekent dat voor het derde opeenvolgende jaar het streefdoel van minder dan 5% slechte stalen bereikt werd, zoals hieronder weergegeven. Aandeel niet conforme stalen in het totale pakket Aantal genomen stalen Aantal stalen niet conform

16 Procentuele evolutie aandeel niet conforme stalen ,5 9, ,7 3,67 2,4 6,23 5,44 3,63 3,36 3, Volgende tabel geeft een overzicht van de analyseresultaten. Aandeel negatieve stalen in totale pakket per product in 25 Brandstof Aantal genomen stalen Aantal stalen met negatieve resultaten % stalen met neg. Resultaten Eurosuper 95RON Super + 5S Gasolie 5S Totaal Uit de tabel blijkt dat net als vorig jaar voor elk type brandstof het streefdoel van maximum 5% niet conforme stalen gehaald wordt. Opvallend is hierbij dat vooral het aantal slechte stalen bij de eurosuper 95RON gestegen is (3,5% slechte stalen in 25 tegenover 2,5% in 24). Dit is hoofdzakelijk te wijten aan de overtredingen van de dampspanning. Voor de super +5S en de gasolie 5S waren de cijfers ongeveer gelijk met 24. De grafieken tot 7 in bijlage aan het einde van het jaarverslag geven een inzicht in de spreiding van de monsters over het jaar en over de verschillende merken. De grafiek geeft een overzicht van het aantal stalen met negatieve resultaten per kwartaal. 2

17 Grafiek 2 bevat de resultaten van de merken van de zogenaamde grote maatschappijen of van de merken die door de zogenaamde grote maatschappijen gecontroleerd worden, terwijl grafiek 3 een samenvatting is van de resultaten van de analyses bij de kleine merken en de witte pompen Evaluatie van de resultaten Loodvrije benzine 95 RON. Er waren 92 slechte monsters op een totaal van 263 stalen (3,5% van de genomen monsters waren dus niet conform de normen). 2 waren niet in orde betreffende de distillatie, 9 stalen waren niet reglementair wat betreft het octaangetal RON, 7 stalen wat betreft het octaangetal MON. Tevens was er overtreding voor het zwavelgehalte. 85 stalen waren slecht i.v.m. de dampspanning. Dit is beduidend hoger dan het voorgaande jaar (44 overtredingen). Deze overtredingen zijn voornamelijk te wijten aan een mengeling van winter-en zomerkwaliteit en worden meestal geconstateerd bij kleinere stations met een laag debiet. Fapetro zal in 26 proberen een oplossing te vinden voor dit probleem (zie werkprogramma 26) Loodvrije benzine 98 RON. Bij de super+ 5 S waren er slechts 4 overtredingen op een totaal van 2327 stalen (of 4,9% slechte stalen).. Het betrof de volgende overtredingen: - 79 betreffende de dampspanning; - 7 voor het octaangetal RON; - 26 voor het octaangetal MON; - 8 betreffende de distillatie; - betreffende het uitzicht. Ook hier zijn het dus vooral overtredingen van de dampspanning, die eveneens te wijten zijn aan de omschakeling van de winter- naar de zomerkwaliteit. De overtredingen betreffende het octaangetal zijn vermoedelijk te wijten aan het opboosten met mangaan.. 3

18 Gasolie diesel 5S. De meeste overtredingen betroffen traditioneel het vlampunt. Het vlampunt is de temperatuur vanaf dewelke een product (olie, benzine, diesel) dat geleidelijk verwarmd wordt voldoende dampen uitstoot om onder welbepaalde condities een ontvlambaar mengsel te vormen. Het vlampunt voor gasolie-diesel is minimaal 55 C. 65 analyses vertoonden vlampunten die lager waren dan deze norm. De gemiddelde waarde van de overtreding bedroeg 47,8 C. Dit is wel een verbetering tegenover 24 waar de gemiddelde waarde van de overtreding nog 45,8% was, hetgeen betekent dat de grootte van de overtredingen verminderd is. De hoofdoorzaak van deze overtredingen blijft de contaminatie Hiernavolgend een overzicht van de overtredingen. Overzicht van het vlampunt bij de niet-conforme stalen Vlampunt ( C) Aantal > > > > >3-35 >25-3 Lager dan of = 25 2 Totaal: 65 Dit te lage vlampunt is te wijten aan de aanwezigheid van andere petroleumproducten die vermengd zijn met gasolie-diesel, zoals benzine. Dit kan eventueel te wijten zijn aan de transportcontaminatie. Dit verklaart de lichte overtredingen. Daarnaast waren er 25 overtredingen betreffende het zwavelgehalte. 22 van de 25 stalen met negatieve analyseresultaten hadden een zwavelgehalte van kleiner dan ppm. Bij deze kleine overtredingen gaat het vermoedelijk niet om fraude maar om contaminatie bij het transport. Tevens waren er 2 overtredingen betreffende het uitzicht, overtreding voor het smerend vermogen, 5 overtredingen betreffende de distillatie, overtreding voor de filtreerbaarheid en overtreding voor het watergehalte.. Tenslotte waren er 28 overtredingen voor de euromarker. In bijgevoegde tabel wordt een overzicht van deze overtredingen gegeven. 4

19 Overzicht van het gehalte aan Solvent Yellow bij de overtredingen Euromarker (gr/l) Aantal >,35 >,3,35 >,25,3 >,2,25 >,5,2 >,,5 >,5, 24 Totaal: 28 Uit deze tabel blijkt duidelijk dat het vooral om kleinere overtredingen gaat (24 van de 28 niet-conforme stalen hadden minder dan, gehalte aan Solvent Yellow) waaruit kan afgeleid worden dat het hier meestal om contaminatie gaat. Er was slechts zware overtreding van meer dan,35 gehalte aan Solvent Yellow Gasolie verwarming. Zoals reeds vermeld in punt. Activiteiten van Fapetro in 25 werd op juli 25 gestart met de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming. In eerste instantie worden er enkel stalen aan de pomp genomen. In 25 werden er aldus 76 monsters genomen waarvan er 5 niet conform de normen waren. Het betrof hier overtreding voor het zwavelgehalte, voor het vlampunt en 3 overtredingen aangaande de Euromarker. In de gevallen van de Euromarker gaat het wellicht om verkeerde doseringen Resultaten van de analyses bij pompen voor eigen gebruik. Het register van de pompen voor eigen gebruik is nog steeds niet volledig. Momenteel zijn er een 8-tal personen aangeschreven. Hiervan hebben er tot nu toe 5.89 bevestigd dat ze een eigen pomp hebben. De volgende tabel geeft een overzicht van de geografische spreiding van deze pompen voor eigen gebruik. 5

20 Tabel pompen voor eigen gebruik Provincie Aantal pompen Brussel 7 Waals-Brabant 6 Luik 453 Namen 229 Henegouwen 387 Luxemburg 69 Vlaams-Brabant 69 Antwerpen 894 Limburg 47 West-Vlaanderen 35 Oost-Vlaanderen 89 Totaal 589 Opvallend is hier vooral het onevenwicht in de geografische spreiding. Terwijl er in Vlaanderen reeds pompen voor eigen gebruik gekend zijn, bevat het register slechts.369 adressen voor Brussel en Wallonië. In 25 werden er.6 stalen genomen bij de private pompen. Dit is een lichte stijging tegenover 24 (.522 genomen stalen). Volgende types van brandstoffen werden geanalyseerd: - euro 95; - super+ 5S; - gasolie 5S. Het betrof hier net zoals de voorgaande jaren vooral monsters gasolie (.524 van de.6 stalen, ofwel 94,66% van het totaal aantal genomen stalen). Onderstaande tabel geeft een overzicht van de analyseresultaten bij de pompen voor eigen gebruik. Analyseresultaten pompen voor eigen gebruik Brandstof Aantal genomen Aantal slechte Percentage stalen resultaten Eurosuper Super+ 5S Gasolie 5S Totaal Het percentage stalen met negatieve analyseresultaten is dus licht gedaald (3,42% in 25 tegenover 3,6% in 24), maar zou toch nog beter moeten kunnen. 6

21 De bedrijven met pompen voor eigen gebruik zoeken dikwijls naar de goedkoopste oplossing en werken hierdoor dikwijls met meerdere leveranciers. De goedkoopste oplossing betekent evenwel niet steeds het beste product. Fapetro wil in 26 een brochure uitbrengen ( zie verder Werkprogramma 26 ) om de mensen bewuster te maken van het belang van goede kwaliteit van brandstoffen. In deze brochure zullen ook tips staan over hoe de tanken onderhouden moeten worden opdat er geen water, roest,.. in de opgeslagen brandstof zou komen. De grote bedrijven hebben praktisch allemaal een goede tank. Dit is echter niet steeds het geval bij de kleinere maatschappijen, hetgeen natuurlijk een invloed heeft op de kwaliteit van het hierin opgeslagen product. In tegenstelling tot de publieke verdeelpunten waar de resultaten van de eurosuper verslechterd zijn, zijn deze resultaten bij de pompen voor eigen gebruik sterk verbeterd (23,68% in 25 tegenover 36,67% in 24). Voor de 9 niet-conforme stalen euro 95 waren er 8 overtredingen voor de dampspanning en overtreding voor het aromaatgehalte. Zoals bij de publieke verdeelpunten gaat het hier dus hoofdzakelijk om inbreuken van de dampspanning te wijten aan de overschakeling van de zomer- en de winterkwaliteit en de lage roulatie van het product. Voor de super+ 5S werden de volgende overtredingen geconstateerd : - voor dampspanning; - 3 voor octaangetal RON; - 5 voor octaangetal MON; - voor aromaatgehalte. Van de.524 gecontroleerde stalen gasolie 5S bleken er 92 stalen niet conform de normen. De meeste overtredingen betroffen het zwavelgehalte (35 slechte stalen). Meestal situeert het zwavelgehalte zich zoals bij de publieke pompen, tussen 5 en ppm (29 van de 35 overtredingen). Dit tamelijk laag gehalte wijst vooral op contaminatie. Slechts 6 stalen hadden een zwavelgehalte boven ppm. In deze gevallen zou er sprake kunnen zijn van fraude. De volgende tabel geeft een overzicht van deze overtredingen van het zwavelgehalte. 7

22 Overzicht van het zwavelgehalte bij de niet-conforme stalen Zwavel (ppm) Aantal > 6 > 2 >9 3 >8 9 9 >7 8 7 > >5 6 6 Totaal: 35 Daarnaast werden nog de volgende overtredingen geconstateerd: - 7 voor uitzicht; - 2 voor CFPP; - 6 voor vlampunt. - 2 betreffende watergehalte. - 2 voor distillatie - voor smerend vermogen Tenslotte waren er 97 overtredingen voor de Euromarker. Zoals bij de publieke verdeelpunten waren het hoofdzakelijk kleinere overtredingen waar dus geen kwaad opzet mee gemoeid was. De tabel hierna geeft een overzicht van deze overtredingen. Overzicht van het gehalte aan Solvent Yellow bij de niet-conforme stalen Euromarker (gr/l) Aantal >,35 3 >,3,35 2 >,25,3 6 >,2,25 5 >,5,2 2 >,,5 6 >,5, 53 Totaal: 97 Men merkt dus wel een verschil in de aard van de overtredingen tussen de pompen voor eigen gebruik en de publieke pompen. Bij de pompen voor eigen gebruik worden zoals hierboven gemeld vooral overtredingen voor het zwavelgehalte geconstateerd en in mindere mate inbreuken van de Euromarker t.o.v. de publieke pompen. Dit komt omdat bij de pompen voor eigen gebruik vooral leveringen van gasolie verwarming en gasolie wegvervoer gebeuren. Een onvrijwillige contaminatie kan ertoe leiden dat het zwavelgehalte te hoog is. 8

23 Bij de publieke verdeelpunten daarentegen gaat het dikwijls om leveringen van gasolie wegvervoer en benzines. Een mengeling hiervan kan leiden tot inbreuken betreffende het vlampunt Bijkomende controles. Wanneer er monsters met negatieve resultaten zijn, wordt er in de meeste gevallen overgegaan tot een tweede, en eventueel zelfs derde, vierde, controle van dit product. In 25 werden aldus 252 bijkomende controles uitgevoerd (64 stalen eurosuper, 82 stalen super +5S, 5 stalen gasolie wegvervoer en staal gasolie verwarming). Bij deze nieuwe controles bleken nog 34 stalen (5 eurosuper, 7 super+ 5S en 2 stalen gasolie wegvervoer) niet te voldoen aan de huidige normen. De volgende tabel geeft een overzicht van deze tweede, derde controles Bijkomende controles Aantal Aantal overtredingen Eurosuper 64 5 Super+ 5S 82 7 Gasolie wegvervoer 5 2 Gasolie verwarming Totaal Bij de bijkomende controles zijn dus nog steeds 3,49% van de stalen in overtreding (3,7% in 24). Dit percentage is nog veel te hoog. Dit betekent dat in op de 8 gevallen waar er een eerdere controle gebeurd was en analysekosten doorgefactureerd werden wegens niet-conform product nog steeds slechte kwaliteit verkocht wordt. Dit zou kunnen wijzen op een bewuste fraude. Daarnaast worden er nog controles uitgevoerd door de Algemene Directie Controle en Bemiddeling. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de acties die in 25 door deze Algemene Directie gevoerd werden. Acties gevoerd door de Algemene Directie Controle en Bemiddeling Behandeld in PV van Pro Dossiers in Geklasseerd Verzegeld Klachten 25 waarschuwing Justitia behandeling Na een historisch laagtepunt qua geopende dossiers in 24 (286) liggen het aantal nieuwe dossiers in 25 terug op het niveau van 23 (34 ). Alhoewel er niet kan getwijfeld worden aan de goede kwaliteit van de motorbrandstoffen, blijven de inbreuken voor de dampspanning, zoals reeds vroeger gemeld, problematisch en dit vooral voor de pompen met een laag debiet. 9

24 Voor de eerste maal werden er in 25 dergelijke grote off-specresultaten geconstateerd, en meer bepaald voor de winterkwaliteit waar stalen met een dampspanning boven de 95 Kpa gevonden werden. De verhoging van het aantal PV s van waarschuwing is proportioneel gestegen met het hoger aantal geopende dossiers, maar men bemerkt ondanks het hoger aantal dossiers een vermindering van het aantal Pro Justitia, namelijk 3 in 25 tegenover 34 in 24 voor slechts 286 behandelde dossiers tegen 345 in 25. Dit lijkt er op te wijzen dat de uitbaters sneller reageren en de gepaste maatregelen treffen wanneer zij een Proces Verbaal van waarschuwing ontvangen. Zoals in 24 kan men constateren dat maar weinig Pro Justitia uitgeschreven worden aan verdeelpunten van grote merken en evenals in 24 diende geen enkele pomp verzegeld te worden. Het aantal klachten die resulteerden in analyses van genomen monsters is opnieuw gedaald. Er waren in 25 maar klachten die aanleiding gaven tot verdere acties, tegenover 7 in 24, 27 in 23 en 32 in 22. 2

25 3. Financiële Balans van Ontvangsten van het Fonds. Bij de oprichting van het Fonds baseerde men zich voor de ontvangstvooruitzichten op de statistische gegevens van de motorbrandstoffen die gedurende de laatste vijf jaar in verbruik werden gebracht. Die raming bedroeg l per jaar, ofwel inkomsten van per kwartaal tegen een vergoeding van,25 per. l, ofwel per jaar. De vooruitzichten die werden uitgewerkt in samenwerking met de Federale Overheidsdienst Financiën voorzagen een constante toename van de totale in verbruik gestelde motorbrandstoffen. Over een periode van 5 jaar, namelijk van 998 tot 22, zagen de gemiddelde ramingen er uit als volgt : Benzine Diesel Totaal Reële Cijfers Vanaf 23 wordt ook de huisbrandolie belast: Benzine Diesel Huisbrandolie Totaal

26 Verplichte bijdrage die wordt betaald door de ondernemingen: Het plan om de verplichte bijdrage van,25 /. l te verminderen tot.25 /. l voor benzines en diesel wegverkeer is in werking getreden door de publicatie van het K.B. van 6//99 in het Belgisch Staatsblad van 26 januari 2. Deze maatregel is dus van toepassing voor alle inverbruikstellingen van motorbrandstoffen vanaf het tweede kwartaal 2 die eind september 2 aan de ondernemingen gefactureerd zijn. In de loop van het boekjaar 22 is het Fonds voor de Analyse van Aardolieproducten overgegaan tot wijziging van het Koninklijke Besluit waarbij de heffing van de bijdrage geregeld wordt om aldus terug te keren naar de oorspronkelijke bijdrage van,25/. l ( KB van 26/5/22 B.S. van 9/7/22). Het toepassingsveld van deze heffing werd ondertussen uitgebreid met gasolie - verwarming. TOTAAL INKOMSTEN 25 Contributie/ Trimester Slechte stalen Andere Saldo op 3/2/24 : 2.449, , ,9 2.5, Contributie/ Trimester Slechte stalen Andere Totaal.9, ,43, januari 9.5, ,58, februari 28.23,52 6.3,6, 34.54, ,75.654,5, maart.74.6, ,25, april 2.64, ,66, mei ,54 3.6,98, , , ,7, juni 75.4, ,6, juli 22.3,.8,45, augustus , ,29 2.5, ,37., ,78 2.5, september , ,4, oktober ,34.38,77, november , ,86, , ,6 5.4,5, december , ,9 2.5, ,62 Totaal der ontvangsten : Doorgestort aan de Schatkist : Saldo op 3/2/ , ,55 januari.795,23 februari 9.92,8 maart.78.66,89 april 24.33,98 mei 952.,65 juni 78.29,64 juli 23.38,56 augustus 22.35,7 september 7.589,83 oktober 27.76, november.68,2 december 2.,,,.., 23.,,.., 5., 2., 66., 9.,, , , Totaal ontvangsten 995 tot 25 : ,7 (overdracht) ,62 (25) ,69 22

27 3.2. Uitgaven van het Fonds. jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec F- : Aankoop Stalen 5.93, , , , 6.76, , , , , ,5 7.38, ,95 97.,38 F-2 : Analyses Labo 62.29, , , ,5 2.62, , , , , , , ,7 F-3 : Tegenanalyses Labo, F-4 : Brandstof Voertuigen.446,39.452,35.442,28.75,32.579, ,.59,88.769,64.56,98.84,89.523, ,5 F-5 : Onderhoud Voertuigen 4.468,2.495,68.4, ,9.776,.82,26 39, ,89 45,2.72, ,53 F-6 : Huur Garages, F-7 : Verzekeringen.98,86 34,39 22, ,5 F-9 : Aankoop Voertuigen.37,.37, 2.274, F- : Informaticamateriaal 94, ,7 4, , ,9 4, ,48 85,35 22,84 325,95.5,39 245, ,6 F- : Kantoorbenodigdheden 65,8 49,4 52,82 782,8 78,73 4,64 73,3 5,78 862,72 52,32 52, ,25 F-2 : Materiaal (bidons, zegels) 64,67.879, ,57 57, ,4.72, , , , 7.38, ,3 F-3 : Kleine Uitgaven 8,9, 5, 46,4 53,3 F-4 : GSM Aankopen 79, 878,2 38, 699, 2.74,3 F-5 : GSM Kosten.7,43 556,64.277,32.5,63 6,4 723,4.83,94 79, ,7 F-6 : Bedrijfskosten 7,5 9,9 36,6 636, 299,62 97,7 56, 76,72 264,9 5,4 528, ,45 F-7 : Kwaliteitscontrole 2.395, , , , ,8 5.39, , , , , , ,65 F-8 : Terugbet. staalnames.353,99.33,7.39,38.96,73.435,75.296,26.33,77, 563,.439,86.785,47.665, ,86 F-9 :, F-2 :, F-8 : Personeelskosten 5.32,9 6.73, ,3 3.78,8 2.22,65 3.6, , ,52.974,25 4.9,7.56, , ,63 jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec TOTAAL : 96.35, , , , , , , , , , , , ,87 De uitgaven van het Fonds kunnen in vijf categorieën worden onderverdeeld: Investering in duurzaam materieel: bestelwagens, informatica, G.S.M., Kosten voor bemonstering van motorbrandstoffen: aankoop recipiënten, zegels, brandstofonkosten bestelwagens, gebruiksonkosten bestelwagens, kosten G.S.M., Analysekosten van de laboratoria: analyses en tegenanalyses, kwaliteitscontrole (sedert 9/997), Personeelskosten: wedden, overuren, Varia: verzekeringen, huur garage, aankoop klein kantoormateriaal,... De werkingskosten voor de werking van het Fonds bedroegen in de boekjaren van 996 tot 25 : ,25 23

28 De kosten worden onderverdeeld als volgt: OVERZICHT KOSTEN FAPETRO CODE : RUBRIEK TOTAAL F- : Aankoop stalen 2.7, , , , , , , ,62 F-2 : Analyses labo , , , , , , , ,66 F-3 : Tegenanalyses labo 87.47, , , , , ,5,.9.694,7 F-4 : Brandstof & kosten voertuigen 7.529, , ,5.2, ,4 2.98, , ,72 F-5 : Onderhoudskosten voertuigen 2.732, ,6 5.89, , ,77.375, , ,76 F-6 : Huur garages 327,22 656,92 28,2, 359,94,,.624,2 F-7 : Verzekeringen 583,49.484,58.636,27.839,47 448, , , 2.686,56 F-8 : Personeelskosten , , , , , , ,.9.29,4 F-9 : Aankoop voertuigen 53.83,94, , , ,53,, , F- : Informaticamateriaal 27.74,76 2.4,2 3.95, , ,72.2,74.855, ,5 F- : Kantoorbenodigdheden 68, , , , , , , ,65 F-2 : Materiaal (jerrycans, zegels) 7.229, , , , , ,6 7.2, ,8 F-3 : Kleine uitgaven 4,6 463,3.525,64 9, ,37.273, , ,82 F-4 : GSM aankopen 5.43,7.39,8 743, ,4.92,9 4.6, ,8 8.38,4 F-5 : GSM kosten 4.223, , , ,5 4.89, , ,6 33.2,64 F-6 : Bedrijfskosten 93,75 45,9 3,64 4,66 49,73.62, , ,22 F-7 : Kwaliteitscontrole, , , ,6 2.26, , , , F-8 : Controle PCB,,,, , ,22, 46.46,8 F-9 : Contract furfurol,,,, 9.94, ,85, 9.35,7 F-2 : Kosten buitenlandse zendingen,,,, 2.56,77 247,89 529, , , , , , , , , ,3 OVERZICHT KOSTEN FAPETRO CODE : RUBRIEK TOTAAL F- : Aankoop Stalen , , , ,3 F-2 : Analyses Labo , , , ,35 F-3 : Tegenanalyses Labo.9.694,7 F-4 : Brandstof & kosten Voertuigen.924,2 5.69, , ,55 F-5 : Onderhoudskosten Voertuigen , , , ,75 F-6 : Huur Garages.624,2 F-7 : Verzekeringen 2.385,64 69, ,5 8.,53 F-8 : Personeelskosten , , , ,99 F-9 : Aankoop Voertuigen 74.42, , ,87 F- : Informaticamateriaal 3.67, , , ,47 F- : Kantoorbenodigdheden 5.352, , , ,3 F-2 : Materiaal (jerrycans, zegels) , , , ,6 F-3 : Kleine Uitgaven 2.656,53 575,77 53, ,42 F-4 : GSM Aankopen.769,4.839,6 2.74, ,8 F-5 : GSM Kosten 4.64, ,5 7.82, ,89 F-6 : Bedrijfskosten 3.265, , , ,27 F-7 : Kwaliteitscontrole 3.776, , , ,99 F-8 : Terugbetaling staalnames privé.67, , , ,38 F-9 : Contract Furfurol 9.35,7 F-2 : Kosten Buitenlandse Zendingen 2.834, , , , ,25 In 25 bedroegen de uitgaven van het Fonds in het totaal ,87. In vergelijking met het boekjaar 24 betekent dit een stijging met 46.86,9. Deze stijging is grotendeels te wijten aan een meerkost van de labanalyses. 24

29 3.3. Globale balans sinds de oprichting van het Fonds. Totaal ontvangsten: 995 tot 25: ,7 (overdracht) ,62 : ,69 Werkingskosten: 995 tot 25 : ,25 Verschil: , Nog te innen schuldvorderingen. Aantal onbetaalde facturen: kleiner dan 25, : 299,9 groter dan 25, : 3.48,77 Totaal onbetaalde facturen: 3.347,86 Waarvan bedrijven in faling: 3.322,57 Nog te ontvangen: 8.25,29 25

30 Uitslag van de rekening, afgelegd op 3 december 25 Overschot van de ontvangsten op de uitgaven verricht tot 3/2/24 Op P.C.R.: 2.449,7 Ontvangsten geïnd gedurende het jaar 25 Rijksmiddelenbegroting -art ,59 Voor orde -derdengelden 5.36,98 Totaal: ,57 Uitgaven gedaan gedurende het jaar 25 Stortingen aan de Schatkist 3.45., Voor orde -derdengelden 6.55,43 Totaal: ,43 Resultaat De waarden in kas op 3/2/24 bedragen 2.449,7 De ontvangsten geïnd gedurende het jaar 25 bedragen ,57 Totaal te verantwoorden: ,74 De uitgaven verricht gedurende het jaar 25 bedragen ,43 Overschot van de ontvangsten op de uitgaven (op P.C.R. op 3/2/5): 6.326,3 26

31 4. Werkprogramma voor Uitbreiding taken Fapetro Controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming. Nadat Fapetro in 25 begonnen is met de controle van de kwaliteit van de gasolie verwarming aan de pomp, zal een werkgroep, waarin ook vertegenwoordigers van de diverse labos zullen ziitten, in 26 een methode uitwerken voor de staalneming aan de vrachtwagen. Het probleem omvat twee grote onderdelen, namelijk enerzijds waar gaat men de controles uitvoeren en anderzijds hoe moeten die controles uitgevoerd worden. Een eerste vergadering is voorzien op 7 januari 26. Er zal een protocolakkoord tussen Fapetro en de Belgische Federatie der Brandstoffenhandelaren dienen opgesteld te worden waardoor Fapetro het recht krijgt om een camion te stoppen en/of te volgen tijdens zijn leveringsroute. Dit protocol zal na ondertekening in het huishoudelijk reglement van Fapetro dienen gevoegd te worden. Tenslotte dient in deze materie de vergoeding van de genomen stalen geregeld te worden. Deze vergoeding komt toe aan de koper van het product. Eventueel kan de maximumprijs van de dag van de levering als regel gebruikt worden Inning heffingen. Voor Bofas, het Fonds voor de bodemsanering van de benzinestations, voorzag de wetgeving de mogelijkheid dat Fapetro zou instaan voor de facturatie van de bijdragen aan de individuele accijnsplichtige bedrijven. Bofas heeft, door middel van een samenwerkingsakkoord én mits betaling van een jaarlijkse vergoeding aan het begrotingsfonds, ook effectief voor deze delegatie van de facturatie geopteerd. Fapetro verzorgt momenteel dus voor Bofas én voor zijn eigen financiering de facturatie aan de bedrijven. De overheid besliste in de afgelopen jaren steeds weer om beleidsinitiatieven te financieren via een bijdrage die geïnd wordt op het niveau van de accijnsplichtige ondernemingen en op basis van de in verbruik gestelde hoeveelheden van deze bedrijven. Het is Fapetro die over deze gegevens beschikt. Uit het oogpunt van de administratieve vereenvoudiging zou het beter zijn dat slechts bron verantwoordelijk is voor het berekenen, het betekenen en factureren van de bijdrage uit hoofde van de verschillende Fondsen. Eén centrale instantie die voor dit alles instaat, betekent een verlichting van de taken van deze verschillende Fondsen en organen. Het betekent evenwel vooral één enkel aanspreekpunt voor de accijnsplichtige bedrijven die als het ware een geglobaliseerde factuur zouden ontvangen met alle te storten 27

32 bijdragen voor de verschillende projecten én met coherente cijfers die, bij vergissingen, slechts éénmaal gecontesteerd en aangetoond dienen te worden. Er werd dan ook beslist dat Fapetro in de toekomst zal fungeren als uniek loket en instaan voor alle inningen van bijdragen door accijnsplichtige bedrijven in de aardoliesector, dus ook voor het Sociaal Stookoliefonds, APETRA en mogelijk Premaz (het Fonds voor de bodemsanering bij particulieren). Dit houdt in dat Fapetro zal instaan voor de betekening van de te betalen bedragen aan meer dan bedrijven, het afhandelen van bezwaarschriften, het houden van een boekhouding enz. Deze dienstverlening door Fapetro dient natuurlijk te gebeuren tegen een billijke vergoeding. Fapetro zal voor deze heffingen een tabel opstellen voor de verschillende instanties (Fapetro, Bofas, Apetra, Sociaal Fonds) met de GN-codes van de Douane en Accijnzen. Deze uitbreiding werd reeds opgenomen in de programmawet Voorfinanciering. In diezelfde programmawet wordt bepaald dat Fapetro de oprichtingskosten voor APETRA, het centraal orgaan dat de olievoorraden zal beheren, via een terugbetaalbaar voorschot moet financieren. Daarnaast kan Fapetro in de toekomst ook instaan voor de voorfinanciering van het in oprichting zijnde Fonds voor de bodemsanering bij de particuliere gebruiker van gasolie verwarming (PREMAZ) en van studies besteld door fondsen/organen opgericht door de minister die energie onder zijn bevoegdheid heeft en die tot doel hebben de kwaliteit van de aardolieproducten en hun substitutieproducten te controleren en/of de bevoorradingszekerheid en/of de veiligheid van de eindgebruiker van aardolieproducten te verbeteren, zoals bvb. de kwaliteitsanalyse van biobrandstoffen in het kader van het KB van 4 maart 25 betreffende de benamingen en de kenmerken van de biobrandstoffen en andere hernieuwbare brandstoffen voor motorvoertuigen en voor niet voor de weg bestemde mobiele machines. Deze financiële tussenkomsten dienen zich evenwel te beperken tot terugvorderbare leningen, waarvan de looptijd tot een korte periode (maximaal één jaar) beperkt dient te zijn Crisisbeleid. In het kader van het crisisbeleid zullen er een aantal tankstations worden aangeduid voor de prioritaire gebruikers. Deze stations dienen evenredig verdeeld te zijn over de provincies en de merken. Fapetro zal hiervoor kaarten in lagen kopen waarop men alle punten die voor Fapetro van belang zijn kan inkleuren. Men kan de demografische gegevens voor het crisisbeleid hieraan vastkoppelen. 28