Colleges van Burgemeester en Wethouders I.a.a. Directeuren/Hoofden Sociale Zaken Gemeenteraadsleden p/a Griffier UWV SVB Sw-bedrijven

Transcriptie

1 > Retouradres Postbus LV Den Haag Colleges van Burgemeester en Wethouders I.a.a. Directeuren/Hoofden Sociale Zaken Gemeenteraadsleden p/a Griffier UWV SVB Sw-bedrijven Ministerie van SZW Postbus LV Den Haag T Datum 13 maart 2012 Betreft Verzamelbrief special fraudebestrijding Hierbij ontvangt u de Verzamelbrief, die ditmaal in zijn geheel is gewijd aan efficiëntere opsporing van fraude. Teveel mensen maken misbruik van een uitkering. Ze wonen samen terwijl ze een uitkering voor een alleenstaande krijgen. Ze hebben eigen bezit dat niet is doorgegeven of ze verdienen er zwart bij. In 2010 is er voor 119 miljoen sociale zekerheidsfraude geconstateerd, waarvan voor 53 miljoen fraude met WWB-uitkeringen 1. Dit is diefstal van gemeenschapsgeld en een aanslag op de solidariteit van het sociale zekerheidsstelsel. Het kabinet wil samen met u prioriteit geven aan fraudebestrijding in de sociale zekerheid. Straffen worden flink verhoogd. Daarnaast is een hoge pakkans nodig. Om te zorgen dat gemeenten over voldoende gegevens beschikken om fraude te kunnen voorkomen, ontdekken en bestraffen, is het uitwisselen van gegevens een belangrijk instrument. Voor gemeenten is het daarom cruciaal om de mogelijkheden van bestandskoppeling goed te benutten. Ik heb in een overleg met wethouders op 20 mei 2011 gesproken over de ervaren knelpunten op het gebied van bestandskoppeling en fraudebestrijding. In het overleg heb ik gevraagd vanuit de praktijk een overzicht op te stellen van knelpunten. Deze uitnodiging heeft geleid tot een wethoudersbrief met een groslijst van onderwerpen die gemeenten en het ministerie van SZW inmiddels, samen met andere belanghebbenden, hebben opgepakt. In deze Verzamelbrief ga ik in op de acties die worden ondernomen op het gebied van fraudebestrijding door bestandskoppeling. Een deel van de genoemde knelpunten in de wethoudersbrief kunnen worden opgelost binnen de huidige wettelijke kaders. In deze Verzamelbrief wordt aangegeven welke acties worden ondernomen om deze knelpunten weg te nemen. Daarnaast hebben gemeenten een aantal maatregelen aangedragen waarvoor thans nog geen wettelijke basis is. Ik ben daarom bezig met een wetswijziging die later dit jaar naar de Tweede Kamer wordt gestuurd. Ook werk ik aan een wetswijziging die ervoor zorgt dat fraude harder wordt bestraft. Dit 1 Integrale Rapportage Handhaving 2010, Tweede Kamer, , 17050, nr Pagina 1 van 10

2 wetsvoorstel gaat nog deze maand naar de Tweede Kamer. Ik houd u via de Verzamelbrief op de hoogte van de voortgang. Uiteraard blijf ik daarnaast samen met u nadenken over nieuwe mogelijkheden voor bestandskoppeling, vanzelfsprekend binnen de spelregels van de Wet bescherming persoonsgegevens. Samen kunnen we ervoor zorgen dat de beschikbare en toekomstige mogelijkheden van bestandskoppeling op een goede manier worden ingezet, zodat fraude nooit kan lonen en wij ons stelsel van sociale zekerheid ook in de toekomst kunnen behouden. Hoogachtend, de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, P. de Krom Pagina 2 van 10

3 Inhoudsopgave 1. Wat is er nu al mogelijk? 1.1 BKWI en het Suwinet 1.2 De signalen van het IB 1.3 Verdere ontwikkeling van de signalen van het IB 1.4 Naleving.net 2. Wat gaan we mogelijk maken? 2.1 Gegevens over studiefinanciering en Wtos binnenkort ook via Suwinet 2.2 Frequenter gegevens over heffingskorting en toeslagen van de Belastingdienst beschikbaar 2.3 Raadplegen Kadastergegevens via Suwinet 2.4 Gegevens Handelsregister beschikbaar voor controle en opsporing 2.5 Ontwikkeling van een geautomatiseerd signaal voor het opsporen van spoorloze debiteuren 2.6 Gebruik van gegevens polisadministratie ter verbetering van de kwaliteit van de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens 3. Wat verwachten we van u? 3.1 Zorgvuldig gebruik van privacygevoelige gegevens 3.2 Terugvordering en verrekening Pagina 3 van 10

4 1. Wat is er nu al mogelijk? In de Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen (WEU) is bepaald dat gegevens die binnen de Suwi-keten bekend zijn, in principe niet nogmaals mogen worden opgevraagd bij de cliënt. Om die reden is het zaak dat gemeenten goed gebruik maken van al bekende gegevens, bij het vaststellen van het recht van de cliënt op een uitkering op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) en voor het efficiënt opsporen van fraude. Het gaat daarbij om gegevens binnen de gemeente zelf, maar ook gegevens die elders binnen en buiten de Suwi-keten worden verzameld. Het Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI) en het Inlichtingenbureau (IB) zorgen ervoor dat gemeenten over deze gegevens kunnen beschikken. 1.1 BKWI en het Suwinet Het BKWI zorgt er, via de inkijkfunctie van Suwinet, voor dat alle informatie beschikbaar is die nodig is voor de beslissing over het recht op en de hoogte van de WWB-uitkering. Het gaat dan bijvoorbeeld om gegevens als andere inkomstenbronnen en het bezit van een eigen woning of voertuig. BKWI doet dit door gegevens digitaal op te halen bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Sociale Verzekeringsbank (SVB), gemeentelijke sociale diensten, de Dienst wegverkeer (RDW), het Kadaster, de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en de Kamers van Koophandel (KvK) en deze beschikbaar te stellen via Suwinet. Alle gemeenten hebben toegang tot Suwinet. Zij kunnen aan de eigen ambtenaren een autorisatie geven om de gegevens van de klant via Suwinet- Inkijk te mogen inzien. Autorisaties kunnen verschillen in omvang, afhankelijk van de taak van de betreffende ambtenaar. Aandacht voor de informatiebeveiliging en zorgvuldige omgang met privacygevoelige gegevens is daarbij essentieel (meer hierover in paragraaf 3.1). Als er een aanvraag voor een WWB-uitkering wordt ingediend, dan kan door de behandelend ambtenaar via Suwinet-Inkijk een digitaal overzicht van de relevante gegevens van de aanvrager worden ingezien. Zo kunnen gegevens die van invloed zijn op het recht op en de hoogte van de WWB-uitkering worden achterhaald. Naast de inkijkfunctie kunnen uit Suwinet ook gegevens ingelezen worden in de eigen applicaties. Daarnaast wordt aan burgers de mogelijkheid geboden via deels vooringevulde e-formulieren voorzieningen aan te vragen. 1.2 De signalen van het IB Het IB vergelijkt periodiek geautomatiseerd de gegevens van alle lopende gemeentelijke uitkeringen in Nederland met de administraties van UWV, SVB, gemeenten, RDW, DUO, de Belastingdienst, de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) en zorgverzekeraars. Per burgerservicenummer (BSN) zoekt het IB naar informatie die van belang is voor het recht op en de hoogte van de WWB-uitkering. Het resultaat van deze bestandsvergelijking signaleert het IB in de vorm van samenloopsignalen aan gemeenten. Gemeenten hoeven dus niet zelf bij elke instantie afzonderlijk voor elke cliënt uitvraag te doen. Is er sprake van een ongeoorloofde samenloop van omstandigheden, bijvoorbeeld een verzwegen dienstverband of een dure auto naast de uitkering, dan kan de gemeente de betreffende cliënt oproepen en zo nodig de uitkering korten of stopzetten. 1.3 Verdere ontwikkeling van de signalen van het IB Het IB verfijnt daarnaast de huidige signalen en ontwikkelt nieuwe signalen. In 2012 introduceert het IB een nieuwe generatie signalen. Hiervoor worden Pagina 4 van 10

5 gegevens over langere tijd en vanuit meerdere bronnen tegelijkertijd met elkaar gecombineerd. Dat levert extra inzichten op en maakt het ook mogelijk de signalen te prioriteren. Een voorbeeld: Verruilt iemand zijn tien jaar oude auto voor een andere auto die tweedehands is, dan levert dat een signaal op. Deze nieuw aangekochte auto heeft maar zelden invloed op de hoogte van de uitkering. In de nieuwe situatie kijkt het IB over langere tijd naar het BSN en daaruit blijkt dat dezelfde persoon wel zes of zeven keer per jaar van auto wisselt. Dat is verdacht. Er zou immers sprake kunnen zijn van handel. De nieuwe generatie signalen krijgt in zo n geval de codering verdenking van handel mee. Met behulp van dergelijke coderingen kan de gemeente gericht haar prioriteiten kiezen en eerst die signalen oppakken die lijken te duiden op fraude. In 2012 zal het IB nieuwe signalen voor voertuigbezit, bankrekeningnummers en toeslagen introduceren. Met het oog op de aanpassingen van de WWB onderzoekt het IB of er in de tweede helft van het jaar nieuwe signalen voor woon- en leefsituatie en gezinsinkomen kunnen worden ontwikkeld. 1.4 Naleving.net Om gemeenten verder te ondersteunen bij de handhaving, is op initiatief van het ministerie van SZW en de RCF s Kenniscentra Handhaving 2 Naleving.net opgestart. Dit is een besloten digitaal communicatieplatform voor alle handhavingsprofessionals die werkzaam zijn binnen de handhavingsketen op het terrein van sociale zaken en werkgelegenheid. Het platform biedt de mogelijkheid kennis te delen, van elkaar te leren, ervaringen uit te wisselen en netwerken te vormen. Op Naleving.net wordt ook informatie gewisseld over bestandskoppeling. Handhavingsprofessionals kunnen hier tips wisselen en ervaringen delen. Alle handhavingsprofessionals worden uitgenodigd mee te discussiëren op Naleving.net. Hiervoor kan op een profiel worden aangemaakt. 2 Wat gaan we mogelijk maken? In deze paragraaf is beschreven welke acties worden ondernomen zodat gemeenten over nog meer gegevens kunnen beschikken bij de beslissing over de uitkeringsaanvraag en het opsporen van fraude. 2.1 Gegevens over studiefinanciering en Wtos binnenkort ook via Suwinet Om een compleet beeld te krijgen van de financiële positie van cliënten zijn ook gegevens nodig van DUO. Het gaat om gegevens over studiefinanciering en over de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (Wtos). Tot nu toe konden gemeenten deze gegevens opvragen bij het IB, maar nog niet raadplegen via Suwinet-Inkijk. BKWI en DUO werken op dit moment aan de realisatie van de inkijkmogelijkheid, naar verwachting is deze medio 2012 beschikbaar. Zodra de inkijkmogelijkheid is gerealiseerd wordt dit gemeld via de Verzamelbrief. 2.2 Frequenter gegevens over heffingskorting en toeslagen van de Belastingdienst beschikbaar Om een volledig beeld te krijgen van de relevante gegevens van de aanvrager van een WWB-uitkering hebben gemeenten gegevens van de Belastingdienst nodig. Het gaat daarbij om de heffingskortingen en toeslagen en de rekeningnummers 2 Voorheen de Regionale Coördinatiepunten Fraudebestrijding. Pagina 5 van 10

6 van bankrekeningen. Op dit moment worden deze gegevens door de Belastingdienst 4 maal per jaar aan het IB geleverd. Doordat deze gegevens 4 maal per jaar worden aangeleverd, en de beslissing over de aanvraag van de WWB-uitkering binnen 8 weken moet worden genomen, beschikken gemeenten niet altijd over de benodigde Belastingdienstgegevens. Op dit moment lossen gemeenten dit op door de gegevens zelf op te vragen bij de aanvrager. Deze informatie is niet altijd volledig en moet nog worden bewerkt voordat ze kan worden meegenomen bij het vaststellen van het recht op de uitkering. Dit is een arbeidsintensief proces met kans op fouten. Gemeenten hebben aangegeven de informatie van de Belastingdienst vaker te willen ontvangen. Om te zorgen dat gemeenten altijd binnen de beslistermijn toegang hebben tot de meest recent beschikbare informatie, wordt medio 2012 de frequentie van de gegevenslevering van de Belastingdienst aan het IB verhoogd van 4 naar 12 maal per jaar. Dit betekent dat gemeenten sneller, en altijd binnen de beslistermijn van de aanvraag, de gegevens over heffingskortingen, toeslagen en rekeningnummers kunnen inzien via Suwinet-Inkijk. Hiermee kan worden voorkomen dat er later verrekening of terugvordering van de uitkering nodig is. Voor bankrekeningen geldt dat gegevens nu alleen worden geleverd aan het IB als er per 31 december een positief saldo van 500 euro op staat, of als er over dat jaar meer dan 15 euro rente is uitgekeerd over de rekening. Gemeenten hebben aangegeven graag over alle rekeningen informatie te willen ontvangen. Daarom gaat de Belastingdienst gegevens over alle bankrekeningnummers leveren aan het IB, die deze informatie naar verwachting vanaf augustus 2012 beschikbaar stelt aan gemeenten via Suwinet-Inkijk. 2.3 Raadplegen Kadastergegevens via Suwinet Het is al langer mogelijk om Kadastergegevens binnen de eigen gemeentelijke grenzen in te zien. Zo kan worden gecontroleerd of een cliënt die een uitkering aanvraagt of al heeft lopen, in bezit is van onroerend goed. Kennis over onroerend goed buiten de gemeentelijke grenzen is om dezelfde reden van belang, maar nog niet alle gemeenten hadden hier toegang toe. Daarom heeft SZW geïnvesteerd in een pilot die deze gegevens beschikbaar maakt via Suwinet- Inkijk. Tijdens de pilot, die in 2010 is uitgevoerd, hebben de gemeenten Maastricht en Den Haag enkele tonnen terug kunnen vorderen. Sinds 1 januari 2011 is het raadplegen van landelijke kadastergegevens via Suwinet-Inkijk voor alle gemeenten mogelijk. Gemeenten kunnen zich hiervoor aanmelden bij BKWI. Voor het raadplegen van kadastergegevens via Suwinet-Inkijk krijgen gemeenten op dit moment nog een afzonderlijke factuur van het Kadaster. Streven is om dit om te zetten naar budgetfinanciering. Jaarlijks zal er dan een totaalbedrag uit het gemeentefonds worden betaald aan het Kadaster. Dit verlaagt de drempel om deze gegevens aan te vragen en beperkt de administratieve lasten van een onderzoek. Naar verwachting zal de besluitvorming over de beoogde budgetfinanciering binnen de VNG in de eerste helft van 2012 worden afgerond. Zodra dit is gebeurd, zal worden bericht over de uitkomst. 2.4 Gegevens Handelsregister beschikbaar voor controle en opsporing Niet voor alle gemeenten is altijd duidelijk hoe de Handelsregisterwet, en dan met name artikel 28 ervan, moet worden geïnterpreteerd. Lid 3, sub e, van dit artikel geeft de mogelijkheid om uit het Handelsregister gegevens over natuurlijke personen te verstrekken aan onder andere burgemeester en wethouders, voor de uitvoering van bijvoorbeeld de WWB. Het wordt daardoor mogelijk om te zien welke activiteiten iemand naast de uitkering onderneemt. Het feit dat in deze wet Pagina 6 van 10

7 gesproken wordt over uitvoering roept bij een aantal gemeenten de vraag op of de gegevens uit het Handelsregister ook gebruikt mogen worden voor controle en opsporing van fraude met WWB-uitkeringen. Er kan worden bevestigd dat dit mag. Activiteiten rondom controle en opsporing zijn een onderdeel van de taak van gemeenten zoals die in de WWB is omschreven en vallen dus onder uitvoering van de WWB. Gegevens van personen mogen daarmee verstrekt worden aan burgemeester en wethouders ten behoeve van controle- en opsporingsactiviteiten. 2.5 Ontwikkeling van een geautomatiseerd signaal voor het opsporen van spoorloze debiteuren Van alle debiteuren met verwijtbare vorderingen bij gemeenten was eind % een voormalig uitkeringsontvanger. Eén van de cruciale belemmeringen voor invordering bij deze mensen is dat zij na het beëindigen van een uitkering soms niet meer te vinden zijn. Deze debiteuren krijgen dan de status Vertrokken Onbekend Waarheen (VOW). Beleidsuitgangspunt is dat onterecht verstrekte uitkeringen tot op de laatste euro worden ingevorderd. Het invorderen bij spoorloze debiteuren kost tijd en geld. In Suwinet-Inkijk kunnen gemeenten voor elke debiteur (één voor één) zoeken naar aanknopingspunten in de gegevens van bijvoorbeeld het UWV en de RDW, om zo te achterhalen of een debiteur aan het werk is of een voertuig bezit. Dit zijn aanknopingspunten voor achterhalen van het adres van een spoorloze debiteur. De gemeente Rotterdam heeft het IB gevraagd deze handmatige, arbeidsintensieve speurtocht te vervangen voor een geautomatiseerd volgen van de spoorloze debiteuren door middel van bestandskoppelingen. De gemeente hoeft dan niet zelf meer naar aanknopingspunten te zoeken, maar krijgt een signaal als uit de bestandskoppelingen blijkt dat er een aanknopingspunt voor een spoorloze debiteur is gevonden. Voor de ontwikkeling van dit nieuwe signaal is eind 2011 een pilot gestart met enkele gemeenten, waaronder de gemeenten Amsterdam en Rotterdam. Op basis van de ervaringen binnen deze pilot ontwikkelt het IB niet alleen een methode om spoorloze debiteuren te traceren, maar tevens een methode om de daadwerkelijke invorderingskans in kaart te brengen. Het signaal bevat tevens een inschatting van de afloscapaciteit. Zo kunnen gemeenten openstaande vorderingen prioriteren. Op dit moment is deelname aan de pilot beperkt tot de huidige pilotgemeenten. Zodra deze, uiterlijk in 2013, uitmondt in een standaard methode, zal het IB het nieuwe signaal bij succes- aan alle gemeenten aanbieden. 2.6 Gebruik van gegevens polisadministratie ter verbetering van de kwaliteit van de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA) Burgers moeten vindbaar zijn voor de overheid, en daarvoor is een kwalitatief goede GBA belangrijk. UWV is beheerder van de polisadministratie en heeft de beschikking over de adresgegevens die door werknemers aan de werkgever zijn opgegeven. De gegevens in polisadministratie worden aangeleverd via de loonaangifte van de werkgever en kunnen afwijken van het GBA-adres. In de gemeente Amsterdam is in 2011 een onderzoek uitgevoerd naar adresverschillen tussen de polisadministratie en de GBA Amsterdam. Het onderzoek is uitgevoerd door het IB. Doel van het onderzoek was het verbeteren van de kwaliteit van de GBA en het opsporen van ongeoorloofde verschillen. Uit het onderzoek is gebleken dat circa personen over een langere periode een afwijkend adres aan hun inhoudingsplichtige (bijvoorbeeld werkgever of pensioenfonds) opgaven. Dit is 7,5% van de Amsterdamse bevolking. In de Pagina 7 van 10

8 vervolgfase zullen de verschillen nader worden geanalyseerd zodat het daadwerkelijk aantal ongeoorloofde verschillen kan worden opgespoord. De adresgegevens uit de polis kunnen gemeenten helpen bij het op orde houden van de GBA. De gemeente Amsterdam heeft dan ook verzocht om deze gegevensuitwisseling van UWV aan gemeenten wettelijk mogelijk te maken 3. Bij brief van 29 november heeft de minister van SZW de Tweede Kamer dit toegezegd, omdat burgers zich nooit opzettelijk of onopzettelijk- onvindbaar mogen maken voor de overheid. Hiertoe zal het Besluit SUWI worden gewijzigd. Het is zaak dat deze gegevenslevering op een efficiënte wijze gebeurt. De polisadministratie bevat zeer veel gegevens. Het zal gaan om tienduizenden terugmeldingen. Dit vergt veel onderzoekscapaciteit van gemeenten. Ter voorbereiding op de gegevenslevering is op dit moment overleg gaande tussen UWV en een aantal gemeenten om in kaart te brengen welke gegevens gemeenten nodig hebben en hoe deze gegevens het beste ter beschikking kunnen worden gesteld. De verwachting is dat de eerste gegevens in juli 2012 beschikbaar komen. Van gemeenten wordt verwacht dat zij actief met deze nieuwe informatie aan de slag gaan. 3 Wat verwachten we van u? SZW is samen met de andere betrokkenen bezig om zoveel mogelijk gegevens beschikbaar te stellen aan gemeenten, zodat deze gebruikt kunnen worden voor een goede uitkeringsverstrekking en bij het efficiënt opsporen van fraude. Voor gemeenten is het dan wel zaak om deze gegevens op een zorgvuldige manier te gebruiken. Daarnaast wordt van gemeenten verwacht ten onrechte verstrekte uitkeringsgelden ook daadwerkelijk te verrekenen of terug te vorderen. 3.1 Zorgvuldig gebruik van gegevens De Inspectie SZW merkt in het rapport Gegevensuitwisseling WWB/WIJ op dat gemeenten regelmatig aan klanten gegevens vragen die beschikbaar zijn. Dit is in strijd met de Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen (WEU). Gegevens die in bijlage 2 van de Regeling SUWI zijn opgenomen, mogen niet aan burgers worden gevraagd. De Inspectie SZW constateert tevens dat cliënten door gemeenten beter geïnformeerd kunnen worden over de verwerking van gegevens. Het inspectierapport biedt aanknopingspunten om verbeteringen aan te brengen in de wijze waarop gemeenten burgers inzicht geven in de gegevensverwerking en de mogelijkheden om gegevens in te zien en te corrigeren. Verder constateert de Inspectie SZW dat de sociale diensten de afgelopen jaren maatregelen hebben getroffen om de beveiliging te verbeteren. Echter bij veel gemeenten lijkt verdere verbetering noodzakelijk. Ook waar het gaat om de verantwoording over de informatiebeveiliging. Gemeenten hebben hierin een eigen verantwoordelijkheid, gecontroleerd door de gemeenteraad. De staatssecretaris zal in een brief (in afschrift aan B&W) wijzen op het feit dat aan alle vereisten van de WEU moet worden voldaan alsook op het belang van toezicht door de gemeenteraad. 3 Er was geen wettelijke basis voor dit onderzoek. Het onderzoek is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). 4 Handelingen TK , 27859, nr. 50. Pagina 8 van 10

9 Achtergrond Bij de uitvoering van de WWB wordt gebruik gemaakt van privacygevoelige gegevens. Het zorgvuldig en integer omgaan met deze gegevens is van groot belang. Uit onderzoek van de Inspectie Werk en Inkomen (2009) en de evaluatie van de Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen (2010) blijkt dat het zorgvuldig gebruik van gegevens uit Suwinet aandacht behoeft. Zo is gebleken dat autorisaties niet altijd goed worden beheerd. Het komt bijvoorbeeld voor dat medewerkers die van functie zijn veranderd nog toegang tot Suwinet hebben, dat autorisaties worden verstrekt aan medewerkers die daar geen recht op hebben, of dat medewerkers meer gegevens kunnen inzien dan nodig is voor de uitvoering van hun taak. De campagne Zorgvuldig gebruik Suwinet De bewindslieden van SZW hechten aan een zorgvuldige omgang met persoonsgegevens. Om verbetering in het gebruik van Suwinet te bewerkstelligen hebben SZW, Divosa, VNG, het Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING), het IB en BKWI een campagne opgezet, genaamd Zorgvuldig gebruik Suwinet. Zorgvuldig gebruik betekent dat alleen medewerkers die voor het uitvoeren van hun wettelijke taak gegevens via Suwinet moeten raadplegen toegang krijgen, en dat ze alleen die gegevens kunnen bekijken die ze nodig hebben. Daarnaast moet dit worden gecontroleerd door een privacycoördinator. Het doel van de campagne is om deze punten structureel binnen de werkprocessen van gemeenten in te bedden. De campagne Zorgvuldig gebruik Suwinet bestaat uit de volgende punten: Er is een monitor opgesteld, die gemeenten de mogelijkheid biedt om met behulp van vijf indicatoren de stand van zaken te bepalen met betrekking tot zorgvuldig gebruik van Suwinet. Uit de resultaten van de monitor is gebleken dat bij circa 100 gemeenten mogelijke aandachtspunten zijn. De accountmanagers van BKWI bezoeken deze gemeenten om de aandachtspunten te bespreken. Overal in het land worden workshops georganiseerd waar per gemeente kan worden vastgesteld hoe de situatie is en hoe deze verbeterd kan worden. Er is een handreiking opgesteld om knelpunten op te lossen en om het zorgvuldig gebruik van Suwinet structureel te verankeren in de organisatie. SZW, VNG, Divosa, KING, IB en BKWI zullen via hun websites en op congressen en bijeenkomsten aandacht besteden aan het zorgvuldig gebruik van Suwinet. BKWI coördineert de campagne. Op vindt u meer informatie. De eerste resultaten van de campagne wijzen uit dat gemeenten het verbeteren van de informatiebeveiliging oppakken. VNG en Divosa spreken de gemeenten aan die zich onvoldoende inspannen. De campagne loopt tot en met de zomer van De staatssecretaris zal de Inspectie SZW vragen om volgend jaar te onderzoeken hoe de beveiliging van Suwinet zich ontwikkelt, en om daarbij specifiek de gemeenten te onderzoeken die volgens de monitor in beperkte mate voortgang boeken. Indien daartoe aanleiding is, zal de staatssecretaris het onderzoek van de Inspectie SZW onder de aandacht brengen van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Indien niet aan de vereisten van de Wet bescherming persoonsgegevens wordt voldaan, kan het CBP deze met dwangsommen handhaven. Als blijkt dat met deze maatregelen de beveiliging van Pagina 9 van 10

10 Suwinet bij gemeenten onvoldoende verbetert, dan kan de staatssecretaris overwegen om aanvullende maatregelen te nemen. 3.2 Terugvordering en verrekening De WWB is een vangnet binnen de sociale zekerheid. Als iemand zelf inkomsten verwerft, dan heeft dit invloed op het recht op en de hoogte van de WWBuitkering. Als gemeenten signalen krijgen over eigen inkomsten van uitkeringontvangers, dan moet hierop actie worden ondernomen. Het mag niet zo zijn dat burgers een uitkering ontvangen als ze daar geen recht op hebben, of een hogere uitkering dan waar ze recht op hebben. Dit kost de overheid onterecht geld en het ondermijnt de solidariteit van ons stelsel van sociale zekerheid. De Inspectie SZW constateert na onderzoek dat in 2009 van bijstandscliënten inkomsten uit arbeid naast de uitkering niet zijn verrekend of teruggevorderd. Dit terwijl deze inkomsten zijn te achterhalen via de samenloopsignalen van het IB. Gemeenten moeten te alle tijden de signalen uit bestandskoppeling onderzoeken om vast te stellen of er sprake is van inkomsten naast de uitkering om te kunnen overgaan tot verrekening of terugvordering. Daarom roept de staatssecretaris gemeenten op om het gebruik van samenloopsignalen structureel in hun organisatie in te bedden. ~~~~~~~~~~~~~~ Indien u zich wilt aanmelden voor de Verzamelbrief of een mailadreswijziging wilt doorgeven, stuur dan een naar Verzamelbrief@minszw.nl. Vragen met betrekking tot de inhoud van de Verzamelbrief kunt u stellen via het contactformulier op het Gemeenteloket, Hierop staan ook de reeds verschenen Verzamelbrieven. Pagina 10 van 10