RASSENCOMMISSIE TEXEL Kleine Herkauwers Vlaanderen vzw

Transcriptie

1 RASSENCOMMISSIE TEXEL Kleine Herkauwers Vlaanderen vzw Evaluatie werkingsjaar ras TEXEL overzicht van de gehouden commissievergaderingen In 2011 werd er: - 1 vergadering ingericht; nl 05 mei - Er werd 1 opleidingsdag ingericht voor de Vlaamse Stamboekkeurders;nl 2 juli 2. verslag van de werkzaamheden van de rascommissie Betreft: Verslag vergadering van donderdag 05 mei 2011 Aanwezig: Roel van Avermaet, Marc Messiaen,Luc Callens, Jan Van Rompaey, An Van Rompaey, Alfons Thijs, Robrecht Vanden Broeck, Jean Pierre Stockman, Daniel Schillewaert Verontschuldigd: Danny Ruysen Verslag 1. Welkom De voorzitter heet iedereen welkom 2. Evaluatie metingen Agriflanders 2011 Meten is weten!!!! Tijdens Agriflanders werden alle aanwezige dieren gemeten (3 metingen) en gewogen. Robrecht heeft deze gegevens in de computer ingebracht en aan de hand van de verzamelde gegevens gezocht of er correlaties konden worden gevonden (overeenkomst tussen getallen) vastgesteld tussen gewicht en lengte. Alle gegevens van de aanwezige dieren in Gent werden verwerkt, waaruit ook blijkt dat het minst overeenkomst is tussen schofthoogte en gewicht. De commissie is van oordeel om tijdens provinciale keuringen oudere rammen en ooien te meten en eventueel te wegen. Het is de bedoeling dat de provinciale besturen de gegevens doorsturen naar de rassencommissie (gegevens van lengte, schofthoogte en borstdiepte). De provinciale besturen worden hiervan op de hoogte gebracht. De vraag werd gesteld of er ook metingen zouden gebeuren in Agribex Brussel? Zie punt Keuring A-ram Alle gegevens werden doorgestuurd naar de provinciale vereniging en naar alle leden van de rassencommissie.(zie brief hervorming statuut A ram)

2 Kostprijs keuring werd vastgesteld op 10 euro. 4. Inefficienties keuring 2010 Er komen vanuit de praktijk soms berichten dat keurders eigen gefokte en (of) doorverkochte dieren keuren. Het is de bedoeling dat er in de toekomst geen stamboekkeurders hun eigen dieren kunnen keuren, hetzij verkochte dieren aan collega fokkers, hetzij dieren die door de stamboekkeurder aangekocht worden. Zulke dieren worden door collega stamboekkeurders beoordeeld. Vanuit de rassencommissie is er een voorstel tot sanctie (nietig verklaren van de keuring). Dit wordt doorgegeven aan de Raad van Bestuur die de nodige maatregelen moet treffen zodat dit in de toekomst niet meer gebeurt. Om dit te vermijden is er een voorstel van engagementsverklaring die door de stamboekkeurders op de opleidingsdag wordt ondertekend. 5. Opleidingsdag De opleidingsdag gaat door bij Alfons Thijs, Aarschotsesteenweg 262 Lier op 2 juli De dieren worden eerst individueel gekeurd (puntenbalk) en gemeten. Daarna worden de resultaten in groep besproken. Na analyse van de vorige opleidingsdag gaan we het accent leggen op de puntenbalk. 6. Rassencommissie Blauwe Texelaar Daniel is momenteel het enige lid voor de rassencommissie Blauwe Texelaar. Daarom kwam de vraag of er enkele leden van de witte rassencommissie wilden participeren in de blauwe rassencommissie. Ook zouden de beiden rassencommissies in de toekomst kunnen samenwerken ivm opleiding van keurders. Lammeren van witte Texelaars, die blauw zijn, kunnen ook in het Blauwe Stamboek opgenomen worden.

3 2,1 Opleidingsdag 02 juni 2011 De rascommissie Texel vond het raadzaam om opnieuw een opleidingsdag voor de stamboekkeurders te organiseren. Deze dag vond plaats op zaterdag 02 juni De bedoeling van deze dag was de stamboekkeurders trachten zo uniform mogelijk te laten keuren vnl bij het toekennen van de punten voor de balk. Na de opleidingsdag van vorig jaar konden we concluderen dat de 3 metingen vrij uniform gebeurden maar het toekennen van de punten gebeurde vrij heterogeen. Daarom werd op deze opleidingsdag de nadruk gelegd op de balk. De balk De keuringsbalk van de Texelaar bestaat uit 8 karakters nl; kop, ontwikkeling, bespiering, evenredigheid, type, beenwerk, vacht en algemeen voorkomen). Het onderdeel ontwikkeling wordt verder bepaald door de som van 3 gemeten onderdelen: -lengte; borst tot uiteinde vd bil -hoogte; schoft (boven de schouder) -diepte; met de passer tussen de voorpoten Tijdens de opleiding werd voorbeeld meting uitgevoerd. Nadien gingen de keurders zelf aan de slag. Verder worden de keurders geïnformeerd over het toekennen van de punten voor de overige kenmerken. Elke keurder krijgt een document met op dit document per item de na te streven en te mijden kenmerken opgesomd en de aan- of afwezigheid ervan kunnen dan tot de score voor dat onderdeel leiden Enkele aandachtspunten: gebruik de bandbreedte bij ieder onderdeel (70 tot 100) (minder dan 70 betekent immers dat het dier niet stamboekwaardig is) en blijf niet hangen tussen 83 en 88! beloon ronduit correct beenwerk met meer dan 86 punten! omdat rondom beste schapen ook een beste score verdienen worden de vereisten om een A toe te kennen als volgt bijgesteld:

4 o ooien: minimaal 3x90pnt + ontw min 88 o rammen: minimaal 3x90pnt + ontw min 88 2,2 Toekennen rammen met A-status vanaf 2 ½ jaar. De rassencommissie stelt vast dat 1 ½ en oudere rammen soms te pas en te onpas de A-status verwerven. Het is uit foktechnisch oogpunt volstrekt zinloos om dieren die niet in al hun onderdelen de perfectie benaderen met deze status te belonen. Daarom stelt de rassencommissie met onmiddellijke ingang volgende benadering en procedure voor: jaarlingrammen kunnen geen A-ram worden ter gelegenheid van de aanvraag van de stamboekkeuring bij de provinciale vereniging mag een fokker te kennen geven dat hij zijn 2 ½ jarige ram wenst voor te stellen voor herkeuring tot A-ram. De provinciale vereniging stuurt de aanvraag voor de desbetreffende ram door naar de rassencommissie. Een keuringscommissie zal door de rassencommissie aangeduid worden om de ram te bezichtigen en na te gaan of de ram A-waardig is. De keuringscommissie spreekt in overleg met de fokker een datum af. (Dit voorstel werd ter bekrachtiging voorgesteld aan de Raad van Bestuur van KHV. De leden hebben het voorstel aanvaard) 2,3 Statistiek metingen Agriflanders. Tijdens Agriflanders werden alle aanwezige dieren gemeten (3 metingen) en gewogen. Deze metingen werden samen met de metingen van Agriflanders 2009 doorgegeven aan Dhr. Steven Janssens Livestock Genetics Department Biosystems van de KU Leuven. Hij heeft de correlaties van de metingen weergegeven in onderstaand verslag In de data van 2009 zijn er volgende onderlinge correlaties. Hieruit is al op temaken dat de som, de score en de formule Blanchaert zeer sterk onderling gecorreleerd zijn en een correlatie van 0.83 hebben met het gewicht. gewicht lengte borstbreedte borstdiepte schofthoogte som.stamboek score Blanchaert gewicht lengte borstbreedte borstdiepte schofthoogte som.stamboek score Blanchaert Met principaal componenten kan bovenstaande correlatiematrix uitgesplitst worden in onafhankelijke factoren die dezelfde hoeveelheid variatie in de data verklaren. Ook wordt grafisch voorgesteld hoeveel variatie elk van de metingen oppikt en of ze al dan niet nauw samenvallen. De cijfers op de grafiek stellen de individuele rammen voor in functie van de eerste 2 principaal componenten.

5 Comp Loadings: Comp.1 Comp.2 Comp.3 Comp.4 Comp.5 Comp.6 Comp.7 Comp.8 gewicht borstbreedte borstdiepte schofthoogte lengte som.stamboek score Blanchaert Comp.1 Comp.2 Comp.3 Comp.4 Comp.5 Comp.6 Comp.7 Comp.8 SS loadings Proportion Var Cumulative Var Uit de onderstaande figuur is op te maken dat borstbreedte variatie capteert die los staan van andere metingen. Borstdiepte en de formule van Blanchaert vallen samen, score en som stamboek, lengte en schofthoogte. Gewicht zit iets apart maar toch dicht bij score, som stamboek, lengte en schofthoogte. De pijlen zijn ongeveer allemaal even lang dus ze capteren allemaal dezelfde hoeveelheid variatie. Met deze data kan je borstbreedte Blanchaert borstdiepte gewicht 4 som.stamboek score schofthoogte lengte Comp.1

6 Als we enkel eens kijken naar de metingen (gewicht, lengte, borstdiepte, borstbreedte en schofthoogte) dan blijkt dat we met 2 onderliggende componenten van de variatie kunnen capteren. 1 component capteert 90% van de globale variatie wat aantoont dat grosso modo alle metingen sterk met elkaar samengaan. Importance of components: Comp.1 Comp.2 Comp.3 Comp.4 Comp.5 Standard deviation Proportion of Variance Cumulative Proportion Uit de plot van de variabelen blijkt nu ook dat gewicht belangrijker is om variatie te verklaren (langere pijl) en dat gewicht afwijkt van alle andere metingen die meer samenvallen. Dus metingen kunnen iets zeggen over gewicht maar toch niet alles (conditie van een dier?). Uit de loadings is dit ook af te leiden, de eerste component is gekoppeld aan gewicht (en beetje lengte), de tweede component is lengte en schofthoogte, de derde Loadings: Comp.1 Comp.2 Comp.3 Comp.4 Comp.5 gewicht lengte borstbreedte borstdiepte schofthoogte

7 Comp borstbreedte borstdiepte schofthoogte lengte gewich Comp.1 3. Evaluatie van de fokdoelstellingen per ras Het huidige fokdoel legt meer nadruk op de ontwikkeling van de gebruikseigenschappen van de Texelaar zonder echter afbreuk te doen aan de zo typische raskenmerken. Voor een succesvol en modern fokbeleid is het dus van groot belang om meer en meer kengetallen te kennen. In onze kleine en hobbymatige fokkerij is dit niet gemakkelijk te realiseren. Vanaf het jaar 2007 wordt het element ontwikkeling van de keuringsbalk dan ook vastgesteld aan de hand van de som van de 3 metingen. Uit bovenstaand verslag blijkt dat we met de metingen op de juiste weg zitten. Alleen wanneer deze maten op al onze fokbedrijven op een korte periode en op een uniforme wijze worden vastgesteld krijgen we een goed beeld op de evolutie van ontwikkeling. Ook het toekennen van de overige karakters uit de balk vragen de nodige aandacht. Zoals na analyse blijkt dat er soms geen of weinig sprake is van uniform keuren. Dit vraagt in de toekomst zeker de nodige aandacht. De Texelaar moet een middengroot schaap blijven. Het nieuwe fokdoel waarin men streeft naar iets grotere, ruimere en vruchtbare schapen met betere gebruikseigenschappen geeft hem nieuwe kansen in fokkerij, houderij en gebruik als slachtlamvaderdier of slachtlammoederdier.