INFORMATIE. Wij wensen u veel plezier bij de voorstelling en met de voorbereiding.

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "INFORMATIE. Wij wensen u veel plezier bij de voorstelling en met de voorbereiding."

Diana van Dam
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

2 2

3 INFORMATIE DE MAN DIE OP REIS GING van Unieke Zaken en is bedoeld voor groepen 3, 4, 5 en 6 van het basisonderwijs. In deze lesbrief vindt u een aantal voorbereidingsopdrachten passend bij de voorstelling. De eerste opdracht bereidt de kinderen voor op het theaterbezoek, de andere opdrachten zetten ze aan tot fantaseren, inleven en spel. Wij wensen u veel plezier bij de voorstelling en met de voorbereiding. Unieke Zaken Pettemerstraat 35-37, 1823 CW Alkmaar post@uniekezaken.nl 3

4 OVER UN IEKE ZAKEN Wij, Peter Bolten en Mirjam Morsch, zijn de artistiek leiders van Unieke Zaken. We hebben ons jeugdtheatergezelschap in 1990 opgericht en DE MAN DIE OP REIS GING is onze drieëndertigste productie. In de loop der jaren hebben wij een geheel eigen stijl ontwikkeld. Kenmerkend daarbij zijn de sterk fysieke en visuele benadering, de grote muzikaliteit en de lichtvoetige speelstijl. De producties worden daarmee toegankelijk en geschikt voor een breed publiek. Jaarlijks spelen we ongeveer 150 openbare en schoolvoorstellingen in Nederland en België. Peter Bolten en Mirjam Morsch 4

5 DE MAN DIE OP RE I S GI NG Er zijn veel mensen die zich voornemen ooit een grote reis te maken, maar het nooit doen. Hans en Jean-Pierre, die in het theater de show voor Hans en Sjaan aan het opbouwen zijn, pakken dat heel anders aan. Zij gaan! Waarheen en wanneer dat weten ze nog niet, maar dat ze gaan is zeker. Dus moeten ze hun baan opzeggen en nadenken over de beste bestemmingen, ze moeten koffers kopen, of een rugzak, ze moeten een taalcursus volgen en... Er is nog zoveel te doen! Thema's: In DE MAN DIE OP REIS GING wordt gespeeld met drie thema's: * In je fantasie kun je overal naartoe reizen Onderzoek wijst uit dat dagdromen de concentratie van kinderen bevordert. Bovendien zou het ook angstgevoelens inperken en motivatie stimuleren. Dagdromen, fantaseren en reflecteren hebben daarnaast een positieve invloed op het verwerken en gebruiken van nieuwe informatie. * Keuzes maken Jonge kinderen vinden het vaak moeilijk om te kiezen uit meerdere mogelijkheden: Wat trek ik aan, wat doe ik op mijn boterham, ga ik lopend of op de fiets naar school, wil ik met iemand spelen na schooltijd?... 5

6 Enkele belangrijke regels: * Plassen tijdens de voorstelling mag niet, ga ervoor of erna * Probeer niet te praten tijdens de voorstelling * Lachen mag natuurlijk wel * Ga niet staan, dan zien ze achter je niets meer * Mobiele telefoons moeten uit en fotograferen tijdens de voorstelling is niet toegestaan Kiezen is een proces dat zowel bewust als onbewust gebeurt. Maar van kiezen kun je leren, want kiezen is: 1. Je angst overboord gooien en op jezelf vertrouwen; 2. Risico s durven nemen, niet bang zijn voor het onbekende en je openstellen voor nieuwe dingen; 3. Fouten durven te maken, daar leer je tenslotte van. 4. Vooral leuk, je hebt namelijk alle vrijheid en doet het meestal helemaal zelf. Het ene kind kiest snel, het andere kind doet er langer over of maakt liever helemaal geen keuze. * Vriendschap Een vriend hebben is fijn. Je kunt delen, samen spelen en elkaar een spiegel voorhouden. Allemaal belangrijke zaken in het sociale verkeer en de sociale ontwikkeling. Voorbereiding op de voorstelling Alvorens de theatervoorstelling te bezoeken is het aan te raden het volgende te bespreken. Een bezoek aan een theatervoorstelling Leg uit dat de kinderen naar een theatervoorstelling gaan. Je kunt daarbij de volgende vragen stellen: Wat is een voorstelling? 6

7 Wie is er wel eens naar een voorstelling geweest? Hoe gedraag je je in het theater? Heb je zelf wel eens theater gespeeld? Over de voorstelling Vertel hoe de voorstelling heet en waar hij over gaat. Stel bijvoorbeeld vooraf aan de voorstelling de volgende vragen: Heb je wel eens een reis gemaakt? Waar zou je het liefst naartoe gaan als alles mogelijk is? Dagdroom je wel eens? Wat is dat eigenlijk? Kun je vertellen waarover je dagdroomt? Is er thuis wel eens verschil van mening over de vakantiebestemming? Heb je wel eens je eigen spullen moeten pakken? Zo ja, ben je dan snel klaar met pakken? Twijfel je wel eens? Kun je een voorbeeld noemen? Stel je wel eens iets uit? Waarom? Na de voorstelling Wij horen graag uw reactie en vooral die van de kinderen. In het formulier van de voorstelling op onze site ( kunt u die reacties kwijt, maar mailen (post@uniekezaken.nl), facebooken (facebook.nl/unieke.zaken) of schrijven (Pettemerstraat 35-37, 1823 CW Alkmaar) kan natuurlijk ook. 7

8 OPDRACHT 1: DE KOFFER Waar kom ik vandaan of waar ga ik naartoe? SPELOPDRACHT Doel: kinderen aanzetten tot fantaseren Nodig: een aantal koffer(tje)s met een voorwerp er in, bijvoorbeeld een koffer met een stopcontact, met lucifers, veertjes, een schilmesje, een helm of met een sok met een gat... A. Leg de koffers naast elkaar op de grond. B. Laat een kind een koffer uitzoeken. Hij mag hem openen. Wat zit erin? Vervolgens kiest het kind een ander kind uit. Ze krijgen op een rustig plekje maximaal een kwartier de tijd om een verhaal te verzinnen bij het voorwerp over waar zij met de koffer vandaan komen of waar zij naar toe gaan. Help de kinderen desnoods op weg door een vorm aan te bieden. Bijvoorbeeld: de reis is een avontuur, de reis is heel grappig, de reis is een sprookje, de reis is super eng etc. (Eventueel schrijven ze het verhaal in steekwoorden op.) Vervolgens worden drie kinderen uit de klas uitgenodigd om naar het verhaal te luisteren. Het fijnst zou zijn als er op een rustige plek in school een tentje wordt gemaakt waar ze in kunnen. Zo heb je een kleine intieme omgeving afgesloten van de rest. Ook kan het verhaal voor de klas vertelt worden. 8

9 OPDRACHT 2: DE QUIZ In de voorstelling doen Hans en Jean- Pierre een quiz waar ze als goede vrienden moeten raden wat de ander voor antwoord geeft op een vraag. SPELOPDRACHT Doel: Je verplaatsen in de ander / hoe goed ken jij jouw vriend? A. Iemand wordt uitgenodigd voor de klas. Hij kiest iemand anders uit de klas die hij goed denkt te kennen. Die tweede persoon gaat naar de gang en mag niets horen! De vraag aan de persoon voor de klas is: "Wat antwoordt de persoon op de gang op de volgende vragen." Wat is zijn/haar lievelingskleur? Wat eet hij het liefst? Waar gaat hij het liefst naartoe op vakantie? Wat is zijn lievelingssport? Hij vindt op straat 10. Wat doet hij: naar de politie of houden? NB. Onthoudt de antwoorden (of schrijf ze op). B. Vraag de persoon op de gang in de klas en de vragen te beantwoorden. Hoe goed ken jij je klasgenoot/vriend? Bij 0 en 1 goed antwoord - slecht Bij 2 en 3 goede antwoorden - een beetje Bij 4 goede antwoorden - goed Bij 5 goede antwoorden - uitstekend Je kunt met elkaar ook 5 andere vragen verzinnen. 9

10 OPDRACHT 3A: DE WINKELIER Tijdens de voorstelling fantaseren Hans en Jean-Pierre over allerlei zaken. Ze spelen ook veel typetjes voor en met elkaar zoals een kofferverkoper, een bardame en een quizmaster. SPELOPDRACHT Doel: Je verplaatsen in de ander / een winkelier spelen. Nodig: Een stofjas Eén kind komt voor de klas en bedenkt wat voor een winkel hij heeft. Hij trekt de stofjas aan en installeert zich. Al zijn koopwaar moet hij uitbeelden (pantomimen), zoals een artikel pakken van de bovenste plank, iets zwaars verplaatsen, iets wegzetten, iets laten zien enzovoort. Hij speelt zo even en alle kinderen kijken, misschien hebben zij al een idee. Er komt een kind op bezoek, een klant, hij weet niet wat voor een winkel het is. Al spelende moet hij erachter komen wat de winkelier verkoopt. Tips: Vraag bv. Welke kleuren heeft u? Mag ik het eens zien. Is het duur? Mag ik het eens vasthouden? Zo gauw de klant weet wat het is koopt hij een artikel. Evalueer voor je aan de volgende scene begint. Wat ging goed? Wat kan beter? Geef tips. 10

11 OPDRACHT 3B: PERSONAGES Neem van ieder kind een foto. Druk af op een A4. Ieder kind bedenkt zijn lievelingsberoep en/of een personage. Laat ieder kind zichzelf transformeren naar dat beroep of personage door op de foto tekenen, schilderen of beplakken. MAAKOPDRACHT Doel: Naar jezelf kijken en fantaseren over je lievelingsberoep/personage Nodig: Fototoestel, afdrukpapier, printer, pennen, potloden, stiften, oude tijdschriften, plaksel, schaar. Tip: Maak van het resultaat een mooie expositie in de klas. Kinderen kunnen er een verhaaltje onder schrijven. Dit ben ik als... 11

12 OPDRACHT 4 : AFFICHE MAKEN MAAKOPDRACHT Doel: Een sterk beeld bedenken. Nodig: Papier, pennen, potloden, stiften, oude tijdschriften, plaksel, schaar, verf Als je mocht kiezen, waar zou jij dan het liefste naartoe willen gaan? A. Maak een reclameposter van het land of de plaats waar jij het liefste naartoe gaat. Bijvoorbeeld zoals de posters op deze pagina. B. Maak een expositie van alle reisaffiches, denk voor de inrichting bijvoorbeeld aan de etalage van een reisbureau. 12

13 DE MEDEWERKERS Regie Herman Bolten Spel Decor Publiciteit/PR Publiciteit Techniek Grafische vormgeving Educatie Peter Bolten Arjan Bouwmeester Thierry van Raaij Annelies Rensink Linda Scholtens Gijs Steenbergen De Wilde Muis Mirjam Morsch Deze voorstelling is tot stand gekomen dankzij de steun van Fonds Podiumkunsten, de Gemeente Alkmaaren het VSBfonds. 13

Vergelijkbare documenten

Projectinformatie DE MAN DIE OP REIS GING. Groep 7-8 Theatervoorstelling Primair Onderwijs

Projectinformatie DE MAN DIE OP REIS GING Groep 7-8 Theatervoorstelling Primair Onderwijs BESTE LEERKRACHT Graag informeren wij u over het project De Man Die Op Reis Ging van Unieke Zaken waaraan uw school