Bibliografie 1,1 21/22

Transcriptie

1 Bibliografie Altmann, G. & C. Naumann (1982). Statistische Datendarstellung. W. Besch et. al. (ed). Dialektologie. Ein Handbuch zur deutschen und allgemeinen Dialektforschung. Bd. 1,1. Berlin-New York: W. de Gruyter, Ampzing, S. (1628). Beschrijvinge ende Lof der Stad Haerlem [met voorwoord: Nederlandsch Tael-bericht]. Haarlem. Andersen, H. (ed) (1985). Sandhi Phenomena in the Languages of Europe [Trends in Linguistics. Studies and Monographs 33]. Berlin/New York/Amsterdam: Mouton de Gruyter. Anderson, J. & Ch. Jones (1974) (ed). Historical Linguistics Vol. II, Theory and description in phonology. Proceedings of the First International Conference on Historical Linguistics, Edinburgh 2nd-7th September Amsterdam/Oxford: North-Holland Publishing Company. Antilla, A. (1997). Deriving variation from grammar. F. Hinskens, R.van Hout & W. Wetzels (ed). Variation, change and phonological theory. Amsterdam/ Piladelphia: John Benjamins Publishing Company, Antonsen, W. (1993). The Weser-Runes: Magic or Message? Nowele 21/22, Arnold, J., R. Blake, B. Davidson et al. (ed) (1996). Sociolinguistic Variation. Data, Theory, and Analysis. Selected Papers from NWAV 23 at Stanford, [1994]. Stanford/Cal.: Center for the Study of Language and Information Publications. Asher, H. (1976). Causal Modelling. Sage University Paper Series in Quantitative Applications in the Social Sciences 3. Beverley Hills/London: Sage Publications. Atkinson, A. (1985). Plots, Transformations and Regression. An introduction to graphical methods of diagnostic regression analysis. Oxford: Clarendon Press. Atzema et al. (1990) Atlas van Nederland in 20 delen. Deel 4: Dorpen. s-gravenhage: SDU-Uitgeverij. Auer, P. (1993). Zweidimensionale Modelle für die Analyse von Standard/Dialekt-Variation und ihre Vorläufer in der deutschen Dialektologie. Ein Beitrag zur historischen Kontinuität. Viereck (1993), Ausems, Th. (1953). Klank- en Vormleer van het dialect van Culemborg. [Dissertatie R.U. Leiden] Assen: Van Gorcum en Comp. N.V.- G.A. Hak en Dr. H.J. Prakke.

2 500 BIBLIOGRAFIE Baader, Th. & P. Ribbert (1938). Phonologie des Dialektes von Tilligte in Twente II. Nijmegen: N.V. Centrale Drukkerij. Baayen, H. (1998). Het Anti-Corpus-Axioma. Nederlandse Taalkunde 3, Bach, A. (1969). Deutsche Mundartforschung, Heidelberg: Carl Winter (3e druk, 2e druk 1950). Bailey, C.-J. (1973). Variation and Linguistic Theory. Washington D.C.: Center for Applied Linguistics. Bailey, G. & M. Dyer (1992). An Approach to Sampling in Dialectology. American Speech 67, Bakker, F. & Huussen jr., A. (1992). Het oudste Groningse Register van Criminele en andere Zaken en De Bekentenis van Johan Stenbar. Stichting tot uitgaaf der Bronnen van het Oud-Vaderlandse Recht, Verslagen en Mededelingen, Nieuwe Reeks 7, Bakker, J. (1971). Constant en Variabel. De fonematische structuur van de Nederlandse woordvorm. [Dissertatie Universiteit van Amsterdam] Asten. Baudouin de Courtenay, J. (1929). Fakultative Sprachlaute. Anon. (ed). Donum Natalicium Schrijnen. Verzameling van opstellen door oud-leerlingen en bevriende vakgenooten opgedragen aan Mgr. Prof. Dr. Jos. Schrijnen. Bij gelegenheid van zijn zestigsten verjaardag 3 Mei Nijmegen-Utrecht: N.V. Dekker en Van de Vegt, Beckmann, W. (1993). Zur syncope und Kürzung des Stammvokals in der niederdeutschen Verbalflexion. Niederdeutsches Wort, Beiträge zur Niederdeutschen Philologie 33, Bell, A. (1984). Language Style as audience design. Language in Society 13, Bellmann, G. (1985). Zweidimensionale Dialektologie. Bellmann, G. (ed). Beiträge zur Dialektologie am Mittelrhein. Mainzer Studien zur Sprach- und Volksforschung 10. Stuttgart, Franz Steiner Verlag, Bennis, H. & J.W. de Vries (ed) (1992). De Binnenbouw van het Nederlands. Een Bundel artikelen voor P.C. Paardekooper. Dordrecht: ICG Publications. Benskin, M. (1992). Some new perspectives on the origins of standard written English. Leuvensteijn, J. van & J. Berns (ed) (1992). Dialect and Standard Language / Dialekt und Standardsprache / in the English, Dutch, German and Norwegian Language Areas. Seventeen Studies in English or German [Proceedings of the Colloquium Dialect and Standard Language, Amsterdam, October 1990] [Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen Verhandelingen, Afd. Letterkunde, Nieuwe Reeks 150]. Amsterdam/Oxford/New York/Tokyo: North Holland, Benzécri, J. et al. (1973a). L Analyse des Données. Vol. I La Taxinomie. Paris: Dunod. (1973b). L Analyse des Données. Vol. II L Analyse des Correspondances. Paris: Dunod. Berg, B. van den (1949). De conjugatie van het praesens in de Noordnederlandse dialecten. Taal en Tongval 1, 6-13.

3 BIBLIOGRAFIE 501 (1965). Heeft het Afrikaans zich uit het Hollands ontwikkeld?. Anon. (ed) (1965). Dietse Studies. Bundel aangebied aan Prof. Dr. J. du P. Scholtz by geleentheid van sy vyf-en-sestigste verjaardag 14 mei [z.pl.]/kaapstad en Pretoria: Van Gorcum en Comp. N.V.-Dr. H.J. Prakke en H.M.G. Prakke/ Academica, (1978). De grammatica van het Nederlands, afscheidscollege gegeven op 19 oktober Groningen: Wolters-Noordhoff. Berns, J. (1981). De plaats van het Zoetermeers onder de Nederlandse dialecten. Zoetermeers Woordenboek [red. J. van der Spek], [2e druk]. Zoetermeer. Berteloot, A. (1990). Een vormleerhoofdstukje uit de Maerlantgrammatica. Damme, R., et al. (ed) (1990). Franco-Saxonica. Münstersche Studien zur niederländischen und niederdeutschen Philologie. Jan Goossens zum 60. Geburtstag. Neumünster: Karl Wacholtz Verlag, Besch, W. (1967). Sprachlandschaften und Sprachausgleich im 15. Jahrhundert. Studien zur Erforschung der spätmittelhochdeutschen Schreibdialekte und zur Entstehung der neuhochdeutschen Schriftsprache. München Francke Verlag. Bethge, W. (1963). Beziehungen der Generation zur Quantität in den Deutschen Mundarten. Phonetica 9, Beukelaer, J. de & H. Münstermann (1988). De positie van het dialect in Bredevoort. Staring Instituut (ed). Bredevoort, een Heelrijkheid. Bredevoort: Stichting 800 jaar Veste Bredevoort Bezoen, H. (1938). Klank- en Vormleer van het dialect der gemeente Enschede. [Dissertatie Leiden] Leiden: E.J. Brill. Bickerton, D. (1971). Inherent variability and variable rules. Foundations of Language 7, (1973). The nature of a creole continuum. Language 49, (1975). Dynamics of a Creole System. Cambridge: Cambridge University Press. Bischoff, K. (1962). Über den Grundlagen der mittelniederdeutschen Schriftsprache. Niederdeutsches Jahrbuch, Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung 85, (1981). Über gesprochenes Mittelniederdeutsch. [Akademie der Wissenschaften und der Literatur Mainz; Abh. der Geistes- und Sozialwissenschaftlichen Klasse 1981/4]. Wiesbaden: Franz Steiner Verlag. Blancquaert, E. (en W. Pée). (ed) ( ). Reeks Nederlandse Dialectatlassen (=RND). 17 Vol. Antwerpen: De Sikkel. Bloemhoff-De Bruijn, Ph. (1982). Over zeggen gesproken. Iets over enkelvoudsvormen t.t. in een aantal dialecten van de Veluwerand en Noordwest-Overijssel. Driemaandelijkse Bladen NS 34, Blok, D. (1959). De vestigingsgeschiedenis van Holland en Utrecht in het licht van de plaatsnamen. M. Gysseling & D. Blok. Studies over de oudste plaatsnamen van Holland en Utrecht, Bijdragen en Mededelingen der Naamkunde-Commissie 17, (1975). Over de voorgeschiedenis van de grens tussen Hollands en Gelders. A. Keij & D. Blok. Taalgrensproblemen in het Rivierengebied. Historische aspecten en mogelijke consequenties voor het vreemde-talenonderwijs. [Bijdragen en Mede-

4 502 BIBLIOGRAFIE delingen van de Dialectencommissie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen 47]. Amsterdam: B.V. Noordhollandsche Uitgevers Maatschappij. Blok, P., et al. ( ) (ed). Oorkondenboek van Groningen en Drente, I/II. Groningen: J.B. Wolters. Boekenoogen, G. (1897). De Zaansche volkstaal. Leiden: A.W. Sijthoff. Boersma, J. (1939). De Friese oorkonden uit het archief van het St. Anthonygasthuis te Leeuwarden II. Een bijdrage tot de kennis der historische grammatica van het Westfriesch. [Dissertatie Universiteit van Amsterdam] Amsterdam: Noord-Hollandsche Uitgevers Maatschappij. Bonfante, G. (1947). The neolinguistic position. Language 23, Bont, A. de (1962). Het Dialekt van Kempenland, meer in het bijzonder d Oerse taol, Dl I, Klank- en Vormleer en enige syntaktische bijzonderheden. Assen: Van Gorcum en Comp/G.A. Hak/H.J. Prakke. Booij, G. (1977). Vragen bij een Leids onderzoek. Forum der Letteren 18, (1995). The Phonology of Dutch [The Phonology of the World s Languages]. Oxford: Clarendon Press. Boutkan, D. (1995). The Germanic Auslautgesetze [Leiden Studies in Indo-European 4]. Amsterdam-Atlanta: Rodopi. Braune, W. (1975). Alhochdeutsche Grammatik. [13e druk bew. door H. Eggers]. Tübingen: Max Niemeyer. Braune, W. & H. Eggers, (1987). Althochdeutsche Grammatik. [14e druk]. Tübingen: Max Niemeyer. Bree, C. van (1977). Leerboek voor de historische grammatica van het Nederlands. Klank- en vormleer met een beknopte grammatica van het Gotisch. Groningen: Wolters-Noordhoff. (1981). Hebben-constructies en datiefconstructies binnen het Nederlandse taalgebied. Een taalgeografisch onderzoek. Hendrik Ido Ambacht: ICG-printing. Briels, J. (1978). Zuidnederlandse immigratie Haarlem. Broecke, M. van den (1976). Hierarchies and rankorders in distinctive features. Assen/Amsterdam: Van Gorcum en Comp. B.V. Brouwer, D. (1982). The influence of the adressee s sex on politeness in language use. Linguistics 20, (1984). Sekse als sociologische variabele in taalwetenschappelijk onderzoek. Tijdschrift voor Taal- en Tekstwetenschap 4, Brunner, K. (1962). Die Englische Sprache. Ihre geschichtliche Entwicklung, Bd. 2: Die Flexionsformen und ihre Verwendung, [2e druk]. Tübingen: Max Niemeyer Verlag. Buccini, A. (1996). Nieuw Netherland Dutch, Cape Dutch, Afrikaans. Besten, H. den, et al. (ed). Afrikaans en variëteiten van het Nederlands. Taal en Tongval themanr. 9, Buitenhuis, H. (1967). Inleiding. Meertens & Buitenhuis (ed). (1977). Inleiding. Meertens & Buitenhuis (ed). (1983). Inleiding. Meertens & Buitenhuis (ed).

5 BIBLIOGRAFIE 503 Büld, H. (1939). Sprache und Volkstum im nördlichen Westfalen. Sprachgrenzen und Sprachbewegungen in der Volksmeinung. Emsdetten. Burger, J. (1993). De loopbaan van de klerk Melis Stoke. Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden 108, Burrough, P. & R. McDonnell (1998). Principles of Geographical Information Systems. Oxford etc.: Oxford University Press. Cajot, J., L. Kremer & H. Niebaum (ed) (1995). Lingua Theodisca. Beiträge zur Sprach- und Literaturwissenschaft, Jan Goossens zum 65. Geburtstag [Niederlande-Studien 16/1,2]. Münster/Hamburg: LIT. Zentrum für Niederlande- Studien. Calabrese, A. (1994). Sievers Law in Gothic: A synchronous analysis with some notes on its diachronic development. The Linguistic Review 11, Campbell, A. (1959). Old English Grammar. Oxford: Clarendon Press. (1974). Old English Grammar. Oxford: Oxford University Press. Carmines, E. & R. Zeller (1979). Reliability and Validity Assessment. Sage University Paper Series on Quantitative Applications in the Social Sciences, Series Beverly Hills en London: Sage Publications. Caron, W. (1970). Rekking en verkorting van klinkers in open syllabe. De Nieuwe Taalgids [Van Haeringennummer], CBS = Centraal Bureau voor de Statistiek (1982). Statistisch zakboek s- Gravenhage: Staatsuitgeverij. Cedergren, H. & D. Sankoff (1974). Performance as a statistical reflection of competence. Language 50, Chambers, J. & P. Trudgill (1980). Dialectology. Cambridge etc.: Cambridge University Press. Chapman, W. (1983). Introduction to Practical Phonetics. Horsleys Green: Summer Institute of Linguistics [4e druk]. Chen, M. (1972). The time dimension: Contribution toward a theory of sound change. Foundations of Language 8, & W. Wang (1975) Sound Change: Actuation and implementation. Language 51, Chomsky, N. (1964). Current Issues in Linguistic Theory. London/The Hague/ Paris: Mouton. Cichocki, W. (1993). A Dual Scaling Representation of Phonetic Distances in Acadian French. Viereck, W. (ed) (1993). Verhandlungen des Internationalen DialektologenKongresses / Proceedings of the International Congress of Dialectologists/ Communications du Congrès International de Dialectologie Bamberg [Vol. 1]. Stuttgart: Franz Steiner Verlag, Clements, G. & E. Hume (1995). The Internal Structure of Speech Sounds. Goldsmith (1995), Cliff, A. & J. Ord. (1981). Spatial Processes. Models and Applications. London: Pion limited. Coates, J. (1990). Women, men and language. A sociolinguistic account of sex differences in language. London en New York: Longman.

6 504 BIBLIOGRAFIE Conradie, C. (1981). Die ontwikkeling van die Afrikaanse voltooide deelwoord I: Tydskrif vir Geesteswetenskappe 21, (1982). Die ontwikkeling van die Afrikaanse voltooide deelwoord II: Tydskrif vir Geesteswetenskappe 22, Cornips, L. (1994). Syntactische Variatie in het Algemeen Nederlands van Heerlen. [Studies in Language and Language Use 6]. Amsterdam: IFOTT. (1995). De voordelen van testdata in sociolinguïstisch, syntactisch onderzoek. Huls, E. & J. Klatter-Folmer (ed). Artikelen van de Tweede Sociolinguïstische Conferentie. Delft: Eburon, (1996). Social Stratification, Linguistic Constraints and Inherent Variability in Heerlen Dutch: The Use of the Infinitival Complementizers om/voor. Arnold (et al., ed), Crena de Jongh (1959). G.C. van Santen s Lichte Wigger en Snappende Siitgen. Zeventiende-eeuwse gesprekken in Delfts dialect. Assen: Van Gorcum en Prakke. Cucchiarini, C. (1993). Phonetic transcription: a methodological and empirical study. [Dissertatie Katholieke Universiteit Nijmegen]. Nijmegen. Daan, J. (1957). Betrekkingen tussen het Fries en het Noordhollands. It Beaken 19, (1963) (m.m.v. P. Meertens). Toelichting bij de Taalatlas van Noord- en Zuid- Nederland [Bijdragen en Medelingen van de Dialectencommissie KNAW 27]. Amsterdam: Noord-Hollandsche Uitgeversmaatschappij. (1963a). Défaites et victoires. La lutte des parlers régionaux contre le néerlandais cultivé aux Pays-Bas. Orbis 12, (1965). Streektalen in Zuid-Holland een eerste verkenning. Daan, J. & K. Heeroma. Zuidhollands. [Bijdragen en Mededelingen van de Dialectencommissie 30]. Amsterdam: Noord-Hollandsche Uitgeversmaatschappij, (1969). RND deel 13 Noord-Holland. (1970). Kruimelwerk. Sporen van Noordhollands in vroeger eeuwen. Zijn Akker is de Taal. Den Haag: Bert Bakker/Daamen, (1971). Verschuiven van isoglossen. Taal en Tongval 23, (1989). Als niet komt tot iet... Nederlands van hoog tot laag. Verslagen en Mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 1989/2. Gent: Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, (1992). Wat is een dialect? De betekenisnuances van dit woord in Nederland, bij Lambert ten Kate en in latere eeuwen. Taal en Tongval 44, & D. Blok (1970). Van Randstad tot Landrand. [Bijdragen en Mededelingen van de Dialectencommissie 37] [2e druk]. Amsterdam: Noord-Hollandsche Uitgevers Maatschappij. Dammer-Vos, H. (1979). VUGA s alfabetische plaatsnamengids van Nederland. s- Gravenhage: VUGA-Boekerij. Davis, L. (1985). The problem of social class grouping in sociolinguistic research. American Speech. A Quarterly of Linguistic Usage 60, Debrabandere, F. (1973). De Kortrijkse t-apokope in oude teksten. [Anon.] (ed). Album Willem Pée. Tongeren: Michiels,

7 BIBLIOGRAFIE 505 DeCamp, D. (1971a). Analysis of a post-creole speech continuum. Hymes, D. (ed). Pidginization and creolization of languages [Proceedings of the 1968 International Conference]. Cambridge: Cambridge University Press, (1971b). Implicational scales and sociolinguistic lineairity. Linguistics 73, Dees, A. (1985). Dialectes et scriptae à l époque de l ancien français. Revue de Linguistique Romane 49, [m.m.v. P. Th. van Reenen & J. de Vries] (1980). Atlas des formes et des constructions des chartes françaises du 13e siècle. Beihefte zur Zeitschrift für Romanische Philologie 178. Tübingen: Max Niemeyer Verlag. (1987). Atlas des formes linguistiques des textes littéraires de l ancien français [m.m.v. M. Dekker, O. Huber & K.H. van Reenen-Stein], Beihefte zur Zeitschrift für romanische Philologie 212. Tübingen: Max Niemeyer. (1988). Propositions for the study of Old French and its dialects. Fisiak, J. (ed). Historical Dialectology; Regional and Social, (Trends in Linguistics. Studies and Monographs 37. Berlin-New York-Amsterdam: Mouton-De Gruyter, Dell, F. & M. Elmedlaoui (1986). Syllabic consonants and syllabification in Imdlaron Tashlhit Berber. Journal of African Languages and Linguistics 7, Demeersseman, H. (1989). Hebben wij -varianten in veertiende-eeuws Middelnederlands. B. de Haar & K. van Reenen-Stein (ed). Corpusgebaseerde Woordanalyse (VWF-programma VULET 88/9) Jaarboek Vakgroep Taalkunde Vrije Universiteit. Amsterdam, Deunk, G. (1977). Grammatica van het Winterswijks. [Het dialect van Winterswijk deel II]. Groningen: Sasland. Deutsch, C. & A. Journel (1998). GSLIB. Geostatistical Software Library and Users s Guide. New York / Oxford: Oxford University Press. Deutscher Sprachatlas [DSA] ( ); F. Wrede, B. Martin & W. Mitzka (ed). Marburg: Elwert. Devos, M. (1986). Het persoonlijk voornaamwoord 2e pers enk in het Westvlaams: geografie en historiek. M. Devos & J. Taeldeman (ed). Vruchten van z n Akker. Opstellen van (oud-)medewerkers en oud-studenten voor Prof. V.F. Vanacker. Gent: Seminarie voor Nederlandse Taalkunde en Vlaamse Dialectologie, Rijksuniversiteit Gent, & H. Ryckeboer & J. Taeldeman (1979). Woordenboek van de Vlaamse Dialekten. Inleiding [Seminarie voor Vlaamse Dialektologie, Rijksuniversiteit Gent]. Tongeren: Drukkerij G. Michiels. Dijkhof, E. (1993). De economische en fiscale politiek van de graven van Holland in de dertiende eeuw. Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden 108, Dols, W. (1953). Sittardse Diftongering, een hoofdstuk uit de historische grammatica. Sittard: Alberts Drukkerijen. Dresher B. & A. Lahiri (1991). The Germanic Foot: Metrical Coherence in Old English. Linguistic Inquiry 22,

8 506 BIBLIOGRAFIE Dressler, W. (1975). For a Socio-Psycho-Linguistic Theory of Phonological Variation. Drachman, G. (ed). Akten der 1. Salzburger Frühlingstagung für Linguistik. Salzburg vom 24. bis 25. Mai Tübingen, & R. Wodak (1982). Sociophonological methods in the study of sociolinguistic variation in Viennese German. Language in Society 11, DSA = Deutscher Sprachatlas. Marburg: N.G. Elwert. Durie, M. (1996). Early Germanic Umlaut and Variable Rules. Durie, M. & M. Ross (ed). The Comparative Method Reviewed. Regularity and Irregularity in Language Change. New York/Oxford: Oxford University Press, Engelen, E. van, et al. (1931) (ed). Overijssel. Deventer: N.V. Uitgevers-Maarschappij Æ.E. Kluwer. Entjes, H. (1970). Die Mundart des Dorfes Vriezenveen in der niederländischen Provinz Overijssel. [Dissertatie Münster]. Groningen: Sasland. (1974). Dialecten in Nederland. Haren: Knoop en Niemeijer. Everaert, M., A. Evers, R. Huybregts & M. Trommelen (ed) (1988). Morphology and Modularity. Dordrecht: Foris Publications. Fasold, R. (1972). Tense marking in Black English. Arlington/Va: Center for Applied Linguistics. Fedders, W. (1988). Zur Erhebung historischer Schreibsprachdaten aus der Textsorte Urkunde. Niederdeutsches Wort 28, Fikkert, P. (1998): Foot structure and Word Stress in Middle Dutch. Evidence from Lutgart. Bezooijen, R. & R. Kager (ed). Linguistics in the Netherlands 1998 [AVT Publications 15]. Amsterdam/Philadelphia: John Benjamins Publishers, Fix, H. (1995) (ed). Quantitätsproblematik und Metrik. Greifswalder Symposium zur germanischen Grammatik [Amsterdamer Beiträge zur Älteren Germanistik 42]. Amsterdam/Atlanta: Rodopi. Fokkema, K. (1937). Het Stadsfries, een bijdrage tot de geschiedenis en de grammatica van het dialect van Leeuwarden [Dissertatie Utrecht]. Assen: Van Gorcum en Comp. Fourquet, J. (1964). Zur Deutung der Isophonen der Quantität. Phonetica 11, Fox, J. (1982). Selective aspects of measuring resemblance for taxonomy. H.C. Hudson et al. Classifying Social Data. New applications of analytic methods for social science research. San Francisco etc., Franck, J. (1909). Altfränkische Grammatik, Laut- und Flexionslehre. Göttingen: Vandenhoeck und Ruprecht. (1910). Mittelniederländische Grammatik mit Lesestücken und Glossar. Leipzig: C.H. Tauchnitz [2e druk]. Frings, Th. (1916). Die rheinische Accentuierung. Vorstudie zu einer Grammatik der rheinischen Mundarten. Marburg: Elwert. (1922 [herdr. 1956]). Rheinische Sprachgeschichte. Frings, Th. (1956). Sprache und Geschichte 1 [Mitteldeutsche Studien 16]. Halle (Saale): VEB Max Niemeyer Verlag, 1-54.

9 BIBLIOGRAFIE 507 (1944). Die Stellung der Niederlande im Aufbau des Germanischen. Halle/S: Niemeyer Verlag. & E. Linke (1967). Der Plural des Präsens im Germanischen. Beiträge zur Geschichte der Deutschen Sprache und Literatur (PBB Halle) 88, & G. Lerchner (1966). Niederländisch und Niederdeutsch. Aufbau und Gliederung des Niederdeutschen [Sitzungsberichte der Sächs. Ak. der Wiss. zu Leipzig, Phil.-hist. Klasse, Bd. 110, H 6]. Berlin. Fruin, R. ( ). De Middeleeuwsche rechtsbronnen der kleine steden van het Nedersticht van Utrecht. [Werken der vereeninging tot uitgave der bronnen van het oude vaderlandsche recht]. I-III. s-gravenhage: Martinus Nijhoff. Fujimura, O. & J. Lovins (1978). Syllables as concatenative phonetic units. Bell, A. & J.Hooper (ed). Syllables and Segments. Amsterdam/New York/Oxford: North Holland Publishing Company, Galen, W. van (1984). Sonoriteit van fonemen en de syllabestructuur van het Nederlands. Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde 100, Gallée, J. (1893). De namen van plaatsen in Gelderland en Overijsel. Nomina Geographica Neerlandica 3, (1910). Altsächsische Grammatik [Sammlung kurzer Grammatiken germanischer Dialekte VI; Erste Hälfte: Laut- und Formenlehre; inl. en registers van J. Lochner]. [2e druk].halle/leiden: Max Niemeyer / Buch. u. Druckerei vormals E.J. Brill. (z.j.; niet versch.). Proeve van verschillende (dietsche) dialecten uit keuren en andere geschriften, Proza. (Druck N.N. Bibl. P.J. Meertens-Instituut; Sign.: 4- NAD Gallée). Gauchat, L. (1905). L Unité phonétique dans le patois d une commune. Aus Romanischen Sprachen und Literaturen: Festschrift Heinrich Morf. Halle, Geerts,G., G. Nellemans & K. Jaspaert (1985). Standaardnederlands en dialect in Leuven. Leuvense Bijdragen. Tijdschrift voor Germaanse Filologie 74, Gerbenzon, P. (1960). Enige opmerkingen over het voorkomen van riocht naast riucht in de oudfriese oorkonden. Taal en Tongval 12, Gerritsen, G. (1993). Resistentie in de vesting Bredevoort. Een onderzoek naar structuurverlies en structuurbehoud. Kremer, L. (ed). Diglossiestudien. Dialekt und Standardsprache im niederländisch-deutschen Grenzland. (Westmünsterland. Quellen und Studien Bd. 1). Vreden: Landeskundliches Institut West Münsterland, Gerritsen, M. (1979). Een eeuw lang dialektvragenlijsten invullen. Mededelingen van het P. J. Meertens-Instituut voor Dialectologie Volkskunde en Naamkunde 31. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut, (1985). Alters- und Geslechtsspezifische Sprachverwendung. Besch, W. & Kl. J. Mattheier (ed). Ortssprachenforschung. Beiträge zu einem Bonner Kolloquium. Berlin: Erich Schmidt Verlag GmbH, (1991) (ed). Atlas van de Nederlandse Dialectsyntaxis (AND) [2 Dln.; Publicaties van het P.J. Meertens-Instituut 17]. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut.

10 508 BIBLIOGRAFIE (ed) (1979). Taalverandering in Nederlandse Dialecten. Honderd jaar vragenlijsten Muiderberg: Dick Coutinho. Ginneken, J. van (1928). Handboek der Nederlandsche taal. Deel I De sociologische structuur der Nederlandsche taal 1: Eerste boek, De locale taalkringen. [2e druk]. s-hertogenbosch: Malmberg. (1933). Taalkaart: knecht. Onze Taaltuin 1, & A. Weijnen (ed) (1954). Drie Waterlandse dialecten Deel. I Grammatica, Phonologie, Klankleer. Alphen aan den Rijn: N. Samson N.V. [en zijn Nijmeegsche leerlingen] (1938). De Taalschat van het Limburgsche Leven van Jezus. Maastricht-Vroenhoven (B.): Drukkerij en Uitgeverij Gebrs. Van Aelst. Glorie, G. (1989). Over reliabiliteit en validiteit van fonetische transcripties. Doctoraalscriptie Vrije Universiteit Amsterdam-Letteren/Nederlands. Goebel, W. & W. Fedders (1988). Zur mittelniederdeutschen Urkundensprache Attendorns. Variablenlinguistische Aspekte einer südwestfälischen Stadtsprache. Niederdeutsches Wort 28, Goebl, H. (1981). Ansätze zu einer computativen Dialektometrie in W.Besch et al. (ed). Dialektologie. Ein Handbuch zur deutschen und algemeinen Dialektforschung Bd 1,1. Berlin/New York, Goelema, W. (1992). Het Landrecht van Urk en Emmeloord. Stichting tot uitgaaf der Bronnen van het Oud-Vaderlandse Recht, Verslagen en Mededelingen, Nieuwe Reeks 7, Goeman, T. (1976b). Wat is er voor de Reeks Nederlandse Dialectatlassen gehoord?. Taal en Tongval 28, (1983 [=1976]). Aspecten van de vervoeging van het presens [Bijdragen en Mededelingen van de Dialectencommissie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen 49]. Amsterdam: B.V. Noordhollandsche Uitgevers Maatschappij [bewerkt in Stroop, J. (ed) (1983), ]. (1983a [=1975]). Variatie in taal en algemene taalwetenschap. Taal en Tongval 27, [bewerkt in Stroop, J. (ed) (1983), 51-58]. (1984). Klank- en Vormverschijnselen van het Dialect van Zoetermeer [Publicaties van het P.J. Meertens-Instituut 4]. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut. (1986). Alleged unreliability of European continental dialect geography. A statistical appraisal. Polenz, P., J. Erben & J. Goossens (ed). Sprachnormen: lösbare und unlösbare Probleme/Kontroversen um die neuere deutsche Sprachgeschichte/Dialektologie und Soziolinguistik: Die Kontroverse um die Mundartforschung (Kontroversen, alte und neue. Akten des VII. Internationalen Germanisten-Kongresses Göttingen 1985, Bd. 4). Tübingen, Max Niemeyer Verlag, [bewerkt opgenomen in hoofdstuk 3]. (1987a). Perceptie van de afstand dialect-standaardtaal in relatie tot nieuwe gegevens betreffende de Nederlandse dialecten. Eigen en Vreemd. Identiteit en ontlening in taal, literatuur en beeldende kunst. Handelingen v/h 39ste Nederlands Filologencongres Vrije Universiteit, Amsterdam 18 en 19 december Amsterdam: VU Uitgeverij, [bewerkt als Perception of the distance dialect - standard language compared to dialect behavior related to new data

11 BIBLIOGRAFIE 509 on Duych dialects. Preston, D. (ed) (1999). Handbook of Perceptual Dialectology. Vol. II (to appear)]. (1987b). T-deletie of nul-suffix. De rol van frequentie in de werkwoordsmorfologie van oostelijke dialecten. Taal en Tongval Themanummer 1 Morfologie [A. Goeman, G. de Schutter & J. Taeldeman (ed)], (1987c). Het relatief belang van geografische positie, afstand tot de standaardtaal en sociale kenmerken bij t-deletie in de dialecten (ms. [hier hoofdstuk 4]). (1988). Les modèles spatiaux et temporels dans la dialectologie. Comment séparer les tendences régionales et générales des fluctuations systématiques au niveau local. Reenen, P. & K. van Reenen-Stein (ed). Distributions spatiales et temporelles, constellations des manuscrits/spatial and Temporal Distributions, Manuscript Constellations. Etudes de variation linguistique offertes à Anthonij Dees à l occasion de son 60ème anniversaire/studies in language variation offered to Anthonij Dees on the occasion of his 60th birthday. Amsterdam/Philadelphia: John Benjamins Publishing Co., [hier hoofdstuk 5). (1988b). Zero morph, suppletion or paradigm-internal constraint. Wiener Linguistische Gazette, Supplement Beiheft 7. Discussion Papers for the Sixth International Phonology Meeting and Third International Morphology Meeting, (1989). Dialectes et jugements subjectifs des locuteurs. Quelques remarques de méthode à propos d une controverse. Espaces Romans. Études de dialectologie et de géolinguistique offertes à Gaston Tuaillon, Vol 2. Grenoble: ELLUG, [herdr. als: Dialects and subjective speaker judgments. Remarks on controversial methods. D. Preston (ed) (1999). Handbook of Perceptual Dialectology, Volume I; Amsterdam/Philadelphia: John Benjamins]. (1992). De Presensvervoeging in de dialecten van Nederland; ja-nee versus gradueel. Taal en Tongval 44, [hier hoofdstuk 7]. (1992a). Voorbeelden van Paardekooper z n vaste aansluiting: werkwoordsuffigering in enclise bij monosyllabische werkwoorden, 2e persoon enkelvoud. H. Bennis & J.W. de Vries (ed), [hier hoofdstuk 9]. (1993). Der Einheitsplural im Präsens Indikativ der (Ost) Niederländischen Dialekte. Synchrone und diachrone Variation: rezente Dialekterhebungen und mittelalterliche Urkunden. Niederdeutsches Jahrbuch, Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung 116, (=hoofdstuk 8). (1993a). Stemhebbend, palataal, zuidelijk en katholiek? De zachte /g/ in de Nederlandse dialecten. Lezing minisymposium Stem ter ere van het afscheid van dr. I.H. Slis van de KUN Nijmegen op 1 juli (1995). Een exponentiëel model met niveaux in de Lexicale Fonologie is voor t-deletie in de Nederlandse dialecten niet van toepassing. Tabu 25, [bewerkt opgenomen in hoofdstuk 11]. (1995b). Over /g/, (Middel)Nederlands en Oudfrans. Cajot, J., L. Kremer & H. Niebaum (ed). Lingua Theodisca. Beiträge zur Sprach- und Literaturwissenschaft Jan Goossens zum 65. Geburtstag [Niederlande Studien 16: 1/2]. Münster: LIT,

12 510 BIBLIOGRAFIE (1995c). Umlautproblemen bij werkwoorden en de Morfologische Atlas van de Nederlandse Dialecten (MAND). Lezing Heslinga-symposium. (1997a). De zeldzaamheid van Comp-agreement in taaltypologisch en historisch opzicht. Voorkomen buiten de Germania en datering van voegwoordcongruentie in het Nederlands. Hoekstra & Smits (1997), (1997b). Historiografie van het onderzoek naar voegwoordvervoeging: een bibliografisch overzicht ( ). Hoekstra & Smits (1997), (1998). Delven naar de zachte g. De grafie <g> versus <gh> in de Middelnederlandse dialecten van de dertiende eeuw als orthografische regeling of uitspraakverschil. Blok, D., et al. (ed). Datum et actum. Opstellen aangeboden aan Jaap Kruisheer ter gelegenheid van zijn vijfenzestigste verjaardag [Publicaties van het Meertens Instituut 29], Amsterdam: Meertens Instituut. (1999). Dialects and the subjective judgments of speakers: remarks on controversial methods. Preston, D. (ed) (1999). A Handbook of Perceptual Dialectology. Amsterdam/Philadelphia: Benjamins. [= Goeman 1989]. & P. van Reenen (1984). Word-final T-deletion in Dutch dialects. A quantitative approach. Dressler, W., O. Pfeiffer & J. Rennison (ed). Fifth International Phonology Meeting, Discussion papers. Wiener Linguistische Gazette, Supplement Beiheft 3, & P. van Reenen (1985). Word-final t-deletion in Dutch dialects: the roles of conceptual prominence, articulatory complexity, paradigmatic properties, token frequency and geographical distribution. [Vrije Universiteit Working Papers in Linguistics 16]. Amsterdam: Vakgroep Algemene Taalwetenschap VU. & P. van Reenen (1986). Klank- en Vormeigenschappen van Nederlandse dialecten: een hypercorrecte klinkerverlenging. Onze Taal 55, & P. van Reenen (1987). A Data Base of Modern Dutch Dialects. Shortening and lengthening of long vowels in verbal forms. Moberg, Th. (ed). Data bases in the Humanities and the Social Sciences, 1985 (Grinell). Osprey, & J. Taeldeman (1996). Fonologie en Morfologie van de Nederlandse dialecten. Een nieuwe materiaal-verzameling en twee nieuwe atlasprojecten. Taal en Tongval 48, Goemans, L. ( ). Antonius Sexagius De Orthographia Lingvae Belgicae, herdrukt, en met inleiding en aanmerkingen voorzien. Leuvense Bijdragen 3, ; 4, (1943). De zegslieden bij het phonetisch dialectonderzoek. Album René Verdeyen. Bruxelles/Den Haag: Editions A. Manteau/N.V. Mart. Nijhoff s U. Mij., Goldberger, A. (1970). On Boudon s Method of Linear Causal Analysis. American Sociological Review 35, Goldsmith, J. (ed) (1995). The Handbook of Phonological Theory. Cambridge Mass./Oxford: Blackwell Publishers. Goossens, J. (1965). Die Niederländische Strukturgeographie und die Reeks Nederlandse Dialectatlassen. Bijdragen en Medelingen van de Dialectencommissie. KNAW 29. Amsterdam; Noord-Hollandsche Uitgevers Maatschappij.

13 BIBLIOGRAFIE 511 (1970). Dialectindeling en structuurgeografie. Driemaandelijkse Bladen NS 22, (1974). Historische en moderne taalgeografie. A. van Loey & J. Goossens. Historische dialectologie. Bijdragen en Mededelingen Dialectencommissie KNAW 45. Amsterdam: Noord-Hollandse Uitgevers Maatschappij, (1977). Inleiding tot de Nederlandse dialectologie [2e druk]. Groningen: Wolters. (1977a). De tweede Nederlandse auslautverscherping. Tijdschrift voor Nederlandse Taal - en Letterkunde 93, (1980). Dialektologie im Zeitalter der Variablenforschung. J. Göschel, P. Ivic, K. Kehr (ed). Dialekt und Dialektologie. Ergebnisse des Internationalen Symposions Zur Theorie des Dialekts Marburg/Lahn, September Beihefte Zeitschrift für Dialektologie und Linguistik NF 26, Wiesbaden: Steiner Verlag, (1987). Schets van de meervoudsvorming der substantieven in de Nederlandse dialecten. Taal en Tongval 39, (1991). Zwischen Niederdeutsch und Niederländisch. Die Dynamik der ostniederländischen Sprachlandschaft. Niederdeutsches Jahrbuch, Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung 114, (1992). Dialecten in het centrale zuidnederlandse stedennetwerk. Hagen, A., J. Goossens & R. van Hout (ed) (1992), Gratama, S. (1886). Drie stukken betrekkelijk Overijselsche marken. Vereeniging tot Uitgave der Bronnen van het oude Vaderlandsche Recht, Verslagen en Mededeelingen No. I, Dl. 2. s-gravenhage, Gregersen, F. & I. Pedersen (ed) (1991). The Copenhagen Study in Urban Sociolinguistics. 2 Dln.[Institut for dansk Dialektforsknings publikationer, Serie A, nr. 30]. København: C.A. Reitzels Forlag. Grijns, C. (1991). Jakarta Malay. A Multidimensional Approach to Spatial Variation. 2 Dln. Verhandelingen van het Koninklijk Instituut voor Taal- Land- en Volkenkunde 149. Leiden: KITLV Press. Grootaers, L. & G. Kloeke (1962). Systematisch en alfabetisch register van plaatsnamen voor Nederland, de Nederlandssprekende delen van Belgie en Noord-Frankrijk en het Noordwesten der Duitse Bondsrepubliek. Amsterdam/Antwerpen. Grootaers, W.A. (1959). Origin and Nature of the Subjective Boundaries of Dialects. Orbis, Bulletin International de Documentation Linguistique VIII 2, (1963). Les premiers pas à la recherche des unités dialectales. Orbis 12, (1964). La discussion autour des frontières dialectales subjectives. Orbis 13, Groothuis, J. (1885). Woordenlijst van het Neder-Betuwsche Dialect. Onze Volkstaal 1, Guttman, L. (1944). A basis for scaling qualitative data. Americal Sociological Review 9, Guy, G. (1980). Variation in the group and the individual: the case of final stop deletion. Labov (1980) 1-36.

14 512 BIBLIOGRAFIE (1991). Contextual conditioning in variable lexical phonology. Language Variation and Change 3, (1991a). Explanation in variable phonology: An exponential model of morphological constraints. Language Variation and Change 3, (1994). Violable is variable: principles, constraints, and linguistic variation. Language Variation and Change 9, (1997). Violable is variable: Optimality theory and linguistic variation. Language Variation and Change 9, (1997a). Competence, Performance, and the Generative Grammar of Variation. Hinskens, Van Hout & Wetzels (ed), & C. Boberg (1997). Inherent variability and the obligatory contour principle. Language Variation and Change 9, Gysseling, M. (1960). Toponymisch Woordenboek van België, Nederland, Luxemburg, Noord-Frankrijk en West-Duitsland (voor 1126). [2dln. Bouwstoffen en studiën voor de geschiedenis en de lexicografie van het Nederlands 6]. Brussel: Belgisch Interuniversitair Centrum voor Neerlandistiek. (1966). Het persoonlijk voornaamwoord tweede persoon, vooral in de 13e eeuw. Verslagen en Medededelingen Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde NR. Gent: Sekretariaat der Akademie, (1980). Corpus Middelnederlandse teksten (tot en met het jaar 1300). [Reeks II: Literaire handschriften; Dl. 1. Fragmenten. Bouwstoffen voor een woordarchief van de Nederlandse taal]. s-gravenhage: Martinus Nijhoff. (1981) [m.m.v. W. Pijnenburg]. Corpus van Middelnederlandse Teksten (tot en met het jaar 1300) [Reeks II Literaire Handschriften. Dl. 2] Der Naturen Bloeme. s-gravenhage: Martinus Nijhoff. Haar, B. de & K. van Reenen-Stein (ed) (1989). Corpusgebaseerde Woordanalyse (VWF-Programma 88/9) Jaarboek Amsterdam: Vakgroep Taalkunde Vrije Universiteit. Haeringen, C. van (1936). Franck-Van Wijk Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal. Supplement. s-gravenhage: Martinus Nijhoff. (1951). Merkwaardige vormen van de werkwoorden doen, gaan, slaan, staan en zien. Driemaandelijkse Bladen NS 3 [Herdrukt. als C.B. van Haeringen (1962). Grammarie, Keur uit het werk van zijn hoogleraarstijd. Assen: Van Gorcum, ]. (1960). Netherlandic Language Research. Leiden: E.J. Brill. Hagen, A. (1995). Taaltoestanden volgens de Reeks Nederlandse Dialect atlassen. Thema s en trends in de sociolinguïstiek 2 [bijdragen van Catia Cucchiarini et al.] Toegepaste Taalwetenschap in Artikelen 52, J. Goossens & R. van Hout (ed) (1992). Stadsdialecten, Themanummer 5, Taal en Tongval. Haggett, P. (1970 [herdr.]). Locational Analysis in human Geography. London: Edward Arnold. (1979 [herdr.]). Locational analysis in human geography. London: Edward Arnold

15 BIBLIOGRAFIE 513 Hajek, J. (1997). Universals of Sound Change in Nasalization. [Publications of the Philological Society 31]. Oxford UK-Boston USA: Blackwell Publishers. Halle, M. & J. Vergnaud (1980). Three dimensional phonology. Journal of Linguistic Research 1, & W. O Neil & J.-R. Vergnaud (1993). Metrical Coherence in Old English without the Germanic Foot. Linguistic Inquiry 24, Hartman Keiser, S., F. Hinskens, B. Migge & E. Strand (1997). The Northern Cities Shift in the Hertland? A Study of Radio Speech in Columbus, Ohio. K. Ainsworth-Darnell & M. D Imperio (ed). Papers from the Linguistic Laboratory [OSU Working Papers 50] Ohio State University Dept. of Linguistics, Hays, W. (1973). Statistics for the social sciences. New York: Holt, Rinehart en Winston, Inc. Hedberg, J. (1945). The Syncope of the Old English Present Endings. A Dialect Criterion. Lund Studies in English 12. Lund: C.W.K. Gleerup, London: Williams en Norgate, Copenhagen: Ejnar Munksgaard. Heeroma, K. (1935). Hollandse dialektstudies. Groningen: Noordhoff. (1948). Chaukisch. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 65, (1953). De Westfaalse Expansie. Taal en Tongval 5, (1956). Streektaalcultuur.Voordracht gehouden voor de Bond van Schrieverskringen. Ook in Heeroma (1968). Sprekend als Nederlandist [Faculteitenreeks 10], Den Haag: Bert Bakker/Daamen nv. (1957).Hauptlinien der Ostniederländischen Sprachgeschichte. Niederdeutsches Jahrbuch, Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung 80, (1968). Stadshollands. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 84, (1970). Structuurgeschiedenis van het Nederlands. Taal en Tongval 22, & R. Ebeling (1971). Inleiding. Meertens & Buitenhuis (ed). Heidinga, H. (1987). Zwischen Friesen, Franken und Sachsen. Einige Bemerkungen zur Gruppenbildung im frühen Mittelalter in den Niederlanden. H.-J. Häßler (ed). Studien zur Sachsenforschung 6, Heinrichs, H. (1961). Wye grois dan dyn andait eff andacht is..., Überlegungen zur Frage der sprachlichen Grundschicht im Mittelalter. Zeitschrift für Mundartforschung 28, Helten, W. van (1887). Middelnederlandsche Spraakkunst. Groningen: J.B. Wolters. Henkel, R. (1976). Tests of significance. Sage University Paper Series on Quantitative Applications in the Social Sciences 4. Beverley Hills en London: Sage Publications. Hildebrandt, R. (1983). Typologie der arealen lexikalischen Gliederung deutscher Dialekte auf Grund des Deutschen Wortatlasses. W. Besch, et. al. Dialektologie. Ein Handbuch zur Deutschen und allgemeinen Dialektforschung. Band 1,2; Berlin/ New York: W. de Gruyter, Hinskens, F. (1986). Onderzoek van dialectverlies in de lexicale component;

16 514 BIBLIOGRAFIE enkele kanttekeningen. Taal en Tongval 38 [Themanummer dialectverlies en dialectbehoud], (1992). Dialect Leveling in Limburg, Structural and Sociolinguistic Aspects. [Dissertatie Katholieke Universiteit Nijmegen]. (1996). Nacht in Kerkrade. Dorsale fricatief deletie en woord-finale t-deletie in Ripuarische dialecten van het Nederlands. Hout. R. van, & J. Kruijsen (ed). Taalvariaties. Toonzettingen en modulaties op een thema. Dordrecht: Foris Publications, & R. van Hout (1994). Testing Theoretical Phonological Aspects of Wordfinal (t) deletion. Viereck, W. (ed) (1993). Verhandlungen des Internationalen DialektologenKongresses / Proceedings of the International Congress of Dialectologists/ Communications du Congrès International de Dialectologie Bamberg [Vol. 3]. Stuttgart: Franz Steiner Verlag, & R. van Hout & W. Wetzels (ed). Variation, Change and Phonological Theory. Amsterdam / Philadelphia: John Benjamins Publishing Company. Hodder, I. & C. Orton (1976). Spatial analysis in archaeology. Cambridge etc: Cambridge University Press. Hoekstra, E. & C. Smits (ed) (1997). Vervoegde Voegwoorden. [Cahiers van het P.J. Meertens-Instituut 9]. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut. Hofmann, D. (1956). Probleme der nordfriesischen Dialektforschung. Zeitschrift für Mundartforschung 24, (1970) (ed). Gedenkschrift für William Foerste. Köln/Wien: Böhlau Verlag. Hogg, R. (1988). On the impossibility of Old English Dialectology. Kastovsky & Bauer (1988), (1992). A Grammar of Old English. Volume I: Phonology. Oxford UK/Cambridge USA: Blackwell. Hol, A. (1955). Het meervoud van het praesens in onze oostelijke dialecten. Taal en Tongval 7, 87-96; Holmberg, J. (1925). Eine Mittelniederfränkische Übertragung des Bestiaire d Amour. Sprachlich untersucht und mit Altfranzösischem Paralleltext herausgegeben. [Uppsala Universitäts Årsskrift]. Uppsala: A.B. Lindequistka Bokhandeln. Hoppenbrouwers, C. (1990). Het regiolect, van dialect tot Algemeen Nederlands. Muiderberg: Coutinho. Hout, R. van (1980). Is een mathematisch-statistische dialectgeografie mogelijk? In J. Kruijsen (ed). Liber Amicorum Weijnen. Een bundel opstellen aangeboden aan Prof. Dr. A. Weijnen bij zijn zeventigste verjaardag. Assen: Van Gorcum en Co, (1981). Word final t, d deletion in a Dutch urban dialect and some problems in variable rule analysis. Daalder, S. & M. Gerritsen (ed). Linguistics in the Netherlands Amsterdam/Oxford/New York: North-Holland Publishing Company, (1989). De structuur van taalvariatie. Een sociolinguïstisch onderzoek naar het stadsdialect van Nijmegen. [Dissertatie Katholieke Universiteit Nijmegen]. (1989a). Analysing language variation by multiple regression: the case of (t) deletion in a Dutch dialect. Schouten, M. & P. van Reenen (ed) (1989). New

17 BIBLIOGRAFIE 515 Methods in Dialectology. Proceedings of a workshop held at the Free University, Amsterdam, December 7-10, 1987 [Publications in Language Sciences 33]. Dordrecht-Holland/Providence RI-USA: Foris Publications, (1995). Kwantitatieve taalkaarten en variabele regels. Cajot, J., L. Cremer & H. Niebaum (ed). Lingua Theodisca. Beiträge zur Sprach- und Literaturwissenschaft. Jan Goossens zum 65. Geburtstag [Niederlande Studien 16/1-2]. Münster/Hamburg: Lit, & H. Münstermann (1981). Linguistische afstand, dialekt en attitude. Gramma/ Nijmeegs tijdschrift voor taalkunde 5, Hull, C. & N. Nie (ed) (1981). SPSS Update 7-9. New procedures and facilities for release 7-9. New York. Humbert, H. (1995). Phonological Segments. Their Structure and Behaviour [HIL dissertations 12] [Dissertatie Universiteit Leiden]. s-gravenhage: Holland Academic Graphics. Jaberg, K. & J. Jud (1928). Der Sprachatlas als Forschungsinstrument. Kritischer Grundlegung und Einführung in den Sprach- und Sachatlas Italiens und der Südschweiz. Halle. Jansen, F. (1977). De Leidse -t aan het woordeinde: Toevoeging of weglating. Forum der Letteren 18, (1981). Discongruenties die als t-deletie te beschouwen zijn; onderzoek op het Amsterdamse spreektaalcorpus, deelrapport 2. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut. (1985). Tweeërlei beleefdheid in wegwijsgesprekken. Koning, W. (ed). Taalbeheersing in theorie en praktijk. Dordrecht: Foris. Janßen, H. (1937). Die Gliederung der Mundarten Ostfrieslands und der angrenzenden Gebiete. DGG 25. Marburg: N.G. Elwert. Jellinghaus, H. (1892). Die niederländischen Volksmundarten. Nach den Aufzeighnungen (sic!) der Niederländer. Norden-Leipzig: Diedr. Soltau s Verlag. Johnston (jr.), P. (1985). Linguistic Atlases and Sociolinguistics. Kirk, J., S. Sanderson & J. Widdowson (ed). Studies in Linguistic Geography. The Dialects of English in Britain and Ireland. London, etc.: Croom Helm, Jong, E. de (ed) (1979). Spreektaal. Woordfrequenties in gesproken Nederlands. Utrecht: Bohn, Scheltema en Holkema. Jongeneel, J. (1884). Een Zuid-Limburgsch taaleigen. Proeve van vormenleer en woordenboek der dorpsspraak van Heerle. Heerlen: Karel Weyerhorst [herdr. (1980). Heerlen: Van Hooren]. Kahn, D. (1980). Syllable-Based Generalisations in English Phonology. New York: Garland (oorspr Indiana Un. Ling. Club). Kalveen, C. van (1967). Aspecten van de betrekkingen tussen Deventer en de Veluwe, Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis, Verslagen en Mededelingen 82, Kastovsky, D. & G. Bauer, (1988) (ed). Luick Revisited. Papers read at the Luick- Symposium at Schloß Liechtenstein, Tübingen: Gunter Narr Verlag.

18 516 BIBLIOGRAFIE Kastovsky, K. & A. Szwedek (ed) (1986). Linguistics across Historical and Geographical Boundaries in Honour of Jacek Fisiak. Vol 1: Linguistic Theory and Historical Linguistics. Berlin/New York/Amsterdam: De Gruyter. KDSA=Veith, Putschke & Hummel (1983-). Keij, A. (1982). Onderzoek naar dialectgrenzen en articulatorische verschillen in het middennederlandse rivierengebied. Amsterdam: Rodopi. Kern, H. (1893). Bijdrage tot de kennis van t Oostgeldersch taaleigen; rekking van korte klinkers en lettergrepen met hoofdklemtoon. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 12, (1904). Een Nedersassische Oorkonde van den Jare Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 23, (1905). Middeleeuwsche oorkonden uit Oldenzaal. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 24, (Verbetering in Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 25 (1906), 159). (1906). Drie Oldenzaalsche oorkonden uit de vijftiende eeuw. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 25, Kerswill, P. & S. Wright (1989). On the limits of auditory transcription: a sociophonetic perspective. Schouten, M. & Van Reenen, P. (1989), Kienle, R. von, (1960). Historische Laut- und Formenlehre des Deutschen. Tübingen: Max Niemeyer. Kiparsky, P. (1972). Explanation in Phonology. Peters, S. (ed). Goals of Linguistic Theory. Englewood Cliffs N.J.: Prentice Hall, (1988). Phonological change. Newmeyer F. (ed). Linguistics: The Cambridge Survey. Volume I. Linguistic Theory: Foundations. Cambridge, etc.: Cambridge University Press, (1994). An OT Perspective on Phonological Variation. Handout NWAVE 23, Oct 1994 (Stanford University). Kitson, P. (1995). The nature of Old English dialect distributions, mainly as exhibited in charter boundaries. Fisiak, J. (ed). Medieval Dialectology [Trends in Linguistics/Studies and Monographs 79]. Berlin/New York: mouton de Gruyter, Klapper ITS (1974). Beroepenklapper en Toelichting op de beroepenklapper. Nijmegen: Instituut voor Toegepaste Sociologie. Klatter, J. ( ). Dialectstudie en syntaxis I. Enige Groninger isoglossen; II. De 2e pers. sing. op het Groninger Hoogeland. Onze Taaltuin 2, Klein, T. (1977). Studien zur Wechselbeziehung zwischen altsächsischem und althochdeutschem Schreibwesen und ihrer Sprach- und kulturgeschichtlichen Bedeutung. Göppingen. Kloeke, G. (1927). De Hollandsche Expansie in de zestiende en zeventiende eeuw en haar weerspiegeling in de hedendaagsche Nederlandsche dialecten. Proeve eener historisch-dialect-geographische synthese. s-gravenhage: Martinus Nijhoff. s.d. = Invulkaart voor Noord- en Zuid-Nederland. Leidse Taalatlas nr. 40. (1931). De taal van Overijssel. Engelen, G. van, et al. (1931). (1950). Herkomst en groei van het Afrikaans. Leiden: Universitaire Pers Leiden.

19 BIBLIOGRAFIE 517 (1956). Een oud sjibboleth: De gewestelijke uitspraak van heeft. Verhandelingen KNAW afd. Letterkunde N.R. 63,1. Amsterdam: N.V. Noord-Hollandsche Uitgevers Maatschappij. (1958). Expansions- und Reliktgebiete. Zeitschrift für Mundartforschung 26, (1959). De reliktvorm HEF(T) voor heeft als characteristicum voor de meest ouderwetse (West)germaanse dialekten. Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en letterkunde 76, Knott, J. (1986). Phonological change and inflectional morphology: a case from the Low German and Dutch dialects. Transactions of the Philological Society 84. Oxford, Kocks, G. (1970). Structuurgeografie in Drente. Driemaandelijkse Bladen NS 22, Kohler, K. (1984). Phonetic explanations in Phonology: The feature Fortis/ Lenis. Phonetica 41, Korhammer, M. (1980). Altenglische Dialekte und der Heliand. Anglia 98, Kortlandt, F. (1986). The origin of the Old English dialects. Kastovsky, K. & A. Szwedek (1986), Koutsoyiannis, A. (1977). Theory of econometrics. An introductory exposition of economic methods. [2e druk]. n.p. Kremer, L. (1979). Grenzmundarten und Mundartgrenzen. Untersuchungen zur wortgeographischen Funktion der Staatsgrenze im ostniederländisch-westfälischen Grenzgebiet. 2 vol. [Niederdeutsche Studien 28]. Cologne-Vienne: Bohlau Verlag. (1984). Die Niederländisch-Deutsche Staatsgrenze als subjektive Dialektgrenze. Driemaandelijkse Bladen NS 36, Krige, D. (1951). A statistical approach to some mine valuations and allied problems at the Witwatersrand. Master s thesis, Universiteit van Witwatersrand Suid Afrika. Kroch, A. (1978). Towards a theory of social dialect variation. Language in Society 7, Kuhn, H. (1955). Zur Gliederung der germanischen Sprachen. Zeitschrift für deutsche Althertümer 86, 1-47 [herdrukt in Kleine Schriften I (1969), ]. Künzel, R., D. Blok & J. Verhoeff (1988). Lexicon van Nederlandse Toponymen tot [Publikaties van het P.J. Meertens-Instituut 8]. Amsterdam: P.J. Meertens-Instituut. Kusmenko, J. (1995). Die Mittelgermanische Quantitätsverschiebung im Lichte der Daten der Modernen Germanischen Dialekte. Fix, H. (1995), Labov, W. (1971). Methodology. Dingwall, W. (1971) (ed). A Survey of Linguistic Science. College Park: University of Maryland Linguistics Program. (1972). Sociolinguistic Patterns. Philadelphia: University of Pennsylvania Press. (1975). The quantitative study of linguistic structure. Dahlstedt, K. (ed). The Nordic languages and modern linguistics; conference. Stockholm, (1980) (ed). Locating Language in Time and Space. New York etc.: Academic Press.