Think before you drink

Transcriptie

1 Think before you drink Nota alcoholmatiging Maassluis Vastgesteld in de gemeenteraad van 17 december 2013 Conform besloten B en W d.d. 26 november

2 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding Algemeen Aanleiding Terugblik periode De omvang van het probleem Maassluis beleid Uitgangspunten Sociale en fysieke omgeving Regelgeving en handhaving Voorlichting en educatie Uitvoeringsprogramma

3 Hoofdstuk 1 Inleiding In deze nota jeugd en alcohol wordt vorm gegeven aan het beleid dat de gemeente Maassluis voert om het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen. De nota bestaat uit een beleidsgedeelte en een uitvoeringsprogramma, waarin de concrete activiteiten in samenwerking met diverse partners zijn opgenomen. Directe aanleiding voor de totstandkoming van de nota ligt bij de inwerkingtreding van de nieuwe drank- en horecawet. Maassluis voerde echter al eerder alcoholmatigingsbeleid voor jongeren uit in de periode De maatregelen in deze nota borduren voort op het gevoerde beleid in die periode. Het totale implementatietraject voor de nieuwe drank- en horecawet behelst, naast het opstellen het alcoholmatigingsbeleid voor jongeren, ook het aanpassen van de aanvraagformulieren DHW, opstellen van de Drank- en horeca Verordening, het opstellen van een handhavingsplan, het aanpassen van het handhavingsarrangement en het opleiden van toezichthouders DHW. Al deze activiteiten grijpen uiteindelijk in meer of mindere mate in elkaar. Onderdelen van het implementatietraject hebben daarom hun plek in deze nota. De aanleiding voor deze nota alcoholmatiging heeft zijn grondslag in de nieuwe drank- en horecawet, maar ook op andere beleidsterreinen is aandacht voor alcoholgebruik onder jongeren en zijn ontwikkelingen aan te wijzen die van invloed zijn op de aanpak in de gemeente Maassluis. Vandaar dat in het voortraject nadrukkelijk de samenwerking is gezocht met diverse partners zoals CJG, GGD, Welzijn E25, politie, Bouman GGZ en het onderwijs. Ook in de uitvoering wordt afstemming en samenwerking gezocht. Per 1 januari 2014 wordt de leeftijd waarop alcohol verkregen en/of genuttigd mag worden verhoogt naar 18 jaar. In deze nota is deze wijziging in de wet al opgenomen in de uitwerking. 3

4 2. Algemeen 2.1. Aanleiding Vanaf 1 januari 2013 is de nieuwe Drank- en horecawet (DHW) in werking getreden. De nieuwe Drank- en Horecawet heeft drie doelen: - Verminderen van de administratieve lasten; - Voorkomen van alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde; - Terugdringen van het alcoholgebruik door met name jongeren. De belangrijkste reden om de DHW te wijzigen (naast vermindering van regeldruk) is het creëren van een effectiever en slagvaardiger beleid om overmatig alcoholgebruik onder jongeren te voorkomen. Met deze nota legt de gemeente Maassluis haar beleid ten aanzien van alcoholmatiging vast. Uitvoering van het beleid wordt vastgelegd in het uitvoeringsprogramma dat bij deze nota hoort en in het handhavingsplan. De belangrijkste wijzigingen in de DHW die te maken hebben met alcoholmatiging: Jongeren onder de 18 jaar (vanaf 1 januari 2014) zijn strafbaar als ze op voor publiek toegankelijke plaatsen alcohol aanwezig of voor consumptie gereed hebben (boete 45) Detailhandelaren zonder vergunning (zoals supermarkten, snackbars, bierkoeriers) die in één jaar driemaal de leeftijdsgrens overtreden kunnen een tijdelijk verbod krijgen om alcoholhoudende drank te verkopen (zgn. 3-strikes-out) Bovendien krijgen gemeenten de mogelijkheid om de volgende maatregelen te treffen (beleidsvrijheid gemeente): De gemeente kan bij verordening extreme prijsacties in horeca en detailhandel verbieden (o.m. happy hours en gratis drinken in horeca en stuntprijzen in supermarkt) De gemeente kan bij verordening toelatingsleeftijden tot horecalokaliteiten/terrassen bepalen (en ook koppelen aan tijdstippen) De gemeente kan een ID-check verplichten bij de vaststelling van toelatingsleeftijden voor de horeca 4

5 2.2 Terugblik periode Begin 2009 werd door de raad de notitie Jeugd en Alcohol vastgesteld. Algemene doelstelling van het beleid in deze nota was om op de langere termijn iets te doen aan de drie V s (te vroeg, te veel, te vaak) ofwel de leeftijd waarop gestart wordt met drinken gaat omhoog naar 16 jaar, de hoeveelheden die jongeren drinken per keer gaan naar beneden en het aantal keren per week dat jongeren drinken gaan naar beneden. Daarnaast wilde de gemeente Maassluis de ongewenste effecten van alcoholgebruik op het gebied van openbare orde en veiligheid (zoals alcohol in het verkeer, agressie, overlast) verminderen. De doelen werden uitgewerkt in acht operationele doelstellingen: 1. Het opstellen van een alcoholmatigingsbeleid door gemeenten met lokale partijen. 2. Het beperken van de fysieke beschikbaarheid: 3. Het beperken van de beschikbaarheid van alcohol door prijs- en alcoholbeleid bij paracommerciële instellingen als jongerenwerk of sportverenigingen. 4. Het creëren van agendasetting en publiek-, politiek- en maatschappelijk draagvlak voor het thema alcoholmatiging en de norm onder de 16 geen alcohol. 5. Het vergroten van kennis en bewustwording bij jongeren en hun ouders over verantwoord drinkgedrag en over de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik. 6. Het vergroten van de eigen effectiviteit bij en motivatie van ouders in het geven van voorbeeldgedrag, stellen van grenzen en met hun kinderen praten over alcoholgebruik. 7. Het vergroten van de eigen effectiviteit bij en motivatie van jongeren in het matigen of uitstellen van alcoholgebruik. 8. Het implementeren van het vroegsignaleren en de vroeghulp bij schadelijk alcoholgebruik van jongeren, met name bij de oudere jeugd. De doelgroep waren jongeren van 10 tot 23 jaar. Intermediaire doelgroepen om het doel en de jongeren te bereiken zijn volwassenen die met deze jongeren te maken hebben, zoals ouders, leerkrachten, sporttrainers, jeugd- en jongerenwerk, winkeliers en horecamedewerkers. Alcoholgebruik in algemene zin was geen onderwerp van het alcoholmatigingsbeleid binnen de gemeente. Het ging in dit werkplan om de jongeren onder de 16 jaar (en om het overmatig drinken van jarigen.) en hun ouders. Het geformuleerde beleid werd opgehangen aan 3 pijlers; regelgeving, handhaving en preventie. Met name voor preventie is nadrukkelijk de samenwerking met de waterweggemeenten gezocht. 5

6 2.3 De omvang van het probleem Landelijk In 2009 heeft 66% van de scholieren van jaar wel eens alcohol gedronken en 37% dronk in de afgelopen maand. Op 12-jarige leeftijd heeft 41% ervaring met het drinken van alcohol en 10% van de 12-jarigen dronk in de afgelopen maand. Van de 16-jarigen heeft 85% wel eens alcohol gedronken; 71% deed dat ook in de afgelopen maand. In 2009 had een kwart van de scholieren van jaar in de afgelopen maand wel eens vijf of meer glazen alcohol per gelegenheid gedronken ( binge drinken ) Van de scholieren van jaar die in de afgelopen maand gedronken hebben ( recente drinkers), deed tweederde (67%) in die maand ook aan binge drinken. Bij de 12-jarigens is dat 56% van de recente drinkers; bij de 16-jarigen kwam binge drinken voor bij 77% van de recente drinkers. (bron: Van Dorsselaer et al., 2010). Cijfers Maassluis De meest recente cijfers over het alcoholgebruik onder jongeren komen uit de gezondheidsatlas van GGD. Het gaat hierbij om cijfer uit 2008 en Onder jarige werd in 2009 door 26% wel eens alcohol gedronken. Op de vraag of zij in de afgelopen 4 weken alcohol hadden gedronken antwoordde 4% van de jarigen bevestigend. Onder jarige werd in 2008 door 57% wel eens alcohol gedronken. 41% gaf aan in de afgelopen 4 weken alcohol te hebben gedronken. Bingedrinken komt bij 26% van de jarigen in Maassluis voor. (bron: gezondheidsatlas GGD) Opvattingen van ouders over alcoholgebruik in Maassluis Af en toe alcohol drinken of een slokje proberen door een kind jonger dan zestien jaar vindt 6% van de ouders uit Maassluis acceptabel. Af en toe alcohol drinken onder de zestien jaar vinden autochtone ouders vaker acceptabel dan allochtone ouders (9% vs. 5%). Ouders met een hoog opleidingsniveau (9%) vinden af en toe alcohol drinken vaker acceptabel, dan ouders met een gemiddeld (8%) of laag opleidingsniveau (6%). Aan ouders vragen of kinderen daadwerkelijk alcohol drinken, levert wellicht geen betrouwbare resultaten op. Immers, wanneer kinderen van deze leeftijd drinken zullen zij dat veelal stiekem doen. (Bron: jeugd rijnmond in beeld GGD) Opm: Het is niet eenvoudig om de omvang van het problematisch gebruik van alcohol onder jongeren goed in beeld te krijgen. De meest recente gezondheidsenquête van de GGD dateert uit

7 3. Maassluis beleid 3.1 Uitgangspunten Effectief lokaal alcoholbeleid levert zowel gezondheidswinst als economische winst op. Het kenmerkt zich door een samenhangend geheel van maatregelen en interventies op verschillende beleidsterreinen, zoals openbare orde en veiligheid, verkeersveiligheid, onderwijs, jeugdbeleid, horecabeleid, toerisme en sportbeleid. Een strategisch alcoholbeleid is gebouwd op interventies die gedurende een langere tijd worden uitgevoerd. De nota en bijbehorend uitvoeringsprogramma hebben daarom een looptijd van 4 jaar. Lokaal alcoholbeleid beoogt primair de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik te voorkomen, die niet alleen de gezondheid van een individu betreffen maar ook de veiligheid en de openbare orde binnen een gemeente. Het gaat bij alcoholbeleid om een combinatie van veiligheids- en gezondheidsdoelstellingen. Daarom is een integrale benadering vanuit verschillende beleidsdisciplines binnen de gemeente essentieel voor het voeren van effectief alcoholbeleid. Kortom, de uitgangspunten voor het Maassluise alcoholmatigingsbeleid zijn; Integrale aanpak, insteek vanuit diverse beleidsterreinen Brede aanpak, inzet op meerdere leefgebieden In samenwerking met partners. Doelstelling De algemene doelstelling van het alcoholmatigingsbeleid ligt vast in de DHW, namelijk het terugdringen van alcoholgebruik door jongeren en het voorkomen van alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde. Naast de algemene doelstelling uit de DHW geld dat het beleid in Maassluis zich richt op het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar en het overmatig, excessief alcoholgebruik door jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 23 jaar. Kortom: Het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar. Introductie en bestendiging norm: onder de 18 geen alcohol. 2. Het tegengaan van overmatig en excessief alcoholgebruik door uitgaanders zowel privé als in het gehele publieke domein (18 t/m 23 jaar). 7

8 Effectief alcoholmatigingsbeleid, zo blijkt uit onderzoek, kenmerkt zich door een geïntegreerde aanpak. Interventies worden op meerdere fronten tegelijk ingezet. Pas dan is alcoholpreventie effectief. Dit betekent dat ook in Maassluis wordt ingezet op zowel beleid en regelgeving, handhaving als preventie & educatie. Een integrale aanpak richt zich op alle factoren die van invloed zijn op gezondheid, veiligheid en opvoeding in samenhang met elkaar. Dat betekent bijvoorbeeld dat alcoholbeleid zich niet alleen op individuele jongeren en probleemdrinkers richt, maar ook op hun omgeving, met bijvoorbeeld aandacht voor: sluitingstijden in de horeca, schenkbeleid van sportverenigingen, handhaving op straat, leeftijdscontrole in supermarkten en de horeca, en voorlichting aan ouders en andere opvoeders (zoals docenten, elftalbegeleiders of jeugdleiders). Het Maassluise beleid met betrekking tot jeugd en alcohol wordt vormgegeven langs de volgende pijlers: - Sociale en fysieke omgeving - Regelgeving en handhaving - Voorlichting en educatie Uitvoering van de pijlers zijn in de volgende paragrafen opgenomen. 3.2 Sociale en fysieke omgeving Beperking beschikbaarheid Onderzoek leert dat het beperken van de beschikbaarheid van alcohol één van de meest effectieve methoden is om alcoholgebruik op jonge leeftijd tegen te gaan. Een alcoholvrije omgeving draagt bij aan vermindering van schadelijk of ongewenst alcoholgebruik. Regelgeving en handhaving kunnen hiervoor worden ingezet. Bijvoorbeeld door regels vast te stellen voor paracommerciële inrichtingen, zoals buurthuizen en sportkantines. Maar ook prijsacties bij supermarkten en slijterijen hebben te maken met beschikbaarheid. De nieuwe wet bied de mogelijkheid om lokaal beperkingen te stellen aan prijsacties voor zowel de horeca als detailhandel. 8

9 Beperk alcoholgebruik evenementen Voor openbare evenementen en feesten geldt dat de burgemeester op grond van artikel 35 van de DHW de bevoegdheid heeft ontheffing te verlenen van het verbod om zonder vergunning zwak-alcoholhoudende dranken voor gebruik ter plaatse te verstrekken. Deze ontheffing geldt alleen voor het tappen van zwak-alcoholhoudende dranken en is bedoeld voor bijzondere gelegenheden als braderieën, jaarmarkten e.d. met een duur van maximaal 12 dagen. De burgemeester is niet verplicht aanvragen voor een dergelijke ontheffing te honoreren. De burgemeester is bovendien bevoegd om voorschriften te verbinden aan een evenement. Het evenementenbeleid van de gemeente Maassluis wordt herijkt. Nieuwe voorschriften ten aanzien van het schenken van alcohol tijdens evenementen kunnen worden opgenomen in een beleidsregel. Het gaat hierbij om aanvullende voorwaarden in het vergunningenbeleid om verantwoord alcoholgebruik te stimuleren: - maximaal aantal tappunten - evenementenbier - verbod op prijsacties - vastgestelde taptijden - een effectief leeftijdscontrolesysteem Alcoholvrije school De school is een belangrijke leefomgeving voor tieners waar ze veel tijd doorbrengen. Maassluis heeft 2 scholen voor voortgezet onderwijs, beide van de Lentiz onderwijsgroep. Beide scholen voor voortgezet onderwijs hebben regels ten aanzien van alcoholgebruik in hun schoolgids opgenomen ( uitgangspunt is op school en schoolgerelateerde activiteiten geen alcohol). Voor een Alcoholvrije School bestaat een keurmerk. Criteria voor het keurmerk alcoholvrije school (opgesteld door STAP) zijn gericht op een alcoholvrij beleid en het effectief handhaven daarvan. Alle activiteiten moeten volledig alcoholvrij zijn. Ook alcohol gebruik in tussenuren of pauzes is niet toegestaan. Dit moet duidelijk worden gecommuniceerd naar leerlingen, docenten en ouders. In praktijk zijn de scholen voor VO in Maassluis alcoholvrij. Eind van dit schooljaar wordt het landelijk vignet gezonde school VO geïmplementeerd, waarin het keurmerk alcoholvrije school zal worden opgenomen is de verwachting. Dit vignet bestaat uit verschillende deelcertificaten, waaronder genotmidddelen. (uitgegeven door GGD NL, vignet wordt verzamelplaats van alle landelijke keurmerken en certificaten die er op dit gebied worden verstrekt. Met de scholen wordt overlegd over het aanvragen van het keurmerk. Alcoholvrije en alcoholarme omgeving privé sfeer Naast voorlichting heeft de gemeente slechts een zeer beperkte mogelijkheid op het gebied van regelgeving en handhaving om een alcoholvrije of alcoholarme omgeving in de privésfeer te bevorderen. Zolang er geen overlast is voor de buurt, bijvoorbeeld in het geval van feestjes, houdt de overheid zich verre van dit privédomein. 9

10 Vanaf het in werking treden van de nieuwe Drank- en Horecawet op 1 januari 2013 zijn jongeren tot 16 jaar (en ingeval van leeftijdsverhoging: vanaf 18 jaar) strafbaar voor het bezit van alcohol in de openbare ruimte. De verwachting is dat zij zullen uitwijken naar de privésfeer. We zien nu al dat naast het drinken in de openbare ruimte (bv langs de Waterweg) dat jongeren flink drinken op feestjes bij elkaar thuis. Alcohol en sport Veel jongeren zijn lid van een sportclub. Ook in de sportkantine komen jongeren makkelijk met alcohol in aanraking. Een biertje na de wedstrijd, een rondje om de overwinning te vieren. Maar drinken is geen sport. In de Maassluise concept sportnota staat: De kerntaak van sportverenigingen- en stichting is ten alle tijden het aanbieden van sport. Naast het aanbieden van sport vervullen sportverenigingen een steeds bredere maatschappelijke rol. Sportverenigingen hebben, door hun positie middenin de maatschappij, een belangrijke signaalfunctie. Verenigingen moeten, met het signaal dat ze oppakken, wel iets kunnen doen en daarin gaan we ze ondersteunen. Sportverenigingen moeten op een laagdrempelige manier informatie kunnen vinden, ook met betrekking tot andere beleidsterreinen. Naast het informeren van sportverenigingen over de wet- en regelgeving, zijn zij in het kader van de aanpak jeugd en alcohol ook een belangrijk kanaal in het bewustwordingsproces richting ouders en jongeren. Sportkantines moeten zich houden aan de regels voor paracommerciële instellingen. Deze regels liggen vast in de nieuwe gemeentelijke verordening drank- en horeca en de Drank- en horecawet. Een van die regels is dat voor barvrijwilligers in de paracommercie geldt dat een verplichte instructie verantwoorde alcoholverstrekking (IVA) gevolgd is. Ondanks dat minimaal 1 vrijwilliger achter de bar een dergelijke instructie gevolgd moet hebben is de praktijk vaak anders. Omdat een optimale naleving van de leeftijdsgrenzen en andere onderdelen van de Drank- en Horecawet vergt dat barpersoneel een bepaalde mate van kennis heeft over het alcoholbeleid is een goede instructie noodzakelijk. Maar de bewustwording rondom alcoholgebruik en de wijze waarop jongeren met alcohol in aanraking komen gaat verder dan de training van het personeel wat achter de bar staat. In heel de (sport)vereniging zal een sfeer moeten ontstaan dat jeugd, sport en alcohol niet samengaan. Naast aandacht voor training van barpersoneel zal ook worden ingezet op bewustwording rond het thema jeugd en alcohol in heel de hele vereniging. Waarbij wordt aangesloten op de initiatieven op dit gebied die er nu al zijn bij sportverenigingen. Nalevingsonderzoek Uit landelijke nalevingsonderzoeken blijkt dat het aantal jongeren onder de 16 dat alcohol probeert te kopen weliswaar afneemt, maar dat zij die dat wel proberen daar vrijwel altijd in slagen. 10

11 Deze onderzoeken richten zich op supermarkten, horeca, slijterijen, sportkantines en buurthuizen. In het licht van de verhoging van de leeftijd waarop vanaf 1 januari 2014 alcohol mag worden verkregen en om een 0-meting te verrichten zal een dergelijk onderzoek in Maassluis worden uitgevoerd, herhaling na ongeveer 3/4 jaar. In een nalevingsonderzoek leeftijdsgrenzen willen we antwoord op de twee vragen: - Wat is het nalevingsniveau in Maassluis van de leeftijdsgrens van 18 jaar voor het verstrekken van alcoholische dranken. - Is er een onderscheid in nalevingsniveau tussen detailhandel, horeca en paracommercie? Ten aanzien van verdere beperkingen voor verkrijgbaarheid van alcoholhoudende drank verwijzen wij naar paragraaf Regelgeving en handhaving Met ingang van 1 januari 2013 is de Drank- en Horecawet (DHW) gewijzigd. Er is veel veranderd. Zo is het toezicht overgeheveld van het Rijk naar gemeenten en krijgen de gemeenten meer bevoegdheden om op lokaal niveau het alcoholprobleem aan te pakken. De verantwoordelijkheid voor het toezicht op de Drank- en Horecawet lag tot 1 januari 2013 bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Met ingang van 2013 is de Drank- en Horecawet gewijzigd en is de burgemeester van iedere gemeente hiervoor verantwoordelijk. De NVWA blijft verantwoordelijk voor enkele landelijke toezichtstaken, zoals het toezicht op vervoermiddelen, legerplaatsen en winkels achter de douane op luchthavens. Als het om openbare orde en veiligheid gaat, handhaaft de politie in opdracht van de burgemeester de regels uit de APV. Daarnaast heeft de politie een algemene opsporingsbevoegdheid. De Drank- en Horecawet regelt wie alcoholhoudende drank mag verkopen en waar dat gebeurt. Er geldt een vergunningstelsel voor de verstrekking van alcoholhoudende drank in onder meer cafés, restaurants en sportkantines, maar ook voor de verkoop van sterke drank in slijterijen. De vergunning wordt pas verstrekt na een grondig onderzoek van de leidinggevenden en het pand door de burgemeester). De toetsingscriteria, weigerings-, intrekkings- en vervalgronden staan omschreven in de Drank- en Horecawet. Handhaving Zoals gezegd is de gemeente per 1 januari 2013 verantwoordelijk voor het toezicht op de DHW. In Maassluis ligt de uitvoering hiervan bij het team handhaving en toezicht. Toezicht en handhaving vindt plaats op basis van het regionaal handhavingsarrangement, dat in samenwerking met Vlaardingen is opgesteld en wordt herijkt. In het uitvoeringsprogramma wordt aangegeven op welke zaken uit de nota jeugd en alcohol wordt ingezet. 11

12 Het uitgangspunt voor toezicht hierbij is altijd: Controle Waarschuwen (her)controle- Handhaven (sanctioneren). Ten aanzien van regionale samenwerking moet nog worden opgemerkt dat thans wordt onderzocht hoe ook in de daadwerkelijke uitvoering verdere samenwerking kan worden gezocht, bijvoorbeeld door de inzet van BOA s regiobreed. Regelgeving APV Er zijn verschillende landelijke regels voor het verstrekken en gebruiken van alcoholhoudende dranken. De gemeenteraad kan die regels op enkele punten bij verordening aanvullen. Daarnaast kan de raad veel zaken regelen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), zoals horecasluitingstijden of een drankverbod op straat. In de APV van Maassluis is een dergelijk artikel reeds opgenomen. Gemeentelijke Drank- en horecaverordening De Drank- en Horecawet legt gemeenten op om in een verordening regels vast te stellen voor paracommerciële inrichtingen, zoals buurthuizen en sportkantines. In de verordening van Maassluis, zijn naast beperkingen van openingstijden van paracommerciële instellingen, beperkingen voor het gebruik door derden van paracommerciële instellingen, ook regels opgenomen ten aanzien van prijsacties in de horeca en detailhandel. Leeftijdsgrenzen alcohol: van 16 jaar naar 18 jaar In artikel 20 van de Drank- en Horecawet (DHW) is een verbod opgenomen om tegen betaling alcoholhoudende dranken te verstrekken aan personen van wie niet is vastgesteld dat zij de vereiste leeftijd hebben bereikt. De leeftijdsgrens voor de verstrekking van zwakalcoholische drank is 16 jaar. Voor sterke drank geldt een grens van 18 jaar. Per 1 januari 2014 verdwijnt het onderscheid tussen verkoop en het bezit in openbare ruimte van zwakalcoholische dranken en sterke dranken. Er geldt dan nog maar één leeftijd: 18 jaar. Openbaar dronkenschap en verstoring openbare orde Het Wetboek van Strafrecht regelt in artikel 453 de strafbaarheid van openbare dronkenschap. Artikel 426 regelt de strafbaarheid van dronkenschap als er sprake is van verstoring van de openbare orde. De politie treedt op tegen openbare dronkenschap, al dan niet in relatie tot de verstoring van de openbare orde. 12

13 Alcohol en HALT De Halt-afdoening Alcohol is een vroeginterventie, waarin jongeren hun excuses moeten aanbieden aan het slachtoffer en eventuele schade moeten vergoeden om recidive te voorkomen. Daarnaast volgt de jongere een leerstraf, waarin hij of zij gedwongen wordt om na te denken over het eigen gedrag en de gevolgen hiervan. Als het traject goed wordt doorlopen, zal de jongere geen strafblad krijgen. Binnen deze afdoening is ook een rol voor de ouders weggelegd, zij krijgen een ouderbijeenkomst aangeboden waarin alcoholgebruik van jeugdigen centraal staat. Alcohol en verkeer De Wegenverkeerswet 1994 stelt regels aan het maximum bloedalcoholgehalte in relatie tot het besturen van een voertuig): 0,2 milligram alcohol per milliliter bloed voor beginnende bestuurders (tijdens de eerste vijf jaar na het behalen van het rijbewijs). 0,5 milligram alcohol per milliliter bloed voor overige bestuurders. Het handhaven van de Wegenverkeerswet is een belangrijke interventie om het rijden onder invloed tegen te gaan. Als buurgemeenten verschillende sluitingstijden hanteren voor cafés, kan dat een belangrijke aanleiding zijn om gericht te controleren. 3.4 Voorlichting en educatie Om de pijler voorlichting en educatie effectief in te zetten, is het van belang om te communiceren met alle partijen die een rol spelen bij de verstrekking en het gebruik van alcohol. Niet elke doelgroep is via dezelfde middelen en op dezelfde manier te bereiken. We spreken daarom verschillende doelgroepen op verschillende manieren aan. Binnen de pijler voorlichting en educatie onderscheiden we 3 doelen: Vergroten van kennis en bewustwording van de risico s van alcoholgebruik. Vergroten van kennis over beleidsmaatregelen en wet-en regelgeving. Resultaten van het gevoerde beleid bekend maken. 1. Vergroten van kennis en bewustwording van de risico s De gemeente kan de kennis en bewustwording van de risico s van alcoholgebruik vergroten door: - voortdurende aandacht voor dit onderwerp in de media. - het terugkoppelen van inventarisaties en onderzoeken over de omvang en gevolgen van de problemen. - voorlichtingsprogramma s. - het ondersteunen van initiatieven van burgers die bijdragen aan aandacht voor een bepaald probleem of een bepaalde aanpak. - het aanbieden van schriftelijk informatiemateriaal op locaties waar potentiële risicogroepen komen, zoals in de eerste- en tweedelijns gezondheidszorg, maar bv ook het CJG, scholen en bibliotheek. 13

14 2. Vergroten van kennis over beleidsmaatregelen Een gemeente kan bekendheid geven aan lokale beleidsmaatregelen en de normen die daaraan ten grondslag liggen door: - regelmatige berichtgeving in de lokale media (al dan niet op de gemeentepagina). - debatavonden en studiedagen met deskundigen. Enkele voorbeelden uit de praktijk van activiteiten die bedoeld zijn om de kennis over de inhoud van beleidsmaatregelen te vergroten: -Instructie Verantwoord Alcohol Schenken (IVA) -Barcode 3. Resultaten van het gevoerde beleid bekend maken Bijvoorbeeld: Een van de belangrijkste doelstellingen van het alcoholmatigingsbeleid is dat jongeren op latere leeftijd gaan drinken. Bovendien willen we dat jongeren minder gaan drinken. Een van de subdoelstellingen is dat de verkrijgbaarheid van alcohol aan jongeren wordt beperkt. Hiervoor worden nalevingsonderzoeken uitgevoerd. De resultaten van deze onderzoeken worden gepubliceerd. Voor de uitwerking verwijzen wij u naar het communicatieplan dat als bijlage bij deze nota is gevoegd. 14

15 4 Uitvoeringsprogramma 2014 Activiteit planning Pijler Uitvoering Beperking zgn. happy hours horeca Vaststelling verordening DH Regelgeving/ handhaving OOW Aanbieden IVA aan paracommerciële instellingen 1 e kwartaal 2014 voorlichting/ educatie Youz Haltverwijzing alcohol 1 e kwartaal 2014 Regelgeving/ handhaving Politie/OOW Herijken handhavingsarrangement 1 e kwartaal 2014 Regelgeving/ handhaving OOW i.s.m. Vlaardingen Beperking prijsacties detailhandel Vaststelling verordening DH Regelgeving/ handhaving OOW Beperken schenktijden paracommercie Vaststelling verordening DH Regelgeving/ handhaving OOW Week van de Alcohol en genotmiddelen Maart 2014 Sociaal fysieke omgeving Veilig opgroeien Keurmerk alcoholvrije school op beide scholen voor VO invoeren 2 e kwartaal 2014 Sociaal fysieke omgeving VO/Veilig opgroeien/oow 15

16 Herijking evenementenbeleid. In het evenementenbeleid worden voorwaarden gesteld aan de ontheffing van artikel e kwartaal 2014 Sociaal fysieke omgeving OOW Gezonde school en genotmiddelen: 4 bo scholen 4-jarig traject Sociaal fysieke omgeving Veilig opgroeien Trainingen voor VO en welzijn E25 3 e kwartaal 2014 voorlichting/ educatie Veilig opgroeien/ Youz Peergroup aanpak i.s.m. jongerenwerk Voorjaar/najaar Sociaal fysieke omgeving Youz/ welzijn e25 Sportverenigingen voorlichting over regels ten aanzien van verplichtingen DHW Bijeenkomsten 1 e en 2 e kwartaal 2014 Regelgeving/ handhaving OOW Handhaving Optreden op basis van artikel 453 en Artikel 426 wetboek van strafrecht. Doorlopend Politie Optreden op basis van artikel APV.(artikel opzoeken) Doorlopend Handhaving/toezicht en politie Nalevingsonderzoeken detailhandel en sportverenigingen 2 maal per jaar (februari en oktober) Handhaving/toezicht 16

17 Controle sportverenigingen op aanwezigheid van de barinstructie en de naleving hiervan, de schenktijden genoemd in de vergunning, Leeftijdscontrole drankverstrekking 18- en nuttigen van alcoholhoudende drank rondom een sportveld. Doorlopend Handhaving en toezicht Controle supermarkten op drankverstrekking 18- en aanwezigheid verboden dranken en extreme prijsacties. Doorlopend Handhaving en toezicht Leeftijdscontrole drankverstrekking 18- en extreme prijsacties bij slijterijen Doorlopend Handhaving en toezicht 17