Wanneer komt uw kind hiervoor in aanmerking?

Transcriptie

1 Leerlingenvervoer Wanneer komt uw kind hiervoor in aanmerking?

2 Ouders of verzorgers die een of meer kinderen op school hebben zorgen in principe zelf voor het halen en brengen van hun kinderen. Meestal levert dat geen problemen op, omdat de school op loop- of fietsafstand van de woning ligt of omdat het kind zelfstandig naar school kan gaan. Er zijn echter situaties waarin dit niet mogelijk is. Bijvoorbeeld omdat het kind een handicap heeft wat tot gevolg heeft dat er niet zelfstandig of zelfs niet onder begeleiding van het openbaar vervoer gebruik gemaakt kan worden. Met handicap wordt bedoeld: een leerling die door een lichamelijke, verstandelijke dan wel een zintuiglijke handicap in combinatie met een van de voornoemde handicaps, niet of niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Het kan ook zo zijn dat de speciale school, die het kind bezoekt, op flinke afstand van huis ligt. In dit soort situaties kunt u eventueel in aanmerking komen voor een voorziening leerlingenvervoer van de gemeente Rotterdam. Op grond van de gemeentelijke verordening kunt u een vervoersvoorziening krijgen voor het openbaar vervoer voor uw kind en indien nodig voor een begeleider. Ook behoort vervoer per taxi, schoolbus of rolstoelbus tot de mogelijkheden. Deze gemeentelijke regeling zorgt ervoor dat u - als ouder/ verzorger - niet komt te staan voor hoge vervoerskosten voor uw kind. De gemeente kan u in sommige gevallen een tegemoetkoming geven in de vervoerskosten en in bepaalde gevallen hoeft u zelf helemaal niets te betalen. In deze folder kunt u lezen wanneer uw kind in aanmerking komt voor het leerlingenvervoer van de gemeente Rotterdam. Bij een aanvraag wordt altijd eerst gekeken of wordt voldaan aan het afstandscriterium. Dat wil zeggen de afstand tussen woonhuis en school. Deze dient tenminste 6 kilometer te zijn. Voor het berekenen van de afstand gebruiken wij het programma van de leerlingbasisadministratie. De gemeente Rotterdam kent een aanvullend minimabeleid, waarbij de noodzakelijke vervoerskosten vergoed kunnen worden bij een afstand van tenminste 3 km. Dit is mogelijk als het gezamenlijk belastbare inkomen van de ouders het wettelijk minimum niet te boven gaat. De sociale omstandigheden en de samenstelling van het gezin zijn op zichzelf geen reden om een vervoersvoorziening toe te kennen. Slechts indien de afstand, overeenkomstig de hoofdregel, tenminste 6 kilometer bedraagt kan een voorziening voor openbaar vervoer om een dergelijke reden worden omgezet in begeleid openbaar vervoer of aangepast vervoer. 2

3 Krachtens vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State is het zorg dragen voor de begeleiding van kinderen in beginsel de eigen verantwoordelijkheid van de ouders. Dit is ook vastgelegd in artikel 2, sub 4, van de Verordening. De gemeenteraad van Rotterdam heeft in haar vergadering van 24 maart 1994, bij het vaststellen van de toenmalige nieuwe verordening, besloten dat er geen aangepast vervoer meer kan worden toegekend om de enkele reden dat beiden ouders werken, omdat dat geen bijzonderheid meer is en bovendien een eigen keuze. Vervoersvoorziening voor de dichtstbijzijnde toegankelijke school Bij berekenen van het afstandscriterium wordt uitgegaan van de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor de leerling. Dit houdt in dat er wordt gekeken welke onderwijssoort een kind nodig heeft in combinatie met de door de ouders verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting, dan wel openbaar onderwijs. Soorten vervoer Binnen het leerlingenvervoer van de gemeente Rotterdam bestaan drie soorten vervoer: 1. openbaar vervoer waarbij uw kind zelfstandig reist; 2. openbaar vervoer waarbij uw kind samen met een begeleider reist (bijv. een van de ouders/verzorgers) 3. aangepast vervoer Voor elk van deze drie soorten vervoer gelden aparte voorwaarden. Openbaar vervoer Als u een vergoeding krijgt voor openbaar vervoer, kunt u in aanmerking komen voor: 1. een openbaar vervoersvoorziening voor de leerling (de leerling reist zelfstandig naar school); 2. een vervoersvoorziening voor de leerling en een begeleider; 3. een uitbetaling van de vervoersvoorziening(en). Bij de RET kunt u de vervoersvoorziening op de OV-chipkaart laten zetten. Met de vervoersvoorziening kan van en naar school worden gereisd. Tevens kunt u op alle dagen van de week binnen het zonegebied reizen. Als u kunt aantonen dat u de vervoersvoorziening niet kunt gebruiken kunt u in aanmerking komen voor uitbetaling van de vervoersvoorziening. Indien de reistijd met gebruikmaking van het openbaar vervoer enkele reis meer dan anderhalf uur bedraagt en deze reistijd door gebruik te maken van taxi/schoolbus tot 50% of 3

4 minder kan worden teruggebracht kunt u ook in aanmerking komen voor een voorziening aangepast vervoer (art. 13 lid a). Aangepast vervoer Onder aangepast vervoer wordt verstaan; vervoer per taxi, schoolbus of rolstoelbus. In de volgende gevallen kunt u een vergoeding krijgen voor aangepast vervoer: Als uw kind vanwege een dusdanige handicap fysiek niet in staat is om vervoerd te worden in het openbaar vervoer (dus ook niet met begeleiding door een van de ouders/verzorgers of een ander). Met handicap wordt bedoeld: een leerling die door een lichamelijke, verstandelijke dan wel een zintuiglijke handicap in combinatie met een van de voornoemde handicaps, niet of niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Het advies van de commissie van begeleiding wordt bij school opgevraagd. Indien nodig wordt een recente verklaring van een behandelend specialist opgevraagd (niet een huisarts) of uw kind wordt in opdracht van de gemeente gekeurd door een onafhankelijke keuringsinstantie. Indien de afstand van postcode tot postcode meer dan 6 kilometer is kunnen er omstandigheden zijn waardoor begeleiding met het openbaar vervoer niet mogelijk is en er aangepast vervoer wordt toegekend. Dit is aan de orde indien: Uw kind een SBO- of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt en er in het gezin nog een ander leerplichtig schoolgaand kind jonger dan 9 jaar is, dat niet zelfstandig naar school kan en begeleidt dient te worden. Ouders/verzorgers moeten aannemelijk maken dat zij niet in staat zijn hun kinderen naar verschillende scholen te begeleiden en er geen beroep gedaan kan worden op een ander, die de begeleiding van de leerling of het andere kind dan wel de andere kinderen van het gezin op zich kan nemen. Omdat uw kind een SBO- of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt en van het gezin tenminste twee jonge nog niet-schoolgaande inderen deel uitmaken. Ouders/verzorgers moeten aannemelijk maken dat zij niet in staat zijn de leerling naar school te begeleiden en er geen beroep gedaan kan worden op een ander om de begeleiding van de leerling dan wel de verzorging van de jonge nog niet-schoolgaande kinderen op zich te nemen. Omdat uw kind een SBO- of een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt en deze leerling voor de begeleiding naar school op diens moeder of verzorgster is aangewezen, terwijl zij zwanger, of kort geleden bevallen is. In deze twee gevallen 4

5 bestaat aanspraak op een vergoeding voor aangepast vervoer, gedurende de periode vanaf de datum waarop de bevalling binnen 6 weken te verwachten is tot en met 10 weken na de datum waarop de bevalling heeft plaatsgevonden. Omdat er sprake is van een zodanige ernstig en chronisch medisch probleem van één van de ouders/verzorgers of van beiden dat van geen van de ouders gevergd kan worden hun kind te begeleiden. Dit moet onderzocht en bevestigd worden middels een medische keuring van een onafhankelijke keuringsinstantie. Voorwaarde is wel dat er tenminste recht bestaat op een begeleid openbaar vervoersvoorziening en dat er voldaan wordt aan het afstandscriterium van 6 km. Bij een afstand onder de 6 km kan er geen aanspraak op een voorziening leerlingenvervoer worden gemaakt vanwege medische problemen bij ouders. Let op: het feit dat beide ouders werken, is geen reden om voor aangepast vervoer in aanmerking te komen! Als aan u een vervoersvoorziening is toegekend kan aan u worden toegestaan uw kind zelf te vervoeren waarvoor u dan een vergoeding krijgt. JOS Leerlingenvervoer kan daar informatie over verstrekken. Soorten scholen Het leerlingenvervoer geldt voor verschillende soorten onderwijs: 1. Scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs: scholen die vallen onder de wet op de Expertisecentra; 2. speciale scholen voor basisonderwijs (SBO) Soms is het ook mogelijk om leerlingenvervoer te krijgen als uw kind op een basisschool met een specifieke godsdienstige of levensbeschouwelijke richting zit. 1. Het speciaal onderwijs is naar onderwijssoort in vier clusters ondergebracht: Cluster 1: Onderwijs aan visueel gehandicapte kinderen; Cluster 2: Onderwijs aan dove kinderen; Onderwijs aan slechthorende kinderen Onderwijs aan kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden; Cluster 3: Onderwijs aan lichamelijk gehandicapte kinderen; Onderwijs aan langdurig zieke kinderen; Onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen; Cluster 4: Onderwijs verbonden aan pedologisch instituut Onderwijs aan zeer moeilijk opvoedbare kinderen; Onderwijs aan langdurig (psychiatrisch) zieke kinderen. 5

6 Leerlingen van cluster 1 en 3 kunnen in veel gevallen een zodanige handicap hebben dat ze niet in staat zijn om zelfstandig met het openbaar vervoer te reizen. Leerlingen van cluster 2 en 4 kunnen vaak op jonge leeftijd nog niet zelfstandig met het openbaar vervoer reizen, maar op latere leeftijd wel. U kunt in aanmerking komen voor een vergoeding van het openbaar vervoer als de afstand van de woning van uw kind tot de school meer dan 6 km is. Wanneer uw kind nog niet zelfstandig kan reizen, kunt u in aanmerking komen voor een vergoeding van een abonnement voor het kind en de begeleider. Wanneer uw kind niet zelfstandig kan reizen en u niet in staat wordt geacht voor de begeleiding te zorgen kan uw kind gebruik maken van het aangepast vervoer. Als de afstand van de woning van uw kind tot de school minder dan 6 km is, komt u meestal niet voor een vergoeding van het leerlingenvervoer in aanmerking. Een uitzondering wordt gemaakt voor kinderen die een ernstige lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap in combinatie met een andere handicap hebben, wat een dusdanig gevolg geeft dat er niet zelfstandig of zelfs niet onder begeleiding gebruik van het openbaar vervoer kan maken. Onder het kopje AANGEPAST VERVOER kunt u lezen onder welke voorwaarden uw kind in aanmerking kan komen voor deze voorziening. 2. Sbo-scholen Als uw kind op een sbo-school zit, gelden de volgende regels: Is de afstand tussen de woning van uw kind en de school meer dan 6 km, kunt u een vergoeding krijgen voor het openbaar vervoer. Indien uw gezinsinkomen hoger is dan het wettelijk minimum inkomen, moet een eigen bijdrage worden betaald. Bij uitbetaling van de openbaar vervoersvoorziening wordt de eigen bijdrage van het uit te betalen bedrag afgetrokken. Is de afstand van de woning van uw kind tot de school minder dan 6 km dan komt u niet in aanmerking voor een vergoeding van het leerlingenvervoer. Hierop wordt een uitzondering gemaakt wanneer de afstand van de woning van uw kind en de dichtstbijzijnde toegankelijke school meer dan 3 km bedraagt in combinatie met het feit dat uw gezamenlijk gezinsinkomen niet boven het wettelijk minimum loon uitkomt. U komt dan wel in merking voor een vergoeding van het openbaar vervoer. Het bewijs van het inkomen moet bij de aanvraag worden gevoegd. Indien dit bewijs niet wordt meegestuurd, zal worden aangenomen dat het gezamenlijk inkomen hoger is dan het wettelijk minimum loon. Als uw kind jonger dan 9 jaar is en alleen onder begeleiding met het openbaar vervoer kan reizen, kunt u in aanmerking komen voor vergoeding van de begeleiding. 6

7 Is uw kind 9 jaar of ouder, dan wordt de leerling geacht zelfstandig te kunnen reizen naar school. Leerlingen die naar het leerwegondersteunend onderwijs of het praktijkonderwijs gaan komen niet in aanmerking voor een voorziening Leerlingenvervoer. De tegemoetkoming studiekosten voor leerlingen van 12 tot 18 jaar van DUO (voorheen IB Groep Groningen) is per 1 januari 2010 vervallen. Per die datum is het kindgebonden budget van de Belastingdienst verhoogd. Vervoer van leerlingen met een handicap (TITEL 6 VAN DE VERORDENING) In sommige gevallen kunnen leerlingen die een handicap hebben en een reguliere school bezoeken in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening. Hierbij moet worden aangetoond dat ze vanwege hun handicap zelfs niet onder begeleiding met het openbaar vervoer kunnen reizen. Hierbij wordt advies gevraagd aan de ambulant begeleider of aan een medisch onafhankelijke adviseur. Tijdelijke Handicap Een leerling met een tijdelijke handicap, zoals een gebroken arm of been, komt niet in aanmerking voor leerlingenvervoer op basis van titel 6. Het leerlingenvervoer heeft uitsluitend betrekking op een structurele / chronische handicap waarvoor eventueel vervoer kan worden verleend. Echter het kan voorkomen dat een leerling een zware operatie moet ondergaan of een meervoudige ledenmatenbreuk heeft opgelopen, met het gevolg dat hij of zij een groot gedeelte van het schooljaar afhankelijk is van rolstoel en/of krukken vanwege herstel of revalidatie. In dat geval kan een leerling eventueel wel een beroep doen op het leerlingenvervoer op basis van titel 6. De gemeente geeft dan een beschikking af voor de duur van het herstel en/of revalidatie. Als de noodzaak voor het vervoer verdwijnt, heeft de leerling geen recht meer op vervoer. 7

8 Eigen bijdrage In sommige gevallen betaalt u zelf een deel van de vervoerskosten. Een eigen bijdrage wordt betaald wanneer het belastbaar gezamenlijk inkomen van ouders/verzorgers hoger is dan het wettelijk minimum inkomen. Als u een minimum inkomen heeft, kunt u in aanmerking komen voor kwijtschelding van de eigen bijdrage. Het bewijs van de hoogte van het belastbaar gezamenlijk inkomen moet bij de aanvraag worden gevoegd. Indien dit bewijs niet wordt meegestuurd, gaan de medewerkers van de afdeling leerlingenvervoer er van uit dat het inkomen hoger is. Leerlingen die een clusterschool bezoeken hoeven geen eigen bijdrage te betalen. Taxipaspoort/servicenormen/klachten Natuurlijk is het van belang dat uw kind goed en veilig vervoerd wordt. Om de kwaliteit en de veligheid in het aangepaste vervoer te verhogen, is een taxipaspoort ontwikkeld. Het taxipaspoort helpt de chauffeur te informeren over bijzonderheden zoals: epilepsie, ADHD, astma, diabetes, of andere zaken waar de cahuffeur rekening mee dientte houden tijdens de taxirit. Dit stelt hem of haar in staat de juiste acties te ondernemen bij calamiteiten. Aan de hand van de gegevens vermeld op het paspoort, zou de chauffeur - indien nodig - direct contact kunnen opnemen met puders of verzorgers. Indien u een toekenning aangepast vervoer vraagt, verklaart u zich akkoord te gaan met het invullen van een taxipaspoort voor uw kind; dit dient hij/zij tijdens het gebruik van de taxi bij zich te dragen. Het taxipaspoort is te verkrijgen via de website Voor het leerlingenvervoer zijn dan ook servicenormen opgesteld. In deze normen wordt aangegeven wat u mag verwachten op het gebied van informatie en bereikbaarheid, wachttijden en veiligheid. De folder "servicenormen leerlingenvervoer" is verkrijgbaar de gemeente Rotterdam, Jeugd, Onderwijs en Samenleving, afdeling Leerlingenvervoer. Als u vindt dat men zich niet houdt aan de servicenormen of andere klachten heeft, dan kunt u die indienen bij de afdeling Leerlingenvervoer. U kunt hiervoor het speciale klachtenformulier aanvragen bij de afdeling Leerlingenvervoer of op school. Uiteraard wordt u op de hoogte gehouden van de afhandeling van uw klacht. 8

9 Regels voor ouders en leerlingen Naast servicenormen voor de gemeente en vervoerder, zijn ook gedragsregels opgesteld voor ouders/verzorgers en hun kinderen die gebruik maken van het aangepast vervoer: Ouders/verzorgers zorgen er voor dat kinderen klaarstaan op de afgesproken tijd; Ouders/verzorgers zorgen er voor dat er iemand thuis is als de kinderen thuis komen/dan wel zorgen dat er iemand bij de opstapplaats is die de kinderen opwacht; Ouders/verzorgers geven de voor het vervoer belangrijke informatie door aan de chauffeur, bijvoorbeeld dat het kind last heeft van wagenziekte; Ouders/verzorgers zorgen er voor dat leerlingen zich houden aan de huisregels van de vervoerder. U kunt deze bij de vervoerder opvragen; Ouders/verzorgers zijn aansprakelijk voor de schade die kinderen aanrichten in de bus/taxi Meerkosten die worden gemaakt omdat ouders/verzorgers niet op tijd thuis of op de opstapplaats zijn, worden op de ouders/ verzorgers verhaald. Let op: Indien u of uw kind zich niet houdt aan deze regels kan, na schriftelijke officiële waarschuwingen de toekenning voor vervoer per taxi of schoolbus worden ingetrokken. U zult dan zelf ervoor moeten zorgen dat uw kind naar school komt. U krijgt dan een bedrag op basis van een kilometervergoeding afgeleid van artikel 2, 1e lid, van de Reisregeling binnenland, in combinatie met het schijventarief van de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Aanvragen van leerlingenvervoer Er is een speciaal formulier voor het aanvragen van leerlingenvervoer. U kunt dit formulier ophalen bij Jeugd Onderwijs en Samenleving, Leerlingenvervoer, Antwoordnummer 3227, 3000 WB Rotterdam, of telefonisch opvragen via telefoonnummer: Op de website treft u ook alle andere formulieren en folders aan. Het is belangrijk dat u het aanvraagformulier zo spoedig mogelijk invult en opstuurt, uiterlijk 8 weken voor het begin van het nieuwe schooljaar. Hoe eerder de aanvraag binnen is, hoe eerder krijgt u te horen of u in aanmerking komt voor een vergoeding van het leerlingenvervoer. Het aanvraagformulier kunt u opsturen (zonder postzegel) naar: Jeugd, Onderwijs en Samenleving Leerlingenvervoer Antwoordnummer WB Rotterdam 9

10 Als uw aanvraag uiterlijk 8 weken voor het begin van het schooljaar wordt ingediend, handelt Jeugd Onderwijs en Samenleving de aanvraag voor het nieuwe schooljaar af. Bij bepaalde vragen op het formulier wordt gevraagd naar bewijsstukken. Afschriften van de gevraagde bewijsstukken moet u meesturen met het aanvraagformulier. Als u het aanvraagformulier niet volledig, niet correct of zonder de benodigde bewijsstukken opstuurt, kan de aanvraag niet worden behandeld. U krijgt uw aanvraag dan teruggestuurd. Vervolgens krijgt u vier weken de tijd om uw aanvraag te corrigeren/aan te vullen. Heeft u nog vragen? Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen over het leerlingenvervoer? Neemt u dan contact op met de medewerkers van het leerlingenvervoer, tel adres: Internet: llvjos@rottterdam.nl 10

11 Deze folder is een uitgave van de gemeente Rotterdam Jeugd, Onderwijs en Samenleving Postbus KS Rotterdam Bezoekadres Jeugd, Onderwijs en Samenleving Librijesteeg HN Rotterdam Bereikbaar via het gemeentelijk informatienummer (locaal tarief) Vormgeving: Grafisch Bureau DUS Druk: TMC Oplage: Februari

12 12