DE FINANCIËLE GEZONDHEID VAN DE VLAAMSE HAVENBEDRIJVEN. Gewestelijk Havencommissariaat

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE FINANCIËLE GEZONDHEID VAN DE VLAAMSE HAVENBEDRIJVEN. Gewestelijk Havencommissariaat"

Transcriptie

1 DE FINANCIËLE GEZONDHEID VAN DE VLAAMSE HAVENBEDRIJVEN Gewestelijk Havencommissariaat

2 1 DE FINANCIËLE GEZONDHEID VAN DE VLAAMSE HAVENBEDRIJVEN Toon Colpaert en Reginald Loyen, Gewestelijk havencommissariaat Seminarie Brussel, 30 september 2011

3 1. Inleiding 2 Hoe staan onze havenbedrijven er eigenlijk financieel voor? Maken ze (voldoende) winst om op eigen benen te kunnen staan? Om hun deel van de investeringen (in dokken, kaaimuren, steigers of een nieuw havenhuis) te kunnen financieren? Of om hun personeel en hun leveranciers op tijd te kunnen betalen? Zijn ze voldoende gewapend om zonder kleerscheuren een crisis door te komen of het verlies van een (grote) klant op te vangen? Is er financiële ruimte om te participeren in andere bedrijven? Staan ze financieel sterk of lopen ze risico s zodat hun eigenaars of aandeelhouders zeg maar de stad Antwerpen, de stad Brugge, de stad Gent of de stad Oostende zouden moeten bijspringen als het verkeerd zou lopen? Het is aan de raad van bestuur van een havenbedrijf om samen met de directie op al die strategische vragen een sluitend antwoord te geven. De commissarissen en revisoren kunnen dat niet in hun plaats doen. Zij zorgen vooral voor een technische controle en als op basis van de informatie waarover zij beschikken zij van oordeel zijn dat het interne controlesysteem goed werkt en alles correct geboekt is, keuren zij de jaarrekening die bestaat uit de balans, de resultatenrekening en de toelichting daarbij zonder voorbehoud goed. Dat is al een hele opluchting voor de bestuurders, maar dat ontslaat hen niet van een eigen strategische doorlichting van de financiële positie van hun bedrijf. De inschatting van de risico s en onzekerheden waarmee het bedrijf te maken krijgt, alsook het garanderen van de degelijkheid van de interne controle binnen het bedrijf om fouten en fraude te voorkomen, zijn de volle verantwoordelijkheid van de directie en de bestuurders van elk havenbedrijf. 3 Om daar een goed zicht op te krijgen, beschikken de bestuurders van onze havenbedrijven normaal over drie financiële overzichten. 1e De balans is een momentopname en geeft aan het einde van het jaar de financiële waardering weer van een bedrijf (met alle bezittingen, vorderingen op klanten, beschikbaar kapitaal en schulden). Dit geeft meteen weer waar een bedrijf zijn geld heeft ingestoken en waar dat geld vandaan is gekomen. 2e De resultaten- of winst- en verliesrekening geeft een overzicht van de opbrengsten en kosten van een bedrijf in het voorbije jaar. Zijn de opbrengsten groter dan de kosten dan is er winst, omgekeerd is er verlies. Zo simpel is dat. Uitgaven voor investeringen (het aanleggen van een dok of de aankoop van een machine bijvoorbeeld) of de terugbetaling van een lening worden echter niet meegerekend in de resultatenrekening. Die vind je alleen terug op de balans. 3e Het kasstroomoverzicht geeft weer hoeveel geld er in de loop van het jaar in het bedrijf in en uit is gegaan: het gaat om álle kasinkomsten en kasuitgaven en geeft meteen weer of een bedrijf haar personeel, leveranciers, aannemers en bankiers effectief kan betalen. Uitgaven voor investeringen of terugbetalingen voor een lening worden hier wel in rekening gebracht. In deze leidraad gaan we daar verder op in. We beperken ons wel tot de grote lijnen en geven een aantal elementaire tips mee om een beter inzicht te krijgen in de financiële gezondheid van de vier Vlaamse havenbedrijven. Een en ander wordt daarbij nogal eens vereenvoudigd voorgesteld. Het is alleen bedoeld als een opstapje naar een meer diepgaande financiële analyse van de situatie van de vier havenbedrijven, waar elke raad van bestuur zelf verantwoordelijk voor is.

4 2. Inhoud 4 1. Inleiding Inhoudsopgave Het triumviraat van de Financiële analyse: de balans, de resultatenrekening en het kasstroomoverzicht Een bedrijf in balans? Een balans in evenwicht De grote blokken in de balans Hoe verhouden zich die grote blokken in de balans? De solvabiliteit De financiële hefboomwerking De liquiditeit Het nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal van een bedrijf Enkele belangrijke posten uit de balans nader toegelicht De waarde van de activa Voorzieningen Kapitaalsubsidies en afschrijvingen van kapitaalsubsidies Reserves en overgedragen winst Overlopende rekeningen De resultatenrekening: winst of verlies? Er is winst en winst De grote blokken in de resultatenrekening Wegwijs in het jargon en enkele eigenaardigheden Afschrijvingen: meestal kosten, soms opbrengsten Voor anglofielen: van EBITDA tot EBT Wat doen we met de winst of het verlies? Het kasstroomoverzicht Geld verdienen of alleen winst maken? De grote blokken in het kasstroomoverzicht Het nut van het kasstroomoverzicht De toegevoegde waarde Enkele ratio s om de Financiële gezondheid van de havenbedrijven te kunnen inschatten De naakte cijfers Solvabiliteit: te veel of te weinig schulden? Technisch: financiële onafhankelijkheid en kasstroom Scores van de havenbedrijven Interpretatie Liquiditeit: wat met de korte termijn betalingen? Technisch: netto bedrijfskapitaal, liquiditeitsratio, klanten- en leverancierskrediet Scores van de havenbedrijven Interpretatie Rendabiliteit: winst?! Technisch: rendabiliteit heeft drie dimensies... 62

5 Scores van de havenbedrijven Interpretatie Toegevoegde waarde Technisch Scores van de havenbedrijven Interpretatie Kasstroomoverzicht Technisch: drie kasstromen Kasstromen van de havenbedrijven Interpretatie De werkelijkheid achter de cijfers Wie er wat meer wil over weten Lijst met afkortingen...71 Haven Zeebrugge Dirk Neyts - VHC 3 HET TRIUMVIRAAT VAN DE FINANCIËLE ANALYSE: DE BALANS, DE RESULTATENREKENING EN HET KASSTROOMOVERZICHT

6 3. Het triumviraat van de Financiële analyse: de balans, de resultatenrekening en het kasstroomoverzicht De balans is een foto die op het einde van het jaar genomen wordt en elk bedrijf wil er voor die foto op zijn best uitzien. Het is een momentopname, niets meer en niets minder. De resultatenrekening met winst of verlies is een stukje film en geeft weer of het bedrijf er het hele jaar netjes is bijgelopen of niet. Vandaar dat de resultatenrekening meestal meer aandacht krijgt dan de balans. Toch is het noodzakelijk om de balans en de resultatenrekening altijd samen te bekijken. 9 Terwijl een balans op het einde van het jaar alle bezittingen van een bedrijf weergeeft, alsook de manier waarop het bedrijf gefinancierd wordt, geeft de resultatenrekening een overzicht van alle opbrengsten en kosten met de daaraan verbonden winst of verlies die het bedrijf in de loop van het jaar gerealiseerd heeft. Toch volstaat de resultatenrekening niet om een volledig inzicht te krijgen in alle geldstromen van een bedrijf of om te weten te komen wat een bedrijf allemaal nodig heeft om haar medewerkers, leveranciers, aannemers of banken op tijd te kunnen betalen. Het kan raar klinken, maar met winst koop je (nog) niets. Het is het geld dat telt. Dat komt omdat er een verschil is tussen opbrengsten en inkomsten en tussen kosten en uitgaven van een bedrijf. Inkomsten en uitgaven hebben alles te maken met geld. Een klant die zijn factuur betaalt, zorgt voor inkomsten. Een leverancier die betaald wordt, brengt uitgaven mee. Op die manier stroomt er geld in en uit het bedrijf. Maar het zijn niet alleen die geldstromen die de jaarlijkse winst of het verlies van een bedrijf uitmaken. Gebouwen en machines worden ieder jaar een stukje afgeschreven. Die zijn (dikwijls) al betaald op het moment dat ze aangekocht zijn, maar de kosten daarvan worden over meerdere jaren gespreid (via de afschrijvingen), omdat ze ook meerdere jaren gebruikt worden. Die brengen dus ieder jaar geen uitgaven in geld meer mee, maar die afschrijvingen worden wel elk jaar als kosten aangerekend die mee de winst of het verlies van dat jaar bepalen. Hetzelfde geldt als een bedrijf om de vijf of tien jaar met grote herstellings- en onderhoudswerken te maken krijgt. Op het moment dat die herstellings- en onderhoudswerken moeten gebeuren en de aannemers daarvoor moeten betaald worden, zorgt dat voor stevige uitgaven (in geld). Maar het zou niet billijk zijn om al die uitgaven alleen ten laste te leggen van het jaar waarin die herstellings- en onderhoudswerken uitgevoerd en betaald worden. De gebouwen, kaaien of (sleep)boten die grondig moeten hersteld en onderhouden worden zijn immers ook al de jaren daarvoor (intens) gebruikt en het is dan ook maar logisch om de kosten voor die grote herstelling- en onderhoudswerken over al die jaren te spreiden. Terwijl in dit geval de uitgaven voor die grote herstelling- en onderhoudswerken in één jaar gedaan worden, worden de kosten ervan wel over meerdere jaren gespreid. Dat gebeurt door een paar jaar vooraf al de nodige voorzieningen aan te leggen. Die worden dan elk jaar meegerekend als kosten die een invloed hebben op de winst of verlies van dat jaar, terwijl de effectieve uitgaven (in geld) pas een tijd later gaan gebeuren. Gelukkig zijn er ieder jaar ook een pak uitgaven (in geld) die meteen in dat jaar als kosten kunnen aangerekend worden. Dat geldt onder meer voor de lonen van het personeel, de aankoop van grondstoffen, de vergoedingen voor adviseurs, de intresten en belastingen die jaarlijks moeten betaald worden, enz. Die worden (grosso modo) hetzelfde jaar geboekt als uitgaven èn als kosten. Hetzelfde geldt voor een behoorlijk deel van de inkomsten (in geld) en de opbrengsten die hetzelfde jaar op de resultatenrekening geboekt worden. Denken we maar aan de havenrechten en

7 de concessievergoedingen (die het grootste deel uitmaken van de omzet van elk havenbedrijf) en aan het grootste deel van de exploitatiesubsidies (voor het onderhoud van de sluizen en de havenkapiteinsdiensten) die door de overheid worden uitgekeerd. In Schema 2 wordt niet alleen rekening gehouden met de operationele activiteiten, maar ook met de investeringsactiviteiten en de financieringsactiviteiten. Ook hier wordt systematisch het onderscheid gemaakt tussen inkomsten en ontvangsten en tussen uitgaven en kosten. 10 Maar daarmee is het verhaal niet rond. Een bedrijf moet ook geregeld geld uitgeven om te investeren in gronden, installaties en gebouwen of om leningen af te betalen. Met die uitgaven (in geld) die vooral te maken hebben met de financiering van de investeringen wordt in de resultatenrekening geen rekening gehouden. Zij zijn alleen op de balans van een bedrijf terug te vinden. Samengevat betekent dat dat langs de ene kant bij de resultatenrekening ook opbrengsten en kosten worden meegeteld waarmee in de loop van het voorbije jaar géén geld gemoeid is (zoals afschrijvingen van gebouwen en machines en voorzieningen voor toekomstige risico s en kosten zoals grote herstelling- en onderhoudswerken, milieurisico s of hangende juridische geschillen). Langs de andere kant moet een bedrijf dan weer geregeld geld uitgeven om te investeren in gronden, installaties en gebouwen of om leningen af te betalen, waarmee in de jaarlijkse resultatenrekening geen rekening wordt gehouden. Die zijn alleen op de balans terug te vinden. Om een idee te krijgen over hoeveel geld een bedrijf jaarlijks binnenkrijgt en uitgeeft is het kasstroomoverzicht beter geschikt. Naast de kasinkomsten en uitgaven die ook op de resultaten-rekening terug te vinden zijn (zoals de betalingen door klanten, de betalingen aan leveranciers, de opbrengsten van beleggingen en de betaling van intresten op leningen), wordt in dit kasstroomoverzicht ook een overzicht gegeven van de geldstromen die niet op de resultatenrekening terug te vinden zijn. Het gaat dan om opbrengsten en aflossingen van een lening of de betalingen die gepaard gaan met investeringen (in een dok, een machine of een gebouw bijvoorbeeld). Omdat het niet simpel is om met al die termen te jongleren, kunnen we best eens naar Schema 1 en Schema 2 kijken, waar alles kernachtig wordt samengevat. De kleurencode kan ons helpen om daar wat wegwijs uit te geraken. Geel: Alle kasverrichtingen die verband houden met de operationele ondernemingsactiviteiten Geel: Alle kasverrichtingen die verband houden met de operationele ondernemingsactiviteiten + + Groen: Alle niet-kasverrichtingen die verband houden met de operationele ondernemingsactiviteiten Oranje: Alle kasverrichtingen die verband houden met de investerings- en financieringsactiviteiten = = Rood: Alle kasverrichtingen en niet-kasverrichtingen die verband houden met de operationele ondernemingsactiviteiten Blauw: Alle kasverrichtingen die verband houden met de operationele ondernemingsactiviteiten en de investerings- en financieringsactiviteiten Schema 2. Niet alle opbrengsten zijn inkomsten, niet alle kosten zijn uitgaven: de ondernemingsactiviteiten, investeringsactiviteiten en financieringsactiviteiten samen. S 11 In Schema 1 beperken we ons tot de gewone, operationele ondernemingsactiviteiten (dus zonder rekening te houden met investeringen, leningen of kapitaalsverhogingen bijvoorbeeld). Daarbij is het aangewezen om goed in het achterhoofd te houden dat: va vo va va vo Wa de inkomsten (die allemaal met geld te maken hebben) slechts een onderdeel zijn van de opbrengsten (die zowel met geld als met louter boekhoudkundige transacties in de loop van dat jaar te maken hebben); de uitgaven (die allemaal met geld te maken hebben) slechts een onderdeel zijn van de kosten (die zowel met geld als met louter boekhoudkundige transacties te maken hebben). Schema 1. Niet alle opbrengsten zijn inkomsten, niet alle kosten zijn uitgaven: de operationele ondernemingsactiviteiten pr va va va av TG Op die basis is het dan ook mogelijk het onderscheid tussen de resultatenrekening (=winst of verlies) en het kasstroomoverzicht (=possitieve of negatieve kasstromen) schematisch in beeld te brengen.

8 Schema 3. Het verschil tussen de resultatenrekening en het kasstroomoverzicht Als we alleen nog maar kijken naar de operationele ondernemingsactiviteiten van een bedrijf dan kan het verschil tussen winst of verlies en een positieve of negatieve kasstroom behoorlijk groot zijn. Dat blijkt alvast uit de financiële overzichten voor 2010 van de vier Vlaamse havenbedrijven. Tabel 1. Winst en operationele kasstroom van de Vlaamse havenbedrijven in 2010 (in euro) Te bestemmen winst Kasstroom Bron: eigen berekeningen op basis van de jaarrekeningen van de havenbedrijven. Dat klinkt allemaal al behoorlijk ingewikkeld, maar doorbijten is de boodschap. Deze leidraad is bedoeld om u alvast een steuntje in de rug te geven en is opgebouwd rond vier grote delen. 1. Hoe is de balans opgebouwd? 2. Hoe zit de resultatenrekening in elkaar? 3. Hoe is een kasstroomoverzicht samengesteld? 4. Wat zijn de belangrijkste ratio s of maatstaven om de financiële gezondheid van een (haven) bedrijf in te schatten? Haven Antwerpen Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen 4 EEN BEDRIJF IN BALANS?

9 4. Een bedrijf in balans? Een balans in evenwicht 15 Een balans bekijkt een bedrijf vanuit twee invalshoeken: aan de ene kant laat de balans alle bezittingen van het bedrijf zien (gebouwen, computers, installaties, machines, aandelen in dochterbedrijven, vorderingen op klanten, voorraden, geldbeleggingen, kasmiddelen, enzovoort): dit zijn de activa; aan de andere kant kan je zien hoe die activa gefinancierd werden (met het kapitaal van de eigenaars, gereserveerde winsten, bankleningen en openstaande schulden aan leveranciers): dit zijn de passiva. Uiteraard kan een bedrijf niets doen zonder daarvoor ergens de financieringsmiddelen vandaan te halen. Vandaar dat er een evenwicht is tussen de waarde van alle bezittingen van een bedrijf (de activa) en hoe het bedrijf gefinancierd wordt (de passiva). Schema 4. De balans TI an het geld t omst van het geld verschuldigd is De optelsom van alle activa en van alle passiva die ook het balanstotaal wordt genoemd is dan ook altijd aan elkaar gelijk. Dat een balans altijd per definitie in evenwicht is, betekent daarom nog niet dat die balans ook evenwichtig is opgebouwd De grote blokken in de balans Voor de eenvoud kan men een balans opdelen in vijf grote blokken. Bij de activa vindt men (1) eerst en vooral de vaste activa die relatief vast verankerd zitten in een bedrijf (en voor minstens een jaar maar meestal langer - ter beschikking staan van het bedrijf). Dit zijn de investeringen op lange termijn: gebouwen, installaties, machines, computers en softwarelicenties, aandelen in een dochterbedrijf, enzovoort. (2) Daarnaast zijn ook de vlottende activa die (theoretisch) vrij vlot dit wil zeggen binnen het jaar - te gelde kunnen gemaakt worden: kortlopende vorderingen op klanten, voorraden en bestellingen in uitvoering, geldbeleggingen en kasmiddelen. Bij de passiva is er (3) het eigen vermogen: dat is het kapitaal dat door de eigenaars ter beschikking wordt gesteld van het bedrijf, samen met de winst die niet aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd (en dus binnen het bedrijf blijft) en de kapitaalsubsidies die het bedrijf van de overheid ontvangt voor de financiering van haar investeringen.

10 16 Daar komt dan nog (4) het vreemd vermogen op lange termijn bij: dat zijn de leningen op meer dan 1 jaar en de voorzieningen voor toekomstige risico s en kosten (zoals grote herstellingswerken en kosten als gevolg van juridische conflicten). Tenslotte is er nog (5) het vreemd vermogen op korte termijn: schulden aan leveranciers, bankschulden die binnen het jaar vervallen en schulden aan de btw en de sociale zekerheid. Schema 5. De grote blokken in de balans het risico dat in slechte tijden betalingsproblemen kunnen ontstaan. Hoe meer echter wordt gewerkt met eigen middelen, hoe meer ademruimte het bedrijf heeft als het wat slechter gaat. In die zin weerspiegelt de solvabiliteit dan ook de graad van financiële onafhankelijkheid van een bedrijf. Maar ook als het goed gaat en het bedrijf groeit en bloeit, is een buffer aan eigen middelen belangrijk, omdat de geldschieters dan vlugger bereid zijn om met bijkomende middelen over de brug te komen om de groei te helpen financieren. Zolang de leningen van die geldschieters de groei en rendabiliteit van het bedrijf ondersteunen - en de investeringen die ermee gefinancierd worden dus meer opbrengen dan wat de leningen kosten aan het bedrijf - zijn ze een goede aanvulling op het eigen vermogen van het bedrijf. Voor een bedrijf komt het er dus op aan het juiste evenwicht te vinden tussen het eigen en het vreemd vermogen en zo de financiële draagkracht van het bedrijf op langere termijn te vrijwaren. 17 In de praktijk wordt de solvabiliteit van een bedrijf meestal berekend als de verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vermogen (= eigen vermogen + vreemd vermogen) van een bedrijf. De maximale solvabiliteit met 100% financiering met eigen middelen, zodat er geen beroep moet gedaan worden op vreemde middelen kan dan ook nooit meer zijn dan 100. De gemiddelde score van de 4 Vlaamse havenbedrijven op het vlak van solvabiliteit is in 2010 bijna tot 80 opgelopen, wat betekent dat zo n 80% van het totaal vermogen uit eigen vermogen bestaat en de overige 20% geleend wordt. Tabel 2. De solvabiliteit* van de Vlaamse havenbedrijven in Bron: eigen berekeningen op basis van de jaarrekeningen van de havenbedrijven * Eigen vermogen / totaal vermogen. Met de kapitaalsubsidies (zie verder punt 4.4.3) wordt hier geen rekening gehouden Hoe verhouden zich die grote blokken in de balans? De Financiële hefboomwerking De verhoudingen tussen de grote blokken in de balans bepalen grosso modo of de balans zodanig evenwichtig is opgebouwd dat we mogen spreken van een financieel gezond bedrijf. Die verhoudingen bepalen immers de solvabiliteit en de liquiditeit van een bedrijf die samen met de rendabiliteit of winstgevendheid van een bedrijf een eerste (ruw) beeld geven van de financiële gezondheid van een bedrijf. De analyse van de solvabiliteit van een onderneming wordt best gekoppeld aan de analyse van andere indicatoren, zoals de rendabiliteit die de winstgevendheid van een onderneming weergeeft. Die koppeling tussen de solvabiliteit en de rendabiliteit van een onderneming gebeurt via de financiële hefboomwerking. Gemakshalve nemen we hier de verhouding tussen de winst van het boekjaar en het eigen vermogen als rendabiliteitsmaatstaf De solvabiliteit Zo bepaalt de verhouding tussen het eigen vermogen en het vreemd vermogen de solvabiliteit van een bedrijf of de financiële draagkracht en weerbaarheid van een bedrijf op langere termijn. Pas als een bedrijf in staat is al haar schulden, zowel op korte als lange termijn, terug te betalen, is het solvabel. Dat heeft te maken met het feit dat schulden (= vreemd vermogen) in principe altijd moeten worden terugbetaald, met de intrest er bovenop. Voor een bedrijf brengen schulden dan ook vaste financieringskosten en betalingsverplichtingen mee, ook als de inkomsten al eens tegenvallen. Het eigen vermogen dat door de eigenaars permanent ter beschikking wordt gesteld van het bedrijf en alleen wordt vergoed als er nog iets rest als alle andere kosten betaald zijn kan dan als buffer dienen. Of sterk veralgemeend: hoe meer wordt gewerkt met vreemde middelen die samen met de intresten moeten terugbetaald worden, hoe groter De achterliggende redenering ziet er als volgt uit: wanneer een bedrijf zich voor een deel financiert met vreemd vermogen, dan moet daar bij wijze van voorbeeld 7% intrest op betaald worden aan de bank. Wanneer het bedrijf er dan in slaagt om een globaal rendement te halen van 10%, betekent dat dat alle activa 10% opleveren, dus zowel de activa die met eigen vermogen gefinancierd worden als de activa gefinancierd met vreemd vermogen. Daar voor het vreemd vermogen maar 7% aan de bank moet betaald worden, ontstaat er zo een surplus van 3% dat toekomt aan de aandeelhouders. Daardoor gaat hun rendement op het eigen vermogen boven de 10% uitstijgen. Vandaar dat men spreekt van een positieve financiële hefboomwerking. Wanneer echter het globaal rendement lager ligt dan de intresten die op het geleende vreemd vermogen moeten betaald worden, dan werkt de financiële hefboom uiteraard in negatieve zin. Stel dat het bedrijf maar een globaal rendement van 5% haalt en er op het vreemd vermogen hoe dan ook een vaste intrest van 7% moet betaald worden, dan ontstaat daar een tekort van 2% dat moet bijgepast worden door de aandeelhouders. Dat gaat dan ten koste van het rendement op het eigen vermogen dat daardoor onder de 5% gaat zakken. Men spreekt dan van een negatieve financiële hefboomwerking.

11 Lenen en schulden aangaan kan voor een bedrijf dus best zeer zinnig zijn, maar er zijn uiteraard ook risico s aan verbonden. Dat vergt een nuchtere afweging waarbij alle elementen zonder a priori s op een rijtje worden gezet. Of met andere woorden: het permanent vermogen is dan niet alleen groot genoeg om de vaste activa te financieren, maar dient dan ook als buffer om de verschillen in de betalingen van klanten, overheid en leveranciers te overbruggen of tijdelijk een toename van de voorraden op te vangen De liquiditeit Aansluitend speelt ook de liquiditeit een rol. Zelfs een solvabel bedrijf met een behoorlijke financiële draagkracht op langere termijn kan op korte termijn in de problemen komen als er onvoldoende geld op tafel kan gelegd worden als de schulden aan leveranciers, btw of banken op korte termijn komen te vervallen. Dan gaat het om de liquiditeit van een bedrijf of de verhouding tussen de vlottende activa die snel te gelde kunnen worden gemaakt (kortlopende vorderingen op klanten, voorraden en bestellingen in uitvoering, geldbeleggingen en kasmiddelen), en de schulden op korte termijn (schulden aan leveranciers, schulden aan de btw en de sociale zekerheid en bankschulden die binnen het jaar vervallen). Die verhouding moet groter zijn dan 1 om niet in de problemen te komen. Bij de Vlaamse havenbedrijven is dat ruimschoots het geval. Schema 6. Het positief nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal van een bedrijf Vaste activa Vlottende activa Positief nettobedrijfskapitaal Permanent vermogen gen vermogen Vreemd vermogen op lange termijn 19 Tabel 3. De liquiditeit* van de Vlaamse havenbedrijven in ,5 2,0 3,5 2,0 Bron: eigen berekening op basis van de jaarrekeningen van de havenbedrijven * Vlottende activa / vreemd vermogen op korte termijn deringen op klanten raden ggingen en liquide middelen Kortlopend vermogen n leveranciers bankschulden die binnen het jaar vervallen sociale zekerheid Het nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal van een bedrijf Om te weten of een bedrijf tegen een stevige stoot kan, is het ook goed om het nettobedrijfskapitaal of het werkkapitaal in het oog te houden. Simpel gezegd heeft dat vooral te maken met het feit dat (haven)bedrijven meestal later betaald worden door hun klanten (en de overheid) dan ze zelf hun leveranciers moeten betalen. Dat heeft alles te maken met de verschillende termijnen dat klanten, de overheid en de leveranciers effectief betalen of betaald worden. Dat gaat ook op als een bedrijf uitgaven moet doen om voorraden aan te leggen en een deel van die voorraden in de loop van het jaar nog niet verkocht geraakt en dus ook nog niet voor inkomsten zorgt. Al die verschillen in inkomsten en uitgaven moeten uiteraard overbrugd worden en het nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal dient daarbij als buffer. We kunnen dat nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal vanuit twee verschillende invalshoeken bekijken. Vanuit een tweede invalshoek die de zaken bekijkt vanuit financieringsoogpunt, gaan we na of de activa die een bedrijf voor een langere termijn nodig heeft (dit zijn de vaste activa zoals gebouwen, installaties, machines, computers, enzovoort), gefinancierd worden met middelen die ook voor langere termijn ter beschikking staan van het bedrijf (dit wil zeggen het eigen vermogen van de eigenaars en het vreemd vermogen dat op lange termijn ontleend is van de banken). Zo wordt een investering best niet gefinancierd met een kortlopend kaskrediet, want dat houdt het risico in dat de noodzakelijke herfinanciering van die vaste activa op een bepaald moment achterwege blijft en er niets anders over blijft dan die terreinen of gebouwen te moeten verkopen om aan de nodige cash te geraken. In dit geval volstaat het vermogen waarover het bedrijf op lange termijn kan beschikken niet om alle vaste activa te financieren en is er sprake van een negatief nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal (zie schema 7). In de meeste gevallen is dat geen gunstig teken wat de financiële gezondheid van een bedrijf betreft. Vanuit een eerste invalshoek die de zaken bekijkt vanuit het zuivere oogpunt van liquiditeit, gaan we na of er voldoende vlottende activa zijn (liquide middelen, geldbeleggingen, handelsvorderingen en voorraden) om de kortlopende schulden (aan leveranciers, banken of de overheid) tijdig te kunnen betalen. Een bedrijf dat meer vlottende activa bezit dan kortlopende schulden heeft een positief nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal, wat een eerste indicatie is van een financieel gezond bedrijf. Als dat niet het geval is kunnen er cashproblemen ontstaan, die een bedrijf in moeilijkheden kunnen brengen. Door het samenspel tussen de verschillende blokken op de balans (zie Schema 6) blijkt ook dat een bedrijf met een positief nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal over voldoende permanent vermogen (eigen kapitaal + leningen op lange termijn) beschikt om niet alleen de vaste activa (zoals gebouwen, installaties, machines, enzovoort) te financieren, maar ook om voor de nodige vlottende activa te zorgen (handelsvorderingen op klanten, voorraden, geldbeleggingen, liquide middelen) die een bedrijf in staat stellen om tijdig de kortlopende schulden (aan leveranciers, banken of overheid) te kunnen betalen.

12 Schema 7. Het negatief nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal van een bedrijf 4.4. Enkele belangrijke posten uit de balans nader toegelicht 20 Vaste activa Permanent vermogen gen vermogen Vreemd vermogen op lange termijn Wie zich aan balanslezen waagt, moet zich eerst een reeks eigenzinnige begrippen weten eigen te maken. Zo betekent gebouwen of machines afschrijven nog helemaal niet dat er meteen geld opzij wordt gezet voor toekomstige investeringen. En reserves die op de balans staan mogen zeker niet aanzien worden als een reservespaarpot om bijvoorbeeld nieuwe investeringsprojecten te financieren. Geraak daar maar uit wijs. We doen een poging. 21 Vlottende activa deringen op klanten raden ggingen en liquide middelen Negatief nettobedrijfskapitaal Kortlopend vermogen n leveranciers bankschulden die binnen het jaar vervallen sociale zekerheid De waarde van de activa Hier is de vraag wat de activa op de balans van een bedrijf eigenlijk waard zijn. Dat zal uiteraard verschillen al naargelang het om een oud of een nieuw gebouw gaat, of om beleggingen in aandelen of termijndeposito s, maar het algemene principe bestaat erin dat activa op de balans geboekt worden tegen hun aanschaffingswaarde, die enerzijds verminderd wordt met de afschrijvingen (op dokken en gebouwen bijvoorbeeld) en waardeverminderingen (op voorraden en beleggingen in aandelen bijvoorbeeld) en anderzijds vermeerderd wordt met de herwaardering van vaste activa (zoals gebouwen of participaties in een dochteronderneming, zonder dat die al verkocht zijn). Schema 8. Boekwaarde van de activa op de balans Ieder jaar kan de behoefte die een bedrijf heeft aan nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal natuurlijk wijzigen al naargelang de leveranciers meer of minder lang moeten wachten op hun geld (= handelsschulden), de klanten hun facturen wat sneller of trager betalen (= handelsvorderingen) of de voorraden aangroeien of verminderen. Als de klanten van een bedrijf langer wachten met betalen, de leveranciers sneller moeten betaald worden en de voorraden (die geen geld opbrengen zolang ze niet verkocht geraken) toenemen, dan neemt de behoefte aan nettobedrijfskapitaal of werkkapitaal toe (of m.a.w. dat slorpt geldmiddelen op). Het bedrijf moet er dan voor zorgen om de nodige financiële middelen bij elkaar te krijgen om die behoefte te kunnen dekken (met de beschikbare kasmiddelen of door kredieten op te nemen bij de bank). Vandaar dat die behoefte aan nettobedrijfskapitaal zich ook laat voelen in de kasstromen van het bedrijf. Als een bedrijf er echter in slaagt om zijn klanten wat sneller te doen betalen, wat langer mag wachten om de eigen leveranciers te betalen en de voorraden (die geen geld opbrengen zolang ze niet verkocht geraken) onder controle weet te houden, dan kan er dat jaar een overschot aan nettobedrijfskapitaal ontstaan (of m.a.w. er komen geldmiddelen bij), met een positieve weerslag op de kasstromen van het bedrijf. Maar vooraleer we verder op al die verhoudingen tussen de verschillende blokken van de balans of met andere woorden op de financiële ratio s - ingaan, is het aangewezen een aantal posten uit de balans beter te definiëren. Boekwaarde van de activa = aanschaffingsprijs - afschrijvingen - waardeverminderingen + herwaarderingen Afschrijvingen hebben te maken met de economische gebruikswaarde van vaste activa (gebouwen, machines, installaties, computers ) die ieder jaar vermindert totdat ze uiteindelijk moeten vervangen worden. Waardeverminderingen en herwaarderingen hebben dan weer te maken met de marktwaarde van de activa, zonder dat er al een verkoop of transactie heeft plaats gevonden (zoals de waardevermindering van een vordering op een klant die in moeilijkheden zit of een gebouw waarvan de marktwaarde ondubbelzinnig gestegen is, maar daarom nog niet verkocht wordt). Zowel afschrijvingen als waardeverminderingen en herwaarderingen van activa zijn zuiver boekhoudkundige operaties. Geld komt er dan niet bij te pas. Vandaar dat afschrijvingen niets te maken met het effectief opzij zetten van geld voor de vervanging van die economisch versleten activa door een nieuw gebouw, een nieuwe boot of een nieuwe machine. Of in een jaar veel of weinig wordt afgeschreven heeft immers geen effect op de kaspositie van een bedrijf, en het is alleen het geld dat telt als de aannemer van een nieuw gebouw of de leverancier van een nieuwe boot of machine moeten betaald worden. Alleen het kasstroomoverzicht kan een indicatie geven of een bedrijf in staat zal zijn om de afgeschreven gebouwen, machines of computers die moeten vervangen worden, ook effectief aan te schaffen én te betalen. Staat er te weinig geld op de rekening of is het bedrijf niet sterk genoeg om te kunnen lenen dan zullen die vervangingsinvesteringen niet kunnen gefinancierd worden, ook al zijn ieder jaar mooi alle afschrijvingen geboekt.

13 22 Toch zijn er gegronde redenen nodig om de afschrijvingsregels te wijzigen (waarom worden de verschillende activa op een andere manier of over een langere of kortere periode afgeschreven) en om waardeverminderingen en herwaarderingsmeerwaarden te boeken: belangrijke wijzigingen in de exploitatievoorwaarden, bijzondere technologische of economische ontwikkelingen, een ondubbelzinnige verandering van de marktwaarde van activa, enzovoort. Daar zijn op zijn minst twee redenen voor. Een balans moet altijd een getrouw beeld geven van de financiële positie van een bedrijf. Een te hoge herwaardering van activa kan een te optimistisch beeld geven van de financiële situatie van een bedrijf, terwijl in het geval van een onderschatting er dan weer sprake kan zijn van verdoken of latente reserves (zoals gebouwen die voor 1 euro op de balans staan ingeschreven) die een verkeerd beeld geven van de financiële draagkracht van een bedrijf (en de mogelijkheid om te lenen bijvoorbeeld); Samengevat wordt het bedrag aan voorzieningen dat we ieder jaar als kosten op de resultatenrekening kunnen terugvinden, dus bepaald door: Ook hier geldt de gulden regel dat veranderingen in de voorzieningen goed moeten worden gemotiveerd en altijd een getrouwe weergave moeten zijn van de economische werkelijkheid. Omdat het aanleggen, besteden en terugnemen van voorzieningen ook een weerslag hebben op de kosten en dus op de resultaten van het boekjaar, wordt het soms moeilijker om de resultaten met die van de vorige jaren te vergelijken. Sommige bedrijven komen dan ook wel eens in de verleiding om op die manier de winsten of de verliezen uit de gewone dagelijkse werking van het bedrijf bij te spijkeren of glad te strijken. 23 wijzigingen in de afschrijvingsregels, waardeverminderingen en herwaarderingsmeerwaarden beïnvloeden uiteindelijk ook de financiële resultaten van een bedrijf (zie verder), waardoor die moeilijker te vergelijken zijn met de resultaten van de vorige jaren of in het ergste geval zelfs slechtere resultaten van de gewone dagelijkse werking van een bedrijf weten te verdoezelen Voorzieningen Kapitaalsubsidies en afschrijvingen van kapitaalsubsidies Ook overheidssubsidies voor investeringen (in dokken, kaaimuren of steigers bijvoorbeeld) komen op de balans bij de passiva terecht, omdat die kapitaalsubsidies (op dezelfde manier als het eigen vermogen en het vreemd vermogen) aangetrokken worden om het bedrijf te financieren. Een bedrijf kan voorzieningen aanleggen voor verliezen of kosten die zich in de komende jaren quasi zeker zullen voordoen, maar waarvan het juiste bedrag nog niet vast staat. Dat kan gaan om voorzieningen voor grote herstellings- en onderhoudswerken, voor pensioenen en opzegvergoedingen, voor belastingen, of voor milieurisico s en hangende juridische geschillen. Er kan een hele periode liggen tussen het boeken van die voorzieningen en het moment dat de effectieve kosten die daarmee gepaard gaan uiteindelijk moeten betaald worden. Het zou niet correct zijn om al die kosten aan te rekenen op het boekjaar waarin ze uiteindelijk betaald worden, want die kosten zijn ook gemaakt om in de jaren daarvóór het bedrijf draaiende te houden. Via het geleidelijk aanleggen van voorzieningen worden die kosten dan ook boekhoudkundig over meerdere jaren gespreid. Het is belangrijk om weten dat het aanleggen van voorzieningen niets te maken heeft met het opzij leggen van geld om die kosten (voor grote herstellingswerken, pensioenen, belastingen, milieurisico s of geschillen) uiteindelijk ook te betalen. Een voorziening boeken of aanleggen is alleen maar een boekhoudkundige operatie waardoor die kosten over meerdere jaren kunnen gespreid worden. Ooit zullen de kosten waarvoor die voorzieningen werden aangelegd, eens effectief moeten betaald worden. Het zijn dus eigenlijk langetermijnschulden en zijn dan ook terug te vinden bij de passiva op de balans. Die kapitaalsubsidies zijn onlosmakelijk verbonden met de gesubsidieerde investeringen (in dokken, kaaimuren, steigers, enzovoort) en worden dan ook volgens hetzelfde tempo afgeschreven als die investeringen. Met andere woorden: als een kaaimuur ieder jaar met 5% wordt afgeschreven, dan worden ook de kapitaalsubsidies die het havenbedrijf ontvangen heeft voor die kaaimuur met 5% afgeschreven (zie ook punt voor een meer uitgewerkt voorbeeld). Eigenlijk komt dat erop neer dat net zoals de kost van de investeringen via de afschrijvingen over meerdere jaren gespreid wordt, ook de opbrengsten van de kapitaalsubsidies aan hetzelfde tempo over meerdere jaren worden gespreid. Het bedrag aan kapitaalsubsidies dat op het einde van het jaar op de balans staat is dan ook het resultaat van: de kapitaalsubsidies op het einde van het vorige boekjaar - de afschrijvingen op die kapitaalsubsidies + de nieuwe kapitaalsubsidies die in de loop van het jaar verworven werden. Naast die kapitaalsubsidies zijn er ook nog de exploitatiesubsidies. Zo ontvangen de havenbedrijven subsidies voor de exploitatie van de sluizen en de havenkapiteinsdiensten. Deze exploitatiesubsidies komen niet op de balans van het bedrijf terecht, maar komen rechtstreeks ten goede van de resultatenrekening waar ze als inkomsten geboekt worden. Tegen het moment dat de voorziene kosten effectief moeten betaald worden, moet het bedrijf er wel voor zorgen over de nodige centen te beschikken om daaraan te voldoen. Op het moment dat die kosten effectief betaald worden, zullen we meteen aan de kant van de activa de liquide middelen zien verminderen, terwijl aan de kant van de passiva ook de voorzieningen zullen dalen (de langetermijnschuld wordt dan immers voor dat deel afgelost). Op die manier blijft de balans in evenwicht. Ook op de resultatenrekening heeft die besteding van de vroeger aangelegde voorzieningen zijn impact doordat de kosten voor voorzieningen er dat jaar door verminderen. Zijn er meer voorzieningen aangelegd dan er uiteindelijk effectief moet betaald worden (omdat de voorziene bodemsanering of de regeling van een juridisch geschil minder duur uitvalt dan oorspronkelijk werd geschat bijvoorbeeld) dan kunnen die overbodige voorzieningen worden teruggenomen en op de resultatenrekening worden geboekt als een bijkomende vermindering van de bedrijfskosten voor dat jaar Reserves en overgedragen winst De passiva leren ons hoe een bedrijf gefinancierd wordt. Dat kan gebeuren met het kapitaal van de eigenaars, met leningen of met kapitaalsubsidies van de overheid. Dat zijn financieringsmiddelen die van buiten het bedrijf komen. Door winst te maken kan een bedrijf echter ook van binnenuit voor financiering zorgen. Het deel van de winst dat niet aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd, kan binnen de onderneming blijven door die toe te voegen aan de reserves of de overgedragen winst. Eens de winst aan de reserves is toegevoegd, kan die niet meer aan de eigenaars uitgekeerd worden, terwijl die mogelijkheid wel nog bestaat voor de overgedragen winst. Die reserves (en overgedragen winst) mogen niet gezien worden als een reservespaarpot, waaruit het bedrijf zomaar kan putten om nieuwe investeringen te financieren of schulden af te lossen. Ze geven alleen weer hoe in het verleden een deel van de activa werd gefinancierd met middelen

14 24 die binnen het bedrijf zelf werden gegenereerd door winst te maken. Deze reserves zitten dus al ergens vast in het actief. Zijn ze gebruikt om vaste activa te financieren (gebouwen, machines, rollend materieel, enz.) dan kunnen ze geen tweede keer meer worden gebruikt om nieuwe investeringen te financieren of leningen af te lossen (tenzij die vaste activa die meestal toch nodig zijn voor de goede werking van het bedrijf eerst zouden verkocht worden). Om te weten of een bedrijf voldoende middelen heeft voor de financiering van een investeringsproject of voor de aflossing van een lening is het dus weinig zinvol om naar de reserves (en overgedragen winst) te kijken. Daarvoor is het beter om langs de activakant naar de liquide middelen en geldbeleggingen te kijken maar vooral de jaarlijkse kasstromen goed in te schatten - want daar zit het geld dat nodig is om de investeringen te financieren en de leningen terug te betalen Overlopende rekeningen Zowel aan de kant van de activa als van de passiva is er een post overlopende rekeningen. Eigenlijk gaat het om kosten en opbrengsten die op de wip zitten tussen twee boekjaren. Zo gaat het bij de activa om al gemaakte kosten die eigenlijk ten laste zijn van het volgend jaar (bijvoorbeeld huur of verzekeringspremies die in december betaald worden voor het volgend kwartaal). Dat geldt ook voor opbrengsten die pas in de loop van het volgend jaar zullen geïnd worden, maar betrekking hebben op de werking van het afgelopen jaar (zoals te ontvangen huur, kortingen en intresten op termijnbeleggingen). Bij de passiva gaat het dan weer om kosten die betrekking hebben op het afgelopen jaar, maar nog niet betaald werden (bijvoorbeeld de elektriciteit- en telefoonrekening) of om opbrengsten die al geïnd zijn, maar betrekking hebben op het volgende jaar (zoals vooruitbetaalde concessiegelden of huur). Door wat te schuiven met die kosten en opbrengsten die op de wip zitten tussen twee boekjaren kan de balans soms wat bijgeschaafd worden. Al die balansposten kunnen we nog verder onderverdelen en verfijnen. Voor het berekenen van een aantal verhoudingen of ratio s, die nodig zijn om de financiële gezondheid van een bedrijf te kunnen ramen, kan dat zeker nuttig zijn. In het vierde deel gaan we daar iets verder op in, maar nu willen we ons vooral concentreren op de hoofdlijnen. Haven Oostende Dirk Neyts - VHC 5 DE RESULTATENREKENING: WINST OF VERLIES?

15 5. De resultatenrekening: winst of verlies? Er is winst en winst 27 Een snelle blik op de resultatenrekening van een bedrijf leert ons dat er winst en winst is (of in het slechtste geval verlies en verlies). Er is sprake van bedrijfsresultaten, financiële resultaten en uitzonderlijke resultaten, waarbij dan ook nog eens het onderscheid gemaakt wordt tussen bruto- en nettoresultaten. Als er sprake is van winst (of verlies) is het niet onbelangrijk om weten over welke winst (of verlies) het gaat. Zeker als er vergelijkingen gemaakt worden tussen de resultaten over de jaren heen of tussen verschillende bedrijven. Tabel 4. De resultaten van de vier havenbedrijven in 2010 (in euro) Bruto bedrijfsresultaat Netto bedrijfsresultaat Financiële resultaten Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting Uitzonderlijke resultaten Nettoresultaat van het boekjaar na belasting Bron: Jaarrekeningen Vlaamse havenbedrijven Het verschil tussen bruto en netto valt nog het gemakkelijkst uit te leggen. Als het om de brutoresultaten gaat wordt er geen rekening gehouden met de kosten als gevolg van afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen die boekhoudkundige operaties zijn waarmee geen geldtransacties gepaard gaan. Enigszins vereenvoudigd kunnen we zeggen dat de brutoresultaten een indicatie geven van de dagelijkse operationele prestaties van een bedrijf. Om de nettoresultaten te bekomen, wordt met die afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen wel rekening gehouden en worden ze als kosten in mindering gebracht van het brutoresultaat. Dat zijn kosten die meer te maken hebben met het algemeen beleid van een bedrijf op het vlak van investeringen, onderhoud, voorraadbeheer, beleggingen en die voor de toekomst van een bedrijf natuurlijk even belangrijk zijn als de dagelijkse operationele prestaties van een bedrijf. Het ligt voor de hand dat de nettoresultaten van een bedrijf in normale omstandigheden lager uitvallen dan de brutoresultaten. Om een beter zicht te krijgen op de andere definities van winst en resultaten kan het nuttig zijn om de verschillende grote blokken in de resultatenrekening eens op een rijtje te zetten.

16 5.2. De grote blokken in de resultatenrekening Schema 9. De resultatenrekening in verschillende blokken opgesplitst In de resultatenrekening kunnen we vijf grote blokken onderscheiden: 28 blok 1: het brutobedrijfsresultaat met het verschil tussen de dagelijkse, operationele bedrijfsopbrengsten (havengelden, concessiegelden, subsidies voor de exploitatie van sluizen en havenkapiteinsdiensten...) en bedrijfskosten (personeelskosten, aankopen van bureaubenodigdheden, brandstoffen, kosten voor adviseurs ); Blok 1 29 blok 2: brengen we ook de afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen voor toekomstige risico s (of met andere woorden de kosten waarmee geen geldstromen of kasuitgaven gemoeid zijn) in rekening, dan krijgen we het nettobedrijfsresultaat (= blok 1 + blok 2); blok 3: voegen we de financiële resultaten met het verschil tussen de financiële opbrengsten (intresten op beleggingen, ontvangen dividenden en afschrijvingen van kapitaalsubsidies) en de financiële kosten (intresten op leningen) toe aan het nettobedrijfsresultaat, dan krijgen we het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering vóór de belasting op de winst is verrekend (= blok 1 + blok 2 + blok 3); Blok 2 wa blok 4: als we de uitzonderlijke opbrengsten (bij de effectieve verkoop van een gebouw bijvoorbeeld) en de uitzonderlijke kosten (zoals bij de herstructurering van een bedrijf) bij het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering vóór belasting voegen dan krijgen we het resultaat van het boekjaar vóór belasting (= blok 1 + blok 2 + blok 3 + blok 4); blok 5: na de belastingen op de winst bekomen we uiteindelijk de winst of het verlies van het boekjaar (= blok 1 + blok 2 + blok 3 + blok 4 + blok 5). aa Blok 3 op - Resultaat uit de gewone bedrijfsvoering Blok 4 rl op - rl Resultaat van het boekjaar vóór belasting Blok 5 Winst of verlies van het boekjaar

17 30 Het is zinnig om elk van die blokken even kort toe te lichten. Daarbij beperken we ons wel tot de grote lijnen. Heel wat begrippen die al bij de toelichting op de balans aan bod zijn gekomen, komen hier terug (afschrijvingen, waardeverminderingen, voorzieningen, kapitaalsubsidies ). Daar komen nog een reeks begrippen bij (in de linkerkolom), die verder kort worden toegelicht (in de rechterkolom). Naast de Nederlandstalige terminologie komt ook de veelgebruikte Angelsaksische terminologie aan bod (zie ook punt ). Blok 1. Het brutobedrijfsresultaat Blok 2. Via de afschrijvingen, waardeverminderingen of vermeerderingen en voorzieningen komen we bij het nettobedrijfsresultaat (blok 1 + blok 2) Van het brutobedrijfsresultaat worden de kosten waarmee in de loop van het jaar geen geldtransacties gemoeid zijn (de afschrijvingen, de waardeverminderingen en de voorzieningen voor toekomstige risico s en kosten) afgetrokken om tot het nettobedrijfsresultaat te komen. To 31 Houden we alleen rekening met de dagelijkse operationele opbrengsten en kosten van een bedrijf dan bekomen we het brutobedrijfsresultaat. wa vo vo wa wa lo va pa Nettobedrijfsresultaat EBIT Ta Blok 3. Samen met de financiële resultaten komen we uit bij het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering vóór belasting op de winst (blok 1 + blok 2 +blok 3) Door bij het nettobedrijfsresultaat het financiële resultaat te voegen (dit wil zeggen het verschil tussen de financiële opbrengsten en de financiële kosten) bekomen we het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering voordat de belasting op de winst in rekening wordt gebracht. To va va pa va va a Ko va Wa va va rl va vo Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting

18 Blok 4. Samen met de uitzonderlijke resultaten krijgen we het resultaat van het boekjaar vóór belasting op de winst (blok 1 + blok 2 +blok 3 + blok 4) 5.3. Wegwijs in het jargon en enkele eigenaardigheden 32 Houden we ook rekening met de uitzonderlijke resultaten (zoals de kosten voor de herstructurering van het bedrijf of de meerwaarde van de effectieve verkoop van een gebouw), dan bekomen we het resultaat van het boekjaar vóór belasting. rl wa va va va va va wa va va va vo rl va va va rl wa vo Resultaat van het boekjaar vóór belasting To va pa wa va va wa rl va pa op wa va va rl EBT Ta Afschrijvingen: meestal kosten, soms opbrengsten Afschrijvingen van vaste activa met een beperkte levensduur (kaaimuren, gebouwen, machines, computers ) worden jaarlijks geboekt als kosten. Op die manier worden de kosten van die investeringen gespreid over al de jaren dat die activa voor het bedrijf economisch van nut zijn. Het zijn die afschrijvingen die als kosten in rekening worden gebracht om van het bruto naar het nettobedrijfsresultaat over te stappen. Als een bedrijf voor die vaste activa in de loop van het jaar ook kapitaalsubsidies heeft gekregen (voor het bouwen van een kaaimuur of een steiger bijvoorbeeld) dan worden die kapitaalsubsidies in dat jaar niet in één keer van de kost van die investeringen afgetrokken. Die kapitaalsubsidies worden immers gezien als een opbrengst die over de volledige levensduur van die investeringen wordt gespreid. Technisch gezien gebeurt dat door die kapitaalsubsidies af te schrijven en te boeken als een opbrengst aan hetzelfde tempo als de investeringen waarop ze betrekking hebben, afgeschreven worden. De afschrijvingskost van die investeringen wordt zo ieder jaar voor een stuk gecompenseerd door de opbrengst van de afschrijvingen op de kapitaalsubsidies, zodat de jaarlijkse resultaten er niet door beïnvloed worden. Alleen voor het deel van de investeringen dat niet wordt gesubsidieerd, weegt de afschrijvingskost door op de resultatenrekening. Een voorbeeld kan dat verduidelijken. Nemen we een steiger van 10 miljoen euro die voor 20% of 2 miljoen euro gesubsidieerd wordt en over 10 jaar wordt afgeschreven, wat neerkomt op een afschrijvingspercentage van 10% per jaar. Ieder jaar wordt er dan voor 1 miljoen euro (= 10% van 10 miljoen euro) afschrijvingskosten geboekt die een impact hebben op het nettobedrijfsresultaat. Tegelijkertijd worden dan ook de kapitaalsubsidies voor 10% per jaar afgeschreven, wat jaarlijks een opbrengst oplevert van 0,2 miljoen euro (= 10% van 2 miljoen euro). 1 miljoen afschrijvingskosten worden dan voor 0,2 miljoen gecompenseerd door de overeenkomstige afschrijvingen op de kapitaalsubsidies, zodat uiteindelijk de resultatenrekening voor 0,8 miljoen negatief beïnvloed wordt. 33 Blok 5. Als we ook nog eens de belasting op de winst verrekenen komen we finaal bij de winst of het verlies van het boekjaar terecht (blok 1 + blok 2 +blok 3 +blok 4 + blok 5) Omdat die kapitaalsubsidies een financieringsbron zijn (voor die steiger bijvoorbeeld ) wordt de opbrengst van de afschrijvingen op die kapitaalsubsidies aangerekend op het financiële resultaat van dat jaar (= blok 3) en niet op het nettobedrijfsresultaat (= blok 2). aa To Dat heeft als eigenaardigheid dat langs de ene kant het nettobedrijfsresultaat eigenlijk een situatie weergeeft alsof het bedrijf helemaal geen kapitaalsubsidies heeft gekregen en de volledige afschrijvingskost op haar vaste activa moet dragen. Willen we wel rekening houden met de impact van die kapitaalsubsidies, dan zouden we eigenlijk de afschrijvingen op de kapitaalsubsidies (uit de post andere financiële opbrengsten ) moeten optellen bij het nettobedrijfsresultaat. Winst of verlies van het boekjaar Door te spelen met de verhoudingen tussen die verschillende blokken (of delen ervan) kunnen we uiteindelijk een beter zicht krijgen op de financiële gezondheid van een bedrijf. Langs de andere kant worden dan wel de financiële opbrengsten behoorlijk aangedikt met de opbrengst van de afschrijvingen op de kapitaalsubsidies, die zeker bij de havenbedrijven stukken hoger zijn dan de gewone financiële opbrengsten van hun geldbeleggingen (en de dividenden die sommige havenbedrijven ontvangen van hun dochterbedrijven). De globale post financiële opbrengsten geeft dan ook geen goed beeld van het wel en het wee van de beleggingspolitiek van de havenbedrijven. Om wel een goed zicht te krijgen op de resultaten van de beleggingspolitiek mag eigenlijk alleen maar gekeken worden naar de opbrengsten uit de vlottende activa (aandelen, obligaties, termijnrekeningen ).

19 Voor anglofielen: van EBITDA tot EBT Zoals er zijn die liever spreken van een CEO een Chief Executive Officer dan van een gewone afgevaardigde bestuurder of algemeen directeur wordt er ook steeds meer terug gegrepen naar de Angelsaksische varianten om de resultaten van een bedrijf weer te geven. De EBT (Earnings before Taxes) komt dan weer overeen met het resultaat van het boekjaar voordat de belasting op de winst verrekend is. Het verschil tussen de EBIT en de EBT wordt volledig bepaald door de financiële resultaten en de uitzonderlijke resultaten Wat doen we met de winst of het verlies? 34 In plaats van het brutobedrijfsresultaat heeft men het dan over EBITDA of Earnings before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization, waarbij: Earnings = bedrijfsopbrengsten bedrijfskosten; Interest = financiële opbrengsten financiële kosten; Taxes = belastingen op de winst van het boekjaar; Depreciation = afschrijvingen en voorzieningen; Amortization = waardeverminderingen. De EBITDA (Grafiek 1) geeft dus de operationele bedrijfsresultaten weer, afgezien van: de afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen; de financiële resultaten; de uitzonderlijke resultaten; de belasting op de winst van het boekjaar. Of nog anders gezegd geeft de EBITDA weer of het operationele bedrijfsresultaat volstaat om op zijn minst de uitgaven als gevolg van eventuele negatieve financiële resultaten (door hoge interestlasten), uitzonderlijke resultaten (door een tegenvallende verkoop van gronden, gebouwen of andere activa) en de belastingen op de winst te kunnen opvangen. Als een bedrijf op het einde van een boekjaar winst maakt, dan kan die winst in de onderneming blijven of voor een deel ook uitgekeerd worden aan de eigenaars. Het is aan de algemene vergadering om te beslissen of een deel van de winst aan de eigenaars wordt uitgekeerd. Daarvoor zullen dan de liquide middelen (en misschien zelfs de geldbeleggingen) van het bedrijf moeten aangesproken worden, die we dan ook zullen zien verminderen. Als de algemene vergadering beslist om (een deel van) de winst definitief in het bedrijf te houden, dan wordt die winst toegevoegd aan de reserves, die een onderdeel vormen van het eigen vermogen van een bedrijf. Wil de algemene vergadering nog even de kat uit de boom kijken dan wordt (een deel van) de winst overgeboekt naar de overgedragen winst van het boekjaar. Dit laat de mogelijkheid open om later die winst toch nog uit te keren aan de eigenaars óf ze definitief toe te voegen aan de reserves en zo het eigen vermogen van het bedrijf te versterken. Grafiek 2 geeft een beeld van de praktijken bij de havenbedrijven in Vlaanderen. Grafiek 2. Resultaatverwerking (Vlaamse havenbedrijven, ) 35 Grafiek 1. EBITDA (Vlaamse havenbedrijven, ) Bron: Jaarrekeningen Vlaamse havenbedrijven en eigen berekening Bron: Jaarrekeningen Vlaamse havenbedrijven en eigen berekening De EBIT (Earnings before Interest and Taxes) staat dan voor het nettobedrijfsresultaat. En zoals we voor het berekenen van het nettobedrijfsresultaat moeten rekening houden met de kosten van de afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen (en ze dus moeten aftrekken van het brutobedrijfsresultaat) moeten we ook voor het berekenen van de EBIT met die kosten rekening houden. Op de balansen van de havenbedrijven zijn behoorlijk wat reserves terug te vinden. Dat wijst erop dat in het verleden de havenbedrijven een deel van hun activa (gebouwen, machines, aandelen, geldbeleggingen ) hebben weten te financieren met middelen die van binnen de onderneming zijn gekomen (en waarvoor dus geen beroep moest gedaan worden op het kapitaal van de eigenaars of op leningen). Die reserves zijn dus al aangewend voor de financiering van een deel van de bestaande activa van het bedrijf ( een gebouw, een kaaimuur, voorraden, enz.) en zijn dus geen spaarpot waaruit zomaar kan geput worden om in de toekomst nieuwe investeringen

20 te financieren of schulden af te lossen. Alleen als die reserves de geldbeleggingen en liquide middelen hebben doen toenemen, kan daaruit geput worden om in de toekomst nieuwe investeringen te financieren of schulden af te lossen. 36 Als we willen weten in welke mate een bedrijf in staat zal zijn om in de toekomst nieuwe investeringen te financieren of schulden af te lossen, dan is het beter om naar de (toekomstige) kasstromen te kijken dan naar de reserves. 37 Haven Gent Havenbedrijf Gent 6 HET KASSTROOMOVERZICHT

Akkoord of niet akkoord?

Akkoord of niet akkoord? Akkoord of niet akkoord? Je krijgt op het scherm 1 stellingen na elkaar te lezen. Reageer intuïtief : akkoord of niet akkoord. Je hebt 1 seconden de tijd (Usain Bolt legt in die tijd meer dan 1 m af).

Nadere informatie

17/06/2014 Bezoekerscentrum Havenbedrijf Gent Bernard Rommel DEEL 1

17/06/2014 Bezoekerscentrum Havenbedrijf Gent Bernard Rommel DEEL 1 17/06/2014 Bezoekerscentrum Havenbedrijf Gent Bernard Rommel DEEL 1 Deel 1: cijfers en gevoeligheidsanalyses Het dashboard: cijfers van 2013 en trends Toelichtingen: Definities financiële ratio s Werkkapitaalschommelingen:

Nadere informatie

jaarlijkse groei 15% 12% 10% 10% jaarlijkse groei 20% 15% 12% 12% jaarlijkse groei 20% 15% Percentage van de omzet 45% 45% 45% 45% 45%

jaarlijkse groei 15% 12% 10% 10% jaarlijkse groei 20% 15% 12% 12% jaarlijkse groei 20% 15% Percentage van de omzet 45% 45% 45% 45% 45% FINANCIEEL PLAN opstart 1. PROGNOSE RESULTATENREKENING Cijfers in euro Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 BEDRIJFSOPBRENGSTEN 291.500 327.530 448.381 493.094 542.276 Omzet 290.000 326.000 446.820 491.502

Nadere informatie

BALANS NA WINSTVERDELING

BALANS NA WINSTVERDELING Nr. 0812.019.662 VOL 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... Toel. 20/28 60.411,22 55.375,35 Oprichtingskosten...... Immateriële vaste activa.... Materiële vaste activa... Terreinen en gebouwen...

Nadere informatie

Deel 2: Financiële jaarrekening

Deel 2: Financiële jaarrekening Deel 2: Financiële jaarrekening Nr. 0407.201.941 VOL-VZW 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA Oprichtingskosten..... Immateriële vaste activa. Materiële vaste activa... Terreinen en gebouwen...

Nadere informatie

BALANS EN RESULTATENREKENING (VOLLEDIG SCHEMA)

BALANS EN RESULTATENREKENING (VOLLEDIG SCHEMA) Bijlage 3. BALANS EN RESULTATENREKENING (VOLLEDIG SCHEMA) Nr. VOL 2.1 Balans na winstverdeling ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28...... Oprichtingskosten... 5.1 20...... Immateriële vaste activa... 5.2 21......

Nadere informatie

LRM BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/

LRM BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/ LRM Nr. BE 0452.138.972 VOL 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 326.978.093 317.434.940 Oprichtingskosten 5.1 20 Immateriële vaste activa 5.2 21 159.589 8.214 Materiële vaste activa

Nadere informatie

Lijninvest BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/

Lijninvest BALANS NA WINSTVERDELING. Nr. BE VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA 20/ Lijninvest Nr. BE 0889.551.267 VOL 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 5.201.558 5.046.931 Oprichtingskosten 5.1 20 4.162 Immateriële vaste activa 5.2 21 Materiële vaste activa 5.3 22/27

Nadere informatie

Participatiemaatschappij Vlaanderen

Participatiemaatschappij Vlaanderen Participatiemaatschappij Vlaanderen Nr. BE 0455.777.660 VOL 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 341.917.124 257.063.221 Oprichtingskosten 5.1 20 Immateriële vaste activa 5.2 21 411.617

Nadere informatie

Hoofdstuk II Verticale en Horizontale analyse

Hoofdstuk II Verticale en Horizontale analyse Hoofdstuk II Verticale en Horizontale analyse De compenserende bedragen en exploitatiesubsidies (740) maken deel uit van de Andere bedrijfsopbrengsten (74) en worden in de toelichting gedetailleerd. We

Nadere informatie

VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/ , ,40. Nr. BE Oprichtingskosten

VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/ , ,40. Nr. BE Oprichtingskosten VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/28 340.346,18 538.042,40 Oprichtingskosten... 4.1 20...... Immateriële vaste activa... 4.2 21 244.452,43 441.579,00 Materiële vaste activa...

Nadere informatie

JAARREKENING. Toel / / / / ,67 Aandelen /8

JAARREKENING. Toel / / / / ,67 Aandelen /8 Nr. 0862.492.920 VOL 3.1 JAARREKENING BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN.. VASTE ACTIVA.. Immateriële vaste activa.. Materiële vaste activa.. Terreinen en gebouwen.. Installaties, machines

Nadere informatie

BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/28 19.233.968,34 19.711.879,71 VLOTTENDE ACTIVA... 29/58 6.723.285,38 4.508.

BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/28 19.233.968,34 19.711.879,71 VLOTTENDE ACTIVA... 29/58 6.723.285,38 4.508. VOL 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/28 19.233.968,34 19.711.879,71 Oprichtingskosten... 5.1 20...... Immateriële vaste activa... 5.2 21 2.089,48 3.556,27 Materiële vaste activa...

Nadere informatie

onderneming : Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal 18.

onderneming : Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal 18. bij oprichting Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal Kapitaal volgens oprichtingsstatuten Minimum inbreng in speciën jaar 1 18.550,00

Nadere informatie

Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse. Dossier De brouwerij. Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant

Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse. Dossier De brouwerij. Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse Dossier De brouwerij Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 2 1. RESULTAAT... 3 1.1. RESULTATENREKENING...

Nadere informatie

1. Geconsolideerde resultatenrekening IN DUIZENDEN EURO

1. Geconsolideerde resultatenrekening IN DUIZENDEN EURO 9 1. Geconsolideerde resultatenrekening IN DUIZENDEN EURO (1) Netto omzet 363 367 326 395 Wijzigingen in voorraden en bestellingen in uitvoering 8 803-3 906 Overige bedrijfsopbrengsten 6 570 4 785 Gebruikte

Nadere informatie

1. GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING /IN DUIZENDEN EURO

1. GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING /IN DUIZENDEN EURO 1. GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING /IN DUIZENDEN EURO 2015 2014 Netto omzet 326 395 326 558 Wijzigingen in voorraden en bestellingen in uitvoering -3 906 2 287 Overige bedrijfsopbrengsten 4 785 4 118

Nadere informatie

4-10-2011. Wat is gezond?

4-10-2011. Wat is gezond? Wat is gezond? 1 Hoe minder schuld, hoe beter het bedrijf ervoor staat akkoord 25% geen mening 0% niet akkoord 75% n=8 Winst maken is voor een bedrijf minder belangrijk dan geld verdienen akkoord 13% niet

Nadere informatie

Inzicht in uw cijfers

Inzicht in uw cijfers Welkom! Inzicht in uw cijfers Opbouw van uw boekhouding Balans Overzicht van de bezittingen en schulden Toont vermogen van de vennootschap Resultatenrekening Overzicht van kosten en opbrengsten Steeds

Nadere informatie

Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE

Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE Samenvatting door J. 1589 woorden 4 maart 2013 5,6 18 keer beoordeeld Vak Economie Economie Boekhouden Waar haalt de onderneming het geld vandaan? Financieringsbehoeften

Nadere informatie

Geconsolideerde resultatenrekening volgens aard

Geconsolideerde resultatenrekening volgens aard Geconsolideerde resultatenrekening volgens aard 2017 2016 Netto omzet 473 122 363 367 Wijzigingen in voorraden en bestellingen in uitvoering -7 428 8 803 Overige bedrijfsopbrengsten 6 867 6 570 Gebruikte

Nadere informatie

TOELICHTING BIJ DE BALANS EN DE RESULTATENREKENING

TOELICHTING BIJ DE BALANS EN DE RESULTATENREKENING RESULTAATVERWERKING (in duizenden EUR) Boekjaar Vorig A. Te bestemmen winstsaldo 8.211 12.282 Te verwerken verliessaldo (-) 1. Te bestemmen winst van het -3.578 9.842 Te verwerken verlies van het (-) 2.

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Grindfonds - Fonds gravier Instelling van openbaar nut Adres: Koning Albert II laan Nr: 20 Bus: 8 Postnummer: 1000 Gemeente: Brussel Land: België Rechtspersonenregister

Nadere informatie

ACTIVA. VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING VASTE ACTIVA 20/ , ,87

ACTIVA. VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING VASTE ACTIVA 20/ , ,87 VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 5.353.141,98 5.284.478,87 Oprichtingskosten 5.1 20 Immateriële vaste activa 5.2 21 21.635,19 3.414,00 Materiële vaste activa 5.3 22/27 5.318.337,90

Nadere informatie

BALANS NA WINSTVERDELING

BALANS NA WINSTVERDELING BE 04.777.660 VOL2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA Oprichtingskosten Immateriële Materiële Terreinen en gebouwen Installaties, machines en uitrusting Meubilair en rollend materieel Leasing

Nadere informatie

Persbericht Fluxys Belgium

Persbericht Fluxys Belgium Bijlagen Geconsolideerde balans I. Vaste activa 2.392.797 2.463.346 Materiële vaste activa 2.250.659 2.321.123 Immateriële vaste activa 45.246 52.250 Deelnemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 16

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquicultuursector openbare instelling Adres: vrijhavenstraat Nr: 5 Bus: Postnummer: 8400 Gemeente: Oostende Land:

Nadere informatie

1 Codes I Boekjaar I Vorig boekjaar I

1 Codes I Boekjaar I Vorig boekjaar I VOL 2.1 BALANS NA WNSTVERDELNG ACTVA VASTE ACTVA...... Oprichtingskosten... mmateriële vaste activa... Toel. 5.1 5.2 1 Codes Boekjaar Vorig boekjaar Materiële vaste activa......... Terreinen en gebouwen......

Nadere informatie

BALANS NA WINSTVERDELING

BALANS NA WINSTVERDELING Nr 1 0454423323 VOL-VZW 21 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20128 47390603 42179615 Oprichtingskosten 20 Irnrnateriele vaste activa 21 11 143122 1 1228793 Materiele vaste activa Terreinen en

Nadere informatie

8. ONZE FINANCIËLE MIDDELEN

8. ONZE FINANCIËLE MIDDELEN 48 8. ONZE FINANCIËLE MIDDELEN 8. ONZE FINANCIËLE MIDDELEN CONSOLIDEREN Beheren DUIDELIJKHEID DE REKENINGEN VAN PARKING.BRUSSELS Het kapitaal van het Agentschap = 561.500 Het kapitaal van het Agentschap,

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening BALANS huidig jaar vorig jaar ACTIVA VASTE ACTIVA 1.254.964.595 1.232.965.536 Immateriële vaste activa (+) 4.172.139 5.133.990 Materiële vaste activa 1.250.765.343

Nadere informatie

ACTIEF. Scmactn.doc [22]

ACTIEF. Scmactn.doc [22] ACTIEF I. Oprichtingskosten... 20 II. Immateriële vaste activa... 21 III. Materiële vaste activa... 22/27 A. Terreinen en gebouwen...22 B. Installaties, machines en uitrusting...23 C. Meubilair en rollend

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: FONDS VOOR SCHEEPSJONGENS ANDERE Adres: Vrijhavenstraat Nr: 5 Bus: Postnummer: 8400 Gemeente: Oostende Land: België Rechtspersonenregister (RPR) - Rechtbank van Koophandel

Nadere informatie

1.1. Geconsolideerd overzicht van de financiële positie op 31 december 2018 In duizenden euro. Activa Toelichting

1.1. Geconsolideerd overzicht van de financiële positie op 31 december 2018 In duizenden euro. Activa Toelichting 108 sioen jaarverslag 2018 financieel overzicht Financieel overzicht 1. Geconsolideerde jaarrekening 1.1. Geconsolideerd overzicht van de financiële positie op 31 december 2018 Activa 2018 2017 Toelichting

Nadere informatie

BROUWERIJ LIEFMANS NV Juridische status : Faillissement. Juridische vorm : NV. Wontergemstraat, DENTERGEM

BROUWERIJ LIEFMANS NV Juridische status : Faillissement. Juridische vorm : NV. Wontergemstraat, DENTERGEM BROUWERIJ LIEFMANS NV 0400.228.136 Juridische status : Faillissement Juridische vorm : NV Wontergemstraat, 42 8720 - DENTERGEM NACE code : 11050 - Vervaardiging van bier Het bedrijf komt NIET voor op de

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Born in Africa Vereniging zonder winstoogmerk Adres: ROBERT DALECHAMPLAAN Nr: 7 Bus: Postnummer: 1200 Gemeente: Sint-Lambrechts-Woluwe Land: België Rechtspersonenregister

Nadere informatie

BE (in euros)

BE (in euros) VKT2. 1. BALANS NA WINSTVERDELING A C T I V A VASTE ACTIVA 2/28 8.634.1 7.174.249 I. Oprichtingskosten 2 II. Immateriële vaste activa toel. I, A) 21 III. Materiële vaste activa toel. I, B) 22/27 8.631.91

Nadere informatie

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

Geconsolideerde winst- en verliesrekening Geconsolideerde winst- en verliesrekening JAREN AFGESLOTEN PER 31 DECEMBER Toel. 2003 2002 Herwerking 2002 Omzet 3 1 796 987 1 863 467 1 863 467 Kostprijs van verkopen 5 (1 424 481) (1 489 779) (1 489

Nadere informatie

Ratioanalyse 2011. Lotus Bakeries

Ratioanalyse 2011. Lotus Bakeries Ratioanalyse 211 Lotus Bakeries Kerncijfers Eigen vermogen 4.6.774, 39.42.233, 41.138.39, 31.919.68, 27.23.119, 4 4 3 3 2 2 1 1 Berekening: 1/1 Omzet 148.47.79, 138.119.71, 141.838.84, 146.339.94, 123.196.137,

Nadere informatie

Ratioanalyse 2010. Lotus Bakeries

Ratioanalyse 2010. Lotus Bakeries Ratioanalyse 21 Lotus Bakeries Kerncijfers Eigen vermogen 39.42.233, 41.138.39, 31.919.68, 27.23.119, 27.78.737, 4 4 3 3 2 2 1 1 Berekening: 1/1 Omzet 138.119.71, 141.838.84, 146.339.94, 123.196.137, 114.962.163,

Nadere informatie

Financiële overzichten. Geconsolideerde tussentijdse cijfers voor het derde kwartaal 2015

Financiële overzichten. Geconsolideerde tussentijdse cijfers voor het derde kwartaal 2015 Financiële overzichten Geconsolideerde tussentijdse cijfers voor het derde kwartaal 2015 Geconsolideerde resultatenrekening en overzicht van het totaalresultaat (niet-geauditeerd) Geconsolideerde resultatenrekening

Nadere informatie

Voorwaarde voor het berekenen van de ratio De noemer moet positief zijn 70/74 > 0 70/74 > 0

Voorwaarde voor het berekenen van de ratio De noemer moet positief zijn 70/74 > 0 70/74 > 0 5.3.6 Definitie van de ratio's voor verenigingen en stichtingen Codes die voorkomen in het A. EXPLOITATIE 1. BRUTOMARGE OP BEDRIJFSOPBRENGSTEN (%) De noemer moet positief zijn 70/74 > 0 70/74 > 0 Bedrijfswinst

Nadere informatie

Sterke groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 9% zorgt voor toename Ebitda met 12%

Sterke groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 9% zorgt voor toename Ebitda met 12% Sterke groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 9% zorgt voor toename Ebitda met 12% Extra netto resultaat van 40 miljoen door verkoop joint venture Airolux Kerncijfers eerste halfjaar

Nadere informatie

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation 2009-2010

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation 2009-2010 TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation 2009-2010 CiTG, minor Mining and Resource Engineering Economie college 1: Grip op Geldstromen Dr.ir. Gerard P.J. Dijkema Energy & Industry Group December

Nadere informatie

1. BALANS NA WINSTVERDELING. Codes 20/28 22/27 22 23 24 25 26 27 29/58 40/41 50/53 54/58

1. BALANS NA WINSTVERDELING. Codes 20/28 22/27 22 23 24 25 26 27 29/58 40/41 50/53 54/58 VKT2. 1. BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 3.591,29 I. Oprichtingskosten... 20 3.591,29 II. Immateriële vaste activa (toel. I,A)... 21 III. IV. Materiële vaste activa (toel. I,B)... A.

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: VLAAMS AGENTSCHAP VOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP Intern Verzelfstandigd Agentschap met Rechtspersoonlijkheid Adres: Zenithgebouw, Koning Albert II-laan Nr: 37 Bus:

Nadere informatie

Geconsolideerde jaarrekening

Geconsolideerde jaarrekening Geconsolideerde jaarrekening GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING DECEUNINCK (PERIODE VAN 1 JANUARI 2009 TOT 31 DECEMBER 2009 EN 1 JANUARI 2008 TOT 31 DECEMBER 2008) GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING DECEUNINCK

Nadere informatie

Kenmerkende gegevens DE 1. Ondernemingsdossier BE 0999.999.999 Brussel, 31 mei 2013. Balanscentrale. Ondernemingsnummer 0999.999.

Kenmerkende gegevens DE 1. Ondernemingsdossier BE 0999.999.999 Brussel, 31 mei 2013. Balanscentrale. Ondernemingsnummer 0999.999. Balanscentrale de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 30 01 Fax + 32 2 221 32 66 helpdesk.ba@nbb.be www.nbb.be ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel Ondernemingsdossier BE 0999.999.999

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO 20 27/10/2015 BE 0471.522.641 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. D. 15654.00593 VKT 1.1 JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: 'T SMOSKE TIELT Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Adres:

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen BALANS ACTIVA huidig jaar vorig jaar VASTE ACTIVA 34.132.531 32.724.128 Immateriële vaste activa (+) 1.025.732 1.103.982 Materiële vaste activa 28.706.568 27.209.152

Nadere informatie

Hfst 6 : Solvabiliteit

Hfst 6 : Solvabiliteit Hfst 6 : Solvabiliteit De financiële draagkracht op LT wordt bekeken. Belangrijk voor de relatie tussen een onderneming en haar financiële instelling(en). 3 aspecten van solvabiliteit: 1. Statische solvabiliteit:

Nadere informatie

2009-03-24 DISTRIGAZ SA/NV 0476.201.605. Juridische status : Actief. Juridische vorm : SA/NV RUE DE L'INDUSTRIE 10 1000 - BRUXELLES

2009-03-24 DISTRIGAZ SA/NV 0476.201.605. Juridische status : Actief. Juridische vorm : SA/NV RUE DE L'INDUSTRIE 10 1000 - BRUXELLES DISTRIGAZ SA/NV 0476.201.605 Juridische status : Actief Juridische vorm : SA/NV RUE DE L'INDUSTRIE 10 1000 - BRUXELLES NACE code : 35220 - Distributie van gasvormige brandstoffen via leidingen Het bedrijf

Nadere informatie

Financiële overzichten. Geconsolideerde halfjaarcijfers voor de eerste helft van 2015

Financiële overzichten. Geconsolideerde halfjaarcijfers voor de eerste helft van 2015 Financiële overzichten Geconsolideerde halfjaarcijfers voor de eerste helft van 2015 Geconsolideerde resultatenrekening en overzicht van het totaalresultaat (niet-geauditeerd) Geconsolideerde resultatenrekening

Nadere informatie

HERWERKTE SAMENGEVATTE GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN OVER HET EERSTE SEMESTER VAN HET BOEKJAAR 2005/2006, EINDIGEND OP 30 SEPTEMBER 2005

HERWERKTE SAMENGEVATTE GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN OVER HET EERSTE SEMESTER VAN HET BOEKJAAR 2005/2006, EINDIGEND OP 30 SEPTEMBER 2005 Halle, 11 december 2006 HERWERKTE SAMENGEVATTE GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN OVER HET EERSTE SEMESTER VAN HET BOEKJAAR 2005/2006, EINDIGEND OP 30 SEPTEMBER 2005 In vergelijking met voorheen (op 19

Nadere informatie

JAARREKENING EN ANDERE OVEREENKOMSTIG HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN

JAARREKENING EN ANDERE OVEREENKOMSTIG HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN 20 31/08/2017 BE 0832.375.509 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. D. 17568.00080 VKT 1.1 JAARREKENING EN ANDERE OVEREENKOMSTIG HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN IDENTIFICATIEGEGEVENS

Nadere informatie

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam INHOUDSOPGAVE Pagina Accountantsrapportage 3 Voorwoord 4 Resultaten 5 Financiële positie 7 Ondertekening van de accountantsrapportage 9 Jaarstukken 2008 Jaarrekening

Nadere informatie

Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing

Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing Nr. I 0454.423.323 I VOL-VZW 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA Toel. Codes Boekjaar Vorig boekjaar VASTE ACTIVA....... 20/28 467.243,35 526.129,30 Oprichtingskosten.......................

Nadere informatie

Handleiding budgettering

Handleiding budgettering Handleiding budgettering A. Algemene opmerkingen Bij het budgetteren komen zeer veel berekeningen voor, wat dus een grote kans op rekenfouten met zich meebrengt. Bovendien bestaat de kans dat die rekenfouten

Nadere informatie

Netto-omzet Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten Brutowinst Overige bedrijfsopbrengsten

Netto-omzet Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten Brutowinst Overige bedrijfsopbrengsten GECONSOLIDEERDE WINST-EN-VERLIESREKENING Netto-omzet 23.798 18.135 Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten -2.697-2.050 Brutowinst 21.101 16.085 Overige bedrijfsopbrengsten 432 365 Brutomarge 21.533

Nadere informatie

Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17.

Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17. Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17.0%) Kerncijfers 1H 2018 ten opzichte van 1H 2017 Mio 1H 2018

Nadere informatie

Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn

Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn BALANS ACTIVA huidig jaar vorig jaar VASTE ACTIVA 1.300.921.490 1.252.025.212 Oprichtingskosten (+) 0 931.131 Immateriële vaste activa (+) 3.178.727 753.035 Materiële

Nadere informatie

E TE XCO HAL FJA AR R E SU LTATE N 2016

E TE XCO HAL FJA AR R E SU LTATE N 2016 E TE XCO HAL FJA AR R E SU LTATE N 2016 BALANS VOL 2.1 ACTIVA VASTE ACTIVA Oprichtingkosten 20 I Immateriële vaste activa 21 Materiële vaste activa A. Terreinen en gebouwen B. Installaties, machines en

Nadere informatie

Toelichting 3. TOELICHTING

Toelichting 3. TOELICHTING 70 3. TOELICHTING III. STAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA (post 22 tot 27 van de activa) codes terreinen installaties, meubilair leasing en overige activa in aanen gebouwen machines en en rollend soortgelijke

Nadere informatie

Aurington. Administratie en Advies

Aurington. Administratie en Advies Aurington Administratie en Advies Let op de houdbaarheidsdatum! Mei 5 Pincode 6 7 8 Boetes Dit jaar Deze maand De balans Tandorine B.V. Debet Activa Bezittingen Wat heb ik? Credit Passiva Vermogen Hoe

Nadere informatie

Hoeveel geld zit er in de bedrijfsvoering?

Hoeveel geld zit er in de bedrijfsvoering? Hoeveel geld zit er in de bedrijfsvoering? Een simpele vraag met een simpel en nuttig antwoord. Deze vraag is de eerste stap bij het opstellen van kristalheldere financiële overzichten. Hoeveel geld zit

Nadere informatie

Extra uitleg bij berekeningen budgettering

Extra uitleg bij berekeningen budgettering Extra uitleg bij berekeningen budgettering A. Algemene opmerkingen Bij het budgetteren komen zeer veel berekeningen voor, wat dus een grote kans op rekenfouten met zich meebrengt. Bovendien bestaat de

Nadere informatie

Nota. Jaarrekening 2014 Balans en resultatenrekening per 31/12/2014

Nota. Jaarrekening 2014 Balans en resultatenrekening per 31/12/2014 Nota RBR auteur a 66 55 dossier 20150331_financieelverslag bestand 31 maart 2015 Datu m Jaarrekening 2014 Balans en resultatenrekening per 31/12/2014 1 Situering Door de invoering van de programmawet van

Nadere informatie

Voor het bedrijf. Climasoft nv. Vertegenwoordigd door Dirk Maartens. Financiële planningen. van januari 2010 tot december 2012

Voor het bedrijf. Climasoft nv. Vertegenwoordigd door Dirk Maartens. Financiële planningen. van januari 2010 tot december 2012 Financieel plan Voor het bedrijf Vertegenwoordigd door Dirk Maartens Financiële planningen van januari 2010 tot december 2012 Studie gerealiseerd op 10 januari 2010 door De Heer Deckers op basis van de

Nadere informatie

De huidige OCMW-beleidsinstrumenten. II.1. De financiële registratie in functie van de jaarrekening

De huidige OCMW-beleidsinstrumenten. II.1. De financiële registratie in functie van de jaarrekening Lokaal Financieel Management Praktijkgids INHOUDSOPGAVE I. Wegwijzer Woord vooraf 1 II. II.1. De financiële registratie in functie van de jaarrekening Inleiding 1 II.1.1. Het actief 1. De balans vaste

Nadere informatie

Omzet 293,7 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde (*1) 74,5 miljoen (+3%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) (*1) 40,2 miljoen (+4%)

Omzet 293,7 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde (*1) 74,5 miljoen (+3%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) (*1) 40,2 miljoen (+4%) Groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 6% zorgt voor toename Ebitda met 4.4% Extra netto resultaat van 40 miljoen door verkoop joint venture Airolux Kerncijfers 2016 ten opzichte

Nadere informatie

Circulaire NBB_2013_XX - Bijlage 1

Circulaire NBB_2013_XX - Bijlage 1 Prudentieel beleid en financiële stabiliteit de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 38 12 Fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Circulaire NBB_2013_XX

Nadere informatie

VERSLAG. van het Rekenhof. over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv

VERSLAG. van het Rekenhof. over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv Stuk 37-K (2007-2008) Nr. 1 Zitting 2007-2008 8 augustus 2008 VERSLAG van het Rekenhof over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv 4596 REK Stuk 37-K (2007-2008) Nr. 1 2 3 Stuk 37-K (2007-2008)

Nadere informatie

Interne jaarrekening - Uitgebreid verslag (Vennootschap)

Interne jaarrekening - Uitgebreid verslag (Vennootschap) donderdag 21 maart 2019 14:22 Bedrijf: 2 - DE LANDGENOTEN CVBA Pagina 1 van 10 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN (toelichting 6.1) 20 131,89 531,89 200000 - Kost oprichting en kapitaalverhoging

Nadere informatie

EIGEN VERMOGEN, VOORZIENINGEN VOOR RISICO'S EN KOSTEN, SCHULDEN OP MEER DAN EEN JAAR

EIGEN VERMOGEN, VOORZIENINGEN VOOR RISICO'S EN KOSTEN, SCHULDEN OP MEER DAN EEN JAAR naam :... M.A.R. Uittreksel uit de minimumindeling van het algemeen rekeningenstelsel KLASSE 1 : EIGEN VERMOGEN, VOORZIENINGEN VOOR RISICO'S EN KOSTEN, SCHULDEN OP MEER DAN EEN JAAR 10 Kapitaal 100 Geplaatst

Nadere informatie

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro)

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro) Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro) Q1 2019 Q1 2018 Opbrengsten 538 549 Kostprijs van verkopen (363) (371) Brutowinst 175 178 Verkoopkosten (79) (80) Algemene beheerskosten (44)

Nadere informatie

BEDRIJFSWETENSCHAPPEN. 2. De investeringsbeslissing en de verantwoording ervan

BEDRIJFSWETENSCHAPPEN. 2. De investeringsbeslissing en de verantwoording ervan BEDRIJFSWETENSCHAPPEN Hoofdstuk 2: INVESTERINGSANALYSE 1. Toepasbare beoordelingsmethodes 1.1. Pay-back 1.2. Return on investment 1.3. Internal rate of return 1.4. Net present value 2. De investeringsbeslissing

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen BALANS huidig jaar vorig jaar ACTIVA VASTE ACTIVA 32.734.686 32.984.388 Immateriële vaste activa (+) 1.150.385 1.437.882 Materiële vaste activa 25.293.956 25.256.129

Nadere informatie

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40%

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40% Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40% Toegenomen verlies Airolux Verder verhoging dividend Kerncijfers

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW)

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) BALANS huidig jaar vorig jaar ACTIVA VASTE ACTIVA 32.984.388 32.741.818 Immateriële vaste activa (+) 1.437.882 809.387 Materiële vaste activa 25.256.129 25.642.116

Nadere informatie

Stichting Hope of the Nations M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen

Stichting Hope of the Nations M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen INHOUDSOPGAVE Pagina Rapportage 3 Voorwoord 4 Resultaten 5 Financiële positie 7 Jaarstukken 2011 Jaarrekening 9 Balans per 31 december 2011 10 Winst-en-verliesrekening

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening BALANS ACTIVA huidig jaar vorig jaar VASTE ACTIVA 1.673.182.287 1.383.516.053 Immateriële vaste activa (+) 6.581.818 8.060.492 Materiële vaste activa 1.656.072.040

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Pelicano Stichting van openbaar nut Adres: Congresstraat Nr: 35 Bus: Postnummer: 1000 Gemeente: Brussel Land: België Rechtspersonenregister(RPR)- Rechtbank van Koophandel

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO 20 30/11/2015 BE 0462.537.075 11 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. D. 15679.00182 VKT 1.1 JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: DE LILLE Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Adres: Kwadenbulk

Nadere informatie

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

Geconsolideerde winst- en verliesrekening Geconsolideerde winst- en verliesrekening Netto-omzet 265,0 274,3 Kosten van grond- en hulpstoffen -159,3-164,6 Mutatie voorraad halffabrikaten en gereed product 0,0-0,5 Brutomarge 105,7 109,2 Overige

Nadere informatie

Minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel

Minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel Minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel Cf. KB van 19 december 2003 & KB van 18 december 2012 1 1. EIGEN VERMOGEN, VOORZIENINGEN VOOR RISICO S EN KOSTEN EN SCHULDEN OP MEER DAN ÉÉN JAAR 10 Fondsen

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW)

Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW) Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW) BALANS huidig jaar vorig jaar ACTIVA VASTE ACTIVA 1.358.350.586 1.262.170.071 Immateriële vaste activa (+) 9.983.612 8.275.185 Materiële vaste activa 1.348.350.351

Nadere informatie

Geconsolideerde jaarrekening

Geconsolideerde jaarrekening Geconsolideerde jaarrekening GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING EN TOTAALRESULTAAT VOOR DE JAREN BEËINDIGD OP 31 DECEMBER Geconsolideerde resultatenrekening (in duizenden, uitgezonderd aandelen en gegevens

Nadere informatie

Interne jaarrekening - Uitgebreid verslag (Vereniging)

Interne jaarrekening - Uitgebreid verslag (Vereniging) dinsdag 26 februari 2019 11:50 Bedrijf: 86 - Hippische Regionale van Oost Vlaanderen Pagina 1 van 8 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA 20/28 4 305,95 2 685,31 Oprichtingskosten (toelichting 4.1)

Nadere informatie

Hindu Swayamsevak Sangh. Financieel Jaarverslag 2012

Hindu Swayamsevak Sangh. Financieel Jaarverslag 2012 Hindu Swayamsevak Sangh Financieel Jaarverslag 2012 Inhoudsopgave Balans per 31 december... 2 Resultatenrekening 2010... 6 Waarderingsgrondslag... 9 ~ 1 ~ Balans per 31 december Activa Passiva Vaste activa

Nadere informatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9 HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Het kasstroomoverzicht wordt gemaakt om inzicht te verschaffen in de dynamische liquiditeit van de onderneming. Oftewel de liquiditeit gedurende het boekjaar. Zoals u inmiddels

Nadere informatie

Totaal NMBS. I. Bedrijfsopbrengsten 2.328,5 88, ,3 359,5

Totaal NMBS. I. Bedrijfsopbrengsten 2.328,5 88, ,3 359,5 Aanpassingen jaarrekening NMBS 2013 Punt 2.3. Resultaten per activiteitensector en Punt 2.4. Balans per activiteitensector van het jaarverslag (p. 10-11) werden aangepast. De aanpassing bestond erin de

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Pelicano Stichting van openbaar nut Adres: Rue du Congrès Nr: 35 Bus: Postnummer: 1000 Gemeente: Brussel Land: België Rechtspersonenregister(RPR)- Rechtbank van Koophandel

Nadere informatie

Module 4 Inzicht in cijfers

Module 4 Inzicht in cijfers Geleerd in vorige presentaties Module 4 Inzicht in cijfers Les 3. Begrijp de balans en stuur op kengetallen 1. Winst- en verliesrekening 2. Balans 3. Kasstroomoverzicht 4. Winst en belasting Les 3 Maak

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO 20 21/01/2015 BE 0449.054.471 11 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. D. 15019.00586 VKT 1.1 JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: ERDA KOMADA Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Adres:

Nadere informatie

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen BALANS ACTIVA huidig jaar vorig jaar VASTE ACTIVA 32.724.128 32.734.686 Immateriële vaste activa (+) 1.103.982 1.150.385 Materiële vaste activa 27.209.152 25.293.956

Nadere informatie

Netto-omzet Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten Brutowinst Overige bedrijfsopbrengsten

Netto-omzet Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten Brutowinst Overige bedrijfsopbrengsten GECONSOLIDEERDE WINST-EN-VERLIESREKENING (in duizenden euro s) 1 e halfjaar 2017/2018 1 e halfjaar 2016/2017 Netto-omzet 18.135 19.345 Inkoopwaarde van verkochte goederen/diensten -2.050-2.187 Brutowinst

Nadere informatie

Jaarverslag over 2014

Jaarverslag over 2014 Woontij Projecten B.V. Jaarverslag over 2014 18 maart 2015 INHOUDSOPGAVE 1 JAARVERSLAG VAN HET BESTUUR 1. Algemene gegevens 2 2. Van het bestuur 3 2 JAARREKENING 2014 1. Balans 4 2. Winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Omzet 148,6 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde 37,2 miljoen (+10%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) 20,2 miljoen (+12%)

Omzet 148,6 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde 37,2 miljoen (+10%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) 20,2 miljoen (+12%) Hogere volumes zorgen voor stijging toegevoegde waarde en ebitda met meer dan 10% Resultaat Resilux na belasting stijgt met meer dan 25% Resultaat JV Airolux blijft voorlopig nog negatief Kerncijfers eerste

Nadere informatie

Omzet in jaar 5 Jaaromzet , , , , ,00 Variabele kosten , , , , ,00

Omzet in jaar 5 Jaaromzet , , , , ,00 Variabele kosten , , , , ,00 Financieel plan Naam: Adres: Telefoon: Email: michiel decavel bieststraat, 86, 86 8560 WEVELGEM decavele@hotmail.com Overzicht van de omzet Overzicht totale omzet Jaaromzet 187 500,00 187 500,00 187 500,00

Nadere informatie

JAARREKENING IN EURO

JAARREKENING IN EURO JAARREKENING IN EURO Naam: Rechtsvorm: Garantiefonds voor Huisvesting Vlaamse Openbare Instelling type A Adres: Koloniënstraat Nr: 40 Bus: Postnummer: 1000 Gemeente: Brussel Land: België Rechtspersonenregister

Nadere informatie