HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM. Adviesrapport. Implementatie in de beroepspraktijk Chronische spanningshoofdpijn

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM. Adviesrapport. Implementatie in de beroepspraktijk Chronische spanningshoofdpijn 07-06-2013"

Transcriptie

1 HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM Adviesrapport Implementatie in de beroepspraktijk Chronische spanningshoofdpijn Studenten Coach Opdrachtgever Stephanie Hak Renee Pastoors Gregory Sprenger Donne Lek Datum Opleiding Amsterdam, juni 2013, Hogeschool van Amsterdam. Project: Beroepsopdracht. Samenvatting: Implementatie en afstemming van gedragsmatige aanpak bij patiënten met chronische spanningshoofdpijn, tussen de paramedische disciplines onderling en naar de patiënt toe, in de beroepspraktijk.

2 In opdracht van Opdrachtgever Hogeschool van Amsterdam Opleiding Bacheloropleiding Fysiotherapie, Amsterdam School of Health Professions, Hogeschool van Amsterdam Bron logo voorzijde: Eigen ontwerp Trefwoorden: Adviesrapport, chronische spanningshoofdpijn 2013 Hogeschool van Amsterdam Uitgegeven in eigen beheer Alle rechten voorbehouden. 1

3 Inhoudsopgave Voorwoord...4 Inleiding...5 Level van evidence...8 Hoofdstuk Beschrijving typen hoofdpijn...9 Migraine...9 Spanningshoofdpijn Clusterhoofdpijn Hoofdstuk Verklaringen van de (para)medische disciplines over de ontstaanswijze van chronische spanningshoofdpijn Huisarts Fysiotherapeut Psycholoog Biopsychosociaal model Hoofdstuk Beschrijving diagnostiek voor patiënten met chronische spanningshoofdpijn door de huisarts, fysiotherapeut en psycholoog Diagnostiek huisarts Diagnostiek fysiotherapeut Diagnostiek psycholoog Hoofdstuk Toepasbare gedragsmatige behandelmethoden per (para)medische discipline voor patiënten met chronische spanningshoofdpijn Huisarts Fysiotherapeut Psycholoog Benadering voor alle disciplines Overeenkomende interventies Hoofdstuk Communicatie binnen de praktijk Multidisciplinair overleg

4 5.2 Elektronisch patiënten dossier Anamnese kaart Andere vormen van communicatie Kwaliteit en efficiëntie meting Hoofdstuk Communicatie naar de patiënt toe Algemene benaderingswijze Benaderingswijze per gedragsmatige interventie Non-verbaal Hoofdstuk Aanbevelingen van de werkgroep Literatuurlijst Verantwoording Discussie Methode Bijlage 14DKL Bijlage 2 VAS Bijlage 3 PSK Bijlage 4 HIT Bijlage 5 PDI Bijlage 6 Stroomdiagram

5 Voorwoord Het adviesrapport wat voor u ligt is geschreven door Stephanie Hak en Renee Pastoors, derde jaar studentes aan de opleiding fysiotherapie te Amsterdam. Van de Hogeschool van Amsterdam hebben wij de opdracht ontvangen om een beroepsopdracht te ontwikkelen, hieruit is dit adviesrapport ontstaan. De opdracht tot het onderwerp van dit adviesrapport hebben wij, in overleg, ontvangen van Dhr. D. Lek. Wij willen onze opdrachtgever hartelijk danken voor de opdracht en voor de prettige samenwerking. Tijdens dit project zijn wij begeleid door Dhr. G. Sprenger, wekelijks hebben wij tijdens deze periode een afspraak gemaakt. Wij willen Dhr. G. Sprenger hartelijk danken voor de prettige bijeenkomsten, snelle reacties en duidelijke feedback. Dit heeft het adviesrapport naar een hoger niveau getild. Amsterdam, 06 juni 2013 Stephanie Hak Renee Pastoors 4

6 Inleiding Vanuit de opleiding fysiotherapie hebben wij de taak gekregen om een beroepsopdracht te schrijven. Tijdens een beroepsopdracht wordt een relevant vraagstuk vanuit de fysiotherapie beantwoord. Onze beroepsopdracht draagt naast het beroep fysiotherapie ook bij aan andere disciplines. Dit komt doordat wij ons bij deze beroepsopdracht richten op een multidisciplinaire aanpak van een specifiek probleem, namelijk chronische spanningshoofdpijn. In het rapport dat is opgesteld worden de disciplines huisarts, fysiotherapeut en psycholoog genoemd omdat deze door de opdrachtgever zijn aangegeven. Het doel van de beroepsopdracht is om dit beroepsvraagstuk methodisch en systematisch te analyseren, door de uitkomsten te presenteren en te verantwoorden. Zo bewijzen wij dat de competenties van het beroepsprofiel voor de fysiotherapeut voldoende ontwikkeld zijn. Daarnaast kunnen wij onszelf op verschillende competentieniveaus profileren binnen deze opdracht Verduidelijking opdracht Alvorens wij aan deze beroepsopdracht begonnen zijn, hebben wij research gedaan naar eventueel aanwezige richtlijnen en behandelprotocollen m.b.t. het onderzoek en behandeling van patiënten met chronische spanningshoofdpijn. Dit hebben wij gedaan om ons product een toegevoegde waarde te kunnen geven in de beroepspraktijk en zodat wij het onderwerp duidelijk af kunnen bakenen. Gedurende één week hebben wij research gedaan naar eventueel bestaande richtlijnen en behandelprotocollen. In deze eerste week hebben wij twee richtlijnen en één samenvattingskaart gevonden. Hier zal nu kort op worden ingegaan. De richtlijnen diagnostiek en behandeling van recidiverende hoofdpijn zonder neurologische afwijkingen, van de Nederlandse vereniging voor neurologie uit het jaar 2007 geeft informatie over de diagnose, de niet-medicamenteuze en de medicamenteuze behandeling van patiënten met spanningshoofdpijn. In de richtlijn wordt niet geadviseerd welke onderzoeken en behandelingen gebruikt dient te worden. In deze richtlijn wordt verder niet benoemd welke disciplines de genoemde onderzoeken en behandelingen uit zouden moeten voeren en hoe disciplines samen kunnen werken in de beroepspraktijk 1. De concept richtlijn Hoofdpijn, ontwikkeld door studenten aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA) uit het jaar 2010 geeft informatie over het fysiotherapeutisch onderzoek en behandeling van patiënten met spanningshoofdpijn. Dit concept richtlijn trekt conclusies uit de onderzochte literatuur en geeft een indicatie over bruikbare meetinstrumenten, onderzoeken en behandelmogelijkheden. Deze richtlijn geeft geen informatie over andere disciplines of over de samenwerking tussen de verschillende disciplines 2. Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) heeft een Hoofdpijn samenvattingskaart ontwikkeld, welke is herzien in het jaar In deze samenvattingskaart wordt beschreven welke onderzoeken en behandelingen de huisartsen uit kunnen voeren. Tevens wordt er beschreven hoe de huisarts de diagnose spanningshoofdpijn kan stellen 3. Na het vinden van deze informatie, heeft een overleg plaatsgevonden met de opdrachtgever om de beroepsopdracht een toegevoegde waarde te geven voor de beroepspraktijk. Wij richten ons op de afstemming van de communicatie op het gebied van een gedragsmatige aanpak voor patiënten met 5

7 chronische spanningshoofdpijn, tussen de paramedische disciplines en naar de patiënt toe. Hierbij zoeken wij uit hoe de informatie uit de richtlijnen in de praktijk geïmplementeerd kan worden. Maatschappelijk belang Hoofdpijn is een van de meest voorkomende en herkenbare klachten van patiënten. Naar schatting zijn meer dan vier miljoen mensen in Nederland bekend met hoofdpijnklachten, ongeacht of dit eenmalig, episodisch of chronisch is. Toch gaat maar 90-95% van de mensen naar de huisarts met hoofdpijnklachten. De twee meest voorkomende vormen van hoofdpijn zijn spanningshoofdpijn en migraine. De jaarprevalentie van spanningshoofdpijn in het algemeen komt neer op 63% van de algemene bevolking en neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Jaarlijks komen 10 op de patiënten met spanningshoofdpijn naar een huisartsenpraktijk, hierbij is geen onderscheidt gemaakt tussen de verschillende typen spanningshoofdpijn. 4 In Nederland is hoofdpijn een onderschat probleem, dat geld voor de maatschappij maar ook voor de omgeving van iemand met hoofdpijn. Binnen de medische zorg worden veel kosten gemaakt aan patiënten met hoofdpijn, denk bijvoorbeeld aan medicatie, het bezoeken van een huisarts, het werk voor assistenten en apothekers etc. Maar ook aan ziekteverzuim op het werk gaan miljoenen werkdagen verloren. Naast het afzeggen van werkdagen door hoofdpijnklachten heeft dit ook invloed op de productiviteit van iemand op het werk. Mensen kunnen zich moeilijk concentreren en zijn daarom minder effectief dan voor de hoofdpijnklachten. De economische schade is moeilijk in te schatten, er zijn uitlopende schattingen van 0,5-1 miljard euro per jaar in Nederland. 5 Daarnaast heeft de omgeving van iemand met hoofdpijn te maken met de gevolgen hiervan. Denk aan een partner die meer taken op zich zal nemen, zoals de zorg voor kinderen, huishouden en eigen productiviteit op het werk. Alles bij elkaar gezien is hoofdpijn een groot probleem binnen Nederland, zowel op economisch als maatschappelijk en persoonlijk gebied, en komen veel mensen hier mee in aanraking. Je zou kunnen concluderen dat het van algemeen belang is om de zorg voor mensen met hoofdpijn zo effectief en duurzaam mogelijk te maken. Achtergrondinformatie; Probleemstelling Op het moment is er in de praktijk van onze opdrachtgever geen rode draad aanwezig betreffende de paramedische behandeling van patiënten met chronische spanningshoofdpijn. Het is van belang om van de betrokken disciplines te weten wat hun definitie is van spanningshoofdpijn en hoe dat binnen hun beroepsgroep wordt behandeld om een goede samenwerking te kunnen genereren. Wij hebben een algemeen advies rapport geschreven, dit was de wens van onze opdracht gever. Voor dit adviesrapport hebben wij gekozen voor een patiëntengroep tussen de 30 en 50 jaar met chronische spanningshoofdpijn. Wij hebben voor deze groep gekozen omdat dit de meest voorkomende soort hoofdpijn is bij de bevolking (63%) en af neemt bij het toenemen van de leeftijd. De jaar prevalentie van spanningshoofdpijn in de huisartsenpraktijk is 10 per 1000 patiënten 6. Vraagstelling: De vraagstelling die is gebruikt voor deze beroepsopdracht luidt als volgt: Hoe kan de afstemming van communicatie op het gebied van een gedragsmatige aanpak voor patiënten met chronische spanningshoofdpijn, tussen de paramedische disciplines onderling en naar de patiënt toe, in de praktijk geïmplementeerd worden vanuit de conceptrichtlijn Hoofdpijn 2010? Met communicatie wordt bedoeld: de manier en afstemming van de communicatie tussen de disciplines onderling en naar de patiënt toe. 6

8 Met een gedragsmatige aanpak wordt bedoeld: een behandelmethode waarbij ervan wordt uitgegaan dat de op te heffen stoornissen zijn veroorzaakt door verkeerd verlopen leerprocessen, die via opnieuw leren moeten worden gecorrigeerd. Hierbij moet een beroep worden gedaan op therapie die zich richt op gedragspatronen als zodanig in plaats van op onbewuste processen, gedragsmodificatie. 7 Bij een gedragsmatige aanpak richt een gedragstherapeut zich op problematisch gedrag in plaats van op innerlijke gedachten of emoties. Ze onderzoeken hoe deze gedragingen zijn aangeleerd en belangrijker hoe de patiënt ze kan afleren en vervangen door effectievere gedragspatronen. 8 Spanningshoofdpijn is hoofdpijn die ontstaat door myofasciale afwijkingen vanuit hoogcervicaal-, nek- en/of schoudermusculatuur die referred pain geven naar het hoofd toe en die veroorzaakt of onderhouden worden door spanningen, vermoeidheid of verkeerde houding. De literatuur 9,10,11 is tot verschillende definities gekomen en wij hebben hieruit de bovenstaande samenvattende conclusie getrokken. Implementeren houd in: een (nieuw) beleid invoeren en in gebruik nemen, tot uitvoering brengen. 12 Opbouw van het rapport Allereerst wordt beschreven hoe wij de level of evidence hebben geïnterpreteerd en gebruikt. Hierna wordt ingegaan op de meest voorkomende typen hoofdpijn en hun diagnostische factoren, tevens wordt beschreven welke definities de disciplines aan de term chronische spanningshoofdpijn geven. Daarna wordt de diagnostiek en behandeling van de al eerder genoemde disciplines beschreven. De communicatie tussen de disciplines en naar de patiënt toe wordt als laatste hoofdstukken weergeven. Na deze hoofdstukken worden de aanbevelingen die de werkgroep heeft gedaan nogmaals samengevat in een overzichtelijk hoofdstuk. De literatuurlijst, verantwoording, discussie en methode zijn hierna weergeven. In combinatie met alle hoofdstukken is een stroomdiagram ontwikkeld die te gebruiken is voor de verschillende disciplines. Door dit stroomdiagram wordt zichtbaar gemaakt wat de verschillende taken zijn van de disciplines en wanneer bepaalde acties ondernomen dienen te worden. 7

9 Level van evidence In het stuk Richtlijnen en systematische reviews 1 staat het level van evidence beschreven als een wetenschappelijk onderbouwde, landelijk geldende en vakinhoudelijke aanbeveling voor optimale zorg. Het moet zorgverleners kunnen ondersteunen bij het nemen van klinische beslissingen. Daarnaast moet het level van evidence bijdragen aan het hanteerbaar maken van (wetenschappelijke) informatie, het klinisch handelen meer kunnen baseren op wetenschappelijk bewijs, zorgen voor minder variatie tussen zorgverleners en een transparantere werkwijze bewerkstelligen. Het level van evidence is weergegeven in een schematisch overzicht waarin de mate van bewijskracht aangegeven wordt. Deze mate van bewijskracht is belangrijk voor het interpreteren van artikelen, studies en andere bronnen. Wanneer een artikel een level van evidence niveau A heeft is er daadwerkelijk iets aangetoond en kan men hier duidelijke en concrete aanbevelingen over uitspreken. Als een artikel beoordeeld is met een level van evidence niveau C, dan zijn alleen aanwijzingen gevonden en kan geen aanbeveling gedaan worden. In tabel 1 staat een schematisch overzicht van het level van evidence die afkomstig is uit Richtlijnen en systematische reviews 1. Hierin is te zien dat er vier groepen zijn waarin de mate van bewijskracht ingedeeld kan worden. Niveau A bestaat uit systematische reviews en vergelijkend onderzoek van goede kwaliteit. Niveau B bestaat uit vergelijkende studies van mindere kwaliteit. Niveau C wordt gevormd door niet vergelijkende studies, zoals kwalitatieve studies, maar ook klinimetrisch onderzoek. Niveau D omvat de meningen van experts. In deze gehele handleiding staan conclusies van de werkgroep weergegeven met het daarbij behorende level van evidence. Deze zijn gebaseerd op onderstaand tabel. Interventie A1 Systematisch review van ten minste 2 onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van A2 niveau. A2 Gerandomiseerd dubbelblind vergelijkend klinisch onderzoek van voldoende kwaliteit. Diagnostisch accuratesseonderzoek Onderzoek ten opzichte van een referentietest met tevoren gedefinieerde afkapwaarden en onafhankelijke beoordeling van de resultaten van de indextest en de referentietest, betreffende een voldoende grote serie van opeenvolgende patiënten die allen de index- en referentietest hebben gehad. Onderzoek ten opzichte van een referentietest, maar niet met alle kenmerken als genoemd onder A2. Schade, bijwerkingen, etiologie, prognose Prospectief cohortonderzoek van voldoende omvang en follow-up, waarbij adequaat gecontroleerd is voor confounding en selectieve follow-up voldoende is uitgesloten. B Vergelijkend onderzoek, Prospectief cohortmaar niet met alle onderzoek, maar niet met kenmerken als genoemd alle kenmerken als onder A2 (ook patiënt genoemd onder A2, of controle onderzoek, cohort- retrospectief cohortonderzoek). onderzoek of patiëntcontroleonderzoek. C Niet vergelijkend onderzoek D Mening van deskundigen Tabel 1: Level van evidence (mate van bewijskracht), afkomstig uit Richtlijnen en systematische reviews 1. 8

10 Hoofdstuk 1 Beschrijving typen hoofdpijn Het International Headache Society (IHS) 1 is een organisatie die The International Headache Classification (ICHD-2) heeft ontwikkeld. In de ICHD-2 worden de verschillende typen hoofdpijn beschreven, er wordt ingegaan op de klachten die aanwezig kunnen zijn en er zijn diagnostische voorwaarden opgesteld. Het wordt hierdoor mogelijk om de hoofdpijnklachten van de patiënt te evalueren en te diagnosticeren. Hieronder wordt ingegaan op de klachten en diagnostische voorwaarden per type hoofdpijn. Migraine Zonder aura Migraine zonder aura is een terugkerende hoofdpijn waarbij de aanvallen 4 tot 72 uur kunnen duren. De typische kenmerken van de hoofdpijn zijn de eenzijdige locatie, het pulserende gevoel welke een matige of ernstige intensiteit heeft. De intensiteit kan hoger worden doormiddel van fysieke activiteit tevens kan bij de patiënt misselijkheid optreden. De diagnostische voorwaarden voor migraine zonder aura ontwikkeld door het IHS 1 staan weergeven in tabel 1. Tabel 1 Diagnostische factoren migraine zonder aura (IHS, ) A Tenminste vijf aanvallen, die voldoen aan criteria B en D. B De aanvallen duren 4 tot 72 uur. ( onbehandeld of niet succesvol behandeld) C Hoofdpijn met tenminste twee van de volgende symptomen: unilaterale locatie; pulserend gevoel; matig of ernstig van intensiteit; Verergert bij het uitvoeren van normale dagelijkse activiteiten zoals lopen of traplopen. D Gedurende de hoofdpijn is tenminste één van deze symptomen aanwezig: Misselijkheid en/of overgeven; Overgevoeligheid voor licht of voor geluid, één van deze symptomen kan wel voorkomen maar niet gezamenlijk. E Niet toegeschreven aan een andere aandoening. Tabel 1: Overzicht diagnostische factoren, vrij vertaald uit ICHD-2, ontwikkeld door IHS(2004) Met aura Een aura is een kort durende aanval met neurologische verschijnselen en duren maximaal 60 minuten. Vaak ontwikkeld een aura zich vlak voordat de migraine aanval door de patiënt wordt waargenomen, de ontwikkeling van de migraine met aura is gelijk aan de ontwikkeling van de migraine zonder aura. De diagnostische voorwaarden voor migraine met aura ontwikkeld door het IHS 1 staan weergeven in tabel 2. Deze diagnostische voorwaarden zijn gekoppeld aan de diagnostische voorwaarden van migraine zonder aura. Tabel 2 Diagnostische factoren migraine met aura (IHS, ) A Tenminste twee aanvallen vervullen criteria B. B Migraine met aura vervullen criteria B en C met tenminste één van de symptomen. C Niet toegeschreven aan een andere aandoening. Tabel 2: Overzicht diagnostische factoren, vrij vertaald uit ICHD-2, ontwikkeld door IHS(2004) 9

11 Spanningshoofdpijn De hoofdpijn kan minuten tot dagen duren en wordt meestal bilateraal aangegeven. De pijn wordt als knellend beschreven en heeft een licht tot matige intensiteit. De hoofdpijn verergert niet bij fysieke activiteit, en misselijkheid ontstaat niet. Spanningshoofdpijn kan in twee vormen voorkomen, namelijk episodisch en chronisch. De werkgroep richt zich in deze handleiding tot chronische spanningshoofdpijn. In dit deel wordt het verschil tussen deze beide vormen van spanningshoofdpijn toegelicht. Het International Headache Society (IHS) 1 heeft een classificatie gemaakt voor spanningshoofdpijn. Deze classificatie is in de volgende vier groepen verdeeld, infrequente episodische spanningshoofdpijn, frequente episodische spanningshoofdpijn, chronische spanningshoofdpijn en waarschijnlijke spanningshoofdpijn. Binnen deze vier groepen kan onderscheid gemaakt worden tussen wel of geen aanwezigheid van pericraniale gevoeligheid. In tabel 3 staat de IHS-classificatie weergegeven. Tabel 3 Groepen Subgroepen Infrequente episodische spanningshoofdpijn 1. Geassocieerd met pericraniale gevoeligheid 2. Niet geassocieerd met pericraniale gevoeligheid Frequente episodische spanningshoofdpijn 1. Geassocieerd met pericraniale gevoeligheid 2. Niet geassocieerd met pericraniale gevoeligheid Chronische spanningshoofdpijn 1. Geassocieerd met pericraniale gevoeligheid 2. Niet geassocieerd met pericraniale gevoeligheid Waarschijnlijke spanningshoofdpijn Geen subgroep Tabel 3: Overzicht diagnostische factoren, vrij vertaald uit ICHD-2, ontwikkeld door IHS(2004) Om te bepalen wanneer sprake is van episodische of chronische hoofdpijn zal goed naar de diagnostische criteria gekeken moeten worden. Vooral de frequentie en de duur van de klachten zijn van belang om te bepalen van welke vorm van spanningshoofdpijn sprake is. In tabel 4 staat per vorm van spanningshoofdpijn weergegeven welke diagnostische criteria gericht op frequentie en tijdsduur daarbij hoort. Tabel 4 Groep Frequentie criteria Infrequente episodische spanningshoofdpijn Ten minste 10 episodes die <1 dag per maand gemiddeld plaatsvinden (<12 dagen per jaar) en voldoen aan criteria B-D Frequente episodische spanningshoofdpijn Ten minste 10 episodes die >1 maar <15 dagen per maand gedurende ten minste 3 maanden plaatsvinden (>12 en <180 dagen per jaar) en voldoen aan criteria B-D. Chronische spanningshoofdpijn Hoofdpijn die >15 dagen per maand gemiddeld plaatsvindt voor >3 maanden (>180 dagen per jaar) en voldoen aan criteria B-D. Waarschijnlijke spanningshoofdpijn Geen diagnostische criteria in IHS* weergegeven. Tabel 4: Overzicht diagnostische factoren, vrij vertaald uit ICHD-2, ontwikkeld door IHS(2004) 10

12 Voor infrequente en frequente episodische spanningshoofdpijn wordt met criteria B en D het volgende bedoeld: B. Hoofdpijn duurt van 30 minuten tot 7 dagen; D. Beide van de volgende symptomen: 1. Geen misselijkheid of braken (anorexie kunnen voorkomen); 2. Niet meer dan eenmalig last van fotofobie (lichtschuwheid) en fonofobie (overgevoeligheid angst, geluid, stemmen). Voor chronische spanningshoofdpijn worden de volgende criteria genoemd onder B en D: B. Hoofdpijn duurt uren of continu; D. Beide van de volgende symptomen: 1. Niet meer dan eenmalig last van fotofobie, fonofobie of lichte misselijkheid; 2. Noch matige of ernstige misselijkheid of braken. Clusterhoofdpijn Ernstige hoofdpijn aanvallen welke 15 tot 180 minuten duren, de pijn is strikt unilateraal. De aanvallen kunnen één tot acht maal per dag voorkomen en zijn gekoppeld aan één of meer van de volgende symptomen: tranende ogen, verstopte neus, lopende neus, zweet in het gezicht en oedeem van het ooglid. De meeste patiënten zijn tijdens een aanval rusteloos of snel geïriteerd. De diagnostische voorwaarden voor clusterhoofdpijn ontwikkeld door het IHS 1 staan weergeven in tabel 5. Tabel 5 Diagnostische factoren cluster hoofdpijn (IHS, ) A Tenminste vijf aanvallen voldoen aan criteria B en D. B Heftige tot zeer heftige orbitaal, supra orbitaal en/of temporale pijn de minuten aanhoud wanneer deze onbehandeld blijft. C De aanvallen gaan gepaard met minimaal één van de volgende verschijnselen: Ipsilateraal een rood en/of tranend oog; Ipsilateraal een verstopte neus of loopneus; Ipsilateraal oedeem van het ooglid; Ipsilateraal zweten van het voorhoofd en van het gezicht; Ipsilateraal een hangend ooglid of pupilvernauwing; Een gevoel van rusteloosheid en geïrriteerdheid. D De aanvallen komen frequent voor van één iedere dag tot acht aanvallen per dag. E Niet toegeschreven aan een andere aandoening. Tabel 5: Overzicht diagnostische factoren, vrij vertaald uit ICHD-2, ontwikkeld door IHS(2004) 11

13 Hoofdstuk 2 Verklaringen van de (para)medische disciplines over de ontstaanswijze van chronische spanningshoofdpijn. Inleiding Tot op heden is nog geen wetenschappelijk bewezen oorzaak gevonden voor het ontstaan van chronische spanningshoofdpijn. Alle mogelijk oorzaken die genoemd worden berusten op hypotheses. De verschillende (para)medische disciplines hebben andere verklaringen over het ontstaan en de gevolgen van chronische spanningshoofdpijn. Hieronder volgen een aantal hypotheses over spanningshoofdpijn vanuit literatuur. 1. Knuistingh Neven A. en Eekhof J.A.H. (2003) 1 geven in hun artikel aan dat spanningshoofdpijn en spierspanninghoofdpijn psychische spanningen suggereren en dat verhoogde spierspanning van nek- en schedelmusculatuur de belangrijkste oorzaken zijn. Hiervoor bestaat echter onvoldoende grond. Als mogelijke luxerende factoren worden overigens wel psychische spanningen, oververmoeidheid en een verkeerde houding genoemd. 2. In een gerenommeerd boek geven Buckley L.L. en Schub T. (2012) 2 de volgende Engelse verklaring. Tension-type headache (TTH; also called muscle contraction headache and stress headache) is the most common type of headache in adults and adolescents. The causes of TTH are not fully understood. TTH is believed to be associated with increased tension in the muscles of the face, neck, and scalp. 3. Fernandez-de-las-Penas C., Alonso-Blanco C., et al. (2006) 3 geven in hun artikel de volgende Engelstalige verklaring. TTH is considered to be the prototype of headache with myofascial tissues playing an important role. The pain from pericranial head, neck and shoulder muscles might be referred to the head, and be experienced as headache. The referred pain patterns from different myofascial trigger points in head and neck muscles, which produced pain, features that are usually found in subjects presenting with TTH. 4. Jochems A.A.F. en Joosten F.W.M.G. (2006) 4 geven in hun boek aan dat Tension Type hoofdpijn (TTH, spanning) is hoofdpijn door spierspasmen in nek en achterhoofd ten gevolge van psychische spanningen of cervicale artrose. Conclusie auteurs Een samenvattende conclusie die wij uit bovenstaande literatuur halen en aanhouden is: Chronische spanningshoofdpijn is hoofdpijn die ontstaat door myofasciale afwijkingen vanuit hoogcervicaal-, nek- en/of schoudermusculatuur die referred pain geven naar het hoofd toe en die veroorzaakt of onderhouden worden door spanningen, vermoeidheid of verkeerde houding. Het is van belang om te achterhalen hoe de disciplines spanningshoofdpijn verklaren zodat men van elkaar weet wat de gedachten en benaderingen hierover zijn. Op die manier kunnen de disciplines op één lijn komen. In het volgende deel worden de verschillende vormen van spanningshoofdpijn toegelicht en zijn de verklaringen van chronische spanningshoofdpijn per discipline uitgewerkt. Deze verklaringen zijn hypothesen en onvoldoende wetenschappelijk bewezen. Na elke discipline is de zoekmethode aangegeven om aan te tonen dat hier geen bewijs voor is gevonden. 12

14 2.1 Huisarts De richtlijn Nederlands Huisartsen Genootschap(NHG) 6 geeft de volgende definitie aan voor spanningshoofdpijn. Spanningshoofdpijn is een drukkende, knellende, meestal tweezijdige hoofdpijn zonder misselijkheid of braken. Men is meestal licht- of geluidsovergevoelig, de pijn is gering tot matig en verergert niet bij inspanning. Duur: minuten tot dagen. Dit geeft overigens niet weer wat de oorzaak van spanningshoofdpijn is. In het hoofdstuk Voorlichting van de richtlijn wordt weergegeven dat spanningshoofdpijn een verhoogde gevoeligheid is van de spieren van de schedel en de peesaanhechtingen. Waarbij een disbalans aanwezig is tussen belasting en belastbaarheid. In een medisch woordenboek 4 wordt verklaard dat spanningshoofdpijn veroorzaakt wordt door spierspasmen in de nek en het achterhoofd ten gevolge van psychische spanningen of cervicale artrose. Hierin geeft men aan dat een combinatie van lichamelijke problemen (spierspasmen) met psychische spanningen mogelijk de oorzaak van spanningshoofdpijn is. Bij zowel de NHG-richtlijn als in het medisch woordenboek wordt niet gedifferentieerd tussen episodische en chronische spanningshoofdpijn. Zoektermen: NHG richtlijn hoofdpijn, verklaring hoofdpijn huisarts, definitie hoofdpijn huisarts, spanningshoofdpijn huisarts, cause tension type headache. Geraadpleegde zoekmethoden: Jochems A.A.F., Joosten F.W.M.G. (2006) 4, hoofdpijn. 2.2 Fysiotherapeut De werkgroep heeft geen fysiotherapeutische verklaring kunnen vinden over de ontstaanswijze van chronische of episodische spanningshoofdpijn. Ook een zoekopdracht naar verklaringen van een manueel therapeut leverde geen resultaten op. Zoektermen: spanningshoofdpijn fysiotherapie, definitie spanningshoofdpijn, fysiotherapie bij spanningshoofdpijn, physiotherapy tension-type headache, manuele therapie hoofdpijn, CANSrichtlijn. Geraadpleegde zoekmethoden: Burken van P. (2010) 7, Egmond D.L., Schuitemaker R. (2009) 8, Psycholoog Een gangbare verklaring voor spanningshoofdpijn binnen de psychologie is stress. Stress kan worden beschreven als een (chronische) disbalans tussen het vermogen van de patiënt en de geleverde inspanning, vooral op psychologisch gebied. Psychologen delen de gedachten dat psychologische factoren, zoals stress, zelfbeeld, zelfwaardering, normen en waarden, een verband hebben bij het ontstaan van hoofdpijnklachten en het psychologisch functioneren van de patiënt. 9 In het boek van Schulkes J.A.R. 9 wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende vormen van spanningshoofdpijn, maar wordt de algemene term spanningshoofdpijn aangehouden. Zoektermen: spanningshoofdpijn psycholoog, psychologie en spanningshoofdpijn, psychologische verklaringen hoofdpijn. Geraadpleegde zoekmethoden: Zimbardo P.G., Johnson R.L. et al (2009) 10, Biopsychosociaal model Het biopsychosociaal model is een medisch model waarbij niet alleen biologische factoren zoals erfelijkheid, aanleg en ziekten aan bod komen. Ook wordt gekeken naar psychologische factoren, zoals onzekerheid en persoonlijkheid, evenals naar sociale factoren zoals emoties, werk- en 13

15 thuissituaties. In andere medische modellen komen deze factoren vaak niet voor maar deze hebben wel degelijk invloed op het ontstaan, het beloop en de beleving van de klachten. In het boek Burken van P. (2010) 7 staat beschreven dat wanneer men het biopsychosociaal model toepast dit een bredere kijk geeft op het gezondheidsprobleem en het de werkrelatie tussen therapeut en patiënt veranderd. Dit heeft positieve effecten op zowel de diagnostiek als de behandeling. De drie verschillende factoren zijn in het model allemaal met elkaar verweven, dat houdt in dat er nooit één of twee factoren een rol spelen maar dat zij allemaal in meer of mindere mate aanwezig zijn. In het boek Burken van P. (2010) 7 worden verschillende combinaties gegeven die daaruit voorkomen: Biologische psychologie, psychofysiologie, psychosomatiek; Sociale psychologie; Sociobiologie. In figuur 1 staat een schematisch overzicht weergegeven van de verschillende processen die komen kijken bij het biopsychosociaal model. Dit schema is afkomstig uit het boek Burken van P. (2010) 7 Het biopsychosociaal model is geen specifieke verklaring voor chronische spanningshoofdpijn of andere aandoeningen en klachten. Het is een verklaringswijze of benadering die op elke aandoening of klacht toegepast kan worden en omvat een manier van denken en interpreteren. Hierbij wordt gekeken naar alle factoren die een rol kunnen spelen bij het probleem van de patiënt, in plaats van alleen naar de biomedische aspecten. Dit model kan zowel door de huisarts als door de fysiotherapeut en de psycholoog gebruikt worden. Figuur 1: schematisch overzicht van het biopsychosociaal model, afkomstig uit het boek Burken van P. (2010) 7. Conclusie auteurs Opvallend is dat de verklaringen van de disciplines deels met elkaar overeenkomen. Een eenduidig gedefinieerd begrip van chronische spanningshoofdpijn bestaat simpelweg niet. Elke discipline en elk individu zal zijn eigen gedachten en verklaringen hebben voor dit gezondheidsprobleem. Het is voor de samenwerking van belang dat de disciplines elkaars verklaringen begrijpen, zodat zij weten met wat voor inzicht er op de klacht gekeken word. 14

16 Hoofdstuk 3 Beschrijving diagnostiek voor patiënten met chronische spanningshoofdpijn door de huisarts, fysiotherapeut en psycholoog. Inleiding: Voor de uitwerking van de diagnostiek heeft de werkgroep zich beperkt tot drie disciplines. Namelijk de huisarts, de fysiotherapeut en de psycholoog. De reden voor deze keuze is vanwege het feit dat dit aangegeven is door de opdrachtgever. Dit hoofdstuk is van belang omdat het voor de verschillende disciplines belangrijk is om te weten welke handelingen er worden uitgevoerd. Zo wordt duidelijk waar er ruimte is voor samenwerking. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de diagnostiek van de huisarts, fysiotherapeut en de psycholoog. Per discipline worden de differentiële diagnose, anamnese, klinimetrie, onderzoek en de diagnose/conclusie die worden toegepast bij patiënten met spanningshoofdpijn belicht. De diagnostische factoren ontwikkeld door het IHS 1 staan weergeven in hoofdstuk Diagnostiek huisarts Differentiële diagnoses In het jaar 2004 heeft het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) een richtlijn Hoofdpijn 2 ontwikkeld. In deze richtlijn worden differentiële diagnoses genoemd die de achterliggende oorzaak van gepresenteerde hoofdpijnklachten kunnen zijn. Het NHG heeft een overzichtelijk tabel ontwikkeld waarin is weergeven welke differentiële diagnoses aanwezig kunnen zijn bij patiënten met hoofdpijnklachten en welke symptomen hierbij genoemd kunnen worden. De tabel ontwikkeld door het NHG staat weergeven in tabel 6. Tabel 6 Alarmsymptomen nieuwe hoofdpijn boven 50 jaar eerste migraineaanval boven 40 jaar hoofdpijn beneden de leeftijd van 6 jaar ouderen met pijn temporaal zwangerschap en onbekende hoofdpijn toename van hoofdpijn na een ongeval heftige hoofdpijn met een zeer hoge bloeddruk acuut ontstane, zeer heftige pijn hoofdpijn met koorts (en gedaald bewustzijn) (NHG standaard Hoofdpijn 2004) Differentiële diagnose hersentumor, arteriïtis temporalis hersentumor hersentumor, hydrocephalus arteriïtis temporalis pre-eclampsie sub/epiduraal hematoom maligne hypertensie meningitis, CVA, subarachnoïdale bloeding meningitis nekstijfheid/neurologische afwijkingen meningitis, hersentumor hoofdpijn met tekenen van drukverhoging hersentumor focale neurologische afwijkingen hersentumor ochtendbraken; braken niet gerelateerd aan hoofdpijn hersentumor persoonlijkheidsveranderingen/ achteruitgang hersentumor schoolprestaties migraine aura steeds aan dezelfde kant hersentumor Tabel 6: Overzicht van differentiële diagnoses hoofdpijn, overgenomen van NHG standaard Hoofdpijn(2004) 15

17 Anamnese: De richtlijn Hoofdpijn(NHG,2004) 2 en een artikel welke is verschenen in huisarts Wet (Knuistingh Neven A. et al. 2004) 3 geven aan dat de onderstaande punten aanbod dienen te komen in de anamnese van de huisarts. Acute of chronische hoofdpijn; Locatie van de pijn; Soort pijn; Ernst van de pijn; Beloop van de pijn; Symptomen; Omstandigheden waarbij de pijn optreed/uitlokkende factoren; Gedrag*; Coffeïnegebruik; Familie situatie; Mate van belemmering dagelijks functioneren. *Het gedrag van de patiënt kan een indicatie vormen voor de soort hoofdpijn die ervaren wordt. Patiënten die een migraine aanval ervaren zoeken bedrust op, bij clusterhoofdpijn heeft de patiënt bewegingsdrang en loopt men rusteloos rond 2. Klinimetrie In de richtlijn Hoofdpijn (NHG,2004) 2 staat aangegeven dat de huisarts kan adviseren om een hoofdpijndagboek bij te houden. Op deze manier is het mogelijk om een betere indruk te krijgen van het soort hoofdpijn dat de patiënt ervaart. In het hoofdpijndagboek worden de kenmerken van de hoofdpijn genoteerd door de patiënt zoals de duur, ernst, begeleidende verschijnselen, gebruikte medicatie en uitlokkende factoren. Bovendien is het hierdoor mogelijk om de effectiviteit van de aanvalsbehandeling te evalueren. De huisarts kan naast het hoofdpijndagboek gebruik maken van de Vierdimensionale Klachtenlijst (4DKL). Deze vragenlijst kan worden meegegeven aan de patiënt of tijdens het onderzoek worden afgenomen. Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) 4 geeft aan dat de 4DKL een vragenlijst is die bestaat uit 50 items, gericht op psychosociale klachten. De lijst is ontwikkeld in een huisartsenpraktijk en maakt onderscheid tussen aspecifieke distress -klachten(16 items), depressie(6 items), angst(12 items), en somatisatie(16 items). De patiënt geeft tijdens de vragenlijst aan hoe vaak hij de gevraagde klachten of verschijnselen de afgelopen week heeft ondervonden. De verdeling met betrekking tot de punten staat hieronder weergegeven. o Distress 0-32 punten o Depressie 0-12 punten o Angst 0-24 punten o Somatisatie 0-32 punten De interpretatie van de 4DKL vragenlijst verloopt als volgt: o Score distress schaal op het 2/3 deel (10-20): het is waarschijnlijk dat de patiënt spanning ondervindt die gerelateerd kan zijn aan stress. o Score depressie op het 2/3 deel (>4): er is een gerede kans op het bestaan van een depressie waardoor psychotherapie en/of antidepressivum geïndiceerd is. o Score Angst op het 2/3 deel (>8): Er is bestaat een kans op het bestaan van één of meer DSM-4 angststoornissen. Verder onderzoek is geïndiceerd. o Score Somatisatie (>16): grote kans op het bestaan van een somatisatiestoornis zoals beschreven in de DSM-4. o Score Somatisatie (<17): Er kan sprake zijn van een lichamelijke aandoening (goed aardige somatisatie). 16

18 In 2009 heeft meetinstrumenten in de zorg (Hilgers B. et al 2009) 5 een review gepubliceerd waarin de validiteit, sensitiviteit, specificiteit en de betrouwbaarheid van de 4DKL wordt beschreven. De specificaties van de 4DKL staan beschreven in tabel 7. Tabel 7 4DKL (KNGF 4, B. Hilgers et al 2009) Soort test Vragenlijst Gericht op Psychosociale klachten Schalen -Distress; -Depressie; -Angst; -Somatisatie. Uitvoering De patiënt geeft tijdens de vragenlijst aan hoe vaak hij de gevraagde klachten of verschijnselen de afgelopen week heeft ondervonden ingevuld waarna de score door de huisarts wordt bepaald Interne consistentie Per schaal weergeven -Distress Depressie Angst Somatisatie 0.84 Betrouwbaarheid Per schaal weergeven -Distress: Depressie: Angst: Somatisatie: 0.94 Sensitiviteit Specificiteit Diagnostisch Ja Inventariserend Ja Evaluerend Ja Tabel 7: Samenvatting specificaties 4DKL (KNGF, wintersohle. C 2009) Lichamelijk onderzoek Het is niet noodzakelijk om een lichamelijk/aanvullend onderzoek uit te voeren om spanningshoofdpijn te kunnen diagnosticeren. Bij aanwijzingen voor andere aandoeningen of voor het uitsluiten hiervan wordt door de richtlijn Hoofdpijn (NHG,2004) 2 aangegeven dat een aanvullend onderzoek dient te worden uitgevoerd. Dit aanvullend onderzoek is gericht op de aanwezigheid van koorts, afwijkingen van de ogen of in het Keel/Neus/Oor-gebied. Deze gebieden kunnen aanwijzingen zijn voor een specifieke hoofdpijnoorzaak namelijk clusterhoofdpijn. Diagnose De diagnose migraine, spanningshoofdpijn, clusterhoofdpijn of middel geïnduceerde hoofdpijn wordt gesteld op basis van het klachtenpatroon en eventueel het hoofdpijndagboek van de patiënt. Er kunnen meerdere vormen van hoofdpijn tezamen voorkomen bij patiënten. Verder wordt door de richtlijn Hoofdpijn (NHG,2004) 2 geadviseerd rekening te houden met de psychosociale problematiek die een rol zou kunnen spelen bij de klachten. Wanneer een patiënt zich zorgen maakt of wanneer de diagnose nog niet vast staat, kan voor een vervolg afspraak gekozen worden. Evidentie niveau Conclusie auteurs Anamnese Het is aannemelijk dat wanneer de gezondheidstoestand van de patiënt in kaart wordt gebracht met het volgende rekening gehouden dient te worden: 17

19 B D B B B D Locatie van de pijn; Soort pijn; Ernst van de pijn; Beloop van de pijn; Symptomen; Omstandigheden waarbij de pijn optreed/uitlokkende factoren; Gedrag; Coffeïnegebruik; Familie situatie; Mate van belemmering dagelijks functioneren. Klinimetrie De werkgroep is van mening dat wanneer de gezondheidstoestand van de patiënt in kaart wordt gebracht, gebruik kan worden gemaakt van de volgende meetinstrumenten: Hoofdpijndagboek: Geeft een indicatie van de klachten en kan de effectiviteit van de aanvalsbehandeling evalueren. 4DKL: Is een diagnostisch, inventariserend en evaluerend meetinstrument. Voor de huisarts is het hierdoor mogelijk om een inzicht te krijgen in de gezondheidstoestand van de patiënt. Bij een eventuele doorverwijzing naar een paramedicus besparen de al afgenomen meetinstrumenten tijd bij de eerste kennismaking. Lichamelijk onderzoek Het is aannemelijk dat bij patiënten waarbij geen aanwijzingen zijn voor andere aandoeningen het niet noodzakelijk is om een onderzoek uit te voeren. Echter bij aanwijzingen voor andere aandoeningen of voor het uitsluiten hiervan wordt geadviseerd een aanvullend onderzoek uit te voeren. Het is aannemelijk dat het aanvullend onderzoek gericht dient te zijn op de aanwezigheid van koorts, afwijkingen van de ogen of in het Keel/Neus/Oorgebied. Diagnose Het is aannemelijk dat er tijdens het opstellen van de diagnose rekening gehouden dient te worden met de psychosociale problematiek die een rol zou kunnen spelen bij de klachten. De werkgroep is van mening dat wanneer bij de afname van de 4DKL een score hoger dan: Score distress schaal op het 2/3 deel (10-20); Score depressie op het 2/3 deel (>4); Score Angst op het 2/3 deel (>8); Score Somatisatie (>16). wordt gemeten de patiënt doorverwezen dient te worden naar de psycholoog. Hier heeft de werkgroep echter geen wetenschappelijk bewijs voor gevonden. 18

20 3.2 Diagnostiek fysiotherapeut Differentiële diagnoses De conceptrichtlijn Hoofdpijn ( 2010) 6 ontwikkeld door studenten aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA)heeft een tabel ontwikkeld waarin differentiaal diagnoses staan weergegeven. Hierbij hebben zij gebruik gemaakt van een artikel welke is verschenen in huisarts Wet (Knuistingh Neven A. et al. 2004) 3. Met de gestelde differentiaal diagnoses dient rekening te worden gehouden tijdens de diagnostiek. De differentiaal diagnoses zijn overgenomen van de conceptrichtlijn Hoofdpijn (HvA, 2010) 6 en staan in tabel 8 weergeven. Tabel 8 (Conceptrichtlijn Hoofdpijn 2010) Tumoren Posterior fossa tumor (soort hersentumor) Spinale tumoren Malfomaties Arnold-Chiari malformatie (misvorming van de hersenen), Arterio-veneuze malformatie Overig Cervicale arthropathie Cervicale hernia Spinale zenuw compressie Vertebrale arterie dissectie Arteriïtis temporalis Pre-clampsie Sub/epiduraal hematoom Maligne hypertensie Meningitis Tabel 8: Overzicht van differentiaal diagnoses overgenomen van conceptrichtlijn Hoofdpijn (HvA, 2010) Screening: In de fysiotherapeutische richtlijn verslaglegging (KNGF,2011) 7 staat beschreven dat de fysiotherapeut tijdens de screening de persoonsgegevens, verzekeringsgegevens en de gegevens van de behandelend huisarts noteert. Hierna zal de fysiotherapeut zich verdiepen in de contactreden van de patiënt en de daarbij behorende ervaren functioneringsproblemen. De medische voorgeschiedenis wordt besproken en er wordt toestemming gevraagd om de huisarts te informeren en wanneer dit nodig is gegevens bij de behandelend huisarts op te vragen. In het boek Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut (P. van burken, 2010) 8 wordt vermeld dat de verwijzend arts bij hoofdpijnklachten ernstige pathologie zoals tumoren uitsluit. Bij een patiënt die via DTF wordt aangemeld zal worden gescreend op eventueel aanwezige rode vlaggen. Deze rode vlaggen geven aan dat een ernstige pathologie aanwezig zou kunnen zijn. Wanneer één van deze rode vlaggen aanwezig blijkt te zijn bij een patiënt, zal deze worden doorgestuurd naar de huisarts. De rode vlaggen die door de fysiotherapeut gescreend dienen te worden staan vermeld in de conceptrichtlijn Hoofdpijn (HvA, 2010) 6, deze staan weergeven in tabel 9. Tabel 9 Rode vlaggen hoofdpijn (conceptrichtlijn Hoofdpijn (HvA, 2010) 19

21 Acuut ontstane hoofdpijn van matig tot ernstige intensiteit (thunderclap hoofdpijn); Nieuwe beginnende hoofdpijn of verandering in hoofdpijn bij patiënten die boven de 50 zijn; Een verergering van bestaande hoofdpijn zonder dat daar duidelijke oorzaken voor aan te wijzen zijn; Hoofdpijn samen met koorts, nekstijfheid, uitslag, en met een geschiedenis van kanker, HIV of andere systeemziekten; Hoofdpijn samen met visuele neurologische afwijkingen anders dan de typische aura; Matige of ernstige hoofdpijn die uitgelokt wordt door hoesten, lachen of inspanning; Nieuw ontstane hoofdpijn tijdens of na een zwangerschap; Historie met gebrek aan coördinatie, gevoelloosheid en/of tintelingen; Wakker worden door de hoofdpijn; Een (recent) doorgemaakt schedel/hoofdtrauma; Heftige hoofdpijn met een zeer hoge bloeddruk; Ochtendbraken: niet gerelateerd aan hoofdpijn. Tabel 9: Overzicht van rode vlaggen overgenomen van de conceptrichtlijn Hoofdpijn (HvA, 2010) Het beroepsprofiel psychosomatische fysiotherapie(coppoolse R. 2009) 9 geeft aan dat het naast het uitvragen van de rode vlaggen van belang is om te kijken naar de gele, blauwe en zwarte vlaggen. De betekenis van deze soorten vlaggen staan hieronder weergeven. Gele vlaggen: Symptomen of tekens die verwijzen naar gedragsmatige en/of psychosociale risicofactoren. Blauwe vlaggen: Sociale en/of economische risicofactoren. Zwarte vlaggen: Beroepsmatige risicofactoren. Op het gebied van chronische spanningshoofdpijn zijn nog geen specifieke gele vlaggen te vinden. In de fysiotherapie worden hier vaak vragenlijsten voor gebruikt. De vragenlijsten die de werkgroep heeft gevonden zijn voornamelijk gericht op lage-rugklachten. Over de blauwe en zwarte vlaggen is door de werkgroep geen verder informatie gevonden. Om deze reden heeft de werkgroep gekozen om deze niet verder uit te werken. Aan het einde van de screening wordt door de fysiotherapeut een conclusie getrokken waarbij de woorden pluis / niet-pluis worden gebruikt. Wanneer de patiënt niet-pluis wordt bevonden, wordt geadviseerd om contact op te nemen met de behandelend huisarts. Bij de conclusie pluis kan de diagnostiek worden voortgezet. Door de fysiotherapeutische richtlijn verslaglegging (KNGF 2011) 7 wordt geadviseerd bij patiënten met veel comorbiditeit met toestemming van de patiënt contact op te nemen met de behandelend huisarts. Anamnese De hoofdpijn wordt tijdens de anamnese zo goed mogelijk gedifferentieerd om de beste therapie aan de patiënt te bieden. Verder wordt rekening gehouden dat hoofdpijnpatiënten meer dan één type hoofdpijn kunnen hebben. Net als bij de anamnese van de huisarts worden er bij de fysiotherapeutische anamnese ook een aantal punten uitgelicht 6,8,10 : Tijd/verloop van de klachten o Raadpleging fysiotherapie; o Eerdere diagnostiek/behandeling resultaten; o Situatie voor de hoofdpijn klachten; o Ontstaanswijze; o Frequentie; o Tijd aanwezigheid hoofdpijn. Karakter van de hoofdpijn o Aard; o Intensiteit; 20

22 o Locatie en/of verspreiding; o Extra symptomen. Oorzaak van de hoofdpijn o Uitlokkende factoren; o Verzwarende of verlichtende factoren; o Familiegeschiedenis; Beperkingen o Dagelijks leven; Preventie o Pijnbestrijding/medicatie; o Gezondheidstoestand; o Activiteit; Zorgen/angsten van de patiënt. Klinimetrie Tijdens de anamnese kan gebruik worden gemaakt van meetinstrumenten om de klachten van de patiënt te objectiveren. De fysiotherapeut kan er voor kiezen om de 4DKL af te nemen bij patiënten waarbij deze nog niet is afgenomen. Voor de uitleg over de 4DKL wordt terug verwezen naar punt 2.1 Huisarts. In het volgende gedeelte zullen verschillende meetinstrumenten worden besproken die door de fysiotherapeut gebruikt kunnen worden. De meetinstrumenten die ingezet kunnen worden tijdens de anamnese zijn niet alleen inventariserend maar kunnen ook evaluatief tijdens de behandeling worden gebruikt. Visuele analoge schaal (VAS) Fysiovragelijst 11 geeft aan dat de VAS een schaal is gericht op pijnregistratie. De patiënt kan op een lijn van 10 cm aangegeven hoe de pijn/sensatie ervaren wordt, waarbij nul geen sensatie is en 10 ondragelijke sensatie weergeeft. De score wordt bepaald door de afstand te meten tussen nul punten en de door de patiënt getrokken streep. In 2008 heeft meetinstrumenten in de zorg (van, Engelen E, 2008) 12 een review ontwikkeld waarin de VAS wordt beoordeeld. In deze review komt naar voren dat de VAS op test-hertest betrouwbaarheid een score heeft van 0.97 bij volwassen met acute pijn. Tevens wordt de content-validity oftewel inhoudsvaliditeit beschreven, hiermee wordt nagegaan of het meetinstrument aan alle relevante aspecten voldoet. Volgens een onderzoek (Sim, Waterfield et al, 1997) 12A gebruikt in de review van meetinstrumenten in de zorg, beschikt de VAS over een lage inhoudsvaliditeit. De VAS kan gebruikt worden om verschillende soorten sensaties bij patiënten te meten. Voor het meten van pijn bestaat geen gouden standaard. Bij de afwezigheid van een gouden standaard doet men onderzoek naar de constructvaliditeit, soms ook wel aangeduid als koperen standaard volgens het boek Meten in de praktijk, stappenplan voor het gebruik van meetinstrumenten in de gezondheidzorg.(beurkens S. et al, 2008) 13 Constructvaliditeit houdt in dat de VAS met meerdere meetinstrumenten met dezelfde functie wordt vergeleken. In de review (Engelen v. E, 2008) 12 worden hierbij meerdere onderzoeken genoemd. Uit een onderzoek (Boton JE et al 1998) 12B blijkt dat de correlatie tussen de VAS en de Numeric rating scale ligt op 0.91r. In tabel 10 staan de specificaties de specificaties van de VAS weergegeven. Tabel 10 VAS (van, Engelen.E, 2008, Fysiovragenlijst, 2008) Soort test Meetinstrument Gericht op Pijnregistratie Uitvoering De patiënt kan op een lijn van 10 cm aangegeven hoe de pijn/sensatie ervaren wordt. 21

23 Diagnostisch Nee Inventariserend Ja Evaluerend Ja Betrouwbaarheid 0.97 Correlatie validiteit 0.91 Tabel 10: Klinimetrische gegevens VAS. Patiënt specifieke klachten (PSK) De PSK geeft volgens fysiovragenlijst 11 aan met welke activiteiten de patiënt moeilijkheden ondervindt en welke voor de patiënt het belangrijkste zijn om te veranderen. De patiënt kan zelf drie activiteiten selecteren welke worden gebruikt tijdens de behandeling en evaluatie. De geselecteerde activiteiten worden met punten naar belangrijkheid gerangschikt. Dit wordt gedaan door middel van de VAS lijn, 0 punten betekend helemaal geen moeite en 10 punten betekend onmogelijk. Vervolg metingen kunnen de patiënt inzicht geven in zijn/haar herstel. De PSK kan door de fysiotherapeut zowel diagnostisch als evaluerend worden gebruikt. In een review verschenen in 2009 uitgevoerd door het Pijn Kennis Centrum Maastricht (Dickmeis. M, 2009) 14 blijkt dat over de validiteit en betrouwbaarheid van de PSK geen gegevens bekend zijn. Evenals bij het meten van pijn, is er voor het meten van activiteiten geen gouden standaard. De PSK is vergeleken met andere meetinstrumenten waardoor de constructvaliditeit bekend is ten opzichte van rugklachten, in de review worden meerdere onderzoeken genoemd. Geen van deze onderzoeken heeft echter betrekking op hoofdpijnklachten waardoor voor deze doelgroep de constructvaliditeit onbekend is. In tabel 11 staan de specificaties de specificaties van de PSK weergegeven. Tabel 11 PSK (fysiovragenlijst, 2008, Dickmeis. M, 2009) Soort test Vragenlijst Gericht op Activiteiten Uitvoering De patiënt kan zelf drie activiteiten selecteren welke worden gebruikt tijdens de behandeling en evaluatie. Diagnostisch Nee Inventariserend Ja Evaluerend Ja Validiteit Geen gegevens bekend Betrouwbaarheid Geen gegevens bekend Tabel 11: Klinimetrische gegevens PSK. Hoofdpijn impact test (HIT-6) De HIT-6 beschrijft en drukt de gevoelens en beperkingen van de patiënt uit met betrekking tot de hoofdpijnklachten zo beschrijft fysiovragelijst 11. Bij deze vragenlijst dient de patiënt zes vragen te beantwoorden waarbij er vijf antwoord mogelijkheden zijn van nooit tot en met altijd. Aan deze antwoord mogelijkheden zijn punten verbonden deze zijn hieronder weergegeven: o Nooit 6 punten o Zelden 8 punten o Soms 10 punten o Vaak 11 punten o Altijd 13 punten De uiteindelijke score kan variëren van punten. Hoe hoger de score van de patiënt des te hoger is de impact van de hoofdpijnklachten op het leven van de patiënt. Er worden 4 subgroepen beschreven. 9 22

Symptomen bij hoofdpijn

Symptomen bij hoofdpijn 1. Toelichting op de module Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard M19 van juli 2004. Een klassieke migraine met eenzijdige en een aura lijkt gemakkelijk te diagnosticeren. Migraine heeft echter

Nadere informatie

Niets aan de hand toch

Niets aan de hand toch Niets aan de hand toch (Kinder-) Manuele Therapie Psychologie Nek- en hoofdpijn bij kinderen en jongeren met NAH Presentatie BAW 'Niets aan de hand toch' Opbouw van de Presentatie Verzoek aan jullie Vraagstelling

Nadere informatie

Migraine met aura. Migraine 31-1-2013. Tension-type headache: 1 jaar prevalentie Tension-Type Headache. flimpje 1. filmpje 2.

Migraine met aura. Migraine 31-1-2013. Tension-type headache: 1 jaar prevalentie Tension-Type Headache. flimpje 1. filmpje 2. Hoofdpijn: classificatie en behandeling Waarom is het kunnen classificeren van hoofdpijn van belang voor de FT/MT februari 2013 René Castien, manueel therapeut, Master SPT, PhD i.o. Regelmatig voorkomend

Nadere informatie

Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen. Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli

Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen. Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli Inhoud Cijfers Wat gebeurt er in het ziekenhuis? Typen hoofdpijn Spanningshoofdpijn

Nadere informatie

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,

Nadere informatie

Kennislacunes NHG-Standaard Depressie

Kennislacunes NHG-Standaard Depressie Kennislacunes Kennislacunes 1. Het nut van screening naar depressie bij mensen met een chronische somatische aandoening in de (noot 15-16). 2. De 4DKL als instrument om het verloop van de (ernst van de)

Nadere informatie

Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold

Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Uw spreekuur Moeheid Pijnklachten Buikpijn Hoofdpijn

Nadere informatie

Heleen Boven Voorzitter HNN Eerste lijn, manueeltherapeut Tweede lijn, diagnostisch fysiotherapeut hoofdpijncentrum MZH Lid werkgroep Hoofdpijn

Heleen Boven Voorzitter HNN Eerste lijn, manueeltherapeut Tweede lijn, diagnostisch fysiotherapeut hoofdpijncentrum MZH Lid werkgroep Hoofdpijn Heleen Boven Voorzitter HNN Eerste lijn, manueeltherapeut Tweede lijn, diagnostisch fysiotherapeut hoofdpijncentrum MZH Lid werkgroep Hoofdpijn eerste lijn MZH De twee hoofd vragen: Waarom de nek behandelen

Nadere informatie

Verschillende soorten hoofdpijn

Verschillende soorten hoofdpijn VGV OVER HOOFDPIJN-MIGRAINE_BSL_148 x 210 2-2 14-12-11 09:39 Pagina 13 Verschillende soorten hoofdpijn HOOFDSTUK Hoe kan de patiënt met chronische hoofdpijn het beste worden benaderd? Heel veel patiënten

Nadere informatie

Onderscheid door Kwaliteit

Onderscheid door Kwaliteit Onderscheid door Kwaliteit 2010 Algemeen Binnen de intensieve overeenkomst fysiotherapie 2010 verwachten wij van u 1, en de fysiotherapeuten vallend onder uw overeenkomst, een succesvol afgeronde toets

Nadere informatie

Hoofdpijncentrum. Neurologie

Hoofdpijncentrum. Neurologie Hoofdpijncentrum Neurologie U bent door uw huisarts doorverwezen naar het Hoofdpijncentrum van Orbis Medisch Centrum. In deze folder treft u informatie aan over de praktische gang van zaken. Hoofdpijn

Nadere informatie

Cover Page. Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general practice Issue Date: 2014-05-14

Cover Page. Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general practice Issue Date: 2014-05-14 Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25761 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general

Nadere informatie

CHAPTER. Samenvatting

CHAPTER. Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting CHAPTER 9 Klachten aan pols en hand komen veel voor; bij 9 tot 12.5% van de Nederlandse volwassenen. Niet alle mensen bezoeken de huisarts voor pols- of handklachten. De huisarts

Nadere informatie

Herkennen en behandelen MIGRAINE

Herkennen en behandelen MIGRAINE Herkennen en behandelen MIGRAINE MIGRAINE Is meer dan gewoon hoofdpijn Wat is migraine? Een migraineaanval is veel meer dan gewoon hoofdpijn, het is een hele verzameling verschijnselen waaronder zeer ernstige

Nadere informatie

Kinderen met hoofdpijn

Kinderen met hoofdpijn Kinderen met hoofdpijn 01-12-2016 M. Flohil, kinderneuroloog Inleiding Hoofdpijn bij kinderen is gek Prevalentie 53% Classificatie conform ICHD-3 (2013) Primair versus secundair Angst voor hersentumor

Nadere informatie

Paramedisch OnderzoekCentrum

Paramedisch OnderzoekCentrum Cefalalgiafobie: een nieuwe loot aan de boom?. Prof.dr. Rob Oostendorp Kinesiophobia Phonophobia Photophobia Cefalalgiaphobia Phobia: excessive, irrational fear resulting from a feeling of vulnerability

Nadere informatie

Informatiefolder Hoofdpijn

Informatiefolder Hoofdpijn Informatiefolder Hoofdpijn Inhoudsopgave Soorten hoofdpijn 3 Migraine (Spier)spanningshoofdpijn Medicatieafhankelijke hoofdpijn Chronisch dagelijkse hoofdpijn Clusterhoofdpijn Kinderen Wanneer moet u een

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

optimale meetinstrument?

optimale meetinstrument? 1 Klachten in het hoofdhalsgebied: hoe kies ik het optimale meetinstrument? Raymond Swinkels Samenvatting» Klachten in het hoofd-halsgebied hebben in veel gevallen een multidimensionaal karakter waarbij

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Chapter 11

Nederlandse samenvatting. Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Chapter 11 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de resultaten van een groot vragenlijstonderzoek over de epidemiologie van chronisch frequente hoofdpijn in de Nederlandse

Nadere informatie

Hoofdpijnklachten Soorten hoofdpijn Oorzaken van hoofdpijn Symptomen van hoofdpijn

Hoofdpijnklachten Soorten hoofdpijn Oorzaken van hoofdpijn Symptomen van hoofdpijn Hoofdpijnklachten Hoofdpijnklachten komen veel voor en kunnen u ernstig belemmeren in uw dagelijks functioneren. Soms is het een vervelende, zeurende pijn die op de achtergrond aanwezig is, maar er zijn

Nadere informatie

Samenvatting Deel I Onderzoeksmethodologie in onderzoek naar palliatieve zorg in instellingen voor langdurige zorg

Samenvatting Deel I Onderzoeksmethodologie in onderzoek naar palliatieve zorg in instellingen voor langdurige zorg Samenvatting Palliatieve zorg is de zorg voor mensen waarbij genezing niet meer mogelijk is. Het doel van palliatieve zorg is niet om het leven te verlengen of de dood te bespoedigen maar om een zo hoog

Nadere informatie

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Ziekenhuis Gelderse Vallei Instructie U bent verwezen naar de hoofdpijnpolikliniek van de neurologie van Ziekenhuis Gelderse vallei in Ede. Om uw afspraak op de polikliniek

Nadere informatie

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier. Inhoud. Waarom deze richtlijn. Diagnosecodes. Doelstellingen. Alle interventies

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier. Inhoud. Waarom deze richtlijn. Diagnosecodes. Doelstellingen. Alle interventies Inhoud Richtlijn Nekpijn Jasper Bier Doelstellingen en uitgangspunten richtlijn De richtlijn Indeling van patiënten, subgroepen en diagnostiek Interventies en behandelprofielen Klinimetrie Stand van zaken

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Conclusies Orthopedie

Conclusies Orthopedie Conclusies Orthopedie Grote interdokter variatie, bij vrijwel gelijke incidentie GC Marne is bovengemiddeld duur voor Z&Z : 8% duurder Hoge kosten orthopedie wordt veroorzaakt door: 34% meer verwijzingen

Nadere informatie

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Instructie U bent verwezen naar de hoofdpijnpolikliniek van de neurologie van Ziekenhuis Gelderse vallei in Ede. Om uw afspraak op de polikliniek zo soepel mogelijk te

Nadere informatie

samenvatting 127 Samenvatting

samenvatting 127 Samenvatting 127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Psychosomatisch fysiotherapie

Psychosomatisch fysiotherapie Psychosomatisch fysiotherapie De psychosomatisch fysiotherapeut Tamara den Elzen Wat is psychosomatische fysiotherapie? Psychosomatische fysiotherapie is een erkende specialisatie binnen de fysiotherapie,

Nadere informatie

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Epidemiologie, preventie, diagnostiek,

Nadere informatie

Inhoud. H.E. van der Horst. T.C. olde Hartman en P.L.B.J. Lucassen. A.H. Blankenstein. H. Woutersen-Koch

Inhoud. H.E. van der Horst. T.C. olde Hartman en P.L.B.J. Lucassen. A.H. Blankenstein. H. Woutersen-Koch VII 1 Inleiding SOLK in de huisartsenpraktijk: begrippen en epidemiologie... 1 H.E. van der Horst 1.1 Wat is SOLK?... 2 1.2 Andere (veel)gebruikte termen.... 3 1.3 Relatie tussen SOLK en somatisatie....

Nadere informatie

Hoofdpijn. Hoofdpijn MIGRAINE

Hoofdpijn. Hoofdpijn MIGRAINE Hoofdpijn Hoofdpijn is een van de meest voorkomende pijnklachten. Het overgrote deel van de Nederlandse bevolking (naar schatting 90 procent) heeft af en toe hoofdpijn. Hoofdpijn is in de meeste gevallen

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Multidisciplinaire richtlijn aspecifieke KANS. Inzicht in beloop van beperkingen en verzuim

Multidisciplinaire richtlijn aspecifieke KANS. Inzicht in beloop van beperkingen en verzuim Multidisciplinaire richtlijn aspecifieke KANS Inzicht in beloop van beperkingen en verzuim 28 februari 2015, Utrecht Anita Feleus Kenniscentrum Zorginnovatie Hogeschool Rotterdam Samenwerking richtlijn

Nadere informatie

arbo 42 11-10-2013 17:27:30

arbo 42 11-10-2013 17:27:30 arbo 42 11-10-2013 17:27:30 e brengen een hoge werkdruk vaak in verband met een breed scala aan gezondheids- en veiligheidsrisico s, variërend van vermoeidheid en fysieke klachten tot hartziekten of ongelukken

Nadere informatie

Paramedisch OnderzoekCentrum

Paramedisch OnderzoekCentrum Pijngerelateerde vrees voor (her)letsel: inschatten of meten? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Ronald van de Ven MSc Olaf van der Zanden MSc Prof.dr. Willen Duquet Wat te verwachten? Inleiding / probleemstelling

Nadere informatie

Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn

Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Dokter, ik ben zo moe. Vermoeidheid Hoofdpijn Buikklachten

Nadere informatie

Hoe vaak komt SUNCT voor bij kinderen? SUNCT komt zelden voor op kinderleeftijd, het komt vaker voor bij volwassenen.

Hoe vaak komt SUNCT voor bij kinderen? SUNCT komt zelden voor op kinderleeftijd, het komt vaker voor bij volwassenen. SUNCT Wat is SUNCT? SUNCT is een vorm van hoofdpijn waarbij kinderen en volwassenen last hebben van een kortdurende felle hoofdpijn aan een kant van gezicht in combinatie met een rood en tranend oog aan

Nadere informatie

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek TweeSteden ziekenhuis

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek TweeSteden ziekenhuis Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek TweeSteden ziekenhuis Instructie U bent verwezen naar de hoofdpijnpolikliniek van de neurologie van het TweeSteden ziekenhuis in Waalwijk. Om uw afspraak op de polikliniek

Nadere informatie

Leven met chronische hoofdpijn

Leven met chronische hoofdpijn Leven met chronische hoofdpijn Van A tot ggz De boeken in de reeks Van A tot ggz beschrijven niet alleen oorzaak, verloop en behandeling van de onderhavige problemen, maar geven ook antwoord op de vraag

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest. Samenvatting 152 Samenvatting Ieder jaar krijgen in Nederland 16.000 mensen een hartstilstand. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond van dit proefschrift. De kans om een hartstilstand te overleven is met

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet

Nadere informatie

Spanningshoofdpijn. Afdeling neurologie Locatie Eindhoven

Spanningshoofdpijn. Afdeling neurologie Locatie Eindhoven Spanningshoofdpijn Afdeling neurologie Locatie Eindhoven Veel mensen hebben wel eens hoofdpijn. Vaak is dit spanningshoofdpijn. De pijn kan een uur tot een paar dagen duren. De hevigheid van de pijn wisselt

Nadere informatie

De Hoofdpijncarrousel. Hoofdpijn bij kinderen

De Hoofdpijncarrousel. Hoofdpijn bij kinderen De Hoofdpijncarrousel Hoofdpijn bij kinderen Hoofdpijn bij kinderen Hoofdpijn bij kinderen komt even vaak voor als bij volwassen. Hoofdpijn kan acuut ontstaan of al langer aanwezig zijn waarbij de klacht

Nadere informatie

huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde

huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde Dokter, hoe moet ik nu toch verder met die pijn? Pijnrevalidatie in de eerste lijn Henriëtte van der Horst, huisarts Hoofd afdeling huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde

Nadere informatie

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier Richtlijn Nekpijn Jasper Bier Inhoud Doelstellingen en uitgangspunten richtlijn De richtlijn Indeling van patiënten, subgroepen en diagnostiek Een casus Interventies en behandelprofielen Waarom deze richtlijn

Nadere informatie

Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes

Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes September 2017 Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek tgv diabetes 1 Vooraf Patiënten met diabetes kampen met veel

Nadere informatie

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH) Samenvatting (summary in Dutch) Samenvatting In hoofdstuk 1 wordt de algemene introductie van dit proefschrift beschreven. De nadruk in dit proefschrift lag op patiënten met hoofd-halskanker (HHK) en

Nadere informatie

De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe. Onno van Schayck. Cahag Conferentie 15-1-2015.

De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe. Onno van Schayck. Cahag Conferentie 15-1-2015. De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe Onno van Schayck Cahag Conferentie 15-1-2015 Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor

Nadere informatie

workshop besluitvorming in de palliatieve fase

workshop besluitvorming in de palliatieve fase workshop besluitvorming in de palliatieve fase Alexander de Graeff, internist-oncoloog UMC Utrecht, hospice-arts Demeter Marjolein van Meggelen, oncologieverpleegkundige Aveant Consulenten PalliatieTeam

Nadere informatie

Symptomen De algemene kenmerken van migraine zijn:

Symptomen De algemene kenmerken van migraine zijn: Hoofdpijn In het algemeen wordt onder hoofdpijn het volgende verstaan: Pijn in en rondom het hoofd, inclusief pijn achter de ogen en pijn in het gebied tussen de nek en het achterhoofd. Omdat de meeste

Nadere informatie

Formats voor verslagen

Formats voor verslagen Bijlage 4 Formats voor verslagen Onderzoeksverslag Verslag van het logopedisch onderzoek van..., door..., d.d.... Personalia Inleiding Aanmelding, verwijzing, klacht en vraagverheldering Intakegesprek

Nadere informatie

Manuele therapie en hoofdpijnklachten

Manuele therapie en hoofdpijnklachten Whitepaper Manuele therapie en hoofdpijnklachten Marieke Wichers - Schreur Algemeen fysiotherapeut & manueel therapeut Inhoud Inleiding Soorten hoofdpijn Welke hoofdpijnen zijn te behandelen middels manuele

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Spanningshoofdpijn. Afdeling neurologie

Spanningshoofdpijn. Afdeling neurologie Spanningshoofdpijn Afdeling neurologie Veel mensen hebben wel eens hoofdpijn. Vaak is dit spanningshoofdpijn. Dit is een onschuldige vorm van hoofdpijn. Komt deze hoofdpijn regelmatig voor en houdt deze

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift 153 SAMENVATTING Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift Angst en depressie zijn de meest voorkomende psychische stoornissen, de ziektelast is hoog en deze aandoeningen brengen hoge kosten met

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 11. 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13. 2. Epidemiologie 19

Inhoud. Voorwoord 11. 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13. 2. Epidemiologie 19 VGV OVER HOOFDPIJN-MIGRAINE_BSL_148 x 210 2-2 14-12-11 09:38 Pagina 5 Inhoud Voorwoord 11 1. Verschillende soorten hoofdpijn 13 Hoe kan de patiënt met chronische hoofdpijn het beste worden benaderd? 13

Nadere informatie

status meting in Ketenzorgproject COPD regio Dordrecht

status meting in Ketenzorgproject COPD regio Dordrecht http://www.torito.nl/agenda/http://www.torito.nl/agenda/health status meting in Ketenzorgproject COPD regio Dordrecht Artikel Caravisie / augustus N. de Graaf, verpleegkundig specialist longziekten; R.

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS) Zuyderland Revalidatie

Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS) Zuyderland Revalidatie Multidisciplinair Aspecifiek Rugpijn Spreekuur (MARS) Inleiding U bent doorverwezen naar het Multidisciplinair aspecifiek lage rugpijn screeningsteam (MARS) bij. Binnen dit team wordt samen met u bekeken

Nadere informatie

Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Wat te vewachten? 1. Praktijkervaring en registratie 2. Whiplash-trial 3. Prognostische factoren 1. Patiëntgegevens 1998 2003 Praktijk

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,

Nadere informatie

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst Nederlandse samenvatting Patiënten met een obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) hebben last van recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst veroorzaken. Om deze angst

Nadere informatie

Als u ja heeft geantwoord, beantwoordt de vragen dan alleen voor de ergste hoofdpijn en bespreek de andere hoofdpijn tijdens het spreekuur.

Als u ja heeft geantwoord, beantwoordt de vragen dan alleen voor de ergste hoofdpijn en bespreek de andere hoofdpijn tijdens het spreekuur. Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Naam: Geslacht: Man Vrouw Voorletter(s): Adres: Postcode & woonplaats: Telefoonnummer: Mobiel: Geboortedatum: 1. Op welke leeftijd kreeg u de eerste hoofdpijnklachten?

Nadere informatie

OLD SCHOOL - NEW TREATMENTS

OLD SCHOOL - NEW TREATMENTS Hoofdpijn en de nek OLD SCHOOL - NEW TREATMENTS Vereniging Nederlandse Hoofdpijncentra Woerden Dr. René Castien FT,MT, onderzoeker VUmc/EMGO Old school versus new treatments Hoofdpijn en fysiotherapie:

Nadere informatie

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek

Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Vragenlijst Hoofdpijnpolikliniek Naam : Geboortedatum : Patiëntennummer : Geslacht : Gewicht : Lengte: 1. Op welke leeftijd kreeg u de eerste hoofdpijn klachten? Op.. jarige leeftijd 2. Heeft u meerdere

Nadere informatie

MEDINELLO POLIKLINISCHE REVALIDATIE ZORG

MEDINELLO POLIKLINISCHE REVALIDATIE ZORG MEDINELLO POLIKLINISCHE REVALIDATIE ZORG Medinello is een nieuw ZBC, een zelfstandig behandelcentrum, voor poliklinische revalidatie in Amersfoort. Een multidisciplinair team behandelt hier cliënten met

Nadere informatie

Chronische Pijn Groep

Chronische Pijn Groep Chronische Pijn Groep Geldermalsen Deze folder gaat over de behandeling van chronische pijn en over de manier waarop de Chronische Pijn Groep Geldermalsen deze klacht aanpakt. In deze folder wordt uitgelegd

Nadere informatie

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen.

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen. Samenvatting Samenvatting Depressie en angst zijn de meest voorkomende psychische stoornissen in de adolescentie met een enorme impact op het individu. Veel adolescenten rapporteren depressieve en angst

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

Chapter 8. Nederlandse samenvatting Chapter 8 Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Angst is een menselijke emotie die iedereen van tijd tot tijd wel eens ervaart. Veel mensen voelen zich angstig of nerveus wanneer ze bijvoorbeeld

Nadere informatie

Inhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6

Inhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6 Redactie 1 0 Auteurs 1 1 Voorwoord 1 6 inleiding de schouder 1 9 1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk 2 1 Inleiding 2 2 Patiënten met schoudersyndromen in de huisartspraktijk

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting SAMENVATTING Het onderwerp van dit proefschrift betreft somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten (SOLK) in de huisartsenpraktijk. We spreken van SOLK als de lichamelijke klachten langer dan

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

Migraine en clusterhoofdpijn

Migraine en clusterhoofdpijn Hoofdpijn polikliniek Migraine en clusterhoofdpijn Migraine en clusterhoofdpijn zijn twee verschillende vormen van hoofdpijn. De kenmerken verschillen, evenals de behandeling. Voor beide vormen geldt dat

Nadere informatie

VRAGENLIJST HOOFDPIJNPOLIKLINIEK FRANCISCUS VLIETLAND

VRAGENLIJST HOOFDPIJNPOLIKLINIEK FRANCISCUS VLIETLAND VRAGENLIJST HOOFDPIJNPOLIKLINIEK FRANCISCUS VLIETLAND Naam: Geslacht: Man Vrouw Voorletter(s): Geboortedatum: Adres: Postcode & woonplaats: Telefoonnummer: Mobiel: 1. Op welke leeftijd kreeg u de eerste

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Samenvatting 163 De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Lage rugpijn is een veelvuldig voorkomend probleem in geïndustrialiseerde landen. De kans dat iemand gedurende zijn leven een

Nadere informatie

voer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest)

voer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest) Diagnostisch proces Anamnese/lichamelijk onderzoek screenen op rode vlaggen rode vlaggen: vermoeden van ernstige pathologie (nekpijn graad IV) geen rode vlaggen huisarts of verwijzend specialist Vaststellen

Nadere informatie

Vragenlijst hoofdpijnpoli

Vragenlijst hoofdpijnpoli www.dcklinieken.nl Vragenlijst hoofdpijnpoli dhr. mevr. vl. naam geb.dat. - - Etiket patiëntgegevens 1. Bij wie bent u al eerder geweest voor hoofdpijnklachten? (meerdere antwoorden mogelijk) Huisarts

Nadere informatie

Responsiviteit van meetinstrumenten. Prof. dr. ir. Riekie de Vet. EMGO Instituut, Amsterdam

Responsiviteit van meetinstrumenten. Prof. dr. ir. Riekie de Vet. EMGO Instituut, Amsterdam Responsiviteit van meetinstrumenten Prof. dr. ir. Riekie de Vet EMGO Instituut, Amsterdam Meet-eigenschappen Klinimetrische eigenschappen Reproduceerbaarheid Validiteit Responsiviteit Interpretatie Definitie

Nadere informatie

Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma

Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Fysiotherapie na acceleratie

Nadere informatie

01 07 SEPT 2014. MIGRAINE IS MEER DAN HOOFDPIJN. Adviseer uw klanten.

01 07 SEPT 2014. MIGRAINE IS MEER DAN HOOFDPIJN. Adviseer uw klanten. 01 07 SEPT 2014? MIGRAINE IS MEER DAN HOOFDPIJN. Adviseer uw klanten. Migraine of Migraine of hoofdpijn? hoofdpijn? 1 op de 5 Nederlanders krijgt in zijn leven te maken met migraine.* Maar weten uw klanten

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 249 Migraine is een ernstige en veelvoorkomende hoofdpijnaandoening met grote impact op het leven van patiënten en hun familieleden. Een migraineaanval wordt gekenmerkt door matige tot ernstige hoofdpijn,

Nadere informatie

Thursday, March 29, 2018

Thursday, March 29, 2018 Thursday, March 29, 2018 Chronische hoofdpijn Hoofdpijn! Van jong tot oud Migraine! van jong tot oud Hoogste prevalentie vrouwen 18e - 44e jaar Inleiding Pathofysiologie Praktijk Take home messages Disclosures:

Nadere informatie

Bedoeling van dit werkcollege:

Bedoeling van dit werkcollege: PSYCHOLOGISCHE DIAGNOSTIEK Veld Klinische en Gezondheidspsychologie Oktober 2005 Cécile Vandeputte- v.d. Vijver Bedoeling van dit werkcollege: Bespreking van de stappen van het psychodiagnostisch proces

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Hypnic headache. www.kinderneurologie.eu

Kinderneurologie.eu. Hypnic headache. www.kinderneurologie.eu Hypnic headache Wat is hypnic headache? Hypnic headache is een hoofdpijnaandoening waarbij mensen tijdens hun slaap last krijgen van hoofdpijn en hierdoor wakker worden uit hun slaap. Hoe wordt hypnic

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Samenvatting SAMENVATTING 189 Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis die een hoge ziektelast veroorzaakt voor zowel de samenleving als het individu. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)

Nadere informatie

Hoofdpijn bij kinderen www.cjggooienvechtstreek.nl

Hoofdpijn bij kinderen www.cjggooienvechtstreek.nl regio Gooi en Vechtstreek Hoofdpijn bij kinderen www.cjggooienvechtstreek.nl n Hoofdpijn Hoofdpijn bij kinderen komt regelmatig voor. Vaak is de oorzaak duidelijk, bijvoorbeeld slaapgebrek, drukte of lawaai.

Nadere informatie

Nederlandse standaarden voor de verzekeringsarts

Nederlandse standaarden voor de verzekeringsarts Nederlandse standaarden voor de verzekeringsarts Drs. A.E. DE WIND Leuven, 27-04-2007 WIA: wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen: Hervorming en verbetering claimbeoordelingsproces Gebruik wetenschappelijk

Nadere informatie

Kennislacunes NHG-Standaard Buikpijn bij kinderen

Kennislacunes NHG-Standaard Buikpijn bij kinderen Kennislacunes Buikpijn bij kinderen Kennislacunes 1. Prevalentie prikkelbare darm syndroom bij kinderen met chronische buikpijn (noot 5, 15). 2. Verschil in prognose van kinderen met prikkelbare darm syndroom

Nadere informatie

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten?

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Samenvatting 403 Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Lage rugpijn (LRP) is wereldwijd de meest voorkomende oorzaak van beperkingen. Dit blijkt uit studies naar ziektelast

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 179 In dit proefschrift werden de resultaten beschreven van studies die zijn verricht bij volwassen vrouwen met symptomen van bekkenbodem dysfunctie. Deze symptomen komen frequent voor en kunnen de kwaliteit

Nadere informatie