R.J.van Amstel, J.R.Anema, K.Jettinghoff, J.H.Verbeek, A.P.Nauta en D.J.van Putten Zie ook het artikel op bl

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "R.J.van Amstel, J.R.Anema, K.Jettinghoff, J.H.Verbeek, A.P.Nauta en D.J.van Putten Zie ook het artikel op bl. 2386."

Transcriptie

1 samenwerking was dus geen doel op zich, maar een middel om te komen tot een betere sociaal-medische begeleiding (SMB) van (zieke) werknemers. De bedrijfsarts zou in de begeleiding ook de curatieve aspecten moeten betrekken en de huisarts de reïntegratieaspecten, om vast te stellen of informatie-uitwisseling of onderlinge afstemming nodig is. Om na te gaan in hoeverre de projecten hadden geleid tot de beoogde verbeteringen, voerde TNO Arbeid samen met het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Klachten Bewegingsapparaat en het Coronel Instituut een landelijke evaluatie uit. Hiervoor werden van ieder project vergelijkbare gegevens verzameld over het samenwerkingsproces, de randvoorwaarden voor samenwerking en de SMB in de praktijk. Daarnaast werd de tevredenheid van de patiënten over hun begeleiding geïnventariseerd. 2 In dit artikel beschrijven wij de resultaten van deze landelijke evaluatie met betrekking tot de feitelijke begeleiding door de artsen en de tevredenheid van de patiënten hierover. De volgende twee vragen stonden hierbij centraal: (a) zijn de artsen na afloop van de projecten meer gaan werken conform de criteria voor een geïntegreerde SMB zoals aanbevolen in de leidraad van de Landelijke Huisartsen Verenioorspronkelijke stukken Weinig veranderingen in kwaliteit van sociaal-medische begeleiding en tevredenheid bij patiënten met arbeidsverzuim, na samenwerkingsprojecten voor huis- en bedrijfsartsen R.J.van Amstel, J.R.Anema, K.Jettinghoff, J.H.Verbeek, A.P.Nauta en D.J.van Putten Zie ook het artikel op bl Doel. Nagaan of de samenwerkingsprojecten voor huis- en bedrijfsartsen leidden tot een kwalitatief betere sociaal-medische begeleiding (SMB) en een grotere tevredenheid bij de patiënten. Opzet. Evaluatieonderzoek met voor- en nameting bij dezelfde artsen. Methode. Gestructureerde interviews met 58 huis- en 83 bedrijfsartsen, waarin de SMB van hun patiënten met arbeidsverzuim werd doorgenomen. Bij de voormeting werd de SMB van 1109 patiënten geïnventariseerd en bij de nameting, 1 of 1,5 jaar later, de SMB van 1121 patiënten. Deze patiënten kregen een vragenlijst toegestuurd waarmee hun tevredenheid kon worden beoordeeld. Resultaten. Onder de bedrijfsartsen was bij de nameting de kwaliteit van hun probleemverheldering verbeterd. Tevens volgden zij nu vaker de KNMG-gedragscode bij contact over een patiënt met de huisarts. Onder de huisartsen bleek bij de nameting dat zij bij meer patiënten contact opnamen met de bedrijfsarts als zij na hun probleemverheldering nog aanvullende informatie nodig hadden. Maar huisen bedrijfsartsen bleken over circa de helft tot driekwart van hun patiënten bij wie contact tussen de artsen geïndiceerd was, geen contact met elkaar op te nemen. De tevredenheid van de patiënten bleek niet significant toegenomen. Vóór de projecten kreeg de huisarts gemiddeld een 8,2 als rapportcijfer en na afloop een 8,5; de bedrijfsarts kreeg beide keren een 7,5. Nadere analyse liet zien dat er geen significant verband was tussen de inhoud van de SMB en de tevredenheid van de patiënt over de arts. Conclusie. Hoewel de kwaliteit van de SMB enigszins verbeterd was, bleef de feitelijke samenwerking tussen de artsen, afgezet tegen de richtlijnen, nog onvoldoende. Een toename van de tevredenheid van de patiënten werd niet aangetoond. Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149: Om de samenwerking tussen huisarts en bedrijfsarts te verbeteren zijn in 2001 in 14 regio s in Nederland zogenoemde samenwerkingsprojecten opgezet met een looptijd van 1 of 2 jaar. De regio s bepaalden zelf welke initiatieven zij hiervoor in hun eigen gebied zouden ontplooien. De activiteiten in de projecten liepen hierdoor zeer uiteen, van bijvoorbeeld het organiseren van gezamenlijke nascholingen en ministages tot het ontwikkelen van samenwerkingsprotocollen en communicatieformulieren. 1 De projecten werden uitgevoerd onder het motto Samen werkt beter bij Arbo-curatieve zorg. Verbetering van de TNO Arbeid, Hoofddorp. Mw.drs.R.J.van Amstel, socioloog; hr.dr.j.r.anema, bedrijfsarts (tevens: VU Medisch Centrum, afd. Sociale Geneeskunde, Van der Boechorststraat 7, 1081 BT Amsterdam); mw.drs.k.jettinghoff, arbeids- en organisatiepsycholoog; hr.drs.d.j.van Putten, arts-epidemioloog. Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, Coronel Instituut, Amsterdam. Hr.dr.J.H.Verbeek, bedrijfsarts. Erasmus MC, Nederlands Kenniscentrum Arbeid en Klachten Bewegingsapparaat, Rotterdam. Mw.dr.A.P.Nauta, bedrijfsarts en psycholoog. Correspondentieadres: hr.dr.j.r.anema (h.anema@vumc.nl). Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43) 2407

2 ging (LHV) en de Nederlandse Vereniging voor Arbeidsen Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) en in de KNMG-gedragscode? 3-5 en (b) is bij de patiënten de tevredenheid over hun begeleiding toegenomen? methode De landelijke evaluatie vond plaats bij 10 van de 14 projecten. Bij 4 projecten werd medewerking geweigerd vanwege de regionale procesevaluaties die tegelijkertijd plaatsvonden. Aan het begin van het project (bij de voormeting) en aan het eind ervan (bij de nameting) werden dezelfde artsen geïnterviewd over de SMB bij hun patiënten. De resultaten van de nameting zijn dus niet verstoord door interdoktervariabelen zoals kennis, kunde, attitude en context voor samenwerking, aangezien de artsen hiervoor hun eigen controlegroep vormden. De te interviewen artsen werden door de projectcoördinatoren in de regio s geselecteerd op basis van hun actieve betrokkenheid bij het project. Het achterliggende idee hierbij was dat effecten op het gedrag bij deze groep het beste te meten zouden zijn. In totaal werden 58 huisartsen en 83 bedrijfsartsen 2 keer geïnterviewd. De interviews voor de voormeting vonden plaats in de periode juli 2001-maart De nameting vond 1 of 1,5 jaar daarna plaats, afhankelijk van de duur van het project in de betrokken regio. Voor de interviews was een gestructureerd interviewinstrument ontwikkeld; op basis daarvan werden de patiënten die de afgelopen weken het spreekuur hadden bezocht in chronologische volgorde besproken met de arts gedurende 1 h. Alleen wanneer een patiënt aan de inclusiecriteria voldeed, werd de inhoud van de begeleiding doorgenomen en werd, aan de hand van de landelijke richtlijnen over samenwerking bij SMB, nagegaan of samenwerking tussen de huisarts en de bedrijfsarts bij deze patiënt geïndiceerd was en zo ja, of deze had plaatsgevonden en met welk resultaat. Inclusiecriteria. Om een relevante groep patiënten te verkrijgen bij wie samenwerking tussen huis- en bedrijfsarts geïndiceerd kon zijn, golden de volgende inclusiecriteria: patiënten dienden tot de leeftijdsgroep van jaar te behoren, in loondienst werkzaam te zijn en ziek gemeld te zijn. Daarnaast moesten de patiënten de Nederlandse taal beheersen teneinde een vragenlijst te kunnen lezen en beantwoorden. Aan het eind van het interview werd de arts namelijk gevraagd de geïncludeerde patiënten een lijst te sturen met vragen over de door hen ervaren begeleiding. De patiënten konden de ingevulde vragenlijst anoniem en rechtstreeks naar de onderzoekers sturen, waardoor hun anonimiteit gewaarborgd was. Analyse van de interviewgegevens van de artsen. De begeleiding door de arts werd beoordeeld via 6 zogenoemde performance -indicatoren (PI s), die waren afgeleid van de LHV-NVAB-leidraad en de KNMG-gedragscode (tabel 1). 3-5 Iedere PI was opgebouwd uit een aantal criteria in de vorm van als-dan -beweringen. Bijvoorbeeld: als er na de probleemverheldering nog onvoldoende informatie is, dan moet er tussen de deskundigen informatie worden uitgewisseld over die patiënt. Dit voorbeeld geeft tevens aan dat niet iedere PI op iedere patiënt van toepassing hoefde te zijn. Wanneer een arts bij een patiënt niet had voldaan aan één of meer criteria voor de PI, dan werd de begeleiding van deze patiënt beoordeeld als op dit onderdeel niet geheel tabel 1. Inhoud van 6 gemeten zogenaamde performance -indicatoren (PI s) voor de beoordeling van de begeleiding door de huisarts en de bedrijfsarts bij ziek gemelde patiënten in loondienst 3-5 PI omschrijving aantal beoordelingscriteria bij de huisarts bij de bedrijfsarts PI-1: probleemverheldering: zijn alle in de LHV-NVAB-leidraad genoemde punten aan de orde gekomen? 5 12 PI-2: uitwisseling van informatie: is er, omdat na de probleemverheldering nog informatie ontbreekt, contact opgenomen om informatie uit te wisselen? 2 2 PI-3: afstemming van inzicht: is er, omdat de problemen aandacht van de collega vereisen, er belemmeringen zijn voor terugkeer van de patiënt naar het werk en/of er bij deze een interventie nodig is, contact opgenomen voor afstemming van inzicht omtrent de patiënt? 6 4 PI-4: afstemming van advies: is er, omdat men een advies wil geven dat strijdig is met dat van de collega, op het terrein ligt van de collega en/of de behandeling van de collega kan belemmeren, contact opgenomen voor afstemming van het advies aan de patiënt? 6 6 PI-5: informed consent: heeft men, omdat men contact wil opnemen met de collega over de patiënt, alle voorwaarden van de KNMG-gedragscode in acht genomen? 5 5 PI-6: resultaat van het Arbo-curatief contact: heeft het contact met de collega het beoogde resultaat opgeleverd? 4 4 LHV = Landelijke Huisartsen Vereniging; NVAB = Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43)

3 tabel 2. Eindscores van huisartsen en bedrijfsartsen bij de 6 performance -indicatoren (PI s) waarmee de begeleiding van hun patiënten werd beoordeeld bij een voormeting in vergelijking met een nameting na implementatie van een samenwerkingsproject met een looptijd van 1 of 2 jaar 3-5 PI begeleiding voldeed niet aan de criteria/aantal patiënten (%) 58 huisartsen 83 bedrijfsartsen voormeting nameting voormeting nameting PI-1: probleemverheldering 178/379 (47) 148/340 (44) 231/730 (32) 171/781 (22)* voorzover geïndiceerd bij een patiënt PI-2: uitwisseling van informatie 47/63 (75) 40/71 (56) 115/185 (62) 64/117 (55) PI-3: afstemming van inzicht 203/266 (76) 158/226 (70) 402/552 (73) 428/559 (77) PI-4: afstemming van advies 109/156 (70) 77/124 (62) 190/269 (71) 189/258 (73) PI-5: informed consent 45/70 (64) 48/76 (63) 99/200 (49) 55/150 (37) PI-6: resultaat van het Arbo-curatief contact 9/19 (47) 12/28 (43) 34/94 (36) 17/69 (25) *Verschil tussen voor- en nameting: p < 0,001. Verschil tussen voor- en nameting: p < 0,05. conform de landelijke richtlijnen en kreeg deze de score 1. Was aan alle criteria voldaan, dan kreeg de begeleiding de score 0. Via de antwoorden op de vragen uit het interview werden de scores met een computerprogramma vastgesteld. Voor iedere PI werd vervolgens berekend bij hoeveel patiënten op wie de PI van toepassing was, de arts de richtlijnen voor een geïntegreerde SMB niet, of niet volledig, had gevolgd (tabel 2). Analyse van de vragenlijstgegevens van de patiënten. De vragenlijst voor de patiënten bevatte vragen over verschillende aspecten van de begeleiding en de (eventuele) samenwerking tussen de huisarts en de bedrijfsarts. Op grond van factor- en betrouwbaarheidsanalyse bleek een deel van de gegevens van de patiënten te reduceren tot de volgende schalen: 6 (a) het gevoel serieus genomen te worden door de arts; (b) vertrouwen in de onafhankelijkheid van de arts; (c) gemakkelijke toegang tot en comfort bij de arts; (d) algehele tevredenheid over het bezoek aan de arts. Een overzicht van de vragen waarmee deze schalen werden gemeten, wordt in tabel 3 gepresenteerd. Hierin wordt ook de betrouwbaarheid van de schalen toegelicht. De vragenlijstgegevens van de patiënt werden vervolgens via de geboortedatum, dus op verder niet-identificerende wijze, gekoppeld aan de interviewgegevens van de arts. Hierdoor kon met behulp van multipele lineaire-regressieanalyse worden nagegaan of er een verband was tussen de tevredenheid van de patiënt en de begeleiding door de arts (tabel 4). resultaten Bij de 58 huisartsen werden bij de eerste meting 379 patiënten geïncludeerd en bij de tweede meting 340, bij de 83 bedrijfsartsen respectievelijk 730 en 781. Tussen de groep geïncludeerde patiënten in de eerste meting en die in de tweede bleken geen verschillen te bestaan in leeftijd, geslacht, verzuim, reïntegratie en andere relevante achtergrondge gevens. Verandering in de begeleiding door de artsen. Tabel 2 laat zien dat na afloop van de projecten de SMB door de bedrijfsartsen op 2 punten significant was verbeterd. Allereerst was er een verbetering bij de probleemverheldering: bedrijfsartsen namen nu meer dan voorheen met de patiënt al diens beperkingen en mogelijkheden in het werk door. Daarnaast volgden zij nu vaker de KNMG-gedragscode bij contact over een patiënt met de huisarts (informed consent). In het bijzonder bespraken zij nu meer dan voorheen vooraf met de patiënt het doel van dit contact, alsmede de eigen bevindingen en vragen die zij hadden voor de huisarts. Bij de huisartsen was er één duidelijke verbetering waar te nemen: zij namen nu bij meer patiënten contact op met de bedrijfsarts voor aanvullende informatie indien de probleemverheldering hiertoe aanleiding gaf. Tabel 2 laat echter ook zien dat na afloop van de projecten niet gesproken kon worden van een SMB zoals aanbevolen in de LHV-NVAB-leidraad. Zo namen de huisarts en bedrijfsarts bij de helft tot driekwart van hun patiënten geen contact met elkaar op om informatie uit te wisselen of om hun inzicht in of hun advies aan de patiënt onderling af te stemmen, hoewel dat volgens deze leidraad wel geïndiceerd was. Verandering in de tevredenheid van de patiënten. Het sturen van de vragenlijst naar de patiënten van de huisartsen leverde bij de eerste meting 205 respondenten op en bij de tweede meting 182 (beide keren 54% van alle geïncludeerde huisartspatiënten). Van de patiënten van de bedrijfsartsen vul- Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43) 2409

4 den bij de eerste meting 409 de vragenlijst in en bij de tweede meting 382 (56 respectievelijk 49% van alle geïncludeerde bedrijfsartspatiënten). Non-responsanalyse liet zien dat iets vaker de patiënten van 40 jaar of ouder de vragenlijst retourneerden. Wat betreft de SMB bleken er echter geen significante verschillen te zijn. De respondenten waren dus niet vaak (en evenmin minder vaak) degenen die volgens de richtlijnen waren begeleid. Tabel 3 laat zien dat de patiënten bij de eerste meting over het algemeen al redelijk tevreden waren over de begeleiding door hun arts. Na afloop van de projecten was hun tevredenheid nog iets toegenomen (niet significant). Tabel 3 laat verder zien dat de patiënten van de huisartsen over het algemeen tevredener waren over de geleverde zorg dan de patiënten van de bedrijfsartsen. Als rapportcijfer werd bij de eerste meting aan de huisarts gemiddeld een 8,2 gegeven en aan de bedrijfsarts een 7,5. Bij de tweede meting kregen zij gemiddeld een 8,5 respectievelijk een 7,5. Met behulp van multipele lineaire-regressieanalyse kon bij 965 van de in totaal 1178 respondenten (82%) vervolgens nog worden nagegaan in hoeverre de (inhoud van de) begeleiding door de arts samenhing met het oordeel van de patiënt over de geleverde zorg. Hierbij werd gecorrigeerd voor mogelijke andere predictoren, zoals het geslacht en de leeftijd van de patiënt. Tabel 4 laat zien dat er dan een klein (significant) verband naar voren kwam tussen het vertrouwen in de arts en de wijze waarop de patiënt werd begeleid: wanneer de arts bij de probleemverheldering en bij het contact met een collega over een patiënt niet handelde conform de richtlijnen, dan was over het algemeen het vertrouwen van de patiënt in de arts wat minder. Er was geen significant verband tussen de (inhoud van de) begeleiding door de arts en tabel 3. Gemiddelde scores van patiënten/respondenten op tevredenheidsschalen aangaande de begeleiding en de (eventuele) samenwerking tussen de huisarts en de bedrijfsarts bij een voormeting in vergelijking met een nameting na implementatie van een samenwerkingsproject met een looptijd van 1 of 2 jaar schalen en items score* huisarts bedrijfsarts voormeting nameting voormeting nameting (n = 205) (n = 182) (n = 409) (n = 382) het gevoel serieus genomen te worden door de arts (Cronbach-α: 0,93) 4,4 4,5 4,0 4,0 de arts begreep goed wat mijn gezondheidsproblemen en/of mijn problemen met het werk zijn 4,4 4,4 4,1 4,1 de arts behandelde me op een prettige manier 4,5 4,6 4,2 4,2 de arts wist waar hij/zij het over had tijdens het gesprek 4,5 4,5 4,0 4,0 de arts gaf me goed advies over mijn gezondheid 4,3 4,4 3,8 3,9 de arts leek deskundig 4,5 4,5 4,0 4,0 vertrouwen in de onafhankelijkheid van de arts (Cronbach-α: 0,69) 4,2 4,2 3,8 3,8 ik kon er bij dit bezoek op rekenen dat de arts mijn klachten vertrouwelijk zou behandelen 4,4 4,6 3,9 3,9 ik was op mijn hoede tijdens het gesprek met de arts 3,7 3,7 3,6 3,5 tijdens dit bezoek was ik bang dat de arts mijn klachten, zonder mijn toestemming, aan de werkgever zou doorvertellen 4,4 4,4 4,0 4,0 gemakkelijke toegang tot en comfort bij de arts (Cronbach-α: 0,60) 4,3 4,3 4,0 4,0 de praktijk/dienst was gemakkelijk toegankelijk (onder andere plaats, openbaar vervoer en parkeren) 4,3 4,3 4,0 4,0 de wachtkamer was comfortabel 3,9 4,1 3,7 3,7 de spreekkamer van de dokter was netjes 4,5 4,5 4,2 4,2 de afspraak verliep zonder storing van buitenaf 4,4 4,4 4,2 4,2 algehele tevredenheid over het bezoek aan de arts (Cronbach-α: 0,91) 4,3 4,4 3,8 3,9 alles bij elkaar genomen, ben ik tevreden over het bezoek aan de arts 4,3 4,5 3,9 4,0 alles bij elkaar genomen, was het bezoek aan de arts nuttig 4,3 4,4 3,8 3,8 alles bij elkaar genomen, voldeed dit bezoek aan de arts aan mijn verwachtingen 4,2 4,2 3,7 3,8 *De schaalscore bestaat uit de som van de scores op de items die onder de schaal staan vermeld, gedeeld door het aantal items, en is gebaseerd op de scores van de respondenten die op minstens 75% van deze items een antwoord gaven; de scores lopen van 1 (= helemaal niet mee eens) tot 5 (= helemaal mee eens). Verschil tussen voor- en nameting: p < 0,05. Omgepoolde scores Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43)

5 tabel 4. Verband tussen de tevredenheid van ziek gemelde patiënten in loondienst over de begeleiding door hun huisarts/bedrijfsarts en de feitelijke begeleiding gemeten met 6 performance -indicatoren (PI s)* 3-5 PI β algehele tevredenheid het gevoel serieus vertrouwen in de gemakkelijke toegang over het bezoek genomen te worden onafhankelijkheid tot en comfort bij aan de arts door de arts van de arts de arts PI-1: probleemverheldering 0,04 0,04 0,08 0,04 PI-2: uitwisseling van informatie 0,02 0,02 0,04 0,01 PI-3: afstemming van inzicht 0,004 0,02 0,03 0,06 PI-4: afstemming van advies 0,04 0,06 0,03 0,004 PI-5: informed consent 0,02 0,03 0,08 0,01 PI-6: resultaat van het Arbo-curatief contact 0,05 0,02 0,04 0,05 *De scores van de PI s (onafhankelijke variabelen) liepen van 0 (= conform de richtlijnen gehandeld) tot 1 (= niet conform de richtlijnen gehandeld), die van de tevredenheidsvariabelen (afhankelijke variabelen) van 1 (= laag) tot 5 (= hoog). De β geeft een indicatie van de betekenis van de PI-variabele als verklaring van de variantie van de afhankelijke variabele. De sterkte van de samenhang wordt hierbij uitgedrukt na statistische correctie voor andere variabelen. Gecorrigeerd is in dit geval voor geslacht en leeftijd van de patiënten, voor de soort arts (de huis- of de bedrijfsarts) over wie zij hun mening gaven en voor de soort meting (de voor- of de nameting). Significante waarneming: p < 0,05. de algehele tevredenheid van de patiënt over het bezoek aan de arts, het gevoel serieus genomen te worden door de arts en de mening over de toegang tot en het comfort bij de arts. beschouwing In dit onderzoek werd aan het begin en aan het eind van de regionale samenwerkingsprojecten bij dezelfde artsen de kwaliteit van hun SMB in kaart gebracht. De resultaten laten zien dat er bij de bedrijfsartsen en huisartsen enige verbetering was in de kwaliteit van hun SMB. Gelijktijdig met deze projecten waren er echter landelijk ook nog tal van ontwikkelingen waarvan een positief effect op de SMB verwacht kon worden; te denken valt aan de Wet Verbetering Poortwachter, aan het instellen van landelijke centra voor zogeheten arbeidsrelevante aandoeningen en aan de verwijsfunctie voor bedrijfsartsen. Door het ontbreken van een controlegroep konden wij niet vaststellen of de waargenomen veranderingen waren toe te schrijven aan de projectactiviteiten of aan de landelijke aandacht voor Arbo-curatieve samenwerking. Gebruik van KNMG-gedragscode en LHV-NVAB-leidraad. Het onderzoek laat zien dat er bij de geïnterviewde artsen in veel gevallen nog geen sprake was van een kwalitatief goede SMB zoals vastgelegd in de KNMG-gedragscode en de LHV- NVAB-leidraad voor huisarts en bedrijfsarts. Dit resultaat valt tegen, mede omdat deze artsen actief bij de projectactiviteiten in hun regio betrokken waren en derhalve als voortrekkers van Arbo-curatieve samenwerking werden beschouwd. Volgens degenen die de regionale evaluaties verrichtten, zou een verklaring kunnen zijn dat concrete gedragsveranderingen nauwelijks te verwachten zijn na een periode van slechts 1-1,5 jaar. 7-9 De argumenten lijken aannemelijk: uit de vakliteratuur is bekend dat het bewerkstelligen van een gedragsverandering een complex proces is waarin diverse stadia moeten worden doorlopen die tijd nodig hebben Een andere verklaring is dat de richtlijnen (nog) onvoldoende aansluiten bij de praktijk van de huisarts en de bedrijfsarts en derhalve bijstelling behoeven. Tevredenheid van patiënten. Het onderzoek laat verder zien dat de tevredenheid van patiënten niet significant was toegenomen. Dat wordt mogelijk verklaard doordat het feitelijke samenwerkingsgedrag van de artsen nauwelijks was veranderd en er derhalve van een verbeterde SMB nog geen sprake was. Het kan er echter ook op duiden dat de tevredenheid van patiënten afhankelijk is van algemenere opvattingen over de artsen. Niet alleen het gegeven dat er een betrekkelijk groot verschil was in tevredenheid over de huisarts en over de bedrijfsarts ondersteunt deze gedachte (de tevredenheid over de huisartsen was groter; zie tabel 3), maar ook de bevinding dat de aard of inhoud van de SMB nauwelijks samenhangt met het oordeel van de patiënten over hun arts. De betekenis van dit onderzoek voor praktijk en beleid. De overheid en de beroepsverenigingen van huisartsen en bedrijfsartsen (respectievelijk LHV en NVAB), maar ook de Orde van Medisch Specialisten hebben het laatste decennium veel geïnvesteerd om de SMB en de samenwerking tussen artsen te verbeteren. Hoewel na afloop van de samenwerkingsprojecten duidelijk beter wordt voldaan aan de randvoorwaarden voor de samenwerking zo is het onder- Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43) 2411

6 linge vertrouwen toegenomen geeft dit onderzoek aan dat de kwaliteit van de SMB en de samenwerking in de praktijk, ondanks alle inspanningen, niet verbeterd zijn; ze zijn nog onvoldoende Ook de patiënt ziet (nog) geen meerwaarde van samenwerking tussen artsen, terwijl het belang van de patiënt een van de belangrijkste motieven van artsen was voor betere samenwerking Het andere belangrijke motief was dat meer samenwerking en een kwalitatief betere SMB zouden moeten leiden tot een afname van verzuim en arbeidsongeschiktheid. Effecten van samenwerking hierop waren vanwege de opzet van dit onderzoek niet te meten. Het lijkt daarom dringend gewenst om, in een goed te controleren setting, een kleinschalig, gerandomiseerd onderzoek te doen naar het effect van samenwerking bij de SMB op werkhervatting. Dit artikel is geschreven in het kader van het doelfinancieringsprogramma Arbeid en gezondheid van TNO, dat uitgevoerd wordt in samenwerking met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het onderzoek werd verricht in opdracht van ZonMw. Belangenconflict: geen gemeld. Aanvaard op 23 februari 2005 Literatuur 1 Bruggenbrouwers gezocht. Uitdagende perspectieven voor de arbocuratieve zorg. Den Haag: ZonMw; Anema JR, Amstel RJ van, Venema A, Vroome EM de, Putten DJ van, Nauta AP, et al. Een stap vooruit op een lange weg. De samenwerkingsprojecten tussen huis- en bedrijfsartsen in 10 regio s: effecten op het proces van samenwerken, gedragsverandering van artsen en de tevredenheid bij patiënten. TNO-rapport Hoofddorp: TNO Arbeid; Anema JR, Buijs PC, Amstel RJ van, Putten DJ van. LHV/NVABleidraad voor huisarts en bedrijfsarts bij de sociaal-medische begeleiding van arbeidsverzuim. De Huisarts TBV Special; maart Anema JR, Buijs PC, Putten DJ van. Samenwerking van huisarts en bedrijfsarts: een leidraad voor de praktijk. Medisch Contact. 2001;56: Code samenwerking bij arbeidsverzuim. Utrecht: KNMG; Verbeek JH, Boer AG de, Weide WE van der, Piirainen H, Anema JR, Amstel RJ van, et al. Patient satisfaction with occupational health physicians, development of a questionnaire. Occup Environ Med. 2005;62: Heuvel FMM van den, Buijs PC, Putten DJ van, Anema JR. Praktijkervaringen met het implementeren van samenwerkingsprojecten tussen huisartsen en bedrijfsartsen in drie regio s: de eindevaluatie. TNO-rapport Hoofddorp: TNO Arbeid; Engels JA, Tigchelaar A, Gulden JWJ van der. Aanzetten tot arbocuratieve samenwerking. Samenvatting van de procesevaluatie van vijf projecten in de regio s Groningen, Drenthe en Friesland. Nijmegen: Universitair Medisch Centrum St Radboud; Bakker RH, Krol B, Gulden JWJ van der, Groothoff JW. Arbocuratieve samenwerking: verslag van drie regionale projecten. Tijdschr Gezondheidswet. 2003;81: Rogers EM. Diffusion of innovations. New York: The Free Press; Heideman JMC, Engels JA, Gulden JWJ van der. Knelpunten in de arbo-curatieve samenwerking tussen bedrijfsarts en huisarts. Wat staat noodzakelijke gedragsverandering in de weg? Tijdschr Gezondheidswet. 2002;80: Nauta AP. Een vertrouwenskwestie [proefschrift]? Heerlen: Open Universiteit; Amstel RJ van, Buijs PC. Voor verbetering vatbaar. De samenwerking tussen huisarts en bedrijfsarts bij sociaal-medische begeleiding: een onderzoek naar belemmeringen voor die samenwerking en naar oplossingen daarvoor. Hoofddorp: NIA-TNO; Abstract Limited change in the quality of the social medical guidance and in the satisfaction of sick-listed patients, after collaborative projects between general practitioners and occupational physicians Objective. To evaluate whether regional projects for collaboration between general practitioners (GPs) and occupational physicians (OPs) improved the quality of their social medical guidance (SMG) and the satisfaction of their patients. Design. Evaluation study with before and after measurements with respect to the same GPs and OPs. Method. Structured interviews were conducted with 58 GPs and 83 OPs regarding the SMG of their sick-listed patients. Before the project, the SMG of 1109 sick-listed patients was assessed and after the project, 1 or 1.5 years later, the SMG of 1121 sick-listed patients. These patients were sent a questionnaire by means of which their satisfaction could be assessed. Results. After the projects, the quality of the diagnosis by the OPs was improved and they also more often adhered to the official guidelines of the KNMG (Royal Netherlands Medical Association) when contacting the GP about a patient. The GPs more often contacted the OP if they needed more information about a patient after reaching a diagnosis. Nevertheless, in half to three-quarters of the patients for whom contact between GPs and OPs was indicated, this contact did not take place. There was no significant increase in patient satisfaction. Before the projects, patients gave their GP a grade of 8.2 on a 10-point scale and after the projects this was 8.5; the OPs were given a grade of 7.5 both times. Further analysis showed that there was no significant relation between the quality of the SMG and the patient s satisfaction with the doctor. Conclusion. Although there was some improvement in the quality of the SMG, there was still insufficient cooperation between GPs and OPs compared to the guidelines. An increase in patient satisfaction was not demonstrated. Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149: Ned Tijdschr Geneeskd oktober;149(43)

Begeleiding van werknemers met rug- en psychische klachten vanuit zowel het perspectief van de patiënt als de bedrijfsarts.

Begeleiding van werknemers met rug- en psychische klachten vanuit zowel het perspectief van de patiënt als de bedrijfsarts. TNO Arbeid TNO-rapport 10006 Begeleiding van werknemers met rug- en psychische klachten vanuit zowel het perspectief van de patiënt als de bedrijfsarts. Polarisavenue 151 Postbus 718 2130 AS Hoofddorp

Nadere informatie

Werknemers weten te weinig over hun rechten en handelingsmogelijkheden in relatie tot de bedrijfsarts

Werknemers weten te weinig over hun rechten en handelingsmogelijkheden in relatie tot de bedrijfsarts TBV (2006) 14:361 366 DOI 10.1007/BF03074422 ONDERZOEK Werknemers weten te weinig over hun rechten en handelingsmogelijkheden in relatie tot de R. Steenbeek F.M.M. van den Heuvel P.C. Buijs Samenvatting

Nadere informatie

De verzuimbegeleiding bij rugklachten of psychische klachten en het oordeel van de patiënt

De verzuimbegeleiding bij rugklachten of psychische klachten en het oordeel van de patiënt TBV (januari 2004) 12:198 206 DOI 10.1007/BF03074039 ONDERZOEK De verzuimbegeleiding bij rug of psychische en het oordeel van de patiënt J.R. Anema R.J. van Amstel Samenvatting In dit artikel worden de

Nadere informatie

Effecten van een co-assistentschap bedrijfsgezondheidszorg

Effecten van een co-assistentschap bedrijfsgezondheidszorg Effecten van een co-assistentschap bedrijfsgezondheidszorg A.P. Nauta, J. von Grumbkow Samenvatting Inleiding: Samenwerking tussen huisartsen en bedrijfsartsen wordt belangrijk gevonden, hetgeen blijkt

Nadere informatie

Werknemers wensen bij verzuim een prominentere rol van bedrijfsarts én huisarts

Werknemers wensen bij verzuim een prominentere rol van bedrijfsarts én huisarts TBV (2006) 14:354 360 DOI 10.1007/BF03074421 ONDERZOEK Werknemers wensen bij verzuim een prominentere rol van bedrijfsarts én huisarts F.M.M. van den Heuvel R. Steenbeek P.C. Buijs Samenvatting De zorg

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Deel 1 Afstemmen van behandeling en werkhervatting

Deel 1 Afstemmen van behandeling en werkhervatting Deel 1 Afstemmen van behandeling en werkhervatting Samenwerking, durft u het aan? Noks Nauta en Joost van der Gulden Wanneer je een wat serieuzer gezondheidsprobleem hebt, krijg je al vlug met verschillende

Nadere informatie

Arbocuratieve samenwerking: bestaande visies schieten tekort

Arbocuratieve samenwerking: bestaande visies schieten tekort Arbocuratieve samenwerking: bestaande visies schieten tekort R.H. Bakker, B. Krol, J.W.J. van der Gulden, J.W. Groothoff* Al geruime tijd is er aandacht voor de moeizame samenwerking tussen huisartsen

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

Arbocuratieve samenwerking anno 2003

Arbocuratieve samenwerking anno 2003 Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2003. De gegevens mogen met bronvermelding (Arbocuratieve samenwerking anno 2003, het perspectief van de huisarts, T. Somai, A. van der Beek, F.G. Schellevis)

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

NVAB-richtlijn blijkt effectief

NVAB-richtlijn blijkt effectief NVAB-richtlijn blijkt effectief Nieuwenhuijsen onderzocht de kwaliteit van de sociaal-medische begeleiding door bedrijfsartsen van werknemers die verzuimen vanwege overspannenheid, burn-out, depressies

Nadere informatie

Een stap vooruit op een lange weg

Een stap vooruit op een lange weg TNO Arbeid TNO-rapport 10126-14372 Polarisavenue 151 Postbus 718 2130 AS Hoofddorp www.arbeid.tno.nl Een stap vooruit op een lange weg De samenwerkingsprojecten tussen huis- en bedrijfsartsen in 10 regio

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Werkstijlen en attitudes van verzekeringsartsen van UWV ten aanzien van de communicatie met klanten tijdens beoordelingsgesprekken

Werkstijlen en attitudes van verzekeringsartsen van UWV ten aanzien van de communicatie met klanten tijdens beoordelingsgesprekken Werkstijlen en attitudes van verzekeringsartsen van UWV ten aanzien van de communicatie met klanten tijdens beoordelingsgesprekken Drs. Jolanda van Rijssen 1 Dr. Ton Schellart, MBA 1 Dr. Han Anema 1 Drs.

Nadere informatie

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden van Sporten en de Invloed van Egodepletie, Gewoonte en Geslacht The Role of Selfregulation, Motivation and Self-efficacy

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

The Disability Assessment Structured Interview

The Disability Assessment Structured Interview RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN The Disability Assessment Structured Interview Its reliability and validity in work disability assessment Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Medische Wetenschappen

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

De ontwikkeling en evaluatie van het zes stappenplan voor bedrijfsartsen

De ontwikkeling en evaluatie van het zes stappenplan voor bedrijfsartsen De ontwikkeling en evaluatie van het zes stappenplan voor bedrijfsartsen Dr. Teus Brand Dr. Julitta Boschman Prof. dr. Monique Frings-Dresen Dr. Henk van der Molen Coronel Instituut, Academisch Medisch

Nadere informatie

Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1. De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op

Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1. De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1 De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op Contingente Zelfwaardering en Depressieve Klachten. Tammasine Netteb Open

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Problematiek: De Mediërende Invloed van de Ouder-Therapeut Alliantie

Nadere informatie

Duurzame Re-integratie

Duurzame Re-integratie Duurzame Re-integratie van mensen met aanhoudende vermoeidheidsklachten Margot Joosen Monique Frings-Dresen Judith Sluiter Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid Academisch Medisch Centrum, Amsterdam

Nadere informatie

Arbocuratieve samenwerking: de invloed van de sociale wetgeving vanaf 1994

Arbocuratieve samenwerking: de invloed van de sociale wetgeving vanaf 1994 Arbocuratieve samenwerking: de invloed van de sociale wetgeving vanaf 1994 R.H. Bakker, B. Krol, J.W.J. van der Gulden, J.W. Groothoff* Midden jaren negentig bleken de kosten als gevolg van arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders

Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1. De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress. en Energie bij Moeders Running head: INVLOED MBSR-TRAINING OP STRESS EN ENERGIE 1 De Invloed van MBSR-training op Mindfulness, Ervaren Stress en Energie bij Moeders The Effect of MBSR-training on Mindfulness, Perceived Stress

Nadere informatie

WERKZAAMHEID VAN CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1

WERKZAAMHEID VAN CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 WERKZAAMHEID VAN CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met internaliserende Problematiek: Affect als Mediator Effectiveness of Child-Centered Play Therapy

Nadere informatie

Mentaal Weerbaar Blauw

Mentaal Weerbaar Blauw Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.

Nadere informatie

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiviteit van Angstcommunicaties 1 (In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiveness

Nadere informatie

LinkedIn Profiles and personality

LinkedIn Profiles and personality LinkedInprofielen en Persoonlijkheid LinkedIn Profiles and personality Lonneke Akkerman Open Universiteit Naam student: Lonneke Akkerman Studentnummer: 850455126 Cursusnaam en code: S57337 Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie

Chapter 11. Nederlandse samenvatting

Chapter 11. Nederlandse samenvatting Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Reumatoïde artritis (RA) is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door ontstekingen van de gewrichten. Symptomen die optreden zijn onder andere pijn,

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en

De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en Identificatie met de Organisatie op Status en Zelfwaardering. The Civil Servant

Nadere informatie

Zelfinstructie bij de Training MBSR

Zelfinstructie bij de Training MBSR Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op Stress, Mindfulness, Self efficacy en Motivatie Audrey de Jong Zelfinstructie bij de Training MBSR 2 Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op

Nadere informatie

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis.

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. The influence of resilience on the relationship between pain and psychological symptoms

Nadere informatie

SAMENVATTING Depressie en verzuim Voorspellers voor verzuim en werkhervatting hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

SAMENVATTING Depressie en verzuim Voorspellers voor verzuim en werkhervatting hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Samenvatting SAMENVATTING SAMENVATTING Depressie en verzuim Ongeveer 15% van de Nederlandse bevolking krijgt eens in zijn of haar leven een depressie. Het hebben van een depressie beïnvloedt het leven

Nadere informatie

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style Jenny Thielman 1 e begeleider: mw. dr. Esther Bakker 2 e begeleider: mw. dr.

Nadere informatie

Cliëntenaudit Bureau ABC

Cliëntenaudit Bureau ABC Cliëntenaudit Bureau ABC 2014 Zoetermeer 17 april 2015 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties

Nadere informatie

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of

Nadere informatie

Patiënten verwachten bij ziekteverzuim een prominente rol van de huisarts

Patiënten verwachten bij ziekteverzuim een prominente rol van de huisarts Onderzoek Patiënten verwachten bij ziekteverzuim een prominente rol van de huisarts Peter Buijs, Floor van den Heuvel, Romy Steenbeek Inleiding De begeleiding van verzuimende werknemers is niet probleemloos.

Nadere informatie

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:

Nadere informatie

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve

Nadere informatie

ALGEMEEN PROJECT RAPPORT

ALGEMEEN PROJECT RAPPORT Evaluatie EVALUATION rapport RAPPORT SENDI PROJECT project ALGEMEEN PROJECT RAPPORT This report contains the evaluation analysis of the filled out questionnaire about the Kick off meeting in Granada Dit

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Johanna van Gaalen, arts-onderzoeker Afdeling Medische Besliskunde 9 juni 2010

Johanna van Gaalen, arts-onderzoeker Afdeling Medische Besliskunde 9 juni 2010 Implementatie van internet-based zelfmanagement: wat werkt het beste? Johanna van Gaalen, arts-onderzoeker Afdeling Medische Besliskunde 9 juni 2010 Implementatie internet-based asthma selfmanagement (IBSM)

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Bisexuality: the Invisible Social Identity with Visible Health Consequences Maria Verbeek Eerste begeleidster: dr. N.

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems.

Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic Play Group Therapy for Children. with Internalizing Problems. Spelgroepbehandeling voor kinderen met internaliserende problemen De Effectiviteit van een Psychodynamische Spelgroepbehandeling bij Kinderen met Internaliserende Problemen. The Effectiveness of Psychodynamic

Nadere informatie

Verschillen in het Gebruik van Geheugenstrategieën en Leerstijlen. Differences in the Use of Memory Strategies and Learning Styles

Verschillen in het Gebruik van Geheugenstrategieën en Leerstijlen. Differences in the Use of Memory Strategies and Learning Styles Verschillen in het Gebruik van Geheugenstrategieën en Leerstijlen tussen Leeftijdsgroepen Differences in the Use of Memory Strategies and Learning Styles between Age Groups Rik Hazeu Eerste begeleider:

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Bullying at work and the impact of Social Support on Health and Absenteeism. Rieneke Dingemans April 2008 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Publieksverslag CQ-index 2015

Publieksverslag CQ-index 2015 Publieksverslag CQ-index 2015 Datum 19-10-2015 De NFU heeft, net als de afgelopen twee jaar, een patiëntenonderzoek gehouden in de acht universitair medische centra (umc s). In totaal zijn 103.000 patiënten

Nadere informatie

Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training. op Existentiële Voldoening. Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program

Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training. op Existentiële Voldoening. Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training op Existentiële Voldoening Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program on Existential Fulfillment Y. Ducaneaux-Teeuwen Eerste begeleider:

Nadere informatie

Questionnaire for patients with HIV

Questionnaire for patients with HIV Questionnaire for patients with HIV Name QUOTE-HIV Language Dutch Number of items 27 Developed by Academic Medical Centre. University of Amsterdam, NIVEL Year 1998 Corresponding literature Hekkink CF,

Nadere informatie

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven Neuropsychologische Behandeling en Sociaal Emotioneel Welzijn bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie Neuropsychological Treatment and Social Emotional Well-being of Children with a Severe Form

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Influence of Mindfulness Training on Parental Stress, Emotional Self-Efficacy

Nadere informatie

Het meten van werk-capabilities

Het meten van werk-capabilities Het meten van werk-capabilities Femke Abma, PhD Universitair Medisch Centrum Groningen, Community and Occupational Medicine Startsymposium Academische Werkplaats Arbeid en Gezondheid, 17 april 2015, Tilburg

Nadere informatie

De Reactie van Verzorgenden in het Verpleeghuis op Seksueel Ontremd Gedrag: Is Deze Anders voor Demente dan voor Somatische Bewoners?

De Reactie van Verzorgenden in het Verpleeghuis op Seksueel Ontremd Gedrag: Is Deze Anders voor Demente dan voor Somatische Bewoners? De Reactie van Verzorgenden in het Verpleeghuis op Seksueel Ontremd Gedrag: Is Deze Anders voor Demente dan voor Somatische Bewoners? Is er een Verband met de Reactie van de Bewoner? The Reaction of Nursing

Nadere informatie

COMMUNICATIEFORMULIER VAN DE ZIEKE WERKNEMER voor verbetering van communicatie tussen behandelaars

COMMUNICATIEFORMULIER VAN DE ZIEKE WERKNEMER voor verbetering van communicatie tussen behandelaars COMMUNICATIEFORMULIER VAN DE ZIEKE WERKNEMER voor verbetering van communicatie tussen behandelaars Gebruik dit formulier wanneer naar uw mening (voldoende) overleg tussen uw behandelaars ontbreekt of als

Nadere informatie

De Invloed van Familie op

De Invloed van Familie op De Invloed van Familie op Depressie- en Angstklachten van Verpleeghuisbewoners met Dementie The Influence of Family on Depression and Anxiety of Nursing Home Residents with Dementia Elina Hoogendoorn Eerste

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen

E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen E-health4Uth: extra contactmoment vanuit de Jeugdgezondheidszorg voor 15/16 jarigen Effectevaluatie Door: Rienke Bannink (Erasmus MC) E-mail r.bannink@erasmusmc.nl i.s.m. Els van As (consortium Rivas-Careyn),

Nadere informatie

Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn

Deelrapportage Apotheken door Cliënten Bekeken Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn Deelrapportage "Apotheken door Cliënten Bekeken" Vorige en huidige meting Apotheek Den Hoorn E Inhoud 1. Inleiding en methode 1 1.1. Achtergrond 1 1.2. Doel van het kwaliteitstraject: meten en verbeteren

Nadere informatie

Common Mental Disorders Prediction of Sickness Absence Durations and Recurrences. Giny Norder NVAB kring Noord 14 april 2016

Common Mental Disorders Prediction of Sickness Absence Durations and Recurrences. Giny Norder NVAB kring Noord 14 april 2016 Common Mental Disorders Prediction of Sickness Absence Durations and Recurrences Giny Norder NVAB kring Noord 14 april 2016 Common Mental Disorders Prediction of Sickness Absence Durations and Recurrences

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten. een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te.

De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten. een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te. De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te Stoppen The Influence of the Innovation Characteristics on the Intention of

Nadere informatie

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Het Effect van Online Cognitieve Gedragstherapie op Seksuele Disfuncties bij Vrouwen The Effectiveness of Internet-based Cognitive-Behavioural

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

Bekendheid met de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte en de Commissie Gelijke Behandeling

Bekendheid met de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte en de Commissie Gelijke Behandeling Bekendheid met de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte en de Commissie Gelijke Behandeling Onderzoek onder mensen met een chronische ziekte of beperking die deel uitmaken

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. 0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve

Nadere informatie

Waarom deze presentatie?

Waarom deze presentatie? Waarom deze presentatie? Kennismaken met Participatieve Werkaanpassing Resultaten onderzoek (evidence based) Maar vooral: Wat is Participatieve Werkaanpassing? Participatieve ergonomie is het aanpassen

Nadere informatie

Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback. The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and

Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback. The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and Onrechtvaardigheid, bevlogenheid en feedback 1 Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and Feedback Nerfid

Nadere informatie

Bedrijfsarts en Huisarts: Samen werken aan optimale zorg. Paulien Brunings De Bedrijfsgeneeskundige Dagen 26 & 27 mei 2016

Bedrijfsarts en Huisarts: Samen werken aan optimale zorg. Paulien Brunings De Bedrijfsgeneeskundige Dagen 26 & 27 mei 2016 Bedrijfsarts en Huisarts: Samen werken aan optimale zorg Paulien Brunings De Bedrijfsgeneeskundige Dagen 26 & 27 mei 2016 0 Arbocuratieve zorg is de afgestemde zorg door behandelaar en arbeidsgeneeskundige

Nadere informatie

Uw medische gegevens elektronisch delen? Alleen met uw toestemming!

Uw medische gegevens elektronisch delen? Alleen met uw toestemming! Uw medische gegevens elektronisch delen? Alleen met uw toestemming! Goede zorg met goede informatie Ziekte, een blessure of een ongeval komt vaak onverwacht. Daardoor kunt u terechtkomen bij een onbekende

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project

Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project Implementatie Zorgstandaard Obesitas voor kinderen (4-12 jaar) KIZO-project Annemarie Schalkwijk Sandra Bot, co-promotor Petra Elders, co-promotor Giel Nijpels, promotor Lifestyle, Overweight and Diabetes

Nadere informatie

Master Thesis. Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models. Using an Item Response Approach.

Master Thesis. Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models. Using an Item Response Approach. 1 Master Thesis Early Career Burnout Among Dutch Nurses: Comparing Theoretical Models Using an Item Response Approach. Burnout onder Beginnende Nederlandse Verpleegkundigen: een Vergelijking van Theoretische

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken Huisartsenpraktijk. Huisartspraktijk Beenakker en Soerland

Door Cliënten Bekeken Huisartsenpraktijk. Huisartspraktijk Beenakker en Soerland Door Cliënten Bekeken Huisartsen Samenvatting rapportage voor: Huisarts Beenakker en Soerland Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV www.argo-rug.nl SAMENVATTING VAN

Nadere informatie

SOCIALE GENEESKUNDE. de nieuwste ontwikkelingen. prof dr J.W. Groothoff UMCG. Studiekring Noord Verzekerings- en bedrijfsartsen 5 oktober 2006

SOCIALE GENEESKUNDE. de nieuwste ontwikkelingen. prof dr J.W. Groothoff UMCG. Studiekring Noord Verzekerings- en bedrijfsartsen 5 oktober 2006 SOCIALE GENEESKUNDE de nieuwste ontwikkelingen prof dr J.W. Groothoff UMCG Studiekring Noord Verzekerings- en bedrijfsartsen 5 oktober 2006 1 Opzet onderwijs/opleiding onderzoek medische / maatschappelijke

Nadere informatie

Factsheet. Evaluatie van het Transmuraal Interactief Patiënt Platform (TIPP) vanuit patiënten perspectief

Factsheet. Evaluatie van het Transmuraal Interactief Patiënt Platform (TIPP) vanuit patiënten perspectief Factsheet Evaluatie van het Transmuraal Interactief Patiënt Platform (TIPP) vanuit patiënten perspectief Onderzoek naar de ervaringen en behoeften van patiënten over TIPP, het verwijsproces en de zorgaanbieders

Nadere informatie

Analyserapport van de patiëntenvragenlijsten over de huisarts: MimpenMG

Analyserapport van de patiëntenvragenlijsten over de huisarts: MimpenMG Analyserapport van de patiëntenvragenlijsten over de huisarts: MimpenMG Datum aanmaak rapport:11-11-2015 1 Laatste ronde patiëntenvragenlijsten huisarts Periode waarin ingevuld van: 1-3-2014 tot 1-3-2014

Nadere informatie

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment

Nadere informatie