ARCADIS. Toets op piping volgens de methode Sellmeijer case voor representatieve boezemkade HHNK :43

Transcriptie

1 ARCADIS Toets op piping volgens de ethode Selleijer case voor representatieve boezekade HHNK :43 TR Zandeevoerende wellen - herziene versie 15 augustus 2011 invoer paraeters: H buitenwaterstand -0,5 NAP [] H p polderpeil -3,8 NAP [] d lengte opbarstkanaal (l.r.w.) 0 [] L ;aanwezig aanwezige kwelweglengte (l.r.w.) 33 [] D dikte zandlaag (h.r.w.) 15 [] k specifieke doorlatendheid pipinggevoelige zandlaag (h.r.w.) 2,5 [/dag] d percentiel waarde van de korrelverdeling (l.r.w.) 2,50E-04 [] d 70 geiddelde d70 in de kleine schaalproeven 2,08E-04 [] k specifieke doorlatendheid pipinggevoelige zandlaag (h.r.w.) 2,89E-05 [/s] θ rolweerstand van de zandkorrels 37 graden γp schijnbaar voluiek gewicht zandkorrels onder water 16 [kn/ 3 ] γw voluiek gewicht water 10 [kn/ 3 ] η coefficient van white 0,25 [-] veiligheidsfactoren: γn van β afhankelijke partiele ateriaalfactor 1,2 [-] γb scheatiseringsfactor 1 [-] resultaat: F1=F resistance 0,30 [-] F 2 =F scale 0,44 [-] F 3 =F geoetry 1,13 [-] H c toelaatbaar verval 4,98 [] H c / γ n.γ b rekenwaarde toelaatbaar verval 4,15 [] H - 0,3d aanwezig verval 3,30 [] L/H toelaatbaar verhang 7,95 [-] L/H aanwezig verhang 10,00 [-] score voldoende [-] TR zandeevoerende wellen 1999 invoer paraeters: γp schijnbaar voluiek gewicht zandkorrels onder water 17 [kn/ 3 ] θ rolweerstand van de zandkorrels 41 graden γ veiligheidsfactor oud 1,2 [-] resultaat: H c toelaatbaar verval 6,87 [] H c / γ rekenwaarde toelaatbaar verval 5,73 [] H - 0,3d aanwezig verval 3,30 [] L/H toelaatbaar verhang 5,76 [-] L/H aanwezig verhang 10,00 [-] score voldoende [-] :0.3! CONCEPT

2 Toelichting op herziene versie toetsing op piping volgens ethode Selleijer Forule Selleijer De herziene forule van Selleijer is anders weergegeven dan de oorspronkelijke versie uit Het kritieke verval wordt berekend door de aanwezige kwelweglengte te verenigvuldigen et drie factoren: F1 = Fresistance: deze factor zat ook al in de oorspronkelijke forule, aar was niet als zodanig benoed. De forule wijzigt niet, de uitkost wel. Deze factor is afhankelijk van twee variabelen. De rolweerstand en het schijnbaar voluiek gewicht van zandkorrels onder water. In de oorspronkelijke forule waren de waarden voor deze "variabelen" vastgesteld op 41 graden en 17 kn/3. In de herziene versie zijn deze waarden vastgesteld op 37 graden en 16 kn/3. F2 = Fscale: Dit deel is volledig herschreven. Grootste verschil tussen de oorspronkelijke versie en herziene versie is het gewicht van de factor D70. De invloed van de grootte van de D70 op het kritieke verval is inder groot in de herziene versie. Daarnaast is de factor D70 geintroduceerd, dit is de geiddelde d70 in de kleine schaalproeven, de waarde voor deze factor is gegeven. F3 = Fgeoetry: Deze factor zat ook al in de oorspronkelijke forule als factor alfa. De forule is iets gewijzigd in de herziene versie, deze wordt verenigvuldigd et een factor 0,91 en bij de acht over D/L wordt 0,04 opgeteld. Grootste aanpassing is de ogelijkheid o geoetry factor te bepalen et MSeep indien het geen standaarddijk betreft (klei op zand, eenlaags odel) Gevoeligheidsberekeningen Voor de case zijn een viertal gevoeligheidsberekeningen uitgevoerd, de resultaten zijn weergegeven in een viertal grafieken Het betreft variaties uitgevoerd op de volgende paraeters: van tot L;aanwezig aanwezige kwelweglengte () D dikte zandlaag () 5 25 k specifieke doorlatendheid pipinggevoelige zandlaag (/dag) 0,5 20 d70 70-percentiel waarde van de korrelverdeling () 1,00E-04 3,50E-04 NB. Niet alle beschouwde cobinaties zijn realistisch. De d70 en k-waarde zijn in werkelijkheid aan elkaar gecorreleerd. Conclusies herziene versus oorspronkelijke ethode In de beschouwde case resulteert de herziene ethode in nagenoeg alle gevallen tot een lagere waarde voor het toelaatbaar verval = slechter oordeel. Alleen bij een hele lage waarde voor de d70 wordt een ietwat hoger toelaatbaar verval berekend. De herziene versie van Sellerijer resulteert voor deze case echter altijd nog in een gunstiger oordeel dan Bligh :0.3! CONCEPT

3 Regionale keringen, bepaling partiele factor yn γn = veiligheidsfactor (van de vereiste betrouwbaarheidsindex afhankelijke partiele ateriaalfactor) confor paragraaf SBW Piping, HP.9 Technisch rapport zandeevoerende wellen, herziene versie 2011 Maxiaal toegestane pipinggevoelige lengte per IPO klasse voor yn = 1,2 IPO norfrequentie L;kwel Pad;dsn Kans Beta [-] [1/P] [] [1/P] [1/jaar] [-] I , ,70 II , ,70 III , ,70 IV , ,70 V , ,70 L = pipinggevoelige lengte dijkring γn = 1,2 indien beta <4,7 Conclusie: voor regionale keringen is yn in (nagenoeg) alle gevallen 1,2. Als de toegestane beta op doorsnedeniveau kleiner is dan 4,7 dan is yn gelijk aan 1,2. De lengte van de dijkring die pipinggevoelig is, in cobinatie et de norfrequentie bepaald yn. Dit betekent dat voor kadeklasse IV of lager, dat eer dan 90 kiloeter van de dijkring pipinggevoelig oet zijn o niet aan deze eis te voldoen, deze situatie kot niet voor bij regionale keringen. Alleen voor kadeklasse V is het ogelijk dat een yn van 1,2 niet voldoet, als de pipinggevoelige lengte eer dan 27 kiloeter is. Het is de vraag of deze situatie voor kot, bij boezekaden is het zeer onwaarschijnlijk, de lengte van de dijkring is veelal beperkt en in de eeste gevallen is slechts een klein deel pipinggevoelig (bij boezekaden is eestal geen sprake van hydraulische kortsluiting, dus geen piping). Mogelijk speelt het wel een rol bij regionale rivieren, dit betreft sos lange trajecten, die vaak wel (potentieel) pipinggevoelig zijn (wel hydraulische kortsluiting). Indien beta >4,7 IPO norfrequentie L;kwel Pad;dsn Kans Beta γn [-] [1/P] [] [1/P] [1/jaar] [-] [-] V , ,72 1,21 V , ,78 1,25 V , ,82 1,28 V , ,86 1,30 V , ,89 1,32 V , ,91 1,34 V , ,94 1,35 Voetnoot: de iniuwaarde voor yn is afgekapt op 1,2, deze waarde is bepaald voor de priaire keringen. In theorie kan yn kleiner zijn. Voor regionale keringen spelen veelal veel lagere risico's dan voor de priaire keringen. Mogelijk kan deze waarde voor regionale keringen lager worden aangehouden :0.3! CONCEPT

4 Regionale keringen, bepaling partiele factor yb γb = scheatiseringsfactor volgens het TR grondechanisch scheatiseren bij dijken rapport niet beschikbaar Miniale waarde van γb = 1,0 indien voldoende inforatie van de ondergrond beschikbaar is :0.3! CONCEPT

5 9,00 invoer: 8,00 L = d70 = 15,01 2,50E-04 7,00 D = k = 15 2,5 /dag kritiek verval over de waterkering Hc [] 6,00 5,00 4,00 3,00 Selleijer 2011 Selleijer 1999 Bligh aanwezig verval rep. waarde 2,00 1,00 0, kwelweglengte aanwezig L []

6 8,00 invoer: 7,00 L = d70 = 33 2,50E-04 D = 15 6,00 k = 2,5 /dag kritiek verval over de waterkering Hc [] 5,00 4,00 3,00 2,00 Selleijer 2011 Selleijer 1999 Bligh aanwezig verval rep. waarde 1,00 0,00 5 7, , , ,5 25 dikte zandlaag D []

7 9,00 invoer: 8,00 L = d70 = 33 2,50E-04 7,00 D = k = 15 2,5 /dag kritiek verval over de waterkering Hc [] 6,00 5,00 4,00 3,00 Selleijer 2011 Selleijer 1999 Bligh aanwezig verval rep. waarde 2,00 1,00 0, specifieke doorlatendheid pipinggevoelige zandlaag k [/dag]

8 8,00 invoer: 7,00 L = d70 = 33 2,50E-04 D = 15 6,00 k = 2,5 /dag kritiek verval over de waterkering Hc [] 5,00 4,00 3,00 2,00 Selleijer 2011 Selleijer 1999 Bligh aanwezig verval rep. waarde 1,00 0,00 1,00E-04 1,25E-04 1,50E-04 1,75E-04 2,00E-04 2,25E-04 2,50E-04 2,75E-04 3,00E-04 3,25E-04 3,50E percentiel waarde van de korrelverdeling d70 []