1. Het Schoolplan 1.1 Ontwikkelingen

Transcriptie

1 Schoolplan versie 2018

2 1. Het Schoolplan Voor u ligt het Schoolplan van Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Wageningen en omstreken, beter bekend als RSG Pantarijn. Het schoolplan is een verplicht document voor de overheid. Eenmaal in de vier jaar dient de school een aangepast schoolplan op te stellen. Naast een verantwoordingsdocument kan het schoolplan ook gebruikt worden als een middel om te reflecteren op eigen handelen. Het schoolplan kan dienen als middel om: samenhang te brengen; alle ontwikkelingen tegen het licht te houden; te reflecteren op de afgelopen periode; vooruit te kijken naar de volgende vijf jaren. Het schoolplan is het strategisch beleidsplan van Pantarijn. Het zet integraal de beleidslijnen uit voor de komende 5 jaren. Het bevat naast de lange termijndoelen de wegen waarlangs deze doelen bereikt worden. In het schoolplan staan het vigerende beleid en het nog te ontwikkelen beleid. Het is bedoeld voor de interne betrokkenen: Raad van Toezicht, bestuur, de locatiedirecties, overige medewerkers en de medezeggenschapsraad en voor externe instanties zoals de Inspectie voor het Onderwijs, ouders en collega-scholen. Dit schoolplan is geen statisch document. Elk jaar wordt het schoolplan geactualiseerd op basis van ontwikkelingen en de jaarlijkse tussen- en eindevaluatie. Dit schoolplan vormt het kader waarbinnen de locaties van Pantarijn uitwerking geven aan hun locatieplannen. Hieronder wordt een beschrijving gegeven van enkele belangrijke nationale ontwikkelingen (1.1 t/m 1.5), van de missie en de visie van Pantarijn (1.6 en 1.7) en vervolgens van de koers van Pantarijn (1.8). 1.1 Ontwikkelingen Wat vraagt de samenleving van het onderwijs? Welke ontwikkelingen zien we? De bevestiging voor de keuze voor de koers van de komende jaren, waarbij de focus ligt op de ontwikkeling van steeds meer maatwerk voor leerlingen en medewerkers is onder meer te vinden in het rapport: Naar een lerende economie, investeren in het verdienvermogen van Nederland van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid ( WRR ) uit 2014 en het sectorakkoord Voortgezet Onderwijs, eveneens uit Beide stellen de vraag: Wat moeten jongeren van nu kennen en kunnen om optimaal voorbereid te zijn op de 21ste eeuw?. Gemeenschappelijke elementen richten zich op het benutten van talent, ruimte voor meer maatwerk en professionalisering. Bij de inrichting van ons onderwijs zullen we keuzes moeten maken én kansen benutten tegen de achtergrond van ontwikkelingen en trends als globalisering, internationalisering, de autonome bevolkingsafname (ontgroening en vergrijzing), evenals de daarmee samenhangende toenemende druk op de bekostiging, de hogere pensioenleeftijd, de groeiende individualisering, de drie decentralisaties bij de overheid, de mogelijkheden van nieuwe technologieën, de opkomst en betekenis van sociale media en de beschikbaarheid van wetenschappelijke inzichten over leren en wat werkt in de praktijk. Al deze invloeden vragen om een heldere positiekeuze. 1

3 2

4 1.2 Het WRR rapport Naar een lerende economie De WRR constateert dat de emanciperende functie van het onderwijs afneemt in tegenstelling tot de economische functie. De raad wil naar een zorgvuldige en voortvaren- de onderwijsstrategie, want innovatie komt van iedereen en van alle kanten. Zo n strategie moet zich richten op talentmanagement (zorgen dat de mogelijkheden van mensen maximaal tot ontwikkeling kunnen komen) en passende onderwijsinhoud. Kernbegrippen hierbij zijn de aansluiting onderwijs - arbeidsmarkt en regio s als eenheid van beleid. Veranderingen in onze samenleving gaan steeds sneller. Van individuele burgers, bedrijven, organisaties en overheden wordt in de toekomst meer responsiviteit en adaptief-, aanpassings- en absorptievermogen verwacht om te kunnen komen tot passende innovatie. Kennis en vaardigheden moeten we hierbij laten circuleren. We leiden kinderen op voor de toekomst, niet voor het verleden. Het onderwijs dient zich te ontwikkelen naar een individueel gericht dienstverleningsconcept waarbij de school een inspirerende leeromgeving is en geen leerfabriek. Onderwijs dat aansluit bij de economische structuur van nu en vorm geeft aan de structuur van wat voor ons ligt. De aandacht zou zich zowel moeten richten op de ontwikkeling van kennis en vaardigheden als ook op vorming van karakter en de metavaardigheid om te leren. De focus dient niet alleen op een beperkte groep toptalenten te liggen maar op alle leerlingen, waarbij voor specifieke doelgroepen keuzes zo lang mogelijk uitgesteld moeten kunnen worden. Het onderwijs zou volgens de WRR vooral moeten inzetten op verandervermogen van binnenuit, door professionalisering en een open onderwijscultuur en meer vermenging en vervlechting van bestaande onderwijsvormen. 1.3 Het sectorakkoord VO De VO-raad en het kabinet hebben op 17 april 2014 het sectorakkoord VO gesloten. In dit akkoord staan de ambities van de vo-sector voor de komende jaren, als ook afspraken over wat de scholen, overheid en VO-raad gaan doen om deze ambities waar te maken. Uitgangspunten in dit akkoord zijn samenwerking en verbinding. De zeven ambities in het sectorakkoord VO zijn: 1. uitdagend onderwijs voor elke leerling; 2. eigentijdse voorzieningen; 3. brede vorming voor alle leerlingen; 4. partnerschap in de regio; 5. scholen als lerende organisaties; 6. toekomstbestendigheid organiseren: koppeling van onderwijs- en personeelsontwikkeling; 7. nieuwe verhoudingen in verantwoording en toezicht. Het Voortgezet Onderwijs bevindt zich in een transitiefase: een transitie van een instructiecultuur naar een professionele, ondernemende cultuur met een andere invulling van rollen, relaties en arbeidsverhoudingen. 1.4 Eindadvies Platform Onderwijs 2032; Ons Onderwijs Met het oog op de toekomst moet het hoofddoel van ons onderwijs naast kennisontwikkeling ook persoonsvorming en maatschappelijke toerusting van leerlingen zijn. 3

5 De 5 kenmerken van toekomstig onderwijs zijn dat: de leerling zijn eigen persoonlijkheid vormt de leerling leert de kansen van de digitale wereld te benutten de leerling betekenisvol onderwijs op maat krijgt de leerling kennis en vaardigheden ontwikkelt door creativiteit en nieuwsgierigheid in te zetten de leerling leert omgaan met vrijheid en verantwoordelijkheid en over grenzen heen te kijken Vaardig, waardig, aardig Op basis van de kenmerken van toekomstgericht onderwijs concludeert het Platform dat een nieuwe koers in het onderwijs noodzakelijk is. Met een beter evenwicht tussen de drie doelen van het onderwijs (kennisontwikkeling, persoonsvorming en maatschappelijke toerusting) kan het leerlingen begeleiden in hun ontwikkeling tot zelfstandige volwassenen die vaardig, waardig en aardig zijn, voor zichzelf en voor hun omgeving. Vaardige leerlingen beschikken over een stevige basis aan kennis en vaardigheden die hen in staat stelt maatschappelijk te functioneren. Leerlingen kunnen waardig omgaan met anderen en op een verantwoorde manier bijdragen aan de samenleving. Ook vormen leerlingen in het onderwijs hun persoonlijkheid. Persoonsvorming De school draagt bij aan de vorming van zelfstandige volwassenen die maatschappelijk verantwoord kunnen en willen handelen, zowel op de arbeidsmarkt als in de samenleving. Het Platform beschouwt de school van de toekomst in het verlengde van wat kinderen en jongeren thuis en buiten school leren als een belangrijke vormende omgeving en oefenplaats. De school draagt bij aan de identiteitsontwikkeling van leerlingen en helpt hen na te denken over hun persoonlijke drijfveren en ambities. Ze reflecteren op wat ze van waarde vinden en hoe ze daar met anderen gestalte aan kunnen geven. Leerlingen denken na over vragen als Wie ben ik?, Wie wil ik worden?, Wat vind ik belangrijk? en Hoe wil ik omgaan met anderen? Ook ontwikkelen ze begrip voor opvattingen en keuzes van anderen. Onderwijs dat bijdraagt aan persoonsvorming motiveert en vormt leerlingen in brede zin. Ze leren niet alleen met hun hoofd, maar ook met hun hart en handen. Dat vraagt om een rijk onderwijsaanbod met ruim aandacht voor de ontwikkeling van hun talenten. Het gaat daarbij ook om hun lichamelijke ontwikkeling en hun creatieve ontwikkeling. Een relevant onderwijsaanbod Persoonsvorming krijgt gestalte in het hele onderwijsaanbod en vraagt om onderwijs dat voor de leerling van betekenis is. Het aanbod nodigt hem uit om vanuit de eigen nieuwsgierigheid en creativiteit vragen te stellen en leert hem ondernemend en flexibel te zijn. De leerling leert al vroeg verantwoordelijkheid te nemen en voelt zich gezien en betrokken. Om deze visie op toekomstgericht onderwijs mogelijk te maken, pleit het Platform voor een vaste basis van kennis en vaardigheden, die zich beperkt tot dat wat alle leerlingen nodig hebben met het oog op vervolgonderwijs en om in de maatschappij te kunnen functioneren. Door die kern te beperken, krijgen leraren meer ruimte en verantwoordelijkheid om hun onderwijsaanbod zo in te richten dat leerlingen hun kennis en vaardigheden kunnen verbreden en verdiepen op een manier die past bij hun talenten en ambities en bijdraagt aan hun persoonlijke vorming. Scholen vullen dat aanbod in vanuit hun visie op goed onderwijs en benutten daarbij de 4

6 professionaliteit van hun leraren. Het biedt ze bovendien de mogelijkheid om voor meer samenhangend onderwijs te kiezen: onderwijs waarin de traditionele indeling in afzonderlijke vakken wordt doorbroken. Het Platform vindt het van belang dat leerlingen op basis van gedegen vakkennis vakoverstijgend leren denken en werken. Met de verbreding en de verdieping die ze aanbieden, geven scholen zelf vorm aan eigentijds onderwijs. Samen met ouders en leerlingen en passend bij hun wijk en regio ontwikkelen ze een visie op een toekomstgericht onderwijsaanbod en betrekken ze organisaties en professionals van buiten de school in dat aanbod. 1.5 Passend onderwijs De locaties van Pantarijn participeren in het kader van Passend Onderwijs in de Samenwerkingsverbanden (SWV) Gelderse Vallei en Rivierenland. Het belangrijkste uitgangspunt van de samenwerkingsverbanden is dat Passend Onderwijs voor alle leerlingen geldt en elke leerling zijn/haar ontwikkelingsperspectief realiseert. Het ontwikkelingsperspectief wordt samen met de leerling en zijn ouders/verzorgers in een ondersteuningsplan vastgesteld: wat wil en kan de leerling bereiken (diploma, persoonlijke ontwikkeling, specifieke interesses). In deze visie is elke leerling uniek, en leert elke leerling op zijn eigen wijze, waarbij de een meer ondersteuning nodig heeft dan de ander. De kernwaarden van het ondersteuningsplan vinden hun weerslag in het referentiekader Passend Onderwijs en de wijze waarop locaties dit uitwerken in hun school ondersteuningsprofiel (SOP). 1.6 Missie De missie van Pantarijn geeft aan waarom we bestaan, wat zijn onze waarden en identiteit. Op Pantarijn staat een actieve opstelling in de ontmoeting van mensen met diverse levensbeschouwelijke opvattingen centraal. De medewerkers van onze school staan open en zijn doordrongen van respect en verdraagzaamheid ten opzichte van de verschillende overtuigingen. Pantarijn is een ontmoetingsplaats met veel mogelijkheden voor initiatieven van leerlingen, ouders, docenten en overige medewerkers. Met behulp van moderne technologie krijgen leerlingen alle kansen om zich voluit te ontwikkelen: leerlingen kunnen hun talenten ontdekken en ontwikkelen zodat het optimale uit hen wordt gehaald, zowel binnen als buiten het lesprogramma. Ook medewerkers krijgen bij Pantarijn alle mogelijkheden om hun talenten te kunnen ontdekken en ontwikkelen. Doordat niet alleen de leerlingen, maar ook de medewerkers zich blijven ontwikkelen, kan Pantarijn met recht een lerende school genoemd worden. Ons motto is dan ook: Pantarijn ontdek(t) je talent. 1.7 Visie De visie van Pantarijn geeft aan wat we willen zijn en geeft een beeld van de toekomst. Pantarijn is een openbare scholengemeenschap. De kenmerken van het openbaar onderwijs zijn in de grondwet (artikel 23) vastgelegd. Op Pantarijn is iedereen, zonder onderscheid naar godsdienst, levensovertuiging of welk kenmerk dan ook, welkom. Dat maakt het onderwijs op onze school tot ontmoetingsonderwijs in de meest praktische zin van het woord. De docenten en overige medewerkers scheppen een leer- en werkklimaat waarin respect voor anderen en 5

7 andersdenkenden voorop staat. De verschillen tussen kinderen zijn bij ons het uitgangspunt. Dit vraagt - naast een grote inzet van het team actieve betrokkenheid van ouders en leerlingen. Omdat onze maatschappij voortdurend in ontwikkeling is en niets hetzelfde blijft, willen we met ons onderwijs leerlingen de kennis, het inzicht en de vaardigheden meegeven die nodig zullen zijn om hiermee om te gaan. Om dit te bereiken zullen de medewerkers meegaan in de ontwikkeling van de steeds sneller veranderende wereld én meegaan in de ontwikkeling van de leerling. Onze naam wil hier ook naar verwijzen: Panta rhei betekent letterlijk alles stroomt. Wij willen onze leerlingen voorbereiden zodat zij kunnen ontmoeten, begrijpen en vernieuwen. 1.8 De koers School- en onderwijsontwikkeling zijn processen van voortdurend verbeteren en vernieuwen. De dialoog over het verbeteren en veranderen vindt vooral plaats binnen de locaties met de vaksecties en/of teams als eenheid. Leerlingen hebben er recht op om binnen en buiten de schoolmuren van Pantarijn hun talenten te ontdekken, te benutten en verder te ontwikkelen. Daarvoor is het nodig steeds meer tegemoet te komen aan verschillen in persoonlijke ontwikkeling, levensfase, ontwikkelingsfase, leerstijl, motivatie, meervoudige talenten/intelligenties, voorkennis, tempo, niveau, behoeften en toekomstige rollen. Aanpassingen in de leeromgeving en de ondersteunende secundaire processen dienen deze transitie te ondersteunen en te faciliteren. Medewerkers vervullen een cruciale rol in deze processen. Zij dienen leerlingen bij hun ontwikkeling te ondersteunen. Aan medewerkers wordt de professionele ruimte geboden om het onderwijs- proces met behulp van moderne middelen te laten evolueren naar steeds meer maatwerk. Zij worden gefaciliteerd om te leren van en met elkaar. Samenvattend kunnen we stellen dat de stip op de horizon in dit schoolplan is dat Pantarijn zich richt op het bieden van uitdagend onderwijs voor elke leerling waarbij naast het verwerven van kennis, persoonsvorming en persoonlijke ontwikkelvragen centraal staan in het onderwijsaanbod. We ervaren bevestiging van onze visie in het rapport van de WRR, het sectorakkoord VO, het eindadvies Ons Onderwijs 2032 en ook in de gehouden bijeenkomsten. De kernelementen in deze bevestiging zijn: het bieden van goed en toekomstbestendig onderwijs, waar aandacht is voor basiskennis én competenties; het persoonlijk en met maatwerk benaderen van leerlingen: de leerling als individu echt centraal stellen; het bieden van een inspirerende en faciliterende schoolomgeving; het toepassen van congruentie: ruimte voor maatwerk voor leerlingen vraagt ook om ruimte voor medewerkers en leidinggevenden, waarbij de medewerker mede-eigenaar is van de ontwikkelingen; het faciliteren van de professionele dialoog en uitwisseling op Pantarijn-niveau en meer aandacht voor professionalisering; het zich meer verbinden met partners, belanghebbenden en de schoolomgeving moet leiden tot meer eigentijdse en contextrijke onderwijsvoorzieningen. 6

8 Er zijn vier programmalijnen die onze visie versterken. Drie programmalijnen richten zich op het onderwijsproces: het leren van de leerling; het bouwen aan de leeromgeving; het investeren in medewerkers. De vierde programmalijn richt zich op: het optimaliseren van de bedrijfsvoering. Het is verder van belang dat de basis van ons onderwijs op orde is. Daarmee wordt bedoeld dat de onderwijskwaliteit voldoende tot goed is: alle locaties ontvangen minimaal een basisarrangement van de onderwijsinspectie. 2. Terugblik op de periode In het schoolplan staat dat Pantarijn een school wil zijn, waar zowel leerlingen als medewerkers hun talenten kunnen ontdekken en ontplooien. Dit uit zich in de volgende doelen: bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen tot volwassen mensen, in staat tot verantwoordelijk handelen; bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen op cognitief, affectief en motorisch gebied; bijdragen aan de geestelijke vorming van de leerlingen, in die zin dat zij met respect voor de ander kunnen leven en werken in een gemeenschap van mensen met verschillende godsdienstige en levensbeschouwelijke overtuigingen, zonder dat dit leidt tot passieve neutraliteit; bijdragen aan de maatschappelijke vorming van de leerlingen in die zin, dat zij kunnen uitgroeien tot zelfstandige, kritisch denkende en handelende deelnemers aan het maatschappelijke leven, bereid om met anderen samen te werken; bijdragen aan de gelijkwaardige behandeling van jongens en meisjes; bijdragen aan het wegwerken van mogelijke kans-achterstanden; voorbereiden op MBO, HBO, WO. Deze doelen zijn vertaald in 7 beleidsterreinen: Interne kwaliteitszorg, Onderwijs, Personeel, Organisatie, Financiën en Huisvesting. Op vrijwel alle beleidsterreinen heeft Pantarijn goede vorderingen gemaakt, zij het dat bij veel van de genoemde doelstellingen sprake is van voortzetting van beleid in het kader van het continu streven naar verbetering van de onderwijskwaliteit. Het Schoolplan heeft in de betreffende planperiode in belangrijke mate de agenda van Pantarijn bepaald en diende als het referentiekader om van jaar tot jaar de behaalde resultaten aan te toetsen. Gesteld kan worden dat het schoolplan als instrument ontoereikend was om in de snel veranderende samenleving concreet vast te leggen wat de organisatie aan het einde van de beleidsperiode daadwerkelijk bereikt moest hebben. De landelijke ontwikkelingen illustreren dat het noodzakelijk is enerzijds de koers voor de langere termijn te bepalen, maar tegelijkertijd aandacht te hebben voor de vraag of externe ontwikkelingen aanleiding zijn voor het bijstellen van de koers. Daarom kent het schoolplan van Pantarijn een andere opzet. Het plan omschrijft richtingbepalende programmalijnen en de criteria waaraan afgeleid 7

9 kan worden of voortgang is geboekt. Zoals hierboven vermeld is de stip op de horizon, waarop we willen koersen uitdagend onderwijs voor elke leerling waarbij naast het verwerven van kennis, persoonsvorming en persoonlijke ontwikkelvragen centraal staan in het onderwijsaanbod. De weg er naar toe ligt niet vast. Van jaar tot jaar worden elementen binnen de programmalijnen in kaart gebracht en vertaald naar het jaarlijkse beleidskader van Pantarijn en de locatiebeleidsplannen. 2.1 Terugblik op de periode Het schoolplan groeit verder de jaarlijkse tussen- en eindevaluatie en door inpassing van de ideeën en deelplannen die worden ingebracht vanuit de school (en de omgeving). Jaarlijks vindt er een bevriezing plaats: op dat moment wordt de tekst voor een jaar vastgelegd. Daarna wordt er ontdooid, de tekst wordt weer aangevuld en aangepast, tot het volgende bevriezingsmoment. Zo is het plan meteen ook de vastlegging van de resultaten van een proces. Onderstaand wordt dit schematisch weergegeven. Tijdpad Wanneer Wat Oktober 2017 Tussenevaluatie Schoolplan versie 2017 Oktober 2017 Vaststelling Schoolplan versie 2018 Nov. 17 Mrt. 18 Eindevaluatie op locaties van Locatiebeleidsplan en Schoolplan versie 2017 Maart 2018 Eindevaluatie van Schoolplan versie 2017 Enz. De locaties hanteren het schoolplan op Pantarijn-breed niveau voor hun eigen meerjarenbeleidsplannen, de locatieplannen, met ruimte voor de gekozen profilering en nemen voor de onderscheiden kalenderjaren in de locatiejaarplannen de nagestreefde opbrengsten voor het betreffende jaar op, binnen de aangegeven kaders van het beleid. De koers van het beleid is dus gezamenlijk en in goede afstemming op Pantarijn-breed niveau bepaald. De locaties zorgen voor de vertaalslag in acties, rekening houdend met de eigen profilering. De locatiedirecties tonen leiderschap in het vormgeven van een locatie-organisatie die de realisatie van de ambities uit het schoolplan maximaal mogelijk maakt. De locatieleiding formuleert dit in heldere doelen en opbrengsten en maakt deze onderdeel van de gesprekkencyclus met medewerkers. Medewerkers worden in de gelegenheid gesteld om hun vaardigheden en kennis in verbinding met de schooldoelen te verbeteren en te vernieuwen. De basis op orde en de 4 programmalijnen in het schoolplan (versie 2018) worden in onderstaand nieuw format vervat met omschrijving van de doelen en de daarbij horende criteria. Zie voorbeeld hieronder. Doel De onderwijskwaliteit is voldoende tot goed. Criteria Alle locaties ontvangen voor elke onderwijssoort minimaal een basisarrangement van de onderwijsinspectie. 8

10 Het nieuwe format is voor het eerst gebruikt bij het opstellen van de tussenevaluatie van het Schoolplan versie Vervolgens is dit nieuwe format gebruikt bij het opstellen van het Schoolplan versie Programmalijnen Pantarijn gaat voor uitdagend onderwijs voor elke leerling waarbij naast het verwerven van kennis, persoonsvorming en persoonlijke ontwikkelvragen centraal staan in het onderwijsaanbod. Er zijn vier programmalijnen die onze visie versterken, waarbij drie programmalijnen zich richten op het onderwijsproces: het leren van de leerling; het bouwen aan de leeromgeving; het investeren in medewerkers. De vierde lijn richt zich op: het optimaliseren van de bedrijfsvoering. Het is verder van belang dat de basis van ons onderwijs op orde is. Daarmee wordt bedoeld dat de onderwijskwaliteit voldoende tot goed is: alle locaties ontvangen minimaal een basisarrangement van de onderwijsinspectie. Onderwijs: de basis op orde Doel 1. De onderwijskwaliteit is voldoende tot goed. Criteria Alle locaties ontvangen voor elke onderwijssoort minimaal een basisarrangement van de onderwijsinspectie. De rekentoets is voor geen enkele leerling een belemmering voor het behalen van het diploma. 3.1 Het leren van de leerling Voor Pantarijn is de kern uitdagend onderwijs voor elke leerling waarbij naast het verwerven van kennis, persoonsvorming en persoonlijke ontwikkelvragen centraal staan in het onderwijsaanbod. We bieden uitdagend funderend onderwijs en bereiden kinderen voor om succesvol te kunnen zijn in hun leven en in de samenleving. We rusten elk kind uit met een basis aan kennis en vaardigheden om verantwoordelijkheid te kunnen dragen voor zichzelf en voor de omgeving. Elk kind mag kiezen voor maatwerk en meer gepersonaliseerd leren binnen de school als leergemeenschap. Daarbij houden we rekening met de verschillen in niveau, leertempo, kwaliteiten en ambities van leerlingen. De leerling verlaat Pantarijn met een 9

11 diploma of startkwalificatie op zak, is breed gevormd in het kader van goed burgerschap en stroomt door naar een vervolgopleiding of een plaats op de arbeidsmarkt Daarbij gelden de volgende voorwaarden: De vaardigheden rondom globaal en lokaal burgerschap, persoonsvorming en persoonlijke ontwikkelvragen bij kinderen staan centraal in het onderwijsaanbod, naast het verwerven van kennis. Kinderen krijgen ruimte en leren hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Professionele medewerkers kennen hun leerlingen en passen vormen van leren toe die maatwerk voor leerlingen mogelijk maken en recht doen aan het persoonlijke leerproces van elk kind. De schoolleiding faciliteert medewerkers in hun ontwikkeling door professionalisering en coaching. Het leren van de leerling Doel Criteria 2. Locaties borgen het doel: uitdagend onderwijs Alle locaties geven in hun locatiebeleidsplan eigen invulling aan de koers uitdagend onderwijs voor elke leerling zowel op inhoud als op vorm. 2.a Leerlingen zijn gemotiveerd Het tevredenheidsonderzoek onder leerlingen laat zien dat de motivatie van leerlingen positief is. De scores op de betreffende vragen zijn voldoende en blijven niet achter bij de benchmark. 2.b Leerlingen hebben invloed op het eigen leren. 2.c Naast het verwerven van kennis staat persoonsvorming centraal in het onderwijsaanbod Alle locaties hebben in hun locatiebeleidsplan eigen invulling gegeven aan de mogelijkheden om, op vakniveau, herkenbaar voor leerlingen en docenten te differentiëren (persoonlijk leren). Het gaat daarbij o.a. om de mogelijkheden om te differentiëren binnen de klas, vakken volgen op lager/hoger niveau en examen doen op lager/hoger niveau. De locaties maken o.a. in het Plus document zichtbaar wat binnen het onderwijsaanbod bijdraagt aan de identiteitsontwikkeling van de leerlingen en aan de toerusting van de leerlingen in (wereld) burgerschap. 10

12 3.2 Het bouwen van de leeromgeving De leeromgeving van de leerlingen en medewerkers van Pantarijn is een breed begrip. We willen dat de leeromgeving inspireert, uitdaagt om jezelf te kunnen zijn en te worden, zodat leerlingen en medewerkers het beste uit zichzelf halen. Bij het definiëren van de leeromgeving stellen we een aantal vragen centraal: hoe leert een leerling, hoe professionaliseert een medewerker en hoe kan de school het ontwikkelingsproces van kinderen en medewerkers stimuleren, faciliteren en ondersteunen? Uitgangspunt blijft dat alle activiteiten in de school direct of indirect bijdragen aan het leren van leerlingen. We betrekken externe partijen bij het leren van leerlingen. Gericht op de digitale omgeving van schoolgebouwen, organiseren de locaties een adaptieve leeromgeving waar leerlingen en medewerkers interactief met elkaar samenwerken. De digitale leeromgeving maakt het mogelijk om samen te werken met collega s van andere scholen, zelfs wereldwijd. Virtuele systemen maken het mogelijk dat leerlingen, medewerkers en ouders voortdurend inzicht en informatie hebben over de voortgang en prestaties. Leren vindt ook steeds meer plaats buiten het schoolgebouw. De synergie met het bedrijfsleven wordt door de locaties versterkt door actief bedrijven en instellingen te benaderen en aan te geven wat ze nodig hebben om leerlingen contextrijk te laten leren en werken facilitair samen. Pantarijn is zich op alle niveaus bewust van het belang van externe oriëntatie en we leggen vast wie met wie waarover en wanneer contacten onderhoudt. We streven dus naar een leeromgeving die onze visie op het leren van, door en met leerlingen in de praktijk mogelijk maakt. Daarbij integreren we bovenstaande aspecten. Het bouwen van de leeromgeving Doel 3. Een digitale leeromgeving die toegankelijk, flexibel en betrouwbaar leerlingen en medewerkers stimuleert en faciliteert om het beste uit zichzelf te halen. Criteria Alle locaties hebben een nieuwe generatie digitale leerplatforms geïmplementeerd en werken hiermee. Deze digitale platforms faciliteren leerlingen bij het volgen van individuele leerroutes. De leerlingen zijn tevreden over de hoeveelheid ICT en de werking van ICT die gebruikt wordt tijdens de lessen. De digitale leeromgeving wordt in de les effectief ingezet. Deze digitale platforms bieden leraren en leerlingen de mogelijkheid regie te nemen op het onderwijsleerproces. De leerling heeft ruimte voor eigenstandige exploratie. Het gebruik van deze digitale platforms biedt leerlingen, ouders en leraren informatie over de voortgang van het leerproces. 11

13 Met goede informatie voor docenten, ouders en ook leerlingen zelf wordt de ontwikkeling van de leerling goed gevolgd, ook niet-cijfermatig. Iedere leerling heeft met een eigen apparaat toegang tot deze platforms. 4. Een fysieke leeromgeving die toegankelijk, flexibel en veilig is. Medewerkers zijn bekwaam in het toepassen e-didactiek en ICT vaardigheden. Kennis en vaardigheden zijn op het gebied van digitalisering up-to-date. Alle locaties bieden een stimulerende variatie in indeling, meubilair, aankleding en faciliteiten. De scores op de betreffende vragen in het medewerkers tevredenheidsonderzoek zijn voldoende en blijven niet achter bij de benchmark. Alle locaties bieden een voorbeeldfunctie qua duurzaamheid: waar mogelijk zijn daarvoor maatregelen genomen zoals: zonnepanelen, afvalscheiding en ledverlichting. 3.3 Investeren in medewerkers Ook voor de medewerkers geldt dat Pantarijn hen in staat blijft stellen hun talent te ontdekken, te ontwikkelen, te benutten en te borgen. Het doel van onze investeringen in medewerkers is hen in staat te stellen het persoonlijk leren door leerlingen mogelijk te maken. Deze transitie vraagt om meer interactie en dialoog tussen leidinggevenden en medewerkers en tussen medewerkers onderling. Door interactie en dialoog worden ontwikkelingsrichtingen verkend, oplossingsrichtingen besproken en veranderingen in gang gezet. Alle medewerkers (leraren, onderwijsondersteuners, leidinggevenden) krijgen letterlijk en figuurlijk de ruimte om te leren en hun talenten te ontwikkelen. Voorwaardelijk is dat zij goede team-players zijn. Niet de autonomie van de individuele medewerker telt, maar de autonomie van het team. We kiezen bij Pantarijn voor teams als de thuisbasis voor medewerkers en leerlingen. De basis voor ons beleid voor wat betreft de professionele ontwikkeling van leraren wordt gevormd door de wet BIO en de vertaling daarvan in de profielen voor de verschillende leraar functies. Belangrijke kern daarvan is de reflectie van de professional op de eigen ontwikkeling. Daarbij zijn zowel vakkennis als het goed uitvoeren van de verschillende rollen van het leraarschap van belang. De functiebeschrijvingen voor de onderwijsondersteunende medewerkers zijn er op gericht dat zij de basis vormen voor de uitvoering van het beleid. Er is voor alle medewerkers professionele ruimte: letterlijke ruimte en tijd om te leren en te reflecteren, maar ook de ruimte om binnen de gestelde kaders eigen keuzes te maken. Bij het krijgen van professionele ruimte hoort het afleggen van verantwoording hoe de ruimte is gebruikt en wat de opbrengsten zijn. 12

14 Persoonlijk Leren is niet synoniem aan individualistisch leren, niet voor leerlingen en ook niet voor medewerkers. Leren vindt plaats in een sociale context, in verbondenheid en gedijt optimaal in teams, waarin geleerd wordt van en met elkaar, door doen, waarbij collega s elkaar feedback geven. De teamleider geeft sturing en coaching aan het leren van zijn medewerkers. Het resultaat van deze acties is dat alle medewerkers optimaal zijn toegerust voor hun werk. Medewerkers monitoren dit voortdurend, samen met hun leidinggevende. Investeren in medewerkers: van waarde zijn en blijven in je vak, professie en team Doel 5. Zelfverantwoordelijke teams zijn succesvol geïmplementeerd. 6. Medewerkers nemen eigen verantwoordelijkheid en regie voor persoonlijke, professionele ontwikkeling. 7. Medewerkers dragen actief bij aan vernieuwing en innovatie 8. Een prettig, uitdagend werkklimaat voor medewerkers Criteria Medewerkers in het team bepalen binnen de locatie kaders en de locatie doelen, werkwijze en bijdragen van de teamleden. Een team is een per locatie verschillend samenwerkingsverband. Leidinggevende draagt zorg voor juiste facilitering en begeleiding van de zelfverantwoordelijke teams. Elke locatie maakt elk schooljaar een professionaliseringsplan. Medewerker heeft zijn eigen professionele ontwikkelingsplan dat hij jaarlijks evalueert met leidinggevende. OP-ers zijn bevoegd voor of volgen een opleiding om juiste bevoegdheid te halen. Er is een professionaliseringsplan per locatie dat ervoor zorgt dat elke medewerker (OP, OOP en management) zich professionaliseert in lijn met de visie en ontwikkeling van de school en locatie. Medewerkers doen voorstellen om vernieuwingen/innovaties in hun professie in gang te zetten. Leidinggevenden faciliteren teams/medewerkers om vernieuwingen in te voeren. Bv in de vorm van pilots. Medewerkers ervaren een gezonde werkdruk. Dit wordt jaarlijks gemeten in het tevredenheidsonderzoek. De scores op de betreffende vragen zijn voldoende en blijven niet achter bij de benchmark. 3.4 Het optimaliseren van de bedrijfsvoering Deze programmalijn richt zich op het professionaliseren en faciliteren van onze manier van werken en omvat de secundaire processen: ICT, financiën en beheer, human resources, organisatie en kwaliteitszorg, marketing en PR & Communicatie. Om de focus te kunnen richten op de drie primaire programmalijnen dienen de locaties op klantvriendelijke wijze ontzorgd te worden op het gebied van de bedrijfsvoering en is een meer zichtbare ondersteuning van de ondersteunende dienst gewenst. De zichtbaarheid moet 13

15 leiden tot een laagdrempelige benadering tussen de locaties en de ondersteunende dienst en verbetering van de afstemming in de diverse secundaire processen. De processen worden zo lean mogelijk ingericht. Er wordt werk gemaakt van de koppeling van ICT en onderwijs, waarbij ICT de onderwijsontwikkeling ondersteunt en zorgt voor de optimalisering van de randvoorwaarden. Dit vraagt ook aandacht voor de verdere ontwikkeling van mediawijsheid en computervaardigheden. Het optimaliseren van de bedrijfsvoering van de Ondersteunende Dienst Doel 9. Locaties worden op professionele wijze ontzorgd en ondersteund op het gebied van de bedrijfsvoering. Criteria De aard en kwaliteit van de ondersteuning is goed afgestemd op de wensen en behoefte van de locaties en is helder en toegankelijk vastgelegd. De PDCA-cyclus wordt volledig gevolgd en er wordt een heldere sturing gehanteerd op doorlopende en op tijdelijke activiteiten. Er zijn actuele beleidskaders geformuleerd op de dominante beleidsterreinen. 10. Op het terrein van HR is de basis op orde. Management wordt voorzien van benodigde managementinformatie. Pantarijn voldoet aan de streefpercentages voor de functiemix. Ziekteverzuim van Pantarijn daalt binnen 2 jaar naar het landelijk gemiddelde in het VO-onderwijs. Pantarijn heeft een HR visie. 14