Productschap Vis Jaarverslag 2012

Transcriptie

1 Productschap Vis Jaarverslag 2012

2 Productschap Vis Jaarverslag 2012

3 Inhoud Voorwoord Voorwoord 3 Het Productschap Vis 5 Kerntaken: 1: Adviseren en beïnvloeden 7 2: Duurzaamheid en Innovatie 11 3: Informatieopbouw en -uitwisseling 15 4: Uniek instrumentarium 17 Verantwoording projecten 24 Hoe verder in 2013? 31 Bijlage 1: Samenstelling bestuur Productschap Vis Bijlage 2: Organisatieschema Productschap Vis 40 Bijlage 3: Heffingen 41 Bijlage 4: Ontwikkelingen in personeel 42 Bijlage 5: Steuninventaris 44 Bijlage 6: Overzicht opgenomen van de heffingsgrondslagen en tarieven 46 Bijlage 7: Verstrekte subsidies 49 Bijlage 8: Geldende verordeningen en besluiten 50 Het jaar 2012 was een bewogen jaar voor de productschappen in algemene zin en voor het Productschap Vis in het bijzonder. Een jaar dat werd gedomineerd door de politieke en bestuurlijke discussie over het wel of niet voortbestaan van productschappen in brede zin, discussies over het samenvoegen van productschappen tot een gezamenlijke werkorganisatie en de discussie binnen het Productschap Vis over voorgaande. Ondanks de onzekerheden en onduidelijkheden heeft het secretariaat van het Productschap Vis zich met overgave ingezet voor de belangen van de visketen. Naast de reguliere werkzaamheden is veel tijd geïnvesteerd in het bieden van inventarisaties en verantwoordingsdocumenten vanuit het secretariaat van het Productschap om op basis daarvan de consequenties te kunnen bepalen op het gebied van bestuurskeuzes, taken en personele en juridische consequenties. Dit jaarverslag bevat een beschrijving van de activiteiten met dien verstande dat niet wordt beoogd een complete en gedetailleerde opsomming te bieden. Veel inspanning is geleverd in het proces tot het verkrijgen van het MSC certificaat voor diverse visserijen. Ook is in het verslagjaar het ASC label voor kweekvis geïntroduceerd. Het Nederlands Visbureau vervolgde de ingezette campagne Mannen van de Zee waarbij de producent het verhaal achter het mooie palet aan vis, schaal- en schelpdieren vertelt. In aansluiting hierop is een grootse campagne gestart Vis t Uit, waarin de verdieping is gezocht naar duurzame vis om consumenten te informeren over alle energie die de sector steekt in het leveren van een mooi, verantwoord product. Henk Horsman secretaris 2 3

4 PRODUCTSCHAP VIS Het Productschap Vis is van en voor de gehele vissector. Van visser tot viskweker en van importeur tot detaillist. Het productschap is krachtens de wet op verzoek van de sector zelf in het leven geroepen als publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. In die hoedanigheid richt de organisatie zijn werkzaamheden op verbetering van de positie en de omstandigheden van ondernemingen en werkenden in de vissector, daarbij rekening houdend met het algemeen belang. De wettelijke verankering van de taakgebieden van de productschappen is terug te vinden in de Wet op de bedrijfsorganisatie. In artikel 71 is een algemene omschrijving te vinden van de taakstelling: een algemeen belang dienende bedrijfsuitoefening door de ondernemingen, waarvoor zij zijn ingesteld, te bevorderen, alsmede het gemeenschappelijk belang van die ondernemingen en van de daarbij betrokken personen te behartigen. Missie Het Productschap Vis is een professionele organisatie van en voor de Nederlandse vissector. De organisatie begeeft zich op het raakvlak tussen bedrijfsleven en overheid en is de natuurlijke partner van private organisaties in de vissector. Het Productschap Vis komt op voor de gezamenlijke belangen van werkgevers en werknemers in de visketen om langs die weg te zorgen dat de consument de beschikking krijgt over een verantwoord en gezond product. Hoofdtaken Het Productschap Vis heeft unieke wettelijke bevoegdheden en een bijzondere positie. Dat komt tot uiting in de volgende hoofdtaken: - het bieden van een platform waar alle partijen in de keten elkaar kunnen ontmoeten voor overleg en gesprek over alles wat er in de keten aan de orde is; - op uitdrukkelijk verzoek van de dragende organisaties het uitvoeren van belangenbehartiging voor de bedrijfstak; - het in medebewind uitvoeren van overheidstaken (bv. de buitendienst op de afslagen); - het vaststellen van autonome regelgeving (bv. de haringverordening); - taken op het terrein van arbeid, ondersteuning en onderwijs; - het bijeenbrengen en verstrekken van statistische en andere informatie; - de spreekbuisfunctie naar politiek en samenleving voor de keten; - het innen van financiële middelen voor de collectieve promotie van vis en visproducten Doelstellingen Adviseren en beïnvloeden: - Kennis van de (inter)nationale aan de vissector gerelateerde beleidsontwikkeling en het gevraagd en ongevraagd geven van advies; - Vertegenwoordiging van de vissector (in afstemming met private organisaties en op hun verzoek) in diverse nationale en internationale gremia. Ketenbenadering: versterking economische positie vissector door ontwikkeling van collectieve ketenconcepten (bv. voedselveiligheid, kwaliteit, efficiency, etikettering) Kennisontwikkeling: uitbouw, vastleggen en aanbieden van kennis over beleidsinhoud en beleidsproces aangaande de gehele vissector. Informatieopbouw- en uitwisseling: informatiepunt vissector, statistische informatie, analyses, kengetallen. Inzetten uniek instrumentarium: - Autonome verordenende bevoegdheid gericht inzetten; - Gerichte fondsvorming (bestemmingsheffing). Versterken van de positie van de visserijsector door het (verder) bijeenbrengen van functies en organisaties binnen de vissector in het Visserijcentrum. Het beleid van het Productschap Vis wordt bepaald door het bestuur. Het bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemerszijde, benoemd door de dragende organisaties (zie bijlage 1). Het bestuur laat zich op een aantal beleidsterreinen adviseren door commissies. Het bestuur benoemt uit zijn midden het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur heeft specifieke taken bij het financiële beheer. De dagelijkse werkzaamheden van het Productschap Vis worden verricht door het secretariaat. Een organisatieschema treft u aan als bijlage 2, terwijl de ontwikkelingen in personeel worden toegelicht in bijlage 4. Oprichting en deelname in andere rechtspersonen Op grond van artikel 138 van de Wet op de bedrijfsorganisatie moet de oprichting en deelname in andere rechtspersonen worden gemeld bij de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Het Productschap Vis heeft toestemming van de Minister van SZW voor zijn deelname in de volgende rechtspersonen: - Stichting Nederland Maritiem Land (NML); - Stichting Structuurverbetering Mosselkweek en Garnalenvisserij (SSMG); - Stichting Nederlands Visbureau (NVB). In het jaar 2011 is in de bestuursvergadering van SSMG besloten tot ontbinding van de stichting. De effectuering van deze ontbinding heeft in 2012 plaatsgevonden en dan zal de Minister van SZW in 2013 hiervan op de hoogte worden gebracht. Tot slot In het jaar 2012 werd de discussie gevoerd over de politieke en bestuurlijke ontwikkelingen voorafgaande aan de beslissing het Productschap Vis op te heffen. Over de taakstelling zoals is ingezet in het verslagjaar leest u aan het einde van dit verslag bij Hoe verder in

5 KENGETALLEN 2012 Kerntaak 1 Adviseren en beïnvloeden WERKGELEGENHEID De vissector is goed voor ongeveer banen in Nederland. VLOOT Pelagische vloot 14 trawlers Tabel x Indicatie actieve vloot en aantal opvarenden van de Nederlandse zee- en de kustvisserij in 2012 Sectoren Aantal vaartuigen Opvarenden (in fte) Kottervisserij Overige kleine zeevisserij Grote zeevisserij Mosselkweek Oesterkweek Totaal zeevisserij Bron: Bedrijveninformatienet van het LEI. HANDEL Handels- en verwerkingsbedrijven ± 600 Visdetaillisten met minimaal één verkooppunt KWEEKSECTOR *): per vissoort paling 14 meerval 13 forel 5 tilapia 3 snoekbaars 3 tarbot 2 garnaal 2 steur 2 tong 1 yellowtail kingfish 1 Er zijn 2 kwekerijen waar 2 soorten worden gekweekt waardoor het aantal bedrijven 44 is in plaats van 46. Bovendien zijn niet alle bedrijven operationeel. Belangenbehartiging op nationaal en Europees niveau Het Productschap Vis neemt met regelmaat deel aan overleg met vertegenwoordigers van de Europese Commissie in Brussel om zich in te zetten voor de belangen van de Nederlandse vissector. Naast het voeren van direct overleg met de Europese Commissie stelt het Productschap Vis expertise ter beschikking aan de Stichting van de Nederlandse Visserij, die vertegenwoordigd is in diverse adviesorganen van de Europese Commissie, waaronder het Raadgevend Comité voor de Visserij en Aquacultuur, de Regionale Adviesraden (RAC s) voor de Noordzee, de Noord- en de Zuidwestelijke Wateren, de pelagische RAC, de distant waters RAC en het Comité voor de Sociale Dialoog. Een belangrijk onderwerp op de agenda betreft de hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Het productschap voedt het ministerie van EZ voorafgaand aan te behandelen visserijonderwerpen binnen zowel de Haagse als de Brusselse politiek. Dit betreft zowel de jaarlijkse onderhandelingen over de toegestane vangsthoeveelheden (TAC en quota) in de Raad van Ministers in Europa als de pleidooien voor aanpassingen in het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Met het oog op de af te bouwen taken vanuit het Productschap is het zwaartepunt in de samenwerking met de vertegenwoordigers van de brancheorganisaties meer en meer naar laatstgenoemden verschoven en zijn activiteiten overgedragen. In 2013 zal de belangenbehartiging grotendeels worden verzorgd door de verschillende brancheorganisaties. Export Rusland/China Voor de export maar Rusland moet men erkend worden door de Russische overheid. Het Productschap heeft een aantal bedrijven begeleid om aan de Russische eisen te voldoen. Vervolgens is aan het Ministerie van EZ het verzoek gedaan deze bedrijven voor erkenning aan Rusland aan te melden. Helaas is de Russische overheid niet tot de gewenste erkenning overgegaan. Ook China is overgegaan tot een registratie van bedrijven die naar China visproducten exporteren. In 2012 heeft het bedrijfsleven zich twee keer moeten registreren. Het Productschap heeft de bedrijven hierover geïnformeerd en geassisteerd. De verwachting is dat de Chinese overheid in de toekomst nog meer eisen gaat stellen aan de bedrijven die vis naar China exporteren. Kwaliteit en Voedselveiligheid Het productschap Vis participeert in de Productschappencommissie Levensmiddelen Wetgeving (PLW). Op deze wijze voert het Productschap samen met de andere productschappen diverse taken uit ten aanzien van voedselveiligheid en gezondheid. Voor de vissector concentreert e.e.a. zich op: - de voedselveiligheidsvoorschriften die productschappen opstellen voor het bedrijfsleven voor de implementatie van Europese voedselveiligheidsregels. Voorbeelden hiervan zijn voorschriften, vastgelegd in (ontwerp) verordeningen (o.a. verbod op antibiotica in diervoeder en nadere regels voor het transport van gekoelde levensmiddelen) en voorschriften die vastgesteld zijn in vrijwillige schema s (o.a. hygiënecodes). Uitvoering door een onafhankelijk orgaan in nauwe samenwerking met overheid en dichtbij het bedrijfsleven draagt bij aan een hoog nalevingsniveau. Dit ondersteunt de terugtredende toezichthouder (NVWA). - de betrokkenheid bij de ontwikkeling van Europese levensmiddelen- en diervoederwetgeving en deelname aan de Nederlandse delegatie bij vergaderingen van de Europese Commissie in Brussel. Het Productschap treedt op als intermediair tussen de overheid en het bedrijfsleven bij de totstandkoming van de levensmiddelenwetgeving. Zij ondersteunt de overheid met expertise en verslaglegging en zorgt dat het bedrijfsleven goed geïnformeerd blijft over Brusselse ontwikkelingen. Deelname aan Brusselse vergaderingen is alleen mogelijk vanuit een publiek orgaan of een orgaan met een publiek karakter. - het collectief onderzoek naar voedselveiligheids- en gezondheidsvraagstukken. Dit onderzoek is van maatschappelijk belang en privaat alternatief uit de markt is niet haalbaar. Voorbeeld hiervan zijn het onderzoek naar beheersing van contaminanten, campylobacter en salmonella. Veel tijd en inzet is gestoken in een plan van aanpak voor het bekend maken van de nieuwe regelgeving rond voedselinformatie aan consumenten. Het wetsvoorstel Informatie op Levensmiddelen (WIL) zal de Warenwetregeling Etikettering van Levensmiddelen gaan vervangen, waarmee de Europese regeling nationaal gespecificeerd wordt. CODEX Het internationale forum, de Codex Alimentarius Commission (Codex) ontwikkelt internationale normen voor voedselproducten, met als doel de internationale volksgezondheid te beschermen en de eerlijkheid van de handel in voedselproducten te bevorderen. Op de laatste Codex vis-vergadering in oktober jl. - het Productschap Vis geparticipeert hierin - op zijn de twee e-werkgroep voorstellen (een Inclusion of Spieces en de andere Biotoxins), besproken en aangenomen. AGOS In 1992 heeft de Europese Gemeenschap een waardering- en beschermingssysteem in het leven geroepen dat betrekking heeft op het kwaliteitsbeleid voor landbouwproducten en levensmiddelen. Het systeem biedt bescherming voor geografische benamingen en traditionele specialiteiten; dit is vastgelegd in verordeningen. Het beschermingssysteem is opgezet om de diversiteit van landbouwproductie aan te moedigen productnamen te beschermen tegen misbruik en namaak. Daarnaast beoogt het consumenten te helpen door informatie te geven over het specifieke karakter van producten. Op verzoek van het ministerie van EZ is de Adviescommissie Geografische aanduidingen, Oorsprongsbenamingen en 6 7

6 Specificiteitcertificering (AGOS) ingesteld, samengesteld uit vertegenwoordigers van de Productschappen, de FNLI en het CBL. De Adviescommissie adviseert de Minister van EZ bij aanvragen voor registratie van Nederlandse producten en bij bezwaren tegen de registratie van producten uit andere lidstaten en derde landen. Bezwaren tegen registratieaanvragen kunnen bij het secretariaat van AGOS kenbaar worden gemaakt. Het Productschap Vis assisteert visproductenorganisaties bij het opstellen van productdossiers die nodig zijn voor aanvragen in het waarderings- en beschermingssysteem van de EU. Bemiddeling bij internationale quotumruilen Nederland onderscheidt zich van de meeste andere Europese lidstaten op het gebied van internationale quotumruil. Deze ruilonderhandelingen worden in Nederland vanuit de sector zelf geïnitieerd en afgerond. Dit terwijl vrijwel overal de overheden een belangrijke speler zijn. Het afgelopen jaar heeft Nederland 150 internationale quotaruilen gedaan, van heel simpele tot heel gecompliceerde. Deze quotaruilen met andere lidstaten moeten officieel door de overheden van de lidstaten bij de Europese Commissie in het zogeheten FIDES systeem worden geregistreerd. Dit om ervoor te waken dat het totaal aan quota van alle lidstaten nooit meer is dan de desbetreffende TAC s. Namens het Productschap Vis fungeert Gerard van Balsfoort van de PFA juist vanwege zijn onafhankelijke rol als de voorbereidende schakel bij deze ruilen. Over de prijs van de te ruilen vangsthoeveelheden dit noemt men de ruilvoet moet soms stevig onderhandeld worden. Politiek Kamerleden en hun beleidsambtenaren worden actief en desgevraagd geïnformeerd over de standpunten van de vissector over tal van onderwerpen die in de Tweede Kamer worden behandeld. Daarnaast vindt regulier overleg plaats met de bewindspersoon van het ministerie van EZ. Bestuurders van het Productschap Vis bespreken actuele thema s, al dan niet ter voorbereiding op nader overleg in de Tweede Kamer of binnen de Visserijraad te Brussel. In november 2012 heeft een groot deel van de Kamercommissie een werkbezoek gebracht aan de vissector. Met vertegenwoordigers van de aanvoersector en de organisatie MSC werden nieuwe Kamerleden en beleidsmedewerkers geïnformeerd over actuele thema s. Afsluitend vond een korte vaartocht vanuit Scheveningen plaats met een kotter met pulstuig. Natura 2000 en de vissector Sinds 2007 zijn groepen gebieden aangewezen op grond van de Vogel- en Habitatrichtlijn, de zogenaamde Natura 2000-gebieden, onder meer de Waddenzee, Oosterschelde, Westerschelde en het IJsselmeer. Het Productschap Vis heeft sinds 2007 uitdrukkelijk gebruik gemaakt van de inspraakmogelijkheden bij alle wateren die voor zowel de binnenvisserij als zee- en kustvisserij van belang zijn. Door het productschap is er met kracht voor gepleit om rekening te houden met de bestaande visserijactiviteiten die in de aangewezen gebieden plaatsvinden. Voor een groot deel van de Natura 2000-gebieden is het bevoegde gezag (voor de natte gebieden meestal Rijkswaterstaat) gestart met het opstellen van de beheerplannen. In deze plannen zal een beschrijving worden opgenomen van alle activiteiten die in het gebied plaatsvinden, de mogelijke effecten van deze activiteiten op de natuurdoelen en eventuele maatregelen om de effecten op de natuur tegen te gaan. Het Productschap Vis is ook in 2012 bij veel van deze beheerplannen direct en indirect betrokken om ervoor te pleiten dat de huidige visserijactiviteiten door kunnen blijven gaan. Het komend jaar zullen de discussies over de diverse beheerplannen doorgaan en het productschap zal namens de sector bij deze discussies betrokken blijven. Voor o.a. de Zuid-Westelijke Delta (alle bekkens van Westerschelde tot en met Haringvliet) en Waddenzee en Noordzeekustzone wordt het beheerplan (al dan niet in concept) medio/eind 2013 verwacht. Het komend jaar zullen de discussies over de diverse beheerplannen doorgaan en het productschap zal in ieder geval tot 1 juli 2013 namens de sector bij deze discussies betrokken blijven. Natura 2000 op zee Eind 2008 zijn ook de eerste gebieden op de Noordzee door het vrm. ministerie van LNV bij de Europese Commissie aangemeld als Natura 2000-gebied. Het gaat om de Doggerbank, Klaverbank, Vlakte van de Raan en de Noordzeekustzone tussen Petten en Bergen (uitbreiding van het eerder aangewezen deel van de Noordzeekustzone). Voor de Noordzeekustzone en Vlakte van de Raan is eind 2009 een proces op gang gekomen om over de visserijmaatregelen in deze gebieden te praten: Vibeg. In is dit proces in een stroomversnelling gekomen, onder leiding van de heer J. Heijkoop. De inzet van het zogenaamde Heijkoop-traject was om voor het eind van 2010 te komen tot visserijmaatregelen in deze Natura 2000-gebieden. De werkelijkheid bleek echter weerbarstiger en dit proces is pas eind 2011 tot een conclusie gekomen. In het Vibeg-akkoord zijn o.a. afspraken gemaakt over uitfasering van de boomkorvisserij in de Natura 2000-gebieden in de kustzone per 2016, het bieden van een perspectief voor de garnalen- visserij (inclusief onderzoek) en partijen hebben zich eraan verbonden beroepen tegen natuurbeschermingswetvergunningen, aanwijzingsbesluiten en beheerplannen in te trekken of in de toekomst niet te voeren. Gedurende 2012 is binnen de regiegroep Vibeg uitvoering gegeven aan de gemaakte afspraken, onder andere door overleg over het benodigde onderzoek op te starten. Voor de Noordzeekustzone is in Vibeg een zoneringsplan overeengekomen, met verschillende mate van bevissing. Voor de Vlakte van de Raan is in Vibeg gewezen op de noodzaak van meer onderzoek. Via een door het VIP toegekend project wordt met de Zeeuwse Milieufederatie samen in het gebied gekeken hoe visserij en natuur samen kunnen gaan. Dit project zal het reguliere beheerplantraject voor de Vlakte van de Raan, dat eind 2011 van start is gegaan, voeden. Eind 2012 is dit advies, in samenspraak met vissers uit het gebied, tot stand gekomen. Het advies zal begin 2013 aan de regiegroep Vibeg worden aangeboden en naar verwachting in het beheerplan van de Vlakte van de Raan, dat eind 2013 gereed zal zijn, worden overgenomen. Windparken en de vissector De afgelopen jaren zijn er door diverse energiebedrijven vergunningen aangevraagd voor het bouwen van windparken op de Noordzee. Het Productschap Vis is betrokken geweest bij het indienen van inspraak en zienswijzen over deze windparken. In 2009 heeft de Minister van Verkeer en Waterstaat voor een aantal van deze windparken vergunningen verleend. Het Productschap Vis heeft tegen al deze vergunningen beroep ingesteld. Het productschap is van mening dat onvoldoende rekening wordt gehouden met de scheepvaartveiligheid en er onvoldoende onderzoek is gedaan naar de effecten op vislarven en het effect van geluid onder water op vissen. Bovendien is de vermeende refugium werking (waarbij de windparken een veilige plaats vormen voor o.a. vissen) niet voldoende bewezen en er is geen afdoende nadeelcompensatieregeling. In 2010 heeft de behandelingen van deze beroepen plaatsgevonden bij de Rechtbank Rotterdam, waarbij het productschap het visserijstandpunt heeft verdedigd. De Rechtbank heeft in 2011 uitspraak gedaan en geconcludeerd dat het productschap geen gronden heeft aangedragen die moeten leiden tot vernietiging van de vergunningen. Het Productschap is tegen deze uitspraken in hoger beroep gegaan bij de Raad van State. Helaas heeft ook de Raad van State in 2012 geconcludeerd dat er geen aanleiding is om de vergunningen te vernietigen. Naast deze procedures zijn gesprekken met de windindustrie op gang gekomen om naar oplossingen te zoeken. Zo zal mogelijk medegebruik van windparken op termijn worden onderzocht. Handhavingverzoek Greenpeace Greenpeace heeft in juli 2009 een verzoek ingediend bij de toenmalige minister van LNV tot handhaving (reguleren) van de boomkorvisserij in de beschermde gebieden op de Noordzee (de gehele Noordzeekustzone en de Doggersbank, welke deels zijn aangewezen en deels zijn aangemeld als Natura 2000-gebied). Minister Verburg heeft dit verzoek destijds afgewezen, omdat zij van mening was dat er sprake is van bestaand gebruik dat al decennia lang plaatsvindt en niet leidt tot onomkeerbare schade. Tegen dit besluit heeft Greenpeace bezwaar gemaakt. Bij de behandeling van dit bezwaar is de visserijsector via het Productschap Vis als derde partij betrokken. De Minister van LNV heeft in juli 2010 de bezwaren van Greenpeace ongegrond verklaard. Tegen deze beslissing is Greenpeace in beroep gegaan bij de Raad van State. Het Productschap is ook bij deze procedure derde partij en treedt in dit geding op, in samenspraak met de dragende organisaties, als vertegenwoordiger van de kottersector. Er zal zowel schriftelijk als mondeling (tijdens de hoorzitting) gereageerd worden op de argumenten van Greenpeace. Hiermee willen we boomkorvisserij in deze gebieden mogelijk houden. De behandeling van het beroep heeft begin 2012 plaatsgevonden. De Raad van State heeft geconcludeerd dat er voor de Doggerbank en Noordzeekustzone geen gronden waren om de boomkorvisserij met wekkerkettingen te verbieden. Voor de Voordelta is er geconcludeerd dat de Minister onvoldoende heeft gemotiveerd waarom reguleren van de boomkorvisserij niet mogelijk was. Het Ministerie van EL&I moest een nieuw besluit nemen op het handhavingverzoek voor de Voordelta. In dit besluit is gewezen op de natuurbeschermingswetvergunning (NBwet-vergunning), die door het Productschap, samen met VisNed en de Nederlandse Vissersbond, is aangevraagd voor de boomkorvisserij in de Natura 2000-gebieden in de kustzone (Noordzeekustzone, Voordelta en Vlakte van de Raan). Ook binnen Vibeg zijn afspraken gemaakt over de boomkorvisserij in deze gebieden. Middels de NBwet-vergunning zal de boomkorvisserij voldoende worden gereguleerd. We verwachten in de loop van 2013 over deze vergunning te kunnen beschikken. Binnenvisserij De binnenvisserij staat nog steeds zwaar onder druk vanwege de sluiting van de aalvisserij op de grote rivieren en de gesloten periode van 1 september tot en met 30 november in het kader van het Nederlandse aalbeheerplan. De gesloten periode heeft als doel om uittrekkende schieraal vrije doorgang te verlenen naar zee om deze vervolgens aan de overtocht naar de Sargassozee te laten beginnen (het vermoedelijke voortplantingsgebied). Helaas zijn er nog steeds onneembare barrières waaronder waterkrachtcentrales en poldergemalen waardoor ten eerste de aal niet kan migreren en ten tweede vele alen direct dan wel indirect worden gedood. 8 9

7 Het Productschap Vis heeft deelgenomen aan het overleg met verschillende belanghebbende partijen over de uitzet van glasaal, het overzetten van schieraal, het openstellen van de visserij op wolhandkrab voor aalvissers (belanghebbende vissers konden zich hiervoor bij het productschap vis aanmelden), over de gebruikers van de binnenwateren in het kader van het Deltaprogramma en over de toenemende verzilting v an de binnenwateren in het Zoet-zout Platform om de effecten op zoetwatervissen en de consequenties ervan voor de beroepsbinnenvisserij onder de aandacht te brengen. Het Productschap heeft in Europees verband aangedrongen op het opstellen van een Europees aalscholver beheerplan. Deze beschermde vogelsoort vormt een grote bedreiging voor de paling, waarvan zij jaarlijks een aantal tonnen nuttigen. In een aantal Europese landen worden al maatregelen getroffen om paal en perk te stellen aan deze veel voorkomende vispredator om de populatie niet verder in aantal te laten groeien. Vaste Vistuigen Visserij In 2012 is er een einde gekomen aan een lange periode van onderhandelen met het ministerie over een financiële regeling voor een realisatie van een reductie van het aantal vergunningen vaste vistuigen Oosterschelde. Uiteindelijk stelt het ministerie geen middelen beschikbaar voor de sanering van deze vergunningen. Een tijdelijke overdraagbaarheidstop die aan de vergunning was gekoppeld gedurende de onderhandelingen met het ministerie zou daarmee ook komen te vervallen. Op het verzoek van de werkgroep Vaste Vistuigen Zuid van het Productschap om de overdraagbaarheidstop op te schorten om zodoende tijd te creëren voor het opstellen van een plan voor een duurzame en beheerste kreeftenvisserij, is positief gereageerd. De overdraagbaarheidstop is verlengd tot 1 oktober Aquacultuur In de visteeltsector heeft een lichte afname plaatsgevonden van het aantal bedrijven; daarnaast produceren enkele bedrijven minder dan voorheen. Naast de traditionele bedrijven die paling, meerval en tarbot kweken, lijken enkele experimentele bedrijven succesvol, waaronder de kweek van de Yellowtail Kingfish (die nergens ter wereld op land wordt gekweekt behalve in Nederland), garnalen of de Zeeuwse tong. Belangrijke onderwerpen in de maatschappelijke discussies over viskweek en viskwekerijen is dierenwelzijn, waaronder een diervriendelijke dodingmethode. Diervriendelijk wil zeggen dat de vissen eerst worden bedwelmd voordat ze worden gedood. Het Productschap is met alle betrokken partijen in overleg om voor alle geweekte vissoorten de best mogelijke methode te ontwikkelen. Ook wordt kritisch gekeken naar intensieve houderijsystemen, of de vis zich natuurlijk kan gedragen en naar het transport van levende vis. Ondanks dat de eisen en voorwaarden om in Nederland vis te kunnen kweken in het algemeen hoger liggen dan in de meeste andere landen, slaagt een aantal ondernemers er in om in Nederland vis te kweken en te vermarkten. Verankering Arbeid In 2012 zijn de sociaalsecretarissen van de productschappen en de vakbonden bijeen geweest om een nieuwe impuls te geven aan het project Verankering van de Arbeid. De werkgroep Verankering Arbeid (WVA) wil de factor arbeid binnen de productschappen verankeren door beleidsontwikkeling op het terrein van arbeid te stimuleren, niet alleen in de vissector maar in de gehele agrofoodsector. Er is een aantal sector overstijgende onderwerpen geselecteerd dat door een efficiënte samenwerking en in onderlinge afstemming besproken wordt. Sector overstijgende activiteiten moeten leiden tot aantrekkelijke werkgevers en werknemers in de gehele agrofoodsector. Een van de activiteiten is de ontwikkeling en het onderhoud van arbocatalogi. Deze arbocatalogi moeten actueel zijn omdat deze de basis vormen voor de verbetering van de arbeidsomstandigheden en het werkklimaat met betrekking tot veiligheid en gezondheid op schepen en in bedrijven. Periodiek is door de WVA de Nieuwsbrief Arbeid verspreid met name onder de kaderleden van de verschillende sectoren in de agrofoodsector. Arbeid, veiligheid en scholing Het onderwerp veiligheid behoort en staat hoog op de agenda. Er was en is nog steeds een gedachteomslag noodzakelijk om anders om te gaan met veiligheid. Dat geldt zowel voor bedrijven als voor werknemers. Een in 2011 gestart project binnen de trawlersector kreeg een vervolg in Het project Last minute risc is afgerond. Dit project richt zich op controleprocedures voorafgaand aan de de werkzaamheden aan boord van een trawler..deze resultaten zijn ook nuttig en bruikbaar in de kottersector. In 2012 zijn voorbereidingen getroffen voor een congres over veiligheid en gezondheid doch de uitvoering is aangehouden op grond van de politieke ontwikkelingen met betrekking tot de productschappen. De verwachting is dat dit congres medio mei toch zal plaatsvinden gezien het belang van het onderwerp. Stuurgroep Duurzame Visserij Het in de vaart brengen van een innovatief visserijschip met duurzame, vernieuwende technieken zal moeten bewijzen dat een andere en meer rendabele visserij mogelijk is. De bouw van een pilot schip dat tevens als onderzoeksschip dient zal de bewijzen hiervoor moeten aantonen. Daarna zal de kottervloot geleidelijk kunnen worden vervangen om een duurzame toekomst tegemoet te gaan. Vanuit het productschap is samengewerkt binnen de stuurgroep Masterplan Duurzame Visserij om de realisatie van de bouw van een of enkele pilotschepen mogelijk te maken. Na de presentatie van de rapportage van het haalbaarheidsonderzoek (projectfase II) is geen betrokkenheid vanuit het Productschap meer geweest. Voor de uitvoering van de pilot (projectfase III) om daadwerkelijk een innovatief schip te bouwen, is de Stichting Masterplan Duurzame Visserij opgericht, van waar uit bedrijfsleven, wetenschap (o.a. MARES, LEI) en overheid nauw zullen samenwerken met NGO s. Kerntaak 2 Duurzaamheid en innovatie Duurzaamheidsoverleg Product- en bedrijfsschappen Naar aanleiding van een bijeenkomst bij de SER eind 2009 over Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen voor voorzitters en secretarissen van de product- en bedrijfschappen, is er een duurzaamheidsoverleg met de beleidsmedewerkers van verschillende product- en bedrijfsschappen opgericht. Gedurende 10, 11 en 12 heeft dit overleg meerdere malen plaats gevonden. Het duurzaamheidsoverleg tussen de product- en bedrijfsschappen heeft onder andere als platform gediend om ervaringen en werkwijzen op het gebied van MVO rapportage te delen. Het duurzaamheidsoverleg wordt in 2013 niet meer voortgezet, gezien de beëindiging van de taken bij de product- en bedrijfschappen. Begeleiden certificering De Coöperatieve Visserij Organisatie (CVO) is in 2010 gestart met het MSC traject voor de Nederlandse tong en schol vissers. Daartoe werd de visserij verdeeld in 7 certificeringseenheden, waarvoor in 2009 aan vijf eenheden subsidie is toegekend. In september 2010 werd aan de resterende twee eenheden subsidie toegekend. Beleidsmedewerkers van het Productschap Vis zijn door de CVO ingehuurd om de MSC projecten te begeleiden. Begin 2011 is de certificeerder Moody Marine in Nederland langs geweest om informatie te verzamelen over de visserijen in het beoordelingstraject, de site visit. Deze informatie werd geleverd door sector, overheid, wetenschap en natuurorganisaties en vormde de basis voor de beoordeling van de visserij op de MSC-duurzaamheidscriteria. Het certificeringsrapport is in 2012 bij andere belanghebbenden getoetst via een algemene inspraakronde. Na deze inspraakronde heeft de certificerende instantie bekend gemaakt dat vrijwel alle visserijen onder beoordeling gecertificeerd konden worden, behalve één visserij. Na de bekendmaking van dit besluit in juni 2012 is er vervolgens bezwaar ingediend tegen de MSC certificering door verschillende natuurorganisaties. De CVO heeft deze bezwaarprocedure met goed gevolg doorlopen en uiteindelijk zijn de visserijen alsnog MSC gecertificeerd op 20 december De CVO gaat daarmee een traject in waarbij de deelnemende vissers een deel van hun vis kunnen aanlanden onder het MSC certificaat en waarin ze door het jaar heen extra inspanningen zullen moeten verrichten om het MSC certificaat daadwerkelijk te mogen behouden. MSC Certificering In 2012 zijn er wederom diverse MSC keurmerken behaald op Nederlandse bodem. Dit betreffen de handkokkelvisserij (oktober 2012), de mesheftenvisserij (november 2012) en CVO schol en tong (december 2012). De visserij op Hollandse garnaal bevindt zich eind 2012 nog in het traject tot beoordeling tegen de MSC standaard. Gezien de complexiteit van het MSC garnalen dossier is eind 2012 besloten om intensieve begeleiding te bieden vanuit het Productschap Vis. Inzet is om het MSC certificaat nog in 2013 te behalen. Voor andere visserijen heeft in 2012 regelmatig afstemming plaatsgevonden met het Productschap, zowel met sectorgenoten als met MSC en certificeerders. Ondernemers raadplegen het Productschap over de mogelijkheden en het proces naar certificering terwijl externe partijen het schap benaderen voor informatie over de stand van zaken. Inmiddels staat de teller voor het aanbod van MSC gecertificeerde producten in ons land al boven de Voor een actueel beeld: Garnalen Besluiten over financiering en begeleiding van onderzoek zijn in het eerste kwartaal van het jaar binnen de betreffende adviescommissie besproken en voor besluitvorming voorgelegd aan het bestuur van het Productschap. De werkgroep duurzaamheid garnalensector is als private groep diverse malen bijeen geweest. Voor de secretariële en inhoudelijke begeleiding van de op private basis optredende werkgroep is personele inzet beschikbaar gesteld. Voor advisering over de criteria voor duurzaamheid is een derde partij ingeschakeld, waarvoor tussen deze partij en het productschap een overeenkomst is gesloten. Uitzet glas- en pootaal Nederland In 2012 heeft het Productschap Vis de uitzet van glasen pootaal verzorgd in het kader van het Nederlands Aalherstelplan. Deze uitzet is onderdeel van een driejarig project waarin voor meer dan één miljoen euro aan glasen pootaal wordt uitgezet in goed beheerde gebieden 10 11

8 ten behoeve van het aalherstel. Het Ministerie van EZ heeft in het kader van dit herstelproject Uitzet glas- en pootaal aan het Productschap Vis subsidie verleend, welke deels gefinancierd wordt uit het Europees Visserijfonds. De aankoop van de glasaal en pootaal loopt via een Europese aanbestedingsprocedure. In 2012 werd vanuit diversen plaatsen in Friesland 513 kilo glasaal uitgezet in de Friese Boezemwateren. Vanuit Arnemuiden werd 175 kilo glasaal uitgezet in het Veerse Meer. Deze glasaal was afkomstig uit Frankrijk. In 2012 werd ook pootaal uitgezet. De pootaal was afkomstig van een Nederlandse kweker. Deze kweker heeft zich gedeeltelijk gespecialiseerd in het tijdelijk opslaan, bijvoeren en als pootaal verkopen van eerder dat jaar gevangen glasaal. Er werd 1294 kilo pootaal uitgezet in het Tjeukemeer en Sneekermeer. In totaal meer dan jonge palingen hebben op deze wijze een betere uittrek naar hun oorsprongsgebied en daarmee een verbetering van de voortplanting. De uitzetgebieden zijn in overleg met het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie geselecteerd. Het Productschap Vis verzorgde de aankoop, coördinatie met beroepsvissers in de uitzetgebieden en de uiteindelijke uitzet inclusief de publiciteit omtrent de uitzet. Voor 2013 is nog eenmaal een dergelijke procedure gepland. Met het ministerie van EZ loopt nog een procedure over de door het productschap betaalde btw over de ingekochte glas- en pootaal. Het Productschap heeft bezwaar ingediend tegen het niet subsidiabel stellen van de btw door het ministerie. Het betreft een bedrag van circa Begin 2013 wordt hierover uitsluitsel verwacht. Vissen op krabben tijdens aalvisverbod In het jaar 2012 mochten beroepsvissers net als in 2010 en 2011 als gevolg van het aalvisverbod in de periode van 1 september 2012 t/m 30 november 2012 géén aalvistuigen gebruiken om aal mee te vangen. Op grond van artikel 32a, vierde en vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling visserij (de regeling is te raadplegen op en op was het in deze periode mogelijk beroepsvissers vrij te stellen, die op krabben willen vissen. Vrijstelling door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie werd van rechtswege verleend onder een aantal voorwaarden. Eén van die voorwaarden was het sluiten van een overeenkomst met het Productschap Vis in verband met het uitvoeren van controles. De bijdrage in de controlekosten was 1.000,- per deelnemende visser. Deze kosten bestonden voor het overgrote deel uit de gemaakte kosten voor de uitvoering van de controles door de aangewezen controle-instantie (G4S Public Security). Hiernaast zijn door het Productschap Vis interne kosten gemaakt voor de uitvoering van de regeling van het Ministerie van EZ. Bij het Productschap Vis hebben zich 33 beroepsvissers aangemeld en een controle-overeenkomst ondertekend. In de loop van de vrijstellingsperiode zijn er twee overeenkomsten eenzijdig door het Productschap Vis ontbonden, omdat de betreffende vissers zich niet aan de voorwaarden van de Uitvoeringsregeling visserij en de inhoud van de overeenkomst hadden gehouden. Naast de reguliere controles door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, zijn extra controles door een door het Productschap Vis aangewezen controleinstantie uitgevoerd en deze zijn goed verlopen. In 2013 zal een evaluatie plaatsvinden omtrent deze controles en de regeling zelf met alle betrokken overheden. Cursus scholing duurzame visketens De scholing duurzame visketens, welke is ontwikkeld voor potentiële kaderleden voor de vissector, is in 2012 afgerond met een tweetal workshops waarbij de (internationale) handel en aanvoer uitgebreid aan de orde is geweest en waar ook nieuwe manieren van ondernemen op de vismarkt werden getoond. Onder nieuwe manieren wordt onder andere verstaan: maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen. Vissen met toekomst De cursus Vissen met toekomst werd gegeven aan leerlingen van de visserijscholen. Het project netinnovaties is afgerond en de nettechnieken zijn opgenomen in het lesmateriaal. Het nieuwe lesmateriaal is de basis voor het visserijonderwijs en is een nuttig naslagwerk voor de leerlingen. Er is wel behoefte aan meer aandacht bij een aantal onderdelen voor veiligheid aan boord. De deelnemers gaven na de cursus aan deze als bijzonder nuttig en zinvol te hebben ervaren en een goed beeld te hebben gekregen van wat duurzame visserij inhoudt. Deze cursus is gefinancierd uit het onderwijsfonds van het productschap. De geplande docentendag voor alle docenten visserijkunde van de Nederlandse visserijscholen, bedoeld om de cursus te evalueren, is uitgesteld en zal naar verwachting begin 2013 plaatsvinden. Innovatie Blueport In het verlengde van het Visserij Innovatie Platform, het VIP, zijn eind 2011 vijf zogenoemde regionale Blueport projecten gestart. De projecten, gefinancierd door subsidieregeling Collectieve Acties van EL&I, hebben een doorlooptijd van drie jaar. Het doel van de Blueports is het bottom up aanjagen van innovatie, goed ondernemerschap en economische samenwerking. De projecten worden uitgevoerd in respectievelijk Urk, Lauwersoog, Den Helder, Stellendam en Yerseke. Om te voorkomen dat zaken dubbel worden uitgevoerd en om de communicatie tussen de vijf Blueports te stroomlijnen is op initiatief van het Productschap Vis, ook gefinancierd uit middelen van de subsidieregeling Collectieve Acties een landelijk Platform Visserijinnovatie en Blueports (PVB) gestart. Op 17 november 2012 vond een landelijk symposium plaats in het auditorium van het hoofdkantoor van Rabobank Nederland in Utrecht. Onder leiding van het PVB is deze dag georganiseerd in nauwe samenwerking met de Klankbordgroep Visserij en de regionale Blueports. Naast het demonstreren van een groot aantal reeds uitgevoerde en nieuwe innovatieprojecten gaf een aantal toonaangevende sprekers interessante voordrachten. Op dezelfde dag is de integrale website van de Blueports online gegaan. Met ruim 300 belangstellenden uit de gehele vissector is uitgebreid gediscussieerd en gebrainstormd over innovatie en samenwerking in de vissector. De uitvoerige persreacties zijn zeker een graadmeter voor het succes van de bijeenkomst. De Adviesgroep, samengesteld uit toonaangevende ondernemers uit de vissector, is drie maal in vergadering bijeen geweest. Het secretariaat wordt uitgevoerd door het PVB. De Adviesgroep heeft tijdens het symposium op 17 november een door hen opgesteld advies genaamd Nederland als innovatieve duurzame draaischijf Vis gepresenteerd. Dit advies omvat als eerste een analyse van de huidige situatie in de vissector. Vervolgens een schets over de kansen voor de Nederlandse vissector en tenslotte een groot aantal aanbevelingen over de wijze waarop de sector de stappen van de huidige naar een toekomstige situatie zou kunnen zetten. Het Bestuurlijk Overleg, een college dat gevormd wordt door de voorzitters van de regionale Blueports is tweemaal in vergadering bijeen geweest. Het secretariaat wordt uitgevoerd door het PVB. De projectleiders van de regionale Blueports zijn vijf maal in vergadering bijeengeweest. Het secretariaat wordt uitgevoerd door het PVB. De website van de Blueports, de zogenaamde Blueportal, is ontwikkeld. Een website die als communicatiemiddel gaat dienen richting sectorgenoten. Binnen de website zijn alle regionale Blueportals met hun eigen (deel)site aanwezig. Daarnaast is een database ontwikkeld, genaamd projectenparade. Hierin worden in principe alle - inmiddels 50 - in Nederland uitgevoerde innovatieprojecten opgenomen. Surveys In 2012 zijn, net als in de jaren daarvoor, vissers mee geweest met de jaarlijkse Bottom Trawl Survey (BTS) op het onderzoeksvaartuig de Tridens. Het doel is om inzicht te krijgen in hoe deze surveys uitgevoerd worden en advies te geven over mogelijke verbeteringen om een zo precies mogelijke bestandsschatting te verkrijgen. Deze samenwerking tussen onderzoek en sector wordt wederzijds gewaardeerd en zorgt voor verbetering van de onderzoeken en de samenwerking met anderen. PULSVISSERIJ In de Stuurgroep Pulsvisserij werken het ministerie van EZ, het Productschap, de Vissersbond, VisNed, Imares en Stichting de Noordzee gezamenlijk aan de voorwaarden waaronder een permanente toelating van de pulsvisserij mogelijk is. Er zijn drie werkgroepen ingesteld, de werkgroep Controle en Handhaving, de werkgroep Communicatie en de werkgroep Monitoring. In de laatste twee werkgroepen heeft het productschap activiteiten ontplooid. Het Productschap Vis heeft zich eind 2012 teruggetrokken uit de Stuurgroep Pulsvisserij door de beëindiging van taken van de Productschappen. Werkgroep monitoring Eind december 2011 is het monitoringsprogramma voor de pulskorvisserij van start gegaan. In het monitoringsprogramma zijn meer dan 20 pulsschepen geselecteerd welke gedurende 2012 wekelijks een trek hebben bemonsterd om zo informatie te verzamelen over de vangstsamenstelling van de visserij met het pulstuig. Naast de zelfbemonstering heeft er een tiental waarnemersreizen plaatsgevonden. De informatie die voortkomt uit het monitoringsprogramma moet bijdragen aan het verkrijgen van permanente toelating van het pulstuig en komt ten behoeve van een eventueel MSC traject voor de pulskor in de toekomst. Het monitoringprogramma is gedurende heel 2012 vanuit het Productschap Vis gecoördineerd. De analyse en rapportage worden halverwege 2013 verwacht. Werkgroep communicatie Voor een permanente toelating van de pulsvisserij door Brussel is een breed draagvlak in Europa vereist. Vanuit de werkgroep is vaker het initiatief genomen tot kennisdeling met andere lidstaten. Zo is voor een feitelijke informatievoorziening een informatiebijeenkomst en demonstratie van het vistuig aan boord van schepen georganiseerd bij EU-lidstaat België. In het verslagjaar heeft de werkgroep eveneens de taak op zich genomen om meer bekendheid te geven aan de inhoudelijke aspecten van de pulsvisserij binnen de vissector. Zo werden kritische geluiden vanuit eigen geledingen tijdens een discussiebijeenkomst in maart te Harlingen bediscussieerd. De Permanente Vertegenwoordiging van Nederland in Brussel is voorzien van informatie om de Europese lidstaten van informatie te voorzien, evenals de Europese Commissie

9 Vishub In het verslagjaar werd het duidelijk dat continuering van de Vishub op termijn een probleem kan worden. De Vishub is een initiatief van het Ministerie van EZ, het Productschap Vis en diverse publieke en private organisaties. De Vishub is een belangrijk digitaal hulpmiddel dat vissers in staat stelt om tijdens de vangst noodzakelijke gegevens aan te leveren bij diverse overheidsinstanties. Het aanleveren is een wettelijke plicht. De NVWA controleert sinds september van het verslagjaar op een strikte toepassing van de wettelijke verplichtingen. Het Productschap Vis is aangewezen als beheerder van de Vishub. Nu het Bestuur op 13 november van het verslagjaar heeft gekozen tot beëindiging van alle activiteiten, zal ook in de loop van 2013 het beheer van de Vishub door het Productschap Vis overgedragen moeten worden aan de sector. In de vergadering van het dagelijks bestuur van 6 december is besloten dat de code achter de Vishub kan worden vrijgegeven aan geïnteresseerde partijen binnen de sector die daartoe begin 2013 middels publicatie toe worden uitgenodigd. Hiermee geeft het Productschap alle mogelijk geïnteresseerden een gelijke kans om de Vishub, of een aangepaste versie daarvan op termijn privaat te exploiteren. Hiermee wordt voldaan aan belangrijke uitgangspunten van de SER, zoals vastgelegd in de leidraad tot afbouw van het schap. Ook het ministerie stemt in met deze procedure. Deze keuze betekent dat ook in 2013 kosten worden gemaakt voor het technisch beheer en de hosting van de Vishub. Het Dagelijks Bestuur van het Productschap Vis heeft hiervoor in de eerdergenoemde vergadering van 6 december goedkeuring gegeven. foto: flying focus Kerntaak 3 Informatieopbouw en -uitwisseling Bijeenkomst norovirus Vanuit het taakgebied voedselveiligheid schelpdieren is eind 2012 gestart met het organiseren van een drietal seminars voor ondernemers, overheden en andere belangstellenden. Steeds zijn de onderwerpen wisselend, allen in het kader van voedselveiligheid schelpdieren. Zo is eind november 2012 een bijeenkomst georganiseerd over norovirus. Hierbij werd meer uitleg gegeven door een onderzoeksinstituut over hoe norovirus wordt overgedragen, welke symptomen wanneer te verwachten zijn en welke methoden gebruikt worden om het virus aan te tonen in schelpdieren. Vanuit de schelpdiersector waren veel mensen aanwezig en werd het gezien als een geslaagde bijeenkomst. Onderzoekssamenwerking De onderzoekssamenwerking is in 2012 voortgezet. Hierin werkten productschap, overheid, sector en wetenschappers samen om onderzoeksprojecten te coördineren en uit te voeren. De samenwerking richt zich op bestandsopnames en het beoordelen van de effecten van beheermaatregelen in de visserij; het betreft het structureren van dataverzameling data bijdragen aan het adviseringsproces. Lopende onderzoeksprojecten worden besproken en toegelicht. Het Productschap Vis heeft zich eind 2012 teruggetrokken uit het overleg vanwege de beëindiging van taken van de Productschappen. Het secretariaat van de OSW wordt sindsdien gevoerd door de private organisaties. Maatschappelijke discussie De vraag of visconsumptie verantwoord is dankzij een verantwoorde visserij of kweekmethode is vaak aanleiding voor maatschappelijke discussies. Het is van belang om de visie en de werkwijze van de vissector helder over het voetlicht te krijgen. Namens de vissector dragen vertegenwoordigers van het Productschap Vis bij aan verscheidene (discussie-)bijeenkomsten. Deze participaties staan veelal in het teken van duurzame vis. Het productschap vertegenwoordigt op deze bijeenkomsten de Nederlandse vissector en draagt zo bij aan een gebalanceerde visie in de samenleving over duurzame vis. Algemene informatievoorziening groothandel/ verwerking/import en export Op verzoek wordt regelmatig informatie aan het bedrijfsleven verstrekt. Dit betreft marktinformatie, zoals import-/export cijfers, informatie over levensmiddelenwetgeving, en informatie over wetgeving die van toepassing is voor het importeren en exporteren van vis en visproducten. Daarnaast heeft het Productschap Vis een aantal informatiedocumenten opgesteld, die regelmatig vanwege wijzigingen in de wetgeving onderhouden moeten worden. Deze documenten zijn beschikbaar voor het bedrijfsleven. Cliënt export Cliënt export, het geautomatiseerde systeem waarmee gezondheidscertificaten, voor onder meer de export van vis, kan worden aangevraagd en afgegeven bij/door de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) is per 2012 ook mogelijk door middel van een visapplicatie. Het Productschap heeft in samenwerking met de NVWA de vissector geïnformeerd en geïnstrueerd over het gebruik van dit programma. Daarnaast vindt met de NVWA overleg plaats over eventuele aanpassingen van Cliënt export. PR/voorlichting Het Productschap Vis stelt zich tot doel activiteiten te verrichten die individuele bedrijven of private organisaties niet alleen kunnen oppakken, maar die wel voor de gehele sector van belang zijn. In dat kader worden PRen voorlichtingsactiviteiten ontplooid. Contacten tussen de Nederlandse pers en de vakpers van buitenlandse media en de vissector vinden meestal plaats door rechtstreekse woordvoering of coördinatie vanuit het Productschap. Via persberichten en exclusieve informatievoorziening zijn tal van onderwerpen aan de orde gekomen. Niet alleen thema s in het teken van productinformatie, maar meer en meer informatieverstrekking over verantwoorde productieprocessen, bestandsbeheer, de vernieuwende pulsvisserij of duurzaamheidsinitiatieven bepalen de beeldvorming van de vissector: van visserij tot viskraam op de hoek. Onder meer het faciliteren van de tv-producenten leidde tot een serie Hollandse Vissers welke op de publieke omroep in 2013 wordt uitgezonden. Ook andere media zijn regelmatig begeleid en geïnformeerd over de activiteiten van de vissector. Daarnaast is op verzoek van sectorgenoten ondersteuning geboden bij perscontacten, onder meer in relatie tot de start van het nieuwe seizoen van de Oosterscheldekreeft, de activiteiten van de palingsector en issues rondom voedselveiligheid. Nieuwjaarssymposium Op 16 januari 2012 vond de inmiddels traditionele nieuwjaarsbijeenkomst van de vissector plaats, onder coördinatie van het Productschap Vis in Wassenaar. De Verantwoorde Vis Prijs 2012 is tijdens dit evenement overhandigd aan de Gebroeders Schilder uit Volendam vanwege hun ontwikkelde sorteersysteem van vis om bijvangst te scheiden van de vangst voor consumptie. Het meest actuele thema dat men kan bedenken, zo zou later blijken. Dag van de Nederlandse Zeevisserij Op zaterdag 19 mei vond de jaarlijkse Dag van de Nederlandse Zeevisserij plaats op Urk. Ongeveer 200 genodigden namen deel aan de bijeenkomst op het zonovergoten Urk, waar o.a. staatssecretaris Bleker zijn visie gaf op de ontwikkelingen in de zeevisserij. Traditioneel werden de Productschapsprijzen uitgereikt aan de bemanning van de schepen met de best verzorgde vis 14 15

10 die is aangeland over het achterliggende jaar. Na afloop van de presentaties en de lunch was er de vlootschouw vanuit de haven van Urk. Door de afbouw van het Productschap Vis was dit de laatste Dag van de Nederlandse Zeevisserij die mede georganiseerd werd door het Productschap. In 2013 zullen wel voor de laatste maal de prijzen worden uitgereikt. Paling Op diverse momenten in het verslagjaar is in het kader van het herstelproject Uitzet glas- en pootaal dat door het productschap is begeleid de uitzet van jonge palingen begeleid. De uitzet ging veelal gepaard met een mediabezoek ter plaatse. In juni werd pootaal uitgezet in de Friese meren. Aan boord van het betreffende vissersschip waren zowel journalisten getuige van de uitzet van de pootaal als een schoolklas uit het nabijgelegen Sintjohannesga. Zij waren de eerste klas die het door het Productschap Vis i.s.m. Stichting Duurzaam Paling Fonds ontwikkelde nieuwe lespakket Lars en Liz en het mysterie van de paling op school behandelde. De lesbrief met docentenhandleiding voor basisschoolkinderen is daarna landelijk aangeboden voor groepen 7 en 8 op basisscholen. Factsheets Het achtergrondverhaal over de herkomst van vissoorten en de daarbij te plaatsen kanttekeningen op het gebied van duurzaamheid staat opgenomen in zogenoemde factsheets. Steeds vaker stellen afnemers daaraan aanvullende voorwaarden. Om de sectorgenoten een handvat te bieden is een vervolg gegeven aan de ontwikkeling van deze uitgaven. Ook in 2012 is de bestaande serie geactualiseerd en uitgebreid en zijn verkorte versies van de factsheets ontworpen die zich richten op de consument: de zogenaamde vispaspoorten. De factsheets en vispaspoorten zijn beschikbaar via verantwoorde vis visfeiten. Website Middels de website van het Productschap Vis werd actuele informatie voor alle ondernemers uit de sector en andere belangstellenden aangeboden. Tweewekelijks wordt een digitale nieuwsbrief aan de achterban verzonden. De belangstelling voor een abonnement is nog altijd groeiende. Het Nederlands Visbureau Productpromotie en sectorcommunicatie zijn sterk met elkaar verweven geraakt. In 2012 werd duidelijk dat communicatie- en promotieactiviteiten niet langer een taak voor productschappen zijn, maar door het bedrijfsleven zelf moeten worden georganiseerd. Gedurende het verslagjaar is een draagvlakonderzoek gestart naar een private vorm van een Nederlands Visbureau. De ambitie is om dit bureau in 2013 gestalte te geven. Van de activiteiten van het Nederlands Visbureau in 2012 wordt in de ingevoegde katern verslag gedaan. Kerntaak 4 Uniek instrumentarium VERORDENINGEN ALS INSTRUMENT Een veelgebruikte term voor regelgeving is de term verordening. Zo is er de Europese verordening die een algemene strekking heeft, maar wel in alle onderdelen bindend en rechtstreeks toepasselijk is in alle lidstaten van de Europese Unie. De lidstaten regelen daarna zelf meestal alleen nog de uitvoering van deze Europese verordeningen en de strafbaarstelling. Voor de visserijsector zijn bijvoorbeeld veel Europese verordeningen vastgesteld met betrekking tot technische maatregelen en visbestanden. Regelgeving van de gemeente, provincie of een product- of bedrijfschap wordt ook aangeduid met de term verordening. Het bestuur van het Productschap Vis heeft verschillende soorten verordeningen. Na vaststelling door het bestuur dienen de meeste verordeningen te worden goedgekeurd. De Sociaal- Economische Raad (SER), de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister van Veiligheid en Justitie dienen afhankelijk van de verschillende type verordeningen en besluiten veelal de desbetreffende regeling goed te keuren. Indien verordeningen nieuwe of gewijzigde technische maatregelen of steunmaatregelen betreffen, dienen deze verordeningen ook door de Europese Commissie te worden goedgekeurd. Verordeningen zijn in principe pas rechtsgeldig als zij gepubliceerd zijn. Alle ondernemers en werknemers in de vissector moeten de verordeningen van het Productschap Vis naleven. Ook andere natuurlijke of rechtspersonen moeten de inhoudelijke verplichtingen van verordeningen naleven als de desbetreffende verordening ook de zogenaamde derdenbinding kent. De heffingsverordeningen hebben geen derdenbindingsbepaling. Verordeningen komen tot stand na initiering door het bestuur Het bestuur komt minimaal twee maal per jaar bijeen; de laatste donderdag in maart en de laatste donderdag in september of de eerste donderdag in oktober. In januari/februari en augustus/september worden de ontwerpregelingen gepubliceerd in het Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie die in de bestuursvergaderingen vastgesteld gaan worden. Het PBO-blad is een uitgave van de Sociaal-Economische Raad (SER) waarin zowel het Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie als het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie is opgenomen. Het PBO-blad verschijnt wekelijks op vrijdag via de website van de SER: overzicht_pbo_bladen.aspx. Op de website van het Productschap Vis ( is het communicatieplan gepubliceerd en staat vermeld wanneer belangrijke vergaderingen van bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroepen worden gehouden. Hierbij worden de agenda s gepubliceerd. Het PBO-blad verschijnt wekelijks op vrijdag via de website van de SER: overzicht_pbo_bladen.aspx. AUTONOME REGELGEVING Op grond van de Wet op de bedrijfsorganisatie en het Instellingsbesluit Productschap Vis (Staatsblad 2003, 253) is ook het Productschap Vis bevoegd om beleid en regelgeving op diverse terreinen vast te stellen in de vorm van een verordening. Dit gebeurt op initiatief van de sector zelf. Deze eigen regelgeving wordt ook wel de autonome regelgeving van het Productschap Vis genoemd. De rechtsbasis voor deze verordeningen is artikel 93 van de Wet op de bedrijfsorganisatie. In deze verordeningen worden aan ondernemers rechten en plichten opgelegd. De verordeningen zijn op hun beurt weer de basis voor uitvoeringsbesluiten. Het Productschap Vis heeft sinds eind 2011 in totaal drie autonome verordeningen vastgesteld op grond van artikel 93. In 2012 zijn hier geen wijzigingen opgetreden. Verordening Hollandse Nieuwe 2007 Middels deze regeling wordt de jaarlijkse start van het haringseizoen geregeld. Doel van deze regeling is om in heel Nederland met een kwalitatief goede Hollandse Nieuwe het verkoopseizoen op één datum te starten. Bij het bepalen van de startdatum van het nieuwe haringseizoen moet het vetpercentage (het biologische stadium) en de kwaliteit van de haring goed zijn, waarbij rekening moet worden gehouden met de natuurlijke omstandigheden en voldoende rijping. Hierop worden ook de collectieve promotionele activiteiten afgestemd. In verband met de afbouw van de taken van het Productschap Vis wordt de Verordening Hollandse Nieuwe 2007 per 1 september 2013 ingetrokken. Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 Doel van de regeling is vaststelling van nadere regels inzake de voorschriften, erkenning en constructie van quarantainevoorzieningen ter voorkoming van voor de vorming van uitheemse biotoxi nen verantwoor delijke dinoflagel laten of hun cysten, schelpdier- of visziekten, virussen of andere levende organismen en hun larven. Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis 2006 De bepalingen over de registratieplicht bij het Productschap Vis, het opvragen en verstrekken dan wel verwerken van gegevens, alsmede de bepalingen over de oplegging en betaling van de heffingen zijn met de bepalingen over de mandatering van bevoegdheden ondergebracht in de Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis De autonome verordeningen worden tuchtrechtelijk gehandhaafd via de Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie Toezichthouders worden door het bestuur aangewezen en goedgekeurd door de Ministers van Veiligheid en Justitie en van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Berechtingsrapporten van geconstateerde overtredingen worden doorgestuurd naar het Instituut voor Agrarisch Recht (IAR) te Wageningen. Het IAR is het secretariaat van het Tuchtgerecht Productschap Vis

11 REGELGEVING IN MEDEBEWIND Een deel van de verordeningen van het Productschap Vis betreft regelgeving in medebewind. Hier gaat het om regelgeving in opdracht van de Nederlandse overheid. Hieronder kan ook regelgeving vallen die het Productschap Vis vastlegt in een verordening om (gedeeltelijk) aan verplichtingen te voldoen die volgen uit Europese verordeningen of richtlijnen. Het Productschap Vis heeft twee verordeningen in medebewind van het Ministerie van Economische Zaken (voorheen Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) vastgesteld op grond van de Overdrachtsregeling bevoegdheden Landbouwwet 1966 Algemeen (vervangen door de Regeling medebewind Gemeenschappelijk Landbouwbeleid). De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) treedt met betrekking tot de naleving van de bepalingen in de verordeningen op als opsporingsinstantie. Overtredingen worden strafrechtelijk via de Landbouwwet en de Wet op de economische delicten afgedaan. In 2012 is het voorstel voor een nieuwe Gemeenschappelijke Marktordening besproken in de Europese Raad en het Europees Parlement. Het productschap heeft tegen de achtergrond van de afbouw van activiteiten namens de sectorgeledingen op dit werkterrein niet actief deelgenomen aan besprekingen of adviezen uitgebracht. Het productschap is in het kader van medebewind wel in belangrijke mate betrokken bij uitvoeringsmaatregelen in Nederland. Het overleg tussen de rijksoverheid en het Productschap over de uitvoeringsbepalingen en de betrokkenheid van het Productschap als houder van de opdrachten in medebewind, zijn binnen de bestaande werkcontacten wel aan de orde gesteld. Verordening handelsnormen visserijproducten 2006 en Verordening handelsnormen garnalen 2006 De Europese Unie heeft voor verschillende visserijproducten gemeenschappelijke handelsnormen vastgesteld. Visserijproducten moeten hier aan voldoen voordat zij (in de Europese Unie) voor het eerst in de handel worden gebracht. De handelsnormen omvatten zowel versheidsklassen als grootteklassen. De Lid-Staten van de Europese Unie moeten controle ren of de producten conform deze vastgestelde normen zijn en moeten zo nodig maatrege len nemen om overtredingen te kunnen bestraffen. De Verordening handelsnormen visserijproducten 2006 en de Verordening handelsnormen garnalen 2006 van het Productschap Vis regelen deze controle in Nederland. De ondernemers (aanvoerders) hebben de verplichting om hun producten voor controle aan te bieden. Bij verhandeling van verse vis en Noordzee garnalen zijn visafslagen genoemd als controle locaties. De betrokken producten moeten daar voor controle aan de buitendienst medewerkers van het productschap worden aangeboden. Het Productschap Vis heeft twee verordeningen in medebewind van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vastgesteld. De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) is de bevoegde toezichthouder op de naleving van deze bepalingen en overtredingen worden bestuursrechtelijk via het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten afgedaan. Verordening productiegebieden levende tweekleppige weekdieren 2006 In artikel 3, derde lid, van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen (Staatsblad 2005, 517) is het Productschap Vis door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen als de bevoegde autoriteit, bedoeld in bijlage II, hoofdstuk II van verordening (EG) nr. 854/2004. Het Productschap Vis is derhalve belast met het vaststellen van een bemonsteringsplan en de classificatie van productie- en heruitzettingsgebieden alsmede de overige taken en bevoegdheden van de bevoegde autoriteit. Op basis van deze medebewindsverordening is het Productschap Vis als bevoegde instantie in Nederland gehouden om maatregelen te nemen bij het voorkomen van toxische algen in het water of in als toxine gevormd is in de schelpdieren zelf. De voorzitter is bevoegd om op basis van de periodieke bemonsteringsresultaten van E.coli en toxische algen (in water en product) middels uitvoeringsbesluiten voorzorgsmaatregelen te treffen. De beleidsregels voor de wijze waarop in beginsel uitvoering aan deze bevoegdheid wordt gegeven zijn opgenomen in de Bemonsteringsplannen sanitaire monitoring. Verordening dagvers gerookte paling Op grond van deze verordening heeft het Productschap Vis nadere regels gesteld met betrekking tot een regeling op grond van de Warenwet. In artikel 15, eerste lid, onder b, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen is bepaald dat eetof drinkwaren welke gekoeld moeten worden bewaard teneinde microbiologisch bederf of uitgroei van pathogene bacteriën tegen te gaan zodanig moeten worden vervoerd of in voorraad worden gehouden dat de temperatuur van de waar ten hoogste 7 C bedraagt. Deze bepaling is onder meer van toepassing ten aanzien van niet voorverpakte gerookte paling. Gebleken is echter dat de kwaliteit van gerookte paling - met name de smaak en kleur - achteruit gaat bij een lage temperatuur. Gerookte paling wordt daarom van oudsher verkocht op kamertemperatuur. In de verordening van het Productschap Vis worden hiervoor nadere regels gesteld. EUROPESE NOTIFICATIES Steun Alle bestemmingsheffingverordeningen zijn gemeld bij en goedgekeurd door de Europese Commissie als steunmaatregel. In de jaarlijkse steuninventaris (zie bijlage) wordt de aanwending van de opbrengst van de bestemmingsheffingen via het Ministerie van EZ gemeld aan de Europese Commissie onder de nummers waaronder de steunmaatregelen bij de Europese Commissie bekend zijn. Technische maatregelen De volgende verordeningen zijn genotificeerd bij de Europese Commissie als technische maatregel: - Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten; - Verordening Hollandse Nieuwe 2007 en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten; - Verordening handelsnormen visserijproducten 2006 en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten; - Verordening handelsnormen garnalen 2006 en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten; - Verordening gezondheidsvoorschriften levende tweekleppige weekdieren 2000, welke vervangen is door de Verordening productiegebieden levende tweekleppige weekdieren De volgende verordening is genotificeerd als sanitaire en fytosanitaire maatregel bij het Secretariaat van de Wereldhandelsorganisatie: - Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren Dienstenrichtlijn Het Productschap Vis heeft geen regelgeving die onder de bepalingen van de Dienstenrichtlijn vallen. REGELGEVING TEN AANZIEN VAN DE WERK- WIJZE VAN HET PRODUCTSCHAP VIS Het bestuur van het Productschap Vis heeft verschillende verordeningen vastgesteld waarin onder meer: - de arbeidsvoorwaarden voor het personeel van het secretariaat zijn opgenomen; - de vergoedingen voor de voorzitter en leden van bestuur en commissies zijn opgenomen; - de jaarlijkse begroting is opgenomen; - het beleggingsbeleid is opgenomen; - de bevoegdheden voor de bestuursorganen en het secretariaat zijn omschreven; en - een klachtenregeling voor ondernemers is vastgesteld. REGELGEVING VOOR INNING EN UITGAVEN HEFFINGEN Een ander deel van de regelgeving van het Productschap Vis betreft autonome regelgeving met een heffingsplicht voor ondernemers op grond van artikel 126 van de Wet op de bedrijfsorganisatie. De algemene heffing en de diverse bestemmingsheffingen hebben bijvoorbeeld een eigen verordening als rechtsbasis. Iedere sector heeft in de keten zijn eigen heffingsmomenten met eigen specifieke heffingsgrondslagen, teneinde de hoogte van de heffing zo veel mogelijk per sector in relatie te brengen met de kosten die het productschap voor deze specifieke sector maakt. Het bestuur bespreekt jaarlijks met de deelsectoren wat het productschap per sector doet en weegt dan af op welk moment in de keten de heffingsgrondslag moet worden opgenomen. Sectoren zijn niet vergelijkbaar omdat onder meer de activiteiten van het productschap per sector verschillen. Bovendien dient de wijze van inning zo effectief mogelijk te geschieden. Dit leidt mede tot het verschil in heffingssystematiek per sector (forfaitaire waarden, promillages, percentages, vaste bedragen per ton of kg, etc.). Het bestuur van het Productschap Vis heeft vanaf het jaar 2000 per kalenderjaar één algemene heffingsverordening voor de algemene heffingen en 11 verordeningen met een aparte bestemming voor de verschillende deelsectoren vastgesteld. In de bijlage is een overzicht opgenomen van de heffingsgrondslagen en tarieven die voor het jaar 2012 gelden. Het Productschap Vis heeft 6 fondsen door middel van 6 instellingsverordeningen waarin de heffingsopbrengst van de bestemmingsheffingen wordt ondergebracht. De aanwending van de middelen uit de fondsen geschiedt bij besluit door het dagelijks bestuur van het Productschap Vis in mandaat van het bestuur. Hierbij wordt conform Principe XVIII van de Code Goed Bestuur en de door de SER in de Verordening financiën bedrijfslichamen voorgeschreven PBO-toets beoordeeld of de besteding in overeenstemming is met de doelstelling van de heffing en dient de desbetreffende bestuursadviescommissie een positief advies te hebben gegeven. In de instellingsverordeningen zijn bepalingen opgenomen over de mogelijke bestemming van de middelen. Deze doelstellingen sluiten aan bij de doelstellingen waaronder de bestemmingsheffingen als steunmaatregel zijn gemeld bij en goedgekeurd door de Europese Commissie. De middelen van de fondsen worden ingezet voor projecten die door het productschap worden uitgevoerd. Waar het productschap derden inschakelt bij de uitvoering worden overeenkomsten gesloten met deze partijen. HEROVERWEGINGEN REGELGEVING Heroverweging bestaansgrond verordeningen Op alle bedrijfslichamen rust op grond van artikel 106 van de Wet op de bedrijfsorganisatie de plicht om geregeld de bestaansgrond van verordeningen te heroverwegen en om het verordeningenbestand waar mogelijk met het oog op deregulering op te schonen. In de heffingsverordeningen zijn de grondslagen op verzoek van de desbetreffende deelsectoren op een aantal punten aangepast. In de toelichtingen van de heffingsverordeningen worden de voor dat jaar ten opzichte van het vorige jaar doorgevoerde wijzigingen toegelicht. Heroverweging diende in 2012 plaats te vinden voor de volgende verordeningen. - Verordening instelling van een fonds voor promotie 2007; - Verordening instelling van een fonds voor de mosselsector 2007; - Verordening instelling van een fonds voor de groothandelssector 2007; - Verordening instelling van een fonds voor de detailhandel 2007; - Verordening instelling van een fonds voor de aanvoersector 2007; - Verordening instelling van een fonds voor sociaal economische aangelegenheden 2007; - Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007; - Verordening Hollandse Nieuwe Het bestuur heeft in zijn vergadering van 13 november 2012 de bestaansgrond en inhoud van deze verordenin

12 gen heroverwogen. Na deze heroverweging is door het bestuur besloten om de instellingsverordeningen voor de fondsen en de Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 in de huidige vorm te continueren en te handhaven, alsmede de uitvoering hiervan voor te zetten. De Verordening Hollandse Nieuwe 2007 wordt met ingang van 1 september 2013 ingetrokken. De heroverweging heeft als volgt plaatsgevonden. Heroverweging fondsverordeningen De instellingsverordeningen voor de 6 fondsen in de huidige systematiek komt voort uit een eerdere heroverweging, waarbij 12 fondsverordeningen geclusterd zijn per 1 januari Vooralsnog heeft het bestuur van het Productschap Vis besloten om de huidige fondsen niet te liquideren dan wel om de i nstellingsverordeningen in te trekken, zodat deze 6 fondsen gehandhaafd dienen te worden. De fondsen worden nog actief gebruikt met inkomsten uit de bestemmingsheffingsverordeningen en uitgaven totdat deze formeel geliquideerd worden bij ontbinding van het Productschap Vis. Jaarlijks vindt melding van de uitgaven op de steuninventaris aan de Europese Commissie plaats. Heroverweging Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 De Mosseladviescommissie heeft als adviescommissie voor de schelpdiersector het bestuur van het Productschap Vis geadviseerd ten aanzien van nut en noodzaak van deze autonome verordening. Deze commissie is tot de conclusie gekomen dat de bestaansgrond van deze verordening nog steeds aan de orde is. Daarnaast zijn met verschillende overheidsinstanties, waaronder het Ministerie van Economische Zaken en de Provincie Zeeland, afspraken gemaakt over de onderlinge aansluiting en handhaving van regelgeving gelet op de verschillende bevoegdheden van de onderscheidende instanties. Het bestuur van het Productschap Vis heeft na heroverweging besloten om de Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren 2007 pas in te trekken zodra een alternatief is gerealiseerd dat hiervoor in de plaats kan komen en opnieuw de aansluiting in regelgeving en handhaving met de overige betrokken overheidsinstanties tot stand is gekomen. Heroverweging Verordening Hollandse Nieuwe 2007 Met ingang van 12 april 2008 is de Verordening Hollandse Nieuwe 2007 in werking getreden. Na bestuurlijke heroverweging in 2012 is gebleken dat geen politiek en bestuurlijk draagvlak meer bestaat voor het verrichten van collectieve promotieactiviteiten en daaraan verbonden regelingen, financiering en handhaving door het Productschap Vis. Het bestuur heeft om deze redenen besloten om de Verordening Hollandse Nieuwe 2007 in te trekken. Na behandeling van de ingediende bedenkingen door de organisaties Verbond van de Nederlandse Visdetailhandel en de Visfederatie (Federatie van organisaties op het gebied van de groothandel in en be- en verwerking van vis), heeft het bestuur in zijn vergadering van 13 november 2012 besloten om de inwerkingtredingsdatum van de intrekkingsverordening vast te stellen op 1 september De startdatum voor het haringseizoen 2013 wordt nog conform de Verordening Hollandse Nieuwe 2007 vastgesteld en gehandhaafd door de voorzitter van het Productschap Vis. OVERZICHT REGELGEVING VAN HET PRODUCT- SCHAP VIS In de bijlage is een totaaloverzicht opgenomen met alle geldende verordeningen en besluiten onder vermelding van de rechtsbasis en het karakter van de regeling. Vragen over de regelgeving van het Productschap Vis kan de ondernemer voorleggen aan het hoofd van de Afdeling Juridische Aangelegenheden: Monique Weijdeveld via mweijdeveld@pvis.nl of telefonisch Gepubliceerde verordeningen van het Productschap Vis kunt u ook vinden in het register op de website van de Sociaal-Economische Raad Alle regelingen, ook als die niet verplicht voor inwerkingtreding gepubliceerd moeten worden, worden in principe afgekondigd in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie. Hiermee worden alle regelingen van het productschap in de Algemene Databank Wet- en regelgeving opgenomen en zijn via de algemene website door een ieder te raadplegen.: Regelingen publieke organisatie voor beroep en bedrijf. Het Productschap Vis is als bedrijfslichaam onderdeel van de PBO (Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie) en valt daarmee onder deze button. Het Productschap Vis is geen zelfstandig bestuursorgaan (ZBO). SUBSIDIES Op grond van artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het mogelijk om op basis van een wettelijk voorschrift, waaronder verordeningen van bedrijfslichamen, subsidies te verstrekken. Het Productschap Vis maakt gebruik van de mogelijkheden die artikel 4:23 Awb biedt door middel van de Verordening begroting, de verordeningen tot instelling van de fondsen en de Verordening bevoegdheden organen en secretariaat Productschap Vis 2008, waarin de wettelijke basisvereisten zijn geregeld (de te subsidiëren activiteiten, de aanwijzing van het bevoegde bestuursorgaan, maximaal budget en vermelding begunstigden indien het om een geoormerkt aantal begunstigden gaat). Bij de vaststelling van de heffingsgrondslagen (reikwijdte en tarief) wordt al bepaald voor welk doel geïnd wordt. In de toelichting van de bestemmingsheffingverordening is opgenomen waarvoor het geld bijeen wordt gebracht. Het Productschap Vis heeft geen algemene budgetten waar individuele ondernemers een aanvraag voor kunnen doen. Om die reden is het ook niet noodzakelijk en mogelijk om invulling te geven aan de wijze waarop een beschikbaar verdrag verdeeld wordt. In de bijlage is een overzicht opgenomen van de in het jaar 2012 verstrekte subsidies.. BEZWAAR EN BEROEP TEGEN BESLUITEN Tegen besluiten van het Productschap Vis kan een belanghebbende schriftelijk bezwaar maken, indien hij/zij het niet eens is met de inhoud van deze beslissing. Het indienen van een bezwaarschrift dient plaats te vinden binnen zes weken na dagtekening van de brief, waarin het besluit is vermeld. Bezwaar kan worden aangetekend tegen bijvoorbeeld de definitieve oplegging van een (ambtshalve) algemene heffing of een bestemmingsheffing. Verder kan bijvoorbeeld bezwaar worden gemaakt tegen de afwijzing van een verzoek om een subsidie, erkenning, vergunning of ontheffing. De procedurele behandeling en afhandeling van bezwaarschriften door het Productschap Vis vindt plaats conform de bepalingen uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Als de indiener van het bezwaarschrift zich niet kan vinden in de beslissing op het bezwaarschrift, dan bestaat vervolgens de mogelijkheid om een beroepschrift in te dienen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) te Den Haag. De termijn voor het indienen van het beroep is binnen zes weken na dagtekening van de beslissing op het bezwaarschrift. Bezwaarschrift Belanghebbenden kunnen bezwaar maken tegen de besluiten genomen door de bestuursorganen van het Productschap Vis. Het bezwaar dient binnen zes weken na dagtekening van het betreffende besluit ingediend te worden bij de voorzitter van het Productschap Vis. De voorzitter beslist op het bezwaar binnen de wettelijke termijn van zes weken, welk termijn aanvangt op het moment waarop de termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is verstreken. Tegen de beslissing op het bezwaar kan vervolgens door de bezwaarmaker beroep ingesteld worden bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Overzicht beslissing op bezwaar 2012 In het verslagjaar 2012 zijn in totaal 196 bezwaarschriften bij het secretariaat van het Productschap Vis ingediend. Ten aanzien van 186 bezwaarschriften is de beslissing op het bezwaar binnen de wettelijke beslistermijn van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) genomen. Van 3 bezwaarschriften zal de afhandeling in 2013 plaatsvinden. Bezwaarschriften groothandel Een groot deel van de bezwaarschriften in het verslagjaar vloeit voort uit de inkoopheffingen bij de handelssector van in totaal 76. Deze bezwaren zijn voor het grootste deel het gevolg van bedrijven die pas reageren nadat er een ambtshalve heffing op basis van geschatte gegevens is opgelegd en in bezwaar alsnog de eigen gegevens verstrekken (49) of omdat men het opgavenformulier, aan de hand waarvan een definitieve heffing is opgelegd, niet correct had ingevuld (5). Verder is in het verslagjaar in drie gevallen gereageerd op een verzoek om opgave waarbij nog geen definitieve heffing was vastgesteld, in 5 gevallen bleek een vrijstellingsregeling uit de verordening van toepassing te zijn, drie ondernemers hadden geen bedrijfsactiviteiten in de visserijsector, één ondernemer viel onder andere heffingsgrondslagen dan de inkoopheffingen en in twee gevallen was sprake van bedrijfsbeëindiging. Zeven ondernemingen waren geen ondernemer waarvoor het Productschap Vis is ingesteld. Tegen de omvang van de heffing hebben twee ondernemers inhoudelijk bezwaar aangetekend, vaak in relatie tot het profijt dat zij niet menen te ondervinden van de activiteiten die het productschap verricht. In al deze gevallen waren de heffingsgrondslagen juist toegepast. Een onderneming heeft tegelijkertijd inhoudelijk bezwaren geuit tegen de hoogte van de heffingstarieven voor de bestemmingsheffing voor promotie van maatjesharing en drie ondernemers tegen de gewijzigde heffingssystematiek vanaf 2009, waardoor (Kennelijk) niet-ontvankelijk 77 Ongegrond 0 Gegrond 0 Niet-ontvankelijk/kennelijk gegrond 0 Kennelijk ongegrond 26 Kennelijk gegrond 82 Ingetrokken bezwaarschriften 8 Deels ongegrond/deels gegrond 0 Deels kennelijk ongegrond/deels kennelijk gegrond 0 Deels kennelijk ongegrond/deels kennelijk gegrond/deels niet ontvankelijk 0 Nog geen beslissing op bezwaar (in behandeling in 2013) 3 Totaal

13 zij niet langer zijn vrijgesteld dan wel een hogere heffing moeten betalen ten opzichte van voorgaande jaren. Bezwaarschriften visdetailhandel Het aantal bezwaarschriften tegen de heffingen voor de detailhandel is ten opzichte van het jaar 2011 (totaal 60) gedaald naar een totaal van 52. In 2012 is net als in de voorgaande jaren het aantal bezwaarschriften voor een overgroot deel terug te voeren op een aantal omstandigheden. De heffingen detailhandel worden jaarlijks op basis van onder andere de gegevens van de Kamer van Koophandel geautomatiseerd opgelegd aan de visdetaillisten. In samenwerking met het Hoofdbedrijfschap Detailhandel is in het verslagjaar 2012 ervoor gekozen de beschikkingen houdende de definitieve heffingen kleinhandel met de bijbehorende nota in maart te verzenden, op basis van de gegevens van de Kamer van Koophandel tot en met eind februari, in plaats van oplegging in juni of juli op basis van dan beschikbare gegevens. Bij de afhandeling van de bezwaarschriften is gebleken dat de meeste mutaties bij de Kamer van Koophandel, zoals deze jaarlijks gemiddeld aan de orde zijn, aan het begin van het jaar nog niet zijn doorgegeven of verwerkt. Het aantal bezwaren heeft te maken met het feit dat de ondernemer bijvoorbeeld vergeten is zich uit te schrijven bij de Kamer van Koophandel of de Kamer van Koophandel heeft de mutaties nog niet verwerkt na bedrijfsbeëindiging dan wel bedrijfsovername (17), geen ondernemer is waarvoor het Productschap Vis is ingesteld (14), dubbel in het systeem van het Productschap Vis is ingeschreven in relatie tot het aantal verkooppunten (1), zich al heeft ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, maar nog niet actief is in afwachting van een vergunning (5), valt onder andere heffingsgrondslagen dan de visdetaillisten (4) en heeft geprobeerd ook in 2012 een lagere heffing te krijgen omdat in voorgaande jaren bij een bepaalde omzet de bestemmingsheffingen niet verschuldigd waren (11). Bezwaarschriften garnalen, mosselen, oesters en kokkels Door de garnalen en schelpdiersector zijn in 2012 in totaal zeven bezwaarschriften ingediend. Het overgrote deel van de bezwaren (5) betrof tegen de heffingen aanvoer garnalen. Een bezwaar werd ingediend tegen de heffingen kokkels en andere schelpdieren en een bezwaar is ingediend tegen de heffingen oesters en creuses. Bezwaarschriften binnenvissers In het verslagjaar 2012 zijn van binnenvissers in totaal 40 bezwaarschriften ontvangen. Drie ondernemers waren geen ondernemer waarvoor het Productschap Vis is ingesteld, drie ondernemers vielen onder andere heffingsgrondslagen dan de beroepsbinnenvisserij, in zeven gevallen was sprake van een bedrijfsbeëindiging en 15 ondernemers waren abusievelijk dubbel in het systeem van het Productschap Vis ingeschreven. Bij vijf ondernemingen is een correctie gemaakt op het nog resterende te betalen heffingsbedrag omdat geconstateerd was dat via de afslagadministraties onjuist vooruit berekende heffingen waren ingehouden. Twaalf ondernemers hadden inhoudelijk bezwaar aangetekend tegen de heffing en een groot deel ervan heeft verzocht om vermindering van het heffingsbedrag. In al deze gevallen waren de heffingsgrondslagen juist toegepast. Bezwaarschriften viskwekers Van viskwekers (in recirculatiesystemen op land) zijn in 2012 in totaal zes bezwaarschriften ontvangen. In één geval is gereageerd op een verzoek om opgave waarbij nog geen definitieve heffing waren vastgesteld en één kweker heeft een inhoudelijk bezwaar ingediend tegen de activiteiten die het Productschap Vis verricht, waarbij de heffingsgrondslagen juist waren toegepast. Twee ondernemingen waren geen ondernemer waarvoor het Productschap Vis is ingesteld en één onderneming had zijn bedrijf beëindigd. Een ondernemer valt onder andere heffingsgrondslagen. Bezwaarschriften be- en verwerkers In het verslagjaar 2012 is één bezwaarschriften ontvangen inzake de heffing be- en verwerkers. Eén onderneming bleek zijn bedrijf te hebben beëindigd. Bezwaarschriften aanvoersector kotters In het verslagjaar 2012 is in twaalf gevallen bezwaar aangetekend tegen de heffingen voor de aanvoersector kotters. Van deze twaalf bezwaarschriften zijn er acht bezwaarschriften later door de ondernemingen ingetrokken. In twee gevallen is het bezwaar kennelijk gegrond verklaard. Tegen twee beslissingen op bezwaar is beroep ingesteld in het jaar Bezwaarschriften aankoop zoetwatervis In het verslagjaar 2012 is er één bezwaarschrift ontvangen inzake de heffingen aankoop zoetwatervis. Een onderneming heeft gereageerd op een verzoek om opgave waarbij nog geen definitieve heffingen waren vastgesteld. Bezwaarschriften Wet openbaarheid bestuur Tegen een beslissing op een verzoek in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) is één bezwaar ingesteld. Dit bezwaarschrift is kennelijk ongegrond verklaard. Beroep In het verslagjaar 2012 zijn in totaal vijf lopende beroepsprocedures bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) geweest, waarvan twee beroepen in het jaar 2012 zijn ingesteld. Hiernaast is in 2012 een voorlopige voorziening ingediend bij de Rechtbank in Den Haag in het kader van een Wobverzoek. Deze voorlopige voorziening is later in het jaar ingetrokken. De overige drie beroepen zijn in 2010 ingesteld. In het verslagjaar 2012 zijn twee beroepen ingesteld bij het CBb. Een beroep inzake beslissing op bezwaar algemene heffingen aanvoersector en een beroep inzake beslissing op bezwaar verzoek tot restitutie algemene heffingen aanvoersector. Het verweerschrift voor deze twee beroepen is in 2012 ingediend. In het verslagjaar 2012 stonden nog drie andere beroepszaken open bij het CBb: twee aangaande de regeling tegemoetkoming tijdelijk aalvisverbod 2009 en één tegen de beslissing op bezwaar betreffende de ambtshalve heffingen garnalen en/of overige vis over de jaren 2004 tot en met Voor deze drie de zaken is het verweerschrift in 2010 ingediend. De verwachting is dat in het jaar 2013/2014 de zittingen van deze zaken zullen plaatsvinden bij CBb. Geen bezwaar Een verordening is geen besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en hiertegen kan dan ook geen bezwaar worden gemaakt. Iedere persoon waarvoor bindende regels worden vastgesteld op grond van artikel 100 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, heeft het recht om schriftelijke bedenkingen in te dienen tegen het ontwerp dat gepubliceerd wordt in het Mededelingenblad Bedrijfsorganisatie, zoals de inhoudelijke verordeningen of heffingsverordeningen. Het bestuur dient ook te beraadslagen en beslissen in het openbaar. Klachten Het bestuur van het Productschap Vis heeft sinds 2000 bij verordening een (interne) klachtenregeling opgesteld. Op 2 oktober 2008 is de Verordening PVis klachtenbehandeling 2008 vastgesteld om de klachtenregeling in overeenstemming te brengen met het kader van Principe XXII van de Code Goed Bestuur. Het Productschap Vis behandelt klachten conform Hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Verordening PVis klachtenbehandeling 2008 bevat regels die de procedure nader regelen om er voor te zorgen dat ingediende klachten behoorlijk en zorgvuldig worden afgehandeld. Gesproken wordt van een interne klachtenregeling, omdat het bestuursorgaan zelf de klachten behandelt en afhandelt. Door de afdeling Juridische Aangelegenheden worden klachten geregistreerd en vindt in beginsel de eerste beoordeling plaats. Het doel van een klachtenprocedure is om de verhouding tussen de burger (of een bedrijf) en het bestuursorgaan te verbeteren. Soms is moeilijk te beoordelen of een brief (of een ander stuk papier of een telefonische mededeling) een klacht is of iets anders. Iets anders kan zijn een bezwaarschrift of gewone correspondentie. Verder wordt er onderscheid gemaakt tussen klachten waarvoor een lichte of een zware afhandeling geldt. Diverse mondelinge of schriftelijke uitingen van ongenoegen worden met name geuit in juridische procedures in het kader van de taakuitoefening van het productschap en zijn organen en hebben tot op heden voornamelijk betrekking gehad op algemeen beleid, besluiten of verordeningen dan wel de instelling van het productschap. Op dergelijke uitingen wordt in de desbetreffende juridische procedure ingegaan en deze vallen daarmee buiten het traject van de formele klachtenbehandeling. In het verslagjaar zijn geen formele klaagschriften ontvangen. TUCHTRECHT Tuchtrecht is één van de wijze van handhaving, naast het strafrecht en het bestuursrecht. De handhaving van de eigen regelgeving (autonome verordeningen) van het Productschap Vis vindt plaats via het tuchtrecht op grond van de Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie Hiernaast is het ook mogelijk dat regelgeving, die op grond van een medebewindopdracht is vastgesteld, tuchtrechtelijk wordt gehandhaafd als de medebewindopdracht dat bepaalt. Het Instituut Agrarisch Recht (IAR) te Wageningen voert het secretariaat van het Tuchtgerecht Productschap Vis (Tuchtgerecht PVis) uit. Indien naar aanleiding van controles door de bevoegde toezichthouder, CoMore Bedrijfsdiensten B.V. (CBD), overtredingen worden geconstateerd dan stelt de toezichthouder een berechtingsrapport op. Dit rapport, vergezeld door een schriftelijke verklaring en onderliggende stukken, wordt door de voorzitter van het Productschap Vis doorgestuurd naar het Tuchtgerecht PVis ter behandeling. Door het Tuchtgerecht PVis kunnen een aantal tuchtrechtelijke maatregelen worden opgelegd, zoals een berisping, een (geheel of gedeeltelijk voorwaardelijke) geldboete ter hoogte van maximaal per overtreding, openbaarmaking van de uitspraak op kosten van de betrokkene en het onder verscherpte controle stellen van het bedrijf op diens kosten. Daar waar sprake is van een groter wederrechtelijk genoten voordeel kan het bedrag van de geldboete verhoogd worden tot maximaal per overtreding. Bij overtreding van de volgende drie autonome verordeningen kunnen door het Tuchtgerecht PVis tuchtrechtelijke maatregelen worden opgelegd: - Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis 2006; - Verordening Hollandse Nieuwe 2007; en - Verordening quarantainevoorzieningen levende tweekleppige weekdieren In het jaar 2012 zijn door de voorzitter van het Productschap Vis 9 zaken aangebracht bij het Tuchtgerecht PVis, waarvoor drie zittingsdagen zijn gehouden. In totaal heeft het Tuchtgerecht Productschap Vis in het verslagjaar negen uitspraken gedaan. Geanonimiseerde uitspraken worden vermeld op de website van de rijksoverheid: De voorzitter van het Tuchtgerecht PVis kan een zaak met een berisping of geldboete van minder dan 225,- per overtreding zonder zitting afdoen. De voorzitter heeft van deze bevoegdheid in het verslagjaar geen gebruik gemaakt. Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis 2006 In 2011 zijn geen overtredingen geconstateerd ten aanzien van de registratie- en informatieplicht voor ondernemers op grond van de Verordening Algemene Bepalingen Productschap Vis Verordening Hollandse Nieuwe 2007 In het jaar 2012 zijn in totaal 35 controles uitgevoerd en gerapporteerd door de bevoegde toezichthouder. Deze hebben geresulteerd in 4 berechtingen. Het Productschap Vis heeft in 2012 in totaal 21 meldingen 22 23

14 ontvangen, waarvan 14 locaties binnen 6 uur zijn bezocht en gecontroleerd. Naar aanleiding van vijf door de toezichthouder geconstateerde overtreding van het bepaalde bij of krachtens de Verordening Hollandse Nieuwe 2007 (Verordening hnw) zijn berechtingrapporten opgesteld. Alle vijf rapporten zijn door de voorzitter van het Productschap Vis doorgestuurd naar het Tuchtgerecht PVis ter behandeling. Op 3 oktober 2012 heeft het onderzoek ter zitting plaatsgevonden inzake de vijf haringzaken. Het Tuchtgerecht Productschap Vis heeft op 25 oktober 2012 uitspraak gedaan met betrekking tot deze zaken en het volgende beslist: - in drie zaken is een geldboete opgelegd van 750,00; - in één zaak is een geldboete opgelegd van 150,00; en - in één zaak is sprake van vrijspraak. Naar aanleiding van de in het jaar 2012 gewezen uitspraken van het Tuchtgerecht PVis inzake de haringzaken zijn geen beroepen ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Verordening quarantainevoorzieningen tweekleppige weekdieren 2007 In het verslagjaar zijn 27 reguliere controles uitgevoerd door de bevoegde toezichthouder. Naar aanleiding van vier door de toezichthouder in 2012 geconstateerde overtreding van het bepaalde bij of krachtens de Verordening quarantainevoorzieningen tweekleppige weekdieren 2007 (Verordening qvz) zijn berechtingrapporten opgesteld. Deze rapporten zijn door de voorzitter van het Productschap Vis doorgestuurd naar het Tuchtgerecht PVis ter behandeling. In het verslagjaar heeft het onderzoek ter zitting plaatsgevonden inzake deze vier zaken. Het Tuchtgerecht Productschap Vis heeft in 2012 uitspraken gedaan met betrekking tot deze zaken en het volgende beslist: - in één zaak is een geldboete opgelegd van 8.000,- en een voorwaardelijk deel voor één jaar openbaarmaking van de uitspraak en de onderneming onder verscherpte controle stellen; - in één zaak is een geldboete opgelegd van 1.500,-, waarvan 750,- voor twee jaar voorwaardelijk; - in één zaak is een geldboete opgelegd van 750,- en zijn twee voorwaardelijke geldboetes van 500,- omgezet in onvoorwaardelijk; en - in één zaak is een geldboete opgelegd van 500,-. De voorwaardelijke geldboete houdt in dat als de onderneming binnen het genoemde jaar opnieuw een overtreding begaat het bedrag alsnog betaald moet worden. De in het verslagjaar 2010 ingediende vier beroepen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) tegen de uitspraken van het Tuchtgerecht PVis van 22 november 2010 hebben niet in het jaar 2012 plaatsgevonden. In januari 2013 zijn drie zaken bij het CBb ingetrokken door de betreffende ondernemer. Naar verwachting zal in het jaar 2013 de zitting plaatsvinden van de één overgebleven zaak. Kosten Aan de handhaving via het tuchtrecht zijn diverse kosten verbonden. Kosten voor de uitvoering van het Tuchtgerecht PVis bestaan uit: - een vaste vergoeding voor de voorzitter jaarlijks te voldoen voor 1 mei en variabele vergoedingen voor de voorzitter en leden van het Tuchtgerecht PVis afhankelijk van het aantal zaken. De totaal betaalde kosten in het jaar 2012 hiervan waren 7.309,85; een vaste deelnemersbijdrage jaarlijks te voldoen aan het Instituut voor Agrarisch Recht (IAR) vóór 1 februari. In het jaar 2012 is 2.975,- aan vaste bijdrage betaald; - variabele kosten (vast bedrag per soort zaak, overige kosten zaalhuur en vergoedingen) te voldoen aan het IAR middels voorschotten en een eindafrekening per kalenderjaar. In het jaar 2012 is zijn geen voorschoten voor de variabele kosten betaald. De eindafrekening hiervan volgt in In 2012 is 988,30 ontvangen van het IAR in het kader van de afrekening 2011 vanwege te veel betaalde voorschotten. In totaal is in het jaar ,85 betaald aan kosten. Kosten van de toezichthouder in het jaar 2012 ten behoeve van de controles zijn voor: 1) de Verordening Hollandse Nieuwe ,79; en 2) de Verordening quarantainevoorzieningen levende t weekleppige weekdieren ,53 In totaal is in het jaar ,32 betaald aan kosten. Het jaarlijks benodigde aantal fte s, dat vanuit het secretariaat van het PVis ingezet wordt is buiten beschouwing gelaten bij de uitsplitsing van de gemaakte kosten van het Tuchtgerecht PVis. Baten De baten vloeien voort uit de betaalde boetes, welke door het Tuchtrecht PVis zijn opgelegd. Het totaalbedrag aan betaalde boetes is 3.150,-, bestaande uit 150,- met betrekking tot de haringzaken en 3.000,- met betrekking tot de quarantainevoorziening zaken. Ten aanzien van vier in het jaar 2012 opgelegde boetes loopt de inningsprocedure in het verslagjaar VERANTWOORDING Aanbesteding Het Productschap Vis is als publiekrechtelijke instelling aanbestedingplichtig conform de Europese en Nationale wet- en regelgeving. Bij de aanbesteding van werken, leveringen en diensten wordt gehandeld overeenkomstig het bepaalde bij het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (Bao) en Principe XXI van de Code Goed Bestuur. Door het Productschap Vis zijn in het jaar 2012 vier openbare Europese aanbestedingsprocedures gevolgd in het kader van een verleende subsidie door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (deels gefinancierd uit het Europees Visserijfonds): - Voorlichtingscampagne Duurzame Vis; - Roadshow over duurzame vis; - Aankoop van glasaal ; en - Aankoop van pootaal Om alle betrokken op een transparante wijze te informeren zijn deze aanbestedingen vermeld op de website: en In het verslagjaar is ten aanzien van overige overheidsopdrachten geen verplichte openbare aanbestedingsprocedure doorlopen, omdat deze opdrachten niet boven de wettelijk vastgestelde drempelbedragen voor 2012 uitkwamen. Bij het uitzetten van deze opdrachten door het Productschap Vis is eveneens gehandeld conform de principes van de aanbestedingsregels en Code Goed Bestuur, waarbij transparantie, zorgvuldigheid, correcte informatievoorziening en het creëren van een level playing field het uitgangspunt waren. Samenwerking Hoofdbedrijfschap Detailhandel en Productschap Vis In het kader van Principe XIX van de Code Goed Bestuur worden de beschikkingen van 2 bedrijfslichamen, houdende de heffingen voor de kleinhandel met vaste en ambulante verkooppunten in de vissector, door het Productschap Vis gezamenlijk verstuurd voor zowel het Productschap Vis als het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HBD). Verzending geschiedde in maart 2012 met een begeleidende brief van de beide secretarissen over de activiteiten die het eigen schap verricht. Voor verzending wordt gebruik gemaakt van briefpapier en enveloppen met daarop de logo s van beide schappen. De zogenoemde samenloopkorting (de korting die ondernemer ontving omdat ondernemer aan meerdere product- of bedrijfschappen betaalt) is in 2012 vervallen. De samenwerking tussen Productschap Vis en het HBD heeft te weinig efficiencyvoordelen opgeleverd om de korting nog langer mogelijk te maken. Vergoedingen Leden van het bestuur, dagelijks bestuur, commissies en haar werkgroepen hebben in 2012 vacatievergoedingen en een vergoeding voor reis- en verblijfkos ten ontvangen op grond van de Verordening vergoedingen bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis De hierin opgenomen bedragen blijven ruim onder de maximaal toe te kennen bedragen, zoals voorgeschreven in de verorde ning van de Sociaal-Economische Raad (SER) die regels stelt over de systematiek en maximale hoogte van de vergoedingen. Vanaf de herinstelling van het Productschap Vis na het samengaan van het Produktschap voor Vis en Visprodukten, het Bedrijfschap voor de visserij (het Visserijschap ) en het Bedrijfschap voor de Groothandel in Vis en Aanverwante bedrijven wordt in de verordening een aparte vergoeding toegekend aan de voorzitters van de drie bestuursadviescommissies voor de aanvoersector, de groothandel en de detailhandel. In artikel 3 van de Verordening vergoedingen bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis zijn derhalve de bijzondere vergoedingen voor de voorzitters van de Commissie groothandel, de Commissie aanvoeraangelegenheden en de Commissie detailhandel vastgesteld. Deze bedragen wijken af van de richtlijnen voor vergoedingen van de SER. Het bestuur van het Productschap Vis acht deze vergoedingen echter passend bij de aard en de omvang van de werkzaamheden die de voorzitters van de genoemde commissies verrichten ten behoeve van het Productschap Vis. Op 21 maart 2011 heeft de Toezichtkamer van de Sociaal-Economische Raad het Besluit beleidsregels toezicht vastgesteld, welke het Besluit beleidsregels Bestuurskamer met ingang van 27 maart 2011 vervangen heeft. Het bestuur van het Productschap Vis heeft in overleg met de Sociaal-Economische Raad besloten om de afwijkende vergoeding voor de voorzitters van de Commissie groothandel, de Commissie aanvoeraangelegenheden en de Commissie detailhandel in overeenstemming te brengen met de nieuwe beleidsregel 6 door de afwijkende vergoedingen af te bouwen. In de zittingsperiode worden de afwijkende vergoedingen ten opzichte van de vorige zittingsperiode gehalveerd en bedragen totaal ,- Voor een eventuele zittingsperiode zullen geen afwijkende vergoedingen meer worden vastgesteld. Bij de goedkeuring van de Verordening vergoedingen bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis is door de Bestuurskamer toestemming voor afwijking van hoofdstuk 6 van het Besluit beleidsregels Bestuurskamer verleend op grond van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht. De voorzitter heeft in 2012 vier maal gebruik gemaakt van zijn bevoegdheid om bij besluit op grond van artikel 6 van de Verordening vergoedingen bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis vergoedingen toe te kennen namens het bestuur. In 2012 ging het om leden van de klankbordgroep mosselveiling en de Auditcommisie. Ook aan de vertegenwoordiger van de Nederlandse Oestervereniging en Vinvis wordt vergoeding toegekend, omdat zij niet automatisch voor hun deelname aan vergaderingen van dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis vergoeding ontvangen. Bij een nieuwe verordening voor een nieuwe periode moet door de voorzitter ook weer een nieuw besluit worden genomen. Geen vergoeding wordt verstrekt aan personen die in dienst zijn van het productschap. Het bestuur heeft voor de voorzitter een aparte verordening vastgesteld op grond van artikel 83 van de Wet op de bedrijfsorganisatie. De Verordening PVis vergoedingen voorzitter 2010 gold tot en met 2011 alleen voor de externe voorzitter die bij Koninklijk Besluit is benoemd. De interne plaatsvervangende voorzitters zijn lid van het bestuur en het dagelijks bestuur en ontvangen alleen als bestuurslid de vergoedingen conform de Verordening vergoedingen bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroe pen van het Productschap Vis Middels de Verordening II tot wijziging van de Verordening PVis vergoedingen voor

15 zitter 2010 is met Ingang van 1 januari 2012 een zelfde vergoeding toegekend aan de eerste plaatsvervangend voorzitter gedurende de periode van afwezigheid van een externe bij Koninklijk Besluit benoemde voorzitter. In deze periode vervult de eerste plaatsvervangend voorzitter dezelfde taken in volle omvang als een externe bij Koninklijk Besluit benoemde voorzitter, zodat het bestuur besloten heeft gedurende een interim-periode een zelfde vergoeding toe te kennen aan de plaatsvervangend voorzitter. De Verordening PVis vergoedingen voorzitter 2010 verklaart een aantal bepalingen van de Kaderverordening arbeidsvoorwaarden PVis, waarbij tevens de Collectieve arbeidsovereenkomst voor de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie (CAO) als bijlage is vastgesteld, v an toepassing. De volledige vigerende teksten zijn beschikbaar via de website Het betreft de vaststelling van de vergoeding voor de voorzitter die gelijkgesteld is aan het hoogste bedrag in schaal 16 (Bijlage III nieuwe loonlijn) van de CAO verhoogd met 16,5 % en afgerond op hele euro s. Over de som van dit bedrag wordt een vakantietoeslag en eindejaarsuitkering toegekend conform de bepalingen die gelden voor werknemers van het productschap. Verder wordt een forfaitaire vergoeding toegekend voor de kosten van woon/werkverkeer en vergoeding van de reële reis- en verblijfkosten conform de voor de werknemers van het productschap geldende vergoedingsregelingen. De vergoeding voor de (eerste plaatsvervangend) voorzitter bedroeg in ,- voor zijn werkzaamheden die hij verricht in gemiddeld vier dagdelen per week. De reiskosten en vacatievergoedingen voor de leden van het bestuur, dagelijks bestuur, commissies en werkgroepen bedroegen in 2012 totaal ,-. Administratieve Lasten 2012 Periodiek wordt middels een actualiseringrapportage de stand van zaken weergegeven ten aanzien van de nulmeting. De rapportages aan de SER worden gepubliceerd op de website De uitvoering van de Principes van de Code Goed Bestuur en de Algemene wet bestuursrecht brengt maatwerk met zich mee op verzoek van de betrokkenen, door de enorme verschillen in de aard en omvang van de relatief zeer kleine deelsectoren, dat in verhouding in hogere lasten resulteert. Het zijn uiteindelijk de deelsectoren zelf die middels de vertegenwoordigers in de bestuursadviescommissies dan wel het dagelijks bestuur of het bestuur van het Productschap Vis de keuzes maken op welke wijze de autonome taken en daarbij behorende regelgeving van het Productschap Vis worden ingevuld, uitgevoerd en gefinancierd. De administratieve lasten per ondernemer kunnen verschillen, afhankelijk van de aard en de omvang van de bedrijfsactiviteiten welke per ondernemer overigens ook jaarlijks sterk kunnen verschillen. Bij elke wijziging of nieuwe maatregel wordt standaard in de bestuurlijke afweging uitdrukkelijk meegewogen wat het effect is op de administratieve lasten voor de sector bij uitvoering hiervan en wordt, waar mogelijk, voorrang gegeven aan de systematiek die de minste lasten oplevert. De gemiddelden per handeling, per ondernemer, per deelsector dan wel voor de gehele sector laten zien dat de administratieve lasten veroorzaakt door het Productschap Vis bij de uitoefening van de autonome taken zeer beperkt zijn. Totaal administratieve lasten 2012 De totale administratieve lasten bedroegen in ,-. Per saldo gaat het om een afname van ,- ten opzichte van het jaar 2011 ( ,-). In de sectoren handel, binnenvisserij, kokkelsector, detailhandel, oestersector, kwekers, kottersector en IJsselmeersector is het aantal ondernemingen in 2012 afgenomen, wat een deel van de lagere administratieve lasten verklaart. In 2012 zijn veel ondernemingen gestopt of failliet verklaard. Het gaat bij de sectoren met name om bedrijven die de aard en omvang van de activiteiten gewijzigd hebben en daarmee binnen meerdere deelsectoren actief zijn geworden en om bedrijven die nieuw zijn. De regelgeving is in vergelijking met 2011 niet veranderd. De rapportages worden op de website van het productschap gepubliceerd zodra deze afgerond en beschikbaar zijn. VERANTWOORDING PROJECTEN 2012 Projecten vanuit het fonds Onderzoek aanvoer: Effectiviteit pulskorvisserij platvis en garnalen 1. Onderzoek naar de effecten van het garnalen/platvis pulssysteem in de kustzone en een vergelijking met het pulssysteem in de Waddenzee. De Stichting Verduurzaming Garnalenvisserij is aanvrager van de subsidie en heeft voor dit onderzoek ILVO ingeschakeld die samenwerkt met de TH Effecten garnalenvisserij in N2000 gebieden Pvis heeft medio 2012 in samenwerking met EZ (voorheen EL&I) subsidie toegezegd aan Imares voor het verrichten van onderzoek. De helft van het aandeel PVis komt ten laste van onderzoek aanvoer, duurzaamheid garnalen. Projecten vanuit het fonds Onderzoek Detailhandel Hygiënecode Visdetailhandel De vierde versie van de Hygiënecode voor de visdetailhandel is behandeld door de NVWA en besproken in het Regulier Overleg Warenwet. Op de 8 uurs-borging ongekoelde presentatie na, is de nieuwe code goedgekeurd. Voor volledige publicatie en inwerkingtreding van deze hygiënecode moet eerst aanvullend onderzoek gedaan worden naar: a) de wenselijkheid van de zogenaamde 8 uurs-borging en b) de microbiologische gesteldheid van de gebakken visproducten tijdens en vooral na die 8-uurs ongekoelde presentatie. Deze onderzoeken worden eerste helft 2013 afgerond ,00. Ontwikkelen van promotiefaciliteiten voor de visdetailhandel: Visbank In 2011 is de Visbank ontwikkeld voor individuele visdetaillisten, zodat vanuit hun eigen bedrijf gebruik gemaakt kan worden van moderne communicatiemiddelen om hun klanten meer te kunnen bieden. Naast de collectieve diensten die bijv. het Nederlands Visbureau biedt, is gewerkt aan de ontwikkeling van een zgn. Visportal: een digitale communicatiewinkel, die het voor ondernemers mogelijk maakt online hun eigen informatiemateriaal te ontwikkelen. In de opstartfase van dit project is financiering nodig om te onderzoeken wat de behoefte is bij ondernemers, welke middelen daarvoor ingezet kunnen worden en hoe de afstemming met de branche hierover plaatsvindt. Ruim 60% van dit project is gefinancierd door het Hoofdbedrijfschap Detailhandel, vanuit de heffing die detaillisten aan het HBD betalen. - 28,687,00. Productinnovatie met de refish award Dit project betreft het onderzoeken van mogelijkheden voor de hele visdetailhandel tot assortimentsverbreding en assortimentsvernieuwing. Door middel van een platform waarin visspecialisten onder begeleiding van een groepje deskundigen in regionaal groepsverband nieuwe verkoopconcepten kunnen ontwikkelen is een goede stimulans voor de visdetailhandelaren om aan productontwikkeling te (gaan) doen. Door de deskundigen te laten functioneren als jury die een award kunnen uitreiken, komt er een wedstrijdelement in de productontwikkeling. De award bestaat uit het faciliteren van mogelijkheden om met het nieuwe verkoopconcept de eigen klanten in het verkooppunt te betrekken bij het product door bijvoorbeeld smaaktesten te doen. Dit onderzoek is in 2012 succesvol afgerond met een Refish magazine dat aan elke visdetaillist is gestuurd. Elke visdetaillist is zo op de hoogte gebracht van de productinnovatie. - 18,957,00. Duurzaamheidproject Om inzicht te krijgen in de behoeften en de mogelijkheden voor Nederlandse visdetaillisten om zich meer te profileren op het gebied van een duurzaam assortiment, wordt onderzoek gedaan, met als doel:. 1. Het inzicht bij de Nederlandse visdetaillist te vergroten omtrent duurzame vis en de mogelijkheden voor het assortiment; 2. Onderzoeken of een zichtbare erkenning voor verduurzaming (bijvoorbeeld in de vorm een keurmerk) haalbaar is. Dit project wordt extern uitgevoerd door wordt gefinancierd uit de algemene heffing Projecten vanuit het fonds Onderwijs Detailhandel Trainingstour: Visbank De in 2011 ontwikkelde Visbank voorziet in een gedeelte wat marketingondersteuning heet. Daarin is de onderverdeling gemaakt naar de lokale marketing, reclameplan en gezamenlijke acties met voorbeelden. Dit gedeelte van de Visbank vereist voor de gebruiker allereerst kennis en vaardigheden. De ambassadeurs van de Visbank zullen hun collega s uitleggen hoe zij hun viswinkel hebben ontwikkeld en verbeterd met hulp van de faciliteiten die de digitale communicatiewinkel biedt. Op basis van deze positieve ervaringen zullen zij worden aangespoord tot gebruik van deze Visbank. Dit project wordt uitgevoerd door experts van het marketingbureau dat de visbank ontwikkeld heeft en wordt tweede helft 2013 afgerond. 21,962,00. Training promotie visdetailhandel met social media De komende tien jaar zal het adequaat inzetten van social media en locatiegebaseerde diensten uitgroeien tot een essentieel onderdeel vansuccesvolle winkelverkoop. Deze verwachting biedt ook de visdetailhandel mogelijkheden. Hoe deze online faciliteit te gebruiken leert de visspecialisten in deze training. Deze trainingen worden tweede helft 2013 afgerond, - 16,940,00. Fonds Onderzoek Groothandel Doel project Listeria code Naar aanleiding van ingestelde EU regelgeving moet de houdbaarheidtermijn van producten vastgesteld worden aan de hand van challengetesten. Deze procedure levert voor ready to eat producten een knelpunt op. In overleg met een aantal kwaliteitsmanagers van visverwerkende bedrijven, is een sectorale aanpak gekozen, in de vorm van een Listeria hygiënecode. Om tot een goed code te komen zijn grote stappen in twee deelprojecten uitgewerkt: 1. Doel deelproject Meta-analyse Meta-analyse van challenge tests en durability studies moet meer kennis opleveren over het gedrag van de Listeria bacterie in de zin van: gedrag van de verschillende stammen, groeipotentie, groeisnelheid, factoren die de groeisnelheid bevorderen, stoorfactoren op groei, besmettingsconcentraties, voorspellen van uitgroei en doorgroei. Om praktische reden is dit deelproject voorlopig gekoppeld aan de koud gerookte visproducten van zalm en haring. Deze meta-analyse wordt gefinancierd uit het onderzoeksfonds van de Commissie Groothandel ,00 2. Deelproject vertaling Franse Listeria Code Er is een Europees samenwerkingsverband in de vorm van de ESSA (European Salmon Smokers Association). De Nederlandse gedelegeerde heeft daaruit toestemming gekregen om de Engelse en Franse Listeria code te gebruiken als voorbeeld voor een Nederlandse Listeria code. De Franse versie is daarop in het Nederlands vertaald. De vertaling is betaald uit de algemene heffing. 4,403,00 Hygiënecode voor vis uit de binnenwateren Een eerste versie van de hygiënecode (gids voor goede hygiënische praktijken) voor vis uit de binnenwateren is voorgelegd aan de NVWA. Op deze versie zijn nog een aantal aanvullingen nodig en ook zal de hygiënecode uitgebreid worden met een module voor aanvoer van dode vis en waarschijnlijk ook een module voor de het verwerken van vis. Met name fileren, schoonmaken, roken en verkopen aan detailhandel. Met de hygiënecode krijgen de ondernemers een handleiding tot hun beschikking die hen in staat stelt om te voldoen aan de Europese regels voor voedselveiligheid. Midden 2013 zal de hygiënecode gereed zijn

16 Het project wordt betaald uit de onderzoeksheffing voor de binnenvisserij. Marktmonitor internationale handel Het ontwikkelen van een marktmonitor waarin cijfermatige informatie over de import en export van Nederlandse visproducten wordt weergegeven. In deze marktmonitor wordt onder meer opgenomen: - De meest recente importwaarden en volumes van Nederlandse visproducten; - De meest recente exportwaarden en volumes van Nederlandse visproducten; - De belangrijkste importmarken voor de Nederlandse visverwerking en visgroothandel; - De belangrijkste exportmarkten voor de Nederlandse visverwerking en visgroothandel. De verwachting is dat het eerste exemplaar in het eerste kwartaal van 2013 wordt opgeleverd. Project net-innovaties (ontwikkeling onderwijsmateriaal) De cursus Vissen met toekomst werd gegeven aan leerlingen van de visserijscholen. Het project netinnovaties is afgerond en de nettechnieken zijn opgenomen in het lesmateriaal. Het nieuwe lesmateriaal is de basis voor het visserijonderwijs en is een nuttig naslagwerk voor de leerlingen. 27,500,00 Projecten vanuit het fonds voor de mosselsector Inventarisatie mosselbestand westelijke Waddenzee, Oosterschelde, Westerschelde en Voordelta, voorjaar en najaar 2012 Inventarisatie van het sublitorale mosselbestand in de westelijke Waddenzee, Oosterschelde, Westerschelde en Voordelta, in het voorjaar en najaar van ,057. Sanitair onderzoek schelpdieren Het RIVM voert op basis van een Wettelijke Overheids Taak (WOT) een monitoringsprogramma uit naar de sanitaire kwaliteit van de Nederlandse productiegebieden van levende tweekleppige weekdieren. Het monitoringsprogramma voorziet in een toetsing van de status van de productiegebieden van tweekleppige weekdieren op het gebied van microbiologie (E.coli), mariene biotoxine (ASP, DSP en PSP) en (potentieel) toxische algen. Doordat het monitoringsprogramma aangemerkt wordt als een WOT Voedselveiligheid, wordt onderzoek van de monsters voor 50 % gefinancierd door het Ministerie EL&I en voor 50 % gefinancierd door de sector. De monstername hiertoe wordt gerealiseerd door de schepen van het Ministerie van EL&I. 179,174,00. PRODUS Onderzoeksproject voor de verdere verduurzaming van bestaande activiteiten in de schelpdiervisserij; onder meer beheer van instabiele zaadbanken, alternatieve mosselzaadwinning, sublitorale natuurwaarden etc. Het meerjarig onderzoek is in 2012 afgerond. 125,000,00 Adviesontwikkeling protocol transport Zuid-Noord 2012 Voor de bedrijfsvoering binnen de mosselsector alsook voor de voortgang van de mosseltransitie is het gewenst een systematiek te ontwikkelen waarmee mosselen vanuit de Oosterschelde naar de Waddenzee kunnen worden gebracht. Hierbij zullen verschillende behandelingen van mosselen worden uitgetest en ontwikkeld met als doel om organismen (zoals exoten) te kunnen verwijderen, dan wel doden, tijdens of voordat mosselen getransporteerd worden van zuid naar noord. Een adviesontwikkeling hiertoe is gestart in 2011 en is nog in ontwikkeling. Zomer-SASI en risico-analyse uitheemse soorten in de Oosterschelde Bij het bepalen van de risico s die schelpdiertransporten vormen van de Oosterschelde naar de Waddenzee is aangaande exoten, een goede kennis noodzakelijk van de soorten die in de Oosterschelde in de zomer voorkomen, middels een zomers-sasi is het wenselijk om deze gegevens in kaart te brengen. Daarnaast is het wenselijk om te onderzoeken of de soorten die in de Oosterschelde voorkomen een risico vormen voor de Waddenzee. De gegevens die middels de zomer-sasi worden verzameld zullen in de risico-analyse worden verwerkt. Bovengenoemde twee projecten omvatten gezamenlijk een bedrag ad 110,124,00. Green Deal Biodiversiteit Oosterschelde Door Green Deals met de samenleving te sluiten zorgt de Rijksoverheid dat deze projecten een zetje in de goede richting krijgen. Bijvoorbeeld door het aanpassen van wet- en regelgeving, het ondersteunen van afzetmarkten voor nieuwe technologieën, zorgen voor goede samenwerkingsverbanden en het verbeteren van de toegang tot de kapitaalmarkt. Met de huidige 11 deals worden concrete stappen gezet naar een duurzame economie. Met projecten die zichzelf terugverdienen. De komende jaren zal het kabinet Green Deals blijven sluiten met de samenleving. Elke deal bevat een concreet resultaat, de inzet van het bedrijfsleven, medeoverheden en kennisinstellingen en de inzet van de Rijksoverheid, zo ook de Green Deal Biodiversiteit Oosterschelde; Visserijondernemers, natuurorganisaties en overheden zetten zich gezamenlijk in voor een doorlaatmiddel in de Oesterdam voor zoet, nutriëntenrijk water, dat de positie van schelpdiersector en natuur versterkt. Betrokken partijen zijn: Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur, de Vereniging voor de Mosselhandelaren, de Nederlandse Oestervereniging, Stichting Ark, de Vereniging Natuurmonumenten, Sportvisserij Zuidwest Nederland, de gemeente Reimerswaal, Nationaal Park Oosterschelde en de Provincie Zeeland. Rol van de Rijksoverheid hierin: bijdragen aan voorbereiding doorlaatmiddel, bezien mogelijkheden inlaat zoet, nutriëntenrijk water in Oosterschelde als proefproject voor natuur en schelpdieren-sector, inspanning voor voortvarende aanpak vergunningverlening en zoeken cofinanciering-mogelijkheden. Opstellen mosselimport protocol Voor de bedrijfsvoering binnen de importeurs van schelpdieren alsook voor de voortgang van het importeren van mosselen was de ontwikkeling en verbetering van een mosselimport protocol gewenst. GiMaRIS heeft hiertoe op verzoek van de vereniging van Importeurs van Schelpdieren invulling aan gegeven. OVERIG Auditcommissie De uitvoering en naleving van de Code Goed Bestuur moet in de eerste plaats geborgd worden door de besturen van de bedrijfslichamen zelf. Om ervoor te zorgen dat de inhoud van de code goed wordt uitgevoerd moet een goede structuur van naleving opgezet worden. Hierbij kan gekozen worden voor een structuur die het beste aansluit bij de bestaande structuur binnen het schap. De Code Goed Bestuur benoemt als mogelijkheden: - een compliance officer (onafhankelijk functionaris die er op toe ziet dat de interne procedures overeenstemmen met de geldende bepalingen); - een interne accountant; - een Auditcommissie (commissie belast met de controle van de bedrijfsorganisatie). Het bestuur van het Productschap Vis heeft in 2007 besloten tot instelling van een Auditcommissie. In artikel 9, derde lid, van de Verordening bevoegdheden organen en secretariaat Productschap Vis 2008 is bepaald dat het dagelijks bestuur, namens het bestuur, een Auditcommissie instelt als bedoeld in uitwerking 1 van Principe XXIII van de Code Goed Bestuur. Het bestuur heeft een reglement voor de Auditcommissie vastgesteld, waarin onder andere is opgenomen dat het houden van vergaderingen en uitbrengen van adviezen uitsluitend toegestaan is in aanwezigheid van de beide leden die tevens bestuurslid zijn. De Auditcommissie en het bestuur zijn van mening dat de rol van de Auditcommissie niet gewijzigd is en ondanks de gewijzigde politieke en bestuurlijke situatie het van belang is om toezicht te houden op die aspecten die bij de afbouw van activiteiten en overdracht van middelen van belang zijn. De Auditcommissie is van oordeel dat juist in de huidige situatie zij een actieve rol moet spelen om toe te zien op de normen in het bijzonder binnen het kader van de door de SER gehanteerde toetsing op zorgvuldigheid, transparantie en integriteit. De Auditcommissie is in 2012 in vergadering bijeengekomen op 22 maart 2012, 16 juli 2012 en op 11 september De Auditcommissie heeft aan het bestuur in 2012 conclusies en aanbevelingen gestuurd ten aanzien van: vergoedingen inclusief of exclusief BTW, aangezien per project of uitvoerende organisatie de regels voor verrekening verschillen en projectkosten daarmee hoger of lager uitvallen; - gewijzigde Europese regels in het kader van de steunmeldingen voor de besteding van de heffingsopbrengst van bestemmingsheffingen (zoals de nieuwe eis dat geen financiering van reeds gestarte of afgeronde projecen toegestaan is); - extra toezicht op naleving en uitvoering van projecten bij definitieve vaststelling van subsidies of afronding van overeenkomsten; - naleving diverse principes uit de Code Goed Bestuur; - uitvoering van openstaande actiepunten; - wijziging van de wijze van inbedding van de advies-- en overlegstructuur aangaande duurzaamheid in de garnalensector; - de rapportages en brieven van de SER op het gebied van onder andere het financieel beheer, jaarverslag 2011 en het Besluit beleidsregels toezicht van de SER (afbouw vaste vergoeding voorzitters adviescommissies). De leden van het bestuur hebben kennis genomen van de aanbevelingen en hebben besloten conform het advies van de Auditcommissie hier uitvoering aan te (laten) geven. Op de website is onder het deel Organisatie een apart deel opgenomen voor de Code Goed Bestuur. Hieronder is nadere informatie opgenomen over de wijze waarop het Productschap Vis de Code uitvoert en zijn alle publicaties van het Productschap Vis per principe terug te vinden. Personele Unies Op 1 oktober 2010 heeft de Auditcommissie het Protocol personele unies en functiescheiding door het bestuur laten vaststellen. Bij aanvang van de nieuwe zittingsperiode is door alle leden en plaatsvervangende leden van het bestuur opgave gedaan en zijn de gegevens verwerkt in een schematisch bestand, dat beschikbaar is op de website (onder het kopje Organisatie, klik door naar Bestuur en vervolgens het Overzicht nevenactiviteiten ). Dit bestand wordt door het secretariaat bijgehouden indien zich wijzigingen voordoen. Toezicht en keuring door de buitendienst Het Productschap Vis heeft een buitendienst, waarvan de medewerkers in 12 afslaglocaties die vis en garnalen verhandelen werkzaamheden uitvoeren. Het gaat hier om een toezichthoudende rol en keuringsactiviteiten. De buitendienst hield in het verslagjaar in de visafslagen toezicht op de door de EU geregelde maatvoering en beoordeelde de mate van versheid van de visserijproducten. Het toezicht heeft ook betrekking op het vullen van de standaard viskisten en de homogene samenstelling van de partijen. In combinatie met het keuren van de versheid beoordeelde de buitendienst namens de VWA of de in de handel te brengen producten geschikt waren voor menselijke consumptie (de VWA - aanvoerkeuring). Voor veruit de meeste vissoorten komt dit neer op de voorwaarde dat zij bij keuring moeten voldoen aan de minimumvereisten van versheidklasse B. Het toezicht op de maatvoering van Noordzee garnalen gebeurde met behulp van daarvoor door het productschap aangewezen zeefinstallaties. Deze installaties staan in enkele afslagen die als garnalen controle locatie 28 29

17 bekend staan. De installaties zorgen op verzoek van afnemers tijdens de controle zeefgang ook voor nadere selectie in handelsklassen. De partijen garnalen worden daarbij overigens niet per separate handelsklasse verkocht. De maatvoering was op een enkele uitzondering na geheel gebaseerd op EU grootte klasse 1, waarvoor een pantserbreedte is vastgesteld van ten minste 6,8 mm. De buitendienst van het productschap verrichte naast de VWA - aanvoerkeuring op verzoek van deze instantie ook certificering werkzaamheden. Het gaat hier om certificering van visserijproducten bij uitvoer naar bepaalde derde landen. De nadruk in de activiteiten ligt bij bedrijven in het Noorden van Friesland en Groningen. Deze werkzaamheden worden door VWA vergoed. In het verslagjaar verzorgde de buitendienst ook de validatie van zogenoemde IUU vangstcertificaten die gebruikt moeten worden voor partijen Noordzee garnalen die buiten de EU gepeld worden en vervolgens weer in de EU worden ingevoerd. De validatie komt neer op controle van de in het certificaat vermelde vangstgegevens en het tekenen en stempelen van het certificaat. Het certificaat wordt afgegeven aan de afnemer. Het samenstellen van de te gebruiken certificaten gebeurt in samenwerking met de garnalen controle locaties. De validatie gebeurt namens de Algemene Inspectiedienst die door de Nederlandse overheid als bevoegde autoriteit voor de afgifte van Nederlandse IUU vangstcertificaten is aangewezen. De afslagsector De Nederlandse visafslagen kregen in 2012 iets minder visserijproducten te verhandelen. Het volume daalde met 1,5 % ten opzichte van het voorgaande jaar. De waarde daalde met bijna 5 %. De visserijproducten worden via twee zogenoemde IT platforms verhandeld. Eén groep afslagen maakt gebruik van het Pefa.com platform. De andere groep afslagen gebruikt het Efice platform. Het kopen op afstand of thuiskopen en het elektronisch verhandelen wordt door veel bedrijven toegepast. Het overleg tussen productschap en de afslagsector over het beleidsplan voor het verslagjaar en het takenpakket van de buitendienst is mede in verband met de beslissing van het bestuur over de afbouw van activiteiten niet ingevuld In verband met de goed te keuren hygiënecode voor de afslagsector heeft het productschap met onderzoekinstelling RIKILT een overeenkomst gesloten inzake onderzoek in verband met uitvoering gevarenanalyse chemische verontreiniging in vis in afslagfase. In september heeft Rikilt het concept rapport opgeleverd over contaminanten in vis en schaaldieren uit de Noordzee. Vissen op krabben tijdens aalvisverbod In het jaar 2012 mochten beroepsvissers net als in 2010 en 2011 als gevolg van het aalvisverbod in de periode van 1 september 2012 t/m 30 november 2012 géén aalvistuigen gebruiken om aal mee te vangen. Op grond van artikel 32a, vierde en vijfde lid, van de Uitvoeringsregeling visserij (de regeling is te raadplegen op en op was het in deze periode mogelijk beroepsvissers vrij te stellen, die op krabben willen vissen. Vrijstelling door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie werd van rechtswege verleend onder een aantal voorwaarden. Eén van die voorwaarden was het sluiten van een overeenkomst met het Productschap Vis in verband met het uitvoeren van controles. De bijdrage in de controlekosten was 1.000,- per deelnemende visser. Deze kosten bestonden voor het overgrote deel uit de gemaakte kosten voor de uitvoering van de controles door de aangewezen controle-instantie (G4S Public Security). Hiernaast zijn door het Productschap Vis interne kosten gemaakt voor de uitvoering van de regeling van het Ministerie van EZ. Bij het Productschap Vis hebben zich 33 beroepsvissers aangemeld en een controleovereenkomst ondertekend. In de loop van de vrijstellingsperiode zijn er twee overeenkomsten eenzijdig door het Productschap Vis ontbonden, omdat de betreffende vissers zich niet aan de voorwaarden van de Uitvoeringsregeling visserij en de inhoud van de overeenkomst hadden gehouden. Naast de reguliere controles door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, zijn extra controles door een door het Productschap Vis aangewezen controleinstantie uitgevoerd en deze zijn goed verlopen. In 2013 zal een evaluatie plaatsvinden omtrent deze controles en de regeling zelf met alle betrokken overheden. Ouwerkerkse Kreek In augustus 2012 werden er in de Oosterschelde bij Ouwerkerk hoge concentraties van de alg Alexandrium ostenfeldii aangetroffen. Dit was een gevolg van lozing van water uit de nabijgelegen Ouwerkerkse kreek. Gezien het feit dat in de nabije omgeving schelpdierpercelen liggen, ontstond er grote onrust binnen de schelpdiersector. Veel media-aandacht ontstond nadat een hond aan de gevolgen van de alg was overleden. Het Productschap Vis heeft schelpdieren uit de nabije omgeving laten onderzoeken en hier zijn geen afwijkingen in gevonden. Het Waterschap Scheldestromen heeft de lozing gestopt en de kreek behandeld met waterstofperoxide om de kreek algvrij te krijgen. Helpdesk Het secretariaat van het productschap fungeert als informatiepunt, vraagbaak en helpdesk voor alle ondernemers, werkend met het product vis. Om een ieder van dienst te kunnen zijn, kan de juiste persoon voor het juiste onderwerp worden benaderd via een centraal telefoonnummer (zie colofon). Naast de lijst van te benaderen personen op de website wordt bij verspreiding van informatie veelvuldig aanvullende contactinformatie vermeld. Hoe verder in 2013? Het Productschap Vis houdt op te bestaan. De afgelopen maanden kwam de discussie over productschappen in brede zin tot een politieke en bestuurlijke climax. Het Productschap Vis verdwijnt en zal uiterlijk eind 2013 de bestaande taken hebben beëindigd. De afbouw van de meeste taken van het Productschap Vis wordt nagestreefd tot 1 juli Een klein deel zal nog worden uitgevoerd tot 1 januari 2014 omdat hier sprake is van langlopende verplichtingen die nog niet per 1 juli 2013 kunnen worden beëindigd. Voor de discussie om te komen tot een weloverwogen besluit tot afbouw hebben we een onderscheid gemaakt in de volgende taakvelden: Groene taakveld: medebewindstaken VWS en Medebewindstaken EZ, waaronder de Buitendienst (visafslagen), interventieregeling; Gele taakveld: taken op het gebied van voedselveiligheid en diergezondheid; Oranje taakveld: taken op het gebied van duurzaamheid (MSC/ASC), innovatie en Arbeid (SEA, scholing), en Rode taakveld: productpromotie (NVB), belangenbehartiging en marktonderzoek. De taken in het groene en gele taakveld worden zoveel als mogelijk overgedragen aan het ministerie van EZ. In het kader van de uitvoering van het regeerakkoord wordt hierover ook intensief overleg gepleegd met het ministerie van EZ. De Medebewindstaken die wij uitvoeren voor het ministerie van EZ (voorheen EL&I) zijn inmiddels geclusterd in de nieuwe Medebewindorganisatie van de gezamenlijke Productschappen. Deze kunnen derhalve integraal worden overgedragen aan het ministerie van EZ. Logische datum lijkt 16 oktober 2013, te weten de start van het nieuwe begrotingsjaar van de EU. Taken die het Productschap uitvoert in het kader van het Medebewind vanuit het ministerie van VWS, de sanitaire monitoring in de gebieden waar levende tweekleppige groeien, worden geoogst en verwaterd, kunnen eveneens worden teruggeven aan het ministerie van VWS dan wel worden overgenomen door het ministerie van EZ; ook dit vormt onderdeel van het overleg met EZ. De taken in het gele taakveld vergen nog nader onderzoek voordat daar definitieve keuzes in kunnen worden gemaakt. Overleg met de andere Productschappen en het ministerie is hier van belang. De taken die het Productschap in dit kader uitvoert op het terrein van hygiënecodes en hygiëneverordeningen kunnen zoals het zich nu laat aanzien prima worden uitgevoerd door brancheorganisaties. Dat vergt weliswaar aanpassing van de Algemene Maatregelen van Bestuur op dit terrein. Ook bij overdracht aan het ministerie zal dit overigens het geval zijn. Het lijkt logisch de taken op het terrein van geografische oorsprongsbenamingen en traditionele specialiteiten (AGOS) te bundelen met soortgelijke taken van de andere Productschappen en deze, net als de medebewindstaken integraal over te dragen aan het ministerie van EZ. In het gele taakveld zijn ook taken met betrekking tot management van crisissituaties betreffende de voedselveiligheid gedefinieerd. Deze taak kan het Productschap uitvoeren omdat er door de uitvoering van andere taken sprake is van een breed netwerk, groot inzicht in de sector, de belangen en gevoeligheden, de betrokkenen alsmede een grote deskundigheid op het betreffende terrein. Het lijkt dan ook logisch dat het ministerie van EZ deze taak overneemt, nu zij ook andere taken zal overnemen van het Productschap. Laat onverlet dat de noodzakelijke inhoudelijke kennis en benodigd inzicht na afbouw en opheffing van de Productschappen ernstig versnipperd zal raken en dit de voedselveiligheid en derhalve de volksgezondheid niet ten goede zal komen. In de versie van maart 2013 is nog niet helder welke taken binnen dit gele taakveld worden overgenomen door het ministerie van EZ. De taken in het oranje en rode taakveld zullen zoveel als mogelijk en gewenst worden overgedragen aan private organisaties. Dit betreft met name taken op het gebied van duurzaamheid, productpromotie en belangenbehartiging. Overname zal veelal plaatsvinden door bestaande private partijen in de vissector. De taken op het terrein van arbeid, sociaal economische aangelegenheden en scholing zullen in 2013 door het Productschap Vis worden beëindigd. Doorstart is mogelijk door private partijen. Ook zullen de werknemersorganisaties dit wellicht op een andere wijze oppakken en uitvoeren. Het Nederlands Visbureau (NVB) heeft in deze een bijzondere situatie. Verschillende partijen hebben aangegeven dat er een grote behoefte is aan een private doorstart van het NVB. De financiering, de juridische en organisatorische vorm en de omvang zijn nog punten van discussie. Private partijen hebben hierin de lead en het Productschap is actief betrokken bij deze private doorstart. In overleg is overeengekomen dat vanaf 1 januari 2013 de promotieheffingen op 0,- worden gezet. Het Productschap zal daarentegen tot uiterlijk 1 juli 2013 de werkzaamheden van het NVB onverkort voortzetten. De financiering hiervan zal plaatsvinden door het benutten van nog aanwezige budgetten in de betreffende bestemmingsreserves op dit terrein. Op deze wijze komen de werkzaamheden niet in gevaar en wordt de sector in staat gesteld om privaat te heffen vanaf 1 januari 2013 zonder dat sprake zal zijn van een dubbele heffing voor promotieactiviteiten. De taken die worden uitgevoerd door de medewerkers van het Mosselkantoor kunnen worden uitgevoerd tot 1 mei De contracten van de mosselpercelen verlopen op dat tijdstip. Met het ministerie van EZ is overeengekomen dat in dit kader het Productschap Vis tot die tijd betrokkenheid en haar rol blijft vervullen. Dat betekent dat de werkzaamheden van de Mosselveiling tot uiterlijk 1 mei 2014 publiek kunnen worden uitgevoerd. De sector is inmiddels actief aan de slag om overdracht van alle activiteiten van de Mosselveiling naar een private organisatie te realiseren. De taken die het Productschap Vis uitvoert in het kader van Medebewind VWS, de zogenoemde sanitaire monitoring, zijn reeds genoemd. De taken op het terrein van quarantaine voorzieningen kunnen wellicht worden overgenomen door het ministerie van EZ. Dit is dus onderwerp van gesprek met het ministerie van EZ

18 Afkortingen en internetsites AID Algemene Inspectie Dienst CBb College van Beroep voor het bedrijfsleven CBL Vereniging Centraal Bureau Levensmiddelenhandel CNV Christelijk Nationaal Vakverbond CVV Certificaat Verantwoordelijk Vissen DUPAN Duurzaam Paling Fonds (stichting) DR Dienst Regelingen EL&I Ministerie van Economie, Landbouw & Innovatie EU Europese Unie EVF Europese Visserij Fonds EZ Ministerie van Economische Zaken FIMPAS Fisheries Measures in Marine Protected Areas FIOV Financieringsinstrument voor de oriëntatie van de visserij FNV Federatie Nederlandse Vakbeweging GVB Gemeenschappelijk Visserij Beleid HACCP Hazard Analyses and Critical Control Points LEI Wageningen Universiteit, Landbouw Economisch Instituut LNV Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit NGO Niet-gouvernementele organisatie MPA Marine Protected Area MSC Marine Stewardship Council MSY Maximum Sustainable Yield NB-wet Natuur Beschermingswet NVB Nederlands Visbureau PMR Project Mainportontwikkeling Rotterdam PRIMUS Profile of Transfer of Irish Mussels to Holland SER Sociaal-Economische Raad SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid SPRFMO South Pacific Regional Fisheries Management Organisation VIBEG Visserijmaatregelen in beschermde gebieden VIP Visserij Innovatie Platform nvwa Nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit V&W Ministerie van Verkeer en Waterstaat VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

19 Bijlage 1. Samenstelling bestuur Productschap Vis 2012 Bestuur en commissies Leden Plv leden Bestuur Het bestuur kwam in 2012 twee maal bijeen. Er heeft twee maal een besloten vergade ring plaatsgevonden. In het verslagjaar was de heer A. Bruggeman 1 e vicevoorzitter van het Productschap Vis, de heren drs. G. Pastoor en drs. ing. J.K. Nooitgedagt waren in het verslagjaar respectievelijk 2 e en 3 e vice-voorzitter. De heer ir. D.A.M. Risseeuw MBA was in het verslagjaar secretaris tot 1 april 2012, per 1 april was in het verslagjaar de heer drs. H. Horsman secretaris van het Productschap Vis. Het bestuur van het Productschap Vis is samengesteld uit leden en hun plaatsvervan gers, die door private organisaties in de vissector zijn benoemd. Deze private organisaties zijn door de Sociaal-Economische Raad aangewezen als benoemingsgerechtigde organisaties conform de regels die hiervoor gelden. 1 e vice-voorzitter: A. Bruggeman Secretaris: ir. D.A.M. Risseeuw MBA tot , met ingang van drs. H. Horsman A. Ondernemersorganisaties: Namens de visserij: Redersvereniging voor de Zeevisserij D. Parlevliet G. Zwijnenburg Nederlandse Vissersbond drs. ing. J.K. Nooitgedagt A.H. Dekker H. Romkes H. Tanis Vereniging van Schippers-Eigenaren van Motortrawl- en Haringloggers, Vereeniging van Reeders van Visschersvaartuigen R. van Duijn C. Haasnoot jr. Federatie van Visserijverenigingen drs. W. Visser G. Meun Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur mr. H.J. van Geesbergen J.A. van Damme Combinatie van Beroepsvissers ing. J.J. Geleijnse A.G. van der Waal Nederlandse Vereniging van Viskwekers ir. J.C.M. van Rijsingen ir. W. Swinkels tot tot ir. W. Swinkels per per Namens de handel: Federatie van Organisaties op het gebied van de Groothandel in be- en verwerking van vis (Visfede ratie) C.J.A. Machielsen E.C.M. Mooijer B. van Panhuis R.W. van Asch tot P.F. Koelewijn per drs. G. Pastoor A. Ouwehand M.J. Pronk H. van Wijk C. Koffeman P. Buter N. de Jong M.J.M. van der Drift drs. R.C.E. Barbé Namens de detailhandel: Verbond van de Nederlandse Visdetailhandel P.E. van de Laar J.A. Koning Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel H. de Graaf H. Achterhuis Namens de visafslagen: Nationaal Overleg Visafslagen J.A. van Nieuwenhuijzen P.A. Louwerse 34 35

20 B. Werknemersorganisaties: FNV Bondgenoten W.P. de Ruijter A.L. Moerman CNV Vakmensen mr. Th. de Jong A. Bruggeman F. Kuijt R. van Duijn N.A. Bogaard Waarnemers: Namens de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie: ir. L.R.M. Lomans Namens de Minister van Economische Zaken: Namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid: mr. A. Velgersdijk Namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport: drs. A. Ottevanger Namens de Sociaal Economische Raad: mr. drs. Q.D. Abath G.J. Elsing per Dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur, dat in het verslagjaar zeven maal vergaderde, was als volgt samengesteld: drs. ing. J.K. Nooitgedagt drs. W. Visser D. Parlevliet G. Zwijnenburg drs. G. Pastoor A. Ouwehand sr. drs. R.C.E. Barbé N. de Jong P.E. van de Laar H. de Graaf N.A. Bogaard mr. Th. de Jong A.L. Moerman W.P. de Ruijter ing. J.J. Geleijnse ir. J.C.M. van Rijsingen tot ir. W. Swinkels per mr. H.J. van Geesbergen J.A. van Damme 1 e - vice-voorzitter: A. Bruggeman Secretaris: ir. D.A.M. Risseeuw MBA tot , drs. H. Horsman per Commissies ex artikel 88 Wet op de Bedrijfsorganisatie Op grond van artikel 2 van de Verordening bevoegdheden organen en secretariaat Productschap Vis 2008 is door het bestuur vastgesteld dat alle commissies bij hun instelling formeel alleen een adviserende bevoegdheid krijgen. Dit geldt ook voor de commissies die een bestuursorgaan zijn op grond van artikel 88 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, teneinde te voorkomen dat de handelingen van deze commissies als besluit in de zin van artikel 1:3 van de Awb worden gekwalificeerd, waar tegen ook bezwaar en beroep open staat. Commissie aanvoeraangelegenheden De commissie aanvoeraangelegenheden, die in het verslag jaar twee maal vergaderde, was als volgt samengesteld: D. Parlevliet G. Zwijnenburg drs. ing. J.K. Nooitgedagt H. Romkes A.H. Dekker H. Tanis R. van Duijn C. Haasnoot jr. drs. W. Visser G. Meun mr. H.J. van Geesbergen J.A. van Damme ing. J.J. Geleijnse A.G. van der Waal F. Kuijt mr. Th. de Jong N.A. Bogaard A.L. Moerman Vacature (FNV Bondgenoten) J.A. van Nieuwenhuijzen P.A. Louwerse ir. J.C.M. van Rijsingen ir. W. Swinkels tot tot ir. W. Swinkels vanaf vanaf Voorzitter: drs. W. Visser Secretaris: mw. dr. P.M. den Hartog Commissie groothandel De commissie groothandel, die in het verslagjaar een maal vergaderde, was als volgt samengesteld: drs G. Pastoor A. Ouwehand sr. M.J. Pronk H. van Wijk B. van Panhuis R.W. van Asch tot P.F. Koelewijn vanaf C.J.A. Machielsen E.C.M. Mooijer drs. R.C.E. Barbé N. de Jong M.J.M. van der Drift C. Koffeman P. Buter R. van Duijn A. Bruggeman W.P. de Ruijter Voorzitter: drs. G. Pastoor Secretaris: E.M. Mens tot , dr. P.H. den Hartog met ingang van Financiële commissie De financiële commissie, die in het verslagjaar een maal vergaderde, was als volgt samengesteld: Gezamenlijke werkgeversorganisaties Verbond van de Nederlandse Visdetailhandel en de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel H. de Graaf Gezamenlijke organisaties van aanvoer G. Meun Federatie van organisaties op het gebied van de Groothandel in en Be- en Verwerking van Vis (Visfederatie) P.A. Louwerse drs. G. Pastoor Gezamenlijke werknemersorganisaties FNV Bondgenoten en CNV Vakmensen, m.i.v. 29 maart 2012 N.A. Bogaard A.L. Moerman Voorzitter: Secretaris: ir. D.A.M. Risseeuw MBA tot , drs. H. Horsman per Product- en sectorcommissies Mosseladviescommissie De mosseladviescommissie, dat in het verslagjaar vier maal vergaderde, was als volgt samengesteld: Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur mr. H.J. van Geesbergen C. Otte J.A. van Damme J.C. Schot Nederlandse Vissersbond L. de Keijser J.A.A. Oostinga Vereniging De Mosselhandel drs. R.C.E. Barbé mr. ir. J.D. Holstein H.J. Lacor K. Prins E.H.M. Barbé W. van de Plasse Verbond van de Nederlandse Visdetailhandel W.M. Jonk P.E. van de Laar FNV Bondgenoten A.L. Moerman CNV BedrijvenBond W. de Ruijter Voorzitter: A. Bruggeman Secretaris: mw. ing. J.E. van den Boomgaard-Bom Werkgroep mosselpromotie 2010 (ingesteld door de mosseladviescommissie) De werkgroep mosselpromotie 2010, dat in het verslagjaar zes maal vergaderde, was in het verslagjaar als volgt samengesteld: Kring der mosselkwekers en/of hun organisaties op voordracht van de Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur E.H.M. Barbé J.A. van Damme I. Sinke C. Otte N.L.J. Praet Kring der mosselhandelaren en/of hun organisaties op voordracht van de Vereniging De Mosselhandel J.K. Marcus F. de Groot A.C. Verwijs G. Verhaert Vrienden van de Mossel J. van Velzen C.J. van Liere Voorzitter: mw. ing. J.E. van den Boomgaard-Bom Secretaris: C.E.A. Fijnaut Werkgroep kwaliteit schelpdieren (ingesteld door de mosseladviescommissie) De werkgroep kwaliteit schelpdieren, dat in het verslagjaar zes maal vergaderde, was als volgt samengesteld: Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur mr. H.J. van Geesbergen N.L.J. Praet J.C. Schot N.L.J. Praet Vereniging De Mosselhandel W.A. Verwijs H. Bal tot tot H. Bal W.A. Verwijs per ) per E. Louwerse C.S. Vroonland Nederlandse Oestervereniging J.J. de Rooij Nederlandse Oestervereniging en Vereniging Oesterputten Yerseke J.F. Sinke PO Kokkels en de PO Schelpdiervisserij Noordzee mr.ir. J.D. Holstein Voorzitter: ir. D.A.M. Risseeuw MBA tot 1 april 2012) drs. H. Horsman per 1 april 2012? vacant? Secretaris: mw. ing. J.E. van den Boomgaard-Bom Klankbordgroep mosselveiling De activiteiten van de mosselveiling met de daarvoor door het bestuur vastgestelde Algemene Voorwaarden betreft de privaatrechtelijke uitoefening van bevoegdheden van het Productschap Vis. Ter advisering aan het bestuur, de mosseladviescommissie dan wel de leiding van de mosselveiling is een klankbordgroep mosselveiling ingesteld met als taak te adviseren over de algemene en structurele zaken de mosselveiling betreffende. De klankbordgroep mosselveiling, dat in het verslagjaar 2 maal vergaderde, was als volgt samengesteld: Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur J.J. Dhooge D. van den Bosch N.L.J. Praet E.E. van de Zande Vereniging De Mosselhandel P. Nelis W.A. Verwijs P. Geijsen J. Christiaanse Voorzitter: ir. D.A.M. Risseeuw MBA tot 1 april 201) drs.h. Horsman per 1 april 2012 Secretaris: H.N.F.M. van Zantvoort Garnalenadviescommissie De garnalenadviescommissie, die in het verslagjaar een maal vergaderde, was als volgt samengesteld: Gezamenlijke werknemersorganisaties:fnv Bondgenoten en CNV Vakmensen J. Martens A.L. Moerman Nederlandse Vissersbond B. Holierhoek W. Toering drs. ing. J.K. Nooitgedagt J. Rispens J. de Visser C.K. Tanis A.J. de Visser Vebega C.J.A. Machielsen E. Mooyer Puul W. Smit N. Mooijer C. Mooyer Verbond van de Nederlands Visdetailhandel en de Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel Vereniging Delta Zuid A. Mol J.A. Fenijn Nationaal Overleg Visafslagen F. Lokerse J.A. van Nieuwenhuizen H. Smit T. Visser Federatie van Visserijverenigingen A. Post G. Meun drs. W. Visser M. de Boer Voorzitter: drs. ing. J.K. Nooitgedagt Secretaris: P.J. de Niet 36 37