EINDVERSLAG INSPRAAK BEELKWALITEITPLAN DE VLIERBRINK

Transcriptie

1 EINDVERSLAG INSPRAAK BEELKWALITEITPLAN DE VLIERBRINK AFDELING RUIMTELIJK DOMEIN Team Ruimte en vergunningen 14 januari 2016

2 INHOUD: I. OVERZICHT GEVOLGDE PROCEDURE II. INSPRAAKREACTIES III. AMBTSHALVE WIJZIGINGEN

3 I. Overzicht gevolgde procedure Bekendmaking en ter inzage legging Het beeldkwaliteitplan voor De Vlierbrink heeft in het kader van inspraak vanaf donderdag 1 oktober 2015 gedurende zes weken als concept ter inzage gelegen. De ter inzage legging en de inspraakmogelijkheid zijn bekend gemaakt in het huis-aan-huisblad Vechtdal Centraal van dinsdag 29 september Het plan lag in analoge (papieren) vorm ter inzage bij de afdeling Publieksdienst in het gemeentehuis van Ommen. Het plan was ook in digitale vorm (PDF-formaat) te raadplegen via de gemeentelijke website. Tijdens de inzage termijn kon een ieder schriftelijk dan wel mondeling inspraakreacties naar voren brengen. Woensdag 11 november 2015 was de laatste dag van de inspraaktermijn. II. Inspraakreacties Er zijn 9 schriftelijke inspraakreacties ontvangen op het concept van het beeldkwaliteitplan. Vanuit privacyoverwegingen zijn de namen van de insprekers niet in dit geanonimiseerde verslag opgenomen. In het onderstaande zijn de inspraakreacties samengevat en van een reactie voorzien. Inspraakreactie De inspraakreacties hebben allen dezelfde strekking. In het beeldkwaliteitplan zijn criteria opgenomen die volgens de insprekers beperkingen opleveren voor het realiseren van ieders droomhuis. Dit strookt volgens hen niet met hetgeen bij de ontwerpsessies is verteld, namelijk dat er volledige vrijheid van bouwen zou zijn. Met name is er weerstand tegen het criterium dat de landelijke bouwstijl of het landelijke (dorpse) karakter uit de omgeving richtinggevend is voor nieuwbouw. Ook bij het criterium dat variatie is vereist wordt door een enkele inspreker vraagtekens geplaatst. Reactie gemeente De Vlierlanden, gelegen ten oosten van de kern Ommen, is in de huidige welstandsnota aangemerkt als Ontginningslandschap in het buitengebied. De daarbij gegeven welstandscriteria zijn onvoldoende om sturing te geven aan het realiseren van een duurzame en aansprekende woonwijk. Daarom is voor De Vlierbrink, een deelgebied van woonwijk De Vlierlanden, een beeldkwaliteitplan opgesteld dat als een gebiedsgericht welstandskader fungeert bij aanvragen voor een omgevingsvergunning in deze buurt. Masterplan De Vlierlanden De criteria in het beeldkwaliteitplan zijn een afgeleide van het door de raad vastgestelde Masterplan De Vlierlanden, zodat de kwaliteitsambities voor De Vlierlanden, die samen met de omgeving en andere betrokken partijen (makelaars, aannemers en aspirant-kopers) in verschillende bijeenkomsten zijn vormgegeven, ook zoveel mogelijk hierin zijn verankerd. Het Masterplan De Vlierlanden is vastgesteld door de gemeenteraad op 4 december In het Masterplan zijn richtinggevende uitspraken gedaan over de woonsfeer in de Vlierlanden en over de beeldkwaliteit. Woonsfeer In het Masterplan staat dat het buitengebied van Ommen de leidraad is voor de stedenbouwkundige structuur, beeldkwaliteit van bebouwing, erfscheiding en openbare ruimte. Door het leggen van verbanden met het buitengebied kan De Vlierlanden een gebiedseigen karakter krijgen. Het buitengebied biedt tastbare aanknopingspunten om een onderscheidende identiteit te bepalen waarbij landelijk wonen op ongedwongen wijze centraal staat.

4 Uiterlijk Met betrekking tot het uiterlijk, de beeldkwaliteit, staat in het Masterplan dat de gemeente voor het gebied een duidelijke ambitie heeft, namelijk dat de architectuur is geïnspireerd op de bebouwing van het buitengebied van Ommen. De specifieke locatie op de rand van het agrarisch buitengebied is aanleiding om hier een gebiedseigen, landelijke wijk na te streven. Natuurlijk verandert het gebied door toevoeging van vele woningen, maar het karakter, het gevoel, kan blijven in een nieuwe vorm. Deze ambitie sprak velen aan en werd in het Masterplan omarmd. Architectuur vormt een belangrijk onderdeel in de beleving van de buurt. Het is daarom de wens om het landelijk karakter ook terug te vinden in de architectuur. Daarmee verankert dit nieuwe woongebied zich in haar omgeving. Twee inspiratieregels In het Masterplan zijn de volgende 2 inspiratieregels voor de beeldkwaliteit opgenomen: 1. Maak een vertaling van de agrarische bebouwing uit de directe omgeving. Iedereen wordt hier uitgedaagd om met het ommeland op het netvlies een woning te ontwerpen die bijdraagt aan het landelijke karakter van De Vlierlanden. 2. Ontwerp een gevarieerde massa. Variatie is dus het devies, waardoor een bijzondere buurt kan ontstaan en eenheidsworst wordt voorkomen. Beeldkwaliteitplan Met genoemde inspiratieregels in het hoofd is het beeldkwaliteitplan voor De Vlierbrink opgesteld. Een beeldkwaliteitplan waarin een beperkt aantal criteria zijn opgenomen, die recht doen aan bovengenoemde inspiratieregels en die thans in de praktijk, dus ook na de inspraak van het beeldkwaliteitplan, bij het toetsen van voorlopige bouwplannen in goed overleg met aspirant bouwers goede resultaten laat zien. In enkele gevallen is bijgestuurd in die zin dat het ontwerp bouwplan zodanig is aangepast qua vorm en/of kleur/materiaalgebruik dat aansluiting is bereikt bij de beoogde landelijke sfeer. Ondanks de mogelijk breder gewekte verwachting heeft het beeldkwaliteitplan en bespreking van het bouwplan met de stadsbouwmeester dus voor het merendeel een goede uitwerking gehad. In een aantal gevallen lag de gekozen architectuurstijl te ver af van het beoogde landelijke beeld. Wat waarschijnlijk reden is geweest voor één betrokkene om af te zien van de kavel. Mogelijk dat dit zich nog eens zal voordoen. Overigens heeft het gros van de insprekers nog geen bouwplan besproken met de stadsbouwmeester. Veel vrijheid In het Masterplan staat dat de nieuwe wijk samen met toekomstige bewoners wordt ontwikkeld. Aldus is ook het geval. Via tal van bijeenkomsten is een gedragen plan, een Masterplan, voor de wijk ontwikkeld. Uitgesproken werd dat er veel vrijheid moest zijn voor het realiseren van de individuele woonwens. Hieraan is voor De Vlierbrink onder meer invulling gegeven via een tweetal ontwerpsessies. In een later stadium zijn aan de hand van gesprekken tussen toekomstig bewoners en ontwerpers, kavelateliers genoemd, de individuele wensen geïnventariseerd. Hierin konden geïnteresseerden zelf aangeven waar in de wijk ze wilden bouwen, de situering van de kavel en de afmetingen daarvan. Uiteindelijk hebben de sessies geleid tot het concept-verkavelingsplan zoals opgenomen op pagina 6 van het beeldkwaliteitplan en tot veertig optienemers. De ontwerpsessies hadden ten doel de wensen te inventariseren. Uit de inspraakreacties blijkt dat de gemeente dit onvoldoende duidelijk heeft gemaakt tijdens de sessies waardoor de indruk is ontstaan dat er volledige vrijheid van bouwen en architectuurstijl zou zijn. Dit valt te betreuren. De gemeente had duidelijker naar voren kunnen brengen dat zij een landelijke sfeer voor ogen heeft in De Vlierlanden, e.e.a. zoals verwoord in het door de raad vastgestelde Masterplan. Wat bereikt kan worden door de gekozen vorm, maar ook door materiaal- en kleurgebruik. De consequentie is dat uitgesproken moderne, kubistische woningen en hoge notariswoningen (twee bouwlagen met kap

5 in een sterk verticale uitstraling) niet in De Vlierbrink passen. In de randen van het plan passen ook volledig witte gevels niet binnen de beoogde landelijke sfeer. In overleg met Welstand is binnen het gewenste landelijke beeld echter ook veel mogelijk. Via het beeldkwaliteitplan wordt (in vooroverleg) gestuurd op een bouwplanuitwerking passend binnen de planfilosofie van De Vlierlanden zoals verwoord in het Masterplan. Insprekers worden dan ook nadrukkelijk uitgenodigd hun bouwplan te bespreken met Welstand. Door een zekere vorm, materiaal- en/of kleurgebruik kan over het algemeen heel goed een landelijke uitstraling worden bereikt. Wat betreft het criterium dat variatie is vereist, wordt opgemerkt dat deze regel in het Masterplan c.q. het beeldkwaliteitplan er op toeziet dat geen lange, uniforme rijen woningen worden gerealiseerd. Als binnen een blok meerdere identieke woningen worden gebouwd, moet sprake zijn van kleurnuance verschillen, verschil in gevelcompositie, verschil in kapvorm of een verspringing in de voorgevellijn. Dit is een regel die vaker bij de toetsing van projectbouw aan de orde zal zijn. Alle overige criteria in het beeldkwaliteitplan dragen bij aan het bereiken van een wijk met een onderscheidende identiteit, waarbij landelijk wonen op ongedwongen wijze centraal staat. Conclusie De inspraakreacties leiden niet tot aanpassing van het beeldkwaliteitplan. Temeer daar het door de raad vastgestelde Masterplan over de inhoud daarvan richtinggevende uitspraken heeft gedaan. Inspraakreactie In één van de reacties wordt opgemerkt dat voor de optie op een kavel al een aanbetaling is gedaan. Reactie gemeente Hieromtrent wordt opgemerkt dat van te voren, bij de aanbetaling, nadrukkelijk is gecommuniceerd dat er nog een beeldkwaliteitplan zou worden vastgesteld en dat wanneer men zich hierin niet kan vinden, afgezien kan worden van de optie en de aanbetaling gerestitueerd zal worden. Inspraakreactie In enkele reacties wordt ingegaan op het verkavelingsplan weergegeven op pagina 6 van het beeldkwaliteitplan. Hierop staat een voetpad weergegeven aan de oostzijde van de Galgengraven. Aangegeven wordt dat men het niet eens is met een dergelijk pad achter en langs hun kavel. Reactie gemeente In het beeldkwaliteitplan De Vlierbrink worden alleen de criteria vastgesteld die van toepassing zijn bij de welstandstoetsing van aanvragen om een omgevingsvergunning in deze buurt. Dus het architectuurbeeld. De stedenbouwkundige uitwerking van de woonbuurt, waaronder voetpaden, vormt geen onderdeel van het beeldkwaliteitplan. Wel kan omtrent het voetpad het volgende worden opgemerkt. Het pad tussen de Galgengraven en de woningen is onderdeel van een netwerk van paden in het groen van De Vlierbrink. In het Masterplan staat, dat door smalle informele doorsteekjes en smalle verbindende paden er voor wandelen en fietsen een fijnmazig netwerk komt. Een fijnmazig voetpadennet brengt een zeer waardevolle bijdrage aan de ruimtelijke kwaliteit van de buurt. Vijf optanten hebben aangegeven het pad niet te willen. De gemeente heeft aangegeven dat het pad belangrijk is in de stedenbouwkundige structuur van de woonbuurt en dat het daarom wordt aangelegd. Met deze mensen heeft, buiten het proces en procedure van het BKP, een gesprek plaatsgevonden om de situatie te bespreken. Resultaat van het gesprek is dat we kijken hoe we tegemoet kunnen komen aan de wensen van de optiehouders. Daarbij wordt gekeken naar de breedte, de uitvoering en de ligging van het pad en de invulling van het groen. Dit wordt met de optiehouders gecommuniceerd en zo nodig in een vervolggesprek besproken.

6 III. Ambtshalve wijzigingen Het beeldkwaliteitplan, zoals dat als inspraakversie ter inzage is gelegd, kan op een aantal onderdelen verbeterd worden. Het gaat om de volgende ambtshalve wijzigingen, die in het voorliggende ter vaststelling aangeboden plan inmiddels zijn doorgevoerd: 1. Op pagina 4 is een kaartje van het Masterplan opgenomen. 2. Op pagina 5, bij het wettelijk kader, is vermeld dat het beeldkwaliteitplan voortbouwt op het Masterplan De Vlierlanden en het bestemmingsplan De Vlierlanden. 3. Op pagina 6 is de laatste versie van het verkavelingsplan opgenomen, welke versie ook in het overige kaartmateriaal is verwerkt. 4. Op pagina 7 zijn aan twee paragrafen de kopjes 2.3 en 2.4 toegevoegd 5. Het kaartje op pagina 14 (overgang van openbaar gebied naar privéterrein) is op een enkel onderdeel aangepast. 6. Op pagina 15 is een andere foto opgenomen, die meer recht doet aan de beeldkwaliteit. 7. Het kaartje op pagina 16 (oriëntatie voorgevels) is ook op enkele onderdelen aangepast. 8. Op al het kaartmateriaal is ter verduidelijking opgenomen dat de getekende woningen indicatief zijn.