Oef, wat warm! En natuurlijk gaan we zelf ook lekker met water spelen, spetteren en spatten!

Transcriptie

1 Oef, wat warm! Vanaf week 25 (maandag 17 juni) t/m week 30 (vrijdag 26 juli) hebben wij op de Boerderij het thema; Oef, wat warm! In het thema Oef wat warm! staat warm weer en het verschil tussen warm en koud centraal. Het warme weer geeft aanleiding om lekker met water te spatten, ijsklontjes te maken en ijsjes te kopen en verkopen in de ijscohoek. De kinderen helpen Puk af te koelen, vergelijken koud en warm water en spelen het verhaal na van Gijs en Guusje die in het zwembad gaan spelen. Tijdens de Uk & Puk activiteiten wordt er extra aandacht besteed aan de verschillen warm en koud. Pop Puk wordt hierin goed betrokken. Puk heeft het warm en de kinderen mogen helpen om puk te laten afkoelen. Hij heeft veel te veel kleren aan. Kunnen de kinderen helpen uit te kleden? Misschien kan Puk wel een zwembroek aan doen? Of kunnen we zacht in zijn gezicht blazen? Ook gaan we de effecten van de zon ontdekken; We spelen bijvoorbeeld met onze schaduwen tijdens één van de activiteiten en voelen hoeveel warmte de zon afgeeft. We gaan met de kinderen kijken wat voor zomerkleding ze zelf dragen. Wie heeft er een broek aan? Is dat een korte of een lange broek? Wie heeft er een T-shirt aan? Heeft het T-shirt lange of korte mouwen? Wie heeft er blote armen? Wie heeft er een rok of een jurk aan? En wat gebeurt er met ijsklontjes als we ze buiten op een schoteltje in de zon leggen. Voelen de ijsklontjes hard of zacht? Voelen ze warm of koud? Zien de kinderen de ijsklontjes langzaam smelten en kleiner worden? En natuurlijk gaan we zelf ook lekker met water spelen, spetteren en spatten!

2 De peutergroepen gaan op maandag 1 juli en donderdag 4 juli een uitstapje maken naar School! Hier gaan ze samen met de kinderen van groep 1 en 2 een knutselactiviteit doen en een lekker ijsje eten!!!!! De groepen zijn tijdens dit thema weer passend ingericht om de kinderen spelenderwijze uit te dagen en nieuwe ervaringen te bieden. Een voorbeeld is, de ijskraam; Hier kunnen de kinderen een ijsje kopen of zelf de ijsjes maken en de klanten helpen vanachter de toonbank. MODDERDAG Op vrijdag 28 juni is het weer Nationale Modderdag in Nederland. Wij vinden het leuk om hier de hele week (week 26) aandacht aan te besteden en lekker met de kinderen modder te gaan ontdekken. We maken onder andere een blotevoetenpad en mengen zand met water zodat de kinderen zelf modder kunnen gaan maken! Hmm, lekker smeren! Op de website vind je nog meer informatie!

3 Hoe kun je thuis aansluiten bij dit thema? Maak gebruik van de gewone dagelijkse situaties om met de kinderen over warm en koud te praten. Maak van elke situatie een speelse situatie, zodat jullie plezier hebben. Geef de kinderen de gelegenheid om zoveel mogelijk zelf te proberen het verschil tussen warm en koud, of droog en nat te ontdekken. Leg uit wat je doet. Verzorgen: Vertel aan de baby wat je doet als je hem of haar verschoont; Nu ga ik eerst je broek uitdoen, doe je benen maar omhoog, daarna maak ik je luier open, Dat is lekker koel hé, even met je blote benen! Het verzorgingsmoment is bij uitstek geschikt op één op één contact te hebben met je baby en oogcontact te maken. Trek gekke gezichten en daag je baby uit je na te doen. Wijs ook steeds de onderdelen van het gezicht en het lichaam van je baby aan en benoem ze. Blaas zachtjes in het gezicht. Vind hij of zij dat lekker? Laat je baby op een warme dag ook eens met blote benen rondkruipen. Kan hij zelf al zijn sokjes uittrekken? Speel een kriebelspelletje als hij/zij met een blote buik op het aankleedkussen ligt. Praat tijdens een verschoonmoment met je kind over warm en koud. Heeft hij het warm? Wil hij dan misschien een slokje water? Heeft hij het koud? Wil hij een lekkere doek om? Smeer de baby s en kinderen op een zonnige dag in met zonnebrand. Vertel de kinderen wat je doet en benoem de lichaamsdelen die je insmeert. Kunnen de oudere kinderen helpen zichzelf insmeren? Buiten spelen: Besteed bij het buiten spelen extra aandacht aan het weer. Is het buiten warm of koud, waarom denken de kinderen dat? Moeten we een dikke jas aan, of is dat niet nodig? Wijs. Als de zon schijnt, op hun schaduw. Als ze het warm hebben tijdens het buitenspelen, vraag ze dat wat ze kunnen doen om een beetje af te koelen. Laat baby s en kinderen bij mooi, warm weer ook eens op hun blote voeten in het gras lopen en in de zandbak. Denk ook aan de bescherming van de kinderhuid en vergeet de zonnebrand niet. Kunnen de oudere kinderen zelf al crème op hun armen en gezicht smeren?

4 Aan tafel: Praat over de temperatuur van het eten of drinken dat op tafel staat. Is de thee warm of koud? En de appelsap? Hoe kun je dat voelen? Besteed aandacht aan de temperatuur in huis. Vindt hij/zij het warm of koud? Hoe kun je zien dat iemand het koud of warm heeft? Ga in op het weer. Hoe kun je zien dat het warm is buiten? Zal het ook warm zijn als het hard regent buiten? Vrij spel: Op de groepen richten wij een ijscohoek in, waar kinderen ijsjes kunnen kopen en verkopen en een verkleedhoek waar zowel winter- als zomerkleding liggen. Thuis kun je bijvoorbeeld boekjes en puzzels neerleggen die gaan over warm en koud. Ga tijdens het spel in op wat de kinderen doen. Benoem de gezichtsuitdrukkingen die de kinderen maken en die ze op de afbeeldingen zien, bijvoorbeeld op puzzels, platen en in boekjes. Samen een klusje doen: Betrek je kind bij kleine klusjes in het huishouden. Geef je kind een doekje om na het eten de tafel schoon te maken. Of maak een teiltje sop en laat je kind zijn eigen speelgoed schoonmaken. Kijk naar wat je kind al kan en reageer hier enthousiast op. Ontdekken: Geef je kind een teiltje water waar hij lekker met zijn handen in kan plonzen. Geef hem ook wat speeltjes in het teiltje zoals, een bakje, plastic flesje of een badeendje. Het leukste is natuurlijk dat de ouder mee speelt. Zorg ten aller tijde dat er toezicht is! Bewegen: Een strandbal is heel geschikt voor jonge kinderen. Doordat de bal zo licht is, beweegt hij langzamer dan een gewone bal. Je kind heeft dan meer tijd om de bal te volgen en te vangen. Rol of gooi de bal naar je kind. Kan hij de bal al pakken of vangen??

5 Liedjes die we gaan zingen: Parapluutje, parasolletje Parapluutje, parasolletje De ene voor de regen de andere voor de zon! Moriaantje zo zwart als roet, Ging eens wandelen zonder hoed, Maar de zon scheen op haar bolletje, Daarom droeg ze een parasolletje Spetter spetter spat, Ik word klets, kledder nat, Ik huppel in de regen daar kan ik wel tegen, Spetter spetter spat, Ik word klets kledder nat Lekker rennen in je blootje, Schelpen zoeken op het strand, Varen in een rubber bootje, Zonnen in een warm land, En overal is zand, zand op je boterham en zand in je haar Bah wat voelt dat naar, Zand in je oren van achter en van voren Zand, zand, zand Bijenlied (Melodie: Ik stond laatst voor een poppenkraam) Ik stond laatst voor een bijenhuis, o, o, o, en alle bijen waren thuis, zo, zo, zo. De Koningin die ging op reis, de bijen raakten van de wijs. Ze deden allemaal zo... ze deden allemaal zo... Boekjes die we gaan lezen: Dikkie dik naar het strand (Jet Boeke) Nijntje in de sneeuw (Dick Bruna) Plons! (Martin Waddell en Jill Barton) Brrr! wat koud (Uk en Puk knieboek) Het grote avontuur van egel (M. Christina Butler) Saar in de zomer (Pauline Oud) Bobbi op de kinderboerderij (Ingeborg Bijlsma en Monica Maas)