Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad"

Transcriptie

1 Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad Victor Dobbe, secretaris/(programma)manager Zuidvleugel Vastgesteld in het directeurennetwerk Zuidvleugel, november 2015

2 Inhoud SAMENVATTING INLEIDING Achtergrond Aanpak HOE GAAT HET NU EN WAAR MOET HET NAARTOE? Trends en ontwikkelingen Hoe gaat het nu? Wat moet er veranderen? Hoofdlijnen van een eerste stap naar verandering In de regio samen sterk: Economie en Bereikbaarheid: Brede ruimtelijk-economische koers voor het verstedelijkte gebied: Samenwerking met het Rijk: HOE KOMEN WE VAN A NAAR B? Procesvoorstel Basisvoorstellen Uitwerkingsvoorstellen Programma s Sturing en overleggen Bijeenkomsten en communicatie Coördinatie en ondersteuning Financiering VERVOLGPROCES

3 SAMENVATTING In de Zuidelijke Randstad vinden als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen momenteel veel organisatorische verschuivingen plaats. De regionale organisaties Holland-Rijnland en Midden-Holland zijn in verandering naar regionale netwerkorganisaties, de WGR-plus regio s Rotterdam en Haaglanden zijn opgeheven en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) is opgericht, met als onderdelen vervoersautoriteit en economisch vestigingsklimaat. Daarnaast is er een nieuw college van GS van de provincie Zuid-Holland aangetreden en hebben de provincie en de MRDH hun samenwerking geïntensiveerd. Er zijn ook stappen gezet in de samenwerking van de overheid met kennisinstellingen en bedrijfsleven, onder meer met het oprichten van de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ) en InnovationQuarter (IQ, de regionale ontwikkelingsmaatschappij Zuidvleugel). Het bestuurlijk landschap is momenteel aan stevige verandering onderhevig en het zal nog enige tijd kosten om een nieuw evenwicht te vinden in de onderlinge verhoudingen, ook tussen overheid en samenleving. Ondanks de aanwezige potentie, talloze fysieke investeringen, 3.5 mln. inwoners en 25% BNP, blijven de prestaties van de Zuidvleugel van de Randstad (de sterk verstedelijkte Zuidelijke Randstad) nog teveel achter, denk aan hoge werkloosheid, noodzaak tot innovatie, etc., zeker in vergelijking tot Brabantstad en de Metropoolregio Amsterdam (MRA) én de A2-corridor, maar ook internationaal. De agglomeratiekracht wordt niet genoeg benut. Er is weliswaar veel bereikt en veel geïnvesteerd in het gebied, maar de publieke-publieke samenwerking op de schaal van de Zuidelijke Randstad is er niet goed aan toe: er is geen sterk gemeenschappelijk verhaal van de overheden zelf (met scherpe keuzes), de overheidscoalities zijn niet sterk genoeg (vakbestuurders en vakdirecteuren zien elkaar ook te weinig op de schaal van de Zuidelijke Randstad) en de energie van overheden voor samenwerking in de Zuidelijke Randstad is te beperkt, mede vanwege de ingewikkelde structuren en de vele overleggen, maar ook vanwege een te klassieke aanpak (de overheid regelt het wel of helemaal niet). Het gaat teveel over de vorm en te weinig over de inhoud. Daarnaast spelen niet alle relevante overheden een directe rol, zoals de middelgrote steden, waardoor het draagvlak broos is. Deze situatie is, ook in het kader van de samenwerking met het Rijk in het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad (en andere samenwerkingen met het Rijk), geen goede zaak voor het versterken van de internationale concurrentiekracht van de regio. Het rijk kiest (niet) en de regio vormt geen vuist (meer). Inhoudelijk gezien zullen de toekomstopgaven voor het verstedelijkte gebied (vernieuwing economie, bereikbaar en samenhangend metropolitaan gebied én energietransitie) echt gezamenlijk door overheden, in samenhang en over grenzen en schalen heen, moeten worden opgepakt, en op een adaptieve wijze (met bedrijven en kennisinstellingen), willen we voorkomen dat we de boot internationaal missen en onze steden de groei niet kunnen accomoderen. De Zuidelijke Randstad als gebied is daarbij relevant gelet op het daily urban system, waarbij een behoefte bestaat aan denkkracht en uitvoeringskracht, maar ook efficiëntie en effectiviteit. Daarnaast zal het Rijk voor het MIRT blijven inzetten op het niveau van de Zuidelijke Randstad, is er na 2028 weer MIRT-geld (waarvoor de voorbereidingen starten) en komt de nationale omgevingsvisie eraan. Dat vraagt om een krachtige en eenduidige inzet van de regio (lobbykracht) op basis van de inhoud, ook in andere samenwerkingen met het Rijk. Samenwerkingsverband Zuidvleugel (1997) is een informele samenwerking op de schaal van de Zuidelijke Randstad, tussen de provincie Zuid-Holland, de gemeenten Rotterdam en Den Haag en de regio s MRDH, Holland-Rijnland, Midden-Holland en Drechtsteden, gericht op het verstedelijkte gebied. Ook in de Noordvleugel (Metropoolregio Amsterdam) en in Brabant (Brabantstad) zijn er dergelijke samenwerkingen. De Zuidvleugelsamenwerking is nu onder meer gericht op de samenwerking met het Rijk via het BO MIRT in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad, maar ook de verstedelijkingsstrategie en wonen van de Zuidvleugel, Stedenbaan (knooppuntontwikkeling) en 3

4 tijdelijke projecten. Het Samenwerkingsverbandverband is niet de enige samenwerking op de schaal van Zuidelijke Randstad, denk aan de samenwerking provincie-mrdh, de EPZ, IQ, Programmabureau warmte-koude, de landsdelige OV- en Spoortafel, de regietafels groen, het Ambtelijk Mobiliteitsoverleg Zuidvleugel (AMOZ), etc., maar op dit moment wel de meest integrale en gebiedsdekkende publiekpublieke samenwerking. Oud overzicht Zuidvleugel Op dit moment is nog niet aan te geven hoe de onderlinge verhoudingen in de regio zich zullen ontwikkelen en ook een structurele herschikking van overheidsstructuren lijkt niet aanstaande. Toch zal er wel spoedig wat moeten veranderen in de samenwerking van de overheden op de schaal van de Zuidvleugel van de Randstad (Zuidelijke Randstad), omdat de opgaven daarom vragen. Ook de samenleving vraagt daarom: wat gaan de overheden doen? Bottom-up alleen volstaat daarbij niet. In dit voorstel wordt een aanzet gegeven om de overheidssamenwerking op de schaal van de Zuidelijke Randstad in verandering te brengen, gericht op het gezamenlijk aangaan van de inhoudelijke opgaven met gezamenlijke denkkracht, uitvoeringskracht en lobbykracht (naar het Rijk). Als eerste stap wordt daarom het Samenwerkingsverband Zuidvleugel per 1 januari 2016 omgevormd naar een netwerk Zuidelijke Randstad. In dit publiek-publieke netwerk van de Zuidelijke Randstad wordt tussen overheden op inhoud gezamenlijkheid georganiseerd op de strategische ruimtelijkeconomische koers voor het verstedelijkte gebied, gericht op het versterken van de internationale concurrentiekracht. De samenwerking met het Rijk in het BO MIRT in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad (waarin vanuit de regio meer focus op uitvoering komt) heeft in het netwerk een nauwe relatie met een te maken gemeenschappelijk en richtinggevend verhaal van de Zuidelijke Randstad (met scherpe keuzes), evenals netwerksamenwerking rond de voort te zetten Verstedelijkingsstrategie en Wonen én Stedenbaan. Het zal meer gaan om netwerksamenwerking en - sturing, waarbij acties zoveel mogelijk bij logische partners worden belegd. Dit betekent dat niet iedere partner overal aan mee hoeft te doen en dat wordt aangesloten op daar waar de drijvende kracht zit. De plus-gemeenten en/of middelgrote steden met een stedelijke kern én centrumfunctie (Leiden, Alphen, Zoetermeer, Gouda, Westland, Delft, Dordrecht) worden uitgenodigd om naast de huidige partners medeverantwoordelijk te worden voor het netwerk. De provincie legt daarbij directer de relatie met de meer landelijke regio s in het zuiden en oosten. Elke (niet-)overheid die geen partner is en een bijdrage wil leveren kan echter deel uit maken van een inhoudelijke coalitie. 4

5 Daarnaast ontstaat in het netwerk inhoudelijke samenhang in het breed ruimtelijk-economisch domein, tussen de domein ruimte (en wonen), bereikbaarheid en economie, via vakbestuurders, (-)directeuren en strategen. Dit in nauwe afstemming met de EPZ als dé integrale publiek-private economic board en het AMOZ als hét integrale ambtelijk mobiliteitsplatform van de Zuidelijke Randstad. De overheden zullen wel scherper moeten gaan maken wat hun eigen verhaal is en wat hun eigen rol is in het geheel. Het betekent ook dat de partners elkaar directer op houding en gedrag moeten aanspreken en dat de samenwerking gebaseerd moet zijn op gelijkwaardigheid en elkaar wat gunnen/ruimte geven. Daarvoor is het in ieder geval noodzakelijk dat de vakbestuurders en (vak)directeuren van de diverse overheden elkaar meer zien dan thans het geval is. De Commissaris van de Koning en de Burgemeesters spelen hier als ambassadeurs van (boven)regionale samenwerking ook een cruciale rol in. Maar de gezamenlijkheid komt ook tot uiting in het breder vooraf afstemmen van de BO MIRT-agenda met bestuurders in de regio én het bestuurlijk gesprek dat op de bestuurlijke tafels van de provincie plaatsheeft. Omdat alle overheden in transitie zijn en iedereen op zoek is naar nieuw evenwicht, is het niet realistisch om te veronderstellen dat er op dit moment één natuurlijke eigenaar (of samenwerking) voor dit netwerk kan opstaan, er is nog een stootkussen nodig waarvoor iedereen verantwoordelijk is. Dit vraagt om blijvende inzet en menskracht in het netwerk van de betrokken overheden. De provincie neemt het voortouw waar dat logisch is/zij bevoegd is, bijvoorbeeld rond de inbreng in de nationale omgevingsvisie, waarmee een eerste stap wordt gezet naar een gemeenschappelijk verhaal van regio zelf, maar ook de formele kaders rond de Verstedelijkingsstrategie en Wonen én Stedenbaan. De samenwerking wordt herijkt en versimpeld en de inhoud wordt voorop gesteld: minder praten en minder overleggen/bijeenkomsten en meer focus en doen. Daarbij kunnen digitale middelen behulpzaam zijn, zoals teleconferencing. Wat verandert er concreet? Samenwerkingsverband Zuidvleugel wordt per 1 januari 2016 netwerk Zuidelijke Randstad, hét publiek-publieke netwerk waarin voor de Zuidelijke Randstad gezamenlijke denkkracht, uitvoeringskracht en lobbykracht van overheden ontstaat. Naast de huidige partners, worden de plus-gemeenten en/of middelgrote steden met een stedelijke kern én centrumfunctie (Leiden, Alphen, Zoetermeer, Gouda, Westland, Delft, Dordrecht) uitgenodigd om als partner medeverantwoordelijk te worden in het netwerk, zijnde belangrijke spelers in de trek naar de stad en voor de ruimtelijk-economische opgaven. De provincie legt daarbij directer de relatie met de meer landelijke regio s in het zuiden en oosten. Elke (niet-)overheid die geen partner is en kan echter een bijdrage leveren in een coalitie. Er wordt in het netwerk meer samenhang georganiseerd tussen economie, ruimte (en wonen), bereikbaarheid en de diverse gremia, onder meer met (het ambtelijk malietorenberaad van) de EPZ, het AMOZ en de landsdelige OV- en Spoortafel. Op de werkvloer wordt samenwerking georganiseerd tussen de diverse secretariaten daarvan. Zuidvleugelprogramma s worden aangescherpt en/of elders in het netwerk belegd. De coördinatie BO MIRT in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad, de coördinatie van de netwerkfunctie rond Verstedelijkingstrategie en Wonen én de Stedenbaan blijven centrale programma s, maar zullen sterker gericht zijn op het bundelen van denkkracht, het maken van keuzes en het uitvoeren daarvan. De (tijdelijke) projecten Mobiliteitsinnovatie en Onderwijs-Arbeidsmarkt, worden elders in het netwerk belegd, respectievelijk bij de samenwerking PZH-MRDH en de samenwerking in de EPZ, omdat daar de drijvende kracht is georganiseerd (logische partners) De provincie neemt het voortouw rond de inbreng in de Nationale Omgevingsvisie, waarmee een eerste stap wordt gezet naar een gemeenschappelijk verhaal van regio zelf, en blijft primair verantwoordelijk voor de formele kaders rond de Verstedelijkingsstrategie en Wonen én Stedenbaan. Eenmaal per jaar heeft er een conferentie Zuidelijke Randstad plaats (al dan niet gezamenlijk met de EPZ) waar betrokkenen in de regio zich buigen over de koers, voortgang van de uitvoering en de lobbyboodschappen. 5

6 Zuidvleugeloverleggen worden in het netwerk zoveel mogelijk afgebouwd, maar er blijft een mechanisme nodig om vorm en inhoud te geven aan de netwerksamenwerking en sturing: Het bestuurlijk platform Zuidvleugel wordt definitief opgeheven. Er wordt voortaan zoveel mogelijk gebruik gemaakt van bestaande bestuurlijke tafel(s) van de provincie, waarin vakbestuurders van de partners tenminste twee keer per jaar breed met elkaar afstemmen, bij voorkeur in één nieuw te vormen bovenregionale ruimtelijk-economische bestuurlijke tafel. Bezien wordt of bestuurlijk platform Stedenbaan en de poho s Wonen en Verstedelijking daar op termijn in op zouden kunnen gaan, dit is onder meer afhankelijk van de evaluatie bestuurlijk platform Stedenbaan. Periodiek vinden er bijeenkomsten plaats tussen de tussen de CdK en de burgemeesters van de steden (sommigen voorzitters van regio s) als ambassadeurs van regionale samenwerking. Het directeurennetwerk Zuidvleugel wordt opgeheven. Daarvoor in de plaats komt één directeurenoverleg Zuidelijke Randstad (georganiseerd in het netwerk) met een meer inhoudelijke opzet, waarin de (vak)directeuren van de partners tenminste twee keer per jaar breed met elkaar afstemmen over de inhoudelijke programma s en gezamenlijk sturing geven aan het netwerk. Dit is feitelijk de hoogambtelijke tafel van het netwerk. Ambtelijke werkgroepen worden zoveel mogelijk samengevoegd in één strategisch netwerk Zuidelijke Randstad bestaande uit de strategen en projectleiders van de partners (de inhoud bepaalt wie wanneer aan tafel moet komen). Het werkverband Stedenbaan kan daar op termijn in op gaan. Het middenmanagement van de partners wordt meer betrokken, zodat er in het netwerk meer verbinding ontstaat tussen directie en werkvloer. Het middenmanagement wordt aanspreekpunt voor de secretaris van het netwerk inzake de netwerksamenwerking en sturing. Ten aanzien van het instrument BO MIRT, blijft de huidige bestuurlijke delegatie BO MIRT, bestaande uit provincie, MRDH, Rotterdam, Den Haag (al dan niet aangevuld met roulerend een bestuurder van de andere partners en in afstemming met de EPZ) het BO MIRT bestuurlijk voorbereiden, daar waar de ambtelijke delegatie DO Rijk-Regio, bestaande uit provincie, MRDH, Rotterdam, Den Haag (al dan niet aangevuld met roulerend een directeur van de andere partners en in afstemming met het AMOZ) dat ambtelijk zal blijven doen. De inhoudelijke inbreng in het BO MIRT en het DO Rijk-Regio zal echter altijd gebaseerd moeten zijn op de voortdurende brede afstemming die in het netwerk plaats heeft, bijvoorbeeld door het vooraf afstemmen van de BO MIRT-agenda met bestuurders in de regio in het voorjaar. De bestuurlijke delegatie komt tenminste twee keer per jaar bijeen, waar mogelijk gecombineerd met vergaderingen van bestuurlijke tafels van de provincie, en de ambtelijke delegatie tenminste vier keer per jaar, gecombineerd met vergaderingen van het directeurenoverleg. Tegelijkertijd fungeren de delegaties als dagelijks aanspreekpunt voor het netwerk en voor de coördinatie en ondersteuning van het netwerk. Netwerksamenwerking en -sturing Zuidelijke Randstad 6

7 Een coördinerend en ondersteunend bureau Zuidelijke Randstad, onder leiding van de secretaris van het netwerk, zal, net zoals nu, gefaciliteerd worden bij de provincie met medeverantwoordelijkheid en op kosten van alle partners. Inzet van medewerkers van de partners bij het bureau blijft mogelijk. In de afgelopen jaren hebben aanzienlijke incidentele kosten het tevens aanzienlijke eigen vermogen van de Zuidvleugel (en Stedenbaan) nagenoeg uitgeput. Daardoor hoefde de structurele bijdrage de afgelopen jaren niet omhoog. Deze incidentele kosten worden in het netwerk afgebouwd tot nihil. Voor de structurele kosten van het netwerk (bureau- en programmakosten) blijven de huidige structurele bijdragen van de partners, via de huidige verdeelsleutel, noodzakelijk en ongewijzigd (totaal , waarvan voor Zuidvleugel en voor Stedenbaan). Voor de EPZ moet nog een oplossing gevonden worden. In het najaar van 2016 start een tussentijdse evaluatie om te bezien of er aanleiding is tot het zetten van een tweede stap in de verandering van de overheidssamenwerking. 7

8 1. INLEIDING 1.1 Achtergrond Het gebied Zuidvleugel betreft het verstedelijkte deel van Zuid-Holland dat loopt van: a. Leiden tot en met Dordrecht én b. delen van het Groene Hart en de Zuidwestelijke Delta. Tegenwoordig ook wel de Zuidelijke Randstad genoemd. Samenwerkingsverband Zuidvleugel (1997) is een samenwerking tussen de provincie Zuid-Holland, de gemeenten Rotterdam en Den Haag en de regio s MRDH, Holland-Rijnland, Midden-Holland en Drechtsteden. Ook in de Noordvleugel (Metropoolregio Amsterdam) en in Brabant (Brabantstad) zijn er dergelijke samenwerkingen. De Zuidvleugelsamenwerking is nu gericht op: Samenwerking met het Rijk via de coördinatie MIRT/Voorbereiding BO MIRT in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad. Verstedelijkingsstrategie en Wonen. Stedenbaan (knooppuntontwikkeling). Tijdelijke financiering Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ). Tijdelijke onderwijs/arbeidsmarkt (EPZ-actielijn) en projecten mobiliteitsinnovatie (PZH-MRDH). Het informele Samenwerkingsverband wordt ondersteund door een coördinerend en ondersteunend bureau waar mede personeel van de partners te werk wordt gesteld (gedetacheerd of om niet ). Iedere partner levert een jaarlijkse bijdrage in geld en menskracht. Van iedere partner heeft een directeur zitting in het Directeurennetwerk Zuidvleugel. De vakbestuurders van de partners hebben zitting in diverse bestuurlijke gremia (al dan niet van de provincie), zoals de POHO s Verstedelijking en Wonen, het Bestuurlijk Platform Stedenbaan en de delegatie BO MIRT. Het integrale bestuurlijk platform Zuidvleugel is op dit moment slapend als gevolg van verschuivende onderlinge verhoudingen (afschaffing WGR+, oprichting vervoerregio s en vorming landsdelen). Het Samenwerkingsverbandverband is niet de enige samenwerking op de schaal van Zuidelijke Randstad, denk aan de samenwerking provincie-mrdh, de EPZ, IQ, Programmabureau warmtekoude, de landsdelige OV- en Spoortafel, de regietafels groen, het Ambtelijk Mobiliteitsoverleg Zuidvleugel (AMOZ), etc., maar op dit moment wel de meest integrale en gebiedsdekkende publiekpublieke samenwerking. In de Zuidelijke Randstad vinden momenteel veel organisatorische verschuivingen plaats. De regionale organisaties Holland-Rijnland en Midden-Holland zijn in verandering naar regionale netwerkorganisaties, de WGR-plus regio s Rotterdam en Haaglanden zijn opgeheven en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) is opgericht, met als onderdelen vervoersautoriteit en economisch vestigingsklimaat. Daarnaast is er een nieuw college van GS van de provincie Zuid- Holland aangetreden en hebben de provincie en de MRDH hun samenwerking geïntensiveerd. Er zijn ook stappen gezet in de samenwerking van de overheid met kennisinstellingen en bedrijfsleven, onder meer met het oprichten van de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ) en InnovationQuarter (IQ, voorheen de regionale ontwikkelingsmaatschappij Zuidvleugel). Het bestuurlijk landschap is momenteel aan verandering onderhevig en het zal nog enige tijd kosten om een nieuw evenwicht te vinden in de onderlinge verhoudingen te komen, ook tussen overheid en samenleving. Op dit moment is nog niet aan te geven hoe de onderlinge verhoudingen in de regio zich zullen ontwikkelen en ook een structurele herschikking van de overheidsstructuren lijkt niet aanstaande. Toch zal er wel spoedig wat moeten veranderen in de samenwerking van de overheden op de schaal van de Zuidvleugel van de Randstad (Zuidelijke Randstad), omdat de opgaven daarom vragen. Ook de samenleving vraagt daarom: wat gaan de overheden doen? Bottom-up alleen volstaat niet. 8

9 1.2 Aanpak In dit voorstel wordt een aanzet gegeven voor een eerste stap om de overheidssamenwerking op de schaal van de Zuidelijke Randstad in verandering te brengen, vanuit de gedachte dat goede publiekpublieke verhoudingen, randvoorwaardelijk zijn voor goede publiek-private verhoudingen. Centraal staat het functioneren van de publiek-publieke samenwerking in de Zuidvleugel, waarbij wordt gekeken naar de strategische ruimtelijk-economische opgaven op de schaal van de Zuidelijke Randstad, gericht op de internationale concurrentiekracht van het gebied. Hierbij worden ook relaties gelegd met andere samenwerkingen en wordt over grenzen en schalen heen gekeken. Centrale vraag: a) bij welke ruimtelijk-economische opgaven op de schaal van de Zuidelijke Randstad voelen de overheden urgentie en is er besef om deze gezamenlijk op te pakken; b) hoe zien de overheden elkaars rol en positie daarin en wat kunnen zij zelf bijdragen; c) hoe kunnen de overheden daarvoor gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen en hoe kunnen zij deze opgaven samen verder brengen? Analyse samenwerking op ambities, belangen, relatie, organisatie en proces. Energie benutten op de inhoud: aansluiting bij gedachten, behoeften en initiatieven. Literatuurstudie en onderzoeksrapporten, bijv. Economische Monitor, PBL, Elsevier. Gesprekken met de zeven partners van Samenwerkingsverband Zuidvleugel: bestuurlijk en ambtelijk. Ambtelijke gesprekken met het Rijk: onderdelen IenM, RWS, EZ, BZK. Maar ook bestuurlijke en ambtelijke gesprekken met partijen die actief zijn in en rond de Zuidelijke Randstad, maar geen partner zijn: (Centrum)steden: Leiden, Dordrecht, Delft, Zoetermeer, Alphen, Gouda, Rotterdam, Den Haag Gemeenten rond de (centrum) stedelijke kernen: Katwijk, Noordwijk, Hillegom, Nieuwkoop, Zuidplas, Waddinxveen, Krimpen, Lansingerland, Westland, Rijswijk, Sliedrecht, Papendrecht, Zwijndrecht, etc.. Kennisinstellingen: TNO, drie universiteiten, etc.. Bedrijven: Siemens, Technolution, RTHA, HTM, RET, NS, ProRail, etc.. Grensoverschrijdende platforms: Deltri, Vlaams-Nederlandse Delta, Greenport Aalsmeer, Groene Hart/Convenant Alphen-Woerden-Gouda. Relevante overheden buiten de Zuidelijke Randstad: Haarlemmermeer, Woerden, Breda, Regio West-Brabant. Andere (boven)regionale REOS-spelers: Brabantstad, Metropoolregio Eindhoven, Metropoolregio Amsterdam, Stadsregio Amsterdam. 9

10 2. HOE GAAT HET NU EN WAAR MOET HET NAARTOE? 2.1 Trends en ontwikkelingen De maatschappij verandert rap: individualisering, internationalisering, informatisering, innovatie en impact van klimaat/grondstoffen, zorgen voor grote dynamiek en onzekerheid over de toekomst. Het belang van (groot)stedelijke regio s voor internationale concurrentie neemt toe en het benutten van agglomeratievoordelen komt daarbij steeds meer centraal te staan: 1. Het blijvend en in samenhang investeren in een samenhangend metropolitaan gebied: a. het (leefbaar) accommoderen van de trek naar de stad en b. voor het bereikbaar houden van de (groot)stedelijke regio s, en 2. het (duurzaam) vernieuwen van de economie, waaronder energietransitie lijken dé strategische ruimtelijk-economische opgaven te zijn voor de internationale concurrentiekracht. Deze opgaven zijn complex en weerbarstig: één enkele overheid maakt niet meer het verschil of heeft hét antwoord én de klassieke aanpak (probleem-geld-oplossing) werkt vaak niet meer. Overheden moeten vaker verschillende rollen invullen, waarbij het vooral gaat om toevoeging van waarde. Wisselende coalities, ook met de samenleving, integraler kijken én opgavegerichtheid zijn nodig (adaptief werken). Overheden pakken dit op en zijn volop in transitie. Deze opgaven spelen zich af op het (boven)regionale niveau: Zuidelijke Randstad, zo niet het (sub)nationale: Randstad. Nederlandse (centrum)steden krijgen daarin gestaag een centraler positie omdat deze opgaven daar het meest manifest worden. Het belang en de zichtbaarheid van de dynamiek is in de steden ook het grootst. (Groot)stedelijke regionale netwerkorganisaties zijn tegelijkertijd in opkomst. Nederlandse (centrum)steden kunnen deze opgaven immers niet alleen aan, omdat bewoners en bedrijven niet aan grenzen zijn gebonden (grens- en schaalontkennend), het Daily Urban System in de praktijk groter is dan de (centrum)steden, de Nederlandse steden op zichzelf te klein zijn om massa te kunnen maken (polycentriciteit) en de stedelijke politiek steeds meer binnenstedelijk gericht is geraakt. Provincies maken daarvoor ook steeds meer de slag naar netwerkend werken. De financiering van opgaven (door overheden) staat onder druk en de formele overheidsstructuur staat vaak op gespannen voet met de opgaven. Het Rijk trekt zich daarbij steeds meer terug, maar start op deze opgaven wel verschillende beleidstrajecten: agenda stad, nationale omgevingsvisie, REOS, etc. Ook houdt het Rijk de regie via wet- en regelgeving en blijft het Rijk het geld (niet) verdelen. De Rijksfinanciering stokt echter en ook verandering van de overheidsstructuur is niet aanstaande. Tegelijkertijd worden decentrale overheden geconfronteerd met snelle en ingrijpende veranderingen. 10

11 2.2 Hoe gaat het nu? Ondanks de aanwezige potentie, talloze fysieke investeringen, 3.5 mln. inwoners en 25% BNP, blijven de prestaties van de sterk verstedelijkte Zuidelijke Randstad nog teveel achter, denk aan hoge werkloosheid, noodzaak tot innovatie, etc., zeker in vergelijking tot Brabantstad en de Metropoolregio Amsterdam (MRA) én de A2-corridor, maar ook internationaal. De agglomeratiekracht wordt niet genoeg benut. Het benoemen van het gebied de Zuidvleugel is ontstaan in een tijd van nationale structuurdiscussies (Randstad, Holland 8, etc.) en in een tijd van veel MIRT-geld, waarbij niet altijd scherpe keuzes hoefden te worden gemaakt. Het ging vooral op het verdelen van Rijksprojectengeld. De urgentie voor samenwerking op het niveau van de Zuidelijke Randstad is thans mede verminderd vanwege het ontbreken van (Rijks)geld in het huidige tijdsgewricht. De Zuidvleugel als projectenmachine is niet meer. Te lage economische prestaties (hoge werkloosheid, noodzaak tot innovatie, etc.) en concurrentie met andere regio s maken de situatie echter urgent: Rijk en Regio moeten in actie komen. De strategische ruimtelijk-economische opgaven op de schaal van de Zuidelijke Randstad, worden door de overheden niet of nauwelijks gezamenlijk en in samenhang opgepakt: er is sprake van versplintering. De vakbestuurders en (vak)directeuren zien elkaar ook te weinig op het niveau van de Zuidelijke Randstad. Strategische informatie ontbreekt en er is geen scherp gemeenschappelijk verhaal van de regio zelf, inclusief te maken keuzes. De vraagstukken zullen echt samen (en over grenzen en schalen heen) moeten worden opgepakt, willen we voorkomen dat we de boot internationaal gezien missen en onze steden vastlopen. Er is behoefte aan meer gezamenlijke denkkracht en uitvoeringskracht, maar ook aan commitment van het Rijk. De huidige aanpak van het gebied samen met het Rijk, via BO MIRT in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad, geeft op dit moment tegelijkertijd te weinig energie. Dit komt vooral omdat er door Rijk en Regio wel veel wordt onderzocht, maar te weinig wordt gekozen en gedaan. De Zuidvleugel is daardoor teveel een praatclub met het Rijk geworden. Het Rijk zal voor het MIRT echter blijven inzetten op het niveau van de Zuidelijke Randstad, er is na 2028 weer MIRT-geld (waarvoor de voorbereidingen starten) en de Nationale Omgevingsvisie komt eraan. Dat vraagt om een krachtiger en eenduidiger inzet van de regio (lobbykracht) dan thans het geval is, ook in andere samenwerkingen met het Rijk. En daar is weer een gemeenschappelijk verhaal voor nodig, waar de relevante overheden invloed op kunnen uitoefenen. In de afgelopen jaren is er in Zuidvleugelverband veel samengewerkt en met goed resultaat. De context is echter gewijzigd door opheffing van de WGR+, de oprichting van de MRDH en het toenemende belang van (groot)stedelijke regio s en (centrum) steden. De (groot)stedelijke regio s vinden zichzelf opnieuw uit als faciliterende/ regisserende netwerkorganisaties, zie Holland-Rijnland, Midden-Holland en Drechtsteden. Veel van de (centrum)steden die stakeholder zijn en waar het belang en de zichtbaarheid van de ruimtelijk-economische opgaven het grootst zijn (Leiden, Alphen, Zoetermeer, Gouda, Westland, Delft, Dordrecht) spelen in de Zuidvleugelsamenwerking echter geen of slechts een 11

12 indirecte rol. Ook de relatie met het zuid-noordoostelijk landelijke gebied is nog niet duidelijk gelegd. Deze overheden willen zelf ook invloed kunnen uitoefenen als ze nodig zijn voor gezamenlijkheid. Daar moet de Zuidvleugelsamenwerking nog op worden aangepast, het draagvlak is nu te broos. Veel van de huidige Zuidvleugelpartners zijn daarnaast erg met zichzelf, de eigen oplossingen en de eigen rol bezig en dat gaat ten koste van het strategisch vermogen en scherpe keuzes. Er lijkt niet genoeg besef te zijn dat de strategische ruimtelijk-economische opgaven juist ook op de schaal van de Zuidelijke Randstad urgent zijn en op een gezamenlijke en adaptieve wijze moeten worden opgepakt, in wisselende coalities en op wisselende schalen en in wisselende gebieden. Het kan niet meer als één overheid alleen, het zal in een netwerk moeten. Dat kost tijd en kan niet simpel worden opgelost. Het brengt ook met zich mee dat gelijkwaardig partnerschap, het elkaar wat gunnen/ruimte geven en het elkaar aanspreken op houding en gedrag belangrijker zijn geworden. Voor de relatie met de samenleving is dit cruciaal, omdat een verdeelde overheid triple-helix-samenwerking verder bemoeilijkt. Complicerend is verder dat het verhaal van de overheden zelf vaak niet sluitend is en ook niet scherp is wat ze over welke grens en schaal kunnen brengen en halen om het geheel sterker te maken. Het gaat vaak over aan tafel zitten, projecten krijgen en bestuurlijke drukte, los van de complexiteit van vraagstukken. Het gaat daardoor vaak over de vorm, terwijl het juist moet gaan om meerwaarde creëren bij opgaven en dat in een netwerk: je draagt bij of je praat niet mee. Dit is ook een belangrijke reden waarom het bestuurlijk platform Zuidvleugel niet meer actief is. Dat pleit in ieder geval voor het centraal stellen van de inhoud en een grote rol van vakbestuurders, -directeuren en strategen, die elkaar dus ook periodiek moeten zien. De Zuidvleugelpartners maken, al dan niet gezamenlijk gebruik, van vele eigen instrumenten, in de vorm van tafels, overleggen, samenwerkingen, met eigen netwerk en -ondersteuning. Dit tot ergernis van velen: het is niet meer te volgen en te organiseren, wat levert het nu allemaal op en door wiens hoepel moeten we heen? Dat speelt de Zuidvleugelsamenwerking ook parten: het kost teveel tijd, leidt te weinig tot gezamenlijk handelen en wordt teveel verward met iets van de provincie, hetgeen belemmert. Het middenmanagement is daarnaast nog niet altijd goed aangehaakt bij de samenwerking. Voorts kan de relatie met (het ambtelijk malietorenberaad) van de EPZ, de OV- en Spoortafel en het AMOZ directer gelegd worden, ook in de ondersteuning. Dit kan en moet beter en makkelijker, zeker omdat voor overleggen digitale middelen als teleconferencing breed beschikbaar zijn. Er is behoefte aan efficiëntie en effectiviteit, maar ook aan samenhang. Omdat alle overheden in transitie zijn en iedereen op zoek is naar nieuw evenwicht, is het niet realistisch om te veronderstellen dat er op dit moment één natuurlijke eigenaar (of samenwerking, bijv. PZH-MRDH) voor een netwerk kan opstaan, er is nog een stootkussen nodig, waarvoor iedereen verantwoordelijk is. Inzet en betrokkenheid van overheden blijven dus onverkort benodigd. Netwerksamenwerking en - sturing is tegelijkertijd niet te organiseren met een simpel model. Denkkracht, uitvoeringskracht en lobbykracht in een netwerk vragen immers om intensief afstemmen, het eigen verhaal en de eigen rol op orde hebben en scherpe keuzes durven te maken. Het domein economie behandelt de strategische opgaven, bijvoorbeeld in de EPZ, maar dat begint en eindigt grotendeels met ruimtelijk(-economische) keuzes. Daarnaast is elke overheid op dit domein op dit moment op zoek naar de juiste balans tussen overheden en tussen overheden en samenleving. Het domein bereikbaarheid behandelt de opgaven ook, bijvoorbeeld in het AMOZ, maar het lijkt thans nog lastig om het domein zelf integraal te benaderen. Zo is er bijvoorbeeld geen integraal bestuurlijk mobiliteitsoverleg en de landsdelige OV- en Spoortafel is weliswaar bestuurlijk, maar niet integraal. Daarnaast speelt er in dit domein nog een discussie over de vervoerregio. Op het breed ruimtelijk-economisch domein: transformatie, gebiedsontwikkeling, knooppunten, duurzaamheid, etc., zit meer energie voor een gemeenschappelijke strategische koers en lijkt sneller meer integraliteit en samenhang te kunnen ontstaan tussen ruimte (en wonen), bereikbaarheid en economie. Op het breed ruimtelijke-economisch domein mist echter wel een bovenregionaal platform, bestuurlijk en ambtelijk. 12

13 2.3 Wat moet er veranderen? Er is veel bereikt en ook veel geïnvesteerd in het gebied, maar de overheidssamenwerking en de economische prestaties op de schaal van de Zuidelijke Randstad zijn voor verbetering vatbaar, zeker in vergelijking tot Brabantstad en de Metropoolregio Amsterdam (MRA) én de A2-corridor. Ondanks de aanwezige potentie, talloze fysieke investeringen, 3.5 mln. inwoners en 25% BNP wordt de agglomeratiekracht niet genoeg benut en is er geen sterk gemeenschappelijk verhaal (met scherpe keuzes) van de overheden zelf. Het rijk kiest (niet) en de regio vormt geen vuist (meer). En het maakt de relatie met de samenleving nog complexer. De overheden zullen op de schaal van de Zuidelijke Randstad één verhaal moeten vertellen, willen ze effect sorteren bij het Rijk (lobbykracht) en naar de samenleving. Daarvoor moet wel duidelijk zijn welke overheid wat kan toevoegen. Dit is het tijdsgewricht om een doorbraak te bereiken in de publieke samenwerking in de Zuidelijke Randstad. Inhoudelijk gezien zal dit gewoon moeten, willen we voorkomen dat we de boot internationaal missen en dat onze steden vastlopen: het gaat om het versterken van de internationale concurrentiekracht! Het is ook voorwaardelijk voor een goede relatie met wat de samenleving doet. Een gezamenlijke koers op de strategische ruimtelijk-economische opgaven voor het verstedelijkte gebied is nodig, met scherpe keuzes (denkkracht en uitvoeringskracht). Daarvoor is een netwerk benodigd en een blik van overheden over schalen en grenzen heen. De Zuidvleugelsamenwerking levert te weinig resultaat op, (centrum)steden zitten nu niet of onvoldoende aan tafel, de verhouding overheid-samenleving is in verandering en de onderlinge verhoudingen zijn in beweging, terwijl er op de korte termijn wel veel op de Zuidelijke Randstad af komt en de opgaven voor de toekomst echt gezamenlijk en adaptief zullen moeten worden opgepakt. Een vernieuwde netwerksamenwerking van provincie, (centrum)steden en (groot)stedelijke regio s is benodigd, waar ieder zich verantwoordelijk voor voelt, gebaseerd op gelijkwaardig partnerschap, elkaar wat gunnen/ruimte geven en elkaar aanspreken op houding en gedrag. Het zal tijd kosten om de overheidssamenwerking op de schaal van de Zuidelijke Randstad te verbeteren. Een publiek-publiek netwerk (informeel samenwerkingsverband) van overheden blijft vooralsnog noodzakelijk. Alle (groot)stedelijke regio s en (centrum)steden zullen als stakeholders daarbij een bijdrage moeten leveren, ook in inzet en menskracht. Het bouwen van een netwerksamenwerking is daarin een eerste stap. Het moet in het netwerk gaan om inhoud en de vorm moet daarbij passen. Dat pleit voor een grote rol van vakbestuurders en (vak)directeuren die elkaar ook periodiek moeten zien. Het zal meer gaan om netwerksamenwerking en -sturing, waarbij acties zoveel mogelijk bij logische partners worden belegd. Elke (niet-) overheid die een bijdrage kan leveren aan de inhoudelijke opgaven kan daarbij deel uit maken van een inhoudelijke coalitie. Samen oppakken, wat echt samen moet en dat licht en flexibel organiseren (efficiëntie en effectiviteit). De provincie kan een prominente rol spelen als het gaat om (ruimtelijke) bevoegdheden en de relatie tussen steden, stedelijke regio s en het landelijke gebied. Hetzelfde geldt voor andere partners, zoals de MRDH en bijvoorbeeld de samenwerking provincie-mrdh. Op het brede ruimtelijk-economisch domein zit verbindende energie en kan samenhang ontstaan tussen ruimte (en wonen), bereikbaarheid, economie én diverse gremia. De EPZ kan daarbij fungeren als hét integrale triple-helix platform economie. Ambtelijk kan het AMOZ zorgen voor integraliteit op bereikbaarheid. Wel zullen de onderlinge relaties steviger gelegd moeten worden. 13

14 2.4 Hoofdlijnen van een eerste stap naar verandering In de regio samen sterk: Elkaar meer opzoeken op de schaal van de Zuidelijke Randstad en het debat aangaan voor welke strategische opgaven we staan, wie wat op welke schaal en over welke grens heen kan bijdragen en elkaar aanspreken op de gezamenlijke inzet en gelijkwaardig partnerschap: dit is aan alle overheden. Als overheden het eigen verhaal verbeteren (wat willen we?) en met anderen de eigen rol bepalen (wat kunnen we bijdragen?). Het moet gaan om de inhoud en gelijkwaardig partnerschap (elkaar gunnen). Periodieke afstemming CDK en burgemeesters (centrum)steden als ambassadeurs. Jaarlijkse conferentie Zuidelijke Randstad aan de hand van een monitor Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad: hoe staan we ervoor en wat gaan we doen? Economie en Bereikbaarheid: Op deze domeinen tijd nemen en ruimte geven om op inhoud het proces los te trekken: een opgave voor de samenwerking provincie-mrdh, (het ambtelijk malietorenberaad van) de EPZ en het AMOZ. Samenwerkingsprojecten provincie-mrdh EPZ Koers 2020 als handelingsperspectief economie Ambtelijk integraliteit op het domein bereikbaarheid organiseren: AMOZ Brede ruimtelijk-economische koers voor het verstedelijkte gebied: Snel bouwen aan een proces om de inhoud los te trekken, daarin verbindingen te leggen tussen ruimte (en wonen) met bereikbaarheid en economie en te zorgen voor denkkracht en uitvoeringskracht, maar op een efficiënter en effectiever wijze: een gezamenlijke opgave voor een vernieuwd publiek netwerk Zuidelijke Randstad van (centrum)steden, provincie en (groot)stedelijke regio s. Bouwen van een breed ruimtelijk-economisch publiek netwerk op bovenregionaal niveau van vakbestuurders, -directeuren en -strategen, inclusief een verbinding met (het Malietorenberaad van de) EPZ, OV- en Spoortafel, AMOZ, etc.. Tevens het middenmanagement meer betrekken. Benutten van de Nationale Omgevingsvisie om te komen tot een gemeenschappelijk en richtinggevend verhaal richting het Rijk en voor de regio zelf (voortouw provincie). Structureren en synchroniseren van de gebiedsagenda s van de relevante overheden in de regio. Kennisdeling en informatie-uitwisseling; totstandkoming strategische informatie. Agendering, signalering en bemiddeling daar waar dat de samenwerking helpt. Stedenbaan en Verstedelijkingstrategie & Wonen hernieuwd op de kaart. Herbezien opzet programma s/projecten én versimpelen governance (overleggen en bijeenkomsten) mede in relatie tot de bestuurlijke gremia van de provincie, de samenwerking provincie-mrdh, etc.. De provincie neemt in het netwerk het voortouw waar dat logisch is en/of zij bevoegd is op wettelijke taken, hetzelfde geldt voor andere partners zoals de MRDH en bijv. de samenwerking provincie-mrdh. Ondersteuning/financiering netwerk bundelen met ondersteuning/financiering EPZ, ondersteuning AMOZ en OV- en Spoortafel Samenwerking met het Rijk: In dat netwerk Zuidelijke Randstad de lobbykracht versterken ten aanzien van het MIRT in relatie tot de adaptieve gebiedsagenda Zuidelijke Randstad (en andere samenwerkingen met het Rijk). Rotterdam, Den Haag, MRDH en provincie blijven het voortouw in het BO MIRT nemen, mede vanwege de provincie als middenbestuur (vertegenwoordiger Zuid-Holland), het belang van de twee grote steden en hun agglomeratie en de twee vervoersautoriteiten. De inhoudelijke inbreng in het BO MIRT zal echter gebaseerd moeten zijn op de brede afstemming die in het netwerk plaats heeft. Opbrengsten EPZ en OV- en Spoortafel directer koppelen aan het MIRT/Adaptieve Gebiedsagenda. Meer focus op keuzes en de uitvoering daarvan: commitment van het Rijk. 14

15 3 HOE KOMEN WE VAN A NAAR B? 3.1 Procesvoorstel De veranderopgave is een doorlopend traject, waarbij sprake is van een groeimodel. De voorstellen in dit stuk zijn pas een eerste stap, een tweede stap zal op termijn moeten volgen. De wereld kan er over één of twee jaar immers weer anders uitzien, denk aan de veranderende onderlinge verhoudingen, maar ook de verhouding overheid samenleving. In het najaar van 2016 start daarom een tussentijdse evaluatie om medio 2017 voor 2018 te kunnen bijsturen. Het Directeurennetwerk Zuidvleugel is gezamenlijk verantwoordelijk voor de veranderopgave. Dit betekent dat iedere directeur een bijdrage zal moeten leveren aan het succes ervan. Dit zit hem met name in het vertellen van het veranderverhaal (waarom doen we dit?). Denk hierbij ook aan afstemming met (het ambtelijk malietorenberaad van) de EPZ en het AMOZ. Het Directeurennetwerk is daarenboven zelf verantwoordelijk voor het verkrijgen van een akkoord voor de verandering bij de eigen ambtelijke top en het eigen bestuur. Dat zit hem in het organiseren van draagvlak en zichtbaarheid (van wie mag dit?). Het Directeurennetwerk stuurt in de eigen organisatie op het totstandkomen van het eigen verhaal (hoe dragen we als overheid bij aan internationale concurrentiekracht van de regio?) en op het betrekken van middenmanagement in het netwerk. De directeuren, het middenmanagement en de strategen spreken elkaar aan op gezamenlijk urgentiebesef en verantwoordelijkheid nemen. Het moet gaan om de inhoud en om gelijkwaardigheid. De directeurenretraite van 5 november kan gebruikt worden voor keuzes rond de uitwerking van organisatie en inhoud. In december staat de werkagenda voor 2016 centraal. Op 1 januari 2016 moeten de contouren van de organisatie staan, incl. partners, financiering, ondersteuning, communicatie, etc. Dat is echter pas het begin en niet het einde. In 2016 wordt er doorveranderd, waarbij vooral de inzet van de partners zelf cruciaal is. 15

16 3.2 Basisvoorstellen Het gaat voortaan om een dynamische netwerksamenwerking en -sturing. Voor acties wordt in het netwerk steeds aan de hand van de inhoud bekeken met welke partners (binnen en buiten het netwerk), incl. EPZ, OV- en Spoortafel en AMOZ, iets moet worden opgepakt en wie daarin het voortouw heeft (bestuurlijk en ambtelijk). Wisselende coalities (ook met niet-verheden) zijn mogelijk, maar afhankelijk van de inhoud. De uiteindelijke afstemming en prioritering heeft echter altijd plaats met alle partners in het netwerk. Het netwerk neemt, net zoals nu, geen besluiten voor of namens de partners, deze zullen door de overheden zelf genomen worden (waar dat aan de orde is). Er is dus geen sprake van overdracht van bevoegdheden. De naam wordt per 1 januari 2016 gewijzigd naar netwerk Zuidelijke Randstad, hét publiek-publieke netwerk waarin voor de verstedelijkte Zuidelijke Randstad gezamenlijke denkkracht, uitvoeringskracht en lobbykracht van overheden ontstaat. De samenwerking op de brede ruimtelijk-economische koers van de Zuidelijke Randstad komt in dit netwerk centraal te staan (lange en middellange termijn). De samenwerking met (en lobby naar) het Rijk via BO MIRT in relatie met de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad blijven daarbij de kern vormen, maar met meer focus op keuzes en de uitvoering daarvan. Een scherp gemeenschappelijk en richtinggevend verhaal van de regio zelf is daarvoor voorwaardelijk, evenals kennis- en informatiedeling, en moet daaraan gekoppeld worden. Daarnaast blijven de opgaven rond Stedenbaan (knooppuntwikkeling) en Verstedelijkingsstrategie en Wonen in het netwerk geadresseerd worden, met een nadruk op netwerksamenwerking en kennis- en informatiedeling. De provincie neemt daarbij het voortouw waar dat logisch is/zij bevoegd is, bijv. de formele kaders rond Stedenbaan en Verstedelijking en Wonen. Voorstel: Er wordt in het netwerk meer samenhang georganiseerd tussen economie, ruimte (en wonen), bereikbaarheid en de diverse gremia, onder meer met (het ambtelijk malietorenberaad van) de EPZ, het AMOZ en de landsdelige OV- en Spoortafel. Op de werkvloer wordt samenwerking georganiseerd tussen de diverse secretariaten. Naast de huidige partners: provincie, (groot)stedelijke regio s en de twee grote (centrum)steden, staat deelname aan het netwerk in eerste instantie open voor plus-gemeenten en/of middelgrote steden met een stedelijke kern én een centrumfunctie (Leiden, Alphen aan den Rijn, Gouda, Dordrecht, Westland, Delft en Zoetermeer). In de (centrum)steden is het belang van de trek naar de stad en de zichtbaarheid van de ruimtelijk-economische opgaven het grootst. De provincie organiseert (indirecte) betrokkenheid (bestuurlijk en ambtelijk) van de landelijke regio s Hoeksche Waard, Goeree-Overflakkee en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, aangezien hier weliswaar geen middelgrote steden aanwezig zijn, maar er wel een sterke relatie is en gelegd moet worden met het verstedelijkte gebied. Elke (niet- )overheid die geen partner is en een bijdrage wil leveren kan echter deel uit maken van een inhoudelijke coalitie. De provincie neemt in het netwerk het voortouw in het vorm en inhoud geven aan een gezamenlijke inbreng in de Nationale Omgevingsvisie en de afstemming daarover. Dit kan worden gezien als een eerste stap naar het gemeenschappelijk en richtinggevend verhaal van de regio zelf (naar het Rijk) en in relatie tot de Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad. Voorstel: Voor het instrument BO MIRT blijven Rotterdam, Den Haag, MRDH en provincie het voortouw in nemen, mede vanwege de provincie als middenbestuur (vertegenwoordiger Zuid-Holland), het belang van de twee grote steden en hun agglomeratie en de twee vervoersautoriteiten, maar wel in nauwe afstemming met het netwerk. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het breder vooraf afstemmen van de BO MIRT-agenda met bestuurders in de regio. De governance van het netwerk wordt simpeler en meer overzichtelijk. Zuidvleugelprogramma s en projecten worden aangescherpt en waar wenselijk elders in het netwerk belegd. Urgentie en prioritering staan centraal, gericht op netwerksamenwerking. Zuidvleugeloverleggen worden waar mogelijk gecombineerd met bestaande gremia of afgebouwd. De inhoud gaat zoveel mogelijk bepalen met wie, 16

17 wanneer en hoe, overlegd moet worden, gericht op netwerksturing, en met behulp van digitale middelen zoals teleconferencing. Daarbij wordt tevens zoveel mogelijk gebruikt van bestaande tafels, bijvoorbeeld van de provincie. Betrokkenheid, inzet in menskracht en geld én inhoudelijke bijdragen van de partners blijven nodig, maar zijn afhankelijk van de inhoud, waarbij geldt: je draagt bij of je praat niet mee. Voor de ondersteuning van het netwerk blijft een klein en slagvaardig bureau Zuidelijke Randstad nodig, dat het netwerk, de programma s/projecten en bestuurlijke en ambtelijke overleggen coördineert en ondersteunt. Ook speelt het bureau een rol in signalering, agendering en bemiddeling. Het bureau kan voorts ondersteunende werkzaamheden verrichten voor de secretarissen van de OV- en Spoortafel, het AMOZ en de EPZ. Het bureau zal alle partners moeten bedienen, onafhankelijkheid is dus benodigd. Tijdelijke inzet van de partners in het bureau (detachering of om niet ) blijft mogelijk en is ook noodzakelijk. Het bureau blijft gefaciliteerd door de provincie, maar blijft ook de verantwoordelijkheid van alle partners, waarbij de partners gezamenlijk de coördinatie en ondersteuning betalen (inclusief werkbudget) en de bezetting bepalen. De opzet van de MIRT-trajecten zelf blijft ongewijzigd: de organisatie, projectleiding, ondersteuning en bekostiging is aan de (samenwerkende) partners in het netwerk zelf. 17

18 3.3 Uitwerkingsvoorstellen Programma s De inhoudelijke programma s van het netwerk moeten bijdragen aan de ruimtelijk-economische koers van de Zuidelijke Randstad (lange en middellange termijn) ter versterking van de internationale concurrentiekracht en de samenwerking daarvoor met (en de lobby naar) het Rijk. Het organiseren van gezamenlijke denkkracht, uitvoeringskracht en lobbykracht, rond de strategisch ruimtelijk-economische opgaven voor het gebied staan voorop. In dat kader wordt een aantal vraagstukken steeds relevanter: Trek naar de stad en de relatie met rurale krimp. Transformatie binnensteden, campusontwikkeling en knooppuntontwikkeling. Quality of life: groen en water. Internationale connectiviteit, last mile-bereikbaarheid en robuuste/betrouwbare netwerken. De omgeving als bedreiging: slappe bodem, waterveiligheid, externe veiligheid. Teruglopende investeringscapaciteit decentrale overheden. Next Economy: circulair, energiebesparend, gedigitaliseerd/gerobotiseerd. De coördinatie BO MIRT in het netwerk wordt gericht op: Voorbereiding van de BO MIRT-agenda en stukken samen met Zeeland. Vroegtijdige signalering van punten die op het BO MIRT moeten en/of kunnen komen. Afstemming ter voorbereiding van het BO MIRT binnen en buiten het netwerk, bijv. met andere (grensoverschrijdende) platforms, andere landsdelen, POHO s verstedelijking en wonen, bestuurlijk platform Stedenbaan, bestuurlijke tafels ruimte, EPZ, OV- en Spoortafel, AMOZ. Overzicht lobby rond BO MIRT. Terugkoppeling en follow-up BO MIRT-besluiten. Monitoring van de voortgang van en afstemming tussen MIRT-trajecten. Verder doorvoeren vernieuwing MIRT en de MIRT-samenwerking met Zeeland. De coördinatie adaptieve gebiedsagenda Zuidelijke Randstad in het netwerk wordt gericht op: Adaptieve Gebiedsagenda Zuidelijke Randstad (AGZR) als kader voor het BO MIRT. Beleggen van opgaven uit en het koppelen van initiatieven aan de AGZR: wie doet wat? Monitor Adaptieve Gebiedsagenda: jaarlijks rapporteren over de voortgang en tegelijkertijd actuele en urgente trends en ontwikkelingen beschrijven (en knelpunten en kansen): wat is er nodig? Communicatie over de adaptieve gebiedsagenda en de adaptieve werkwijze: hoe doen we het? Structureren en synchroniseren van de gebiedsagenda s van de verschillende overheden. Relatie leggen met EPZ-agenda, REOS, Agenda Stad, Agenda samenwerking Provincie-MRDH. Totstandkoming gemeenschappelijk strategische informatie. Een koppeling met het verhaal van de regio zelf (naar het Rijk), via de inbreng in de Nationale Omgevingsvisie die wordt voorbereid door de provincie. De coördinatie Stedenbaan wordt in het netwerk gericht op: Agenderen belang knooppuntontwikkeling; bewaking business case Oude Lijn. Gezamenlijke afstemming visie en beleid rond OV, ketenbereikbaarheid en gebiedsontwikkeling. Aanjagen kwaliteit stationsomgevingen: o o o Stedelijk wonen. Alliantievorming en experimenteerruimte. Uitvoeringsagenda Ketenmobiliteit en ketengesprekken. Communicatie; Stedenbaanmonitor, Stedenbaanconferentie en kennisbijeenkomsten. De coördinatie Verstedelijkingsstrategie en Wonen krijgt vorm via provinciale bevoegdheden en activiteiten van regio s en gemeenten (steden). Het programma wordt omgezet naar een flexibel netwerkmodel, waarbij de coördinatie van het programma bij het bureau wordt opgepakt, maar de acties meer bij de natuurlijke partners komen te liggen. 18

Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad

Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad Naar een netwerk Zuidelijke Randstad Een eerste stap in het veranderen van de overheidssamenwerking op het niveau van de Zuidvleugel van de Randstad Victor Dobbe, secretaris/(programma)manager Zuidvleugel

Nadere informatie

Adaptieve Gebiedsagenda / Investeringsprogramma. Victor / Klaas

Adaptieve Gebiedsagenda / Investeringsprogramma. Victor / Klaas Adaptieve Gebiedsagenda / Investeringsprogramma Victor / Klaas Ondertussen in de regio Roadmap Next Economy Oeso-rapport Investeringsprogramma / Tordoir Real Life Testing Ground NOA / NOVI REOS Monitor

Nadere informatie

Nieuwe fase in samenwerking in de regio

Nieuwe fase in samenwerking in de regio Nieuwe fase in samenwerking in de regio Presentatie voor de gemeenteraad Opbouw MRDH en Afbouw Haaglanden 2 september 2014 Aanleiding voor de presentatie MRDH: Consultatiepakket gemeenten om daadwerkelijke

Nadere informatie

De colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Vianen, Nieuwegein, IJsselstein, Utrecht, Stichtse Vecht, De Bilt, Zeist, Bunnik en Houten

De colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Vianen, Nieuwegein, IJsselstein, Utrecht, Stichtse Vecht, De Bilt, Zeist, Bunnik en Houten 1 Bestuursconvenant Mobiliteit in grootstedelijk Utrecht De colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Vianen, Nieuwegein, IJsselstein, Utrecht, Stichtse Vecht, De Bilt, Zeist, Bunnik en

Nadere informatie

Bestuursconvenant samenwerking U10-gemeenten

Bestuursconvenant samenwerking U10-gemeenten Bestuursconvenant samenwerking U10-gemeenten De colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Utrecht, Stichtse Vecht, Vianen, Woerden en Zeist

Nadere informatie

Adviescommissies VA & EV MRDH

Adviescommissies VA & EV MRDH ANALYSE- & OPLOSSINGSRICHTINGENFASE MIRT ONDERZOEK BEREIKBAARHEID ROTTERDAM DEN HAAG Adviescommissies VA & EV MRDH 12 april 2017 Investeringsstrategie MRDH RIJK -> MIRT: Samenhang strategische trajecten

Nadere informatie

Programma Regionaal Platform 20 april 2016 Locatie: Van der Valk Hotel, Aalsterweg 322 te Eindhoven

Programma Regionaal Platform 20 april 2016 Locatie: Van der Valk Hotel, Aalsterweg 322 te Eindhoven Programma Regionaal Platform 20 april 2016 Locatie: Van der Valk Hotel, Aalsterweg 322 te Eindhoven Tijd Vanaf 12.00 uur Activiteit Inloop met broodjeslunch 13.00 uur Opening en welkom, mededelingen 13.15

Nadere informatie

Presentatie OESO rapport. Lennart Harpe Ferrie Förster. 17 maart en de relatie met Delft, Parel in de Randstad

Presentatie OESO rapport. Lennart Harpe Ferrie Förster. 17 maart en de relatie met Delft, Parel in de Randstad Presentatie OESO rapport en de relatie met Delft, Parel in de Randstad Lennart Harpe Ferrie Förster 17 maart 2016 OESO = Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling In opdracht van MRDH en

Nadere informatie

Van Lodewijk Lacroix Telefoon Onderwerp Voorbereiding BO MIRT en gebiedsprogramma bereikbaarheid Rotterdam Den Haag

Van Lodewijk Lacroix Telefoon Onderwerp Voorbereiding BO MIRT en gebiedsprogramma bereikbaarheid Rotterdam Den Haag Grote Marktstraat 43 Postbus 66 2501 CB Den Haag Telefoon 088 5445 100 E-mail: informatie@mrdh.nl Internet: www.mrdh.nl Bankrekeningnummer: NL96 BNGH 0285 1651 43 M E M O KvK nummer:62288024 Aan Bestuurscommissie

Nadere informatie

Proces MRA agenda II. 28 juni 2018 Ilknur Dönmez

Proces MRA agenda II. 28 juni 2018 Ilknur Dönmez Proces MRA agenda II 28 juni 2018 Ilknur Dönmez 3-7-2018 1 Lang geleden... 2014 Stadsregio naar Vervoerregio; Convenant, MRA bureau Februari 2016: lancering ruimtelijk- economische Actie agenda 2016-2020

Nadere informatie

Investeringsstrategie MRDH

Investeringsstrategie MRDH Investeringsstrategie MRDH Aanleiding De economische ontwikkeling van de MRDH blijft achter bij die van Amsterdam en Eindhoven en zeker bij die van andere Europese metropolitane regio s Agenda Economisch

Nadere informatie

Het verbinden van water en MIRT VAN WENS NAAR MEERWAARDE

Het verbinden van water en MIRT VAN WENS NAAR MEERWAARDE Het verbinden van water en MIRT VAN WENS NAAR MEERWAARDE Rond het verbinden van water en ruimte zijn al veel stappen gezet. In het kader van de Vernieuwing van het MIRT is door Rijk, provincies en waterschappen

Nadere informatie

Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Marion Stein secretaris/algemeen directeur Stadsgewest Haaglanden m.stein@haaglanden.nl

Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Marion Stein secretaris/algemeen directeur Stadsgewest Haaglanden m.stein@haaglanden.nl Metropoolregio Rotterdam Den Haag Marion Stein secretaris/algemeen directeur Stadsgewest Haaglanden m.stein@haaglanden.nl 2 3 Metropoolregio by night feb 2012 4 Aanleiding voor Metropoolregio RDH [1] Randstad

Nadere informatie

NETWERK ZUIDELIJKE RANDSTAD WERKPLAN EN BEGROTING 2016

NETWERK ZUIDELIJKE RANDSTAD WERKPLAN EN BEGROTING 2016 1. Inleiding In de Zuidelijke Randstad vinden als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen momenteel veel organisatorische verschuivingen plaats. De regionale organisaties Holland-Rijnland en Midden-Holland

Nadere informatie

Functieprofiel Coördinerend Financial Engineer Provincie Zuid-Holland

Functieprofiel Coördinerend Financial Engineer Provincie Zuid-Holland Functieprofiel Coördinerend Financial Engineer Provincie Zuid-Holland Provincie Zuid-Holland Coördinerend Financial Engineer Samenvatting De ondernemende Provincie Zuid Holland is actief in het samenwerkingsverband

Nadere informatie

DORDRECHT. Aan. de gemeenteraad

DORDRECHT. Aan. de gemeenteraad *P DORDRECHT Retouradres: Postbus 8 3300 AA DORDRECHT Aan de gemeenteraad Gemeentebestuur Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT T 14 078 F (078) 770 8080 www.dordrecht.nl Datum 4 december 2012 Begrotingsprogramma

Nadere informatie

OV Plannen 2040 Den Haag, Rotterdam en tussengebied

OV Plannen 2040 Den Haag, Rotterdam en tussengebied OV Plannen 2040 Den Haag, Rotterdam en tussengebied Waarom 3 OV sub-metropolitane plannen 2040? Vergroten kansen voor mensen, economie, plekken, efficiënt en duurzaam. Hoe door ontwikkelen OV-netwerk?

Nadere informatie

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND WERK ALS ÉÉN OVERHEID De fysieke en sociale leefomgeving van Nederland gaan de komende decennia ingrijpend veranderen. Transities in de energievoorziening, de landbouw,

Nadere informatie

Overdrachtsdossier regionale samenwerking

Overdrachtsdossier regionale samenwerking Overdrachtsdossier regionale samenwerking Dit document geeft een kort en bondig overzicht van de regionale samenwerking in de Metropoolregio Eindhoven. Het overzicht is gesorteerd per gremium, met een

Nadere informatie

Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems

Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid Jaar van de Ruimte 2015 VvG congres 12 november 2014 Nathalie Harrems Directie Ruimtelijke Ontwikkeling Wat is er aan de hand? Tijdperk van de

Nadere informatie

Kadernota 2019 Holland Rijnland op Koers?

Kadernota 2019 Holland Rijnland op Koers? Kadernota 2019 Holland Rijnland op Koers? Op koers? Regeerakkoord Gemeenteraadsverkiezingen College programma s Nieuw bestuur DB en AB Besluit evaluatie DVO/ TWO 2 Het begint bij de kadernota SMART begroting

Nadere informatie

Anna Van Raes^e'tstraat 37' Postbus 1, 2636 ZG Schipluiden. ' ééé Midden-Delfland tio.s^so-.,.. f(0,5) ^ ::

Anna Van Raes^e'tstraat 37' Postbus 1, 2636 ZG Schipluiden. ' ééé Midden-Delfland tio.s^so-.,.. f(0,5) ^ :: m HIP^PI GGHlGCntG Anna Van Raes^e'tstraat 37' Postbus 1, 2636 ZG Schipluiden ' ééé Midden-Delfland tio.s^so-.,.. f(0,5)3809992 ^ :: g e m e e n t e @ m i d d e n d e l f l a n d. n l, I w w w. m i d d

Nadere informatie

HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10

HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10 REP HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10 14 december 2018 Wat is REP? Door de huidige forse groei van wonen en werken in de regio Utrecht en nieuwe thematische ruimtevragen als energie

Nadere informatie

Portefeuillehouder Verkeer Edwin Konings, Chiel de Jager

Portefeuillehouder Verkeer Edwin Konings, Chiel de Jager agendapunt : B-3 vergaderdatum : 3 september 2015 onderwerp : BO MIRT najaar 2015 aangemeld door : behandelend ambtenaar : paraaf afdelingshoofd : Portefeuillehouder Verkeer Edwin Konings, Chiel de Jager

Nadere informatie

DE KRACHT VAN MIDDEN-HOLLAND: REGIO VAN VERBINDING

DE KRACHT VAN MIDDEN-HOLLAND: REGIO VAN VERBINDING DE KRACHT VAN MIDDEN-HOLLAND: REGIO VAN VERBINDING STRATEGISCHE AGENDA REGIO MIDDEN-HOLLAND 2019-2023 Bodegraven-Reeuwijk Krimpenerwaard Gouda Waddinxveen Zuidplas juli 2019 I. DE KRACHT VAN MIDDEN-HOLLAND:

Nadere informatie

Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau

Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau Inhoud De MRA: Ambitieus MRA Convenant Besluitvormingsproces Structuur van de MRA: Netwerksamenwerking Raden & Staten betrekken MRA Bureau Zaanstreek-Waterland / MRA Noord Ambitie & Potentieel Visie &

Nadere informatie

NEXT Landscape. OmgevingslabXL. 15 mei 2017 Susanne Vleeshouwers (gemeente Tilburg)

NEXT Landscape. OmgevingslabXL. 15 mei 2017 Susanne Vleeshouwers (gemeente Tilburg) NEXT Landscape OmgevingslabXL 15 mei 2017 Susanne Vleeshouwers (gemeente Tilburg) NEXT Landscape..? Van traditionele ordening. Economie Ecologie Sociaal naar nieuwe economische dragers. Dat verdient beter

Nadere informatie

Beschrijving regionale arrangementen Leiden, Zwolle, Eindhoven en Rotterdam

Beschrijving regionale arrangementen Leiden, Zwolle, Eindhoven en Rotterdam Eindrapport Beschrijving regionale arrangementen Leiden, Zwolle, Eindhoven en Rotterdam Bijlage 7 bij onderzoeksrapport regionaal arrangement gemeente Dordrecht Frederik van Dalfsen Laurens Vellekoop Anne

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 13 september 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 SEPTEMBER Routekaart energietransitieopgave 2030

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 13 september 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 SEPTEMBER Routekaart energietransitieopgave 2030 Aan de raad AGENDAPUNT NR. 8.3 ALDUS VASTGESTELD 21 SEPTEMBER 2017 Routekaart energietransitieopgave 2030 Te besluiten om: 1. De gidsprincipes voor de energietransitieopgave in Doetinchem vast te stellen,

Nadere informatie

Samenwerkingskracht in Zeeland #HOEDAN?

Samenwerkingskracht in Zeeland #HOEDAN? Samenwerkingskracht in Zeeland #HOEDAN? Rapport commissie Externe Spiegeling Zeeland Voorwoord Het beeld van de Zeeuwse ziekte verdient bijstelling: Zeeuwse overheden werken op veel terreinen samen en

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten. Aan de voorzitter van het Algemeen bestuur van de MRDH Ing. A. Aboutaleb Postbus CB Den Haag

Gedeputeerde Staten. Aan de voorzitter van het Algemeen bestuur van de MRDH Ing. A. Aboutaleb Postbus CB Den Haag Gedeputeerde Staten Contact: J. Ploeger j.ploeger@pzh.nl D.M. Berkhout dm.berkhout@pzh.nl Aan de voorzitter van het Algemeen bestuur van de MRDH Ing. A. Aboutaleb Postbus 66 2501 CB Den Haag Postadres

Nadere informatie

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Verstedelijking Zuidelijke Randstad Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Leiden Rotterdam Inhoud Stedelijke vraag Ruimtelijke kansen Woningbouwplanning Druk op woningmarkt Regionale afstemming Samenwerking

Nadere informatie

Profiel. interim algemeen manager U10 voor de duur van 6 tot 12 maanden

Profiel. interim algemeen manager U10 voor de duur van 6 tot 12 maanden Profiel interim algemeen manager U10 voor de duur van 6 tot 12 maanden Profiel algemeen manager ad interim U10 Algemeen U10 is een netwerksamenwerking, bestaande uit 12 tot 16 gemeenten rondom Utrecht.

Nadere informatie

Statenmededeling. 1. De provincie Noord-Brabant onderschrijft de doelen uit de notitie Contouren Toekomstbeeld OV 2040.

Statenmededeling. 1. De provincie Noord-Brabant onderschrijft de doelen uit de notitie Contouren Toekomstbeeld OV 2040. Statenmededeling Onderwerp Contourennota Toekomstbeeld OV 2040 Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van De landelijke Contouren Toekomstbeeld OV, een belangrijk vervolgdocument in het

Nadere informatie

Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen

Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen in Zuid-Holland? Structin maakt het u makkelijker! Structin is het samenwerkingsverband van netbeheerders voor de coördinatie van de gecombineerde aanleg van ondergrondse

Nadere informatie

Begroting versterkte samenwerking Metropoolregio Amsterdam concept oktober 2016

Begroting versterkte samenwerking Metropoolregio Amsterdam concept oktober 2016 Begroting versterkte samenwerking Metropoolregio Amsterdam concept oktober 2016 Lasten totaal MRA Bureau 1.565.300 Uitvoering MRA Economie - Werkplan PRES 4.950.000 Uitvoering MRA Ruimte - Werkplan PRO

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. S.A. Kurvers (VVD) (d.d. 9 november 2016) Nummer Onderwerp Koop- en huurwoningen Zuid-Holland

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. S.A. Kurvers (VVD) (d.d. 9 november 2016) Nummer Onderwerp Koop- en huurwoningen Zuid-Holland van Gedeputeerde Staten op vragen van S.A. Kurvers (VVD) (d.d. 9 november 2016) Nummer 3238 Onderwerp Koop- en huurwoningen Zuid-Holland Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting De VVD staat voor

Nadere informatie

WERKPLAN 2015 SAMENWERKINGSVERBAND ZUIDVLEUGEL

WERKPLAN 2015 SAMENWERKINGSVERBAND ZUIDVLEUGEL WERKPLAN 2015 SAMENWERKINGSVERBAND ZUIDVLEUGEL Vastgesteld door het Directeurennetwerk Zuidvleugel op 22 januari 2015 Zuidvleugelpartners Provincie Zuid-Holland Gemeente Rotterdam Gemeente Den Haag Metropoolregio

Nadere informatie

Om het beleid en de sturingsvraagstukken invulling te geven, worden bepaalde opgaven van de gemeenten in regionaal verband opgepakt.

Om het beleid en de sturingsvraagstukken invulling te geven, worden bepaalde opgaven van de gemeenten in regionaal verband opgepakt. Oplegvel 1. Onderwerp Hernieuwde ambtelijke inrichting en werkwijze regionale samenwerking jeugd 2. Rol van het Platformtaak volgens gemeente samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Op

Nadere informatie

Evaluatie O&O-fonds. Algemeen Bestuur. Datum 9 december 2015 RWB/AB/AR/

Evaluatie O&O-fonds. Algemeen Bestuur. Datum 9 december 2015 RWB/AB/AR/ Evaluatie O&O-fonds Aan Algemeen Bestuur Datum 9 december 2015 Status Kenmerk Besluit RWB/AB/AR/2015-0674 INLEIDING Op 8 juli heeft het Algemeen Bestuur aangegeven om in haar overleg van 9 december 2015

Nadere informatie

De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt. Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling!

De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt. Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling! De bodem daalt sneller dan de zeespiegel stijgt Tijd voor een innovatieve en integrale aanpak van bodemdaling! In de Nederlandse Delta wonen negen miljoen mensen. Hier wordt zeventig procent van ons inkomen

Nadere informatie

Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020

Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020 Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020 Agribusiness Economie & Logistiek Recreatie & Toerisme maandag 15 juni 2015, bijeenkomst voor raadsleden Naar een nieuw Programma Jaar 2011-2014 2015 2015 2015

Nadere informatie

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018 Strategische Agenda Helmond Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018 Staat van Helmond: Hoofddoelen strategische agenda Centrale ambitie: Meer banen Meer inwoners Meer banen Verwachte groei naar 101.000

Nadere informatie

Model Vervoersregio en Economische Profilering. Beschrijving model

Model Vervoersregio en Economische Profilering. Beschrijving model Model Vervoersregio en Economische Profilering Beschrijving model In dit model richt de samenwerking in de stadsregio zich op de economische profilering en ontwikkeling van het gebied en de daarmee verband

Nadere informatie

Convenant Samenwerking PZH-MRDH

Convenant Samenwerking PZH-MRDH Convenant Samenwerking PZH-MRDH Datum: 1 juli 2016 2 Preambule Voor de ruimtelijke-economische versterking van Zuid-Holland, waaronder de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH), is het noodzakelijk dat

Nadere informatie

Metropoolregio Rotterdam Den Haag en Holland Rijnland

Metropoolregio Rotterdam Den Haag en Holland Rijnland Metropoolregio Rotterdam Den Haag en Holland Rijnland De aanleiding Metropoolregio by night feb 2012 Aanleiding voor Metropoolregio RDH [1] Randstad 2040 (Structuurvisie Rijk, 2008/09) Herwaardering

Nadere informatie

Pilot Zuidelijke Randstad Toekomstbeeld OV. Adviescommissie Va 5 oktober 2016

Pilot Zuidelijke Randstad Toekomstbeeld OV. Adviescommissie Va 5 oktober 2016 Pilot Zuidelijke Randstad Toekomstbeeld OV Adviescommissie Va 5 oktober 2016 Waarom Toekomstbeeld OV Bestuurlijke afspraken PHS zijn gemaakt, met focus op intercity Maar er zijn ontbrekende onderdelen:

Nadere informatie

OEI, IK GROEI! Over de groei van OV in de zuidelijke Randstad

OEI, IK GROEI! Over de groei van OV in de zuidelijke Randstad OEI, IK GROEI! Over de groei van OV in de zuidelijke Randstad De aankomende periode moeten er 240.000 woningen bij DE METRO- POOLREGIO: MEER MENSEN MEER VERVOER HUISHOUDENS 2035 GROEI T.O.V. 2018 < -10.000-10.000

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: 19 december Onderwerp: Voorstel oprichting Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: 19 december Onderwerp: Voorstel oprichting Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: 19 december 2013 Onderwerp: Voorstel oprichting Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. Over te gaan tot het

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: F.L. de Vogel 070-441 63 16 Fl.de.vogel@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl

Nadere informatie

Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA februari 2019

Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA februari 2019 Bezoekadres WTC Amsterdam I-tower, second floor Strawinskylaan 1779 1077 XX Amsterdam info@metropoolregioamsterdam.nl Jaarprogramma Bouwen en Wonen MRA 2019 28 februari 2019 Metropoolregio Amsterdam Pagina

Nadere informatie

Public Affairs. Public Affairs. Adaptieve Agenda Zuidelijke Randstad november 2013

Public Affairs. Public Affairs. Adaptieve Agenda Zuidelijke Randstad november 2013 Public Affairs Adaptieve Agenda Zuidelijke Randstad 2040 5 november 2013 Public Affairs Directeur Ruimtelijk-Economische Strategie de heer Ten Dolle Inhoud Onduidelijkheid terminologie Resultaten Toekomst

Nadere informatie

Sessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit. provincie Zuid-Holland

Sessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit. provincie Zuid-Holland Sessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit provincie Zuid-Holland Nieuwe visie op mobiliteit? Waarom? Nieuwe impulsen: Hoofdlijnenakkoord 2011-2015: versterking economie in combinatie

Nadere informatie

Metropoolregio Amsterdam (MRA) Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)

Metropoolregio Amsterdam (MRA) Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) Metropoolregio Amsterdam (MRA) Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) Laren, 3 mei 2017 Marijn den Uijl Programmamanager Fysiek Domein 1 Regio Gooi en Vechtstreek 2 Regio Gooi en

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Utrecht.nl/onderzoek

Onderzoeksflits. Utrecht.nl/onderzoek Onderzoeksflits Platform31 De concurrentiepositie van Nederlandse steden. Nieuwe inzichten voor de Utrechtse economie en voor intergemeentelijke samenwerking Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling

Nadere informatie

Geachte heer Van Aartsen en heer Aboutaleb

Geachte heer Van Aartsen en heer Aboutaleb Aan de voorzitter van de stadsregio Rotterdam en de voorzitter van het stadsgewest Haaglanden Potsbus 12600 2500 DJ DEN HAAG Datum: Ons kenmerk: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp: 4-09-2012

Nadere informatie

Transformatieplan SRE

Transformatieplan SRE Transformatieplan SRE Deel 2 Governance en samenwerking in de Regio Eindhoven Vastgesteld door de Regioraad op 26 Juni 2013 Geactualiseerd door het Dagelijks Bestuur op 4 november 2013 Inleiding 3 Presentatie

Nadere informatie

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 13 juni 2017 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Behandeld ambtenaar : mw L.G.J van Westbroek E-mailadres: lgj.van.westbroek@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

ECONOMIC BOARD VOORNE-PUTTEN DE ECONOMIE VAN. Ruimte voor wonen, werken, innovatie, recreatie & Toerisme en natuur

ECONOMIC BOARD VOORNE-PUTTEN DE ECONOMIE VAN. Ruimte voor wonen, werken, innovatie, recreatie & Toerisme en natuur ECONOMIC BOARD VOORNE-PUTTEN DE ECONOMIE VAN VOORNE-PUTTEN Ruimte voor wonen, werken, innovatie, recreatie & Toerisme en natuur INHOUD Inleiding 5 De kracht van Voorne-Putten 6 Thema 1: duurzame en bereikbare

Nadere informatie

AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS. Onderwerp: Reactie OESO Rapport

AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS. Onderwerp: Reactie OESO Rapport AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS Kenmerk: 130376 Sector: Secretaris Team : Bestuursadviseur Onderwerp: Reactie OESO Rapport Besluit: 1. Kennis te nemen van de hieronder weergegeven samenvattingen van het

Nadere informatie

Klimaatadaptatie in Zwolle (IJsselvechtdelta)

Klimaatadaptatie in Zwolle (IJsselvechtdelta) Agenda Stad Concernstaf CSADV Stadhuis Grote Kerkplein 15 Postbus 538 8000 AM Zwolle Telefoon (038) 498 2092 www.zwolle.nl Klimaatadaptatie in Zwolle (IJsselvechtdelta) Hoe houden we onze delta leefbaar

Nadere informatie

Samen verder In het sociale domein

Samen verder In het sociale domein Samenvatting Masterplan Samen verder In het sociale domein What if I fall? Oh,but my darling,what if you fly? (gedicht van Erin Hanson) Samen Verder is het programma om de doorontwikkeling van het sociale

Nadere informatie

Presentatie evaluatie RAP

Presentatie evaluatie RAP Presentatie evaluatie RAP Regio Alkmaar PORA Wonen 5 november 2014 Dicky Sijpkens Agenda 1. Achtergrond van de evaluatie 2. Opzet van de evaluatie 3. Algemene bevindingen en verbetervoorstellen 4. Regio

Nadere informatie

De Nieuwe Regio. Voorwoord. Nieuwsbrief nr. 4 - juli 2014 INHOUD. #denieuweregio

De Nieuwe Regio. Voorwoord. Nieuwsbrief nr. 4 - juli 2014 INHOUD. #denieuweregio De Nieuwe Regio Nieuwsbrief nr. 4 - juli Voorwoord INHOUD Voorwoord 1 Proces 2 Het organiseren van 3 de regio Interview met Joost Bernsen Bestuursconvenant 4 Tijdspad 5 Het is alweer even geleden dat de

Nadere informatie

Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District. De VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam verzoeken het college daarom:

Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District. De VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam verzoeken het college daarom: Verzoek VVD, CDA en Leefbaar Rotterdam Aanbieden notitie A16 corridor en Rotterdam University Business District De A16 is voor de Metropoolregio en de Randstad een belangrijke verbinding met Antwerpen,

Nadere informatie

Regionaal Platform 20 april 2016

Regionaal Platform 20 april 2016 Regionaal Platform 20 april 2016 Programma Tijd Activiteit 13.00 uur Opening en welkom 13.15 uur Strategische agenda s metropoolvorming Door Staf Depla 14.00 uur Bereikbaarheidsopgave - stand van zaken

Nadere informatie

Raadsvergadering. Grondslag Samenwerkingsverband U10; strategische agenda (Stepping Stones) en jaarlijks werkplan uit te voeren door EBU

Raadsvergadering. Grondslag Samenwerkingsverband U10; strategische agenda (Stepping Stones) en jaarlijks werkplan uit te voeren door EBU RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 12-05-2016 16-023 Onderwerp Afsluiten convenant tussen EBU en U10 regio Aan de raad, Onderwerp Afsluiten convenant tussen EBU en U10 regio Gevraagde beslissing 1.

Nadere informatie

Bijlage agendapunt 2: Regionale Samenwerking -Notitie Cassee

Bijlage agendapunt 2: Regionale Samenwerking -Notitie Cassee opgesteld door : Dhr. Cassee, op verzoek van de BKG datum opgesteld : 6 juni 2012 Ambtelijke ondersteuning: Camiel van Drimmelen (secretaris BKG), Steef de Looze (Secretaris PRES) iom Germa Bakker (secretaris

Nadere informatie

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET

OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET OMGEVINGSWET Saskia Engbers strateeg Ruimte gemeente Zwolle 25 februari 2016 24-2-2016 wij presenteren u... 2 Opzet presentatie 1. Hoofdlijnen Omgevingswet 2. Hoe past OGW in transformatie

Nadere informatie

Convenant EBU en U10 regio

Convenant EBU en U10 regio Convenant EBU en U10 regio Doel De uitdaging van de regio Utrecht is om de groei te accommoderen en tegelijkertijd de hoge kwaliteit van leven en concurrentiekracht te blijven versterken. Door bundeling

Nadere informatie

Statenvoorstel. Startnotitie Partiële wijziging 2018 Visie ruimte en mobiliteit, Programma ruimte en Verordening ruimte

Statenvoorstel. Startnotitie Partiële wijziging 2018 Visie ruimte en mobiliteit, Programma ruimte en Verordening ruimte Statenvoorstel vergadering september 2017 nummer 7029 Onderwerp Startnotitie Partiële wijziging 2018 Visie ruimte en mobiliteit, Programma ruimte en Verordening ruimte Vergaderdatum GS: 4 juli 2017 Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Nota inzake Economic Development Board

Nota inzake Economic Development Board Nota inzake Economic Development Board Inleiding De economische ontwikkeling van Noord-Limburg krijgt een grote impuls met de campusontwikkeling, maar daarmee zijn niet alle economische uitdagingen deze

Nadere informatie

Onderzoek bestuurlijke toekomst Hoeksche Waard. tussenrapportage

Onderzoek bestuurlijke toekomst Hoeksche Waard. tussenrapportage Onderzoek bestuurlijke toekomst Hoeksche Waard tussenrapportage Samenwerking - Samenvoeging Samenwerking - Samenvoeging Politiek bestuur Dienstverlener Ambtelijke organisatie Bestuurlijke partner Samenwerking

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 mei 2017 U Lbr. 17/028 (070) Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 mei 2017 U Lbr. 17/028 (070) Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 17 mei 2017 Ons kenmerk BB/U201700352 Lbr. 17/028 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) 3 Onderwerp Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering Samenvatting

Nadere informatie

Geachte mevrouw Dekker,

Geachte mevrouw Dekker, Datum 16 mei 2006 Ons kenmerk PNH: 2006 7382 PZH: DRM/ARW/06/4369 Onderwerp Eindrapportage Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer Bollenstreek Bezoekadres Houtplein 33 Haarlem Aan: de minister van VROM, mevrouw

Nadere informatie

Regionaal OV Toekomstbeeld 2040 Noord-Holland en Flevoland

Regionaal OV Toekomstbeeld 2040 Noord-Holland en Flevoland Regionaal OV Toekomstbeeld 2040 Noord-Holland en Flevoland Wat is het regionaal OV Toekomstbeeld? Een gedragen en realistisch beeld op het totale openbaar vervoer in 2040 in de provincies Noord-Holland

Nadere informatie

MRA samenwerking Zaanstreek-Waterland

MRA samenwerking Zaanstreek-Waterland MRA samenwerking Zaanstreek-Waterland Regionale samenwerking Zaanstreek-Waterland 21 september 2016 Vandaag Regionale samenwerking De MRA en de Ruimtelijk-economische Actieagenda 2016-2020 Het MRA-convenant

Nadere informatie

Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN

Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN Aanbiedingsformulier Onderwerp Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN behoudens advies van de Commissie voor Economische Zaken, Grondzaken, Toerisme en Parkeren, bijgaand raadsvoorstel

Nadere informatie

2. Regio Midden-Holland, vertegenwoordigd door haar portefeuillehouders, de heer D. De Haas en de heer C. De Jong;

2. Regio Midden-Holland, vertegenwoordigd door haar portefeuillehouders, de heer D. De Haas en de heer C. De Jong; Afsprakenkader Aanbesteding Openbaar vervoer over de weg in het concessiegebied Zuid- Holland Noord 2020 tussen de provincie Zuid-Holland en de regio s Midden-Holland en Holland Rijnland DE ONDERGETEKENDEN:

Nadere informatie

Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen in Zuid-Holland?

Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen in Zuid-Holland? Ontwikkelt u nieuwbouwwoningen in Zuid-Holland? Structin maakt het u makkelijker! Structin is het samenwerkingsverband van netbeheerders voor de coördinatie van de gecombineerde aanleg van ondergrondse

Nadere informatie

METROPODIREGIO AMSTERDAM

METROPODIREGIO AMSTERDAM METROPODIREGIO AMSTERDAM Postbus 202 woo AE Amsterdam Telefoon 14020 Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Colleges van B&W en GS van de samenwerkende gemeenten, provincies en de Vervoerregio i.o.

Nadere informatie

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT LETTER OF COMMITMENT BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT Vrijdag 2 oktober 2015, 2 e concept Leeswijzer en de relatie van dit document tot andere documenten 1. De afzender van een Letter of Commitment wordt aangeduid

Nadere informatie

Partners in de praktijk: hoe kun je aansluiten bij het Deltaplan? Hank Bartelink, directeur LandschappenNL en partner van het Deltaplan 22 mei 2019

Partners in de praktijk: hoe kun je aansluiten bij het Deltaplan? Hank Bartelink, directeur LandschappenNL en partner van het Deltaplan 22 mei 2019 Partners in de praktijk: hoe kun je aansluiten bij het Deltaplan? Hank Bartelink, directeur LandschappenNL en partner van het Deltaplan 22 mei 2019 Ons veranderverhaal samengevat 5 succesfactoren Creëren

Nadere informatie

Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland

Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland Gemeenteraden Ambitiebepaling, kaderstelling en controle op hoofdlijnen van beleid Besluiten over meerjarenprogramma s speerpunten Besluiten over

Nadere informatie

Holland Rijnland. Commissie BFT Teylingen, 10 mei 2017

Holland Rijnland. Commissie BFT Teylingen, 10 mei 2017 Holland Rijnland Holland Rijnland draagt binnen de regio zorg voor een optimale verbinding, ontmoeting en samenwerking op ruimtelijk, economisch en sociaal gebied. Commissie BFT Teylingen, 10 mei 2017

Nadere informatie

p^^'uid HOLLAND Gedeputeerde Staten Aan de Leden van Provinciale Staten Voortgangsrapportage samenwerken aan een Europese topregio.

p^^'uid HOLLAND Gedeputeerde Staten Aan de Leden van Provinciale Staten Voortgangsrapportage samenwerken aan een Europese topregio. Gedeputeerde Staten p^^'uid HOLLAND Aan de Leden van Provinciale Staten Contact mw I.M. Pirovano T 070-441 7887 im.pirovano@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11

Nadere informatie

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie BLANCO gemeente Eindhoven Raadsnummer 15R6463 Inboeknummer 15bst01200 Beslisdatum B&W 8 september 2015 Dossiernummer 15.37.551 Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie 2015-2018 Inleiding

Nadere informatie

Hier komt tekst Agenda Utrecht. Utrecht.nl

Hier komt tekst Agenda Utrecht. Utrecht.nl Hier komt tekst Agenda Utrecht Hier RIA 15 komt sept ook 2015 tekst Opzet 1. Rijk, EU, onderzoekers en beleidsmakers herontdekken de stad 2. Dat biedt voor snelgroeiend Utrecht in het bijzonder kansen

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Toekomst regionale samenwerking. Bestuur Besluitvorming Toekomst regionale samenwerking. Beleid en regie W. Hilboezen P.J.

Raadsvoorstel. Toekomst regionale samenwerking. Bestuur Besluitvorming Toekomst regionale samenwerking. Beleid en regie W. Hilboezen P.J. Titel Nummer 13/73 Toekomst regionale samenwerking Datum 30 oktober 2013 Programma Fase Onderwerp Bestuur Besluitvorming Toekomst regionale samenwerking Gemeentehuis Bezoekadres Kerkbuurt 4, 1511 BD Oostzaan

Nadere informatie

MRA agenda Metropolitaan landschap. Regiopodium 24 september 2018

MRA agenda Metropolitaan landschap. Regiopodium 24 september 2018 MRA agenda Metropolitaan landschap Regiopodium 24 september 2018 1 MRA actie agenda 2016-2020 Ruimte geven aan wonen en werken Slimmer en innovatiever werken De leefkwaliteit verbeteren Versnellen van

Nadere informatie

Een betrouwbare overheid. Gemeentelijke samenwerking en financiën

Een betrouwbare overheid. Gemeentelijke samenwerking en financiën Een betrouwbare overheid Gemeentelijke samenwerking en financiën 1 Een betrouwbare overheid Bij de ChristenUnie staat de samenleving centraal. Een samenleving die niet het werk is van de overheid maar

Nadere informatie

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West 2030 Station Nieuwe Meer is niet alleen een nieuwe metrostation verbonden met Schiphol, Hoofddorp, Zuidas en de Amsterdamse

Nadere informatie

Stedelijke netwerken als focus voor kennisinfrastructuur

Stedelijke netwerken als focus voor kennisinfrastructuur Stedelijke netwerken als focus voor kennisinfrastructuur Waarom stedelijke netwerken Het zijn concentratiepunten van: Infrastructuur, logistiek, multimodale overstap en verkeersmanagement. Mobiliteitsproblemen:

Nadere informatie

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument Strategische Personeelsplanning Basisdocument SPP als pijler van hr-beleid Om als organisatie in een dynamische omgeving met veel ontwikkelingen en veranderingen

Nadere informatie

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland 2016-2020. Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland 2016-2020. Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland 2016-2020 Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding Wil Zuidoost-Nederland als top innovatie regio in de wereld meetellen, dan zal er voldoende en goed

Nadere informatie

Participatieverslag Nieuw & Anders

Participatieverslag Nieuw & Anders Participatieverslag Nieuw & Anders Op 26 en 31 maart vonden twee bijeenkomsten plaats met de titel Nieuw & Anders plaats. Twee bijeenkomsten die druk bezocht werden door vrijwilligers, verenigingen en

Nadere informatie

Intentieverklaring. Platform voor Overleg, Samenwerking en Besluitvorming. OV-Chipkaart

Intentieverklaring. Platform voor Overleg, Samenwerking en Besluitvorming. OV-Chipkaart Intentieverklaring Platform voor Overleg, Samenwerking en Besluitvorming OV-Chipkaart 1. De minister van Infrastructuur en Milieu, handelend als bestuursorgaan; 2. De gedeputeerde staten van de provincies

Nadere informatie

Openbaar bestuur in regionale ecosystemen voor ondernemerschap

Openbaar bestuur in regionale ecosystemen voor ondernemerschap Openbaar bestuur in regionale ecosystemen voor ondernemerschap G32 BESTUURLIJKE NETWERKDAG 2 Ecosysteem voor ondernemerschap 3 Onderzoeksvraag Hoofdvraag: Wat is de rol van het openbaar bestuur in regionale

Nadere informatie

Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley

Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley Bijlage Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley Bestuurlijk Overleg Noord-Nederland (BONN) 23 mei 2014 Aanleiding In 2013

Nadere informatie

Omgevingsvisie en m.e.r.

Omgevingsvisie en m.e.r. Omgevingsvisie en m.e.r. Nieuwe aanpak voor m.e.r. Kennissessie Commissie m.e.r. - 5 juni 2018 1 Programma kennissessie Welkom en kennismaking Omgevingswet, omgevingsvisies en m.e.r., inleiding Ervaringen

Nadere informatie