p^^'uid HOLLAND Gedeputeerde Staten Aan de Leden van Provinciale Staten Voortgangsrapportage samenwerken aan een Europese topregio.

Transcriptie

1 Gedeputeerde Staten p^^'uid HOLLAND Aan de Leden van Provinciale Staten Contact mw I.M. Pirovano T im.pirovano@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus LP Den Haag T vvww.zuid-tiolland.nl Datum 16 juli AUG 2013 Uw kenmerk Bijlagen 3 Onderwerp Voortgangsrapportage samenwerken aan een Europese topregio. Geactite Statenleden Aanleiding Op basis van hiet Hoofdlijnenakkoord heeft het college van Gedeputeerde Staten gesprekken gevoerd met bestuurders van de Zuid-Hollandse regio's. Naar aanleiding daarvan hebben de regio's samen met GS afgesproken om uitvoeringsagenda's op te stellen voor de periode Deze uitvoeringsagenda's hebben de naam "Samenwerken aan een Europese topregio" gekregen. Aan Provinciale Staten is toegezegd om periodiek de voortgang te melden van de afspraken in het kader van de Europese topregio. De vorige voortgangsrapportage is van januari In deze brief is de huidige stand van zaken beschreven. Bezoekadres Zuid-Hollandplein AW Den Haag Tram 9 en de buslijnen en 386 stoppen dichtbij het provinciehuis Vanaf station Den Haag CS is het lien minuten lopen De parkeerruimte voor auto s IS beperkt Waarom een Europese topregio? De afgelopen jaren is geconstateerd dat de Randstad als Europese topregio qua economische ontwikkeling achterblijft bij andere regio's. In het hoofdlijnenakkoord is aangegeven dat versterking van de regionale economie een van de kerntaken is van de provincie en is de economy first aanpak geïntroduceerd. De inzet van het college daarbij is versterking van de belangrijkste economische speerpunten. Naast de ruimtelijk-economische ambities maakt de kwaliteit van de leefomgeving intergraal onderdeel uit van de ambitie om een Europese topregio te zijn en te blijven. De belangrijkste economische speerpunten zijn: de ontwikkeling van het havenindustrieel complex; de versterking van het kenniscluster; de ontwikkeling van en verbinding tussen de greenports. Versterking van de belangrijkste economische speerpunten is een kerntaak van de provincie. Ook gemeenten en regio's kunnen hierin een rol spelen, naast uiteraard het bedrijfsleven en de kennisinstellingen. Om gezamenlijk de opgaven aan te pakken heeft het college samen met de regio's in Zuid-Holland afspraken gemaakt om te komen tot een agenda 'Samenwerken aan een Europese topregio'. De agenda's hebben tot doel om gezamenlijk met de regio, vanuit ieders

2 p^^'^'j'^ HOLLAND eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, te werken aan de versterking van het vestigingsklimaat en daarmee de internationale concurrentiepositie van de zuidelijke Randstad. GS stellen de provinciale kerntaken (ruimte, verkeer en vervoer, economie, natuur) centraal in hun aanpak en gaan op pragmatische wijze om met de diversiteit in schaal en karakter van de opgaven in de Zuid-Hollandse regio's. In de uitvoeringsagenda wordt geen uniformiteit nagestreefd. De verschillen tussen regio's komen terug in het brede palet aan ruimtelijkeconomische programma's en projecten. De agenda's vormen een integrerend instrument dat de bestuurders van provincie en regio overzicht en inzicht biedt. Over de voortgang van de uitvoeringsagenda's vindt periodiek bestuurlijk overleg plaats tussen GS en de regiobesturen. Dit bestuurlijk overleg is bedoeld om het overzicht aan afspraken en projecten te bespreken en te concluderen of er behoefte is aan nadere acties. Daarbij gaat het nadrukkelijk niet om het overnemen van de verantwoordelijkheid voor projecten. Maar GS en het regiobestuur kunnen wel concluderen dat lobby, inzet op versnelling, wegnemen van stagnatie en andere bestuurlijke instrumenten noodzakelijk of gewenst zijn. De verantwoordelijkheid voor de projecten blijft nadrukkelijk bij de stuurgroepen van de projecten zelf. Samenhang met andere dossiers In maart 2013 heeft het kabinet de visienota "Bestuur in samenhang" vastgesteld. De nota beschrijft een toekomstbeeld van de bestuurlijke inrichting van Nederland. Daarnaast heeft het kabinet besloten tot omvangrijke decentralisaties in het sociaal domein. Deze drie decentralisaties (uitbreiding taken Wmo / Participatiewet en Jeugdzorg) betekenen een flinke opgave voor gemeenten. Het college van GS heeft daarom gesprekken gevoerd met alle (clusters van) gemeenten. Een en ander conform de notitie "Opgaven en Koers bestuur ", die GS hebben vastgesteld en aangeboden aan Provinciale Staten (maart 2013). In de gesprekken stonden de drie grote decentralisaties centraal. Over de algemene uitkomsten van deze gesprekken wordt u separaat geïnformeerd. Bij de behandeling van de beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu hebben Provinciale Staten de wens geuit dat in de agenda's Europese topregio aandacht wordt besteed aan duurzaamheid. Gedeputeerde Staten zullen dit thema meenemen in de bestuurlijke overleggen over de (voortgang van de) agenda's. Daadwerkelijk invulling geven aan het begrip duurzaamheid is een verantwoordelijkheid van de stuurgroepen van de projecten. Voor het inzichtelijk maken van duurzaamheidaspecten bij beleidsontwikkeling wordt verwezen naar een aparte notitie die geagendeerd is voor behandeling in de Statencommissie V&M van 28 augustus (bijlage 1). Voortgang Europese topregio algemeen Er zijn grote verschillen tussen de inhoudelijke en bestuurlijke opgaven in de Zuid-Hollandse regio's. Dit betekent dat het maken van afspraken met de regio's ook verschillende routes en snelheden kent. In deze brief zijn de algemene bevindingen over de voortgang van de afspraken en eventuele nadere acties opgenomen. In deze brief is er voor gekozen om niet alle projecten die opgenomen zijn in de uitvoehngsagenda's te behandelen. De verantwoording over die projecten vindt namelijk via de reguliere verantwoordingslijnen (oa.stuurgroepen) plaats. 2 tl

3 HOLLAND Van de 8 regio's die worden onderscheiden is de stand van zaken per juli 2013 als volgt: Met twee regio's (Drechtsteden en Holland Rijnland) zijn uitvoeringsagenda's opgesteld en bestuurlijk vastgesteld. Met drie regio's (Stadsgewest Haaglanden, Stadsregio Rotterdam en gemeente Goeree- Overflakkee) worden geen uitvoeringsagenda's opgesteld, maar wordt goed samengewerkt op lopende projecten. Voor Goeree-Overflakkee vindt dit plaats in het kader van het Integraal Ruimtelijk Project (IRP). Voor drie regio's (Midden-Holland. Alblassenwaard-Vijfheerenlanden en Hoeksche Waard) staat de discussie over de bestuurlijke toekomst voorop. Als daarover duidelijkheid is kunnen afspraken over het vervolg gemaakt worden. De ervaring met de agenda's voor Drechtsteden en Holland Rijnland leert dat er waardering bestaat voor de aanpak. Het op een hoger abstractieniveau bespreken van ruimtelijkeconomische projecten die een bijdrage leveren aan de Europese topregio biedt meerwaarde voor de bestuurders. Tijdens het bestuurlijk overleg in mei van dit jaar over de voortgang van de agenda Drechtsteden is geconcludeerd dat circa 80% van de projecten in de Drechtsteden op koers ligt qua uitvoering. Tussentijdse bespreking of bijsturing was niet nodig. Voortgang Europese topregio per regio In deze paragraaf komt de voortgang in elk van de 8 regio's aan de orde. De regio's Stadsgewest Haaglanden en Stadsregio Rotterdam worden daarbij, gezien de ontwikkelingen rondom de metropoolvorming, samen genomen. Drechtsteden Het proces met de Drechtsteden is, mede door de inzet van de regio zelf. voortvarend verlopen en heeft in april 2012 tot een helder pakket afspraken geleid (bijlage 2). Naast de ruimtelijkeconomische ambities zijn ook specifieke afspraken opgenomen over de leefomgeving. De afspraken zijn opgenomen in de uitvoeringsagenda provincie Zuid-Holland en Drechtsteden, die in april 2012 aan de Staten ter kennisname is toegestuurd. Voor de uitvoeringsagenda Drechtsteden zijn ambities vastgesteld voor de thema's economie, externe veiligheid, leefomgeving en vrijetijdseconomie en bereikbaarheid. Tijdens de Drechtstedenconferentie van 16 mei jl. heeft het college van GS gesproken over de voortgang. De volgende conclusies zijn gedeeld en gezamenlijk vastgesteld: Het integraal bespreken van de projecten wordt voor zowel de inhoudelijke voortgang als ook voor de bestuurlijke samenwerking als zeer nuttig ervaren. In het afgelopen jaar zijn op veel dossiers mijlpalen bereikt: gemaakte afspraken zijn op 80% van de dossiers behaald. De nog resterende acties kunnen binnen de projectlijnen worden opgepakt, waardoor er geen noodzaak is tot bijsturing op het niveau van de samenwerkingsagenda Europese topregio. Voor een aantal projecten geldt dat de provincie en/of Drechtsteden op projectniveau samen inzetten op lobby, omdat andere partijen verantwoordelijk zijn voor de uitvoering (bijvoorbeeld de Westelijke Dordtse Oevers waar het Havenbedrijf Rotterdam verantwoordelijk voor is). 3'G

4 HOLLAND De afspraak RUD BRZO (Regionale Uitvoeringsdienst - besluit risico's zware ongevallen) is afgerond en wordt van de agenda afgevoerd. Afgesproken is om het project 'Investeringsagenda Waterdriehoek' in de agenda op te nemen. Het betreft een nieuw project waarmee hopelijk nieuwe investeringen kunnen worden losgetrokken op de terreinen toerisme en recreatie. Vanuit de provincie zijn hierbij diverse beleidsvelden betrokken: verkeer en vervoer (Aquabus), groen (aanlegsteiger Kinderdijk en Biesbosch) en cultureel erfgoed (Waterdriehoek). Holland Rijnland In november 2012 is met de regio Holland Rijnland een pakket afspraken vastgesteld (bijlage 3). In de agenda staan afspraken over de versterking van de topsectoren kennis en greenport. Naast de ruimtelijk-economische ambities zijn ook specifieke afspraken opgenomen over de leefomgeving. De afspraken zijn opgenomen in de uitvoeringsagenda provincie Zuid-Holland en Holland Rijnland, die in november 2012 aan de Staten ter kennisname is toegestuurd. De thema's in de uitvoeringsagenda Holland Rijnland zijn kennisas, greenports, bereikbaarheid en leefomgeving. De gemeenten in de regio Holland Rijnland zijn inmiddels ook gestart met het project positionering en profilering. Het doel is het bepalen van nieuwe strategische doelen en projecten voor de regio. Er waren diverse aanleidingen voor de regio om dit traject te starten: de economische crisis de fusie van Alphen aan den Rijn, Boskoop en Rijnwoude, alsmede de toekomstverkenning van de Bollenstreek de veranderingen in de omgeving van Holland Rijnland (de Metropoolregio Rotterdam - Den Haag i.o., opschaling van de politieregio's en het verkennen van de toekomst van het ISMH en Midden-Holland) strategische projecten uit het programma van afspraken, de RijnlandRoute en Rijngouwelijn, zijn in de realisatiefase gekomen. Binnen de regio zijn drie clusters van gemeenten te onderscheiden die zich oriënteren op hun toekomst, hun onderlinge samenwerking en (de gevolgen daarvan voor) hun positie binnen de regio Holland Rijnland: In de Duin- en Bollenstreek hebben gemeenten het Valentijnconventant gesloten waarin 14 samenwerkingsprojecten opgenomen zijn. In de Leidse regio werkt men aan het vormgeven van een samenwerking met vijf gemeenten. In de subregio Alphen aan den Rijn en omstreken oriënteren de gemeenten zich ook richting het Groene Hart en richting Gouda. In najaar 2013 zal met de regio Holland Rijnland de voortgang worden besproken van de projecten die opgenomen zijn in de uitvoeringsagenda. Tot op heden loopt de voortgang van de projecten goed. Er is geen aanleiding geweest voor tussentijds bestuurlijk overleg. Daarnaast zal ook de regionale samenwerking besproken worden. 4/6

5 Midden-Holland De ontwikkelingen in deze regio, met name de herindelingsdiscussie in de Krimpenen^/aard en de Externe Commissie Midden-Holland (ECMH) hebben de afgelopen tijd alle aandacht gevraagd. De discussie over de bestuurlijke toekomst staat voorop de agenda. In afwachting van de nog te maken keuzes in Midden-Holland over ondermeer de decentralisaties en de samenwerking tussen de verschillende gemeenten zal worden bezien welke afspraken tussen de provincie en de regio voor de toekomst het meest wenselijk zijn. AlblassenA/aard-Vijfheerenlanden De zes gemeenten in de regio Alblassen/vaard-Vijfheerenlanden werken samen op de domeinen sociaal, ruimte, wonen, verkeer en vervoer en economie & toerisme. De regio heeft in mei 2012 de Visie2030 vastgesteld, Het bestuur van de regio AlblassenA^aard-Vijfheerenlanden wil dat een externe commissie toekomstscenario's van de regio in kaart brengt. Die scenario's variëren van bestuurlijke fusie tot één gemeente tot intensievere samenwerking met behoud van zelfstandigheid. Oven^^ogen wordt ook buurgemeenten uit de provincie Utrecht te betrekken bij het onderzoek. Als daarover duidelijkheid ontstaat kunnen afspraken over het vervolg gemaakt worden. Hoeksche Waard Het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard laat op dit moment een onderzoek uitvoeren naar de kracht van de gemeenten en de regio. De 5 gemeenten evalueren hun onderlinge samenwerking in SOHW verband op de terreinen economie, ruimte, landschap, samenleving en integrale veiligheid. Als daarover duidelijkheid ontstaat kunnen afspraken over het vervolg gemaakt worden. Goeree-Overflakkee Op 1 januari 2013 is de regio Goeree-Overflakkee overgegaan in de nieuwe gemeente Goeree- Overflakkee. Gemeente en provincie werken aan een gedeelde visie op de ruimtelijkeconomische toekomst van het eiland. Bij de strategie die daaruit volgt speelt het integraal Ruimtelijk project (IRP) Goeree-Overflakkee een hoofdrol en wordt uitgewerkt hoe de gemeente een bijdrage kan leveren aan de Europese topregio. Er komt voor Goeree-Overflakkee dus geen aparte uitvoeringsagenda in het kader van de Europese topregio. Stadsgewest Haaglanden en stadsregio Rotterdam De gemeenten in Stadsgewest Haaglanden en Stadsregio Rotterdam werken aan de vorming van de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag. Met de beide regio's wordt vooralsnog geen uitvoeringsagenda Europese topregio opgesteld. Met de regio wordt nauw samengewerkt op inhoudelijke dossiers waaronder de MIRT Verkenning Haaglanden, de Economische Agenda Zuidvleugel en RodS. Algemene conclusies en bijsturing n.a.v. de voortgangsrapportage Geconstateerd kan worden dat de voortgang van de samenwerkingsagenda's Europese topregio sterk verschilt per regio. In de regio Drechtsteden is flinke voortgang geboekt en wordt de voortgang van de afspraken gemonitord. Voor de regio Holland Rijnland wordt de voortgang in najaar 2013 (één jaar na de ondertekening) besproken. 5/6

6 P^^^^j'^iJ HOLLAND Voor de regio's Midden-Holland, AlblassenA^aard-Vijfheerenlanden, de Hoeksche Waard en de gemeente Goeree Overflakkee geldt dat de relatie met de economische topsectoren minder sterk is dan voor Holland-Rijnland en de Drechtsteden. Daarbij lopen in drie van deze regio's discussie over de bestuurlijke toekomst. Als daarover duidelijkheid ontstaat kunnen afspraken over het vervolg gemaakt worden. Vervolg De volgende voortgangsrapportage "Samenwerken aan een Europese topregio" zal begin 2014 aan de Staten worden aangeboden. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland secretaris, mw. drs. J.A.M. Hilgersom Bijlagen: -Zuid-Holland en Drechtsteden werken samen aan een Europese topregio, april Ruimtelijke en economische agenda Zuid-Holland en Holland-Rijnland: samenwerken aan een Europese topregio, november 2012 Brief van Gedeputeerde Janssen inzake Duurzaamheidsparagraaf bij beleidsontwikkeling, 28 augustus /6