! GEVAAR. Duidt een gevaarlijke situatie aan die tot ernstig of dodelijk letsel zal leiden als hij niet wordt vermeden. !

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "! GEVAAR. Duidt een gevaarlijke situatie aan die tot ernstig of dodelijk letsel zal leiden als hij niet wordt vermeden. !"

Transcriptie

1 Welkom U hebt een van de beste scheepsmotorinstallaties ter wereld aangeschaft. Deze bevat diverse speciaal ontworpen functies die het gebruik vereenvoudigen en het product duurzaam maken. Bij goed gebruik en goed onderhoud zult u dit product vele vaarseizoenen lang met plezier kunnen gebruiken. Deze handleiding is een supplement op de handleiding voor gebruik, onderhoud en garantie die hoort bij uw motorinstallatie en biedt informatie over het Axius voortstuwingssysteem. Lees deze handleiding zorgvuldig door om u van maximale prestaties en probleemloos gebruik te verzekeren. Deze handleiding bevat specifieke instructies voor gebruik en onderhoud van uw product. Wij raden u aan om deze handleiding bij het product te houden zodat u deze kunt raadplegen wanneer u op het water bent. Dank u voor de aankoop van een van onze producten. We wensen u zeer veel vaarplezier toe! Informatie over garantie Voor het door u aangeschafte product geldt een beperkte garantie van Mercury Marine of Cummins MerCruiser Diesel; de voorwaarden van de garantie staan vermeld in de hoofdstukken over garantie in de bij uw motorinstallatie geleverde handleiding voor gebruik, onderhoud en garantie. De garantieverklaring bevat een beschrijving van wat wel en niet gedekt wordt, de duur van de dekking, hoe u het best dekking onder garantie kunt verkrijgen, belangrijke afstandsverklaringen en beperkingen van schadeclaims en andere aanverwante informatie. U wordt verzocht deze belangrijke informatie door te lezen. Lees deze handleiding zorgvuldig door BELANGRIJK: Als u een gedeelte niet begrijpt, neem dan contact op met uw dealer voor een demonstratie van de daadwerkelijke start- en bedieningsprocedures. Kennisgeving Overal in deze publicatie en op uw motorinstallatie vindt u de termen Gevaar, Waarschuwing, Voorzichtig en Kennisgeving, vergezeld van het internationale Gevaar-symbool, om de aandacht van de monteur/gebruiker te vestigen op speciale instructies over een bepaalde reparatie of handeling die gevaarlijk kan zijn als hij verkeerd of slordig wordt uitgevoerd. Neem deze zorgvuldig in acht. De veiligheidswaarschuwingen op zich kunnen de gevaren waarop ze wijzen niet elimineren. Strikte inachtneming van deze speciale instructies bij het verrichten van reparatiewerkzaamheden plus het gebruik van uw gezond verstand zijn belangrijke stappen ter voorkoming van ongevallen.! GEVAAR Duidt een gevaarlijke situatie aan die tot ernstig of dodelijk letsel zal leiden als hij niet wordt vermeden.! WAARSCHUWING Duidt een gevaarlijke situatie aan die tot ernstig of dodelijk letsel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden.! OPGELET Duidt een gevaarlijke situatie aan die tot licht of matig letsel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden. KENNISGEVING Duidt een situatie aan die tot uitvallen van de motor of een belangrijk onderdeel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden. BELANGRIJK: Duidt informatie aan die van groot belang is om de taak met succes te voltooien. NB: Duidt informatie aan die nuttig is voor een goed begrip van een bepaalde handeling of actie. Informatie over handelsmerken en copyright De beschrijving en specificaties in deze handleiding waren van kracht bij het ter perse gaan. Mercury Marine streeft naar constante verbetering en behoudt zich daarom het recht voor om de productie van bepaalde modellen te staken en specificaties of ontwerpen te wijzigen, zonder tot voorafgaande kennisgeving en verdere verplichtingen gehouden te zijn. Mercury Marine, Fond du Lac, Wisconsin, VS. Gedrukt in de VS. 2011, Mercury Marine Mercury, Mercury Marine, MerCruiser, Mercury MerCruiser, Mercury Racing, Mercury Precision Parts, Mercury Propellers, Mariner, Quicksilver, Alpha, Axius, Bravo One, Bravo Two, Bravo Three, K-Planes, MerCathode, OptiMax, Precision Pilot, Pro Max, SeaCore, Skyhook, SmartCraft, Sport-Jet, Total Command, Verado, VesselView, Zero Effort, Zeus, #1 On The Water, het logo "M met golven", het logo "Mercury met golven" en het SmartCraft-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van de Brunswick Corporation. Het Mercury Product Protection-logo is een gedeponeerd servicemerk van de Brunswick Corporation Mercury Marine CMD Axius Generatie 2 modellen *8M * 90-8M

2 ! WAARSCHUWING De gebruiker (bestuurder) is verantwoordelijk voor de juiste en veilige bediening van de boot, de uitrusting aan boord en de veiligheid van alle opvarenden. Wij raden de gebruiker ten zeerste aan om deze "Handleiding voor gebruik, onderhoud en garantie" te lezen en te zorgen dat hij of zij de bedieningsinstructies voor de motorinstallatie en alle betreffende accessoires goed begrijpt voordat de boot wordt gebruikt.! WAARSCHUWING De uitlaatgassen van dit product bevatten chemische stoffen waarvan door de staat Californië is vastgesteld dat deze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsfuncties veroorzaken.

3 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Functies en bedieningsorganen...2 Akoestisch waarschuwingssysteem...2 VesselView...2 Instrumenten...2 Eigenschappen voortstuwingseenheid... 2 VesselView (Indien aanwezig)...3 Digitale meters SC1000 en SC100 (indien aanwezig) 3 SmartCraft SC100 System Link digitale meters (indien aanwezig)...3 System Link digitale meters (indien aanwezig)...4 Schakelaars...4 Noodstopschakelaar...5 Dodemansschakelaar...6 Digitale gas en schakelbediening (DTS)...6 Sturen met elektronisch roer...7 Elektronische afstandsbediening met twee hendels (ERC) Bediening en afstelling...7 Bediening...7 Afstellen...7 Dual Handle Yacht Console Control Operation and Adjustment...8 Operation...8 Adjustment...8 Optionele elektronische afstandsbediening SportFish (ERC) Bediening en afstelling...9 Bediening...9 Afstellen...9 Basiswerking van joystick...11 Bediening met hulpstation met joystick (indien aanwezig)...12 Axius Premier (indien aanwezig)...12 Hoofdstuk 2 - Op het water Voorkomen van laagspanningsomstandigheden...16 Om te beginnen...16 Traditioneel manoeuvreren met stuur en stuwkracht...16 De boot vooruit of achteruit manoeuvreren...16 De boot bij lage snelheden in scherpe bochten sturen 16 De boot bij lage snelheden om zijn as laten draaien. 16 Manoeuvreren na een defecte motor of module...17 Manoeuvreren met de joystick...17 Speciale functies digitale gas en schakelbediening (Digital Throttle And Shift; DTS)...18 Troll (langzaam varen)...19 TRANSFER (overdracht)...19 Dock (aanleggen)...19 Alleen gas (Enkele) hendel...20 Sync (synchronisatie)...21 Besturingsoverdracht Standaardstations...21 Besturingsoverdracht...21 Besturingsoverdracht aanvragen...22 Besturingsoverdracht en Precision Pilot...22 Besturingsoverdracht Hulpstations met joystick...23 Overdracht van hulpstation met joystick...23 Aanvragen van besturingsoverdracht aan een hulpstation met joystick...23 Aanvragen van besturingsoverdracht vanaf een hulpstation met joystick...23 Bediening Axius Premier (indien aanwezig)...23 Vereisten kaartplotter...23 Kenmerken...24 Autopilot scherm...24 Trackpad...24 Trackpad lampjes...24 Knoppen trackpad met het aan/uit pictogram...25 Precision Pilot modi...25 Skyhook positiebehoudfunctie (indien aanwezig)...26 Auto Heading (automatische koers)...27 Auto Heading (automatische koers) inschakelen...27 Koers aanpassen met de "Turn" knoppen of de joystick...28 Een koers hervatten...29 Auto Heading (automatische koers) uitschakelen...30 Track Waypoint (bestemmingspunt volgen)...30 De modus Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) inschakelen...31 De Track Waypoint modus uitschakelen...32 "Turn" knoppen in de Track Waypoint modus...33 Auto Heading knop in de Track Waypoint modus...33 Draaien aangeven bij aankomst op bestemmingspunt...33 Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten)...34 Cruise Control...36 Werking onder onvoorziene omstandigheden...37 Gebruik met alleen bakboordmotor...37 Axius noodprocedure voor transmissieoverbrugging...37 Transporteren van een Axius boot...38 Hoofdstuk 3 - Opsporen van storingen Diagnose van problemen met het elektronisch bestuurde brandstofsysteem...40 Elektrische aansluitingen...40 Opsporen van storingen in verband met de motor...40 Kijk eerst op VesselView...40 VesselView storingscodelijst...40 Diagnose van problemen met DTS...41 Motorbewakingssysteem...41 Tabellen voor opsporen van storingen...41 Standaard dashboard met joystick...41 Overdracht van hulpstation met joystick (indien aanwezig)...42 Elektronische afstandsbedieningen...42 Stuursysteem M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde i

4 Functies Trackpad Auto Pilot...43 Skyhook Hoofdstuk 4 - Informatie over klantondersteuning Servicebijstand voor de eigenaar...46 Plaatselijke reparatieservice...46 Service onderweg...46 Diefstal van de motorinstallatie...46 Vereiste handelingen na zinken Vervangende onderdelen Inlichtingen over onderdelen en accessoires Oplossen van een probleem...46 Documentatiemateriaal bestellen...47 Verenigde Staten en Canada Buiten de Verenigde Staten en Canada...47 Hoofdstuk 5 - Controlelijsten voor aflevering aan klant Informatie vóór aflevering...50 Controlelijst voor aflevering door de dealer, voor Axius producten (vóór aflevering aan de klant)...50 Skyhook (indien aanwezig)...50 Alvorens te starten contactsleutel UIT Alvorens te starten contactsleutel in stand AAN...50 Motoren draaiend, aan steiger...51 Proefvaart...51 Na proefvaart...51 Skyhook (indien aanwezig)...51 Bladzijde ii 90-8M nld FEBRUARI 2011

5 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Inhoudsopgave 1 Functies en bedieningsorganen... 2 Akoestisch waarschuwingssysteem...2 VesselView...2 Instrumenten...2 Eigenschappen voortstuwingseenheid... 2 VesselView (Indien aanwezig)...3 Digitale meters SC1000 en SC100 (indien aanwezig)...3 SmartCraft SC100 System Link digitale meters (indien aanwezig)...3 System Link digitale meters (indien aanwezig)...4 Schakelaars...4 Noodstopschakelaar...5 Dodemansschakelaar...6 Digitale gas en schakelbediening (DTS)...6 Sturen met elektronisch roer...7 Elektronische afstandsbediening met twee hendels (ERC) Bediening en afstelling...7 Bediening... 7 Afstellen... 7 Dual Handle Yacht Console Control Operation and Adjustment...8 Operation... 8 Adjustment... 8 Optionele elektronische afstandsbediening SportFish (ERC) Bediening en afstelling...9 Bediening... 9 Afstellen... 9 Basiswerking van joystick...11 Bediening met hulpstation met joystick (indien aanwezig)...12 Axius Premier (indien aanwezig) M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 1

6 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Functies en bedieningsorganen Akoestisch waarschuwingssysteem Uw Cummins MerCruiser Diesel motorinstallatie kan uitgerust zijn met een akoestisch waarschuwingssysteem. Het akoestische waarschuwingssysteem waarschuwt de gebruiker als er een storing is opgetreden maar beschermt de motor niet tegen schade. BELANGRIJK: Als het akoestische waarschuwingssignaal klinkt, moet u de motor onmiddellijk afzetten als u zich niet in een gevaarlijke situatie bevindt. Spoor het probleem op en verhelp het zo mogelijk. Als de oorzaak niet kan worden vastgesteld, raadpleeg dan uw erkende Cummins MerCruiser Diesel reparatiewerkplaats. Gebruik van het vaartuig bij een ernstige storing kan schade aan de motor, de aandrijving of het besturingssysteem veroorzaken. Het akoestische waarschuwingssignaal klinkt als de ECM (motorbesturingsmodule) een storing detecteert. Het storingscodenummer kan op de volgende SmartCraft-instrumenten worden weergegeven: VesselView Systeemtoerenteller of -snelheidsmeter Akoestische waarschuwingssignalen Ernstige storingen Niet-ernstige storing Zes lange pieptonen (1,5 seconde) met tussenpozen van 0,5 seconde Pauze van 2 minuten, gevolgd door Eén lange pieptoon (1,5 seconde) om de twee minuten totdat de storing is verholpen Zes korte pieptonen (0,5 seconde) met tussenpozen van 0,5 seconde Er zijn geen verdere waarschuwingssignalen BELANGRIJK: De storingscodes die door een storing worden gegenereerd, blijven in het systeem bewaard totdat de storing verholpen en gewist is. VesselView Zie de bedieningshandleiding van VesselView voor nadere informatie over de motorbewakingsfunctie. Instrumenten Eigenschappen voortstuwingseenheid De eigenschappen van de voortstuwingseenheid zijn ontwikkeld door Cummins MerCruiser Diesel (CMD) en uw scheepsbouwer. Hierdoor wordt gegarandeerd dat de prestaties van uw boot wat betreft joystick, besturing en autopilot onder ideale omstandigheden perfect werken voor uw boot. Aangezien omstandigheden, bijv. van wind en stroming, variëren, kunnen er ter compensatie extra handelingen worden vereist. Veranderingen in de motorprestaties, versnellingen of de schroef, kunnen van invloed zijn op de prestaties van de joystick en van de topsnelheid van de boot. Door parameters uit de originele fabrieksuitrusting en fabrieksinstellingen aan te passen kunnen de prestaties negatief worden beïnvloed. Voer daarom geen aanpassingen uit zonder eerst te hebben overlegd met de oorspronkelijke fabrikant van de boot en met een monteur van CMD. De eigenschappen van de boot vormen het eigendom van de oorspronkelijke fabrikant: wijzigingen of upgrades van de eigenschappen moeten worden goedgekeurd en gedistribueerd door de oorspronkelijke fabrikant. CMD biedt alleen ondersteuning met softwarematige eigenschapsveranderingen op aanvraag van de oorspronkelijke fabrikant. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

7 VesselView (Indien aanwezig) Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Uw motorinstallatie kan zijn aangesloten op de SmartCraft System View-display. De interactieve VesselView-display controleert en meldt voortdurend actuele gegevens over vaarsnelheid en prestatie, foutcodes voor de motor of aandrijving, de hoeveelheid brandstof, de watertemperatuur en -diepte (indien aangesloten via de kaartplotter) en andere bedrijfsgegevens. Wanneer VesselView een probleem op een van de aangesloten systemen constateert, geeft het een alarmbericht weer voor de bootbestuurder. VesselView VesselView kan ook worden aangesloten op andere scheepssystemen zoals GPS, generatoren en bedieningsapparatuur voor de bootomgeving en navigatie. Met deze scheepsintegratie kan de bestuurder een uitgebreid scala aan vaartuigsystemen controleren en regelen vanaf een enkel display. Zie de instructiehandleiding van VesselView voor nadere informatie. Digitale meters SC1000 en SC100 (indien aanwezig) De digitale meters SmartCraft SC1000 and SC100 zijn een aanvulling op VesselView. Raadpleeg de instructiehandleiding van de SC1000 en SC100 digitale meter voor meer informatie a b Standaard SC1000-meetinstrumenten a - toerenteller b - snelheidsmeter c - LCD-scherm System View c SmartCraft SC100 System Link digitale meters (indien aanwezig) De SmartCraft-instrumentenset van Cummins MerCruiser Diesel vult de informatie van VesselView aan. De instrumentenset kan het volgende weergeven: motortoerental vaarsnelheid Koelvloeistoftemperatuur Oliedruk Accuspanning Brandstofverbruik Bedrijfsuren motor M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 3

8 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem en meer Voorbeeld van SmartCraft SC100 System Link toerenteller (snelheidsmeter vergelijkbaar) Voor basisinformatie over de bediening van de SmartCraft instrumenten raadpleegt u de handleiding bij uw meter. System Link digitale meters (indien aanwezig) Andere instrumentensets bevatten meters die de informatie van VesselView en de SmartCraft toerenteller en snelheidsmeter aanvullen. De eigenaar en bestuurder dienen vertrouwd te zijn met alle instrumenten op de boot en met hun functie. Gezien de grote verscheidenheid aan instrumenten en fabrikanten dient u aan uw bootdealer te vragen om u de werking van meters en hun normale standen uit te leggen. De volgende digitale meetinstrumenten zijn wellicht meegeleverd met uw motorinstallatie. a b d c Standaard multifunctionele digitale meter Item Meter Weergave a Oliedruk Motoroliedruk b Watertemperatuur Bedrijfstemperatuur motor c Spanningsmeter Accuspanning d Brandstofpeil Hoeveelheid brandstof in de tank Schakelaars Contactschakelaar met vier standen "OFF" In de stand OFF zijn alle elektrische circuits uitgeschakeld. De motor werkt niet wanneer de contactsleutel op OFF staat. "ACC" In de stand ACC (accessoires) kunnen eventuele aan de elektrische circuits aangesloten accessoires worden gebruikt. De motor werkt niet wanneer de contactsleutel op ACC staat. "ON" In de stand ON zijn alle elektrische circuits en instrumenten ingeschakeld. De motor kan worden gestart met een optionele start/stop-schakelaar. "START" Draai de contactsleutel naar de startstand en laat hem los om de motor te starten. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

9 NB: De sleutel kan alleen in de stand OFF uit het contactslot worden genomen. Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Start/stop-schakelaar voor twee motoren Een start/stop-schakelaar is optionele uitrusting. De start/stop-schakelaar werkt in combinatie met de contactschakelaar. Er is een start/stop-schakelaar voor elke motor. Elke knop op een start/stop-schakelaar voor meerdere motoren werkt zelfstandig. De contactschakelaar moet op de stand RUN staan om een uitgeschakelde motor met de start/stop-schakelaar te kunnen starten. Als u op een knop van de start/stop-schakelaar drukt terwijl een motor draait, schakelt u zo deze motor uit. Noodstopschakelaar De noodstopschakelaar schakelt in een noodsituatie de motoren uit, zoals bij een persoon overboord of verstrikte schroef. Wanneer de noodstopschakelaar wordt geactiveerd, onderbreekt hij de stroom naar het hoofdstroomrelais, inclusief de stroom naar de meters, het stuur en de accessoires a Wanneer de noodstopschakelaar wordt geactiveerd, worden de motoren onmiddellijk uitgeschakeld. De boot zal echter nog een eind blijven doorvaren. Deze afstand is afhankelijk van de vaarsnelheid en de scherpte van de bocht die werd genomen toen de motoren werden uitgeschakeld. De boot zal echter geen volledige cirkel maken. Terwijl de boot doorvaart, is de kans op ernstig letsel voor personen in het vaartraject van de boot hetzelfde als wanneer de motor draait. Wij raden aan om de andere opvarenden instructies te geven omtrent de correcte start- en bedieningsprocedures, voor het geval zij in geval van nood de motor moeten bedienen. Per ongeluk of onbedoeld activeren van de schakelaar kan ook tijdens normaal bedrijf gebeuren, wat gevaarlijke situaties kan opleveren, zoals: Opvarenden kunnen naar voren worden geslingerd bij het onverwacht afbreken van de voorwaartse beweging; dit is vooral een probleem voor passagiers voorin de boot die over de boeg kunnen vallen en door de voortstuwings- of besturingsonderdelen geraakt kunnen worden. De bestuurder kan de macht over het stuur verliezen in ruwe zee, sterke stroming of harde wind. Tijdens het aanleggen kan de bestuurder de macht over het stuur verliezen. Wanneer een motor opnieuw wordt gestart met de contactschakelaar of startknop na uitschakeling via een noodstopschakelaar, zonder dat de contactschakelaar eerst ten minste 30 seconden naar de uit-stand is gedraaid, zal de motor weliswaar starten maar worden er storingscodes geactiveerd. Tenzij u zich in een mogelijk gevaarlijke situatie bevindt, moet u de contactschakelaar naar uit draaien en ten minste 30 seconden wachten voordat u een motor opnieuw start. Neem als er na het opnieuw starten nog steeds storingscodes worden weergegeven, contact op met een erkende Cummins MerCruiser Diesel reparatiewerkplaats M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 5

10 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Dodemansschakelaar Het doel van een dodemansschakelaar is om de motor uit te zetten wanneer de bestuurder van zijn plaats komt (zoals wanneer hij uit de stoel wordt gestoten). c b RUN a a - stopschakelaar b - noodstopkoord c - vastgehaakt aan de bestuurder Er is meer kans dat de bestuurder per ongeluk wordt weggestoten (overboord valt) in: sportboten met lage gangboorden sportvisboten speedboten De bestuurder kan ook per ongeluk worden weggestoten als gevolg van: slechte bedieningsmethoden bij planeersnelheid op de stoel of het gangboord zitten bij planeersnelheid rechtop staan met planeersnelheid varen in ondiep water of water met veel obstakels de greep op het stuur verliezen, als dat in één richting trekt het gebruik van alcohol, medicijnen of drugs manoeuvres bij hoge snelheid Het noodstopschakelaarkoord is een koord dat gewoonlijk tussen 122 en 152 cm (4 en 5 ft) lang is wanneer het uitgetrokken wordt, met een element aan het ene uiteinde dat in de schakelaar wordt gestoken en een drukker aan het andere uiteinde die aan de bestuurder wordt bevestigd. Het koord is een spiraalkoord zodat het zo kort mogelijk is wanneer er niet aan wordt getrokken, en de kans dat het in voorwerpen verstrikt raakt, zo klein mogelijk is. De lengte in uitgetrokken toestand is zodanig dat de kans op per ongeluk activeren tot een minimum beperkt wordt, mocht de bestuurder zich in de buurt van zijn stoel bewegen. Als een korter dodemanskoord wenselijk is, wikkelt u het koord rond de pols of het been van de bestuurder of legt u een knoop in het koord. Als de noodstopschakelaar wordt geactiveerd, stopt de motor onmiddellijk, maar blijft de boot varen, afhankelijk van de vaarsnelheid en de scherpte van de bocht op het moment dat de motor werd stopgezet. De boot zal echter geen volledige cirkel maken. Terwijl de boot doorvaart, is de kans op ernstig letsel voor personen in het vaartraject van de boot hetzelfde als wanneer de motor draait. Wij raden ten sterkste aan om medeopvarenden de start- en bedieningsprocedures te leren in geval ze de motor in een noodgeval moeten bedienen (bv. als de bestuurder per ongeluk uit de boot wordt geworpen).! WAARSCHUWING Als de bestuurder overboord valt, zet de motor dan onmiddellijk af om de kans te verkleinen dat de boot de bestuurder raakt, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel als gevolg. Zorg er altijd voor dat de bestuurder goed via een koord met de dodemansschakelaar is verbonden. Per ongeluk of onbedoeld activeren van de dodemansschakelaar kan ook tijdens normaal bedrijf gebeuren. Dit kan één of meer van de volgende mogelijk gevaarlijke situaties veroorzaken: Opvarenden kunnen naar voren worden geworpen bij onverwacht stoppen van de voorwaartse beweging; dit is vooral een probleem voor passagiers vóór in de boot die over de boeg gestoten kunnen worden en door de voortstuwings- of besturingsonderdelen geraakt kunnen worden. Verlies van vermogen en verlies van de macht over het stuur in ruwe zee, bij een sterke stroming of harde wind. Verlies van de macht over het stuur tijdens het aanleggen.! WAARSCHUWING Vermijd ernstig en dodelijk letsel door hevige remkrachten als gevolg van het per ongeluk of onbedoeld activeren van de noodstopschakelaar. De bestuurder van de boot mag nooit de bestuurdersplaats verlaten zonder eerst het noodstopschakelaarkoord van zijn lichaam los te halen. Digitale gas- en schakelbediening (DTS) De aanwijzingen voor het gebruik van de digitale gas- en schakelbediening (Digital Throttle and Shift; DTS) staan in een afzonderlijke handleiding. Zie de Cummins MerCruiser Diesel Bedieningshandleiding voor SmartCraft en DTS. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

11 Sturen met elektronisch roer Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem De besturing met het elektronisch roer werkt via elektronische signalen. Een door een computer aangestuurde elektrische motor die is aangesloten op het stuurwiel, simuleert de weerstandsfeedback van hydraulische stuursystemen. We raden aan om voorzichtig te varen totdat u de kans hebt om de besturingskenmerken van het Axius-systeem in een open gebied zonder hindernissen en ander bootverkeer te verkennen, en totdat u vertrouwd bent met de reacties van de boot. De elektronische besturing kan zorgen voor een snellere stuurreactie dan verwacht. Om uw besturingsbereik van vergrendeling tot vergrendeling te controleren moet de contactsleutel aan stuurboord AAN staan. De motoren hoeven niet te draaien. Draai het wiel naar stuurboord, totdat het stopt bij de stuurboordvergrendeling of het eindpunt. Het eindpunt wordt elektronisch ingesteld door de elektromotor die bevestigd is aan het stuurwiel. Draai het wiel naar bakboord en tel het aantal omwentelingen totdat het wiel bij de bakboordvergrendeling stopt. Het aantal omwentelingen dat u telt, beweegt de aandrijvingen vanuit de maximale stuurboordhoek naar de maximale bakboordhoek, waarbij het midden (rechtuitpositie) 0 is. De maximale stuurhoeken worden geregeld in de eigenschappen van de boot, die zijn ontwikkeld door CMD en de oorspronkelijke fabrikant. In bepaalde omstandigheden worden de elektronische eindpunten van het wiel niet waargenomen. De afwezigheid van waarneembare eindpunten is niet van invloed op de besturing. De aandrijvingen stoppen niet, wanneer ze de volledige draaipositie bij elke vergrendeling hebben bereikt. De afwezigheid van eindpunten kan het gevolg zijn van een contactsleutel aan stuurboord die op UIT staat, een lage accuspanning aan stuurboord of een storing in de stuurwielmotor. De eigenschappen van uw boot, zoals deze zijn ontwikkeld door de fabrikant in samenwerking met CMD, zijn bepalend voor het aantal omwentelingen van vergrendeling tot vergrendeling. Normaal maakt het wiel ca. 2-3/4 omwenteling. Het is mogelijk dat de oorspronkelijke fabrikant per model boot verschillende instellingen hanteert. Elektronische afstandsbediening met twee hendels (ERC) Bediening en afstelling Bediening Via de hendel van de elektronische afstandsbediening (ERC) worden de versnelling en het gas bediend. Duw de bedieningshendel naar voren vanuit neutraal tot de eerste arreteerstand om de versnelling in vooruit te zetten. Blijf de hendel naar voren duwen als u het toerental wilt verhogen. Trek de bedieningshendel vanuit de voorste stand naar de neutraalstand om snelheid te minderen en uiteindelijk te stoppen. Trek de bedieningshendel naar achteren vanuit neutraal tot de eerste arresteerstand om de versnelling in achteruit te zetten. Trek hem verder naar achteren om de snelheid in achteruit te verhogen. NB: In bepaalde modi wordt de versnelling bepaald door de elektronische schakelbediening (ESC), en niet door de stand van de ERC-hendels. Wanneer u de joystick of Skyhook gebruikt, zet de computer de aandrijving in en uit de versnelling, ook al staan de hendels in neutraal. a c b d Gebruikelijke ERC-hendels a - Vooruit b - neutraal c - Achteruit d - hendel stuurboordmotor e - hendel bakboordmotor e De hoeveelheid kracht die nodig is om de ERC-hendels te bewegen en om de ERC-hendels door de arreteerstanden te bewegen is afstelbaar, om ongewenste bewegingen van de hendel in ruw water te voorkomen. Afstellen NB: De bedieningshendelweerstand en arreteerspanning kunnen periodiek onderhoud met behulp van de stelschroeven vereisen. Aanpassen spanning arreteerstand ERC-hendel: 1. Verwijder het zijpaneel van de hendel die u wilt afstellen. 2. Draai de stelschroef rechtsom om de spanning op de bedieningshendel te verhogen en linksom om de spanning te verlagen. 3. Stel de frictie naar wens af. Aanpassen spanning ERC-hendel: 1. Verwijder het zijpaneel van de hendel die u wilt afstellen. 2. Draai de stelschroef rechtsom om de spanning op de bedieningshendel te verhogen en linksom om de spanning te verlagen. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 7

12 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem 3. Stel de frictie naar wens af. a b Zijpaneel aan stuurboord verwijderd; bakboord vergelijkbaar a - stelschroef arreteerspanning, voorzien van aanduiding 'De' b - stelschroef hendelfrictie, voorzien van aanduiding 'Fr' Dual Handle Yacht Console Control Operation and Adjustment Operation Operation of shift and throttle is controlled by the movement of the control handle. Push the control handle forward from neutral to the first detent for forward gear. Continue pushing the handle forward to increase speed. Pull the control handle back from neutral to the first detent for reverse gear. Continue pulling the handle back to increase speed. F N R 78 O 78 O Adjustment 1. Frictiestelschroef voor bedieningshendel - Deze schroef kan worden bijgesteld om de frictie op de bedieningshendel te verhogen of verlagen (de kap moet worden verwijderd). Dit voorkomt dat de hendel bij sterke golfslag onverhoopt beweegt. Draai de schroef naar rechts om de frictie te verhogen en naar links om deze te verlagen. Stel de frictie naar wens af. 2. Detent tension adjustment screw - This screw can be adjusted to increase or decrease the effort to move control handle out of detent positions (cover must be removed). Turning the screw clockwise will increase tension. Adjust to tension desired. a - Detent tension adjustment b - Control handle tension adjustment a b Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

13 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Optionele elektronische afstandsbediening SportFish (ERC) Bediening en afstelling Bediening Schakelen en gas worden geregeld door de bedieningshendel te bewegen. Duw de bedieningshendel naar voren vanuit neutraal tot de eerste arreteerstand om de versnelling in vooruit te zetten. Duw hem verder naar voren om het toerental te verhogen. Trek de bedieningshendel naar achteren vanuit neutraal tot de eerste arresteerstand om de versnelling in achteruit te zetten. Trek hem verder naar achteren om de snelheid te verhogen. NB: In bepaalde modi wordt de versnelling bepaald door de elektronische schakelbediening (ESC), en niet door de stand van de ERC-hendels. Wanneer u de joystick of Skyhook gebruikt, zet de computer de aandrijving in en uit de versnelling, ook al staan de hendels in neutraal. a a - neutraal b - Vooruit (aan bakboord gemonteerde hendel). Achteruit (aan stuurbord gemonteerde hendel) c - Vooruit (aan stuurboord gemonteerde hendel). Achteruit (aan bakboord gemonteerde hendel) b c De hoeveelheid kracht die nodig is om de ERC-hendel te bewegen en om de ERC-hendel door de arreteerstanden te bewegen is afstelbaar, om ongewenste bewegingen van de hendel in ruw water te voorkomen. Afstellen NB: De bedieningshendelweerstand en arreteerspanning kunnen periodiek onderhoud met behulp van de stelschroeven vereisen. Aanpassen bedieningshendelweerstand en spanning arreteerstand ERC-hendel: 1. Breng geschikt gereedschap aan in de sleuf aan de onderkant van de embleemkap en wrik de kap los. b c a - Zijkap (aan bakboord gemonteerde hendel) b - Hendel c - Embleemkap d - Sleuf a d Verwijder de M8 schroef en sluitring waarmee de hendel is vastgezet Verwijder de hendel. Locatie van de montageschroef en sluitring 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 9

14 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem 4. Verwijder de drie M5 bouten waarmee de zijkap is bevestigd Verwijder de zijkap. Locatie van de bouten van de zijkap 6. Breng voor afstellingen tijdelijk de hendel, sluitring en schroef aan. Draai de schroef handvast aan. 7. Aanpassen spanning arreteerstand ERC-hendel: a. Draai de stelschroef rechtsom om de spanning op de bedieningshendel te verhogen en linksom om de spanning te verlagen. b. Stel de kracht naar wens af. 8. Aanpassen spanning ERC-hendel: a. Draai de stelschroef rechtsom om de spanning op de bedieningshendel te verhogen en linksom om de spanning te verlagen. b. Stel de kracht naar wens af. Zijkap verwijderd a - Stelschroef arreteerstandfrictie b - Stelschroef hendelweerstand a b Verwijder de schroef, sluitring en hendel, nadat de afstelling heeft plaatsgevonden. 10. Installeer de zijkap. Bevestig de kap met de drie M5 x 10 mm lange schroeven. Haal de schroeven aan volgens de specificatie. Beschrijving Nm lb-in. lb-ft Zijkapschroeven Breng hechtmiddel aan op de schroefdraad van de hendelschroef. Ref.-nr. tube Beschrijving Gebruikt in Onderdeelnr. 7 Loctite 271 Threadlocker (schroefdraadborgmiddel) Schroefdraad van hendelschroef Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

15 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem 12. Installeer de sluitring en de M8 x 45 mm lange schroef. Haal de schroef aan volgens de specificatie Locatie van de montageschroef en sluitring Beschrijving Nm lb-in. lb-ft Hendelschroef Installeer het embleemdeksel op de hendel. b c a - Zijkap b - Hendel c - Embleemkap d - Sleuf a Basiswerking van joystick d De joystick biedt bij lage snelheid en tijdens het aanmeren een intuïtieve controle over uw boot. In deze modus is het motortoerental beperkt tot ca omw/min, afhankelijk van de boot en het voortstuwingssysteem, om te veel golfslag of onaanvaardbare dynamiek van de boot tijdens het manoeuvreren te voorkomen. De Dock-modus vermindert dit bovenste bereik tot ca omw/min en zal verder worden besproken in het hoofdstuk Dock-modus. Dit toerentalbereik wordt in hoofdzaak veroorzaakt door het motorvermogen. De hendels moeten worden gebruikt om de boot te manoeuvreren, als de omgevingsfactoren meer stuwkracht vereisen dan in het bovenstaande is aangegeven Joystick en standaardlocatie Hoewel de joystick gemakkelijk en intuïtief te bedienen is, kunt u deze beter niet eerder gebruiken dan zodra u de gelegenheid hebt om met de besturingskenmerken van de boot vertrouwd te raken en deze op open water met de joystick te besturen. Daarna zou u, voor het geval de joystick onbruikbaar wordt, af en toe ook moeten oefenen zonder de joystick. Beide motoren moeten draaien en beide ERC-hendels moeten in neutraalpositie staan om de joystick te kunnen gebruiken M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 11

16 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Bediening met hulpstation met joystick (indien aanwezig) Met een hulpjoystick op een apart station, dat hulpstation met joystick wordt genoemd, is dezelfde controle over de boot mogelijk als met een dashboard met joystick. De bestuurder kan de besturing overdragen aan een hulpstation nadat voldaan is aan bepaalde besturingseisen op het hoofddashboard. Er kunnen meerdere hulpstations met joystick op de boot geïnstalleerd zijn. Elk hulpstation is voorzien van een joystick, een noodstopschakelaar en een control pad. De control pad van het hulpstation bevat: Controlelampjes voor de status van de aandrijflijn (twee lampjes voor installaties met twee motoren) Een storingsindicatielampje (alarm) en scheepshoorn Een knop voor besturingsoverdracht met controlelampje Zie Hoofdstuk 2 Op het water voor nadere informatie. Axius Premier (indien aanwezig) Het Axius Premier systeem is een volledig geïntegreerd bedienings- en navigatiesysteem. Er is geen autopilot van de vervangingsmarkt nodig. Voor Axius Premier is het volgende benodigd: CAN-gerelateerde navigatie-informatie van een GPS-unit Een goedgekeurde kaartplotter met NMEA0183 CAN-gerelateerde navigatie-informatie van een inertie-meetsysteem (IMU) CAN-gerelateerde Precision Pilot trackpad VesselView! WAARSCHUWING Voorkom ernstig letsel als gevolg van botsingen met andere boten, vastvaren of het raken van objecten in het water. Wees altijd erg oplettend, wanneer de boot in een Precision Pilot-modus actief is. Het Precision Pilot-systeem kan niet adequaat reageren bij botsingen met andere boten, ondiep water of objecten in het water. Met de Axius Premier Precision Pilot-trackpad beschikt de bestuurder over de volgende modi: Skyhook hiermee kan de boot een positie handhaven zonder gebruik van lijnen of anker NB: De Skyhook functie is leverbaar afhankelijk van de actuele eigenschapconfiguratie van de bootfabrikant. Bepaalde bootfabrikanten installeren Skyhook niet fabrieksmatig. Andere boten beschikken over externe waarschuwingsapparaten (geïnstalleerd en geproduceerd door de scheepsbouwer) die aangeven dat Skyhook geïnstalleerd is. Auto Heading (automatische koers) bestuurt de boot volgens een vast ingestelde koers Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) stuurt de boot automatisch via een vooraf ingestelde route vanaf de kaartplotter of GPS-unit. Dit kan een afzonderlijk bestemmingspunt of een serie bestemmingspunten binnen een route zijn. Als er een route wordt gevolgd, laat het systeem bij elke overgang tussen bestemmingspunten een alarm horen. Dit moet worden bevestigd voordat de boot verder kan gaan naar het volgende bestemmingspunt. Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten) zoals bij Track Waypoint; alleen laat het systeem een alarm horen zodra het een bestemmingspunt bereikt en gaat de boot automatisch verder naar het volgende bestemmingspunt op de route. h g a b c d a - Skyhook b - turn to starboard (Naar stuurboord draaien) c - Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten) d - Niet gebruikt e - Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) f - Auto Heading (automatische koers) g - Resume (hervatten) h - turn to port (Naar bakboord draaien) f e De knoppen op de Precision Pilot-trackpad hebben de volgende functies: Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

17 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Functie Skyhook Draaien van < en > Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten) Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) Auto Heading (automatische koers) Resume (hervatten) Beschrijving Schakelt SkyHook in en uit. Deze modus is alleen beschikbaar als de joystick in het midden staat, beide motoren lopen, de GPSen de koerssensor beschikbaar zijn, de boot stationair draait en de hendels in neutraal staan. Skyhook kan tijdens drijven worden geactiveerd. Het Skyhook lampje knippert totdat de boot uit zichzelf vertraagt, en brandt continu nadat Skyhook is ingesteld. Als u bijvoorbeeld drijft en op Skyhook drukt, worden de aandrijvingen in achteruit gezet om de boot te vertragen. U kunt vooruit blijven drijven. Wanneer de boot uit zichzelf vertraagt, wordt Skyhook geactiveerd. Skyhook wordt niet geactiveerd tijdens het varen. Met elke druk op de knop wordt de Auto Heading-modus met tien graden gewijzigd. Wanneer de joystick aan bakboord of stuurboordzijde wordt gehouden (tot aan de pieptoon) zorgt dit voor een koerswijziging van één graad. Dit is niet van invloed op andere autopilot functies. Hiermee wordt Waypoint Sequence ingeschakeld, waarmee de boot op een route wordt gezet met meerdere bestemmingspunten op de kaartplotter. De bestemmingspunten moeten binnen een route liggen. Zie de gebruikershandleiding bij de kaartplotter. Waypoint Sequence is beschikbaar zodra de knop "WAYPOINT SEQUENCE" wordt ingedrukt, er een NMEA-0183 datastroom beschikbaar is van een kaartplotter en ook de GPS- en de koerssensor beschikbaar zijn. Waypoint Sequence volgt automatisch een route, kondigt de aankomst bij elk bestemmingspunt aan en beweegt dan in de richting van het volgende bestemmingspunt. Eerst moet Track Waypoint moeten geactiveerd; daarna moet Waypoint Sequence worden geselecteerd. Route Tracking is beschikbaar, wanneer er een NMEA-0183 datastroom beschikbaar is van een kaartplotter en ook de GPS- en de koerssensor beschikbaar zijn. De boot zal proberen vanuit de kaartplotter koers te zetten naar een bestemmingspunt of een route. Aankomst bij het bestemmingspunt moet worden bevestigd voordat de boot doorvaart naar het volgende bestemmingspunt op de route. Hierbij wordt de modus Auto Heading ingeschakeld, die de boot vasthoudt op een vast ingestelde koers op een door de bestuurder gekozen snelheid. Koerscontrole is beschikbaar zodra de knop "Auto Heading" wordt ingedrukt. Ook moeten het GPS- en het IMU-signaal beschikbaar zijn. (Zie "Draaien van < en >" voor informatie over koersaanpassing.) Voor deze functie is geen kaartplotter vereist. Hervat de vorige Auto Heading-koers, als de richting van de boot niet meer dan 90 is gewijzigd. NB: Door het stuurwiel te bewegen wordt de besturing van de boot weer in eigen hand genomen. Doordat de bestuurder even voorbij een arreteerstand moet draaien, weet de bestuurder dat hij de besturing van de boot overneemt van de Precision Pilot. Het kiezen van een andere versnelling met behulp van de hendel van de elektronische afstandsbediening (ERC) schakelt ook de autopilot modus uit. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 13

18 Hoofdstuk 1 - Vertrouwd raken met het Axius systeem Aantekeningen: Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

19 Inhoudsopgave Voorkomen van laagspanningsomstandigheden Om te beginnen Traditioneel manoeuvreren met stuur en stuwkracht. 16 De boot vooruit of achteruit manoeuvreren De boot bij lage snelheden in scherpe bochten sturen De boot bij lage snelheden om zijn as laten draaien Manoeuvreren na een defecte motor of module...17 Manoeuvreren met de joystick...17 Speciale functies digitale gas en schakelbediening (Digital Throttle And Shift; DTS)...18 Troll (langzaam varen)...19 TRANSFER (overdracht)...19 Dock (aanleggen)...19 Alleen gas (Enkele) hendel Sync (synchronisatie)...21 Besturingsoverdracht Standaardstations Besturingsoverdracht...21 Besturingsoverdracht aanvragen...22 Besturingsoverdracht en Precision Pilot...22 Besturingsoverdracht Hulpstations met joystick Overdracht van hulpstation met joystick...23 Aanvragen van besturingsoverdracht aan een hulpstation met joystick...23 Aanvragen van besturingsoverdracht vanaf een hulpstation met joystick...23 Bediening Axius Premier (indien aanwezig) Vereisten kaartplotter...23 Kenmerken...24 Hoofdstuk 2 - Op het water Hoofdstuk 2 - Op het water Autopilot scherm...24 Trackpad...24 Trackpad lampjes...24 Knoppen trackpad met het aan/uit pictogram...25 Precision Pilot modi...25 Skyhook positiebehoudfunctie (indien aanwezig)...26 Auto Heading (automatische koers)...27 Auto Heading (automatische koers) inschakelen Koers aanpassen met de "Turn" knoppen of de joystick Een koers hervatten Auto Heading (automatische koers) uitschakelen Track Waypoint (bestemmingspunt volgen)...30 De modus Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) inschakelen De Track Waypoint modus uitschakelen "Turn" knoppen in de Track Waypoint modus...33 Auto Heading knop in de Track Waypoint modus Draaien aangeven bij aankomst op bestemmingspunt Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten) Cruise Control...36 Werking onder onvoorziene omstandigheden Gebruik met alleen bakboordmotor...37 Axius noodprocedure voor transmissieoverbrugging...37 Transporteren van een Axius boot M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 15

20 Hoofdstuk 2 - Op het water Voorkomen van laagspanningsomstandigheden De accu's raken leeg, als de boot niet regelmatig wordt gebruikt. Laagspanning kan storingen veroorzaken bij de regelmodules op de boot, waardoor de stuurcilinder niet meer werkt. Zorg dat de accu's altijd volledig opgeladen blijven. Gebruik een van de volgende apparaten om de accu's opgeladen te houden, wanneer de boot niet regelmatig wordt gebruikt. Compensatielader compensatieladers kunnen de accu's beter onderhouden, wanneer de boot niet gebruikt wordt. Zorg dat de lader is ingesteld op het specifieke accutype dat u gebruikt (zuur-loodaccu, absorberende glasvezelmat, etc.), als deze is uitgerust met instellingen voor accutypes. Acculader gebruik indien aanwezig een acculader die is aangesloten op netspanning van de wal. Zie de instructiehandleiding voor de booteigenaar voor nadere informatie. De nominale "onbelaste" (geen elektrische belasting aanwezig, geen lading of ontlading, de accu bevindt zich in hoofdzaak op een onderbroken stroomkring) accuspanning moet, bij een volledig geladen accu, 12,5 tot 12,6 VDC bedragen. Controleer de spanning nadat u de motoren hebt gestart en voordat u de ligplaats verlaat. Verlaat de ligplaats niet, als de accuspanning minder dan 12,0 VDC bedraagt Als de spanning op het water daalt tot onder 12,0 VDC, verhoog de spanning dan als volgt naar 12,0 VDC: Schakel overbodige elektrische afnemers uit. Start de generator, indien deze aanwezig is en de vaaromstandigheden dit toelaten. Probeer het toerental van de motor(en) te verhogen. Verhoog het motortoerental, indien de vaaromstandigheden dit toelaten, tot boven stationair toerental ( omw/ min moeten voldoende zijn). Wanneer een versnelling wordt ingeschakeld, nemen de vaarsnelheid en het waterspoor toe.. Als de vaaromstandigheden geen verhoging van de vaarsnelheid toestaan, (geen waterspoorzone), zet dan één motor in alleen-gasmodus ( omw/min) en verhoog het toerental van een andere motor om de vaarsnelheid aan te houden. Er worden alarmmeldingen gegeven, als de spanning daalt tot onder 10,5 VDC. De aandrijvingen vergrendelen op 9,5 VDC. Er is een aandrijvingsvergrendeling mogelijk op een hoger spanningsniveau, als er veel van het besturingssysteem wordt gevraagd en de accu's niet aan die vraag kunnen voldoen. Als de aandrijving wordt vergrendeld als gevolg van de accuspanning, moet de accuspanning worden verhoogd tot een niveau boven 10,5 V en moet de contactschakelaar aan de betreffende zijde worden uit- en weer ingeschakeld om het apparaat te resetten. Houd er rekening mee dat tijdens het starten van de motor er een significante kortstondige daling van de accuspanning optreedt. Om te beginnen Traditioneel manoeuvreren met stuur en stuwkracht BELANGRIJK: Het Axius besturingssysteem vereist dat er voor het laten draaien van de aandrijvingen vloeistofdruk wordt gecreëerd door een hydraulische pomp met motor. Het Axius-systeem kan niet sturen als de motoren niet draaien. Manoeuvreren met uw Axius-boot gaat voor een groot deel net als bij een traditionele boot met hekaandrijving. Het verschil is dat het Axius-aandrijfsysteem de manoeuvreermogelijkheden van uw boot bij zowel lage als planeersnelheden vergroot. Bij lage snelheden kan het aandrijfsysteem de stuwkracht sturen via onafhankelijk werkende aandrijvingen, waardoor de boot directer reageert op draaien. Het Axius-aandrijfsysteem is uitgerust met schroeven die in tegenovergestelde richting draaien en bij versnellen of vertragen geen golfslag veroorzaken. De boot vooruit of achteruit manoeuvreren Zet een of beide motoren in de vooruit- of achteruitversnelling en stuur met het stuurwiel zoals u dat in elke andere vergelijkbare boot zou doen. De boot bij lage snelheden in scherpe bochten sturen Draai het stuurwiel in de richting van de bocht om de boot bij lage snelheid in een scherpe bocht te sturen. Wanneer het stuurwiel volledig gedraaid is, kunt u de bocht nog scherper maken door meer gas te geven aan de binnenaandrijving. De boot bij lage snelheden om zijn as laten draaien Zet de aandrijvingen recht vooruit. Laat de boot stuurboord (rechtsom) draaien door de stuurboordmotor in achteruit en de bakboordmotor in vooruit te zetten. Laat de boot bakboord (linksom) draaien door de bakboordmotor in achteruit te zetten en de stuurboordmotor in vooruit. U kunt de draaisnelheid verhogen door tegelijkertijd beide ERC-hendels te verstellen op meer gas. Er moet meer gas in de achteruit worden gegeven om de aandrijving vooruit te compenseren. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

21 Manoeuvreren na een defecte motor of module Hoofdstuk 2 - Op het water Als een motor-, dashboard- of besturingsmodule tijdens gebruik stopt met werken, beschikt de resterende aandrijving wellicht over een elektronische limiet bij binnenboords draaien. Deze limiet dient te voorkomen dat aandrijvingen onderling contact kunnen maken, aangezien de actieve aandrijving niet in staat is de positie van de uitgeschakelde aandrijving te bepalen. De boot is nog steeds operationeel, maar de manoeuvreerbaarheid wordt verlaagd wanneer er bewogen wordt naar de niet werkende aandrijving. De aandrijving kan nog steeds draaien binnen het volledige bewegingsbereik wanneer er van de uitgeschakelde aandrijving wordt bewogen. Wees extra voorzichtig, wanneer er een aandrijving wordt uitgeschakeld. Modellen Alle motoren van de Manoeuvreren met de joystick Elektronische limiet aandrijfhoek binnenboordse draai 15 NB: De elektronische limiet kan variëren wanneer deze door de oorspronkelijke fabrikant is ingesteld, afhankelijk van de eigenschappen van de voortstuwingseenheid en de afstand tussen de aandrijvingen.! WAARSCHUWING Een draaiende schroef, een bewegende boot of een massief apparaat dat aan de boot is bevestigd kan ernstige of dodelijke verwondingen toebrengen aan zwemmers. Stop de motor onmiddellijk wanneer iemand in het water zich nabij de boot bevindt. De joystick is een besturingsinterface met enkele hendel voor het manoeuvreren met de boot. Het besturen van de boot via de joystick is handig voor manoeuvres in nauwe ruimten en onder de meeste omstandigheden tijdens het afmeren. Het computerbesturingssysteem berekent automatisch de stuurhoek van elke aandrijving, het gasniveau en de versnelling die vereist zijn om de boot in de richting te duwen of draaien die overeenkomt met de beweging of draaiing van de joystick. Als u bijvoorbeeld de joystick opzij beweegt, zorgt het computerbesturingssysteem voor een zijwaartse stuwkracht op de boot. Als u de joystick draait, wekt het systeem krachten op die de boot rond zijn middelpunt laten draaien. U kunt de joystick tegelijkertijd bewegen en draaien om in nauwe ruimtes ingewikkelde manoeuvres uit te voeren. De joystick werkt proportioneel, dat betekent dat de voor bootverplaatsing geleverde stuwkracht in de gekozen richting toeneemt naarmate de joystick verder vanuit het middelpunt wordt bewogen. Met de joystick de boot manoeuvreren: 1. Beide motoren moeten draaien om de joystick te kunnen gebruiken. 2. Trim voor de beste besturing beide aandrijvingen helemaal naar de laagste stand. VesselView attendeert u wanneer de joystick wordt bewogen. 3. Beweeg beide hendels van de elektronische afstandsbediening (ERC) naar de neutrale stand. 4. Beweeg de joystick in de richting waarin u de boot wilt bewegen, of draai de joystick in de richting waarin u de boot wilt draaien. De joystick kan tegelijkertijd worden bewogen en gedraaid. De volgende afbeelding geeft een beperkt aantal voorbeelden van de belangrijkste reacties van de boot op bewegingen van de joystick. De afbeeldingen tonen bij benadering de interactie tussen joystickhandelingen en de bootrespons. Voor exact manoeuvreren zijn meerdere joystickhandelingen en extra gebruikerscorrectie nodig om de manoeuvreertijd aan te houden. d e a f b a - Vooruit b - Stuurboord c - Achteruit d - Bakboord e - Gieren aan bakboord f - Gieren aan stuurboord c Het besturingssysteem probeert tijdens het gebruik van de joystick automatisch de uitslag (gieren) van boeg en spiegel te verminderen. Een sensor aan boord meet de gierwaarde van de boot en levert dan actieve tegenbeweging tegen deze gierbeweging van de boot. Factoren als wind, de gesteldheid van het water en de belasting van de boot kunnen soms meer invloed op de boot uitoefenen dan het systeem voor gieren kan compenseren. Handmatige correctie van gieren kan nodig zijn als u de boot naar voren of achteren, bak- of stuurboord of diagonale richtingen stuurt. Om te compenseren voor onbedoeld gieren tijdens manoeuvres, draait u de joystick in de richting waarin u de boeg wilt laten draaien. De volgende tabel geeft een beperkt aantal voorbeelden van de belangrijkste reacties van de boot op bewegingen van de joystick bij handmatige giercorrectie. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 17

22 Hoofdstuk 2 - Op het water Handeling met joystick Reactie van boot Beweging (afgebeeld van lichtgrijs tot donkergrijs) NB: Beweeg en draai de joystick in deze manoeuvre zo nodig ter correctie van gieren. Boot beweegt diagonaal vooruit en draait naar stuurboord voor giercorrectie Speciale functies digitale gas- en schakelbediening (Digital Throttle And Shift; DTS) Het DTS-systeem heeft verschillende alternatieve gebruiksmodi voor verschillende hendels van de elektronische afstandsbediening (ERC). Elk van de vermelde functies kan tegelijk met de andere worden gebruikt. i h a b c d g f e Gebruikelijke ERC-hendels met trimregeling en DTS-trackpad a g h b c f e d ERC met Yacht-hendels met DTS-trackpad Item Bedieningsorgaan Functie a "NEUTRAL"-lampjes (neutraal) Branden als de hekaandrijving in neutraal staat. De LED's knipperen als de motor in de modus alleen-gas staat. b "TROLL" niet gebruikt Geen c "TRANSFER" (overdracht) Maakt het mogelijk om de besturing over te dragen naar een ander dashboard. Zie Besturingsoverdracht. d "DOCK" (aanleggen) Reduceert het gasvermogen tot ongeveer 50% van het normale vermogen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

23 Hoofdstuk 2 - Op het water Item Bedieningsorgaan Functie e "THROTTLE ONLY" (alleen-gas) Hiermee kan de bootbestuurder het motortoerental opvoeren voor warmdraaien zonder de transmissie in versnelling te schakelen. f "1 LEVER" (1 hendel) Maakt het mogelijk om de gas- en schakelfuncties voor beide motoren te regelen met de bakboordhendel. g "SYNC" (synchroniseren) Schakelt de automatische synchronisatiefunctie in of uit. Zie onder Motoren synchroniseren. h "+" (verhogen) en " " (verlagen) Verhoogt en verlaagt de instellingen voor verschillende functies, zoals de snelheid van de cruise control. i Bedieningselementen voor trimmen NB: Mogelijk zijn niet alle functies actief. Troll (langzaam varen) De Troll-functie is niet functioneel op deze modellen. TRANSFER (overdracht) Voor het aanpassen van de trimstand van de hekaandrijving. De trimposities van de aandrijvingen kunnen onafhankelijk van elkaar of gelijktijdig worden afgesteld. NB: TRANSFER (overdracht) wordt niet geactiveerd, zolang de joystick gebruikt wordt, aangezien de functie geen besturingsoverdracht toestaat wanneer er een versnelling is ingeschakeld. Met TRANSFER kan de besturing op boten met meerdere besturingssystemen worden gewijzigd. Er vindt geen overdracht plaats, wanneer er een versnelling is ingeschakeld. U kunt de besturingsoverdracht activeren terwijl Skyhook ingeschakeld is, maar Skyhook schakelt zichzelf uit zodra de overdracht voltooid is. Skyhook kan direct opnieuw worden aangesloten op de nieuwe besturing. Overdracht starten: 1. Druk een keer op de knop "TRANSFER" om de overdracht naar de geselecteerde besturing te starten. Het lampje op de knop gaat knipperen, maar de overdracht zal nu niet volledig worden uitgevoerd. NB: Het stuurwiel wordt niet gecentreerd of aangepast aan de onderste besturing. Het wiel wordt in een willekeurige positie gezet; via Skyhook of de joystick kan het wiel gecentreerd worden. 2. Druk nogmaals op de knop om de overdracht te voltooien. Het lampje zal nu continu gaan branden en de besturing vindt nu plaats via het nieuwe besturingssysteem. Nieuwe instellingen van de vorige besturing worden naar het nieuwe besturingssysteem overgezet. Zie Besturingsoverdracht voor nadere informatie. Dock (aanleggen) De Dock-modus vermindert het toerental over het hele bereik met 50%. De Dock-modus vermindert bij inschakeling van de joystick ook het beschikbaar vermogen, waardoor het motorvermogen in situaties met weinig manoeuvreerruimte nauwkeuriger kan worden geregeld Inschakelen Dock-modus: DOCK-knop (aanleggen) 1. Zet beide ERC-hendels in een willekeurige arreteerstand. 2. Druk op de knop "DOCK" op het DTS-trackpad dat is bevestigd op de ERC-hendels. 3. Het lampje van de knop "DOCK" gaat aan. 4. Zet een van beide ERC-hendels in de versnelling. 5. De motoren verhogen het toerental evenredig met de stand van de ERC-hendel, met de helft van het vermogen dat normaal beschikbaar is. Uitschakelen Dock-modus: 1. Zet beide ERC-hendels in een willekeurige arreteerstand. 2. Druk op de knop "DOCK" (aanleggen). Het lampje van de knop "DOCK" gaat uit. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 19

24 Hoofdstuk 2 - Op het water Alleen-gas NB: De joystick kan worden geactiveerd wanneer deze wordt bewogen wanneer de motoren draaien en de ERC-hendels zich in de neutraalstand bevinden. Alleen-gasmodus moet worden gebruikt om de joystick uit te schakelen, als de kapitein niet aan het dashboard staat. Door de ERC in alleen-gasmodus te zetten wordt onbedoeld schakelen voorkomen. De aandrijvingen lopen via het stuurwiel of de joystick en het toerental van de motoren kan worden verhoogd in de alleen-gasmodus, terwijl de aandrijvingen in de neutraalstand blijven. Om de alleen-gasmodus in te schakelen: 1. Zet beide ERC-hendels in neutraal THROTTLE ONLY-knop (alleen-gas) 2. Druk op de knop "THROTTLE ONLY" op de DTS-trackpad. 3. Het "THROTTLE ONLY"-lampje gaat branden en de neutraal-lampjes knipperen. 4. Zet een van beide ERC-hendels in de versnelling. De waarschuwingshoorn geeft een signaal steeds wanneer de hendels in of uit de versnelling worden geschakeld in de alleen-gasmodus, maar de boot zal in de neutraalstand blijven. 5. Het toerental van de motoren kan worden verhoogd terwijl de aandrijvingen in neutraal blijven. 6. Alleen-gasmodus zet ook de joystick in neutraalstand. NB: Door op de knop "THROTTLE ONLY" te drukken terwijl de ERC-hendels in de versnelling staan, zet u het lampje van de knop uit, maar de boot blijft in de alleen-gas modus totdat u de hendels in neutraal zet. Om de alleen-gasmodus uit te schakelen: 1. Zet beide ERC-hendels in neutraal. De alleen-gasmodus kan alleen worden uitgeschakeld als u de ERC-hendels in neutraal zet. 2. Druk op de knop "THROTTLE ONLY" (alleen-gas). Het lampje van de knop "THROTTLE ONLY" gaat uit. 3. De neutraallampjes stoppen met knipperen en gaan continu branden en de joystick wordt actief. 1 (Enkele) hendel Het besturingssysteem biedt de mogelijkheid om beide motoren met één enkele hendel te bedienen. Deze functie maakt bij ruwe zee de besturing van de motoren eenvoudiger, doordat u slechts één hendel vast hoeft te houden om tegelijkertijd beide motoren te bedienen. Dit is niet van invloed op de joystickfunctie. Deze modus is niet gelijk aan de systeemfunctie die Sync. heet 1 LEVER-knop (1 hendel) Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

25 Hoofdstuk 2 - Op het water Om de 1 (enkele) hendel-modus in te schakelen: 1. Zet beide ERC-hendels in neutraal. 2. Druk op de knop "1 LEVER" op de DTS-trackpad die is bevestigd aan de ERC-hendels. 3. De knop "1 LEVER" (1 hendel) licht op. 4. Zet de bakboord-erc-hendel in de versnelling. 5. Het toerental van beide motoren wordt gelijktijdig verhoogd en verlaagd wanneer de ERC-hendel wordt bewogen, terwijl de aandrijvingen in dezelfde versnelling blijven staan. Om de 1 (enkele) hendel-modus uit te schakelen: 1. Zet beide ERC-hendels in neutraal. 2. Druk op de knop "1 LEVER" (1 hendel). Het lampje van de knop "1 LEVER" gaat uit. Sync (synchronisatie) Het besturingssysteem is uitgerust met Sync, een functie voor automatische synchronisatie van de motoren. Bij het opstarten wordt deze automatisch ingeschakeld. Sync bewaakt de positie van beide ERC-hendels. Als de hendels zich binnen 10% van elkaar bevinden, wordt de bakboordmotor gesynchroniseerd met het toerental van de stuurboordmotor. Het SmartCraftsysteem schakelt Sync automatisch uit bij de laatste 95% van het gasbereik, om de motor de gelegenheid te geven het maximaal haalbare toerental te bereiken. Sync kan niet inschakelen voordat het minimaal vereiste toerental is bereikt. Het controlelampje in de SYNC-knop gaat branden als beide motoren zijn ingeschakeld. Het lampje is geel wanneer de motoren niet gesynchroniseerd zijn, bij een stationair toerental en bij 95% van volgas. Het lampje brandt rood wanneer de synchronisatiefunctie is ingeschakeld. SYNC-knop (synchroniseren) Het toerentaldisplay van VesselView geeft een oranje pictogram weer onder de toerentalnummers als het toerental van de motoren zich niet binnen 10% van elkaar bevindt. Het pictogram wordt rood als de motoren worden gesynchroniseerd. Uitschakelen Sync-modus: 1. Zet de ERC-hendels in een willekeurige arreteerstand. 2. Druk op de knop "SYNC" (synchroniseren). Om de Sync-modus weer in te schakelen, drukt u op de knop "SYNC". Besturingsoverdracht Standaardstations Besturingsoverdracht Op sommige boten kan de besturing van de boot op meerdere plaatsen worden verricht. Deze plaatsen worden doorgaans dashboards of stations genoemd. "Besturingsoverdracht" is de term voor de methode voor het overdragen van de besturing van het ene dashboard (of station) op een ander dashboard.! WAARSCHUWING Voorkom ernstig of dodelijk letsel door verlies van de controle over de boot. De bootbestuurder mag nooit het actieve station verlaten als de motor in versnelling is geschakeld. Overdracht van de besturing mag alleen plaatsvinden als beide stations bemand zijn. Overdracht van de besturing door één persoon mag alleen worden uitgevoerd met de motor in neutraal. Met de functie besturingsoverdracht kan de bootbestuurder bepalen welk dashboard de boot bestuurt. Voordat besturingsoverdracht kan plaatsvinden, moeten de ERC-hendels van het actieve dashboard en die op het dashboard waaraan de besturing wordt overgedragen, op neutraal staan M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 21

26 Hoofdstuk 2 - Op het water NB: Als u probeert om de besturing over te dragen terwijl de ERC-hendels niet op neutraal staan, klinkt er een pieptoon en zal de besturingsoverdracht niet plaatsvinden, tenzij de hendels van de dashboard op neutraal worden gezet en er opnieuw een verzoek tot besturingsoverdracht wordt gedaan. Er kunnen storingscodes op VesselView verschijnen als er een poging tot gebruik van andere besturings- of navigatiefuncties wordt gedaan nadat de procedure voor besturingsoverdracht is gestart. Om deze storingscodes te verwijderen, zult u mogelijk de contactsleutel naar Uit en weer naar Aan moeten draaien, waarna u de procedure voor besturingsoverdracht opnieuw start. Wacht met het geven van andere besturings- en navigatieopdrachten tot nadat de besturingsoverdracht is voltooid om het oproepen van storingscodes te voorkomen. KENNISGEVING De ERC-hendels moeten op de stand neutraal staan om besturingsoverdracht te kunnen verrichten. Terwijl ze in neutraal staan kan uw boot afdrijven en met nabije objecten in aanvaring komen, wat schade zal veroorzaken. Houd uw omgeving goed in de gaten terwijl u de besturingsoverdracht verricht. Voorkom schade: wees extra voorzichtig wanneer u een besturingsoverdracht verricht met de boot vlakbij aanlegsteigers, pieren of andere vaste objecten of nabij andere boten. Besturingsoverdracht aanvragen NB: Elke beweging van de joystick of ERC-hendels na het indrukken van de knop "TRANSFER" beëindigt het verzoek om besturingsoverdracht. Er klinkt een enkele pieptoon en de knop "TRANSFER" gaat uit om aan te geven dat het overdrachtverzoek is beëindigd. Om overdracht van de besturing over de boot tussen dashboards aan te vragen: 1. Druk één keer op de knop "TRANSFER" op het dashboard waaraan u de besturing wilt overdragen, met de ERC-hendels op neutraal. Nadat er op de knop "TRANSFER" is gedrukt, gaat het overdrachtslampje branden en klinkt er een pieptoon om aan te geven dat de overdracht op het punt staat te beginnen. NEUTRAL - TROLL + SYNC TRANSFER 1 LEVER THROTTLE ONLY DOCK Knop "TRANSFER" NB: Als de ERC-hendels op de dashboards niet op neutraal staan, knipperen de neutraallampjes. Zet alle ERC-hendels naar neutraal: het neutraallampje hoort nu constant te branden. 2. Terwijl het lampje van de knop "TRANSFER" en het neutraallampje branden, drukt u nogmaals op de knop "TRANSFER" om de besturingsoverdracht te voltooien. 3. Nadat de besturingsoverdracht voltooid is, klinkt er nogmaals een pieptoon en gaat het lampje van de knop "TRANSFER" uit. NB: Als de besturingsoverdracht niet binnen tien seconden voltooid wordt, wordt het verzoek automatisch geannuleerd en klinkt er een dubbele pieptoon. De besturing vindt nog steeds plaats via het op dat moment actieve dashboard. Druk nogmaals op de knop "TRANSFER" om de besturingsoverdracht opnieuw te starten. 4. Het dashboard waarop het verzoek om besturingsoverdracht werd gegeven, is nu actief en bestuurt de boot. Besturingsoverdracht en Precision Pilot Het overdragen van de besturing van een actief dashboard op een niet-actief dashboard (tussen stations) heeft effect op de werking van de Precision Pilot-modi. Hieronder staan enige van deze effecten vermeld. De modus Auto Heading wordt uitgeschakeld wanneer de ERC-hendels op neutraal worden gezet voor de besturingsoverdracht. U moet de modus Auto Heading opnieuw inschakelen op het dashboard dat nu actief is geworden. Wanneer u een besturingsoverdracht aanvraagt, gaat Precision Pilot naar stand-by. U moet informatie invoeren op het dashboard dat nu actief is geworden. Als Skyhook is ingeschakeld, wordt deze uitgeschakeld zodra de knop "TRANSFER" voor de tweede keer wordt ingedrukt. U moet Skyhook inschakelen op het dashboard dat nu actief is geworden. De functie Hervatten voor Auto Heading wordt niet automatisch overgedragen. Na het inschakelen van de vorige Auto Heading-koers op het actief geworden dashboard, werkt de functie Hervatten net zoals op het andere actieve station. In de modus Track Waypoint (routepunt volgen) worden het regelen van de route en de weergave van de routegegevens op uw kaartplotter niet automatisch overgedragen naar de kaartplotter op het actief geworden dashboard. U moet de kaartplotter op het actief geworden dashboard inschakelen, het bestemmingspunt of de te volgen bestemmingsroute opnieuw invoeren en de functie Track Waypoint opnieuw inschakelen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

27 Besturingsoverdracht Hulpstations met joystick Overdracht van hulpstation met joystick Hoofdstuk 2 - Op het water Op sommige boten kan de besturing van de boot op meerdere hulpstations met joystick worden verricht. Overdracht van hulpstation met joystick is de term voor de methode voor het overdragen van de besturing van een willekeurig station naar een hulpstation met joystick. De functie Overdragen van de besturing aan een hulpstation met joystick stelt de bootbestuurder in staat een hulpstation met joystick te selecteren voor besturing van de boot. Wanneer het hulpstation met joystick actief is, worden storings- en alarminformatie alleen op het als laatste actieve dashboard weergegeven. De contactschakelaars en noodstopschakelaars op alle stations blijven werken. Voorkom schade: wees extra voorzichtig wanneer u een overdracht van hulpstation met joystick of dashboard verricht met de boot vlakbij aanlegsteigers, pieren of andere vaste objecten of nabij andere boten. Aanvragen van besturingsoverdracht aan een hulpstation met joystick Om overdracht van de besturing over de boot vanaf een dashboard aan een hulpstation met joystick aan te vragen: 1. Druk één keer op de knop "TRANSFER" op de control pad van het hulpstation waaraan u de besturing wilt overdragen. 2. Nadat er op de knop "TRANSFER" is gedrukt, gaat het overdrachtslampje knipperen en klinkt er een pieptoon op het hulpstation met joystick en het actieve station om aan te geven dat de overdracht op het punt staat te beginnen. PORT CENTER STBD a TRANSFER-knop (besturingsoverdracht) a - Knoplampje Transfer (besturingsoverdracht) b - Knop Transfer (besturingsoverdracht) ALARM TRANSFER b NB: Elke beweging van de joystick na het indrukken van de knop "TRANSFER" beëindigt het verzoek om besturingsoverdracht. Er klinkt een enkele pieptoon en de knop "TRANSFER" gaat uit om aan te geven dat het overdrachtverzoek is beëindigd. 3. Terwijl het lampje van de knop "TRANSFER" brandt, drukt u nogmaals op de knop "TRANSFER" om de besturingsoverdracht naar het hulpstation te voltooien. 4. Nadat de besturingsoverdracht voltooid is, klinkt er nogmaals een pieptoon en gaat het lampje van de knop "TRANSFER" aan. NB: Als de besturingsoverdracht naar het hulpstation niet binnen tien seconden voltooid wordt, wordt het verzoek automatisch geannuleerd en klinkt er een dubbele pieptoon. De besturing vindt nog steeds plaats via het op dat moment actieve dashboard. Druk nogmaals op de knop "TRANSFER" om de besturingsoverdracht opnieuw te starten. 5. Het hulpstation met joystick waarop het verzoek om besturingsoverdracht werd gegeven, is nu actief en bestuurt de boot. Aanvragen van besturingsoverdracht vanaf een hulpstation met joystick U kunt op elk willekeurig moment een besturingsoverdracht naar een ander hulpstation met joystick uitvoeren. Dit type besturingsoverdracht werkt als elke andere normale overdracht. U kunt ook een besturingsoverdracht uitvoeren vanaf een hulpstation met joystick naar elk willekeurig standaardstation met dashboard, zolang het dashboard voldoet aan alle eisen voor een normale overdracht. Bediening Axius Premier (indien aanwezig) Vereisten kaartplotter Vele functies van Axius Premier werken op basis van informatie van de kaartplotter. Maar niet elke kaartplotter beschikt over de informatiekwaliteit die nodig is om deze functies behoorlijk te laten werken. De kaartplotter in uw boot is geselecteerd uit een goedgekeurde lijst die is opgesteld en wordt bijgehouden door CMD en Mercury MerCruiser. Deze kaartplotters maken gebruik van specifieke software die voor werking met het Axius Premier systeem voldoet aan strenge eisen. Slechte kwaliteit of onzorgvuldig door niet goedgekeurde kaartplotters of software gegenereerde informatie kan ertoe leiden dat functies verkeerd, onverwacht of helemaal niet werken. Het updaten van software naar een niet goedgekeurde versie kan er eveneens toe leiden dat het systeem niet goed functioneert. Wanneer er voor uw kaartplotter service vereist is, raadpleeg dan uw dealer of bel met het CMD Customer Service voor goedgekeurde plotters, plotterinstellingen en compatibele software. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 23

28 Hoofdstuk 2 - Op het water Kenmerken! WAARSCHUWING Voorkom ernstig letsel als gevolg van botsingen met andere boten, vastvaren of het raken van objecten in het water. Wees altijd erg oplettend, wanneer de boot in een Precision Pilot-modus actief is. Het Precision Pilot-systeem kan niet adequaat reageren bij botsingen met andere boten, ondiep water of objecten in het water. Axius Premier bevat de volgende Precision Pilot functies: Een trackpad voor het regelen van bepaalde functies van Precision Pilot. Koerscorrectie naar bakboord of stuurboord door een knop in te drukken. Automatische koers- en bestemmingsmodi. Positiebehoudfunctie (Skyhook) Het VesselView-display "AUTOPILOT" (bevindt zich in het hoofdstuk Omgeving) voor weergave van bepaalde functies van Precision Pilot. Autopilot-scherm Het VesselView Autopilot-scherm voor Precision Pilot toont: De hoek van de aandrijvingen in de modus stand-by. Een digitale kompaswaarde van de huidige koers. Aan de rechterkant van het scherm geeft een pictogram "OFF" (uit) aan wanneer Autopilot niet is ingeschakeld. Drie pictogrammen geven het reactieniveau weer dat geselecteerd is. Motortoerental. NB: Niet alle functies van Precision Pilot werken als DTS-functies zijn ingeschakeld. U dient eerst alle DTS-functies uit te schakelen voordat u de functies van Precision Pilot kunt gebruiken. a Stand-by-scherm op VesselView a - pictogram "UIT" b - koers c - aandrijfhoek d - motortoerental b c d Trackpad De trackpad Precision Pilot bevat: De "TURN" -knoppen (bocht) bieden een koerscorrectie van 10 voor elke druk naar bakboord of stuurboord. De knoppen "AUTO HEADING" (automatische koers), "TRACK WAYPOINT" (bestemmingspunt volgen) en "WAYPOINT SEQUENCE" (reeks bestemmingspunten) schakelen automatische koers- en bestemmingsmodi in. Een "SKYHOOK" knop schakelt een positiebehoudfunctie Skyhook in en uit. Een "RESUME" knop activeert (onder bepaalde omstandigheden) een vorige koers. De mogelijkheid te bepalen hoe snel of langzaam de boot reageert op geprogrammeerde wijzigingen (in de modus Auto Heading) door de knop "RESPONSE" in te drukken. Trackpad lampjes In de trackpad geven lampjes aan wanneer een Precision Pilot-modus actief (ingeschakeld) of stand-by (uitgeschakeld) is. Als het "STANDBY"-lampje brandt, is Precision Pilot uitgeschakeld (uit). U moet de knop voor Auto Heading, Track Waypoint of Skyhook indrukken om de modus in te schakelen. NB: Het "STANDBY" lampje knippert wanneer de Precision Pilot software de benodigde GPS-signalen probeert te verkrijgen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

29 Hoofdstuk 2 - Op het water Als het "ACTIVE"-lampje brandt, is één modus van Precision Pilot ingeschakeld. a b a - "STANDBY"-lampje b - "ACTIVE"-lampje Knoppen trackpad met het aan/uit-pictogram Het aan/uit-pictogram geeft aan dat u met de knoppen voor Skyhook, Auto Heading en Track Waypoint de Precision Pilotfunctie die op de knop staat kunt in- of uitschakelen. a Knoppen met aan/uit-pictogrammen a - "SKYHOOK"-knop b - "AUTO HEADING"-knop c - "TRACK WAYPOINT"-knop b c Als u op een knop drukt met het aan/uit-pictogram lampje gaat aan. gaat het lampje voor die knop uit als het aan was en het "STANDBY"- Als u op een knop drukt met het aan/uit-pictogram gaat het lampje voor die knop aan als het uit was, klinkt er een enkele pieptoon en gaat het "ACTIVE"-lampje branden, tenzij op dat moment een andere modus actief is. Als op dat moment een andere modus actief is, kunt u deze uitschakelen door op de knop van de actieve modus te drukken. Druk vervolgens op de knop van de nieuwe modus. Als u op een knop drukt met het aan/uit-pictogram pieptoon en gaat het "ACTIVE"-lampje branden. Precision Pilot modi gaat het lampje voor die knop aan als het uit was, klinkt er een enkele! WAARSCHUWING In sommige modi van Precision Pilot "Auto Heading" (automatische koers), "Track Waypoint" (bestemmingspunt volgen) en "Waypoint Sequence" (reeks bestemmingspunten) navigeert de boot volgens een tevoren ingestelde koers. De boot reageert niet automatisch op gevaren als andere vaartuigen, obstakels, zwemmers of hindernissen onder water. Aanvaringen hiermee kunnen leiden tot schade aan de boot en ernstig of dodelijk letsel. De bestuurder moet bij het dashboard blijven om gevaren te ontwijken en anderen te waarschuwen bij koerswijzigingen. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 25

30 Hoofdstuk 2 - Op het water! OPGELET Voorkom letsel als gevolg van onverwacht keren op hoge snelheid. Wanneer de functie Track Waypoint of Waypoint Sequence wordt ingeschakeld in planee, kan de boot hierdoor een scherpe bocht maken. Bevestig de richting van het volgende bestemmingspunt voordat u deze autopilot functies inschakelt. Zorg dat u tijdens het varen in de Waypoint Sequence modus altijd actie kunt ondernemen bij het bereiken van een bestemmingspunt. Axius Premier bevat verschillende modi waarmee u uw boot naar een specifieke koers kunt sturen, of naar bestemmingen die zijn gegenereerd van een kaartplotter en GPS-unit. Als u gebruik maakt van een apparaat voor het genereren van koersinformatie, dient u vertrouwd te zijn met de werking van die kaartplotter en de GPS-unit, voordat u de Precision Pilot gaat gebruiken bij het besturen van uw boot. Precision Pilot regelt geen snelheid, alleen richting, en kan geen gevaren bij de navigatie waarnemen. Deze automatische modi ontslaan de bestuurder niet van de verantwoordelijkheid om aan het dashboard te blijven en te blijven uitkijken naar andere boten, personen in het water of gevaren bij het navigeren. Wees u er bij gebruik van een Precision Pilot, een kaartplotter en een GPS-unit voor het navigeren langs een reeks bestemmingspunten (een route) van bewust, dat de boot niet naar de exacte locatie van het bestemmingspunt zal varen voordat hij koers zet naar het volgende bestemmingpunt. Uw kaartplotter stelt altijd een zone vast rondom het punt dat aankomstcirkel heet. Het Precision Pilot systeem zal de aankomst bij het bestemmingspunt aankondigen zodra de boot die zone binnenvaart. Skyhook positiebehoudfunctie (indien aanwezig) De boot is misschien uitgerust met de positiebehoudfunctie Skyhook. Dit systeem maakt gebruik van GPS en een elektronisch kompas voor automatische schakelbediening, gas en besturing om koers en positie te behouden. Deze functie kan praktisch zijn, wanneer u stil ligt om brandstof te tanken, wacht totdat een brug wordt geopend, of wanneer het water te diep is voor een anker. Skyhook houdt niet een exact bepaalde positie aan, maar houdt de boot binnen een vaste koers binnen een gebied. De afmetingen van dit gebied worden beïnvloed door de nauwkeurigheid van het GPS-satellietsysteem, de signaalkwaliteit van de satelliet, de fysieke positie van de satellieten in verhouding tot de ontvanger, zonnevlammen en de afstand van de ontvanger op de boot tot grote gebouwen en bomen. Onder normale gebruiksomstandigheden kan Skyhook de boot binnen een straal van 10 meter houden. Deze afstand kan echter soms toenemen tot een straal van 30 meter. Schakel Skyhook niet in wanneer de boot zich binnen 30 meter van een obstakel, ligplaats, brug, vaartuig, zwemmer, etc. bevindt. Wanneer Skyhook actief is, dient de kapitein altijd aan het dashboard te staan om de besturing van de boot over te nemen wanneer er zich veranderingen voordoen, zoals: Een zwemmer of ander vaartuig nadert uw boot. Skyhook verliest het satellietsignaal en schakelt zichzelf automatisch uit. De omvang van het gebied waarin de boot wordt gehouden, neemt toe. Voordat Skyhook wordt ingeschakeld, moet de kapitein alle opvarenden informeren hoe Skyhook werkt. Leg aan de opvarenden uit dat ze uit het water moeten blijven, dat ze niet op plaatsen mogen staan of zitten waar ze overboord kunnen vallen en zich bewust moeten zijn van de mogelijkheid van plotselinge veranderingen in de positie van de boot. Het Skyhooksysteem zal het motorvermogen soms kort verhogen om de positie te behouden. Als opvarenden hierop niet zijn voorbereik, kunnen ze hun evenwicht verliezen en vallen.! WAARSCHUWING Een draaiende schroef, een bewegende boot of een apparaat dat is bevestigd aan een bewegende boot kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken bij mensen in het water. Wanneer Skyhook is ingeschakeld, draaien de schroeven en beweegt de boot om op dezelfde plaats te blijven. Zet de motoren onmiddellijk af als iemand zich in het water in de buurt van de boot bevindt. Skyhook wordt niet uitgeschakeld voordat u de joystick en de bedieningshendels in neutraal zet. De schroeven draaien wanneer Skyhook is ingeschakeld, hoewel dit draaien van de schroeven soms niet duidelijk merkbaar zal zijn. Zorg dat er zich geen personen in het water bevinden binnen een afstand van 30 meter en dat de opvarenden veilig zijn wanneer de motoren draaien. Wanneer Skyhook is ingeschakeld, moet de kapitein: Aan het dasboard blijven Goed te letten op personen in het water in de buurt van de boot Skyhook uitschakelen zodra iemand het water in gaat of de boot vanuit het water benadert. Op naderende vaartuigen letten en Skyhook uitschakelen, als een vaartuig uw koers doorkruist. Het reactieniveau van Skyhook systeem is afhankelijk van de wind en stroming. Onderzoek in welke positie uw boot het best reageert op snelheid en richting van wind en stroming. Wanneer u de boeg naar de wind toedraait, reageert het Skyhook systeem gelijkmatiger. Onderzoek welke positie het meest geschikt is voor uw boot onder verschillende omstandigheden. Het kan voorkomen dat het GPS-signaal te zwak of tijdelijk niet beschikbaar is. Wanneer dit gebeurt, geeft Skyhook een alarm en schakelt zichzelf automatisch uit. De aandrijvingen keren terug naar de neutraalstand en de boot drijft af op de wind en de stroming. U moet altijd in de gelegenheid zijn de besturing weer in eigen hand te nemen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

31 Hoofdstuk 2 - Op het water BELANGRIJK: Activiteiten in het water nabij het vaartuig kunnen leiden tot letsel of de dood als Skyhook is ingeschakeld. De kapitein, bestuurder en opvarenden horen de waarschuwingsstickers op de boot te lezen en in acht te nemen voordat Skyhook wordt ingeschakeld. De volgende waarschuwingsstickers bevinden zich op de boot zodat u deze kunt raadplegen. Sticker naast de Precision Pilot-trackpad 8M Sticker bij het instapgedeelte bij de spiegel NB: Als de stickers ontbreken of niet goed leesbaar zijn, moeten ze worden vervangen voordat Skyhook wordt ingeschakeld. Neem voor vervangende stickers contact op met de scheepsbouwer, met uw Cummins-distributeur of met een erkende Cummins MerCruiser Diesel reparatiewerkplaats. Auto Heading (automatische koers) Met Auto Heading (automatische koers) houdt de boot tijdens het varen automatisch een bepaalde koers aan. Auto Heading (automatische koers) inschakelen 1. Zet ten minste één draaiende motor in vooruit. NB: Auto Heading werkt niet als de ERC-hendels op neutraal of achteruit staan. 2. Breng de boot in de gewenste koers M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 27

32 Hoofdstuk 2 - Op het water 3. Druk op de knop "AUTO HEADING" om de modus Auto Heading in te schakelen. De knop licht op en er klinkt een enkele pieptoon om aan te geven dat de modus is ingeschakeld. De scheepshoorn geeft een dubbele pieptoon als Auto Heading niet wordt ingeschakeld. a c b a - "TURN" knop bakboord (koersaanpassing) b - "TURN" knop stuurboord (koersaanpassing) c - "RESUME"-knop d - "AUTO HEADING"-knop d Geef op VesselView het Autopilot-scherm weer. Zie onder Modusweergave in VesselView. 5. Op het VesselView-scherm voor Autopilot verandert de modusindicator van "OFF" in "AUTO". 6. Het stuurwiel centreert automatisch en wordt elektronisch vergrendeld. NB: Als u het stuurwiel om de een of andere reden moet draaien, moet u voldoende kracht gebruiken om de elektronische vergrendeling op te heffen. 7. Precision Pilot houdt de koers aan die de boot volgde toen de knop "AUTO HEADING" werd ingedrukt en de functie Auto Heading werd ingeschakeld. 8. Zie voor het aanpassen van de koers terwijl "AUTO HEADING" is ingeschakeld Koers aanpassen met de "Turn"-knoppen of de joystick. 9. Zie voor het uitschakelen van Auto Heading Auto Heading (automatische koers) uitschakelen. 10. Als u een tweede keer op de knop "AUTO HEADING" drukt, schakelt Auto Heading naar de stand-by-modus en gaan alle lampjes behalve "STANDBY" uit. Koers aanpassen met de "Turn"-knoppen of de joystick In de modus "AUTO HEADING" veranderen de "TURN"-knoppen (knoppen voor koersaanpassing) de ingestelde koers telkens wanneer ze worden ingedrukt. Met elke tik tegen de joystick naar links of naar rechts past u uw koers aan Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

33 Hoofdstuk 2 - Op het water 1. Druk op de knop "TURN" (bocht) in de richting van de gewenste koerswijziging. Met elke druk op de knop verandert de koers met 10. a c b a - "TURN" knop bakboord (koersaanpassing) b - "TURN" knop stuurboord (koersaanpassing) c - "RESUME"-knop d - "AUTO HEADING"-knop d Beweeg de joystick in de gewenste richting om kleine aanpassingen te maken in de gekozen koers en houd de joystick in deze stand vast. Elke beweging die wordt herkend past de gekozen koers aan met 1. NB: Wanneer de joystick over meer dan 50% van zijn bereik beweegt, klinkt er een signaal en wordt de beweging herkend als invoersignaal. Een koers hervatten De koers aanpassen naar stuurboord De knop "RESUME" (hervatten) licht op als er een vorige koers voor hervatting beschikbaar is. BELANGRIJK: De vorige koers kan alleen worden hervat binnen één minuut nadat Auto Heading is uitgeschakeld, of als het stuurwiel niet meer dan 90 is gedraaid. Druk op de knop "RESUME" om de vorige koers te hervatten: als u het stuurwiel gedraaid hebt en Auto Heading hebt uitgeschakeld; als u op een van de "TURN"-knoppen (bocht) hebt gedrukt terwijl Auto Heading was ingeschakeld. a c b a - "TURN" knop bakboord (koersaanpassing) b - "TURN" knop stuurboord (koersaanpassing) c - "RESUME"-knop d - "AUTO HEADING"-knop d M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 29

34 Hoofdstuk 2 - Op het water Auto Heading (automatische koers) uitschakelen 1. U kunt de Auto Heading-modus op een van de volgende manieren uitschakelen: Zet de ERC-hendels voor beide motoren in neutraal. Het lampje van de knop "AUTO HEADING" gaat uit en het stand-bylampje gaat branden. Draai het stuurwiel voorbij de elektronische arreteerstand. Het lampje van de knop "AUTO HEADING" gaat uit en het "Resume"-lampje gaat branden. Druk op de knop "AUTO HEADING" (automatische koers) op de Precision Pilot trackpad. Het lampje van de knop "AUTO HEADING" gaat uit en het stand-bylampje gaat branden. a - lampje in knop b - "AUTO HEADING"-knop a b Er klinkt een enkele pieptoon en de modusindicator verandert van "OFF" in "AUTO". 3. Als Auto Heading is uitgeschakeld omdat er aan het stuurwiel is gedraaid, gaat het lampje van de knop "Resume" branden. Terwijl het lampje van de knop "RESUME" brandt, kunt u op de knop "RESUME" drukken om de koers in Auto Heading te hervatten. Zie onder Een koers hervatten. Als u de koers niet wenst te hervatten, drukt u een keer op de knop "AUTO HEADING" om stand-by te activeren, en drukt u nogmaals op deze knop om de modus Auto Heading uit te schakelen. a a - modusindicator "OFF" of "AUTO" b - koers op dit moment c - stand van aandrijvingen d - Motortoerental b c d 4. Als de ERC-hendels naar neutraal zijn gezet, schakelt Auto Heading (automatische koers) uit en gaat het "STANDBY"- lampje branden. U kunt uw koers niet hervatten door op de knop "RESUME" (hervatten) te drukken. Zie onder Een koers hervatten. 5. Als Auto Heading is uitgeschakeld omdat er op de knop "AUTO HEADING" is gedrukt, gaat het lampje "Auto Heading" uit en gaat het stand-bylampje branden. Als u een tweede keer op de knop "AUTO HEADING" drukt, gaat het standbylampje uit, wordt Auto Heading uitgeschakeld en is de modus uit. Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) 31408! WAARSCHUWING In sommige modi van Precision Pilot "Auto Heading" (automatische koers), "Track Waypoint" (bestemmingspunt volgen) en "Waypoint Sequence" (reeks bestemmingspunten) navigeert de boot volgens een tevoren ingestelde koers. De boot reageert niet automatisch op gevaren als andere vaartuigen, obstakels, zwemmers of hindernissen onder water. Aanvaringen hiermee kunnen leiden tot schade aan de boot en ernstig of dodelijk letsel. De bestuurder moet bij het dashboard blijven om gevaren te ontwijken en anderen te waarschuwen bij koerswijzigingen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

35 Hoofdstuk 2 - Op het water Met Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) navigeert de boot automatisch naar een bepaalde bestemming of een reeks bestemmingen (de bestemmingsroute). Deze functie is bedoeld voor gebruik op open water dat vrij is van obstakels boven en onder de waterlijn. Gebruik van het voorbeeld in de afbeelding dat proefroute wordt genoemd: Bestemmingspunten worden getoond in genummerde vierkanten binnen de aankomstcirkel (een cirkel met streepjeslijn rondom het genummerde vierkant). Bestemmingspunt 4 bevindt zich te dicht bij 3 om voor dezelfde route te worden gebruikt. Bestemmingspunten moeten zich op voldoende afstand van elkaar bevinden, zodat de aankomstcirkels elkaar niet snijden. Een route wordt samen met de bestemmingspunten 1, 2 en 3 weergegeven door de rechte streepjeslijn. Het autopilotsysteem zal proberen via deze route te navigeren. De kapitein hoort ervoor te zorgen dat de route geen gevaren bevat en dient hierop tijdens het varen te blijven letten. Wanneer de boot in planee komt en Waypoint Sequence is ingeschakeld, maakt de boot automatisch op hoge snelheid een scherpe bocht na aankomst op bestemmingspunt Wanneer de functie Track Waypoint geactiveerd is en de boot in bedrijf wordt gesteld: Moet de bestuurder altijd aan het dasboard blijven. Mag de bestuurder het dashboard nooit onbeheerd laten. Deze functie is niet bedoeld om de boot zonder toezicht te gebruiken. Gebruik Track Waypoint niet als enige navigatiebron. BELANGRIJK: Track Waypoint kan alleen worden gebruikt met door CMD goedgekeurde kaartplotters. Vraag uw erkende Cummins dealer of distributeur naar deze lijst met kaartplotters. De gegevens van het bestemmingspunt moeten aan VesselView worden geleverd door een kaartplotter van een andere fabrikant. Zie de handleiding van uw kaartplotter voor meer informatie. De nauwkeurigheid van de functie kan worden beïnvloed door omgevingsfactoren en een onjuist gebruik. Raadpleeg de volgende informatie tijdens gebruik van de functies Track Waypoint en Waypoint Sequencing. Waypoint-gegevens afstandsinstellingen Tussen bestemmingspunten Aankomstalarmen Meer dan 1.0 zeemijl (1,85 km) Niet minder dan 0,1 zeemijl (0,19 km) De modus Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) inschakelen De modus Track Waypoint (bestemmingspunt volgen) van Precision Pilot inschakelen: 1. Schakel de kaartplotter in en kies een bestemmingspunt of een te volgen bestemmingsroute. 2. Zet ten minste één ERC-hendel op vooruit. Track Waypoint werkt niet als beide hendels in neutraal of achteruit staan. 3. Stuur de boot handmatig in de richting van het eerste bestemmingspunt en houd de boot in die koers met een veilige vaarsnelheid. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 31

36 Hoofdstuk 2 - Op het water! OPGELET Voorkom letsel als gevolg van onverwacht keren op hoge snelheid. Wanneer de functie Track Waypoint of Waypoint Sequence wordt ingeschakeld in planee, kan de boot hierdoor een scherpe bocht maken. Bevestig de richting van het volgende bestemmingspunt voordat u deze autopilot functies inschakelt. Zorg dat u tijdens het varen in de Waypoint Sequence modus altijd actie kunt ondernemen bij het bereiken van een bestemmingspunt. 4. Druk op de knop "TRACK WAYPOINT" op de Precision Pilot-keypad. Het lampje van de "TRACK WAYPOINT"-knop gaat aan en er klinkt een enkele pieptoon om aan te geven dat de functie Track Waypoint is ingeschakeld. Pilot gaat naar het eerste bestemmingspunt op de koers van de kaartplotter. Er klinken twee pieptonen als Track Waypoint niet wordt ingeschakeld "TRACK WAYPOINT"-knop 5. Het VesselView-scherm "TRACK WAYPOINT" (bestemmingspunt volgen) wordt één seconde lang weergegeven op VesselView nadat u de "TRACK WAYPOINT"-knop indrukt. Het display toont de digitale koers die de boot vaart, de hoeken van de aandrijvingen en het motortoerental in toeren per minuut. Zie onder Modusweergave in VesselView. NB: De weergegeven koers is gebaseerd op het magnetische noorden. Scherm Track Waypoint weergegeven is het toepassingsscherm voor installaties met twee motoren NB: Met de knoppen "TURN" voor de Precision Pilot worden geen bochten gestart als de modus Track Waypoint is ingeschakeld. Bochtfuncties zijn alleen beschikbaar in de modus Auto Heading. De Track Waypoint-modus uitschakelen Schakel de Track Waypoint-modus uit via een van de volgende handelingen: Druk op de knop "TRACK WAYPOINT" op het Precision Pilot-toetsenblok. Het lampje van de knop "TRACK WAYPOINT" gaat uit en Pilot wordt in stand-by gezet. Het "STANDBY"-lampje gaat branden. Draai hard genoeg aan het stuurwiel om de tegenkracht te overwinnen. Pilot wordt in stand-by gezet. Beweeg beide ERC-hendels terug in neutraal. Pilot wordt in stand-by gezet. Druk op de knop "AUTO HEADING": Pilot wordt in de modus Auto Heading gezet Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

37 Hoofdstuk 2 - Op het water Schakel de kaartplotter uit. Pilot wordt in stand-by gezet. "Turn"-knoppen in de Track Waypoint-modus Wanneer u in de modus "TRACK WAYPOINT" de linker of rechter "TURN"-knop op de keypad indrukt, verandert de modus in "AUTO HEADING". Auto Heading-knop in de Track Waypoint-modus Wanneer u vanuit de modus "TRACK WAYPOINT" op de knop "AUTO HEADING" drukt, schakelt Pilot naar de modus "AUTO HEADING". Draaien aangeven bij aankomst op bestemmingspunt BELANGRIJK: In de modus Track Waypoint draait de boot na aankomst op een geplot bestemmingspunt niet automatisch. 1. Wanneer de boot het aankomstgebied van de kaartplotter binnenkomt, klinkt er een lang, een kort en opnieuw een kort hoornsignaal en knippert het lampje van de knop "WAYPOINT SEQUENCE" (reeks bestemmingspunten), zodat de bestuurder weet dat hij een bocht moet maken "WAYPOINT SEQUENCE"-knop 2. Als de Waypoint Sequence-modus niet is ingeschakeld, knippert het pictogramlampje "WAYPOINT SEQUENCE" bij het aankomstgebied. Pictogramlampje Waypoint Sequence weergegeven is het toepassingsscherm voor installaties met twee motoren M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 33

38 Hoofdstuk 2 - Op het water 3. VesselView toont een pop-upvenster met een waarschuwing. De bestuurder moet bepalen of het veilig is om de boot te draaien. Als dit zo is, drukt u op de knop "WAYPOINT SEQUENCE" (reeks bestemmingspunten) om te bevestigen dat Pilot veilig een bocht kan maken en naar de nieuwe route kan manoeuvreren. Pop-upvenster bij waarschuwing 4. Als het bestemmingspunt niet wordt bevestigd, vaart de boot verder met de koers van dat moment. BELANGRIJK: De boot keert terug naar Auto Heading en houdt zijn huidige koers aan, als het bestemmingspunt niet wordt bevestigd of als de besturing van de boot aan het einde van het bestemmingspunt niet wordt overgenomen. Het systeem blijft de boot zolang in de modus Auto Heading in een rechte lijn sturen, totdat de bestuurder de besturing overneemt. Als de bestuurder niet goed oplet, kan de boot tegen een ander vaartuig of een object in het water botsen of kan het vastvaren. 5. Aan het eind van de Track Waypoint-route dient u een nieuwe route in te voeren of de besturing van de boot over te nemen. Anders schakelt de boot naar de modus Auto Heading en vervolgt deze de laatste koers. Waypoint Sequence (reeks bestemmingspunten) 1. Zet de ERC-hendel of -hendels in vooruit. "WAYPOINT SEQUENCE" (reeks bestemmingspunten) wordt niet ingeschakeld als de hendels in neutraal of achteruit staan. 2. Als het lampje van de Track Waypoint-knop niet brandt, drukt u op de "TRACK WAYPOINT"-knop. 3. Druk op de "WAYPOINT SEQUENCE"-knop om de modus Waypoint Sequence in te schakelen knop voor modus "WAYPOINT SEQUENCE" Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

39 Hoofdstuk 2 - Op het water 4. Er klinkt een hoornpieptoon op VesselView en in het groene cirkelpictogram van het Pilot-scherm verschijnt "TRACK" en verschijnen de woorden "WAYPOINT SEQUENCE" in het groene cirkelpictogram. TRACK-pictogram Waypoint Sequence 5. Als u zich in het aankomstgebied van een bestemmingspunt bevindt dat is ingesteld door de kaartplotter, meldt de modus Waypoint Sequence aan Precision Pilot dat de boot verder kan gaan naar het volgende bestemmingspunt. De modus Waypoint Sequence werkt als een functie voor het bevestigen van het bestemmingspunt, en Precision Pilot laat een pieptoon horen wanneer het zich in het gebied bevindt. 6. Als u zich niet in een eerder ingesteld aankomstgebied van een bestemmingspunt bevindt, start de Waypoint Sequencemodus de functie voor automatisch varen naar de achtereenvolgende bestemmingspunten in de route. Bevestig dat u de waarschuwing op het pop-upvenster hebt begrepen en druk op de invoerknop, dus de knop met het vinkje Pop-upvenster bij waarschuwing M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 35

40 Hoofdstuk 2 - Op het water 7. Druk op de invoerknop om te bevestigen dat er een bocht kan worden gemaakt. De invoerknop is rechtsboven op VesselView aangebracht en is voorzien van een vinkje. Scherm voor bevestiging van bestemmingspunt 8. Wees alert: in deze modus maakt de boot automatisch bochten. De bestuurder hoort zeker te weten dat de boot veilig een bocht kan maken zodra de boot het aankomstgebied van een bestemmingspunt bereikt. Laat de opvarenden weten dat de boot automatisch een bocht maakt, zodat ze hierop voorbereid zijn. 9. Als u zich niet in een aankomstgebied van een bestemmingspunt bevindt, druk dan op de knop "WAYPOINT SEQUENCE" om de Auto Sequence-modus te deactiveren. 10. Als u de knop "TRACK WAYPOINT" een tweede keer indrukt, wordt Precision Pilot in de modus stand-by gezet. Alle lampjes gaan uit, behalve "STANDBY" Cruise Control "TRACK WAYPOINT"-knop Het VesselView-systeem bevat een geïntegreerde cruise control (Cruise), waarmee de bestuurder het piektoerental naar keuze lager instelt dan volgas. Voor deze functie is VesselView nodig. Raadpleeg de eigenaarshandleiding van uw VesselView voor bedieningsinstructies. Deze extra opmerkingen zijn speciaal bedoeld voor uw Axius Premier installatie: U kunt Cruise op elk moment via het scherm veranderen of uitschakelen. Wanneer u de contactsleutel naar uit draait, wordt cruise gereset. Als de Cruise-limiet wordt gewijzigd terwijl de hendels op vol gas staan, wordt Cruise geleidelijk aangepast aan de nieuwe snelheid. Cruise wordt niet uitgeschakeld als de ERC-hendels op een hoger motortoerental staan dan het daadwerkelijke toerental. Zet de hendels terug in de vooruit-arreteerstand om uit te schakelen. Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

41 Werking onder onvoorziene omstandigheden Gebruik met alleen bakboordmotor Hoofdstuk 2 - Op het water De tegenkrachtfunctie van het stuurwiel werkt alleen als de contactsleutel aan stuurboord in de aan-stand staat. Als de contactsleutel aan stuurboord op UIT staat of als het elektrische systeem aan stuurboord is beschadigd, wordt het stuurwiel bewaakt door het bakboordstuursysteem. Als daarentegen alleen de bakboordkant werkt of als alleen de contactsleutel aan bakboord op AAN staat, verstrekt het tegenkrachtsysteem geen eindpunten voor de draaiing van het stuurwiel. In dat geval draait de aandrijving altijd in de richting waarin het stuurwiel wordt gedraaid, totdat de mechanische grenzen van de aandrijving zijn bereikt. NB: Als er schade is aan het elektrisch systeem aan bakboord maar het systeem aan stuurboord volledig functioneel is, werkt het stuurwiel normaal, met volledige tegenkracht en met eindpunten. Merk op dat er geen joystickfunctie beschikbaar is voor bedrijf met enkele motor. Axius heeft echter redundante trackpadsystemen, zodat de modus Auto Heading (automatische koers) tijdens gebruik met één motor nog steeds beschikbaar is. Axius-noodprocedure voor transmissieoverbrugging Als het VesselView-display het foutbericht "GEAR POS DIFF" weergeeft en een motor niet start of niet in versnelling geschakeld kan worden, is er een probleem met de elektronische schakelregeling (ESC). Als één aandrijving werkt, kunt u de boot op één motor en één aandrijving laten varen.! OPGELET Door gebruik van de noodprocedure voor handmatig schakelen van de aandrijving, wordt de schakelregeling bij het dashboard uitgeschakeld. Ga voorzichtig te werk bij handmatige inschakeling, om schade of letsel te voorkomen. Om de aandrijving en de bijbehorende schroef te stoppen, moet u het contactslot naar de uit-stand draaien. De schakelactuator kan worden uitgeschakeld om de aandrijving handmatig in neutraal te schakelen om op te starten en in vooruit om te bedienen. Het motortoerental wordt beperkt tot omw/min tijdens de noodprocedure voor transmissieoverbrugging. Om de schakelactuator uit te schakelen: 1. Draai het contactslot naar de stand "OFF" (uit) en activeer de noodstopschakelaar, indien aanwezig.! WAARSCHUWING Motoronderdelen en vloeistoffen zijn heet en kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Laat de motor afkoelen voordat u onderdelen verwijdert en voordat u vloeistofslangen opent. 2. Koppel de draadboomconnector van de schakelactuator los. 3. Zet de schakelhendel in neutraal. De schakelactuator staat in neutraal als de schakelhendel recht omhoog staat en de schakelonderbrekingschakelaar helemaal aangrijpt. a f b R N F e c Y d a - draadboom b - schakelhendel c - schakelhendel in neutraalstand d - schakelhendel in vooruitstand e - schakelhendel in achteruitstand f - indicatieschakelaar schakelpositie 4. Zet de ERC in neutraal terwijl de aandrijving in neutraal (stationair) staat. 5. Noodstopschakelaar resetten ! WAARSCHUWING Een draaiende schroef, een bewegende boot of een massief apparaat dat aan de boot is bevestigd kan ernstige of dodelijke verwondingen toebrengen aan zwemmers. Stop de motor onmiddellijk wanneer iemand in het water zich nabij de boot bevindt. 6. Voordat u de motor start, moet u eerst zeker weten dat er zich niemand in de buurt van de boot in het water bevindt. 7. Terwijl de motor stationair draait, kan de aandrijving in versnelling en uit versnelling worden geschakeld door de schakelhendel met de hand te verplaatsen. 90-8M nld FEBRUARI 2011 Bladzijde 37

42 Hoofdstuk 2 - Op het water NB: Het motortoerental wordt beperkt tot omw/min tijdens de noodprocedure voor transmissieoverbrugging. De Auto Heading-functie die gebruik maakt van de Axius-trackpad blijft functioneren, maar is begrensd tot dit verlaagde toerental. BELANGRIJK: De stopafstand van de boot wordt langer als er gebruik wordt gemaakt van handmatige schakeling. Transporteren van een Axius boot De aandrijvingen op een Axius boot staan niet in verbinding door middel van een koppelstaaf: ze kunnen onafhankelijk van elkaar bewegen op basis van zwaartekracht en vibraties tijdens de aandrijving. Hierdoor kunnen de aandrijvingen onderling in contact staan. Voorkom dat aandrijvingen contact kunnen maken tijdens bewegingen: 1. Verwijder de schroeven (optioneel bij korte bewegingen). 2. Zet de aandrijvingen helemaal omhoog in de trailerstand. 3. Druk elke aandrijving naar buiten, opzij van de boot, voorbij de rechtuitpositie. Wanneer de aandrijving omhoog zijn afgesteld en naar buiten zijn gedrukt, zullen deze uit elkaar bewegen Boot op trailer, aandrijvingen omhoog afgesteld en naar buiten gedrukt Bladzijde M nld FEBRUARI 2011

Overal in deze publicatie en op uw motorinstallatie vindt u de termen Waarschuwing, Voorzichtig en Kennisgeving,

Overal in deze publicatie en op uw motorinstallatie vindt u de termen Waarschuwing, Voorzichtig en Kennisgeving, Welkom U hebt een van de beste scheepsmotorinstallaties ter wereld aangeschaft. Deze bevat diverse speciaal ontworpen functies die het gebruik vereenvoudigen en het product duurzaam maken. Bij goed gebruik

Nadere informatie

Overal in deze publicatie en op uw motorinstallatie vindt u de termen Waarschuwing, Voorzichtig en Kennisgeving,

Overal in deze publicatie en op uw motorinstallatie vindt u de termen Waarschuwing, Voorzichtig en Kennisgeving, Welkom U hebt een van de beste scheepsmotorinstallaties ter wereld aangeschaft. Deze bevat diverse speciaal ontworpen functies die het gebruik vereenvoudigen en het product duurzaam maken. Bij goed gebruik

Nadere informatie

Motorconfiguratie Motorvermogen Model hekaandrijving 200 Bravo Three 250 Bravo Three 300 Bravo Three 350 Bravo Three

Motorconfiguratie Motorvermogen Model hekaandrijving 200 Bravo Three 250 Bravo Three 300 Bravo Three 350 Bravo Three Betrokken modellen De inhoud van deze handleiding heeft betrekking op de Axius Joystick Piloting for Sterndrives die wordt gebruikt op de volgende MerCruiser motorinstallaties: 4.5L V6 6.2L V8 Motorconfiguratie

Nadere informatie

Motorconfiguratie Emissiecertificatie Motorvermogen Model hekaandrijving

Motorconfiguratie Emissiecertificatie Motorvermogen Model hekaandrijving Betrokken modellen De inhoud van deze handleiding heeft betrekking op de Joystick Piloting for Sterndrives (joystickbesturing voor hekaandrijvingen) die wordt gebruikt op de volgende Mercury Diesel-motorinstallaties:

Nadere informatie

Overal in deze publicatie vindt u de veiligheidswaarschuwingen GEVAAR en LET OP (vergezeld van het

Overal in deze publicatie vindt u de veiligheidswaarschuwingen GEVAAR en LET OP (vergezeld van het Welkom U hebt een van de beste buitenboordmotorproducten ter wereld aangeschaft. Het bevat diverse speciaal ontworpen functies die het gebruik vereenvoudigen en het product duurzaam maken. Bij goed gebruik

Nadere informatie

Verspreid in deze publicatie ziet u de veiligheidswaarschuwingen GEVAAR en LET OP (vergezeld van het

Verspreid in deze publicatie ziet u de veiligheidswaarschuwingen GEVAAR en LET OP (vergezeld van het Welkom U hebt een van de beste buitenboordmotorproducten ter wereld aangeschaft. Het bevat diverse speciaal ontworpen functies die het gebruik vereenvoudigen en het product duurzaam maken. Bij goed gebruik

Nadere informatie

2016 Mercury Marine. Joystick Piloting for Inboards een of twee motoren. Bedieningshandleiding

2016 Mercury Marine. Joystick Piloting for Inboards een of twee motoren. Bedieningshandleiding 2016 Mercury Marine Joystick Piloting for Inboards een of twee motoren Bedieningshandleiding 8M0125458 816 nld nld Welkom U hebt een van de beste scheepsmotorinstallaties ter wereld aangeschaft. Deze bevat

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding 2017 Mercury Marine Besturing met joystick voor binnenboordmotoren - enkele of dubbele motor Bedieningshandleiding 8M0128697 1216 nld nld Welkom U hebt een van de beste scheepsmotorinstallaties ter wereld

Nadere informatie

DUTCH Document number: Date:

DUTCH Document number: Date: DUTCH Document number: 86142-1 Date: 02-2011 Let op: Zorg dat u er altijd zicht op hebt Met automatische koersbesturing is het besturen van uw schip gemakkelijker, maar het is GEEN vervanging van goed

Nadere informatie

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Lees de gebruikershandleiding voor gebruik zorgvuldig door en maak u vertrouwd met de verschillende functies van uw autoalarm. Deze handleiding beschrijft de functies

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88

Nadere informatie

Handleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist

Handleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist Handleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist BEDIENINGSUITLEG 1 - Bestuurderszetel 17 - Hendel stuurafstelling 2 - Sleutelschakelaar (START) 18 - Bedieningshendel hijsen linker

Nadere informatie

HANDLEIDING SCOREBORDEN OPTIE 7 Versie 2.0 / augustus 2011

HANDLEIDING SCOREBORDEN OPTIE 7 Versie 2.0 / augustus 2011 HANDLEIDING SCOREBORDEN OPTIE 7 Versie 2.0 / augustus 2011 1.0 Inleiding Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een scorebord optie 7 van Data Display. We hopen dat er veel plezier aan beleefd zal

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7 GEBRUIKSAANWIJZING 1 3 2 1 4 11 NOT AVAILABLE 12 6 5 5 7 8 14 9 10 19 17 18 21 13 20 15 16 1 ONZE WELGEMEENDE DANK VOOR UW AANKOOP VAN DEZE AFSTANDS- BEDIENING. LEES DE HANDLEIDING AANDACHTIG ALVORENS

Nadere informatie

Vehicle Security System VSS3 - Alarm system remote

Vehicle Security System VSS3 - Alarm system remote Vehicle Security System VSS3 - Alarm system remote Alarmsysteem met afstandsbediening leidraad bij het instellen - Dutch Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen die nodig

Nadere informatie

HANDLEIDING BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK ONDERDEELNR

HANDLEIDING BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK ONDERDEELNR HANDLEIDING BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK ONDERDEELNR. 9374142170-03 GEBRUIKERSHANDLEIDING 9374142170-03 INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSMAATREGELEN... Nl-1 NAMEN VAN DE ONDERDELEN... Nl-2 WERKING...

Nadere informatie

ES-S7B. Buitensirene.

ES-S7B. Buitensirene. ES-S7B Buitensirene www.etiger.com Inhoud van de verpakking 1 x ES-S7B 1 x 12V adapter 1 x back-upbatterij (ingebouwd) 1 x siliconen frame Schroeven, pluggen en siliconen doppen Documentatie Belangrijke

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht

installatiehandleiding Alarmlicht installatiehandleiding Alarmlicht INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het Egardia alarmlicht met sirene. Website Egardia www.egardia.com Klantenservice

Nadere informatie

FP400-serie. Klassieke microprocessorgestuurde brandmeld- en detectiepanelen. Gebruikershandleiding

FP400-serie. Klassieke microprocessorgestuurde brandmeld- en detectiepanelen. Gebruikershandleiding FP400-serie Klassieke microprocessorgestuurde brandmeld- en detectiepanelen Gebruikershandleiding Versie 2.3 / Juni 2004 Aritech is een merknaam van GE Interlogix. http://www.geindustrial.com/ge-interlogix/emea

Nadere informatie

Powerpack. gebruikshandleiding

Powerpack. gebruikshandleiding Powerpack gebruikshandleiding 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding De RMA powerpack is een hulpmiddel voor de begeleiding. Het vergemakkelijkt het duwen van een rolstoel gebruiker. De hulpmotor is niet ontworpen

Nadere informatie

XTC (Mk3) PROPORTIONELE SWITCHBOX CONTROLS (7 Service)

XTC (Mk3) PROPORTIONELE SWITCHBOX CONTROLS (7 Service) XTC (Mk3) PROPORTIONELE SWITCHBOX CONTROLS (7 Service) Machines met XTC Mk3 Proportioneel Controls (7 service) wordt geleverd met de hieronder getoonde besturing. De eenheden voor zowel elektrische en

Nadere informatie

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions Awning Instructions Wind, Sun & Rain Sensor Instructions B C D Nederlands Wind, Zon & Regen Sensor Instructies Inhoud Garantie Voordat u de sensor aansluit raden wij u aan de instructies zorgvuldig door

Nadere informatie

Verwarming en ventilatie

Verwarming en ventilatie Verwarming en ventilatie BEDIENINGSELEMENTEN 1. Temperatuurregeling. Afzonderlijk instelbaar voor de bestuurder en de passagier voorin. 2. Programma voor maximaal ontdooien. 3. Luchtverdeling. In de geselecteerde

Nadere informatie

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G. Bestnr. 19 07 39. Roboraptor

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G. Bestnr. 19 07 39. Roboraptor G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Bestnr. 19 07 39 Roboraptor Inhoudsopgave Pagina Overzicht Roboraptor 3 Overzicht afstandsbediening 4 Toelichting over de batterijen 5 Basishandelingen bediening 6 Bediening

Nadere informatie

TECHNISCHE HANDLEIDING

TECHNISCHE HANDLEIDING TECHNISCHE HANDLEIDING TIMER SCHAKELAAR Sleutelschakelaar met timerfunctie 230/380V / 4 x 10 Amp - 1 x 2 AMP inschakelbaar incl. LED controle, uitvoering opbouw ASW BV 2011 Technische Handleiding Documentversie

Nadere informatie

Elektrische muurbeugel

Elektrische muurbeugel E HANDLEIDING Elektrische muurbeugel IR ontvanger programmeren: (AB = afkorting voor afstandsbediening) STAP 1: Druk en houd voor 5 seconden ingedrukt totdat de LED gaat knipperen en aan blijft, dan druk

Nadere informatie

Handleiding: Rupsdumper zelfladende bak.

Handleiding: Rupsdumper zelfladende bak. Handleiding: Rupsdumper zelfladende bak. Veiligheidsvoorzieningen De bestuurdersplaats bevindt zich aan de achterkant van de machine. De operator moet op de treeplank staan en zich stevig vasthouden aan

Nadere informatie

1. Veiligheidsmaatregelen en waarschuwingen

1. Veiligheidsmaatregelen en waarschuwingen Inhoudsopgave 1. Veiligheidsmaatregelen en waarschuwingen...1 2. Locatie van de Data Link Connector (DLC)...2 3. Product informatie...3 3.1 Beschrijving van het product...3 3.2 Product Specificaties...4

Nadere informatie

X Veiligheidsgordel 3 Verklikkerlicht brandt (met waarschuwingstoon) bij ingeschakelde ontsteking: Gordel omdoen, zie pagina 33.

X Veiligheidsgordel 3 Verklikkerlicht brandt (met waarschuwingstoon) bij ingeschakelde ontsteking: Gordel omdoen, zie pagina 33. Instrumenten verklikkerlichten De verklikkerlichten die hier staan vermeld, zijn niet in alle auto s aanwezig. Deze beschrijving geldt voor alle instrumentenuitvoeringen. X Veiligheidsgordel 3 Verklikkerlicht

Nadere informatie

Helphandleiding. (DI2-Adapter voor ander E-BIKE systeem)

Helphandleiding. (DI2-Adapter voor ander E-BIKE systeem) (Dutch) HM-EO.3.2.0-01 Helphandleiding (DI2-Adapter voor ander E-BIKE systeem) Dank u voor de aankoop van Shimano producten. Deze instructiehandleiding geeft uitleg over de bediening van E-TUBE PROJECT.

Nadere informatie

F I A T B R A V O 603.83.122 NL S N E L G I D S

F I A T B R A V O 603.83.122 NL S N E L G I D S F I A T B R A V O 603.83.122 NL S N E L G I D S DASHBOARD 1 Linker hendel: bediening buitenverlichting - 2 Instrumentenpaneel - 3 Rechter hendel: bediening ruitenwissers, achterruitwisser, trip computer

Nadere informatie

MS Semen Storage Pro

MS Semen Storage Pro MS Semen Storage Pro 150 4508425 NL MS Semenstorage PRO 150 Gebruiksaanwijzing... 3 4508425/11-01-2016/F Inhoud MS Semen Storage Pro 150... 1 Bepalingen... 3 Introductie... 4 MS Semen Storage... 5 Aanbevelingen...

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

Focus LCD PRO Electronic (PPVE) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER

Focus LCD PRO Electronic (PPVE) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Focus LCD PRO Electronic (PPVE) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Gebruikershandleiding Rev. 1808GG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies.. 2 Bediening Focus LCD Electronic (PPE2)...

Nadere informatie

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A installatiehandleiding Alarmlicht LXA-8A INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 088 383 88 38 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl

Nadere informatie

LCD scherm va LCD scherm

LCD scherm va LCD scherm scherm 1. Gebruik scherm Met het in Uw scooter ingebouwde scherm kunt U alle rij-, stuuracties, remmen en bedienen van het voertuig bepalen. De elektrische installatie van de scooter en de elektronica

Nadere informatie

Contents Inhoud. Wind, Zon & Regen Sensor Instructies. Inhoud: Sensor Functies:

Contents Inhoud. Wind, Zon & Regen Sensor Instructies. Inhoud: Sensor Functies: Wind, Zon & Regen Sensor Instructies Contents Inhoud Sensor Voordat u de sensor aansluit raden wij u aan de instructies zorgvuldig door te lezen. Het kan zo zijn dat u een beroeps electricien moet inschakelen

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding 1 Aan de eigenaar Gefeliciteerd met de aankoop van uw Haswing elektrische buitenboordmotor. Een Haswing is een duurzaam kwaliteitsproduct, ontworpen om topprestaties te leveren. Bovendien

Nadere informatie

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud Voor installatie moeten deze instructies volledig zijn gelezen en begrepen Inhoud 1 Optionele module 13: driedraads module.. 1 2 Installatie... 2 3 OM13-module instellen en configureren... 8 4 OM13-pakketten...

Nadere informatie

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding Rho-Delta b.v. Escudostraat 2 2991 XV Barendrecht Tel. +03110-4795755 Fax. +03110-2927461 www.rhodelta.nl info@rhodelta.nl - OMSCHRIJVING De GT-912 /GT-913/GT-914

Nadere informatie

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY BEDIENINGS INSTRUCTIES 8-SYMBOOL AFSTANDBEDIENING Kinder slot Tijd Signaal indicator Thermostatische stand Batterij Countdown F or C Programma Eco stand Temperatuur Dubbele brander 8-SYMBOOL DISPLAY INSTELLING

Nadere informatie

Smoove Origin RTS. Instalatiehandleiding

Smoove Origin RTS. Instalatiehandleiding Smoove Origin RTS Instalatiehandleiding Smoove Origin RTS Andere afdekramen apart te verkrijgen n Keuze uit 9 verschillende afdekramen (Pure, Zwart, Silver, Silver mat, Licht Bamboe, Amber Bamboe, Kersen,

Nadere informatie

GT909NL. Gebruikershandleiding

GT909NL. Gebruikershandleiding GT909NL Gebruikershandleiding Rhodelta b.v. Escudostraat 2 2991 XV Barendrecht Tel. +31 102927461 Fax + 31 104795755 www.rhodelta.nl info@rhodelta.nl 1.0 HANDZENDER OMSCHRIJVING GT889 GT969CH GT889: handzender

Nadere informatie

EL-EPM01 Energiemeter

EL-EPM01 Energiemeter EL-EPM01 Energiemeter NEDERLANDSE INSTRUCTIES Introductie: De EL-PM01 energiemeter is ontwikkeld voor het bewaken en meten van het elektrische energieverbruik. Het apparaat biedt een effi ciënte manier

Nadere informatie

Verkorte gebruiksaanwijzing

Verkorte gebruiksaanwijzing Verkorte gebruiksaanwijzing Fun2Go Contactgegevens fabrikant: Tel. +31 (0)315 257370 E-mail: info@vanraam.com Website: www.vanraam.com Van Raam Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Nederland Versie 18.06

Nadere informatie

Installeren van de FOREST SHUTTLE AC

Installeren van de FOREST SHUTTLE AC 2 Installeren van de FOREST SHUTTLE AC Bepalen van de installatie mode van de FOREST SHUTTLE AC De Shuttle AC motor kan op twee manieren aangesloten worden: 1. Remote control mode. Beide draden bruin en

Nadere informatie

Helpgids. Ondersteunde cameramodellen. Overzicht van de onderdelen. Voorbereidingen. Opnames maken

Helpgids. Ondersteunde cameramodellen. Overzicht van de onderdelen. Voorbereidingen. Opnames maken Gebruik deze wanneer u problemen ondervindt, of vragen hebt over het gebruik van uw. Ondersteunde cameramodellen Overzicht van de onderdelen Voorbereidingen Uitpakken Plaatsen van de batterij De en een

Nadere informatie

voordat u zal de aansprakelijkheid zijn van de eigenaar. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door service monteurs van Baumatic.

voordat u zal de aansprakelijkheid zijn van de eigenaar. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door service monteurs van Baumatic. OPMERKING: Deze gebruikers handleiding bevat belangrijke informatie, zoals veiligheid & installatie punten, die u er toe zal leiden om het beste uit uw apparaat te halen. Hou het op een veilige plaats,

Nadere informatie

Intelligente Zonne-energie Regelaar Solar30

Intelligente Zonne-energie Regelaar Solar30 Intelligente Zonne-energie Regelaar Solar30 Gebruikershandleiding Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u dit product gaat gebruiken. SOLAR30 12V/24V AUTO WORK 1 Productintroductie Deze regelaar

Nadere informatie

Inleiding. Intelligent Targeting System (ITS) overzicht SYSTÈME INTELLIGENT DE DÉTECTION DE CIBLE

Inleiding. Intelligent Targeting System (ITS) overzicht SYSTÈME INTELLIGENT DE DÉTECTION DE CIBLE Inleiding Intelligent Targeting System (ITS) overzicht Verschuif de stroomschakelaar om het ITS in of uit te schakelen. Verschuif de volumeregelaar om het volume te verhogen of te verlagen. Verschuif de

Nadere informatie

Handleiding: instellen en werking LCD display t.b.v. ombouwset 004 en prolithium Velvet. Gefeliciteerd met de aankoop van een R A T - Holland product!

Handleiding: instellen en werking LCD display t.b.v. ombouwset 004 en prolithium Velvet. Gefeliciteerd met de aankoop van een R A T - Holland product! Handleiding: instellen en werking LCD display t.b.v. ombouwset 004 en prolithium Velvet Beste Gebruiker, Gefeliciteerd met de aankoop van een R A T - Holland product! Neemt u a.u.b. deze handleiding zorgvuldig

Nadere informatie

Versnellingsschakelaar

Versnellingsschakelaar (Nederlands) DM-SW0002-00 Dealerhandleiding Versnellingsschakelaar SW-E6000 INHOUD BELANGRIJKE MEDEDELING... 3 VEILIGHEID VOOROP... 4 Montage... 6 SM-EWE1 gebruiken om de bekrachtigingsschakelaar op het

Nadere informatie

Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote

Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote Originele afstandsbediening van het voertuig leidraad bij het instellen - Dutch Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen

Nadere informatie

GE Security. FEP/FER700-serie brandmeldpanelen en herhaalpanelen Gebruikershandleiding

GE Security. FEP/FER700-serie brandmeldpanelen en herhaalpanelen Gebruikershandleiding GE Security FEP/FER700-serie brandmeldpanelen en herhaalpanelen Gebruikershandleiding versie 1-0 / november 2004 ERKENNING HANDELSMERK De onderstaande merknamen zijn handelsmerken van Echelon Corporation

Nadere informatie

Bedieningsinstructie

Bedieningsinstructie Deze instructie moet bezien worden als een snelstartgids en is een uittreksel van de bedieningshandleiding van het Cargo Floor laad- en lossysteem, welke standaard meegeleverd wordt met elk systeem. Van

Nadere informatie

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT Technische gegevens: Spanning: 230-240VAC + aarde Frequentie: 50-60Hz Weerstandsbelasting: 16A (3600W-230VAC) Inductieve belasting: 1A IP Waarde: IP21 Aanpassing:

Nadere informatie

Auto Alarm FM5000 FM500 FM600 FM700 LCD MINI

Auto Alarm FM5000 FM500 FM600 FM700 LCD MINI Auto Alarm FM5000 FM500 FM600 FM700 LCD MINI I. Functies FM 2-weg autoalarm. 2. Alarm aan (stil) Druk nogmaals 1x op de knop van de afstandbediening om alarm in AUTO Localiseren status te activeren, indien

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. DEVIreg 550. Intelligente elektronische thermostaat. www.devi.com

Gebruikershandleiding. DEVIreg 550. Intelligente elektronische thermostaat. www.devi.com Gebruikershandleiding DEVIreg 550 Intelligente elektronische thermostaat www.devi.com Inhoudsopgave 1 Inleiding................. 4 1.1 Veiligheidsinstructies...... 6 2 Instellingen............... 7 2.1

Nadere informatie

Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren

Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren De BeauHeat digitale thermostaat is een digitale klokthermostaat voor automatische bediening van elektrische handdoekradiatoren. Een externe

Nadere informatie

Handleiding Otter POD motor

Handleiding Otter POD motor Handleiding Otter POD motor Inhoud Veiligheidsvoorschriften... 2 Inleiding;... 2 POD motor... 3 Installatie en aansluiten;... 3 Varen met de OTTER... 4 Onderhoud... 5 Garantie... 5 Specificaties... 5 Waarschuwing;...

Nadere informatie

Elektrische fiets. Handleiding

Elektrische fiets. Handleiding Elektrische fiets Handleiding 6-7-2009 Inhoudsopgave: Inhoudsopgave:...1 Display:...2 Openen van de Accubehuizing...3 Hoe de accu wordt opgeladen...3 U kunt de accu als volgt opladen:...3 Onderhoud van

Nadere informatie

Alarmlicht met sirene

Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene BXA-8 INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 088 383

Nadere informatie

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4 Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting

Nadere informatie

Handleiding: zelfr. knik telescoophoogwerker 20 mtr. hybride

Handleiding: zelfr. knik telescoophoogwerker 20 mtr. hybride Handleiding: zelfr. knik telescoophoogwerker 20 mtr. hybride 1 Achterwiel 8 Platformbediening 2 Stuurwiel 9 Platform 3 Voeding naar acculader 10 Draaihek 4 Grondbediening 11 Veiligheidsgordelverankeringspunt

Nadere informatie

Stoelen IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN

Stoelen IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN E81931 2 U mag de stoel niet tijdens het rijden verstellen. Als u dit toch doet, kunt u de macht over het stuur verliezen en letsel veroorzaken. 1 De stoel, de hoofdsteun, de

Nadere informatie

CC400 Gebruikershandleiding

CC400 Gebruikershandleiding CC400 Gebruikershandleiding Ft. Atkinson, Wisconsin USA Panningen, Nederland www.digi-star.com D3674-NL Rev C Mei 2011 Cab Control 400 Gebruikershandleiding Inhoudsopgave In gebruik nemen... 1 Installatie

Nadere informatie

VERKORTE HANDLEIDING CUSTOM COMMAND

VERKORTE HANDLEIDING CUSTOM COMMAND VERKORTE HANDLEIDING CUSTOM COMMAND 1 Automaat componenten, 1. LCD scherm: voor tijd, programma aanduiding en algemene informatie. 2. +/On & -/Off knoppen: Om programma gegevens zichtbaar te maken. 3.

Nadere informatie

Cobra Alarm 4627. Gebruikers Handleiding

Cobra Alarm 4627. Gebruikers Handleiding Cobra Alarm 4627 Gebruikers Handleiding Clifford Electronics Benelux BV Tel.+31 20 40 40 919 info@clifford.nl ISO 9001:2008 Cobra Alarmsysteem: Diefstal is de laatste tijd explosief gestegen. CAN Bus manipulatie

Nadere informatie

VOS-12035(10L) VOS-12036(36L)

VOS-12035(10L) VOS-12036(36L) Handleiding waterbad VOS-12035(10L) VOS-12036(36L) 1 6 5 4 2 3 Verklaring: 7 8 1. Deksel 1 9 10 11 2. Deksel 2 7. Actuele temperatuur 3. Afdichtringen 8. Ingestelde temperatuur of 4. Aan/Uit schakelaar

Nadere informatie

Bell-control GEBRUIKERSHANDLEIDING (IP66) IDTechnology BV (Bellmarine) Meridiaan 29,

Bell-control GEBRUIKERSHANDLEIDING (IP66) IDTechnology BV (Bellmarine) Meridiaan 29, GEBRUIKERSHANDLEIDING Bell-control (IP66) IDTechnology BV (Bellmarine) Meridiaan 29, NL-2801DA Gouda The Netherlands Tel.: +31-85-4868530 e-mail: info@bellmarine.nl www.bellmarine.nl Copyright 2016 IDTechnology,

Nadere informatie

VISONIC MAX-5 ALARMCENTRALE

VISONIC MAX-5 ALARMCENTRALE VISONIC MAX-5 ALARMCENTRALE Aanwijzingen voor de Gebruiker Alphatronics B.V. copyright 1991, Nijkerk INTRODUCTIE Uw inbraaksignaleringsinstallatie heeft als hart een Visonic MAX-5 alarmcentrale. Op dit

Nadere informatie

Bedieningen Dutch - 1

Bedieningen Dutch - 1 Bedieningen 1. Functieschakelaar Cassette/ Radio/ CD 2. Golfband schakelaar 3. FM antenne 4. CD deur 5. Schakelaar om zender af te stemmen 6. Bass Boost toets 7. CD skip/ voorwaarts toets 8. CD skip/ achterwaarts

Nadere informatie

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION W5000

Uw gebruiksaanwijzing. HP PAVILION W5000 U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor HP PAVILION W5000. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de HP PAVILION W5000 in de gebruikershandleiding

Nadere informatie

E-Bike. Gebruikers handleiding versie B2

E-Bike. Gebruikers handleiding versie B2 E-Bike Gebruikers handleiding versie 160609-B2 Gebruikers handleiding 1. Ingebruikname Een Target fiets met elektrische ondersteuning rijdt als een gewone fiets, waarbij het elektrisch systeem zorgt voor

Nadere informatie

Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards

Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards Cobra 4627 Alarmsysteem met DriverCards Gebruikershandleidingding Effectief en gebruiksvriendelijk Het in uw voertuig gemonteerde Cobra alarmsysteem biedt een simpele, maar uiterst effectieve en gebruiksvriendelijke

Nadere informatie

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Introductie: Bedankt voor het aanschaffen van deze UHF- PLL 40 kanaals rondleidingsysteem en draadloze

Nadere informatie

ES-S8A. Sirene op zonne-energie.

ES-S8A. Sirene op zonne-energie. ES-S8A Sirene op zonne-energie www.etiger.com Inhoud van de verpakking 1 x ES-S8A Schroeven en pluggen Documentatie Presentatie Wat is de ES-S8A? De ES-S8A is een draadloze sirene op zonneenergie die geschikt

Nadere informatie

INITIALISATIEPROCEDURE ACCUTOESTAND (i-stop-instelling) [SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5]

INITIALISATIEPROCEDURE ACCUTOESTAND (i-stop-instelling) [SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5] INITIALISATIEPROCEDURE ACCUTOESTAND (i-stop-instelling) [SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5] id0117i0801000 Controleer het onderdeelnummer (de suffix) van de PCM met behulp van het M-MDS. De initialisatieprocedure

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Inhoud

Gebruikershandleiding Inhoud Gebruikershandleiding Inhoud 1 Overzicht onderdelen...4 2 Display en bediening... 6 2.1 Functies stuurbediening... 6 2.2 Functies display... 7 2.3 Gashendel (Optioneel)... 9 3 atterijpakket en lader...

Nadere informatie

Smoke Alarm FERION 4000 O

Smoke Alarm FERION 4000 O Smoke Alarm FERION 4000 O nl Smoke Alarm Inhoudsopgave nl 3 Inhoudsopgave 1 Graphics 4 2 Inleiding 6 3 Montage 7 4 Onderhoud 9 5 Technische specificaties 10 6 Klantenservice 12 Bosch Sicherheitssysteme

Nadere informatie

HENKELMAN BV. Adres Veemarktkade 8 / D 9 5222 AE s-hertogenbosch Nederland. Postadres Postbus 2117 5202 AE s-hertogenbosch Nederland

HENKELMAN BV. Adres Veemarktkade 8 / D 9 5222 AE s-hertogenbosch Nederland. Postadres Postbus 2117 5202 AE s-hertogenbosch Nederland HANDLEIDING VOOR DE DEALER DIGITAAL BEDIENINGSPANEEL JUMBO-SERIE 0,6 0,4 VACUUM 0,8-1 0 0,2 SEAL HENKELMAN BV Adres Veemarktkade 8 / D 9 5222 AE s-hertogenbosch Nederland Postadres Postbus 2117 5202 AE

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing kort

Gebruiksaanwijzing kort O-Pair² Van Raam BV Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Tel. : +31 (0)315 257370 E-mail : info@vanraam.nl Internet : www.vanraam.nl Versie 14.10 Zadelhoogte U stelt de zadelhoogte correct in, door op de

Nadere informatie

Bee-Bot Oplaadbare, kindvriendelijk, programmeerbare vloerrobot

Bee-Bot Oplaadbare, kindvriendelijk, programmeerbare vloerrobot Bee-Bot Oplaadbare, kindvriendelijk, programmeerbare vloerrobot GEBRUIKERS- HANDLEIDING www.tts-shopping.com Bee-Bot is een bekroonde programmeerbare vloerrobot met een eenvoudige, kindvriendelijke lay-out,

Nadere informatie

Automatische transmissie

Automatische transmissie Automatische transmissie TRANSMISSIEHENDEL H3916 De CommandShift transmissie kan als automaat en als handbak worden gebruikt. Automatische bediening Normaal staat de transmissie op 'automatisch'. Nadat

Nadere informatie

Handleiding Teknatool houtdraaibank Nova DVRxp Nederlands bij gebruik van de originele Engelse handleiding

Handleiding Teknatool houtdraaibank Nova DVRxp Nederlands bij gebruik van de originele Engelse handleiding Teknatool houtdraaibank Nova DVRxp Artikelnummer: 24207 Besturingssysteem software versie: 4.54x Interface software versie: s03 Teknatool International, 13 juli 2006 1.0 Introductie 1.1 Algemeen Deze handleiding

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding NK700 reeks Compleet Gebruikersmenu Puurs KILSEN NK700 reeks Conventionele brandmeldcentrale Gebruikershandleiding 1 INHOUDSOPGAVE 1 Inhoudsopgave... 3 2 Gebruikershandleiding...

Nadere informatie

Focus LCD Electronic (PPE2) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER

Focus LCD Electronic (PPE2) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Focus LCD Electronic (PPE2) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Gebruikershandleiding Rev. 1808GG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies.. 2 Bediening Focus LCD Electronic (PPE2)... 3 Technische

Nadere informatie

NL ESP-Systeem

NL ESP-Systeem 603.83.515 NL ESP-Systeem ESP-SYSTEEM (Electronic Stability Program) Dit systeem bewaakt de stabiliteit van de auto als de wielen hun grip verliezen, waardoor de auto beter op koers blijft. De werking

Nadere informatie

1. Batterijpakket Onderdelen. Kabeltas. Batterijtas Laderstekker. Sleutels (2 stuks) Lader. Batterijstekker F B

1. Batterijpakket Onderdelen. Kabeltas. Batterijtas Laderstekker. Sleutels (2 stuks) Lader. Batterijstekker F B HANDLEIDING Inhoud 1. Batterijpakket... 4 1.1. Onderdelen... 4 1.2. Batterijpakket opladen... 5 2. Bediening... 7 2.1. Beveiliging... 7 2.2. Display... 7 2.3. Vullingsgraad... 7 2.4. Trapbekrachtiging...

Nadere informatie

Gebruikers handleiding versie

Gebruikers handleiding versie Gebruikers handleiding versie 280109 Gebruikers handleiding 1. Gebruik Een fiets met VTS ondersteuning rijdt als een gewone fiets, waarbij het VTS systeem zorgt voor een extra ondersteuning die instelbaar

Nadere informatie

ALCT 6/24-2 GEBRUIKSAANWIJZING

ALCT 6/24-2 GEBRUIKSAANWIJZING ALCT 6/24-2 GEBRUIKSAANWIJZING [1] b c g d f e a [2] 0,5 1 2 NL Gebruiksaanwijzing ALCT 6/24-2 VOORWOORD Geachte klant, Dank u voor de aanschaf van de ANSM ANN lader ALC T 6-24/2. Deze gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you

Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards. Gebruikershandleiding. Vodafone Power to you Vodafone Automotive 4627 Alarmsysteem met DriverCards Gebruikershandleiding Vodafone Power to you Effectief en gebruiksvriendelijk 1. Alarmsysteem met aparte autorisatie Het in uw voertuig gemonteerde

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. FL 70 Premium-Liner Selection Pro

Gebruikershandleiding. FL 70 Premium-Liner Selection Pro Gebruikershandleiding FL 70 Premium-Liner Selection Pro TECHNISCHE GEGEVENS: Zelfnivelleerbereik ±3 Nauwkeurigheid ±1 mm / 10 m Werkbereik zonder ontvanger 30 m* met ontvanger 80 m Gebruiksduur met Li-Ion

Nadere informatie

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11 Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT Condensaat management waarschuwingssysteem ALGEMENE WERKING 03/11 De WARNER-LT is een condensaat management waarschuwingssysteem. Condensaat management speelt

Nadere informatie

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889.

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889. COBRA 889 INLEIDING Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889. De belangrijkste vernieuwing in deze 889-serie bestaat uit het systeem, dat de herkenningscode van de afstandsbediening

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Inhoud

Gebruikershandleiding Inhoud Gebruikershandleiding Inhoud 1 Overzicht onderdelen...4 2 Display en bediening... 6 2.1 Functies stuurbediening... 6 2.2 Functies display... 8 2.3 Gashendel... 11 3 Batterijpakket en lader... 12 3.1 Batterijpakket

Nadere informatie

Trevler AIR handleiding. Opmerkingen

Trevler AIR handleiding. Opmerkingen AIR Handleiding WAARSCHUWING Stel de Trevler module niet bloot aan water of andere vloeibare substanties om gevaar voor u en schade aan het apparaat te voorkomen. Open de behuizing van uw Trevler nooit,

Nadere informatie

Veiligheidsvoorwaarden

Veiligheidsvoorwaarden Veiligheidsvoorwaarden Belangrijk! De hometrainer is geproduceerd volgens de EN 957-1/5 klasse HC. Max. gebruikersgewicht is 120 kg De hometrainer moet alleen gebruikt worden waar het voor bedoeld is.

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris

Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris Uitpakken en installeren Aan de slag met uw LivingColors Als u de LivingColors uitpakt, is deze al gekoppeld aan de afstandsbediening. U hoeft alleen nog maar de stekker

Nadere informatie